MONUMENTENWANDELING PURMEREND - Gemeente Purmerend
MONUMENTENWANDELING PURMEREND - Gemeente Purmerend
MONUMENTENWANDELING PURMEREND - Gemeente Purmerend
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
1<br />
<strong>MONUMENTENWANDELING</strong><br />
<strong>PURMEREND</strong><br />
12 SEPTEMBER 2009
Achterdijk bij nr. 16<br />
Natuurstenen poortomlijsting met pilasters en een<br />
getoogde kroonlijst met wapenschild, XVIII A.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
2
Gedempte Singelgracht 16<br />
Openbare lagere school (later school voor Christelijk<br />
Nationaal Onderwijs) gebouwd van 1921-1922 op<br />
de plaats van de afgebroken Franse school.<br />
Ontworpen door architect Cornelis Koning, architect<br />
te <strong>Purmerend</strong>, in opdracht van B&W van <strong>Purmerend</strong>.<br />
In 1952 werd de school uitgebreid met een<br />
achtste lokaal achteraan op de eerste verdieping<br />
(linksboven aan de Kanaalstraatzijde).<br />
Op nagenoeg rechthoekig grondplan opgetrokken<br />
schoolgebouw van twee bouwlagen onder een plat<br />
dak. Tot halverwege de begane-grondvensters zijn<br />
de voor- en linkerzijgevel uitgevoerd in staand metselwerk<br />
van paarsbruine verblendsteen in Vlaams<br />
verband met terugliggende voeg en daarboven in<br />
oranjerode verblendsteen waalformaat in Vlaams<br />
verband met enigszins verdiepte voeg.<br />
De achter- en rechterzijgevel zijn geheel opgetrokken<br />
in het laatstgenoemde metsel- en voegwerk.<br />
Boven de kalven van de verdiepingsvensters wordt<br />
het metselwerk van de linkerzij- en achtergevel ver-<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
levendigd door twaalf uitkragende metsellagen van<br />
paarsbruine baksteen en, evenals de rechterzijgevel,<br />
afgesloten door een gemetselde bovenrand van<br />
dito baksteen.<br />
De vensters in de voor- en linkerzijgevel hebben<br />
zware lekdorpels van basaltlava; de lekdorpels in de<br />
rechterzijgevel zijn uitgevoerd in paarsbruine verblendsteen.<br />
De gerende voorgevel (ZO) heeft zowel op de begane<br />
grond als de eerste verdieping twee kruisvensters<br />
voorzien van vierruits onderramen en tweeruits<br />
bovenlichten (de bovenlichten op de verdieping waren<br />
vermoedelijk voorzien van een ruitvormige roedenindeling).<br />
Rechts bevindt zich een portiek geflankeerd door<br />
halfrond uitgemetselde wanden waarboven in<br />
dwarsdoorsnede gekeperde lisenen die zich tot bovenaan<br />
de gevel voortzetten en daar bekroond worden<br />
door een halfronde deksteen van basaltlava.<br />
Het tussenliggende geveldeel telt boven de portiek<br />
drie vierruits bovenlichten en op de eerste verdieping<br />
drie hoge drieruits vensters waarboven gekeperd<br />
siermetselwerk en een tudorboogvormige top<br />
van staand metselwerk.<br />
De penanten tussen de vensters boven de ingang<br />
zijn bekleed met gepotdekselde rode tegels. Het<br />
portiek heeft een hardstenen vloer en een aan getrapt<br />
vormgegeven duimgehengen afgehangen dubbele<br />
paneeldeur van blankgelakt eikenhout met<br />
sierbeslag.<br />
Links van de ingangspartij is de voorgevel evenals<br />
het rechter deel van de linkerzijgevel minder hoog<br />
opgetrokken, bovenaan bekleed met gepotdekselde<br />
rode tegels en voorzien van een kwartrond gemetselde<br />
stompe hoek. In het aansluitende rechter gedeelte<br />
van de aan de Kanaalstraat gelegen linkerzijgevel<br />
(ZW) bevindt zich beneden en boven een<br />
kruisvenster als in de voorgevel.<br />
3<br />
De ruiten van de vierruits bovenlichten in het verdiepingsvenster<br />
zijn nog voorzien van diagonale roeden.<br />
De linkerzijgevel heeft verder zowel op de begane<br />
grond als de eerste verdieping drie paar kruisvensters<br />
voorzien van vierruits openslaande onderramen<br />
en vierruits bovenlichten (valramen).<br />
De muurdam in het midden van elk vensterpaar is in<br />
dwarsdoorsnede gekeperd en bekleed met rode<br />
tegels. In het enigszins risalerende linker gedeelte<br />
van de gevel bevindt zich zowel beneden als boven<br />
een breed liggend venster samengesteld uit vier<br />
vierruits onderramen (twee openslaande waartussen<br />
twee vaste) en vier vierruits bovenlichten (valramen).<br />
De sobere rechterzijgevel (NO) is voorzien van<br />
meerdere gevelsprongen, achttien vierruits wcraampjes,<br />
vijf kruisvensters waarin vierruits ramen,<br />
en een venster met een zesruits onder- en bovenraam.<br />
De achtergevel (NW) is gesloten. Het interieur verkeert<br />
nog grotendeels in de oorspronkelijke staat.<br />
Het schoolgebouw is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard<br />
gebleven openbare lagere school uit het eerste<br />
kwart van de 20ste eeuw, opgetrokken in de stijl<br />
van de Amsterdamse School.<br />
Vanwege de beeldbepalende ligging op de hoek van<br />
de Gedempte Singelgracht en de Kanaalstraat heeft<br />
het pand tevens stedenbouwkundige waarde. Daarnaast<br />
is het gebouw van belang als karakteristiek<br />
werk uit het oeuvre van architect Cornelis Koning.
Gedempte Singelgracht 29<br />
Werkplaats met bovenwoning (in het linker gedeelte<br />
van de begane grond was vroeger een sigarenwinkeltje<br />
gevestigd.<br />
Gebouwd vermoedelijk omstreeks 1884 (in de kadastrale<br />
registers is sprake van een herbouw in het<br />
dienstjaar 1885); onderpui: circa 1930; gevelreclame:<br />
XIXd of XXA.<br />
Breed en ondiep hoekpand van twee bouwlagen<br />
onder een afgeplat schilddak met een driehoekig<br />
plat en een dekking van rode verbeterde Hollandse<br />
pannen.<br />
Halverwege het voorschild staat een dakkapel met<br />
een vierruits stolpraam en een plat dak.<br />
De voor- en linkerzijgevel worden bovenaan afgesloten<br />
door een hoofdgestel waarvan de kroonlijst vervangen<br />
is door een bakgoot.De gerende voorgevel<br />
(NW) heeft een onderpui gemetseld in gele (onderaan<br />
rode) machinale waalsteen in kruisverband met<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
snijvoeg. Hierin bevindt zich links een (nieuwe) paneeldeur<br />
met tweeruits bovenlicht waarnaast een<br />
flankerend schuifvenster met vierruits bovenlicht, in<br />
het midden drie gekoppelde schuiframen met drieruits<br />
bovenlicht, en rechts een paneeldeur die voorzien<br />
is van een raampje en een tweeruits bovenlicht<br />
en aan de linkerzijde geflankeerd wordt door een<br />
schuifvenster met drieruits bovenlicht.<br />
De bovengevel is opgetrokken in rode machinale<br />
baksteen ijsselformaat in kruisverband met snijvoeg<br />
en telt vijf zesruits schuifvensters waaronder een<br />
cordonlijst en een gecementeerde band. Alle bovenlichten<br />
in de voorgevel zijn voorzien van glas in lood<br />
(XXb).<br />
De aan de Krommesteeg gelegen smalle linkerzijgevel<br />
(NO) is geblokt gepleisterd en heeft bovenin<br />
de begane grond en de eerste verdieping een<br />
schootanker.<br />
Ter hoogte van de eerste verdieping is over de volle<br />
breedte een gevelreclame geschilderd met een<br />
lichtgroene omranding waarin ruitmotieven, van<br />
linksonder naar rechtsboven een oranje band waarop<br />
in zwartomrande gele letters de firmanaam<br />
'BATTEM ’S', linksboven in vette zwarte letters<br />
'THEE' en rechts 'KOFFIE' met daaronder in zwarte<br />
letters de tekst 'en CACAO Altijd Best !!'<br />
De in de jaren ’80 met rabatdelen beklede rechterzijgevel<br />
(ZW) heeft op de begane grond van links<br />
naar rechts een draairaampje, een moderne deur en<br />
een dito vast raam met middenstijl.<br />
Op de eerste verdieping bevinden zich twee stolpramen<br />
met drieruits bovenlicht en een draairaampje<br />
(links).De achtergevel (ZO) wordt door de naastgelegen<br />
voormalige sigarenfabriek aan het oog onttrokken.<br />
4<br />
Het pand is van algemeen belang uit cultuurhistorisch<br />
en architectuurhistorisch oogpunt als merendeels<br />
gaaf bewaard gebleven woonhuis uit het laatste<br />
kwart van de 19de eeuw met een geschilderde<br />
gevelreclame uit het laatste kwart van de 19de of de<br />
eerste helft van de 20ste eeuw. Vanwege de gevelreclame<br />
heeft het pand tevens zeldzaamheidswaarde.
