15.03.2015 Views

AARDAPPEL KOERIER - Bayer CropScience

AARDAPPEL KOERIER - Bayer CropScience

AARDAPPEL KOERIER - Bayer CropScience

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Uitgave januari 2009<br />

<strong>AARDAPPEL</strong> <strong>KOERIER</strong><br />

Pootgoed laden voor Egypte<br />

Henry en Hans van der Woerd uit<br />

Tollebeek voeren nog een laatste<br />

kwaliteitscontrole uit voordat<br />

hun pootaardappelen worden<br />

geladen voor export naar Egypte.<br />

De 180 ton Santana's - die de<br />

maatschap voor handelshuis Van<br />

Rijn KWS teelt - hebben volgens<br />

Henry een perfecte kwaliteit. ,,Er<br />

zit dit jaar bijna geen vuiltje op;<br />

het lezen verliep dan ook heel<br />

mooi en vlot'', zegt hij.<br />

De maatschap Van der Woerd laat<br />

al haar pootgoed - dit jaar zo'n<br />

15 hectare - sorteren en opzakken<br />

bij het bedrijf Maerman-<br />

Doornbos in Emmeloord. Het<br />

lezen doen vader en zoon zelf.<br />

'InFinito vaste partner<br />

in pootaardappelen'<br />

,,Vanaf de eerste week van juli heb ik<br />

op vrijwel alle pootgoedpercelen InFinito<br />

ingezet. Met dit middel ben je in een<br />

periode met een snelle loofgroei het beste<br />

verzekerd van een goede bescherming<br />

tegen Phytophthora'', zegt Piet Jan de<br />

Groot in St. Jacobiparochie.<br />

Meer op pagina 2<br />

Uitstekende resultaten<br />

met Subliem<br />

Hans Reijrink uit Creil paste het afgelopen<br />

seizoen voor het eerst een grondbehandeling<br />

met Subliem toe tegen Rhizoctonia.<br />

De pootgoedteler is dermate enthousiast<br />

over het resultaat dat hij dit jaar niet meer<br />

zonder wil.<br />

Meer op pagina 4<br />

'Amigo onmisbaar bij<br />

hoge luizendruk'<br />

Het bedrijf van Marco Blaauboer ligt vlakbij<br />

een SBL-natuurgebied en is grotendeels<br />

omgeven door grasland. De luisdruk<br />

in zijn pootaardappelen is daarom groot.<br />

Om virusbesmetting tegen te gaan past<br />

hij in de vatbare rassen altijd Amigo toe.<br />

Meer op pagina 5<br />

'Ritnaaldenschade<br />

een groeiend<br />

probleem'<br />

,,De meeste kwaliteitsgebreken zijn tegenwoordig<br />

goed onder controle te houden<br />

met goede chemische middelen en op<br />

maat gesneden teeltmaatregelen. Alleen<br />

voor de ritnaalden hebben we nog steeds<br />

geen effectief wapen in handen.'' Dat<br />

zegt Jan den Boer, buitendienstmedewerker<br />

bij aardappelcoöperatie Nedato.<br />

Jaarlijks voldoet zo'n vijf procent van de<br />

aangevoerde frites- en tafelaardappelen<br />

bij Nedato niet aan de gestelde kwaliteitseisen,<br />

zo weet Den Boer. Op een totale<br />

omzet van 350.000 tot 400.000 ton<br />

aardappelen moet er dus voor een kleine<br />

20.000 ton een nieuwe bestemming worden<br />

gezocht. Hoeveel partijen specifiek<br />

vanwege ritnaaldenschade worden afgekeurd<br />

durft Den Boer niet te zeggen, maar<br />

dat het om meerdere duizenden tonnen is<br />

zéker. Extra vervelend is dat het probleem<br />

de laatste jaren gestaag toegenomen is.<br />

'Onaangename verrassingen<br />

op huurpercelen',<br />

lees verder op pagina 6<br />

'Teelttechniek van aardappelen<br />

verder verfijnen en verbeteren'<br />

,,De intensieve aardappelteelt begint in dit gebied steeds meer zijn sporen na te laten. Waar we tien jaar<br />

geleden nog tegen de 70 ton aardappelen van een hectare haalden, stokt het nu vaak al bij 55 ton. Om<br />

niet nog verder terug te vallen zullen we onze teelttechnieken verder moeten verfijnen en verbeteren.''<br />

Dat zegt Jaap Brooshoofd, akkerbouwer in Nieuwe Tonge en voorzitter van de akkerbouwstudieclub<br />

Goerree Overflakkee. De studieclub, die momenteel 16 akkerbouwers<br />

en een vaste DLV-adviseur telt, diept elk seizoen een aantal gezamenlijk vastgestelde<br />

knelpunten uit. De afgelopen twee seizoenen zijn onder andere de pootbedbereiding<br />

en diverse vormen van vloeibare bemesting uitgebreid besproken. Ook werden een<br />

groot aantal aardappelcontracten naast elkaar gelegd en doorgelicht.<br />

'Niet bezuinigen op pootbedbereiding', lees verder op pagina 3<br />

Harry Prins en Roelof Oosting, studieclub<br />

Rendementsverbetering zetmeelaardappel:<br />

'Rendement van de teelt móet omhoog'<br />

(pag 7.)<br />

Geert Roebroek, Aardappel Telersvereniging<br />

Limburg: 'Zuid-Limburg 'n buitenbeentje in de<br />

aardappelteelt' (pag 5.)<br />

Zuid-Limburg: 'buitenbeentje'<br />

in de aardappelteelt<br />

'Op enkele punten behoorlijk anders en<br />

ook wel wat moeilijker dan in de rest van<br />

Nederland', zo omschrijft Geert Roebroek<br />

de aardappelteelt in Zuid-Limburg.<br />

Als akkerbouwer en voorzitter van de<br />

Aardappel Telersvereniging Limburg (ATL)<br />

weet hij goed waar de knelpunten zitten,<br />

maar ook waar de kansen liggen.<br />

Meer op pagina 5<br />

De lange weg van actieve<br />

stof naar succesmiddel<br />

Wat moet er allemaal gebeuren voordat er<br />

een nieuwe actieve stof in de Nederlandse<br />

Landbouw kan worden in gezet? En welke<br />

obstakels kun je daar zoal bij tegenkomen?<br />

Wie deze vragen praktisch en helder<br />

beantwoordt wil hebben kan prima bij<br />

Anita van Bergeijk terecht.<br />

Meer op pagina 6<br />

'Rendement zetmeelaardappelteelt<br />

móet omhoog'<br />

,,Willen we in de toekomst een goede<br />

boterham blijven verdienen aan de zetmeelaardappelteelt,<br />

dan zal het rendement<br />

verder omhoog moeten'', zeggen Roelof<br />

Oosting en Harry Prins, akkerbouwers<br />

in Odoornerveen en Wijster.<br />

Meer op pagina 7<br />

Aardappelpag.1-jan09.indd 1 22-12-2008 09:20:35


InFinito: het sterkste schild tegen<br />

Phytophthora<br />

InFinito heeft zich het afgelopen seizoen bewezen als een absoluut topmiddel<br />

tegen blad- en knolphytophthora. Zowel preventief als curatief behoort het<br />

tot de sterkste middelen die momenteel voor de praktijk beschikbaar zijn.<br />

InFinito® bevat de werkzame stoffen fluopicolide en propamocarb-waterstofchloride.<br />

