Reglement Jachthondenproeven

Reglement ‘10
4. In het programma mag in een aparte rubriek “reserves” een onbeperkt aantal
honden worden opgenomen (Zie ook artikel V.6). De organisatie dient
de inschrijvers van reservehonden te laten weten, dat zij alleen mogen
deelnemen als een hond uit het programma niet deelneemt. De reservehonden
worden uiterlijk ingedeeld op het moment, dat men de plaats van
samenkomst verlaat om met de proeven te beginnen.
Art. VI.3 Programma naar gedelegeerde
1. De organiserende instantie draagt er zorg voor, dat de gedelegeerde uiterlijk
op de derde werkdag voorafgaande aan de dag van de jachthondenproef
in het bezit is van een volledig programma. Met een digitaal programma
wordt geen genoegen genomen.
2. Nadat het programma aan de gedelegeerde is toegestuurd, mag geen hond
meer in het programma worden bijgeschreven.
Art. VI.4 Bijzondere verboden
ππ
Bijzondere verboden, die in werking treden gedurende een jachthondenproef:
a. Het is verboden tegenover keurmeesters of officials handtastelijk te zijn,
onwelvoeglijke taal te gebruiken of deze functionarissen anderszins te
beledigen of te bedreigen dan wel zich op een andere wijze onbetamelijk te
gedragen.
b. Het is verboden om honden die niet ter beoordeling zijn opgeroepen, los te
laten lopen.
c. Het is verboden parforcebanden, prikkelbanden en/of andere dwangmiddelen
te gebruiken.
d. Het is verboden om honden te mishandelen.
Art. VI.5 Aanwijzingen
ππ
Deelnemers dienen aanwijzingen van wedstrijdleiders en keurmeesters stipt
op te volgen.
Art. VI.6 Controle identificatienummers
ππ
Gedelegeerde en keurmeesters zijn bevoegd de identificatienummers van
de deelnemende honden te (doen) controleren. De organiserende instantie
draagt er zorg voor, dat daartoe gedurende de dag van de betreffende jachthondenproef
een chipreader aanwezig is.
20