1 - Stadsgewest Haaglanden

Relatiemagazine voor overheid en bedrijfsleven jaargang 3
Bruno Bruins:
‘Een dag niets bereikt is een
dag niet geleefd’ 6
Burger in Blauw
Neem een exclusief kijkje in de
keuken van Politie Haaglanden 26
Oefenen en nog eens oefenen
Hulpverleningsregio Haaglanden is op iedere ramp voorbereid 30
VOORJAAR 2006
Stadsgewest Haaglanden, Hulpverleningsregio Haaglanden en Politie Haaglanden
1

Alle ingrediënten voor
slagvaardig communiceren
Ieder communicatievraagstuk vereist een eigen aanpak. Gaat het de ene keer om
het ontwikkelen van een strategisch communicatieplan, een volgende keer is een
brochure het doeltreffende middel. Als full service communicatieadviesbureau
biedt Actorion alle ingrediënten voor een oplossing op maat.
PROJECTMANAGEMENT
INTERACTIEVE MEDIA
REGIOMARKETING
Slagvaardig en daadkrachtig, dat zijn de
kernwoorden in de activiteiten van
Actorion. Een team van deskundige en
ervaren adviseurs staat hier garant
voor. Met specialisten op het gebied
van overheid, onderwijs, non-profitorganisaties
en bedrijfsleven.
We koppelen een heldere visie op
communicatie aan concrete
oplossingen op maat. En zorgen voor
de organisatie en uitvoering van deze
oplossingen. We komen met creatieve
en vernieuwende concepten, die
aansluiten bij actuele ontwikkelingen in
STRATEGISCH ONDERZOEK
COMMUNICATIECONCEPTEN
INTERIMMANAGEMENT
DETACHERING
PRODUCTIEREGIE
STRATEGISCH ADVIES
de markt. Nieuwe internettoepassingen
bijvoorbeeld, initiatieven op het gebied
van interactieve beleidsontwikkeling of
visie- en missietrajecten. Zo zetten we
onze verschillende specialismen niet
alleen afzonderlijk in, maar versterken
ze elkaar ook. En daar vaart u wel bij.
Want communicatie is geen doel op
zich, maar een effectief middel om úw
doelstellingen te bereiken.
Benieuwd naar de juiste ingrediënten
voor uw communicatieoplossing?
Bel voor een afspraak: 026-4438287.
Rozendaalselaan 14, 6881 LC Velp
telefoon (026) 443 82 87
telefax (026) 389 25 48
e-mail adviseurs@actorion.nl
www.actorion.nl

Colofon
Focus Haaglanden is een gezamenlijke
kwartaaluitgave van Hulpverleningsregio
Haaglanden, Politie Haaglanden en
Stadsgewest Haaglanden en komt tot stand
dankzij een groot aantal partners uit de
overheid en het bedrijfsleven in de regio
Haaglanden.
Redactieadres
Stadsgewest Haaglanden
Grote Marktstraat 43
Postbus 66
2501 CB Den Haag
Tel: 070 7501500
Fax: 070 7501501
E-mail: informatie@haaglanden.nl
Concept en uitgave
Actorion Communicatie Adviseurs, Velp
Teksten
Hulpverleningsregio Haaglanden
Politie Haaglanden
Stadsgewest Haaglanden
Actorion Communicatie Adviseurs
VOORJAAR
Fotografie
Birke Ulrich, DWD Promotions, Ed Blok, Ed
Dewaerheijt, Erik van Hoorik, Hulpverleningsregio
Haaglanden, Jaap Bouterse,
Juliette Schneijderberg, Mike van Bemmelen,
Pieter Pennings, Politie Haaglanden, Rens
Plaschek, Rob Jastrzebski, Ronald Stam,
Stadsgewest Haaglanden, Wouter Jansen
Vormgeving
Actorion Communicatie Adviseurs, Velp
Druk
DeltaHage grafische dienstverlening
Oplage
5.000 exemplaren
Commerciële exploitatie
Actorion Communicatie Adviseurs,
tel. 026 - 443 82 87
Copyright en verantwoordelijkheid
Het auteursrecht op de in dit tijdschrift
verschenen artikelen wordt door de uitgever
voorbehouden.
De verantwoordelijkheid voor een artikel ligt
bij de betreffende organisatie.
Uitgave
Voorjaar 2006
Het volgende nummer van Focus Haaglanden
verschijnt in juni 2006
Op de voorpagina
Bruno Bruins
Fotografie: Pieter Pennings
Bruno
Bruins
6
Ton
Roerig 18
Oefenen van
hulpdiensten 30
17 Teleservice
Extra werving
23 politie
Baby
35 Tycoon Award
In dit nummer pagina
Voorwoord 5
Einde aan het Bruno Bruins-tijdperk 6
De Stelling 9
‘Kort’ 10
Regionale Detailhandel Structuurvisie 12
Column ‘Be good and tell it…’ 14
’The Disrict‘ inspireert Haaglandse politie 15
Column ‘Nieuwe wegen naar bereikbaarheid’ 16
Ondertekening samenwerking Rode Kruis 16
Politie steeds beter bereikbaar per telefoon 17
Dutch Water Dreams 18
Nieuwe organisatie BOT-mi 22
Extra wervingsinspanning politie 23
Opsporingsberichtgeving werkt! 24
Column ‘Gemeentesecretaris als crisismanager’ 25
Burger in Blauw 26
Parkeergarageverbod is succesvol 29
Oefenen, oefenen en nog eens oefenen 30
De magie van Panorama Mesdag 33
Haaglanden en startende ondernemers 34
Baby Tycoon Award voor innovatieve starters 35
Facts & Figures 36
Vesteda: ‘Bouw voor hogere inkomens’ 37
Onderwijs en bedrijfsleven bouwen superjacht 38
Focus Haaglanden komt tot stand mede dankzij:
Actorion Communicatie Adviseurs, Velp
BMC, Den Haag
DeltaHage grafische dienstverlening, Den Haag
Esloo Onderwijsgroep, Den Haag
Gemeente Zoetermeer
Grontmij Advies & Techniek B.V., Waddinxveen
HTM, Den Haag
Kamer van Koophandel Haaglanden, Den Haag
Vesteda, Den Haag
Wilkens C.S., Leiderdorp
VOORJAAR 2006
3
1

Het goede wonen in Den Haag
La Fenêtre
De visie van Vesteda, als specialist in het ontwikkelen en verhuren van luxe woningen en appartementen, is dat kwaliteit in alles voorop moet staan. Of het nu gaat om het gebouw, de omgeving
waarin het staat, het interieur dat past bij deze tijd of de service die uw wonen vandaag en morgen nog aangenamer maken. Kijk naar La Fenêtre aan de Prins Willem-Alexanderweg, ons nieuwste
project in het CS-kwadrant. Maar ook naar de vele andere woningen in onze portfolio. Zo’n 30.000 in totaal. Kom gerust langs in de Vesteda woongalerie of bel ons. Wij vertellen u graag wat wij
voor u kunnen betekenen. U vindt ons aan de Alexanderstraat 23 in Den Haag, telefoon (070) 313 18 00. Of kijk alvast op www.vesteda.com
7296_FocusH.indd 1 03-02-2005 15:44:23
Thuis
in de stad
Woonbeleving. Dat is meer dan een dak boven je hoofd. Een leefomgeving
waarin je prettig kan wonen, maar ook kan werken en recreëren.
Kortom een omgeving waarin je je thuis voelt. Een gevoel dat niet vanzelf
komt, maar gecreëerd kan worden. En juist daarom voelen onze mensen
zich verantwoordelijk en zetten ze zich continue in. Met respect, met deskundigheid,
met visie maar vooral met passie. Passie voor Mooi Werk.
Samen werken. Grontmij is breed vertegenwoordigd in de stad en
beschikt over een uniek netwerk dat ons in staat stelt om partijen bijeen te
brengen: corporaties, gemeenten, ontwikkelaars, maar vooral met bewoners.
De winst van een leefbare omgeving zit 'm in het samenspel.
Samenspel tussen u als opdrachtgever en wij, Grontmij.
Veelzijdig. We bedenken en realiseren samenhangende en duurzame
oplossingen voor stedelijke herstructureringsopgaven, project- en
gebiedsontwikkeling. Van initiatief tot en met beheer. Als veelzijdig partner
met als basis de openbare ruimte.
• financieel-economische studie • grondexploitaties • wijkmanagement •
structuurvisies • stedenbouwkundig ontwerp • inspraakbegeleiding •
bestemmingsplannen • vergunningmanagement • woningrenovatie en
nieuwbouw • inrichting openbare ruimte • sanering • groen • water • infrastructuur
• parkeren.
Contact. Wilt u samenwerken met een organisatie die thuis is in de stad en
dichtbij is gevestigd? Neem dan contact op met onze medewerkers
mevrouw M. van de Ven (hoofd afdeling Stedelijk Gebied) of de heer S. van
Remmen (regiomanager Haaglanden) van de vestiging Zuid-Holland
(T: 0182 62 55 00) of kijk op onze site voor de vestiging in uw regio.
www.grontmij.com
info@grontmij.nl
hjGrontmij
Mooi Werk

Samenwerking
Onafgesproken blijkt als rode draad door deze editie van Focus Haaglanden
het begrip ‘samenwerking’ te lopen. Dat illustreert hoe zwaar dat weegt in
onze regio.
In zijn terugblik op acht jaar portefeuille Verkeer en Vervoer bij Stadsgewest
Haaglanden constateert regiobestuurder Bruno Bruins bijvoorbeeld: “Zaken
samen oppakken, dat was wat ik wilde. Een mooi concreet voorbeeld is de
regionale dienstregeling. Hoeveel tijd kost het om van Delft naar Den Haag
te komen, welke halte stopt er voor mijn deur? Dit soort dingen bindt het
bestuur tot over de stadsgrenzen heen.”
Niet alleen gemeenten werken steeds meer samen, ook diverse overheidsorganisaties
slaan in toenemende mate de handen ineen op regionaal vlak.
Zo verhogen het al genoemde Stadsgewest en de Hulpverleningsregio
Haaglanden samen de deskundigheid van de Haaglanden-gemeenten op het
gebied van‘externe veiligheid’. Daarbij gaat het om de bevordering van kennis
en ervaring op gebieden als milieucontroles, risico-inventarisaties en
het verlenen van milieuvergunningen in combinatie met de ontwikkeling
van ruimtelijke plannen. Een hoogtepunt was het congres Veilig en
Meervoudig ruimtegebruik in Delft. Dit trok ruim tweehonderd belangstellenden
uit overheidsorganisaties en verschillende sectoren van het bedrijfsleven.
Dat relatief grote aantal bezoekers en de soms zeer pittige discussies
maakten duidelijk dat dergelijke activiteiten in een behoefte voorzien.
Vruchtbaar is de samenwerking in Haaglanden tussen politie, burgers en
media bij het ophelderen van misdrijven. Met behulp van Team West, het
opsporingsprogramma van TV West, wordt bijvoorbeeld ongeveer eenderde
van de vertoonde zaken opgelost.
Als u dit blad ontvangt zijn de gemeenteraadsverkiezingen van 7 maart
voorbij. Het antwoord op de vraag of de uitkomsten merkbare beleidsveranderingen
meebrengen, ligt op het moment van redactie (half februari) nog in
de schoot der toekomst verborgen. Één ding staat wel vast, namelijk dat de
besturen van de Haaglanden-gemeenten diverse personele wisselingen te
zien zullen geven.
De verkiezingsuitslagen zijn ook van belang voor de drie uitgevers van dit
blad die ‘Haaglanden’ als gemeenschappelijke achternaam hebben: Politie,
Hulpverleningsregio en Stadsgewest. De gemeenteraden oefenen immers
invloed uit op het beleid van deze drie organisaties. Het ligt voor de hand
dat Focus Haaglanden daar in de juni-editie aandacht aan zal besteden.
Drs. W.J. Deetman,
voorzitter Stadsgewest Haaglanden
voorzitter Hulpverleningsregio Haaglanden
korpsbeheerder Politie Haaglanden
VOORWOORD
VOORJAAR 2006
1

FOCUS STADSGEWEST HAAGLANDEN HAAGLANDEN
6
‘Ik ben in het diepe gegooid, maar het was zeer leerzaam’
Er komt een einde aan het
Bruno Bruins-tijdperk
Regioman, trotse vader, kroegtijger, optimist, ex-portefeuillehouder, loco-burgemeester van Den Haag, oud-dj. Het moge duidelijk zijn dat we te
maken hebben met een veelzijdig en eigenzinnig man. Maar bovenal met iemand die veel voor elkaar heeft weten te boksen in de Haagse regio.
Tot spijt van velen is er een einde gekomen aan de periode van Bruno Bruins als portefeuillehouder Verkeer en Vervoer. Tijd om even terug te kijken
en een beetje vooruit.
Tekst: Juliette Schneijderberg
Fotografie: Pieter Pennings
Hoe was het als portefeuillehouder, de
afgelopen zes jaar?
“De werkwijze van het algemeen bestuur
kende ik al uit mijn periode als raadslid
en dat vond ik zeer interessant. Zaken
samen oppakken en afmaken, dat was
wat ik graag wilde. Natuurlijk zijn er ook
moeilijke periodes geweest, zoals de
herindelingdiscussie. Dat waren geen
vrolijke bijeenkomsten. Het voortouw
nemen in het debat sprak me ook aan;
vooral om het regionale gevoel meer
inhoud te geven. Een mooi concreet
voorbeeld is de regionale dienstregeling.
Hoeveel tijd kost het om van Delft naar
Den Haag te komen, welke halte stopt er
voor mijn deur? Dit soort dingen bindt
het bestuur tot over de stadsgrenzen
heen. Doordat het zo regionaal is, zijn de
vergaderingen erg levendig. Het gaat tenslotte
om dingen die iedereen heel dichtbij
raken. Feit is wel dat ik in het begin
van mijn tijd als portefeuillehouder in
het diepe ben gegooid – het was in de
tijd van de tolpoorten – maar ik ben
ervan overtuigd dat dat de meest leerzame
manier is.”
’RandstadRail naar
Scheveningen is een
kansrijke optie’
Hoe ging u om met de ‘dubbele pettenproblematiek’?
“Persoonlijk zeg ik: door dicht bij mezelf
te blijven. Altijd hetzelfde zeggen, anders
ga je dingen door elkaar halen en moet je
het gaan uitleggen in de gemeenteraad of
in het algemeen bestuur van Haaglanden.
Soms zeggen mensen ‘er ligt teveel
nadruk op het regionale’, of andersom,
‘de focus ligt te veel op de stad’. Je probeert
je aandacht zo goed en zo kwaad
als het gaat te verdelen. Vergaderfrequenties
hoog houden, nooit afzeggen.
Allemaal instrumenten om te laten zien
dat je stad en regio belangrijk vindt. En
dat vínd ik ook. Als er belangentegenstellingen
zijn; gelijk bij elkaar zitten om
het uit te praten.”
‘Je hebt een dotje, of liever
gezegd een dot nieuwe
wegen nodig’
Er is veel gezegd: ‘wat het ook is, Bruins
bokst het voor elkaar.’ Hoe doet u dat?
“Een: omring je met krachtige mensen.
Ik heb binnen het Stadsgewest voor bijvoorbeeld
openbaar vervoer een prima
sparring partner in Simon Renzema. Hij
heeft altijd een deugdelijke financiële
onderbouwing, daar houd ik van. Twee:
mijn motto is ‘een dag niets bereikt is
een dag niet geleefd’. Je moet het echt
geprobeerd hebben, vind ik. Ja, ik ben
redelijk strijdlustig, ja. Drie: je gezicht
laten zien. Sommige mensen denken
misschien ‘oh, daar heb je Bruins weer
op tv of in de krant’, maar ik wil zichtbaar
zijn. En ik probeer dus elke dag in
de pers te tonen waar ik mee bezig ben.
Vier: zorg ervoor dat alles binnen handbereik
is. De verkeersnota’s van Haaglanden,
door mij geschreven, hebben in
de afgelopen jaren nooit uitgeblonken in
verre vergezichten, maar maak de dingen
af waar je mee bezig bent en verlies
belangrijke zaken niet uit het oog door
alles voor je uit te schuiven.”
Kunt u RandstadRail uw grootste succes
noemen?
“Na het tramtunnelproject zijn we heel
voorzichtig met dit nieuwe miljardenproject
van start gegaan. Alles moest dit
keer echt wél binnen tijd en budget.
Zoiets als de tunnelproblematiek wilden
we niet nog een keer meemaken. Het is
qua uitvoering het grootste project wat in
m’n portefeuille zit en ik ben apetrots
dat het nu dan eindelijk, na twintig jaar
praten, bijna zover is. Er zit een prachtig
en krachtig RandstadRail-projectteam
achter, met een projectleider die er flink
de vaart in houdt. We noemen hem ‘de
generaal’. Belangrijk in zo’n groot project
is dat je iedereen wat gunt, iedereen zijn
ding laten doen, elkaar de ruimte geeft
en ook: complimenteren.”
Misschien dat u voor de verkiezingen
RandstadRail nog naar Scheveningen
krijgt?
“Ik wil nog aan de Raad aangeven dat ik
er een sterke voorkeur voor heb. Eerst
moet dit jaar RandstadRail fase 1 gaan
rijden. Dan kunnen mensen zien wat het
is. Ik hoop dat ze enthousiast worden
voor zo’n nieuw OV-project.
RandstadRail naar Scheveningen is een
kansrijke optie, maar ik zie er nog meer:
Westland en de ontsluiting van
Binckhorst bijvoorbeeld.”
De chipkaart, ook een toekomstig
‘succesje’?
“Absoluut. (Bruins laat een dummie van
een chipkaart enthousiast aan de interviewer
zien). Vergeet niet dat we het eerste
land in de wereld zijn waar we met
zo’n chipkaart in het openbaar vervoer
kunnen betalen. Dat mag je gerust een
doorbraak noemen. Op 3 september van
dit jaar, de dag dat RandstadRail gaat rij-

Bruno Bruins: ‘Mijn droom is om ooit burgemeester van deze wereldstad Den Haag te worden. Ik denk eerlijk gezegd dat het daar nu nog wat te vroeg voor is.
Zal nog wat grijzer aan de slapen moeten worden en ervarener…’
’We zijn het eerste land in de wereld waar je met een
chipkaart in het openbaar vervoer kunt betalen’
den, zal de kaart al worden ingevoerd op
de Zoetermeerlijn en de Hofpleinlijn.
Met één en dezelfde kaart kan de reiziger
komend jaar het hele OV-net in Nederland
bereizen. Van trein tot bus, tram en
metro. En de nieuwe OV-chipkaart biedt
een heel gemakkelijke vorm van betalen;
nooit meer gehannes met geld en losse
kaartjes. Ik ben blij dat we de chipkaart
meteen kunnen invoeren met de start
van RandstadRail. Zo kunnen reizigers
in deze nieuwe vorm van openbaar vervoer
ook meteen kennismaken met deze
nieuwe manier van betalen.”
U bent lid van de VVD, de partij die
vroeger bekend stond als de supporter
van het autoverkeer. Was het niet lastig
om vanuit die achtergrond het openbaar
vervoer te promoten?
“Dat beeld van de VVD-er die het asfalt
omarmt vind ik echt ouderwets en
achterhaalt. Ik ken veel VVD-bestuurders
die voorstander zijn van beprijzing van
mobiliteit, rekeningrijden omarmen, et
cetera. Echter, je kunt kwaliteitsgroei niet
alleen oplossen met OV. Je hebt een dotje,
of liever gezegd een dot nieuwe wegen
nodig. Daarin is het Trekvliet-tracé ook
erg belangrijk. De Randstad bungelt
momenteel onderaan de top 20 van
Europese economische aantrekkelijke
regio’s. Dat moet echt anders!
Bereikbaarheid is essentieel voor de
economie, maar ook voor de burgers.
De huidige investeringen moeten
omhoog, de doorlooptijd van infrastructuur
omlaag. Ik ga me daar de komende
tijd beslist nog mee bezighouden: het
moet sneller kunnen.”
Na lang wachten is tram 19 er toch
gekomen. Ook een succes?
“Dat is helaas een goed voorbeeld van
hoe lang sommige dingen kunnen duren.
Vanwege bezuinigingen trok het Rijk
zich terug en werd er ineens gesproken
over lijn 19 als busvervoer.
Er is veel gerekend, overlegd en uiteindelijk
hebben we het geld bij elkaar
weten te schrapen. Eind 2007 rijden er
vanuit Den Haag wel mooi trams naar de
Vinex-locaties Leidschenveen en
Ypenburg! Ik heb altijd gezegd: ook de
bouwvakkers moeten met de tram naar
hun werk kunnen! En achteraf: het is al
moeilijk om een school te beginnen in
het Vinex-gebied, laat staan een tram. Er
waren natuurlijk ontzettend veel belangen
mee gemoeid, zeker naar de aanloop
van de exploitatie. Vanuit een gesloten
front hebben we dat als gemeente gezamenlijk
prima getrokken en dit gaat
zeker een succes worden.”
>>>
VOORJAAR 2006
1

