COMPLEXE GETALLEN voor Wiskunde D - Faculteit der ...
COMPLEXE GETALLEN voor Wiskunde D - Faculteit der ...
COMPLEXE GETALLEN voor Wiskunde D - Faculteit der ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
T.6 De <strong>der</strong>degraadsvergelijking<br />
T.6 De <strong>der</strong>degraadsvergelijking<br />
Complexe getallen zijn in de zestiende eeuw bedacht door Italiaanse rekenmeesters<br />
in een poging een soort ‘abc-formule’ te vinden <strong>voor</strong> <strong>der</strong>degraadsvergelijkingen.<br />
Bij de door Scipio del Ferro (ca. 1465-1526) en Niccolo Tartaglia (ca. 1499-<br />
1557) gevonden oplossing van het probleem, die in 1545 door Geronimo Cardano<br />
(1501-1576) in zijn Ars Magna gepubliceerd werd, bleek het noodzakelijk te zijn<br />
om op een formele manier te rekenen met vierkantswortels uit negatieve getallen,<br />
althans in die gevallen waarin de <strong>der</strong>degraadsvergelijking drie verschillende<br />
reële oplossingen had. In zijn in 1572 verschenen Algebra bracht Rafaele Bombelli<br />
(1526-1573) enige klaarheid in de duisternis door een algemene theorie <strong>voor</strong> deze<br />
‘imaginaire getallen’ te ontwikkelen. De meetkundige <strong>voor</strong>stelling van complexe<br />
getallen als punten in het vlak is pas veel later gevonden: eerst door C. Wessel<br />
(1797), daarna herontdekt door J.R. Argand (1806) en vervolgens opnieuw door<br />
Carl Friedrich Gauss (1777-1855), die er veelvuldig gebruik van maakte.<br />
In deze paragraaf zullen we niet de oude Italiaanse methode presenteren, maar<br />
een an<strong>der</strong>e methode die de meetkundige aspecten meer benadrukt. Er moet overigens<br />
bij gezegd worden dat dit soort methodes, hoe mooi en belangrijk ze ook<br />
zijn vanuit wiskundig standpunt bekeken, <strong>voor</strong> de praktijk nauwelijks nut hebben.<br />
Er zijn veel snellere numerieke methodes bekend om de wortels van <strong>der</strong>deen<br />
hogeregraadsvergelijkingen te berekenen. Die geven echter geen exacte antwoorden,<br />
maar bena<strong>der</strong>ingen in elke gewenste nauwkeurigheid.<br />
Eerst een opmerking over tweedegraadsvergelijkingen. Als<br />
z 2 − pz + q = 0<br />
zo’n vergelijking is, en z 1 en z 2 zijn de (eventueel samenvallende) wortels, dan<br />
geldt p = z 1 + z 2 en q = z 1 z 2 . Je ziet dit door het linkerlid te schrijven in de vorm<br />
(z − z 1 )(z − z 2 ) en de haakjes uit te werken:<br />
(z − z 1 )(z − z 2 ) = z 2 − (z 1 + z 2 )z + z 1 z 2<br />
Hieruit volgt in het bijzon<strong>der</strong> dat we z 1 en z 2 gemakkelijk kunnen vinden als<br />
p = z 1 + z 2 en q = z 1 z 2 bekend zijn: stel de vierkantsvergelijking z 2 − pz + q = 0<br />
op en los die op met de abc-formule.<br />
Nu de <strong>der</strong>degraadsvergelijking. Op bladzijde 83 geven we het oplossingsrecept.<br />
Dat is dus de ‘abc-formule’ <strong>voor</strong> <strong>der</strong>degraadsvergelijkingen! Het zal nog een heel<br />
verhaal zijn om dat recept te verklaren. Om dat zo overzichtelijk mogelijk te<br />
houden, schrijven we de <strong>der</strong>degraadsvergelijking in de vorm<br />
z 3 − 3a 1 z 2 + 3a 2 z − a 3 = 0 (1)<br />
dus met afwisselend plus- en mintekens, en een factor 3 bij de kwadratische en<br />
de lineaire term. Het bijbehorende polynoom noemen we P(z). Wortels van de<br />
vergelijking correspon<strong>der</strong>en met nulpunten van P(z).<br />
79<br />
Complexe getallen <strong>voor</strong> wiskunde D