Kvo 86 - Reunistenvereniging Onderzeedienst
Kvo 86 - Reunistenvereniging Onderzeedienst
Kvo 86 - Reunistenvereniging Onderzeedienst
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Jaargang 27, Pagina nr. <strong>86</strong> 1<br />
<strong>Onderzeedienst</strong><br />
Klaar Voor Onderwater<br />
In dit nummer:<br />
Herinnering aan Dolfijn 1<br />
In Memoriam 2<br />
Rectificaties 2<br />
Oproep W.N. Koch 2<br />
Van de voorzitter 3<br />
Jongensdroom 8<br />
Band of Brothers 8<br />
Traditie en reputatie 9<br />
Oud zijn met herinneringen 9<br />
Mokken 10<br />
Winter/Voorjaarsreis 1959 11<br />
Werken aan Werk Dolfijn 12<br />
Mobilisatie - Oorlogskruis 14<br />
Marinehulp bij watersnood 16<br />
Zoektocht K-XVI (reactie) 17<br />
Aankondiging Reünie 2004 17<br />
Nieuwsberichten 18<br />
Toespraken 19<br />
Freek Kalsbeek 22<br />
November 22<br />
Reünistenvereniging<br />
Inleiding<br />
December 2003<br />
Herinneringen aan Hr. Ms. Dolfijn (ex P-47)<br />
Toen Hr. Ms. O-21 waarop ik ruim een jaar had gevaren in januari 1942 vanuit<br />
Gibraltar in Grangemouth (Schotland) arriveerde voor groot onderhoud,<br />
kon ik nog niet bevroeden, dat ik binnen afzienbare tijd zou worden overgeplaatst<br />
naar een nieuwe onderzeeboot, die op de scheepswerf van Vickers<br />
Armstrong in Engeland in aanbouw lag. Wat was n.l. het geval?<br />
Op een dag in maart werd ik ontboden bij de commandant (J. F. van Dulm).<br />
Commandant en officieren woonden tijdens het onderhoud van de O-21 in<br />
een herenhuis in het oosten van Edinburgh. Korporaals en manschappen waren<br />
ondergebracht bij gastgezinnen in Falkirk. Van Falmouth naar Edinburgh<br />
was in 1942 met trein en bussen nog een hele reis. Bovendien kon ik geen<br />
enkele reden bedenken waarom de commandant mij wilde spreken. Ik was<br />
erg benieuwd!<br />
Eenmaal op bezoek bij de commandant vroeg hij mij na een kort gesprek<br />
vooraf, of mijn relatie met mijn Schotse vriendin serieus was. Ik kon zonder<br />
een moment te twijfelen die vraag met een volmondig JA beantwoorden.<br />
Trouwens, in verband met de verplichte censuur was de état major op de<br />
hoogte van de inhoud van alle uitgaande brieven van de bemanning. Hierna<br />
(Vervolg op pagina 4)
Pagina 2<br />
Colofon<br />
Verschijnt 4 maal per jaar in een<br />
oplage van 1190 exemplaren.<br />
Voorzitter<br />
D. Heij<br />
Bremlaan 14<br />
6<strong>86</strong>6 DP Heelsum<br />
0317-317063<br />
Secretaris<br />
W.R. Segaar<br />
Laan van Oud Poelgeest 30<br />
2341 NL Oegstgeest<br />
071-5726472<br />
w.rsegaar@freeler.nl<br />
Redactie KVO<br />
W.P.P. Falkmann<br />
Middelzand 5306<br />
1788 HC Den Helder<br />
0223-642668<br />
w.falkmann@quicknet.nl<br />
Redactie KVO<br />
W.P. van der Veeken<br />
Jolstraat 74<br />
1784 NL Den Helder<br />
0223-630265<br />
Penningmeester<br />
A. Prins<br />
Heiligharn 166<br />
1785 SP Den Helder<br />
0223-635455<br />
2 e Penningmeester<br />
A. Schouten<br />
Langevliet 7<br />
1759 LE Callantsoog<br />
0223-643848<br />
vb_2058791@wish.nl<br />
100 Jaar OZD<br />
Jhr. R.A. Snouck Hurgronje<br />
Molenweg 9<br />
1766 HL Wieringerwaard<br />
0224-221884<br />
ra.snouckhurgronje@quicknet.nl<br />
Vert. COZD<br />
LTZ2oc J Wijnants<br />
<strong>Onderzeedienst</strong>/BUOPS<br />
Postbus 10000<br />
1780 CA Den Helder<br />
0223-653444<br />
Contactpersoon voor<br />
bestuursaangelegenheden,<br />
waaronder aanmelding nieuwe<br />
leden, adreswijzigingen en<br />
overlijden is de penningmeester<br />
A. Prins<br />
Contactpersoon voor contributie<br />
betaling is de 2e penningmeester<br />
A. Schouten<br />
De redactie behoudt zich het recht<br />
voor om artikelen in te korten, te<br />
weigeren of te verplaatsen naar<br />
een andere editie. Tevens is zij<br />
niet verantwoordelijk voor de<br />
inhoud van ingezonden copij.<br />
Erelid van de vereniging :<br />
J.H. van Rede<br />
B EZOEK ONZE WEBSITE<br />
http://home.veteranen.nl/~agwegman/<br />
In Memoriam<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
Met leedwezen geeft het bestuur kennis van het overlijden van onze leden;<br />
2 september 2003 C.W. Meeuwessen 72 jaar Delft<br />
9 september 2003 J.J. Thomas 93 jaar Breda<br />
19 september 2003 W. Baas 80 jaar Spijkenisse<br />
28 oktober 2003 R.v.d. Sluys 52 jaar Hellevoetsluis<br />
Wij zullen hen in eerbiedige herinnering blijven gedenken.<br />
Geachte redactie,<br />
Rectificaties:<br />
In reacties die ik ontvangen heb op de informatie welke gegeven<br />
is in KVO-84 blz. 20 over het digitaal opzoeken van foto’s hebben<br />
zich moeilijkheden gegeven. Voor het kiezen van vervaardiger<br />
dient gezocht te worden eerst onder: koning en vervolgens<br />
onder<br />
koning. Hb<br />
Met vriendelijke groet, Henk Koning hb.koning@planet.nl<br />
Oproep<br />
70 jaar geleden, op14 november 1934, vertrok de K XVIII voor zijn wereldreis<br />
van 23000 zeemijlen.<br />
Graag zou ik in contact komen met overlevenden van deze wereldreis teneinde,<br />
misschien voor de laatste keer, nog eens sterke verhalen aan elkaar te kunnen<br />
vertellen.<br />
W.N. Koch<br />
Meutestraat 3 H<br />
6219 BG Maastricht<br />
043-3218211<br />
Contributie<br />
De minimale contributie bedraagt 5 per jaar<br />
Betaling moet voor 1 maart overgeschreven zijn, wil men als lid ingeschreven<br />
blijven.<br />
Zij die reeds lid zijn, krijgen in de december KVO een acceptgiro bijgesloten.<br />
Buitenland leden worden verzocht contant via penningmeester, of via een<br />
kennis in Nederland te betalen i.v.m. de hoge overschrijvingskosten.<br />
Gironummer vereniging : 39.28.464.<br />
t.n.v. <strong>Onderzeedienst</strong> Reünistenvereniging<br />
Heiligharn 166<br />
1785 SP Den Helder
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 3<br />
Van de voorzitter<br />
De wereld van nu verandert snel, misschien wel sneller dan wij wenselijk achten.<br />
Het is immers pas veertien jaar geleden dat de mensen uit het zogenaamde Oostblok de Berlijnse Muur beklommen<br />
en met blote handen massaal dat ultieme symbool van onvrijheid begonnen af te breken. Vele<br />
landen achter die muur van toen zijn allang geen bedreiging meer voor onze vrijheid en een aantal wordt<br />
binnenkort zelfs opgenomen in de Europese Unie en de NAVO.<br />
Een grotere verandering heeft ons werelddeel, zonder grote oorlogen, in de geschiedenis nog nooit meegemaakt.<br />
Door die historische aardverschuiving is de militaire dreiging uit het Oosten gelukkig weggevallen;<br />
helaas plaats makend voor een wereldwijde dreiging van terrorisme en religieus fanatisme.<br />
Hoe de naties die nieuwe dreigingen het hoofd moeten bieden is een onderwerp van vele studies en heftige<br />
discussies. Het is daarom wel een logisch verschijnsel dat in het licht van die discussies de krijgsmachten<br />
van de “vrije” wereld getoetst worden aan nieuwe criteria, meer overeenkomend met de bedreigingen van<br />
deze tijd.<br />
Ook in ons land wordt deelgenomen aan die studies en discussies. De eerste resultaten daarvan hebben wij<br />
gezien bij de behandeling van de Defensienota in de Tweede Kamer. Dat onze onderzeedienst daarin blijft<br />
bestaan is fijn, maar we moeten ons daarbij wel realiseren dat vele van onze collega’s en oude vrienden bedroefd<br />
zijn vanwege het verlies van hun baan en carrière of van hun dienst waarvoor ook zij zich hebben<br />
ingezet.<br />
Ik wens U allen tezamen met hen die U lief zijn, hele fijne en gezellige feestdagen en een gezond en voorspoedig<br />
2004 toe.<br />
Driekus Heij<br />
P.S. Ik wil namens alle leden van onze vereniging de kapitein ter zee P. den Harder van harte feliciteren<br />
met zijn benoeming tot commandant <strong>Onderzeedienst</strong> m.i.v. 9 februari 2004.