STADSGEWEST HAAGLANDEN
8
In vorige decennia werden veel trams
opgeheven, nu keren de trams overal
terug. Zijn ze weer in de mode?
“Er is meer oog voor de kracht van de
stad. De hoge bevolkingsdichtheid van
Den Haag – de hoogste van alle
Nederlandse steden – vraagt om meer
ruimte voor het openbaar vervoer en de
fiets. Er moet meer gecombineerd worden;
bijvoorbeeld in de vorm van dubbel
grondgebruik. Het grote voordeel van
een tram is dat hij vrij baan heeft, je kunt
zien waar hij rijdt en daarnaast is het een
relatief schoon vervoermiddel.”
Per 20 januari 2005 bent u gestart met
uw nieuwe (neven)functie: Voorzitter van
verkeersveiligheidsorganisatie 3VO. Dat
betekent van concreet uitvoerwerk naar
gedragsbeïnvloeding. Vanwaar die
ommezwaai?
“Ik vind verkeersveiligheid erg belangrijk.
Ieder slachtoffer is er één teveel en
daar moet meer aandacht voor zijn in het
verkeersbeleid. Het aantal verkeersslachtoffers
in ons land kan flink omlaag.
’Ik zou graag een uurtje
zendtijd op de radio willen
om plaatjes te draaien’
In 2000 vielen er in Nederland 1166
verkeersdoden. In 2004 waren dat er
881, een verschil van 285 in vijf jaar.
Ofwel zes bussen vol mannen, vrouwen
en kinderen die wél elke dag thuiskomen.
Gelukkig is er dus een dalende tendens
qua letselslachtoffers. Maar dan nóg. Het
verkeersgedrag van weggebruikers beïnvloeden
is niet gemakkelijk. Daar moet je
veel geduld voor hebben, een ausdauer
voor zijn. Ik wil dat gaan doen. De kracht
van 3VO is haar kennis.
Dit zal gekoppeld moeten worden aan
wijkorganisaties, zodat er lokaalgebonden
kennis naar voren komt.
Ook wil ik flink uitpakken met aansprekende
campagnes.
Bruno Bruins
Bruins (1963) studeerde Nederlands
Recht en Bestuurskunde te Groningen.
Hij schreef onder meer een scriptie
over mogelijkheden en wenselijkheden
om antidemocratische politieke
partijen te verbieden.
Hij werkte achtereenvolgens bij de NV
West-Nederland (nu Connexxion), de
gemeente Den Haag en de HTM.
In 1994 werd Bruins lid van de
gemeenteraad in Den Haag en in 1998
voorzitter van de VVD-fractie. Sinds
augustus 2000 is hij wethouder en
sinds 2004 loco-burgemeester van
Den Haag. Als wethouder is hij
verantwoordelijk voor Verkeer,
Binnenstad en Monumentenzorg.
De portefeuillehouder wordt de
nieuwe voorzitter van verkeersveiligheidsorganisatie
3VO. Hij volgt Jaap
van der Doef op, die na zes jaar zijn
functie neerlegt. Bruins’ benoeming
vond plaats op 20 januari dit jaar.
Bruins is getrouwd en woont met zijn
vrouw Carola en drie zoontjes in
Scheveningen.
Bij het Stadsgewest zitten er mensen
achter, die zijn ook enorm dedicated. Zó
sta ik ’s middags in een schoolklas voorlichting
te geven en dán sta ik in het
vroege ochtendgloren verlichtingsacties
te houden in the middle of nowhere,
prachtig!”
Wat zijn de toekomstplannen?
Grappend: “Ik zou graag een uurtje zendtijd
op de radio willen om plaatjes te
draaien. Ik denk dan aan R&B, songs uit
eind jaren 70, beetje funky en soul.
De overige uren blijf ik naast voorzitter
van 3VO bestuurlijk actief en mijn
droom is om ooit burgemeester van deze
wereldstad Den Haag te worden. Ik denk
eerlijk gezegd dat het daar nu nog wat te
vroeg voor is. Zal nog wat grijzer aan de
slapen moeten worden en ervarener…”
■

DE STELLING
Is een snelle ontsluiting van Vinex-wijken belangrijk? Een beleidsmedewerker, een bewoner en een ondernemer aan het woord.
‘Openbaar vervoer in Vinex-wijken
mag geen sluitpost zijn’
Peter
Dubbeling
Beleidsmedewerker Stadsgewest Haaglanden
Han
Oei
Bewoner Vinex-wijk Leidschenveen
“ “ “
“Ja, snelle ontsluiting is erg belangrijk:
vanaf het eerste begin van het ontwerpen
van een nieuwe woonwijk moet rekening
gehouden worden met hoogwaardige
infrastructuur voor rail- en buslijnen.
Vinex-wijken grenzen meestal aan de
grote steden en zijn vooral bedoeld voor
woningbouw. In wijken van 8000 woningen
wonen al gauw 20.000 mensen die
zich willen verplaatsen, zowel in de
richting van het stadscentrum als in
andere richtingen. Daarvoor is infrastructuur
nodig; wegen, fietspaden, maar
ook ruimte voor hoogwaardig openbaar
vervoer.
Wegennet zwaar belast
Vinex-wijken zijn aangesloten op het
regionale wegennet en de omliggende
rijkswegen, die echter en vooral in de
spitsuren al zwaar belast zijn met autoverkeer.
Het valt in de huidige situatie
niet mee om vanuit bijvoorbeeld
Oosterheem de A12 op te rijden. De
Utrechtse Baan staat dagelijks al vol met
regionaal verkeer met bestemmingen in
Den Haag. Meer autoverkeer naar de
grote stad is niet wenselijk.
Concentreer bouw rond OV
De woningbouw in nieuwe Vinex-wijken
kan volgens mij het beste geconcentreerd
worden rondom de lijnen van openbaar
vervoer. Hiermee worden reizigers op de
eigen infrastructuur snel en rechtstreeks
naar de bestemmingen in de omgeving
vervoerd. Het is logisch om bij het
bouwen van woningen en belangrijke
instellingen zoveel mogelijk rekening te
houden met de lijnen en haltes van
RandstadRail, tram en bus.”
“Toen we nog in het centrum aan de
‘Haagse Gracht’ woonden, hadden we
nauwelijks een auto nodig. Openbaar
vervoer en voorzieningen zijn er goed
geregeld. Reistijd, lopend en treinend,
vanaf huis naar werk was minder dan
een half uur. Eind 2002 verhuisden we
naar een kindvriendelijke Vinex-wijk.
Reistijd van huis naar werk met fiets en
trein is nu bijna vijf kwartier en bij treinvertraging
ruim een half uur langer.
Vanaf het begin was de suggestie gewekt
dat er op tijd goed openbaar vervoer in
Leidschenveen zou zijn. Dát is niet
gebeurd: RandstadRail van Den Haag
Centraal tot station Hofplein Rotterdam
is pas na de zomer van 2006 gereed; het
traject van Hofplein naar Rotterdam
Centraal volgt in 2008. De eerste trams
tussen Leidschendam en Delft rijden
vanaf 2008 door Leidschenveen en
Ypenburg. De fietsroutes zijn nog niet
overal klaar en de doorgaande routes zijn
saai en niet aantrekkelijk vanwege de
harde wind.
Aangewezen op de auto
We zijn bij gebrek aan openbaar vervoer
en goede voorzieningen aangewezen op
de auto. Intussen hebben we een tweede
auto, net als menig ander ‘Vinex-er’. Het
hoge autobezit leidt wél tot parkeerproblemen.
Een ander probleem is de
aansluiting op de rijkswegen tijdens
spitsuren. De uittocht leidt ’s ochtends
tot files en ’s middags raken de afritten
vol. Als het openbaar vervoer en de
voorzieningen eindelijk gereed zijn, blijven
we de auto gebruiken. Je raakt eraan
gewend. En de bushalte ligt op twintig
minuten loopafstand.”
Paul
Schepman
Secretaris Belangenvereniging Bedrijven Rijswijk
“Als er niet direct goed openbaar vervoer
is, dan treffen de nieuwe bewoners van
een Vinex-wijk zelf maatregelen. En
wanneer het openbaar vervoer er dan
uiteindelijk is, valt het niet mee om de
bewoners er alsnog gebruik van te laten
maken. Het rendement van openbaar
vervoer zal naar onze mening gedurende
de jaren dat de Vinex-wijk in aanleg is
slecht zijn, maar op termijn zal het verbeteren.
In de beginperiode zal het
passagiersaanbod laag zijn, net als de rijfrequentie.
Dat is niet bevorderlijk en
een argument om geen gebruik te maken
van het openbaar vervoer. Kosten gaan
hier voor de baat uit. En ook het openbaar
vervoer op bedrijventerreinen kan
veel beter.
Doe meer aan voorlichting
We gaan er vanuit dat mensen zelf op
zoek gaan naar de mogelijkheden van het
openbaar vervoer. Dat is niet zo. Er moet
veel gedaan worden aan voorlichting.
Een taak voor de concessieverstrekker?
Bewoners informeren over de mogelijkheden,
zoals haltetijden, de route en aansluitingen.
Verstrek per woning of bedrijf
een kaartje met informatie, dat men bij-
voorbeeld op een prikbord kan hangen.
Daarnaast zou veel vaker en met regelmaat
onderzoek gedaan moeten worden
naar de reisdoelen van de bewoners in
de Vinex-wijken en op bedrijventerreinen.
Dan kun je openbaar vervoer op
maat aanbieden. In Rijswijk starten we
een project ‘effectief vervoersmanagement’.
Stadsgewest Haaglanden, Swingh,
het bedrijfsleven en de gemeente werken
hierin samen om de bereikbaarheid te
verbeteren.”
DE STELLING
” ” ”
VOORJAAR 2006
9
1

KORT... 10
Goed jaar voor Steenworp
Steenworp Vestigingsadviseurs, onderdeel
van de sector Economische Zaken en
Werkgelegenheid van het Stadsgewest
Haaglanden, sloot 2005 succesvol af. Door
bemiddeling van de vestigingsadviseurs
hebben vorig jaar 63 bedrijven een passende
bedrijfshuisvesting kunnen vinden.
Hierdoor vonden 388 mensen een baan of
konden hun baan in de regio behouden.
Ten opzichte van 2004 is dit een groei van
ruim 20%. In 2004 ging het om 52 bedrijven
met 311 werknemers. Regiobestuurder
Economische Zaken Henk den Boer: “Met
Nominatie Haaglanden Mobiel voor
Intertraffic Innovation Award!
Het bedrijf dat achter Haaglanden Mobiel zit (TripleVia Vialis) is genomineerd met het
project Haaglanden Mobiel. Intertraffic is de meest toonaangevende internationale beurs
voor infrastructuur, verkeersmanagement, verkeersveiligheid en parkeren. Tijdens de
officiële opening op dinsdag 4 april 2006 in de Amsterdamse RAI zal de winnaar van de
Award bekend worden gemaakt.
Op 2 december 2005 klonk het startsein
voor de dienstverlening van Haaglanden
Mobiel. Via de internetsite en het telefoonnummer
0900- 9889 is actuele informatie
beschikbaar over de situatie op de wegen
in Haaglanden.
Begin februari 2006 plaatste Haaglanden
Mobiel drie nieuwe verkeerscamera’s,
waaronder eentje op het circa veertig meter
hoge gebouw van de bloemenveiling in
Naaldwijk. Op een aantal trajecten, met
name aan de zeekant van de stad Den
Haag, worden binnenkort nog kentekencamera’s
bijgeplaatst. Deze camera’s lezen,
alleen voor verkeersinformatiedoeleinden,
Steenworp heeft het Stadsgewest Haaglanden
een effectief instrument in handen
om het regionale aanbod van bedrijfsruimte
in kaart te brengen. Daardoor vinden
startende ondernemers gemakkelijk passende
huisvesting voor hun activiteiten.”
Zelf website raadplegen
Bedrijven met verhuisplannen en startende
bedrijven kunnen sinds oktober 2005 ook
zelf het Bedrijfspanden Informatie Systeem
(BIS) raadplegen dat via www.steenworp.nl
beschikbaar is. Op deze site is al het
beschikbare bedrijfsonroerendgoed in de
regio Haaglanden te vinden. Via een zoeksysteem
kan een selectie worden gemaakt
op bijvoorbeeld prijs, ligging, grootte etc.
De database wordt momenteel 200 keer per
maand geraadpleegd.
Locatiegids
In 2005 heeft Steenworp de bedrijfsonroerendgoedmarkt
gestimuleerd door het
uitbrengen van de Locatiegids voor
bedrijventerreinen en kantorenlocaties in
Haaglanden en te participeren in de Baby
Tycoon Award, de aanmoedigingsprijs voor
startende ondernemers. Ook dit jaar blijft
Steenworp zich verder inspannen om het
vestigingsklimaat in de regio te verbeteren,
de werkgelegenheid te behouden en waar
mogelijk te versterken.
Zie www.steenworp.nl ■
de kentekens van voorbijrijdende auto’s en
vergelijken die met de gegevens van andere
camera’s. Zo kunnen vrij nauwkeurig reistijden
worden afgeleid uit de gegevens.
Informatie die waardevol is voor weggebruikers
die deze informatie ontvangen
via de radiobulletins of via het telefoonnummer
0900-9889. Via dit nummer kunnen
weggebruikers informatie krijgen over
belangrijke routes in Haaglanden, maar ook
informatie opvragen over routes.
De beelden van een deel van de verkeerscamera’s,
de zogeheten Trafficams zijn ook
te zien via het kabelnet van Den Haag, als
onderdeel van de kabelkrant. ■
GRIP
operationeel
Vanaf 1 maart 2006 werkt de regio Haaglanden
met de Gecoördineerde Regionale
Incidentbestrijding Procedure (GRIP). Het
afgelopen jaar is hard gewerkt om alle
hulpverleners en ambtenaren Rampenbestrijding
van gemeenten in de regio
Haaglanden op tijd op te leiden.
Het resultaat mag er zijn: één uniforme
opschalingprocedure voor alle hulpdiensten
en gemeenten in de regio
Haaglanden.
In de GRIP staat exact omschreven welke
functionarissen bij een incident in een
overlegstructuur worden opgeroepen.
De regio Haaglanden heeft de inbreng van
de gemeente vanaf de eerste fase, GRIP-1,
gewaarborgd. Alle operationeel leidinggevenden
in Haaglanden kunnen vanaf
1maart de GRIP afkondigen. ■
Parkeerkaart
Haaglanden
Vanaf nu is de parkeerinformatie van de
Haaglandse gemeenten overzichtelijk in
één kaart op www.haaglanden.nl samengebracht:
de Parkeerkaart Haaglanden.
Het betreft een 1e fase kaart: de informatie
wordt de komende periode aangevuld.
Met de ontwikkeling
van deze ‘Parkeerkaart
Haaglanden’ komt het
Stadsgewest Haaglanden
tegemoet aan
een langgekoesterde
wens van het MKB en
de KvK in de regio Haaglanden. De volgende
stap van het Stadsgewest zal
bestaan uit het uniformeren van het parkeerontheffingsbeleid
van de negen
gemeenten in Haaglanden. Zo verliest een
ondernemer die in verschillende gemeenten
een klus uitvoert straks geen tijd meer
met het uitzoeken van de verschillende
gemeentelijke procedures. Deze beleidsafstemming
zal in de loop van in 2006
vorm krijgen.
Zie www.haaglanden.nl ■

Veel interessanter dan alleen maar voldoen aan regeltjes
Congres Veilig en Meervoudig Ruimtegebruik
Ruim tweehonderd gasten namen op 9 februari 2006 met veel interesse deel aan het
congres Veilig en Meervoudig Ruimtegebruik. Dit congres is georganiseerd door de
Hulpverleningsregio Haaglanden, het Stadsgewest Haaglanden en het U-dispuut van de
TU-Delft. Acht bekende namen uit het vakgebied brachten met verve bekende maar
vooral ook nieuwe aspecten over meervoudig ruimtegebruik en de veiligheid ervan
naar voren.
Het congres maakt duidelijk dat veel
goed gaat, maar ook pijnlijk inzichtelijk
dat er al veel mis is gegaan. Waardevolle
kennisoverdracht dus, die bijdraagt aan
het bewust worden van de nodige risico’s
bij meervoudig ruimtegebruik. Het
Stadsgewest Haaglanden, dat veilig
meervoudig ruimtegebruik nastreeft en
daar stimulator in wil zijn, heeft met het
congres een belangrijke mijlpaal bereikt.
We weten allemaal dat ruimte in de regio
Haaglanden schaars is. Portefeuillehouder
Milieu van der Kamp: “Door de forse verstedelijkingsopgaaf
in Haaglanden wordt
veilig en meervoudig ruimtegebruik steeds
belangrijker. Waar je functies gaat vermengen
nemen de risico’s toe. In een goed ont-
200.000 professionals strijden samen tegen terreur
Het publiek informeren over de acties van
de overheid om terrorisme tegen te gaan,
het vertrouwen in die overheid vergroten
en laten weten wat de burger zelf kan
doen. Dat zijn de drie doelen van de
landelijke publiekscampagne ‘Nederland
tegen terrorisme’.
Drie medewerkers van Politie
Haaglanden spelen een rol in
de bijbehorende televisiespot
en brochure: Uzi Ozturk,
Antoinette Koster en Inge
Aarden. Meer dan de helft
van de Nederlanders denkt
dat Nederland het risico loopt
met een aanslag te worden geconfronteerd.
Ook zijn veel Nederlanders
bang dat allochtonen en autochtonen
steeds meer tegenover elkaar komen te
staan. Bovendien ervaart de burger stilte
vanuit de overheid als het gaat om de aanpak
van terrorisme. Bij de campagne
‘Nederland tegen terrorisme’ wordt daarom
sterk ingezet op het gevoel ‘Samen zijn we
sterk tegen terrorisme’. Met tv-spots, brochure
en billboards en een website worden
burgers geïnformeerd. De campagne is
27 februari gestart en gaat drie jaar duren.
We zitten niet stil
Er is bewust voor gekozen om de overheid
niet als ‘overheid’ te presenteren, maar
deze af te beelden met behulp van ‘de
200.000 professionals bij de overheid die
samen strijden tegen terrorisme’. Het gaat
om de F16-piloot tot en met de politie-
agent. Een van die professionals is de
Rijswijkse wijkagent Uzi Ozturk. Uzi: “Het
is heerlijk om even een andere persoon te
zijn, je even los te maken van het dagelijkse
leven. Ik werk als politieman in hart en
nieren ook graag mee aan ‘Nederland tegen
terreur’. Deze campagne is heel belangrijk:
zo ziet de bevolking dat wij niet
stil zitten als het om terreur
gaat.”
In het filmpje speelt Uzi
zichzelf: een wijkagent die
jongeren op straat aanspreekt.
Uzi: “Als je aandacht
voor ze hebt en goed
in de groep zit, dan kun je
ook informatie boven water krij-
werp is rekening gehouden met deze risico’s,
waardoor ongelukken kunnen worden
voorkomen. Het is zaak dat alle
gemeenten in Haaglanden in staat zijn
dat vroeg in hun planvorming mee te
nemen. Verder is het de uitdaging creatief
met ruimte om te gaan zodat we op
een duurzame manier onze steden en
dorpen ontwikkelen. Zo wordt het thema
externe veiligheid veel interessanter dan
alleen maar te voldoen aan regeltjes. Op
deze wijze dragen we bij aan de opdracht
om van Haaglanden een duurzame en
veilige regio te maken. Alhoewel we ons
ook moeten realiseren dat 100% veiligheid
niet bestaat.” ■
gen over radicalisering en terreur.”
Wijkteamchef Inge Aarden is te zien in de
brochure die deze week in alle Nederlandse
huishoudens wordt bezorgd. “Voor
ons wervingsbureau heb ik al eens een
fotoshoot gedaan en ook aan deze campagne
werk ik graag mee. De burger wordt zo
namelijk bewust gemaakt van de belangrijke
rol die hij of zij zelf speelt in het voorkomen
van terreur. Niet de overheid, maar
de vrienden, leraren en familie signaleren
afwijkend gedrag en radicalisering immers
als eerste. Inderdaad: alleen samen kunnen
we een vuist vormen tegen terrorisme…”
Kijk op www.nederlandtegenterrorisme.nl
voor alle info over de publiekscampagne. ■
Focus Haaglanden wil nog beter
worden!
In de vorige editie van Focus Haaglanden trof u een enquête aan. Hierop hebben
behoorlijk wat lezers gereageerd en aangegeven wat zij belangrijk vinden. Aansluitend
is een telefonische enquête gehouden. Focus Haaglanden kan aan de hand van de antwoorden
in de toekomst de inhoud en vormgeving gericht verbeteren.
Om Focus Haaglanden beter af te stemmen op de wensen van de lezers, organiseert de
redactie naast de enquête ook een panelbijeenkomst. Deze vindt na het verschijnen
van dit nummer plaats. De definitieve uitslag van het lezersonderzoek en hoe wij daarmee
aan de slag gaan, leest u in het zomernummer van Focus Haaglanden. Dit verschijnt
omstreeks half juni. ■
KORT...
VOORJAAR 2006
11
1

