11.07.2015 Views

Organisatieplan Veiligheidsregio IJsselland

Organisatieplan Veiligheidsregio IJsselland

Organisatieplan Veiligheidsregio IJsselland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Organisatieplan</strong><strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>Vastgesteld 20 maart 2013door het Algemeen Bestuur<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>Postbus 14538001 BL Zwolle 038 -428 19 00www.veiligheidsregio-ijsselland.nl<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> 1 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> 2 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> 6 <strong>Organisatieplan</strong>


1. <strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>: missie en uitgangspunten1.1 Missie en visie 1Het mission statement is bondig en ambitieus. Het geeft aan waarom de <strong>Veiligheidsregio</strong> bestaat:Veiligheid: voor elkaarDe visie legt uit hoe we dat gaan realiseren. Ze luidt:Voor veiligheid zorgen we samen. Iedereen draagt z’n steentje bij.Als veiligheidsregio:kennen we de veiligheidsrisico’s;regelen we de aanpak van risico’s, rampen en crises;organiseren we samenwerking;zetten we deskundige medewerkers in met hart voor hun werk;werken we aan informatie;stimuleren we inwoners om hun steentje bij te dragen.Onze ambitie is, dat <strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> een veilige regio blijft. Daarom zijn demultidisciplinaire taken voor de aanpak van risico’s, rampen en crises belangrijke speerpunten. Dezetaken vereisen coördinatie van, afstemming met en samenwerking tussen de diversehulpverleningsdiensten en crisispartners. Daarbij zijn de volgende strategische doelen vastgesteld:- We optimaliseren het risicoprofiel door monitoring en verbetering van de systematiek, met alsdoel een helder en geaccepteerd risicobeeld dat de grondslag vormt voor beleid en uitvoering- We zorgen voor een goed functionerende hoofdstructuur voor de rampenbestrijding encrisisbeheersing door operationele voorbereiding- Het bestuur en de operationele leiding zorgen voor een eenduidige regie- We hebben een goede informatiepositie- We bevorderen de zelfredzaamheid van burgers door een risico- en crisiscommunicatie- De partners binnen <strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> werken intensief samen met als motto:‘De kracht komt uit de kolommen’1.2 Leidende principesIn de notitie ‘ORGANISATIE EN MANAGEMENTSTRUCTUUR BRANDWEER IJSSELLAND’ zijn voor Brandweer<strong>IJsselland</strong> de onderstaande leidende principes gedefinieerd:(1) Er is een heldere relatie met de gemeenten. Het beheer van de brandweer en een aantalbevoegdheden gaan over naar de <strong>Veiligheidsregio</strong>. De burgemeester krijgt een vastaanspreekpunt in de brandweerorganisatie. Er zijn heldere afspraken over het niveau vandienstverlening door de brandweer aan individuele gemeenten.1 Uit het Meerjaren Beleidsplan <strong>Veiligheidsregio</strong> 2012 - 2014<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> 7 <strong>Organisatieplan</strong>


2. Hoe ziet de nieuwe organisatie eruit?2.1 VoorafDe <strong>Veiligheidsregio</strong>’s mogen zelf kiezen hoe ze hun organisatie opbouwen. In <strong>IJsselland</strong> hebben de<strong>Veiligheidsregio</strong> en de GGD elk hun eigen gemeenschappelijke regeling. Wij willen dit zo laten en deWet veiligheidsregio’s en de Wet Publieke Gezondheid legitimeren deze keuze ook. Wel hebben de<strong>Veiligheidsregio</strong> en de GGD raakvlakken in de bedrijfsvoering, maar daarover later meer.Een andere ontwikkeling die speelt, is de vorming van de Nationale Politie. Daardoor ontstaan tienpolitieregio’s, waarvan regio Oost vijf <strong>Veiligheidsregio</strong>’s omvat. Er zijn vijf districten in Oost dieovereenkomen met de grenzen van de <strong>Veiligheidsregio</strong>’s. In de samenwerking tussen politie enandere hulpdiensten verandert er bijna niets. Het Regionaal College heeft plaatsgemaakt voor eenveiligheidsoverleg.2.2 Het organogram van de veiligheidsregioDe taken van de <strong>Veiligheidsregio</strong> voor wat betreft de multidisciplinaire samenwerking, GHOR engrootschalig optreden veranderen niet door deze organisatieverandering. De grootste verandering isdat de <strong>Veiligheidsregio</strong> verantwoordelijk wordt voor de uitvoering van de basis brandweerzorg.Of anders verwoord: er ontstaat een grote brandweer binnen de <strong>Veiligheidsregio</strong>. We staan er samenvoor om in de nieuwe organisatie in gelijkwaardigheid met elkaar op te trekken.Om een goed inzicht in het geheel te krijgen, laten we hier eerst het complete plaatje zien. Daarnabekijken we per laag de rollen en verantwoordelijkheden.BestuurCoördinerendfunctionarisgemeentenRegionaal CommandantVoorzitterVeiligheidsdirectiePolitieDirecteurPublieke GezondheidBBOBrandweer Veiligheidsbureau Bedrijfsvoering GHOR bureau2.3 Het bestuurAan het hoofd van de <strong>Veiligheidsregio</strong> staat het Algemeen Bestuur (AB). Hierin zitten de elfburgemeesters uit de regiogemeenten. De voorzitter (de burgemeester van Zwolle) heeft eenspecifieker rol in bovenlokale, regionale en bovenregionaal optreden (artikel 35 Wetveiligheidsregio's). Het AB stelt het beleid vast, neemt besluiten, zorgt ervoor dat de middelenaanwezig zijn en ziet er via een beleids- en beheercyclus op toe dat de doelstellingen wordengerealiseerd.OverlegvormVijf maal per jaar is er een Veiligheidsoverleg waarin alle aspecten van veiligheid aan de orde komen.De elf burgemeesters, de districtschef van de Politie en het Openbaar Ministerie vormen de<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> 9 <strong>Organisatieplan</strong>


kernbezetting. Voor de <strong>Veiligheidsregio</strong> komen daar bij de dijkgraaf Waterschap Groot Salland, deRegionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie, de directeur Publieke Gezondheid en decoördinerend functionaris gemeenten.De voorzitter van het Veiligheidsoverleg is de burgemeester van Zwolle.Het Algemeen Bestuur kiest drie leden voor een Dagelijks Bestuur (DB). De taken van het DB zijnpersoneelszaken, financiën en overige bedrijfsvoering. Tegelijk gaat het AB vaker vergaderen enworden enkele portefeuilles aan AB-leden toegewezen. Een aantal bevoegdheden van het AB is aanhet DB gemandateerd, en het DB heeft enkele ook weer doorgemandateerd naar de Regionaalcommandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie, de directeur publieke gezondheid en de secretaris.2.4 De VeiligheidsdirectieHet bestuur stuurt de Veiligheidsdirectie aan. Dit is een collegiale directie van vier personen:1. De Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie is voorzitter. Hij vervult eendubbelrol: als commandant stuurt hij de brandweer aan, en tevens is hij eindverantwoordelijkvoor het Bureau Bestuursondersteuning (BBO), het Veiligheidsbureau en de bedrijfsvoering.2. De directeur Publieke Gezondheid, deze stuurt het GHOR-bureau aan.3. Een directielid van de politie, via een convenant met de <strong>Veiligheidsregio</strong> verbonden.4. De coördinerend functionaris gemeenten, een wettelijke functie. Hij is door de kring vangemeentesecretarissen afgevaardigd.Taken en verantwoordelijkhedenDe directie adviseert het DB en het AB, voert de bestuursbesluiten uit en is verantwoordelijk voormultidisciplinaire aangelegenheden. Alle directieleden hebben vanuit hun portefeuille alsproceseigenaar functionele lijnen naar medewerkers van het multifunctionele Veiligheidsbureau.2.5 Het Management TeamHet Managementteam bestaat uit de Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie, vierprocesmanagers / clustercommandanten, de hoofden Bedrijfsvoering, het GHOR-bureau, hetVeiligheidsbureau en het Bureau Bestuursondersteuning.Regionaal commandant /VoorzitterVeiligheidsdirectieHoofd BBOProcesmanager/ ClustercommandantProcesmanager/ ClustercommandantProcesmanager/ ClustercommandantProcesmanager/ ClustercommandantHoofdVeiligheidsbureauHoofdBedrijfsvoeringHoofdGHOR bureau<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>10 <strong>Organisatieplan</strong>


De Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie- geeft leiding aan Brandweer <strong>IJsselland</strong>, op basis van gemandateerde bevoegdheden- is eindverantwoordelijk voor het strategisch beleid van het korps- is voorzitter van het managementteam van de <strong>Veiligheidsregio</strong>- is formeel secretaris van de bestuursorganen- geeft leiding aan de clustercommandanten en aan het hoofd Bedrijfsvoering, het hoofdVeiligheidsbureau en het hoofd Bureau Bestuursondersteuning (samen hetmanagementteam). Het hoofd GHOR-bureau valt onder de verantwoordelijkheid van dedirecteur Publieke Gezondheid- is eerste adviseur van het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur voor debrandweeronderwerpen- voert bilateraal overleg met de voorzitter en met portefeuillehouders in het Dagelijks Bestuur- is adviseur en vertegenwoordiger in landelijke overlegvormen- overlegt met de kring van gemeentesecretarissen- is bestuurder in de zin van de Wet op de OndernemingsradenProcesmanager/clustercommandantDe regio is verdeeld in vier clusters: Noordwest, Midden, Oost en Zuid. Ieder cluster heeft weer eenaantal posten. Aan het hoofd van een cluster staat een procesmanager/clustercommandant. De vierclustercommandanten/procesmanagers maken deel uit van het managementteam. Hun taken enverantwoordelijkheden staan in de volgende paragraaf beschreven.Hoofd Bureau BestuursondersteuningHet hoofd van het Bureau Bestuursondersteuning (BBO) en is fungerend secretaris vanbestuursorganen en directie. Het hoofd is verantwoordelijke voor de langere termijn strategische visievan veiligheidsregio <strong>IJsselland</strong>, verwoord in het meerjarenbeleidsplan. Belangrijkste taak isstrategische advisering, coördineren en regisseren uitgaande van het principe van sterke kolommenbinnen de veiligheidsregio. Kerntaken zijn:- adviseren van het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter van <strong>Veiligheidsregio</strong><strong>IJsselland</strong> met betrekking tot de uitoefening van hun taak- het als secretaris coördineren en procesmatig (doen) voorbereiden van vergadering van AB, DBen Veiligheidsdirectie en het uitvoering (doen) geven aan de genomen besluiten.- het voeren van regie op het opstellen van het multidisciplinaire langer termijn beleid(het meerjarenbeleidplan)Hoofd bedrijfsvoeringHet hoofd Bedrijfsvoering is verantwoordelijk voor:- managementondersteuning en secretariaten- secretariële ondersteuning van de Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie- personeel en organisatie, ARBO- financiën en financial control- informatisering en automatisering- juridische zaken- facilitaire zaken, met het dagelijks beheer van gebouwen en installatiesHoofd GHOR-bureauHet hoofd GHOR-bureau is verantwoordelijk voor het GHOR-bureau, dat zorgt voor een goedegeneeskundige hulpverlening bij ongevallen, rampen en crises. Hij staat onder verantwoordelijkheidvan de directeur Publieke Gezondheid.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>11 <strong>Organisatieplan</strong>


Hoofd VeiligheidsbureauHet Veiligheidsbureau initieert en coördineert de multidisciplinaire samenwerking én de hoofdstructuurvan de crisisorganisatie van de <strong>Veiligheidsregio</strong>. Hiervoor onderhoudt het contacten met decrisispartners en bouwt het de bovenregionale samenwerking op.2.6 SturingsprincipesAls denkkader voor de brandweerorganisatie hebben we gekozen voor het tandwielmodel(zie bijlage 1). Het centrale tandwiel, met de Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie,de procesmanager/ clustercommandanten en het hoofd bedrijfsvoering, bepaalt het beleid en debedrijfsvoering, dus het tempo. De uitvoering ligt bij de clusters en bureaus.We hebben gekozen voor processturing waarbij het voor de brandweer draait om de vierhoofdprocessen: repressie, risicobeheersing, vakbekwaamheid en beheer & techniek. Processturingbetekent: we leggen werkwijzen en verantwoordelijkheden vast zodat het gewenste resultaat metgrote zekerheid wordt bereikt. Dit in tegenstelling tot resultaatsturing, waarbij alleen het resultaat telten de werkwijze vrij is. Overigens zal de vakman, bij een operationele inzet, altijd met verstand vanzaken oordelen over hoe hij de regels toepast.Het management stuurt op prestaties door te sturen op beheer van met name personeel en financiën,ofwel integraal management. De brandweer en GHOR hebben een eigen programmabegrotingwaartussen enkel geschoven kan worden als het bestuur daarin toestemt. Het MT besluit of er binneneen programmabegroting geld wordt ingezet of verschoven.2.7 De brandweerCommandantBrandweerProcesmanagerBeheer & techniek& ClustercommandantProcesmanagerVakbekwaamheid& ClustercommandantProcesmanagerRepressie& ClustercommandantProcesmanagerRisicobeheersing& ClustercommandantVakteamBeheer & techniekVakteamVakbekwaamheidVakteamRepressieVakteamRisicobeheersingVakteamRepressieVakteamRisicobeheersingPas op een later moment wordt bepaald aan welk cluster elke procesmanager wordt gekoppeld.Team RepressieZuidTeam RepressieNoordwestTeam RepressieOostTeam RepressieMiddenPloegenPloegenPloegenPloegenTeam RepressieZuidTeam RepressieNoordwestTeam RepressieOostPloegenploegenPloegenTeamleiders Repressie sturen in beginsel ieder ongeveer zes ploegen aan.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>12 <strong>Organisatieplan</strong>


Procesmanager/clustercommandantDe procesmanager/clustercommandant is het hoofd van een cluster en lid van het managementteam.Hij werkt op regionaal niveau samen onder leiding van de Regionaal commandant / VoorzitterVeiligheidsdirectie en heeft een dubbele taak:- Hij is op centraal niveau procesmanager voor een van processen en stuurt een vakteamleideraan (strategische taak). Hierbij ligt het accent op ontwikkeling van beleid op de middellangetermijn, een cyclus van vier jaar.- Hij is verantwoordelijk voor de repressieve prestaties van zijn cluster en stuurt een of meerteamleiders en ploegleiders aan (tactische taak).Door deze combinatie ervaart hij of beleid in de dagelijkse praktijk ook uitvoerbaar is.Taken/verantwoordelijkhedenDe procesmanager/clustercommandant:- is lid van het MT. Hij draagt bij aan het strategisch beleid van de brandweer en helptstrategisch beleid voor het eigen proces/beleidsterrein voor de hele organisatie te ontwikkelen- implementeert vastgesteld beleid voor het eigen organisatieonderdeel- concretiseert het meerjarenplan en de meerjarenbegroting naar een jaarplan en naar concretekaders voor teamleiders, ploegleiders en eventueel projectleiders- creëert randvoorwaarden voor de personele zorg en situationeel leidinggeven aanteamleiders, ploegleiders en eventueel projectleiders- is verantwoordelijk voor het financieel beheer van het cluster, de personeelszorg voor zijnvakteam en het repressief personeel in zijn cluster- coördineert werkzaamheden en financiën, stuurt ze bij en rapporteert erover. Periodiekcontroleert hij of de uitvoering van plannen naar wens verloopt. Op basis van de uitkomstenbeslist hij over het vervolg en rapporteert hij aan het managementteam- onderhoudt netwerken en vertaalt de trends waar mogelijk in strategische beleidsvoorstellen- is het aanspreekpunt voor de burgemeesters in zijn cluster- is lid van de Gemeentelijke Beleidsteams in zijn cluster en doorgaans belast met eenoperationele functie uit het Crisisplan, voor twintig procent van zijn tijdGemiddeld heeft een procesmanager/clustercommandant onder zijn verantwoordelijkheid:- twee tot vier teamleiders,- zes tot veertien ploegleiders- rond de 250 repressieve brandweermannen en -vrouwen- ongeveer vijftien personen van andere vakteams en rond de drie personen van BedrijfsvoeringVakteamleiderDit is het hoofd van een vakteam. Hij rapporteert aan zijn procesmanager. Voor de vier processenvormen we regionale vakteams, met een leidinggevende. De vakteamleider heeft een volwaardigehiërarchische functie. Het vakteam Risicobeheersing is groter dan anderen. Het vakteam Repressieheeft naast de vaste formatie, de steun van zeven team- en drie ploegleiders. Daarom krijgen dezeteams twee vakteamleiders. Het totaal aantal vakteams wordt dan zes.Teamleider RepressieDe Teamleider Repressie bewaakt de samenhang tussen de repressieve groepen en het beleid dathet MT heeft vastgesteld. Hij heeft de ploegleiders onder zijn hoede en leidt projecten die deafzonderlijke ploegen overstijgen. Hij valt onder verantwoordelijkheid van de clustercommandant. Dieis ook rechtstreeks bereikbaar voor ploegleiders in zaken die om een korte en directe lijn naar het MTvragen.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>13 <strong>Organisatieplan</strong>


