05.01.2013 Views

1 DE HISTORIE VAN GINAF

1 DE HISTORIE VAN GINAF

1 DE HISTORIE VAN GINAF

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

Grondlegger van het huidige<br />

<strong>GINAF</strong> Trucks bv is de heer Evert<br />

van Ginkel Sr. Hij begon in 1933<br />

zelfstandig met het exploiteren<br />

van een autohandel te Ederveen.<br />

Vlak na de oorlog startte het<br />

bedrijf met kippertransport en<br />

het ombouwen van A-Fords tot<br />

landbouwtractoren. Het transport<br />

werd uitgevoerd met vijf<br />

GMC’s, afkomstig uit overtollige<br />

Amerikaanse legervoorraden.<br />

Twee zoons, Adrie en Wulfert, waren<br />

inmiddels ook in het autobedrijf<br />

werkzaam en door de ombouwwerkzaamheden<br />

werd de eerste ervaring<br />

met constructiewerk opgedaan.<br />

De Ford-A personenwagen werd daarbij<br />

ontdaan van de carrosserie, het chassis<br />

ingekort en een zware achteras van een<br />

Ford vrachtauto gemonteerd. Om de snelheid<br />

te reduceren kreeg het voertuig een<br />

tweede versnellingsbak. Van dergelijke<br />

trekkers ontstonden er een kleine honderd.<br />

In dezelfde periode trokken de Van Ginkels<br />

geregeld naar de kijkdagen van het<br />

Amerikaanse leger in Duitsland voor<br />

de aankoop van auto’s en onderdelen.<br />

Vele GMC’s, Dodge Beeps en Jeeps<br />

gingen richting Ederveen, om na een<br />

grote beurt en/of aanpassingswerkzaamheden<br />

bij één of ander transportbedrijf<br />

in dienst te komen. Dergelijke<br />

dumphandelaren telde Nederland<br />

toen meer. De afzet was<br />

meestal tot een bepaalde regio beperkt.<br />

Op 1 november 1948 richtten beide broers<br />

Adrie en Wulfert een VOF op, die de<br />

Van Ginkel’s eerste product: de landbouwtractor op basis van een A-Ford.<br />

voortzetting was van de autohandel van<br />

hun vader. De dumphandel expandeerde<br />

fors en het dorpje Ederveen kreeg heel<br />

wat legergroen te verwerken. Vaak kwamen<br />

de mannen in colonne met “nieuwe”<br />

GMC’s uit Duitsland, maar ook werd materieel<br />

per trein naar station “De Klomp”<br />

aangevoerd. In één van de verworven<br />

kavels bevonden zich zelfs een stuk of<br />

vier tanks, die onder bulderend lawaai<br />

naar de Bruinehorstweg werden gereden.<br />

De jaren vijftig waren voor de van Ginkels<br />

REO-jaren. Deze wagens waren<br />

veel sterker dan de GMC’s en daardoor<br />

geschikter voor de gebruikers. Bij de<br />

GMC monteerde men een verzwaarde<br />

achterbrug met een dikkere schommelas.<br />

Hiermee mocht de GMC op een laadvermogen<br />

van zo’n 6,5 à 7 ton rekenen.<br />

De REO’s werden meestal in originele<br />

staat verkocht, waarbij de wet 6 ton laadvermogen<br />

toestond. Zowel de GMC als de<br />

REO konden met de oorspronkelijke benzinemotor<br />

worden geleverd, of met een<br />

nieuwe Leyland-Daf dieselmotor. Voor<br />

deze krachtbron was Van Ginkel offi cieel<br />

inbouwstation en men kocht de motoren<br />

rechtstreeks van de fabriek. Zo ontstonden<br />

de eerste contacten met DAF Eindhoven.<br />

Het voor Nederland catastrofale jaar 1953<br />

was ook voor Automobielbedrijf Gebr. van<br />

Ginkel van grote betekenis. De behoefte<br />

aan kippers steeg enorm in verband met<br />

het op gang komen van de dijkherstellingswerkzaamheden.<br />

Al snel werden de<br />

vijf GMC’s die de Van Ginkels zelf voor<br />

hun transportbedrijf gebruikten opgekocht.<br />

De gebroeders bouwden snel nieuwe<br />

trucks voor zichzelf, waarvoor ook al<br />

Eén van de GMC’s van het transportbedrijf van Van Ginkel. Een truck, zoals deze in Duitsland werd aangeschaft.<br />

