06.05.2013 Views

Untitled

Untitled

Untitled

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

JAC. v. ZOELEN<br />

BOEKBINDER<br />

KANAALSTRAAT 8<br />

AMSTERDAM-W.<br />

TELEFOON 8 3 4 7 0


01 1020 8790 UB AMSTERDAM


BEKNOPTE<br />

G E S C H I E D E N I S<br />

DER G E H E E L E<br />

STAATSOMWENTELING<br />

I N<br />

FRANKRIJK-<br />

TWEEDE DEEL,<br />

BEHELZENDE HET VERVOLG VAN HET<br />

EERSTE JAAR DER FRANS C HE<br />

VRIJHEID.<br />

mrtaaling uit een Hoogduitsch Gefchrift door<br />

den beroemden Heer CAMPE uügegeeyen.)<br />

M E T P L A A T E N .<br />

TE AMSTERDAM, B>j<br />

JOHANNES ALLART.<br />

m cc se ii


Van den vierden Augustus af ging de Natioiiaa»<br />

le Vergadering veel fpoediger voord in 'haare be»<br />

zigheden , die tevens meer afdeeden en uitgeftrek»<br />

ter waren dan vóór deezen tijd: in plaats van één<br />

werden 'er dagelijks twee zittingen gehouden: het<br />

grootfte gedeelte van den tijd werd belteed aan<br />

de debatten over de nieuwe Staatsgefteldheid, te<br />

weeten aan het voordel en de ontlceding 'derrechten<br />

van den mensch; de bepaaling van dezelven<br />

zou de Conltitutie, waarover men 't nu ééns<br />

Was geworden, voorafgaan, en deezen zouden,<br />

als 't ware, den voorgevel vormen van het groot<br />

nieuw Staatsgebouw , het welk , met denzelven<br />

Verbonden, den grond zoude leggen tot een nieuwe<br />

orde, tot eenen nieuwen ijver Voor de algemeene<br />

welvaart, en door deeze wederom tot der»<br />

bloei, het geluk, de magt en grootheid des Rijks.<br />

De volgende zeventien ftellingen zijn een werk<br />

van bijna agt dagen, en men kan met waarheid<br />

zeggen , dat geen woord , ja zelfs geen woord*<br />

fchikking gebezigd en ter ntder gefield is, zonder<br />

Wèl overdacht , verklaard , door de' meerderheid<br />

goedgekeurd, e n vast bepaald te zijn;<br />

II. D E EL. A.


4 STAATSOMWENTELING<br />

I.<br />

„ De menfchen worden vrij en niet evengelijke<br />

„ rechten geboren, en blijven vrij,en in het bezit<br />

„ van deeze rechten. De maatfchaplijke onder-<br />

„ fcheidingen kunnen niet dan op de algemeene<br />

„ welvaart gegrond zijn.<br />

II.<br />

„ De bedoeling van elke maatfchaplijke verbintenis<br />

moet weezen inftandhouding der natuur-<br />

„ lijke en onvervreemdbaare rechten van de<br />

menschheid: deeze rechten beftaan in vrijheid»<br />

„ veiligheid der eigendommen, algemeene zeker-<br />

„ heid, en het vermogen om zig tegen verdruk-<br />

3, king te kunnen verzetten.<br />

BEL<br />

„ De hoogfte magt berust wezenlijk in dea<br />

„ boezem der Natie : geen bijzonder ligchaam,<br />

„ (corj&/)g een<br />

afzonderlijk perfoon,kan de minfte<br />

„ magt hebben en uitoefenen , zo dezelve niet<br />

„ uitdrukkelijk door haar aan hem opgedras,<br />

gen is,<br />

' IV.<br />

„ Vrij zijn is, alles te kunnen doen, waardooi


, IN FRANKRIJK. $<br />

,, niemand, hoe genoemd, benadeeld wordt: bij<br />

„ gevolg heeft het genot van de natuurlijke rech-<br />

,, ten bij ieder mensch geene andere paaien, dan<br />

„ die, welke aan de andere leden het vrij genot<br />

„ van dezelfde rechten verzekeren: deeze grenslij<br />

„ nie kan alleen door de wet bepaald worden.<br />

V.<br />

„ De wet alleen heeft het recht, om daaden te<br />

,?sverbieden, welke de maatfchappij kunnen be-<br />

„ nadeelen. 't Geen de wet niet verbiedt kan<br />

niet belet, en niemand kan gedwongen wor-<br />

„ den , om te doen wat zij niet uitdrukkelijk<br />

„ beveelt.<br />

VI.<br />

„ De wet is de Item van den algemeenen wil!<br />

„ ieder Staatsburger heeft het recht, om in per-<br />

,, foon of door vertegenwoordigers medetewer*<br />

„ ken, wanneer de wet gevormd wordt; zij moet<br />

„ voor allen een en hetzelfde weezen; zij mag<br />

„ befchermen, of Itraffen dreigen ; vermits alle<br />

„ Staatsburgers naar' de Wet gelijk zijn, hebben<br />

,, ook allen, naar maate van hunne bekwaamhe-<br />

„ den, een recht en den toegang tot alle open-<br />

„ baare waardigheden , bedieningen en amten ,<br />

zonder den minften voorrang, dan die uit der-<br />

„ zeiver deugden en begaafdheden voordkomt.<br />

A a.


4<br />

STAATSOMWENTELING<br />

VII;<br />

„ Niemand kan befchuldigd, gevangen genomen,<br />

of in hechtenis gehouden worden, dan<br />

alleen in de gevallen,, welken de wet bepaald,<br />

„ ejo op die manier', die zij voorgefchreven heeft:<br />

„ wie aanzoek doet om willekeurige bevelen,<br />

„ dezelven vervaardigt,, uitvoert en doet uitvoe-<br />

„ ren, moet geftraft worden; doch elk Staatsbur-<br />

„ ger, volgends de wet gedagvaard of gevat, moet<br />

„ oogenbliklijk gehoorzaamen: wederfpannigheid<br />

„ maakt hem ftrafwaardig,<br />

VUL<br />

„ De wet moet geene andere ftraffen vastflel-<br />

3, len, dan die volltrekt en blijkbaar noodzaake-<br />

„ lijk zijn ; en geen misdaadiger mag geitraft<br />

3, worden, dan uit kracht van een vastgeftelde<br />

n en voor begaane wandaad bepaalde en duidelijk<br />

„ afgekondigde wet.<br />

IX,<br />

„ Daar ieder mensch onderlteld wordt zo lang<br />

„ onfchuldig te weezen, tot dat zijne fchuld be-<br />

„ wezen is, moet, in gevalle men zijne. gevan-<br />

„ genneeming noodzaakelijk oordeelf, alle nood-<br />

„ looze harde behandeling , 'die men daarbij te-<br />

9, gen hem uitoefent, zeer ftreng door de wet<br />

„ verboden woyden.


ÏN FRANKRIJK. S<br />

„ Niemand kan wegens zijne gevoelens, zelfs<br />

„ niet wegens godsdienltigen , lastig gevallen<br />

„ worden ; onderfteld , dat deszelfs openbaare<br />

.,, oefening de algemeene rust niet ftoort, welke<br />

J 3 die wet heeft vastgefreld.<br />

XL<br />

De vrije mededeeling van gedachten en ge-<br />

„ voelens is een van de dierbaarfte rechten van<br />

,, den mensch : uit dien hoofde kan ieder Staats-<br />

„ burger vrij fprceken, fehrijven en laaten drukkeil,<br />

evenwel onder die voorwaarde , dat hij<br />

„ in.alle gevallen, die door de wet bepaald zijn,<br />

„ verantwoordelijk is wegens het misbruik dee-<br />

zcr vrijheid.<br />

XII.<br />

„ De inftandhouding der rechten van den<br />

mensch en den Staatsburger maakt eene open-<br />

„ baare magtoefening noodzaakelijk : deeze<br />

„ magtoefening is derhalven ten voordeele van<br />

„ allen ingefteld, en niet tot het bijzonder voor-<br />

„ deel der geenen denwclken dezelve is toebe-<br />

„ trouwd.<br />

XIII.<br />

4, Ter onderhoudinge van deeze. openbaare magt->


é STAATSOMWENTELING<br />

oefening, en tot goedmaaking van de kosten s<br />

die het bewind vereischt , is eene algemeene<br />

fchatting volltrekt noodzaakelijk, en deeze moet<br />

,, over alle Staatsburgers , naar maate van hun<br />

vermogen, evenredig verdeeld worden.<br />

XIV.<br />

„ Ieder Staatsburger heeft het recht, in per-<br />

„ foon of door vertegenwoordigers, de noodzaakelijkheid<br />

van eene algemeene fchatting te onderzoeken;<br />

dezelve vrijwillig toeteltaan; over der-<br />

„ zeiver gebruikmaaking een waakend oog te hou-<br />

9 J den, en de hoeveelheid, de verdeeling, de in-<br />

vordering en de duuring vaa dezelve te bepaa*<br />

» len.<br />

XV.<br />

„ De Maatfchappij heeft het recht, om van ie*<br />

„ der openbaar Amptenaar rekenfchap van zijn be^<br />

„ fluur te vorderen.<br />

XVI,<br />

„ Geen Maatfchappij, bij welke de handhaving<br />

der rechten niet vast bepaald, noch de juiste<br />

9, verdeeling der onderfcheidene magtoefening<br />

„ niet duidelijk bepaald is , kan zig van eene<br />

„ Qrondwettigt ftaatsgejleldheid beroemen.