In de clusters Zuid, Noordwest en Oost, met veel (gemiddeld dertien) vrijwillige ploegen en dus veeloefenavonden, is een Teamleider Repressie gekoppeld aan de helft van de ploegen. Hierdoor kunnenze voldoende contact met hun ploegleiders houden.Daarbij hebben ze een of meer van de onderstaande taken:- een operationele functie uit het Crisisplan, zoals OvD of H-OvD (tot een kwart van de tijd)- deelnemen aan landelijke en regionale of interregionale commissies, vakgroepen enprojectteams van Brandweer Nederland. Onderhouden van in- en externe contacten- aanspreekpunt zijn voor medewerkers van de Bedrijfsvoering en de vakteams in het cluster- registreren en bewaken van vakbekwaamheid van de medewerkers- planningen opstellen en uitvoerenPloegleiderEen ploegleider geeft leiding aan (in beginsel maximaal 20) repressieve medewerkers en zorgt ervoordat zijn ploeg beschikbaar is. Per post kunnen er meer ploegen en ploegleiders zijn.De ploegleider houdt zijn scharnierfunctie in de organisatie. Hij werkt veelal buiten de kantooruren.Waar mogelijk lost hij problemen zelf op, maar hij wordt ondersteund door de Teamleider Repressieen door (administratieve) ondersteuning vanuit de vakteams en bedrijfsvoering. In sommige situatiesin het wenselijk om de taak te combineren met andere taken (zoals bevelvoerder of OvD).Dit alles vraagt om bevoegdheden en een korte lijn naar de clustercommandant in het MT.Tegelijkertijd moet het voor vrijwilligers mogelijk en aantrekkelijk blijven om ploegleider te zijn. Dit steltgrenzen aan hun belasting en dus aan de taken die bij hen belegd kunnen zijn. De uren van deploegleider worden daarom bij voorkeur gevuld met leiding geven en (voor wie dat wil) met declustercommandant meedenken over het beleid, en in mindere mate met uitvoerende ofadministratieve taken. Ploegleider zijn is geen dagtaak.- Vrijwillige ploegleiders krijgen taakuren. Deze uren zijn opgebouwd uit een vast en een flexibeldeel. Men krijgt als basis 90 uur, voor reguliere werkzaamheden, overleg met de TeamleiderRepressie, overleg met ploegleiders in het cluster en overleg met de bevelvoerder. Daarnaastkrijgt men een flexibel deel voor het voeren van functioneringsgesprekken (2,5 uur perploeglid) personele gebeurtenissen (1 uur per ploeglid) en administratie per uitruk inVeiligheidspaspoort (5 minuten p/uitruk)Een ploegleider met 20 manschappen en 150 uitrukken per jaar krijgt daarmee 172 taakurenper jaar. Ploegleiders die een ploeg kleiner (of groter) dan 20 personen aansturen kunnen dusminder (of meer) uren declareren.- Beroepsploegleiders doen de taak als onderdeel van hun aanstelling, naast andere taken.Omdat de taak nauw samenhangt met de lokale situatie, verschilt nu de situatie in Deventervan die in Zwolle. In Deventer combineren drie beroepsploegleiders het werk met de taak vanbevelvoerder. In Zwolle hebben drie ploegleiders ieder 530 taakuren voor in totaal 140(beroeps- en vrijwillige) medewerkers. We starten met het proces om tot harmonisering vande 24-uursorganisatie binnen onze regio te komen.We bekijken nog of er behoefte is aan een postcommandant en een plaatsvervanger.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>14 <strong>Organisatieplan</strong>


Taken/verantwoordelijkhedenDe ploegleider:- zorgt ervoor dat het personeel goed opgeleid is- zorgt ervoor dat het materieel beschikbaar is- voert de jaarlijkse gesprekken met medewerkers: functioneringsgesprekken metberoepsmensen en voortgangsgesprekken met vrijwilligers- draagt mede zorg voor gebeurtenissen in de persoonlijke sfeer (zoals jubilea)- bewaakt de continuïteit van de uitruk en zet actiepunten uit- biedt ondersteuning bij administratieve taken, waaronder registraties- voert overleg met de teamleider(s) repressie, andere ploegleiders in het cluster enbevelvoerders in de eigen ploeg en postOverzicht clusters, posten en ploegleidersCluster NoordwestCluster MiddenCluster OostCluster ZuidPostenPloegleidersKampen 2 4Staphorst 1 1Steenwijkerland 5 6Zwartewaterland 3 411 15Dalfsen 3 6Zwolle 2 35 9Hardenberg 7 9Ommen 1 28 11Olst-Wijhe 4 4Raalte 4 4Deventer 3 611 142.8 OndernemingsraadOok de nieuwe <strong>Veiligheidsregio</strong> heeft een ondernemingsraad. De Regionaal commandant / VoorzitterVeiligheidsdirectie is, naar de Wet op de Ondernemingsraden, de bestuurder. De ondernemingsraadneemt de taken over van de Buitengewone Ondernemingsraad (BOR) en treedt in de loop van 2014aan, nadat er verkiezingen voor zijn geweest.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>15 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>16 <strong>Organisatieplan</strong>


3. Relatie met de gemeenten en de rol van de burgemeester3.1 De burgemeesterHet AB, waarin de burgemeesters van alle regiogemeenten zitting hebben, stelt de inhoudelijke enfinanciële kaders vast. Dit is essentieel om te komen tot uniformiteit in processen. Het betekent ookdat de burgemeester (of het college) via het AB zeggenschap heeft over de inhoudelijke en financiëlekaders in de eigen gemeente (begroting, personeelsbeleid, oefenbeleid).Op grond van de Wet <strong>Veiligheidsregio</strong>’s van 2010 dragen de colleges van B&W de volgendebevoegdheden over aan het bestuur van de <strong>Veiligheidsregio</strong>:- brand voorkomen, beperken en bestrijden- gevaar voor mensen en dieren beperken en bestrijden bij ongevallen anders dan bij brand- de bevolking waarschuwen- gevaarlijke stoffen verkennen en ontsmetting verrichten- andere overheden en organisaties adviseren op het gebied van brandpreventie enbrandbestrijding; ongevallen met gevaarlijke stoffen voorkomen, beperken en bestrijdenHet bestuurlijke gezicht en opperbevelhebber bij rampenDe burgemeester is en blijft bij korpsavonden, jubilea en andere kazerneaangelegenheden hetbestuurlijke gezicht van de brandweer. De vrijwilligers van de kazerne herkennen de burgemeester alshun bestuurder. De burgemeester is opperbevelhebber bij rampen- en crisisbestrijding (tot en metGRIP 3). Ook bij rampenbestrijding en crisisbeheersing blijven de bestaande afspraken bestaan.De burgemeester heeft één aanspreekpunt: de procesmanager/clustercommandant of zijn vervangerop clusterniveau. In grote lijnen gaat het dan om het volgende:- klankbord over brandweeraangelegenheden- de rol van de brandweer in de gemeenschap- toezicht en handhaving- communicatie en voorlichting vanuit de gemeente- bijzondere personele aangelegenheden binnen ‘eigen posten’ (personeelszorg)- de burgemeester als bestuurlijk boegbeeld van het korps- de rol van de burgemeester als opperbevelhebber in relatie tot de brandweer bijrampenbestrijding en crisisbeheersing3.2 De gemeenteraadDe gemeenteraad kan jaarlijks een zienswijze kenbaar maken op de begroting van de <strong>Veiligheidsregio</strong>en eens in de vier jaar een zienswijze op het risicoprofiel en het beleidsplan van de <strong>Veiligheidsregio</strong>.De <strong>Veiligheidsregio</strong> informeert de afzonderlijke gemeenteraden over hoe het gaat in debrandweerorganisatie. De gemeenteraad kan de burgemeester ter verantwoording roepen over zijn rolin het bestuur van <strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong> en tijdens het repressieve en niet-repressieve optreden.3.3 Samenwerking met de gemeentenDe gemeenten en de brandweer hebben elkaar bij de inhoudelijke processen nodig. Bij gemeenten isalle kennis in huis over de lokale situatie, zoals verkeer (bereikbaarheid voor hulpdiensten), gebouwen(preventie), evenementen (veiligheid publiek), ruimtelijke ordening (veiligheid). Dit geldt ook voor dewerkzaamheden die de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) gaat uitvoeren. De kennis iscomplementair. Dat betekent niet alleen dat vakspecialisten elkaar regelmatig opzoeken, maar ook datwe ICT- en kwaliteitssystemen op elkaar afstemmen.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>17 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>18 <strong>Organisatieplan</strong>