Gouw 4<br />
Winkel met woning.Ontworpen door architect Cornelis<br />
Koning, architect te <strong>Purmerend</strong>, in opdracht van<br />
J. Muis, juwelier te <strong>Purmerend</strong>.<br />
Gebouwd in 1926<br />
N.B. De latere aanbouw tegen de achtergevel maakt<br />
geen deel uit van de bescherming.<br />
Voormalig winkelpand met een rechthoekige plattegrond<br />
en een hoogte van twee bouwlagen. Het oorspronkelijke,<br />
met rode pannen gedekte zadeldak is<br />
vervangen door een mansardekap met bitumineuze<br />
dekking.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
De symmetrische voorgevel (ZO) is opgetrokken in<br />
lichtrode handvormsteen ijsselformaat in kruisverband<br />
met terugliggende voeg. De winkelpui heeft in<br />
het midden een portiek en ter weerszijden een etalageraam.<br />
De portiek is voorzien van een (vernieuwde) deur<br />
met vierruits bovenlicht en een rode tegelvloer met<br />
een buitenrand van zwarte tegels.<br />
Boven de etalageramen en de portiek bevindt zich<br />
een uitkragende betonnen latei waarboven een serie<br />
van vijf liggende bovenlichten voorzien van glas in<br />
lood.<br />
De stijlen tussen de bovenlichten zijn gedecoreerd<br />
met een vertikale reeks opliggende halve bollen. De<br />
winkelpui wordt afgesloten door een uitkragende<br />
betonnen balk waaronder de zonwering was bevestigd.<br />
De eerste verdieping heeft in het midden een liggend<br />
venster dat door een middenstijl in tweeën<br />
gedeeld is en omlijst wordt door een uitkragende<br />
baksteenrand. Links en rechts heeft de verdieping<br />
een smalle verhoogde hoekliseen.<br />
De gekeperde en door een uitkragende rollaag omlijste<br />
geveltop is minder breed uitgevoerd dan de<br />
eerste verdieping en voorzien van een liggend zoldervenster<br />
met een opvallende roedenverdeling<br />
(diagonalen onderbroken door een gekruiste ruitvorm).<br />
Boven het zoldervenster is de gekeperde geveltop<br />
uitgevoerd in staand metselwerk in halfsteens verband.<br />
De bestaande rechterzijgevel (NO) is in 1926 gehandhaafd<br />
en ter hoogte van de begane grond gemetseld<br />
in rode handvormsteen en gepleisterd. De<br />
verdieping is evenals de achtergevel vernieuwd.<br />
5<br />
De linkerzijgevel (ZW) wordt door het buurpand aan<br />
het oog onttrokken.<br />
Het interieur is op de verdiepingsvloer na niet meer<br />
oorspronkelijk.<br />
Het pand is van algemeen belang uit architectuurhistorisch<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als merendeels<br />
gaaf bewaard gebleven winkelpand uit de<br />
jaren ’20 van de 20ste eeuw, opgetrokken in de stijl<br />
van de Amsterdamse School. Tevens is het pand<br />
van belang als karakteristiek werk uit het oeuvre<br />
van architect Cornelis Koning.
Gouw 52-54<br />
Winkel met afzonderlijke bovenwoning, gebouwd<br />
van 1901-1902, in opdracht van Jb. de Vries te<br />
<strong>Purmerend</strong><br />
N.B. De latere aanbouw rechtsachter maakt geen<br />
deel uit van de bescherming.<br />
Op rechthoekig grondplan gebouwd halfvrijstaand<br />
pand van twee bouwlagen onder een mansardedak<br />
waarvan het voorschild gedekt is met bruingeglazuurde<br />
kruispannen en de overige dakvlakken met<br />
rode Hollandse pannen.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
Zowel op het voor- als het achterschild staat een<br />
dakkapel voorzien van twee openslaande ramen en<br />
een plat dak.<br />
De buitengevels zijn opgetrokken in rode machinale<br />
waalsteen in kruisverband met snijvoeg.De symmetrische<br />
voorgevel (ZO) heeft op de begane grond<br />
een houten winkelpui met rechts en links een paneeldeur<br />
geflankeerd door gecanneleerde pilasters<br />
met Ionische kapitelen.<br />
De pilasters zijn geplaatst op een postament met<br />
diamantkop en dragen een kroonlijst die ter plaatse<br />
van de pilasters omkornist is. Beide deuren worden<br />
onderin verfraaid door diamantkoppen en hebben<br />
een bovenlicht bestaande uit twee rondboogramen<br />
waartussen een kolonetje.<br />
Tussen de deuren bevinden zich twee, door een<br />
ranke en rijk vormgegeven kolonet met Korintisch<br />
kapiteel gescheiden etalageramen met kwartronde<br />
bovenhoeken.<br />
De door een hoofdgestel afgesloten bovengevel telt<br />
drie schuifvensters en wordt verlevendigd door gepleisterde<br />
banden ter hoogte van de wissel- en bovendorpels<br />
van de vensters.<br />
De lekdorpels zijn opgenomen in een gepleisterde<br />
cordonband.<br />
De linkerzijgevel (ZW) heeft op de begane grond<br />
twee dichtgetimmerde vensters, en schootankers ter<br />
hoogte van de verdiepings- en zoldervloer en halverwege<br />
de eerste verdieping.<br />
De laatste is gemetseld in halfsteens verband en<br />
bovenaan voorzien van een bakgoot op klossen die<br />
zich voortzet boven de achtergevel.<br />
Rechtsboven staat een rechthoekige schoorsteen<br />
van rode machinale waalsteen. De rechterzijgevel<br />
(NO) wordt door het buurpand aan het oog onttrokken.<br />
In de achtergevel (NW) bevinden zich schootankers<br />
ter hoogte van de verdiepings- en zolderbal-<br />
6<br />
klaag. De vensters en deuren in de achtergevel zijn<br />
evenals het interieur niet meer oorspronkelijk.<br />
Het pand is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard gebleven<br />
neorenaissance winkelpand uit het begin van<br />
de 20ste eeuw.
Herengracht 14<br />
Woonhuis. Ontworpen door architect Jan Stuijt, architect<br />
te Amsterdam, in opdracht van H.C. Oud,<br />
bankier, voorzitter van de werkmansvereniging<br />
“Vooruit”en wethouder (1909-1915). Gebouwd in<br />
1907.<br />
Op rechthoekig grondplan opgetrokken woonhuis<br />
van twee bouwlagen onder een met rode Hollandse<br />
pannen gedekt zadeldak met achterschild.<br />
De voorgevel is gemetseld in oranjerode verblendsteen<br />
waalformaat in kruisverband met snijvoeg<br />
boven een plint van rode machinale waalsteen.In<br />
de als puntgevel uitgevoerde voorgevel (NO) bevindt<br />
zich links een door smalle zijlichten geflankeerde<br />
gewelfde paneeldeur met bovenlicht onder<br />
een hoofdgestel waarvan de kroonlijst in het midden<br />
segmentboogvormig verhoogd is en voorzien van<br />
een tandlijst.<br />
Zowel achter de zij- als bovenlichten bevindt zich rijk<br />
gekruld smeedijzerwerk en achter het bovenlicht<br />
boven de deur bovendien twee gekruiste pijlpunten.<br />
Rechts heeft de begane grond een driezijdige erker<br />
met in de voorzijde een breed schuifraam met<br />
twaalfruits bovenlicht en in de schuine zijden een<br />
schuifraam met zesruits bovenlicht.<br />
Op deze erker rust een bredere en door twee rijke<br />
zandstenen voluutconsoles gedragen rechthoekige<br />
verdiepingserker voorzien van een zadeldak gedekt<br />
met rode Hollandse pannen.<br />
In de voorzijde van laatstgenoemde erker bevinden<br />
zich twee schuifvensters met achtruits bovenlicht<br />
waarboven drie sierankers, een door smalle vierruits<br />
zijlichten geflankeerd tienruits stolpraam met segmentboogvormige<br />
bovenzijde, en hierboven in de<br />
top siermetselwerk bestaande uit een rasterpatroon<br />
van oranjerode verblendsteen waarbinnen door<br />
grijze driehoekjes omgeven gele ruitjes.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
Evenals het hoofddak heeft het zadeldak van de<br />
erker aan de voorzijde een op geprofileerde klossen<br />
rustend dakoverstek waarlangs een terracotta sierrand.<br />
In de smalle linkerzijde van de verdiepingserker<br />
bevindt zich een dito schuifvenster; de rechterzijde<br />
is gesloten.<br />
De eerste verdieping heeft links van de erker een<br />
schuifvenster met achtruits bovenlicht en daarboven<br />
(links) een sieranker en een ruitvormige witmarmeren<br />
jaartalsteen “A[nno]/ 1907/ D[omini]”.<br />
Bovenin de door vlechtingen beëindigde puntgevel<br />
bevindt zich een vierruits rondvenster waarboven<br />
siermetselwerk.<br />
De zijgevels worden door de buurpanden aan het<br />
oog onttrokken.<br />
De in rode machinale waalsteen in halfsteens verband<br />
met snijvoeg gemetselde achtergevel (ZW)<br />
heeft op de begane grond rechts een keukenuitbouw<br />
en links een serre waarin een door zijlichten<br />
geflankeerde dubbele glasdeur met bovenlichten<br />
voorzien van floraal glas in lood.<br />
In de keukenuitbouw bevindt zich een vernieuwde<br />
deur met tweeruits bovenlicht en rechtsonder een<br />
tweeruits keldervenster. Deze deur wordt aan de<br />
rechterzijde geflankeerd door een stolpraam met<br />
tweeruits bovenlicht en aan de linkerzijde door een<br />
zijlicht met enkelruits bovenlicht.<br />
Het balkon boven de serre is bereikbaar via een<br />
door zij- en bovenlichten omgeven dubbele glasdeur<br />
(de verdiepingsopbouw boven de keukenuitbouw en<br />
de dakkapel op het achterschild zijn niet oorspronkelijk).<br />
Het interieur verkeert nog grotendeels in de oorspronkelijke<br />
staat.<br />
7<br />
Het pand is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard gebleven<br />
herenhuis uit het eerste kwart van de 20ste<br />
eeuw met een zorgvuldig gedetailleerde en bijzonder<br />
vormgegeven voorgevel. Als onderdeel van een<br />
nog oorspronkelijke gevelwand heeft het pand stedenbouwkundige<br />
waarde. Tevens is het pand van<br />
belang als karakteristiek onderdeel uit het oeuvre<br />
van architect Jan Stuijt.
