18.09.2013 Views

Een Zeeuws planetarium uit de tweede helft van - Huygens ING

Een Zeeuws planetarium uit de tweede helft van - Huygens ING

Een Zeeuws planetarium uit de tweede helft van - Huygens ING

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

EEN ZEEUWS PLANETARIUM UIT DE<br />

TWEEDE HELFT VAN DE 18e EEUW<br />

door H.l. Zui<strong>de</strong>rvaart met me<strong>de</strong>werking <strong>van</strong> H. Hoitsma


INHOUD:<br />

I. Inleiding<br />

11. De Sterrenkundige belangstelling in Zeeland in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw<br />

111. De motivatie tot <strong>de</strong> vervaardiging <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong><br />

a. De algemene belangstelling voor <strong>de</strong> natuurwetenschappen<br />

b. Het representatieve karakter <strong>van</strong> een <strong>planetarium</strong><br />

c. <strong>Een</strong> <strong>de</strong>monstratie-mogelijkheid voor <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n<br />

d. De fysico-theologische inspiratie<br />

IV. De vervaardiging <strong>van</strong> het werkstuk<br />

1. De constructeurs:<br />

a. Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout<br />

b. Jona Francis Robert<br />

c. Overigen<br />

2. Het ontwerp<br />

a. De technische vormgeving<br />

b. De architectuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> kast<br />

V. De ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> door tijdgenoten<br />

a. De reacties op Walcheren<br />

b. De beoor<strong>de</strong>ling door <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen<br />

te Haarlem<br />

c. De beschrijving door Krom en an<strong>de</strong>ren<br />

VI.<br />

VII.<br />

70<br />

Beschrijving<br />

A. Uitwendig<br />

B. Inwendig<br />

1. Het aandrijvend uurwerk<br />

2. De ra<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> het uurwerk<br />

3. De wijzerplaten<br />

4. De imitatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeetbewegingen<br />

5. De koperen ecliptica <strong>van</strong> Robert<br />

6. Het gebruik als <strong>de</strong>monstratie-<strong>planetarium</strong><br />

7. Periodiek aan te brengen correcties<br />

Het <strong>planetarium</strong> vergeleken met an<strong>de</strong>re 18e eeuwse 'Orreries'<br />

a. Het type (De dubbel-conische aandrijving)<br />

b. De pretentie <strong>van</strong> nauwkeurigheid<br />

c. Overige opmerkingen<br />

VIII. Slotbeschouwing<br />

IX. Summary<br />

X. Bijlagen:<br />

1. Oudste beschrijving <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong><br />

(in 1787 toegezon<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r<br />

Wetenschappen te Haarlem).<br />

2. Tevre<strong>de</strong>nheidsbetuiging <strong>van</strong> Mr. J .A. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre over het<br />

door Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout <strong>uit</strong>gevoer<strong>de</strong> werkstuk.<br />

3. Achttien<strong>de</strong> eeuwse 'Les-notities' over <strong>de</strong> ombouw <strong>van</strong> het<br />

<strong>planetarium</strong> tot een Lunarium, Jovilabium of Saturnilabium.<br />

4. De betekenis <strong>de</strong>r 'Chronologische Cirkels'.<br />

5. De planetaria <strong>van</strong> Daniël Ra<strong>de</strong>rmacher (1794-1797).<br />

XI. Noten<br />

XII. Literatuur<br />

XIII. Verantwoording <strong>van</strong> <strong>de</strong> illustraties<br />

71


Tenslotte wordt door Van <strong>de</strong> Perre zelf het jaar 1783 aangemerkt als het<br />

jaar <strong>van</strong> ontstaan, in een beschrijving die door hem naar <strong>de</strong> Hollandsche<br />

Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen te Haarlem is gezon<strong>de</strong>n.<br />

(Zie bijlage 1.)<br />

Dat er geruime tijd aan het werkstuk is gearbeid lijkt wel vast te staan.<br />

Voor he<strong>de</strong>ndaagse begrippen zelfs onbegrijpelijk lang. Zo vermeldt Ds.<br />

Krom, dat <strong>de</strong> 6480 vierkante gaatjes die in <strong>de</strong> koperen gor<strong>de</strong>l rond het<br />

<strong>planetarium</strong> voorkomen met een zeer grote nauwkeurigheid en ongelooflijke<br />

moeite in platen <strong>van</strong> massief koper gevijld zijn. Alleen al aan<br />

dit on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el zou volgens Krom 'door zekeren Kunst-werkman' genaamd<br />

Robert een geheel jaar zijn gewerktz.<br />

Al valt dit bericht wel met een zekere korrel zout te nemen, feit is dat<br />

aan sommige <strong>de</strong>tails - zoals in<strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong> koperen ecliptica - bijzon<strong>de</strong>r<br />

veel aandacht is besteed 3 • In hoeverre <strong>de</strong>ze inspanningen ook een<br />

nauwkeuriger aanwijzing <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeetstan<strong>de</strong>n met zich mee<br />

brachten, is een vraag die <strong>de</strong> bouwers daarbij kennelijk niet (te) veel<br />

gesteld hebben.<br />

l. DE CONSTRUCTEURS:<br />

a. Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout<br />

Als eerst verantwoor<strong>de</strong>lijke voor het mechanisch ge<strong>de</strong>elte moet zeker<br />

J oseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout wor<strong>de</strong>n aangemerkt. Van hem is helaas bitter<br />

weinig bekend 4 •<br />

De 'Chronyk Almanach' noemt hem 'Konstwerker en Horlogemaker'<br />

terwijl het getuigschrift <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre hem bovendien nog <strong>de</strong> kwalificatie<br />

<strong>van</strong> 'Wis- en Starrekonstenaar' geeft.<br />

Als horlogemaker heeft Van <strong>de</strong>n Eeckhout zich vermoe<strong>de</strong>lijk meer<br />

toegelegd op <strong>de</strong> verkoop en reparatie <strong>van</strong> el<strong>de</strong>rs gemaakte klokken, dan<br />

op het vervaardigen <strong>van</strong> eigen nieuwwerk. Er zijn althans geen an<strong>de</strong>re<br />

uurwerken <strong>van</strong> zijn hand bekend, dan het hier behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> <strong>planetarium</strong>.<br />

Wel zou hij in 1784 nog een 'Zonneklok' voor <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>lburgse Statenzaal<br />

hebben vervaardigd, maar <strong>de</strong>ze klok is bij het bombar<strong>de</strong>ment in<br />

1940 verloren gegaan 5 . (Tegenwoordig hangt in <strong>de</strong> gerestaureer<strong>de</strong><br />

Statenzaal een ongesigneer<strong>de</strong> replica.)<br />

<strong>Een</strong> <strong>de</strong>rgelijke beperking was overigens voor klokkenmakers niet ongebruikelijk<br />

6 . Voor het snij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> nieuwe tandra<strong>de</strong>ren had een<br />

klokkenmaker een nogal kostbare ver<strong>de</strong>elmachine nodig, en het heeft<br />

er alle schijn <strong>van</strong>, dat Van <strong>de</strong>n Eeckhout <strong>de</strong>ze niet zelf bezeten heeft.<br />

Hierop duidt al <strong>de</strong> aanwijzing dat het <strong>planetarium</strong> 'ten huyze <strong>van</strong> <strong>de</strong>n<br />

Heere <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre' is vervaardigd, maar bovendien treffen we in <strong>de</strong><br />

veilingcatalogus <strong>van</strong> <strong>de</strong> instrumenten-collectie <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre (ge-<br />

84<br />

veild in 1798) wel zo'n 'Snijtuig om ra<strong>de</strong>n te snij<strong>de</strong>n' aan 7 • Dit apparaat<br />

is stellig gebruikt bij <strong>de</strong> vervaardiging <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong>, en gezien <strong>de</strong><br />

datering <strong>van</strong> <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> zonneklok <strong>uit</strong> <strong>de</strong> Statenzaal is het zelfs<br />

mogelijk dat ook dit uurwerk in <strong>de</strong> werkplaats <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre is<br />

vervaardigd.<br />

Zakelijk gezien moet het <strong>planetarium</strong> voor Van <strong>de</strong>n Eeckhout trouwens<br />

wel een succes zijn geweest. Niet alleen zal hij het nodige hebben<br />

ont<strong>van</strong>gen als vergoeding voor <strong>de</strong> vervaardiging <strong>van</strong> het werkstuk,<br />

maar bovendien lever<strong>de</strong> het uurwerk hem tot aan zijn dood ook nog een<br />

vast inkomen op. Ie<strong>de</strong>re veertien dagen moet het uurwerk immers<br />

wor<strong>de</strong>n opgewon<strong>de</strong>n, en ie<strong>de</strong>r jaar dienen er <strong>de</strong> nodige correcties te<br />

wor<strong>de</strong>n <strong>uit</strong>gevoerd. Wie kan dat beter doen dan <strong>de</strong> vervaardiger <strong>van</strong> het<br />

<strong>planetarium</strong>? Na <strong>de</strong> voltooiing <strong>van</strong> het geheel, wanneer het 'ten algemeenen<br />

nutte' geplaatst wordt in 'een <strong>de</strong>r beste vertrekken <strong>van</strong> het<br />

Museum Medioburgense,g, gaat Van <strong>de</strong> Perre dan ook een contract aan<br />

met Van <strong>de</strong>n Eeckhout voor het on<strong>de</strong>rhoud en het opwin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> zijn<br />

<strong>planetarium</strong>.<br />

Voor ie<strong>de</strong>r jaar ont<strong>van</strong>gt Van <strong>de</strong>n Eeckhout achttien <strong>Zeeuws</strong>e Rijksdaal<strong>de</strong>rs.<br />

Wel dient Van <strong>de</strong>n Eeckhout dan tevens toe te zien op het<br />

schoonhou<strong>de</strong>n en luchten <strong>van</strong> het Kabinet <strong>van</strong> Naturaliën <strong>van</strong> het<br />

Mid<strong>de</strong>lburgse Departement <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap, dat in<br />

<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> ruimte is on<strong>de</strong>rgebracht9. Vooral dat laatste doet hij echter<br />

slecht. In <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> het Departement op 3 maart 1790 wordt<br />

door <strong>de</strong> secretaris meege<strong>de</strong>eld dat hij 'tot zijn leedwezen had gezien,<br />

dat verschei<strong>de</strong>ne zaaken, vooral <strong>van</strong> <strong>de</strong> opgezette vogels aanmerkelijk<br />

waren beschadigd'. Vooral het vocht had veel kwaad gedaan. Het<br />

vertrek was dan ook niet behoorlijk gelucht, en bovendien was er '<strong>de</strong>n<br />

ganschen winter' nog geen vuur in aangelegd.<br />

De secretaris had dit doorgegeven aan Van <strong>de</strong> Perre, 'aan wien <strong>de</strong><br />

opperdirectie <strong>van</strong> het Museum is opgedragen', en die het bericht 'met<br />

het <strong>uit</strong>erste leedweezen vernam'. <strong>Een</strong> kwalijke zaak, in<strong>de</strong>rdaad! Van<br />

<strong>de</strong>n Eeckhout werd dan ook ogenblikkelijk op het matje geroepen. De<br />

sleutels wer<strong>de</strong>n <strong>van</strong> hem gevor<strong>de</strong>rd, en <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> het luchten en<br />

schoonhou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het Kabinet opgedragen aan George Einwaechter 1 0,<br />

<strong>de</strong> custos <strong>van</strong> het Museum. Na een flinke schrobbering mocht Van <strong>de</strong>n<br />

Eeckhout nog <strong>van</strong> geluk spreken dat <strong>de</strong> zorg over het Planetarium toch<br />

nog aan hem bleef opgedragen. Kort hierna, op 8 april 1790 overleed<br />

Van <strong>de</strong> Perre. De regeling met Van <strong>de</strong>n Eeckhout bleef niettemin <strong>van</strong><br />

kracht. Voor tien <strong>Zeeuws</strong>e Rijksdaal<strong>de</strong>rs per jaar verzorg<strong>de</strong> hij het<br />

<strong>planetarium</strong>, alleen nu (<strong>van</strong>af 1 mei 1791) in dienst <strong>van</strong> het Mid<strong>de</strong>lburgs<br />

Departement <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen 11.<br />

85


. Jona Francis Robert<br />

Van een an<strong>de</strong>re me<strong>de</strong>werker aan het <strong>planetarium</strong>, <strong>de</strong> maker <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

koperen ecliptica Jona Francis Robert, is het nodige bekend. Hij blijkt<br />

als instrumentmaker in <strong>de</strong> persoonlijke dienst <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre te<br />

hebben gestaan. Van<strong>uit</strong> <strong>de</strong>ze functie solliciteert Robert in het voorjaar<br />

<strong>van</strong> 1787 naar <strong>de</strong> vrijgekomen positie <strong>van</strong> 'Mechanist bij het Cabinet<br />

<strong>van</strong> zyne Doorluchtige Hoogheid Prins Willem V', en alhoewel Van <strong>de</strong><br />

Perre hem 'ongaarne zyne dimissie' (ofwel ontslag) zou geven, schrijft<br />

hij op Robert' s verzoek toch een aanbevelingsbrief aan <strong>de</strong> directeur <strong>van</strong><br />

het Stadhou<strong>de</strong>rlijke Kabinet Aernout Vosmaer l2 . In <strong>de</strong>ze brief schrijft<br />

Van <strong>de</strong> Perre, dat hij Robert heeft leren kennen als een 'or<strong>de</strong>ntelyk en<br />

eerlyk mensch en een zeer bequaam Mechanist', die hem 'getrouwelyk'<br />

gedient heeft, en die daarbij niet alleen zijn 'Cabinet <strong>van</strong> Physische<br />

Instrumenten' heeft on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n, maar die ook zelf 'verschei<strong>de</strong>ne<br />

nieuwe stukken heeft gemaakt, die <strong>de</strong> goedkeuring <strong>van</strong> my en veele<br />

andre liefhebbers hebben weggedragen' .<br />

Voordat Robert bij Van <strong>de</strong> Perre kwam heeft hij als Grenadier bij <strong>de</strong><br />

Zwitserse Guar<strong>de</strong>s gediend, waar hij het vak heeft geleerd bij een<br />

zekere heer' Estland' 13. De persoon <strong>van</strong> Robert is al eer<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

aandacht <strong>van</strong> <strong>de</strong> Stadhou<strong>de</strong>r gebracht, zo schrijft Van <strong>de</strong> Perre,<br />

namelijk tij<strong>de</strong>ns diens bezoek aan Walcheren in het voorafgaan<strong>de</strong><br />

jaar l4 . Bij <strong>de</strong>ze gelegenheid heeft <strong>de</strong> Graaf <strong>van</strong> Randwijk, een <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

le<strong>de</strong>n <strong>uit</strong> het gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> hoge gast, ook enkele werken <strong>van</strong> Robert<br />

gezien. Van <strong>de</strong> Perre heeft toen echter niet op <strong>de</strong>ze vacature willen<br />

aandringen, omdat het hem dui<strong>de</strong>lijk was dat een <strong>de</strong>rgelijke aanstelling<br />

niet b<strong>uit</strong>en Vosmaer om zou kunnen geschie<strong>de</strong>n. Robert zou <strong>de</strong>ze<br />

positie echter wel zeer graag bekle<strong>de</strong>n, ('tot verbetering en meer<strong>de</strong>re<br />

bevestiging <strong>van</strong> zyn Fortuyn'), en <strong>van</strong>daar dat Van <strong>de</strong> Perre zich nu<br />

maar <strong>de</strong> vrijheid permitteert om zich direkt tot Vosmaer te wen<strong>de</strong>n.<br />

Mocht Robert voor <strong>de</strong> functie in aanmerking komen, dan hoopt Van <strong>de</strong><br />

Perre overigens nog wel enige tijd te krijgen om dan zelf in zijn eigen<br />

vacature te kunnen voorzien.<br />

Waarschijnlijk heeft Robert in<strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong>ze betrekking kunnen krijgen,<br />

want niet lang hierna blijkt Van <strong>de</strong> Perre over een nieuwe instrumentmaker<br />

te beschikken in <strong>de</strong> persoon <strong>van</strong> David Reghter, tevens goud- en<br />

zilversmid te Mid<strong>de</strong>lburgIs.<br />

c. Overigen<br />

Daarmee zijn we nog niet door <strong>de</strong> instrumentmakers heen. Afgezien<br />

<strong>van</strong> Robert en Van <strong>de</strong>n Eeckhout heeft er ook nog een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> instrumentmaker<br />

een beschei<strong>de</strong>n bijdrage aan het geheel geleverd. Dat blijkt<br />

althans <strong>uit</strong> een signatuur op het kompas dat bovenin het werkstuk<br />

86<br />

verscholen zit. Na enige moeite laat zich hier <strong>de</strong> naam <strong>van</strong> 'Henrikus<br />

Kakelaar tot Mid<strong>de</strong>lburg' lezen. Na<strong>de</strong>re bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n over hem zijn<br />

niet bekend. Het ligt het meest voor <strong>de</strong> hand om te veron<strong>de</strong>rstellen dat<br />

hij een lokale leverancier <strong>van</strong> scheepsbenodigdhe<strong>de</strong>n is geweest, vooral<br />

gericht op nautische instrumenten. Ver<strong>de</strong>r heeft men <strong>uit</strong>eraard voor<br />

het timmermans- en schil<strong>de</strong>rwerk aan het <strong>planetarium</strong> ook een beroep<br />

gedaan op <strong>de</strong> in Mid<strong>de</strong>lburg gevestig<strong>de</strong> ambachtslie<strong>de</strong>n. Hun namen<br />

zijn eveneens bekend 16.<br />

Zo is <strong>de</strong> kast <strong>van</strong> <strong>de</strong> 'naar <strong>de</strong>n besten anticquen smaak' gebouw<strong>de</strong><br />

'Tombe' volgens alle 'konstregelen' vervaardigd door <strong>de</strong> timmerman<br />

M. Vincke. Voor het snijwerk aan <strong>de</strong> ornamenten, die volgens Ds.<br />

Krom het stuk een 'vorstelijk' voorkomen schenken, heeft <strong>de</strong> beeldhouwer<br />

P. Roms gezorgd, die een zaak dreef in <strong>de</strong> Lange Delft te<br />

Mid<strong>de</strong>lburg. Hij adverteer<strong>de</strong> regelmatig met meubels in <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>lburgsche<br />

Courant.<br />

De 'landsschil<strong>de</strong>r" Johannes Piepers tenslotte is verantwoor<strong>de</strong>lijk voor<br />

<strong>de</strong> beschil<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> het uurwerk, <strong>uit</strong>eraard ook weer 'konstig' , en<br />

'glad olijfhout gelijk'. Daarmee had Van <strong>de</strong> Perre een <strong>de</strong>r beste Mid<strong>de</strong>lburgse<br />

schil<strong>de</strong>rs gecontracteerd, een man die al menig moeilijk project<br />

on<strong>de</strong>r han<strong>de</strong>n had. Bekend is on<strong>de</strong>r meer het werk dat door Piepers in<br />

1785 is verricht aan <strong>de</strong> vermaar<strong>de</strong> tapijten in <strong>de</strong> Statenzaal, en ook zijn<br />

aktiviteiten voor <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>lburgse Tekenaca<strong>de</strong>mie waren niet zon<strong>de</strong>r<br />

belang.<br />

<strong>Een</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke plaats in het geheel wordt ingenomen door een<br />

zinnebeeldige groep <strong>van</strong> drie beel<strong>de</strong>n, die bovenop het <strong>planetarium</strong> is<br />

geplaatst. Deze bekroning schijnt speciaal in Antwerpen te zijn besteld,<br />

maar geen <strong>van</strong> <strong>de</strong> bronnen vermeldt in dit geval <strong>de</strong> naam <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

verantwoor<strong>de</strong>lijke kunstenaar. De beel<strong>de</strong>n verkeren tegenwoordig<br />

overigens in een vrij slechte staat. Bovendien zijn er on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

voorstelling verdwenen, en is het huidige egaal witte <strong>uit</strong>erlijk <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

beel<strong>de</strong>n niet in overeenstemming met hun oorspronkelijk gemarmer<strong>de</strong><br />

schil<strong>de</strong>ring.<br />

<strong>Een</strong> herstel <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze oorspronkelijke schil<strong>de</strong>ring, toen 'het marmer in<br />

zuivre kleur, hardheid en kou<strong>de</strong>' 'ongemeen' werd nagebootst zou zeer<br />

te wensen zijn. Het gehele voorkomen <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> zou er zeer<br />

