Proline: de beste start tegen SeptoriaProline® heeft zich de afgelopen jaren bewezen als absoluut topmiddelin de tarweteelt. Bij een vroege toepassing aan het begin van de stengelstrekking(T1) biedt het een zeer goede bescherming tegen alle voorkomendebladziekten, waaronder Septoria. Daarnaast laat Proline duidelijkehogere opbrengsten zien in vergelijkingen met ‘oudere’ triazolen.Beste middel tegen SeptoriaHoewel veel telers - vooral in Midden- en Noord-Nederland - het afgelopen seizoenvrij weinig last hadden van Septoria, blijft het dé grote bedreiging van de tarweteelt.Een vroege toepassing van Proline (T1) blijft daarom de beste remedie om het gewasziektevrij te houden.Omdat strobilurinen algemeen resistentie vertonen tegen deze ziekte, wordt het belangvan triazolen steeds groter. Proline heeft zowel in proeven als in de praktijk bewezensterker te zijn dan de huidige ‘oudere’ generatie triazolen.Goed tegen voetziekten en roestDe werking van Proline tegen roesten is goed, zowel preventief als curatief, maar dewerkingsduur is soms te kort. Proline heeft een goede tot zeer goede werking tegenDTR en voetziekten (oogvlekkenziekte, scherpe oogvlekkenziekte, sneeuwschimmel enFusarium spp.).Preventief tegen meeldauwProline is veruit de sterkste triazool tegen meeldauw, op voorwaarde dat deze preventiefis toegepast. In curatieve omstandigheden moet er een specifieke meeldauwcomponentworden toegevoegd.Hogere opbrengstenProline heeft zowel in proeven als in de praktijk bewezen hogere opbrengsten te leverendan de huidige generatie ‘oudere’ triazolen. In 54 praktijkproeven in Nederlandsetarwe kwam de opbrengst na gebruik van Proline de afgelopen vier jaar gemiddeld ruim200 kg/ha hoger uit dan bij gebruik van de beste referentie-triazool (zie tabel).Gebruiksadvies in tarweVoor een optimale werking in tarwe kan Proline het beste aan het begin van de stengelstrekking(T1) toegepast worden. De adviesdosering is 0,6 tot 0,8 liter per hectare.De kracht van Proline:• Bescherming tegen een zeer breed scala aan ziekten in tarwe• Zeer goede combinatie van lange preventieve en krachtige curatieve werking• Uitstekende bescherming tegen Septoria in tarwe• Bewezen hogere opbrengsten dan de huidige ‘oudere’ generatie triazolenMeeropbrengst Proline (0,8 l/ha) t.o.v. bestereferentie (1,5 l/ha)Jaar Aantal proeven Meeropbrengst (in kg/ha)2004 14 + 3012005 11 + 4432006 8 + 1802007* 12 + 112008* 9 + 40Gem. 2004 t/m 2008 54 + 204*) jaren met lage tot zeer lage septoriadruk.ZiekteProlineoogvlekkenziekte +++gele roest ++++bruine roest ++(+)meeldauw (preventief) ++++meeldauw (curatief) +(+)Septoria tritici ++++Septoria nodorum ++++DTR +++(+)sneeuwschimmel ++aarfusarium +++'Ik kies voor betrouwbaarheiden zekerheid',,Bij de ziektebestrijding in tarwe kies ik voor betrouwbaarheid en zekerheid. Met Proline ben je daar op ditmoment het beste van verzekerd'', zegt Wim Wielemaker in Koudekerke.,,Ik heb acht verschillende gewassen in mijn bouwplan die in het voorjaar allemaal veelaandacht vragen. De ziektebestrijding in tarwe moet dus vooral betrouwbaar en zékerzijn, zodat ik daar niet telkens naar om hoef te kijken.'' Wim Wielemaker beschrijft inhet kort welke eigenschappen een goed graanfungicide in zijn ogen moet hebben.Het middel Proline past volgens hem prima in dit profiel. De afgelopen twee seizoenenpaste hij Proline als tweede gewasbespuiting (met CCC) toe. Daarmee hield hij hetgewas telkens volledig ziektevrij tot aan de preventieve afrijpingsziektebestrijding.Beste middel tegen SeptoriaBij de middelenkeuze laat Wielemaker zich graag adviseren door Peter de Broekertvan CZAV. Volgens hem heeft Proline zich al meerdere jaren bewezen als beste middeltegen Septoria. Het beste bewijs hiervan kreeg hij enkele jaren geleden, toen één vanzijn klanten naast Proline ook een ander middel tegen bladvlekkenziekten had gespoten.Tijdens een bezoekje werd de Broekert gevraagd om de scheiding in het perceelaan te geven. ,,Je kon bijna op de rij af zien waar Proline