4. Wie doet wat? Processen en taken ondergebrachtHet organisatieplan draait bij de brandweer dus – letterlijk – om de vier processen: repressie,risicobeheersing, vakbekwaamheid en beheer & techniek. Deze hebben we een centrale rol gegevendoor de clustercommandanten ook procesmanagers te laten zijn. In dit hoofdstuk lichten we de vierprocessen toe en geven we aan welke taakvelden erbij horen. Daarnaast vertellen we welke taken deandere onderdelen van de organisatie hebben: bedrijfsvoering, het veiligheidsbureau, het GHORbureau,de ondersteunende staf.De processen Risicobeheersing, Vakbekwaamheid en Beheer & Techniek hebben (naastberoepsformatie) ook een urenbudget voor de inzet van vrijwillig personeel voor bijvoorbeeldonderhoud en oefenen4.1 RepressieRepressie omvat de basisbrandweerzorg die de clusters uitvoeren, maar ook de centrale taken dievoor de regio worden voorbereid. Het is een groot proces. Zo groot dat de uitvoering wordtaangestuurd door vier clustercommandanten in de vier clusters.Basisbrandweerzorg (in de clusters en onder aansturing van de clustercommandant) omvat:- uitgifte van niet-reguliere (meldkamer)meldingen- uitvoering van de hulpverlening aan de burger- registratie van operationele prestaties- administratieve ondersteuningDe beleidsmatige taken zijn:- operationele voorbereiding- brandweerzorg- grootschalig brandweeroptreden- specialistische taken- operationeel informatiemanagement, zoals aanvalskaarten- de meldkamer brandweerVanwege de omvang van deze beleidsmatige taken brengen we deze onder in twee vakteams; Hetene verzorgt planvorming, bereikbaarheid, dekkingsplannen, nazorg en ARBO. Het andere verzorgtspecialismen, grootschalig optreden, de meldmaker en de brandweerbijdrage aan hetveiligheidsbureau.Hieronder lichten we de beleidsmatige taken toe.Operationele voorbereidingOnze <strong>Veiligheidsregio</strong> heeft afgesproken om alleen wettelijk verplichte plannen op te stellen endaarnaast slechts plannen en procedures die noodzakelijk zijn om repressief optreden teondersteunen. Opschrijven wat we al weten heeft geen toegevoegde waarde.Planvorming bevat alleen informatie toegespitst op een gebruikersdoelgroep. We werken aanlandelijke en regionale formats. Dit leidt tot een efficiënter werkproces en eenvoudiger beheer. Deplannen bieden we zo veel mogelijk digitaal aan en we gebruiken steeds meer digitaleinformatievoorziening (MDT). Door informatiebronnen te koppelen kunnen operationele eenheden inde repressie inzage krijgen in informatie uit de risicobeheersing. De regionalisering helpt bovendienom de informatievoorziening en het beheer van informatie eenduidig in te richten.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>19 <strong>Organisatieplan</strong>


De operationele voorbereiding gaat ook over het brandweerdeel van de hoofdstructuur: proceduresvoor (H-)OvD’en, AGS’en, piketten en de personele planning. De plannen stemmen we af met deregio’s om ons heen.BrandweerzorgDe basisbrandweerzorg organiseert de beschikbare slagkracht tot een maximum van drietankautospuiten en een bijzonder voertuig onder leiding van een Officier van Dienst. Voor debasisbrandweerzorg zijn de opkomsttijden vastgelegd in het Besluit <strong>Veiligheidsregio</strong>’s. Dit is hetvertrekpunt voor het Regionaal Dekkingsplan, dat in 2011 bestuurlijk is vastgesteld. We werken aaneen uniform systeem om de daadwerkelijke opkomsttijden te meten en te rapporteren. Voor debovenregionale samenwerking werken we het dekkingsplan nog verder uit. Ook bekijken we demogelijkheden van flexibeler inzet (uitruk op maat) van eenheden via gedifferentieerde uitrukmodellen,toegespitst op de soort melding die moet worden afgehandeld.Grootschalig brandweeroptredenVanuit de basis brandweerzorg moet soepel kunnen worden opgeschaald naar grootschalig optreden,dat op vele onderdelen ‘meer van hetzelfde’ biedt. We sluiten dus nu aan op bestaande structuren uitde basiszorg. Dat leidt tot minder extra oefeningen voor grootschalig optreden, in ieder geval voorbasiseenheden. De kleinere eenheden (pelotons) dragen daaraan ook bij.Specialistische takenAlle <strong>Veiligheidsregio</strong>’s hebben behoefte aan een bundeling van kennis en kunde op het gebied vanspecialistische taken: waterongevallen, natuurbrandbestrijding, ongevallen met gevaarlijke stoffen entechnische hulpverlening. Wat welke regio precies aan slagkracht nodig heeft, verschilt. Met eenbovenregionale samenwerking kunnen we expertise beter inzetten. Op dit moment werkt de NVBRvanuit het project SOM (Specialismen Op Maat) een richtinggevend document uit, gebaseerd op dituitgangspunt.Operationeel informatiemanagementWe hebben kennis nodig van de meest risicovolle locaties. Als de brandweerlieden naar een incidentrijden, moeten ze toegang hebben tot actuele informatie. We gaan aanvalskaarten (deels)automatisch generen. Dit betekent dat de juiste bronbestanden aan elkaar gekoppeld moeten zijn.Hiervoor hebben we veel informatie van gemeenten nodig. Informatie over evenementen, tijdelijkebouwwerken, risicovolle situaties. Als de repressieve ploegen deze info op tijd hebben, kunnen ze hunwerk nog beter doen.De meldkamer brandweerDe meldkamer is in ontwikkeling volgens het landelijke proces. De nieuwe meldkamer voor regio Oostwordt gehuisvest in Apeldoorn. De eerste stappen naar schaalvergroting tot een landelijke meldkamer,onder aansturing van het Ministerie van Veiligheid & Justitie, zijn gezet. Dit draagt bij aanstandaardisatie en kwaliteitsverbetering. Uiteindelijk komen er maximaal tien meldkamers.4.2 RisicobeheersingIn het proces Risicobeheersing zijn er de volgende taken:1. Adviseren van het bestuur:- risico-inventarisatie en -analyse- toezicht op BRZO en bedrijfsbrandweren- advisering bij vergunningen voor Milieu, Bouwen en Gebruik- advisering bij bestemmings- en ruimtelijkeordeningsplannen- advisering bij evenementen- capaciteit leveren aan het Veiligheidsbureau ten behoeve van multidisciplinaire samenwerkingop het gebied van risicobeheersing<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>20 <strong>Organisatieplan</strong>


2. Het personeel veilig en effectief laten werken:- tactisch advies geven: nieuw operationeel optreden op basis van gebouwkenmerken (alskennispunt Brandveiligheid)- brandonderzoek3. Vergroten van zelfredzaamheid van het publiek en bedrijven: Community safety, Brandveilig levenen de voorlichting hierover.Vanwege de omvang van deze taken kiezen we voor twee vakteams. Het ene team is een centraalwerkende groep die voor de hele regio werkt. Het andere team is verdeeld over de vier clusters enwerkt meer samen met de klant en de ploegen.Herschikking in het takenpakketOp dit moment is er, los van de vorming van Brandweer <strong>IJsselland</strong>, een heroriëntatie op de taken vande brandweer. De Raad van Regionaal Commandanten heeft een document vastgesteld‘Basistakenpakket Brandweer Wabo’, waarin de volgende uitgangspunten staan:- De brandweer richt zich op zaken waarvoor specifieke repressieve kennis nodig is (zoalscomplexe bouwwerken, gestapelde functionaliteiten en gelijkwaardigheidsvraagstukken,evenementen en BEVI).- De brandweer moet voor zijn repressieve taken zicht hebben op de risico´s in hetverzorgingsgebied, zodat de veiligheidsketen gesloten blijft.- Standaard bouw- en milieuvergunningen behoeven geen brandweeradvies.Dit betekent dat er taken herschikt moeten worden:- Sommige gemeenten hebben taken op het gebied van vergunningen waar de brandweervanuit zijn expertise en repressieve belang géén rol in hoeft te hebben, nog wel bij debrandweer belegd.- Omgekeerd zijn er gemeenten die taken die wel een koppeling met de repressieve organisatievereisen, hebben belegd buiten de brandweer.Ten eerste is het belangrijk dat we één werkwijze afspreken met de gemeenten. Dit kan betekenendat er een verschuiving van formatie plaatsvindt tussen brandweer en gemeentelijke afdelingenAdvisering bouw-, milieu- en gebruiksvergunningen en Toezicht en handhaving.Ten tweede zijn de afspraken en prestatiecontracten met de RUD´s en gemeenten medebepalendvoor de taken die de brandweer gaat uitvoeren. De brandweer blijft optreden als specialist en adviseurop het gebied van brandveiligheid, waarbij de expertise wordt ingezet op de complexeadviesvraagstukken. Dit heeft tot gevolg dat de brandweer zich van een MBO- naar een HBOorganisatieontwikkelt. Dit stelt op termijn nieuwe, hogere eisen aan het personeel.Ten slotte is er een trend om samen te werken met netwerkpartners en het risicobewustzijn van deburger te vergroten. Veel meer aandacht voor preventie. Op dit moment krijgt dit vooral vorm eninhoud door pilotprojecten. Omdat deze ontwikkeling ongetwijfeld doorzet, is structurele inzet van(beroeps- en vrijwillige) capaciteit op het gebied van Community safety te verwachten.Dit alles betekent voor de medewerkers met taken op MBO-niveau dat er veranderingen kunnenkomen in hun takenpakket. Deze Wabo-werkzaamheden worden immers afgebouwd. Weliswaarkomen er nieuwe taken bij maar dat vereist flexibiliteit van betrokkenen. Voor In de ideale situatie is derolverdeling brandweer - gemeenten helder voordat het formatieplan wordt vastgesteld. Maar dat gaanwe waarschijnlijk niet halen.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>21 <strong>Organisatieplan</strong>