Pagina 4<br />
(Vervolg van pagina 1)<br />
deelde de commandant mij mede dat de 0-21 na afloop<br />
van de onderhoudsperiode naar het Verre Oosten<br />
zou vertrekken en daar waarschijnlijk voor de<br />
duur van de oorlog zou blijven! Dat was even schrikken!<br />
Vervolgens deelde de commandant mij mede<br />
dat er op een Engelse scheepswerf een onderzeeboot<br />
in aanbouw was voor de K.M. Deze boot zou worden<br />
toegevoegd aan het 9 de onderzeeboot flottielje<br />
gebaseerd in Dundee. Als ik dat wilde was de commandant<br />
bereid te bewerkstelligen dat ik aan boord<br />
van deze boot zou worden geplaatst!<br />
Een moeilijke keuze... Ik had vele vrienden op de<br />
O-21, en ik was nog nooit in de tropen geweest maar<br />
anderzijds... hoe lang zou de oorlog nog gaan duren?<br />
Het ging niet goed met de oorlog! Na enige bedenktijd<br />
besloot ik te kiezen voor overplaatsing naar de<br />
nieuwe boot die de naam Dolfijn zou krijgen Niet<br />
lang daarna werd ik in afwachting van het gereedkomen<br />
van deze boot, overgeplaatst naar de onderzeedienstkazerne<br />
in Dundee. Omstreeks die tijd was de<br />
O-23 na een onderhoudsperiode gereed om als eerste<br />
van de drie grote O-boten vanuit Dundee naar het<br />
Verre Oosten te vertrekken.<br />
Prins Bernhard komt afscheid nemen van de O-23<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
Aan boord van de 0-23 diende o.a. matroos 1e klasse<br />
S. Hij was kortgeleden in het huwelijk getreden<br />
met een Schots meisje. Voornamelijk om die reden<br />
had S. er weinig zin in om voor onbepaalde tijd<br />
naar het Verre Oosten te gaan. Maar hij vond een<br />
collega, matroos 1e klasse H. afgeoefend onderzeebootman,<br />
bereid zijn plaats in te nemen. Derhalve<br />
diende S. een verzoek in voor overplaatsing naar de<br />
kazerne of naar een "pingboot" (O-9 of O-10). Het<br />
verzoek werd echter door de commandant afgewezen.<br />
Enige dagen voor het vertrek van de 0-23 kwam<br />
ook Prins Bernhard afscheid nemen.Toen de immer<br />
vriendelijke Prins tijdens de inspectie van de bemanning<br />
op de kade matroos S. passeerde, stapte<br />
deze opeens uit het gelid op de Prins af, die verrast<br />
bleef staan en matroos S. rustig de gelegenheid gaf<br />
zijn zegje te doen. I.v.m. de afwijzing van zijn verzoek<br />
voor overplaatsing verzocht S. de Prins of hij<br />
een goed woordje voor hem wilde doen bij de commandant<br />
zo dat hij alsnog werd overgeplaatst. En<br />
dat beloofde de Prins. Maar verder gebeurde er<br />
niets, althans Matroos S werd niet overgeplaatst en<br />
ging gewoon mee met de O-23. Maar misschien<br />
had dit incidentje de Prins en ook de marineleiding,<br />
m.b.t. het uitzenden van de in het V.K. gehuwde<br />
bemanningsleden overzee, aan het denken gezet<br />
Het kon m.i. niet louter toeval zijn dat, bij de indienststelling<br />
van de Dolfijn er tenminste vijf bemanningsleden<br />
in Schotland waren getrouwd. De<br />
Dolfijn zou immers ingedeeld worden bij het 9 de<br />
onderzeebootflottielje met Dundee als basis. Zelfs<br />
het Dundee's dagblad de "Evening Telegraph"<br />
maakte in 1942 melding van bijzonder nieuws:<br />
“Five Dutch submarine sailors are married to Scottish<br />
girls”. Natuurlijk mocht de naam van de Dolfijn<br />
niet worden vermeld. Dat de eerste commandant<br />
van de Dolfijn, Ltz 1e klasse H.M.L.F.E. van<br />
Oostrum Soede , stappen zou ondernemen om met<br />
de Dolfijn naar de Middellandse zee te gaan, was<br />
toen nog niet bekend!<br />
In afwachting van mijn overplaatsing naar de Dolfijn<br />
werd ik begin augustus, 2 dagen nadat ik getrouwd<br />
was, voor een 9 weken durende herhalingscursus<br />
seiner, overgeplaatst naar Holy Head<br />
(Wales). Ik werd geplaatst op het wachtschip Hr.<br />
Ms. Oranje Nassau. Aan boord van dit schip ontmoette<br />
ik onderofficier van Z. waarmee ik in 1939<br />
gediend had op de O-11. Hij was nu echter in het<br />
uniform van een Stoker-Olieman m.a.w, hij was<br />
gedegradeerd. Ik kon mijn ogen haast niet geloven.
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 5<br />
Hij herkende mij onmiddellijk. Wat was er gebeurd?<br />
Hij vertelde mij dat hij, ten einde aan boord de censuur<br />
op zijn brieven te omzeilen, gebruik had gemaakt<br />
van een Britse dienstenveloppe en zijn brief<br />
aan de wal had gepost. De brief werd echter onderschept.<br />
De inhoud van de brief was niet belangrijk,<br />
wel het gebruik van een dienstenveloppe. De Marine<br />
wilde natuurlijk weten, wie hem die enveloppe ter<br />
hand had gesteld? Hij weigerde halsstarrig namen te<br />
noemen. En het was vanwege dit feit dat hij werd gedegradeerd.<br />
(zie 1 )<br />
Enkele notities betreffende de Dolfijn<br />
De Dolfijn maakte deel uit van de serie U-klasse onderzeeboten<br />
waarvan er 49 zijn gebouwd. De boot,<br />
uitgerust met 4 torpedo boegbuizen en een 7,6 cm<br />
kanon daterend uit WO-I, was goed wendbaar en bestemd<br />
voor het opereren in kustwateren en in de<br />
Middellandse zee. De bovenwatersnelheid bedroeg<br />
11,75 knopen en onderwater 9 knopen.<br />
De Dolfijn was in meer dan één opzicht een bijzondere<br />
boot. In vergelijking met de Britse T. en S. boten,<br />
of de Nederlandse boten had de Dolfijn een afwijkende<br />
vorm. De boot lag laag in het water, had<br />
een korte bovenbouw en een kleine commandotoren.<br />
De maximale duikdiepte bedroeg 60 meter, een diepte<br />
die tijdens dieptebomaanvallen soms werd overschreden.<br />
De boot had binnen de drukvaste huid 6<br />
hoofdballasttanks, waarvan tank 1 in het voorschip<br />
qua inhoud, belangrijk groter was dan tank 6. Hierdoor<br />
dook de boot snel onderwater, temeer omdat de<br />
schroeven bij het duiken, vanwege de dieselelektrische<br />
aandrijving konden blijven doordraaien. Aan<br />
dat snelduiken moesten we aanvankelijk wel wennen.<br />
De eerste boot van de serie U-boten (H.M.S.<br />
Ursula), was oorspronkelijk uitgerust met 6 boegbuizen.<br />
Tijdens het invaren bleek het voorschip van de<br />
boot hierdoor veel te zwaar te zijn. De boot dook al<br />
te "gretig' onderwater en was moeilijk onder controle<br />
te houden zodat twee boegbuizen werden verwijderd.<br />
Het aantal reserve torpedo's bedroeg 4 stuks.<br />
De Dolfijn was als eerste onderzeeboot van de Uklasse<br />
boten uitgerust met een radarinstallatie, die<br />
geïnstalleerd was in een aparte maar weliswaar piepkleine<br />
radarhut. De installatie was nog niet voorzien<br />
van een Panorama Projectie Indicator (PPI) en de radarantenne<br />
moest nog met de hand worden rondgedraaid<br />
maar eenmaal in de Middellandse zee bewees<br />
de radar zijn nut.<br />
’s Nachts bovenwater varend in de Thyrreense zee<br />
konden we op afstanden van 60 mijl en meer, feilloos<br />
de Duitse Junckers oppikken die Rommels Afri-<br />
ka Korps bevoorraadden. Pas als ze ramkoers Dolfijn<br />
vlogen doken we voor alle zekerheid even onderwater.<br />
Tevens was de Dolfijn als eerste van de in Engeland<br />
gebouwde onderzeeboten uitgerust met een<br />
trimleiding.<br />
Overplaatsing invaren en afoefenen Dolfijn<br />
Op 8 oktober werd ik vanuit Holy Head rechtstreeks<br />
overgeplaatst naar de Dolfijn.De boot was die dag<br />
juist in dienst gesteld en lag langszij het onderzeebootmoederschip<br />
H.M.S. Forth, een zusterschip van<br />
H.M.S. Maidstone. De Forth lag op boeien afgemeerd<br />
nabij het plaatsje Dunoon. Het regende die<br />
dag. Het proefvaren en afoefenen van boot en bemanning<br />
nam ca 5 weken in beslag en... het regende<br />
en regende 5 weken lang! Overigens in het najaar<br />
een bekend verschijnsel aan de Westkust van Schotland.<br />
Gelukkig mocht het "deksvolk" de natte oliekleding,<br />
na het opladen van de batterijen, op de dieselmotoren<br />
te drogen leggen. Dat hoefden we aan<br />
boord van de 0-21 niet te proberen, maar ja het hoofd<br />
MK was een Adjudant-Machinist die de stelling huldigde,<br />
dat de bemanning er niet was voor de diesels,<br />