ÏN FRANKRIJK. ?<br />

XVIL<br />

„ Het recht van eigendom onfchendbaar en hei-<br />

„ lig zijnde, kan niemand daarvan beroofd wor-<br />

„ den, in zodanige gevallen, wanneer eene algc-<br />

,, meene , klaar - beweezene noodzaakelijkheid<br />

„ zulks vereischt , voorbehoudens evenwej altoos<br />

eene wcl-geëvenredigde, voorafgaande,<br />

„ fchadelooshouding,"<br />

Het zou moejelijk vallen, om het ftelfel van<br />

de rechten van mensch en burger, in betrekking<br />

tot de groote ftaatkundige burger - maatfchappij<br />

zelve , over 't algemeen treffender , korter en<br />

zaaklijker opteflellen , dan hier in deeze zeventien<br />

artijkelen gefchied is : wanneer eenigen van<br />

dezelven te bovennatuurkundig fchijnen te weezen<br />

, dan dat zij, zo als zij zijn , met voordeel<br />

op eene Staatsgefteldheid , die werkelijk zou gegrondvest<br />

worden , zouden kunnen toegepast<br />

worden; wanneer anderen te algemeen zijn , om<br />

de afzonderlijke wanorden , die in de maatfchappij<br />

onvermijdelijk zijn , afteweeren ; wanneer<br />

nog anderen zelfs zodanige wanorden moeten veroorzaaken,<br />

wanneer weder anderen flechts voor de<br />

jeugd der wereld en voor de kindsheid eener Natie<br />

fchijnen gefchikt te zijn ; en wanneer eindelijk<br />

het Geheel alleen theoretisch opgefteld is, en<br />

van vooreu befchouwd weldaadig fchijnen kan,<br />

zonder praéticaal afgetrokken , vergeleken , gc-<br />

A 4


8 STAATSOMWENTELING<br />

vormd en beproefd bevonden te zijn, dan moet<br />

men bedenken , dat een Staatsgebouw, gelijk<br />

bet bedoelde , niet zonder grondlegging kon opgehaald<br />

worden; dat de grond, die 'er gelegd is,<br />

üitgeftrekt en diep uitgegraven moest worden;<br />

dat de hier gefchetfte zulks indedaad is, en men<br />

bijgevolg zonder dwang en vrees voor vastigheid<br />

en ruimte, verder daarop bouwen en het gebouw<br />

zelf er zo gezond, gemaklijk en duurzaam inrichten<br />

kan, als men wil; en dat eindelijk de Vergadering<br />

zelve verklaard heeft, dat zij in het verder<br />

beloop van haaren arbeid aan het Staatsgebouw<br />

zelf, op de voordeden en gebreken van deezen<br />

ceriten aanleg terug zien., verwerpen wat van<br />

geen nut, bevestigen wat goed en gebruikbaar is,<br />

en zo doende over en weer theorie met de practijk<br />

vergelijken, de één door de andere verbeteren,<br />

en eindelijk beproeven zoude, om een werk tot<br />

Itand te brengen, het welk voor haare Natie een<br />

bron van rust en geluk zijn, en tevens voor deeze<br />

rust en dit geluk borg ftaan zoude.<br />

De Nationaale Vergadering was geduurende het<br />

opftellen deezer Hukken, met eenen ijver, en ,<br />

over het geheel befchouwd, met eene eensgezindheid<br />

bezield geweest, welke een vooruitzicht gaven,<br />

dat zulks ook bij de volgende verhandelingen<br />

ftand zouden grijpen : men ging nu tot het<br />

ppftellen van de Conftitutie zelve, onmiddelijk na<br />

de zitting, over, waarinde bepaaling dej: rechten


IN FRANKRIJK. <br />

van den mensch en den Staatsburger geëindigd<br />

was. De Commisfie aan welke men opgedragen<br />

had, de grondlegging van de Conditutie ter neÊr<br />

te (lellen, had haar werk nog niet voltooid , het<br />

welk echter den volgenden dag gefchieden zou, als<br />

wanneer zij de ccrfle Hukken van 'dezelve zoude<br />

overgecven ; doch men deed den voorflag , om<br />

dat geenc zamentevoegen , wat in de Cahiers<br />

(*) over dit onderwerp gewenscht en gelast<br />

wierd , en hetzelve aanteneemen , alzo het op<br />

zigzelf de begeerte der Natie behelsde : men<br />

las 'er een uittrekfel uit voor, 't welk de eerlle<br />

Prefident (f) gemaakt had, en waarvan de eerfte<br />

Hukken de iVanfche regeering voor monarchaal<br />

verklaarden, en den Koning de uitvoerende magt<br />

en de bevoegdheid, om de hefluiten der wetgeevende<br />

magt te bekrachtigen, toekenden en indedaad<br />

aan hem opdroegen; maar welhaast Hond de<br />

volkspartij op, en verklaarde , dat zodanige zamenvoeging<br />

der Cahiers de Conflitutie zelve niet<br />

konde vormen; dat de aanwijzingen, daarin opgegeven,<br />

niet dan flechts de doffe daartoe opleverden;<br />

dat het eerde werk, 't welk de Natio-<br />

(*) Voor min kundige Leézers merkt de Schrijver<br />

hierop aan, dat deeze Cahiers, of kleine boekjens<br />

de fchriftlijk beredeneerde volmagten behelzen,<br />

welken den Gevoltnagtigdeu van hunne Afzenders ,<br />

pis eene aanwijzing en richtfnoer toegezonden zijn,<br />

(f) CLERRIOiNT TONNERRE.<br />

A 5


£0 STAATSOMWENTELING<br />

naale Vergadering onderhanden neemen moest,<br />

het plan van de Conditutie was, 't welk men aan<br />

de bovengemelde Commisfie had opgedragen ; en<br />

eindelijk , dat ingevolge de geheele orde in het<br />

onderwerp en in het beloop der gedachten , de<br />

wetgeevende vóór de uitvoerende magt, evenals<br />

de wet zelve vóór de uitvoering der wet, nood»<br />

zaakelijk moest vooraf gaan.<br />

Beide partijen waren daarover in eene hevige<br />

woor Jenwisfcling geraakt, toen 'er een brief van<br />

NECKER in de Vergadering gebragt werd, die<br />

'er een einde van maakte: den voorigen dag had<br />

hij reeds door een ander fchrijven kennis gegeven<br />

, dat zijne onpasfelijkheid niet toeliet, in<br />

perfoon voor haar te verfchijucn , maar dat hij<br />

een opftel over den dringenden ftaat der financiën<br />

zoude bezorgen; dit opftel werd nu gebragt en<br />

voorgelezen : NECKER gaf daarin te kennen ,<br />

dat de geldleening van 'dertig millioenen geen<br />

voordgang had , en wel om die reden , dat de<br />

Nationaale Vergadering de intresten van vijf tot<br />

vier en een half had verminderd, in eenen tijd,<br />

waarin de Capitalisten zes ten honderd winnen<br />

konden , daar zij wel zoude tot ftand gekomen<br />

zijn , bijaldien zijn plan ftiptlijk en geheel gevolgd<br />

was, alzo men 'er reeds zodanig vertrouwen<br />

op had gefteld, dat een enkel perfoon voor<br />

een millioen getekend had ; het openlijk credit<br />

was derhalven verloren, en wel alleenlijk , om


IN FRANKRIJK. ïi<br />

dat de Nationaale Vergadering van een ander gevoelen<br />

was geweest, dan hij, in eene zaak, waarin<br />

het algemeen vertrouwen zijn gevoelen als voldingend<br />

geoordeeld, en niet verwacht had, dat<br />

men zijne voorflagen veranderen en verbeteren<br />

zoude. In deezen dringenden tocftand van zaaken<br />

waagde hij 't , om nog één plan optcgceven<br />

, inhoudende eene nieuwe geldleening van<br />

tagtig millioenen , die half in gereede penningen<br />

en half in koninglijke effecten konde bijeengebragt<br />

worden.<br />

Dit opftel was in eenen toon en met eene in»<br />

fchikkelijkheid en hartlijkheid, doch ook tevens<br />

met zodanig een overleg en kunde gefchreven ,<br />

dat alle de leden der Vergadering daardoor moesten<br />

overgehaald worden, en indedaad overgehaald<br />

werden, om hunne Hemmen daartoe te geeven :<br />

men bewilligde niet alleen in de geldleening, maar<br />

liet het ook aan den Minister der Financiën over,<br />

om de manier van de ontvangst te bepaalen; het<br />

Geheel naar zijn eigen goedvinden te fchikken en<br />

de fom bijeen te brengen — hier was het, dat<br />

NECKER zig in het algemeen vertrouwen der<br />

Nationaale Vergadering mogt verheugen ; want<br />

ook de geenen, die het plan tot de geldleening %<br />

van dertig millioenen veranderd hadden, zelfs M I-<br />

RABEAU, kwam 'er fterk voor uit, dat men alles<br />

aan hem moest overlaaten , en dat in dit geval<br />

sdleen de nieuwe geldleening niet mislukken kou»


Ü STAATSOMWENTELING<br />

De zegepraal, welken hij ditmaal zelf aan NEC­<br />

KER bezorgde , had zekerlijk zeer natuurlijke<br />

oorzaaken, waarvan de voornaamftc was: ,, dat<br />

het volle over het mislukken der eerfte geldleening<br />

algemeen misnoegd was, en zulks niet<br />

toefchreef aan den Minister der financiën, maar<br />

aan de geenen, die zijn plan hadden willen ver«<br />

„ beteren." Reeds eenige dagen te vooren had<br />

MIRABEAU bij eene gelegenheid, die eenigzins<br />

gezocht was, daarop aangedrongen, dat de manier<br />

van iedere geldleening zonder de fflinfte bepaaling<br />

aan de uitvoerende magt moest overgelaten<br />

worden: men ziet, hoe goed hij de kunst verftond<br />

om iemand tot de verandering van zijn gevoelen<br />

voortebcreiden , om hetzelve alsdan, wanneer<br />

het daartoe kwam, minder vreemd te doen voorkomen;<br />

doch men ziet ook, dat hem alleen dat<br />

geene nader met NECKER vereenigde, 't welk<br />

de liefde des volks jegens hem had kunnen verminderen<br />

, en dat hem deeze liefde des volks tot<br />

dat geene, wat hij wilde doen, zo onontberelijk<br />

was, als NECKER dezelve wegens dat geene ,<br />

wat hij had gedaan, volkomen bezat; men ftond<br />

derhalven den Minister eene foort van gezach in<br />

het Financie - wezen toe, het welk hij misfehien<br />

zelf, na 't geen 'er was voorgevallen, niet verwacht<br />

had, maar juist om die reden hem des te<br />

meer tot eer verftrektc. Het is ontegenzeggelijk,<br />

dat dit geval het nationaale credit deed herlee*<br />

sren en mede de oorzaak was van het enthufias-


IN FRANKRIJK. i3<br />

mus, waarmede in de eerstvolgende dagen Staatsburgers<br />

uit alle Manden en van beide fexen , als<br />

om ftrijd , toefchooten , om het Vaderland met<br />

vrijwillige gefchenken te onderdennen.<br />

Zodra deeze zaak afgedaan was , hervattede<br />

de Nationaale Vergadering haare bezigheden betrekkelijk<br />

de Conftitutie : de voor dezelve aangeftelde<br />

Commisfie gaf de zes eerde Hukken daarvan<br />

over: zij waren de volgende:<br />

I.<br />

„ De regeering van het Franfche Rijk is monar-<br />

„ chaal. In Frankrijk heeft geen gczach plaats<br />

„ boven dat van de wet: alleen door deeze<br />

„ heerscht de Koning, en zo hij niet uit naam;<br />

,, van de wet bevelen geeft, kan hij geene ge-<br />

„ hoorzaamheid eifchen.<br />

II.<br />

„ De Natie kan geene verordening voor wet-<br />

„ tig erkennen, indien dezelve niet door haar of<br />

„ haare Vertegenwoordigers bewilligd , en door<br />

„ den Koning bekrachtigd is.<br />

III.<br />

„ De hoogde uitvoerende magt berust alken ia<br />

de handen des Konings.