<strong>van</strong> opknappen.<br />

2. HET ONTWERP<br />

a. De technische vormgeving<br />

Alhoewel <strong>de</strong> overlevering wil dat het <strong>planetarium</strong> gemaakt is naar een<br />

ontwerp <strong>van</strong> Mr. Van <strong>de</strong> Perre, is dit vermoe<strong>de</strong>lijk maar zeer ten <strong>de</strong>le<br />

het geval. Wat <strong>de</strong> inbreng <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre betreft komt J.H. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r<br />

87


Palm waarschijnlijk dicht bij <strong>de</strong> waarheid wanneer hij schrijft dat dit<br />

'Konstwerktuig' on<strong>de</strong>r Van <strong>de</strong> Perre's opzicht, en met <strong>de</strong> 'voorlichting<br />

zyner kundighe<strong>de</strong>n en eigen gedachten' is samengesteld 17. Kortom het<br />

<strong>planetarium</strong> zal een produkt zijn <strong>van</strong> het gemeenzaam overleg tussen <strong>de</strong><br />

practicus Van <strong>de</strong>n Eeckhout en <strong>de</strong> opdrachtgever Van <strong>de</strong> Perre. De<br />

kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong> een uurwerk zal stellig <strong>van</strong> Van <strong>de</strong>n<br />

Eeckhout gekomen zijn, <strong>de</strong> tandrad verhoudingen voor <strong>de</strong> planeetbewegingen<br />

kunnen daarentegen wel door Van <strong>de</strong> Perre zijn aangedragenis.<br />

Overigens claimt Van <strong>de</strong> Perre zelf maar zeer weinig in het getuigschrift<br />

dat hij na <strong>de</strong> voltooiing <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> aan Van <strong>de</strong>n Eeckhout<br />

meegeeftl9. Slechts het plan voor <strong>de</strong> helling en <strong>de</strong> excentriciteit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

planeetbanen wordt daarin aan Van <strong>de</strong> Perre toegeschreven, waarbij<br />

voor <strong>de</strong> praktische <strong>uit</strong>werking trouwens weer alle lof aan Van <strong>de</strong>n<br />

Eeckhout wordt toegezwaaid.<br />

<strong>Een</strong> ding valt daarbij wel op: De grote geheimzinnigheid die er in acht<br />

wordt genomen, wanneer het <strong>de</strong> werking <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> betreft.<br />

Uit alle eigentijdse beschrijvingen <strong>van</strong> het uurwerk blijkt dui<strong>de</strong>lijk, hoe<br />

omzichtig Van <strong>de</strong>n Eeckhout te werk is gegaan waar het me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen<br />

betrof over <strong>de</strong> technische <strong>uit</strong>voering <strong>van</strong> het mechanisme.<br />

We zullen een aantal voorbeel<strong>de</strong>n geven:<br />

In <strong>de</strong> <strong>Zeeuws</strong>e 'Chronyk Almanach' voor 1791 en 1792 wordt in eentoen<br />

zeer populaire - vraag- en antwoordvorm een beschrijving gegeven<br />

<strong>van</strong> het dan juist aan het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap geschonken<br />

<strong>planetarium</strong>. Eén <strong>van</strong> <strong>de</strong> vragen gaat in op het mechanisme dat <strong>de</strong><br />

schijngestalten <strong>van</strong> <strong>de</strong> maan verzorgt. Op <strong>de</strong><br />

Vraag: 'Kunt gy my niet eenig <strong>de</strong>nkbeeld <strong>van</strong> <strong>de</strong>n werking binnen in<br />

<strong>de</strong>n wyzer geven?<br />

volgt zonneklaar het antwoord:<br />

Antw.: 'Volstrekt niet! Dit is een nieuwe <strong>uit</strong>vinding, waar<strong>van</strong> het<br />

geheim by <strong>de</strong>n Konstenaar en <strong>uit</strong>vin<strong>de</strong>r J. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout bewaard<br />

word'.<br />

Dat een vergelijkbaar mechanisme in vele ou<strong>de</strong> klokken voorkomt, is<br />

kennelijk aan <strong>de</strong> schrijver <strong>van</strong> <strong>de</strong> 'Chronyk Almanach' ontgaan 20 .<br />

<strong>Een</strong> an<strong>de</strong>r voorbeeld komt <strong>uit</strong> een achttien<strong>de</strong> eeuwse beschrijving in<br />

handschrift21. Ditmaal wordt <strong>de</strong> constructie bejubeld welke Van <strong>de</strong>n<br />

Eeckhout heeft <strong>uit</strong>gewerkt voor <strong>de</strong> aandrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeten. Ook<br />

dat lijkt interessant, en men vraagt zich af: Hoe zal het werken? Maar<br />

nee, ook nu wordt nergens <strong>uit</strong>gelegd wat er bij dit mechanisme nu wel<br />

zo bijzon<strong>de</strong>r mag zijn.<br />

Integen<strong>de</strong>el, we lezen slechts dat een en an<strong>de</strong>r zó vernuftig is <strong>uit</strong>gedacht,<br />

en zó subtiel is <strong>uit</strong>gevoerd, dat zelfs 'het naulettendst oog <strong>de</strong><br />

wyze hoe het werkt' niet zal kunnen ont<strong>de</strong>kken. Althans ... niet zon<strong>de</strong>r<br />

88<br />

<strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout, '<strong>de</strong>szelfs werkmeester en <strong>uit</strong>vin<strong>de</strong>r',<br />

die echter- het valt te ra<strong>de</strong>n- verkiest dit vooralsnog geheim te<br />

hou<strong>de</strong>n. :<br />

Het lijkt erop dat Van <strong>de</strong>n Eeckhout bewust een sfeer <strong>van</strong> geheimzinnigheid<br />

rond <strong>de</strong> werking <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> in stand heeft willen<br />

hou<strong>de</strong>n. Deze indruk wordt nog bevestigd in een brief, die in 1788 door<br />

Van <strong>de</strong> Perre aan <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen is<br />

gezon<strong>de</strong>n 22 . In <strong>de</strong>ze brief schrijft Van <strong>de</strong> Perre on<strong>de</strong>r meer het<br />

volgen<strong>de</strong>:<br />

'Van myn Planetarium zal ik niets an<strong>de</strong>rs zeggen, als dat het<br />

Mechanismus allereenvoudigst is, dog <strong>de</strong>n uytvoer<strong>de</strong>r verkiest<br />

hetzelve niet al te publicq te doen zyn, <strong>de</strong>wyl dit een <strong>de</strong>r voornaamste<br />

Merites (= verdiensten) <strong>van</strong> dit Werktuig is, ..... '.<br />

Alhoewel Van <strong>de</strong> Perre zelf <strong>de</strong> pretenties hier niet zo hoog lijkt te<br />

stellen, respecteert hij <strong>de</strong> wens <strong>van</strong> '<strong>de</strong>n uytvoer<strong>de</strong>r' Van <strong>de</strong>n Eeckhout.<br />

Het valt aan te nemen, dat het vooral zakelijke belangen zijn geweest<br />

die Van <strong>de</strong>n Eeckhout ertoe hebben bewogen om zo weinig me<strong>de</strong><strong>de</strong>elzaam<br />

te zijn aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong>tails in het mechanisme. Immers, als <strong>de</strong><br />

vervaardiger <strong>van</strong> het - binnen Mid<strong>de</strong>lburg beroem<strong>de</strong> - <strong>planetarium</strong> zal<br />

hij in <strong>de</strong> stad stenig een zeker respect hebben genoten, niet alleen als<br />

persoon, maar vooral ook als vakman en han<strong>de</strong>laar in uurwerken. De<br />

nauwkeurigheid <strong>van</strong> het instrument (dat volgens sommigen volstrekt<br />

gelijk zou lopen met <strong>de</strong> planeten) werd op Walcheren alom geprezen, en<br />

wil<strong>de</strong> hij <strong>de</strong>ze illusie in stand hou<strong>de</strong>n, dan moest er niet te veel bekend<br />

wor<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> in feite toch vrij simpele samenstelling <strong>van</strong> het uurwerk.<br />

b. De architectuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> kast<br />

N aast alle bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n rond <strong>de</strong> technische vormgeving <strong>van</strong> dit<br />

<strong>planetarium</strong> mag bij dit instrument toch ook nog even gewezen wor<strong>de</strong>n<br />

op het ontwerp <strong>van</strong> het monumentale meubel. Dit aspect <strong>van</strong> het<br />

apparaat blijkt zeker <strong>de</strong> moeite waard te zijn. W.e mogen vaststellen,<br />

dat <strong>de</strong> architect <strong>van</strong> <strong>de</strong> kast een esthetisch verantwoor<strong>de</strong> vorm heeft<br />

gevon<strong>de</strong>n. <strong>Een</strong> vorm - <strong>de</strong> tombe - die in zijn soort uniek is. Noch bij <strong>de</strong><br />

Engelse 'Grand Orreries', noch bij <strong>de</strong> Franse 'Sphères Mou<strong>van</strong>tes' is<br />

enige gelijkenis met het hier gebezig<strong>de</strong> ontwerp waar te nemen.<br />

Wie <strong>de</strong> ontwerper <strong>van</strong> dit exterieur is, valt niet met zekerheid te zeggen.<br />

Het ligt voor <strong>de</strong> hand om <strong>de</strong> meubelmaker P. Roms als verantwoor<strong>de</strong>lijke<br />

aan te wijzen, maar het is ook goed <strong>de</strong>nkbaar dat <strong>de</strong> latere stadsarchitect<br />

J. <strong>de</strong> Feijter het ontwerp heeft geleverd. Van diens hand zijn<br />

namelijk een viertal zeer fraaie tekeningen <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> be-<br />

89


Over <strong>de</strong> pretenties qua vernieuwing en nauwkeurigheid kan Van <strong>de</strong><br />

Perre niettemin geen illusies gehad hebben, of toch wel. .. ? Het is in<br />

ie<strong>de</strong>r geval opvallend, dat hij in het najaar <strong>van</strong> 1787 een poging doet om<br />

een beschrijving <strong>van</strong> zijn <strong>planetarium</strong>, 'ingerigt na het voorschrift <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> Heeren Martin & Ferguson, en verbetert met <strong>de</strong>n excentriquen loop<br />

<strong>de</strong>r planeeten', gepubliceerd te krijgen in <strong>de</strong> Verhan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen te Haarlem. (Zie bijlage<br />

1.) Op 5 september 1787 stuurt hij <strong>de</strong>ze beschrijving, vergezeld <strong>van</strong><br />

een viertal tekeningen, toe aan <strong>de</strong> secretaris <strong>de</strong>r Maatschappij, Ds.<br />

C.C.H. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Aas. In een begelei<strong>de</strong>nd schrijven verzoekt Van <strong>de</strong><br />

Perre diens advies ten aanzien <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> drie vragen: '(1) of <strong>de</strong>ze<br />

stukken zou<strong>de</strong>n waardig zijn, om aan <strong>de</strong> Maatschappij <strong>van</strong> mijnent<br />

wege te wor<strong>de</strong>n ge-offreert, (2) of zij zou<strong>de</strong>n waardig zijn <strong>de</strong> onkosten<br />

<strong>de</strong>r gravure en om in een <strong>de</strong>r volgen<strong>de</strong> <strong>de</strong>elen <strong>van</strong> s 'Genoodschaps<br />

Verhan<strong>de</strong>lingen te wer<strong>de</strong>n ingelascht, en ten (3) of ik als dan voor eyge<br />

rekening eenige exemplaren zou<strong>de</strong> mogen laten overdrukken om afzon<strong>de</strong>rlijk<br />

door mij aan <strong>de</strong>ze of geene mijner vrien<strong>de</strong>n of beken<strong>de</strong> te<br />

wor<strong>de</strong>n gédistribueert' .<br />

Van <strong>de</strong>r Aa antwoordt per keren<strong>de</strong> post. Naar zijn 'gering oor<strong>de</strong>el'<br />

moet een verhan<strong>de</strong>ling over 'zoodanige Volmaakingen <strong>van</strong> Werktuigen',<br />

vooral wanneer <strong>de</strong>ze zijn <strong>uit</strong>gedacht door 'zoo Aanzienlijke<br />

Mecaenaten' als Van <strong>de</strong> Perre, '<strong>de</strong>n Werken <strong>de</strong>r Maatschappij toteere<br />

zijn'. Over <strong>de</strong> onkosten <strong>de</strong>r gravure kan hij niet oor<strong>de</strong>len, maar misschien<br />

zou men <strong>de</strong> tekeningen kunnen verkleinen, zodat 'zij allen op<br />

één <strong>uit</strong>slaand blad te staan kwamen' .<br />

Ook overdrukken zou<strong>de</strong>n wel mogelijk zijn, on<strong>de</strong>r voorwaar<strong>de</strong>, dat het<br />

getal daar<strong>van</strong> <strong>de</strong> twaalf niet te bovengaat.<br />

Maar aangezien <strong>de</strong> beslissing over een plaatsing in <strong>de</strong> Verhan<strong>de</strong>lingen<br />

niet <strong>van</strong> Van <strong>de</strong>r Aa's oor<strong>de</strong>el afhangt, verzoekt hij Van <strong>de</strong> Perre ermee<br />

accoord te gaan dat het stuk door een aantal <strong>de</strong>skundige le<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<br />

Maatschappij zal wor<strong>de</strong>n beoor<strong>de</strong>eld.<br />

Kennelijk geeft Van <strong>de</strong> Perre zijn fiat aan dit voorstel, want in <strong>de</strong><br />

verga<strong>de</strong>ring <strong>de</strong>r Maatschappij wordt op 6 november besloten om <strong>de</strong><br />

Heeren Brunings, Van Marum, Steenstra en Damen als beoor<strong>de</strong>laren<br />

aan te wijzen. In <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring verzoekt <strong>de</strong> heer Brunings 6<br />

echter <strong>van</strong> het ' examen te wor<strong>de</strong>n geëxcuseerd', zodat er nu drie<br />

beoor<strong>de</strong>laren overblijven.<br />

De eerste die <strong>de</strong> stukken verkrijgt is Pybo Steenstra, Philos. Doctor en<br />

Lector in <strong>de</strong> Wis- Zeevaart en Sterrenkun<strong>de</strong> aan het Atheneum te<br />

Amsterdam 7 • Hij heeft voor zijn ' examen' niet veel tijd nodig. Eind<br />

november kan hij Ds. Van <strong>de</strong>r Aa al zijn oor<strong>de</strong>el mee<strong>de</strong>len. Volgens<br />

Steenstra kan <strong>de</strong> Maatschappij het stuk wel plaatsen, al is hij niet<br />

enthousiast.<br />

92<br />

'De tekeningen kunnen meer Sieraad dan <strong>de</strong> Beschrijving geleerdheid<br />

aan <strong>de</strong> Werken <strong>de</strong>r Maatschappij bijzetten', aldus Steenstra. Niettemin<br />

zou volgens hem '<strong>de</strong> kostbaarheid <strong>de</strong>r Plaaten <strong>de</strong> eenigste zwaarigheid<br />

zijn, om <strong>de</strong> plaatsing <strong>van</strong> het stuk on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Berichten tegen te hou<strong>de</strong>n' .<br />

Het is jammer dat <strong>de</strong> Maatschappij geen afzon<strong>de</strong>rlijke werken <strong>van</strong><br />

'nieuw <strong>uit</strong>gevon<strong>de</strong>ne en door haar goedgekeur<strong>de</strong> Vindingen <strong>van</strong><br />

Konstenaars ' <strong>uit</strong>geeft, an<strong>de</strong>rs zou <strong>de</strong>ze beschrijving zeker daartoe<br />

behoren 8 •<br />

Laat Steenstra <strong>de</strong> mogelijkheid tot plaatsing nog open, bepaald afwijzend<br />

is daarentegen <strong>de</strong> reactie <strong>van</strong> Christiaan Hendrik Damen (1755-<br />

1793), hoogleraar te Lei<strong>de</strong>n 9 • Damen's grootste bezwaar tegen het stuk<br />

is, dat <strong>de</strong> beschrijving alleen een verhaal bevat, <strong>van</strong> datgene dat met het<br />

<strong>planetarium</strong> gedaan kan wor<strong>de</strong>n, maar geen 'ontvouwing <strong>van</strong> 't<br />

Mechanismus, waardoor zulks te weeg gebragt word'.<br />

Het werktuig zelf schijnt 'in veele omstandighe<strong>de</strong>n zeer inferieur te zijn<br />

aan het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Eyse Eysinga, zoals dat door <strong>de</strong>n Heer Prof<br />

Van Swin<strong>de</strong>n zeer nauwkeurig is beschreven', aldus Damen'o. 'Het<br />

eenige voor<strong>de</strong>el 't welk het <strong>Zeeuws</strong>che Planetarium boven dat <strong>van</strong><br />

Eysinga zou<strong>de</strong> kunnen hebben', zo vervolgt hij, 'zou<strong>de</strong> alleen kunnen<br />

bestaan in eene grootere eenvoudigheid <strong>van</strong> 't mechanismus, en <strong>de</strong>eze<br />

kan niet beoor<strong>de</strong>elt wor<strong>de</strong>n, dan <strong>uit</strong> eene meer ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> beschrijving'<br />

.<br />

Damen's conclusie is dan ook, dat 'zoo als het stuk in questie thans is,<br />

het niet waardig is, om on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> verhan<strong>de</strong>lingen <strong>de</strong>r Maatschappij<br />

geplaatst te wor<strong>de</strong>n. Vooral niet met zulke kostbaare plaatsen, welke<br />

luttel instructief zijn'.<br />

Op <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> 8 januari 1788 wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ingekomen adviezen<br />

<strong>van</strong> Steenstra en Damen voorgelezen. De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laar, Martinus<br />

<strong>van</strong> Marum (1750-1837), directeur <strong>van</strong> het kabinet <strong>de</strong>r Hollandsche<br />

Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen, geeft mon<strong>de</strong>ling zijn advies, zodat<br />

we over zijn opinie niet ver<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n ingelicht". Naar aanleiding <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>ze adviezen wordt besloten om aan <strong>de</strong> heer Damen te vragen 'een<br />

opstel te maaken <strong>van</strong> eenige consi<strong>de</strong>ratiën, die men daaromtrent aan<br />

<strong>de</strong>n Heer zen<strong>de</strong>r daar<strong>van</strong> zal communiceren'. Van het daarop ingekomen<br />

antwoord zal dan afhangen, wat men ver<strong>de</strong>r met <strong>de</strong> beschrijving<br />

zal doen.<br />

Helaas voor Van <strong>de</strong> Perre blijft Damen's standpunt ook bij zijn twee<strong>de</strong><br />

advies ongewijzigd. Op 13 januari 1788 schrijft hij aan Ds. Van <strong>de</strong>r Aa<br />

het navolgen<strong>de</strong>:<br />

'Wel Eerwaardig en Zeer Geleerd Heer!<br />

Voor zo verre als <strong>de</strong> onvolledige beschrijving toelaat, heb ik noch<br />

eens het <strong>Zeeuws</strong>che <strong>planetarium</strong> met dat <strong>van</strong> Eysinga vergeleeken,<br />

maar daardoor geen aanleiding gekreegen, om 't algemeene <strong>van</strong> mijn<br />

93


te vooren geveld oor<strong>de</strong>el te veran<strong>de</strong>ren. De pointen waarop 't eigenlijk<br />

aankomt, en welke door Uw WelEerwaar<strong>de</strong> beter dan door mij,<br />

in een fluweel rokje zullen gekleed wor<strong>de</strong>n, zijn kortelijk <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong>:<br />

Met betrekking tot het aantoonen <strong>de</strong>r knoopen, Excentriciteiten,<br />

