Toelatingsvoorwaarden 2013-2014
Toelatingsvoorwaarden 2013-2014
Toelatingsvoorwaarden 2013-2014
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>2013</strong>-<strong>2014</strong> TOELATINGSVOORWAARDEN – KJ KSO Muziek<br />
SCHOLEN KINDSHEID JESU HASSELT<br />
KSO STUDIERICHTING MUZIEK<br />
TECHNISCHE EN MUZIKALE TOELATINGSVOORWAARDEN<br />
Schooljaar <strong>2013</strong>-<strong>2014</strong><br />
In onze muziekopleiding voel je een ‘open mind’ die creativiteit stimuleert. Vanuit je artistieke<br />
eigenheid kan je zelf kiezen voor een van de drie KSO-‐muziekopleidingen: klassiek, jazz of<br />
pop.<br />
Tijdens de toelatingsproeven wordt vooral gepeild naar je artistiek groeipotentieel in functie<br />
van de studierichting die jij wil volgen. Dit gebeurt vanuit een totaalbenadering van jouw<br />
artistieke eigenheid, d.w.z. dat jij tijdens deze toelatingsproeven jouw muzikale en artistieke<br />
talenten kan tonen op het vlak van instrument, zang, notenleer/gehoorvorming, muziektheorie<br />
(vanaf 4 de jaar). Én je zal tijdens een kort gesprek je artistieke droom, ambitie en achtergrond<br />
kunnen toelichten om deze studierichting te volgen. Tevens wordt er gepeild naar je kennis van<br />
de algemene vakken. Het gesprek wordt gevoerd op basis van rapporten van je huidige<br />
studierichting.<br />
Derde leerjaar -‐ (1ste leerjaar tweede graad)<br />
a. Notenleerproef<br />
Algemeen: de notenleerproef geldt in wezen als oriënteringsproef: er wordt gepeild naar het<br />
niveau en – vooral – naar het potentieel van de kandidaat op het vlak van notenleer en<br />
gehoorvorming<br />
-‐ zichtlezing in solsleutel (indien de vaardigheid op het vlak van notenleer beperkt of<br />
onbestaande is, mag de kandidaat op het gehoor voorgespeelde melodisch-‐ritmische patronen<br />
nazingen of naspelen (op een instrument naar keuze)<br />
-‐ melodisch en ritmisch dictee (3 types): traditioneel dictee, dictee waarin je ‘fouten’ moet<br />
identificeren, dictee met aanvullingen<br />
-‐ a capella zingen van 2 vooraf ingestudeerde liederen; kandidaten voor:<br />
• klassiek: 2 volksliederen: Komt vrienden in het ronde, Een jager wou gaan vissen<br />
• jazz: 2 standards: Summertime (Gershwin), Fly me to the Moon (Howard)<br />
• pop: 2 songs: Let It Be (The Beatles), Wonderwall (Oasis)<br />
b. Instrumentale proef<br />
• klassiek: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze, waarvan 1 'studie'<br />
• jazz: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze (in verschillende tempi),<br />
waarvan een blues, Autumn Leaves (Kosma) en een keuzestuk; 1 compositie hiervan<br />
moet in swingritme [ternair] zijn. Improvisatie-‐vaardigheid is een pluspunt. Er zal een<br />
begeleider aanwezig zijn<br />
• pop: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze, waarvan 1 Beatles-‐song<br />
(eigen interpretatie is welkom); de mogelijk bijkomende vertolking van een eigen<br />
song/compositie wordt geapprecieerd<br />
c. Kennismakingsgesprek<br />
Peiling naar de muzikale achtergrond en motivatie van de kandidaat<br />
1
<strong>2013</strong>-<strong>2014</strong> TOELATINGSVOORWAARDEN – KJ KSO Muziek<br />
Vierde leerjaar -‐ (2de leerjaar tweede graad)<br />
a. Notenleerproef<br />
-‐ zichtlezing in sol-‐ en fasleutel<br />
-‐ melodisch en ritmisch dictee<br />
-‐ a capella zingen van 2 vooraf ingestudeerde liederen; kandidaten voor:<br />
• klassiek: 2 volksliederen: Komt vrienden in het ronde, Een jager wou gaan vissen<br />
• jazz: 2 standards: Summertime (Gershwin), Fly me to the Moon (Howard)<br />
• pop: 2 songs: Let It Be (The Beatles), Wonderwall (Oasis)<br />
b. Instrumentale proef<br />
De kandidaten stellen een repertorium van vier stukken voor op het niveau van een vierde jaar<br />
muziekacademie of stedelijk muziekconservatorium (M1 – M2).<br />
• klassiek: de kandidaat speelt 4 voorbereide composities naar keuze, waarvan 1 'studie'<br />
• jazz: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze (in verschillende tempi),<br />
waarvan een blues, Autumn Leaves (Kosma) en een keuzestuk; 1 compositie hiervan<br />
moet in swingritme [ternair] zijn. Improvisatie-‐vaardigheid is een pluspunt. Er zal een<br />