Fluopicolide gooit de celstructuur van de phytophthora-schimmel<br />

in de war en stopt de aanmaak van eiwitten. Propamocarb-waterstofchloride<br />

werkt als een soort hulpstof voor fluopicolide. Het zorgt ervoor dat<br />

een deel van de fluopicolide verder in het blad dringt. Daarnaast geeft propamocarb-waterstofchloride<br />

extra curatieve werking en zorgt het door een<br />

ander werkingsmechanisme voor een ingebouwd resistentiemanagement.<br />

Tijdstip van toepassing<br />

InFinito kan het hele groeiseizoen worden toegepast. Maar door zijn combinatie<br />

van een zeer goede preventieve en curatieve werking, de herverdeling naar nieuw<br />

blad en de uitstekende knolbescherming, komt InFinito het meest tot zijn recht in<br />

het midden van het teeltseizoen wanneer de knolzetting begint.<br />

InFinito scoort uitstekend in middenblok<br />

proefveld Fijnaart 2008<br />

Overzicht van belangrijkste werkzame stoffen en producten tegen Phytophthora<br />

infestans en Alternaria in aardappelen<br />

nieuwe groei<br />

Merknaam blad curatieve stopt knol<br />

c<br />

Alternaria<br />

Aandroogtijd regen<br />

(in uren) vastheid<br />

bescherming werking sporenvorming preventief curatief bescherming<br />

Flexibele dosering: 1,2 – 1,6 l/ha<br />

Het standaardadvies voor InFinito is 1,2 l/ha. De hogere dosering (tot 1,6 l/ha)<br />

is van toepassing bij een zware phytophthoradruk. De bespuiting moet met een<br />

interval van 5-10 dagen worden herhaald, afhankelijk van de infectiedruk, weersomstandigheden<br />

en gevoeligheid van het ras voor Phytophthora.<br />

De kracht van InFinito<br />

• preventieve én curatieve werking tegen Phytophthora<br />

• uitstekende werking tegen knolphytophthora<br />

• snel regenvast<br />

• uiterst bedrijfszeker<br />

• vloeibare formulering<br />

contactfungiciden<br />

Shirlan (0,4 l/ha) 2,6 - - (+) - ++(+) (+) 1-2 ++(+)<br />

Ranman (0,2 l/ha) 3,6 - - ++ - +++ - 0.5-1 +++<br />

Daconil 500 vlb (3,5 l/ha) - - (+) - - +(+) 1-2 ++(+)<br />

maneb/mancozeb (2,0/2,25 kg/ha) 2,0 - - + - -<br />

b<br />

++<br />

2-6 +(+)<br />

Unikat Pro (1,8 kg/ha) 2,6 - - ? - ++ ++(+) 2-6 ++(+)<br />

contact + locaal-systemisch<br />

Aviso DF (3,0 kg/ha) ++ + + ++ - ++ 2-6 ++<br />

Tanos (0,6 kg/ha) ++ + + ++ nvt ++ 1-2 ++(+)<br />

Curzate M WG (2,5 kg/ha) ++ + + ++ - ++ 2-6 ++<br />

Acrobat DF (2,0 kg/ha) 2,8 + ++ + + ++ ++ 2-6 ++(+)<br />

2,6 - +(+) ++ - ++<br />

a 1-5 ++<br />

Sereno (1,5 kg/ha) ++<br />

Valbon (2,0 kg/ha) 3,5 +(+) + +(+) +(+) +(+) ++ 1-2 ++(+)<br />

Revus (0,6 l/ha) 3,8 + d +(+) ++ d<br />

+ ++ - 0.5-1 +++<br />

contact + systemisch<br />

Tattoo C (2,7 l/ha) 3,4 ++ ++ +(+) +(+) ++ +(+) 1-2 +++<br />

Fubol Gold (2,5 kg/ha) ++(+) ++(+) ++ ++(+) nvt ++ 2-6 +++<br />

locaal-systemisch + systemisch<br />

Infinito (1,6 l/ha) 3,8 ++ ++(+) ++ ++ +++ - 1-2 ++(+)<br />

Specifiek tegen Alternaria<br />

Amistar (0,25 l/ha) - - - - - - +++ 1-2 +++<br />

Signum (0,2 kg/ha) - - - - - - +++ 1-2 +++<br />

(a) er zijn ervaringen die wijzen op ++(+)<br />

(b) als minder dan 1500 g mancozeb per ha wordt gebruikt, is werking minder dan ++<br />

(c ) er kunnen twee soorten Alternaria voorkomen. Omdat middelen verschillen in werking tegen deze soorten,<br />

hangt de werking in het veld af van welke Alternaria-soorten er aanwezig zijn<br />

(d) in sommige proeven waren er indicaties voor +(+)<br />

Piet Jan de Groot over InFinito:<br />

'Een vaste partner in pootaardappelen'<br />

,,Een relatief gemakkelijk seizoen, maar wel met een verraderlijke tweede helft. Zo zou ik het spuitse izoen 2008 het<br />

liefst willen omschrijven. Tot begin juli stelde de phythopthorabestrijding eigenlijk niet zoveel voor. Door de extreme<br />

droogte in dit gebied kreeg de schimmel vrijwel geen kans om zich te ontwikkelen. Maar dat veranderde snel toen<br />

het weer in juli radicaal omsloeg. Door een reeks van buien begonnen de poters hier aan een flinke inhaalrace. De<br />

loofgroei was in de eerste twee weken van juli gigantisch. Je zag de gewassen als het ware de grond uit brullen.<br />

Het was dus even goed opletten om niet achterop te raken met spuiten. Extra verraderlijk was dat veel gewassen<br />

vrij onregelmatig opkwamen, waardoor het lastig was om het juiste spuittijdstip vast te stellen.<br />

Vanaf de eerste week van juli heb ik op vrijwel alle pootgoedpercelen InFinito ingezet. Met dit middel ben je in<br />

een periode met een snelle loofgroei het beste verzekerd van een goede bescherming tegen Phytophthora. Op<br />

vrijwel alle percelen heb ik een dosering van 1,2 tot 1,25 liter per hectare aangehouden. Daarmee heb ik tot<br />

begin augustus doorgespoten. Infecties hebben we - ondanks een behoorlijke dreiging in juli en augustus - vrijwel<br />

niet gezien. InFinito heeft zijn werk dus prima gedaan, zo mag je achteraf wel stellen.<br />

Behalve de sterke preventieve en curatieve werking tegen Phytophthora heeft InFinito nog een mooie eigenschap:<br />

je kunt het mengen met minerale olie. Gezien de forse tegenvallers met virusinfecties in de nacontrole verwacht<br />

ik dat het gebruik van olie hier zo goed als standaard zal worden. De kans is groot dat InFinito daardoor een<br />

nóg vastere partner in de pootaardappelteelt zal worden.''<br />

Piet Jan de Groot is akkerbouwer en loonspuiter in St. Jacobiparochie.<br />

Jaarlijks verbouwt hij ca. 18 ha pootgoed en spuit hij ca. 2000 hectare voor derden.<br />

2 Aardappel Koerier<br />

Aardappelpag.2-3-jan09.indd 2 22-12-2008 09:22:14


Vervolg van voorpagina<br />

'Niet bezuinigen op pootbedbereiding'<br />

Een thema dat veel aandacht krijgt binnen de akkerbouwstudieclub<br />

Goerree Overflakkee is de pootbedbereiding. ,,Omdat we de laatste jaren<br />

geen strenge winter meer hebben gehad, is het steeds lastiger geworden<br />

om een mooi, kluitenvrij pootbed te maken. Hierdoor hebben we tijdens<br />

de oogst steeds vaker met harde kluiten te maken'', zo schetst Jaap<br />

Brooshoofd het probleem. Om na te gaan of er verschillen zitten tussen<br />

pootbedbereiders is het afgelopen seizoen bij een van de leden een vergelijkende<br />

proef aangelegd met drie verschillen machines: een gangbare<br />

rotorkopeg, een cultirolverkruimelaar (Steketee) en een aangedreven frees<br />

(Multivator). Hoewel de resultaten op zich weinig uiteen liepen – wellicht<br />

met een klein plusje voor de Multivator – heeft de proef toch veel opgeleverd,<br />

zo stelt Brooshoofd. ,,De verschillende ideeën en inzichten van de<br />

leden hebben voor de nodige discussie gezorgd. En dat is altijd winst.<br />

Zelf heb ik ervan opgestoken dat je gauw te diep werkt en daardoor de<br />

kluiten naar bovenhaalt of de toplaag versmeert. Tot vijf centimeter onder<br />

de poter loshalen is meer dan genoeg. Ook kregen we de bevestiging<br />

dat er soms gewoon een extra bewerking nodig is om de kluiten kwijt<br />

te raken. Dat dit sporen in het land oplevert en extra brandstof kost is<br />

jammer, maar minder erg dan een massa kluiten tijdens de oogst. Op de<br />

pootbedbereiding mag je gewoon niet bezuinigen.''<br />

Vloeibare kunstmest onder de loep<br />

Een ander onderwerp dat het afgelopen seizoen uitgebreid is besproken is de toepassing<br />

van diverse vormen van vloeibare kunstmest. Volgens Brooshoofd speuren<br />

veel leden naar mogelijkheden om de (over)bemesting efficiënter en makkelijker<br />

uitvoerbaar te maken. Vloeibare kunstmest biedt daartoe mogelijkheden omdat<br />

het met de veldspuit kan worden toegediend. ,,Een aantal spuiten gaat hier al<br />

richting de 45 meter. Deze reikwijdte kun je met een kunstmeststrooier nauwelijks<br />

meer halen, laat staan dat het dan nog nauwkeurig gebeurd'', zo licht hij toe. Een<br />

extra voordeel is dat vloeibare mest exacter te doseren is. Met de steeds strakker<br />

wordende bemestingsnormen neemt dit voordeel alleen maar toe.<br />

Hoewel Brooshoofd de technische voordelen duidelijk ziet, heeft hij twijfels over<br />