Verste en Naaste punten, Lengte en Breedte (en dus ook Inclinatiën)<br />

<strong>de</strong>r Planeeten, staan <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> Planetaria volkomen gelijk, en heeft in<br />

die stukken, welke het voortreffelijke <strong>de</strong>r bei<strong>de</strong> werktuigen boven<br />

alle an<strong>de</strong>re planetaria <strong>uit</strong>maaken, het <strong>Zeeuws</strong>che boven het Friesche<br />

niets voor<strong>uit</strong>. Van <strong>de</strong> Elliptische loopkringen zal ik zo aanstonds<br />

na<strong>de</strong>r spreeken.<br />

Maar <strong>de</strong> wijze op welke <strong>de</strong> Lengte en Breedte <strong>de</strong>r Planeeten op 't<br />

Planetarium <strong>van</strong> Eysinga word waargenomen, zou<strong>de</strong> ik verre<br />

praefereren aan het Traliewerk <strong>van</strong> 't <strong>Zeeuws</strong>che Werktuig l2 ; welk<br />

traliewerk mij voorkomt erg omslagtig in 't gebruik te zijn, en door<br />

miskijking en misstelling ligtelijk aanleiding tot erreur te kunnen<br />

geeven.<br />

Op 't Friesche Planetarium beweegt zich <strong>de</strong> Maan om haaren As, èn<br />

om <strong>de</strong> Aar<strong>de</strong>, en met <strong>de</strong>eze om <strong>de</strong> Zon; Van <strong>de</strong>eze beweeging (een<br />

gewigtig voor<strong>de</strong>el een's Planetarium's) word in ons geval met geen<br />

enkel woord gesprooken 13.<br />

<strong>Een</strong>e omstandigheid, waardoor het <strong>Zeeuws</strong>ch Planetarium superieur<br />

schijnt te zijn aan dat <strong>van</strong> Eysinga, bestaat hierin, dat in 't<br />

eerstgemel<strong>de</strong> <strong>de</strong> loopbaanen <strong>de</strong>r Planeeten waare Ellipsen zijn,<br />

terwijl <strong>de</strong>zelve, in 't laatstgemel<strong>de</strong>, slegts door excentrique cirkels<br />

wor<strong>de</strong>n voorgesteld. Dan dit voor<strong>de</strong>el komt mijn voor <strong>van</strong> weinig<br />

belang te zijn. Want in Ellipsen of excéntrique Cirkels <strong>van</strong> die<br />

grootte als ze op een Planetarium vallen kunnen, kunnen <strong>de</strong> afstan<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong>r planeeten <strong>van</strong> <strong>de</strong> Zon, <strong>van</strong> elkan<strong>de</strong>ren ad sensum niet<br />

merkelijk verschillen, en dus een excentrique Cirkel, zo wel als een<br />

Ellips tot bepaaling dier afstan<strong>de</strong>n dienen 14.<br />

Bovendien, daar in <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> planetaria <strong>de</strong> verste en naaste punten<br />

niet beweegen, kunnen in een excentriquen cirkel, <strong>de</strong> tekens, welke<br />

<strong>de</strong>eze punten aantoonen gemakkelijk naar mate ze door lengte <strong>van</strong><br />

tijd verloopen, zon<strong>de</strong>r misstand verplaatst wor<strong>de</strong>n; iets 't welk in<br />

een ellips niet kan geschie<strong>de</strong>n, <strong>de</strong>wijl daarin het verste en naaste<br />

punt door <strong>de</strong> <strong>uit</strong>ein<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>n grooten as bepaald wor<strong>de</strong>n<strong>de</strong>, altoos<br />

standvastig <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plaats dient te behou<strong>de</strong>n.<br />

Bij dit alles voege men noch <strong>de</strong> over<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> 't konstig Hemelsplein<br />

en <strong>de</strong>r Maan-wyzers <strong>van</strong> 't Planetarium <strong>van</strong> Eisinga, waardoor<br />

dit werktuig boven alle an<strong>de</strong>ren verre <strong>uit</strong>munt, dan zal men met 't<br />

grootste regt en zon<strong>de</strong>r eenige partijdigheid moeten besl<strong>uit</strong>en, dat <strong>de</strong><br />

Wetenschappelijke verdiensten <strong>van</strong> 't <strong>Zeeuws</strong>che werktuig zeer<br />

verre inferieur zijn aan die <strong>van</strong> 't Friesche, en dat 't eerstgemel<strong>de</strong><br />

94<br />

noch door nieuwheid, noch door grootere volkomenheid zich <strong>de</strong>r<br />

Maatschappij kan aanbeveelen. De enkele lecture <strong>de</strong>r Beschrijving<br />

<strong>van</strong> 't Hemels-gestel <strong>van</strong> Eise Eisinga door J.H. <strong>van</strong> Swin<strong>de</strong>n in<br />

1780 te Franeker <strong>uit</strong>gegeeven, vooral <strong>van</strong> § 14 tot § 37, kan <strong>de</strong>n<br />

zen<strong>de</strong>r <strong>van</strong> 't stuk in quaestie ten vollen overtuigen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gegrondheid<br />

en heuschheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> hier bovengegeevene beoor<strong>de</strong>eling. '<br />

Tot zover <strong>de</strong> Leidse hoogleraar C.H. Damen. Van <strong>de</strong>ze ontwikkelingen<br />

bij <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij was Van <strong>de</strong> Perre <strong>uit</strong>eraard niet op <strong>de</strong><br />

hoogte. Integen<strong>de</strong>el, <strong>de</strong> laatste brief die hij in september 1787 <strong>van</strong> Ds.<br />

Van <strong>de</strong>r Aa had ont<strong>van</strong>gen was bepaald nog bemoedigend geweest.<br />

Slechts een formele procedure leek een publicatie in <strong>de</strong> Verhan<strong>de</strong>lingen<br />

nog in <strong>de</strong> weg te staan. Nu, vier maan<strong>de</strong>n later werd hij door Ds. Van<br />

<strong>de</strong>r Aa <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>uit</strong>slag op <strong>de</strong> hoogte gesteld.<br />

De brief is vrij openhartig. Van een 'fluwelen rokje' zoals door Damen<br />

gesuggereerd is weinig te merken. Van <strong>de</strong>r Aa schrijft Van <strong>de</strong> Perre, dat<br />

hij het commentaar slechts doorgeeft, zoals het door <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>laren<br />

'gulhartig' is ge<strong>uit</strong>, 'zon<strong>de</strong>r daarin iets te verbloemen, omdat ik overtuygt<br />

ben, dat Uw Ed.Geb. <strong>de</strong> zuivere waarheid liefis, hoe naakt zij ook<br />

voorgesteld word, en omdat Uw Ed.Geb. <strong>de</strong> goedheid heeft gehad om<br />

het zelf zoo te begeeren' .<br />

Hoe <strong>de</strong> direkte reactie op dit bericht in Mid<strong>de</strong>lburg is geweest laat zich<br />

slechts ra<strong>de</strong>n. Erg verheugd zal Van <strong>de</strong> Perre met <strong>de</strong>ze beoor<strong>de</strong>ling niet<br />

zijn geweest, dat is dui<strong>de</strong>lijk. Per slot <strong>van</strong> rekening zal hij zijn <strong>planetarium</strong><br />

waarachtig niet ca<strong>de</strong>au hebben gekregen. Het duurt dan ook<br />

lang voordat <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij een reactie <strong>van</strong> Van <strong>de</strong><br />

Perre ont<strong>van</strong>gt.<br />

Ook op een aan Van <strong>de</strong> Perre gevraagd advies om <strong>uit</strong> te zien naar<br />

iemand, die één <strong>van</strong> <strong>de</strong> prijsvragen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Maatschappij (over <strong>de</strong><br />

gezondheidstoestand <strong>van</strong> in Oost-Indië aangekomen personen) zou<br />

kunnen beoor<strong>de</strong>len wordt in eerste instantie niet ingegaan 15. Het was<br />

dan ook het enige advies dat <strong>de</strong> Maatschappij hem ooit gevraagd had,<br />

en het had aldus toch veel weg <strong>van</strong> een poging om <strong>de</strong> bittere pil <strong>van</strong> het<br />

<strong>planetarium</strong> toch iets te vergul<strong>de</strong>n.<br />

In ie<strong>de</strong>r geval wordt in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> Maatschappij op 4 maart<br />

1788 nog eens nadrukkelijk genotuleerd, dat '<strong>van</strong> <strong>de</strong>n heer directeur<br />

Van <strong>de</strong> Perre geen antwoord is binnengekomen' . Men hoopt echter, dat<br />

een reactie nog zal komen.<br />

Die komt er in<strong>de</strong>rdaad! Op 16 mei 1788 (!) schrijft Van <strong>de</strong> Perre aan Ds.<br />

Van <strong>de</strong>r Aa, dat hij met veel 'tegenspoe<strong>de</strong>n' te kampen heeft gehad, en<br />

daarom niet eer<strong>de</strong>r heeft kunnen antwoor<strong>de</strong>n.<br />

Hij gaat eerst op <strong>de</strong> prijsvraag in, al vreest hij dat zijn 'gedane moeyte<br />

wel vrugteloos zal zijn', gezien het late tijdstip <strong>van</strong> zijn reactie. Voor<br />

een advies in <strong>de</strong>ze kwestie had hij zich eerst tot zijn vriend, <strong>de</strong> medicus<br />

95


Mareeuw's (?) verhaal vormt namelijk slechts één grote loft<strong>uit</strong>ing op <strong>de</strong><br />

persoon <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre en diens <strong>planetarium</strong>. Uitspraken zoals <strong>de</strong><br />

volgen<strong>de</strong> laten aan dui<strong>de</strong>lijkheid niets te wensen over:<br />

'De volmaaking <strong>van</strong> het Planetarium schijnt alleen bespaard geweest<br />

te zijn voor het e<strong>de</strong>l en werkyverig vernuft <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Hooge<strong>de</strong>lgestrenge<br />

Heeren <strong>de</strong> Heere Mr. J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre ... Deze naukeurige<br />

waarneemer viel er met <strong>de</strong> borst op, om een volkomener werktuig,<br />

een tot nog toe onbekend <strong>planetarium</strong> met verbetering en<br />

volmaaking <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebreken in <strong>de</strong> tot dien tijd beken<strong>de</strong> planetariï in<br />

<strong>de</strong> Waereld te brengen. Zijn altoos speurzieken geest, in alle <strong>de</strong><br />

Wetten <strong>de</strong>r beweeging en in <strong>de</strong> proeven <strong>de</strong>r werktuigkun<strong>de</strong> zeer<br />

ervaaren, bragt het zoo verre in <strong>de</strong> Theorie, als het mooglijk immer<br />

met alle kun<strong>de</strong> en vlijt te brengen zij.'<br />

Het is begrijpelijk dat Van <strong>de</strong> Perre of diens weduwe aan een <strong>de</strong>rgelijk<br />

produkt geen behoefte hebben gehad. Het geheel steekt in kwaliteit<br />

schril af tegen het re<strong>de</strong>lijke niveau <strong>van</strong> Krom's latere 'Kort Ontwerp'.<br />

Het lijkt aldus zeer waarschijnlijk, dat <strong>de</strong> familie Van <strong>de</strong> Perre een<br />

<strong>uit</strong>gave <strong>van</strong> Mareeuw's werk heeft geblokkeerd.<br />

98<br />

VI. BESCHRIJV<strong>ING</strong><br />

Na dit - op archivalische gegevens gebaseer<strong>de</strong> - verhaal, mag nu eerst<br />

een beschrijving <strong>van</strong> het uurwerk volgen. Want, alle mogelijke onvolkomenhe<strong>de</strong>n<br />

ten spijt, het blijft een interessant werkstuk. Ou<strong>de</strong><br />

klokken <strong>van</strong> <strong>Zeeuws</strong>e makelij zijn <strong>uit</strong>erst schaars·, en een documentatie<br />

<strong>van</strong> het aanwezige materiaal is <strong>de</strong>rhalve zeer wenselijk. Hierna kan dan<br />

een vergelijking wor<strong>de</strong>n gemaakt tussen dit <strong>Zeeuws</strong>e <strong>planetarium</strong> en<br />

enige an<strong>de</strong>re 18e eeuwse <strong>de</strong>monstratie-planetaria.<br />

In 1972 is het <strong>planetarium</strong> Van <strong>de</strong> Perre/V an <strong>de</strong>n Eeckhout gerestaureerd<br />

door <strong>de</strong> heer H. Hoitsma te Mid<strong>de</strong>lburg l . Het uurwerk had toen<br />

enige <strong>de</strong>cennia stilgestaan. De restauratie vond plaats in verband met<br />

<strong>de</strong> overbrenging <strong>van</strong> <strong>de</strong> collecties <strong>van</strong> het Koninklijk <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap<br />

<strong>de</strong>r Wetenschappen naar het toen nieuw ingerichte <strong>Zeeuws</strong><br />

Museum aan het Abdijplein. Reeds in 1965 had <strong>de</strong> heer Hoitsma een<br />

on<strong>de</strong>rzoek ingesteld naar <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een herstel. Op basis<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> bevindingen opgedaan bij <strong>de</strong>ze restauratie is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> beschrijving<br />

opgt.:steld.<br />

A. HET UITWENDIGE<br />

Het <strong>planetarium</strong> en het aandrijvend uurwerk is on<strong>de</strong>rgebracht in een<br />

houten kast, waar<strong>van</strong> het grondvlak <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> een achthoek heeft.<br />

De breedte <strong>van</strong> het voetstuk is 1,55 meter, <strong>de</strong> hoogte er<strong>van</strong> bedraagt<br />

1,40 m. Het eigenlijke <strong>planetarium</strong> is on<strong>de</strong>rgebracht in een ruimte<br />

boven in <strong>de</strong>ze kast. Rond dit ge<strong>de</strong>elte bevindt zich een messing band<br />

<strong>van</strong> 1,08 meter mid<strong>de</strong>llijn, welke <strong>de</strong> dierenriem voorstelt. Hierbinnen<br />

bewegen <strong>de</strong> door kleine bolletjes aangegeven planeten in hun bena<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

banen, en met bena<strong>de</strong>r<strong>de</strong> snelhe<strong>de</strong>n rond <strong>de</strong> zon. Aanwezig zijn<br />

<strong>de</strong> planeten Mercurius, Venus, Aar<strong>de</strong>, Mars, Jupiter en Saturnus,<br />

alsme<strong>de</strong> een aantal manen zon<strong>de</strong>r eigen beweging 2 •<br />

Aan <strong>de</strong> bovenzij<strong>de</strong> is het <strong>planetarium</strong> afgesloten door een glazen raamwerk,<br />

waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> rand steunt op een twaalftal messing pilaartjes. De'<br />

zijkant <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong>, (<strong>de</strong> messing dierenriem) is in 1822 eveneens<br />

<strong>van</strong> een glazen raamomlijsting voorzien, waardoor een achttal met<br />

guirlan<strong>de</strong>s gestoken houten af<strong>de</strong>kstukken b<strong>uit</strong>en gebruik zijn geraakt 3 .<br />

Deze stukken zijn nog wel aanwezig, en wor<strong>de</strong>n in het inwendige <strong>van</strong><br />

het voetstuk bewaard.<br />

Vanaf <strong>de</strong> rand <strong>van</strong> het glazen raamwerk lopen tenslotte vier gebogen<br />

consoles naar een bovenvlak dat aan <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzij<strong>de</strong> <strong>van</strong> een kompas<br />

voorzien is, een waarop een astronomisch-zinnebeeldige groep <strong>van</strong><br />

drie putti geplaatst is, rond een viertal boeken, een hemelglobe, en een<br />

kompas. <strong>Een</strong> oorspronkelijk ook nog aanwezige kijker is met een<br />

99


astronomische ring in <strong>de</strong> laatste halve eeuw verloren geraakt 4 • De<br />

totale hoogte <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> bedraagt nu 3,30 m.<br />

Behalve het <strong>planetarium</strong> bedient het uurwerk in <strong>de</strong> kast ook nog een<br />

drietal wijzerplaten, die zich in <strong>de</strong> zijwan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het voetstuk bevin<strong>de</strong>n.<br />

Allereerst een in <strong>de</strong> oostwand ten dienste <strong>van</strong> een klok welke<br />

<strong>van</strong> een uur-, minuut- en secon<strong>de</strong>wijzer is voorzien, en waarin tevens<br />

<strong>de</strong> schijngestalte <strong>van</strong> <strong>de</strong> maan valt af te lezen. Ver<strong>de</strong>r een in <strong>de</strong> westwand,<br />

waarop <strong>de</strong> zeven dagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> week zijn geschil<strong>de</strong>rd, en waarlangs<br />

een wijzer zich eenparig met één omwenteling per week beweegt.<br />

En tot slot een wijzerplaat in <strong>de</strong> noordwand, welke <strong>de</strong> dagen <strong>van</strong> het<br />

jaar aangeeft, en waarlangs eveneens een wijzer eenparig beweegt met<br />

één omwenteling per 52 weken of 364 etmalen. Bovendien geeft <strong>de</strong>ze<br />

wijzer <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> opkomst en on<strong>de</strong>rgang <strong>van</strong> <strong>de</strong> zon, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

zonshoogte of -<strong>de</strong>clinatie aan. Ookzijn <strong>de</strong> tekens <strong>van</strong> <strong>de</strong> dierenriem op<br />

<strong>de</strong>ze wijzerplaat aangebracht.<br />

Ver<strong>de</strong>r zijn in <strong>de</strong>ze wijzerplaat nog vier vensters <strong>uit</strong>gespaard, waarachter<br />

respectievelijk <strong>de</strong> Zondagsletter, het Gul<strong>de</strong>ngetal, <strong>de</strong> Zonnecirkel<br />

en <strong>de</strong> Epacta zichtbaar zijn. (Voor <strong>de</strong> betekenis <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze<br />

kalen<strong>de</strong>rgegevens zie bijlage 4.) In <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> zijwand bevindt zich ten<br />

slotte een ge<strong>de</strong>nkplaat, waarop <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> Latijnse tekst valt te lezen:<br />

PLANETARIUM, QUOD SECUNDUM PRINCIPIA VIRORUM MARTIN ET FER­<br />

GUSON INSTRUXIT JOSEPH VAN DEN EECKHOUT, MATHESEOS UT ET REI<br />

SUAE HOROLOGICAE ADMODUM PERITUS, QUI PRAETEREA MAGNA ARTE<br />

ATQUE INDUSTRIA, ITA UT MODUS OCULOS FUGIAT, ADDIDIT EA, QUAE<br />

VIR ILLUSTR. ET AMPLISS. J.A. VAN DE PERRE. DOMINUS IN NIEUWERVE<br />

&c. &c. IPSE INVENIT ATQUE EXCOGITAVIT, TELLURIS SCIL. EXCENTRI­<br />

CITATEM, IMO ET OMNIUM PLANETARUM, EORUMQUE INCLINATIONEM<br />

AD ECLIPTICAM ET S<strong>ING</strong>ULORUM LATITUDINEM, APHELIUM, PERIHE­<br />

LIUM ATQUE NODOS. ADJECTI SUNT INDICES EODEM MODO, QUO PLANE­<br />

TARIUM (HOROLOGII NEMPE OPE) MOTI, HORAM, MINUTA, PRIMA ET<br />

SECUNDA, DIEM HEBDOMADIS ET MENSIS, PHASES LUNAE, SOLIS PORRO<br />

ORTUM, OCCASUM, GRADUM, DECLINATIONEM, DENIQUE ET EPACTA,<br />

LITERAM DOMINICALEM, NUMERUM AUREUM ET CYCLUM SOLAREM,<br />

APTISSIME INDICANTES. CAETERUM CIRCULUM GRADUUM TAM<br />

LONGIT s , QUAM LATIT s , MENSOREM EX AERE PULCHRE PERFECIT<br />

ROBERT.<br />

MDCCLXXXVI.<br />

Hetgeen in een ou<strong>de</strong> vertaling door l.P. Fokker (1755-1831) betekents:<br />

Dit Planeetenstelsel is, volgens <strong>de</strong> grondbeginsels <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Heere<br />

Martin en Ferguson, gemaakt door <strong>de</strong>n kundigen en verdienstelijken<br />

Heer Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout, door wien ook alles, dat <strong>de</strong>n Hooge<strong>de</strong>le<br />