STADSGEWEST HAAGLANDEN
12
Meer kwaliteit en identiteit is het credo
Shoppen met nieuwe allure in de
Haaglandse regio
De nieuwe Regionale Detailhandel Structuurvisie is klaar. Het ei is na een vastgestelde periode van vijf jaar weer opnieuw gelegd. In deze visie
zijn de belangrijkste winkelgebieden in de regio gedefinieerd en is aangegeven met hoeveel vierkante meters er kan worden uitgebreid tot 2010.
Wat kunnen we de komende jaren verwachten? “Meer kwaliteit en diversiteit”, zegt Anne Barendse, secretaris van de werkgroep Detailhandel.
Want: Den Haag moet heel snel in de top 4 van internationale winkelsteden in Nederland komen.
Tekst: Juliette Schneijderberg
De Nederlandse winkelmarkt staat op
zijn kop. Steden proberen nationale
winkelroem te veroveren. Ook
tussen samenwerkende steden ontstaan
breuklijnen door de strijd aan winkelpopulariteit.
Afstemming van deze
ontwikkelingen op regionaal niveau is
dus noodzakelijk. Voor de komende vijf
jaar worden daarom opnieuw afspraken
gemaakt met gemeenten, de Provincie en
de Kamer van Koophandel over waar
uitbreiding in de regio wel of niet kan
plaatsvinden en hoe meer op kwaliteit
kan worden gestuurd in plaats van op
kwantiteit (meters). Het advies- en
ontwerpbureau BRO adviseert de
partijen in de vaststelling van de visie.
De opdrachtgevers van de visie zijn het
Stadsgewest Haaglanden, de Kamer van
Koophandel en de Provincie. “Deze
samenwerking tussen de drie partijen is
vrij uniek”, vertelt Anne Barendse. “Te
meer omdat we met de Kamer van Koophandel,
de winkelraad én gemeenten om
de tafel zitten. Landelijk gezien loopt
Zuid-Holland met deze samenwerking
behoorlijk voorop.”
Bouwstenen voor nieuw beleid
Andere provincies geven wisselend
invulling aan het detailhandelsbeleid.
Enkele provincies wachten de parlementaire
behandeling van de Nota Ruimte af,
alvorens concreet beleid te gaan ontwikkelen.
Sommige beschikken wel over een
beleidsnota, maar voeren geen actief
beleid. Andere provincies voeren geen
specifiek beleid, maar scharen de detailhandel
onder een locatiebeleid voor
werken en voorzieningen.
Het (dit keer Randstad-brede) Koopstromenonderzoek
is voor de werkgroep
reden om de eigen visie na vijf jaar
Voorburg, de Herenstraat
opnieuw vast te stellen. Barendse:
“Koopstromenonderzoeken leveren veel
inzicht op in het consumentengedrag en
in het functioneren van de winkelgebieden
in de provincie, zowel op gemeentelijk
als op centrumniveau”. Dit inzicht
heeft in veel gevallen geleid tot bouwstenen
voor nieuw beleid. Het onderzoek
vergelijkt de regio met die van de andere
regio’s. Daarin bleek dat Haaglanden het
nog lang niet zo slecht doet, maar veel
meer moet sturen op kwaliteit.
Kamer van Koophandel:
‘Wat ons betreft is de
markt verzadigd’
Ton Rijerkerk, directeur Regiostimulering
van Kamer van Koophandel
Haaglanden, is blij met het ingetogen
beleid dat BRO in haar advies voorstelt.
“Er zijn de afgelopen jaren veel winkel-
locaties en winkelmeters bijgekomen.
Wat ons betreft is de markt verzadigd.
Dat geven de cijfers uit het advies ook
aan. De regio heeft voorlopig geen
behoefte aan nieuwe winkelcentra.
Wij worden daarin gesteund door de
Winkelraad Haaglanden, een denktank
van ondernemers uit de detailhandel,
die de Kamer en MKB Haaglanden
adviseert over detailhandelszaken.”
Een ingetogen beleid moet zich volgens
Rijerkerk ook vertalen in terughoudendheid
bij het toestaan van meer meters.
“Dat betekent niet dat wij in zijn geheel
geen vernieuwing meer willen.
Vernieuwen blijft belangrijk, maar je
moet dan ook durven aan te geven waar
de winkelfunctie kan verdwijnen.
Dan werk je pas echt aan versterking van
Den Haag, de Passage
je detailhandelsstructuur.”Rijerkerk
spreekt verder zijn waardering uit voor
de samenwerking tussen gemeenten op
dit beleidsterrein. “Ik hoop dat ook in de
toekomst de gemeenten het belang van

Den Haag, het Rabbijn Maarssenplein
regionale afstemming blijven inzien en
zich zullen houden aan het gezamenlijke
beleid.”
Top 4
Den Haag heeft zogezegd de grootste
winkelconcentratie in Nederland. Groot
is echter niet altijd succesvol. Want Den
Haag heeft meer behoefte aan kwaliteit
en onderscheid. En: Den Haag heeft de
ambitie om uit te groeien tot een ‘internationale
winkelstad’, een stad met
internationaal aansprekende winkels en
dusdanig winkelklimaat.
Opvallend is dat de naamsbekendheid
van Den Haag zowel internationaal als
nationaal hoog is. Maar consumenten
kennen de stad nog onvoldoende als
winkelstad. Ook retailers hebben Den
Haag niet bovenaan hun lijstje staan om
een eerste vestiging te openen; daar staat
toch vaak Amsterdam. Daarnaast speelt
mee dat specifieke winkels in de binnenstad
voor de kwaliteitsconsument ontbreken.
Wie herkent het gevoel niet dat,
wanneer je in een willekeurige winkelstraat
in Nederland rondloopt, je jezelf
afvraagt waar je bent omdat je praktisch
overal dezelfde ‘saaie’ bulkwinkels
tegenkomt. Daar moet volgens de werkgroep
Detailhandel snel verandering in
komen. De partijen willen dat Den Haag
binnen de top 4 komt van de ranglijst
van Nederlandse winkelsteden.
Regionale winkelcentra
De in de afgelopen jaren gemaakte
schaalsprong van de regionale centra
heeft toenemende druk gezet op de toppositie
van de Haagse binnenstad. Zo
wordt de winkelfunctie in Delft versterkt
door de opening van winkelgebied
‘Zuidpoort’, werkt Zoetermeer aan nieuwe
versterking en uitbreiding rond de
kern en viel winkelcentrum ‘De Tuinen’
in Naaldwijk al twee keer in de prijzen
en werd het uitgeroepen tot ‘het mooiste
nieuwe winkelcentrum van Nederland’.
Met deze nieuwe impulsen moet Den
Haag harder werken aan haar kwaliteitsverbetering.
“En misschien wat meer kijken
naar de Herenstraat in Voorburg”,
aldus Barendse. Ze noemt het een goed
voorbeeld in de regio waar veel kwaliteit
gebundeld is.
Een kwantitatieve en kwalitatieve
impuls is dus dringend nodig voor het
versterken van het winkelaanbod en de
bovenlokale functie. Om concurrentie
Zoetermeer, het Woonhart
Regio Haaglanden heeft 6.900 winkels in totaal. Den Haag telt er bijna 4.000 en
beschikt met 588.000 m 2 verkoopvloeroppervlakte over het omvangrijkste
winkelaanbod in de regio. Het centrum van Den Haag is de grootste winkelconcentratie
in Haaglanden en behoort met 160.800 m 2 tot de grootste
winkelconcentratie in Nederland. Delft volgt met 648 winkels en circa 140.000 m 2
op een tweede plaats. Ter vergelijking; Amsterdam en Rotterdam beschikken
respectievelijk 158.000 m 2 en 179.000 m 2 .
Den Haag, de toekomstige Spuimarkt
met andere koopcentra aan te kunnen
blijven gaan, moet er meer onderscheid
komen in de Haagse binnenstad en meer
worden ingespeeld op toekomstige
markttrends. Zo adviseert BRO in de
visie dat Haaglanden zich meer op
senioren zal moeten richten en op
allochtonen. Ook zou meer ingespeeld
kunnen worden op de internationale
bevolking: de expats. Deze doelgroep is
in omvang en omzet niet heel groot,
maar in de imagovorming van de binnenstad
als internationale winkelstad
des te meer. Deze drie doelgroepen
leiden tot een interessante groep
consumenten voor de regio.
Wisselwerking
Kwalitatief betekent de benodigde
impuls: aandacht voor wisselwerking
met andere binnenstadsfuncties en aandacht
voor het historisch decor waarbinnen
winkelen kan plaatsvinden. De
ontwikkelingen in de Haagse binnenstad
van de afgelopen jaren hebben al bijgedragen
tot een duidelijke versterking van
de binnenstad. Het Spuimarkt-project en
de toekomstige inrichting van de Grote
Marktstraat zullen gaan helpen aan een
verdere aantrekkingskracht voor detailhandel
en het winkelend publiek. De
Grote Marktstraat, ook wel de A1 van de
binnenstad genoemd, moet zich gaan
ontwikkelen tot een binnenstadsboulevard
met Haagse allure, een gedachte die
teruggrijpt op de plannen van Berlage uit
de jaren twintig.
Historische kwaliteit
Maar er is meer te doen. De historische
kwaliteit van de straten verbeteren bijvoorbeeld.
Dit door gevels op te
knappen, het verkleinen en verminderen
van reclame en het tegengaan van uitstal-
VOORJAAR 2006
13
1

14
Naaldwijk, de Tuinen
lingen op straat. Volgens Lena Dalerup,
programmamanager bij Bureau
Binnenstad Den Haag, kan de binnenstad
van Den Haag meer kwaliteit uitstralen
door de puien van winkels op te krikken
en bijzondere winkelformules naar onze
stad te trekken. “Kijk naar De Meir in
Antwerpen, daar zitten ook winkels
zoals een C&A op een A-locatie. Maar ze
ogen anders vanwege de mooie hoge
puien en etalages waardoor ze een chique
uitstraling hebben.”
Ze beaamt dat Den Haag onderscheidende
winkels nodig heeft. “Maar”, zegt ze,
“dan wel passend in de huidige omgeving.”
Ze doelt hiermee op de verschil-
lende sfeergebieden in de Haagse
binnenstad. “In het Spuimarktgebied
wordt gemikt op het grote publiek. Dit
laatste heeft de gerestaureerde Passage
prima opgepakt. Den Haag is de enige
stad van Nederland die een Passage heeft
die functioneert waarvoor hij is bedoeld:
een heerlijk winkelgebied. De Passage
verbindt ook nog eens de Spuistraat met
de omgeving Paleispromenade en
Noordeinde. Loop erdoor heen met je
neus omhoog, dan zie je goed de detaillering
en ornamentiek die de Passage uitstraling
geven. Er zijn bijzondere winkels
te vinden en leuke nieuwe passende
horeca, zoals DeLuca waar je terecht
kunt voor een ontbijtje, maar ook voor
een diner. Hopelijk komt daar nog een
mooi design hotel bij.”
Metamorfose
De herontwikkeling van De Passage past
volgens Dalerup goed in de metamorfose
die Den Haag doormaakt. “Als je Den
Haag personifieert, was ze een vrouw
met strak opgestoken haar, een beetje
‘versleten’ chic. Nu is ze jonger, frisser
maar wel met allure of klasse. We zijn
dus al op de goede weg. Wanneer het
draagvlak onder de winkeliers voor de
aanpak er is, de juiste marketing wordt
ingezet en de acquisitie goed verloopt
zullen de targets van Den Haag ruimschoots
gehaald worden.” Den Haag kan
zeker een internationale winkelstad worden,
maar dat gaat niet vanzelf...
De ambitie past in ieder geval goed in
het recent gekozen marketingconcept
voor de stad Den Haag: Internationale
stad van recht en vrede’.
Volgens Henk den Boer, portefeuillehouder
Economische Zaken zal de structuurvisie
in april dit jaar door het dagelijks
bestuur van het Stadsgewest
worden vrijgegeven voor inspraak. In het
najaar zal de visie definitief vastgesteld
worden. ■
Den Haag, de binnenstad
De redactie nodigt voor iedere uitgave van Focus Haaglanden iemand uit een mening te geven over een onderwerp dat hem of haar na aan het
hart ligt. In dit nummer is dat Heidi Boussen, mobiliteitsmanager bij SWINGH.
Be good and tell it…
Als kersverse mobiliteitsmanager bij SWINGH (SamenWerken in Groot
Haaglanden) vertelt Heidi Boussen over bereikbaarheid, wegwerkzaamheden
en communicatiecampagnes. ‘SWINGH swingt, blijft dat de
komende twee jaar doen en gaat vaker van zich laten horen!’
In een vorig leven werd ik in een overleg met communicatie-adviseurs van
Verkeer & Waterstaat voor het eerst geconfronteerd met het feit dat
samenwerken blijkbaar niet zo logisch is. Zo gaf een collega van
Rijkswaterstaat een presentatie over de aanpak van de communicatie bij
wegwerkzaamheden. In het verleden was het zo dat wanneer er op een
corridor (bijvoorbeeld de A16 Breda – Rotterdam) gewerkt werd, elke
directie zijn eigen bouwbord langs de weg plaatste. Vol trots presenteerde
deze collega zijn lumineuze idee: ‘we gaan vanaf nu werken met één
vormgeving voor het bouwbord en een gelijke boodschap met één
duidelijke afzender, namelijk Verkeer & Waterstaat. Tenslotte interesseert
het de weggebruiker niet dat er verschillende directies van Rijkswaterstaat
bij de wegwerkzaamheden betrokken zijn.’ Ik kreeg bijna last van plaatsvervangende
schaamte voor de boodschap van mijn collega. Als je denkt
vanuit de weggebruiker is samenwerking zo voor de hand liggend, maar als
je denkt vanuit de structuur en belangen van je eigen organisatie is het
blijkbaar erg onlogisch.
Wegwerkzaamheden geven overlast
In een wat recenter verleden was ik aanwezig bij de bureaupresentaties
voor de aanbesteding van de communicatiecampagne Van A naar Beter.
Daar zaten ook vertegenwoordigers van onder andere de ANWB en de
gemeente Amsterdam aan tafel. Want … als je redeneert vanuit de
weggebruiker is het logisch om de communicatie rond Groot Onderhoud
aan de Nederlandse wegen samen met andere wegbeheerders op te
pakken, inclusief de ANWB. Wegwerkzaamheden geven namelijk overlast.
Eenduidige, heldere communicatie die de weggebruiker op weg helpt, kan
die pijn verzachten. Iedere organisatie draagt bij vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid,
maar communiceert onder één vlag, namelijk het ‘label’
Van A naar Beter. Samenwerken kan dus als je denkt vanuit de
weggebruiker.
Grootste lessen
In SWINGH werken niet alleen de verschillende wegbeheerders in Groot
Haaglanden samen om de bereikbaarheid te verbeteren, maar ook de grote
werkgevers uit de regio. Voor mij als kersverse mobiliteitsmanager SWINGH
zijn dus de grootste lessen: blijf uitgaan van de weggebruiker, want die
verwacht dat je als overheden samenwerkt en raak niet verstrikt in de
structuren van de organisaties. Als we die lessen
ter harte nemen, komen we niet stil te staan en
doen we de naam SWINGH eer aan!
Heidi Boussen
COLUMN