maar de diesels voor de bemanning Ik mocht het<br />
Hoofd MK wel!<br />
Er vonden tijdens het afoefenen van de bemanning<br />
wel enkele incidentjes plaats voornamelijk door verkeerd<br />
gebruik van diverse bedieningsorganen, waardoor<br />
we aanvankelijk een minder gunstige indruk<br />
van de boot kregen. Welke incidenten dat precies<br />
waren ben ik vergeten. Hoogtepunt in het beproeven<br />
van de boot was het afwerpen van een dieptebom op<br />
een afstand van ca 75 yards. De commandant maakte<br />
zich nogal zorgen over deze test en vroeg enkele malen<br />
een "Check up" m.b.t. de juiste afstand van het<br />
afwerpen van de bom. Op een zeker moment werd de<br />
commandant gerust gesteld met de mededeling (de<br />
juiste frasering is mij ontschoten), dat er "Boven"<br />
over ons gewaakt als gold het een kind! De dieptebom<br />
veroorzaakte niet de minste schade.<br />
Een Duitse U-boot op de rivier de Clyde<br />
Toen wij eens na een oefendag terugvoeren richting<br />
H.M.S. Forth zagen wij een onderzeeboot op de Clyde<br />
varen met de typische contouren van een Duitse<br />
onderzeeboot, maar deze boot had de Britse oorlogsvlag<br />
aan de mast en voer net als wij richting Forth.<br />
Korte tijd later lag de Dolfijn afgemeerd langszij de<br />
ex-Duitse onderzeeboot de U-570. De boot was in<br />
augustus 1941 op zijn eerste patrouille door een Brits<br />
patrouille vliegtuig ontdekt en door dieptebommen<br />
bestookt, gaf de bemanning zich na korte tijd over,
Pagina 6<br />
omdat zij meenden dat hun boot door de ontstane<br />
schade niet meer kon duiken (echter naar later bleek<br />
ten onrechte).(zie 2 ) Het in handen vallen van deze<br />
boot was één van de grootste geheimen van WO-II.<br />
De U-570 werd door de Britten hersteld van de opgelopen<br />
schade, beproefd en vervolgens grondig uitgetest.De<br />
boot kreeg de wel zeer toepasselijke naam:<br />
"H.M.S. Graph". Begin oktober 1942 ging de Graph<br />
op patrouille in de Golf van Biscaje. Op 21 oktober<br />
om 16.57 uur lanceerde de Graph onderwater varend<br />
een aantal torpedo’s op een aan de oppervlakte varende<br />
Duitse onderzeeboot. De U-boot verdween<br />
snel onderwater en de torpedo’s gingen achterlangs.<br />
Aan boord van de Graph hoorde men allerlei vreemde<br />
soorten ratelende en krakende geluiden, maar ook<br />
explosies van torpedo's zodat men aannam dat de betreffende<br />
boot was vernietigd.<br />
De Graph meldde dan ook aan het hoofdkwartier dat<br />
het een 'zusterschip' tot zinken had gebracht. Dit verhaal<br />
hield stand tot de commandant van de U-333<br />
(want die boot was het) omstreeks 1980 met medewerkers<br />
van de Britse marine de logboeken checkten<br />
om na te gaan welke onderzeeboot op 21 oktober<br />
1942 ten 16.57 uur in de Golf van Biscaje torpedo's<br />
op de U-333 had afgevuurd. De enige boot die daarvoor<br />
in aanmerking kwam was de Graph.(zie 3 ) Maar<br />
in 1942 was de bemanning van de Graph nog blij<br />
met het vermeende behaalde succes.<br />
De bemanning van de Dolfijn kreeg toestemming de<br />
Graph te bezichtigen en wij maakten daar dankbaar<br />
gebruik van. Wij vonden dat de boot minder leefruimte<br />
bood dan onze boten en de verlichting in de<br />
boot was ook minder dan wij gewend waren, maar<br />
het was een pluspunt dat de officier achter de periscoop<br />
toen al op een stoeltje kon meedraaien met<br />
de periscoop.<br />
De eerste patrouille van de Dolfijn<br />
Na vijf weken oefenen vertrokken we half november<br />
voor onze eerste patrouille richting Golf van Biscaje.<br />
Ons patrouilleterrein lag dicht onder de Noord Westkust<br />
van Spanje. Er voeren veel vissers in de omgeving,<br />
waardoor we op de Asdicgeruispeiller nogal<br />
hinder ondervonden van schroefgeruis waar, zoals de<br />
commandant opmerkte: "er misschien toch ook wel<br />
eens schroefgeruis van een onderzeeboot tussen zou<br />
kunnen zitten!" De Golf van Biscaje was voor Uboten<br />
in 1942 nog een soort Kalverstraat. Zij voeren<br />
pal onder de Spaanse kust gewoon bovenwater van<br />
en naar hun thuishavens.<br />
De commandant kreeg gelijk. Op de eerste dag van<br />
de patrouille hoorden we vroeg in de morgen op de<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
geruispeiler geruis van snel draaiende schroeven en<br />
door de periscoop zagen we een U-boot die recht op<br />
ons af voer. We moesten zelfs de periscoop neerlaten<br />
en uitwijken.<br />
Zodra het mogelijk was vuurden we toch nog 3 torpedo's<br />
op de U-boot af die hun doel echter misten.<br />
Aan boord van de U-boot had men waarschijnlijk<br />
niets van de aanval van de Dolfijn gemerkt, althans<br />
de boot vervolgde normaal zijn weg en door de periscoop<br />
werden manschappen waargenomen die zich<br />
aan dek bevonden. Zodra de U-boot uit zicht was<br />
gingen we voor korte tijd naar de oppervlakte voor<br />
het verzenden van een vijandsmelding in de hoop dat<br />
de U-boot als nog zou worden getorpedeerd door het<br />
"zusterschip" of door een andere boot van ons flottielje.<br />
Tijdens de verdere duur van de patrouille deden<br />
zich geen bijzonderheden voor en begin december<br />
keerden we weer terug naar Holy Loch. Varend<br />
in de Ierse zee bij zwaar weer veroorzaakte overkomend<br />
zeewater enige tijd kortsluiting in de centrale,<br />
die tevens achterbatterij compartiment was, waardoor<br />
enkele omvormers uitvielen. Door vaart te verminderen<br />
konden we de centrale tijdens de verdere<br />
reis droog houden. De Graph die nagenoeg tegelijkertijd<br />
in de Golf van Biscaje opereerde boekte evenmin<br />
successen. Na binnenkomst begonnen we ons af<br />
te vragen wanneer we nu eens naar Dundee zouden<br />
vertrekken.<br />
De Dolfijn naar de Middellandse zee<br />
Wie het gerucht voor het eerst verspreidde weet ik<br />
niet, maar opeens ging het verhaal door de boot dat<br />
de Dolfijn niet Dundee als basis zou krijgen maar Gibraltar.<br />
Aanvankelijk weersprak ik met verve dit gerucht.<br />
Had de commandant van de O-21 mij niet persoonlijk<br />
medegedeeld dat het de bedoeling was, dat<br />
de Dolfijn deel zou gaan uitmaken van het 9 de onderzeebootflottielje<br />
met als basis Dundee? De reden<br />
waarom de Dolfijn niet naar Dundee zou gaan heb ik<br />
pas later vernomen. De commandant voelde n.l. niets<br />
voor patrouilles maken in de Noordzee onder vaak<br />
zeer slechte weersomstandigheden en met een geringe<br />
kans op het boeken van successen. Dit echter in<br />
tegenstelling tot Middellandse zee patrouilles die<br />
meestal onder goede weersomstandigheden plaatsvonden<br />
met reële kansen op het boeken van successen.<br />
Derhalve vroeg de commandant aan de Britse marine<br />
autoriteiten, of zij de Nederlandse marine wilde vragen<br />
de Dolfijn voor "a tour of duty" naar de Middellandse<br />
zee te sturen. De Britse marine autoriteiten<br />
deden dat maar al te graag. Zo’n verzoek kon de Ne-
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 7<br />
derlandse marine moeilijk afwijzen, maar zij waren<br />
er niet blij mee. Het merendeel van de bemanning<br />
verheugde zich evenmin op een (langdurig) verblijf<br />
in de "Miditerranee!" En de Ned. Marine wist al snel<br />
uit welke hoek de wind had gewaaid zoals spoedig<br />
zou blijken. Maar de Britse marine was blij met een<br />
extra boot in de Middellandse zee. Hun onderzeedienst<br />
had sedert de aanvang van de oorlog tot eind<br />
1941, al 31 boten verloren, waarvan velen in de Middellandse<br />
zee. Ook het zusterschip van de Dolfijn, de<br />
"P-48" waarop de commandant een kennismaking<br />
patrouille had gemaakt was tijdens de eerste patrouille<br />
vanuit Gibraltar verloren gegaan. Dat de<br />
Ned. Marine niet blij was met het verzoek van onze<br />
commandant aan de Britten hebben we geweten! We<br />
kregen opdracht om de boot onmiddellijk gereed te<br />
maken voor vertrek naar de Middellandse zee. De<br />