T4 STAATSOMWENTELING<br />

IV.<br />

De Koning mag de gerechtlijke fnagt niet<br />

„ uitoefenen , en de Rechters aan welken dezelve<br />

„ is toevertrouwd, kunnen binnen den tijd, door<br />

de wet bepaald, niet van hunne amten ontzet<br />

worden, dan door de wet.<br />

V.<br />

„ Het recht op de Kroon is ondeelbaar en ervelijk<br />

van fpruit op ïpruit, van manlijk op<br />

manlijk oir , volgends het recht der eerstgej,<br />

boorte : de vrouwen en haare aframmelingen<br />

„ zijn daarvan uitgefloten.<br />

VI.<br />

,, De perfoon des Konings is onfchendbaar en<br />

heilig , maar de Ministers en de overige Verte-<br />

,, genwoordigers der Koninglijke magt zijn verantwoordelijk<br />

voor alle inbreuken , waaraan<br />

J 5 zij zig tegen de wetten fchuldig maaken, men<br />

„ moge hun bevolen hebben wat men wille."<br />

Het eerfte Huk gaf reeds gelegenheid tot zeer<br />

hevige debatten: de volkspartij begeerde, 't<br />

welk zij te vooren ook al had te kennen gegeven,<br />

dat de Conftitutie niet met de uitvoerende, maar<br />

met de wetgeevende magt begonnen, en de vor-


IN FRANKRIJK.<br />

ffling der diftriften en Municipaliteiten, als de<br />

wezenlijke deelen van elke nationaale magt, eerst<br />

Vast bepaald moest worden: doch zij werd voor<br />

deeze maal overftemd en de orde bleef zo als de<br />

Commisfie dezelve had goedgevonden: vervolgends<br />

werd het woord monarchaal een onderwerp<br />

der debatten en bleef het ook, met eene elk 00genblik<br />

toeneemende drift, langer dan twee<br />

uuren, na verloop van 't welken wel ieder vermoeid,<br />

doch niemand met den anderen ééns geworden<br />

was — men floeg een menigte van nieuwe opftellen<br />

van het eerfte (luk voor, die deszelfs woorden<br />

en bijgevolg ook deszelfs inhoud duidelijker<br />

bepaalen, en de gevaarlijke uitleggingen , waarover<br />

de volkspartij een zwaar hoofd had , onmogelijk<br />

maaken zouden : het volgende van zekeren<br />

Heer ROUSIER opgegeven, kwam het<br />

meest tegen het eerfte in aanmerking:<br />

,, Frankrijk is een monarchaale Staat, waarin<br />

,, de Natie de wet geeft, en de Koning de-<br />

„ zelve uitvoert : deeze afzondering der<br />

„ dubbele magtoefening is het wezenlijke<br />

„ ftuk van de Conftitutie der Franfche Mo-<br />

„ narchij. "<br />

Hierover ontftonden wederom de hevigfte debatten,<br />

doch 'er werd niets beflist : de meerderheid<br />

was altoos nog voor het opftel van de<br />

Commisfie: vermits het echter een duidelijk be-


16 STAATSOMWENTELING<br />

paald ftuk van het Reglement was, dat elk voor*<br />

ü-el , betrekkelijk de nieuwe Staatsgesteldheid ,<br />

de debatten van drie-zittingen moest uithouden:<br />

werd beflooten , om dezelven tot den volgenden<br />

dag uineftcllen: men was ook den anderen dag<br />

indedaad bezig , om ze wederom te hervatten,<br />

toen de Vicomte DE NOAILLES, wiens beurt<br />

het was te fpreeken , een ander voorftel deed ,<br />

met verzoek , om dit, aleer men verder voordging<br />

, te onderzoeken en aftedoen: het beftond<br />

uit de volgende vier ftukken.<br />

I.<br />

„ Men zoude opgeeven en verklaaren wat<br />

,, men door de Koniuglijke bekrachtiging<br />

verftond.<br />

ir.<br />

„ Men zoude beflisfen, of dezelve bij eigen-<br />

.,, lijke wetten wel noodzaakelijk was.<br />

III.<br />

• „ Men zoude bepaalen , of de Nationaale Ver-<br />

„ gadering beftendig , dan bij afwisfeling<br />

,, moest gehouden worden, en<br />

IV.<br />

„ Of zij één ligchaam blijven , dan of zij in<br />

„ twee huizen moest verdeeld worden. "<br />

Dit


IN FRANKRIJK. 17<br />

Dit voorftel werd door de volkspartij ijverig<br />

bnderfteund en met veel drifts opgevat; zij kon<br />

echter thans mede haar gevoelen niet doorzetten:<br />

REDDON en ESPREMENIL bragten bij deezë<br />

gelegenheid grondbeginiëlen aan den dag t welken<br />

voor de eerstbevochtene vrijheid op zigzelven<br />

niets gevaarlijks inhielden; doch met opzicht tot<br />

de belangens , die beiden , vooral de laatstgenoemde<br />

, door de volkspartij, met of zonder<br />

grond .(dit is nog duister) befchuldigd werden,<br />

te voeden en te onderftcunen, wezenlijk als gevaarlijk<br />

genoeg konde uitgelegd worden. MIRA-<br />

JÏEAU zelf fprak ESPREMENIL aan, en duwde<br />

hem, :<br />

toen hij zig bij zijne Helling op het gczach<br />

der Cahiers beriep , de bekende fpotrede toe:<br />

„ Indien de Cahiers, in plaats van onze gevoelens<br />

,, te leiden, dezelven zouden binden, dan had<br />

,, de Heer VAK ESPREMENIL beter gedaan,<br />

,, zljhCahier Hechts in de Vergadering te zenden,<br />

,, en wij zouden het genoegen niet gehad hebben,<br />

van hem te hooren fpreeken: " de Vergadering<br />

eindigde wederom, onder hetzelfde voorwendt,<br />

als de voorige.<br />

De verhandelingen der Nationaale Vergadering<br />

hadden federt eenige dagen , omdat zij vari het<br />

grootfte gewigt waren, de oplettendheid van geheel<br />

Parijs, doch vooral der Patriotten van het<br />

Paleis Royal gewekt, en dezelven altoos in beweeging<br />

gehouden: bij de ftrengheid, waarmede<br />

II. DEEL. B


f8 STAATSOMWENTELING<br />

dc genoemde Patriotten eiken flap , die de min><br />

fle inbreuk op de vrijheid koude doen , beoordeelden,<br />

moest hun voornaamlijk liet voorftel. en<br />

de bcflisfing der vraag over de koninglijke bekrachtiging<br />

der wetten gewigtig voorkomen: volgends<br />

hunne denkbeelden van de vrijheid , had de<br />

Koning met het opftellen, en derhalven ook met<br />

de bekrachtiging der wetten, volftrekt niets te<br />

doen , maar hij moest alleen zorg draagen voor<br />

derzelver uitvoering: toen zij nü zagen, dat de<br />

leden der Nationaale Vergadering , die met hun<br />

van éen gevoelen waren , dk niet konden doorzetten<br />

, kwam 'er een wantrouwen tegen hunne<br />

tegenpartij bij hen op, het welk des te zorglijker<br />

en onftuimiger werd, toen zig lieden onder dezelven<br />

als overwinnaars toonden , die bij ieder<br />

als vrienden van de thans verdrevene Arittocraaten<br />

bekend ftonden : nadat de laatfte verhandeling<br />

der Nationaale Vergadering in het Paleis<br />

lloyal bekend werd gemaakt , en men bijzonder<br />

den naam van ESPREMENIL daarbij noem-,<br />

de , geraakte alles in rep en roer: uit hoopen<br />

van honderden, werden welhaast zamenrottingen<br />

van duizenden; verdenking veranderde in zekerheid,<br />

en zekerheid in daadlijkheden: men meende<br />

overtuigd te weezen, dat de nog niet vernielde<br />

ariftocratifche flang nieuwe hoofden in de Nationaale<br />

Vergadering uitflak; men ftrooide uit ent<br />

geloofde, dat in dezelve een getal van meer dan<br />

vierhonderd leden zig zamen verbonden had-


IN FRANKRIJK.<br />

den, die de Natie langzaamerhand aan de Voofige<br />

keten leggen en thans bij de voldinging van 's Ko*<br />

nings voorrechten , dcnzelven door de meerder*<br />

heid van. (temmen middelen verfchalfen wilde,<br />

om de oude (taatsgefteldheid allengs wederom<br />

intevocren.<br />

Op het oogenblik , waarin deeze overtuiging ,<br />

of van zeiven opgevat, of door aanftooking medegedeeld,<br />

de hoofden bemagtigde, verloorcn<br />

zij ook het evenwigt , en vervielen tot de gedachten<br />

van geweldige maatregelen daar tegen te<br />

beraamen: een kring van het Paleis Royal, wiens<br />

middenpunt de Marquis van ST. HURUGUE<br />

was, (telde een gefchrift, ondertekend door den<br />

Marquis en door nog andere mannen, aan de Nationaale<br />

Vergadering op,zijnde van den volgenden<br />

inhoud: „.Men-had z"eer wel kennis van het<br />

„ gevaarlijk complot, 't welk de koninglijke be-<br />

„ krachtiging wilde doorzetten , alsmede Veele<br />

„ andere befluiten die de oude gefmoorde Aris-<br />

„ tocfatie wederom konden doen herleeven; men<br />

„ (tond echter ook reeds gereed, om, indien dit<br />

„ complot zijn oogmerk bereikte, twintig düi-»<br />

„ zend man op de been te brengen , die de<br />

,, kasteelen verlichten (*) en den Gcvolmagtig-<br />

„ den, die het vaderland wilden verraaden, het<br />

„ lot van BERTHIER en FOULON berokkenen<br />

(*) Etlairer les clulteauX.<br />

Ba


ito STAATSOMWENTELING<br />

„ zouden, enz. " Dit gefchrift werd den Preiidcnt<br />

ter hand gefield en ten zelfden tijde ontving<br />

LALLY-TOLENDAL eene bezending mede<br />

uit het Paleis Royal,. die. verklaarde : „ Dat zij<br />

„ hem voor eenen goeden Staatsburger hielden,<br />

„ en uit dien hoofde ook aan hem gezonden<br />

„ waren : zij hadden door deeze zending den<br />

„ aantogt van twintig duizend gewapende man-<br />

„ nen verhinderd, die het befluit der Nationaale<br />

„ Vergadering nog wilden afwachten i Parijs<br />

„ wilde van gccn.Feto iets weeten, befcbouwde<br />

„ alle de geenen, die het wilden doorzetten, als<br />

„ verraaders , en de verraaders zouden hunne<br />

„ welverdiende ftrafFe niet ontgaan : cenigen van<br />

„ de Gevolmagtigdcn deezer flad hadden deezen<br />

M<br />

l i a a m r e c<br />

l s<br />

'<br />

verdiend , zouden, terug geroepen<br />

„ worden, en , alzo. zij dan niet meer onfehend-<br />

„ baar waren, hun loon vinden: " daarbij noemde<br />

men hem eenige Gevolmagtigden op , wier<br />

hoofden reeds getekend waren.<br />

LALLY-TOLEN-DAL gaf aan deezè bezending<br />

een antwoord zo als men verwachten zal<br />

van een' man. die den van de eerden was,welke<br />

reeds vóór den twaalfden Julij hun leven waagden<br />

voor de .vcrlosfing der Natie van de dwingelandij<br />

;die vervolgends vooreen verdandig gebruik<br />

van de bevochtene vrijheid even zo nadrukkelijk<br />

ftitkwaffl, als hij tegen de geweezenc onderdrukkers<br />

der vrijheid was uitgekomen; die thans „ nu,


IN FRANKRIJK. | j<br />

hij begon de vermogens der Nationaale Vergadering<br />

niet ter hcrftelling van de koninglijkc magt<br />

als Despoot, maar als uitvoerder van de magt dei-<br />

Natie, die hem als haar Opperhoofd befchouwde,<br />

opteroepen , gevaar liep , bij het volk , in deszelfs<br />

dweepachtige vrijheidszucht, even zo gehaat<br />

te worden, als hij tevooren bij hetzelve bemind<br />

was: deeze man, wiens bedoelingen en pocgingeu<br />

van den beginne af zuiver en zonder<br />

valsheid- waren , antwoordde de bezending van<br />

het Paleis Royal met den moed, die hem, om alle<br />

de bovengemelde redenen, eigen moest geworden<br />

zijn: ,, Verraaders zijn de geenen, die het volk<br />

„ door onrechtvaardige en valfche fchrikbeelden<br />

„ ophitzen en aanzetten , om zijne ijve-<br />

„ rigtte verdedigers als zijne vijanden te be-<br />

,5 fchouwcn. Gij noemt mij eenen goeden Staats-<br />

„ burger en ik meen deezen naam verdiend te<br />

„ hebben ; doch ik zou mij gelukkig achten ,<br />

„ wanneer ik mij in doorzicht en begaafdheden<br />

„ meeten mogt met die mannen, die gij mij als<br />

„ gevloekten genoemd hebt. De Had Parijs be-<br />

„ hoorde, alvoorens zij haat of vertrouwen<br />

„ toedeelt, liever het voorig gedrag en leven<br />

„ der geenen in aanmerking te neemen, aan<br />

„ welke zij zulks toedeelt. Ik voor mij, oor-<br />

„ deel, dat de koningüjke bekrachtiging een van<br />

„ de voornaamite bolwerken der vrijheid is. Ik<br />

„ heb den geheelen nacht aan een vcrweerfchrift<br />

„ voor dezelve gewerkt , en bijaldien gij kunt.<br />

B 3


f» STAATSOMWENTELING<br />

„ goedvinden , om mij in de vergaderzaal te<br />

„ hooren fprceken, dan zult gij getuigen zijn,<br />

„ dat ik alle mijne vermogens zal inipannen, om<br />

., dezelve doortezetten , en dat ik van uwe be-<br />

„ zending de getrouwfte rekenfchap geeven zal."<br />

Deeze ftoute en edele verklaaring droeg de goedkeuring<br />

en bewondering weg van deeze Afgezondenen<br />

zeiven, en zij waren in de zaal, toen hij<br />

den volgenden dag aan de hun gegevene belofte<br />

voldeed.<br />

De Nationaale Vergadering had van den oproer<br />

in het Paleis Royal bericht ontvangen. Twee<br />

brieven van den Graaf van ST. PRIEST, en het<br />

Sdres , door den Marquis van ST. HURUGUE<br />

ondertekend , aan haar gezonden , hadden<br />

haar daarvan verwittigd : dè eerde oogenblikken<br />

was zij dil, niet van fchrik, maar van afkeer en<br />

verontwaardiging: CLEHMONT-TONNERRÜ<br />

beklom eerst den fpreekdoel, en toonde in eene<br />

redevoering die edelmoedigheid en onvertzaagdheid<br />

ademde , hoe weinig de waarc Vaderlandsliefde<br />

voor het zwaard vreesde , dat men boven<br />

haar hoofd zwaaide: hij floeg voor, dat men<br />

den Marquis DE LA FAYETTE en BAH. LY<br />

diende te vraagen : of zij voor de rust van de<br />

Hoofddad en bij gevolg voor de veiligheid der Nationaale<br />

Vergadering wilden indaan ? dat deeze-,<br />

in gevalle zij dqor gevaar gedreigd wierd, met den


IN FRANKRIJK. »j<br />

Koning affpraak moest neemen, om haare zittingen<br />

naar eene ftad in eene afgelegene Provincie<br />

overtebrengen; en eindelijk, dat de Marquis<br />

van ST. HURUGUE en zijne geweldige medepligtigeu<br />

opgezocht en aan de rechtbanken als verftoorders<br />

der openlijke rust, en als fchuldig aan<br />

majcsteitfchennis tegen de Natie moesten overgeleverd<br />

worden.<br />

Veele leden der Vergadering waren met hem<br />

van hetzelfde gevoelen, doch anderen oordeelden,<br />

dat bedreigingen van dien aart niet verdienden in<br />

aanmerking te komen , en dat de Vertegenwoordigers<br />

der Natie, al ware het gevaar wezenlijk<br />

voorhanden , hetzelve trotfeeren en van hunne<br />

ftandplaats niet wijken moesten.<br />

M o ti N i E R ftond op, en gaf voor de eerfte maal<br />

ronduit te kennen, het geen veelen van het Paleis<br />

Royal ondcrftelden te weeten: dat 'er lieden<br />

waren, die, zelfs wel uit de Nationaale Vergadering,<br />

de kringen van het Paleis Royal, en door<br />

deeze het volk van Parijs aan hun fnoer hadden ,<br />

en hetzelve, naar maate zij zulks noodig oordeelden<br />

, fchrik aanjoegen of tot daadlijkhede-n ophitften:<br />

hij ftelde voor, dat men eenen prijs<br />

van vijfmaal honderd duizend livres uMooven<br />

moest aan den geenen, die deeze zam?.nzwcering<br />