Zolang niet vaststaat welke taken door de gemeente en welke door de RUD worden uitgevoerd,nemen we het personeel mee naar de nieuwe organisatie waar het deels bekende en deels nieuwetaken gaat uitvoeren. Wat dit op termijn betekent, moeten we per individu bekijken.4.3 VakbekwaamheidIn het proces vakbekwaamheid zijn de taakvelden (voor repressief personeel):- opleiden en bijscholen- oefenen en het vastleggen van de geoefendheid- evalueren, kwaliteitszorg voor brandweertaken- nazorg van het eigen personeel- fysieke vaardigheidDat de brandweer vakbekwaam moet zijn, behoeft geen betoog. De wetgever heeft perbrandweerfunctie de functie-eisen vastgelegd. Onze ambitie is om ons brandweerpersoneel al in 2014te laten voldoen aan het vereiste vakbekwaamheidsniveau.TakenHet team Vakbekwaamheid:- maakt centaal beleid, dat in de clusters wordt uitgevoerd- stelt een regionaal Meerjaren Beleidsplan Vakbekwaamheid op. Ieder cluster krijgt jaarlijkseen uitvoeringsplan Opleiden en ieder anderhalf jaar een Uitvoeringsplan Oefenen- bereidt alle oefeningen voor, begeleidt en registreert ze, oefent competentiegericht- beheert alle oefenmaterialen- zet innovaties en ontwikkelingen om in opleidings- en oefensituaties- beoordeelt Eerder Verworven Competenties (EVC’s)- rapporteert per kwartaal aan het management- organiseert de oefeningen zo veel mogelijk op de post om verbinding te houden met de lokalegemeenschap- geeft elke cursist een leerwerkplekbegeleider; leerwerkplekleren wordt optimaal gefaciliteerden ingepast in reguliere oefen- en coachmomenten.Resultaten van het proces vakbekwaamheidAlle repressieve medewerkers voldoen aan het verplichte vakbekwaamheidsniveau en worden daarbijuitgedaagd boven dit niveau uit te stijgen tot vakman. Zij leren in een duaal stelsel met situationeel enactiverend onderwijs. Werkgever en werknemer zijn daarbij in gelijke mate verantwoordelijk voor devakbekwaamheid van de medewerker. We ontwikkelen instrumenten om de kwaliteit te bewaken. Perfunctie leggen we vast wat een medewerker moet kunnen en kennen (een kwalificatiedossier) en weregistreren dit in een regionaal systeem. Medewerker en organisatie hebben hierin inzage en sturenop de informatie. Wij leren systematisch van alle (relevante) incidenten en oefeningen. Onze cultuurmaakt zichtbaar dat we leren van fouten; die zijn juist een kans voor de toekomstOnze verwachtingen voor de komende jaren:- De wettelijke eisen aan functies en rollen (zoals leerwerkplekbegeleider, oefenleider,waarnemer, etc.) blijven gelden.- De eigen oefenfaciliteiten worden intensiever gebruikt, de externe inhuur neemt af. Dit stelteisen aan de bemensing van de oefenfaciliteiten.- ‘Veel en standaard’ oefenen verschuift naar oefenen in aansluiting op de individuele leervraag.- We gaan méér leren vanuit de nabespreking van de praktijk (de leerarena) en minder vanuithet theoretisch kader en/of oefensituaties.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>22 <strong>Organisatieplan</strong>


- We bieden alle oefeningen in voldoende mate aan op de eigen post, maar vragen ook vanmedewerkers om in bijzondere situaties elders te oefenen.- Repressief personeel (vrijwilligers en beroeps-) houdt een belangrijke rol in het onderhoud vande vakbekwaamheid.- Meer samenwerking met buurregio’s.- Specialisaties per cluster.Alle korpsen in de regio zijn op dit moment krap toegerust met personeel, in vergelijking met denormen van Brandweer Nederland. Daar komen ook nog eens deze ambities bij. Capaciteit moet er teallen tijde blijven. Dat betekent dat we het voordeel dat de regionalisering oplevert, inzetten om hetkwaliteitsniveau te halen. Per saldo blijft de formatiebehoefte dan tenminste gelijk.4.4 Beheer & TechniekDe taakvelden binnen Beheer & Techniek zijn:- Inkoop. Die bestaat uit het opstellen van inkoopbeleid en vervangingsschema´s, de(technische en juridische) inkoop, het opstellen van de begrotingen en bewaking van debudgetten, factuurcontrole en het beheer van contracten en polissen.- Beheer & onderhoud van al het materieel:o Administratief beheer van alle goederen (inbegrepen ademlucht- en duikapparatuur enuniformkleding) en het opstellen van onderhouds- en keuringsplanneno (Laten) uitvoeren van planmatig en situationeel onderhoud en keuringen van al hetmaterieelo Storingen en schades (laten) herstellen c.q. uitzetten bij leverancierso Laten reinigen van bluskleding en chemie-, gas- en duikpakken et ceterao Gebruiksklaar maken van ademluchtapparatuur na gebruik en onderhoud van detestapparatuur en werkruimten- Het (dagelijks) gebouwenbeheer: klein onderhoud en kleine herstellingen van de gebouwenuitvoeren. Storing en schades doorgeven. Interne verhuizingen uitvoeren. Het beheer vancontracten en polissen. We gaan er hierbij van uit dat de gebouwen ‘full service’ wordengehuurd van de gemeenten.- Logistiek, het transport van voertuigen (voor keuringen, oefeningen of onderlinge vervanging)en bevoorrading tijdens inzet (ademlucht, brandstof, kleine materialen, slangen).Veilig, betrouwbaar en voldoende materieel, zoals voertuigen, kleding en gereedschappen, draagt bijaan een goede, efficiënte werkomgeving voor het personeel. Het minimaliseert de uitval tijdensinzetten. Het materieel moet beschikbaar zijn voor inzetten, voor opleidings- en oefenactiviteiten enliefst ook voor voorlichting aan het publiek.We streven naar eenheid in de <strong>Veiligheidsregio</strong>, maar zorgen er ook voor dat er op de werkvloervoldoende regelruimte is om snel kleine reparaties aan materieel en gebouwen uit te voeren. Datversterkt ook ons verantwoordelijkheidsgevoel voor onze uitrustingsstukken.4.5 BedrijfsvoeringVoor een stabiele organisatie is eenheid in ondersteuning essentieel. Bestuurders, commandanten enmanschappen stellen hoge eisen aan interne dienstverleners. Zij moeten kunnen vertrouwen op groteprofessionaliteit in verschillende rollen:- beleid, kaders, richtlijnen en spelregels vaststellen (de rol van ontwikkelaar)- adviseren en uitvoeren ten behoeve van leidinggevenden en medewerkers: denken en doen,hersens en handjes (de rol van adviseur en uitvoerder)- het fundament: vraagbaak, administratie, beheer, financial control, en specialisten(de ‘basisrollen’)<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>23 <strong>Organisatieplan</strong>