vertrekdatum werd op zo’n korte termijn vastgesteld<br />
dat we hard moesten werken om op tijd gereed te<br />
zijn. Het vertrek was gepland voor dinsdag 22 december,<br />
drie dagen voor Kerstmis.<br />
Het weekend voorafgaande aan het vertrek kregen de<br />
met Britse vrouwen gehuwde bemanningleden nog<br />
een kort weekendverlof, van vrijdagmiddag tot zondag<br />
l.g. Enkele weekendgangers besloten niet op<br />
zondag l.g naar boord terug te keren maar op maandag<br />
e.g! Zij meldden zich pas in de loop van maandag<br />
terug aan boord. Zij hadden erop gerekend daarvoor<br />
gestraft te worden met een paar dagen licht arrest.<br />
Maar de commandant was woedend en gelastte<br />
bij wijze van straf dat de telaatkomers heel de nacht<br />
moesten doorwerken zodat de boot de volgende dag<br />
toch nog op tijd gereed zou zijn voor vertrek. Maar<br />
dat hadden ze er wel voor over!<br />
De gehele nacht sjouwden de telaatkomers door met<br />
het aan boord brengen van waarloo delen etc. Het is<br />
onvoorstelbaar hoeveel reservedelen een onderzeeboot,<br />
die voor langere tijd van huis gaat, moet mee<br />
nemen. De volgende morgen stond de hele gang, van<br />
boegbuiskamer tot centrale vol met dieselonderdelen,<br />
dozen, blikken met gedroogde aardappels en<br />
groenten, kratten enz. Toen het uur van vertrek was<br />
aangebroken gaf de flottielje commandant nog uitdrukkelijk<br />
de order, dat we de Clyde niet mochten<br />
uitvaren vóór alles zeevast was gesjord. Gelukkig<br />
was het voor de Dolfijn van Holy Loch naar open<br />
zee nog enkele uren varen. De dag vóór ons vertrek<br />
werd de Britse seiner ernstig ziek en afgevoerd naar<br />
de wal. Waar haal je zo gauw een andere seiner vandaan?<br />
Nou daar wisten de Britsten wel raad mee. De<br />
seiner van een onderzeeboot die juist was terug gekeerd<br />
van een patrouille werd rechtstreeks overge-<br />
plaatst naar de Dolfijn! Zelden heb ik iemand zo<br />
hartgrondig horen vloeken als die seiner maar hij<br />
ging met ons mee. Overigens werd het een sober<br />
afscheid. Geen Prins Bernhard om ons een goede<br />
reis en een behouden vaart toe te wensen, geen<br />
walploeg of "boot- afduwers". Alleen Captain S.,<br />
commandant van het 3e submarine flottielje kwam<br />
afscheid van ons nemen. En het vooruitzicht de<br />
Kerstdagen buitengaats door te brengen was ook<br />
weinig aanlokkelijk maar daar werd alsnog een<br />
stokje voor gestoken.<br />
Kerstmis vieren langszij het S.S. Nieuw Holland<br />
Na een paar dagen op zee kreeg één van de matrozen,<br />
die met een Brits meisje was gehuwd hevige<br />
pijnen in de onderbuik. Nu had de commandant altijd<br />
een koffertje bij zich met medicamenten. Nadat<br />
de commandant persoonlijk de matroos had onderzocht<br />
en daarbij had geconstateerd dat hij niet simuleerde,<br />
werd hij behandeld met een sulfapreparaat<br />
waardoor de pijn inderdaad afnam. Maar toen<br />
een tweede bemanningslid tijdens slecht weer<br />
kwam te vallen doordat een zeetje de centrale binnenkwam,<br />
en hij vanwege de pijn op dek bleef liggen<br />
besloot de commandant, na verkregen toestemming,<br />
Falmouth binnen te varen.<br />
Beide manschappen gingen van boord en de Dolfijn<br />
moest wachten op vervangers die uit Dundee<br />
moesten komen. Tot onze grote verrassing meerden<br />
wij in afwachting van hun komst af, langszij het<br />
zeer fraaie passagiersschip Nieuw-Holland van de<br />
Koninklijke Pakketvaart Maatschappij (KPM). Het<br />
was een machtig mooi en groot schip dat in vredestijd<br />
met het zusterschip Nieuw-Zeeland een dienst<br />
onderhield tussen Singapore en Australië. Nu deden<br />
beide schepen dienst als troepentransportschip.<br />
(zie 4 ) We maakten al spoedig kennis met de bemanning<br />
van de Nieuw-Holland. Korporaals en<br />
manschappen werden voor drankjes en hapjes uitgenodigd<br />
in de lounge voor de 3 e klasse passagiers.<br />
Voor ons een ongekende luxe, (het schip voer in<br />
vredestijd uitsluitend 1 e en 3 e klasse passagiers).<br />
Twee dagen lang genoten we van de gastvrijheid<br />
van de bemanning. Tegen alle verwachting in vierden<br />
we toch nog binnenliggend, en ieder op zijn<br />
eigen wijze de Kerstdagen al konden of mochten<br />
(?) we niet passagieren. Terugdenkend om welke<br />
reden wij op zo'n korte termijn naar zee waren gestuurd<br />
hadden we ook nog wat leedvermaak!<br />
Op zondag 27 december vertrokken we naar zee<br />
richting Gibraltar. leder had nu zo zijn eigen gedachten.<br />
Wanneer zouden we Engeland weer terug-
Pagina 8<br />
zien of, wanneer zouden we ons eigen landje weer<br />
terugzien? We wisten inmiddels ook dat de oorlog<br />
nog lang zou gaan duren.<br />
1) De namen van de personen van S. , H. en van Z.<br />
zijn bij de redactie bekend. Vóór beëindigding van<br />
de oorlog was van Z. weer bevorderd tot onderofficier.<br />
2) Het complete verslag van de overgave etc van de<br />
U-570 staat vermeld in het Britse "Monthly Anti-<br />
Submarine Report" van 4 e kwartaal 1941.<br />
3) De commandant van de U-333-Peter Cremer<br />
heeft na de oorlog een boek geschreven over<br />
zijn belevenissen getiteld: "U-333 The story of a Uboat<br />
Ace" In dat boek worden de lotgevallen van de<br />
ex U-570 ook beschreven.<br />
4) De Nieuw-Zeeland had een maand tevoren<br />
(november 1942) deelgenomen aan de geallieerde<br />
landingen op de Noord-Afrikaanse kust. Na afloop<br />
terug naar Gibraltar werd het schip getorpedeerd<br />
door de U-380.<br />
JONGENSDROOM<br />
C.van Toor<br />
Oud-opvarende Dolfijn<br />
Zodra de schorre claxonstoot<br />
zich als een rauwe kreet liet horen<br />
-het luik gesloten van de toren-<br />
golfde er spanning door de boot<br />
waarvan ik zorgeloos genoot.<br />
Ik voelde me zelfs uitverkoren<br />
om tot de bemanning te behoren:<br />
matroos bij onderzeedienst-vloot,<br />
waar avonturen, levensgroot<br />
mij reeds als kind voor ogen stonden,<br />
had ik Jules Verne niet verslonden<br />
en kaptein Nemo verafgood?<br />
Hier werd Nautilus werkelijkheid,<br />
alle kortstondigheid ten spijt.<br />
D.A.Bouwmeester<br />
oud torpedomaker 2e klas<br />
a/b van Hr. Ms Zwaardvis<br />
Jeanette Bouwmeester<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
Band of Brothers<br />
Er gaat wel eens een avond voorbij dat er niets op<br />
de TV is. De hedendaagse techniek bied ons de<br />
mogelijkheid je eigen thuisbioscoop te maken, en<br />
dat alles natuurgetrouw overkomt. Gelukkig kon ik<br />
van een vriend zijn DVD verzameling “Band of<br />
Brothers” lenen. Het was een speciale uitgave dus<br />
moest ik er erg voorzichtig mee zijn.<br />
Omdat ik niet gek ben op oorlogsfilms maar meer<br />
van thrillers geniet, ging ik met enige reserve zitten<br />
kijken. Al bij de eerste, van de totaal tien afleveringen,<br />
was ik helemaal om. Het is een product van<br />
Tom Hanks en Steven Spielburg, wat wel enige<br />
kwaliteit aangeeft.<br />
Het verhaal volgt de Easy Compagnie vanaf hun<br />
opkomst als burger tot en met het wachten op teruggaan<br />
naar Amerika na het einde van de tweede<br />
wereldoorlog.<br />
De saamhorigheid die deze compagnie opbouwt<br />
heb ik ook ervaren bij de onderzeedienst. Er was<br />
wel enig verschil, zij zaten in een verschrikkelijke<br />
oorlog en ik ben niet verder gekomen dan zeer realistische<br />
oefeningen.<br />
Het verhaal wordt dusdanig op je netvlies gezet dat<br />
het lijkt of jezelf aan de acties deelneemt. Gewonde<br />
medestrijders voel je bijna als een van je eigen<br />
vrienden. Het meest heeft mij aangesproken de ontdekking<br />
van een concentratiekamp door enkele soldaten<br />
die op patrouille uitgestuurd waren. Wat<br />
moet dit in het echt verschrikkelijk geweest zijn.<br />
Door het zien van deze DVD begrijp ik ook waarom<br />
onze oudere reünisten elkaar steeds weer opzoeken.<br />
Hun angst, verdriet, leed, en geluk heeft<br />
zich afgespeeld in het echt en niet op de bank met<br />
een zoutje.<br />
Will Falkmann.
