Reglement Jachthondenproeven
Reglement Jachthondenproeven
Reglement Jachthondenproeven
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Reglement</strong> ‘10<br />
Bijlage D<br />
De Provinciale Jachthondenproef (PJP)<br />
Opzet en doel<br />
Art. D.1<br />
1. De Provinciale Jachthondenproef bestaat in beginsel uit vier meervoudige,<br />
niet gestandaardiseerde proeven op B-niveau en twee meervoudige, niet<br />
gestandaardiseerde apporteerproeven op A-niveau.<br />
2. Het doel van de Provinciale Jachthondenproef is enerzijds na het seizoen<br />
van de jachthondenproeven het in wedstrijdverband provinciaal vergelijken<br />
van de prestaties van de honden en anderzijds jagers en andere belangstellenden<br />
een inzicht te geven in de mogelijkheden van goed opgeleide<br />
jachthonden.<br />
Organisatie<br />
Art. D.2<br />
1. Een Provinciale Jachthondenproef mag uitsluitend worden georganiseerd in<br />
het daarvoor vastgestelde seizoen. Dat seizoen loopt van 1 november tot en<br />
met 31 maart.<br />
2. De Provinciale Jachthondenproef wordt zo mogelijk één maal per jaar<br />
onder verantwoordelijkheid van de Provinciale Discipline Coördinator (PDC)<br />
Jachthonden of Gewestcommissaris Jachthonden voor zijn provincie georganiseerd.<br />
Als een provincie uit meerdere gewesten bestaat, kan de PDC een<br />
gewest in zijn provincie aanwijzen om de PJP te organiseren. Hij delegeert<br />
in dat geval naar eigen goeddunken bevoegdheden aan dit gewest.<br />
3. Het is toegestaan, dat PDC Jachthonden en/of Gewestcommissarissen<br />
Jachthonden gezamenlijk een Provinciale Jachthondenproef voor hun<br />
provincies organiseren. In onderling overleg worden dan de beschikbare<br />
plaatsen over de betreffende provincies verdeeld. Er kan een gewest uit één<br />
van die provincies worden aangewezen om de PJP te organiseren. PDC’s<br />
en/of Gewestcommissarissen kunnen in dat geval naar eigen goeddunken<br />
bevoegdheden delegeren.<br />
4. Het maximum aantal toe te laten honden is in beginsel vier en twintig.<br />
Het vaststellen van de verhouding tussen het aantal deelnemende A- en<br />
B-honden is aan de organisatie.<br />
60