'Als ik zie wat collega's ondertussen voor huurland betalen...'<br />

de voordelen voor het gewas. ,,De meeste van die nieuwe vloeibare meststoffen<br />

beloven een meeropbrengst van enkele procenten. Dat is te weinig om met eigen<br />

ogen in de gewassen terug te zien. Je moet er dus ook een beetje in geloven; er<br />

iets in zien. Ik heb dat nog niet zo.''<br />

Scherpere blik op aardappelcontracten<br />

Een derde onderwerp waar de studieclub zich de afgelopen jaren uitgebreid<br />

over heeft gebogen zijn de aardappelcontracten. Hiervoor zijn acht verschillende<br />

contracten helemaal uitgeplozen en met elkaar vergeleken. Hoewel er in de basis<br />

van de contracten geen grote verschillen zaten, waren er - door de opzet en<br />

Jaap Brooshoofd is voorzitter van de akkerbouwstudieclub Goerree Overflakkee. De studieclub, die<br />

momenteel 16 akkerbouwers en een vaste DLV-adviseur telt, diept elk seizoen een aantal gezamenlijk<br />

vastgestelde knelpunten uit. De afgelopen twee seizoenen werden onder andere de pootbedbereiding<br />

en diverse vormen van vloeibare bemesting besproken. Jaarlijks komt de studieclub - die<br />

onderdeel is van de Vereniging van Bedrijfsvoorlichting - ongeveer zes keer bijeen.<br />

bewoordingen - wel behoorlijk wat verschillende interpretaties mogelijk. ,,Goed lezen bleek al een eerste goede les. Want<br />

een eenzelfde regel werd door de een soms heel anders uitgelegd als door de ander '', zo weet<br />

Brooshoofd nog goed. De meest gevoelige onderwerpen waren de verplichte afname van pootgoed,<br />

de afzet en betaling van de overtonnen en het afleveren van kwalitatief minder goede<br />

partijen. ,,Een eensluidende conclusie hebben we daar niet uit kunnen trekken, want elk bedrijf<br />

weegt deze details weer anders. Maar de hele discussie daarover heeft veel leden wel behoorlijk<br />

scherper gemaakt; niemand tekent hier zomaar meer een contract'', zo blikt de voorzitter terug.<br />

Saldo's met elkaar vergelijken<br />

Voor komende seizoenen zou Brooshoofd graag wat extra aandacht willen voor de financiële en economische kant van de teelt,<br />

bijvoorbeeld door onderling de saldo's en de kostprijzen met elkaar te vergelijken. ,,Als ik zie wat collega's hier ondertussen<br />

voor huurland betalen, dan moet daar toch een behoorlijke opbrengst tegenover staan om wat aan de teelt over te houden.<br />

Verder zou ik wel eens grondig uit willen diepen wat de totale kosten voor oogst en bewaring zijn. Ik vermoed dat velen 'die<br />

ene oude kieper voor het rooien' en 'die ene reparatie in de bewaarplaats' gemakshalve niet meenemen in hun kostprijsberekening,<br />

terwijl je dat voor een eerlijk overzicht wél moet doen. Het zou dan maar zo kunnen dat de huidige contractprijzen<br />

van 8 tot 8,50 per 100 kilo voor fritesaardappelen en van 12 tot 13 voor tafelaardappelen heel erg krap zijn.''<br />

Sereno bestrijdt Phytophthora én Alternaria<br />

Sereno® is een preventief schimmelbestrijdingsmiddel in poot-, consumptie-<br />

en zetmeelaardappelen. Het bijzondere van het middel is dat het niet<br />

alleen een goede bescherming tegen Phytophthora biedt, maar ook een<br />

krachtige werking tegen Alternaria heeft.<br />

Sereno kan het hele teeltseizoen worden ingezet. Maar gezien de sterke<br />

combinatiewerking tegen Phytophthora én Alternaria komt het middel het<br />

best tot zijn recht vanaf het eind van de bloei. Vanaf dit stadium veroudert<br />

het gewas en raakt het gevoeliger voor Alternaria.<br />

Alternaria:<br />

kleine<br />

bladvlekken<br />

met<br />

concentrische<br />

ringen<br />

• stengel-ziek<br />

• bladziek<br />

• knolziek<br />

• latent-knolziek<br />

• stengel-ziek<br />

• knolziek<br />

• bladziek<br />

• Alternaria<br />

Opkomst Actieve groei Stabiele vegetatie Afrijping<br />

De kracht van Sereno:<br />

• Goede preventieve werking tegen<br />

blad- stengel- en knolphytophthora<br />

• Prima werking tegen beide Alternaria soorten<br />

• Zowel bescherming op als in het blad<br />

• Mengbaar met minerale olie en pyrethroïden als Decis<br />

• Na en half uur regenvast<br />

(mits toegepast op een droog gewas)<br />

• Gebruiksvriendelijke formulering (granulaat)<br />

3 Aardappel Koerier<br />

Aardappelpag.2-3-jan09.indd 3 22-12-2008 09:23:49


Subliem:<br />

de nieuwe nummer één tegen Rhizoctonia<br />

Sulbiem® is een nieuw fungicide in poot- en consumptieaardappelen.<br />

Het biedt de best mogelijke bescherming tegen Rhizocotinia<br />

en heeft bovendien een goede nevenwerking op zwarte spikkel en<br />

zilverschurft.<br />

Subliem bestaat uit de werkzame stoffen<br />

pencycuron (o.a. in Moncereen)<br />

en fluoxastrobine (o.a. in Fandango).<br />

Beide stoffen vullen elkaar uitstekend<br />

aan waardoor er een ongekend hoog<br />

en consistent bestrijdingsniveau van<br />

lakschurft (Rhizoctonia solani) wordt<br />

bereikt. In meerjarige proeven (2003<br />

- 2008) gaf Subliem een structureel<br />

betere werking dan andere middelen<br />

tegen Rhizoctonia (grafiek 1).<br />

Behalve tegen Rhizoctonia heeft Subliem<br />

ook een goede werking tegen zwarte<br />

spikkel (Colletotrichum coccodes) en<br />

zilverschurft (Helminthosporium solani),<br />

Toepassing<br />

Subliem moet door middel van een<br />

rijenbehandeling bij het poten worden<br />

toegepast. Het middel moet goed worden<br />

verdeeld door de op te bouwen<br />

rug. De grondbehandeling met Subliem<br />

beschermt zowel de stengels als de<br />

nieuw te vormen knollen tegen een<br />

Rizoctonia-aantasting vanuit de grond.<br />

Na loofvernietiging wordt de vorming<br />

van Rhizoctonia op de knollen sterk<br />

tegen gegaan. Hierdoor kan later worden<br />

geoogst, waardoor de knollen beter<br />

af kunnen harden.<br />

Veiligheid<br />

Subliem is zeer veilig voor de aardappel.<br />

Tijdens het poten kunnen de<br />

aardappelen worden geraakt met de<br />

spuitvloeistof zonder dat dit resulteert<br />

in een opkomstvertraging.<br />

Subliem meest effectief tegen Rhizoctonia<br />

Samengevat resultaat van 17 proeven (2003-2008)<br />

100<br />

Rhizoctonia<br />

zwarte spikkel<br />

zilverschurft<br />

De kracht van<br />

Subliem<br />

50<br />

0<br />

Subliem<br />

Gemiddelde rhizoctonia index in onbehandeld = 22<br />

azoxystrobine<br />

Subliem Twinpack<br />

Subliem Twinpack is een voordelige duoverpakking van Subliem en Amigo.<br />

Het twinpack bevat 3 liter Subliem en 0,5 liter Amigo (1 hectare-verpakking).<br />