begeleider aanwezig zijn<br />
• pop: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze, waarvan 1 Beatles-‐song<br />
(eigen interpretatie is welkom); de mogelijk bijkomende vertolking van een eigen<br />
song/compositie wordt geapprecieerd<br />
c. Schriftelijke proef muziektheorie<br />
1. Algemene begrippen:<br />
-‐ de verschillende sleutels (7)<br />
-‐ noten en notenwaarden<br />
-‐ rusten en rusttekens (en hun waarde)<br />
-‐ het punt of verlengingsteken<br />
-‐ de maat<br />
-‐ het maatcijfer/maatteken<br />
-‐ de toonladder<br />
-‐ de wijzigingstekens<br />
-‐ de chromatische en diatonische halve toon<br />
-‐ het octava-‐teken (8va)<br />
2. Letterbenamingen<br />
3. Octaafreeksen: kennis van subcontra-‐, contra-‐, groot, klein, eenbovengestreept,<br />
tweebovengestreept, etc. octaaf<br />
4. De intervallen tot en met het octaaf (met naam, hoedanigheid, inhoud)<br />
5. Omkeringen van intervallen tot en met het octaaf<br />
6. Grote en kleine (antiek, harmonisch, melodisch) tertstoonladders<br />
7. Drieklanken: groot, klein, vergroot, verkleind<br />
8. Toonaardverwantschap in de eerste graad (de paralleltoonaard, de gelijknamige grote<br />
of kleine toonaard, de toonaard een kwint hoger, de toonaard een kwint lager).<br />
d. Kennismakingsgesprek<br />
Peiling naar de muzikale achtergrond en motivatie van de kandidaat<br />
2
<strong>2013</strong>-<strong>2014</strong> TOELATINGSVOORWAARDEN – KJ KSO Muziek<br />
Vijfde leerjaar -‐ (1ste leerjaar derde graad)<br />
a. Notenleerproef<br />
-‐ zichtlezing in sol-‐ en fasleutel<br />
-‐ melodisch en ritmisch dictee: zie vierde jaar, met aangepaste moeilijkheidsgraad<br />
-‐ a capella zingen van 2 vooraf ingestudeerde liederen; kandidaten voor:<br />
• klassiek: 2 volksliederen: Komt vrienden in het ronde, Een jager wou gaan vissen<br />
• jazz: 2 standards: Summertime (Gershwin), Fly me to the Moon (Howard)<br />
• pop: 2 songs: Let It Be (The Beatles), Wonderwall (Oasis)<br />
b. Instrumentale proef<br />
De kandidaten stellen een repertorium van vier stukken voor op het niveau van een vijfde jaar<br />
muziekacademie of stedelijk muziekconservatorium (M2-‐M3).<br />
• klassiek: de kandidaat speelt 4 voorbereide composities naar keuze, waarvan 1 'studie'<br />
• jazz: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze (in verschillende tempi),<br />
waarvan een blues, Autumn Leaves (Kosma) en een keuzestuk; 1 compositie hiervan<br />
moet in swingritme [ternair] zijn. Improvisatie-‐vaardigheid is een pluspunt. Er zal een<br />
begeleider aanwezig zijn<br />
• pop: de kandidaat speelt 3 voorbereide composities naar keuze, waarvan 1 Beatles-‐song<br />
(eigen interpretatie is welkom); de mogelijk bijkomende vertolking van een eigen<br />
song/compositie wordt geapprecieerd<br />
c. Schriftelijke proef muziektheorie<br />
• Noten en notenwaarden, rusten en rusttekens, maat en maattekens, sleutels, hele en<br />
halve toon (diatonisch en chromatisch), wijzigingstekens<br />
• Letterbenamingen en octaafreeksen (kennis van subcontra-‐, contra-‐, groot, klein,<br />
eenbovengestreept, tweebovengestreept, etc. octaaf)<br />
• Grote en kleine tertstoonladders<br />
• Toonverwantschap in de eerste graad en tweede graad. [Wat ‘toonverwantschap in de<br />
eerste graad’ betreft: elke toonaard heeft een directe verwantschap met vier andere<br />
toonaarden (de paralleltoonaard, de gelijknamige grote of kleine toonaard, de toonaard<br />
een kwint hoger, de toonaard een kwint lager). ‘Toonverwantschap in de tweede graad’<br />
betreft van elke van deze vier verwante toonaarden uit de eerste graad de 'vier nieuwe<br />
familieleden' (de paralleltoonaard, de gelijknamige grote of kleine toonaard, de toonaard<br />
een kwint hoger, de toonaard een kwint lager)].<br />
• Enkelvoudige en samengestelde intervallen met naam, hoedanigheid, inhoud en<br />
omkeringen<br />
• Drieklanken : groot, klein, vergroot, verkleind; becijfering en omkeringen<br />
• Vierklanken: dominant, groot, klein, vergroot (overmatig), verkleind (verminderd)<br />
d. Kennismakingsgesprek<br />
Peiling naar de muzikale achtergrond en motivatie van de kandidaat<br />
3