IFRS implicaties - Resultance International
IFRS implicaties - Resultance International
IFRS implicaties - Resultance International
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4A OVERIGE FINANCIËLE VASTE ACTIVA [HUIDIGE-RICHTLIJN]<br />
opgenomen omtrent de ‘derecognition’ van activa en passiva. Een actief of een post van het<br />
vreemd vermogen dient niet langer in de balans te worden opgenomen, indien de transactie ertoe<br />
leidt dat alle of nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s<br />
met betrekking tot het actief of de post van het vreemd vermogen aan een derde zijn overgedragen<br />
In afwachting van ontwikkelingen met betrekking tot de implementatie van IAS 39 blijft deze<br />
alinea voorlopig de status van ‘ontwerp’ houden.<br />
IAS 39 gaat zeer gedetailleerd op de ‘derecognition’ van activa en passiva in. Ten aanzien van<br />
financiële activa geldt dat deze alleen dan van de balans worden gehaald, indien de onderneming<br />
de beheersingsmacht verliest over de contractuele rechten met betrekking tot het actief. Dit is het<br />
geval indien de onderneming de rechten op de voordelen zoals gespecificeerd in het contract realiseert,<br />
indien de betreffende rechten expireren of indien de onderneming afstand doet van deze<br />
rechten (par. 35). Ten aanzien van financiële passiva geldt (par. 57) dat deze van de balans af<br />
gaan wanneer de verplichting verdwijnt, met andere woorden, wanneer de onderneming van de in<br />
het contract genoemde verplichtingen wordt ontheven of wanneer de verplichtingen worden<br />
‘gecanceld’ of wanneer deze expireren. Het kan daarbij niet alleen gaan om het kwijtschelden van<br />
een schuld of het aflossen van een lening, maar ook om het overdragen van een lening, mits daarbij<br />
geen garantie, terugverkoopverplichting of terugkooprecht anders dan tegen de dan geldende<br />
marktwaarde wordt overeengekomen.<br />
Voorts kent IAS 39 zeer specifieke regels voor allerlei verschillende situaties (IAS 39.47-65).<br />
In de herziene IAS 39 (2003) wordt ten aanzien van de criteria voor ‘derecognition’ van overige<br />
financiële vaste activa verduidelijkt dat een actief of een post van het vreemd vermogen niet<br />
langer op de balans wordt opgenomen wanneer de onderneming alle of nagenoeg alle<br />
economische voordelen en risico’s heeft overgedragen. Indien dit niet eenduidig te beoordelen is,<br />
dient te worden beoordeeld of de onderneming de beschikkingsmacht heeft over het actief. Indien<br />
en voorzover de onderneming de beschikkingsmacht heeft behouden via ‘continuing<br />
involvement’ blijft het actief op de balans (IAS 39.20-23).<br />
1.3 Waardering overige effecten (aandelen)<br />
Overige effecten (aandelen) worden gewaardeerd tegen de kostprijs (of lagere marktwaarde) dan<br />
wel tegen actuele waarde. Ingevolge IAS 39.69 en 70 dienen overige effecten (aandelen) tegen<br />
reële waarde te worden gewaardeerd, met uitzondering van aandelen waarvan de reële waarde<br />
niet betrouwbaar kan worden vastgesteld.<br />
1.4 Waardering overige effecten (vastrentende beleggingen)<br />
Vastrentende beleggingen (obligaties) worden in Nederland veelal gewaardeerd tegen aflossingswaarde,<br />
waarbij het verschil tussen de verkrijgingsprijs en de aflossingswaarde<br />
(agio/disagio) wordt verdeeld over de resterende looptijd van de obligaties (RJ 214.407). Indien<br />
het agio/disagio op annuïtaire wijze wordt verdeeld, vindt per saldo waardering tegen amortisatiewaarde<br />
plaats. Agio/disagio mag ook lineair worden toegerekend. Ook is waardering tegen<br />
actuele waarde toegestaan.<br />
-47-