was gespoten en waar niet.Aan de Proline-kant was vrijwel geen Septoria te vinden, aan de andere kant zat heter behoorlijk in'', zo herinnert hij zich nog goed.Om de tarwe tot aan de oogst ziektevrij te houden is het volgens De Broekert belangrijkom de periode tussen de tweede en derde bespuiting (tegen afrijpingsziekten) niette groot te laten worden. Afhankelijk van de ziektedruk houdt hij 3 tot 3½ week alsabsolute maximum aan. Voor ziektegevoelige rassen adviseert hij altijd de hoogstedosering van 0,8 liter per hectare aan te houden. Voor minder ziektegevoelige rassenkan 0,6 l/ha worden gebruikt, op voorwaarde dat de ziektedruk niet te hoog is.Wim Wielemaker (l) is akkerbouwer in Koudekerke (Zld.). Peter de Broekert is teeltadviseur bij CZAV.Gebruiksvriendelijk en flexibelBehalve om zijn uitstekende ziektebestrijding waardeert Wielemaker het middel Prolineook om zijn gebruiksvriendelijkheid. Belangrijk vindt hij de zeer snelle regenvastheiddie vooral in de buiïge kustgebieden van Zeeland net het verschil kan maken tusseneen tegenvallende en succesvolle bespuiting. ,,Bovendien ben je door de snelle opnamevan het middel wat flexibeler in het spuiten; je kunt het zogezegd gemakkelijkereven tussendoor doen'', zo besluit de akkerbouwer.4 <strong>Graan</strong> <strong>Koerier</strong><strong>Graan</strong> <strong>Koerier</strong> <strong>pag</strong>4-5.indd 4 12-02-2009 13:30:30
Vervolg van voor<strong>pag</strong>ina'Wensen van bloemindustrie nog onduidelijk'Voordat er concreet verder gewerkt kan worden aan de sturing op kwaliteitmoet eerst duidelijk worden wat de precieze wensen zijn van debloemindustrie. Volgens projectleider Zunneberg zijn die - ondanks departicipatie van graanverwerker Meneba in het project - nog steeds nietvastgesteld en omschreven. Dit heeft onder meer te maken met de enormecomplexiteit van graaneiwitten, zo weet hij. ,,Er zijn meer dan duizendeiwitmoleculen die allemaal weer een rol spelen bij de verwerkbaarheidvan de verschillende graanproducten. De bloemindustrie maakt daaromeen groot aantal melanges, die soms wel uit twintig verschillende soortenbloem bestaan. Omdat het graan elk jaar weer verschilt in kwaliteit ensamenstelling zijn er heel moeilijk vaste patronen te ontdekken in hetmengen. Het vastleggen van concrete specificaties is daarom zeer lastig.''Een andere factor die meespeelt is dat de grote spelers zoals Menebahun granen per scheepsvracht uit allerlei landen binnen en buiten Europabetrekken. Relatief kleine partijen met specifieke kwaliteiten zijn in zo'ngrootschalige bedrijfsstructuur moeilijk te plaatsen.Sturing op eiwit heeft nog een lange weg te gaanHoewel er vanuit de markt dus weinig animo lijkt te zijn voor graan met een specifiekekwaliteit, willen Hamster en Wage graag door met hun zoektocht naar toegevoegdewaarde voor graan. Een eerste aanzet hiervoor is de afgelopen drie jaar al gegeven meteen aantal bemestingsproeven binnen het KodA-project. Centrale vraag hierbij was:in hoeverre is eiwit te sturen via bemesting? In de proeven - die bij Hamster en Wagezijn aangelegd - is vooral gekeken naar de invloed van stikstof en zwavel op het eiwitgehalte.Verder is ook bekeken of de toevoeging van selenium - een element dat eenpositieve invloed heeft op de menselijke gezondheid - in het eiwit terug komt. Hoewelnog niet alle resultaten zijn verwerkt, durft Wage al wel te zeggen dat er op zandgrondenwaarschijnlijk meer op eiwit te sturen valt dan op kleigronden. ,,Op zandgrondhebben de granen een redelijke vaste hoeveelheid stikstof nodig voor hun opbrengst.Alles wat meer of minder wordt gegeven heeft op de een of andere manier invloed ophet eiwitgehalte. De komende jaren wil ik verder uitzoeken wat de relatie is tussen eenovermaat en een tekort aan stikstof op het eiwitgehalte.'' De akkerbouwer verwachtoverigens niet dat er een heel duidelijke relatie zal komen tussen de stikstofgift en heteiwitgehalte. Daarvoor zijn de processen in de plant en in grond volgens hem veel tegrillig