en complotten aanbrengen , ten toon fte!len<br />

en bewijzen zoude, en dat men hem, indien<br />

»4


2 4<br />

STAATSOMWENTELING<br />

hij medcpligtig ware, van vergiffenis verzekeren<br />

moest: hij kenfchetfte den geenen, die men zeide<br />

, dat deeze complotten beduurde , duidelijk;<br />

genoeg, terwijl hij fprak van lieden, „ die bun<br />

„ geluk op de puinhoopen der algemeene wel*<br />

„ vaart trachtten te vestigen " en die ter bcreikinge<br />

van dit oogmerk wanorde wenfchten aantcr<br />

rechten en voeden moesten.<br />

Men ftond op het runt, om nadrukkelijke<br />

maatregelen te beraamen , toen de volkspartijmet<br />

haare voorige gronden, dat en waarom men<br />

het volk niet verbitteren en de Nationaale Vergadering<br />

niet aan gevaar bloot Hellen moest, opkwam<br />

, het grootlle gedeelte der Vergadering<br />

daardoor deed fchrikken, den oproer in het Pa :<br />

leis Royal als van geen belang, en het bericht<br />

daarvan als overdreeven ten toon fpreidde , terwijl<br />

men tevens de v:aag opperde: „ of het met<br />

, de waardigheid der Nationaale Vergadering<br />

" ftrookte, daarover te raadpleegen ?" de meerderheid<br />

bragt haare Hemmen daarop uit, om het<br />

niet tot een onderwerp der raadpleegingen te<br />

maaken , en zo werd het geheele geval ter zijde<br />

gefield.<br />

Ondertusfehen was het wezenlijk wel van d?{<br />

belang , dat de Nationaale Vergadering zig , uk<br />

hoofde van de daaruit,voordkomende gevolgen,<br />

nadrukkelijk en .eenpaarig daarover had behooren


IN FRANKRIJK. 0$<br />

•uittelaatcn , of ten minften den bevelhebber der<br />

gewapende burger® en het Hoofd der burgerij<br />

had mogen bekleeden met eene magt te,cn fooitgclijke<br />

voorvallen, welke haar tegen de bcfehuldiging,<br />

waarmede men haar van nu af begon te<br />

vervolgen, had kunnen beveiligen: de [clnkkiugen<br />

naamlijk , die beide deeze mannen maakten<br />

om de rust te herltellen, fcheenen het volk toe,<br />

willekeurig te weezen, omdat zij geene behoorclijke<br />

bevelen daartoe ontvangen hadden: de patrouillen<br />

ter afwecringe van oproeren en gistingen<br />

in het Paleis Royal; de gevangennceming van den<br />

Marquis van ST. HURUGUE en de verordeningen<br />

van het Hotel-de-Ville, mede daartoe betrekkelijk,<br />

veroorzaakten een bijna algemeen gemor,<br />

en zelfs die burgers van Parijs , die over den<br />

laatften oproer misnoegd waren, meenden daarin<br />

eigendunkelijke befuoejingen te vinden van de<br />

vrijheid van fpreeken en zijn gevoelen over de algemeene<br />

welvaart des Rijks te zeggen : daarbij<br />

werkte een verbod, aangaande het yerkoopen van<br />

bittere blaauwboekjens, als mede de daadlijke gevangennceming<br />

van eenigc uitventers en openbaare<br />

voorleczers dcezcr boekjens, vrij fte-rk mede.,<br />

om dit gemor te voeden : het Veto , het welk<br />

men bij de nieuwe ftaatsgeftcltenis den Lvouing<br />

wilde tóeftaan , was , in den kwalijk begrepen<br />

zin, een voorwerp geworden, dat afkeer en<br />

fchrik bij het volk verwekte, ja het werd zoi!s<br />

afgekeurd door eene menigte uit de bétere cl.is-<br />

B 5


46 S T A A T S O M W E N T E L I N G<br />

fen (*), dewijl zij vreesden, dat de Koning daar»<br />

van een kwaade uitlegging en een verkeerd ge­<br />

bruik mogt maaken: de voorltanders van het­<br />

zelve waren en bleeven ook in hunne oogen vijan­<br />

den der vrijheid en zulks was de oorzaak , dat<br />

men het van tijd tot tijd meer noodzaakelijk oor­<br />

deelde, om den Koning, zijne'familie en de Na­<br />

tionaale Vergadering zelve naar Parijs ovcrte-<br />

brengen, ten einde des te beter een waaleend oog<br />

daarop te houden, en de plans en voorilagen der<br />

gevreesde Aristocraaten, in de Nationaale Verga­<br />

dering , terftond in derzelver beginfelen te kun­<br />

nen fmooren: zeker is het, dat deeze gisting en<br />

'de daarmede gepaarde omltandigheden eene voor­<br />

bereiding zijn geweest tot den oproer van den<br />

5 Oclober, en dat deeze oproer, alle daar­<br />

uit voordkomende omltandigheden daarbij ge­<br />

voegd , moest uitbarften , zonder dat het juist<br />

noodig was, denzelven met veel konst te berok­<br />

kenen; fchoon men dien, ééns uitgeborften zijn­<br />

de, wel ftuuren en heviger maaken konde.<br />

(*) In cenen brief aan de Vertegenwoordigers der<br />

flad , bij deeze gelegenheid gefchreven, van lieden<br />

die niet tot het gepeupel behoorden, Honden de vagende<br />

woorden - // n\ji pas un msmlre de la commune<br />

, qui ne regarde le Veto cojnme un facrilége ««.<br />

tional. Nous avons entend*, ce maiin ringt mille eiioyens<br />

crier point de Veto, point de Tyrcnsi Eehigte<br />

wijken der Had kwamen daartegen op met formede<br />

befluiten en waren voorzeker niet omgekochtf


IN FRANKRIJK. 2 7<br />

Doch voor deeze keer werd de rust weder hcrfteld<br />

, en de Nationaale Vergadering kon haare<br />

bezigheden ongcftoord voordzetten : tcrftond in<br />

de volgende zitting werden de raadplegingen over<br />

de koninglijke bekrachtiging weder hervat, en,<br />

geduurende de eerfte drie dagen , met zeer veel<br />

ernst behandeld ; echter kon men daarover tot<br />

geen vast bciluit komen: den vierden daa; Hapte<br />

men 'er wel niet geheel van af, maar verbond<br />

daarmede , zonder in dezelve afzonderlijk iet<br />

beflist te hebben, twee andere vraagen : Aan-<br />

„ gaande de voordduuring • der Nationaale Ver-<br />

„ gadering en haare verdeeling in twee kamers:"<br />

deeze vraagen openden een ruim veld tot hevige<br />

woordwisfelingen tusfehen de Koningsgezinde;! ,<br />

of Aristocraten, en de patriotfche of volks-parnj:<br />

de laatstgenoemde wilde maar ééne kamer hebben<br />

en had daarvoor de gewigtigfte gronden<br />

terwijl de eerstgemelde op eene verdceling in twee<br />

kamers aandrong , en ook haare goede rfid*Rsn<br />

daarvoor meende te hebben : in de zitting van<br />

den 9 September rcezen de debatten tot den<br />

hoogften graad van woestheid, ja zell's van<br />

lompheid: „ Indien het uitgemaakt en befloten<br />

„ is, " zeide de Graaf van MIRABEAU, „ dat<br />

„ de Nationaale Vergadering altoos zal ftandèött-<br />

„ den, dan is het ook reeds voldongen, dat zij<br />

„ niet in twee kamers moet verdeeld worden :<br />

„ bij gevolg kan zulks in 't geheel geen onder-<br />

,, werp van raadpleegingen zijn:" zijne partij


28 STAATSOMWENTELING<br />

gaf daarover haare goedkeuring door handgeklap<br />

en fchreeuwen te kennen; doch juist deeze-goedkeuring<br />

was een nieuwe fpoorflag voor de overigen<br />

, om daartegen optekomen: DUPORT en<br />

CIERJIONT-TONNERRE beweerden, dat deeze<br />

uitlegging verkeerd was en op drogredenen<br />

fteunde, en dat men over de verdeeling der Nationaale<br />

Vergadering nog niets bcflist had: eene<br />

Nationaale Vergadering konde, meenden zij, één<br />

zijn, wanneer zij befluiten nam, maar verdeeld,<br />

wanneer zij onderzocht en raadpleegde : MIRA-<br />

BEAU antwoordde: ,, hij had altoos ontzien,<br />

„ om zig tegen de reden, maar nimmer tegen a>'zonderlijke<br />

menfchen te verzetten : wanneer nu<br />

de vraag was , om de Vergadering in afzo'fi-<br />

„ derlijke deelcn of comptoirs te fplitzen , dan<br />

was dit een onderwerp voor de politie der<br />

Vergadering en geen vraag, die ccnigc betrek-<br />

„ king tot de ccnftitutie had," — zijne aanhangers<br />

keurden zulks insgelijks met een geweldig<br />

geraas goed,en ovcffchreeuwden de andere partij,<br />

die uit dien hoofde met een hernieuwde drift<br />

daartegen aandruischte: onder anderen fprak de<br />

Graaf van VIRIEU van Demagoogen en van beroeringen<br />

des volks: dit bragt de volkspartij fli<br />

eene waare woede en zij riep den Prefident,<br />

zelfs niet met de behoorelijke uitdrukkingen, toe,<br />

den voorigen redenaar den fpreekftoel te doen<br />

ruimen : hij poogde altoos nog zijn woord te<br />

doen gelden , en werd door LALEY-TOLEXDAL


IN FR.ANKRIJK. a9<br />

met veel nadruks onderfteund; doch men overfchreeuwde<br />

deezen ook, en toen hij evenwel den<br />

fpreekftoel nog niet verliet , keerde de geheele<br />

woede der volkspartij tegen den Prefident , welken<br />

men met verwijtingen overlaadde en zo toornig<br />

maakte , dat hij van zijn Prefidentfchap afftand<br />

deed en de Vergadering zonder hoofd liet:<br />

volgends de wet moest.de voorige Prefident in<br />

zijne plaats treeden, en dit was CLERMONT-<br />

T o N N E R R E : deeze nam. het aan, en oordeelde ,<br />

dat hij de Vergadering voor deezen dag moest<br />

doen fcheiden : de volkspartij was 'er tegen;<br />

doch hij zeide met zijne bekende ftandvastigheid:<br />

„ Indien gij niet wilt, dat de Vergadering fchei-<br />

„ de, dan ziet gij in ééne zitting twee Prefiden-<br />

„ ten bedanken:" dit woord drong door, en de<br />

Vergadering ging uit elkander.<br />

Deeze zitting had de twee partijen meer da»<br />

te vooren tegen elkander verbitterd , en het natuurlijk<br />

gevolg daarvan was, dat 'er binnen de<br />

eerfte veertien dagen in de Nationaale Vergadering<br />

niets bepaald , niets befloten noch ook ondernomen<br />

en uitgevoerd werd : ondertusfehen<br />

drong evenwel de partij door, die flechts ééne<br />

kamer in de Nationaale Vergadering begeerde;<br />

maar omtrent de koninglijke bekrachtiging had<br />

men tot nu toe tot geen befluit kunnen komen,<br />

omdat de eigenlijke betekenis van dit woord nog<br />

niet klaar genoeg ontvouwd was.


Sö STAATSOMWENTELING<br />

In deeze dagen leverde N E C KE R een vertoog<br />

in bij de Vergadering, waarin hij 's Konings, of<br />

-beter gezegd , zijn gevoelen over de koninglijke<br />

bekrachtiging en daaruit, onftaane debatten , zeer<br />

fijn, infchikkelijk en befcheiden voorltclde , en<br />

waardoor hij de verdeelde gemoederen meende te<br />

kunnen verëenigen; doch dit vertoog gaf op<br />

nieuw aanleiding tot tweefpalt : de patriottenwaren<br />

'er tegen, dat het gelezen zou worden ,<br />

alzo ;<br />

zij beducht waren , dat -den Koning daardoor<br />

eenigen invloed op de Vergadering zou toegedaan<br />

worden; de meeste Koningsgezinden wilden<br />

het gelezen hebben en drongen zeer hevig<br />

daarop aan; doch de eérlten behielden weder de<br />

overhand en NECKER. moest de nieuwe vernedering<br />

ondergaan , dat men zijne voorilagen van<br />

de hand wees : ook- dit had hij den Graaf van<br />

MiRAuEAu te danken , en wanneer LALLY-<br />

TOLÉNDAL en MOUNIER ook in dit geval tegen<br />

hem gefproken hadden , deeden zij zulks<br />

echter op eenen toon, die geen nijd noch perfóoneele<br />

bedoelingen te kennen gaf, maar wel<br />

bleek daaruit, dat beide deeze mannen de hernieuwing<br />

van den Staat ernftig behartigden: deeze<br />

ftöp had de wantrouwigen volkomen kunnen overtuigen<br />

, dat men de genoemde mannen ten onrechte<br />

verdacht hield; want waren hunne grondbeginfelcn<br />

indedaad aristocraatsch geweest, (gelijk<br />

men het noemde), zij zouden met hunne


IN FRANKRIJK, 31<br />

gehecle welfpreekendhcid op de voorleezing van<br />

dit ministerieel oordeel aangedrongen hebben.<br />

In deezen toeftand bleef de Vergadering tot<br />

het laatlte van September ; drift werd met<br />

drift beantwoord , en zeer weinige zaaken werden<br />

volkomen in het daglicht gclteld en beflist :<br />

de zittingen zouden aan nog meerder beroeringen<br />

onderhevig geweest zijn , zo zij niet fomwijlen<br />

tusfehen beiden geltoord waren door verfchijnfelen,<br />

die de gemoederen-voor een poos vereenigden<br />

en van dé uitberftingen der eigenliefde eii<br />

der partijfchap, tot de behartiging van de algemeene<br />

welvaart terug bragten. •<br />

Eenigc uitdrukkingen van NECKER in het<br />

Vertoog aangaande de geldleening van tagtig millioenen<br />

, hadden naamlijk de liefde voor het Vaderland<br />

in alle Standen' tot een waar enthufiasmus<br />

verheven ; hij had onder anderen , na den<br />

hachelijken toeltand van den Staat gefchetst te<br />

hebben, daarin gezegd: ,, Alleenlijk verzoek ik,<br />

„ dat men daarom nog niet alle hoop opgeeve!<br />

„ een groote Natie kan alle hinderpaalen te bo-<br />

„ ven komen , zo lang zij met haaren Koning-, •<br />

„ de handen in één Haat, om rechtvaardigheid,,<br />

,, rust en geluk te handhaven : van het oogen-<br />

„ blik af, dat gij u met die kloekmoedigheid en"<br />

met dien nadruk, die alles bemoedigen, omtrent<br />

den ftaat der geldmiddelen zult bezig houden.


gt STAATSOMWENTELING<br />

i. zullen denkbeelden en voorflagen van allerleien<br />

„ aart bij u zamenloopen: ceh algemeene naijver<br />

„ zal ontvlammen, en juist deeze patriotfche na-<br />

„ ijver zal misleiden de eerfte blijk van hét her-<br />

5 leevend credit weezen , dan zullen alle braave<br />

-,• Staatsburgers , (en deeze zijn menigvuldig in<br />

\ 't getal,) door eeuen evengelijken ijver bezield,<br />

., u de hand bieden en van alle kanten zal de<br />

nieuwe'hoop herboren worden (*)."<br />

Vooral fcheen de vrouwlijke fexe zig voor de<br />

werkeloosheid, waarin men haar bij de verovering<br />

der bastiile , bij het regelen der nationaale<br />

militie en bij de raadpleegingen over de nieuwe<br />

getïcldheid van het land, gehouden had, op eene<br />

fchittcrende en eerbiedwekkende wijze te willen<br />

- • ' • • : in. ' wree-<br />

(*) Je demarJe donc en grdce, qu"on Hl défespire<br />

tffore de tien. Unc grande r.ation peut dominer imtet<br />

les dificultês, ioutes les fois qu\-lle efl unie avec fon<br />

Rot, pour defetidre la juftice, la tranquillité £? te<br />

bonheur. Combkn didéés de tout genre ne vous fervr.t<br />

pas apportèes du moment, quon vous verra occufês<br />

des f.nances, avec cette energie , qui donne du cou ><br />

tage a tout. Ie monde! On verra naitre l emulation<br />

générale , & cette emulation patriotique deviendra<br />

petit-ètre le premier fignal de la renaijfance du ere-<br />

/ilori, Metficurs I tous les bons ciloyens, S?<br />

-il en cft beaucoup, mimi du mime zéle, viendront<br />

yous fuonder, & iefperance renaiira de toutes parts,<br />

Rapp. au 27111e Aout.