POLITIE HAAGLANDEN
Amerikaanse tv-serie ‘The District’
inspireert Haaglandse politie
In één oogopslag op een plattegrond zien waar en wanneer criminele activiteiten plaatsvinden? Zien waar veelplegers in de stad actief zijn?
Nee, dat is geen science fiction, maar realiteit. In gesprek met infoanalist Lidy Wieberdink van Politiebureau Zoetermeer, één van de belangrijkste
pleitbezorgers van het Haaglandse Hotspotinformatiesysteem. Peter Versteegh, chef Analyse & Research van Politie Haaglanden geeft antwoord op
de vraag hoe dit nieuwe systeem past bij andere door de politie gebruikte informatiebronnen.
Tekst: Janine Jansen en Jeroen Molenaar, Politie Haaglanden
Fotografie: Jaap Bouterse, Politie Haaglanden
Na een drukke werkdag zat Lidy
Wieberdink drie jaar geleden op de
bank te kijken naar haar favoriete
Amerikaanse tv-serie The District. “De
districtshoofden werden in de serie
gebrieft via een groot computerscherm.
Op een digitale plattegrond werd
aangegeven welke misdrijven die dag
waren gepleegd en waar die hadden
plaatsgevonden. Als de daders bij de
politie bekend waren, konden in één
klap ook foto’s en dossiers in beeld
worden gebracht. Ik snapte natuurlijk
ook wel dat zoiets speciaal voor de tv
wordt gemaakt, maar vroeg mij toch af
waarom we in Nederland nog niet zo te
werk gaan. Met de huidige stand van de
techniek moet er toch iets moois te
maken zijn?”
Vruchtbare aarde
Wieberdink ging vervolgens op zoek
naar mogelijkheden voor het ontwerpen
van een geografisch informatiesysteem
voor politiedoeleinden. Peter Versteegh
vult aan: “De vraag naar zo’n systeem
kwam ook precies in de juiste tijd. De
laatste jaren heeft ‘Informatie Gestuurde
Politie’ steeds meer terrein gewonnen.
De vraag om een Hotspotsysteem staat
dan ook niet op zichzelf, maar viel in
vruchtbare aarde. Op strategisch niveau
hadden we al de Wijkveiligheidsscan,
waarmee je een heel bureaugebied in
kaart brengt, en voor de tactische sturing
is er Dashboard. Dat is gemaakt om
wekelijkse criminaliteitscijfers te monitoren.
Met het Hotspotsysteem kunnen
we operationele ondersteuning bieden
door dagelijks met actuele informatie
inzichtelijk te maken wat er zich precies
afspeelt op bepaalde plekken en op specifieke
tijdstippen. Criminaliteit is
Lidy Wieberdink en Peter Versteegh zijn enthousiast over het nieuwe Hotspotsysteem. Het is nu nog alleen voor intern gebruik,
maar zal in de toekomst via internet voor iedereen toegankelijk zijn.
immers niet evenredig verdeeld over de
hele regio; sommige plekken springen er
uit. Datzelfde geldt ook voor de tijdstippen
waarop daders actief worden. Dat
doen ze niet elk uur, ze hebben zo hun
voorkeuren.”
Op de rails
Het Haaglandse Hotspotinformatiesysteem
is ontwikkeld door het Delftse
bedrijf First Element. Dit bedrijf had al
iets vergelijkbaars ontwikkeld voor
Politie Zuid-Holland-Zuid. Wieberdink:
“We wilden natuurlijk niet het wiel
opnieuw uit gaan vinden. We mochten
hun systeem gebruiken en nog wat eigen
wensen toevoegen. Inmiddels hebben
mijn collega-analisten allemaal een cursus
achter de rug. Als we in de praktijk
nog kinderziektes tegenkomen dan zorg
ik dat die bij de ontwerpers terechtkomen,
zodat we een goed functionerend
systeem zullen overhouden.”
De politie zit nooit om werk verlegen,
maar er moeten wel keuzes gemaakt worden.
Capaciteit is immers een schaars
goed. Het Hotspotinformatiesysteem, de
nieuwste loot aan de boom van analyseproducten,
is daarbij een belangrijk
hulpmiddel. Op dit moment wordt het
Hotspotsysteem alleen nog intern
gebruikt. Er wordt ook gesleuteld aan
een systeem dat voor burgers op internet
toegankelijk is. Hiermee kan de burger
zien hoe veilig zijn eigen wijk of buurt
is. Wieberdink en Versteegh besluiten in
koor: “Het Hotspotinformatiesysteem
gaat ons helpen meer en beter boeven te
vangen.” ■
VOORJAAR 2006
15
1

16
Nieuwe wegen naar een betere bereikbaarheid
In 2000 besloot Shanghai een magneettrein aan te leggen naar de
nieuwe luchthaven Pudong International Airport. In 2001 begon een
consortium onder leiding van Siemens met de bouw. Eind 2003 was de
lijn volledig operationeel. Sindsdien schiet elke tien minuten een
flitstrein met zo’n 450 km per uur van het businessdistrict naar het
vliegveld.
En nu Nederland. Rond 1990 werden de eerste plannen ontwikkeld voor de
Hogesnelheidslijn, de Betuweroute en in onze regio RandstadRail. Na ruim
vijftien jaar zijn ze nog steeds niet operationeel. In Midden-Delfland ligt al
dertig jaar een zandlichaam te wachten op het doortrekken van de A4…
Bij nieuwe infrastructuur is een doorlooptijd van vijftien jaar – van
planvorming tot realisatie – heel gebruikelijk. Maar daarbij loop je het
risico dat de overheid voortdurend bezig is problemen van gisteren en
eergisteren op te lossen.
Radicale vereenvoudiging
Onze planologische procedures zijn zeer ingewikkeld, duren lang en
bieden op tal van momenten mogelijkheden om bezwaar aan te tekenen.
Ze drijven bovendien de kosten op, omdat allerlei extra wensen moeten
worden gehonoreerd. Veel bezwaren zijn bij voorbaat kansloos en zorgen
alleen voor vertraging. Dit vraagt om een radicale vereenvoudiging. Ik stel
voor om zoveel mogelijk vergunningen die betrekking hebben op een
bouwproject samen te voegen onder één overkoepelende vergunning.
Belanghebbenden krijgen de mogelijkheid om één keer bezwaar aan te
tekenen tegen het plan als geheel. Zo voorkom je dat we jarenlang
dezelfde argumenten uitwisselen.
Ik zeg niet dat we net als in China ten koste van landschap en leefbaarheid
rücksichtslos nieuwe infrastructuur moeten aanleggen. Integendeel, met
innovatieve oplossingen kan de leefbaarheid zelfs worden versterkt.
Haaglanden kent geslaagde voorbeelden van dubbel grondgebruik. De
Sijtwende-tunnel onttrekt de Noordelijke Randweg aan het zicht,
waardoor Voorburg niet in tweeën wordt gesneden terwijl tegelijkertijd
ruimte is gecreëerd voor woningen, kantoren en groen. De Hubertustunnel
is een ander voorbeeld. Als ruimte schaars is, moet je met creatieve
oplossingen komen.
Milieuwinst
De technieken voor het boren van tunnels ontwikkelen zich snel, waardoor
dit voor steeds meer knelpunten een realistische optie wordt. Maar je kunt
ook denken aan het bouwen boven snelwegen, zoals bij de Utrechtsebaan.
Waarom niet de twee delen van Zoetermeer met elkaar verbinden door een
overkapping van de A12?
Bereikbaarheid en leefbaarheid zijn
beide van vitaal belang voor het
vestigingsklimaat. Ze hoeven elkaar niet
te bijten, zoals blijkt uit deze
voorbeelden. Bovendien levert een
nieuwe ontsluitingsweg vaak per saldo
milieuwinst op: minder files, kortere
reistijden, betere doorstroming en –
niet onbelangrijk – minder stress bij ons
allemaal.
Marius J. Varekamp
Voorzitter Kamer van Koophandel
Haaglanden
Ondertekening samenwerkingsovereenkomst Hulpverleningsregio
Haaglanden en Nederlandse Rode Kruis
Op 1 maart 2006 ondertekenden het Algemeen Bestuur
van de Hulpverleningsregio Haaglanden en een aantal
districtsbesturen van het Nederlandse Rode Kruis een
samenwerkingsovereenkomst.
Vanaf nu kunnen vrijwilligers van het Rode Kruis ingezet
worden voor de opvang en verzorging van bewoners in
geval van een evacuatie binnen Haaglanden.
Burgemeester van Zoetermeer Waaijer plaatsvervangend
voorzitter, hoopt op een goede samenwerking van de
gemeenten in de regio met het Nederlandse Rode Kruis.
Fotografie: Ed Blok, Hulpverleningsregio Haaglanden
COLUMN

POLITIE HAAGLANDEN
Politie Haaglanden steeds beter
bereikbaar per telefoon
De bereikbaarheid van Politie Haaglanden via het landelijk telefoonnummer 0900-8844 is vorig jaar duidelijk verbeterd. Dat blijkt uit het jaarlijk-
se onderzoek van het bureau Telan in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De callcentra van de 26 politie-
korpsen in Nederland krijgen gemiddeld het rapportcijfer 8. Het telecenter van Haaglanden staat met een beoordeling van 8,4 met vijf andere
politiekorpsen op de eerste plaats.
Tekst: Jeroen Molenaar, Politie Haaglanden
Fotografie: Erik van Hoorik, Politie Haaglanden
Het onderzoek naar de telefonische
bereikbaarheid werd uitgevoerd in
de laatste maanden van 2005. Per
regio zijn er 160 gesprekken gevoerd met
medewerkers van Teleservice. Het callcentrum
werd niet alleen beoordeeld op
het snel opnemen van de telefoon en het
snel en doeltreffend doorverbinden,
maar ook op de kwaliteit van de
gesprekken. De beller krijgt geen bandje
te horen, maar wordt direct te woord
gestaan. “Ik ben heel erg trots dat mijn
medewerkers de score binnen een jaar zo
hebben opgekrikt”, vertelt bureauchef
Teleservice, Johan Bodrij, enthousiast.
“Vorig jaar haalden we nog een zeven en
dat was mijns inziens niet afdoende om
aan de verwachtingen van het publiek te
voldoen. We hebben er hard aan gewerkt
en de resultaten mogen er nu zijn.”
De telefoon in Haaglanden wordt in
bijna 80 procent van de gevallen binnen
20 seconden opgenomen, in 2004 was
dat nog in 48 procent van de telefoontjes
het geval. Bodrij: “Volgens onze eigen
cijfers doen we het nog beter, maar dat
komt omdat wij het de hele dag bijhouden
en de Telan-onderzoekers natuurlijk
slechts een momentopname krijgen.”
65.000 telefoontjes per maand
Het bureau dat op 2 januari 2000
begon in een klein kamertje op Bureau
Zoetermeer, met een telefoon, pc,
printer en het handboek Teleservice,
bestaat inmiddels uit 78 medewerkers.
Zij beschikken over zes kamers
en nemen maar liefst 65.000 telefoontjes
per maand aan. Ook beantwoorden
zij alle e-mails van burgers.
Daarmee heeft het bureau een volwaardige
plaats ingenomen binnen
het korps.
Het onderzoeksbureau beoordeelde de vakbekwaamheid en de hulpvaardigheid van de medewerkers als zeer positief.
Het Haaglandse korps scoorde niet
alleen met het snel opnemen van de telefoon,
ook het samenvatten van informatie
kreeg in Haaglanden een hogere score
dan vorig jaar. Leverde dat onderdeel in
2004 nog een 5 op, nu een dikke voldoende:
7. Met andere woorden: in 72
procent van de gevoerde gesprekken
wordt de informatie door de Teleservicemedewerker
goed samengevat. Tevens
sluiten de medewerkers veel meer
gesprekken positief af: ‘Kan ik u nog
ergens anders mee helpen?’ Haalde het
politiekorps voor dit punt nog een 6 in
2004, nu staat er een dikke 7 in het
Telan-rapport.
Coachingsgesprekken
Telan beoordeelde de vakbekwaamheid
en de hulpvaardigheid van de medewerkers
als zeer positief. Ook de ruimte die
bellers krijgen om hun verhaal te vertellen
wordt als zeer goed beoordeeld. Toch
zijn er ook bij Haaglanden nog punten
die verbeterd kunnen worden, zoals het
stellen van gerichte tegenvragen, het nog
beter samenvatten van informatie en het
aangeven op welke termijn de beller
actie van de politie kan verwachten.
Bodrij: “We voeren regelmatig
coachingsgesprekken met de medewerkers.
Dan luisteren we samen naar een
AANTAL opgenomen gesprekken die de
bewuste medewerker heeft gevoerd en
halen we de verbeterpunten er uit. Daar
leer je veel van.”
Sinds zijn aantreden in 2004 heeft Bodrij
een aantal kwaliteitsslagen gemaakt binnen
zijn bureau. “We zijn eerst gaan
investeren in het opleiden van de medewerkers,
daarna in de apparatuur.
Zo moesten de medewerkers eerst handmatig
de nummers intoetsen waar ze
naar wilden doorverbinden, nu doen ze
het met een muisklik. Maar ook de klant
wordt ‘opgevoed’. Bij vragen als ‘Is de
Bijenkorf vanavond open?’, of ‘Ik ben
geflitst, hoeveel moet ik nu betalen?’
verwijzen we ze door naar internet… ■
VOORJAAR 2006
17
1

ZOETERMEER
18
Gemeente Zoetermeer en ondernemer vinden elkaar in unieke publiek-private samenwerking
Dutch Water Dreams wordt een
spectaculair wildwatercomplex
‘Wat gaat u nu doen?’ vroeg een journalist enkele jaren geleden aan Tobias Walraven, toen hij net zijn callcenter SNT naar de beurs had gebracht.
Om van de vraag af te zijn, antwoordde hij het eerste het beste wat in hem opkwam: ‘een wildwaterbaan bouwen’. Gekheid natuurlijk. Maar het
bleef toch door zijn hoofd spoken. De afgelopen twee jaar stonden in het teken van tientallen onderzoeken en eindeloze avonden vergaderen met
allerhande kritische partijen, maar het is gelukt! Deze zomer gaan in Zoetermeer de pompen aan van de eerste wildwaterbaan in Nederland.
De baan is gebaseerd op het ontwerp van de Olympische baan in Beijing.
Tekst: Joan van Dijk
Fotografie en illustraties: DWD promotion, Wouter Jansen, Birke Ulrich, Rens Plaschek
truc is dat je bij het wildwatervaren
continu moet “De blijven peddelen. Dan ga je
namelijk sneller dan het water en hou je
controle over de boot”, zegt Tobias
Walraven. Wildwatervaren is snel, actie,
tempo. Dat wilde Walraven ook graag in
het aanlooptraject richting bouw van de
wildwaterbaan. Maar wet- en regelgeving
in Nederland schrijft anders voor. Het
laatste jaar zal hem ongetwijfeld af en toe
het idee bekropen zijn op een modderige
boerensloot te zitten, waar het peddelen
zwaar is en het varen traag gaat. Want
een droom hebben is één ding; hem
verwezenlijken blijkt een tweede. Dat
vraagt ondernemerschap, doorzettingsvermogen
en een heel goede samenwerking
tussen het bedrijfsleven en de
ambtelijke en bestuurlijke partijen.
Perfect duo
Een kleine twee jaar geleden begon
Walraven een speurtocht in de Randstad
naar een passende locatie voor zijn plan.
De Voorburgse ondernemer liet uiteindelijk
zijn oog vallen op het Van Tuyllsportpark
in Zoetermeer. Daar lag de Plas
van Poot onaangeroerd en met de snelweg
vlakbij leek het de aangewezen plek
voor zijn plan. De eerste contacten met
de gemeente verliepen via voormalig
burgemeester Van Leeuwen, die direct
enthousiast was. Met zijn vertrek kwam
het dossier op het bordje van CDA-wethouder
Ton Roerig. Walraven en Roerig
bleken een perfect duo te vormen. De
wethouder beschikte over de bestuurlijke
contacten en Walraven bewerkte het
bedrijfsleven. Samen loodsten zij in
anderhalf jaar tijd het megaproject Dutch
Water Dreams door het gehele besluitvormingstraject.
Beiden noemen het de
ultieme vorm van publiek-private
samenwerking. Zoetermeer leverde weliswaar
geen financiële bijdrage, maar
trad op als regisseur in het hele bestuurlijke
proces.
Kritische geluiden
Anderhalf jaar mag dan in bestuurlijke
kringen snel zijn, toch is het maar goed
dat je niet weet wat je boven het hoofd
hangt als je enthousiast aan iets begint,
verzucht Walraven. “De regelgeving en
het vergunningensysteem in Nederland
is om gek van te worden. Tot nu toe hebben
we 58 onderzoeken uitgevoerd.
Natuurlijk is een aantal daarvan legitiem,
maar bij sommige trek je echt je wenkbrauwen
op. Het meest bizarre onderzoek
is een eb en vloedberekening,
omdat we water uit de plas gebruiken.
Toch moet je serieus met alle kritische
Zoetermeer leisurestad
Initiatiefnemer Tobias Walraven was in zijn jeugd een
verwoed wildwatervaarder.
Waarom of all places komt Dutch Water Dreams in Zoetermeer? Afgezien van de
perfecte locatie voert Zoetermeer als een van de weinige gemeenten een serieus
leisurebeleid. Daarbij zoekt zij naar sportaccommodaties die anders zijn dan het
doorsnee voetbalveld. Het liefst ziet de stad een leisure-as ontstaan langs de route
Amerikaweg – Europaweg - Australiëweg. Delen van die as zijn er al: Snowworld
ligt samen met Ayer’s Rock aan de noordzijde van de as, halverwege ligt het Racket
Center en aan de zuidkant vind je een overdekte ijsbaan, het zwembad en sportvelden.
Dutch Water Dreams past perfect in deze visie. Ook het volgende goede idee in
de leisurebranche verwelkomt wethouder Roerig graag in zijn stad. “Wij zoeken
naar noviteiten in de markt; naar die dingen die nog niet uitgevonden zijn.
Zoetermeer staat open voor initiatieven.”

geluiden omgaan. En uiteindelijk is het
ontwerp daar ook beter van geworden.”
Maar het kost wel geld. Alle onderzoeken
en planaanpassingen becijfert
Walraven op een slordige 1,2 miljoen
euro. Toch kijken Walraven en Roerig
tevreden terug op het hele proces.
Roerig: “Bij de eerste presentatie van de
plannen stonden omwonenden en
milieuverenigingen op scherp. Wij hadden
de bereidheid het ontwerp aan te
passen en gaandeweg groeide er begrip
en waardering voor elkaar. Het leerde mij
dat, als je vanuit een constructieve
grondhouding voldoende investeert in
belangengroepen, je een heel eind
komt.”
Supporters
Goede ideeën krijgen gaandeweg meer
supporters. En dat geldt zeker voor
Dutch Water Dreams. Als straks de deuren
opengaan beschikt Zoetermeer over
een unieke waterattractie waar de hele
regio van mee zal profiteren. Walraven
rekent op minimaal 200.000 bezoekers
per jaar.
NK, EK en WK
Een skihal kan niet op tegen een echte
berg. Hoe zit dat met de wildwaterbaan?
Kan die op tegen een echte rivier? “Dit is
beter dan een rivier”, zegt Walraven zonder
een spoor van twijfel. “Je kunt namelijk
alle omstandigheden sturen, het is
een stuk hygiënischer én het is leuk om
naar te kijken.” Of dat laatste waar is,
kan iedereen binnenkort zelf beoordelen.
In de komende herfstvakantie staan er
maar liefst drie kampioenschappen op
de agenda in de disciplines freestyle,
slalom en raften. En in de toekomst zullen
zeker Nederlandse en Europese en
misschien ooit wel Wereldkampioenschappen
in Zoetermeer gehouden
worden. ■
Wethouder Ton Roerig: “Wij zagen dit plan van begin af aan
als een prachtige kans om iets moois toe te voegen aan de
regio Haaglanden.”
VOORJAAR 2006
19
1

20
Dutch Water Dreams: het is spannend,
het is kicken, het is sensatie
Onder het motto ‘wat er niet is, kun
je maken’ bouwde het vlakke Nederland
aan kunstskibanen en zelfs een
bobsleestartbaan. En onlangs startte
in Zoetermeer de bouw van een
enorm wildwatercomplex dat uniek
is in heel Europa. Interessant voor
sporters met Olympische aspiraties.
Sam Oud rekent op medaille in Beijing
Dutch Water Dreams beslaat een terrein
van ruim 15 hectare. Het ontwerp ziet er
spectaculair uit en dat ís het ook. Er
komen drie zogenaamde FlowRiders en
een wildwaterbaan van driehonderd
meter lang. De FlowRiders zien eruit als
een soort waterbak waar je op een staande
golf kunt funboarden of bodyboarden,
een soort snowboarden, maar dan op
Sam Oud was op de Olympische Spelen van Athene zeer succesvol. Hij behaalde op de met zeewater gevulde wildwaterbaan de
achtste plek. Niet gek voor een land dat geen eigen wildwater kent. Oud traint nu nog 160 dagen per jaar op wildwater over de
hele wereld. Dat gaat met de komst van het watercomplex in Zoetermeer zeker veranderen. De sprong naar Olympische
medailles zal niet uitblijven, verwacht hij. Helaas kan Nederland voor de Spelen in Beijing maximaal maar twee startbewijzen
verdienen, maar Oud hoopt er minstens een van te kunnen verzilveren. “Waar ik in 2004 nog aan heb mogen ruiken, zal in
Beijing werkelijkheid worden.”
Flow Riders
5000 m 2 indoor shopping center en horeca
Wateroppervlak 10 hectare
• Oppervlakte 10 x 15 m • Hoogte ± 4 m
• Aantal pompen twee • Stroomsnelheid tot 50 km/u
• Watervolume 76.000 l/min
• Kunstmatige golfhoogte 2 tot 3 meter
• Minimum leeftijd bodyboarden of funboarden 8 jaar
water. De wildwaterbaan wordt gebouwd
naar voorbeeld van de Olympische baan
in Beijing. Er valt straks niet alleen te
wildwatervaren, maar ook te raften en te
freestylen; allerlei capriolen uithalen
met een kano of raft. Door het aanzetten
van meer of minder pompen kan het
kabbelende beekje langzaam veranderen
in een woeste rivier, al naar gelang de
vaardigheden van de vaarder. Alles valt
in de categorie ‘gecontroleerde fun’ zoals
de bedenker Walraven het noemt.
Extreme sport
De ondernemer heeft vanaf de eerste
ruwe ideeën sporters en coaches
gevraagd mee te denken over hoe de
baan er uit zou moeten zien en aan
welke technische eisen die naar hun
idee moet voldoen. De Nederlandse
Kano Bond zelf was in eerste instantie
sceptisch, maar vanaf het moment dat de
plannen serieuzer werden raakte zij
uiteraard zeer geïnteresseerd, hoewel ze
verder niet financieel betrokken is.
Maarten van Bergen, directeur van de
NKB, verwacht dat de baan het wildwatervaren
een enorme impuls zal
geven. “In het buitenland is het een zeer
populaire sport. Hopelijk gaat dat in
Nederland nu ook gebeuren. Het is spannend,
het is kicken, het is sensatie en dat

