De sociale segmentatie van Nederland in 2015 - Oapen
De sociale segmentatie van Nederland in 2015 - Oapen
De sociale segmentatie van Nederland in 2015 - Oapen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
ongelijkheid uit het <strong>Nederland</strong>se ondenvijs verdwenen zal zijn, kwamen uit<br />
het cohort 2040. Het mag duidelijk zijn deze voorspell<strong>in</strong>g met veel onzekerheid<br />
is omgeven, maar ook dat er een onmiskenbare trend naar m<strong>in</strong>der<br />
<strong>sociale</strong> reproductie is.<br />
<strong>De</strong>nds <strong>in</strong> milieuspecifieke kansen - e<strong>in</strong>dniveau<br />
Tabel 2.9 en figuur 2.7 laten vervolgens zien hoe de onderliggende patronen<br />
<strong>van</strong> milieuspecifieke besliss<strong>in</strong>gen emit zien wanneer we de gegevens opdelen<br />
naar transities. Hiertoe veronderstellen we dat ondenvijsniveaus voldoende<br />
zijn weergegeven wanneer vijf lagen worden onderscheiden: bijgevolg<br />
zijn er vier transities te bekijken. Populair gezegd komen deze overeen<br />
met (A) de besliss<strong>in</strong>g om het voortgezet ondenvijs 'zonder diploma te verlaten,<br />
(B) de besliss<strong>in</strong>g om genoegen te nemen met secundair ondenvijs <strong>van</strong><br />
de eerste trap (lbo-mavo) dan we1 een hoger diploma te behalen, en (C) de<br />
besliss<strong>in</strong>g om genoegen te nemen met secundair onderwijs <strong>van</strong> de tweede<br />
trap (havo-mbo-vwo) dan we1 een tertiair ondenvijs-diploma (hbo-wo) te<br />
behalen, en (D) de besliss<strong>in</strong>g om door te gaan tot een wo-diploma dan we1<br />
met een hbo-diploma genoegen te nemen. <strong>De</strong> logica <strong>van</strong> het model wil dat<br />
men de 'keuze' voor een hoger niveau alleen bestudeert voor degenen die ook<br />
daadwerkelijk op het niveau daaronder zijn aangekomen. Bij beslispunt (A)<br />
zijn derhalve alle ondervraagden betrokken, bij beslispunt (B) alleen zij die<br />
ten m<strong>in</strong>ste enig secundair ondenvijs hebben afgemaakt, bij beslispunt (C)<br />
alleen degenen die ten m<strong>in</strong>ste een havo-mbo diploma hebben en bij beslispunt<br />
D alleen degenen die tenm<strong>in</strong>ste een diploma <strong>in</strong> het hoger onderwijs<br />
behaald hebben.<br />
Tabel 2.9 L<strong>in</strong>eaire trends <strong>in</strong> effect <strong>van</strong> <strong>sociale</strong> achtergrond op doorstrom<strong>in</strong>g op vier transities<br />
Afhankelijke variabele: Doorstrom<strong>in</strong>g (O..I)<br />
lo -+ hoger Ibo.mavo + hoger rnbo.vwo + hoger hbo + hoger<br />
B sign B sign B sign B sign<br />
Cohort (20..65) ,044 ~sl ,032 tf ,005 * .O 1 1 ns<br />
Vrouw (0.. I) -.53 1 t* -.SO6 tf -.391 tt -.246 +I<br />
Vrouw * Cohort ,023 tf ,019 #; -.002 ns -.006 ns<br />
Vaders opleid<strong>in</strong>g (6..2 1) .56 1 PL .53 1 tf .256 # ,162 tf<br />
Vaders opleid<strong>in</strong>g * Cohort -.OM * -.OO 1 ns -.002 ns .OO 1 ns<br />
Vaders beroep (I. 10) ,363 #; .375 * .33 1 tt .076 *<br />
Vaders beroep * Cohort -.007 +rl -.003 * -.OO 1 ns ,002 ns<br />
Bron: NEDMOB, eigen bereken<strong>in</strong>g.<br />
Bij figuur 2.7 gaat het om twee d<strong>in</strong>gen: (a) de historische trends en (b) het<br />
niveau <strong>van</strong> de milieuspecifieke afloop <strong>van</strong> de cont<strong>in</strong>uer<strong>in</strong>gsbesliss<strong>in</strong>g op elk<br />
<strong>van</strong> de drie transities. We zien dat er met name op de twee eerste beslispunten<br />
sprake is <strong>van</strong> een trend naar m<strong>in</strong>der milieuspecifieke ondenvijskansen.<br />
Vooral de besliss<strong>in</strong>g om a1 dan niet het onderwijs zonder vo-diploma<br />
te verlaten, vertoont een duidelijke trend naar meer gelijkheid. Men moet<br />
zich bij deze bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g evenwel goed realiseren dat het beslispunt als zodanig<br />
<strong>in</strong> deze jongste cohorten <strong>in</strong> toenemende mate als irrele<strong>van</strong>t dient te worden<br />
beschouwd: <strong>in</strong> de jongste cohorten zijn er nog maar zo we<strong>in</strong>ig personen<br />
zonder m<strong>in</strong>imaal een lbo-diploma over, dat welke milieuspecificiteit daar<strong>in</strong><br />
dan we<strong>in</strong>ig verschil meer maakt voor het totaal. In de eerste cohorten was<br />
dit nog allerm<strong>in</strong>st zo, toen verliet nog 20-30 procent <strong>van</strong> de respondenten<br />
zonder vo-diploma het onderwijs. Wat betreft milieuspecifieke <strong>in</strong>vloeden op<br />
de overgangen tussen voortgezet en hoger ondenvijs en de keuze tussen hbo<br />
en wo zien we veel m<strong>in</strong>der duidelijke trends. Het effect <strong>van</strong> vaders beroep<br />
op de keuze tussen hbo en wo lijkt wat af te nemen, maar het effect <strong>van</strong><br />
vaders opleid<strong>in</strong>g neemt toe.<br />
ONDERWlJSEXPANSlE EN ONDERWIJSKANSEN