IN FRANKRIJK. 3 3<br />

wreeken, en. toonen dat zij ook wel dingen kon<br />

opofferen, die haar, naar het algemeene vooroordeel<br />

, nader aan het hart zouden liggen, dan Vaderland,<br />

1'chatkist en financiën: het begin werd<br />

gemaakt door tien of" twaalf" vrouwen en dochters<br />

van kunstenaarert (*), die zig vereenigden, om<br />

haare verderfden en kostbaarheden op het altaar<br />

des Vaderlands ten dienste van hetzelve te offeren<br />

; zij reeden naar Ferfailks en lieten zig bij<br />

de Nationaale Vergadering aandienen.-<br />

Deeze was juist bezig met zeer hevige debatten<br />

over de bovengenoemde onderwerpen, toen de<br />

Prefident de komst en den wensch der Patriotfehe<br />

vrouwen aankondigde: eensklaps was alles ftil, en<br />

ieder zonk weg in befpiegelingen, welke de af beeldzeis<br />

der edele Romeinfche vrouwen deeden geboren<br />

worden, die in tijden van nood het Vaderland onderfteunden,<br />

met dat geene, wat haar het lieflté in<br />

de wereld was: zij traden binnen, alle in 't wit<br />

en zeer bevallig gekleed, met de bedeesdheid,<br />

die een groote vergadering gemeenlijk bij de tedere<br />

fexe voordbrengt: allen waren in de bloei van haare<br />

jeugd en veele zelfs fchoon: BOUCIIE, een<br />

lid der Nationaale Vergadering, deed voor haar<br />

het woord , 't wélk zij zelven te befchroomd wa-<br />

(*) Men begrijpt in Parijs daaronder de Beeldhouwers,<br />

Plaatfnijders, Goudfmeden, Horologierhaakers,<br />

Fijnfchilders, cn foortgelijke kunstenaars.<br />

II. DEEL. C


p- STAATSOMWENTELING<br />

ren te doen, en deeze befeheidenheid maakte haare<br />

deugd nog bekoorelijker en belangrijker: onder<br />

anderen zeiden zij, door hem, als haaren fprceker:<br />

Wij bieden de Nationaale Vergadering onze<br />

„ verfierfelcn aan, die wij ons fchaamen zouden<br />

,, te draagen, zo rasch de vaderlandsliefde der-<br />

„ zeiver opoffering eischt: welke Franfche burgeresfe<br />

zal niet het zoet genot, om dat geene,<br />

„ wat haar het liefde is , aan den dienst des Va-<br />

„ derlands bedeed te hebben, liever verkiezen,<br />

„ dan het laffe genoegen van het langer, ten<br />

„ gevalle van haare ijdelheid , te behouden ?<br />

„ waarlijk, onze gaavc is van weinig belang,<br />

„ doch de kunstenaars beminnen den roem boven<br />

„ den rijkdom; zij is overcenkomdig met ons<br />

„ vermogen, maar zeer verre beneden onze ge-<br />

„ voelens en wenfehen."<br />

De geheele Vergadering antwoordde haar door<br />

een enthufiastisch gefchrceuw van toejuiching, ende<br />

Prefident (de Bisfchop van LANGRES,)<br />

voegde de gevoelens van alle de leden der Vergadering<br />

zamen, in de volgende woorden:<br />

• De Nationaale Vergadering neemt met een<br />

-„ uitdeekend genoegen het edelmoedige offer aan,<br />

3, dat gij, gedrongen door uw patriotismus, het<br />

± Vaderland aanbiedt: het bekoorelijke voor-<br />

,', beeld, 't welk gij geeft, moet het hcldenge-<br />

3, voel, waaruit het geboren wordt, voordplan-


IN FRANKRIJK. 35<br />

•„ ten en even zo veele naarvolgcrs als bewondei,<br />

raars vinden: uwe deugd moet u voortreffelijk<br />

,, ker vcriieren, dan de kostbaarheden, welken 1<br />

,, gij aan het Vaderland opoffert."<br />

Een hernieuwd gefchreeuw van toejuiching<br />

toonde den Prefident, dat hij uit het hart der<br />

Vergadering gefproken had: men wees de nieuwe'<br />

Romeinfche vrouwen plaatfen aan, en verzocht<br />

dezelven , zo lang als de Zitting duurde, in de<br />

Vergadering te blijven en derzelver raaufhgen te<br />

hooren: deeze waren van dit oogenblik af, niet zo<br />

luidruchtig, dat de zachte geaartheid en de vaderlandlievende<br />

bedoelingen der fchoone aanfehou-<br />

Weresfen , de Vertegenwoordigers der Natie hadden<br />

kunnen befchaamd maaken.<br />

Dit kloekmoedig voorbeeld der vrouwen van<br />

minderen rang, maakte wel rasch indruk op die van<br />

hooger aanzien: bij eenen avondmaaltijd, alwaar<br />

verfcheidene vrouwen van aanzien bijeen zaten,<br />

werd beflooten , de Natie insgelijks een offer<br />

aan verfierfelert en kostbaarheden te brengen: de<br />

Dame, die den avondmaaltijd gaf, had deezen<br />

voorflag eerst gedaan, en zij werd tot Voorzitfter<br />

en Verzamelaarfter der kostbaarheden verkozen,<br />

welken men opofferen wilde: de overige Dames<br />

zonden den volgenden morgen, getrouwlijk, haare<br />

meest geliefkoosde verfierfelen aan deeze<br />

Voorzitfter, en dezelven werden in een kistje»<br />

C 2


gtf STAATSOMWENTELING<br />

bewaard; doch de voorzittende Dame had tijd gehad,<br />

om haare kostbaarheden nog eens te bezien<br />

vóór zij dezelven daarbij voegde, en deeze bezichtiging<br />

had haai' opgeleid tot bespiegelingen,<br />

die haare vaderlandsliefde zeer deeden verflaauwen:<br />

zij befloot bij zigzelve, haare kostbaarheden<br />

aan de opwellingen haarer edelmoedigheid te<br />

onttrekken, e-n niet bij de overigen te voegen:<br />

het kistjen werd verzegeld en aan de Nationaale<br />

Vergadering gezonden : den volgenden dag werd<br />

een lijst van de afzonderlijke ftukken terug gegeven,<br />

maar de Dames ontdekten, toen zij dezelve<br />

doorzagen,. dat wél haare yerfierfelen, doch niet<br />

die van haare vriendin, daarin opgetekend waren:<br />

zij werden over dit bedrog ten uitenten verbitterd<br />

en bcfloten zig op eene bijzondere wijze aan deeze<br />

bedriegfter te wrecken : den anderen morgen<br />

vervoegden zij zig allen naar haar Hotél, de ééne<br />

met een geladen pistool, en de overigen met garden<br />

gewapend: de fchuldige Dame was- nog niet<br />

opgeftaan: eensklaps zag zij haare vriendinnen<br />

aan haar bed; de ééne dreigde haar het hoofd te<br />

zullen verpletteren, indien zij het minde geluid<br />

geeven en om hulp roepen zoude, en de overigen<br />

haalden haare garden voor den dag: bcnaauwdbeid<br />

en fchrik noodzaakten de arme vrouw, eene<br />

fcraffe te ondergaan ,. die men zegt, dat van bloedige<br />

gevolgen is geweest, terwijl zij geen woord<br />

zeide, dan alleen, dat zij gaarne alle haare kostbaarheden<br />

wilde opofferen: men nam ze aan,. ea


IN FRANKRIJK. 37<br />

zond ze nog den zelfden dag, in een pakjen , aan<br />

de Nationaale Vergadering.<br />

Dit geval, dat welhaast door geheel Parijs vcrfpreid<br />

werd, voedde aan den ecuen kant's volks<br />

wantrouwen tegen de hoogere (landen, die zelfs<br />

bij hunne edelmoedigheid gierig waren, en vermeerderde<br />

aan den anderen kant den ijver, om in<br />

edelmoedigheid boven hen uittemunten: eenige<br />

honderden van arme daglooncrs, die in de fabriek<br />

van den koopman REVEILLON werkten, bragten<br />

een patriotsch gefchenk bijéén, en het kwam<br />

Hechts éénen dag laater bij de Nationaale Vergadering,<br />

dan een ander, 't welk eenige patriotfche<br />

landlieden, naar hun gering vermogen, in haaren<br />

fchoot hadden nedergelegd: de weldaadige verrukking<br />

was algemeen, en fchier dagelijks werden<br />

'er nieuwe offeranden van dien aart, met en zonder<br />

naamtekening aan het Vaderland gebragt, die<br />

fomtijds vcele duizenden beliepen.<br />

Zo als het volk een wantrouwen (telde in de<br />

opofferingen, die de hoogere (landen in geld en<br />

kostbaarheden aan den Staat deeden, wantrouwde<br />

ook. de volkspartij der Nationaale Vergadering die<br />

van haare medeleden, welke op den 4den Augustus<br />

van alle hunne rechten affland hadden gedaan,<br />

maar na dien tijd begonnen te onderzoeken, of<br />

zij ook affland daarvan hadden kunnen doen? deeze<br />

wijze van hun woord in den hals te haaien,<br />

C 3


38 S T A A T S O M W E N T E L I N G<br />

haè het volk in de bovengemelde gedachten zeergeftijfd,<br />

dat zij in dien tijd niets uit het grondbeginfel<br />

van edelmoedigheid en menschlicvendhcid,<br />

maar van angst en noodzaakeiijkheid hadden gedaan<br />

; en de daarop volgende verhandelingen<br />

der Nationaale Vergadering, die bedoelden, den<br />

Koning bij de nieuwe Staatsgcftjldheid voorrechten<br />

te bewilligen, welke met de meeste denkbeelden<br />

van vrijheid niet ftrooktcn, had het volk volkomen<br />

in het denkbeeld gebragt, dat de Geest-<br />

Ujkheid en een groet gedeelte van den Adel arglistig<br />

te werk ging, en dat men tegen de kabaaien<br />

va:i beide deeze Handen, altoos op zijne hoede<br />

moest weezen: dezelfde gedachten koesterde de<br />

volkspartij en een van haare magtigfte fteunpijlaaren.<br />

BARNAYE deed nu (*) een voorftel, bedoelende<br />

een dubbel oogmerk, te weeten: „ dat<br />

„ men de uitvoering der befluitèn van den 4den<br />

s, Augustus moest vastftellen, zowel door de<br />

„ Koninglijke bekrachtiging, als ook door de be-<br />

„ paaling, dat de Koning deeze bekrachtiging<br />

?, niet weigeren koude "<br />

Dit voorftel maakte opgang, doch werd, gelijk<br />

men wel denken kan, door de andere partij geweldig<br />

beftreeden: de Abbeés MONTESQUIOU<br />

en MAURY kantten zig tegen MIRABEAU aan,<br />

en de meerderheid der. ftemmeu viel tegen hem en<br />

(*) In de zitting van den 14den September.


IN FRANKRIJK.<br />

zijne aanhangers; evenwel deed hij met de zijnen<br />

dit voorftel doorgaan, en 'er werd befloten,<br />

dat de Prefident zig met de befluitcn van den Aden<br />

Augustus bij den Koning vervoegen, en derzelver<br />

bekrachtiging van hem begeeren zoude: hij kon<br />

ze hem eerst den tweeden dag ter hand ftellen, en<br />

hem werd geantwoord, dat de Koning zig oogenbliklijk<br />

met de begeerte der Nationaale Vergadering<br />

zou bezig houden.<br />

Zulks gefchiedde ook, en den tweeden dag daarna<br />

werd 's Konings antwoord bij den Prefident<br />

ingeleverd: hij keurde, over 't geheel genomen,<br />

den inhoud der befluitcn van den Aden Augustus<br />

goed, befchouwde de afzonderlijke ftukken als<br />

de ftoffe tot ondergefehikte wetten (*), die de<br />

Nationaale Vergadering zoude vastftellen; zag<br />

alle deeze ftukken door; verklaarde, dat hij verfeheidene<br />

van dezelven bekrachtigde., en drukte<br />

zig over anderen voorwaardelijk uit, dewijl het<br />

hem toefcheen , dat de wciteu, die daarmede zouden<br />

gepaard gaan, onder de tegenwoordige omltandigheden<br />

uitgeoefend wordende, niet ftrookten<br />

met zijne liefde tot rechtvaardigheid.<br />

Dit antwoord, een modél van befcheidenheid,<br />

billijkheid en kunde, had de Vergadering algemeen<br />

moeten voldoen, zo niet partijfchap en wantrou»<br />

(*) Loix de detail.<br />

C 4


4o STAATSOMWENTELING<br />

wen van alle kanten tegen en vóór hetzelve waren<br />

opgekomen: de volkspartij, gelijk men ligtlijk<br />

begrijpen kan, was daardoor beledigd; zij geloofde<br />

en beweerde , dat de geheele Vergadering zig daardoor<br />

beledigd moest vinden: de Koning, meende<br />

LE CIIAPELIER, mogt op deeze wijze op de<br />

bekrachtiging, waarom men hem had aangezocht,<br />

niet antwoorden, en begeerde , dat men hem deeze<br />

befluiten andermaal onder het oog brengen en<br />

verzoeken moest, dat hij ze, zo als zij waren,<br />

„ zonder aanmerking en zonder voorwaarde (*)"<br />

mogt bekrachtigen: zijne partij was volkomen met<br />

hem ééns, en drong, fchoon de overigen de meerderheid<br />

van Hemmen hadden, door, dat de Prefident<br />

zig andermaal bij den Koning vervoegen, en<br />

op de bekendmaaking van deeze befluiten aandringen<br />

zoude, met de verklaaring, dat men de aanmerkingen,<br />

welken hij daarop gemaakt had, met<br />

eerbied aanneemen en 'er gebruik van maaken zoude,<br />

wanneer men tot het opflellen der ondergefchikte<br />

wetten overging: de Koning bewilligde<br />

zulks in eenen brief, die des anderen daags bij de<br />

Vergadering werd ontvangen, doch met de volgende<br />

woorden, waarvan de eerfle helft voor de<br />

Patriotten insgelijks aanflootelijk was. „ Eigen-<br />

„ lijk," zegt de Koning onder anderen daarin,<br />

„ kunnen alleen die wetten bekend gemaakt wor-<br />

„ den, die in zodanige firenge vorm opgefteld en<br />

(*) Parement £? fimplement.


IN FR ANK RIJK. 41<br />

?, krachtig gemaakt zijn, welke derzelver üitoe-<br />

?, fcning onmiddelijk ten gevolge hebben moet;<br />

„ doch vermits ik verklaard heb, dat ik de beflui-<br />

,, ten, over 't geheel befchouwd, en vecle af-<br />

„ zonderlijke (lukken regelrecht ondertekend, en<br />

„ dat ik aan de gevoelens van edelmoedigheid en<br />

billijkheid, waaruit dezelven voordgefproten<br />

„ zijn, gaarne recht doe , zal ik bevelen geeveri,<br />

„ dat dezelven door mijn geheele Rijk bekend ge-<br />

„ maakt woorden" — deeze leiding van woorden<br />

was, naar het oordeel der volkspartij, nog niet bepaald<br />

genoeg; ten deele vreesde zij, dat'er arglistigheid<br />

onder fchuilde, ten deele meende zij<br />

dezelve reeds daarin te vinden, en het volk, ja<br />

zelfs vecle van de bcfchaafder rangen in Parijs,<br />

waren van dén gevoelen en verkeerden in hetzelfde<br />

benaauwde wantrouwen.<br />

Den volgenden dag vermeerderde dit wantrouwen<br />

door het bericht, 't welk de MunicipaHteit<br />

van Verfailles aan de Nationaale Vergadering gaf:<br />

dat zij duizend man geregelde troupen had ontboden<br />

, om de gewapende burgerij deezer ftad haaien<br />

dienst eenigszins gcmaklijker te maaken:<br />

zulks verwekte bij de volkspartij groote onrust,<br />

en de Graaf van MIRABEAU verklaarde, dat de<br />

Municipaliteit van Verfailles, zo zij noodig geoordeeld<br />

had, om deezen (lap aan de Nationaale<br />

Vergadering te moeten bekend maaken, ook tevens<br />

de .drangredenen duidelijker had moeten too-<br />

C 5


42 STAATSOMWENTELING<br />

Ben, die haar daartoe hadden kunnen beweegen;<br />

doch werd de beroering, waarin de eene partij<br />

der Vergadering door deezen wenk .geraakte, door<br />

de. andere partij onder een geweldig gefchreeuw<br />

wederom onderdrukt, en men verklaarde, dat.<br />

zulks geen onderwerp der raadpleegingen kon<br />

weezen.<br />

In Parijs reezen door deeze omftandigheid de<br />

voorige gistingen ten top , en men begon te ondertreden,<br />

dat het ontboden Regiment het gevaarlijke<br />

oogmerk had, om de verdeeldheid over<br />

de Koninglijke bekrachtiging en andere ontwerpen<br />

der altoos nog zeer gevreesde Ariftocraaten, welke<br />

men zig verbeeldde, dat daarmede gepaard gin,<br />

gen, met geweld, en ten koste der vrijheid, byteleggen:<br />

de gewapende burgerij, te Parijs, vond<br />

het veel gepaster, dat haare medeburgers te Ferfailks<br />

liever van haar, dan van de Armeé hulp<br />

moesten verzocht hebben, en zij kon haar uiterst<br />

misnoegen daarover niet ontveinzen, dat de Koning<br />

geen vertrouwen in haar fcheen te willen<br />

Hellen: het volk geraakte tevens in de Iterk-<br />

Ite gisting, en was reeds in deeze dagen zeer<br />

genegen, om eenen hevigen oproer te beginnen,<br />

toen het vall'che gerucht in Parijs werd uitge-<br />

Urooid, dat het leven van MIRABEAU, en van<br />

anderen zijner vrienden, gevaar liep, en dat 'er<br />

listige aanflagen gefmeed werden, die welhaast<br />

geweldig uitberiten, en dat geene, wat tot nu toe


IN FRANKRIJK. 43<br />

yoor de vrijheid gedaan was, het onderfrc boven<br />

keeren zouden: dit verdichtfel, 't welk door da<br />

laatfte verhandelingen der Nationaale Vergadering<br />

waaifchijuelijk werd, verkreeg nog meerder ge?<br />

wigt, daardoor dat'er wederom gebrek aan meel en<br />

brood begon te komen, en dat zekere heethoofden<br />

wederom de oorzaak van dit gebrek aan de Ariltocraaten<br />

toefchreeven; men zag beweegingen in<br />

Parijs, die zig als nog Hechts ten deele bij enkele<br />

perfoonen, ten deele ook bij den dén' of anderen<br />

hoop in het Paleis Royal bepaalden , die echter<br />

eencn geweldigen ftorm voor de volgende dagen<br />

voorfpelden,<br />

Ondertusfchen fcheen deeze benaauwdheid weder<br />

te zullen verdwijnen, of veelmeer, andere<br />

daar tusfehen komende zeer gewigtige omltandigheden<br />

dceden dezelve voor eenigen tijd vergeetcn,<br />

zonder evenwel haar te fmooren: NECKER waa<br />

pp nieuws in de Nationaale Vergadering verfchcenen<br />

(*), en had eindelijk het groet gevaar, waarin<br />

de geldmiddelen en met deeze de Staat zig bevonden,<br />

zonder de minde achterhoudendheid en<br />

met levendige kleuren afgefchetst: van de onlangs<br />

geopende geldleening van tag:ig ïniiiiocncn,<br />

waren nog riet meer, dan elf of t aalf ingekomen,<br />

en evenwel had de Staat, vóór het eindigen<br />

van het jaar, meerder dan tagtig noodig ! dc<br />

(*) Den-2411e September.


