Installatie-, Bediening- en OnderhoudinstructiesModel <strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A, <strong>MP</strong>AIOntmantelingMaak de moeren (M1) los en verwijder hetomkastinganker (25). Verwijder de aanzuigbehuizing (3), verwijder de O-ring (OR1).Model <strong>MP</strong>: Maak de rotormoeren (28) los, verwijder desluitring (29).Model <strong>MP</strong>AI ( Afmetingen 40.1 en 40.2) Schroef de inductor los (101), maak daarbij de asop de koppeling tegendraai vast.Model <strong>MP</strong>AI (Afmetingen.1, 65.2, 100.1, 100.2,125.1 en 125.2) Maak de rotormoeren (28) los, verwijder de sluitring(29). Verwijder de inductor (101) en neem de sleuteleruit (PF5). Verwijder de rotor (1) en verdeeltube (2), enverwijder de sleutel (PF1). Verwijder de interne lagerbehuizing (54) enlagerbus (23). Controleer de as op schade, slijp groeven af. Verwijderd het lagermetaal (21) van hetaanzuighuis (3) (losschroeven).Montage Druk het lagermetaal (21) in de binnenstelageromkasting (54). Maak het fittingoppervlakte tussen de binnenstelageromkasting (54) en de drukomkasting (3) encoat ze met smeermiddel. Schuif het nieuwe glijlager (23) op de as (24). Voer de sleutel in (PF1), installeer de verdeeltube(2) en rotor (1).Model <strong>MP</strong>: Breng de rotor (1) met sluitringen (29) aan. Maak de eerste rotormoer (28) vast, draaiongeveer 1/4 draai terug, vastmaken met deborgmoer.Model <strong>MP</strong>AI ( Afmetingen 40.1 en 40.2) Schroef de inductor los (101), maak daarbij de asop de koppeling tegendraai vast.Model <strong>MP</strong>AI (Afmetingen 65.1, 65.2, 100.1, 100.2,125.1 en 125.2) Breng de sleutel in (PF5) en schakel de inductor(101) uit. Breng de sluitring aan (29). Maak de eerste moer (28) vast, draai ongeveer1/4 draai terug, vastmaken met de borgmoer. Plaats de aanzuigomkasting (3) terug op zijnplaats, schroef de trekmoeren (25) en de moer(M1) vast zie appendix voor torsiekracht). Draai de as (24) en controleer of hij makkelijk kanbewegen.8.7 Vervangen van de as met een pakking/ Vervangen van de mechanischeafsluitingDit gedeelte beschrijft de vervanging van de as bijontwerpen met een pakking of de vervanging van demechanische afsluiting.Maak alle onderdelen die verwijderd werden schoonen ga hun staat na. Als men twijfelt, dienen deonderdelen vervangen te worden. Versletenonderdelen (lagers) en afdichtingen moeten altijdvervangen worden.Indien onderdelen van halfopen pompen gedurendelange tijd zullen worden opgeslagen, moeten ze tegenvuil en corrosie beschermd worden.8.7.1 Modellen met pakking (Code "P")Zie "Appendix" in de bedieningshandleiding voordoorsneetekening.De instructies zijn geldig voor asafdichtingen aan deinlaatzijde (<strong>MP</strong>) en uitlaatzijde (<strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A, <strong>MP</strong>AI).Ontmanteling Ontmantel de pomp aan de geschikte zijde zoalsbeschreven in Punt 3 (de glijlagers vervangen) Verwijder de lagerkap(12), afstandsbus (72) enspatring (73). Verwijder de veersleutel (PF3). Schroef de moeren los (M3) en verwijder depakkingbox (69). Verwijder de versleten pakkingringen(P). Trek de beschermhoes van de as af (44), haal deO-ring (0R4) uit. Afhankelijk van de hoe versleten hetlageroppervlakte is (minder dan 0,5 mm diameter)kan de beschermhoes van de as (44) genivelleerdworden ( slijp of schuur). Als de beschermhoesvan de as (44) heel versleten is, moet hijvervangen worden Verwijder de overblijfselen van de pakkingring (P)van de pakkingkamer en reinig alle andereonderdelen. Ontvet de as (24) maar smeer nogniet.Montage Breng de O-ring opnieuw aan (OR4) en brengsmeermiddel (bijv. siliconevet) met een borstelaan. Smeer de asbeschermingbus (44), in het boorgat,zodat de groef van de O-ring net