terugblik - Flanders Investment & Trade

IN DE KIJKER
ONS BUITENLaNDS NETWERK
IN BEWEGING
Traditioneel zijn de zomermaanden voor onze afdeling Personeel & Facility Management een drukke
periode. Dan wisselen immers een tiental Vlaamse Economische Vertegenwoordigers (VLEV’s) van post.
Van New York naar Berlijn, van Los angeles naar Madrid, van Dubai naar cairo,... Kriskras de wereld rond,
veelal met kinderen en partner. “Het is een complexe operatie, maar we zorgen er graag voor dat ze perfect
verloopt,” zegt afdelingshoofd Pascale Leroy. “Ons buitenlands netwerk is immers de ruggengraat van onze
organisatie.”
Een VLEV blijft minimum vier en maximum zeven jaar
actief in dezelfde stad, behalve in de ‘moeilijke’ posten
Teheran, Algiers en Riyad. “Na een vijftal jaar zijn medewerkers
doorgaans volledig in hun functie gegroeid. We
zorgen er daarom voor dat ze telkens een nieuwe uitdaging
krijgen,” gaat Pascale Leroy verder. “Het houdt onze
medewerkers in het buitenland alert en gemotiveerd. En
het creëert kenniscumulatie en nieuwe invalshoeken
voor de werking in onze kantoren. Daar zijn onze klanten,
de Vlaamse exportondernemingen, bij gebaat.”
Kantoren in BRIc-landen winnen aan belang
Flanders Investment & Trade heeft in het buitenland
personeel in 67 kantoren. In 53 daarvan zijn VLEV’s op
post. In onze drukste kantoren worden zij ondersteund
door Invest Deputies en Trade Deputies, respectievelijk
voor het aantrekken van investeringen naar Vlaanderen
en voor het begeleiden van de internationalisering
van Vlaamse ondernemingen.
In steden met minder bedrijvigheid bevinden zich de handelssecretarissen.
Zij worden doorgaans in het buitenland
gerekruteerd. “Soms wint zo’n post aan belang, dan
komt er een VLEV op post,” legt Pascale Leroy uit. “Dat
was bijvoorbeeld het geval in ons kantoor in Mumbai en
in Sint-Petersburg. Wij hebben van de Vlaamse Regering
de nodige fondsen gekregen om onze mankracht in deze
groeimarkten te versterken. De BRIC-landen staan centraal
in onze strategie.”
Locaties die deuren openen
“Bij de mutaties komt een pak logistiek en administratief
werk kijken,” zegt Marc De Backer, diensthoofd
Facility Management Buitenland. “Tijdens een
verkennende reis, meestal met de partner, maken de
VLEV’s kennis met hun voorganger en met de medewerkers
op kantoor. Er wordt ook gezorgd voor een
introductie bij de plaatselijke economische contacten.
En de zoektocht naar huisvesting en eventueel scholen
begint. Daarna gebeurt de echte verhuis. Als de
VLEV niet onmiddellijk in de definitieve woonst kan intrekken,
moet er soms uitgeweken worden naar een
tijdelijke verblijfplaats. Al bij al duurt zo’n wisseling
van post toch wel een paar weken.”
De kantoren bevinden zich meestal op diplomatieke
locaties, zoals ambassades, consulaten en consulaten-generaal.
In acht steden opereert Flanders Investment
& Trade vanuit de ‘Vlaamse huizen’: Berlijn,
Madrid, New York, Den Haag, Londen, Parijs, Wenen
en Warschau. “Allemaal uitstekende locaties met een
uitstraling die deuren opent voor Vlaamse bedrijven.
En daar is het ons allemaal om te doen,” besluit hij.
9 Vlaamse Economische Vertegenwoordigers
wisselen van post
Op 7 plaatsen is de wissel reeds achter de rug:
• Berlijn: Jürgen Maerschand (komt van New York)
• Los Angeles: Tonia Van de Vyver
(komt van onze hoofdzetel in Brussel)
• Madrid: Dirk Verlee (komt van Los Angeles)
• New York: Marc Struyvelt (komt van Madrid)
• Stuttgart: Jan Offner (komt van Chicago)
• Warschau: Luc Strybol (komt van Berlijn)
Op1 januari 2010 volgen er nog twee wissels:
• Buenos Aires: Jan De Moor
(komt van onze hoofdzetel in Brussel)
• Cairo: Jan Bruffaerts (komt van Dubai)
WErEldWIJS-IN dE KIJKEr | 19