Herengracht 17<br />
Villa Maria. Ontworpen door Jan Stuijt, architect te<br />
Amsterdam, in opdracht van F. Middelhoff Bzn.,<br />
koopman en kassier te <strong>Purmerend</strong>. Middelhoff liet<br />
dit pand bouwen voor zijn zoon. Zelf ging hij in de<br />
naastgelegen en gelijktijdig gebouwde villa Schoonoord<br />
(Herengracht 18) wonen. Gebouwd in 1907.<br />
Op nagenoeg vierkant grondplan gebouwde halfvrijstaande<br />
villa van twee bouwlagen onder een samengesteld<br />
dak gedekt met rode Hollandse pannen.<br />
Het dak heeft een uitgezwenkte dakvoet en een<br />
ruim dakoverstek op geprofileerde klossen. Linksachter<br />
is het dak lager doorgetrokken tot boven de<br />
één bouwlaag hoge linker helft van de linkerzijgevel.<br />
De in halfsteens verband met snijvoeg gemetselde<br />
buitengevels zijn boven een trasraam van rode machinale<br />
waalklinkers uitgevoerd in geelroze machinale<br />
waalsteen.<br />
De voorgevel (NO) kent een asymmetrische vensterindeling<br />
met zowel in de linker helft van de begane<br />
grond als in de rechter helft van de eerste<br />
verdieping twee schuifvensters met achtruits bovenlicht.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
Rechts heeft de begane grond een groot driedelig<br />
rondboogvenster waarin een middenraam met<br />
twaalfruits bovenlicht tussen smallere zijramen met<br />
vijfruits bovenlicht.<br />
Linksboven bevindt zich een schuifvenster met achtruits<br />
bovenlicht, en rechts hiervan een meerkleurig<br />
ruitvormig tegeltableau voorstellend een banderol<br />
met de naam “VILLA MARIA” temidden van bladwerk.<br />
Ter hoogte van de verdiepings- en zoldervloer zijn<br />
enkele schootankers aangebracht. In het voorschild<br />
bevinden zich twee driehoekige zinkgedekte dakkapellen<br />
voorzien van een halfrond raam met kleine<br />
roedenverdeling.<br />
Op het nokeinde linksboven en halverwege de nok<br />
van de hoger opgetrokken rechter dakhelft staat een<br />
vernieuwde vierkante schoorsteen van rode machinale<br />
waalsteen. De nokeinden van de rechter dakhelft<br />
worden bekroond door een zinken piron met<br />
bolvorm.<br />
De risalerende rechter helft van de linkerzijgevel<br />
(ZO) heeft op de begane grond een halfronde erker<br />
met rondom (7) vensters voorzien van zesruits bovenlichten.<br />
Rond het als balkon fungerende erkerdak<br />
bevindt zich een houten balkonhek samengesteld<br />
uit afwisselend vijf vierkante spijlen en een<br />
plank met bovenin een uitgesneden bloemmotief.<br />
Boven de voordeur bevindt zich een op twee consoles<br />
rustende gewelfde houten luifel (gedekt met<br />
zink) onder een halfrond meerruits bovenlicht voorzien<br />
van geel kathedraalglas. Het dakvlak boven de<br />
linker gevelhelft heeft rechts een dakkapel met vierruits<br />
openslaand raam en plat dak en links een forse<br />
dakopbouw waarin een door tienruits openslaande<br />
ramen geflankeerd vijftienruits vast middenraam.<br />
Zowel de dakkapel als de dakopbouw hebben zinkgedekte<br />
zijkanten en worden bovenaan afgesloten<br />
8<br />
door een kroonlijst. Laatstgenoemde is boven het<br />
middenraam van de dakopbouw halfrond verhoogd.<br />
Boven de dakkapel staat hoger op het linkerzijschild<br />
een driehoekige dakkapel als op het voorschild.De<br />
rechterzijgevel (NW) wordt door het buurpand grotendeels<br />
aan het oog onttrokken.<br />
De achtergevel (ZW) is op de begane grond van<br />
links naar rechts voorzien van een groot samengesteld<br />
venster, een vernieuwde achterdeur waarnaast<br />
rechtsboven een valraampje, en een dubbele glasdeur<br />
met tienruits bovenlicht.<br />
Boven de achterdeur bevindt zich ter hoogte van het<br />
achterliggende trapbordes een driedelig venster<br />
waarin een vast achtruits raam tussen twee achtruits<br />
openslaande ramen.<br />
Het pand is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als grotendeels gaaf<br />
bewaard gebleven en voor <strong>Purmerend</strong> zeldzame<br />
villa uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Als<br />
onderdeel van een nog oorspronkelijke gevelwand<br />
heeft het pand stedenbouwkundige waarde. Daarnaast<br />
is de villa van belang als karakteristiek werk<br />
uit het oevre van architect Jan Stuijt.
Herengracht 18<br />
Villa Schoonoord. Ontworpen door Jos Cuijpers en<br />
Jan Stuijt, architecten te Amsterdam, in opdracht<br />
van F. Middelhoff Bzn., koopman en kassier te <strong>Purmerend</strong>.<br />
Gebouwd in 1907.<br />
Op rechthoekig grondplan gebouwde villa van twee<br />
bouwlagen onder een afgeplat schilddak voorzien<br />
van een uitgezwenkte dakvoet, een overstek op<br />
geprofileerde klossen en een dekking van zwarte<br />
geglazuurde Hollandse pannen.<br />
De vier in rode machinale waalsteen gemetselde<br />
hoekschoorstenen hebben een vierkante doorsnede<br />
en een (oorspronkelijk zinken) schoorsteenkap in de<br />
vorm van een ingezwenkt vierzijdig tentdak bekroond<br />
door een bol.<br />
De buitengevels zijn boven een trasraam van rode<br />
machinale waalklinkers opgetrokken in oranjerode<br />
verblendsteen waalformaat in halfsteens verband<br />
met snijvoeg.<br />
Ter hoogte van de verdiepings- en zoldervloer zijn<br />
de voor- en achtergevel voorzien van schootankers.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
De voorgevel (NO) heeft in het midden een nagenoeg<br />
driezijdige erker die zich over twee bouwlagen<br />
uitstrekt onder een vijfzijdig schilddak haaks op het<br />
hoofddak.<br />
Op het nokeinde van het erkerdak staat een schoorsteen<br />
vergelijkbaar met de vier hoekschoorstenen,<br />
maar met een geringere doorsnede. In elk van de<br />
drie zijden van de erker bevindt zich op de begane<br />
grond een schuifvenster met zesruits bovenlicht en<br />
persiennes, en op de eerste verdieping een vijftienruits<br />
schuifvenster.<br />
Ter weerszijden van de erker heeft de eerste verdieping<br />
een vijftienruits schuifvenster.<br />
Op de begane grond bevindt zich links van de erker<br />
een driezijdig oriel en rechts de ingang. De door<br />
persiennes geflankeerde oriel wordt bovenaan afgesloten<br />
door een kroonlijst en heeft in de voorzijde<br />
een schuifvenster met zesruits bovenlicht en in de<br />
smalle schuine zijden een schuifvenster met vierruits<br />
bovenlicht.<br />
De ingang is uitgevoerd als een door smalle zijlichten<br />
met een halfronde boven- en onderzijde geflankeerde<br />
paneeldeur waarboven een getoogde kroonlijst<br />
en een bovenlicht.<br />
Zowel achter de zij- als bovenlichten bevindt zich rijk<br />
gekruld smeedijzerwerk. De ingangspartij wordt<br />
afgesloten door een hoofdgestel waarvan de kroonlijst<br />
in het midden segmentboogvormig verhoogd is<br />
en voorzien van een tandlijst.<br />
Vóór de door gekrulde smeedijzeren zijhekken geflankeerde<br />
ingang ligt een hardstenen stoepplaat.<br />
Ter verlichting van de ingang is rechts op de hoek<br />
een achtzijdige lantaarn aangebracht met een rijk<br />
gekrulde smeedijzeren arm (de lantaarn op de linker<br />
hoek dateert van na de bouwtijd).<br />
9<br />
Op het voorschild staat ter weerszijden van het erkerdak<br />
een dakkapel voorzien van een negenruits<br />
raam en een plat dak met een omgaande kroonlijst<br />
die middenvoor halfrond verhoogd is.<br />
De linkerzijgevel (ZO) heeft rechts op de begane<br />
grond een schuifvenster met zesruits bovenlicht en<br />
persiennes, en op de eerste verdieping een vijftienruits<br />
schuifvenster.<br />
De linker gevelhelft is voorzien van een grote rondboogvormige<br />
muuropening waarin op de parterre<br />
een door zijramen geflankeerde dubbele glasdeur<br />
met in de drie bovenlichten floraal glas in lood (rode<br />
en blauwe bloemen), en op de eerste verdieping<br />
een halfronde pui met een borstwering van kraalschroten<br />
waarboven een stolpraam met zij- en bovenlichten.<br />
In het midden van het linkerzijschild staat<br />
een dakkapel als op het voorschild.<br />
De rechterzijgevel (NW) heeft links van het midden<br />
een boven de dakvoet uitstekende risaliet onder een<br />
door een bolvormige piron bekroond schilddak<br />
haaks op het rechterzijschild.<br />
In de voorzijde van de risaliet bevinden zich ter<br />
hoogte van de haltrap twee schootankers en drie<br />
trapsgewijs gekoppelde zesruits vensters (twee<br />
vaste ramen waartussen een openslaand raam)<br />
waarin ondoorzichtig glas, en ter hoogte van de trap<br />
naar de zolder twee schootankers en drie trapsgewijs<br />
gekoppelde vensters voorzien van geel glas.<br />
Het laatstgenoemde drietal vensters is van links<br />
naar rechts samengesteld uit een zesruits vast<br />
raam, een zesruits openslaand raam en een lager<br />
vierruits vast raam. Rechtsonder bevindt zich een<br />
kolenstort.<br />
De linkerzijde van de risaliet heeft onderaan een<br />
tweeruits keldervenster met traliewerk en op beide<br />
bouwlagen een negenruits rondvenster met in het<br />
onderste ondoorzichtig glas en in het bovenste geel<br />
glas. In het linker gedeelte van de rechterzijgevel
evindt zich op beide bouwlagen een klein rondvenster<br />
met een vierruits tuimelraam waarin geel glas.<br />
Rechts van de risaliet is de rechterzijgevel op de<br />
begane grond enigszins uitgebouwd en voorzien<br />
van een achterdeur met zesruits bovenlicht. De achterdeur<br />
wordt aan de rechterzijde geflankeerd door<br />
twee zesruits openslaande ramen, elk met vierruits<br />
bovenlicht. Boven de drie laatstgenoemde bovenlichten<br />