blijft (beginongeveer 10-15 binnenin). Standaard O-ringen,gemaakt uit EP-rubber, zijn niet bestendig tegensmeermiddelen op basis van olie, en mogen nietmet de olie in contact komen. Als u zeker bent vande bestendigheid (bijv. beef dripping alssmeermiddel of oliebestendige O-ringen) kan devolledige as (24) ingesmeerd worden. Schuif de beschermende asbus (44) er opnieuwop, breng nieuwe pakkingringen (P) aan (ziegebruikshandleiding) en bevestig lichtjes op depakkingbox(69) (moeren M3). Bij het aanbrengenvan de beschermende asbus (44), zorg ervoor datde O-ring gemakkelijk in de groef kan glijden.<strong>MP</strong> 100-<strong>dutch</strong> pagina 22 Revisie 04Artikelnr. <strong>771074011</strong> uitgegeven 11/2011
Installatie-, Bediening- en OnderhoudinstructiesModel <strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A, <strong>MP</strong>AIVoer de veersleutel (PF3) in en breng deafstandsbus aan (72). De pomp moet gemonteerdworden in volgende richting.<strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A 40, 65 en 100 <strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A 12544 72 44 72Breng de spatring (73) en lagerkap (12) aanVoor verder montagewerk zie Punt 3 (De glijlagersvervangen) "Montage".8.7.2 Model standaard roterende mechanischeafdichting (Code "SA, SB, SC, SD, SE en SF")Zie "Appendix" in de bedieningshandleiding voordoorsneetekening.De instructies zijn geldig voor asafdichtingen aan deinlaatzijde (<strong>MP</strong>) en uitlaatzijde (<strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A, <strong>MP</strong>AI).De asbescherming (44) en de mechanischeafdichtingen (GLRD) zijn verschillend. De onderdelenzijn gemarkeerd zodat ze in dezelfde positie kunnengemonteerd worden.Ontmanteling Ontmantel de pomp aan de geschikte zijde zoalsbeschreven in Punt 3 (de glijlagers vervangen) Verwijder de lagerkap(12), afstandsbus (72) enspatring (73). Verwijder de veersleutel (PF3). Verwijder de afsluitingkap (18). Behandel hetfittingoppervlak tussen de afdichtingskap en deomkasting voor met een doordringend middel. Verwijder de asbus (44U en 44B), trek de O-ringuit (OR4). Druk de mechanische afdichting GLRD) uit deafdichtingskap (18) door gebruik van eengelijkmatige kracht. Aandacht: De afdichting heeftheel scherpe randen als hij breekt kanverwondingen veroorzaken Schuif de roterende eenheid van de mechanischebeschermhoes van de asbus (44). Indien demechanische afdichting bevestigingschroevenheeft, dienen deze losgemaakt te worden. Maak alle onderdelen schoon en controleer opslijtage. Mechanische afdichtingen dienen altijdvervangen te worden. Het herstel vanmechanische afdichtingen mag enkel doordeskundigen worden uitgevoerd.MontageDe pomp in een verticale positie plaatsen is voordeligvoor de montage. Gebruik altijd een smeermiddel bij de montagevan een mechanische afdichting. We raden aanom de O-ring of rubberen balgen vlak voor demontage met zeepwater in te smeren. gebruikgeen mineraal vet of olie als u er niet absoluutzeker van bent dat de O-ring er tegen bestendigis. Plaats de tegenring van de mechanische afsluiting(GLRD) in de afsluitingkap (18). Schuif deroterende eenheid van de mechanische afdichting(GLRD) op de beschermhoes van de as (44) enmaak hem vast (indien mogelijk).Werkzaamheden aan mechanische afdichtingenmet een rubberen balg dienen nu snel uitgevoerdte worden. Dit is de enige manier om tegaranderen dat de roterende mechanischeafsluiting tijdens de installatie nog kan bewogenworden en hij de juiste positie zal hebben. Plaats de O-ring (OR4) en smeer metsmeermiddel in (bijv. siliconevet) door gebruik vaneen borstel.Smeer de asbeschermingbus (44), in het boorgat,zodat de groef van de O-ring net blijft (beginongeveer 10-15 binnenin). Standaard