Blauwdruk Mentale Zorglijn Politie - Impact - Arq
Blauwdruk Mentale Zorglijn Politie - Impact - Arq
Blauwdruk Mentale Zorglijn Politie - Impact - Arq
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Blauwdruk</strong> <strong>Mentale</strong> <strong>Zorglijn</strong> <strong>Politie</strong><br />
3.4 De directe omgeving als voorportaal van de zorg<br />
Ook voor een politiemedewerker is de eerste stap bij psychische problemen: deze zelf herkennen of er door de naaste<br />
omgeving op gewezen worden. 49 Hoeveel Nederlandse politiemedewerkers bij zichzelf herkennen dat het mogelijk niet goed<br />
gaat op psychisch vlak is onbekend. Evenmin bekend is hoe vaak psychische problemen bij politiemensen door de naaste<br />
omgeving worden opgemerkt.<br />
Niet elke politieman of – vrouw die merkt of hoort dat het niet goed gaat, onderneemt hierop actie. Een onderzoek bij de<br />
Noorse politie leert dat daar nog geen 10% van de medewerkers bij symptomen van angst en depressie of suïcidale gedachten<br />
contact zocht met een psycholoog of psychiater. 50 Volgens de onderzoekers Berg et al. (2006) hebben politiemedewerkers<br />
grote moeite om zichzelf te zien als iemand die hulp nodig heeft. Zij zijn immers degenen die zelf altijd hulp bieden. 51<br />
25<br />
De directe omgeving van een politiemedewerker fungeert als voorportaal van de zorg, maar blijft ook tijdens en na een eventuele<br />
fase van professionele medische zorg in de GGZ een belangrijke rol spelen. Op basis van het kringenmodel uit hoofdstuk<br />
2 worden de volgende personen tot het voorportaal gerekend (kringen 1 en 2): familie en vrienden, collega’s, lotgenoten,<br />
georganiseerde collegiale ondersteuning, leidinggevenden en geestelijk verzorgers. Voor geen van hen is landelijk bekend<br />
hoeveel politiemedewerkers voor hulp en steun bij hen aankloppen. 52 Evenmin is bekend hoeveel (uren) hulp en ondersteuning<br />
een politiemedewerker met psychische problemen gemiddeld uit de directe omgeving ontvangt. Overigens blijkt uit de<br />
NEMESIS-2 studie van het Trimbos-instituut dat slechts een derde van de volwassenen in Nederland bij psychische problemen<br />
het gesprek daarover aangaat met mensen in de directe omgeving. 53 We vermoeden daarom dat slechts een minderheid<br />
van de politiemedewerkers zijn of haar psychische problemen bespreekt met de directe omgeving en dat een nog kleiner deel<br />
professionele hulp zoekt.<br />
3.5 Gebruik eerstelijnszorg<br />
De eerstelijnszorg is de generalistische zorg die binnen de politie wordt geboden door de bedrijfsarts en het bedrijfsmaatschappelijk<br />
werk, en buiten de politie door onder meer de huisarts en de eerstelijnspsycholoog. In hoeverre er gebruik wordt<br />
gemaakt van deze zorgverleners door politiemedewerkers, komt in deze paragraaf aan bod.<br />
Bedrijfsarts<br />
Hoeveel politiemedewerkers bezoeken per jaar de bedrijfsarts en met welke reden doen ze dat? Navraag bij het landelijk<br />
overleg bedrijfsartsen politie (LOBPOL) leert dat er geen geanonimiseerde registraties zijn op basis waarvan deze vraag kan<br />
worden beantwoord. Er blijkt geen uniform registratiesysteem te bestaan voor de werkzaamheden van bedrijfsartsen. Van<br />
een aantal bedrijfsartsen is bekend dat zij een registratie bijhouden van het aantal bezoekmomenten en de reden van bezoek.<br />