Subliem beschermt de knollen tegen Rhizoctonia, zilverschurft en<br />

zwarte spikkel. Amigo houdt alle bladluizen vanaf het poten tot minimaal<br />

zeven weken na opkomst uit het gewas en levert daarmee een belangrijke<br />

bijdrage aan het voorkomen van virus. Subliem Twinpack biedt daardoor een<br />

zeer complete start voor alle pootaardappelen.<br />

• Hoogste bestrijdingsniveau<br />

van Rhizoctonia<br />

• Goede werking op zwarte<br />

spikkel en zilverschurft<br />

• Perfecte schilkeur en<br />

hoogste netto-opbrengsten<br />

• Veilig voor de aardappel<br />

• Ingebouwd resistentie<br />

management<br />

'Een absoluut topmiddel tegen Rhizoctonia'<br />

,,Kijk eens wat een mooie, gladde aardappelen. Daar is echt geen spoortje Rhizoctonia op te vinden. Zelfs een gevoelig ras als Lady Clair is helemaal blank de grond uit<br />

gekomen''. Hans Reijrink graait met zijn handen door een kist met pootgoed. Hij is zichtbaar tevreden met zijn oogst en - zeker niet minder - over de prestaties van het<br />

nieuwe middel Subliem. De stammenteler uit Creil kon het afgelopen voorjaar via zijn teeltadviseur Ian Hale een aantal liters van het toen nog zeer krap beschikbare middel<br />

bemachtigen. En de resultaten zijn zo goed, dat Reijrink dit jaar niet meer zonder wil.<br />

Schoon pootgoed telen is voor stammenteler Reijrink een absolute must. Voor<br />

S-pootgoed geldt een maximum van 10% lichte Rhizoctonia. ,,Dat is zo ongeveer<br />

niks. Als je het ziet is het eigenlijk al teveel'', zo benadrukt hij nog maar eens.<br />

Omdat Reijrink 1-op-3 aardappelen teelt en bovendien vaak tulpen als voorvrucht<br />

heeft, ligt de rhizoctoniaschimmel sowieso al meer dan gemiddeld op de loer. Daar<br />

komt bij dat lichtere gronden in de NOP tot de rhizoctonia-gevoeligere gronden<br />

van Nederland behoren. ,,Een structurele aanpak van Rhizoctonia is dus absoluut<br />

noodzakelijk om nu en in de toekomst stammen te kunnen blijven telen'', zo stelt<br />

Reijrink. Een knol- en grondbehandeling behoren dan ook tot de standaardbehandelingen<br />

op het bedrijf. De afgelopen jaren was dat vrijwel altijd met Moncereen.<br />

,,Maar nu lijkt Subliem voor wat betreft de grondbehandeling het stokje over te<br />

gaan nemen'', zo stelt de pootgoedteler, die zeer te spreken is over de resultaten<br />

van het middel.<br />

Sterker middel, betere duurwerking<br />

Volgens Ian Hale, teeltadviseur bij Profyto en vaste middelenleverancier bij Reijrink,<br />

heeft Subliem alles in zich om een groot middel te worden. In eigen proeven heeft<br />

Subliem zich al vier seizoenen lang bewezen als topmiddel tegen Rhizoctonia. ,,In<br />

vergelijking met Moncereen kwam Subliem vaak net even beter uit de bus. De<br />

aardappelen waren gemiddeld genomen iets glimmender en gladder en ook zaten<br />

er net wat minder misvormden tussen'', zo weet Hale.<br />

Een tweede grote pluspunt van Subliem vindt hij de zeer goede<br />

duurwerking. Voor Reijrink was dit afgelopen seizoen al een<br />

reden om de stammen een weekje langer af te laten harden. ,,Het<br />

product was daardoor zichtbaar sterker tijdens het rooien.''<br />

400 liter water gebruiken<br />

Om zowel de knol* als de grond rond de knol goed te raken<br />

is het raadzaam om veel water te gebruiken, zo stelt Hale. Hij<br />

adviseert daarom de gebruikelijke hoeveelheid van 200 tot<br />

250 liter/ha te verhogen naar 400 liter/ha. ,,In onze proeven<br />

- met één dop gericht op de vallende knol en twee doppen op<br />

de bewegende grond - hebben we gezien dat de knollen dan<br />

vrijwel volledig geraakt worden en dat je daarmee ook het beste<br />

resultaat haalt.''<br />

Gezien de goede eerste ervaringen in de praktijk en de glasheldere<br />

proefresultaten verwacht Hale dat dit jaar zeker de helft<br />

van alle pootgoedtelers in zijn werkgebied overstapt op Subliem.<br />

Voor Reijrink geldt dat in ieder geval: ,,voor mij heeft het middel<br />

zich absoluut bewezen.''<br />

*) Subliem is volstrekt veilig voor de knol. Het is daarom geen probleem als het<br />

middel de knol raakt.<br />

4 Aardappel Koerier<br />

Hans Reijrink (links) is pootaardappelteler in Creil. Ian Hale is<br />

teeltadviseur bij Profyto gewasbescherming in Emmeloord.<br />

Aardappelpag.4-5jan09.indd 4 22-12-2008 09:24:50


Marco Blaauboer over Amigo:<br />

'Onmisbaar schakel bij hoge luizendruk'<br />

Het akkerbouwbedrijf van Marco Blaauboer ligt vlakbij een groot SBL-natuurgebied en<br />

is grotendeels omgeven door grasland. De luisdruk in zijn pootaardappelen is daarom<br />

relatief groot. Om besmetting met niet-persistentie virussen tegen te gaan past hij in<br />

de vatbare rassen altijd Amigo toe.<br />

,,Met twee verlagingen in Spunta's is de schade op mijn bedrijf erg meegevallen. Met de enorme luisdruk<br />

in dit gebied had ik veel erger verwacht.'' Marco Blaauboer reageert opgelucht wanneer de virusdruk van<br />

het afgelopen teeltseizoen ter sprake komt. Met 35 hectare basispootgoed (SE en E), waarvan een deel<br />

van de rassen ook nog eens behoorlijk vatbaar is voor virussen, zijn de luizen naar eigen zeggen 'een<br />

voortdurende bedreiging' voor het bedrijf.<br />

Blaauboer ligt met zijn bedrijf min of meer in het 'episch centrum' van de luizen. De grootste dreiging<br />

komt vanuit een groot SBL-natuurgebied, enkele kilometers westelijk van het bedrijf. Volgens Blaauboer is<br />

dit gebied de laatste jaren steeds ruiger geworden, waardoor er - met het uitblijven van strenge winters<br />

- steeds meer luizen zijn kant op komen. Verder speelt mee dat z'n bedrijf grotendeels in een door grasland<br />

gedomineerd gebied ligt. Wanneer de veehouders in het voorjaar beginnen te maaien wemelt het van de<br />

luizen en is het alarmfase één voor Blaauboer.<br />

Halve liter Amigo geeft zekerheid<br />

Om het virusgevoelige pootgoed (waaronder Bintje, Doré en Sirtema) maximaal tegen virusoverdracht te<br />

beschermen gebruikt Blaauboer bij het poten altijd<br />

De kracht van Amigo<br />

een halve liter Amigo. Daarna zet hij vanaf ca.<br />

40% gewasopkomst minerale olie en pyrethroïden<br />

• Minimaal 7 weken na opkomst luisvrij<br />

in. De eerste twee weken spuit Blaauboer meestal<br />

• Bladluisvrije selectie<br />

om de vier dagen. Daarna rekt hij het spuitschema<br />

• Extra zekerheid bij virusbestrijding langzaam op naar zeven dagen op het einde van het<br />

• Meeropbrengst door stress-shieldeffect groeiseizoen.<br />

Volgens de pootgoedteler geeft Amigo vooral veel<br />

Marco Blaauboer is akkerbouwer in Burgerbrug. Op 60 hectare zeeklei verbouwt<br />

hij pootaardappelen, suikerbieten, uien, graszaad en granen. Pootgoed is met<br />

ca. 35 ha de belangrijkste teelt.<br />

extra zekerheid. En die zekerheid wil hij na een paar forse tegenvallers in het verleden niet graag meer<br />

kwijt. Hij refereert hierbij aan het voorjaar van 2004, waarbij de luizen al heel vroeg in het gewas zaten. ,,<br />