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 9<br />
Oud zijn met herinneringen<br />
Soms zit ik heel stil in mijn huis<br />
dan vliegen mijn gedachten,<br />
als water over hard plavuis.<br />
Het is alsof ze trachten,<br />
het leven terug te brengen dat,<br />
zo vlug al is vervlogen.<br />
Herinneringen zijn er zat,<br />
maar zonder mededogen.<br />
Weer zit ik angstig daar benee,<br />
in die boot ver onder water.<br />
Het water van die zilte zee,<br />
rondom ons het geklater,<br />
van bommen luid en krachtig.<br />
Alsmaar luider, onder druk,<br />
wij baden GOD almachtig.<br />
Ons leven leek een kort geluk,<br />
weer boven was het prachtig.<br />
De zuivere lucht was water koud,<br />
Traditie en reputatie<br />
In KVO-85 vertelde een zeer oude duikbootman dat hij een eigengemaakt model van zijn oude boot wilde<br />
vernietigen. Voor mijn dood, zei deze Methusalem, want het is mijn boot. De schrijver van dit al of niet<br />
ware maar goede artikel wist hem te overreden het model te zijner tijd aan de traditiekamer te schenken.<br />
Een verdomd goed idee zei de oude man. Daarmee bewijzend dat hij inderdaad al lang met pensioen is.<br />
Mijn gedachten gaan dan naar een ander model in de traditiekamer, dat van Hr. Ms. O-19. U kent het verhaal.<br />
Deze O-19 verdween op klaarlichte dag met vitrine en al, terwijl het geheel bijna 1 m. lang was. Het<br />
stond als blikvanger in de tent tijdens de viering van 95 jaar OZD.<br />
Nu behoren, naar mijn gevoel, traditiekamer, reputatie, marinemuseum en de verzameling van de 3 monumenten<br />
op steiger 19 bij de geschiedenis van de OZD. Op deze monumenten staan 213 plus 2 maal 41 namen,<br />
samen 295 namen van de mannen die hun leven lieten in de jaren 1940-1945. Deze 295 man lieten<br />
ongeveer 350 kinderen achter. Een trouwe groep hiervan bezoekt nog steeds met de weinige nog levende<br />
weduwen de dodenherdenking op 4 mei. Tot 1994 zijn echter veel nabestaanden afgehaakt. Zij waren van<br />
mening dat deze herdenking meer voor de marine dan voor de nabestaanden was. Zij wilden niet als entourage<br />
dienen. De OZD zou hier iets aan kunnen doen door bv. de nabestaanden bij de herdenking te betrekken<br />
door bv. een nabestaande een paar woorden en een kort gebed als opening te laten spreken. Uiteraard<br />
ieder jaar een ander.<br />
Maar ik keer terug op het voor mij moeilijke onderwerp van de O-19. Ik hoop dat u begrijpt dat het gebeurde<br />
voor de trouwe groep een pijnlijke teleurstelling is. In een gesprek met lotgenoten besloten wij pogingen<br />
te wagen om het model op zijn basis terug te brengen. In eerste instantie zonder de naam van de OZD te<br />
beschadigen, dus intern via KVO. Bij deze dus.<br />
Wij willen een vrije aftocht voor de dader(s). Daarom mijn erewoord dat er geen haan naar zal kraaien als u<br />
mijn nummer belt.<br />
Mijn telefoonnummer is: 0251-240117. Ik wil het model in ontvangst nemen, ervan uitgaande dat de<br />
dader(s) in een opwelling handelde(n). De dader(s) moeten maar uitmaken op welke manier. Het is een<br />
goede gewoonte bij de marine om elkaar te “dekken”. Maar het mag nooit te ver gaan.<br />
Ik hoop dat wij voor 1 maart 2004 resultaat hebben. Daarna willen wij het grootschaliger gaan aanpakken.<br />
Zoals u zult begrijpen is de zaak dan niet meer onder de “kousenband”.<br />
F.A.Gommers.<br />
aan een dorstig mens gegeven.<br />
Maar meer dan dat was in het heelal,<br />
het gevoel te mogen leven.<br />
Er dreef olie op de zee.<br />
Doormans vloot was verloren,<br />
2000 man dood op de ree.<br />
Wij zouden dat later horen.<br />
Aart Hopman, Fred Gommers en de Bantambaai.
Pagina 10<br />
Mokken<br />
Op de onderzeeboten van de KM wordt sinds jaar en<br />
dag veel koffie gedronken. Dat mag bij een ieder bekend<br />
zijn. De drank wordt op zee gratis verstrekt en<br />
is continu beschikbaar. Vierentwintig uur per dag<br />
staat er in de kombuis een percolator, (groot koffiezet<br />
apparaat) gevuld met meestal “verse” koffie, paraat.<br />
Tijdens de wacht is er zelfs speciaal iemand<br />
aangewezen om op gezette tijden ronden te lopen<br />
langs alle werkplekken om iedereen van koffie te<br />
voorzien, de zeun.<br />
Koffie is voor de gemiddelde marineman zo onontbeerlijk,<br />
dat hij zodra hij op post is, begint met bellen<br />
waar de koffie blijft. Dit vaak tot grote ergernis<br />
van de zeun. Liters koffie worden er door de 60 man<br />
aan boord weggeslobberd.<br />
De koffie moet natuurlijk wel ergens uit gedronken<br />
worden. Geen keurige porseleinen koffiekopjes met<br />
zeer fragiele oortjes zoals ze bij moeders thuis zijn te<br />
vinden. Nee de marineman wil als hij koffie krijgt,<br />
gelijk een “hele sloot”. En geen “Haags” bakkie.<br />
Hier herkennen we de ware koffie drinker onder de<br />
marine mannen. De echte marineman heeft, zoals<br />
een kleuter zijn troetelbeer, zijn eigen mok. Overal<br />
sleept hij het ding mee naar toe. Van plaatsing naar<br />
plaatsing wordt het meestal tot relikwie verworden<br />
eigendom mee genomen. Soms zijn het grappige<br />
mokken en soms zijn het relatie geschenken van in<br />
het buitenland ontmoette collega’s. Soms zijn het<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
ook geschenkjes van vrouw en/of kinderen of souvenirs<br />
uit favoriete havens. Zo kennen de meeste<br />
mokken wel een verhaal.<br />
Als de mok sneuvelt, doordat hij op het zeetje net<br />
even te laat werd opgevangen, is de eigenaar<br />
meestal dagen ontroostbaar. Hij zal dan de rest van<br />
de reis moeten drinken uit de anonieme, door de<br />
marine verstrekte, mokken. Wat is er mis met de<br />
marinemokken hoor ik velen van u denken. Eigenlijk<br />
helemaal niets, of eigenlijk van alles!<br />
De meeste eigenaars van een eigen mok wassen het<br />
ding niet. Met de lijfspreuk “koffie is koffie” wordt<br />
het ding dagelijks diverse keren gevuld, maar echter<br />
zelden schoongemaakt. Aan de binnenkant van<br />
de mok hecht zich keer op keer een klein laagje cafeïne<br />
houdend laagje koffie. Een echte marinemok<br />
ziet aan de binnenkant dan ook zwart van oude vieze<br />
koffie. Dit vaak tot ergernis van vrouwen die dit<br />
een smerig gezicht vinden. Zo was ik ooit geplaatst<br />
op een bureau waar veel vrouwelijke matrozen<br />
dienst deden. We werkten daar in ploegendienst.<br />
De chef des bureaus had een mok zoals eerder beschreven.<br />
Hij koesterde het ding want er zat nog<br />
koffie in die gedronken was op de Hr. Ms. Tonijn.<br />
Elke avond voordat hij naar huis ging plaatste hij<br />
zorgvuldig zijn mok in zijn bureaulade en haalde<br />
hem daar ’s morgens weer uit om hem te laten vullen<br />
met het zwarte goud. Een moment van onachtzaamheid<br />
en op een avond bleef de mok op zijn bureau<br />
staan. Een van de vrouwelijke matrozen zag<br />
het ding staan en dacht; “ik zal de chef eens verwennen.<br />
Ik maak dat vette ding eens lekker<br />
schoon”. De mok werd grondig met een bekend<br />
schuurmiddel behandelden zag er weer uit alsof hij<br />
zo uit de winkel kwam. Net zo wit als de binnenkant<br />
van de mok nu was, zo wit werd het gezicht<br />
van de chef toen hij de volgende morgen zijn mok<br />
zag. “Wie heeft mijn mok schoon gemaakt?!?” ,<br />
was het enige dat hij uit kon brengen. Met een trotse<br />
glimlach melde de matroos zich in afwachting<br />
van een compliment. Er volgden nog wat woorden<br />
die ook toen al niet netjes waren. Het meisje begreep<br />
er niets van en verdween in stilte naar huis.<br />
Ook de chef was de rest van de dag lichtelijk van<br />
streek. Hij besefte wel dat het meisje het goed bedoeld<br />
had, maar zijn koffie smaakte nooit meer zo<br />
lekker als daarvoor.<br />
De Observer<br />
Periscopy 12
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 11<br />
J.J. Aling
Pagina 12<br />
Hr. Ms. Dolfijn<br />
F. van der Zee oudste officier<br />
