13.07.2015 Views

SPECIALE AANDACHT GEVRAAGD

SPECIALE AANDACHT GEVRAAGD

SPECIALE AANDACHT GEVRAAGD

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Informatie en advies voor docenten<strong>SPECIALE</strong><strong>AANDACHT</strong><strong>GEVRAAGD</strong>VOOR DEELNEMERS MET NLD IN HETMIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS


Inzicht, herkennen, handelenGemiddeld één op de twaalf deelnemers op een ROCheeft te kampen met ernstige emotionele, leer- enof gedragsproblemen als gevolg van een psychiatrischestoornis. De huidige onderwijssituatie is voordeze deelnemers met een psychiatrische stoornisniet gemakkelijk. Deelnemers kiezen een maatwerkleerprogramma en werken steeds meer samen aanopdrachten. Juist deze aspecten, kiezen en samenwerken,vormen voor deelnemers met een psychiatrischestoornis een moeilijkheid. Deze deelnemersvragen dan ook om speciale aandacht, zodat zij eenrealistisch toekomstperspectief ontwikkelen waarinhun (on)mogelijkheden in leren en werken een plekkrijgen.De brochurereeks ‘Speciale aandacht gevraagd’ 1 geeftu als docent inzicht in wat psychiatrische stoornissenzijn, hoe u ze kunt herkennen en hoe u hier mee omkunt gaan. Vraagt u waar nodig ook ondersteuning aande deskundigen binnen uw school.Een belangrijke boodschap voor u als docent is dateen psychiatrische stoornis niet te verhelpen is.Deze is vaak in aanleg meegegeven en de persoonmoet er mee leren leven. De deelnemer handelt zouit onmacht, niet uit onwil. Hij 2 heeft een blijvendefunctiebeperking waarmee hij en u als docent samenmoeten leren omgaan. Een deel van de problemenuit zich in duidelijk zichtbaar gedrag, andere problemenzijn vaak minder zichtbaar. Deelnemers metniet zichtbare problemen worden vaak niet herkenden missen daardoor de juiste ondersteuning. Deelnemersmet ‘zichtbare’ gedragingen zorgen regelmatigvoor problemen in de leersituatie. U als docentloopt bijvoorbeeld tegen ‘onhandig’ of ‘hoekig’ gedragvan een leerling aan en weet niet wat u ermeemoet. Het is goed om te beseffen dat een deelnemermet een psychiatrische stoornis anders aankijkttegen bedoelingen en intenties van anderen.Neem het niet persoonlijk op. U kunt boos worden,u kunt de deelnemer wegsturen maar daarmee verdwijntde stoornis niet. Vaak is er in het levensverhaalvan deze persoon weinig ruimte geweest vooreen positief leerproces. Een levensverhaal dat evenbepalend is als de stoornis zelf.U als docent kunt er voor zorgen dat een deelnemermet een psychiatrische stoornis zo goed mogelijkfunctioneert in de leersituatie. Juist omdat u zodicht bij deze deelnemers staat, kunt u er aan bijdragendat zij betere kansen krijgen.LeeswijzerU heeft te maken (of kan te maken krijgen) met eendeelnemer met NLD. NLD is geen psychiatrischestoornis, maar een informatieverwerkingsstoornis.Doordat NLD negatieve gevolgen kan hebben voorhet gedrag en de sociale aanpassing, wordt deze stoornisin de brochurereeks opgenomen. In deze brochureleest u de belangrijkste kenmerken waaraan u eendeelnemer met NLD kunt herkennen. Daarna volgenspecifieke tips en adviezen die u als docent kuntgebruiken bij het omgaan met de deelnemer metNLD in de leersituatie.11 U kunt de brochures downloaden van www.platformgehandicaptenmbo.kennisnet.nl2 Waar ‘hij’ staat, kunt u natuurlijk ook ‘zij’ lezen


NLDWat is hetNLD staat voor Non verbal Learning Disability. Bij een persoon met NLD is het gebied in de hersenen dat zorgt voorde aansturing van het vermogen om om te gaan met nieuwe, ruimtelijk en creatieve zaken, verstoord. De persoonheeft moeite om een koppeling te maken tussen verbale informatie (woorden) en non-verbale informatie (beelden).Hij heeft vaak geen inzicht in oorzaak en gevolg. Een van de gevolgen van NLD is dat de persoon moeite heeft methet tijdig en juist interpreteren van onderlinge communicatie tussen mensen. Veel van de onderlinge communicatietussen mensen bestaat uit gedrag en een persoon met NLD begrijpt de betekenis van non-verbaal gedrag vaak niet.Subtiele aanwijzingen in het gedrag van de ander (zoals bewegingen, de afstand tot elkaar, stemvolume en oogcontact)worden daardoor niet opgepikt.2Wat merkt u, wat ziet uEen deelnemer met NLD- heeft vaak een rijke woordenschat, een goed geheugenvoor verbale informatie (letterlijk onthoudenvan zinnen) en voor specifieke cijfergegevens;- is meestal vloeiend in het taalgebruik en kan vlotlezen. Hij heeft echter moeite met het begrijpenvan non-verbale signalen, waardoor miscommunicatiekan ontstaan;- kan vanwege zijn geringe inzicht in oorzaak engevolg problemen hebben in de sociale omgevingomdat hij situaties niet goed kan doorzien;- richt zijn aandacht vooral op auditieve en verbaleinformatie en heeft soms een absoluut gehoor(hij kan tonen muzikaal benoemen zonder eersteen referentietoon te hebben gehoord);- heeft door zijn problemen op creatief, ruimtelijken motorisch gebied vaak weinig ontwikkeldeprobleemoplossingvaardigheden. Hij kan moeitehebben om de weg te vinden en het overzicht opzijn ruimtelijke omgeving te houden;- vertoont vaak weinig onderzoekend, exploratiefgedrag omdat de tactiel-visuele aandacht (voelenen kijken) niet goed ontwikkeld is;- kan motorisch een wat houterige en trage indrukmaken;- heeft moeite met het flexibel omgaan met veranderendeen nieuwe situaties.Deze deelnemer verdient uw steun en aandacht•Hij zal u dankbaar zijn•Ook al merkt u het niet op dit moment aan zijn gedragingen