Heer l.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre, Heer <strong>van</strong> Nieuwerve (voor wiens bijzon<strong>de</strong>r<br />

gebruik en kosten dit konststuk is vervaardigd) <strong>uit</strong>gedagt heeft,<br />

op eene zoo vernuftige en konstige wijze (alles) is <strong>uit</strong>gevoerd, dat het<br />

scherpsienste oog <strong>de</strong> wijze waarop alles werkt niet kan attrappeeren,<br />

100<br />

namentlijk <strong>de</strong> beweeging <strong>de</strong>r Planeeten en <strong>uit</strong>mid<strong>de</strong>lpuntige en tot<br />

elkan<strong>de</strong>r hellen<strong>de</strong> loopbaanen, zoo dat <strong>de</strong> Heliocentrische Lengte en<br />

Breedte <strong>van</strong> ij <strong>de</strong>r <strong>de</strong>rzelve dui<strong>de</strong>lijk zigtbaar is. Op drij on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong><br />

wijzerplaaten wor<strong>de</strong>n door wijzers, welke gelijk het <strong>planetarium</strong>, door<br />

het horologie aan <strong>de</strong>n gang gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, vertoond <strong>de</strong> tijd in<br />

Vuren, minuuten en secon<strong>de</strong>n, <strong>de</strong>n dag <strong>de</strong>r weeke, <strong>de</strong> Phases <strong>de</strong>r<br />

Maane, <strong>de</strong>n op- en on<strong>de</strong>rgang <strong>de</strong>r Zonne; Lengte en Declinatie <strong>de</strong>r<br />

zelve, het Gul<strong>de</strong>getal, <strong>de</strong> Epacta en Zonnecirkel. De Zodiak is door<br />

J.F. Robert zeer konstig vervaardigd. 1786.<br />

B. INWENDIG<br />

1. Het aan,drijvend uurwerk<br />

Gezien <strong>de</strong> imponeren<strong>de</strong> om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> <strong>de</strong> kast wordt het gehele mechanisme<br />

aangedreven door een verrassend klein slingeruurwerk, dat<br />

voorzien is <strong>van</strong> een secon<strong>de</strong>slinger, dwz. een slinger, die een gehele<br />

perio<strong>de</strong> <strong>uit</strong>voert in 2 secon<strong>de</strong>n. De aandrijving <strong>van</strong> het uurwerk wordt<br />

geleverd door een gewicht <strong>van</strong> 15 kg, dat via een katrol aan een<br />

darmsnaar is bevestigd. Het effectieve gewicht is daardoor 15 : 2 = 7,5<br />

kg. De diameter <strong>van</strong> <strong>de</strong> snaartrommel is 55 mm, zodat het aandrijvend<br />

koppel 7,5 x (0,055: 2) = 0,206 kg.m (of2,02 Newton.meter) bedraagt.<br />

Bij het aflopen <strong>van</strong> het uurwerk kan het gewicht ruim 60 cm dalen, en<br />

<strong>van</strong>wege <strong>de</strong> ophanging via een katrol is daarmee het dubbele aan<br />

snaarlengte vereist, ofwel ruim 120 cm. Het aantal werkzame windingen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> darmsnaar rond <strong>de</strong> snaartrommel is daarmee 120: (3,14 x<br />

5,5) = ca. 7. Het op <strong>de</strong> snaartrommel aansl<strong>uit</strong>en<strong>de</strong> ra<strong>de</strong>rwerk is zo<br />

gekozen, dat <strong>de</strong> as waarop <strong>de</strong> snaartrommel is bevestigd één omwenteling<br />

per twee etmalen maakt. Met 7 werkzame windingen kan het<br />

uurwerk dus 7 x 2 = 14 etmalen lopen.<br />

<strong>Een</strong> eenvoudige berekening leert tenslotte dat het voor <strong>de</strong> aandrijving<br />

<strong>van</strong> het gehele mechanisme geleverd vermogen 73 microwatt bedraagt.<br />

2. De ra<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> het uurwerk<br />

Het aandrijvend uurwerk bestaat <strong>uit</strong> een aantal assen en ra<strong>de</strong>ren, zoals<br />

in fig. 1 schematisch is weergegeven. De assen zijn daarin aangeduid<br />

met <strong>de</strong> letters a, b, c, enz., terwijl bij <strong>de</strong> ra<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> aantallen tan<strong>de</strong>n<br />

staan vermeld.<br />

Het ankerrad op <strong>de</strong> as (a) heeft 30 tan<strong>de</strong>n. Het echappement waar<strong>van</strong><br />

dit rad <strong>de</strong>el <strong>uit</strong>maakt bepaalt <strong>de</strong> snelheid waarmee <strong>de</strong> ra<strong>de</strong>rtrein voortgaat.<br />

Immers <strong>de</strong> slingerlengte bepaalt <strong>de</strong> tijd waarin het anker bovenaan<br />

101


d. De maangestalte-schijf<br />

De duur <strong>van</strong>één synodische maansomloop, ofwel 1 lunatie, bedraagt 29<br />

dagen, 12 uur en 44 minuten. Het maanschijf je in <strong>de</strong> grote wijzer <strong>van</strong> het<br />

uurwerk bezit echter een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> 29 dagen, en 12 uur, zodat dit<br />

schijfje bij ie<strong>de</strong>re lunatie 44 minuten voorloopt. Wanneer dient hier een<br />

correctie plaats te vin<strong>de</strong>n?<br />

Welnu, in 29 dagen en 12 uur (= 24480 min.) wentelt het maanschij(je<br />

180°, ofwel 1° per 236 minuten. Bij ie<strong>de</strong>re lunatie ontstaat aldus een<br />

miswijzing <strong>van</strong> (44: 236) x 1° = 0,186°.<br />

De enige correctiemogelijkheid bestaat <strong>uit</strong> het verstellen <strong>van</strong> het <strong>uit</strong> 7<br />

tan<strong>de</strong>n bestaan<strong>de</strong> sterrad, dat het 118 tan<strong>de</strong>n bezitten<strong>de</strong> maanschijf je<br />

aandrijft. Wanneer het sterrad 1 sterpunt verzet wordt, verdraait het<br />

maanschijfje aldus (360° : 7) x (7 : 118) = 3,05". Deze verdraaiing wordt<br />

bereikt na 3,05 : 0,186 = 16,4 lunaties, of éénmaal per ongeveer 16<br />

maan<strong>de</strong>n.<br />

Zon<strong>de</strong>r bezwaar voor <strong>de</strong> aanwijzing <strong>van</strong> <strong>de</strong> maanfasen kan <strong>de</strong>ze correctie<br />

ook eens per 3 x 16 = 48 maan<strong>de</strong>n of 4 jaren verricht wor<strong>de</strong>n, en<br />

wel door het sterrad dan 3 tan<strong>de</strong>n terug te zetten. Dit zou dan steeds op<br />

<strong>de</strong> 2ge februari kunnen geschie<strong>de</strong>n, te gelijk met het verzetten <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

datumwijzer.<br />

116<br />

VII. HET PLANETARIUM VAN DE PERRE-VAN DEN<br />

EECKHOUT VERGELEKEN MET ANDERE 18e EEUWSE<br />

'ORRERIES'<br />

Het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Mr. Van <strong>de</strong> Perre, volgens Krom 'eenig in zyn<br />

soort', volgens Drijfhout en an<strong>de</strong>ren 'misschien wel het kostbaarste dat<br />

in Europa gevon<strong>de</strong>n wordt, weliswaar ge<strong>de</strong>eltelijk in navolging <strong>van</strong><br />

an<strong>de</strong>ren gemaakt, maar niettemin meer volmaakt dan welk an<strong>de</strong>r vergelijkbaar<br />

kunststuk'. Het zijn nogal wat pretenties!<br />

De vraag is nu: Wat blijft er eigenlijk <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze beweringen overeind?<br />

Wie zijn er nagevolgd? Is er in<strong>de</strong>rdaad iets verbeterd? Op <strong>de</strong>ze en<br />

soortgelijke vragen wil het volgen<strong>de</strong> hoofdstuk een antwoord trachten<br />

te geven ..<br />

A. HET TYPE (DE DUBBEL-CONISCHE AANDRIJV<strong>ING</strong>)<br />

Uit het voorgaan<strong>de</strong> mag dui<strong>de</strong>lijk zijn, dat het <strong>planetarium</strong> gebaseerd is<br />

op het meest eenvoudige type aandrijving dat <strong>de</strong>nkbaar is. Voor ie<strong>de</strong>re<br />

planeet zijn er slechts twee tandra<strong>de</strong>ren, die <strong>de</strong> bena<strong>de</strong>r<strong>de</strong> planeetbeweging<br />

verzorgen.<br />

Rond een centrale as (die het zonnebolletje draagt) draait voor ie<strong>de</strong>re<br />

planeet een buis, met aan <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzij<strong>de</strong> één <strong>de</strong>r tandwielen, en aan <strong>de</strong><br />

bovenzij<strong>de</strong> een arm die het planeetbolletje draagt of voortduwt. Elk <strong>de</strong>r<br />

tandwielen op dit coaxiaal draaien<strong>de</strong> buizenstelsel grijpt dan in een<br />

bijpassend an<strong>de</strong>r tandwiel. De diameters <strong>van</strong> <strong>de</strong> tandwielen zijn daarbij<br />

zo gekozen, dat alle twee<strong>de</strong> tandwielen samen op één as bevestigd<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n.<br />

Dit type aandrijving is door Millburn 'dubbel-conisch' genoemd, <strong>van</strong>wege<br />

<strong>de</strong> in diameter oplopen<strong>de</strong> tandwielen, die op bei<strong>de</strong> assen een<br />

kegelvormige gedaante opleveren!. (Het woord 'conisch' heeft dus<br />

geen betrekking op het <strong>uit</strong>erlijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> individuele tandwielen.)<br />

Dit principe is voor het eerst gelanceerd door Kepler in 1598, maar<br />

aangezien <strong>de</strong>ze er in zijn gepubliceer<strong>de</strong> werken aan voorbij gaat, is zijn<br />

i<strong>de</strong>e tot in <strong>de</strong> twintigste eeuw onopgemerkt gebleven 2 • Onafhankelijk<br />

<strong>van</strong> Kepler heeft <strong>de</strong> Deen Ole R0mer (1644-1710) een <strong>de</strong>rgelijk<br />

mechanisme bedacht voor eenjovilabe (1677), een toestel om <strong>de</strong> maanbewegingen<br />

rond <strong>de</strong> planeet Jupiter te kunnen <strong>de</strong>monstreren. Kort<br />

hierna (omstreeks 1680) heeft hij echter ook een <strong>planetarium</strong> volgens<br />

dit principe ontworpen 3 •<br />

Het zal dui<strong>de</strong>lijk zijn dat <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> bena<strong>de</strong>ring <strong>de</strong>r planeetbewegingen<br />

direkt afhangt <strong>van</strong> het aantal tan<strong>de</strong>n dat men bij <strong>de</strong> ra<strong>de</strong>ren<br />

gebruikt. Het is niet bekend op welke wijze Kepler en R0mer tot <strong>de</strong><br />

keuze <strong>van</strong> hun tandrandverhoudingen zijn gekomen, maar het lijkt<br />

117


waarschijnlijk, dat zij door <strong>uit</strong>proberen, op empirische wijze hun<br />

breuktallen hebben gekozen. (Zie tabel 5.)<br />

An<strong>de</strong>rs is dat gegaan bij <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r Christiaan <strong>Huygens</strong> (1629-<br />

1695). Hij is <strong>de</strong> eerste man geweest, die een theoretische bena<strong>de</strong>ringswijze<br />

voor <strong>de</strong> berekening <strong>van</strong> tandradverhoudingen heeft ontwikkeld.<br />

<strong>Huygens</strong> was dan ook een zeer veelzijdig geleer<strong>de</strong>, die in geheel Europa<br />

bekendheid genoot on<strong>de</strong>r meer <strong>van</strong>wege zijn theoretische en praktische<br />

on<strong>de</strong>rzoekingen <strong>van</strong> uurwerken. Zijn <strong>uit</strong>vinding <strong>van</strong> het slingeruurwerk<br />

in 1657 vormt een <strong>de</strong>r hoogtepunten <strong>uit</strong> <strong>de</strong> Europese beschavingsgeschie<strong>de</strong>nis<br />

4 •<br />

In 1682 ontwerpt hij een <strong>planetarium</strong>, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> aandrijving weliswaar<br />

niet volgens het dubbel-conische systeem (zoals bij R0mer) geschiedt,<br />

maar dat niettemin berust op het gebruik <strong>van</strong> een enkelvoudige<br />

breuk als <strong>de</strong> meest eenvoudige manier om <strong>de</strong> planeetbewegingen te<br />

imiteren s . <strong>Huygens</strong>' probleem was dus eveneens: Hoe kan je een<br />

verhouding tussen twee gehele getallen vin<strong>de</strong>n, die het beste <strong>de</strong> werkelijke<br />

verhouding tussen <strong>de</strong> omloopstij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> twee planeten weergeeft?<br />

Voor <strong>de</strong> oplossing <strong>van</strong> dit probleem maakt <strong>Huygens</strong> gebruik <strong>van</strong> een<br />

zgn. 'kettingbreukontwikkeling', een wiskundige metho<strong>de</strong>, die in zijn<br />

tijd al ongeveer een eeuw oud was, maar die nog nooit eer<strong>de</strong>r was<br />

gebruikt om tandrad verhoudingen te vin<strong>de</strong>n 6 • Op <strong>de</strong>ze wijze berekent.<br />

<strong>Huygens</strong> een aantal breuken, die vertaald naar tandrad verhoudingen<br />

een vrij nauwkeurige bena<strong>de</strong>ring geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> relatieve omloopstij<strong>de</strong>n<br />

tussen <strong>de</strong> planeten. (Zie tabel 5.) Betere bena<strong>de</strong>ringen blijven daarbij<br />

weliswaar steeds mogelijk, maar <strong>de</strong> theorie <strong>van</strong> <strong>de</strong> kettingbreuken wijst<br />

<strong>uit</strong>, dat daartoe steeds groter wor<strong>de</strong>n<strong>de</strong> tellers en noemers vereist zijn.<br />

Alleen met complexere tandwieltreinen, waarmee <strong>de</strong> breuk dan als het<br />

ware in ge<strong>de</strong>elten wordt geknipt, is nog aan <strong>de</strong>ze eis te voldoen.<br />

Uitgaan<strong>de</strong> <strong>van</strong> een aandrijving <strong>van</strong> 365\.-4 dag voor het aardbolletje zijn<br />

<strong>de</strong> getallen <strong>van</strong> <strong>Huygens</strong> aldus <strong>de</strong> best haalbare in een dubbel-conisch<br />

<strong>planetarium</strong>systeem.<br />

De ontwikkeling <strong>van</strong> het dubbel-conische systeem na <strong>Huygens</strong><br />

Met <strong>Huygens</strong> kettingbreukontwikkeling zou zo het laatste woord gezegd<br />

moeten zijn, ware het niet dat <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>Huygens</strong> voor<br />

lange tijd verscholen zijn geweest in het postuum (in 1703) <strong>uit</strong>gegeven<br />

werk 'Opuscula postuma'. Het heeft er alle schijn <strong>van</strong> dat <strong>de</strong> Latijnse<br />

tekst <strong>van</strong> dit werk een ruime verspreiding <strong>van</strong> <strong>Huygens</strong>' theorie in <strong>de</strong><br />

weg heeft gestaan 7 • Zeker on<strong>de</strong>r handwerkslie<strong>de</strong>n, zoals horloge- en<br />

instrumentmakers; en in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw zijn zij het vooral, die zich<br />

op <strong>de</strong> vervaardiging <strong>van</strong> planetaria gaan toeleggen.<br />

Zo is het mogelijk dat we in 1738 te Amsterdam een geheel nieuw<br />

118<br />

'<strong>planetarium</strong> volgens het stelsel <strong>van</strong> Copemicus' tegenkomen, '<strong>uit</strong>gevon<strong>de</strong>n'<br />

door Jan <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Dam, een autodidact die in Amsterdam<br />

enige jaren lessen verzorg<strong>de</strong> in <strong>de</strong> Newtoniaanse natuurkun<strong>de</strong>s. Ook<br />

dit <strong>planetarium</strong> (door Van <strong>de</strong>n Dam <strong>de</strong> 'Sphaera Perfecta' genoemd)<br />

blijkt weer gebaseerd te zijn op het principe <strong>van</strong> <strong>de</strong> dubbel-conische<br />

aandrijving. <strong>Een</strong> bewaard gebleven exemplaar <strong>uit</strong> 1756 onthult ons <strong>de</strong><br />

door Van <strong>de</strong>n Dam toegepaste tandradverhoudingen, en <strong>de</strong>ze blijken<br />

op verschillen<strong>de</strong> punten af te wijken <strong>van</strong> <strong>de</strong> getallen, zoals die door<br />

Kepier, R0mer of <strong>Huygens</strong> gebruikt zijn 9 •<br />

Ook een in 1735 <strong>uit</strong>gegeven beschrijving <strong>van</strong> R0mers <strong>planetarium</strong>,<br />

waarin <strong>de</strong> bewerker P. Horrebow enkele nieuwe tandradverhoudingen<br />

suggereert, lijkt Van <strong>de</strong>n Dam's werk niet te hebben beïnvloed 10 ; een<br />

zelfstandige 'inventie' door Jan <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Dam <strong>van</strong> het dubbel-conische<br />

principe behoort aldus zeker tot <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n. Zelf acht Van <strong>de</strong>n<br />

Dam het in ie<strong>de</strong>r geval belangrijk genoeg om er bij <strong>de</strong> Staten <strong>van</strong><br />

Holland en West-Friesland octrooi voor aan te vragen 11.<br />

Bij het voorgaan<strong>de</strong> dient overigens wel te wor<strong>de</strong>n opgemerkt, dat Van<br />

<strong>de</strong>n Dam niet <strong>de</strong> eerste Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r is geweest, die zich na <strong>Huygens</strong><br />

met <strong>de</strong> vervaardiging <strong>van</strong> planetaria heeft bezig gehou<strong>de</strong>n. Integen<strong>de</strong>el,<br />

in zijn belangstelling voor astronomische ra<strong>de</strong>rwerken stond hij zeker<br />

niet alleen. Wel is Van <strong>de</strong>n Dam <strong>de</strong> eerste die in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n het<br />

dubbel-conische systeem toepast. An<strong>de</strong>re contemporaine planetaria<br />

hebben een meer complexe tandwielaandrijving, en vallen daardoor<br />

b<strong>uit</strong>en <strong>de</strong> hier gehou<strong>de</strong>n vergelijking 12.<br />

Geheel los <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontwikkelingen op het vasteland <strong>van</strong> Europa staat het<br />

werk <strong>van</strong> <strong>de</strong> Engelse autodidact Benjamin Martin (1704/5-1782), een<br />

bekend popularisator <strong>van</strong> <strong>de</strong> natuurwetenschappen in Groot-Britannië<br />

13. Ook Martin ontwerpt weer een <strong>planetarium</strong> volgens het dubbelconische<br />

systeem, met opnieuw eigen tandradverhoudingen. (Zie tabel<br />

5.) In een <strong>uit</strong>voerige studie is door Millbum voldoen<strong>de</strong> aannemelijk<br />

gemaakt dat ook Martin weer geheel zelfstandig tot dit ontwerp is<br />

gekomen, zon<strong>de</strong>r voorkennis <strong>van</strong> het werk <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren 14 • We leven<br />

dan in 1747, an<strong>de</strong>rhalve eeuw na Kepier, <strong>de</strong> eerste <strong>uit</strong>vin<strong>de</strong>r. Deze<br />

keer is het echter wel <strong>de</strong> laatste maal dat het dubbel-conische <strong>planetarium</strong>systeem<br />

'ont<strong>de</strong>kt' behoeft te wor<strong>de</strong>n. Geduren<strong>de</strong> zijn leven zal<br />

Martin <strong>van</strong> zijn <strong>planetarium</strong> een veel verkocht succesnummer maken,<br />

waardoor het systeem een grote verspreiding krijgt, en door vele instrumentmakers<br />

wordt nagevolgd. Ook het <strong>planetarium</strong> in het <strong>Zeeuws</strong><br />