In de praktijk vormen beide eerstgenoemde rollen ‘het gezicht’ (de front office) van de internedienstverlening. De twee andere rollen vormen samen de backoffice: zij zijn niet minder belangrijk,maar de zichtbaarheid is van minder belang.Bedrijfsvoering verzorgt het financieel beheer, financial control en compliance (voldoen we aan deregelgeving?). De (financiële) adviseurs ondersteunen budgethouders bij het begroten, bewaken vande realisatie, de verschillenanalyse, prognoses en advies. Het hoofd bedrijfsvoering en het adjuncthoofd bedrijfsvoering maken onderling een verdeling in verantwoordelijkheid over de verschillendeafdelingen binnen bedrijfsvoering. In ieder geval hebben beide functies, of een verantwoordelijkheidover de afdeling ICT, of over de afdeling HRM.In de derde en laatste verkenning komt de positionering van de huidige gezamenlijke eenheidBedrijfsvoering & Services (met GGD <strong>IJsselland</strong>) aan de orde. Dat geldt ook voor de servicecentra dieop dit moment in de regio in ontwikkeling zijn. Een exacte positionering en formatie-indeling zijndaarom nog niet te geven.4.6 VeiligheidsbureauHet Veiligheidsbureau initieert en coördineert de multidisciplinaire samenwerking én de hoofdstructuurvan de crisisorganisatie van de <strong>Veiligheidsregio</strong>. Hiervoor onderhoudt het contacten met decrisispartners en bouwt het de bovenregionale samenwerking op.Het Veiligheidsbureau bestaat uit beleidsmedewerkers voor de verschillende programma- onderdelenen vertegenwoordigers per kolom. Zij zijn verantwoordelijk voor de voortgang van hetprogrammaonderdeel en de projecten. Ook zijn zij het aanspreekpunt voor het hoofdVeiligheidsbureau en de leden van de Veiligheidsdirectie. Daarnaast zijn zij het loket voor externepartners en netwerken. De vertegenwoordigers van de kolommen zorgen voor draagvlak eninhoudelijke bijdragen uit de kolommen aan de projecten. Ook zorgen zij voor het implementeren vanmultidisciplinaire afspraken binnen hun eigen kolom.TaakveldenRisicobeheersing is de basis van de operationele voorbereiding van de hoofdstructuur. Hierondervallen het risicoprofiel, de risicomonitor en de niet-verplichte advisering over veiligheid bijevenementen. De brandweer levert de producten risicoprofiel en risicomonitor, en draagt bij aan demultidisciplinaire adviezen. De politie is de regisseur bij het geven van adviezen voor veiligheid bijevenementen.Operationele voorbereiding bereidt de multidisciplinaire functies en -teams in de hoofdstructuur voorop het bestrijden van rampen en crises. Hieronder vallen de planvorming, opleiden oefenen en trainenen de samenwerking met de crisispartners. Het Veiligheidsbureau voert de regie op dit onderdeel.De multidisciplinaire meldkamer valt ook onder dit taakveld.Informatiemanagement is de verantwoordelijkheid van de informatiearchitectuur en hetinformatiemanagement in de hoofdstructuur.Kwaliteitszorg bestaat uit het evalueren van oefeningen en incidenten vanaf GRIP 2 en hetimplementeren van de verbeterplannen, in samenwerking met de kolommen.Zelfredzaamheid is als programmaonderdeel in 2012 opgenomen in het Veiligheidsbureau. Ditprogramma loopt tot en met 2014. Wij verantwoorden de voortgang van dit programma in de planningencontrol cyclus.Gemeenten zijn ook een kolom van de <strong>Veiligheidsregio</strong> en hebben een operationele taak in het teamBevolkingszorg. Vanaf 2013 maakt de ondersteuning van het team Bevolkingszorg onderdeel uit vanhet Veiligheidsbureau en is dit onderdeel ook opgenomen in het teamplan. Dit is een<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>24 <strong>Organisatieplan</strong>


monodisciplinaire taak, naast de taak die het team heeft om de multidisciplinaire producten van hetteamplan tot stand te brengen.De Coördinerend Functionaris Gemeenten (CFG) wordt ondersteund door een beleidsmedewerkervan het veiligheidsbureau en door de Adviseurs Crisisbeheersing (ACB) van de elf gemeenten van de<strong>Veiligheidsregio</strong>. In feite zijn zij samen het werkapparaat van de gemeentelijke kolom. De ACB-erskomen maandelijks bijeen onder voorzitterschap van de CFG. Meer en meer nemen zij ook deel inwerkgroepen en commissies binnen de VR.Ook maandelijks komt de Veiligheidskring Gemeentesecretarissen bijeen namens wie de CFG degemeentelijke belangen (er is immers sprake van verlengd lokaal bestuur) in de veiligheidsregiobehartigt.Kracht uit de kolommenUitgangspunt bij de multidisciplinaire samenwerking is dat de kracht uit de kolommen komt. Ditbetekent dat de kolommen brandweer, GHOR, politie en gemeenten het inhoudelijke aandeel leverenin de producten van het Veiligheidsbureau. Het bureau kan daardoor klein blijven. De medewerkersvan het Veiligheidsbureau treden op als regisseurs of projectleiders. Zij initiëren, faciliteren enbewaken het proces.De medewerking van de kolommen en de crisispartners is daarom ook niet vrijblijvend. Het hoofdVeiligheidsbureau maakt met de leidinggevenden van de kolommen afspraken over de inzet van dekolommen bij de producten van het teamplan. Als een kolom niet kan leveren stelt deveiligheidsdirectie de prioritering van het teamplan bij.4.7 GHOR-bureauDe GHOR is ingesteld door het bestuur van de <strong>Veiligheidsregio</strong>, wordt aangestuurd door de directeurPublieke gezondheid, en coördineert een goede geneeskundige hulpverlening bij ongevallen, rampenen crises. Dit doet het door:- samenwerking tussen de zorgaanbieders te coördineren en te faciliteren- zorgaanbieders te stimuleren hun eigen verantwoordelijkheid bij rampen en crises in te vullen- samen te werken met de partners in de veiligheid- een proactieve en flexibele rol te vervullenDaarnaast levert het GHOR-bureau een actieve bijdrage aan multidisciplinaire trajecten, zoalsrisicobeheersing, operationele voorbereiding, OTO (opleiding, training, oefening), multidisciplinairekwaliteitszorg en informatiemanagement. Dit doet het vanuit een goed herkenbare witte kolom binnende <strong>Veiligheidsregio</strong>. Die witte kolom bestaat uit de gezamenlijke aanbieders van gezondheidszorg.Ook ondersteunen zij waar mogelijk en gewenst de individuele multidisciplinairesamenwerkingspartners zoals bij het project Vorming Brandweer <strong>IJsselland</strong>. De directeur PubliekeGezondheid is eindverantwoordelijk voor zowel de GGD als de GHOR.4.8 Bureau BestuursondersteuningHet bureau Bestuursondersteuning is verantwoordelijk voor de inhoudelijke, strategische, bestuurlijkeen beleidsadvisering van de <strong>Veiligheidsregio</strong>. Het bureau maakt het MEERJAREN BELEIDSPLANVEILIGHEIDSREGIO en zorgt voor de communicatie en de woordvoering. Ook de regie en coördinatievan het proces van planning en control valt onder verantwoordelijkheid van dit bureau, een reden omde control functie hier een plaats te geven.Taken- adviseren en coördineren van de ambtelijke en bestuurlijke besluitvormingsprocessen,de bestuurlijke advisering en het contact met externe klanten<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>25 <strong>Organisatieplan</strong>


- inhoudelijk en procesmatig (doen) voorbereiden van de vergaderingen van MT, VD, Algemeenen Dagelijks Bestuur en uitvoering (doen) geven aan de genomen besluiten- het coördineren en laten ontwikkelen van de langere termijn visie van de veiligheidsregio(multidisciplinair) in het meerjarenbeleidsplan- het leveren van (niet inhoudelijke) beleidsondersteuning aan de kolommen- het toetsen van voorstellen op vorm en kwaliteit, waaronder de juridische kwaliteit- het proces van planning en control van de <strong>Veiligheidsregio</strong>- de coördinatie van de medezeggenschap binnen de <strong>Veiligheidsregio</strong>- participeren in netwerken, liaisonfunctie naar V&J, andere veiligheidsregio’s en crisispartners- zorgen voor annotaties op stukken van landelijke en regionale overleggen voorportefeuillehouders en voorzitter- contacten met burgemeester, gemeenten, gemeenteraden- communicatie en woordvoering- klachtenregeling- bezwaar- en beroepsprocedures<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>26 <strong>Organisatieplan</strong>