1


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

REO M34, met 6 ton laadvermogen.<br />

weer snel belangstelling kwam, waarna<br />

werd besloten dat ze zich alleen nog<br />

maar bezig gingen houden met het<br />

bouwen en verkopen van trucks.<br />

Een grote mijlpaal, die een belangrijke<br />

wending in de geschiedenis van het bedrijf<br />

markeerde, was de aankoop in 1959<br />

van een enorme partij dumponderdelen<br />

van het Amerikaanse leger. Jaren later<br />

werd daar nog mee geadverteerd. De<br />

partij bleek bijna onuitputtelijk, en was<br />

pas in de negentiger jaren uitverkocht!<br />

De beide broers, die inmiddels versterking<br />

hadden gekregen van een derde broer,<br />

Evert-Jan, besloten de zaken professioneel<br />

aan te pakken en hieruit nieuwe<br />

wagens te gaan bouwen. Door de grote<br />

voorraad onderdelen kon de prijs erg laag<br />

worden. Men maakte twee modellen: de<br />

zogenaamde lichte of kleine REO met<br />

een laadvermogen van 6 ton, eigenlijk<br />

een M34, en de zware REO, goed voor<br />

12 ton laadvermogen. De zware REO<br />

was gebaseerd op het Diamond T M52<br />

trekkerchassis, maar kreeg een tot 180<br />

pk teruggebrachte nieuwe Leyland dieselmotor.<br />

Beide typen werden afgeleverd<br />

met een wagenmakerscabine, soms vervaardigd<br />

door Van Eck uit Lexmond, maar<br />

meestal door Gebr. van Dijk uit Lunteren.<br />

Eind 1960 waren er al 15 trucks gemaakt.<br />

In 1963 kon de 100e vrachtwagen worden<br />

afgeleverd, een bewijs dat Van<br />

Ginkel meer bekendheid kreeg als con-<br />

structeur. Dit werd nog versterkt door de<br />

introductie in dat zelfde jaar van een 6x6<br />

met een eigen gezicht. Deze frontstuur<br />

zware REO werd verkocht als Diamond<br />

M52, genoemd naar het toegepaste<br />

chassis. In plaats van de originele neus<br />

monteerde men een DAF fabriekscabine<br />

alsmede een 165 pk DAF motor.<br />

Ook de kleine REO, die onder de legeraanduiding<br />

M34 werd geleverd, kreeg<br />

een DAF motor ingebouwd, één van<br />

120pk. Door de ashuizen te verzwaren<br />

steeg het laadvermogen naar 8 à 8,5 ton.<br />

Gedurende enkele jaren kon de klant<br />

Diamond M52, met DAF-fabriekscabine.<br />

voor zijn zware REO een Scania-Vabis<br />

motor kiezen. In 1965 ging men zelfs<br />

FIAT krachtbronnen en cabines toepassen,<br />

maar vanwege kwaliteitsproblemen<br />

bleef het bij zo’n twintig motoren en<br />

nog geen tien auto’s met dit Italiaanse<br />

gezicht. Van Ginkel had met DAF componenten<br />

de beste ervaring opgedaan.<br />

Van 1965 af kende het programma ook<br />

een 4x4 variant van de M52. Dit model,<br />

met DAF frontstuurcabine, stond op de<br />

Timken assen van de zware REO en had<br />

een netto laadvermogen van zo’n 7,5<br />

ton. Dit was bijna evenveel als de kleine<br />

REO M34 6x6 mocht vervoeren, dus een<br />

grote vooruitgang in de kipperwereld!<br />

Wegens het stijgende aantal producten van<br />

Van Ginkel op de weg, en dat niet alleen<br />

rondom Ederveen, werd eveneens in 1965<br />

een servicepunt in Stadskanaal geopend.<br />

In mei 1966 kon te Ederveen een nieuwe<br />

montagehal in gebruik worden genomen,<br />

waardoor het nijpende ruimtegebrek<br />

werd verholpen. Ook zag een nieuw<br />

2


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

M52 met Den Oudsten frontstuurcabine en Leyland 0.680<br />

dieselmotor.<br />

trekkerchassis het licht, dat op het buitenterrein<br />

vóór de RAI-gebouwen voor<br />

het eerst aan het publiek werd getoond.<br />

Omdat de RAI-directie vond dat de<br />

wagens van Van Ginkel geen nieuwe<br />

producten waren, kreeg men deze “expositieruimte”<br />

in weer en wind aangeboden.<br />

De nieuwe trekker, met een schoteldruk<br />

van 13,5 ton, kreeg een apart ogende<br />

frontstuurcabine, gemaakt door Den<br />

Oudsten, en een 210 pk sterke Leyland<br />

0.680 dieselmotor. De auto was eveneens<br />

te koop als kipper en had dan een laadvermogen<br />

van 12 ton. Nog steeds diende<br />

het M52 chassis als basis. In 1966 produceerde<br />

Automobielbedrijf Gebr. van Ginkei<br />

125 wagens met 30 personeelsleden.<br />

<strong>GINAF</strong> wordt een merk<br />

Een jaar later kreeg Van Ginkel erkenning<br />

van de Rijksdienst voor het Wegverkeer<br />

en werden offi ciële typegoedkeuringen<br />

afgegeven. Van Ginkel liet zich inschrijven<br />

als erkend constructeur, dit met het<br />

oog op de wettelijke maatregelen die<br />

het volgende jaar zouden ingaan en dat<br />

knutselwerk van diverse kleine fi rma’s<br />

aan banden moesten leggen. De nieuw<br />

opgerichte onderneming kreeg de naam<br />

N.V. Automobielbedrijf Gebr. van Ginkel<br />

en de producten werden voortaan als<br />

<strong>GINAF</strong> verkocht. <strong>GINAF</strong> werd na DAF Nederlands<br />

tweede fabriek van bedrijfsauto’s<br />

en was daarmee Terberg één jaar voor.<br />

De kleine REO kreeg de offi ciële aanduiding<br />

<strong>GINAF</strong> TF 8-6x6, de zware<br />

M52 werd de TF 12-6x6, die met Den<br />

Oudsten cabine FS 200-6x6 en de 4x4<br />

mocht zich FS 138-4x4 noemen. De typeaanduiding<br />

TF stond voor torpedofront,<br />

gevolgd door het netto laadvermogen in<br />

tonnen. FS stond voor frontstuur, terwijl<br />

het hoge cijfer het motorvermogen was.<br />

Na het wegvallen van de concurrentie<br />

door andere dumpleveranciers, die<br />

hun ex-Iegerwagens voortaan alleen<br />

met de militaire toelaatbare gewichten<br />

mochten verkopen, kreeg <strong>GINAF</strong><br />

een stevige positie op de kippermarkt.<br />

Als erkend constructeur kon men zich<br />

nu volledig op verbetering en vooral<br />

verzwaring van het product werpen.<br />

In Rhenen opende <strong>GINAF</strong> een bedrijf<br />

<strong>GINAF</strong> TF 12, afgeleid van de grote REO.<br />

<strong>GINAF</strong> TF 8, afgeleid van de kleine REO.<br />

waar nieuwe, dubbele chassisramen<br />

voor alle modellen werden samengesteld.<br />

In technisch opzicht bleven de wagens<br />

componenten met een legergroen verleden<br />

ontvangen. Assen, versnellings-bakken,<br />

stuurinrichtingen e.d. bleken na een<br />

grondige revisie onverslijtbaar. Deze delen<br />

zorgden voor een lage aanschafprijs,<br />

hetgeen voor velen de doorslag gaf juist<br />

een <strong>GINAF</strong> te kopen. Om de Brabantse<br />

<strong>GINAF</strong>-rijders service te kunnen verlenen<br />

werd te Made een steunpunt gevestigd.<br />

De jaarlijkse productie groeide naar zo’n<br />

150 wagens. Op 13 maart 1971 kon de<br />

duizendste door Van Ginkel gebouwde<br />

truck (tegelijk de 330e <strong>GINAF</strong>) worden<br />

afgeleverd. Het betrof een <strong>GINAF</strong> 12<br />

FS-6x6, bestemd voor Bouwman transport-<br />

en kraanbedrijf te Oosterbeek.<br />

Inmiddels bestond het programma uit<br />

zeven verschillende modellen. Enige<br />

3


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

KFS 12 als tankautospuit.<br />

wagens werden zelfs naar Duitsland geexporteerd.<br />

Door deze verkoopsuccessen<br />

ontstond behoefte aan uitbreiding, waarin<br />

door de bouw van een tweede grote<br />

loods nog datzelfde jaar werd voorzien.<br />

Tijdens de RAl van 1972, waar <strong>GINAF</strong><br />

voortaan binnen mocht exposeren,<br />

presenteerde men de nieuwe KFS 12.<br />

Dit model was een 12 FS, maar met de<br />

DAF F 218 kantelcabine (KFS - Kantelcabine<br />

Frontstuur). De 4x4 aangedreven<br />

FS 138 werd het jaar daarop afgelost<br />

door de KFS 138, eveneens voorzien<br />

van de moderne DAF kantelcabine.<br />

In deze periode groeide het marktaandeel<br />

van <strong>GINAF</strong> sterk. De behoefte aan<br />

vestigingen of dealers deed zich meer en<br />

meer voelen. In 1974 begon het transport-<br />

en aannemingsbedrijf H.A. Punt te<br />

Alkmaar een nieuwe garage. Als trouwe<br />

<strong>GINAF</strong>-klant werd dit bedrijf dealer voor<br />

de regio Noord-Holland tot en met Texel.<br />

Op de eerste dealershow was het jongste<br />

en tevens zwaarste <strong>GINAF</strong> model<br />

te zien. Het was de KFS 14-6x4, een<br />

chassis met een niet-aangedreven Volvo<br />

vooras en een bruto laadvermogen van<br />

15.350 kg. Deze robuuste truck was bedoeld<br />

voor containerinstallaties en speciale<br />

opbouwen, zoals mobiele kranen.<br />

De RAl-tentoonstellingen worden door<br />

<strong>GINAF</strong> altijd aangegrepen om nieuwe<br />

ontwikkelingen te tonen. In 1976 doen<br />

de Ederveense truckbouwers kippend<br />

Nederland versteld staan door<br />

de introductie van een eigen vierasser.<br />

Na de Tatra T 813 was de KFS 16 8x8<br />

de tweede 8x8 op de Nederlandse markt.<br />

Met zijn 16 ton laadvermogen was <strong>GINAF</strong><br />

de concurrentie een fl inke stap voor. De<br />

wagen stond weer op Timken assen en<br />

werd aangedreven door een DAF DU<br />

825 motor van 216 DIN-pk, Het geringe<br />

motorvermogen werd deels gecompenseerd<br />

door de toepassing van een Allison<br />

automatische versnellingsbak. Deze<br />

kon razendsnel schakelen, wat vooral<br />

in zwaar terrein zeer belangrijk is. Toch<br />

bleek de 8x8 te moeten wachten op de<br />

verkrijgbaarheid van betere, lees sterkere<br />

componenten, om echt succes te hebben.<br />

Op de RAl van 1976 werd tevens de<br />

vervanger van de TF 10 geïntroduceerd.<br />

Met de komst van de KFS 10-<br />

6x6 bleef alleen de TF 8 (kleine REO)<br />

als laatste oer-<strong>GINAF</strong> in productie.<br />

Het jaar daarop besloot de directie,<br />

wegens de steeds toenemende groei,<br />

tot uitbreiding op een nieuwe locatie.<br />

Langs de Wageningselaan te Veenendaal<br />

werd hiertoe een stuk industriegrond<br />

van ca. 3500 m2 aangekocht.<br />

Eind 1978 waren de bedrijfspanden gereed<br />

en kon de productie van Ederveen<br />

naar Veenendaal worden overgebracht.<br />

Het oude pand bleef behouden en<br />

hierin werden het onderdelenmagazijn<br />

en de serviceafdeling ondergebracht.<br />

Ook de chassisraam assemblage verhuisde<br />

van Elst naar Veenendaal. De<br />

fabriek te Rhenen was eerder al gesloten.<br />

Per 1 januari 1992 zijn de oude<br />

en nieuwe vestigingen van elkaar losgemaakt<br />

en in aparte BV’s opgesplitst.<br />

In 1978 lanceerde <strong>GINAF</strong> ook uitbreidingen<br />

voor de vernieuwde lijn voertuigen,<br />

die als F-serie te boek stond. Het volgcijfer<br />

duidde op het hoogst toegelaten GVW. De<br />

KFS 16: de eerste 8x8 in West-Europa. Het bedrijfspand aan de Wageningselaan te Veenendaal.<br />

4


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

F 160 4x4 met MAN assen. F 275 6x6, de opvolger van de KFS 12.<br />

kleinste wagen werd de F 160, die met zijn<br />

152 pk en 10.270 kg bruto laadvermogen<br />

heel wat meer capaciteit had dan de concurrerende<br />

DAF FAV 1800. Voor dit model<br />

kocht men uit de dump afkomstige MAN<br />

assen. De rest van de aandrijfl ijn bevatte<br />

geen dumpdelen meer, maar was volledig<br />

uit nieuwe componenten opgebouwd.<br />

Tweede model uit deze serie was<br />

de F 180, een 6x6 die als vervanger<br />

van de TF 8 gepland werd. Het laatste<br />

kleine REO’tje verliet in 1979 de<br />

<strong>GINAF</strong> fabriekspoorten. Tezamen met<br />

de TF 10 waren er 175 van gemaakt.<br />

De F 275 in het programma van 1978 was<br />

grotendeels gelijk aan de KFS 12. Om meer<br />

laadvermogen te verkrijgen waren aan de<br />

vooras dikkere fusees met verzwaarde<br />

askommen toegepast. Dit was een eigen<br />

<strong>GINAF</strong>-constructie, waarmee intussen<br />

veel ervaring is opgedaan en die in een<br />

andere vorm nog steeds in de huidige lijn<br />

is terug te vinden. De F 275 had 15.560 kg<br />

laadvermogen en was 201 pk sterk. Het<br />

was mogelijk de 256 pk sterke DKTD 1160<br />

motor in plaats van de DU 825 te laten<br />

inbouwen, maar het laadvermogen nam<br />

hierdoor wel met bijna een halve ton af.<br />

De modellen in deze reeks kenden veel<br />

succes en bleven tot in 1987 in productie.<br />

Het grootste model werd de F 350 met<br />

8x8 aandrijving. Dit voertuig had een<br />

GVW van 31 ton, hetgeen werd verkregen<br />

dank zij de verzwaarde voorassen, die<br />

ook bij de F 160 werden toegepast. Het<br />

gebrek aan motorvermogen loste <strong>GINAF</strong><br />

op door de DAF DKTD 1160 motor van<br />

256 pk naast de DU 825 van 201 pk in op-<br />

tie aan te bieden. Door talrijke technische<br />

verbeteringen wist men het laadvermogen<br />

van de meeste modellen verder omhoog<br />

te brengen. De 8x8 F 350 zou tenslotte<br />

op een GVW van 36 ton uitkomen.<br />

Het jaar 1980 zal men bij <strong>GINAF</strong> niet<br />

gauw vergeten. Door het inzakken van<br />

de economie stonden de bouwactiviteiten<br />

op een laag pitje. Er waren dus maar<br />

weinig nieuwe auto’s nodig, waardoor<br />

de productie omlaag duikelde. Gelukkig<br />

wist <strong>GINAF</strong>, met het nieuwe bedrijfspand<br />

als zware last, deze moeilijke tijd<br />

met minimale ontslagen door te komen.<br />

Op de RAl van 1980 kon men toch een<br />

imposante primeur brengen. Door toepassing<br />

van FAUN assen kreeg de 8x8<br />

een GVW dat tot 36 ton was verhoogd.<br />

Eveneens nieuw was de montage van<br />

de brede DAF F241 cabine, afkomstig<br />

van de 2800. Deze F 480 zorgde mede<br />

voor een doorbraak in het nationale kipperwerk<br />

en was de eerste in een reeks<br />

voertuigen met dit nieuwe <strong>GINAF</strong> gezicht.<br />

Op 1 februari 1982 sloot <strong>GINAF</strong> een<br />

contract met DAF waarbij werd overeengekomen<br />

dat laatstgenoemde zou<br />

zorgdragen voor de verkoop en service<br />

van de <strong>GINAF</strong> producten, uitgezonderd<br />

de speciale chassis. Dit was een zeer interessant<br />

akkoord, waardoor <strong>GINAF</strong> een<br />

servicenet van 65 dealers kreeg en DAF<br />

een aanvulling van het programma. Alle<br />

<strong>GINAF</strong>’s zijn sindsdien opgebouwd uit<br />

nieuwe componenten, wat maakt dat ook<br />

DAF bij iedere verkoop groot belang heeft.<br />

<strong>GINAF</strong> is nog altijd een onafhankelijk<br />

familiebedrijf. Al sinds de jaren zeventig<br />

kent <strong>GINAF</strong> een nauwe samenwerking<br />

De F 480 8x8, de eerste <strong>GINAF</strong> die geheel uit nieuwe componenten was vervaardigd.<br />

5


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

met DAF. In 1977 bouwde men bijvoorbeeld<br />

voor DAF het prototype en later de<br />

eerste twintig stuks van de FAD 2800 vierasser.<br />

Later zouden nog meer speciale<br />

DAF’s in Veenendaal worden gemaakt,<br />

zoals drankenchassis met verlaagde<br />

chassislangsliggers en volumewagens.<br />

De jaren tachtig kenmerken zich door<br />

het streven naar steeds meer laadvermogen.<br />

Bij de constructie van<br />

nieuwe voertuigen wordt de wet naar<br />

de letter en tot aan de grenzen gevolgd.<br />

Op de RAl van 1984 liet <strong>GINAF</strong> opnieuw<br />

de concurrentie ver achter zich<br />

met de introductie van de eerste vijfassers.<br />

De komst van het nieuwe 26 tons<br />

DAF 2699T tandemstel zorgde voor<br />

een grote doorbraak naar nog meer<br />

laadvermogen bij hogere asbelastingen.<br />

Met gebruikmaking van diverse componenten<br />

hiervan, ontwikkelde <strong>GINAF</strong><br />

een eigen aangedreven vooras met een<br />

technisch draagvermogen van 13.000 kg.<br />

De nieuwe F520 10x8 maakte hiermee<br />

een wettelijk GVW van 42 ton mogelijk.<br />

Technisch haalde dit chassis zelfs 58 ton.<br />

Door de verkrijgbaarheid van zwaardere<br />

assen, gecombineerd met luchtvering en<br />

meer motorvermogen, was het mogelijk<br />

ook de 3 en 4-assers op te waarderen.<br />

Hoewel het totaal toelaatbare GVW<br />

van de grote vierassers gelijk bleef,<br />

kreeg de eveneens in 1984 geïntroduceerde<br />

F 490 DKX grotere reserves. De<br />

FAUN assen maakten plaats voor het<br />

nieuwe 2699T tandemstel, aangevuld<br />

met <strong>GINAF</strong> voorassen. Het motorvermogen<br />

steeg tot 330 pk. Dit maakte de<br />

8x8 aantrekkelijk voor die klanten, die<br />

een 5-asser te log of te duur vonden.<br />

Ook de 6x6 werd voorzien van de grote<br />

DAF cabine, de DKX motor van 330<br />

pk en de nieuwe assen. Dank zij de<br />

10-tons vooras kreeg deze F 380 wettelijk<br />

het opmerkelijk hoge GVW van 28<br />

ton. Bijzonder was de gecombineerde<br />

lucht/paraboolvering op de vooras.<br />

De eerste vijfasser: de F 520 10x8.<br />

Hydropneumatische vering<br />

Nog hogere tonnages bleken echter mogelijk<br />

en wederom werd de RAl aangegrepen<br />

om nieuwe constructies te tonen. Zo<br />

liet men in 1986 de verbeterde 5-assige<br />

F 521 DKX 10x8 zien die, door een ingenieus<br />

veersysteem op de laatste drie assen,<br />

tot 45 ton wettelijk GVW mocht gaan.<br />

Om deze drie ton winst te bereiken ontwikkelde<br />

<strong>GINAF</strong> het HPVS, wat staat<br />

voor hydro-pneumatisch veersysteem.<br />

F 380 6x6 met APG 20 vooras, draagvermogen 10 ton.<br />

Via elektronische regeling wordt de aslast<br />

onder alle omstandigheden optimaal verdeeld.<br />

Een bijkomend groot voordeel is de<br />

mogelijkheid de wagen in de dwarsrichting<br />

waterpas te stellen voordat de bak tot kippen<br />

wordt gebracht. Dit systeem heeft al<br />

menig kipper voor omslaan behoed en verschaft<br />

daarmee een stevig verkoopargument,<br />

wat een hogere prijs rechtvaardigt.<br />

De F 521 DKX kreeg de kortste wielbasis<br />

die het wettelijk maximum gewicht toeliet.<br />

6


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

F 521 10x8 met hydro-pneumatische vering (HPVS). De F 535 10x4, waarmee voor het eerst de 50 ton grens werd<br />

bereikt.<br />

Sinds 1988 past <strong>GINAF</strong> het modulaire<br />

bouwprincipe toe. Het bedrijf<br />

koopt bij DAF standaardcomponenten<br />

en bouwt de wagen in modules op.<br />

Hierdoor kan er fl exibeler worden gewerkt<br />

en een grotere verscheidenheid<br />

aan modellen worden geproduceerd.<br />

Zo loopt het programma van dat jaar van<br />

een twee-assige 4x4 met 21 ton wettelijk<br />

GVW (vanaf 1990 zelfs 21.5 ton) tot en met<br />

vijfassers met 50 ton GVW op de weg. Met<br />

de introductie van de F 535 DKX 10x4 brak<br />

<strong>GINAF</strong> de laatste records en bereikte wat<br />

maximaal door de wet toegestaan was. Bij<br />

een wettelijk GVW van 50 ton op de weg<br />

kreeg dit chassis een bruto laadvermogen<br />

van maar liefst 37.650 kg. Dit model<br />

vond veel toepassing als chassis voor<br />

betonmixers met inhouden van 15 kuub.<br />

Hoewel de markt van 6x6 voertuigen<br />

danig ingekrompen was door de komst<br />

van de 4- en 5-assers, introduceerde<br />

<strong>GINAF</strong>, eveneens in 1988, toch een<br />

nieuwe F 380 6x6. Dit voertuig had veel<br />

componenten gemeen met zijn meerassige<br />

broers en haalde 28 ton op de weg.<br />

Toen DAF zijn motorenlijn steeds krachtiger<br />

maakte, profi teerde ook <strong>GINAF</strong><br />

van de grotere vermogens. In 1989<br />

ontwikkelde men een geheel nieuwe lijn<br />

voertuigen, die op de RAl-tentoonstelling<br />

van 1990 wereldkundig werd gemaakt.<br />

Voortaan konden bijna alle modellen<br />

met de nieuwe DAF 95 cabine worden<br />

geleverd. Bij <strong>GINAF</strong> werden deze auto’s<br />

als G-serie aangeduid, terwijl het<br />

bestaande gamma als F-serie werd<br />

verkocht. Voorlopig bleef de oude DAF<br />

cabine eveneens leverbaar, maar een<br />

paar jaar later verdween ook deze.<br />

Gelijktijdig met de introductie van de nieuwe<br />

serie werd de typeaanduiding aangepast.<br />

Via een cijfercode (bijvoorbeeld G 5447)<br />

is direct te zien hoeveel assen er totaal<br />

zijn, hoeveel er hiervan aangedreven worden<br />

en welk wettelijk GVW de auto heeft.<br />

Om ook de 10x8 op 50 ton totaal toelaatbaar<br />

gewicht te krijgen, paste men<br />

sindsdien de widespread achterasopstelling<br />

als optie toe. Hoewel het van<br />

tevoren al vaststond dat gebruikers<br />

konden rekenen op grote bandenslijtage<br />

van het tandemstel, vonden deze<br />

Voertuig uit de in 1990 geïntroduceerde G-serie: de G 5447.<br />

auto’s veel afnemers. Vooral het unieke<br />

HPVS veersysteem met automatische<br />

waterpas-dwarsregeling, bleek een zeer<br />

goed verkoopargument, waarvoor de<br />

klant een hogere prijs durfde te betalen.<br />

Na de introductie van de widespread achterasopstelling,<br />

waarmee een winst van 5<br />

ton laadvermogen verkregen werd, zorgde<br />

het in 1991 gepresenteerde snelheidsafhankelijke<br />

EVS (wat staat voor Elektronisch<br />

Voertuig Stuursysteem) voor een<br />

nieuwe doorbraak. Speciaal ontwikkeld<br />

om bij widespread tandems bandenslijtage<br />

te verminderen en de wendbaarheid<br />

te vergroten, was het de 6x6 die daarmee<br />

7


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

als eerste werd uitgerust. Dit voertuig<br />

kreeg daardoor een GVW van 33 ton op<br />

de weg. Dat was evenveel als de 12 jaar<br />

eerder op de markt gebrachte 4-asser!<br />

De G-serie werd in 1992 verder uitgebreid<br />

met EVS-toepassingen: de 6x4,<br />

8x4 en 8x8. Ook kon in dat jaar de DAF<br />

WS315G motor met 430 pk worden besteld.<br />

De voertuigen met EVS kregen alle<br />

de toevoeging “-S” in de typeaanduiding.<br />

In het najaar van 1993 introduceert<br />

<strong>GINAF</strong> de M-serie: de twee- en vierassers<br />

werden vanaf toen geleverd<br />

met een DAF F75 of 85 cabine.<br />

Daarna laat <strong>GINAF</strong> van zich spreken<br />

door de introductie van een revolutionair<br />

huisvuilchassis: de Ergotruck. Dit is een<br />

2,20 m breed voertuig met een cabine die<br />

doet denken aan een bus. De aanleiding<br />

Het EVS systeem werd als eerste toegepast op deze G 3333-S. Het GVW van dit<br />