Radar en Sonar beeldkasten<br />
Ook tandenpoetsen hoort erbij<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
F. van Driel com. Hr. Ms. Dolfijn<br />
Doorkijkje naar echolood<br />
Duiken nabij kade<br />
Werken<br />
Hr. Ms Dolfijn met<br />
M. van Oosten chef voortstuwing
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 13<br />
Kijkje op de batterij<br />
Kijken wat de post schaft<br />
Er is er een jarig hoera hoera<br />
Oefening met mariniers<br />
R. van der Gaag systeem verantw. Off.<br />
Concentratie bij roerganger<br />
Studeren in eigen tijd<br />
Einde oefening<br />
TV opnamen “RVU Educatieve Omroep” 04-11-2003
Pagina 14<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong>
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 15<br />
Beter laat dan …<br />
Kort geleden werd de familie van Duijn in Punta Gorda, Florida, blij verrast door een bezoek van de NL<br />
Consul en zijn echtgenote in Orlando. Zij kwamen de heer Neil van Duyn namelijk de versierselen behorend<br />
bij het Mobilisatie-Oorlogskruis opspelden, een teken van waardering waar velen lang op hebben gewacht.<br />
Deze bijzondere gebeurtenis heeft de volgende vraag opgeroepen:<br />
Zijn er misschien nog mannen die zich onze inzet nog herinneren. Het gaat om de mensen die zich dit nog<br />
goed herinneren en daar eventueel nog foto’s van hebben, daar zou ik graag mee in contact willen komen<br />
om het oude plaatje rond te maken. Het gaat om de Zeehond, waar mijn man ongeveer 6 maanden op heeft<br />
gevaren. Daarna is hij naar Ierland gegaan om de O-27 op te halen en deze naar Dundee gebracht. Vanuit<br />
Dundee zijn de O-27 en de Dolfijn naar Rotterdam gevaren in juni 1945.<br />
Ook is de opleiding gevolgd in Londen op de kanonneerboot Soemba, waarna plaatsing bij de <strong>Onderzeedienst</strong><br />
in Dundee, Schotland volgde.<br />
Dus, wanneer iemand daar nog iets over heeft, dan willen we dit graag weten.<br />
Bij voorbaat hartelijk dank.<br />
Clazien Hulshof van Duijn<br />
4077 Lacosta Island cT<br />
Punta Gorda<br />
33950 Florida<br />
U.S.A.<br />
Geachte redactie<br />
Hierbij een foto van de O-27 en de Dolfijn P-47. Ik geloof dat het ongeveer eind mei 1945 was. Wij waren<br />
de eerste onderzeeërs die na de oorlog in Nederland aankwamen. Dezelfde foto is genomen aan de Parkkade<br />
in Rotterdam. Daar hebben we ongeveer een maand gelegen zodat iedereen met verlof kon. Ik ben de<br />
matroos die onder de loop van het kanon zit. Die met een witte trui aan heet Jan van Braal. De meeste namen<br />
ben ik vergeten. Na het verlof zijn we weer teruggekeerd naar Dundee Scotland. Het beste voor u allen<br />
toegewenst uit het zonnige Florida.<br />
Yours<br />
Niel van Duyn
Pagina 16<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
MARINEHULP BIJ WATERSNOODRAMP GEBOEKSTAAFD<br />
'Operatie Noach. De, hulpverlening door de<br />
Koninklijke Marine en de Watersnoodramp van 1953’<br />
telt 120 bladzijden en vele foto's. Het is uitgegeven bij<br />
het Instituut voor Maritieme Historie in Den Haag en<br />
kost tien euro. ISBN 9071957365<br />
DEN HAAG - Naast de slachtoffers kende de<br />
Watersnoodramp van 1953 ook duizenden veelal<br />
anonieme redders en hulpverleners. Dag en<br />
nacht waren zij in de weer om mensen en vee in<br />
veiligheid te brengen en het verder oprukken<br />
van het water te stoppen. Zo heeft het personeel<br />
van de Koninklijke Marine veel werk verzet in<br />
het rampgebied. Als blijk van waardering voor<br />
de inzet van alle marinemensen hebben Adri P.<br />
van Vliet en Willem J.J. Geneste die prestaties<br />
in woord en beeld vastgelegd in het boek<br />
‘Operatie Noach, De hulpverlening door de Koninklijke<br />
Marine en de Watersnoodramp van<br />
1953.’<br />
“Bij een geval bleek een man ontzettend zwaar te<br />
zijn, hetgeen ik kon zien aan de inlaatdrukmeter<br />
van de motor, die aangaf hoeveel vermogen nodig<br />
was om de helikopter niet te laten zakken onder<br />
de last. Bij het aan boord komen bleek hij<br />
een paar geldbuidels vol zilveren rijksdaalders<br />
om zijn middel te hebben en bovendien zaten alle<br />
zakken van zijn jas ook nog vol. Nadat we<br />
hem hadden afgezet, ontdekten wij dat hij in zijn<br />
zenuwachtigheid een deel van het geld in de helikopter<br />
had achtergelaten.<br />
Wij hebben het aan een politieagent afgegeven en ik hoop maar dat hij zijn spaarcenten heeft teruggekregen”,<br />
vertelt schout-bij-nacht Vlieger b.d. R.J. Idzerda in het boek over een redding. “Ook was er een man<br />
die met de lus (sling) geen raad wist en het ding gewoon vasthield, maar halverwege kon hij het niet meer<br />
houden en viel ruggelings in het water. Helaas konden wij door een aantal bomen niet meer bij hem komen.<br />
Bovendien waren op die plaats talloze anderen die hoog nodig uit bun benarde positie moesten worden gered.”<br />
Zo staan er veel meer verhalen in Operatie Noach. Het boek gaat uitgebreid in op het werk van de marine<br />
tijdens deze ramp. De eerste hulpacties en de rol van het Korps Mariniers worden besproken, maar ook is<br />
er ruimte voor de afsluiting van de hulpverlening door de marine en de gevolgen van de watersnoodramp.<br />
De schrijvers laten geen detail onbesproken. Ze beschrijven zelfs de inzet van andere krijgsmachtdelen en<br />
de buitenlandse hulp. De tekst in het boek wordt versterkt door de korte getuigenverslagen van verschillende<br />
mariniers. De vele fraaie foto's maken het boek tot een compleet en zeer boeiend naslagwerk.<br />
Mocht u het boek niet in de winkel kunnen kopen / bestellen, stuur dan een briefje naar :<br />
Instituut voor Maritieme Historie<br />
Jan van Nassaustraat 112<br />
2596 BW Den Haag<br />
Defensiekrant 9 oktober 2003
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 17<br />
Zoektocht K-XVI Zuid-Chinese Zee (KVO 85)<br />
Hierbij vraag ik gaarne uw aandacht voor het feit dat dit wrak reeds is gevonden (gelokaliseerd) tijdens het<br />
duiken van Australiërs in 1989 en door een team van de BSac dive club 758 (Tanglin Club – Singapore) in<br />
1990. Ik was hier toen lid van.<br />
Het wrak werd niet geïdentificeerd op naam of nummer, maar was wel duidelijk herkenbaar als wrak van een<br />
onderzeeboot, waarbij gedacht werd aan een Nederlandse boot (op aanwijzing naar aanleiding van de Japanse<br />
landing op Kote Baru en boven watervarend op een mijnenveld gelopen.<br />
Het wrak ligt op ongeveer 48 meter diepte. Het voorste gedeelte van de romp ontbreekt, de toren en toegang<br />
waren herkenbaar, een open luik werd aangetroffen achter de toren ten opzichte van het restant van de opbouw.<br />
Er werd tijdens het duiken veel hinder ondervonden van een sterke stroming en hierdoor werd de tijd die bij<br />
het wrak kon worden doorgebracht beperkt tot 11 minuten.<br />
Ik denk dat ik de eerste Nederlander was die op dit wrak mocht duiken en als oud-onderzeebootman was dit<br />
een bijzondere ervaring en tevens behoorlijk emotioneel.<br />
Ik heb ook gedoken op het Japanse wrak dat genoemd werd in het artikel in KVO 85.<br />
Graag vraag ik hierbij ook aandacht voor het feit dat er een wrak van een Australische onderzeeebootjager ligt<br />
in de monding van de Lipis Rivier, die is gezonken na te zijn getroffen door kanonvuur van een Japanse kruiser<br />
in 1941.<br />
De 3 Yarrow type A-frame ketels waren duidelijk zichtbaar. Het wrak was zwaar beschadigd en verroest.<br />
De schrijvers van dit artikel kunnen mogelijk contact opnemen met de BSac Dive club van de Tanglin Club in<br />
Singapore, die volgens mijn beste weten nog steeds bestaat.<br />
Hartelijke groet<br />
Hans van Hooft (AKA Hassan van de Guppies)<br />
hans@vanhooft.fslife.co.uk<br />
Aankondiging Reünie 2004<br />
Noteer alvast in uw nieuwe agenda.<br />
Reünie en ALV zal op 20 april 2004<br />
in Kumpulan Bronbeek (Arnhem)<br />
gehouden worden.<br />
Wij rekenen weer op uw aanwezigheid.