Outdoor Activity center 5 hectare
zal de jeugd enorm aanspreken.
Ongetwijfeld komt er zo talent bovendrijven
dat vanaf 2012 of 2016 voor medailles
kan gaan zorgen.” Freestylebondscoach
René Boom vult aan: “Ik heb al
van verschillende fanatiekelingen
gehoord dat ze hun studie of stage in de
buurt van Zoetermeer willen gaan zoeken.
Dat zegt genoeg!”
Erica Terpstra: ‘DWD biedt optimale trainingsmogelijkheden voor onze sporters’
Het NOC*NSF is zeer enthousiast over
Dutch Water Dreams. “Het is mooi als
zo’n soort accommodatie in Nederland
van de grond komt. Dat komt echt door
het lef van de initiatiefnemer,” zegt
voorzitter Erica Terpstra. “Wij zijn al
vroeg bij de plannen betrokken geraakt.
Helaas beschikt het NOC*NSF niet over
de middelen om een financiële bijdrage
te leveren, maar waar mogelijk hebben
wij wel onze expertise ingebracht.”
Terpstra vindt het fantastisch dat de
baan een exacte kopie wordt van de
baan in Beijing. “Zo krijgen onze spor-
Totale oppervlakte Dutch Water Dreams 15 hectare
6000 zitplaatsen bij evenementen
Met de komst van de Dutch Water
Dreams beschikken de Nederlandse
kanovaarders in één klap over een
wereldbaan. Walraven heeft met het
NOC*NSF en de Nederlandse Kanobond
een trainingsovereenkomst gesloten voor
de komende tien jaar en inmiddels hebben
al 23 landen van binnen en buiten
Europa al trainingskampen aangevraagd.
ters optimale trainingsmogelijkheden in
eigen land.” Op de vraag wat Zoetermeer
heeft dat andere steden niet hebben, antwoordt
de voorzitter: “Het is de
bevlogenheid van de initiatiefnemer in
combinatie met de medewerking van de
gemeente. Die heeft namelijk al meer
ongebruikelijke sportaccommodaties
binnen de gemeentegrenzen en ik vind
dat een compliment waard. De stad heeft
duidelijk een sportminded bestuur; ik
zie Zoetermeer als de voorloper van een
cultuuromslag waarin we op een andere
manier naar sport gaan kijken.”
Technische gegevens wildwaterbaan
Lengte wildwaterbaan 300 meter
Breedte van de baan 20 meter
Breedte van de stroom ± 13,5 m
Waterdiepte maximaal 1.60 meter
Aantal pompen vier plus een reservepomp
Stroomsnelheid maximaal 17 m 3 per seconde
Verval 6,5 meter
Minimum leeftijd 12 jaar
• Totale Kosten ± 32 miljoen euro
• Initiatiefnemer en mede-investeerder:
Tobias Walraven
• Bouwers: Van Wijnen, GTI, Hydrostadium (Frankrijk) en
Waveloch (USA)
• Financiers: o.a. ING Bank, Rabobank, Bank Nederlandse
Gemeenten
• Partners: Nederlandse Kano Bond, NOC*NSF
De sporters zelf staan te popelen.
Moesten ze voorheen altijd naar het buitenland
om te trainen, straks kan dat in
eigen land gebeuren. De Chinezen vinden
het waarschijnlijk minder leuk. Zij
hadden erop gegokt dat veel teams in
Beijing zouden komen trainen, maar dat
pakt nu anders uit. ■
VOORJAAR 2006
21
1

HRH HAAGLANDEN
22
BeleidsOndersteunend Team milieu-incidenten heet in de wandelgangen kortweg BOT-mi
Nieuwe organisatie adviseert Hulpverleningsregio
in tijden van crisis
Na een brand of een ongeval waarbij chemische stoffen vrijkomen klinkt vaak al snel de mededeling: ‘Er is geen gevaar voor de volksgezondheid’.
Voor de burger is vaak onduidelijk waar die mededeling vandaan komt en waar die op is gebaseerd. De nieuwe virtuele adviesorganisatie BOT-mi
gaat hier nadrukkelijk een rol in spelen. En ook de hulpdiensten zelf kunnen advies verwachten.
Tekst en fotografie: Rob Jastrzebski, Hulpverleningsregio Haaglanden
De effectiviteit van het overheidsoptreden
bij rampen en crises hangt
sterk af van de wijze waarop
informatiestromen op elkaar aansluiten.
Pas als je het hele plaatje scherp in beeld
hebt kun je immers de juiste beslissingen
nemen. Daar gaat het nieuwe Beleidsondersteunend
Team Milieu-incidenten
(BOT-mi) een belangrijke rol in spelen.
Effecten van een incident
Paul Verlaan, commandant van de
brandweerregio Midden- en West-
Brabant, wijst op de behoefte aan deskundige
ondersteuning, zowel kort na de
uitbraak van een milieu-incident als wat
later. “De brandweer beschikt over
beschermende kleding, gaspakteams,
opgeleide adviseurs gevaarlijke stoffen
en meetapparatuur. De eerste fase van
een incident komen we dus wel door.
Maar als die acute fase eenmaal voorbij
Wat is BOT-mi?
is, zijn er nog tal van vragen over de
effecten. Zowel op korte, midden als langere
termijn; uren, dagen, weken of zelfs
jaren na een incident. Welke invloed
heeft een chemische uitstoot bijvoorbeeld
op de volksgezondheid, op de
landbouw, de lucht, de bodem en de
waterkwaliteit? Daar missen wij als
brandweer de kennis voor. Het is daarom
goed dat wij nu terug kunnen vallen op
deskundige kennisinstituten.”
Alles draait om tijd
Ook voor het eigen functioneren kan de
brandweer een beroep doen op het BOTmi.
Denk aan het adviseren over risico’s
voor de hulpverleners, geavanceerde verspreidingsberekeningen
van gevaarlijke
stoffen in de lucht of in het oppervlaktewater
of de gevolgen van een blustactiek
voor het milieu.
Tijd is een belangrijke factor bij rampen-
BOT-mi is geen nieuw dodelijk virus of een pas ontdekt insect, maar staat voor
BeleidsOndersteunend Team milieu-incidenten. Het BOT-mi verstrekt adviezen aan
overheidsdiensten voor de bestrijding en nazorg bij incidenten met gevaarlijke stoffen.
Het is een virtuele adviesorganisatie, gevormd door:
• RIVM - Milieu Ongevallen Dienst (MOD)
• RIVM - Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC)
• RIVM - Centrum voor Externe Veiligheid
• Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI)
• Voedsel en Waren Autoriteit (VWA)
• Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling
• Instituut voor Voedselveiligheid RIKILT
• Ministerie van BZK - Directie Crisisbeheersing
• Militair Geneeskundig facilitair Bedrijf (MGFB)
• Ministerie van VROM, Stafafdeling Crisismanagement
Twee jaar lang heeft een projectorganisatie gewerkt aan het opbouwen van het
BOT-mi-team. Eind september 2005 stemde de Ministerraad in met de nieuwe
organisatie.
bestrijding. Alles draait om tijdig handelen,
tijdig beslissingen nemen en dus ook
om tijdige informatie-uitwisseling. Maar
wat is tijdig? Volgens Marijke
Bentvelzen, adviseur gevaarlijke stoffen
van Hulpverlening Gelderland-Midden,
duurt het ruwweg een uur voordat een
adviesaanvraag aan het BOT-mi een concreet
advies oplevert. Zij pleit er dan ook
voor om het team in een zo vroeg mogelijk
stadium bij een milieu-incident te
betrekken. En het is noodzakelijk dat het
adviesorgaan over alle nodige informatie
beschikt om de situatie goed te kunnen
beoordelen. In de praktijk lijkt het daar
nog al eens aan te schorten. Het duurt
vaak wel even voordat bijvoorbeeld
exact bekend is wat de aard en hoeveelheid
van opgeslagen of vervoerde stoffen
is.
BOT-mi
“Het team en de beschikbare deskundigheid
moeten kunnen opschalen, kunnen
meegroeien, met de aard en omvang van
een milieu-incident”, zegt commandant
Verlaan tot besluit. “We moeten met
elkaar zorgen voor een continue aanwezigheid
van kennis en deskundigheid
in iedere fase van een incident: van
bestrijding tot nazorg.” ■

POLITIE HAAGLANDEN
Extra wervingsinspanning vooral
gericht op ‘zij-instromers’
Al jaren kiezen velen, met name jongeren, voor een baan als agent bij Politie Haaglanden. Dit blijkt uit het grote aantal aspiranten op de
Politieacademie. Toch worden er maatregelen getroffen. Waarom? Ondanks de goede carrièrekansen in het korps zorgt terugkeer naar de geboorte-
plaats of regio voor een constante uitstroom. En ook de vergrijzing helpt een handje mee.
Tekst: Els van der Pijl, Politie Haaglanden
Fotografie: Erik van Hoorik, Politie Haaglanden
jaar verruilen tientallen
politiemensen Haaglanden voor
“Elk
een ander politiekorps. Vaak
keren ze terug naar hun geboorteplaats of
-regio. De specifieke aantrekkingskracht
van het korps waar ze naar toe gaan
speelt daarin een ondergeschikte rol”,
vertelt Geert Kleijberg, chef Bureau
Loopbaanontwikkeling en Mobiliteit bij
Politie Haaglanden. “Er is nu nog sprake
van een normaal verloop, maar door de
veranderingen in het politieonderwijs
verwachten we wel problemen. Immers,
voordat iemand is opgeleid tot agent in
de basispolitiezorg zijn we minimaal
drie jaar verder. Bovendien verwachten
we een uitstroom van de naoorlogse
babyboomgeneratie, waardoor interne
vacatures ontstaan.”
De komende twee jaar verwacht Politie
Haaglanden dan ook een dip in haar personeelsbezetting.
Het opvullen van interne
vacatures brengt een verschuiving in
de organisatie teweeg. “Bureau Loopbaanontwikkeling
en Mobiliteit vulde
het afgelopen jaar 250 geüniformeerde
interne vacatures buiten de basispolitie-
zorg in en honderd binnen de zogenaamde
administratief / technische functies
(ATP). Die functies moeten ook weer
worden opgevuld”, zegt Kleijberg.
“Carrière maken – horizontaal of verticaal
– is prachtig, maar het werk op
straat moet gedaan worden. Dat verwacht
de burger van ons. De basispolitiezorg
moet dus op sterkte blijven. Het ligt
voor de hand om zo snel mogelijk meer
studenten te werven en op te leiden,
zodat zij over een paar jaar de uitstromers
kunnen vervangen. Door de duur
van de opleiding geeft dat pas over enkele
jaren rendement en zo lang kunnen
we niet wachten.”
Wervingsstrategie
Om de instroom van politiemensen in de
basispolitiezorg in 2006, 2007 en 2008 te
vergroten, kiest Politie Haaglanden voor
een wervingsstrategie die zich voornamelijk
richt op mensen uit verwante
beroepsgroepen. Mensen zonder volledige
politieopleiding, maar die met een
aangepaste opleiding redelijk snel inzetbaar
zijn. Kleijberg: “Het is erg aantrekkelijk
om deze zogenoemde zij-
Het ligt voor de hand om zo snel mogelijk meer studenten te werven zodat zij de uitstromers kunnen vervangen.
instromers te werven en intern, voornamelijk
vanuit de praktijk, op te leiden
bij de politie. Hierdoor kan de opleidingstijd
aanzienlijk worden bekort.”
Politie Haaglanden heeft zij-instromers
ook wat te bieden. Het is een groot korps
met veel verschillende functies. Veelal
specialistische functies, die regelmatig
vrijkomen en die in de toekomst ook
door de zij-instromers kunnen worden
vervuld. Carrière maken is dus ook voor
deze groep medewerkers weggelegd.
Inmiddels is de korpsdirectie akkoord
gegaan met de werving en selectie van
minimaal vijftig wachtmeesters van de
Koninklijke Marechaussee.
Aanvullende opleidingen
Het actief werven van politiemensen bij
andere korpsen staat niet hoog op de
agenda. Melden zij zich aan, dan worden
ze uiteraard met open armen ontvangen.
En ook de medewerkers van Politie
Haaglanden zelf zijn meer dan welkom,
bijvoorbeeld de surveillanten van
Bureau Orde en Bewaking. Zij zijn verantwoordelijk
voor diverse beveiligingstaken
bij ambassades, politievestigingen
en het Paleis van Justitie. Deze bijzondere
groep politiemedewerkers kent de
organisatie, heeft al een specialistische
opleiding achter de rug en kan met de
nodige aanvullende opleidingen doorstromen
naar een functie in de basispolitiezorg.
Maar er zijn meer groepen
waar de wervingsacties zich op richten.
Kleijberg: “Herintreders of spontane
overstappers van andere korpsen en zo
mogelijk administratief personeel. Deze
laatste groep is met bij- of omscholing
snel inzetbaar op functies bij de meldkamer
of bij de ondersteuning van
rechercheactiviteiten.” ■
VOORJAAR 2006
23
1

POLITIE HAAGLANDEN
24
Onderzoek naar Team West toont aan:
Opsporingsberichtgeving werkt!
Maar liefst zes zaken op rij zijn eind vorig jaar in een maand tijd opgelost dankzij opsporingsberichtgeving. Daaronder twee zware mishandelingen
en een gewapende overval op een woning. Allemaal te danken aan de tips die zijn binnengekomen. De (regionale) berichtgeving als opsporings-
middel is dan ook niet meer uit het rechercheonderzoek weg te denken.
Tekst: Eric Stolwijk en Krystle Heselaars, Politie Haaglanden
Fotografie: Jaap Bouterse, Politie Haaglanden
Krystle Heselaars, derdejaars
studente communicatie aan de
Hogeschool Leiden, liep stage bij
de opsporingsberichtgeving van Bureau
Communicatie, Politie Haaglanden.
Heselaars: “Persvoorlichter Kees
Koppens gaf mij de opdracht te onderzoeken
hoe de opsporingsberichtgeving
als middel kan worden gepromoot
binnen het Haaglandse politiekorps.
Tegelijkertijd moest ik onderzoeken hoe
effectief de opsporingsberichtgeving is.”
De studente baseerde haar onderzoek op
het regionale opsporingsprogramma
Met een bus naar Hilversum
Wat hebben John van den Heuvel
(Bureau Misdaad), Frits Sissing
(Opsporing Verzocht), Koen Voskuil
(Spits) en Lex Benden (RTV West)
gemeen? Zij doen graag zaken met
Politie Haaglanden als het gaat om
het uitzenden van opsporingsberichten.
Politie Haaglanden loopt voorop bij het
inschakelen van kijker en lezer bij het
oplossen van ernstige misdrijven. Met
behulp van Team West lost Politie
Haaglanden ongeveer éénderde van de
vertoonde zaken op. Opsporing Verzocht
kent eenzelfde succespercentage en
Bureau Misdaad is een interessante
nieuwkomer. Aan succes heeft het middel
‘opsporingsberichtgeving’ dus geen
gebrek aan bekendheid binnen politie en
Openbaar Ministerie wel. Daarom ging
politieproducer Kees Koppens met een
bus vol collega’s naar Hilversum, het
walhalla van de Nederlandse televisie. In
Team West in de periode september 2004
tot en met september 2005. Het gaat
daarbij om tachtig zaken, waarvan er
negen, ondanks dat ze waren voorbereid,
niet zijn uitgezonden. En drie zaken zijn
niet op RTV West geweest, maar zijn wel
via andere opsporingsberichtgeving
onder de aandacht gebracht.
Uit het onderzoek blijkt dat 32 procent
van de uitgezonden zaken bij Team West
zijn opgelost! Dit percentage kan nog
verder oplopen, omdat er nog zaken
lopen. Van de 68 zaken die zijn uitgezonden,
kwamen er voor 38 tips binnen. Bij
de televisiestudio van Opsporing
Verzocht gaven Sissing, Van den Heuvel
en Voskuil hun visie op de samenwerking
tussen politie en media.
Vanaf dag één succes
Frits Sissing: ”In 1975 was de eerste
proefuitzending van Opsporing
Verzocht. Er was een hoop commotie in
de pers. Er werd gesproken over heksenjachten,
maar al vanaf dag één was er
succes: de eerste zaak werd meteen
opgelost. We zitten nu op een oplossingspercentage
van tussen de 30 en 35
procent.” Sissing breekt een lans voor de
tijdige inzet van het middel. “Wacht niet
te lang. Ik hoor vaak de klacht van politiemensen:
het kost veel tijd. Dat is waar,
maar soms bespaar je juist tijd en geld
door de televisie tijdig in te zetten.”
De presentator complimenteert Politie
Haaglanden met de aanstelling van drie
vaste presentatoren. “Bij andere korpsen
merk je nogal eens dat het problemen
18 procent van de zaken van Team West
was er sprake van een gouden tip en bij
7procent werden er één of meerdere
bruikbare tips ontvangen. Er zijn ook tips
binnengekomen die niet bruikbaar
waren; dit was bij 21 procent van de
zaken het geval.
oplevert wie in het live-programma de
zaak presenteert. Haaglanden heeft dat
opgelost door de aanstelling van Ruub
Petow, Philip Heijning en Ingrid
Schenk.”
Spanningsveld
John van den Heuvel erkent dat er af en
toe sprake is van een spanningsveld tussen
zijn journalistieke belangen (Bureau
Misdaad, De Telegraaf) en die van het
opsporingsgedeelte van zijn programma,
”maar dat is een kwestie van professionaliteit
en afspraken maken. Ik ben in
eerste instantie journalist, maar ik ben er
niet om de opsporing schade toe te
brengen.” Politieproducer Kees Koppens
sluit de bijeenkomst in Hilversum af.
“Opsporingsberichtgeving is een belangrijk
opsporingsmiddel. Wacht er niet te
lang mee. Laten we samen bekijken hoe
we de verschillende programma’s het
beste kunnen inzetten. Jullie hebben
mijn telefoonnummer!”