Museum is groten<strong>de</strong>els op Martin's ontwerp terug te voeren, hetgeen<br />

overigens in het Latijnse opschrift op het <strong>planetarium</strong> wordt erkend.<br />

Dit opschrift op Van <strong>de</strong>n Eeckhout's werkstuk vermeldt overigens ook<br />

nog een twee<strong>de</strong> '<strong>uit</strong>vin<strong>de</strong>r' , wiens werk zou zijn nagevolgd.<br />

119


-N<br />

0<br />

-N<br />

TABEL 5: Vergelijking tandrad verhoudingen<br />

Planeet Kepler R0mer <strong>Huygens</strong> Horrebow v.d. Dam Martin v.d. Eeckhout<br />

(1598) (1680) (1682) (1735) (1738/56) (1747) (1783-86)<br />

Mercurius 46: 191 13: 54 204: 847 33: 137 30: 125 20 : 83 20: 83<br />

Venus 243: 395 24 : 39 32 : 52 24 : 39 40 : 65 32 : 52 32 : 52<br />

Aar<strong>de</strong> 60 : 60 36 : 36 60 : 60 36 : 36 90: 90 50 : 50 50: 50<br />

Mars 79 : 42 47 : 25 158 : 84 79 : 42 96 : 51 75 : 40 47 : 25<br />

Jupiter 344 : 29 83 : 7 166: 14 83 : 7 166 : 14 83 : 7 83 : 7<br />

Saturnus 324 : 11 147 : 5 206 : 7 206: 7 206 : 7 148 : 5 148 : 5<br />

Aswenteling Zon 10: 146 10: 146<br />

N.B.: De door Kepler voorgestel<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n zijn pas in <strong>de</strong> 20e eeuw gepubliceerd, die <strong>van</strong> R0mer pas in 1735 (door Horrebow), en die <strong>van</strong> <strong>Huygens</strong><br />

eerst in 1703 (in het Latijn door De Vol<strong>de</strong>r). De verhouding 47: 25 voor <strong>de</strong> planeet Mars is in 1767 ook gesuggereerd door James Ferguson.<br />

TABEL 6: Vergelijking relatieve omloopstij<strong>de</strong>n.<br />

Planeet Kepler Römer <strong>Huygens</strong> Horrebow v.d. Dam Martin v.d. Eekhout Werkelijk volgens<br />

Lalan<strong>de</strong> (1772)<br />

Mercurius 0,2408 0,2407 0,2409 0,2409 0,2400 0,2410 0,2410 0,2408<br />

Venus 0,6152 0,6154 0,6154 0,6154 0,6154 0,6154 0,6154 0,6152<br />

Aar<strong>de</strong> 1 1 1 1 1 1 1 I<br />

Mars 1,8810 1,8800 1,8810 1,8810 1,8824 1,8750 1,8800 1,8808<br />

Jupiter 11,862 11,875 11,875 11,875 11,875 11,875 11,875 11,856<br />

Saturnus 29,455 29,400 29,429 29,400 29,429 29,600 29,600 29,431<br />

Aswenteling zon 0,0685 0,0685 0,0695<br />

TABEL 7: Door het ra<strong>de</strong>rwerk veroorzaakte afwijkingen in <strong>de</strong> weergave <strong>van</strong> <strong>de</strong> ware omlooptij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeten zoals gegeven bij Lalan<strong>de</strong>.<br />

(Uitgedrukt in promille.)<br />

Planeet<br />

Mercurius<br />

Venus<br />

Aar<strong>de</strong><br />

Mars<br />

Jupiter<br />

Saturnus<br />

Gem. afwijking<br />

(absoluut)<br />

v.d. Eeckhout<br />

1 jaar = 364 d.<br />

2,93<br />

3,10<br />

3,40<br />

3,80<br />

3,32<br />

- 2,33<br />

3,15<br />

v.d. Eeckhout<br />

indien<br />

1 jaar = 365,242 d.<br />

- 0,48<br />

- 0,30<br />

0,00<br />

0,40<br />

- 0,08<br />

5,75<br />

1,17<br />

v.d. Dam Eisinga Aangepaste tandwielverhouding<br />

(1781) op<br />

365 d. 365 d. 364d.<br />

4,18 - 0,36 ( 29: 120) 0,02<br />

0,36 - 1,35 ( 50: 81) 0,02<br />

0,66 0,66 (294:293) 0,00<br />

0,19 - 1,35 (117: 62) 0,04<br />

0,58 - 1,07 (345: 29) 0,01<br />

0,73 - 0,99 (443: 15) 0,08<br />

1,12 0,96 0,03


In één a<strong>de</strong>m met Martin wordt diens landgenoot James Ferguson<br />

(1710-1776) genoemd, evenals Martin een gevierd popularisator <strong>de</strong>r<br />

natuurwetenschappen als auteur, verzorger <strong>van</strong> voordrachten en als<br />

instrumentmaker l5 . In<strong>de</strong>rdaad heeft Ferguson zich zeer intensief met<br />

klokken, planetaria of orreries bezig gehou<strong>de</strong>n. Aan <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> het dubbel-conische systeem heeft hij echter niet veel bijgedragen.<br />

In een (ook el<strong>de</strong>rs aanwezig) streven naar grote nauwkeurigheid richtte<br />

Ferguson zijn aandacht vooral op <strong>uit</strong>gebrei<strong>de</strong> orreries, met vrij complexe<br />

tandwiel-overbrengingen. Wel heeft hij ten behoeve <strong>van</strong> zijn<br />

voordrachten enige zeer simpele <strong>de</strong>monstratiemo<strong>de</strong>llen vervaardigd,<br />

maar daarbij beperkte hij zich vooral tot mo<strong>de</strong>llen, die alleen <strong>de</strong> bewegingen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en <strong>de</strong> maan <strong>de</strong>monstreer<strong>de</strong>n. Verschillen<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>ze (vaak) houten mo<strong>de</strong>llen bezitten zelfs geen tandwielen, maar<br />

wor<strong>de</strong>n door koor<strong>de</strong>n met pulleys aangedreven.<br />

Slechts zij<strong>de</strong>lings noemt Ferguson een dubbel-conisch <strong>planetarium</strong> in<br />

zijn in 1767 verschenen boek 'Tables and Tracts '16. Het is <strong>de</strong>ze vermelding,<br />

waarop bij het Mid<strong>de</strong>lburgs <strong>planetarium</strong> gezinspeeld moet<br />

zijn. Ten eerste beschrijft Ferguson in dit boek het dubbel-conische<br />

systeem vooral als een verlengstuk voor een klok, en niet als een<br />

zelfstandig <strong>de</strong>monstratie-<strong>planetarium</strong>, zoals bij Martin. Ten twee<strong>de</strong><br />

suggereert Ferguson in plaats <strong>van</strong> Martin's getallen voor <strong>de</strong> planeet<br />

Mars <strong>de</strong> tandradverhouding 47 : 25. In<strong>de</strong>rdaad betekent dat een verbetering<br />

qua nauwkeurigheid. Ook Ole R0mer had <strong>de</strong>ze getallen al<br />

toegepast, maar het is niet bekend of Ferguson daar <strong>van</strong> op <strong>de</strong> hoogte<br />

was. Bei<strong>de</strong> aanbevelingen <strong>van</strong> Ferguson zijn in het <strong>planetarium</strong> Van <strong>de</strong><br />

Perre/Van <strong>de</strong>n Eeckhout nagevolgd. (Zie tabel 5.)<br />

B. DE PRETENTIE VAN NAUWKEURIGHEID<br />

Volgens Krom en an<strong>de</strong>re beschrijvers <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Mr. Van<br />

<strong>de</strong> Perre, zou het uurwerk volstrekt gelijk lopen met <strong>de</strong> planeten aan <strong>de</strong><br />

hemel. Nu het dui<strong>de</strong>lijk is welke voorbeel<strong>de</strong>n ten grondslag hebben<br />

gelegen aan het ontwerp <strong>van</strong> dit <strong>planetarium</strong> behoeft het geen betoog<br />

meer, dat <strong>de</strong>ze pretentie volstrekt onhoudbaar is. Dat niettemin een<br />

re<strong>de</strong>lijke bena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> relatieve omloopstij<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r planeten wordt<br />

verkregen, wordt dui<strong>de</strong>lijk aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> tabel 6. Helaas is echter <strong>de</strong><br />

werkelijk bereikte bena<strong>de</strong>ring veel slechter <strong>uit</strong>gevallen. Dit als gevolg<br />

<strong>van</strong> het feit dat het aandrijvend uurwerk <strong>de</strong> Aar<strong>de</strong> niet in haar ware tijd<br />

(365,242 dag) laat rondgaan, maar in slechts 364 dagen! De onnauwkeurigheid<br />

in <strong>de</strong> aanwijzing <strong>de</strong>r planeten wordt daardoor zelfs meer dan<br />

verdubbeld. (Zie tabel 7, kolom 1 en 2.) An<strong>de</strong>re door uurwerk aangedreven<br />

planetaria <strong>uit</strong> <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuwse Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n brengen het er<br />

wat dat betreft beter <strong>van</strong> afl? (Zie tabel 7, kolom 3 en 4.)<br />

122<br />

Dat wil nog niet zeggen dat het niet beter had gekund. Al in 1749 was in<br />

Frankrijk een door een klok gestuur<strong>de</strong>' Sphère mou<strong>van</strong>te' vervaardigd,<br />

met bereken<strong>de</strong> nauwkeurighe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> or<strong>de</strong> <strong>van</strong> grootte <strong>van</strong> enkele<br />

duizendsten promille 18! Ook in D<strong>uit</strong>sland zijn in <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> <strong>uit</strong>erst<br />

nauwkeurige planetaria vervaardigd, zoals bijvoorbeeld <strong>de</strong> 'Weltmachine<br />

' <strong>van</strong> Georg Gottfried Hahn (1739-1790) 19. Uiteraard betrof het<br />

hier zeer ingenieuze mechanismen, die ver af ston<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het eenvoudige,<br />

maar daarom loch ook zeer aantrekkelijke dubbel-conische<br />

systeem.<br />

Is daarmee over <strong>de</strong> nauwkeurigheid <strong>van</strong> dit <strong>Zeeuws</strong>e <strong>planetarium</strong> het<br />

laatste woord gezegd? Toch niet! Wanneer men werkelijk prijs had<br />

gesteld op een zeer nauwkeurige aanwijzing <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeetstan<strong>de</strong>n,<br />

dan was het toch nog mogelijk geweest om an<strong>de</strong>re tandradverhoudingen<br />

te kiezen, alleen ditmaal gebaseerd op <strong>de</strong> aandrijving <strong>van</strong> 364<br />

dagen. (Gesteld dat men aan <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> klok had willen<br />

vasthou<strong>de</strong>n.) Met een kettingbreuk-ontwikkeling naar <strong>Huygens</strong> zou<br />

men aldus tandradverhoudingen hebben kunnen vin<strong>de</strong>n met nauwkeuriger<br />

resultaten bij <strong>de</strong> weergave <strong>de</strong>r planeetstan<strong>de</strong>n. (Vergelijk voor een<br />

<strong>uit</strong>gewerkt voorbeeld tabel 7 , kolom 5 en 6.)<br />

Met <strong>de</strong>ze werkwijze zou het dubbel-conische systeem nog geheel intact<br />

zijn gebleven, en <strong>de</strong> begeer<strong>de</strong> eenvoud behou<strong>de</strong>n. We kunnen slechts<br />

constateren dat het niet is gebeurd. Mogelijk was <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Huygens</strong> ook op Walcheren rond 1780 nog niet voldoen<strong>de</strong> bekend 20 •<br />

Waarschijnlijker is, dat men in werkelijkheid niet zulke hoge nauwkeurighe<strong>de</strong>n<br />

heeft nagestreefd als die men voorgaf na te streven. Dan had<br />

men immers om te beginnen wel een an<strong>de</strong>re klok ontworpen, namelijk<br />

een regulateur met een vrij echappement, die dan tevens was <strong>uit</strong>gerust<br />

met een compensatieslinger. (<strong>Een</strong> <strong>de</strong>rgelijke slinger corrigeert zichzelf<br />

voor lengteveran<strong>de</strong>ringen, die het gevolg zijn <strong>van</strong> schommelingen <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> temperatuur.) Bovendien had het dan ver<strong>de</strong>r meer voor <strong>de</strong> hand<br />

gelegen om <strong>uit</strong> te gaan <strong>van</strong> een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> 365\;4 dag.<br />

c. OVERIGE OPMERK<strong>ING</strong>EN<br />

Jammer genoeg waren <strong>de</strong> verwachtingen bij dit <strong>Zeeuws</strong> <strong>planetarium</strong><br />

ook op an<strong>de</strong>re punten te hoog gespannen. Zo beweert het vermoe<strong>de</strong>lijk<br />

door Jacobus Mareeuw samengestel<strong>de</strong> handschrift, dat hier voor het<br />

eerst <strong>de</strong> juiste schaalverhoudingen tussen <strong>de</strong> planeetbanen zijn toegepast.<br />

<strong>Een</strong> volstrekt onmogelijke me<strong>de</strong><strong>de</strong>ling, temeer waar in dit handschrift<br />

even tevoren <strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> J. Th.<br />

Desaguliers is aangehaald, waarop <strong>de</strong>ze schaalverhoudingen zo'n vijftig<br />

jaar eer<strong>de</strong>r ook al waren toegepastl l !<br />

Ook <strong>de</strong> <strong>uit</strong>voerige vergelijking die Mareeuw (?) maakt tussen het <strong>planetarium</strong><br />

<strong>van</strong> Jan <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Dam en dat <strong>van</strong> Mr. Van <strong>de</strong> Perre raakt kant<br />

123


noch wal. Volgens dit handschrift zou het laatstgenoem<strong>de</strong> werkstuk<br />

verre superieur zijn aan Van <strong>de</strong>n Dam' s <strong>planetarium</strong>. Niet alleen wijzen<br />

<strong>de</strong> feiten an<strong>de</strong>rs <strong>uit</strong> (zie tabel 7), maar bovendien is Van <strong>de</strong>n Dam's<br />

creatie ook nog <strong>uit</strong>gerust met tandradsystemen voor <strong>de</strong> as rotaties <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> Aar<strong>de</strong> en <strong>de</strong> planeet Jupiter, terwijl ook vijf manen een eigen beweging<br />

<strong>uit</strong>voeren (te weten <strong>de</strong> maan <strong>van</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en vier manen <strong>van</strong><br />

Jupiter). Tenslotte is bij Van <strong>de</strong>n Dam's <strong>planetarium</strong> ook nog voorzien<br />

in een mechanisme voor <strong>de</strong> maanfasen, <strong>de</strong> helling <strong>van</strong> <strong>de</strong> maanbaan en<br />

<strong>de</strong> retrogra<strong>de</strong> beweging <strong>van</strong> <strong>de</strong> knopenlijn <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze maanbaan 22 .<br />

Van al <strong>de</strong>ze extra bewegingen treffen op het Walcherse <strong>planetarium</strong><br />

slechts een mechanisme voor <strong>de</strong> aard rotatie aan. Op zichzelf bezien is<br />

dit mechanisme trouwens opmerkelijk genoeg. Bij zijn <strong>uit</strong>putten<strong>de</strong><br />

studie over planetaria heeft H.C. King geen enkel <strong>planetarium</strong> aangetroffen,<br />

waarop het probleem <strong>van</strong> <strong>de</strong> rotatie en <strong>de</strong> fixatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> aardas<br />

op een i<strong>de</strong>ntieke wijze is opgelost. Wel heeft hij sterk verwante constructies<br />

aangetroffen in een 17e eeuws tellurium <strong>van</strong> <strong>de</strong> beken<strong>de</strong><br />

cartograaf Willem Janszoon Blaeu (1571-1638), en bij een 18e eeuws<br />

tellurium door <strong>de</strong> in Haarlem werkzame Pieter Eysenbroek 23. Kennelijk<br />

hebben we hier met een typisch Ne<strong>de</strong>rlandse constructie te maken.<br />

Is Van <strong>de</strong>n Dam's 'Sphaera Perfecta'technisch gezien dus dui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong><br />

meer<strong>de</strong>re <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>e <strong>planetarium</strong>, toch moet hier eerlijkheidshalve<br />

nog wel gewezen wor<strong>de</strong>n op een tweetal punten, die op Van <strong>de</strong>n<br />

Dam's creatie ontbreken, maar die wel aanwezig zijn op het Mid<strong>de</strong>lburgse<br />

uurwerk.<br />

Allereerst vormen <strong>de</strong> hellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeetbanen op het <strong>Zeeuws</strong>e<br />

<strong>planetarium</strong> dui<strong>de</strong>lijk een winstpunt waar het <strong>de</strong> nabootsing <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

conjuncties betreft. Bovendien is ook <strong>de</strong> excentrische opstelling <strong>van</strong><br />

het assenstelsel meer natuurgetrouw, daar nu voor ie<strong>de</strong>re planeet aphelia<br />

en perihelia zijn aan te wijzen (dwz. posities met <strong>de</strong> grootste, resp.<br />

<strong>de</strong> kortste afstand tot <strong>de</strong> zon). Ook ontstaat door <strong>de</strong>ze niet-centrale<br />

opstelling een geringe onregelmatigheid in <strong>de</strong> snelheid waarmee een<br />

planeetbolletje rond <strong>de</strong> zon beweegt. (Helaas echter net tegengesteld<br />

aan <strong>de</strong> werkelijke bewegingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> hemellichamen, die juist in <strong>de</strong><br />

perihelia en niet in <strong>de</strong> aphelia hun grootste snelheid hebben (perkenwet<br />

<strong>van</strong> Kepier).) Ver<strong>de</strong>r is het bijzon<strong>de</strong>r opvallend, dat <strong>de</strong> zonsrotatie<br />

(welke bij <strong>de</strong> orreries <strong>van</strong> Martin ontbreekt) op <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

planetaria door <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> tandradverhoudingen wordt veroorzaakt. (Zie<br />

tabel 5.)<br />

Ook <strong>de</strong> eclipticaband op het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre lijkt geïnspireerd<br />

op een <strong>de</strong>rgelijke ring met vierkante gaatjes bij Van <strong>de</strong>n Dam. In<br />

dat verband is het opmerkelijk dat Mareeuw (?) schrijft dat 'een<br />

voornaam liefhebber en waarnemer' dit <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Jan <strong>van</strong> <strong>de</strong>n<br />

Dam enige maan<strong>de</strong>n 'tot zijn gebruik en liefhebberij' on<strong>de</strong>r zich gehad<br />

heeft, en aldus 'hetzelve met alle mogelijke vlijt heeft geobserveerd'24.<br />

124<br />

Het lijkt aldus zeer goed mogelijk, dat <strong>de</strong> twee genoem<strong>de</strong> kenmerken<br />

in<strong>de</strong>rdaad aan Van <strong>de</strong>n Dam's <strong>planetarium</strong> zijn ontleend, al moeten <strong>de</strong><br />

opmerkingen <strong>uit</strong> het geciteer<strong>de</strong> handschrift wel met <strong>de</strong> nodige voorzichtigheid<br />

wor<strong>de</strong>n gehanteerd. Zo zal Van <strong>de</strong>n Dam's uurwerk stellig<br />

nooit in Mid<strong>de</strong>lburg te zien zijn geweest. Het staat echter vast, dat er in<br />

Amsterdam een tweetal exemplaren aanwezig waren, waaron<strong>de</strong>r één in<br />

het kabinet <strong>van</strong> Cornelis Ploos <strong>van</strong> AmsteI, een man met dui<strong>de</strong>lijke<br />

<strong>Zeeuws</strong>e relaties 25 .<br />

125


dus I was. Het Gul<strong>de</strong>ngetal voor een bepaald jaar is ook te vin<strong>de</strong>n door het jaartal <strong>van</strong> dat<br />

jaar door 19 te <strong>de</strong>len, en <strong>de</strong> overblijven<strong>de</strong> rest met I te vermeer<strong>de</strong>ren.<br />

Voor 1786, het jaar <strong>van</strong> voltooiing <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong>, is <strong>de</strong> berekening aldus 1786: 19 =<br />