bevindt zich een houten afdakje op geprofileerd<br />
klampen.<br />
De achtergevel (ZW) is op de begane grond van<br />
links naar rechts voorzien van een schuifvenster met<br />
zesruits bovenlicht, een paneeldeur waarin een<br />
raam en waarboven een dito bovenlicht, twee<br />
schuifvensters met zesruits bovenlicht, en een ingang<br />
van na de bouwtijd, eveneens met zesruits<br />
bovenlicht.<br />
Het pand is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard gebleven<br />
en voor <strong>Purmerend</strong> zeldzame villa uit het<br />
eerste kwart van de 20ste eeuw. Vanwege de<br />
beeldbepalende ligging aan de Herengracht heeft<br />
het pand daarnaast stedenbouwkundige waarde.<br />
Tevens is de villa van belang als karakteristiek werk<br />
uit het oeuvre van de architecten Jan Stuijt en Jos<br />
Cuijpers.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
10
Julianastraat 9<br />
Houten VILLA, gebouwd in 1920 door F. Abel voor<br />
de heer D. Kooiman, de toenmalige burgemeester<br />
van <strong>Purmerend</strong>.<br />
Het pand is rondom vrij gelegen op een perceel aan<br />
de Julianastraat, een aantal meters teruggeschoven<br />
van de rooilijn. Het betreft een zogenaamd blokhuis<br />
(Duits: 'Blockhaus'), dat als bouwpakket geleverd<br />
werd door de firma Christoph & Unmack AG te<br />
Niesky in Silezië.<br />
Deze fabriek, begonnen in 1882, was gespecialiseerd<br />
in houten systeembouw voor woningen, barakken,<br />
bedrijfsgebouwen van uiteenlopende afmetingen.<br />
Zoals uit de firmacatalogi blijkt, werd een<br />
zeer gevarieerd aanbod verkregen op basis van<br />
slechts enkele vloer-, wand- en daksystemen en met<br />
standaardelementen als ramen, deuren, trappen en<br />
binnenafwerkingen. Daarnaast werden verschillen<br />
verkregen door de geografische eisen en door<br />
plaatselijke bouwvoorschriften. Als groep zijn ze<br />
direkt herkenbaar.<br />
Het houten blokhuis is in hoofdlijnen gebouwd op<br />
een rechthoekige plattegrond (8,21 x 10,21 m), op-<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
getrokken over twee bouwlagen en een vliering onder<br />
schilddak met iets uitspringende delen onder<br />
aangekapte, korte zadeldaken. Het rust op een onderheide<br />
betonfundering (gewapend beton met grind<br />
als toeslag) die met kelderstookruimte tot ongeveer<br />
1,3 m boven het maaiveld komt.<br />
De wanden zijn enkelvoudig, d.w.z. zonder spouw,<br />
isolatie of binnenafwerking, en bestaan uit opeengestapelde<br />
grenehouten balken (ca. 7 cm dikte) met<br />
sponnig en doorgezette hoeken in halfhoutse verbinding.<br />
In alle gevels bevinden zich houten standaardramen<br />
met roedenverdeling.<br />
De grote vensters hebben ramen bestaand uit een<br />
naar binnen klappend bovendeel, en het onderste<br />
gedeelte met twee scharnierende bladen. De grote<br />
vensters zijn voorzien van de karakteristieke schuifluiken<br />
die in houten rails lopen en hebben plantenbakken.<br />
De verdieping kraagt over met een halve meter, de<br />
kap heeft een overstek van ongeveer eenzelfde<br />
afmeting. De voordeur evenals de keukendeur (deze<br />
laatste met binnen- en buitendeur) liggen op het<br />
oosten en worden bereikt via houten steektrappen.<br />
Op het westen bevindt zich een veranda waarbij de<br />
korte zijden met glas zijn afgeschermd; de toegang<br />
vanuit het huis is voorzien van binnen- en buitendeur.<br />
Hierboven ligt het balkon. De zuidoostelijke hoek<br />
heeft een meerzijdige erker. Het schilddak heeft een<br />
korte nok haaks op de Julianastraat. Het heeft aankappingen<br />
in de vorm van korte dwarse zadeldaken<br />
op het noorden en zuiden over de breedte van de<br />
woonkamer en boven het balkon.<br />
Op het noordoosten is het zadeldak langer doorgezet.<br />
Het dak is gedekt met rode oudhollandse pannen.<br />
Het interieur heeft houten vloeren op begane<br />
11<br />
grond en verdieping die zijn voorzien van een isolatielaag<br />
van klei (bevestigd door de bewoner).<br />
De terreingrens aan de Julianastraat en aan de<br />
westzijde heeft een houten tuinhek (stijlen, regels en<br />
latwerk) van ongeveer 9 dm hoog. Het materiaal is<br />
omstreeks 1993 vervangen, de vorm is authentiek.<br />
De villa is van algemeen belang uit architectuurhistorisch<br />
oogpunt vanwege de bijzondere constructiewijze<br />
in hout die geheel gaaf bewaard is gebleven.<br />
Verder is de villa van algemeen belang uit cultuurhistorisch<br />
oogpunt als voorbeeld uit de geschiedenis<br />
van het wonen.
Kaasmarkt 15<br />
Grote Kerk der Ned. Herv. <strong>Gemeente</strong>, gebouwd<br />
1851-1853 door W.A. Scholten ter plaatse van de in<br />
1850 afgebroken laat-gotische kerk.<br />
Bakstenen gebouw, bestaande uit een achthoekige<br />
middenruimte, omgeven door een smalle omgang<br />
met aan vier zijden rechthoekige en aan de vier<br />
overblijvende zijden vijfhoekige kapellen.<br />
Rondboogvensters en -friezen, toepassing van terra-cotta<br />
en banden van gekleurde baksteen. Houten<br />
koepeltorentje op het tentdak.<br />
Het gepleisterde interieur heeft een in 1863 door<br />
een stucadoor Hersteyn uit Amsterdam aangebrachte<br />
stucdecoratie in late Empire-vormen.<br />
Houten overkapping met korbelen en muurstijlen op<br />
consoles. Karakteristiek en vroeg voorbeeld van het<br />
eclecticisme zoals dat rond het midden van de 19e<br />
eeuw ontstond, met motieven o.m. uit het romaans<br />
en de vroege Noord-Italiaanse renaissance.<br />
Tot de inventaris behoren: Zeskantige eiken preekstoel<br />
uit 1643; koperen doopboog en koperen voor-<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
zangerslezenaar met stadswapen, derde kwart 17e<br />
eeuw, die omstreeks 1963 op een 18e eeuwse bluster<br />
is geplaatst. a. Hoofdorgel: Orgel met Hoofdwerk,<br />
Borstwerk, Rugwerk en vrij Pedaal, in 1742<br />
gemaakt door R. Garrels. b. Orgel met Hoofdwerk<br />
en Nevenwerk, in 1865 gemaakt door C.G.F. Witte<br />
voor de Doopsgezinde Kerk te <strong>Purmerend</strong>, in 1989<br />
overgeplaatst naar de Koepelkerk. Wit- en zwartmarmeren<br />
epitaaf voor Frederik en Ventidius Riccen<br />
en Catharina Muylwijck, derde kwart 17e eeuw; witmarmeren<br />
grafmonument; in de kerk gevonden doch<br />
nog niet vast aangebracht; gesneden bekroning met<br />
stadswapen, waarschijnlijk afkomstig van een herenbank,<br />
eerste kwart 18e eeuw.<br />
De vloer van de kerk bestaat voor een groot deel uit<br />
zerken, afkomstig uit de in 1850 afgebroken kerk.<br />
12
Kaasmarkt 16<br />
Voormalige KAASWAAG in neo-renaissancistische<br />
vormgeving gebouwd in 1882-1883 door stadsarchitect<br />
P. Mager op de plaats van een eerdere kaas-<br />
en boterwaag, en (voor 1742) van de stadsboterwaag.<br />
Het huidige gebouw ligt enige meters teruggeschoven<br />
ten opzichte van de oorspronkelijke waag, zoals<br />
ook het naastgelegen stadhuis ten opzichte van<br />
diens voorganger. Het centrale stadsplein en wegenkruis,<br />
Kaasmarkt genoemd naar de belangrijkste<br />
functie, werd daarmee ruimer.<br />
In 1884 werd op de verdieping de tekenschool gevestigd<br />
en aan de zuidzijde van het gebouw de<br />
stoombrandspuit. Het torenuurwerk uit 1883 (door<br />
Ed. Korfhage, te Buer Dtsl.) werd in 1913 op het<br />
nieuwgebouwde stadhuis geplaatst.<br />
De voormalige kaaswaag is gebouwd op rechthoekige<br />
plattegrond en bestaat uit twee bouwlagen en<br />
kapverdieping met de nok evenwijdig aan de rooilijn.<br />
De voorgevel (west) heeft zes traveeën.<br />
De benedenzone is bekleed met hardsteenplaten<br />
met rustica-indeling. De drie brede vensteropeningen<br />
met de sluitstenen 'Anno' '1883' en een weegschaal,<br />
waren oorspronkelijk de deuropeningen van<br />
de waag.<br />
De verdieping werd uitgevoerd met metselwerk in<br />
kruisverband van rode machinale baksteen met rond<br />
en tussen de vensters decoratie van (profiel)banden<br />
in gele machinale baksteen.<br />
De decoratieve boognissen boven de vensters en<br />
de kruisvensterindeling zijn uitgevoerd in natuursteen.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
De linker hoektravee werd verbijzonderd met een<br />
inzwenkende geveltop, rond venster en houten frontonbekroning.<br />
De middelste van de vijf andere traveeën heeft op<br />
de verdieping iets uitspringend metselwerk onder de<br />
klokkestoel.<br />
De linkerzijgevel (noord) is een blinde vanwege een<br />
eerdere belending. De rechterzijgevel (zuid) van één<br />
travee heeft twee natuursteeninscripties boven de<br />
openingen (voormalige deuropeningen): 'brandspuit'<br />
en 'teekenschool', een verdiepingsvenster en wordt<br />
bekroond door een geveltop als links aan de voorgevel.<br />
De achtergevel (oost) is gewijzigd; de vensteropeningen<br />
werden dichtgemetseld. Rondom loopt een<br />
houten goot met geprofileerde lijst.<br />
De nok van het zadeldak knikt op het noorden om<br />
naar de geveltop en is gedekt met geglazuurde<br />
Friese golfpannen.<br />
Boven de middeningang bevindt zich een houten<br />
klokkestoel met in de onderbouw het stadswapen<br />
van <strong>Purmerend</strong>.<br />
De voormalige kaaswaag is van algemeen belang<br />
uit architectuurhistorisch oogpunt als typologisch<br />
goed voorbeeld van een 19de-eeuws waaggebouw.<br />
Verder is het gebouw van ensemblewaarde vanwege<br />
de stedebouwkundige plaatsing en de neorenaissance<br />
vormgeving. Cultuur- en sociaalhistorisch<br />
is de waag van waarde vanwege de voorname,<br />