Team West online bekijken
Via www.teamwest.nl is Team West
voortaan ook een week lang online te
bekijken. Op de site staat de hele uitzending;
de onderdelen kunnen ook
afzonderlijk bekeken worden. Mocht
net in die week een zaak worden
opgelost, dan verdwijnt dat onderdeel
van de site.
In de onderzoeksperiode van dertien
maanden heeft Team West dus goede
resultaten geboekt. Maar het is natuurlijk
een momentopname. In oktober 2005
waren er bijvoorbeeld zeven zaken op rij
met een 100 procent-score! Deze cijfers
zijn niet verwerkt in de onderzoeksresultaten,
maar liegen er niet om.
Dit onderzoek van de derdejaars studente
was puur gericht op het huidige
opsporingsresultaat van Team West. Er is
niet gekeken naar mogelijke verbeteringen.
Heselaars: “Daarom zal ik in 2006
een vervolgonderzoek doen. Dan bekijk
ik welke maatregelen er moeten worden
genomen om de effectiviteit van de
opsporingsberichtgeving te vergroten.” ■
Kees Koppens, links, hier in gesprek met John van den Heuvel, presentator van het nieuwe opsporingsprogramma Bureau Misdaad.
Wanneer te zien?
Team West is elke woensdag op RTV West te zien om 17.29, 19.30, 21.30 en
23.30 uur. De uitzending wordt iedere donderdag herhaald.
Opsporing Verzocht is elke dinsdagavond om 20:30 uur op Nederland 2 (AVRO).
Het eerste seizoen van Bureau Misdaad is inmiddels afgelopen. bij het ter perse
gaan van deze Focus Haaglanden is nog niet bekend wanneer de tweede reeks zal
starten.
De gemeentesecretaris als crisismanager
Het zal je overkomen. In je gemeente doet zich een ramp of crisis voor.
Jij bent gemeentesecretaris, dus directeur van de gemeente en alle ogen
en oren richten zich op jou. Je bent in één klap crisismanager geworden.
Je hebt er geen dagelijkse ervaring mee. Toch kan het je overkomen.
Reden genoeg om de gemeentesecretaris op te leiden tot operationele
crisismanagers.
Als gemeentesecretaris heb je een rol in de voorbereiding. Dit wordt in
vakjargon wel de koude fase genoemd. Je zorgt ervoor dat alles goed
voorbereid is en dat iedereen weet wat er van hem of haar verwacht wordt
als het er op aan komt. En als een ramp of een groot incident zich aandient
– jawel, de warme fase – ben jij degene die als een soort operationeel
commandant optreedt. Je moet onder hoge druk beslissingen in complexe
situaties nemen. Geen stuurgroepen, geen denktanks, maar lijnen
uitzetten en beslissingen nemen.
Intensieve samenwerking
Twee gezichten in één functie. Zijn die wel te combineren? Steeds vaker
klinkt de discussie om gemeentesecretarissen op te leiden tot ‘echte’
operationele leiders voor gemeenten ten tijde van een ramp of crisis.
En ook in de vorming van de Veiligheidsregio komt de rol van de
gemeentesecretaris duidelijk naar voren. In de Veiligheidsdirectie werkt
een coördinerend gemeentesecretaris intensief samen met de korpschef
van de politie, met de commandant van de brandweer en met de regionaal
geneeskundige coördinator.
Een prima ontwikkeling. Het is logisch dat de gemeente een belangrijke
rol op zich neemt bij rampenbestrijding en crisisbeheersing. De
burgemeester met naast zich de gemeentesecretaris zijn de aangewezen
figuren om zaken te regelen en te coördineren.
Optreden in 24-uursverband
In Nederland is geen enkele gemeente in staat om een ramp of crisis van
enige omvang in zijn eentje af te handelen. Het is niemand gegeven om
meer dan 24 uur in touw te zijn. De operationele diensten (brandweer,
politie en ambulance) zijn gewend om elkaar af te wisselen en zorgen er
ook voor dat er sprake is van een goede overdracht. Heeft de gemeente dit
ook geregeld? Het antwoord is simpel: nee. De gemeente is niet gewend
om in 24-uursverband op te treden. Het ligt op de weg van
gemeentesecretarissen om vooraf de krachten te bundelen en te
organiseren zodat er genoeg back up is als het er op aan komt.
Gemeentesecretaris, pak dus uw rol in de koude fase en zorg voor een
goede back up als de ramp of crisis langer duurt dan 24 uur!
Caro van der Lijcke
Senior adviseur BMC,
Voormalig commissaris van politie en
gemeentesecretaris
VOORJAAR 2006
25
COLUMN F & F
1

POLITIE HAAGLANDEN
26
Unieke kans op een dagje ‘Burger in Blauw’
Neem een exclusief kijkje in de
keuken van Politie Haaglanden
Politie Haaglanden biedt burgers al geruime tijd de gelegenheid een dienst mee te draaien met een politieman of -vrouw. Deze publieksactie heet
‘Burgers in Blauw’. Na de bewoners van Rijswijk en Delft krijgen dit voorjaar een aantal Hagenaars deze unieke kans…
Tekst: Westlandse Courant, Groot Rijswijk
Fotografie: Erik van Hoorik, Ed Dewaerheijt, Ronald Stam, Politie Haaglanden
Iedereen heeft wel een verhaal over de
politie en op verjaardagsfeestjes of
recepties vinden ze gretig aftrek. Uit
die verhalen blijkt vaak dat mensen niet
begrijpen waarom de politie bepaalde
keuzes maakt tijdens haar optreden.
Burgers kennen de dilemma’s niet
waarvoor politiemensen dagelijks
worden geplaatst. Om de kennis over het
politiewerk te vergroten, biedt Politie
‘Met loeiende sirenes gingen we op weg naar een vechtpartij’
Nicolette Arentz: “Ik wilde vroeger naar
de politieacademie, maar het kwam er
niet van. Toch bleef het altijd kriebelen.
Deze actie was dé manier om een keer
mee te maken hoe het er nu aan toe
gaat. Het was geweldig. Ik heb nog
nooit zoveel meegemaakt op één dag.
We deden een onderzoek bij een
inbraak toen we een melding kregen
om assistentie te verlenen bij een vechtpartij.
Met loeiende sirenes gingen we
ernaar toe. Ook hebben we nog twee
aanhoudingen verricht. In een van de
Haaglanden burgers de gelegenheid om
een surveillancedienst in een politieauto
mee te maken. Focus Haaglanden zet een
aantal reacties op een rij.
‘In een leeg kantoorpand op zoek
naar krakers’
Wim Hofmeester: “Ik wilde graag eens
meemaken hoe de politie werkt. Het een
keer zelf zien en beleven. Het Politie-
gevallen was er sprake van mishandeling.
Bij een oploopje kreeg ik zelfs een
trainingsjasje met een politie-embleem
aan, zodat duidelijk was dat ik bij de
politie hoorde. Teamwork is heel belangrijk;
ze schakelen voortdurend met
elkaar en vullen elkaar aan. Ik heb besloten
om serieus te kijken of ik niet alsnog
de politieacademie zal gaan doen. Ik
sprak een agent die ook al 39 was toen
hij agent werd. Ik ben nu 41, dus waarom
niet?”
bureau Rijswijk heeft een hele jonge
bezetting. Ik vind dat op zich jammer; ik
vind het wel prettig als er een beetje een
gemêleerd gezelschap is. Verder viel me
op dat het werk heel intensief is. Ze
moeten met een minimale bezetting echt
keihard werken. En als er elders versterking
nodig is, wordt er ook nog een
‘mannetje’ weggetrokken. Aanvankelijk
kregen we diverse meldingen. Een
vrouw die was gevallen en iemand die
was bedreigd. Vervolgens kwam de melding
dat krakers in een leeg kantoorpand
waren getrokken. Toen gingen we dus in
dat kantoorpand op zoek naar die
krakers. Dat was best wel spannend. In
zo’n groot leeg pand waar zoveel kasten
en toiletgroepen zijn waar men zich kan
verstoppen. Maar we hebben niemand
gevonden.”
‘Er heerst een enorme collegialiteit’
Paul Pronk: “Ik heb een zekere hypocrisie
ten opzichte van de politie. Enerzijds
ervaar ik de politie als vervelend met
bonnen schrijven, maar aan de andere
kant wil ik natuurlijk wel dat er politie
is. Ik wilde meedoen om te kijken of die
hypocrisie klopt. Ik werd heel goed ontvangen
door de agenten. Ze vroegen mij
ook of ik vond dat ze zaken goed oppakten.
Dat vond ik knap, dat ze zich zo
opstelden. Dat dwingt tot nadenken en
voorkomt een ongefundeerde mening. De
eerste actie was een mogelijke zelfdoding.
Iemand had zijn daad aangekondigd
bij de buren. Dan kom je zo’n huis
binnen, er ligt een afscheidsbrief en je
gaat dan eigenlijk op zoek naar een lijk.
Uiteindelijk kon de zelfmoord worden
voorkomen. Verder is er nog een arrestatie
verricht. De arrestant was erg agressief
en er kwam ook versterking bij. Ook
een spannende actie dus. Verder nog een
alcoholcontrole en we moesten naar
iemand die onwel was geworden. Ik heb
erg veel respect gekregen voor de politie;
ze werken in de ‘afvalbak’ van de maat-

schappij. Het vraagt voortdurend
omschakelen, want het ene moment zijn
ze bij iemand die onwel wordt en het
volgende moment verrichten ze een aanhouding.
Wat me ook opviel, is dat er
een enorme collegialiteit heerst. Ook is
het erg druk. Dan begrijp je wel dat minder
dringende zaken wat langer moeten
wachten. Ik dacht: wat gebeurt er nou in
Rijswijk? Nou, genoeg, dat kan ik je wel
vertellen.”
‘Politiemensen blijven onder alle
omstandigheden rustig’
Piet Verkade: “Midden in de nacht
kwam een inbraakmelding in
Honselersdijk. Wij er heen met de auto.
Bleek dat er twee zakken cement waren
gestolen. Op die momenten denk je wel:
wie gaat er midden in de nacht zijn nest
uit om een paar zakken cement te stelen?
Veel tijd om me erover te verbazen had
ik niet. Ik rolde met de agenten van het
ene in het andere voorval. Zo kwam er
een melding binnen van een poging tot
inbraak in Monster. Gelijk erheen, maar
er viel weinig meer te zien. Later in de
‘Adrenaline gierde door mijn lichaam terwijl ik op de achterbank zat’
Kitty van Dijk: “Via de meldkamer
hoorden we dat er op de Staelduinlaan
iemand onwel was geworden in zijn
auto. We reden op dat moment in De
Lier en dat is best een eindje weg, zeker
in de spits op vrijdagmiddag. De agenten
reageerden direct. Met sirenes aan
werd zo snel mogelijk koers gezet naar
de Staelduinlaan. De adrenaline gierde
door mijn lichaam terwijl ik op de achterbank
zat. Voor de agenten is het misschien
dagelijkse kost, maar in mijn
beleving vlógen we over de weg. Bij
aankomst bleek dat de man niet onwel
nacht kregen we nog een keer een
inbraakmelding in ‘s Gravenzande. De
eigenaar van de woning had iemand zien
wegvluchten. Tegen de tijd dat we er
waren, konden we niets meer ontdekken.
was geworden, maar in zijn voertuig lag
te slapen…
Eén beeld van de surveillance staat me
nog helder op het netvlies. We kwamen
bij een ongeluk, waarbij een fietser was
betrokken. Ze was nog zeven maanden
zwanger ook. Ik heb zelf kinderen,
zoiets maakt grote indruk. Wat me aan
de agenten opviel, is dat ze met grote
professionaliteit en zorg aan het werk
gaan. Niet kil. Maar ze zijn ook weer
niet zo betrokken dat ze hun werk niet
goed kunnen doen.”
Met een paar auto’s hebben we nog
gezocht in de buurt. Je bent echter al snel
vijf minuten kwijt om ter plekke te
komen. En dan is zo’n inbreker al gevlogen.
Even spannend werd het bij de
afhandeling van een melding op de
Naaldwijkse Dijkweg. Een fietser had
van iemand een klap op zijn hoofd
gehad. Die jongen moest met de ambulance
worden afgevoerd. Allerlei mensen
gingen zich ermee bemoeien en iedereen
wilde mee met de ambulance. Het viel
me op dat de broeders en de agenten zo
rustig bleven. Ik merkte tijdens de nachtdienst
regelmatig dat mensen met een
behoorlijke slok op in discussie willen
met agenten. Maar die laten zich niet
provoceren. Dat vind ik knap.” ■
VOORJAAR 2006
27
1

28
T +31 (0)71 - 581 12 11
F +31 (0)71 - 589 11 49
E info@overheidsvertalingen.nl
Overheidsvertalingen
Rijksoverheid
Provinciale
overheid
Gemeentelijke
overheid
OVERHEID EN
Overheidsvertalingen
Het belang van onderscheid
Het vaste team van Wilkens c.s.
heeft de beschikking over een
wereldwijd netwerk van gespecialiseerde
vertalers met bewezen kwaliteiten
op het gebied van teksten
voor de overheid. Zij zijn bekend
met internationaal vastgestelde terminologie
en de Nederlandse
beleidsstructuren.
Of het nu een brochure of een
beleidsnotitie betreft, Wilkens c.s.
zorgt ervoor dat de vertaling nooit
ten koste van uw tekst gaat.
WILKENS c.s.
Specialist in overheidsvertalingen sinds 1987
www.overheidsvertalingen.nl

POLITIE HAAGLANDEN
Parkeergarageverbod voor
overlastgevers is zeer succesvol
Politie Haaglanden, de gemeente Den Haag en de exploitanten van alle parkeergarages in het centrum van Den Haag ondertekenden enige tijd
geleden een convenant. Hiermee maken zij gezamenlijk een vuist tegen veelplegers en overlastgevers. Het convenant leidde tot een daling van
het aantal auto-inbraken en een groter gevoel van veiligheid in de Haagse parkeergarages.
Tekst: Ima Achahbar Diaz, Politie Haaglanden
Fotografie: Erik van Hoorik, Politie Haaglanden
Mensen die de huisregels van de
parkeergarages schenden en
strafbare feiten plegen, krijgen
sinds vorig jaar oktober een collectief
toegangsverbod van twaalf maanden van
de parkeergarage-exploitanten opgelegd.
Dit toegangsverbod geldt voor alle
vijftien deelnemende parkeergarages in
de Haagse binnenstad. De deelnemende
parkeergarages zijn te herkennen aan een
sticker bij elke in- en uitgang. In geval
van schending van het verbod maakt de
persoon zich schuldig aan huisvredebreuk;
een misdrijf dat zwaarder bestraft
wordt dan auto-inbraak.
Neuzen in dezelfde richting
De eerste pilot duurde drie maanden,
maar die bleek zo succesvol dat het project
voor de komende twaalf maanden
wordt voortgezet. Ronald den Hertog is
teamchef Handhaving op Politiebureau
Jan Hendrikstraat en initiator van de
maatregel. Hij kwam op het idee door
het succesvolle collectieve winkelverbod.
Uiteindelijk duurde het een jaar om
het project van de grond te krijgen. Den
Hertog: “Het was een moeizaam proces
om alle betrokken partijen rond de tafel
te krijgen. De exploitanten zijn in hun
dagelijkse werk concurrenten van elkaar.
Het duurde lang voordat zij het met
elkaar eens waren en de neuzen in
dezelfde richting stonden. Maar sinds de
start van het convenant is iedereen
enthousiast.”
Veelplegers en lastpakken
Parkeergarage-exploitanten kunnen nu
zelfstandig een toegangsverbod uitreiken
dat tegelijkertijd geldt voor de andere
parkeergarages. Dit is een groot pluspunt
omdat overlastgevers vaak actief zijn in
meerdere parkeergarages.
En de exploitanten kunnen nu gegevens
van veelplegers en andere lastpakken
met elkaar uitwisselen; dit maakt de pakkans
nog groter. En het politiekorps geeft
de bewakers van de parkeergarages
instructies en tips in het kader van
beveiliging en het aanhouden van verdachten.
Q-Park’s regiomanager Den
Haag, Henk Burggraaf, vertelt: “Wij zijn
erg blij met het convenant, vooral voor
onze klanten. Met deze privaatrechtelijke
maatregel kunnen wij veiliger parkeergarages
creëren en het dus aantrekkelijker
maken om naar de stad te komen. Sinds
de start van het convenant is de overlast,
zoals vernielingen, afgenomen.”
Naast de parkeergaragehouders, Politie
Haaglanden en het Openbaar Ministerie
(OM) is ook de gemeente Den Haag een
belangrijke partner in het convenant. De
gemeente is onder andere verantwoordelijk
voor de communicatie rondom de
nieuwe maatregel en zij ontwierp de
sticker ‘toegangsverbod parkeergarages’
voor de exploitanten. Siebrig Koopmans,
Samen met zijn collega Marleen Paulussen gaf Den Hertog
uitvoering aan hun idee voor een collectief toegangsverbod
parkeergarages.
procesmanager bij het Keurmerk Veilig
Ondernemen van de gemeente: “Je merkt
dat de parkeergarage-exploitanten een
groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben
om zelf maatregelen te treffen ter
vergroting van de veiligheid; een positieve
ontwikkeling.”
Gezamenlijke website
Sinds de start van het project evalueren
alle betrokken partijen regelmatig de
verbeterpunten en resultaten van het
convenant. De manier waarop de exploitanten
informatie uitwisselen kan nog
beter, vinden zij. Nu houdt men elkaar
dagelijks op de hoogte via e-mail, maar
een gezamenlijke website waar alle informatie
op te vinden is, zou een stuk handiger
zijn. Een ander punt van aandacht
is het vergroten van de bekendheid van
de maatregel bij de gebruikers van parkeergarages.
En er is behoefte aan een
eenduidig beleid. Want het moet voor
alle deelnemende parkeergarages glashelder
zijn wanneer er een waarschuwing
mag worden gegeven of een
verbod mag worden opgelegd. Ook de
grens tussen acceptabel en onacceptabel
gedrag moet duidelijk zijn.
In 2004 werden in de Haagse binnenstad
1.400 auto-inbraken gemeld. Daarvan
vond ruim veertig procent plaats in
parkeergarages. In 2005 stopte de teller
bij 550. Een daling van zestig procent!
Den Hertog is erg tevreden met de
resultaten, net als de Haagse parkeergarage-exploitanten.
Zij hopen de maatregel
binnenkort in alle Haagse parkeergarages
in te voeren. ■
VOORJAAR 2006
29
1

HRH HAAGLANDEN
30
Oefenen, oefenen en nog eens oefenen
Hulpdiensten goed voorbereid op
rampen en incidenten
Het ministerie van Binnenlandse Zaken liet onlangs het rapport ‘Beter oefenen bij de brandweer’ verschijnen. Strekking van het rapport:
In Nederland wordt onvoldoende geoefend. Toch wordt dat in de regio Haaglanden veel en gretig gedaan. Op deze pagina’s treft u een greep uit
verschillende scenario’s die de afgelopen maanden zijn nagebootst.
Tekst: Arwin van de Zande, Ilse van der Salm, John Broeseliske, Denise Scholten, Marit Buis,Hulpverleningsregio Haaglanden
Fotografie: Ed Blok
Hulpverlening klaar voor nucleair,
biologisch of chemisch incident
Eind vorig jaar oefende Den Haag
met de nieuwe ontsmettingsunit,
voluit de massadecontaminatie-unit
genoemd. Bestaande werkwijzen
werden getest en zo nodig aangepast,
met als eindresultaat goed werkbare
procedures.
Onlangs werd het evaluatierapport
afgerond over oefeningen met massaontsmetting
na een NBC-incident.
NBC staat voor nucleair, biologisch of
chemisch. Massadecontaminatie is een
nieuw specialisme, dat vraagt om zeer
nauwe samenwerking tussen geneeskundig-
en brandweerpersoneel. Goed dus
om met elkaar te oefenen.
In totaal deden ongeveer 150 deelnemers,
afkomstig van de brandweer,
GHOR, politie, TNO Defensie en Veiligheid
en RIVM (monsternafnameteams)
aan de oefeningen mee. Er werd een
grootschalige besmetting nagespeeld met
dertig personen, waarvan tien met lichamelijke
verwondingen. Waarnemers van
diverse diensten, maar ook van de ministeries
van BZK en Defensie keken over
de schouders van de hulpverleners mee.
Behandeling vóór ontsmetting
Stap 1 is dat de slachtoffers medisch
stabiel moeten zijn. Stap twee is de ont-
smetting. Stap 3 is de verdere verzorging
van de slachtoffers, zoals vervoer naar
ziekenhuizen. Voor de juiste ontsmetting
is snel informatie nodig over de aard en
de omvang van de besmetting zelf.
Daarvoor was de Adviseur Gevaarlijke
Stoffen (AGS) en een monsternameteam
paraat. Uit de oefeningen bleek dat het
werken met niet-ontsmette slachtoffers
door medisch personeel vraagt om een
landelijke verdere uitwerking. De Hulpverleningsregio
werkt op dit moment aan
een Handboek ‘Ontsmetten’. Waar nodig
zullen andere handboeken aangepast
worden.
Zes steunpuntregio’s
Nederland telt zes zes NBC-steunpuntregio’s:
• Amsterdam e.o.
• Haaglanden
• Rotterdam-Rijnmond
• Groningen
• Noord-Oost Gelderland
• Zuid-Oost Brabant
Halverwege 2005 kregen de zes regio’s
de beschikking over de nieuwe NBCdecontaminatie-units.
Zo is er nu een
landelijke dekking voor specialistische
kennis, vaardigheden en materiaal
voor massaontsmetting van de
bevolking. ■