94, rest 0, waarmee het Gul<strong>de</strong>ngetal gelijk aan I wordt.<br />

d. De Epacta<br />

Het getal <strong>van</strong> <strong>de</strong> Epacta geeft <strong>de</strong> 'maansou<strong>de</strong>rdom' tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> jaarwisseling aan, dat wil<br />

zeggen het aantal dagen dat is verlopen se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> laatst voorafgaan<strong>de</strong> nieuwe maan. Deze<br />

datum wordt met het getal I aangegeven, zodat bij een omloopsperio<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> maan <strong>van</strong><br />

29,5 dag, <strong>de</strong> epacta <strong>de</strong> getalwaar<strong>de</strong>n I t/m 30 kan aannemen.<br />

In eenjaar <strong>van</strong> 365 dagen telt men 12 volle lunaties <strong>van</strong> 29,5 dag, waarbij dan 1I restdagen<br />

overblijven. Hierdoor wordt <strong>de</strong> epacta ie<strong>de</strong>r jaar 11 groter. Van <strong>de</strong>ze regel wordt afgeweken<br />

in diejaren, wanneer het Gul<strong>de</strong>ngetal een nieuwe cyclus begint. Dan neemt <strong>de</strong> epacta<br />

met 12 toe. In 1786 bezat <strong>de</strong> Epacta <strong>de</strong> getalswaar<strong>de</strong> 30.<br />

HET GEBRUIK VAN DE CHRONOLOGISCHE CIRKELS VOOR DE BEREKEN<strong>ING</strong> VAN DE PAASDATUM<br />

De eerste paasdag valt op <strong>de</strong> zondag na <strong>de</strong> eerste volle maan in <strong>de</strong> lente, welke op 21 maart<br />

begint. Voor het vaststellen <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze 'paas-volle-maan' en <strong>de</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> 'paaszondag'<br />

kan men gebruik maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> chronologische cirkels. Eerst bepalen we op welke<br />

datum <strong>de</strong> eerste volle maan in het nieuwe jaar valt. Hiervoor kunnen zowel <strong>de</strong> epacta als<br />

het gul<strong>de</strong>ngetal gebruikt wor<strong>de</strong>n.<br />

In 1982 gel<strong>de</strong>n bijvoorbeeld <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> kalen<strong>de</strong>rgegevens: Zondagsletter C, Gul<strong>de</strong>ngetal<br />

VII en Epacta 5. De epacta is 5, dus <strong>de</strong> laatste nieuwe maan in het ou<strong>de</strong>jaar viel op 32-<br />

5 = 27 <strong>de</strong>cember. De eerste volle maan in het nieuwe jaar is dan op 27 + 14,75 - 31 =<br />

10,75, dus op lOof 11 januari.<br />

Het Gul<strong>de</strong>ngetal bedraagt VII; in <strong>de</strong> maancyclus zijn dus zeven jaren verlopen. Het<br />

aantal lunaties in <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> bedraagt (7 x 365,25): 29,5 = 86, rest 19,75. Volgens <strong>de</strong>ze<br />

berekening valt <strong>de</strong> eerste volle maan in 1982 dus op 29,5 - 19,75 = 9,75, dwz. IOjanuari.<br />

Het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> berekeningswijzen geeft 10,25 zodat 10 januari als <strong>de</strong> datum<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> eerste volle maan wordt aangehou<strong>de</strong>n.<br />

Wanneer valt nu <strong>de</strong> eerste volle maan in <strong>de</strong> lente? Dit volgt eenvoudig door het veelvoudig<br />

optellen <strong>van</strong> <strong>de</strong> maancyclus <strong>van</strong> 29,5 etmalen bij <strong>de</strong> eerste datum <strong>van</strong> volle maan:<br />

aldus: 3 x 29,5 + 10,25 = 98,75.<br />

Hier<strong>van</strong> wordt nu het aantal dagen <strong>van</strong> januari, februari en maart afgetrokken, waar<strong>uit</strong><br />

volgt dat het op 98,75 - (31 + 28 + 31) = 8,75 ofwel 9 april volle maan is.<br />

Op welke dag valt 9 april? Dit valt te bepalen met <strong>de</strong> zondagsletter. In dit voorbeeld was<br />

<strong>de</strong>ze gelijk aan C; I januari valt dus op een vrijdag. Het valt eenvoudig na te gaan dat 9<br />

april precies 14 weken ver<strong>de</strong>r is, zodat ook 9 april op een vrijdag valt. De eerste zondag<br />

hierna is het paaszondag, dit is op 11 april 1982.<br />

In het aan<strong>van</strong>gsjaar <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> (1786) was <strong>de</strong> berekening wel zeer eenvoudig: <strong>de</strong><br />

lezer mag zelf nagaan dat in dat jaar paaszondag op 16 april viel.<br />

BIJLAGE 5<br />

DE PLANETARIA VAN DANIËLRADERMACHER (1794-1797)<br />

Ook Daniël Ra<strong>de</strong>rmacher, <strong>de</strong> opvolger <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre als Presi<strong>de</strong>nt <strong>de</strong>r bei<strong>de</strong> Physica's,<br />

heeft zich twee planetaria laten vervaardigen 4 •<br />

In een 'Memorie <strong>van</strong> diverse giften en presenten, die ik on<strong>de</strong>rgeschreven geduuren<strong>de</strong><br />

mijn Levensloop aan eenige Corpora, Collegien of Particuliere Persoonen ter Gedachte-<br />

134<br />

nis gegeven hebbe' heeft hij aangetekend dat hij '<strong>Een</strong> compleet Planetarium aan het<br />

Natuurkundig Museum en Gezelschap <strong>de</strong>r Dames te Mid<strong>de</strong>lburg' heeft geschonken, en<br />

'<strong>Een</strong> Dito aan het Vlissingse Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen te Vlissingen'5.<br />

De aard <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> planetaria was echter veel beschei<strong>de</strong>ner dan het Planetarium <strong>van</strong><br />

Van <strong>de</strong> Perre. We wor<strong>de</strong>n hierover ingelicht door twee bewaard gebleven nagenoeg<br />

i<strong>de</strong>ntieke handschriften, die <strong>de</strong> handleiding bevatten <strong>van</strong> enkele voordrachten die Daniël<br />

Ra<strong>de</strong>rmacher met zijn Planetarium heeft gehou<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> Natuurkundige Gezelschappen<br />

<strong>de</strong>r Heeren en <strong>de</strong>r Dames, in <strong>de</strong> jaren 1794 en 1797".<br />

In tegenstelling tot het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre blijkt Ra<strong>de</strong>rmachers <strong>planetarium</strong><br />

geen enkele mechanische constructie te bevatten, laat staan dat het door een uurwerk zou<br />

zijn voortbewogen. Het geheel is wel zeer simpel zo blijkt, en beoogt slechts een<br />

illustratie te geven bij een betoog over het planetenstelsel.<br />

Op een 'Tafeltoneel' waarop <strong>de</strong> planeetbanen staan geconstrueerd kunnen ron<strong>de</strong> bollen,<br />

die <strong>van</strong> een voetstuk zijn voorziep, wor<strong>de</strong>n geplaatst en verschoven. Door nu <strong>de</strong>ze bollen<br />

als schaakstukken te verschuiven en in verschillen<strong>de</strong> karakteristieke stan<strong>de</strong>n te plaatsen<br />

kunnen verschillen<strong>de</strong> 'Hemelloopkundige ' verschijnselen wor<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>monstreerd en<br />

besproken 7 •<br />

In zijn lesnotities noemt Ra<strong>de</strong>rmacher het dan ook een' op zig zelf staand Planetarium' of<br />

een 'Los verzetbaar <strong>planetarium</strong>, waarinne geobserveerd is <strong>de</strong> grootte <strong>van</strong> ij<strong>de</strong>r Planeet'.<br />

Uit <strong>de</strong>ze laatste opmerking blijkt al dat een <strong>van</strong> <strong>de</strong> voornaamste doelstellingen <strong>van</strong><br />

Ra<strong>de</strong>rmachers <strong>planetarium</strong> was het in on<strong>de</strong>rlinge verhouding laten zien <strong>van</strong> <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

planeten of' Hemelbollen'.<br />

Het geheel bestond <strong>uit</strong> 23 losse stukken, voorstellen<strong>de</strong> <strong>de</strong> zon, ('met <strong>de</strong>rzelver aan<br />

veran<strong>de</strong>ring on<strong>de</strong>rhevig zijn<strong>de</strong> vlakken'), <strong>de</strong> planeten Mercurius, Venus, Aar<strong>de</strong>, Mars,<br />

Jupiter, Saturnus ('met <strong>de</strong>sselfs verligten ring') en Uranus, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> manen bij <strong>de</strong><br />

Aar<strong>de</strong> (I), Jupiter (4), Saturnus (8) en Uranus (2).<br />

De bol die <strong>de</strong> zon voorstel<strong>de</strong> kon ook verwij<strong>de</strong>rd wor<strong>de</strong>n en ver<strong>van</strong>gen door een stelsel<br />

<strong>van</strong> vier kaarsen, waarmee dan genoeg licht kon wor<strong>de</strong>n geproduceerd om <strong>de</strong> conjuncties<br />

(verduisteringen) en schijngestalten te <strong>de</strong>monstreren. De kasboeken <strong>van</strong> Ra<strong>de</strong>rmacher<br />

onthullen <strong>de</strong> naam <strong>van</strong> <strong>de</strong> vervaardiger <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijzen<strong>de</strong> planetaria". Op 12<br />

mei 1794 noteert Ra<strong>de</strong>rmacher: [aan] 'David Rechter" voor een Los beweegbaar Planetarium,<br />

bestaan<strong>de</strong> uijt 23 stukken, dat ik na mijne gedaane Les in <strong>de</strong> Physica <strong>de</strong>r Dames aan<br />

hun Eds present gedaan heb, f 26 - 10 - 0'. Het bedrag is in pon<strong>de</strong>n Vlaams, en komt<br />

overeen met f 159,-.<br />

De schenkingsbrief die Ra<strong>de</strong>rmacher samen met dit <strong>planetarium</strong> aan <strong>de</strong> Dames overhandigd<br />

heeft is in 1887 samen met <strong>de</strong> overige bezittingen <strong>van</strong> het Dames Physica aan het<br />

<strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap geschonken 10. Het volgens <strong>de</strong>ze schenkingsakte door Ra<strong>de</strong>rmacher<br />

zelf ontworpen <strong>planetarium</strong> was toen waarschijnlijk al niet meer aanwezig.<br />

Evenmin is er nog een spoor terug te vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het twee<strong>de</strong> en i<strong>de</strong>ntieke <strong>planetarium</strong> dat<br />

in 1797 door Ra<strong>de</strong>rmacher aan het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap te Vlissingen is geschonken.<br />

Ook nu is het bedrag dat David Reghter er voor ontving weer in <strong>de</strong> kasboeken terug te<br />

vin<strong>de</strong>n: f 30 - 18 - 4 Cf 185,50). Kennelijk had Reghter er een fraaiere <strong>uit</strong>voering aan<br />

gegeven. Ook het Natuurkundig Gezelschap heeft nog een les met dit <strong>planetarium</strong> mogen<br />

beleven.<br />

In het familie-archief Schorer berust nog een gedrukte convocatie <strong>van</strong> dit Gezelschap met<br />

<strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> inhoud: 'Op verzoek <strong>van</strong> sommige Le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het Natuurkundig Gezelschap<br />

in het Museum, is <strong>de</strong> Les <strong>van</strong> Maandag <strong>de</strong>n 24 April 1797 door <strong>de</strong>n Praesi<strong>de</strong>nt Ra<strong>de</strong>rmacher,<br />

met overleg <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Ascessor <strong>de</strong> professor Ballot overgenomen, zullen<strong>de</strong><br />

han<strong>de</strong>len over ons SONNESTELSEL, en STARRENHEMEL' .<br />

135


Het is bijzon<strong>de</strong>r jammer dat <strong>de</strong>ze hulpstukken hier verdwenen zijn, daar het vaste<br />

(aard-) rad bij dit <strong>Zeeuws</strong> <strong>planetarium</strong> 32 tan<strong>de</strong>n bevat, en aldus niet kan wor<strong>de</strong>n<br />

nagegaan welke correcties door Van <strong>de</strong>n Eeckhout zijn toegepast. Overigens moet<br />

het werken met <strong>de</strong>ze hulpstukken bijzon<strong>de</strong>r lastig zijn geweest, <strong>van</strong>wege <strong>de</strong> slecht<br />

toegankelijke kast. Soortgelijke hulpstukken vindt men afgebeeld bij Wheatland<br />

1968,50, en King & Millburn 1978,203. Ze zijn door navolgers <strong>van</strong> Martin aan het<br />

eind <strong>van</strong> <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw veelvuldig vervaardigd.<br />

11. Johan Pieter Fokker(1755-1831) tevens geneesheer te Mid<strong>de</strong>lburg. Zie: Fokker 1901,<br />

48-51. Vgl. ook: Krom 1795,3, waar<strong>uit</strong> blijkt dat Fokker normaliter voor het Gezelschap<br />

in<strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong> mechanica, en '<strong>de</strong> verklaring <strong>de</strong>r eenvoudige en samengestel<strong>de</strong><br />

werktuigen' doceer<strong>de</strong>.<br />

12. Krom 1791,3.<br />

13. Zie hierover vooral: J. Bots, Tussen Descartes en Darwin; geloof en natuurwetenschap<br />

in <strong>de</strong> l8e eeuw in Ne<strong>de</strong>rland, Assen, 1972. Zie ook <strong>de</strong> fysico-theologische<br />

werken <strong>van</strong> Ds. H.J. Krom, die hij na <strong>de</strong>ze studie over het <strong>planetarium</strong> publiceer<strong>de</strong>:<br />

Krom 179Ib, Krom 1793, Krom 1795, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> verzamelbun<strong>de</strong>l Krom 1796.<br />

14. RAZ, familie archief Schorer, inv.nr. 601.<br />

IV. DE VERVAARDIG<strong>ING</strong> VAN HET WERKSTUK<br />

1. Zeelands Chronyk Almanach 1792,38-39.<br />

2. Krom 1791,11.<br />

3. Zeer opvallend is het grote verschil in <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>uit</strong>voering <strong>de</strong>r koperen<br />

ecliptica en die <strong>de</strong>r drie wijzerplaten. Terwijl <strong>de</strong> ecliptica geduren<strong>de</strong> een jaar is<br />

<strong>uit</strong>gevijld en met gegraveer<strong>de</strong> zilveren plaatjes is voorzien, zijn <strong>de</strong> wijzèrplaten<br />

slechts op een <strong>uit</strong>erst eenvoudige wijze met een pen op karton getekend. Was men<br />

aan<strong>van</strong>kelijk misschien <strong>van</strong> plan om zich tot een <strong>de</strong>monstratie-orrery te beperken, en<br />

is pas later <strong>de</strong> <strong>uit</strong>breiding met klok en wijzerplaten bedacht? Vgl. <strong>de</strong> opmerking <strong>van</strong><br />

Krom, dat hij het werkstuk al gezien heeft lang voordat <strong>de</strong> 'kostbaare kas' er omheen<br />

zat. (Krom 1791,4.)<br />

4. Veel <strong>de</strong>tails betreffen<strong>de</strong> in Mid<strong>de</strong>lburg geleefd hebben<strong>de</strong> personen zijn niet meer te<br />

achterhalen als gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwoesting <strong>van</strong> het Mid<strong>de</strong>lburgse stads-archief in<br />

1940. De on<strong>de</strong>rtrouw <strong>van</strong> Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout met Pieternella Pfeijffer ('bei<strong>de</strong>n<br />

<strong>van</strong> Mid<strong>de</strong>lburg') wordt nog wel gemeld in <strong>de</strong> gedrukte 'Naamlijst <strong>de</strong>r getrouw<strong>de</strong> en<br />

overle<strong>de</strong>n personen' aanwezig op het RAZ. (6 juli 1795.) Omstreeks 1809 moet<br />

Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout zijn overle<strong>de</strong>n. <strong>Een</strong> broer (?) <strong>van</strong> hem, Pieter Lîmbertus<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout (geb. 22 april 1761) wordt in 1812 eveneens als horlogemaker<br />

vermeld. (Registre Civique.) Diens zoontje Johan Joseph overleed in 1802 in zijn<br />

woonhuis aan <strong>de</strong> noordzij<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> Dam. De weduwe <strong>van</strong> Joseph <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Eeckhout,<br />

Pieternella Pfeijffer overleed in 1831.<br />

5. Spierdijk 1965 2 , 130.<br />

6. Dit was zeker zo in <strong>de</strong> 1ge eeuw. In het Handboek voor<strong>de</strong>n Horologiemaker <strong>van</strong> T.<br />

<strong>van</strong> Spanje <strong>uit</strong> 1864 lezen we althans 'dat men zich in <strong>de</strong>n regel meer op <strong>de</strong> reparatie,<br />

dan op het maken <strong>van</strong> nieuwwerk toelegt' (p. 176).<br />

7. Catalogus Van <strong>de</strong> Perre 1798, 112.<br />

8. Het 'Museum Medioburgense' was een privé-project <strong>van</strong> Van <strong>de</strong> Perre. In 1787 had<br />

hij dit gebouw <strong>van</strong> zijn broer gekocht als huisvesting voor <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>lburgse Tekenaca<strong>de</strong>mie,<br />

<strong>de</strong> bei<strong>de</strong> Natuurkundige Gezelschappen (<strong>de</strong>r Heren en <strong>de</strong>r Dames) en het<br />

Mid<strong>de</strong>lburgse Departement <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen.<br />

Bovendien liet hij er in 1789 op eigen kosten 'een publique leesbibliotheek of<br />

Letterkundig kabinet' inrichten, terwijl <strong>de</strong> tuin aan <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>rschap <strong>de</strong>r kruidkundigen<br />

in gebruik werd gegeven. Zie: Van <strong>de</strong>r Palm 1790 en Schoute 1923.<br />

138<br />

9. RAZ, archief Kon. <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen, inv .nr. 233 (notulen<br />

Mid<strong>de</strong>lburgs Departement), fol. 104vs-I05.<br />

10. Johan George Einwaechter was al op 6 september 1784 als 'Oppasser' bij het<br />

Departement in dienst getre<strong>de</strong>n. Hij fungeer<strong>de</strong> tevens als Bo<strong>de</strong> bij het Natuurkundig<br />

Gezelschap en <strong>de</strong> Tekenaca<strong>de</strong>mie.<br />

11. Volgens het kasboek <strong>van</strong> het Departement is Van <strong>de</strong>n Eeckhout in 1809 voor <strong>de</strong><br />

laatste maal betaald. In 1810 blijkt zijn taak te zijn overgenomen door Andries<br />

Aarinksen. Deze krijgt dan f 26,-, welk bedrag tot aan het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> het kasboek (in<br />

1819) aan hem wordt <strong>uit</strong>betaald. RAZ, archief Kon. <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r<br />

Wetenschappen, inv.nr. 236, rekeningen div. jaren.<br />

12. Bibliotheek R. U. Lei<strong>de</strong>n, brievencollectie signatuur BPL 246 (21 maart 1787).<br />

13. Waarschijnlijk Eastland te 's-Gravenhage. (Zie Rooseboom 1950,60.) <strong>Een</strong> tweetal<br />

passers met micrometerschroef, gesigneerd 'l.F. Robert' zijn in het bezit <strong>van</strong> Museum<br />

Boerhaave te Lei<strong>de</strong>n.<br />

14. Vgl. Het Verheugd Zeeland, by het plechtig bezoek <strong>van</strong> Zyne Doorluchtige Hoogheid<br />

Wil/em <strong>de</strong> Vyf<strong>de</strong>, ... , <strong>de</strong>n XVIII<strong>de</strong>n Zomermaand MDCCLXXXVI en volgen<strong>de</strong><br />

dagen. Amsterdam, by Hendrik Arends, 1787.<br />

15. David Reghter Jzn. (1759-na 1812) was tevens in vaste dienst <strong>van</strong> het Natuurkundig<br />

Gezelschap. Daarnaast had hij nog een eigen winkel. In <strong>de</strong> Provinciale Bibliotheek te<br />

Mid<strong>de</strong>lburg wordt <strong>van</strong> hem nog bewaard een Catalogus <strong>van</strong> Mathematische, Physische<br />

en An<strong>de</strong>re Instrumenten, Benevens Horologie Maakers, Juweliers, Goud en<br />

