Een Zeeuws planetarium uit de tweede helft van - Huygens ING
Een Zeeuws planetarium uit de tweede helft van - Huygens ING
Een Zeeuws planetarium uit de tweede helft van - Huygens ING
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
d. De maangestalte-schijf<br />
De duur <strong>van</strong>één synodische maansomloop, ofwel 1 lunatie, bedraagt 29<br />
dagen, 12 uur en 44 minuten. Het maanschijf je in <strong>de</strong> grote wijzer <strong>van</strong> het<br />
uurwerk bezit echter een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> 29 dagen, en 12 uur, zodat dit<br />
schijfje bij ie<strong>de</strong>re lunatie 44 minuten voorloopt. Wanneer dient hier een<br />
correctie plaats te vin<strong>de</strong>n?<br />
Welnu, in 29 dagen en 12 uur (= 24480 min.) wentelt het maanschij(je<br />
180°, ofwel 1° per 236 minuten. Bij ie<strong>de</strong>re lunatie ontstaat aldus een<br />
miswijzing <strong>van</strong> (44: 236) x 1° = 0,186°.<br />
De enige correctiemogelijkheid bestaat <strong>uit</strong> het verstellen <strong>van</strong> het <strong>uit</strong> 7<br />
tan<strong>de</strong>n bestaan<strong>de</strong> sterrad, dat het 118 tan<strong>de</strong>n bezitten<strong>de</strong> maanschijf je<br />
aandrijft. Wanneer het sterrad 1 sterpunt verzet wordt, verdraait het<br />
maanschijfje aldus (360° : 7) x (7 : 118) = 3,05". Deze verdraaiing wordt<br />
bereikt na 3,05 : 0,186 = 16,4 lunaties, of éénmaal per ongeveer 16<br />
maan<strong>de</strong>n.<br />
Zon<strong>de</strong>r bezwaar voor <strong>de</strong> aanwijzing <strong>van</strong> <strong>de</strong> maanfasen kan <strong>de</strong>ze correctie<br />
ook eens per 3 x 16 = 48 maan<strong>de</strong>n of 4 jaren verricht wor<strong>de</strong>n, en<br />
wel door het sterrad dan 3 tan<strong>de</strong>n terug te zetten. Dit zou dan steeds op<br />
<strong>de</strong> 2ge februari kunnen geschie<strong>de</strong>n, te gelijk met het verzetten <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
datumwijzer.<br />
116<br />
VII. HET PLANETARIUM VAN DE PERRE-VAN DEN<br />
EECKHOUT VERGELEKEN MET ANDERE 18e EEUWSE<br />
'ORRERIES'<br />
Het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Mr. Van <strong>de</strong> Perre, volgens Krom 'eenig in zyn<br />
soort', volgens Drijfhout en an<strong>de</strong>ren 'misschien wel het kostbaarste dat<br />
in Europa gevon<strong>de</strong>n wordt, weliswaar ge<strong>de</strong>eltelijk in navolging <strong>van</strong><br />
an<strong>de</strong>ren gemaakt, maar niettemin meer volmaakt dan welk an<strong>de</strong>r vergelijkbaar<br />
kunststuk'. Het zijn nogal wat pretenties!<br />
De vraag is nu: Wat blijft er eigenlijk <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze beweringen overeind?<br />
Wie zijn er nagevolgd? Is er in<strong>de</strong>rdaad iets verbeterd? Op <strong>de</strong>ze en<br />
soortgelijke vragen wil het volgen<strong>de</strong> hoofdstuk een antwoord trachten<br />
te geven ..<br />
A. HET TYPE (DE DUBBEL-CONISCHE AANDRIJV<strong>ING</strong>)<br />
Uit het voorgaan<strong>de</strong> mag dui<strong>de</strong>lijk zijn, dat het <strong>planetarium</strong> gebaseerd is<br />
op het meest eenvoudige type aandrijving dat <strong>de</strong>nkbaar is. Voor ie<strong>de</strong>re<br />
planeet zijn er slechts twee tandra<strong>de</strong>ren, die <strong>de</strong> bena<strong>de</strong>r<strong>de</strong> planeetbeweging<br />
verzorgen.<br />
Rond een centrale as (die het zonnebolletje draagt) draait voor ie<strong>de</strong>re<br />
planeet een buis, met aan <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzij<strong>de</strong> één <strong>de</strong>r tandwielen, en aan <strong>de</strong><br />
bovenzij<strong>de</strong> een arm die het planeetbolletje draagt of voortduwt. Elk <strong>de</strong>r<br />
tandwielen op dit coaxiaal draaien<strong>de</strong> buizenstelsel grijpt dan in een<br />
bijpassend an<strong>de</strong>r tandwiel. De diameters <strong>van</strong> <strong>de</strong> tandwielen zijn daarbij<br />
zo gekozen, dat alle twee<strong>de</strong> tandwielen samen op één as bevestigd<br />
kunnen wor<strong>de</strong>n.<br />
Dit type aandrijving is door Millburn 'dubbel-conisch' genoemd, <strong>van</strong>wege<br />
<strong>de</strong> in diameter oplopen<strong>de</strong> tandwielen, die op bei<strong>de</strong> assen een<br />
kegelvormige gedaante opleveren!. (Het woord 'conisch' heeft dus<br />
geen betrekking op het <strong>uit</strong>erlijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> individuele tandwielen.)<br />
Dit principe is voor het eerst gelanceerd door Kepler in 1598, maar<br />
aangezien <strong>de</strong>ze er in zijn gepubliceer<strong>de</strong> werken aan voorbij gaat, is zijn<br />
i<strong>de</strong>e tot in <strong>de</strong> twintigste eeuw onopgemerkt gebleven 2 • Onafhankelijk<br />
<strong>van</strong> Kepler heeft <strong>de</strong> Deen Ole R0mer (1644-1710) een <strong>de</strong>rgelijk<br />
mechanisme bedacht voor eenjovilabe (1677), een toestel om <strong>de</strong> maanbewegingen<br />
rond <strong>de</strong> planeet Jupiter te kunnen <strong>de</strong>monstreren. Kort<br />
hierna (omstreeks 1680) heeft hij echter ook een <strong>planetarium</strong> volgens<br />
dit principe ontworpen 3 •<br />
Het zal dui<strong>de</strong>lijk zijn dat <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> bena<strong>de</strong>ring <strong>de</strong>r planeetbewegingen<br />
direkt afhangt <strong>van</strong> het aantal tan<strong>de</strong>n dat men bij <strong>de</strong> ra<strong>de</strong>ren<br />
gebruikt. Het is niet bekend op welke wijze Kepler en R0mer tot <strong>de</strong><br />
keuze <strong>van</strong> hun tandrandverhoudingen zijn gekomen, maar het lijkt<br />
117