Doordat we pas laat konden poten en het daarna ook nog eens lang droog bleef, was de opkomst sterk<br />

vertraagd. De luizen waren in dat jaar juist zeer vroeg, waardoor ze meteen bij opkomst al massaal in het<br />

gewas zaten. Dat heeft toen heel veel schade berokkend in de vorm van verlagingen en afkeuringen'',<br />

zo weet de pootgoedteler nog goed. Om herhaling van een dergelijk drama te voorkomen kiest hij sinds<br />

die tijd voor de maximale zekerheid met Amigo.<br />

Zuid-Limburg 'buitenbeentje' in de aardappelteelt<br />

'Op enkele punten behoorlijk anders en ook wel wat moeilijker dan in<br />

de rest van Nederland', zo omschrijft Geert Roebroek in Wijnandsrade<br />

de aardappelteelt in Zuid-Limburg. Als akkerbouwer en voorzitter van<br />

de Aardappel Telersvereniging Limburg (ATL) weet hij goed waar de<br />

knelpunten voor zijn gebied zitten, maar óók waar de kansen liggen.<br />

Een jaarlijks terugkerend thema binnen de telersvereniging is het voorkomen van<br />

erosie. Hiervoor zijn de afgelopen jaren tal van grondbewerkingssystemen en -<br />

strategieën uitgeprobeerd, veelal afkomstig uit Duitsland, Frankrijk of Oost-Europa.<br />

Roebroek laat een lange reeks van woelers, frezen en kopeggen (of combinaties<br />

daarvan) de revue passeren die allemaal getest zijn, ofwel op de proefboerderij in<br />

Wijnandsrade ofwel bij akkerbouwers zelf. ,,Door al die proeven en tests hebben<br />

Geert Roebroek is voorzitter van de Aardappel Telersvereniging<br />

Limburg (ATL). De vereniging opereert onafhankelijk van handelshuizen<br />

of aardappelverwerkers en telt op dit moment ongeveer<br />

15 leden. Alle leden zijn aardappelteler in Zuid-Limburg. De ATL<br />

komt gemiddeld vijf tot zes keer per jaar bijeen. Belangrijke<br />

gespreksonderwerpen zijn de ersosieproblematiek, de rassenkeuze<br />

en de afzetstrategie.<br />

we behoorlijk veel kennis opgedaan over de mogelijkheden en onmogelijkheden van de verschillende machines'', zo blikt<br />

Roebroek terug. Hoewel hij benadrukt dat meerdere machines (of combinaties daarvan) tot een goed resultaat kunnen leiden,<br />

ziet hij op dit moment vooral de combinatie van een kopeg met voorzetwoeler in de praktijk oprukken. Groot voordeel van de<br />

voorzetwoeler - een balk met vier of zes gebogen en iets tillende scharen - is dat deze de grond iets opbeurt en in brokken<br />

weer terug legt. De grond is hierdoor los genoeg voor aardappelen, maar tegelijkertijd ook vast genoeg om erosie tegen te<br />

gaan, zo licht Roebroek toe. Omdat de woeler maar zeer weinig plaats inneemt tussen de trekker en de kopeg, is er meestal<br />

geen zwaardere trekker nodig.<br />

Schaalvergroting aardappelteelt lastig<br />

Een tweede onderwerp dat regelmatig in de telersvereniging ter sprake komt is schaalvergroting. Volgens Roebroek is de<br />

grondsoort hierbij een belangrijke bottleneck, zowel in het voorjaar als in de oogstperiode. ,,In het voorjaar is onze grond<br />

pas laat droog en opgewarmd. Eerder dan half april hoef je eigenlijk niet te beginnen, want dan maak je vaak meer kapot<br />

dan dat je ermee wint. In vergelijking met veel andere akkerbouwgebieden missen we dus al gauw een week of meer aan<br />

groeidagen'',, zo stelt de akkerbouwer. In de<br />

oogstmaanden heeft de grond eveneens z'n<br />

beperkingen: al bij een kleine bui kan er<br />

niet meer gerooid worden. ,,Een groot areaal<br />

aardappelen is daardoor een behoorlijk risico;<br />

slechts weinigen durven dat aan'', zo signaleert Roebroek. Omdat de aardappelen meestal maar in een korte periode gerooid<br />

kunnen worden, is het lastig grote rooimachines rendabel te krijgen. De meeste zelfrijders in het gebied rooien nog geen<br />

honderd hectare per seizoen, terwijl dit voor een goede rentabiliteit minimaal 200 hectare zou moeten zijn. Sommigen proberen<br />

zo'n machine ook in te zetten voor andere teelten, zoals pootaardappelen of uien, maar dat zet volgens Roebroek vaak<br />

onvoldoende zoden aan de dijk. ,,Ik zie in dit gebied voorlopig geen mogelijkheden om het aardappelareaal flink uit te breiden;<br />

de kostprijs wordt dan veel te hoog''.<br />

'Een groot areaal aardappelen is hier een behoorlijk risico'<br />

Verschuiving van tafel- naar fritesaardappelen<br />

Een derde knelpunt dat de afgelopen jaren vaak binnen de telersvereniging is besproken is de schurftgevoeligheid van de grond.<br />

Volgens de voorzitter is dit een belangrijke reden geweest dat telers in zijn gebied de laatste jaren steeds minder tafelaardappelen<br />

zijn gaan telen. ,,Blanke aardappels verbouwen op lössgrond is gewoon heel erg lastig. We hebben het jarenlang gedaan,<br />

maar het aantal afkeuringen werd steeds groter. Minder schurftgevoelige rassen telen en gips of kalk strooien; we hebben het<br />

allemaal wel een keer uitgeprobeerd maar het hielp gewoon niet genoeg'', zo blikt Roebroek terug. Veel telers hebben hun areaal<br />

tafelaardappelen daarom ingeruild voor fritesaardappelen. En met succes. Volgens de studieclubvoorzitter zijn er in dit segment<br />

een aantal rassen bijgekomen die uitstekende opbrengsten geven op lössgrond en bovendien zeer weinig schurftgevoelig zijn.<br />

Goede afzetmogelijkheden door gunstige ligging<br />

Een extra pluspunt van fritesaardappelen is dat de afzetmogelijkheden de laatste jaren sterk zijn toegenomen. ,,De Belgische<br />

fritesfabrieken zitten hier relatief dichtbij en ook voor de afzet naar Duitsland zitten we redelijk gunstig. Omdat we ons als<br />

telersvereniging de laatste jaren duidelijk hebben geprofileerd als marktpartij, weten deze afnemers ons steeds beter te vinden'',<br />

zo ervaart Roebroek, die namens ATL ook het aanspreekpunt is voor de handel. Omdat hij een goed overzicht heeft van<br />

het vrije aanbod van alle leden en bovendien weet waar hij met deze aardappelen terecht kan, zijn er volgens hem de laatste<br />

jaren geen vervelende zeperds meer geweest. ,,We steken nu veel meer tijd in het aanbieden van de juiste partij op de juiste<br />

tijd. Wachten tot een afnemer de aardappelen op komt halen, dat is bij ons echt verleden tijd.''<br />

5 Aardappel Koerier<br />

Aardappelpag.4-5jan09.indd 5 22-12-2008 09:25:17


'Onaangename ver rassingen op huurpercelen'<br />

De oorzaak van het groeiende ritnaaldenprobleem is volgens Den Boer<br />

een combinatie van factoren. Veruit de belangrijkste is het wegvallen van<br />

lindaan, eind jaren '90. Met deze werkzame stof waren de ritnaalden zeer<br />

doeltreffend en effectief te bestrijden. Een tweede factor die het probleem<br />

heeft vergroot is de schaalvergroting. ,,Aardappeltelers die willen groeien<br />

maken steeds vaker gebruik van huurpercelen. Omdat het verleden hiervan<br />

vaak niet bekend is, komen telers steeds vaker voor onaangename verrassingen<br />

te staan, waaronder vreterij door ritnaalden'', ze weet de buitendienstmedewerker.<br />