Zilversmids Gereedschappen, met <strong>de</strong>rze/ver Pryzen, welke gemaakt en verkogt<br />

wor<strong>de</strong>n by D. Reghter }zn. Woonen<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Lange Burgt in het Groot Octant <strong>van</strong><br />

Hadley te Mid<strong>de</strong>lburg. (z.p., z.j., 4 pp, niet gecatalogiseerd). Zijn weduwe, Maria<br />

Boudrez overleed in 1830.<br />

16. Zie bijlage 1.<br />

17. Van <strong>de</strong>r Palm 1790,31.<br />

18. Van <strong>de</strong> Perre' s bibliotheek bevatte verschillen<strong>de</strong> boeken met gegevens over planetaria<br />

<strong>van</strong> verwante constructie; on<strong>de</strong>r meer Martin 1763 en Gallon 1735-1777. Zie<br />

ver<strong>de</strong>r hoofdstuk VII.<br />

19. Zie bijlage 2.<br />

20. Vgl. Zeeman 1977.<br />

21. PBZ, Handschriftenverzameling Kon. <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap, nr. 3567.<br />

22. ArchiefHollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen te Haarlem, correspon<strong>de</strong>ntie<br />

1788.<br />

v. DE ONTVANGST VAN HET PLANETARIUM DOOR TIJDGENOTEN<br />

1. <strong>Een</strong> opmerking over het <strong>planetarium</strong> komt nog wel voor in het zeer fraaie handschrift<br />

dat door Hendrik Brouwer in 1800 is vervaardigd. Dit bericht is echter vrijwel<br />

woor<strong>de</strong>lijk ontleend aan Zeelands Chronyk Almanach <strong>van</strong> 1792. (Gemeente Archief<br />

Mid<strong>de</strong>lburg, Collectie Brouwer inv .nr. IS.)<br />

2. Krom 1791,5.<br />

3. Zeelands ChronykAlmanach 1792.<br />

4. Zie bijlage 2.<br />

5. Archief <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen te Haarlem. Het<br />

materiaal voor dit ge<strong>de</strong>elte is ontleend aan <strong>de</strong> correspon<strong>de</strong>ntie over <strong>de</strong> jaren 1787 en<br />

1788, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> brieven- en notulenboeken <strong>van</strong> <strong>de</strong> Maatschappij over <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

perio<strong>de</strong>.<br />

139


6. Christiaan Brunings (1736-1805). inspecteur generaal <strong>de</strong>r rivieren <strong>van</strong> Holland en<br />

West-Friesland. opziener <strong>van</strong> 's Gemeenen Lands Werken <strong>van</strong> Rhynland. Lid <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Maatschappij se<strong>de</strong>rt 1769.<br />

7. Pybo Steenstra (overl. 1788) was schrijver <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong> leerboeken, waaron<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> Grondbeginselen <strong>de</strong>r Sterrenkun<strong>de</strong>, Amsterdam, 1775. Lid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Maatschappij<br />

se<strong>de</strong>rt 1771. (Zie over hem: Terpstra 1981, 170 en 206.)<br />

8. Steens tra doelt hier op <strong>de</strong> Franse' Académie <strong>de</strong>s Sciences', die wel een <strong>de</strong>rgelijke<br />

reeks <strong>van</strong> goedgekeur<strong>de</strong> <strong>uit</strong>vindingen en werktuigen <strong>uit</strong>gaf. (Gallon 1735-1777.)<br />

9. Christiaan Hendrik Damen schreef over barometrische hoogtemeting en luchtballonnen.<br />

Hoogleraar se<strong>de</strong>rt 1785, Lid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Maatschappij <strong>van</strong>af 1784.<br />

10. Eise Eisinga (1744-1828), wolkammer te Franeker en op het gebied <strong>van</strong> <strong>de</strong> astronomie<br />

een volstrekte autodidact, vervaardig<strong>de</strong> in <strong>de</strong>jaren 1774-1781 een <strong>planetarium</strong> in<br />

het plafond <strong>van</strong> zijn woonkamer. Nog voor <strong>de</strong> voltooiing <strong>van</strong> het werk werd een<br />

beschrijving er<strong>van</strong> gepubliceerd door <strong>de</strong> Franekerse hoogleraar Jan Hendrik <strong>van</strong><br />

Swin<strong>de</strong>n.<br />

11. Martinus <strong>van</strong> Marum was tevens directeur <strong>van</strong> Teylers Museum te Haarlem, en een<br />

zeer veelzijdig natuurkundige. Zeer bekend zijn <strong>de</strong> door hem <strong>uit</strong>gevoer<strong>de</strong> experimenten<br />

op het gebied <strong>van</strong> <strong>de</strong> electrostatica. Van Marum's wetenschappelijke aktiviteiten<br />

zijn <strong>uit</strong>voerig behan<strong>de</strong>ld in het zes-<strong>de</strong>lige werk Martinus <strong>van</strong> Marum, Life and Work<br />

<strong>uit</strong>gegeven op initiatief <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen in <strong>de</strong><br />

jaren 1969-1976.<br />

12. Damen refereert hier aan <strong>de</strong> koperen ecliptica vervaardigd door Jona Francis Robert.<br />

13. De maan heeft op het <strong>Zeeuws</strong> <strong>planetarium</strong> in<strong>de</strong>rdaad geen eigen beweging.<br />

14. Vergelijk tabel 2.<br />

15. Vgl. J.G. <strong>de</strong> Bruijn, Inventaris <strong>van</strong> <strong>de</strong> prüsvragen <strong>uit</strong>geschreven door <strong>de</strong> Hollandsche<br />

Maatschappü <strong>de</strong>r Wetenschappen 1753-1917, (Groningen, 1977), nr. 48.<br />

16. Johannes Theodorus <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Kemp (1744-1811), arts te Mid<strong>de</strong>lburg <strong>van</strong> 1782 tot<br />

1792. Werkte intensief samen met Van <strong>de</strong> Perre binnen het Natuurkundig Gezelschap.<br />

Als docerend lid <strong>van</strong> dit Gezelschap gaf hij geregeld lessen in het Museum<br />

Medioburgense, on<strong>de</strong>r meer over <strong>de</strong> zintuigen, <strong>de</strong> hersenen en door hem genomen<br />

proeven inzake het trommelvlies. Was in 1787 betrokken bij <strong>de</strong> 'oranjefurie' te<br />

Mid<strong>de</strong>lburg, waarbij zijn huis geplun<strong>de</strong>rd werd en hijzelf enige tijd moest on<strong>de</strong>rduiken.<br />

(On<strong>de</strong>r meer bij Ds. H.J. Krom, met wie hij later het 'Ne<strong>de</strong>rlandsch Zen<strong>de</strong>lings­<br />

Genootschap' zou stichten.) (Zie: l.H. Enklaar, D<strong>de</strong>vensgeschie<strong>de</strong>nis <strong>van</strong> J.H. <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>r Kemp tot ZÜn aankomst aan <strong>de</strong> Kaap in 1799, en Krom 1791b, 270.)<br />

17. Egbert Philip <strong>van</strong> Visvliet (1736-1799), arts te Mid<strong>de</strong>lburg. (Zie: Fokker 1901,174-<br />

175.) Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> samen met Van <strong>de</strong> Perre te Lei<strong>de</strong>n, zoals blijkt <strong>uit</strong> zijn Album<br />

Amicorum in <strong>de</strong> Koninklijke Bibliotheek te Den Haag (sign. 132 G 40).<br />

18. Onbekend bij Fokker 1901 en Nagtglas 1890.<br />

19. Het was helaas niet te achterhalen op welk <strong>planetarium</strong> of welk tijdschrift Van <strong>de</strong><br />

Perre hier doelt. Zijn opmerking is <strong>de</strong>s te merkwaardiger, daar dit <strong>Zeeuws</strong> <strong>planetarium</strong><br />

dui<strong>de</strong>lijk Engels geïnspireerd is. Mogelijk verwijst hij hier echter naar <strong>de</strong> manier<br />

waarop <strong>de</strong> helling <strong>de</strong>r planeetbanen is verwezenlijkt. <strong>Een</strong> <strong>de</strong>rgelijke oplossing is ook<br />

toegepast op <strong>de</strong> zeer eenvoudige <strong>de</strong>monstratie-planetaria <strong>van</strong> <strong>de</strong> Franse abbé Nollet.<br />

Vgl. Nollet 1743, VI p. 74 (pI. 5).<br />

20. Krom 1791, p. 4. <strong>Een</strong> zeer fraai ingebon<strong>de</strong>n exemplaar <strong>van</strong> <strong>de</strong> beschrijving wordt<br />

door Krom op 4 juli 1791 aangebo<strong>de</strong>n aan het Mid<strong>de</strong>lburgs Departement <strong>van</strong> het<br />

<strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap. Dit exemplaar is nog ongeschon<strong>de</strong>n aanwezig in <strong>de</strong> PBZ<br />

(sign. 312 E 84).<br />

21. Zeelands Chronyk Almanach 1792,33.<br />

140<br />

22.<br />

23.<br />

PBZ, Handschriftenverzameling Kon. <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap, nr. 3567.<br />

De hand waarmee het betreffen<strong>de</strong> manuscript is geschreven vertoont in<strong>de</strong>rdaad een<br />

zekere gelijkenis met het handschrift <strong>van</strong> een brief <strong>van</strong> Jacobus Mareeuw , geschre-'<br />

ven op 25 oktober 1781 aan <strong>de</strong> secretaris <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap te Vhssmgen.<br />

In <strong>de</strong>ze brief openbaart Jacobus Mareeuw zich als <strong>de</strong> schrijver <strong>van</strong> een bekroon<strong>de</strong><br />

verhan<strong>de</strong>ling over het muntwezen, welke verhan<strong>de</strong>ling is afgedrukt in <strong>de</strong> Verhan<strong>de</strong>lingen<br />

<strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap, dl. IX (1782), 23 e.v. (Zie voor <strong>de</strong> brief:<br />

RAZ Archief <strong>van</strong> het Kon. <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap, inv.nr. 62.)<br />

Jacobus Mareeuw (1742-1808) was koopman in ijzerwaren op <strong>de</strong> Lon<strong>de</strong>nse Kaai te<br />

Mid<strong>de</strong>lburg. Wanneer in 1798 het kabinet <strong>van</strong> Mr. J .A. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre geveild wordt<br />

behoort hij tot <strong>de</strong> belangrijkste kopers <strong>van</strong> natuurkundige instrumenten. (Volgens<br />

geannoteer<strong>de</strong> veilingcatalogus in particulier bezit.) Ver<strong>de</strong>r is over een wetenschappelijke<br />

interesse <strong>van</strong> hem niets bekend.<br />

vI. BESCHRIJV<strong>ING</strong><br />

1. Vgl. Hoitsma 1973.<br />

2. De in 1781 door Herschel ont<strong>de</strong>kte planeet Uranus ontbreekt. Op <strong>de</strong> schaal <strong>van</strong> dit<br />

<strong>planetarium</strong> zou <strong>de</strong>ze planeet overigens niet zijn on<strong>de</strong>r te brengen. Bij Saturnus zijn<br />

vijf manen, bij Jupiter vier aangebracht. Deze manen zijn door kleine parels aangegeven.<br />

3. De Kanter & Dresselhuis 1824, 134.<br />

4. Op een foto <strong>uit</strong> 1928 is <strong>de</strong> kijker nog aanwezig. Zie: Van Wijk 1928,365.<br />

5. PBZ handschriftenverzameling Kon. <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap, nr. 3567.<br />

6. Vgl. Hoitsma 1973, 122.<br />

7. I<strong>de</strong>m, 124.<br />

8. I<strong>de</strong>m, 125; King & Millburn 1978,224.<br />

9. Vgl. De Kanter & Dresselhuis 1824, 134.<br />

VII. HET PLANETARIUM VERGELEKEN MET ANDERE ORRERIES<br />

1. Millburn 1973,387 n. 43; Millburn 1976,97; King & Millburn 1978, 107.<br />

2. King & Millburn 1978,92-93 ..<br />

3. King & Millburn 1978, 106-113.<br />

4. Vgl. Spierdijk 1965', 86e.v.<br />

5. <strong>Een</strong> beschrijving <strong>van</strong> dit <strong>planetarium</strong> is in 1703 in het Latijn gepubliceerd. <strong>Een</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling door J.A. Volgraff en D.A.H. <strong>van</strong> Eck is opgenomen in<br />

hetzelf<strong>de</strong> werk als Van Wijk 1928. Uitvoeriger informatie omtrent dit <strong>planetarium</strong> is<br />

te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>el 21 <strong>van</strong> <strong>de</strong> Oeuvres Complètes <strong>de</strong> Christiaan <strong>Huygens</strong>, ('s-Gravenhage,<br />

1944), alwaar ook een Franse vertaling <strong>van</strong> <strong>Huygens</strong>' geschrift.<br />

6. Zie voorgaan<strong>de</strong> noot, en King & Millburn 1978, liS.<br />

7. Millburn 1973, 394. De eerste Engels-talige publicatie waarin <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

kettingbreukontwikkeling wordt <strong>uit</strong>gelegd verscheen bijvoorbeeld pas in 1772.<br />

8. Dekker 1955; Rooseboom 1950,53. Zie ook Van <strong>de</strong>n Dam 1754.<br />

9. Koelbloed 1972.<br />

10. Vgl. King & Millburn 1978, 112-113.<br />

11. G. Doorman 1940,309. (Octrooi <strong>van</strong> <strong>de</strong> Staten <strong>van</strong> Holland en West-Friesland, mei<br />

1738.)<br />

141


BIJLAGEN<br />

1. Hier breekt het handschrift af. Ook in an<strong>de</strong>re versies <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze beschrijving wordt<br />

<strong>de</strong>ze naam opengelaten. Wel wordt in het handschrift Mareeuw (7) nog vermeld dat<br />

<strong>de</strong> tekeningen vervaardigd zijn door J. <strong>de</strong> Feijter, , Stads-Fabriek te Mid<strong>de</strong>lburg'.<br />

2. Aanwezig in twee i<strong>de</strong>ntieke afschriften in <strong>de</strong> PBZ (handschriftenverzameling Kon.<br />

<strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap 3567).<br />

3. Fragment <strong>uit</strong> bun<strong>de</strong>l handschriften genoemd in voorgaan<strong>de</strong> noot, en geschreven door<br />

een geheel <strong>van</strong> <strong>de</strong> rest afwijken<strong>de</strong> hand. Het betreft hier een les met nu niet meer<br />

aanwezige hulpstukken.<br />

4. Zie voor Daniël Ra<strong>de</strong>rmacher (1722-1803): H.C.M. Ghijsen, '<strong>Zeeuws</strong>e vrien<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

Betje Wolff-Bekker', ArchiefZGW 1970,16 e.v.<br />

5. RAZ, familiearchiefSchorer, inv.nr. 1017.<br />

6. Het eerste handschrift berust in het <strong>Zeeuws</strong> Museum, en is afkomstig <strong>van</strong> het<br />

Natuurkundig Gezelschap, dat bij <strong>de</strong> liquidatie <strong>van</strong> haar instrumentencollectie in<br />

1917 besloot dit handschrift te schenken aan het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap 'dat in het<br />

bezit <strong>van</strong> dit <strong>planetarium</strong> is'. (Notulen le<strong>de</strong>nverga<strong>de</strong>ring Natuurkundig Gezelschap,<br />

4 april 1917.) Men heeft toen het <strong>planetarium</strong> <strong>van</strong> Ra<strong>de</strong>rmacher verward met dat <strong>van</strong><br />

Mr. Van <strong>de</strong> Perre. (Evenals Mr. K. Heeringa in het Ge<strong>de</strong>nkboek <strong>uit</strong>gegeven ter<br />

gelegenheid <strong>van</strong> het an<strong>de</strong>rhalve eeuwfeest <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r<br />

Wetenschappen te Mid<strong>de</strong>lburg, (Mid<strong>de</strong>lburg, 1919),21.)<br />

In het jaarboek <strong>van</strong> het Genootschap wordt <strong>de</strong> aanwinst beschreven als '<strong>de</strong> beschrijving<br />

<strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> <strong>de</strong>s Genootschaps door D. Ra<strong>de</strong>rmacher <strong>van</strong> Nieuwerkerk,<br />

ont<strong>van</strong>gen door bemid<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerling Campert <strong>de</strong>r H.B.S.'. Kennelijk had<br />

<strong>de</strong>ze leerling het handschrift aangetroffen tussen het restant <strong>van</strong> <strong>de</strong> instrumenten die<br />

door <strong>de</strong> Rijks H.B.S. voor f 50,- <strong>van</strong> het Natuurkundig Gezelschap waren aangekocht.<br />

(Zie: Archief ZGW 1918, VIII.) Er is dan kennelijk altijd voldaan aan <strong>de</strong><br />

opdracht, die door Daniël Ra<strong>de</strong>rmacher eigenhandig voor in het manuscript is<br />

geschreven, namelijk:<br />

'Dit Boek dienen<strong>de</strong> voor het los beweegbaar Planetarium diend te blijven berusten in<br />

<strong>de</strong> Kas daar het zelve in geplaats is; en mag het zelve, nog geene <strong>de</strong>r Instrumenten<br />

behooren<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> Physica aan Ymand wer<strong>de</strong>n uijtgefeend, als met eene Schriftelijke<br />

permissie <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Presi<strong>de</strong>nt in <strong>de</strong>r tijd, en on<strong>de</strong>r behoorlijke Recepisse' ! <strong>Een</strong><br />

i<strong>de</strong>ntiek exemplaar <strong>van</strong> dit handschrift, alleen doorschoten met extra aantekeningen,<br />

bevindt zich in het familie-archief Schorer, inv.nr. 1198 (RAZ).<br />

7. In het <strong>Zeeuws</strong> Museum wordt nog een vroeg 1ge eeuws on<strong>de</strong>rwijzend <strong>planetarium</strong><br />

bewaard, dat gebaseerd is op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> principes. Dit <strong>planetarium</strong> is kennelijk een<br />

produkt <strong>van</strong> huisvlijt, gezien <strong>de</strong> gebruikte zeer eenvoudige materialen, waaron<strong>de</strong>r<br />

vingerhoe<strong>de</strong>n en karton.<br />

8. RAZ, Verzameling Ra<strong>de</strong>rmacher, inv.nr. 3.'<br />

9. De instrumentmaker David Reghter zijn we al eer<strong>de</strong>r tegengekomen als <strong>de</strong> opzichter<br />

over <strong>de</strong> kabinetten <strong>van</strong> Mr. Van <strong>de</strong> Perre en <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> Natuurkundige Gezelschappen.<br />

(Zie hoofdstuk IV, noot 15.) In het Museum Boerhaave te Lei<strong>de</strong>n wordt nog een klein<br />

<strong>de</strong>monstratie-<strong>planetarium</strong> bewaard, dat is vervaardigd door zijn va<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> Delftse<br />

instrumentmakerJan Rechter (ook wel: Johannes Reghter) (1730-1801). (vgl. Rooseboom<br />

1950, p. 117). Dit <strong>planetarium</strong> is echter weer gemaakt volgens het vertrouw<strong>de</strong><br />

dubbel-conische systeem. Over <strong>de</strong> toegepaste tandradverhoudingen kon het<br />

museum helaas geen inlichtingen verstrekken.<br />

10. Afgedrukt bij Van Benthem Jutting 1973,28.<br />

I!. RAZ, familie-archief Schorer, inv. nr. 1198. In ditzelf<strong>de</strong> archief berusten tevens nog<br />

een viertal aanspraken, die Ra<strong>de</strong>rmacher in zijn functie <strong>van</strong> Presi<strong>de</strong>nt over <strong>de</strong> bei<strong>de</strong><br />

'Physica's' heeft <strong>uit</strong>gesproken (1790,1794,1797).<br />

144<br />

XII. LITERATUUR<br />

Benthem Jutting, W.S.S. <strong>van</strong> (1969), 'Leen<strong>de</strong>rt Bomme 1727-1788, een 18e eeuwse<br />

bioloog te Mid<strong>de</strong>lburg', ArchiefZGW, 21-35.<br />

_ 1973, 'Lotgevallen <strong>van</strong> het Natuurkundig Gezelschap te Mid<strong>de</strong>lburg in <strong>de</strong> 1ge en 20e<br />

eeuw', ArchiefZGW 1972 & 1973.<br />

Bierens <strong>de</strong> Haan, D. (1883), Bibliographie néerlandaise historique-scientifique, Nieuwkoop,<br />