44<br />

STAATSOMWENTELING<br />

Minister der financiën floeg thans niet één, maar<br />

een geheel aaneengefchakelde rij van hulpmiddelen<br />

voor, om het Staatsgebouw van alle kanten te<br />

ftutten, en zo lang te behouden, tot dat de Vertegenwoordigers<br />

der Natie eenen nieuwen grond<br />

gelegd hadden, en zij geen gevaar liepen van bij<br />

het opbouwen onder de puinhoopen begraven te<br />

worden: zijne voorflagen liepen in de drie volgende<br />

hoofdrukken zaaien: ,, Men moet eene<br />

,, vaste bepaaling maaken van den ontvangst en de<br />

„ gewoonc iutgaaven; men moet de vereischte<br />

„ hulpmiddelen uitvinden, om de buitengewoone<br />

„ behoeften van het loopende jaar te kunnen gocd-<br />

„ maaken, en vooraf aan die voor het volgende<br />

jaar denken ; men moet alle poogingen aanwen-<br />

„ den, om zig in de angstvallige verlegenheid<br />

„ van dit jaar te helpen :" deeze drie Hukken<br />

ftonden, naar zijn oordcel, in het naauwfle verband<br />

, en niet dan bij het vooruitzicht op een aangaande<br />

vastbepaalde geregelde orde, zou men<br />

kunnen overgaan tot zodanige opofferingen, waardoor<br />

in de tegenwoordige en toekomende behoeften<br />

konde voorzien worden: uit den overdag,<br />

die een gevolg was van deeze grondbcginfelcn ,<br />

bleek klaar, dat het geen 'er te kort fchoot,beloopendc,bij<br />

de opening der Nationaale Vergadering;<br />

zes-en-vijftig millioenen, thans tot één-en-zestig<br />

gerezen was: om dit wederom te vergoeden,<br />

floeg hij]de volgende middelen voor: eene aanzienlijke<br />

bezuiniging in het Departement van oorlog,,


IN FRANKRIJK. 45<br />

In het huis van den Koning, de Koningin en de<br />

Prinfen,ïals mede in de bczolding der Ministers ;<br />

vrijwillige giften, beftaande in het vierde gedeelte<br />

van het vermogen en de inkomften van alle Staatsburgers;<br />

oproeping, om al het zilver in de munt<br />

te brengen als geleend aan het Vaderland, dat bctaalen<br />

zou, wanneer het zijne inkomften wederom<br />

geregeld had; oprichting van eene Nationaale<br />

bank, gevestigd op de thans in wezen zijnde Disconteer-kas;<br />

eene manier waardoor men, zonder<br />

de tegenwoordige inkomften der Geestlijkheid<br />

aantetasten , een gedeelte van de vernietigde<br />

Tienden ten behoeve des Vaderlands zou kunnen<br />

befteeden ; vermindering van uitgaaven in het<br />

Departement der buitenlandfehe zaaken ; als<br />

mede eene vermindering in de jaarwedden; vernietiging<br />

van de gift, twee en een halve millioen<br />

bedraagende, jaarlijksch aan de Geestlijkheid betaald;<br />

gelijk ook het intrekken van bij de anderhalve<br />

millioen aan lijfrenten, en eindelijk eene<br />

verecniging van de belasting op de bezittingen met<br />

den twintigftcn penning, tot een enkele fchatting<br />

op de vaste goederen, waaraan allen van die goederen<br />

, die 'er tot hier toe vrij van waren geweest,<br />

zouden onderworpen zijn.<br />

De fchets van NECKER, betrekkelijk het gevaar<br />

van den Staat en de mie!delen , om hetzelve<br />

te boven te komen , was met eene deelneeming,<br />

welfpreekendheid, haniijkheid en kunde


46 STAATSOMWENTELING<br />

öpgefteldj'die óp de Nationaale Vergadering en met<br />

baar op de gchecle Natie, indruk en overal werkzaamheid<br />

maaken moesten : de cerlte keurde zijne<br />

voorllagen ook zonder de minile bepaaling", goed,<br />

én de laatlte fpancle, onder alle de opwellingen<br />

van verrukking, alle haare krachten in, om den<br />

zinkenden Staat te onderfteuncn: terwijl MIRA­<br />

BEAU zig in eene redevoering over den toeltand<br />

van den Staat en deszelfs dreigend bankrot met een<br />

vuur en met een deftigheid had uitgelaten, die<br />

het veritand en hart van ieder overwonnen,<br />

en tot moed en werkzaamheid ontvonkten, fnelden<br />

de inwooners van Parijs, bij geheele fchaaren,<br />

met hun zilverwerk naar de munt, en offer*<br />

den hetzelve met des te meerder bereidvaardigheid<br />

aan het Vaderland op, dewijl de Koning, de Koningin<br />

, 's Konings oudfte broeder, NECKER<br />

en eenige andere Ministers, hen reeds met hun<br />

voorbeeld hadden voorgelicht : 'er was geen<br />

Hand, geen rang, geen ouderdom en geen fexc,<br />

die niet zonder bedenking toegeftemd had, om<br />

liet vierde gedeelte van hun vermogen aan het Vaderland<br />

toetewijden.<br />

Bij deezen ijver voor' de behoudenis van het Vaderland,<br />

welke zig zo fpoedig en onbaatzuchtig<br />

openbaarde, moest de Natie, hoe meer zij van<br />

1 ar daad bewustheid had, ook met des te meerder<br />

naauwkeurigheid een waakend oog daarop houden,<br />

dat dezelve niet als nutloos of zonder


IN FRANKRIJK. 4?<br />

gewaardeerd te worden, befchouwd werd , maar dat<br />

eene algemeene deelnceming daarbij plaats hadde:<br />

nimmer had zij haare waardij fterker gevoeld, dan<br />

nu; • nimmer was het derhalven ook gevaarlijker<br />

geweest, om haar te beledigen, dan juist in dit<br />

tijdftip : zij handelde edelmoedig en oprecht, en<br />

het was natuurlijk, dat zij op dezelfde wijze begeerde<br />

behandeld te worden: dit was een van<br />

de meer verborgene redenen, waardoor zij bij de<br />

bedrijven, die nu dag op flag volgden , in zulk een<br />

algemeene en wilde gisting geraakte.<br />

Ondanks het waarfchouwend bericht van den<br />

Maire van Parijs, dat de inwooners der hoofdftad<br />

en het grootite gedeelte der afzonderlijke<br />

wijken , over het inroepen van het Regiment<br />

Vlaanderen misnoegd waren, en deszelfs verwijdering<br />

geëischt hadden, was het evenwel te Ferfailks<br />

aangekomen en aldaar ondergedoken: men<br />

had ronduit verklaard, waartoe het zoude gebruikt<br />

worden, naamlijk , om den Koning cn de Nationaale<br />

Vergadering te helpen verdedigen, tegen het volk<br />

van Parijs, het welk gedreigd had, te Ferfailles<br />

te zullen komen, en de Koninglijke Familie, mitsgaders<br />

de Nationaale Vergadering, naar de hoofdftad<br />

aftehaalcn: de gewapende burgerij te Ferfailïes<br />

was van gevoelen, dat zij uit haaren aart<br />

mede tot deeze verdediging verpligt was, en 's<br />

Konings Lijfgarde meende, vooral haar leven aan<br />

de vervulling van deeze belteminiiig te moeten


48 STAATSOMWENTELING<br />

waagen: dit gevoel vereenigde deeze drie ligchaamen<br />

ten naauwfre met elkander, en zij befloo-i<br />

ten, om door een deftig gastmaal, aan de Officiers<br />

1<br />

van het Regiment Vlaandëren gegeven, hunne<br />

eensgezindheid, gelijk mede den pligt zeiven,<br />

welken deeze beftemming hun oplegde, volkomen<br />

te verzegelen en te bevestigen.<br />

Dit gastmaal werd den eerften Oftober indedaad<br />

gegeven, en men verkoos daartoe de Opera-zaai<br />

in het Kasteel: het gezelfchap was talrijk en de<br />

tafels ruim voorzien van fpijzen en wijn: de<br />

natuurlijke blijgeestigheid van het franfche charakter<br />

openbaarde zig in haare geheele Iterkte, verwarmde<br />

de gemoederen, en was de voorbereiding<br />

tot eene verhitting, die welhaast, toen een orchest<br />

zijnen pligt begon te volbrengen, tot een verrukking,<br />

en daarna, toen de Koning zelf met de<br />

Koningin en den Dauphin verfcheen, tot eene foort<br />

van zinloosheid overfloeg, geduurende welker<br />

opwellingen men den tcgenwoordigen toeftand van<br />

zaaken geheel uit het oog verloor, en 't Aria uft<br />

RICHARD LEEUWENHART<br />

O Richard! 6 mon Roi!<br />

UUnivers fabandonne,<br />

Sur la terre il n'eft que mot &c.<br />

begon te zingen en te fpeelen: de muzijk van<br />

dat Aria is op zigzelve zeer aandoenlijk, en<br />

de


IN FRANKRIJK» 40<br />

'cfe tekst, opgedeund door meer dan honderd eil<br />

Vijftig menfchen, die allen in verrukking weggezonken<br />

waren, ging gepaard met eene plechtigheid ,<br />

die reeds uit haarcn aart den fterklten indruk zoude<br />

gemaakt hebben, al ware 't ook, dat de w oorden<br />

niet gefchecnen hadden op den tegcnwoordigcn<br />

toeltand des Konings gemaakt te zijn: 'ef<br />

was geen één van de zangers, die zig in deeze<br />

oogenblikken niet zou geiteld hebben in de plaats<br />

van den getrouwen TROUBADOUR, die, met<br />

levensgevaar, aan zijnen gevangen' Meer kennis<br />

gaf van zijne tegenwoordigheid, en beloofde zijn<br />

bloed voor zijn behoud opteofioren : zo doende<br />

verëenigde zig alles, om de Lijfgarde en de overigen<br />

te ontvlammen , en van de eene onbezonnenheid<br />

tot de andere te doen overllaan. Alzo devolks-cocarde<br />

niet gepast fcheen te weczen aan<br />

het gevoel, 't welk zij thans te kennen gaven,<br />

legden zij dezelve af', en hechtten in haare plaats<br />

de witte cocarde, als het algemeene kenteken van<br />

den Franfchen krijgsdienst, bijzonder voor den<br />

Koning gefchikt, aan de hoeden, en yerpligtten<br />

zig, onder eenen eed, om voor den Koning, in<br />

gevalle hij door het volk van Parijs eenig gevaar<br />

loopen zoude, tot den laatfren druppel bloeds toe<br />

in de bres te fpringen : als zij bij het uitbrengen<br />

van de gezondheden geen gewag maakten<br />

van de Nationaale Vergadering, dan gefchiedde<br />

zulks alleen daarom niet, dewijl het tegenhfijdig<br />

zoude geweest zijn met den waaien "art van hun-<br />

II. DEEL. D


5o STAATSOMWENTELING<br />

n en ijver, cn om dat bij de denkwijze, welke men<br />

onderftelde dat de Koning koesterde, omtrent<br />

deeze magt, die hetn alle magt ontnam deeze<br />

üver zeiven dubbelzinnig zou gefchecnen hebben ,<br />

zo zij haar onder zijnen oogen de eer beweezen<br />

baddcn,welke zij hem meenden te bewijzen: deeze<br />

nauwgezetheid,of deeze blijk van verachting,<br />

of deeze Onbezonnenheid - want drie partijen,<br />

met drieërleie grondbeginfelen, waren hier de recht<br />

e r s _ brak hun, vooral de lijfgarde, eenige<br />

dagen daarna bitter op.<br />

Het eerfte bericht van dit gastmaal werd naar<br />

ParUs overgebriefd door den Courier de Vcrfadles<br />

een gefchrift, 't welk van eenen ftijven aanhanger<br />

der volkspartij werd uitgegeven: de omltandigheden<br />

van dit geval waren, gelijk men ligtk<br />

begrijpen zal, naar de denkwijze en zorgi<br />

k c vooruitzichten deezer partij verhaald, uitgebreid<br />

en vergroot: hij gaf dat geene oP als een<br />

kabaal 't welk flechts ijver in den dienst was; al,<br />

Lblik bewerkt had; als vuilaartigheid t w Ik<br />

u t dan onbezonnenheid was; als verachting der<br />

S i e 't welk alken het janhagel raakte ; als veitód<br />

n* der Nationaale Vergadering en haarer<br />

^cleden,VwdHdits een kwahjk be-<br />

! pen nauwgezetheid was, en a s een zamen-<br />

IwSring tegen de vrijheid, het welk, zo men d<br />

o rde, en haare overige tafelgenoot», niet


IN FRANKRIJK, 5 I<br />

als zinlooze menfchen wilde bcfehoiiWen, alleenlijk<br />

bedemd was, om een breidel voor het<br />

dolzinnig gepeupel van Parijs te worden.<br />

Ongelukkig waren de inwooners van Parijs<br />

allen genegen, om te onderdeden, dat dit bericht<br />

naar alle deszelfs omltandigheden waarheid be»<br />

helsde, terwijl ten deele hun wantrouwen, ten<br />

deele hun misnoegen over de ruime gastffiaaleu te<br />

Ferfailles, in eenen tijd dat Parijs aan het nood*<br />

zaakelijkdc Voedfel, naamlijk aan brood, gebrek had,<br />

hun daarin dijfde: daarbij kwam nog, dat de<br />

openbaare nieuwspapieren, die de aridocratifche<br />

partij waren toegedaan, van dit gastmaal óf in 't<br />

geheel geen gewag maakten, óf hetzelve van zo<br />

weinig belang opgaven, ais de andere partij liet<br />

gewigtig oordeelde, en dat deeze eenige bijzonderheden<br />

voldrekt ontkenden, welken door geloofwaardige<br />

ooggetuigen evenwel gezien waren, en die zig<br />

aanboden dezelven met eenen eed te bekrachtigen :<br />

deeze ongelukkige geest van partijfchap, die aan<br />

beide kanten even verre van de waarheid afweek,<br />

bragt het volk wel in verwarring, en veroorzaakte,<br />

dat het nog eenige dagen befiuitlous bleef;<br />

doch eindelijk drongen wantrouwen , misnoegen,<br />

maar meer nog dan dit alles, broodgebrek door,<br />

en men zag welhaast daarvan de fchrikkeiijkfle<br />

uitwerkingen.<br />

Da


52 STAATSOMWENTELING<br />

Tot nu toe bleef 't echter alleen nog het gemee»<br />

ne volk, dat de meeste beweeging maakte: de<br />

fatsoenlijker inwooners van Parijs, waren bedaarder<br />

, eii de gewapende burgerij bleef nog bij<br />

haare oude grondbeginfelen en fuste gedeeltelijk het<br />

volk, gedeeltelijk dreef zij hetzelve ook uit elkander<br />

, waar het zamcnrottede: de gewezen franfche<br />

Garde, die de gewapende burgerij thans ingelijfd<br />

was, begon eerst te woelen, het welk veroorzaakt<br />

werd door eene oude jalouzij, die altoos het gevoelen<br />

van gelijkheid met de Lijfgarde bij hen had<br />

gevoed, en thans, nadat zij reeds voor lang van<br />

den perfoon des Konings verwijderd was geweest,<br />

evenwel nog, in 't geheim, haare denkwijze bepaalde<br />

en beduurde: daarbij kwam,dat zij ongaarne<br />

onder het bevel van lieden wilden liaan, die<br />

zij begreepen, dat geene foldaaten waren, en den<br />

krijgsdienst niet verdonden: dit misnoegen hadden<br />

zij gemeen met de leden der Nationaale krijgsbenden<br />

, die arm waren , en uit dien hoofde van<br />

officiersplaatfen veriteeken bleeven : het volk zelf,<br />

zag de geheele wetgevende-, en de krijgs-magt der<br />

ftad insgelijks, in de handen der Rijken; werd<br />

misnoegd over de eerde, omdat zij rust gebood,<br />

en evenwel niet genoeg voor brood zorgde, en<br />

over de laatde, omdat het van haar gedoord werd,<br />

wanneer het zig verbeeldde de welvaart des Vaderlands<br />

te behartigen: alle de geenen, die het graauw<br />

- den teugel niet ruim vierden, hield het voor Ari-


IN FRANKRIJK. 5 3<br />

ftocraaten, en langs deezen weg werden zijne bei­<br />

de afgoden, DE LA FAYETTE en EAILLY,<br />

in zijne oogen Ariftocraaten.<br />

Doch de fatzoenlijker klasfen der inwooncren<br />

van Parijs, begonnen nu ook te woelen: MoIJ-<br />

NIER was tot Prefident der Nationaale Vergadering<br />

verkoozen; zijne koningsgezinde grondbegiulëlen,<br />

welke echter niets anders ten doel hadden ,<br />

dan de volkswoede te doen bcdaaren, waren bij<br />

ieder verdacht van ariftocratie, en juist deeze keuze ,<br />

waardoor hij het prefidentfehap had verkregen,<br />

fcheen te bewijzen, dat zijne partij , of veelmeer de<br />

geenen die zig met geene zo zuivere patriotfehc bedoelingen<br />

bij hen gevoegd hadden, de bovendrijvende<br />

partij, in de Nationaale Vergadering geworden<br />

was: MIRABEAU, die altoos nog van allen als de<br />

befchermengel der vrijheid befchouwd werd, en<br />

het ook wezenlijk was, doch niet om de vrijheid,<br />

maar om zijne plans te begunltigen; MIRABEAU<br />

was federt ecnigen tijd, in de Nationaale Vergadering,<br />

dikwijls overltcmd en overfchreeuwd, en<br />

zelfs dit geval moest de algemeene zorgelijkheid<br />

aankweeken, al ware 'er geene andere bijgekomen ,<br />

'r welk zelfs deeze fatzoenlijker lieden beroerde,<br />

e-n eene verandering in de thans plaats hebbende<br />

denkwijze dei" Nationaale Vergadering en van het<br />

Ministerie deed wenfehen : dit was , dat de volkspartij<br />

, in dit tijdftip, de konniglijkc bekrachtiging<br />

voor het opftel van de rechten der menschheid<br />

D 3


54 STAATSOMWENTELING<br />

en voor de eerfte afdeelingen der Conditutie<br />

•eischte; maar dat de Koning, of veelmeer zijn<br />

Raad, zig volgends het algemeene gevoelen, zeer<br />

onbepaald en dubbelzinnig daarover had verklaard :<br />

deeze bijzonderheid, vergeleken met alle-de overige<br />

voorvallen in deeze dagen gebeurd, bragt<br />

hen mede in de war, en zij meenden nu vast te<br />

moeten ondertreden , dat 'er indedaad eene zamcnzweering<br />

plaats had, die'er op toelegde, om<br />

de met zo veel moeite vcrkregene vrijheid der Natie<br />

aanteranden en eindelijk haar dezelve te onteringen.<br />

Dus was alles in beweeging, en 'er was flcchts;<br />

e'én fchok nbodig, om eenen woesten en nlgemeenen<br />

oproer te doen ontdaan: deeze fchok kwam,<br />

en met denzelven ccne geduchte en afgrijslijke'<br />

tweede omwenteling.<br />

1<br />

TJet was déö sdeu October, toen het gebrek<br />

r.an brood, in Parijs, den hoogden trap bereikte:<br />

overvloed was 'er den gehcelen zomer in deeze<br />

dad niet geweest, en hiervan zijn de oorzaaken<br />

daarvan aangedipt,; maar agt of tien dagen was<br />

dit gebrek drukkender geworden, dan ooit te voo~<br />

ren: van vier uur des morgens af, vérfchccncn<br />

reeds honderden van koopers voor de bakkershuizen,<br />

en wachtten op het openen van den oven,<br />

zonder meestal meer, dan éën brood voor hunne<br />

familie :c kunnen bekomen, om dat de bakkers ge-


IN FRANKRIJK. 55<br />

Wek aan meel hadden: den 5den Oclobcr, des<br />

morgens, werden veele bakkerswinkels niet geopend<br />

, omdat zij den voorigen dag niet allen van<br />

meel hadden kunnen voorzien worden: de koopers,<br />

maar nog meer de koopfters, die de bittere<br />

fin art dubbel gevoelden, dat zij zig den geheelen<br />

dag, van een hongerig naar brood jankend huisgezin,<br />

moesten omringd zien, werden oproerig;<br />

de, wijken der ftad, die zig geen ander voedfel,<br />

dan droog brood konden verfchaffen, waren de<br />

cerlten , die! als verwoed kwamen opdaagen; de.<br />

bewooners der voorlieden rottcden zamen, en onder<br />

deeze fehrceuwden bijzonder de Poisfarden<br />

wederom het meest: de poogingen der mannen,<br />

om ze tot bedaaren te brengen, deeden haare woede<br />

ten top rijzen, en de ellende, die zij voor oogen<br />

zagen, kon haar bijna zo flerk niet aanzetten, dan<br />

de gedachte, dat de mannen niet alleen werkeloos<br />

blijven, maar haar zelfs dwingen wilden om het<br />

ook te blijven: de voorrechten, of de eer, welke<br />

men haar gcduuren.de den zomer had toegedaan,<br />

kwam daarbij, om haaren heldenmoed te ontvonken,<br />

die, alzo hij niet door kracht en overleg<br />

verwekt en bevestigd werd, overllocg tot eene<br />

foort van domme woede, welke van alle kanten al<br />

fchuimbekkende uitberstte, en het gevoel van<br />

zwakheid bij haar verdoofde.<br />

Zij liepen bij hoopen te zamen, hielden alles,<br />

wat zij van haare iëxc ontmoetten, aan, en ltoo-<br />

D 4


5S STAATSOMWENTELING<br />

ven ten iaatften de huizen in, om de dienstmaagd<br />

den, en andere wclgefpierde wijven, daaruit te<br />

haaien, en deezen te noodzaaken, om haar getalte<br />

vermeerderen: zo llroomden zij welhaast, bij<br />

duizenden, naar het Hotél-de-Ville, en maakten<br />

een begin met de Detachementen der gewapende<br />

burgerij, die hier {tonden, van lafhartigheid te<br />

befchuldigen, hen hunne wapens afteeifchen, en<br />

'er op aantedringen, dat zij in het Hotél-de-Ville<br />

mogten toegelaten worden: in den beginne hadden<br />

zij geen ander oogmerk, dan van den Maire<br />

en de Vertegenwoordigers, over het broodgebrek<br />

rekenfehap te vraagen, en hen over hunne zorgloosheid<br />

, als mede over hunne gewaande zamenfpanning,<br />

met de Ariftocraaten, ernftig te onderhouden;<br />

doch zij gingen welhaast verder in haare<br />

drift , en begonnen reeds droppen te zoeken,<br />

om de geenen, die misfehien fchuldig mogten bevonden<br />

worden, eigenhandig te recht te (tellen,<br />

toen eenige honderden van debewoonerendervoorftad<br />

St. Antolne kwamen opdaagen, zig bij haar<br />

voegden, en haar nog meer onbefuisden moed inboezemden,<br />

clie in hetzelfde oogenblik tot daadlijkheden<br />

begon overteflaaiu zij drongen de burgerwacht,<br />

die geen.burgerbloed wilde vergieten,<br />

tetsuj^ beftormden het Hotél-de-Ville , braken de<br />

zaaien en de kerneis open, waarin de fchriften uitgevaardigd<br />

werden, verfcheurden en vertrapten<br />

,i'ie de papieren. Hoopten de kasfen, en binnen<br />

njge oogenhUlvken waren honderd duizenden.,.


IN FRANKRIJK. 57<br />

zo in gereede penningen, als in kasbricfjcs, in<br />

de handen der menigte: cenigen luidden de allarmklok<br />

vaifhet Hotel-de-Ville, en gaven daardoor<br />

aan alle overigen het fein, om insgelijks te ftormen:<br />

nu was geheel Parijs in rep en roer: de<br />

arbeiders liepen uit het werk, de knechts en<br />

leerlingen, van alle ambachten, vloogen bijeen;<br />

de gewapende burgerij vergaderde op haare loopplaatzcn<br />

, doch vóór nog dat zij'er tusfchen konde<br />

of wilde komen, was de ftorm op het Hotélde-Ville<br />

reeds gedaan; honderden van wijven hadden<br />

de Barrieren ingenomen, en floegen, verzeld<br />

van een groote menigte van gewapende en ongewapende<br />

mannen, meestal van het graauw, op<br />

weg naar Verfailks.<br />

De wijven zeiven leverden een even zo belagchelijk,<br />

als walgelijk en vreeslijk gezicht op:<br />

breede aangezichten met grove trekken, mismaakt<br />

door woede; uitpuilende glinfterende oogen;<br />

een fchorre keel, waaruit de woorden,meer<br />

als opgerispt dan gefproken, genoegzaam uitgeperst<br />

en uitgerukt werden ; eene gebaarntaaking,<br />

bij wijze van ftuiptrekking gevormd,<br />

door twee geweldige, bruine, en in groote, breede<br />

klaauwen eindigende armen ; een vierkant ligchaam,<br />

en beenen als boomen, die onder de korte<br />

rokken, overal even dik, uidteeken, en in<br />

even zo plompe holsblokken uitliepen; een kleeding,<br />

wier grove ftof, ondefwetsch fatzoen,<br />

D 5


58 STAATSOMWENTELING<br />

door den Herken wind beweegd, en gelijk een zeil<br />

gefpannen werd; en eindelijk ontblootingen, veroorzaakt<br />

door woede, dolzinnigheid enbeitorming ,<br />

gepaard met de verregaandite Schaamteloosheid,<br />

die als een lederen zak nu in diepe 'ploojen vielen ,<br />

dan heen en weder wapperden, en voor oog en<br />

gevoel ondraagelijk waren: alle deeze dingen aan<br />

veelc honderden tegelijk zichtbaar, vormden een<br />

geheel, welks afzichtige gedaante de vlugltc verbeeldingskracht<br />

des kunltcnaars, wanneer zij bezig<br />

is , mismaaktheid en karrikatuur uittcbroejen „<br />

buiten ftaat zijn zoude zig voortellellcn: voegt<br />

men daar nog bij, dat eenigen vau deeze vrouwlijke<br />

moniters geweer op de fchouders, groote<br />

houwers aan de heupen, en hellebaarden als herdersftaven<br />

in de handen droegen; dat anderen<br />

tederhartig aan de armen van halfnaakte, uitgehongerde'<br />

barrevoetsloopende bedelaars hingen;<br />

nog anderen als in eene uitgelaatene vreugde zig,<br />

gelijk bceren, ronddraajenden; en eindelijk, dat<br />

nog anderen, wel dertig tegelijk, voor kanon gelpannen,<br />

met vloeken en fnuivcn voordtrokken:<br />

dan is de ichildetjj van deezen heirtogt voltooid,<br />

die in de jaarboeken der wereld en der menschheid,<br />

een uitmuntende plaats vinden en behouden<br />

zal.<br />

Alles wat deeze trein, op den weg van Parijs<br />

naar Verfaïlks, het mogten vrouwen of mannen<br />

Aveezen,'vond, werd aangehouden, en wie de


IN FRANKRIJK. 59<br />

nationaale cocarde niet droeg geraishandeld: eenige<br />

koetzen, naar Parijs rijdende, werden geruimd,<br />

en in de piaats van den rechten Heer of<br />

Vrouw, wijven daarin geplaatst, die wegens vermoeidheid<br />

niet meer over weg konden: vooraf<br />

trok het Bataillon der zogenoemde Volontaires de<br />

la Bastille, uit de voorftad St. Antoine, te midden<br />

van de wijven ; naast dezelven liepen daglooners,<br />

bedelaars, favoijardeu en geboefte van<br />

allerhande fiag, en een heir van knaapen van vijf<br />

tot vijftien jaaren, allen met vodden behangen,<br />

llooten den trein: aldus trok deeze bende Verfailles<br />

in, en omringde tcrflond eenigen in de nabijheid,<br />

anderen in eenigen affland, het huis der<br />

Nationaale Vergadering; dit was des nademiddags<br />

te vier uuren.<br />

De zitting der Nationaale Vergadering was nog<br />

niet geëindigd: reeds des middags had de Prefident<br />

MOUNIER bericht ontvangen, dat 'er veertig<br />

duizend Parijfcnaaren op wegwaren, en men<br />

had hem eenen wenk gegeven om de raadpleegingen<br />

te verkorten; doch hij had verklaard, dat niets<br />

in de wereld hem zou kunnen beweegen, om<br />

over de beflisfende onderwerpen, die verhandeld<br />

werden vlugtig heenteloopen: tegens half vier<br />

uure was beflooten, dat hij zig bij den Koning vervoegen,<br />

en de onbepaalde bekrachtiging der bovengenoemde<br />

artijkels van hem vraagen zoude : zo<br />

op het oogenbük dat hij de zitting wilde eindigen,


6o STAATSOMWENTELING<br />

gaf men hem kennis, dat de Parijfche wijven reeds<br />

verfcheidene maaien de zaal hadden willen indringen ,<br />

dat zij gehoor begeerden, en op de wacht hadden<br />

willen aanvallen: hij ftelde haare begeerte aan de<br />

Vergadering voor, en men werd het ééns, om ze<br />

binnehtelaaten: zij kwamen dan in menigte binnen,'<br />

hebbende twee mannen aan het hoofd,<br />

waarvan de één het woord voerde en verklaarde:<br />

,, dat zij te Verfailles waren gekomen om brood<br />

„ te vraagen , en op het llraffen van de Lijfgarde<br />

„ aantedringen, die de nationaale cocarde met<br />

„ voeten getrapt, en alles volop hadden, ter-<br />

„ wijl zij in Parijs van honger moesten ver-<br />

„ gaan: zij waren goede Patriotten, alle cocarden,<br />

die de nationaale kleur niet hadden, wa-<br />

,, ren onderwegen en in Parijs afgerukt, en hij<br />

„ wilde het genoegen hebben, zodanig eene co-<br />

„ carde, onder de oogen der Nationaale Verga-<br />

„ dering te verfcheuren" — hij haalde op dit oogenblik<br />

een uit zijn' zak, en fcheurde dezelve aaa<br />

ftukken,<br />

Deeze handelwijze mishaagde de Vergadering<br />

even zo zeer, als zijn toon, waarop hij fprak,<br />

en men hoorde van alle kanten een afkeurend gemor:<br />

„ Zegt wat gij wilt", vervolgde hij, „ wij,<br />

„ zijn tog alle broeders!" de Preüdent vattede<br />

het woord op en verklaarde, dat de gchccle Nationaale<br />

Vergadering zulks wist en geloofde, en<br />

zij waren niet misnoegd over hem als Staatsbur-


ÏN FRANKRIJK. 6i<br />

gér j maar over zijnen toon en zijne dreigementen<br />

, dat hij ieder wilde noodzaaken, om de cocarde<br />

te draagen; hij kon zig dit recht over niemand<br />

aanmaatigen, en hij moest met meerder eerbied<br />

voor de Nationaale Vergadering fpreeken:<br />

hij zeide , dat hij zulks doen zou, doch op goede<br />

gronden aldus handelde : „ de Ariltocraaten had-<br />

„ den zig met eenen eed verbonden, om Parijs<br />

„ uittehongeren, en heden nog had iemand ze-<br />

„ keren molenaar een kasbrief jeu van tweehonderd<br />

,, livres gezonden, met de belofte, dat hij alle<br />

,, week eene evengelijke fom kon ontvangen, in-<br />

„ dien hij niet wilde maaien" — de geheele Nationaale<br />

Vergadering hoorde zulks met de uitcrltc<br />

verontwaardiging, en eenige ftemmen riepen:<br />

„ Hoe heet deeze man? wie is hij?" De Preüdent<br />

drong insgelijks bij hem aan, om den naam optegeeven<br />

en beloofde, dat deeze daad met alle<br />

ftrengheid geltraft zou worden: daarover was de<br />

redenaar en zijn makker eenige oogcnblikkcn verlegen,<br />

doch eindelijk verklaarden zij: ,, Dat twee<br />

„ Dames, onderwegen in haar rijtuig door hen<br />

„ aangehouden, hun gezegd hadden, dat een<br />

„ Prediker dit verraad bij de Nationaale Verga-<br />

„ dering had bekend gemaakt" — dit geval was<br />

wezenlijk in zo verre waar, dat een lid van de<br />

Geestlijkheid kennis van deeze daad had gegeven;<br />

maar echter niet in ftaat was geweest dezelve te<br />

bewijzen, noch ook de nnamjm noemen: de<br />

twee Spreekers zeiden: „ De A«fi:sbisfehop van


62 STAATSOMWENTELING<br />

„ Parijs zal het geweest zijn" — de Nationaale<br />

Vergadering gaf eenpaarig, en inet veel nadruk<br />

te kennen, dat deeze man voor zulk eene verfocjelijke<br />

handelwijze niet vatl-.aar was ; doch dit bragt<br />

het volk niet tot andere gedachten, alzo de Aartsbisfchop<br />

reeds federt langen tijd, als een der gevaarlijkfte<br />

en arglistigftc Ariftocraaten bij hetzelve<br />

te boek ftond en gehaat was: alles fchrceuwde als<br />

uit eenen monde, eischte onbelemmerde toevoer<br />

en brood voor Parijs.<br />

De Prefident verklaarde, dat het broodgebrek<br />

in Parijs voor de Nationaale Vergadering zeer<br />

grievend was, maar dat zij ook met even zo veel<br />

ijver, als de Koning zelf, alles had te werk gefield,<br />

en verder alle poogingen doen zoude, oiu<br />

hetzelve te vergoeden: inmiddels zou kunne tegenwoordigheid<br />

in Verfailies niets baaten, maar veeleer<br />

zou de Vergadering daardoor in haare raadllagen<br />

verhinderd en gebonden worden: zij had nog zeer<br />

veele onderwerpen van het grootfte gewigt te verhandelen;<br />

hij raadde hen aan, gerust naar Parijs<br />

wedertekeeren-, en verzekerd te zijn, dat zij<br />

van haaren kant met den besten wil bezield was;<br />

„ dit voldoet niet!" riepen eenige {temmen; de<br />

wijven bleeven aan het woelen, en weeken niet<br />

van de plaats.<br />

Thans was het, dat een lid der Vergadering den<br />

voorflag deed, cm eene deputatie aan den Koning


IN FRANKRIJK. *3<br />

te zenden, en hem kennis te geeven, in welke<br />

hagchelijke bmiiandigheden de hoofditad was: de<br />

voorflag werd óndertteund en goedgekeurd; de<br />

Prefident maakte zig gereed, om met de deputatie<br />

den voorflag te volbrengen, terwijl de voorige<br />

Prefident , de Bisfchop van LANGR.ES, zijne<br />

plaats verving: de wijven begeerden mede naar<br />

den Koning te gaan, en hielden den Prefident tegen:<br />

met veel moeite verkreeg hij toch zo veel<br />

van haar, dat zij niet allen mede naar den Koning<br />

wilden gaan: 'er werd dan befloten, dat niet meer<br />

dan zes hem zouden verzeilen; doch tot aan het<br />

kasteel wilden evenwel allen medegaan, en hij<br />

kon zulks niet beletten.<br />

Hij zowel als de deputatie gingen te voet; het<br />

regende fterk, en zij moesten diep door den modder<br />

gaan: de wijven en haare halfnaakte, dvch<br />

met pieken, bijlen en knodfen gewapende geleiders,<br />

omringden de deputatie, en drongen met<br />

haar op het kasteel aan: de optogt, het gedruis<br />

en de wilde beweeging van deezen hoop, maakten<br />

de patrouillen van de Lijfgarde gaande, en<br />

een van dezelven, die de Gedeputeerden onder<br />

de menigte niet zag, fehoottoe, drong door, en<br />

joeg deputatie en volk in den diepfien modder:<br />

het volk werd woedend, dat het zig onder het<br />

geleide der Gedeputeerden niet eens veilig zag,<br />