eeuwenoude functie voor de stad en het omliggende<br />
gebied.<br />
13
Kaasmarkt 20<br />
Voormalig neo-renaissancistisch STADHUIS van<br />
<strong>Purmerend</strong>, gebouwd in de jaren 1911-1912 naar<br />
ontwerp van architect Jan Stuyt, die in 1868 te <strong>Purmerend</strong><br />
geboren was, in samenwerking met stadsarchitect<br />
W. Postema.<br />
Het gebouw vervangt voorgangers op dezelfde<br />
plaats: de eerste bouw dateerde uit omstreeks 1591,<br />
welke in 1633 d.m.v. vijzels werd opgelicht en achteruit<br />
geplaatst (in die vorm is het gebouw bekend<br />
van een prent door Corn. Pronk uit 1727).<br />
Grondig herstel werd uitgevoerd in 1764-66 en een<br />
verbouwing vond plaats in 1845-46, waarbij het ui-<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
terlijk wijzigde van renaissancistisch naar neoclassicistisch.<br />
De stedebouwkundige situatie is opmerkelijk: aan de<br />
14de-eeuwse wegenkruising in de stadskern, tevens<br />
sinds de 17de eeuw kaasmarkt, in samenhang met<br />
de waag en voornaamste stadskerk, die in huidige<br />
vorm alle uit 19de en vroege 20ste eeuw stammen.Sinds<br />
ongeveer 10 jaar heeft het gebouw zijn<br />
functie van stadhuis verloren.<br />
N.B. De nieuwe aanbouw aan de oostgevel valt<br />
buiten de bescherming.<br />
Het voormalige stadhuis is gebouwd op rechthoekige<br />
plattegrond en bestaat uit een begane grond, beletage<br />
en kapverdieping met de nok evenwijdig aan<br />
de rooilijn van de Kaasmarkt. Het werd opgetrokken<br />
in machinale baksteen (gemetseld in kruisverband)<br />
met decoratieve toepassing van zandsteen voor<br />
sluitstenen, bij de vensters, op de hoeken en in de<br />
geveltoppen.<br />
De voorgevel (zuid) aan de Kaasmarkt wordt gedomineerd<br />
door de excentrisch geplaatste ingangspartij,<br />
bestaande uit een bordes met een opgang aan<br />
beide zijden, een in zandsteen uitgevoerd portaal<br />
(pilasters, fronton, relief met allegorie op goed bestuur)<br />
en bekronende trapgevel voorzien van spekbanden,<br />
venster en schildhoudende leeuw op de<br />
top.<br />
De borstwering van het bordes heeft twee schildhoudende<br />
leeuwen met het oude en latere (huidige)<br />
stadswapen van <strong>Purmerend</strong>. Naast de ingang zijn<br />
twee gevellantaarns aangebracht. In alle gevels zijn<br />
kruisvensters aangebracht, bezet met groen en wit<br />
glas-in-lood; de begane grond-vensters hebben<br />
luiken voor de beweegbare delen.<br />
14<br />
De linker en rechterzijgevel (west en oost) zijn vrijwel<br />
gelijk, voorzien van vensters en een trapgevel<br />
als aan voorzijde met op de westelijke top de<br />
schoorsteen. In de achtergevel (noord) zijn wijzigingen<br />
aangebracht o.m. voor een lift.<br />
Het zadeldak tussen de trapgevels is gedekt met<br />
leien en heeft een achthoekige klokketoren met<br />
uurwerk (1883, Ed. Korfhage, Buer Dtsl.), carillon en<br />
peervormige bekroning.<br />
De oorspronkelijke schoorsteen op de nok werd<br />
verwijderd. Van het interieur is de indeling in raadzaal<br />
en burgemeesterskamer gehandhaafd. Genoemd<br />
dienen verder het glas-in-loodraam in de hal,<br />
vervaardigd door de kunstnijvere Jac. Jongert uit<br />
1912, en enkele stenen consoles van de torenonderbouw,<br />
die mogelijk afkomstig zijn uit het eerdere<br />
stadhuis.<br />
Het voormalige stadhuis is van algemeen belang uit<br />
architectuurhistorisch oogpunt als neorenaissancistisch<br />
voorbeeld naar een oudere voorganger,<br />
ontworpen door Jan Stuyt. Van ensemblewaarde<br />
is het stadhuis vanwege de prominente en<br />
historische plaats in het centrum van de stad.
Koemarkt 7<br />
Huis met klokgevel, voorzien van terugspringende<br />
en gepleisterde delen in de vorm van ingezwenkte<br />
vleugelstukken. Gebeeldhouwde topbekroning en<br />
aanzetkrullen in Lodewijk XV-stijl.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
Koemarkt 15<br />
Huis met lijstgevel in late Lodewijk XIV-stijl, XVIIIb.<br />
Ingang met bovenlicht in een omlijsting met verdiepte<br />
pilasters.<br />
15
Koemarkt 58<br />
Noordelijk gedeelte van de Beurs. Bakstenen gebouw<br />
met verdieping en schilddak en in de noordgevel<br />
een eenvoudige omlijsting van de ingang en<br />
het venster erboven, XVIII.<br />
Koemarkt 56<br />
De Doele. Oorspronkelijke functie: stadsherberg met<br />
stalhouderij. Huidige functie: café-restaurant/ partycentrum.<br />
De stad <strong>Purmerend</strong> is opdrachtgever van<br />
de nieuwbouw uit 1894-1895. Datering: Het reeds<br />
als rijksmonument beschermde hoge noordoostelijke<br />
gedeelte (Koemark nr. 58) is 18e eeuws evenals<br />
het achterliggende linker gedeelte van de laagbouw<br />
(tot aan de ingang). Voor het overige dateert de<br />
laagbouw uit 1894-1895.<br />
N.B. de aan de achtergevel (ZO) van de laagbouw<br />
grenzende houten kegelbaan (XXB) maakt geen<br />
deel uit van de bescherming.<br />
Het noordoostelijke deel (Koemarkt 58) is als rijksmonument<br />
aangewezen (monumentnummer<br />
32199).<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
De Doele is samengesteld uit drie bouwvolumes: het<br />
reeds als rijksmonument beschermde, twee bouwlagen<br />
hoge, noordoostelijke gedeelte, tegen de zuidwestgevel<br />
hiervan een langgerekt volume van één<br />
bouwlaag onder een mansardekap, en tegen de<br />
achtergevel (ZO) van de laatste een evenwijdig<br />
langsvolume van geringere breedte en lengte (de<br />
huidige kleine zaal).<br />
Het laatstgenoemde bouwdeel heeft een hoogte van<br />
één bouwlaag en een tussen tuitgevels gevat zadeldak<br />
gedekt met rode Hollandse pannen.<br />
Op het achterschild van het genoemde mansardedak<br />
liggen eveneens rode Hollandse pannen; het<br />
voorschild aan de Koemarkt is gedekt met deftiger<br />
zwarte geglazuurde Hollandse pannen.<br />
De ruim 45 meter lange voorgevel (NW) van het<br />
grote langsvolume heeft een gepleisterde plint en<br />
wordt afgesloten door een lijstgoot.<br />
Op circa 2/3 vanaf de rechterzijgevel wordt de lijstgoot<br />
onderbroken door een gepleisterde en witgesausde<br />
ingangspartij die benadrukt wordt door een<br />
dakopbouw met een zadeldak, waarop zwarte geglazuurde<br />
Hollandse pannen.<br />
De ingangspartij vormt een verticaal accent in de<br />
sterk horizontaal gerichte voorgevel. De ingang bestaat<br />
uit een door pilasters geflankeerde dubbele<br />
paneeldeur waarboven een aan twee ijzeren staven<br />
hangende houten luifel en een meerruits bovenlicht.<br />
Boven de laatste bevindt zich achtereenvolgens een<br />
verdiept veld met de naam “DOELE” en een dubbele<br />
paneeldeur met twaalfruits bovenlicht waarboven de<br />
dakopbouw eindigt in een geprofileerde cirkelsegment<br />
bekroond door een obelisk.<br />
De dakopbouw en de genoemde pilasters worden<br />
onderaan geflankeerd door een kleine wang. Links<br />
van de ingangspartij is de voorgevel evenals het<br />
hoge noordoostelijke gedeelte opgetrokken in rode<br />
16<br />
handvormsteen vechtformaat (ca. 22 x 4 cm) in<br />
kruisverband met platvol vernieuwde voeg, rechts<br />
van de ingang in rode machinale waalsteen (ca.21 x<br />
5 cm) in kruisverband met snijvoeg. In het linker<br />
gedeelte bevinden zich twee T-vensters en links<br />
hiervan een dubbele glasdeur met bovenlicht.<br />
Rechts van de ingang telt de voorgevel vijf Tvensters<br />
en twee dito deuren (tussen het tweede en<br />
derde venster van rechts en tussen het vierde en<br />
vijfde dito). De tussenliggende muurdammen zijn<br />
voorzien van een schootanker. Alle vensters en<br />
glasdeuren op de begane grond hebben paneelluiken<br />
en een gepleisterde omlijsting met in de strek<br />
een verhoogde sluitsteen met diamantkop.<br />
De kopse rechterzijgevel (ZW) van het grote langsvolume<br />
kent een symmetrische opzet met op de<br />
begane grond een gewijzigde ingang en ter hoogte<br />
van de zolder een vierruits rondvenster.<br />
Rechts bevindt zich een vermoedelijk uit de bouwtijd<br />
daterende gietijzeren regenpijp met dito vergaarbak.<br />
De bovengevel is uitgevoerd als een uit- en inzwenkende<br />
gevel met onderaan en halverwege een kleine<br />
schouder en ter plaatse van de gordingen muurankers.<br />
Tegen deze zijgevel sluit rechts de als tuitgevel<br />
uitgevoerde kopse zuidwestgevel van het<br />
kleinere langsvolume aan. Het metsel- en voegwerk<br />
van beide gevels is identiek aan dat van het rechter<br />
gedeelte van de voorgevel. Ook zijn beide gevels<br />
voorzien van een (enigszins lagere) gepleisterde<br />
plint.<br />
De door een gepleisterde bovenrand afgedekte<br />
tuitgevel heeft in het midden van de parterre een<br />
dubbele paneeldeur met een bovenlicht en in elke<br />
deurhelft een raam.<br />
Ter weerszijden van het bovenlicht en ter plaatse<br />
van de gordingen bevinden zich muurankers. De
kopse noordoostgevel van het kleine langsvolume is<br />
eveneens uitgevoerd als tuitgevel en voorzien van<br />
schootankers ter plaatse van de gordingen.<br />
De zuidoostgevel van het kleine langsvolume wordt<br />
door de naastgelegen houten kegelbaan grotendeels<br />
aan het oog onttrokken. Boven deze halfsteens<br />
gevel bevindt zich een bakgoot.<br />
Het interieur van de laagbouw is op de begane<br />
grond verbouwd. De rechts van de ingang gelegen<br />
grote zaal heeft een door een verlaagd plafond aan<br />
het oog ontrokken gestuct spiegelgewelf dat is ondergebracht<br />
in de kap.<br />
De onderste helft van de kap boven de grote zaal is<br />