Virtuele commotie
Tijdens de coördinatie van een incident zijn de gegevens uit de computer onmisbaar
Melding: Zeer grote brand met
explosies bij een benzinestation aan
de Prinses Beatrixlaan in Voorburg.
Zo begon vorig jaar oefening
‘Klapstuk 2’ voor het Regionaal
Operationeel Team (ROT).
Dit ROT-team wordt normaal gesproken
alleen gevormd in geval van een ramp
waarbij de drie operationele diensten –
Brandweer, GHOR en Politie – betrokken
zijn. Nu ging het om een oefening waarbij
de onderlinge samenwerking en het
afstemmen van de operationele met de
gemeentelijke processen centraal stond.
Na de eerste melding: ‘zeer grote brand
in tankstation’ begint de oefening. Al
snel komen de leidinggevenden van de
operationele diensten voor de eerste keer
bijeen in het Regionaal Operationeel
Team. In een aparte vergaderzaal voeren
zij druk overleg. Na ongeveer een half
uur blijkt het niet te gaan om een zeer
grote brand, maar om een LPG-tankauto
die bij een benzinestation is ontploft.
Brandende panden zorgen voor een sterke
rookontwikkeling, waardoor een groot
gebied ontruimd moet worden. Het ROT
bespreekt de te nemen acties. Zo moet de
gemeente Leidschendam-Voorburg
gevraagd worden om een opvanglocatie
voor de bewoners, er moet hulp komen
vanuit andere regio’s en iemand moet
contact leggen met ProRail omdat er
treinstations in het rampgebied staan.
Even lunchen
De oefening duurt ongeveer drie uur. In
het echt is dat natuurlijk veel langer.
Vandaar dat er af en toe een sprong in de
tijd wordt gemaakt. En als het lunchtijd
is, schort de ramp gewoon op. De leiding
van het ROT is in handen van het hoofd
Sectie Brandweer, het hoofd Sectie
Geneeskundige Hulpverlening en de
algemeen commandant. Daarnaast spelen
deelnemers voor gemeenteambtenaar
of voor informanten vanuit het rampgebied.
Een speciale rol is weggelegd voor
een brandweerfunctionaris die aangeduid
wordt met de term ‘bestuurlijk
ondersteuner’ (BOS). Hij of zij vervult
een schakelfunctie tussen de gemeenten
en de operationele diensten, bij de verslaglegging
en het coördineren van informatie
binnen het ROT. Deze BOS meldt
de gemeente bijvoorbeeld dat er een
opvanglocatie moet komen en geeft
andere belangrijke informatie door.
Evaluatie
Na afloop bespreken alle deelnemers de
oefening uitgebreid met elkaar. Wat ging
goed, wat is een aandachtspunt, waar is
niet aan gedacht et cetera. Er bleek veel
onduidelijkheid te bestaan over de taken
van de functionarissen en de processen
die er spelen. Het advies is om alle processen
die zich voordoen tijdens een
optreden van het ROT in kaart te brengen
en deze te koppelen aan functiebeschrijvingen
in een standaard handboek.
Zo kom je tot een heldere en
uniforme taakverdeling. Dat geldt zeker
ook voor de rol die de BOS, de bestuurlijk
ondersteuner moet spelen.
Multiteam
Dit soort rampenoefeningen brengt
aan het licht dat meerdere diensten en
organisaties in korte tijd heel veel
informatie moeten uitwisselen. Een
digitaal systeem dat die informatiedeling
ondersteunt is op dit moment
in ontwikkeling. Het krijgt de naam
‘Multiteam’. Naar verwachting zal dit
team begin 2007 operationeel zijn. ■
Altijd al eens een relschopper willen zijn? Kijk dan op www.oov-support.nl
Stichting zoekt vrijwillige figuranten bij oefeningen
De regio Haaglanden telt veel vrijwilligers
binnen de hulpverlening.
Niet alleen professionele organisaties
als politie en brandweer maken van
hun diensten gebruik. Ook vrijwillige
instanties zoals de reddingsbrigades,
het Rode Kruis en EHBOverenigingen
weten de vrijwilligers te
vinden.
Een oefening wordt pas levensecht als je
te maken hebt met ‘echte’ slachtoffers,
‘echte’ burgers, ‘echte’ hooligans. De
regio Haaglanden heeft een speciale
organisatie, de Stichting Openbare Orde
en Veiligheid–Support (OOV-Support)
die vrijwillige figuranten levert. Zij
maken het de hulpverleners mogelijk om
zo professioneel mogelijk te trainen en te
oefenen.
Neem de ontruimingsoefening in februari
van de Haagse discotheek Asta. De
hulpverleners van brandweer, politie en
GHOR troffen daar ruim driehonderd
feestende figuranten! Wegens brand was
snelle ontruiming noodzakelijk; de ontheemde
feestgangers werden ondergebracht
in een opvanglocatie, de sporthal
Overbosch.
Arthur Haijer, voorzitter van OVV-
Support: “We zorgen voor een beheersbare
en regisseerbare situatie, waarbij we
hulpverleners uitdagen tot realistische
leermomenten. Dat moet organisatoren
van oefeningen en trainingen toch aanspreken!”
Dus, zoekt u vrijwilligers om
te oefenen, denk dan aan OOV-Support!
En hebt u altijd al graag eens een lekkere
rel (fictieve) rel willen schoppen of een
getraumatiseerd slachtoffer van een
ramp willen spelen? Dan is dit uw kans!.
Meer informatie?
Zie www.oov-support.nl
VOORJAAR 2006
31
1

HRH HAAGLANDEN
32
Driehonderd dansende feestgangers en een groep bejaarden
Crisisoefening ‘Voorzorg’
De gemeente Den Haag organiseerde
in februari een crisisoefening onder
de naam ‘Voorzorg’. Den Haag heeft
– evenals de hulpdiensten – een
belangrijke rol in de lokale crisisbeheersing.
Vorige zomer is het
Haagse crisisbeheersingsplan, met
bijbehorende draaiboeken, bestuurlijk
vastgesteld. Een deel van deze
draaiboeken wordt nu tijdens de
oefening in de praktijk getest.
Tijdens een crisis moeten zes gemeentelijke
centra in actie komen. Of dat allemaal
goed gaat en of iedereen wel weet
wat hij of zij moet doen, bleek tijdens
‘Voorzorg’. Bij deze oefening stond het
reilen en zeilen van het Opvangcentrum
centraal. Denk daarbij aan de opvang, verzorging
en registratie van slachtoffers, de
voorlichting en de psychosociale hulpverlening.
Na een grote brand met veel rookontwikkeling
in een Haags uitgaanscentrum
werden ruim driehonderd feestgangers
opgevangen in één van de gemeentelijke
opvanglocaties. De HTM bracht de
‘slachtoffers’ met bussen naar deze locatie.
Dit is onder echte crisisomstandigheden
ook een taak van de HTM.
Medewerkers registreerden de evacués,
boden verzorging, gaven voorlichting
over de omstandigheden en verleenden
zo nodig eerste psychische opvang. Later
in het scenario bleek dat ook ruim 75
bewoners van een naastgelegen bejaardentehuis
moesten worden opgevangen,
een complexe groep die extra verzorging
nodig heeft.
De oefening was een goede test voor het
gemeentelijke crisisbeheersingsplan. Het
bleek tegelijk een goede manier om de
betrokken ambtenaren binnen de crisisbeheersing
bekend te maken met de procedures
en om te leren samenwerken ten
tijde van een crisissituatie. ■
Actiecentra
In tijden van nood beschikt de
gemeente over zes gemeentelijke
actiecentra:
• Sociale Zaken & Werkgelegenheid;
verantwoordelijk voor opvang en
verzorging, de primaire levensbehoeften
en de uitvaartverzorging;
• Burgerzaken; verantwoordelijk voor
de registratie en informatie van
slachtoffers;
• Voorlichting; verantwoordelijk voor
de publieks- en persvoorlichting;
• Stadsbeheer; verantwoordelijk voor
het milieu en het beheer van de
openbare ruimten;
• Schaderegistratie;
• Actiecentrum Dienst Stedelijke
Ontwikkeling; verantwoordelijk
voor bouwtoezicht en de dienstverlening.

FOCUS HAAGLANDEN
De magie van Panorama Mesdag
Het beroemde Mesdagpanorama bestaat 125
jaar. Reden voor tal van activiteiten rondom
de Haagse schilder en zijn bekendste werk.
Tekst: Joan van Dijk
Fotografie: Panorama Mesdag
Een nauwe wenteltrap voert je naar
boven en dan opeens sta je onder
een koepel van licht met een adembenemend
zicht op een Schevenings
zeetafereel. Je bent in hartje stad, dat
wéét je, en toch is er de illusie dat je met
je voeten in het zand en de branding in
je oren op een duintop staat. “Zo werken
de panorama’s”, vertelt museumdirecteur
Marijnke de Jong. “Je moet het
zien als de virtual reality van de 19e
eeuw. De enorme schilderijen waren
toen zeer populair. Ze reisden door heel
Europa en werden in speciaal daarvoor
gebouwde panden tentoongesteld. De
meeste zijn in de loop der decennia
verloren gegaan, maar het Mesdagpanorama
is het grootste en oudste wat
nog bewaard is gebleven.”
Populair gedoe
De schilder Hendrik Willem Mesdag was
niet de uitvinder van het panoramaschilderen,
maar hij bleek er een meester in te
zijn. Tijdgenoten namen deze kunstvorm
niet helemaal serieus en Mesdag kreeg
dan ook de kritiek dat hij zijn talenten
vergooide aan ‘populair gedoe’.
Hij schilderde zijn beroemde panorama
125 jaar geleden in vier maanden tijd op
dezelfde locatie als waar het nu hangt.
Daarmee schonk hij de stad Den Haag
een unieke erfenis. “Het panorama blijft
mensen fascineren”, vertelt de museumdirecteur.
“Je bent baas over je eigen illusie;
je kunt zelf het tempo bepalen wat je
wanneer wilt zien.”
Tot De Jongs grote vreugde is het schilderen
van panorama’s weer in opkomst. In
China en Noord-Korea is er zelfs een speciale
school voor. En ook moderne westerse
kunstenaars pakken het op. Met
behulp van computertechnieken en
schilderingen maakte bijvoorbeeld de
Duitse Yadegar Asisi 360°-beelden van
het oude Rome. En dit jaar werkt hij aan
een schildering van het oude Dresden
van voor het grote bombardement (zie:
yadegarasisi.com). “Dus ook nu creëert
het weer een virtual reality”, constateert
De Jong. ■
Jubileumprogramma
In dit jubileumjaar vinden van 1 april tot en met half september diverse
activiteiten en tentoonstellingen plaats. Een greep uit het aanbod:
22 april t/m 31 juli:
Tentoonstelling ‘Mesdag op het droge’.
Naast zijn bekende zeetaferelen
schilderde Mesdag ook tal van
landschappen.
3 juni t/m 25 juni: Panorama’s van de
leden van Pulchri.
17 juni t/m 17 sep: Het gemeentemuseum
brengt de tentoonstelling
‘Mesdag en de Haagse School’.
1 juli: Mesnach. In het Mesdagkwartier
te Den Haag gaan de musea ’s avonds
open.
7 – 10 september: Internationaal
Panoramacongres. Een club van
panoramaniacs ontmoet elkaar.
najaar: Museum Mesdag brengt een
tentoonstelling over Mesdag.
5 aug t/m okt: Panorama’s vroeger en nu
Zie ook: www.panorama-mesdag.nl
VOORJAAR 2006
33
1

STADSGEWEST HAAGLANDEN
34
Gemeenten: ‘Wij scheppen de kansen waar ondernemers op in kunnen springen’
Regio heeft een gunstig klimaat
voor startende ondernemers
De werkloosheid in Haaglanden is tussen 1 januari 2004 en 1 januari 2005 teruggelopen met zo’n 2%, aldus de Monitor Werkgelegenheid
Haaglanden 2005. Dat zijn weer eens positieve geluiden! Het ondernemersklimaat krabbelt langzaam op. Met ruim 65.000 startende bedrijven was
2004 (landelijk) een absoluut recordjaar! Nooit eerder waren er zoveel starters in één kalenderjaar. In 2004 telde Haaglanden rond de 5000
startende ondernemers
Tekst: Juliette Schneijderberg
Illustratie: Geert Scholtens, Fotografie: Palace Print
jaren waren er veel jonge
mensen met leuke onder-
“Vorige
nemersplannen, maar die
durfden niet goed. Die trend lijkt nu
doorbroken te zijn”, vertelt Joris Jan
Menken, vestigingsadviseur van
Steenworp en hij noemt enkele cijfers.
“Het aantal startende ondernemingen in
regio Haaglanden bedroeg in 2004: 3931.
Dit ligt 733 starters hoger (23%) dan in
2003. Toen bedroeg het aantal starters
3198. Voor 2005 ligt dit cijfer rond de
5000 startende bedrijven in de regio.”
Steenworp Vestigingsadviseurs Haaglanden
helpt bedrijven die uit hun jasje
zijn gegroeid en op zoek zijn naar nieuwe
huisvesting. Daarnaast assisteert
Steenworp startende bedrijven bij het
zoeken naar passende huisvesting.
Starters zijn immers een interessante
doelgroep vanwege hun vernieuwing in
de (Haaglandse) economie.
Gemeente Rijswijk
Maar dan staat er ineens een onderzoek
in de krant: ”Zuid-Holland is de slechtste
provincie voor ondernemers”.
Wethouder Jos Bolte van de gemeente
Rijswijk kan zich daar absoluut niet in
vinden. “Wij, de gemeente Rijswijk, hebben
een special bedrijfscontactpunt, een
loket voor het bedrijfsleven. Wij hebben
daar regelmatig starters aan de lijn die in
Rijswijk iets voor zichzelf willen beginnen.
Het bedrijfscontactpunt is het eerste
aanspreekpunt voor gevestigde ondernemers,
nieuw te vestigen ondernemers
en startende ondernemers. Het loket
helpt starters bij huisvesting, bestemmingsplannen,
financiën, vergunningen,
noem het maar op.”
De grootste groep starters bevindt zich
volgens Bolte in de ICT, adviesorganisa-
ties en detailhandel. Maar ook vanuit
Den Haag komen aanvragen binnen van
starters die zich in Rijswijk willen vestigen.
De prijs van de grond heeft daar ook
mee te maken. “Rijswijk is relatief goedkoop,
aldus Bolte.” Verder noemt hij de
bereikbaarheid van Rijswijk een dik
pluspunt, de nauwe samenwerking met
de BBR, de ligging ten opzichte van Den
Haag en, last but not least: de Plaspoelpolder
die ge-upgrade wordt. Zowel
Oprichtingen van (bedrijfs)vestigingen, 2003 en 2004
regionaal als internationaal is het een
aantrekkelijk bedrijventerrein. Zo zijn
Shell en het European Patent Office er
gevestigd. Via het bedrijfscontactpunt
kunnen starters zo met ze in contact
komen.
Bereikbaarheid is pluspunt
De mate van bereikbaarheid maakt dat
Rijswijk niet bang is dat starters eerder
naar een andere gemeente stappen.

“We zijn een van de weinige bedrijventerreinen
die per tram bereikbaar is en er
is een NS-station met OV-knooppunt.
Ook dat telt.” Bolte ziet ook kansen voor
Rijswijk in speciale panden voor starters.
“Zoiets als de Van Nelle fabriek in
Rotterdam, een verzamelgebouw waar
veel starters bij elkaar zitten, in betrekkelijk
kleine maar creatieve werkruimtes.
In Den Haag is er bijvoorbeeld het oude
Caballerogebouw. Zoiets zou je kunnen
revitaliseren. Het is aan het bedrijfsleven
om dat verder op te pakken, maar de
gedachte ís er.”
Gemeente Zoetermeer
Wethouder Bé Emmens geeft aan dat ook
Zoetermeer een gunstig startersklimaat
heeft. Volgens de wethouder heeft dit
alles te maken met specifieke huisvestingsmogelijkheden,
zoals het Facility
Point. “Daarnaast ondersteunt de
gemeente het ondernemersloket van de
Kamer van Koophandel en is Zoetermeer
aangesloten bij de Stichting Nieuwe
Bedrijvigheid. En in het kader van de
uitvoering van de Wet Werk en Bijstand
besteden we ook aandacht aan uitkeringsgerechtigden
die een eigen bedrijf
willen beginnen.”
“ICT is in Zoetermeer een belangrijke
sector voor starters”, vervolgt Emmens.
“Lange tijd heeft het voormalige
Brinkersgebouw gefunctioneerd als centrum
voor startende ICT-ondernemers.
Nu zijn de daar gestarte ondernemingen
geconcentreerd in twee andere vestigingen.”
Emmens noemt EnterpriZe, uniek
in Zoetermeer. Vier jaar geleden is door
de Haagse Hogeschool de Academie voor
ICT Zoetermeer gestart en in september
2005 is daar EnterPriZe aan toegevoegd.
Het is een faciliteit voor student-ondernemers
en het biedt studenten niet
alleen de fysieke ruimte voor een eigen
onderneming, maar is dusdanig verweven
met de Academie voor ICT dat met
het ondernemen ook studiepunten kunnen
worden behaald.
Gemeente Leidschendam-Voorburg
De gemeente Leidschendam-Voorburg
heeft starters uitgeroepen tot ‘speerpunt’
van het economisch beleid. Ze kunnen
terecht bij een speciale accountmanager
voor advies en ondersteuning. ‘Wij
scheppen de kansen waar ondernemers
op in kunnen springen,’ stelt wethouder
Tilly Zwartepoorte van Economische
Zaken en Toerisme in een nieuwsbrief.
Die aandacht voor ondernemers is nodig,
want vergeleken bij andere gemeenten in
de regio loopt de jongste gemeente nog
een beetje achter.
Zwartepoorte: “De gemeente heeft samen
Baby Tycoon Award voor innovatieve starters
Veelbelovende starters hebben zich
afgelopen en dit jaar kunnen
bewijzen tijdens de seizoensfinales
van de Baby Tycoon Award. Elk jaar
strijden startende ondernemers in
onze regio om de felbegeerde titel.
Het ingeleverde ondernemersplan
wordt gewikt en gewogen door een
deskundige jury. Immers: The proof
of the pudding is in the eating.
Al sinds het begin van de Baby Tycoon
Award participeert Steenworp Vestigingsadviseurs
in de prijs. “Als participant
dragen we net als alle andere 5000 euro
bij. Startende ondernemers, ook genomineerden
van de Award, komen naar ons
toe voor gratis advies op het gebied van
huisvesting”, vertelt Menken, de vestigingsadviseur
van Steenworp. “Dit
advies bevat een selectie aan locaties,
gekoppeld aan een overzicht van de
geboden faciliteiten. Nadat de keuze is
gemaakt verzorgt Steenworp de contacten
met de gemeente en waar nodig ook
met de makelaar.” Dat kan gaan om een
kantoortje in de binnenstad, tot een vergunning
voor een rijdende ondernemer.
Met die laatste doelt Menken op de
Mobi-Ccino, het eerste Nederlandse
Mobiele Coffee verkooppunt, die zich in
november 2004 als eerste kandidaat voor
de finale van de Baby Tycoon Award
plaatste.
“Een uniek initiatief”, aldus Menken.
“Dat is ook wel een vereiste bij de
inschrijvingen voor de Award. Het
ondernemersplan moet verrassend zijn;
de zoveelste kledingwinkel is niet interessant
en voegt niets toe aan het huidige
aanbod. De genomineerden voor de seizoensfinales
voldoen stuk voor stuk aan
dit stempel van uniek of apart.” >>>
met het lokale MKB onderzocht welke
sectoren in onze stad groeipotentie hebben.
Twee springen eruit: zorg en recreatie
& toerisme. Leidschendam-Voorburg
heeft een vergrijzende bevolking met een
groeiende behoefte aan zorg en persoonlijke
diensten. En daardoor is er markt
voor toeleveranciers en dienstverleners
van allerlei aard: van een maaltijdservice
tot een boodschappendienst, maar ook
medische en paramedische zorg.”
Toerisme & recreatie
Een tweede kansrijke sector is toerisme &
recreatie, vooral in het buitengebied.
Zwartepoorte denkt aan logies op de
boerderij, kamperen bij de boer, een
manege of een buitensportcentrum.
“De gemeente kan de toeristische sector
faciliteren met de benodigde vergunningen,
maar ook door de aanleg van fietsen
kanoroutes of gezamenlijke promotie.”
Met de lokale MKB-afdeling is Zwartepoorte
in overleg om te bezien of een
aantal ervaren ondernemers wil fungeren
als coach van starters. “Dat kunnen ook
gepensioneerden zijn die het leuk vinden
een jonge collega bij te staan. Voor
algemene adviezen en het aanvragen van
vergunningen heeft de gemeente uiteraard
het bedrijvenloket.” ■
De Baby Tycoon Award.
VOORJAAR 2006
35
1