Ook merkt hij in de praktijk dat – sinds het wegvallen<br />

van lindaan – de gras- en graanrijke bouwplannen behoorlijk meer last<br />

hebben gekregen van ritnaalden.<br />

'Rode rassen favoriet bij ritnaald'<br />

Om schade door ritnaalden zo veel mogelijk tegen te gaan zijn volgens Den Boer<br />

vaak meerdere maatregelen nodig. Als eerste noemt hij de kniptorkit. Dit is een val<br />

waarbij de kniptormannetjes met een lokstof worden aangetrokken en gevangen.<br />

Komt het aantal gevangen kniptorren boven een kritische grens, dan kan er chemisch<br />

worden ingegrepen. Hoewel met de kniptorkit - de het beste in graszaad,<br />

grasland of graan kan worden ingezet - goede resultaten zijn te behalen, merkt<br />

Den Boer dat niet iedere aardappelteler even geschikt is om ermee te werken.<br />

,,Voor een goed resultaat moet je de vallen minimaal één keer per week controleren.<br />

Vooral de grotere teler hebben of nemen daar niet altijd de tijd voor.''<br />

De tweede maatregel is een passende rassenkeuze. Volgens Den Boer zitten er<br />

behoorlijke verschillen in gevoeligheid voor ritnaaldenschade. Vanuit de praktijk is<br />

bekend dat onder meer Asterix, Nicola, Bildtstar en Lady Cristl relatief gevoelig zijn<br />

voor schade. Opmerkelijk - en vooralsnog niet verklaarbaar - is dat ritnaalden een<br />

sterke voorkeur hebben voor rode, vastkokende soorten. Den Boer zegt percelen te<br />

hebben gezien waar bijna op streep af te zien was waar een blankschillige en een<br />

roodschillige gepoot was.<br />

Een derde optie tegen ritnaalden is de inzet van Mocap. Omdat Nedato graag duurzaam<br />

wil werken gebeurt dit nooit standaard, maar altijd in overleg. ,,We kijken<br />

altijd eerst of er met deze maatregel iets te winnen valt voor de teler. Pas als dat<br />

het geval is, adviseren we om Mocap in te zetten'', zo benadrukt Den Boer.<br />

Inzetten op combinatie van maatregelen<br />

De komende jaren blijft Nedato inzetten op een combinatie van de hiervoor genoemde maatregelen tegen de ritnaalden.<br />

Volgens Den Boer zijn de grootste excessen hiermee al uit de weg geruimd. ,,Echt zwaar door ritnaalden aangetaste partijen<br />

krijgen we nauwelijks meer binnen. Nu is het zaak om ook categorie daaronder te verminderen.'' De buitendienstmedewerker<br />

verwacht dat het online monitoringsysteem van Nedato op dit vlak nog een flinke zet in de goede richting kan geven. Met<br />

systeem kunnen telers hun eigen teeltmaatregelen en resultaten vergelijken met die van andere telers. ,,Ik verwacht dat we<br />

daardoor met de ritnaaldenbestrijding elk jaar weer een stapje vooruit komen'', zo besluit Den Boer.<br />

Ritnaalden, of koperwormen, zijn de larven van de<br />

kniptor. Ze voeden zich met plantendelen,<br />

waaronder ook aardappelen<br />

De lange weg van actieve<br />

stof naar succesmiddel<br />

Wat moet er allemaal gebeuren voordat er een nieuwe actieve stof in de Nederlandse Landbouw kan worden in<br />

gezet? En welke obstakels kun je daar zoal bij tegenkomen? Wie deze vragen praktisch en helder beantwoordt<br />

wil hebben kan prima bij Anita van Bergeijk terecht. Als technisch specialist bij <strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong> houdt ze zich<br />

intensief bezig met het testen van actieve stoffen en middelen voor de Nederlandse markt.<br />

De basis voor een nieuw middel wordt meestal door het researchcentrum van <strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong> in het Duitse Monheim<br />

gelegd. Hier worden alle actieve stoffen ontwikkeld. Vanaf welke stadium de actieve stof voor het eerst in Nederland wordt<br />

getest hangt vooral af van de marktpotentie. Voor gewassen als granen en maïs wordt het voorwerk meestal zo lang mogelijk<br />

in Duitsland en Frankrijk uitgevoerd. De beste formulering en dosering is dan vaak al bekend, waardoor de testfase in<br />

Kniptorren leggen hun eieren in mei of juni in<br />

vochtige grond, bij voorkeur in ruigten of<br />

graspercelen<br />

Ritnaalden vreten gaatjes en gangetjes in de<br />

knollen, soms wel een paar centimeter diep.<br />

Aangetaste knollen zijn moeilijk uit te sorteren<br />

Nederland veelal wat ingekort kan worden. Voor gewassen als aardappelen en<br />

uien speelt Nederland vaak wel een belangrijk rol als test- en ontwikkelingsland.<br />

Omdat Van Bergeijk als werkgebied Noord-Nederland heeft, is zij relatief vaak<br />

betrokken bij nieuwe actieve stoffen voor aardappelen en uien. ,,Soms is het echt<br />

pionierswerk en moeten we nog helemaal uitvinden welke dosering of formulering<br />

het meest effectief en passend is. Bij Subliem hebben we er bijvoorbeeld behoorlijk<br />

lang over gedaan om de juiste verhouding tussen de werkzame stoffen pencycuron<br />

en fluoxastrobine te vinden'', zo geeft ze de lastige, maar ook uitdagende kanten<br />

van haar werk aan.<br />

Vijf vaste proefveldhouders<br />

Om de actieve stoffen op een consistente manier in de praktijk te kunnen te<br />

testen, werkt Van Bergeijk samen met een vijftal vaste proefveldhouders in Noord-<br />

Nederland. Elk seizoen worden op deze bedrijven zo'n 15 proeven weggelegd. Voor<br />

actieve stoffen die een specifieke locatie nodig hebben - bijvoorbeeld gronden met<br />

een bepaald soort onkruid - wordt meestal naar losse proefvelden gezocht.<br />

De verzorging van de gewassen, zoals bemesting en gewasbescherming, gebeurt<br />

meestal door de proefveldhouders zelf. Het specifieke spuitwerk wordt altijd uitgevoerd<br />

door een medewerker van <strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong>. Behalve dat dit spuitwerk<br />

enige expertise vereist, wordt door deze werkwijze ook voorkomen dat potentiële<br />

actieve stoffen al in een vroeg stadium bekend raken bij de concurrentie. ,,In de<br />

praktijk weten de proefveldhouders dus hoogstens waartegen we spuiten, maar<br />

niet wat we spuiten.'', zo verduidelijkt Van Bergeijk.<br />

Anita van Bergeijk is technisch specialist voor Noord-Nederland.<br />

'Vroeg op de hoogte van goede middelen'<br />

Normaal gesproken zijn er twee tot drie jaar nodig om de optimale dosering, formulering,<br />

kleur, oplosbaarheid en stabiliteit van een middel vast te stellen. Daarna<br />

zijn er nog twee extra proefjaren nodig, waarin telkens minimaal vier officiële proeven<br />

moeten worden uitgevoerd. Met de resultaten van deze proeven kan een biologisch<br />

dossier worden opgebouwd voor de desbetreffende ziekte, plaag of onkruid.<br />

Wanneer het dossier compleet is, kan de het middel officieel geregistreerd worden.<br />

Meestal duurt het dan nog zo'n drie tot zes jaar voordat het middel daadwerkelijk<br />

is toegelaten. In die tussentijd gaan de zogenaamde verdiepingsproeven gewoon<br />

door. Hierbij wordt onder andere gekeken naar mogelijke mengpartners.<br />

Hoewel de weg naar succes behoorlijk lang en taai is, vindt Van Bergeijk het altijd<br />

weer een mooie uitdaging om een actieve stof op de rails te zetten naar - hopelijk<br />