1960 (Reprint <strong>van</strong> <strong>de</strong> editie <strong>van</strong> 1883.)<br />

Bierens <strong>de</strong> Haan, J.A. (1952), De Hollandsche Maatschappij <strong>de</strong>r Wetenschappen 1752-<br />

1952, Haarlem, 1952.<br />

Catalogus <strong>van</strong> een <strong>uit</strong>munten<strong>de</strong> verzameling <strong>van</strong> extra fraaije Boeken, ... , ver<strong>de</strong>r een<br />

<strong>uit</strong>muntend kabinet <strong>van</strong> Natuurkundige Werktuigen, Schil<strong>de</strong>rijen, bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n en<br />

Liejhebberyen, alles nagelaaten door mr. J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre, Mid<strong>de</strong>lburg, 1798.<br />

Crommelin, C.A. (1955) 'Planetaria, a historical survey', Antiquarian Horology, I, 1955,<br />

70-75.<br />

Dam, J. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n (1754), Korte Verklaaring <strong>van</strong> een op Nieuw Geinventeert en Gemaakt<br />

Planetarium, Genaamt Sphaera Perfecta, vertoond in <strong>de</strong>eze Konstplaat. Amsterdam,<br />

1754. (K.B. 's-Gravenhage, sign. 111 B 15 3 .)<br />

Dekker, P. (1955) 'De popularisering <strong>de</strong>r Natuurwetenschap in Ne<strong>de</strong>rland in <strong>de</strong> Achttien<strong>de</strong><br />

Eeuw', Geloof en Wetenschap, LIII (1955), 173-188.<br />

Desaguliers, J.Th. (1732a), Korte inhoud <strong>de</strong>r philosophische Lessen <strong>van</strong> Dr. J.Th.<br />

Desaguliers, Vervatten<strong>de</strong> een kort begrip <strong>van</strong> <strong>de</strong> beginselen en gron<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r Proefon<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>lijke<br />

Natuur-kun<strong>de</strong>, Amsterdam, 1732.<br />

_ (1732b), Beschryving <strong>van</strong> het Planetarium, dienen<strong>de</strong> tot een vervolg op <strong>de</strong>n Korten<br />

inhoud <strong>de</strong>r Philosophische Lessen <strong>van</strong> Dr. J. Th. Desaguliers, Amsterdam, 1732.<br />

_ (1734), A course of experimental philosophy, London, 1734.<br />

In het ne<strong>de</strong>rlands vertaald als:<br />

_ (1736), De Natuurkun<strong>de</strong> <strong>uit</strong> On<strong>de</strong>rvindingen Opgemaakt, Amsterdam, 1736; een tot<br />

drie <strong>de</strong>len <strong>uit</strong>gebrei<strong>de</strong> herdruk verscheen in 1751.<br />

_ (1751), zie: Desaguliers 1736.<br />

Doorman, G. (1940), Octrooien voor <strong>uit</strong>vindingen in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n <strong>uit</strong> <strong>de</strong> 16e - 18e<br />

eeuw, 's-Gravenhage, 1940.<br />

Fokker, A.A. (1901), Levensberichten <strong>van</strong> <strong>Zeeuws</strong>che Medici, Mid<strong>de</strong>lburg, 1901.<br />

Gallon, J .G. (1735-1777), Machines et inventions approuvées par I'Académie Royale <strong>de</strong>s<br />

Sciences <strong>de</strong>puis son établissementjusqu'à présent, (VII vol.), Pans.<br />

Hoitsma, H. (1973), 'Het <strong>Zeeuws</strong> Planetarium', Chronos, vakblad voor <strong>de</strong> uurwerkenbranche,<br />

XXIII, nr. 8 (25 a['lriI1973).<br />

Hooykaas, R. (1971), Geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r Natuurwetenschappoen, <strong>van</strong> Babel tot Bohr,<br />

Utrecht, 1971.<br />

_ (1977), 'De natuurwetenschap- in <strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong>r genootschappen', NG 200, jubileu.m<strong>uit</strong>gave<br />

<strong>van</strong> het Natuurkundig Gezelschap te Utrecht, Utrecht, 1977; ongewijzig<strong>de</strong><br />

herdruk in : H.A.M. Snel<strong>de</strong>rs & K. <strong>van</strong> Berkel (eds.), Natuurwetenschappen <strong>van</strong><br />

Renaissance tot Darwin, thema's <strong>uit</strong> <strong>de</strong> wetenschapsgeschie<strong>de</strong>nis, Den Haag, 1981,<br />

131-167.<br />

Kanter, J. <strong>de</strong> & J. Ab Utrecht Dresselhuis, (1824), De provincie Zeeland, Mid<strong>de</strong>lburg,<br />

1824. (Reprint: Vlissingen/Schiedam, 1977).<br />

King, H.C. & J.R. Millburn (1978), Geared to the Stars; the evolution of<strong>planetarium</strong>s,<br />

orreries and astronomical clocks, 1'oronto, 1978.<br />

145


Koelbloed, D. (1972), 'En Amsterdams Planetarium <strong>uit</strong> 1756', Hemel en Dampkring,<br />

LXX (1972), 143-150.<br />

Krom, H.J. (1971), Kort ontwerp eener beschryving <strong>van</strong> het Planetarium staan<strong>de</strong> in het<br />

Museum Medioburgense, voorgeleezen in het Mid<strong>de</strong>lburgsch Departement <strong>van</strong> het<br />

<strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen, Mid<strong>de</strong>lburg, 1791.<br />

- (1791 b), De geschie<strong>de</strong>nis <strong>van</strong> <strong>de</strong> Schepping opgehel<strong>de</strong>rd en ver<strong>de</strong>digd in eene Leerre<strong>de</strong><br />

over het eerste hoofdstuk <strong>van</strong> Genesis (Mid<strong>de</strong>lburg, 1791; ook opgenomen in Krom<br />

1796.<br />

- (1793), Betoog dat <strong>de</strong> beoefening <strong>de</strong>r Natuur- en Sterrekun<strong>de</strong> niet strydig is met <strong>de</strong><br />

erkentenis <strong>de</strong>r Godlyke Openbaaring, en <strong>de</strong>n Geopenbaar<strong>de</strong>n Godsdienst <strong>van</strong> Jesus<br />

Christus, voorgelezen in het Natuurkundige Gezelschap te Mid<strong>de</strong>lburg, Mid<strong>de</strong>lburg,<br />

1793; ook opgenomen in: Krom 1796.<br />

- (1795), De Waar<strong>de</strong> <strong>de</strong>r Horoscoopkunst, of Zedig On<strong>de</strong>rzoek over het bestaan en <strong>de</strong><br />

nuttigheid <strong>de</strong>r Astrologie, ofSterrenvoorzegkun<strong>de</strong>, Mid<strong>de</strong>lburg, 1795.<br />

- (1796), Godgeleer<strong>de</strong>, Uitlegkundige en Wüsgeerige Verhan<strong>de</strong>lingen, (2 <strong>de</strong>len), Mid<strong>de</strong>lburg,<br />

1796.<br />

Lalan<strong>de</strong>, J. (1772), Astronomie, Paris, 1772.<br />

Lieburg, M.J. <strong>van</strong> (1978), 'De Geneeskun<strong>de</strong> en Natuurwetenschappen binnen <strong>de</strong> Rotterdamse<br />

Genootschappen <strong>uit</strong> <strong>de</strong> 18e eeuw', Tüdschrifi voor <strong>de</strong> Geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r<br />

Geneeskun<strong>de</strong>, Natuurwetenschappen, Wiskun<strong>de</strong> en Techniek, I (1978) 14-22, 124-<br />

143.<br />

Man, J.e. <strong>de</strong> (1856), 'Leonardus Stocke, <strong>Een</strong>e historische bijdrage', Ned. TÜdschr. v.<br />

Geneeskun<strong>de</strong>, Il (1856), 3-30.<br />

Martin, B. (1763), Algemeene Oefenschoole <strong>van</strong> Konsten en Weetenschappen, Amsterdam,<br />

1763-1782; (6 <strong>de</strong>len in 30 ban<strong>de</strong>n). Deze merkwaardige periodiek is een door <strong>de</strong><br />

Amsterdamse <strong>uit</strong>gever Pieter Meijer vermeer<strong>de</strong>r<strong>de</strong> vertaling <strong>van</strong> het door B. Martin<br />

<strong>van</strong> 1755-1765 geredigeer<strong>de</strong> tijdschrift 'The General Magazine of Arts and Sciences'<br />

(6 vols., London). Het eerste <strong>de</strong>el (3 bdn) is ook afzon<strong>de</strong>rlijk <strong>uit</strong>gegeven on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

titel: 'Wijsbegeerte voor Jonge Heeren en Jufferen', Amsterdam, 1763.<br />

Miliburn, J .R. (1973) 'Benjamin Martin and the <strong>de</strong>velopment of the orrery', British<br />

Journalfor the history of Science, VI, nr. 24, (1973), 378-399.<br />

- (1976), Benjamin Martin, Author, Instrument-maker, and Country Showman, Ley<strong>de</strong>n,<br />

1976. (Science in history, vol. 2.)<br />

Musschenbroek, P. <strong>van</strong> (1736), Beginselen <strong>de</strong>r Natuurkun<strong>de</strong>, Beschreven ten dienste <strong>de</strong>r<br />

Landgenooten, Ley<strong>de</strong>n, 1736. (Twee<strong>de</strong> editie: 1739.)<br />

Nagtglas, F. (1865), 'Jan <strong>de</strong> Munck, stadsarchitect te Mid<strong>de</strong>lburg', <strong>Zeeuws</strong>ch Jaarboekje<br />

en Mid<strong>de</strong>lburgsche Naamwyzer, 1865,9-21.<br />

- (1890), Levensberichten <strong>van</strong> Zeeuwen, zün<strong>de</strong> een vervolg op P. <strong>de</strong> la Rue, Geletterd,<br />

Staatkundig en Heldhaftig Zeeland, Mid<strong>de</strong>lburg, 1890-1893 (2 <strong>de</strong>len).<br />

Noliet, Abbé J .A. (1743), Leçons <strong>de</strong> physique expérimentale, (6 vol.), Paris.<br />

Palm, J .H. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r (1790), Lofre<strong>de</strong>n op <strong>de</strong>n Hoogwelgeboren Heer Mr. Johan Adriaen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre, ... , <strong>uit</strong>gesproken in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> het Mid<strong>de</strong>lburgsch Departement<br />

<strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen te Vlissingen <strong>de</strong>n 26<br />

november 1790, Mid<strong>de</strong>lburg, 1790;<br />

Ook verschenen in Verhan<strong>de</strong>lingen ZGW, XV (1790), 1-58.<br />

Rooseboom, M. (1950), Büdrage tot <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r instrumentmakerskunst in <strong>de</strong><br />

noor<strong>de</strong>lijke Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, Lei<strong>de</strong>n, 1950.<br />

Schepman, J.T.H.C. (1971), 'Philippus Lansbergen 1561-1632', <strong>Zeeuws</strong>ch Tüdschrift,<br />

XXI (1971) nr. 2, 37-42.<br />

146<br />

Schortinghuis, H. (1786), 'Beschryving <strong>van</strong> een nieuw Lunarium of Starrekundigen<br />

Maanwyzer, ter on<strong>de</strong>rrichting in, en gemaklyke waarneeming <strong>van</strong> <strong>de</strong> Byzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong>n omloop <strong>de</strong>r Maane om <strong>de</strong> Aar<strong>de</strong>, <strong>uit</strong>gedacht en aan het <strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap<br />

<strong>de</strong>r Wetenschappen te Vlissingen ter beoor<strong>de</strong>eling toegezon<strong>de</strong>n',' Verhan<strong>de</strong>lingen<br />

ZGW, XII (1786), 251-295; Ook afzon<strong>de</strong>rlijk uigegeven: Mid<strong>de</strong>lburg, P. Gillissen,<br />

1786.<br />

Schoute, D. (1923), 'De geschie<strong>de</strong>nis <strong>van</strong> het Natuurkundig Gezelschap te Mid<strong>de</strong>lburg',<br />

ArchiefZGW, 1923,1-34.<br />

Snel<strong>de</strong>rs, H.A.M. (1976), 'De beoefening <strong>van</strong> <strong>de</strong> Natuurkun<strong>de</strong> door <strong>de</strong> gegoe<strong>de</strong> burgerij<br />

<strong>uit</strong> <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw', Documentatieblad Werkgroep 18e eeuw, no. 21-32 (1976),<br />

3-24.<br />

_ (1979), 'Het Bataviaasch Genootschap <strong>van</strong> Kunsten en Wetenschappen in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong><br />

1778 tot 1816', Documentatieblad Werkgroep 18e eeuw, nr. 41-42 (1979), 62-90.<br />

Spierdijk, e. (1965), Klokken en klokkenmakers; zes eeuwen uurwerk, 1300-1900, Amsterdam,<br />

1965 (twee<strong>de</strong> herziene druk).<br />

Stocke, L. (1746), Afscheids-re<strong>de</strong>voering over <strong>de</strong> voornaamste voorwerpen <strong>de</strong>r Natuuren<br />

Bespiegelen<strong>de</strong> Ontleedkun<strong>de</strong>; <strong>uit</strong>gesproken te Mid<strong>de</strong>lburg <strong>de</strong>n 5 maart 1746, toen<br />

hy <strong>van</strong> woonplaats naar Utrecht veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, Utrecht, 1746.<br />

Terpstra, H. (1981), Friesche Sterrekonst; geschie<strong>de</strong>nis <strong>van</strong> <strong>de</strong> Friese sterrenkun<strong>de</strong> en<br />

aanverwante wetenschappen door <strong>de</strong> eeuwen heen, Franeker, 1981.<br />

Unger, W.S. (1957), Catalogus <strong>van</strong> <strong>de</strong> historisch-topografische atlas <strong>van</strong> het <strong>Zeeuws</strong>ch<br />

Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen, <strong>de</strong>el IV, Mid<strong>de</strong>lburg, 1957.<br />

Wheatland, D.P. (1968), The Apparatus ofScience at Harvard 1765-1800, Harvard, 1968.<br />

Wijk, W.E. <strong>van</strong> (1928), 'Lijst <strong>van</strong> in Ne<strong>de</strong>rland vervaardig<strong>de</strong> planetaria, benevens <strong>van</strong><br />

door b<strong>uit</strong>enlan<strong>de</strong>rs vervaardig<strong>de</strong> planetaria die in Ne<strong>de</strong>rland aanwezig zijn', in: E.<br />

Havinga, W.E. <strong>van</strong> Wijk en J.F.M.G. D'Aumerie, Planetariumboek Eise Eisinga,<br />

Arnhem, 1928,351-381.<br />

Zeelands Chronyk Almanach voor 1791 en 1792, Mid<strong>de</strong>lburg, by P. Gillissen, 1792.<br />

Zeeman, J. (1977), De Ne<strong>de</strong>rlandse Staan<strong>de</strong> Klok, Assen/Amsterdam, 1977.<br />

Zinner, E. (1972), Deutsche und Nie<strong>de</strong>rländische Astronomische Instrumente <strong>de</strong>s Il.-<br />

18. Jahrhun<strong>de</strong>rts, München, 1972. (Oorspronkelijke <strong>uit</strong>gave 1956.)<br />

147


XIII. VERANTWOORD<strong>ING</strong> VAN DE ILLUSTRATIES<br />

1. RAZ, Historisch-topografische Atlas "Zelandia Illustrata" <strong>van</strong> het Kon.<br />

<strong>Zeeuws</strong>ch Genootschap <strong>de</strong>r Wetenschappen, (Catalogus Unger 1957), IV, 718.<br />

2-5. PBZ, Handschriftenverzameling ZGW, vnr. 3567. Serie <strong>van</strong> vier tekeningen <strong>van</strong><br />

het <strong>planetarium</strong> door J. <strong>de</strong> Feijter, 1786.<br />

6. PBZ, sign. 312 E 84.<br />

7. Gravure door M. <strong>de</strong> Sallieth. Foto Iconographisch Bureau, 's-Gravenhage. (Zie<br />

ook: Zelandia Illustrata, IV, 559.)<br />

8. Foto A. Verburg, Mid<strong>de</strong>lburg. De op <strong>de</strong> foto zichtbare af<strong>de</strong>kstukken zijn al <strong>van</strong>af<br />

1822 b<strong>uit</strong>en gebruik. In dat jaar is een aantal glazen raamwerken vervaardigd,<br />

waardoor <strong>de</strong> koperen ecliptica continu zichtbaar is. Deze glazen raamwerken zijn<br />

ook nu nog in gebruik, terwijl <strong>de</strong> acht eikenhouten <strong>de</strong>kstukken in het inwendige<br />

<strong>van</strong> het voetstuk zijn opgeborgen.<br />

9-12a. Foto'sJ.H. KluiverenA. Verburg.<br />

12b. RAZ, Archief KZGW nr. 238. Bijlagen bij <strong>de</strong> rekeningen <strong>van</strong> het Mid<strong>de</strong>lburgs<br />

Departement.<br />

14. Uit: J. Pigeon, Description d'une Sphère Mou<strong>van</strong>te par Ie moyen d'une Pendule,<br />

Paris, 1714.<br />

13,15. Uit: Martin, 1763, dl. 1.<br />

16. Uit: Van <strong>de</strong>n Dam, 1754.<br />

ILLUSTRATIES IN DE TEKST:<br />

- De" Afbeelding <strong>van</strong> het Planetarium in het Musaeum te Mid<strong>de</strong>lburg" is oorspronkelijk<br />

verschenen in Zeelands Chronijk Almanach voor 1791 en 1792 (zie ook: "Zelandia<br />

Illustrata" III, 500).<br />

- "Het Gebouwen Observatorium gesticht door J. <strong>de</strong> Munck te Mid<strong>de</strong>lburg" (1735)<br />

staat gegraveerd op <strong>de</strong> titelpagina <strong>van</strong> J. <strong>de</strong> Munck, De Groote Zon Eclips, <strong>de</strong>welke<br />

voorvallen zal op <strong>de</strong>n 25 July 1748, Mid<strong>de</strong>lburg, 1748. (Zie ook: "Zelandia Illustrata" ,<br />

Il,685.)<br />

- De tekeningen <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> <strong>de</strong> heer H. Hoitsma te<br />

Mid<strong>de</strong>lburg.<br />

148 Afb. 1. Silhouet <strong>van</strong> Mr. J.A. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Perre (1738-1790).


Vier tekeningen <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong> door J. <strong>de</strong> Feijter, 1786; Afb. 2: totaalaanzicht. Afb. 3. Het <strong>planetarium</strong> na verwij<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>kstukken.<br />

PL


Afb. 4. Doorsne<strong>de</strong> <strong>van</strong> het <strong>planetarium</strong>.<br />

Afb. 5. De vier wijzerplaten en het bovenaanzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeten.<br />

PL.


Afb. 8. Overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> architectuur: het <strong>planetarium</strong> met <strong>de</strong> originele af<strong>de</strong>kstukken.<br />

Afb. 9. Enige <strong>de</strong>tails <strong>van</strong> het <strong>uit</strong>wendige.


Afb. la. Het <strong>planetarium</strong> in geopen<strong>de</strong> toestand.<br />

Afb. 11. Enige <strong>de</strong>tails <strong>van</strong> <strong>de</strong> planeten.


Afb. 12a. On<strong>de</strong>raanzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> tandwielkast, met signatuur door Van <strong>de</strong>n Eeckhout.<br />

Afb. 12b. Kwitantie, getekend door Van <strong>de</strong>n Eeckhout, wegens on<strong>de</strong>rhoud <strong>van</strong> het<br />

<strong>planetarium</strong>.<br />

Afb. 13. <strong>Een</strong> Engelse "Grand Orrery"


Afb. J6. De "Sphaera Perfecta" <strong>van</strong> Jan <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Dam.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!