Pagina 18<br />
Nieuwsberichten<br />
Onthulling monument voor vredesoperaties<br />
25-10-2003<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
Staatssecretaris van Defensie Cees van der Knaap<br />
heeft vrijdag (24 oktober) in Roermond het<br />
monument onthuld voor militairen die tijdens vredesoperaties<br />
om het leven zijn gekomen. Hij deed dit<br />
samen met mevrouw Van Rijn, die haar zoon verloor<br />
in Libanon, en René Dekker, een veteraan die in Srebrenica<br />
diende. Voorafgaande aan de onthulling<br />
hielden alle drie een toespraak waarin ze te kennen<br />
gaven blij te zijn met het lang verwachte monument.<br />
Na de onthulling ontvlamde de toorts in de handen<br />
van de godin Irene, onderdeel van het gedenkteken.<br />
De onthulling werd speciaal op deze dag gehouden, omdat het dan United Nations Day is, de viering van<br />
de officiële oprichtingsdatum van de Verenigde Naties. In naam van de VN zijn talloze vredesoperaties uitgevoerd.<br />
Met het monument gedenkt Nederland de 158 militairen die sinds het begin van de Korea-oorlog<br />
tijdens of als gevolg van een vredesoperatie om het leven zijn gekomen. Sedert 1950 zijn meer dan 50.000<br />
Nederlanders uitgezonden geweest naar crisisgebieden over de hele wereld. Op dit moment zijn meer dan<br />
tweeduizend Nederlandse militairen actief in Irak, Bosnië en Afghanistan.<br />
• Het nieuwe gedenkteken is gelegen in het stadspark “Hattem”, direct naast het Nationaal<br />
Indië-monument. De Limburgse kunstenaars Wynand Thönissen en Dick van Wijk zijn bij<br />
het ontwerp ervan uitgegaan van de symbolische betekenis van het begrip “vrede”. Dat<br />
heeft geleid tot een bronzen beeld van de godin Irene, die in de historische iconografie de<br />
verpersoonlijking is van de vrede. Zij “zetelt” in een soort globe, die de wereldomvattende<br />
taak van de VN symboliseert. Het monument voor de omgekomen militairen in vredes- en<br />
andere humanitaire missies wordt gecompleteerd door een rij wachters die op de “wal” er<br />
tegenover in een driehoek gegroepeerd<br />
staat. Zij symboliseren de militairen als<br />
beschermers tegen negatieve invloeden<br />
en als waarborgers van de rechten van<br />
de mens. Een van de wachters valt, dit<br />
om aan te geven dat er ook militairen<br />
sneuvelen tijdens vredesoperaties.<br />
(foto’s: Hennie Keeris)
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 19<br />
Toespraken<br />
Onthulling monument voor vredesoperaties<br />
25-10-2003<br />
TOESPRAAK VAN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE C. VAN DER KNAAP TER GELE-<br />
GENHEID VAN DE ONTHULLING VAN HET MONUMENT VOOR VREDESOPERATIES TE<br />
ROERMOND, 24 OKTOBER 2003<br />
Dames en heren, ik wil deze toespraak beginnen met een citaat:<br />
“Vannacht heb ik lang wakker gelegen. Ik kreeg de ogen van de man die we gisteren tijdens onze patrouille<br />
hebben ontmoet maar niet uit mijn hoofd. Totaal leeg en emotieloos, zo keek hij. Toen hij met ons sprak,<br />
lachte hij, maar zijn ogen deden niet mee. Hij keek me aan en toch ook weer niet; hij keek door me heen,<br />
alsof hij geen mens tegenover zich had. Hij had veel meegemaakt, veel gevochten, doden gezien, en zelf gedood,<br />
dat was wel duidelijk. In die ogen zag ik iets van de gruwelijkheid van die waanzinnige oorlog die<br />
zich hier heeft afgespeeld.”<br />
Zomaar een fragment uit een brief van een Nederlandse militair die voor een vredesmissie in Bosnië zat.<br />
Een fragment dat laat zien hoe uitgezonden militairen vaak indrukwekkende ervaringen meemaken. Het is<br />
moeilijk je daar vanuit het keurig aangeharkte en geregelde Nederland een voorstelling van te maken. Het<br />
menselijk leed waar onze militaire tijdens of kort na gruwelijke oorlogen mee worden geconfronteerd laat<br />
daarom niet zelden diepe sporen na. Korea, Libanon, Angola, Voormalig Joegoslavïe, Cambodja, Eritrea,<br />
Afghanistan, Irak, het zijn verscheurde landen met onvoorstelbaar menselijk leed. Het zijn ook landen waar<br />
Nederlandse militairen onvoorstelbaar veel goeds hebben gedaan, waar Nederlandse militairen zich hebben<br />
ingezet voor vrede en voor hun medemens. Helaas ging hun inzet soms gepaard met grote offers, met de<br />
hoogste prijs.<br />
Dames en heren, veteranen en nabestaanden,<br />
Vandaag zijn wij bijeengekomen om met u die offers te gedenken, om stil te staan bij de gevolgen van<br />
deelname aan vredesoperaties, maar vooral om onze gevallen militairen te herdenken. Met de onthulling<br />
van het monument voor vredesoperaties willen wij uitdrukking geven aan de bijzondere plaats die ook deze<br />
veteranen verdienen in de Nederlandse geschiedenis. Met dit gedenkteken doen wij – Regering en samenleving<br />
- recht aan hun inspanningen. Het monument is daarom zowel een gedenkteken als ook een teken van<br />
erkenning.<br />
De geschiedenis van gedenken en erkennen heeft in ons land een grillig verloop gekend. Neem het eerbetoon<br />
aan de Nederlandse militairen en oud-verzetsstrijders van de Tweede Wereldoorlog. Al snel na de bevrijding<br />
in 1945 werd dit eerbetoon - in de vorm van monumenten, herdenkingen en bevrijdingsdefilés -<br />
gemeengoed. Terecht. Nu, bijna zestig jaar later, is het eerbetoon voor de veteranen van de Tweede Wereldoorlog<br />
nog steeds springlevend.<br />
Hoe anders verging het de veteranen uit Indië en Nieuw-Guinea. Zij konden bij hun terugkeer in Nederland<br />
in de jaren vijftig en zestig vooral rekenen op desinteresse, zowel van de zijde van de overheid als van de<br />
samenleving. Ook de Korea-veteranen, die tussen 1950 en 1954 deel uitmaakten van één van de eerste VNoperaties,<br />
ondervonden een gebrek aan publieke aandacht en erkenning. Nederland stond in het teken van<br />
de wederopbouw, op verhalen over de oorlog in Indië of Korea zat niemand te wachten. Het was een tijd<br />
van aanpakken en niet van luisteren.<br />
De veteranen van toen hebben tientallen jaren de waardering en erkenning moeten ontberen voor hun inzet<br />
en voor de offers die zij in Nederlandse dienst hebben gebracht. Met grote vasthoudendheid hebben de In-
Pagina 20<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
dië-veteranen in de jaren zeventig en tachtig die waardering en erkenning stap voor stap bevochten. Met de<br />
onthulling van het Nationaal Indië-monument in 1988 op deze plek, werd hun alsnog een langverwacht en<br />
zeer verdiend eresaluut gebracht.<br />
Vandaag, op de verjaardag van de Verenigde Naties, zijn wij bijeen gekomen om de gevallen veteranen die<br />
sinds Korea hebben gediend te eren, die zich hebben ingezet voor het herstel en de handhaving van de vrede<br />
in zowel VN-operaties als andere internationale missies. Het monument, dat ik zo dadelijk mag onthullen,<br />
vormt een plek van bezinning en stilte voor nabestaanden van de Nederlandse slachtoffers van die vredesoperaties,<br />
voor de jonge veteranen en voor allen die hun respect willen betonen jegens de militairen die<br />
zich hebben ingezet voor de internationale vrede en veiligheid.<br />
Sinds 1950 zijn ongeveer 50.000 Nederlandse militairen uitgezonden geweest naar crisisgebieden over de<br />
gehele wereld. Dit aantal groeit nog steeds als gevolg van het Nederlandse beleid om de internationale vrede<br />
en veiligheid actief te bevorderen. Zo zijn op dit moment meer dan 2000 Nederlandse militairen in<br />
dienst van de vrede uitgezonden naar landen als Bosnië, Irak of Afghanistan. Ruim 150 Nederlandse militairen<br />
zijn echter niet levend teruggekeerd van hun vredesoperatie. Ruim 150 families, waaronder de familie<br />
van Kees van Rijn , dragen het verlies van hun dierbare met zich mee.<br />
Ook zijn er Nederlandse militairen met een verwonding of ziekte teruggekeerd van één van de talrijke<br />