5. De getallen: hoeveel fte en waar?In het vorige hoofdstuk hebben we toegelicht welke taken elk organisatieonderdeel gaat uitvoeren.In het formatieplan is precies uitgewerkt en onderbouwd welke functies, met welke zwaarte en inwelke aantallen in de nieuwe veiligheidsregio worden opgenomen. Hier onder geven we eensamenvatting. Ook hebben we gecontroleerd of het aantal leidinggevenden past bij de ambities..5.1 Overzicht beroepsformatie per organisatieonderdeelAantal fte’nRegionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie 1Procesmanager / Clustercommandant 4twee Vakteams Repressie, inclusie vakteamleiders 18,4twee Vakteams Risicobeheersing, inclusie vakteamleiders 30een Vakteam Vakbekwaamheid, inclusie vakteamleider 18een Vakteam Techniek & Beheer, inclusie vakteamleider 19,5het beroeps deel van de 24-uursdienst plus de Teamleiders repressie 89,6de meldkamer brandweer 7,6Bedrijfsvoering 51,7het Bureau Bestuursondersteuning 11,5het Veiligheidsbureau 7het GHOR-bureau 8,94Ten aanzien van deze samenvatting nog het volgende:Totaal 267,24- naast deze formatieruimte zijn er uren beschikbaar waarop vrijwilligers ingezet worden voortaken zoals oefenen, onderhoud, ademlucht et cetera.- In dit overzicht zijn de meeste leidinggevenden in hun team of bureau meegeteld.- binnen BBO is 3,5 fte opgenomen voor beleidsondersteuners die óók voor vakteams werken- binnen Bedrijfsvoering is 12 fte opgenomen voor de administratieve en secretariëleondersteuning, die óók voor de vakteams werken.- Binnen deze formatie moet ook al het oefenen en uitrukken voor de warme neventaakplaatsvinden. Verdeeld over 97 personen vereist dat een totaal van 13 fte die dus nietbeschikbaar is voor het team of bureau.5.2 SleutelfunctiesDe onderstaande functies zijn zó bepalend voor de organisatie dat deze zijn aangewezen alssleutelfuncties:- 1,0 fte Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie- 40 fte procesmanager / Clustercommandant- 1,0 fte hoofd Bedrijfsvoering- 0,5 fte hoofd Bureau Bestuursondersteuning- 0,5 fte hoofd Veiligheidsbureau- 1,0 fte hoofd GHOR-bureau- 1,0 fte adjunct hoofd Bedrijfsvoering- 6,0 fte vakteamleider werkproces- 7,0 fte Teamleider Repressie<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>27 <strong>Organisatieplan</strong>


Om de juiste mensen op deze functies te krijgen geldt een speciale procedure. Op een later momentkunnen we besluiten nog andere sleutelfuncties aan te wijzen.5.3 Toetsing op de omvang van de leidinggevende capaciteitBij routinematig verlopende processen is één leidinggevende op twintig medewerkers gangbaar. Bijcomplexe en dynamische processen is één op twaalf niet ongewoon. We willen binnen de brandweertenminste een verhouding van één op vijftien bereiken.Hieronder hebben we op drie wijzen getoetst of we deze verhouding in de nieuwe organisatie halen.Hierbij hebben gekeken naar de leiding in de operationele eenheden. Het blijkt dat we bij elketoetsvorm minder leidinggevenden hebben dan de norm van één op vijftien..Aantal personenBij de brandweer van deze <strong>Veiligheidsregio</strong> zijn de volgende leidinggevenden werkzaam:- één Regionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie- vier procesmanagers/clustercommandanten- dertien teamleiders- 45 (merendeels vrijwillige) ploegleidersIn totaal zijn dat 63 leidinggevenden voor 1050 personen, een verhouding van één op zeventien.Beroeps formatieDe beroeps leidinggevenden hebben vrijwel allemaal een operationele nevenfunctie die voor tien totvijfentwintig procent beslag legt op hun tijd. De beroepsploegleiders en sommige teamleiders zijn voor(minder dan) de helft aangesteld als leidinggevende. We tellen daardoor veertien ‘voltijdseenheden’(fte’s) aan beroepsleidinggevende formatie.Met 266 beroepsmedewerkers geeft ook dit een verhouding van één op negentien.Vergelijking ‘Oud & Nieuw’Hierbij gaat het opnieuw om personen, de teamleiders en hoger. Zij hadden en krijgen, naast hunleidinggevende taak, ook operationele en vaktechnische neventaken waardoor bij de vergelijking vande formatie ‘OUD & NIEUW’ enige vertekening optreedt. Duidelijk wordt wel dat het aantal (deeltijd)leidinggevenden afneemt.OudNieuwRegionaal commandant / Voorzitter Veiligheidsdirectie 1 1Gemeentelijk commandant Ooit 11, inmiddels 9 -Hoofd regionaal bureau 1 -Gemeentelijke Afdelingshoofden Teamleiders,-managers, -coördinatoren, plv. commandanten13 -Procesmanager/clustercommandant - 4Teamleiders vakteam - 6Teamleiders repressie - 7Totaal Ooit 26 inmiddels 24 18<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>28 <strong>Organisatieplan</strong>


6. Werken in de nieuwe (brandweer) organisatie: hoe gaat dat?6.1 Werken op een postRepressieve medewerkers zitten op hun post. Hier blijven alle zaken geregeld die belangrijk voor henzijn: oefeningen, klein onderhoud aan het voertuig, de ademlucht, de jeugdbrandweer,brandweerwedstrijden en de personeelsvereniging.Ze krijgen leiding van een ploegleider. Het aantal ploegleiders in een cluster is afhankelijk van hetaantal posten, het aantal medewerkers van die post en het soort post (beroeps of vrijwillig). Meestalheeft een post maar één ploegleider, soms meer. Het takenpakket van de vrijwillige ploegleider wordtzó samengesteld, dat het op termijn in 150 uur per ploeg per jaar is uit te voeren.6.2 Werken in een vakteamDe beroepsmedewerker, zoals een preventist of een oefencoördinator, werkt in een vakteamrisicobeheersing of vakbekwaamheid. Dit is een stevig team met uitdagend werk voor de medewerkeren minder kwetsbaarheid op de posten: voor een ‘eenpitter’ bestaat vervanging. De vakteamsbereiden het beleid voor de regio voor. De medewerker in zo’n functie kan dus de directe collegaworden van iemand aan de andere kant van de regio. Hierdoor kan het zijn dat medewerkersmeerdere werkplekken krijgen, meer reizen of meer ICT gaan gebruiken om af te stemmen. Door degrotere (reis)afstand tot de leidinggevende is het van belang dat medewerkers zelfstandig werken.‘Nieuwe laarzen, zo doen we dat hier’De oude laarzen waren écht aan vervanging toe. Het kledingbudget van Brandweer <strong>IJsselland</strong> wasopgebouwd uit de kledingbudgetten van de elf korpsen. De Procesmanager Beheer & Techniek hadeen planning laten maken welke kleding wanneer vervangen moest worden en nu waren dat delaarzen. In zijn vakteam heeft hij twee echte deskundigen die alle ontwikkelingen bijhouden, beurzenbezoeken en in de kledingcommissie van Brandweer Nederland zitten. Samen met de inkopervormen ze een inkoopteam en schrijven een plan:- Ze stellen zelf een programma ven eisen voor en bespreken dit met de klankbordgroep.Hierin zit een stevig aantal gebruikers uit alle vier de clusters.- Als ze het eens zijn over de eisen, worden de laarzen Europees aanbesteed. Daar zorgt deinkoper voor. Belangrijk bij de aanbesteding is de draagproef.- De leden van de klankbordgroep testen namelijk de verschillende modellen laarzenuitgebreid. Ook vragen ze informatie op bij andere regio’s.Als snel wordt duidelijk welke laarzen het beste bevallen. Het inkoopteam schrijft een voorstel voor deprocesmanager. De kosten zijn namelijk te hoog voor een mandaat van het inkoopteam. Dergelijkenota’s en contracten wil de procesmanager zelf zien.Het voorstel zit goed in elkaar en hij geeft zijn akkoord. In het MT had hij al gemeld wat de voortgangwas. Bij kleding wil immers iedereen dat ze stevig en comfortabel is. Diezelfde middag meldt hij nogdat de bestelling is geplaatst.De laarzen worden geleverd en verspreid over de posten, waar iedereen oud tegen nieuw kanomruilen. De regio heeft van alle maten een kleine voorraad. Als het écht moet kan nog diezelfde dageen nieuw paar geleverd worden. De leverancier levert bovendien nog jarenlang op bestelling nieuwelaarzen.Vakmedewerkers die ook een rol spelen in de uitruk, hebben twee leidinggevenden: een voor derepressieve functie (ploegleider) en een voor de kantoorfunctie (teamleider). De leidinggevendenmaken afspraken over het werk van de medewerker. Uitgangspunt is dat hij of zij in staat is om derepressieve functie te vervullen. Het gaat hierbij om maximaal vijf personen per cluster.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>29 <strong>Organisatieplan</strong>