Wat doet uWe schetsen een aantal situaties die zich voordoentijdens de leersituatie. We geven u per situatie tipszodat u zo goed mogelijk om kunt gaan met de deelnemermet NLD. In het algemeen is het belangrijkdat u de deelnemer op een gewone manier aanspreektwaar het gaat om gedrag dat niet aan de stoornis isgerelateerd.U bent in gesprek met de deelnemer- Blijf alert op de mismatch tussen de verbale sterktevan de deelnemer en zijn zwakke ruimtelijke,visuele mogelijkheden.- Pas op voor de valkuil van de eindeloze discussie.De deelnemer probeert door een lange en vaakbetekenisloze discussie te voorkomen dat hij ietsmoet doen.- Ondersteun hem in het zo min mogelijk gebruikenvan niet functioneel taalgebruik.U legt iets uit aan de deelnemer- Geef korte en duidelijke opdrachten, hanteer de5 W’s.- Geef instructies stap voor stap en leg uit in duidelijkebewoordingen.- Laat de opdracht herhalen door de deelnemer.- Laat altijd zien wat de functie van de deelactiviteitenvan de deelnemer zijn, in relatie tot hetgroter geheel.- Maak gebruik van alle informatiekanalen: verbale,visuele, ruimtelijke, motorische, non-verbale kanalen.- Geef hem de tijd om informatie te verwerken.Check bij iedere uitleg van een opdracht of u heeftvoldaan aan de volgende vijf W’s:Heeft u uitgelegd:1. Wat de deelnemer moet doen2. Waar de deelnemer dat moet doen3. Welke tijd de deelnemer er over mag doen4. Op Welke wijze de deelnemer het moet doen5. Wat de deelnemer moet doen als hij klaar isVoorwaarden voor opdrachten, al dan niet ingroepsverband- Geef de deelnemer een vaste werkplek.- Plan herhalingen in de uit te voeren opdrachten.- Ontwikkel kleine opdrachten die in complexiteitgroeien.- Bekijk welke hulpmiddelen kunnen worden ingezetom schrijfopdrachten voor de deelnemer teondersteunen.- Besef dat schema’s alleen verhelderend werkenwanneer de stagiaire die schema’s in woordenkan uitleggen.Belangrijke zaken tijdens de uitvoering van(groeps)opdachten- Maak samen met de deelnemer een werkschema.Indien nodig kan de deelnemer gebruik makenvan een Personal Digital Assistent 3 .- Laat de deelnemer de relatie zien tussen ‘zijn’ activiteiten/productenen het geheel aan activiteiten.- Let sterk op zijn activiteiten, let minder op datgenewat hij vertelt.- Creëer met grote regelmaat overlegmomenten.Geef de deelnemer veel mondelinge feedback,vraag regelmatig de deelnemer uit te leggen ‘wathij aan het doen is’, ‘waarom hij dat aan het doenis’ en ‘wat het doel van de activiteit is’.- Stimuleer hem tot interacties met de anderedeelnemers van de groep. Ga niet mee in zijnbehoefte zich terug te trekken en voor hem moeilijkesituaties te vermijden.TipGeef de mededeelnemers advies hoe ze met de deelnemermet NLD om kunnen gaan. Ook zij hebbenbehoefte aan aanwijzingen op dit vlak.33 Een PDA, oftewel een Personal Digital Assistent is een notebook in zakformaat waarin activiteitenschema’s via visuele informatie of via auditievesignalen kunnen worden weergegeven.


Als u iets meer wilt doen- Overleg in een individueel gesprek wat de deelnemer zelf ervaart van zijn stoornis en hoe hij hiermee omgaat.- Maak samen met de deelnemer een lijst met aandachtspunten die hij van belang vindt om beter mee omte gaan (denk aan doorwerken aan één taak en de rol in groepsoverleg) en ontwikkel leerpunten hiervan.- Geef de deelnemer regelmatig feedback over de eigen leerpunten.- Laat de deelnemer zich steeds meer ‘bewust’ worden welk gedrag bij de stoornis hoort en welk gedrag niet.- Verzin samen met de deelnemer compensatie strategieën voor ongewenst gedrag behorend tot de stoornis.- Beloon de deelnemer bij toepassing ervan.4Voor meer informatie, kijk opwww.platformgehandicaptenmbo.kennisnet.nlwww.nld.nuwww.balansdigitaal.nl


Het centrum voor innovatie van opleidingen (CINOP) heeft deze brochure uitgegeven in het kader vanhet project ‘Begeleid leren in de BVE’. In dit project is samengewerkt met het Koning Willem 1 Collegeen REC Chiron. De Taskforce Handicap en Samenleving en het Expertise Centrum van CINOP zijn bijde uitvoering van dit project betrokken geweest. Deze brochure is tot stand gekomen in samenwerkingmet het iRv, Kenniscentrum voor Revalidatie en Handicap.Tekst: Monique Janssen (CINOP) en Brigitte van Lierop (iRv) • Fotografie: Pim KerstenGrafische vormgeving: Theo van Leeuwen BNO • Drukwerk: ADC,’s-Hertogenbosch’s-Hertogenbosch, oktober 2006Deze brochure is te downloaden van de site www.platformgehandicaptenmbo.kennisnet.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!