uitgevoerd als een met brede liggende delen beschoten<br />
sporenkap, het gedeelte boven de knik in<br />
het mansarde- kap als een met brede staande delen<br />
beschoten gordingenkap.<br />
De onderste helft van de kap tussen de ingang en<br />
het hoge noordelijke gedeelte is vermoedelijk 18e<br />
eeuws, het jongere bovenste gedeelte uitgevoerd<br />
als een met brede delen beschoten gordingenkap.<br />
In dit deel heeft de zolderverdieping een middengang<br />
met in beide wanden vier opgeklampte deuren<br />
(de laatste deur links is vernieuwd) waarachter<br />
voormalige logementkamertjes. Hier overnachtten<br />
boeren de nacht voorafgaand aan de dinsdagse<br />
koemarkt (de kamertjes zijn thans deels samengevoegd<br />
tot grotere kamers).<br />
De Doele is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als grotendeels gaaf<br />
bewaard gebleven stadslogement daterend uit de<br />
18e en het laatste kwart van de 19e eeuw. Daarnaast<br />
heeft het pand grote stedenbouwkundige<br />
waarde vanwege zijn beeldbepalende ligging aan de<br />
Koemarkt.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
17
Venediën 7<br />
Woonhuis. Het eerste werk van architect J.J.P. Oud<br />
(1890-1963), ontworpen op 16-jarige leeftijd. Gebouwd<br />
door Jacob van Voorst, aannemer te <strong>Purmerend</strong>,<br />
in opdracht van mevrouw Alida Oud-Hartog,<br />
tante van de architect. Datering: 1907; keuken linksachter:<br />
XIXB; achterhuis XVIII of XIXA.<br />
Op rechthoekig grondplan opgetrokken woonhuis<br />
van twee bouwlagen onder een afgewolfd zadeldak<br />
met rode Hollandse pannen en de noklijn haaks op<br />
de weg.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
Linksachter bevindt zich een rechthoekige uitbouw<br />
van twee en een halve bouwlaag met plat dak waarin<br />
het trappenhuis is ondergebracht.<br />
Tegen de achtergevel van het trappenhuis sluit een<br />
oudere keukenaanbouw aan waarboven een turfzolder<br />
en een met rode Hollandse pannen gedekt zadeldak.<br />
De buitengevels zijn opgetrokken in rode machinale<br />
waalsteen in kruisverband (voorgevel, b.g. achtergevel,<br />
zuidoostgevel trappenhuis) of halfsteens verband<br />
(overig muurwerk) met snijvoeg.<br />
De zijgevels van het woonhuis zijn evenals de<br />
noordwestgevel van het trappenhuis gecementeerd.<br />
De voorgevel (ZW) heeft op de begane grond twee<br />
schuifvensters en links een in oorspronkelijke vorm<br />
vernieuwde paneeldeur waarin een getoogd twaalfruits<br />
raam.<br />
Zowel de voordeur als de vensters hebben een door<br />
een middenstijl in tweeën gedeeld bovenlicht voorzien<br />
van twee zesruits ramen (het bovenlicht van de<br />
deur is kleiner).<br />
Boven de begane grond is de voorgevel symmetrisch<br />
ingedeeld met op de eerste verdieping links<br />
en rechts een schuifvenster met negenruits bovenlicht<br />
en daartussen een T-vormig venster bestaande<br />
uit een vast onderraam en vier gekoppelde zesruits<br />
bovenlichten. Recht hierboven heeft de zolder een<br />
serie van vier gekoppelde zesruits ramen: twee<br />
openslaande ramen tussen twee vaste .<br />
Vóór de voorgevel ligt een hardstenen stoep (ouder<br />
dan het pand) omgeven door een smeedijzeren<br />
spijlenhek waarvan de gedraaide hoofdspijlen voorzien<br />
zijn van een gekrulde bovenzijde.<br />
18<br />
De zijgevels worden door de buurpanden nagenoeg<br />
geheel aan het oog onttrokken . De als tuitgevel<br />
uitgevoerde achtergevel (NO) heeft links een dubbele<br />
glasdeur met een omlijsting in de vorm van een<br />
door pilasters gedragen kroonlijst.<br />
De eerste verdieping is voorzien van twee vijftienruits<br />
schuifvensters en ter hoogte van de zolder<br />
bevindt zich een negenruits schuifvenster.<br />
In de zuidoostgevel van het trappenhuis bevinden<br />
zich op de parterre twee kleine draairamen en links<br />
een liggend zesruits venster.<br />
De noordoostgevel heeft bovenin een vijftienruits<br />
venster.<br />
De anderhalve bouwlaag hoge keukenuitbouw is<br />
voorzien van schootankers ter hoogte van de verdiepingsvloer.<br />
In de zuidoostgevel bevindt zich een stolpraam met<br />
tweeruits bovenlicht waarboven een lage opgeklampte<br />
dubbele deur die toegang geeft tot de<br />
voormalige turfzolder.<br />
De als tuitgevel uitgevoerde achtergevel (NO) van<br />
de keukenuitbouw is op de vernieuwde deur links na<br />
gesloten.<br />
Het interieur verkeert nog gedeeltelijk in de oorspronkelijke<br />
staat.<br />
Het aan het Whereplantsoen gelegen achterhuis<br />
heeft een rechthoekige plattegrond en is één bouwlaag<br />
hoog onder een met zwarte geglazuurde Hollandse<br />
pannen gedekt zadeldak waarvan de noklijn<br />
evenwijdig loopt aan het Whereplantsoen.<br />
De buitenmuren van het vermoedelijk als tuinhuis<br />
gebouwde achterhuis zijn geblokt gepleisterd. De<br />
gesloten zijgevels hebben een driehoekige bovengevel<br />
van brede gepotdekselde delen (bij de noordwestgevel<br />
vervangen door rabatdelen). In de zuid-
westgevel bevindt zich links een paneeldeur waarin<br />
een twaalfruits raam en rechts een dubbele tuindeur<br />
met in elke deurhelft drie ramen boven elkaar.<br />
De aan het Whereplantsoen grenzende noordoostgevel<br />
heeft van links naar rechts twee dichtgetimmerde<br />
vensters en een paneeldeur. Het achterhuis<br />
heeft binnenwanden van brede staande delen en<br />
een uit brede delen samengestelde zoldervloer rustend<br />
op een enkelvoudige balklaag.<br />
De twee genoemde vensters zijn aan de binnenzijde<br />
voorzien van vouwblinden. De kap is naar verluidt<br />
beschoten.<br />
De woning met bijbehorend achterhuis is van algemeen<br />
belang uit architectuur- en cultuurhistorisch<br />
oogpunt als gaaf bewaard gebleven voorbeeld van<br />
een woonhuis uit het eerste kwart van de 20ste<br />
eeuw en als eerste werk van architect J.J.P. Oud.<br />
Daarnaast heeft het pand stedenbouwkundige<br />
waarde als onderdeel van een nog oorspronkelijke<br />
gevelwand.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
19
Venediën 14<br />
Notariskantoor. Huidige functie: woonhuis. Ontworpen<br />
door H.P. van den Aardweg, architect te <strong>Purmerend</strong>,<br />
in opdracht van notaris D.G. van Os. Gebouwd<br />
in 1896 door aannemer Brinkman te <strong>Purmerend</strong>.<br />
Op rechthoekig grondplan gebouwd pand van twee<br />
bouwlagen onder een mansardedak gedekt met<br />
gesmoorde kruispannen. De buitenmuren zijn opgetrokken<br />
in rode machinale waalsteen in kruisverband<br />
met snijvoeg (het voegwerk van de voorgevel is<br />
platvol vernieuwd).<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
De achtergevel is op de begane grond geblokt gepleisterd.<br />
De voorgevel (ZW) heeft een hardstenen<br />
plint, dito cordonbanden ter hoogte van de verdiepingsvloer<br />
én in het verlengde van de eveneens<br />
hardstenen lekdorpels van de vensters, en bovenaan<br />
een hoofdgestel voorzien van paneelfries waarboven<br />
een kroonlijst op rijkgesneden voluutconsoles.<br />
De begane grond heeft twee schuifvensters en links<br />
een rijke neorenaissance paneeldeur met bovenlicht.<br />
Links van de deur bevindt zich een ingemetselde<br />
hardstenen brievenbus. De eerste verdieping<br />
telt drie T-vensters waaronder ruitvormig siermetselwerk.<br />
De segmentbogen boven de vensters in de voorgevel<br />
hebben een sluitsteen met diamantkop en aanzetstenen<br />
die door een band gekoppeld worden. Ter<br />
hoogte van de zoldervloer bevinden zich florale<br />
muurankers.<br />
De naderhand versoberde dakkapel middenboven is<br />
voorzien van een (vernieuwd) vierruits stolpraam en<br />
een plat dak waarvan de boeiboorden zich als lijst<br />
voortzetten ter hoogte van de knik in het voorschild.<br />
In de rechterzijgevel (ZO) bevindt zich halverwege<br />
de eerste verdieping een vierkant schuifvenster (het<br />
vergelijkbare linker venster is door de huidige eigenaar<br />
geplaatst). De linkerzijgevel (NW) is op het<br />
keldervenster middenonder na gesloten. Het keldervenster<br />
is voorzien van een valraam waarvoor vier<br />
diefijzers. De zijgevels worden evenals de achtergevel<br />
afgesloten door een bakgoot op klossen.<br />
De achtergevel (NO) heeft links een binnen het oorspronkelijke<br />
kozijn vernieuwde deur met bovenlicht<br />
en rechts een rechthoekige uitbouw van één bouwlaag<br />
met plat dak. Deze voormalige keukenuitbouw<br />
is evenals de begane grond van de achtergevel<br />
geblokt gepleisterd. In de zuidoostgevel van de uit-<br />
20<br />
bouw bevindt zich een T-raam, in de noordoostgevel<br />
een paneeldeur met bovenlicht waarnaast rechts<br />
een stolpraam met bovenlicht.<br />
De deur heeft een afdak rustend op twee korbelen.<br />
Ter hoogte van de verdiepings- en zoldervloer is de<br />
achtergevel voorzien van muurankers als voor.<br />
De eerste verdieping heeft links en in het midden<br />
een T-venster en rechts, ter hoogte van het achterliggende<br />
trapbordes, een schuifvenster voorzien van<br />
floraal glas in lood.<br />
Het interieur verkeert nog gedeeltelijk in de oorspronkelijke<br />
staat.<br />
Het pand is van algemeen belang uit cultuur- en<br />
architectuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard<br />
gebleven voorbeeld van een notariskantoor uit het<br />
laatste kwart van de 19de eeuw. Tevens heeft het<br />
pand stedenbouwkundige waarde omdat het deel uit<br />
maakt van een nog oorspronkelijke gevelwand.
Weerwal 12<br />
Huis met lijstgevel onder een dak met het buurnummer<br />
13. Middenrisaliet met attiek, bekroond<br />
door hoekvazen in Lod. XV-stijl.<br />
Weerwal 13<br />
Huis met lijstgevel onder een dak met het buurnummer<br />
12.<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
21
Weerwal 3-4<br />
Winkel met bovenwoning. Ontworpen door gemeentearchitect<br />
Jb. Faber in opdracht van H.C. Oud,<br />
bankier en voorzitter van de Werkmansvereniging<br />
“Vooruit”. Datering: 1901.<br />
N.B. De houten aanbouw tegen de achtergevel<br />
maakt geen deel uit van de bescherming.<br />
Halfvrijstaand pand van twee bouwlagen onder een<br />
afgeplat schilddak (waarop thans bruine shingles).<br />
De voorgevel (NO) is witgepleisterd boven een<br />
hardstenen plint. In het midden van de begane<br />
grond bevindt zich een op een hardstenen lekdorpel<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
rustend getoogd etalageraam met een bijzondere<br />
roedenverdeling en ter weerszijden een paneeldeur<br />
voorzien van een raam en een vierruits bovenlicht.<br />
Boven de naar de bovenwoning leidende linker deur<br />
heeft de eerste verdieping een schuifvenster met<br />
een achtruits bovenlicht dat evenals het bovenlicht<br />
van de voordeur ontlast wordt door een segmentboog.<br />
Het linker geveldeel eindigt in een smalle dakopbouw<br />
waarvan de naar opzij uitkragende trapgevel<br />
bekroond wordt door een overhoekse toppilaster.<br />
De dakopbouw is voorzien van twee kleine gekoppelde<br />
draairamen waarboven een rondboog en<br />
waaronder een onderdeur in de vorm van een dubbele<br />
paneeldeur.<br />
Rechts van het smalle linker geveldeel is de eerste<br />
verdieping uitgevoerd in vakwerk en bovenaan afgesloten<br />
door een overstek op getorste schoren. De<br />
eerste verdieping heeft in het midden een schuifvenster<br />
met tienruits bovenlicht en boven de winkeldeur<br />
een op een rijke houten onderbouw rustende<br />
vijfzijdige hoekerker met een door een koperen punt<br />
en bol bekroonde zevenzijdige spits en in elk van de<br />
vijf kanten een schuifvenster met zesruits bovenlicht.<br />
Op het voorschild staat een dakkapel voorzien van<br />
een stolpraam en een lessenaarsdak met overstek.<br />
De aan de Gasthuissteeg gelegen rechterzijgevel<br />
(NW) is opgetrokken in rode machinale waalsteen in<br />
kruisverband (b.g.) en halfsteens verband (1e verd.)<br />
met snijvoegen en bovenaan voorzien van een bakgoot<br />
op gootklossen.<br />
Ter hoogte van de verdiepings- en zoldervloer en<br />
halverwege de eerste verdieping bevinden zich<br />
22<br />
schootankers. De begane grond telt vijf zesruits<br />
schuifvensters (de linker is dichtgetimmerd).<br />
In het midden van de eerste verdieping bevinden<br />
zich twee T-vensters en rechts hiervan een klein<br />
venster met vast raam. Links heeft de bovenverdieping<br />
twee licht uitgemetselde rookkanalen met boven<br />
de linker een rechthoekige schoorsteen van<br />
rode machinale waalsteen.<br />
Het rechter gedeelte van de door het buurpand grotendeels<br />
aan het oog onttrokken linkerzijgevel (ZO)<br />
is tot en met de zolderverdieping recht opgetrokken<br />
en gecementeerd.<br />
De achtergevel (ZW) is gemetseld in rode machinale<br />
waalsteen in kruisverband met snijvoeg en voorzien<br />
van een bakgoot.<br />
Ter hoogte van de eerste verdieping bevindt zich<br />
links een door zijramen geflankeerde dubbele glasdeur<br />
met bovenlicht en rechts een deur met bovenlicht<br />
en zijraam.<br />
Het interieur bevat nog enkele elementen uit de<br />
bouwtijd.<br />
Het pand is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als uitwendig grotendeels<br />
gaaf bewaard gebleven winkelpand uit het<br />
begin van de 20ste eeuw, en als karakteristiek werk<br />
uit het oeuvre van gemeentearchitect Jb. Faber.
Wolthuissingel 1<br />
De Rusthoeve, ouderencentrum. Oorspronkelijke<br />
functie: hervormd tehuis voor ouden van dagen.<br />
Ontworpen door Wieger Bruin, architect BNA te<br />
Amsterdam, in opdracht van Vereeniging van Hervormde<br />
Diaconieën in de Classis Edam. Gebouwd<br />
van 1934-1935 door de Gebr. Jb.V. en J. de Vries,<br />
aannemers te <strong>Purmerend</strong>.<br />
N.B. De kleine moderne aanbouw tegen de achtergevel<br />
van de noordoostvleugel en de aangebouwde<br />
opbaarruimte (1984) rechts tegen de achtergevel<br />
van de hoofdvleugel maken geen deel uit van de<br />
bescherming.<br />
Groot bejaardentehuis bestaande uit een onderkelderde<br />
hoofdvleugel van drie bouwlagen waartegen<br />
linksachter, haaks op de achtergevel, een eveneens<br />
onderkelderde noordoostvleugel van twee bouwlagen,<br />
en linksvoor onder een stompe hoek een<br />
noordwestvleugel van twee bouwlagen.<br />
De zuidvleugel aan de Populierenstraat zal binnenkort<br />
plaats maken voor nieuwbouw. Alle vleugels<br />
hebben een zadeldak met rode OVH-pannen en een<br />
ruim overstek waartegen een zinken bakgoot.<br />
De buitengevels zijn opgetrokken in geelroze machinale<br />
waalsteen in klezoorverband (hoofd- en<br />
noordwestvleugel) of noords verband (noordoostvleugel)<br />
met enigszins terugliggende voeg.<br />
Voor de vensters is zowel hout als staal toegepast.<br />
De vensters van de kamers zijn met behoud van de<br />
oorspronkelijk roedenverdeling vernieuwd. Links van<br />
het midden is de hoofdvleugel tot aan het twee<br />
bouwlagen tellende linker gedeelte enigszins hoger<br />
opgetrokken onder een afzonderlijk zadeldak waarop<br />
aan de voorzijde vier vergrote dakkapelllen met<br />
flauwhellend zadeldak, en op de nok, links van het<br />
midden (recht boven de hoofdingang) een achthoekige<br />
open stalen klokkenstoel waarin een kleine<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
bronzen klok. Links tegen de voorgevel (W) van dit<br />
hoge bouwvolume bevindt zich een risaliet van twee<br />
bouwlagen onder een door een stalen spijlenhek<br />
omgeven plat dak dat toegankelijk is via een dubbele<br />
glasdeur op de tweede verdieping.<br />
De risaliet heeft in de voorzijde een hoge glaspui<br />
waarin ter hoogte van de verdiepingsvloer een reliëf<br />
voorstellend de vier levensfasen en daaronder een<br />
kalkstenen gedenksteen met het volgende inscriptie:<br />
“VERTROUWEND OP GOD WERD IN ZORGELIJ-<br />
KEN TIJD/ DIT TEHUIS VOOR OUDEN VAN DA-<br />
GEN/ DE RUSTHOEVE/ GESTICHT DOOR DE<br />
VEREENIGING VAN HERVORMDE/ DIACONIEËN<br />
IN DE CLASSIS EDAM/ DE EERSTE PAAL WERD<br />
GESLAGEN OP 9 OCTOBER 1934/ HET GEBOUW<br />
WERD BETROKKEN OP 17 FEBRUARI 1936”.<br />
In de linkerzijde van de risaliet bevindt zich bovenin<br />
een zesruits stalen rondvenster. Ter weerszijden<br />
van de risaliet is de parterre uitgebouwd onder een<br />
plat dak dat fungeert als balkon en voorzien is van<br />
een smeedijzeren spijlenhek waarin paarsgewijze<br />
spijlen.<br />
Het linker gedeelte van de parterre-uitbouw telt vier<br />
zesruits stalen rondvensters en heeft links een portiek<br />
met schuine zijden en een segmentboog als<br />
ontlastingsboog.<br />
Het rechter gedeelte van de parterre-uitbouw strekt<br />
zich uit tot aan de lagere rechter helft van de voorgevel<br />
en is van links naar rechts voorzien van een<br />
zesruits stalen rondvenster, een vernieuwde ingang,<br />
zes zesruits stalen vensters, een vierruits stalen<br />
rondvenster, en in de smalle rechterzijde een vierruits<br />
stalen rondvenster.<br />
Het linker balkon is toegankelijk via vier dubbele<br />
glasdeuren met drieruits bovenlicht, de rechter balkon<br />
via acht dubbele glasdeuren met zesruits bovenlicht.<br />
Recht boven de acht laatstgenoemde deu-<br />
23<br />
ren heeft de tweede verdieping zeven zesruits liggende<br />
vensters en rechts een vierruits stolpraam.<br />
De rechter helft van de voorgevel telt twaalf vensterassen<br />
waarin merendeels achtruits liggende<br />
vensters en in de tweede, vijfde, achtste en elfde as<br />
van rechts op de eerste en tweede verdieping een<br />
klein, deels inpandig balkon met een betonnen vloer<br />
waarvan de voorzijde gebogen is. De balkons hebben<br />
een ijzeren spijlenhek en zijn toegankelijk via<br />
een dubbele glasdeur.<br />
De linker vensteras is voorzien van liggende zesruits<br />
vensters, de rechter heeft vierruits vensters en op<br />
de begane grond een ondiepe houten portaaluitbouw<br />
met in de voorzijde een dubbele deur tussen<br />
smalle drieruits zijlichten.<br />
Boven de tweede en de achtste vensteras van<br />
rechts staat op het dak een dakkapel als genoemd<br />
(de laatste is naderhand geplaatst).<br />
De kopse zuidgevel van de hoofdvleugel telt vier<br />
vensterassen met in de binnenste vierruits stolpvensters<br />
en in de buitenste op de begane grond een<br />
liggend achtruits venster en op de verdiepingen een<br />
door tweeruits zijramen geflankeerde dubbele glasdeur<br />
waarvoor een klein balkon met ijzeren spijlenhek.<br />
Ter hoogte van de zolderverdieping heeft de zuidgevel<br />
links en rechts een rondvenster en in het midden<br />
een dichtgezette deuropening waarboven een<br />
stalen hijsbalk (de twee vierruits stolpramen zijn van<br />
recente datum). In de kopse noordgevel van de<br />
hoofdvleugel bevindt zich bovenin een vierruits stalen<br />
rondvenster waaronder een zesruits liggend<br />
venster.<br />
De achtergevel (O) van de hoofdvleugel heeft linksboven<br />
een vierruits stalen rondvenster en rechts<br />
hiervan, ter hoogte van het neventrappenhuis, een
hoge 21-ruits stalen glaspui (met boven- en onderin<br />
een tuimelraampje) die zich uitstrekt vanaf de eerste<br />
verdieping tot en in een dakopbouw ter hoogte van<br />
de zolderverdieping.<br />
De dakopbouw is voorzien van een insnijdend zadeldak<br />
met overstek. In de enigszins hoger opgetrokken<br />
rechter helft van de achtergevel bevindt zich<br />
rechts, ter plaatse van de liftschacht, een smallere<br />
en hogere 24-ruits glaspui onder een hogere dakopbouw<br />
met dito dak en bovenin een vierruits stalen<br />
rondvenster. Links hiervan heeft de achtergevel ter<br />
plaatse van het hoofdtrappenhuis een uitkragende<br />
25-ruits stalen glaspui met ter weerszijden twee<br />
stalen rondvensters boven elkaar.<br />
Rechtsboven, ter hoogte van de zolderverdieping, is<br />
de achtergevel voorzien van vier gekoppelde ramen<br />
en een door een middenstijl in tweeën gedeeld venster.<br />
Op de begane grond bevindt zich rechts een<br />
kelderkoekoek waarin twee vierruits keldervensters<br />
en links hiervan vier dubbele deuren met drieruits<br />
bovenlichten. Hierboven telt de eerste verdieping<br />
vier paar kleine tweeruits draairamen en de tweede<br />
verdieping twee raampjes waartussen twee zesruits<br />
liggende vensters.<br />
De linker helft van de achtergevel telt tot aan het<br />
neventrappenhuis elf vensterassen met achtruits<br />
liggende vensters en in de linker drie vensterassen<br />
vierruits vensters. De tweede, vijfde en achtste vensteras<br />
van rechts hebben op de eerste en tweede<br />
verdieping een klein balkon met ijzeren spijlenhek.<br />
De balkons zijn bereikbaar via een door smalle<br />
tweeruits zijlichten geflankeerde dubbele glasdeur.<br />
De voorgevel (ZW) van de noordwestvleugel telt tien<br />
vensterassen waarvan de linker op beide bouwlagen<br />
een vierruits stolpraam heeft en de overige vensterassen<br />
voorzien zijn van zesruits liggende vensters<br />
met uitzondering van de tweede, vijfde en achtste<br />
L:\Communicatie\Projecten\Monumentenwandeling\wandeling_boekje v1.doc<br />
vensteras van links die op de begane grond een<br />
achtruits liggend venster hebben en op de eerste<br />
verdieping een door smalle zijlichten geflankeerde<br />
dubbele balkondeur waarvoor een klein balkon met<br />
spijlenhek.<br />
Rechts op de eerste verdieping bevindt zich een<br />
zesruits stalen rondvenster. De kopgevel (NW) van<br />
de noordwestvleugel heeft op beide bouwlagen<br />
rechts een dichtgezet venster en middenboven een<br />
smal zoldervenster.<br />
In de achtergevel (NO) van de noordwestvleugel<br />
bevindt zich rechts op de parterre een tweetal draaivensters<br />
en op de eerste verdieping een rondvenster<br />
waarin een vierruits tuimelraam. Links hiervan<br />
heeft de gevel een kleine risaliet met in de voorzijde<br />
op beide bouwlagen rechts een smal draairaam en<br />
in de linkerzijde op de eerste verdieping een via een<br />
uit de bouwtijd daterende stalen brandtrap toegankelijke<br />
rondboogdeur waarin vier ramen.<br />
De gevel telt links van de risaliet negen vensterassen<br />
met op de parterre een tweeruits venster en op<br />
de verdieping een vierruits stolpvenster (de vierde<br />
vensteras van rechts heeft op de verdieping geen<br />
venster maar een glasdeur waarvoor een klein balkon).<br />
Links tegen de begane grond bevindt zich een erker<br />
met in de voorzijde een twintigruits glaspui, in de<br />
linkerzijde een zestienruits glaspui en in de rechterzijde<br />
een door ramen omgeven deur waarin een<br />
vierruits raam.<br />
Rond het platte serredak dat naar links en rechts<br />
uitkraagt boven een stalen hoekkolom is een ijzeren<br />
balkonhek aangebracht waarin paarsgewijze spijlen.<br />
Het dakterras is toegankelijk via een dubbele glasdeur<br />
geflankeerd door zijlichten met bovenin een<br />
stalen uitzetraam.<br />
24<br />
De zuidgevel van de noordoostvleugel heeft links<br />
naast elkaar drie kelderkoekoeken elk voorzien van<br />
een stalen buizenhek en vier gekoppelde kelderramen.<br />
Links op de begane grond bevinden zich twee<br />
rondvensters waarin vierruits tuimelramen. Verder is<br />
de parterre grotendeels voorzien van tweeruits vensters.<br />
De eerste verdieping heeft over vrijwel de volle gevellengte<br />
een betonnen balkon waarlangs een hek<br />
van stalen buizen. In de kopse oostgevel van de<br />
noordoostvleugel bevinden zich op de begane grond<br />
twee rondvensters waarin een vierruits tuimelraam,<br />
middenboven een klein balkon, en bovenin een smal<br />
zoldervenster.<br />
De noordgevel heeft ter hoogte van de eerste verdieping<br />
van links naar rechts een op vier gemetselde<br />
pijlers rustende risaliet met in de rechterzijde<br />
twee vierruits stalen rondvensters, een klein balkon,<br />
acht tweeruits vensters, een hoge vierkante schoorsteen<br />
uitgevoerd in hetzelfde metselwerk als de<br />
gevels waarop een betonnen dekplaat met overstek,<br />
en een vierruits stolpvenster (de beganegrondvensters<br />
zijn modern).<br />
Het in 1983-‘84 gerenoveerde interieur bevat nog<br />
enkele elementen uit de bouwtijd.<br />
Het ouderencentrum “De Rusthoeve” met bijbehorende<br />
hekpijlers is van algemeen belang uit architectuur-<br />
en cultuurhistorisch oogpunt als merendeels<br />
gaaf bewaard gebleven en karakteristiek voorbeeld<br />
van een hervormd bejaardentehuis uit de jaren ’30<br />
van de 20ste eeuw, opgetrokken in de stijl van de<br />
Delftse School. Tevens heeft het pand situationele<br />
waarde vanwege de beeldbepalende ligging aan de<br />
Wolthuissingel.