vredesmissies waaraan Nederland heeft deelgenomen. Weer anderen ontwikkelden later alsnog<br />
lichamelijke klachten of mentale problemen als gevolg van de uitzending. In de zorgverlening bij Defensie<br />
en het Veteraneninstituut zien we bovendien hoe de impact van zo´n uitzending ook de relatie met de<br />
naaste omgeving, partners, gezin, familie en vrienden kan belasten.<br />
Zo moet ik nog vaak terug denken aan de sergeant die ons ongenadig drilde tijdens mijn militaire opleiding<br />
in 1970 hier in Roermond. Ik was gelegerd in de Ernst Casimir kazerne. Mijn sergeant was een echte<br />
Korea-veteraan en soms liet hij zich uit over die moeilijke tijd. Hij beschreef me de angst waardoor de<br />
Nederlandse militairen ´s nachts maar moeilijk de slaap konden vatten. Angst, aangezien het regelmatig<br />
voorkwam dat Noord-Koreaanse strijders ´s nachts door de linies glipten om slapende Nederlandse<br />
soldaten in hun slaap te verrassen. Hij sliep dan ook met het wapen op de borst, gespannen als een veer en<br />
continu alert. Dat gevoel, die angst, achtervolgde hem bijna 20 jaar later nog. Zo moest zijn vrouw beloven<br />
hem nooit zomaar in zijn slaap wakker te schudden. Hij was bang voor zijn eigen reactie, voor de<br />
gevoelens die vanuit zijn onderbewustzijn nog altijd zijn handelen konden beïnvloeden.<br />
Emoties, spanningen en ervaringen kunnen dus jaren later niet alleen de veteraan, maar ook diens<br />
omgeving achtervolgen.<br />
Voor de militair of veteraan met mentale problemen is het dikwijls moeilijk te beoordelen hoe allerlei<br />
ingrijpende ervaringen doorwerken in het leven na de uitzending. Voor de kinderen van uitgezonden<br />
militairen is “papa na zijn thuiskomst anders geworden”. Het herstel van ernstige mentale verwondingen<br />
verloopt vaak langs een onzekere route, traag en zonder garantie op succes. Een aparte tekst op dit<br />
monument vraagt hiervoor aandacht. Aandacht voor hen die psychisch beschadigd zijn geraakt door<br />
deelname aan een uitzending en aandacht voor diegenen die als gevolg daarvan geen uitweg meer zagen in<br />
hun leven.<br />
Dames en heren,<br />
Niet iedere militair accepteert van zichzelf dat hij of zij kwetsbaar is. Het is vaak moeilijk om over<br />
emotionele ervaringen te praten, want een militair is daar niet voor opgeleid en is daar niet mee vertrouwd.<br />
Veel veteranen zoeken uit zichzelf dan ook geen steun. Bovendien ervaren zij weinig belangstelling of<br />
begrip bij collega’s en vrienden en zelfs bij familieleden of hulpverleners. Hierdoor kan een gevoel van<br />
miskenning en isolement ontstaan. Vaak, te vaak, vinden veteranen alleen enige steun bij kameraden of<br />
lotgenoten. De bevordering van een cultuur waarin er ruimte is voor emotionele ervaringen, is daarom van
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong> Pagina 21<br />
belang voor het gezin van de veteraan, voor de doeltreffendheid van de veteranenzorg en voor de<br />
defensieorganisatie in haar geheel. Daarbij zijn erkenning, waardering en zorg steeds opnieuw de<br />
sleutelbegrippen.<br />
De erkenning van en de waardering voor veteranen zijn ook sleutelbegrippen bij de jaarlijkse Nederlandse<br />
veteranendag die op 29 juni 2005 voor het eerst wordt georganiseerd. Op de verjaardag dus van de<br />
bekendste Nederlandse veteraan, Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard. De Nederlandse<br />
veteranendag gaat bijdragen tot de maatschappelijke erkenning van alle veteranen, door de samenleving<br />
nauwer te betrekken bij het werk van “onze mannen en vrouwen” in oorlogs- en conflictgebieden, vroeger<br />
én nu.<br />
Dames en heren,<br />
Het monument voor vredesoperaties voorziet in de behoefte van latere generaties veteranen om hun<br />
gevallen kameraden te herdenken. Ik wil de Limburgse kunstenaars Wynand Thönissen en Dick van Wijk<br />
complimenteren met het prachtige ontwerp. Het monument toont Irene, de godin van de vrede. Zij wordt<br />
beschermd door een aantal wachters, die symbool staan voor onze uitgezonden militairen. De gevallen<br />
wachter maakt ons duidelijk dat dit belangrijke werk niet zonder risico is. Dat sommigen voor hun inzet<br />
helaas de hoogste prijs betalen.<br />
Met de keuze voor deze plek, op een steenworp afstand van het Indië-monument, wordt bovendien een<br />
brug geslagen met eerdere generaties veteranen. Naast duidelijke verschillen in achtergrond en ervaringen<br />
van oude en jongere veteranen, zijn er ook belangrijke overeenkomsten. Zo is er de gemeenschappelijke<br />
behoefte aan maatschappelijke erkenning en waardering voor hun inzet en voor de gebrachte offers in<br />
Nederlandse dienst. Daarnaast is er de niet altijd onderkende behoefte aan goede zorg en contacten met<br />
lotgenoten. Bij een deel van onze veteranen blijft die behoefte bestaan, soms nog vele jaren ná de<br />
uitzending. Veteranen – van welke generatie of missie ook – moeten dan ook kunnen blijven rekenen op<br />
onze zorgverlening.<br />
Dit bijzondere monument voor vredesoperaties dient echter bovenal de nagedachtenis in ere te houden van<br />
hen die niet zijn teruggekeerd. Zij hebben het grootst denkbare offer gebracht voor de internationale vrede<br />
en veiligheid.
Pagina 22<br />
Geachte redactie,<br />
Huron<br />
6-17-03<br />
Langs deze weg doet het mij een genoegen u mijn<br />
hartelijke dank te betuigen voor het KVO-84.<br />
Dit blad gaf mij een trill te lezen dat er goed<br />
gezocht wordt naar oude verloren boten.<br />
Nog twee en ze zijn allemaal terecht. Een saluut voor<br />
dit werk.<br />
Het is een fantastische uitgave. Mijn echtgenoot<br />
Nancy en ik waren aanwezig op de 2002 Reünie<br />
van Hr. Ms. Walrus; als eerste bemanningslid te<br />
Brombeek.<br />
We hopen dat het mogelijk zal zijn om het<br />
100 jaar bestaan van de OZD bij te wonen.<br />
Zelf ben ik een associate shipmate van de U.S.N onderzeedienst.<br />
Ik was een bemanningslid van Hr. Ms. O-21, O-23<br />
en de Walrus 1945-1955.<br />
Verliet de marine per april -’55.<br />
Mijn naam is Frits Kalsbeek KPL.Electr. Monteur.<br />
Tot mijn spijt las ik dat mijn oude vriend C.W. Fredericks<br />
is overleden.<br />
Hartelijke groet,<br />
Frits Kalsbeek<br />
Klaar Voor Onderwater <strong>86</strong><br />
November<br />
Als ik naar buiten kijk zie ik alleen maar kale bomen,<br />
hier en daar probeert een berk wanhopig zijn<br />
blaadjes vast te houden. De velden zijn vaal groen<br />
geworden en het sopperigheidgehalte is hoog. Zonder<br />
laarzen wordt een wandeling een crime dus snel<br />
aangetrokken, warme jas aan en hup naar buiten.<br />
De honden springen opgewonden tot aan je schouders<br />
en zijn blij dat ze weer mogen rennen. Het is<br />
net vijf minuten droog en hoewel het koud is ruikt<br />
het heerlijk fris. Het is ook nog vroeg, even voor<br />
acht uur, de dag is net geboren.<br />
Wat een luxe, vandaag een vrije dag, niet naar het<br />
werk maar gewoon genieten van het moment. We<br />
zwerven wat door het bos en plotseling blijven we<br />
alle vier stil staan, de twee honden, ikzelf en een<br />
ree. We kijken elkaar aan, zeker een minuut staan<br />
we allemaal doodstil. Het is een prachtig dier, egaal<br />
bruin met grote ogen. Ik kan haar wimpers zien zo<br />
dichtbij staan we. Dan plotseling is de betovering<br />
verbroken, de honden kunnen zich niet langer beheersen.<br />
Hoewel we het hen geleerd hebben dat<br />
reeën en herten taboe zijn wordt dit ze toch te gek.<br />
Het dier springt gracieus weg en slalomt tussen de<br />
bomen er vandoor. De honden er achteraan en meewarig<br />
kijk ik ze na in de wetenschap dat ze het toch<br />
niet te pakken krijgen, ze zijn veel te langzaam.<br />
Nog nagenietend loop ik naar huis, hè dat was echt<br />
een cadeautje.<br />
Dick de Jong