Anderen lijken dit niet te doen. Door de gebrekkige en ongelijksoortige registratie is het niet mogelijk om op landelijk niveau<br />
uitspraken te doen over de frequentie waarmee politiemedewerkers de bedrijfsarts bezoeken en de reden hiervan.<br />
Bedrijfsmaatschappelijk werk<br />
Ook het bedrijfsmaatschappelijk werk blijkt geen uniform registratiesysteem te hebben waaruit men zou kunnen aflezen hoeveel<br />
politiemensen er jaarlijks komen en met welke reden. Lang niet elke bedrijfsmaatschappelijk werker houdt zelf bij hoeveel<br />
bezoekers hij of zij heeft. Landelijke cijfers zijn daarom niet te geven.<br />
Enig inzicht wordt wel verschaft door een onderzoek van Nieuwenhuijsen en Sluiter (2010) bij de politie Amsterdam-<br />
Amstelland. Zij laten zien dat van de 312 aanmeldingen/zorgvragen er 214 in de categorie psychisch vallen (69%). 54<br />
Van de aanmeldingen in de categorie psychisch 55 , is in 80% van de gevallen (172 van de 214) de bedrijfsmaatschappelijk<br />
werker de hoofdbehandelaar geweest en 16 maal was een externe zorgverlener betrokken (via Psychopol).<br />
Het onderzoek van Nieuwenhuijsen en Sluiter (2010) geeft – net als het eerdere onderzoek van Kuijer et al. (2005) – een duidelijke<br />
indicatie dat het merendeel van de zorgvragen en beroepsziekten binnen de politie psychisch van aard is. Interessant<br />
is bovendien dat het merendeel van de zorgvragen in Amsterdam-Amstelland intern wordt behandeld: 172 door het bedrijfsmaatschappelijk<br />
werk en slechts 16 door een externe zorgverlener (via Psychopol). 56 Hoe representatief deze verhouding is<br />
voor de totale politie is niet te zeggen. De rol van het bedrijfsmaatschappelijk werk verschilt per korps. In Amsterdam-<br />
Amstelland neemt het bedrijfsmaatschappelijk werk een centrale plaats in en is de bedrijfsarts op afstand geplaatst, terwijl<br />
het in andere korpsen juist andersom is.<br />
49<br />
Het gaat hier om ’mogelijke’ psychische klachten, omdat er nog geen sprake is van een gediagnosticeerd ziektebeeld.<br />
50<br />
Berg et al. (2006).<br />
51 <br />
Aanvullende verklaringen hebben betrekking op onder meer de politiecultuur waarin het moeilijk is om veronderstelde zwakte te tonen en de beschikbaarheid en kosten van<br />
de zorg (Berg et al., 2006).<br />
52 <br />
Hoe vaak gebruik wordt gemaakt van de georganiseerde collegiale ondersteuning wordt bijvoorbeeld in een aantal korpsen wel geregistreerd, maar omdat de collegiale<br />
ondersteuning dermate verschillend is vormgegeven in de korpsen, de registratie lang niet altijd plaatsvindt en ook de wijze van registratie verschilt, kunnen deze cijfers niet<br />
worden geëxtrapoleerd naar heel Nederland.<br />
53<br />
Trimbos-instituut 2010: 55.<br />
54<br />
Dit is al dan niet in combinatie met een andere categorie. 48 aanmeldingen hebben betrekking op alleen fysieke klachten. (Nieuwenhuijsen en Sluiter, 2010)<br />
55 <br />
Driekwart van de psychische klachten zijn relatief mild: het zijn stress-, depressieve of angstklachten; 11% beslaat problemen in de persoonlijkheid, problemen met<br />
persoonlijk functioneren of problemen in de interactie met collega’s; en 8% problemen in het omgaan met een fysieke aandoening. (Nieuwenhuijsen en Sluiter, 2010)<br />
56<br />
In die jaren beschikte Amsterdam-Amstelland over een eigen psycholoog die politiemensen behandelde.