STADSGEWEST HAAGLANDEN
36
Vervolg van pagina 35
And the nominees are…
Op maandag 30 januari van dit jaar vond
de tweede seizoensfinale plaats van de
Baby Tycoon Award. De winnaar van de
jurybeoordeling was LBVD Consultancy
uit Delft. LBVD (Lab, Bartels en Van
Dam) is een jong, onafhankelijk adviesbureau
gespecialiseerd in informatiebeveiligingsvraagstukken.
LBVD is
opgericht met als oogmerk kwalitatief
hoogwaardige dienstverlening met de
‘niet lullen maar poetsen’-insteek. Het
bedrijf probeert klanten bewust te maken
van het feit dat informatie niet alleen in
je computer zit, maar ook in je hoofd en
op die losse blaadjes op het bureau. “Fijn
dat je computer een firewall heeft, maar
wat als een medewerker zijn memorystick
laat slingeren en zo informatie op
straat komt te liggen?” aldus de twee
oprichters. Het gaat zelfs zo ver dat ze
soms binnen een bedrijf een mystery
guest inzetten om te zien of er ongemerkt
papieren of een harde schijf meegenomen
kunnen worden.
Publieksprijs
De publiekprijs is gegaan naar
Lunch4Kids uit Den Haag. Lunch4Kids
biedt lunchpakketten aan voor schoolgaande
kinderen. Op het eerste gezicht
lijkt het kartonnen doosje op een Happy
Meal. Maar als je het doosje open doet:
geen hamburger, maar een gezonde maaltijd
met fruit en een pakje drinken.
Omdat veel ouders weinig tijd hebben
om een fatsoenlijke boterham te smeren
is het volgens de ontwikkelaars een
ideale oplossing. Via de website kunnen
ouders hun bestelling opgeven en de vol-
Seizoenswinnaar van de Baby Tycoon Award is LBVD.
gende dag worden de lunchboxjes vers
en op tijd op school bezorgd. Ze hopen
dat over een jaar heel Nederland tussen
de middag uit hun lunchboxjes eet.
Finale
Beide genomineerden gaan door naar de
finale op 6 juni. Dan presenteren alle
genomineerden (door de jury gekozen én
het publiek) zich uiteindelijk in het
Kurhaus voor een deskundige jury. De
uiteindelijke winnaar ontvangt naast de
Award, een geldbedrag van 5.000,- euro
reclamezendtijd voor commercials én
veel publiciteit. Voorafgaand is er eerst
nog een laatste seizoensverkiezing op
24 april in Madurodam. ■
Kijk voor meer informatie op:
www.babytycoonaward.nl
www.lbvd.nl
www.lunch4kids.nl
De omgebouwde klassieke Italiaanse Piaggio APE-driewieler
op de Turfmarkt loopt als een trein. De MobiCcino maakt voor
de liefhebber van kwaliteitskoffie een espresso ristretto of
een schuimige cappuccino op elke denkbare locatie. Het
jonge bedrijf rust op drie activiteiten: de verhuur van mobiele
koffiebarren en personeel, het geven van workshops voor het
maken van espresso’s en niet te vergeten, de ambulante verkoop
van koffie op straat. De Mobi-Ccino behaalde in 2004 als
eerste de finale.
Facts & Figures
Focus Haaglanden bracht enkele cijfers bij
elkaar over het thema Bereikbaarheid dat als
herkenbare rode draad in deze editie is terug
te vinden.
Openbaar vervoer
Dagelijks rijden er in Haaglanden 150
trams en 310 bussen rond. Per dag vervoert
het openbaar vervoer (exclusief de
trein) in totaal 420.000 reizigers. Daarvan
gaan er circa 285.000 met de tram en
ruim 135.000 met de bus.
Bereikbaarheid hulpdiensten
De Regionale Alarmcentrale Brandweer
registreerde vorig jaar ruim 10.000
meldingen:
• 5062 automatische brandmeldingen,
veroorzaakt door rookmelders;
• 5260 niet-automatische brandmeldingen.
De Brandweer kreeg in 2005 ruim 3490
aanvragen voor dienstverlening. Het ging
onder meer om:
• 917 gevallen van wateroverlast;
• 49 meldingen van stormschade;
• 17 bommeldingen/explosieven;
• 626 ongevallen.
Bereikbaarheid Politie Haaglanden
Uit onderzoek van Teleservice komen de
volgende cijfers voor 2005:
Gevoerde telefoongesprekken: 757.411
Aantal digitale aangiften: 11.594
Afhandelen digitale aangiften
binnen vijf dagen: 95 %
Beschikbaarheid/bereikbaarheid Politie Haaglanden
Percentage van de bevolking dat het ‘eens’ is met de uitspraak
Je ziet weinig politie in de buurt
Politie komt te weinig uit de auto
Politie is te weinig aanspreekbaar
Politie heeft te weinig tijd voor allerlei zaken
Ze komen niet snel als je ze roept
Beschikbaarheid (schaalscore) 4,4
0 10 20 30 40 50 60
2001
2002
4,5
4,9
2005
(Bron: Politie Haaglanden)

VESTEDA
Stagnatie woningmarkt lost op door
te bouwen voor hogere inkomens
De groep met een laag inkomen slinkt de komende jaren, zo heeft het CBS onlangs berekend. Het is dus niet handig juist voor deze inkomens-
categorie huizen te gaan bouwen, want dan bouw je voor leegstand. Het is verstandiger te kiezen voor de groeiende groep met een midden- en
hoger inkomen. Door een stijgend woningaanbod voor deze categorie komt aan de onderkant van de markt vanzelf woonruimte vrij. En de over-
heid kan daar een handje bij helpen.
Tekst: Joan van Dijk
Fotografie: Vesteda
Er hangt een behoorlijk probleem
boven de Nederlandse woningmarkt.
Starters en mensen met een laag
inkomen komen nauwelijks meer aan
een betaalbare woning. Reden waarom
gemeenten en woningcorporaties allerhande
constructies bedenken om toch
betaalbare woningen op de markt te
brengen. “Niet doen”, zegt Vestedadirecteur
Jan Willem van der Marel.
“Zoek het niet in goedkopere of in
gesubsidieerde woningen. Daar hebben
we er namelijk meer dan genoeg van.
We hebben geen kwantitatief, maar een
kwalitatief woningtekort. De woningmarkt
stagneert simpelweg omdat er
onvoldoende aantrekkelijke woningen in
het midden- en duurdere segment zijn.
Daardoor blijven mensen zitten waar ze
zitten.”
Doorstroming
De aantallen die Van der Marel noemt
liegen er niet om. Volgens hem woont
zo’n 40% van de bewoners in Amsterdam,
Rotterdam en Den Haag ‘scheef’;
dat wil zeggen in een te goedkope
woning ten opzichte van het inkomen.
De oplossing die hem voor ogen staat is
helder: bouw juist voor de hogere inkomens.
Verleidt de groep die het kan
betalen om hun goedkope woning te
verlaten voor een kwalitatief betere
huur- of koopwoning. Zo breng je de
doorstroming op gang en komen er vanzelf
woningen aan de onderkant van de
markt vrij. Van der Marel: “De gehele
woningmarkt gaat dan beter functioneren.
En naar mijn idee kan de overheid
dit doorstromen mede stimuleren door
de huurmarkt te liberaliseren en de
huursubsidie anders in te richten: geen
woningen maar juist de bewoners
Huur? Of toch liever koop?
Vesteda is vooral actief in de huursector. In Nederland heerst echter de ongeschreven
wet dat een koopwoning aantrekkelijker is. De voors en tegens van huur en koop op
een rijtje gezet:
Kopen Huren
Voordelen Voordelen
• Eigen baas • Geen onderhoud en daarbij horende kosten
• Kans op waardeontwikkeling • Flexibel (een maand opzegtermijn)
• Hypotheekrente (nog) aftrekbaar • Geen last van stijgende hypotheekrente
• Geen opstalverzekering
• Geen risico van waardedaling van de woning
Nadelen Nadelen
• Eenmalige kosten bij aankoop • Geen vermogensopbouw
Jaarlijks stijgende onderhoudskosten en • Jaarlijkse huurverhoging
lasten zijn voor eigen rekening
• Onzekerheid over toekomstige waarde van
de woning
subsidiëren, als goed tegenwicht voor
het loslaten van de huurbescherming.”
Vesteda is bij uitstek een vastgoedbelegger
die woningen en appartementen
bouwt en beheert op toplocaties in de
binnensteden; exclusief wonen voor de
hogere inkomens. Uiteraard gaat dat in
nauw overleg met de gemeenten en
woningcorporaties. Van der Marel:
“Neem Den Haag. De residentie moet de
komende jaren 36.000 woningen bou-
wen. Daarvan nemen wij er 3000 voor
onze rekening. Maar daar staat wel wat
tegenover. Wij willen graag de mooiste
locaties hebben. En aangezien wij er
minstens de komende twintig jaar zullen
blijven zitten, stellen we ook eisen aan
de omgeving van onze gebouwen. Door
een hoge kwaliteit van wonen én woonomgeving
te bieden, dragen wij ons
steentje bij aan de totale woningvoorraad
van de stad.” ■
37
1

ESLOO ONDERWIJSGROEP
38
Na de World Solar Challenge in Australië nu de Elfstedentocht op zonne-energie
Onderwijs en bedrijfsleven bouwen
samen aan een superzeiljacht
Het Esloo Praktijkonderwijs participeert in CompoSail, een samenwerkingsproject van de Haagse Hogeschool, het ROC Mondriaan en een aantal
bedrijven. Een heel nieuwe ervaring voor de leerlingen van de praktijkschool, maar ook voor de studenten. Eerst werken zij samen aan een motor-
bootje. Later in het jaar start de bouw van een zeiljacht. Als het aan directeur Warmerdam ligt, volgen er meer van dergelijke samenwerkings-
verbanden.
Tekst: Joan van dijk
Fotografie: Project CompoSail
Het Esloo Praktijkonderwijs is een
school voor leerlingen met een licht
verstandelijke handicap. Directeur
Jos Warmerdam over zijn leerlingen:
“Onze kinderen hebben allemaal een
speciaal handvat. Het is echt een vak
apart om met deze kinderen te werken,
maar het is wel de leukste vorm van
onderwijs die er is.”
De school draait mee in het project
CompoSail; een samenwerkingsverband
tussen de Haagse Hogeschool, ROC
Mondriaan en het bedrijfsleven.
‘CompoSail’ wil het werken met composietmaterialen
stimuleren, door de bouw
van een supersnel en lichtgewicht zeiljacht
met tal van innovaties. Kunststof
composietmateriaal is namelijk sterk in
opkomst. Het materiaal maakt het mogelijk
om zeer lichte en sterke constructies
te maken, zoals windmolenbladen maar
ook rompen van jachten.
Zeilwedstrijden
Het technisch onderwijs en het bedrijfsleven
hebben dit idee op initiatief van de
Haagse Hogeschool opgepakt. Bedrijven
stellen hun kennis en ervaring beschikbaar
en studenten en leerlingen leren
De Esloo Onderwijsgroep is ontstaan
door een fusie van een aantal scholen
in Voorburg, Pijnacker en Den Haag.
De Onderwijsgroep bestaat uit de scholen:
Internationaal College Edith Stein
Den Haag, Montaigne Lyceum
Nootdorp, Corbulo College Voorburg,
College St. Paul Den Haag, Overbosch
College Den Haag, en Esloo Pro Den
Haag.
hoe zij composieten kunnen toepassen
en verwerken. Zo ontstaat kennisuitwisseling
tussen het bedrijfsleven en het
technisch onderwijs. Eerst wordt een
proefbootje gebouwd. Daarna volgt de
bouw van een 12,5 meter lang zeiljacht.
Deze boot moet in 2007 mee gaan zeilen
in reguliere zeilwedstrijden voor de
Nederlandse kust.
Gouden ervaring
“Het was min of meer een toevalstreffer’,
licht Warmerdam de deelname van zijn
leerlingen aan het project toe. “Onze
school zit tijdelijk in het oude Anthony
Fokkergebouw aan de Binckhorstlaan in
Den Haag. Daar beschikken we over een
enorme hangar, waar we wel tien boten
in kunnen bouwen. De initiatiefnemers
van het project zochten ruimte en klopten
bij ons aan. Al snel werden we
enthousiast. ‘Hier kunnen we onderwijs
van maken’, dachten we. Onze leerlingen
kunnen meedraaien in de catering,
het schoonhouden van de ruimte, veiligheidsaspecten
in de gaten houden et
cetera. Eigenlijk zorgen zij dat alle rand-
voorwaarden in orde zijn, zodat de bouwers
aan de gang kunnen gaan. En
ondertussen doen de leerlingen zo de
nodige sociale vaardigheden op. Aan de
andere kant leren de mbo- en hbostudenten
hoe om te gaan met minder
begaafden, hoe het is om iemand aan het
werk te zetten en in een team te werken
waarin ieder een eigen rol heeft. Het is
echt een gouden ervaring voor alle
partijen.”
De bouw van de boot is de verantwoordelijkheid
van Rob Cuperus, projectleider
bij de Haagse Hogeschool. Hij regelt
de locatie, het materiaal, de studenten,
zorgt voor het bouwplan en doet de
begeleiding. “Tot nu toe zijn het vooral
studenten die stage lopen of een afstudeeronderzoek
moeten doen die hier aan
het werk zijn. In de toekomst moet
CompoSail ook op andere plekken in het
onderwijsaanbod terug te vinden zijn.”
Good practice
Het project CompoSail biedt studenten
uit hbo en mbo op een vernieuwende en

De NUON Frisian Solar Challenge
In down under Australië toonde Nederland zich zeer succesvol bij de World Solar
Challenge; de spectaculaire tweejaarlijkse wedstrijd dwars door Australië met
auto’s die rijden op zonne-energie. Het afgelopen jaar won Nuna III, de Nederlandse
raceauto, met overmacht en ook de voorgaande race finishten we als nummer een.
‘Wat in Australië kan, moet ook in eigen land mogelijk zijn’, vond onder anderen
oud-astronaut Wubbo Ockels. En zo ontstond het idee om een vaarwedstrijd te houden
met boten die aangedreven worden door zonne-energie. Komende zomer moet
het gaan gebeuren: de NUON Frisian Solar Challenge. Zo’n 30 motorboten gaan de
route van de Friese Elfstedentocht varen. Twintig Nederlandse bootjes en tien buitenlandse
zullen er van start tot finish naar schatting zo’n vier dagen over doen.
Een van die twintig bootjes wordt op dit moment in het gebouw van het Praktijkonderwijs
in Den Haag gebouwd door studenten en leerlingen uit het hbo en mbo.
Het motorbootje moet de onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven informatie
opleveren over elektrisch varen en zonne-energie, maar ook kennis over welke
composieten optimale vaartechnische eigenschappen opleveren, wat de ideale
vorm van de romp is et cetera. De opgedane kennis wordt toegepast bij de bouw
van een superzeiljacht later in het jaar.
uitdagende manier onderwijs in de praktijk.
Tussen de twee onderwijsvelden liggen
al de nodige lijnen, maar het
Praktijkonderwijs zoals Esloo Pro dat
biedt, was tot nu toe eigenlijk buiten
beeld. En dat terwijl er goed beschouwd
heel veel mogelijkheden tot samenwer-
www.discriminatie.nl
ken zijn. En niet alleen het Praktijkonderwijs,
maar ook het vmbo uit de
Esloo Onderwijsgroep zou wat de projectleider
betreft kunnen participeren.
Cuperus: “Je merkt dat het onderwijs nog
aan innovatie moet wennen, men is er
wat huiverig voor. De samenwerking
tussen bedrijfsleven en onderwijs is een
hot item, maar hoe dat precies invulling
moet worden gegeven is vaak niet duidelijk.
Ik vind CompoSail een mooi voorbeeld
van een good practice. Het gaat om
het sturen van een leerproces, verantwoordelijkheid
aankweken en het komt
heel dicht bij hoe mensen in het bedrijfsleven
werken”, aldus Cuperus. “Wij willen
de samenwerking dan ook graag
doorzetten.”
Te water laten
Het proefmotorbootje ligt bij het ter perse
gaan van dit nummer waarschijnlijk al in
de Laak te dobberen. Het zeiljacht wordt
als alles goed gaat begin 2007 bij
Scheveningen te water gelaten. Eén ding
staat voorop: de leerlingen van de
Praktijkschool worden er nauw bij
betrokken. “Anders schieten we het doel
van het project voorbij”, meent Warmerdam.
“Onze leerlingen ontlenen status
aan het mee mogen doen aan iets
nieuws, aan iets moois en zij zijn prima
in staat om er een leuke happening van
te maken. Misschien mogen ze wel mee
tijdens het proefvaren. Dat zou fantastisch
zijn.” ■
Discriminatie?
• kan iedereen
overkomen;
• gaat iedereen aan;
• is wettelijk verboden;
• daar kunnen we
iets aan doen;
• daar gaan we iets
aan doen!
Surf naar www.discriminatie.nl voor informatie over het voorkomen van
discriminatie op het werk en in de privé-sfeer, wet- en regelgeving, adressen
waar je hulp en advies kunt krijgen en tips voor de omgang met discriminatie.
VOORJAAR 2006
39
1