O-ringen,gemaakt uit EP-rubber, zijn niet bestendig tegensmeermiddelen op basis van olie, en mogen nietmet de olie in contact komen. Als u zeker bent vande bestendigheid (bijv. beef dripping alssmeermiddel of oliebestendige O-ringen) kan devolledige as (24) ingesmeerd worden.Breng de bescherminghoes voor de as (44) aan.Bij het aanbrengen van de bescherminghoes vande as (44), zorg ervoor dat de O-ring gemakkelijkin de groef kan glijden.Breng de O-ring (OR3) in de behuizing enbevestig met siliconevet. De O-ring moet indienmogelijk tegen de buitendiameter rusten (de O-ring kan lichtjes vergroot worden door er aan tetrekken).Monteer voorzichtig de afdichtingkap (18), zorgervoor dat de pen in de juiste richting is (S4),(groef in lagerflens).Voer de veersleutel (PF3) in en breng deafstandsbus aan (72). De pomp moet gemonteerdworden in volgende richting.<strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A 40, 65 en 100 <strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A 12544 72 44 72Breng de spatring (73) en lagerkap (12) aanVoor verder montagewerk zie Punt 3 (De glijlagersvervangen) "Montage".8.7.3 Model met mechanische afsluiting Cartridgemodel (Code "CS, CQ, CD")Zie "Appendix" in de bedieningshandleiding voordoorsneetekening.De beschrijving is geldig voor asafdichtingen aan deinlaatzijde (<strong>MP</strong>) en uitlaatzijde (<strong>MP</strong>, <strong>MP</strong>A, <strong>MP</strong>AI).Normaliter is de pomp voorzien van twee identiekemechanische afdichtingen van het cartridge type.In bepaalde gevallen kunnen er verschillen zijn. Weraden aan dat u voor de ontmanteling de onderdelenvan een markering voorziet.De appendix in de bedieninginstructies bevat eengedetailleerde beschrijving van de mechanischeafdichting van het cartridge type.<strong>MP</strong> 100-<strong>dutch</strong> pagina 23 Revisie 04Artikelnr. <strong>771074011</strong> uitgegeven 11/2011
- Page 1 and 2: nl VOGEL-MeertrapspompenBouwserie:
- Page 3 and 4: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 5 and 6: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 7 and 8: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 9 and 10: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 11 and 12: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 13 and 14: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 15 and 16: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 17: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 22 and 23: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 26 and 27: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 28 and 29: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 30 and 31: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 32 and 33: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 34 and 35: Installatie-, Bediening- en Onderho
- Page 36 and 37: Grootte: MP40.2, MP40.3, MP65.1, MP
- Page 38 and 39: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 40 and 41: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 42 and 43: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 44 and 45: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 46 and 47: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 48 and 49: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 50 and 51: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 52 and 53: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 54 and 55: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 56 and 57: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 58 and 59: Nr.Index van onderdelen1 rotor2 dif
- Page 60 and 61: Nr.Index van onderdelen101 inductor
- Page 62 and 63: Nr.Index van onderdelen101 inductor
- Page 64 and 65: Standaardconstructie: RO/SGrootte: