SPR - Revell

�
�
�
�
�
� � �
FEHLERQUELLEN (�)
UND IHRE URSACHEN (☺)
D NL
� Farbkleckse am Anfang oder am Ende der
Spritzbahn
☺ Die Spritzpistole stand zu lange über einem Punkt.
Sprühen Sie Linien immer aus der Bewegung heraus.
Vielleicht sprühen Sie aber auch mit zu viel Farbe zu dicht
am Untergrund.
� Die Farbe bildet „Spinnenbeine“
☺ Hier wurde mit zu starker Farbeinstellung zu dicht an
der Oberfläche gearbeitet. Erhöhen Sie den Abstand zum
Untergrund und reduzieren Sie die Farbmenge.
� Grobkörniger, manchmal „spuckender“
Farbauftrag
☺ Vielleicht ist die Farbe zu dickflüssig oder der Arbeits -
druck zu niedrig. Auch getrocknete Farbreste in der
Pistole oder eine defekte Düse können verantwortlich
sein. Bitte überprüfen Sie auch den korrekten Sitz der
Steckdüse.
� Spucken oder Spritzen am Ende einer
Farbbahn
☺ Der Luftstrom wurde zu früh unterbrochen. Immer
zuerst den Farbkanal schließen, danach die Luftzufuhr
stoppen.
� Luftblasen im Farbbehälter
☺ Das Düsenkopfteil ist nicht fest genug angezogen. Luft
gelangt in den Farbkanal. Düsenkopfteil fester anziehen.
� Farbstrom kann nicht abgestellt werden
☺ Die Nadel ist nicht richtig durch die Nadelfeststell -
schraube arretiert. Bitte überprüfen.
� Unregelmäßige Striche
☺ Die Nadel ist verbogen oder die Düse ist verstopft.
Bitte die Düse reinigen. Leicht verbogene Nadeln können
„gerichtet“ werden (siehe „Reinigung und Wartung“).
Stärker beschädigte Nadeln müssen ersetzt werden.
� Zu breite Striche
☺ Hierfür kann eine abgenutzte Nadel verantwortlich
sein. Überprüfen Sie außerdem den korrekten Sitz der
Düse.
�
�
�
�
�
18
FOUTEN (�)
EN OORZAKEN (☺)
� Verfklodders aan het begin of het einde van
de
spuitbaan
☺ De verfspuit stond te lang op één punt. Sproei lijnen altijd
vanuit een beweging. Misschien sproeit u ook met te veel
verf te dicht op de ondergrond.
� De verf vormt ”spinnepoten”
☺ Er werd met een te sterke verfinstelling te dicht op het
oppervlak gewerkt. Verhoog de afstand tot de ondergrond
en reduceer de hoeveelheid verf.
� Grofkorrelig, soms ”sputterend” opgebrachte
verf
☺ Misschien is de verf te viskeus of de werkdruk te laag
ingesteld. Ook droge resten verf in de verfspuit of een
defecte sproeier kunne de reden hiervoor zijn. Controleer
a.u.b. de juiste plaats van de insteekbare sproeier.
� Sputteren of spatten aan het einde van de
spuitbaan
☺ De luchtstroom werd te snel onderbroken. Sluit altijd
eerst het verfkanaal en pas daarna de luchttoevoer.
� Luchtbellen in het verfpotje
☺ Het sproeikopgedeelte is niet goed vastgeschroefd.
Er dringt lucht in het verfkanaal. Sproeikopgedeelte goed
vastschroeven.
� Verfstroom kan niet worden uitgezet
☺ De naald is niet correct door de naaldschroef gearreteerd.
A.u.b. controleren.
� Onregelmatige strepen
☺ De naald is verbogen of de sproeikop is verstopt.
Sproeikop a.u.b. reinigen. Licht verbogen naalden kunnen
worden recht gemaakt (onder ”Reiniging en Onderhoud”).
Sterker beschadigde naalden moeten worden vervangen.
� Te brede strepen
☺ Een versleten naald kan hiervan de oorzaak zijn.
Controleer bovendien of de sproeikop correct is
aangebracht.