en ongrijpbaar.Ook Hamster ziet voorlopig nog geen parameters opdoemen waarmee het eiwitgehaltedoelgericht kan worden beïnvloed. Op zijn eigen kleipercelen was de afgelopen jarennauwelijks een pijl te trekken op het eiwitgehalte. ,,De weg naar sturing op eiwit is inmijn ogen nog heel lang. Als we de enorme variatie in opbrengst binnen een perceelal niet echt verklaren kunnen, hoe zouden we dat dan wel moeten kunnen voor deverschillen in eiwit?''Vlnr.: Detmer Wage, Wouter Zunneberg en Lenus HamsterPartijen scheiden op eiwitgehalteHoewel het sturen op eiwit nog ver weg is, ziet Hamster wel mogelijkheden om tijdens de oogst de verschillende percelen op huneiwitgehalte te testen en hierop te scheiden in de bewaring. Om de proef op de som te nemen heeft hij afgelopen jaar een eiwitmeetinstrument uit de Verenigde Staten geïmporteerd. Dit apparaat - dat gekoppeld is aan een GPS-systeem - haalt om de drieminuten een graanmonster uit de opvoerelevator, meet vervolgens het eiwitgehalte en slaat deze gegevens op. Met deze gegevensis per zaadtank, kipper of perceel het gemiddelde eiwitgehalte vast te stellen. Deze partijen kunnen dan afzonderlijk worden opgeslagenen afgezet.Komende zomer wil Hamster zijn tarweoogst scheiden in partijen met 10,5 tot 12, 12 tot 14 en 14 tot 16% eiwit. Vanuit de veevoederindustrieis al interesse getoond voor afname van partijen met een specifiek eiwitgehalte. Hamster: ,,In tegenstelling tot degrootschalige bloemindustrie, die vrijwel alles per schip aankoopt, werkt de veevoerindustrie nog grotendeels per asvracht. Dit biedtdus mogelijkheden om kleinere hoeveelheden met een specifieke kwaliteit aan te bieden. In mijn geval heeft een wat kleinere mengvoerfabrikantin het midden van het land al interesse getoond. Nu is het zaak om het met een goede plus te verkopen.''Prosaro:dé allrounder in het vlagbladstadiumProsaro® is een zeer krachtig en breedwerkend fungicide in de teelt van winter-en zomertarwe en triticale. De twee actieve stoffen - prothioconazool entebuconazool - vullen elkaar zeer goed aan en zorgen voor een brede werking.Prosaro past daarom uitstekend in het vlagbladstadium (T2).Allround middelDe grote kracht van Prosaro op T2 zit vooral in zijn allround werking. Zo heeft het een zeergoede werking tegen Septoria, zowel preventief als curatief. Vooral op Septoria-gevoelige rassenkomt deze eigenschap sterk naar voren. Verder treedt Prosaro zeer krachtig op tegen ziektenals bruine en gele roest, meeldauw (preventief), DTR, kafjesbruin en aarfusarium. Door dezeeigenschappen is Prosaro een uitstekend alternatief voor middelen op basis van strobilurines.Sterkste middel tegen aarziekte nNaast de T2 toepassing kan Prosaro ook uitstekend op het T3 tijdstip (bloei) worden toegepast.Door zijn brede en sterke werking op ondermeer fusarium en aar-septoria is het eenduidelijke verbetering ten opzichte van Matador en andere middelen in dit segment.Door zijn goede werking op aarfusarium zorgt Prosaro ook voor een sterke verminderingvan het DON-gehalte in het zaad. Uit meerjarige proeven blijkt dat naeen bespuiting met Prosaro het percentage DON ca. 15% lager ligt dan bij dereferentiemiddelen.Gebruiksadvies in tarwe en triticaleVoor een optimale werking in zowel tarwe als triticale kan Proline het beste in het vlagbladstadium(T2) worden toegepast. De adviesdosering is 1,0 liter per hectare.De kracht van Prosaro• Uitstekend allround middelvoor toepassing in T2• Zeer sterke werking tegenSeptoria (preventief encuratief), roesten, meeldauw(preventief), DTRen aarfusarium• Sterkste middel tegen aarziekten• Binnen 30 minuten regenvast• Zeer gunstige prijs/prestatieverhoudingZiekteProsarooogvlekkenziekte +++gele roest ++++bruine roest +++(+)meeldauw (preventief) ++++meeldauw (curatief) ++Septoria tritici ++++Septoria nodorum ++++DTR +++sneeuwschimmel ++aarfusarium +++(+)5 <strong>Graan</strong> <strong>Koerier</strong><strong>Graan</strong> <strong>Koerier</strong> <strong>pag</strong>4-5.indd 5 12-02-2009 13:31:33