voertuig is 33 ton.<br />

voor dit ontwerp kwam uit de wetgeving:<br />

het zag ernaar uit dat het meerijden<br />

door de beladers van huisvuilwagens<br />

verboden zou worden. Helaas voor<br />

<strong>GINAF</strong> werden de regels minder zwaar.<br />

De maximumsnelheid tijdens het meerijden<br />

werd verlaagd. De vraag naar een<br />

dergelijk product was daarmee grotendeels<br />

verdwenen, waardoor er niet zo’n<br />

groot aantal Ergotrucks zijn gebouwd.<br />

Het nieuwe voertuigreglement dat van<br />

kracht werd in 1995 bracht met zich mee<br />

dat de wettelijke asbelasting van een<br />

aangedreven vooras van 10 naar 11,5<br />

ton kon worden verhoogd. Aangezien<br />

deze reserve ruimschoots in de vooras<br />

De allereerste <strong>GINAF</strong> met Daf F85 cabine: de M 3333-S. B 2120-N “Ergotruck” huisvuilchassis.<br />

aanwezig was, ging <strong>GINAF</strong> meteen met<br />

deze ontwikkeling mee. In dat jaar werd<br />

ook, speciaal voor de MSTS “Packer 1”<br />

huisvuilopbouw een 4x2 chassis met vierwielbesturing<br />

ontwikkeld, de R 2120-S.<br />

De hogere wettelijke voorasbelasting<br />

van 11,5 ton per as was met name bij<br />

vierassers vaak moeilijk uit te nutten.<br />

Dit had vaak tot gevolg dat werd gereden<br />

met een GVW binnen de wettelijke<br />

grenzen, maar met een verdeling waarbij<br />

de achterassen waren overbeladen. Dit<br />

probleem behoorde tot het verleden met<br />

de introductie van de Tridem. De tweede<br />

vooras van de bestaande vierasser werd<br />

daarbij als het ware opgeschoven naar<br />

8


<strong>DE</strong> <strong>HISTORIE</strong> <strong>VAN</strong> <strong>GINAF</strong><br />

De R 2121-S met MSTS Packer 1 opbouw. M 4446-TS 8x8 met Tridem-opstelling van de achterassen.<br />

achteren, waardoor een opstelling met<br />

één vooras en drie achterassen ontstond.<br />

Om dit te kunnen bewerkstelligen is een<br />

speciaal Tridem-differentieel nodig. Bij<br />

de assenfabriek van Sisu in Finland had<br />

men hier veel ervaring mee. Sisu ontwikkelde<br />

onder auspiciën van <strong>GINAF</strong> een triplestel<br />

dat volledig aan de eisen voldeed.<br />

Toen DAF in 1998 de XF95 introduceerde,<br />

was het gedaan met de dagcabine-variant<br />

die voor de vijf-assers werd<br />

gebruikt. Dit had tot gevolg dat ook de<br />

rest van de <strong>GINAF</strong> serie werd voorzien<br />

van de 85 CF cabine. De Tridem-serie<br />

werd verder uitgebreid met de 8x4,<br />

8x6, 10x4 en 10x6. De WS-motoren<br />

werden opgevolgd door de XF-motoren.<br />

Op basis van de Ergotruck werd verder de<br />

voorloper van de huidige C-truck gelanceerd:<br />

de A 2120-N. Grootste afnemer was<br />

de gemeente Amsterdam (ca. 42 stuks).<br />

Met de B-, M- en A-serie, in combinatie<br />

met EVS en Tridem werd het millennium<br />

ingegaan. De M- serie vormde in 2001<br />

een gedegen basis voor de huidige X-<br />

M 5250-TS, een 10x4 uit de Tridem-serie.<br />

Voorloper van de C-truck: de A 2120-N.<br />

serie.<br />

De A-serie werd in 2003 opgevolgd door<br />

de C-truck.<br />

9

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!