Er zijn vakteammedewerkers die in een ander cluster werken dan dat van hun eigen procesmanager.Ook zijn er medewerkers Bedrijfsvoering die niet centraal of extern werken, maar in een kazerne. Zijkrijgen ook opdrachten van de clustercommandanten en teamleiders in dat cluster. Dit geldt voorongeveer achttien personen in een cluster. Als hier strijdige belangen ontstaan, dan zoeken ze inoverleg naar een oplossing.De eigen teamleider (of het hoofd Bedrijfsvoering) is altijd beoordelingstechnisch de leidinggevende.Als hij jaargesprekken voert, vraagt hij de clustercommandant (de klant) naar zijn ervaringen met demedewerker.‘Tom, Olivier en Joost werken zó’Tom is al jaren gespecialiseerd in oefenen. Hij werkt binnen het vakteam Vakbekwaamheid enondersteunt de oefeningen in cluster Oost. Hij bereidt oefeningen voor, regelt oefenmateriaal enlocaties. Hij stemt alles af met zijn klanten, de ploegleiders in Oost. Hij heeft af en toe contact metcollega’s in de regio om ervaringen uit te wisselen. Tom heeft als standplaats Ommen.Olivier heeft bij de regionalisering zijn kans gegrepen en is binnen het vakteam Vakbekwaamheidmeer beleidsmatig gaan werken. Hij maakt opleidingsplannen en verzorgt complexe oefenscenario’svoor de hele regio. Dit doet hij voor de helft van zijn tijd bij zijn collega’s van het vakteam, dieallemaal in Zwolle werken. Olivier komt wekelijks in de clusters. Daar overlegt hij bijvoorbeeld met decollega’s van Tom. De standplaats van Olivier is Zwolle.Joost is facilitair medewerker. Hij hoort bij Bedrijfsvoering en het hoofd Bedrijfsvoering is zijnleidinggevende. Maar Joost werkt altijd in (en om) Kampen, net als zijn klanten. Hij doet somsklussen in andere posten in Noordwest. De clustercommandant van Noordwest adviseert het hoofdBedrijfsvoering over zijn beoordeling. De standplaats van Joost is Kampen.6.3 Standplaats: kazerne of kantoorWe willen verbinding tussen de vakteams (het beleid) en de uitvoering maar we willen ook verbindingtussen de vakgebieden onderling en met de klant, bijvoorbeeld in een gemeente. ICT biedt demogelijk om overal bereikbaar te zijn en met iedereen samen te werken, maar dat kan pas als jeelkaar ook regelmatig spreekt en inspireert. Collegialiteit begint op de werkplek, simpele zaken regelje bij de koffieautomaat.De vakteams zijn ieder gekoppeld aan een eigen procesmanager/clustercommandant. Maar datbetekent niet dat het vakteam ook gehuisvest moet zijn in het cluster waar deprocesmanager/clustercommandant operationeel leiding aan geeft. Welke thuisbasis de vakteamskrijgen, hangt af van de huisvesting die beschikbaar is. Het zou het mooiste zijn als alle vakteamsonder één dak konden werken, om de samenwerking te bevorderen. Maar financieel is dit niethaalbaar. De standplaats van de medewerker is dáár waar hij het meeste werkt.Graag zien we dus dat de medewerkers van brandweer, GHOR en Veiligheidsbureau optimaal metelkaar samenwerken. Maar we willen óók dat de mensen van de brandweer regelmatig in de postenen kazernes zijn om daar samen te werken met de collega’s die gebonden zijn aan die posten. Intheorie is dit mogelijk als de mensen van de vakteams (van de brandweer) twee dagen in een centralelocatie en twee dagen in een kazerne of post werken.6.4 Flexibele werkplekkenCrisisbestrijding is onze kerntaak. Hiervoor, en voor de oefeningen die daarbij horen, moet de<strong>Veiligheidsregio</strong> beschikken over goed ingerichte werkplekken voor het Regionaal Beleidsteam (RBT),<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>30 <strong>Organisatieplan</strong>


het Operationeel Team (OT) en de actiecentra. Het bespaart kosten als deze werkplekken buiten deincidenten en crises als gewone werkplek gebruikt kunnen worden.Onze taak vereist dat we voor onze operationele functies snel in alle locaties van de <strong>Veiligheidsregio</strong>aanwezig zijn. Onze verbondenheid met de gemeenten waarvoor we werken heeft invloed op onzewerklocaties. Hiervoor is een goede spreiding van woon- en werklocaties vereist, vooral voor OvD’en.Dit alles stelt hoge eisen aan de flexibiliteit van de werkplekken, aan de ICT-ondersteuning en demogelijkheden om te reizen. We zien kansen in innovatief huisvesten (werkplekken delen) en in HetNieuwe Werken (overal en altijd kunnen werken). Terwijl veel bedrijven de aanwezigheid van hunmedewerkers gelijkmatig over de week proberen te verdelen, geeft onze visie echter pieken en dalenin het aantal medewerkers dat op een locatie aanwezig is. Deze visie op huisvesting, ICT en mobiliteitwordt verder doorgerekend en uitgewerkt in een huisvestingsplan6.5 Innovatie en projectenBiedt deze nieuwe organisatie wel ruimte om te innoveren of projecten te organiseren? Zeker wel. Wijhebben er echter voor gekozen deze niet bij voorbaat al te beleggen bij een groep medewerkers. Dekans bestaat dan dat die groep te weinig aansluiting heeft bij de behoeften en ideeën van dewerkvloer. Liever kiezen we voor een wisselende innovatietrekker, bij voorkeur in het MT, die met eenteam enthousiaste collega’s gedurende bijvoorbeeld een jaar op eigen en energieke wijze ideeënlosmaakt. Wordt er een project gestart, dan zoeken we daar mensen bij die uit de hele organisatiekomen en tijdelijk hun bijdrage leveren.‘Een nieuwe inzetprocedure, zo doen wij dat hier’Het is 2019. Er komen steeds meer voertuigen met nieuwe, milieuvriendelijke brandstofcellen.Geweldig, maar inmiddels zijn al twee van deze auto’s in brand gevlogen. Daarbij is er eenoogverblindend licht en hoogspanning ontstaan, wat de inzet heeft bemoeilijkt. Bij de evaluatie van detweede brand, door het Vakteam Repressie, wordt geconstateerd dat er behoefte is aan een nieuweinzetprocedure.In het MT krijgt de Procesmanager Repressie de taak om dit project te leiden. Het teamRisicobeheersing krijgt de opdracht een tactisch advies op te stellen, want binnen BrandweerNederland is nog geen kennis over de risico’s van deze brandstofcellen voorhanden. Eenmedewerker legt contact met de producent van de brandstofcellen. ‘Hoe werken die precies?’ Datbrengt al gauw zicht op een oplossing: een andere werkwijze, met nieuwe uitrusting. Beheer &Techniek krijgt de opdracht een oefenset met nieuw materieel en kleding aan te schaffen. Repressieorganiseert testen. Eén post doet mee en laat de fabrieksapparatuur zó aanpassen dat ermee kanworden uitgerukt. Zou de nieuwe aanpak veilig en snel zijn? Ook de producent is geïnteresseerd ensteunt de testen. Het blijkt een succes.Het team Vakbekwaamheid schrijft de nieuwe procedure uit en maakt een lesmodule. Met nog eenpaar aanpassingen wordt een set van het nieuwe materieel geplaatst in een andere post. Demedewerkers volgen de nieuwe lesmodule. In die proefperiode worden twee vergelijkbare incidentensuccesvol bestreden. De procesmanager Repressie brengt de nieuwe procedure, het opleidingsplanen de materieelbehoefte in het MT. De clustercommandanten bespreken deze plannen met de teamenploegleiders. Met een paar kleine wijzigingen wordt het voorstel goedgekeurd.Terwijl de procesmanager Beheer & Techniek het nieuwe materieel laat verwerven, krijgen allemedewerkers een opleiding in de nieuwe werkwijze. Iedere clustercommandant ziet erop toe dat deopleidingen precies zó worden gegeven als afgesproken. Ze kunnen tijdens een oefenavondtoelichting geven op de werkwijze. Als ze het proces na een jaar evalueren, kunnen ze de uitkomt alvoorspellen. Ze hebben de hints en tips van de ploegen al ruim van tevoren gehoord.<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>31 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>32 <strong>Organisatieplan</strong>


Bijlage 1 Het tandwielmodel<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>33 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>34 <strong>Organisatieplan</strong>


Bijlage 2 Portefeuilleverdeling DB & Veiligheidsdirectie (2013)directiebestuurDhr. MeijerVoorzitterDhr. HeidemaVicevoorzitterDhr. Noten Dhr. Alssema Dhr. StrienVoorzitterCommunicatieBeleidsplanInterregionale/ internationalecontactenfinanciënpersoneelKorpschefpolitieMONInformatiemanagementRegionaalcommandant /VoorzitterVeiligheidsdirectieInrichtingveiligheidsregio&hoofdstructuurwaterveiligheidbrandweercrisisplanoperationelevoorbereidingDirecteur PubliekeGezondheidKwaliteit,evaluatiesGHORCoördinerendfunctionarisgemeentengemeentenRisicobeheersingrisicoprofiel<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>35 <strong>Organisatieplan</strong>


<strong>Veiligheidsregio</strong> <strong>IJsselland</strong>36 <strong>Organisatieplan</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!