- een succesvol middel. ,,Het leuke van dit werk is dat je goede middelen al ver<br />

van tevoren aan ziet komen. Minder leuk is dat je er uit concurrentieoverweging<br />

niet met iedereen over kunt praten. Op vragen als: 'komen jullie binnenkort met<br />

nóg betere middelen tegen Phytophthora of Rhizoctonia?', kan ze dus hoogstens<br />

geheimzinnig glimlachen.''<br />

6 Aardappel Koerier<br />

Aardappelpag.6-7jan09.indd 6 22-12-2008 09:26:02


'Rendement zetmeelaardappelteelt<br />

móet omhoog'<br />

,,Willen we in de toekomst een goede boterham blijven verdienen aan de<br />

zetmeelaardappelteelt, dan zal het rendement verder omhoog moeten.<br />

De mogelijkheden daarvoor liggen vooral bij de opbrengst; die móet de<br />

komende jaren met minimaal vijf ton per hectare omhoog''. Roelof Oosting<br />

en Harry Prins - akkerbouwers in Odoornerveen en Wijster - vatten in het<br />

kort samen wat hun missie is voor de komende jaren. Om deze missie te<br />

laten slagen is het volgens hen vooral van belang om storende factoren<br />

tijdens de groei uit te sluiten. ,,We mogen geen stoptreinen meer hebben,<br />

alleen nog sneltreinen. De groei moet van begin tot eind doorgaan.<br />

''Een goede ondersteuning bij hun missie biedt de studieclub Rendementsverbetering<br />

zetmeelaardappel. Samen met nog 15 collega's en twee teeltspecialisten van AVEBE<br />

en HLB wisselen ze acht dagen per jaar hun kennis en ervaringen uit. Meestal<br />

gebeurt dat in thema's, waarbij zo diep mogelijk op de stof wordt ingegaan. ,,Door<br />

de intensiteit van het programma blijf je niet in algemeenheden steken en haal je er<br />

altijd weer nieuwe inzichten uit voor je eigen bedrijf''', zo geeft Prins de waarde van<br />

de studieclub weer. Oosting vult aan dat ieder lid voorafgaand aan een bijeenkomst<br />

een vragenlijst over het thema moet invullen.,,Daarmee dwing je de leden om hierover<br />

na te denken en voorkom je dat het allemaal te vrijblijvend wordt.'<br />

Vrijlevende aaltjes steeds grotere bedreiging<br />

Een onderwerp dat het afgelopen seizoen vaak terug is gekomen is de problematiek<br />

van de vrijlevende aaltjes. Zowel Prins als Oosting vinden dit één van de<br />

grootste bedreigingen voor de zetmeelaardappelteelt, vooral omdat deze aaltjes<br />

vaak ongemerkt de percelen binnensluipen en daarna nauwelijks meer weg zijn<br />

te krijgen. ,,In tegenstelling tot het aardappelcystenaaltje- waar je met een goede<br />

rassenkeuze de populatie prima onder controle kunt houden - hebben we voor de<br />

vrijlevende alen nog geen structurele oplossing. Alleen grondontsmetting heeft<br />

'De groei van het gewas moet van begin tot eind doorgaan'<br />

een echt goed effect, maar dat is voor de zetmeelteelt eigenlijk te duur en mag<br />

bovendien maar een keer in de vijf jaar worden toegepast'', zo schetst Oosting de<br />

huidige situatie. Zelf probeert hij door middel van vruchtwisseling de vrijlevende<br />

aaltjes zo goed mogelijk uit de percelen te houden. Dit neemt echter niet weg dat<br />

er nog genoeg andere invalssporen voor deze aaltjes overblijven, zoals aanhangende<br />

grond of insleep met andere teelten. ,,De beheersing van vrijlevende aaltjes<br />

is daardoor veel lastiger dan die van aardappelcystenaaltjes'', aldus Oosting.<br />

Trichodorus baart meeste zorgen<br />

Van alle vrijlevende aaltjes baart het Trichodorusaaltje beide akkerbouwers de<br />

meeste zorgen. In vochtige voorjaren klimt dit aaltje massaal vanuit de ondergrond<br />

naar de bouwvoor om daar de kiemen aan te prikken en zo de knollen te<br />

besmetten. Vooral in 2002 en 2003 was de schade groot, zo herinneren Oosting<br />

en Prins zich nog goed. In veel gewassen kwamen valplekken voor en trad er een<br />

flinke groeivertraging op. ,,Dat waren jaren waarin bijna iedere teler leergeld heeft<br />

betaald'', aldus Oosting. Om het risico op schade af te dekken, zetten beide akkerbouwers<br />

nu vrijwel standaard een granulaat in tijdens het poten. Hoewel de kosten<br />

daarvan behoorlijk hoog zijn ( 100 - 125/ha), weegt het volgens hen door de jaren<br />

heen op tegen het voordeel van een zekere, ongestoorde groei. ,,Als je niks doet<br />

kan de schade gemakkelijk oplopen tot duizend euro per hectare of zelf meer. Dat<br />

risico mag je als professionele teler gewoon niet nemen'', vindt Prins.<br />

Chitwoodi-aaltje verspreidt zich snel<br />

Een ander aaltje dat de gemoederen behoorlijk bezig houdt is het chitwoodi-aaltje<br />

Harry Prins en Roelof Oosting zijn lid van de studieclub Rendementsverbetering zetmeelaardappel.<br />

Deze studiegroep is een deelproject van KodA (Kennis op de Akker). Samen met nog 15 collega's en<br />

twee teeltspecialisten van AVEBE en HLB wisselen ze acht dagen per jaar hun kennis en ervaringen<br />

uit. Het afgelopen seizoen zijn onder andere de vrijlevende aaltjes, de pootgoedkwaliteit en de<br />

phytophthorabestrijding uitgebreid besproken.<br />

(maïswortelknobbelaaltje). Volgens Prins wordt steeds duidelijker hoeveel terrein dit aaltje de afgelopen jaren in Noordoost<br />

Nederland heeft veroverd. ,,Door de introductie van de lelieteelt en andere bloembolgewassen in ons gebied hebben we veel<br />

meer zicht gekregen op de verspreiding van dit aaltje. In de aaltjesmonsters – die verplicht zijn voor dit plantgoed – zie je steeds<br />

vaker chitwoodi opduiken.''<br />

Ook op zijn eigen grond heeft dit aaltje zich de afgelopen jaren flink verspreidt, zo weet de akkerbouwer.<br />

,,Op bijna alle percelen heb ik wel eens van die knobbelige aardappelen gevonden; dat<br />

is hét kenmerk van een aantasting door chitwoodi''. Omdat de opbrengstschade meestal meevalt<br />

vermoedt Prins dat veel collega's helemaal niet doorhebben dat hun perceel besmet is. ,,Velen zien die bobbelige aardappelen<br />

aan voor schurft en denken daarom dat het allemaal niet zo'n vaart loopt. Maar ongemerkt wordt het probleem wel steeds<br />

groter'', zo waarschuwt hij.<br />

Geen concessies aan pootgoedkwaliteit<br />

Een ander aspect van de teelt dat regelmatig wordt besproken in de studieclub is de pootgoedkwaliteit. Hoewel Prins zijn<br />

pootgoed zelf teelt en Oosting dit door een collega laat doen, streven beide dezelfde hoge eisen na. ,,Uitgangspunt voor mij<br />

is dat elke knol een sterke en volwaardige plant moet worden. Aan die eis wil ik geen enkele concessie doen'', zo stelt Oosting<br />

duidelijk. Een eerlijke en open relatie met z'n pootgoedteler is voor hem een belangrijke voorwaarde om op dit punt telkens<br />

weer een stapje vooruit te komen. Overwegingen zoals wel of niet mechanisch koelen en wel of niet voorkiemen worden elk<br />

seizoen weer even met elkaar besproken. ,,Samen moeten we zo veel mogelijk kansen benutten en bedreigingen uitsluiten.<br />

Daar hebben we allebei profijt van'', aldus Oosting. Collega Prins onderschrijft Oosting's eisen volmondig. Hij zegt: ,,de pootgoedteelt<br />

mag geen veredelde hobby zijn; daarvoor is het belang veel te groot. Je moet er voldoende tijd, kennis en aandacht<br />

voor hebben; pootgoed is namelijk één van de meeste beslissende factoren voor een hoge opbrengst.''<br />

Alles uit de kast tegen Phytophthora<br />

Een derde item dat vrijwel elke studiedag terugkomt is de phytophthorabestrijding. Zowel Oosting als Prins hanteren daarbij de lijn<br />

van vroeg beginnen met spuiten en daarna in een vast, strak schema terugkomen. ,,Omwille van de kosten een bespuiting proberen<br />

uit te sparen vind ik een veel te groot risico'', zo stelt Oosting, ,,dan houdt ik liever een vast schema aan met een iets lagere<br />

dosering. Ik heb te vaak gezien dat iets later beginnen of een iets te ruim schema grote problemen oplevert op het einde van het<br />

seizoen.'' Collega Prins vult aan dat bij een vroege start de gewassen in het verdere verloop van het groeiseizoen veel gemakkelijker<br />

ziektevrij te houden zijn. Bovendien geven lichte aantastingen de nodige stress waardoor de gewasgroei afremt. ,,Mijn<br />

ervaring is dat je met een ruimer spuitschema hooguit enkele tientjes wint, maar dat je er eens in de zoveel jaar vele honderden<br />

euro's mee kwijtraakt. Ik kijk daarom altijd eerst wat het gewas nodig heeft en daarna pas wat het kost'', zo besluit Prins.<br />

Schoon schip met Calypso<br />

Calypso® is een zeer breedwerkend, vloeibaar insecticide. Het bestrijdt<br />

alle luizen, inclusief de moeilijk te bestrijden wegedoorn- en vuilboomluis.<br />

Ook de larven van coloradokevers worden door Calypso goed bestreden.<br />

Advies consumptie- en zetmeelaardappelen<br />

In consumptie- en zetmeelaardappelen kan Calypso worden ingezet zodra de eerste<br />

moeilijke bladluizen, de vuilboom- en/of wegedoornluis, worden waargenomen.<br />

In gebieden waar de coloradokever van belang is, kan Calypso rondom het toproltijdstip<br />

worden toegepast. Op dat moment worden, naast de aanwezige luizen, ook<br />

de larven van de coloradokever bestreden.<br />

Advies pootaardappelen<br />

In pootaardappelen kan Calypso ingezet worden tegen bladluizen ter ondersteuning<br />

bij het voorkomen van virusoverdracht. Als er tijdens het poten Amigo is<br />

toegepast, kan in de meeste gevallen de inzet van Calypso tot één keer worden<br />

beperkt. De toepassing dient dan ruim zeven weken na opkomst plaats te vinden.<br />

Dosering en veiligheidstermijn<br />

In aardappelen is de adviesdosering 0,15 /ha. Spuit met ruim water (600 l/ha).<br />

Voeg eventueel een uitvloeier toe om de aanvangsnelheid te bevorderen. De veiligheidstermijn<br />

bij toepassing in aardappelen is 14 dagen.<br />

De kracht van<br />

Calypso:<br />

• toegelaten in een zeer groot<br />

aantal land- en tuinbouwgewassen<br />

• zeer breed werkings-spectrum<br />

(o.a. luizen, kevers,<br />

wantsen en cicaden)<br />

• vloeibare formulering<br />

• veilig voor bijen en hommels<br />

• goede duurwerking<br />

• regenvast<br />

7 Aardappel Koerier<br />

Aardappelpag.6-7jan09.indd 7 22-12-2008 09:26:32


COLOFON<br />

,,De loofgroei was hier in de eerste<br />

twee weken van juli gigantisch.<br />

Je zag de gewassen als het ware<br />

de grond uit brullen. Het was dus<br />

even goed opletten om niet achterop<br />

te raken met spuiten.''<br />

Piet Jan de Groot,<br />

pootaardappelteler en<br />

loonspuiter in<br />

St. Jacobiparochie<br />

,,De meeste luizen komen vanuit<br />

een SBL-natuurgebied, enkele kilometers<br />

verderop. Dit gebied is de<br />

laatste jaren steeds ruiger geworden,<br />

waardoor er steeds meer luizen<br />

deze kant op komen.''<br />

Marco Blaauwboer,<br />

pootaardappelteler in<br />

Burgerbrug<br />

,,Opmerkelijk is dat ritnaalden een<br />

sterke voorkeur hebben voor rode,<br />

vastkokende rassen. Ik heb percelen<br />

gezien waar bijna op streep<br />

af te zien was waar een blankschillig<br />

en waar een roodschillig<br />

ras gepoot was.''<br />

Jan den Boer,<br />

buitendienstmedewerker<br />

bij Nedato<br />

,,Soms is het echt pionierswerk en<br />

moeten we nog helemaal uitvinden<br />

welke dosering of formulering<br />

het meest effectief en passend is<br />

voor een bepaalde teelt.''<br />

Anita van Bergeijk,<br />

technisch specialist bij<br />

<strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong><br />

Puzzel mee en win een diner voor twee!<br />

Concept en realisatie:<br />

<strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong> B.V.<br />

Reed Business B.V.<br />

Vormgeving en opmaak:<br />

Senefelder Misset B.V.<br />

Claudia Roorda<br />

Fotografie:<br />

<strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong><br />

Drukwerk:<br />

Thieme te Nijmegen<br />

Dit is een uitgave van:<br />

<strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong> B.V.<br />

Energieweg 1<br />

P.O. Box 231<br />

NL-3640 AE Mijdrecht<br />

Onze gebruiksadviezen, zowel mondeling<br />

als schriftelijk verstrekt, berusten op uitgebreide<br />

proefnemingen.<br />

Wij adviseren naar beste weten volgens<br />

kennis van zaken van dit ogenblik, echter<br />

zonder daarvoor aansprakelijkheid op ons<br />

te nemen, omdat opslag/bewaring en toepassing<br />

zich aan onze controle onttrekken.<br />

Beschrijvingen van een product, resp.<br />

gegevens over de eigenschappen daarvan<br />

betekenen niet, dat verantwoordelijkheid<br />

wordt gedragen bij eventuele schade. Lees<br />

voor gebruik altijd eerst het etiket.<br />

Houdt u van lekker eten en drinken in een goed restaurant? Los dan de onderstaande woordzoeker op!<br />

Uit de goede inzendingen worden drie winnaars getrokken. Zij krijgen elk een dinerbon ter waarde van 150.<br />

De woorden hieronder zitten horizontaal,<br />

verticaal en diagonaal in alle richtingen in<br />

de puzzel verstopt. Zoek ze op en streep ze<br />

af. De overgebleven letters vormen achter<br />

elkaar gelezen de oplossing.<br />

AALTJES GROENTE SUBLIEM<br />

<strong>AARDAPPEL</strong> HAAN TOMATEN<br />

AKKER HAVER TREKKER<br />

AMIGO HOOIZOLDER UIEN<br />

BODEM INFINITO VAALT<br />

BOERDERIJ MOCAP ZAAIEN<br />

BOOMGAARD PHYTOPHTHORA ZEUG<br />

GERST PONY GRAAN<br />

RHIZOCTONIA<br />

P S U A B T S U B L I E M L<br />

I H L A I S E R E V A H E A<br />

N M Y L G R O E N T E P D I<br />

F T N T R E K K A A P W R N<br />

I O O J O G A K N A A H A O<br />

N M P E T P M E D O B R A T<br />

I A O S L Z H R Z U A A G C<br />

T T R C A K A T I E M W M O<br />

O E A A A A L E H I U I O Z<br />

T N I E V P N I G O T G O I<br />

R E D L O Z I O O H R T B H<br />

N E L IJ R E D R E O B A T R<br />

© www.puzzelpro.nl<br />

BON<br />

Naam:<br />

Adres:<br />

Postcode:<br />

Plaats:<br />

Bedrijfstype/aantal hectare aardappelen:<br />

De oplossing van de puzzel is:<br />

Actievoorwaarden<br />

Deze prijsvraag loopt van 6 januari t/m 15 februari 2009. Uit de goede inzendingen worden drie prijswinnaars getrokken.<br />

Deze prijswinnaars krijgen tussen 15 februari en 1 maart bericht. Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd.<br />

Stuur de ingevulde bon<br />

uit deze krant in een<br />

ongefrankeerde<br />

envelop naar:<br />

<strong>Bayer</strong> <strong>CropScience</strong> B.V.<br />

T.a.v. Joniek te Giffel<br />

Antwoordnummer 55074<br />

3640 WB Mijdrecht<br />

8 Aardappel Koerier<br />

Aardappelpag.8jan09.indd 8 22-12-2008 09:19:01

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!