en hoewel het nu nóg niet tot daadlijkheden<br />

kwam, werden evenwel de patrouillen met vloe-


64 STAATSOMWENTELING<br />

ken en fcheldwoorden vervolgd: men hcrltclde<br />

zig weder, en nu ging 't op het kasteel toe, al*<br />

waar de overige Lijfgarden, een detachement Dragonders,<br />

het regiment Vlaanderen, de Zwitfers,<br />

de Invaliden en de militie van Verfailles, op de<br />

pleinen in orde gefchaard Honden: de Gedeputeerden<br />

werden erkend, de rijen openden zig en<br />

lieten ze door: in plaats van de zes wijven, gelijk<br />

men afgefproken had, moesten zij twaalf mede<br />

na den Koning neemen; het overige volk wilde<br />

ook al mede, en kon niet dan met veel moeite<br />

terug gehouden worden.<br />

De deputatie werd bij den Koning toegelaten,<br />

en de Prefident ftelde hem zijne geleidficrs voor s<br />

hij fcheen aangedaan te weezen over de treurige<br />

getteldheid van de hoofditad, en keurde de verzekering<br />

goed, welke de Nationaale Vergadering<br />

aan de vrouwen had gegeven, naamlijk, dat zij<br />

met hem gemeenfchaplijk alle middelen zou rfj<br />

werk Hellen, om gebrek en duurte van levensmiddelen<br />

wegteneemen: vervolgends iprak hij eenige<br />

woorden met de aanvoerder der wijven, en omhelsde<br />

haar volgens gewoonte: toen de Koning<br />

zig wilde verwijderen, verzochten zij nog een<br />

van zijne Kamerheeren , de Koningin en den<br />

Dauphin te mogen zien; hij Helde den Koning<br />

zulks voor, en deeze fcheen in den beginne zwaarigheid<br />

daarin te vinden; doch NECKER kwam<br />

'er bij en gaf den raad, dat men haar bij de Konin-


IN FRANKRIJK. 65<br />

•wjgró mogt toelaaten: hij ging tevens met den<br />

Koning vooruit in het vertrek der Koningin, die<br />

zij zeer ongerust, en, uit dien hooide, zeer<br />

bereidvaardig vonden, om het bezoek, waarmede<br />

zij gedreigd werd, aanteneemen: de Poisfarden tra­<br />

den binnen, en vonden de Koningin in eenen<br />

armdoel zitten, met den Dauphin op de fchoot*<br />

en de Prinfes tusfchen haare knieën: zij naderden<br />

met plompe buigingen; de aanvoerder kuschte eerst<br />

den Dauphin, vervolgends de Prinles de hand,<br />

en eindelijk dé Koningin den rok: de overigen<br />

traden mede, de ééne na de andere, nader,en dee-<br />

den hetzelfde: de Dauphin dak zijn handjen ge­<br />

duldig uit, en zag zijne moeder aan met eene be-<br />

naauwdheid, die gepaard ging met fiddering en<br />

fraanen, en de Prinfes draaide zig om, drekte<br />

beide haare armen uit naar de moeder, en weende<br />

bitterlijk, toen zij zag dat 'er geen einde was<br />

Ran de rei van lelijke wijven: de moeder zocht<br />

beiden te troosten en gerusttedellen, met eenen<br />

glimplach, die haar niet zeer fcheen van harte te<br />

gaan, en verzekerde hen, dat deeze Dames hen<br />

recht lief hadden, en hun geen kwaad doen zou­<br />

den: „ Neen, Monfeigneur! neen, neen, lieve<br />

Prinles!" fchreeuwden allen als uit éénen monde,<br />

„ wij zullen u geen kwaad doen (*)": daarop<br />

Kielden zij haare klagten, over gebrek en nood, aan<br />

(*) Non, Monfeigneur, non, ma Princesfe! non„<br />

tion, je n' vous feront pas d; nial,<br />

H. DEEL, B


66 STAATSOMWENTELING<br />

den Koning en NECKER op nieuws voor; en<br />

zulks gelchied zijnde, zeide de aanvoerder, Madame<br />

CHABLIS: „ Wij hebben de Koningin nog<br />

iet in 't geheim te zeggen, Uwe Majesteit en<br />

" de Heer NECKER zullen, derhalven, wel de<br />

goedheid willen hebben, om ons eenige oogen-<br />

" blikken met haar alleen te laatcn:" de Koning<br />

"ag zeer benaauwd, en zeide: „ Waarom? wat<br />

'wilt gij hebben? ik hoop immers niet, dat gij<br />

" een kwaad voorneemen hebt?" — ,, Maak u<br />

* niet ongerust," antwoordde Madame CHA­<br />

BLIS, „ wij zullen wat met haar praaten: en zo<br />

gij ons niet vertrouwt, neem dan zes van ons<br />

als gijzelaars; deeze wijven zijn ruim zoveel<br />

" waard als alle de Hofdames, dat zeg ik u!" —<br />

de Koning verwijderde zig met N E C K E R , en nu<br />

«raven de wijven de Koningin eene vermaning, op<br />

haare manier , zeer oprecht gedacht en nadrukkelijk<br />

uitgefproken, te weetcn: „ dat zij zig in 't<br />

vervolg beter moest gedraagen (*):" deeze<br />

keer zouden zij haar nog door de vingeren zien;<br />

doch dit was ook voor de laatfte maal; zij had<br />

den goeden Koning geweldig om den tuin geleid;<br />

indien zulks nog ééns gebeurde, dan.... hierbij<br />

werden haare gebaarden en wezenstrekken zo<br />

wild, dat de Koningin eene beweeging maakte,<br />

alsof zij om hulp wilde roepen - „ Wees maar<br />

„ gerust", zeide Madame CHABLIS,,, wij gce-<br />

(*) De fe mitux conduire a l'avenir.


IN FRANKRIJK. 6f<br />

* A ven u Hechts eenen geringen vriendfchaplijkcn<br />

„ raad, en ten olijke dat alles vergeten en ver-<br />

„ geven is, zullen wij u omhelzen: wij zullen u<br />

„ genade bewijzen in plaats van recht te doen (*)";<br />

zij omhelsden de Koningin de eene na de andere,<br />

en daarop zeide Madame CHABLIS tegen een van<br />

haare geleideresten: „ Welnu , vriendin! laat de Koning<br />

weder binnenkomen:" de Koning verfchecn,<br />

en was nieuwsgierig te weeten wat 'er verhandeld<br />

was; doch de wakkere, fijne en welbcfpraakte<br />

CHABLIS, zeide: „ Het gaat de mannen niet<br />

„ aan, wat de vrouwen onder zig hebben: (f)<br />

„ blijf gij onze goede Koning, en laat u niet te-<br />

„ gen uw volk ophitzen: het heeft u zo lief als<br />

vader en moeder, en zal bloed en leven voor<br />

u laaten."<br />

Nu traden zij af, en vervoegden zig bij haare<br />

overige geïeidfiers: in het heengaan zeide Madame<br />

CHABLIS nog tot de Koningin, indien haar iemand<br />

leed zou willen aandoen, zoude zij zig maar<br />

©p haar beroepen; zij ftond voor alles in.<br />

Terwijl dit in het kasteel voorviel, was buiten<br />

hetzelve reeds het fein gegeven tot bloediger tooaeeleri:<br />

de lijfwacht had zig'langs het traliewerk<br />

(*) Car a tout péeheur mifericorde.<br />

(t) Lts af air es des f erames ne font pas (tiks des<br />

&mmes.<br />

El


6i5 STAATS OM WEN TELING<br />

op het voorplein gefchaard; een 1'oldaat van de<br />

burger-militie wilde alleen het plein op, en men<br />

had hem door de gelederen gelaten, om dat men<br />

wist, dat de getraliede poort gefloten was: voor<br />

deeze deur ftond een Zwitfer, bij welken hij 'er<br />

zeer op aandrong, om hem dezelve te openen:<br />

op liet weigerend antwoord werd hij woedend,<br />

itiet met zijnen fabel op hem aan, en riep: ,, of<br />

,, hij niet goed genoeg was, om zynen Koning te.<br />

„ bewaaken?" de Marquis de SAVONNIER.ES.<br />

bevelhebber der Lijfgarden, reed naar hem toe,*<br />

en onderhield hem fcherp over deeze gewcldenaarij;<br />

in plaats van hem te antwoorden, hieuw de<br />

barger-foldaat met den fabel na hem, raakte echter<br />

alleen den ftaartriem van zijn paard: de Marquis<br />

beantwoordde zulks met eenige flagen met<br />

de kling; de foldaat viel, en hield zig als of hij dood<br />

ware: in hetzelfde oogenblik vuurde een foldaat<br />

der burgermilitic, van FerfaiF.es, op den Marquis<br />

, en verpletterde zijnen arm.<br />

Dit was het fein tot daadlijkheden: men ging<br />

op de Lijfgarden los, doch vóór dat zij nog handgemeen<br />

werden, kreegen zij bevel, om terug te<br />

trekken: de overige foldaaten werden crnltig gelast<br />

, om geen geweld te gebruiken: het volk begon<br />

eenigzins te bedaaren.<br />

Door de fchootcn, die 'er gedaan waren, was<br />

op het kasteel alles met fchrik bevangen: vermits


IN FRANKRIJK.<br />

imen oordeelde dat de Koningin het grootfie gevaar<br />

liep, doeg men voor, om haar en den Dauphin<br />

tc verwijderen, en in veiligheid te brengen: men<br />

liet rijtuig komen, maar de burgers van Verfailles<br />

hielden het aan ; doch al hadden zij het tot<br />

aan het kasteel laaten rijden, zulks zou evenwel<br />

vruchtloos geweest zijn, om dat de Koningin volftrekt<br />

niet kon overgehaald worden, den raad tot<br />

haare verwijdering aanteneemen,en verklaard had,<br />

liever aan de voeten des Konings tc willen derven,<br />

dan hem te verlaateri: het zou anders geen moeite<br />

geweest zijn, haar aan de andere zijde van het<br />

kasteel door het park eenen weg tc laaten ncemen,<br />

langs welken zij het volk ongemerkt had kunnen<br />

ontkomen.<br />

Terwijl' zulks te Verfailles voorviel, was in Pa~<br />

rijs alles mede in rep en roer: de burgermilitic<br />

was bijeen getrokken, en (rond tegen twee uure<br />

reeds marschvaardig: de geweezene Gardes Frangoifes<br />

waren de eerden, die hét voorftel deeden,<br />

dat men naar Verfailles trekken, de Lijfgarden en<br />

het Regiment Vlaanderen wegjaagen, en de Koninglijke<br />

familie, als mede de Nationaale Vergadering<br />

naar Parijs haaien moest: bij de zorglijke<br />

en misnoegde gedeldheid, waarin de overige burgers<br />

van Parijs zig bevonden, moest dit voordel<br />

wel goedkeuring vinden, en men was 't reeds tegen<br />

drie uuren , daaromtrent, volkomen cens:<br />

doch de Marquis DE LA PAVETTE keurde dee-<br />

E 3


7a STAATSOMWENTELING<br />

zen inval op goede gronden af; hij verzettede zig<br />

wel twee uuren lang daartegen, en toen hij niets,<br />

konde verwinnen, meende hij door een kunflig<br />

uitftel tijd te winnen, en de aangevuurde verbeeldingskracht<br />

te doen verkoelen; doch deeze was te<br />

fterk ontvlamd, dan dat zijne poogingen niet de tegcnovergefteldc<br />

uitwerking zouden hebben moeten<br />

voordbrengen; de benaauwdheid voor de Ariftocraaten,<br />

bezielde allen zodanig, dat zij begonnen hem<br />

mede als zulk een te befchouwen, dewijl hij den<br />

flap met hun niet wilde doen, welken zij den<br />

werkzaamften oordeelden , om alle nog overige<br />

Ariftocraaten eensdeels uitteroejen, andcrsdccls<br />

krachtloos te maaken: zij drongen nogmaals zeeF<br />

hevig bij hem aan: hij kwam met nieuwe vertoogen<br />

en met een nieuw uitftel op: nu lieten zij zig<br />

niet meer wederhouden: zij riepen hem op, om<br />

zig aan het hoofd tc ftclle.11, en daardoor te bewijzen,<br />

dat hij niet tot het ariftocratisch rot behoorde<br />

, of te moeten verwachten, dat zij allen naar<br />

Verfailles trekken ,en hem aan de woede des volks<br />

prijs geeven zouden: hij wist geen' uitweg meer,<br />

en moest aan hunne begeerte voldoen: wijgerde<br />

hij hun aanvoerder te weezen, zij zouden evenwel<br />

gaan, des was 'er niets mede gewonnen; maar<br />

{lelde hij zig aan het hoofd , dan kon hij ten minfl-en<br />

veele onheilen beletten, die onvermijdelijk<br />

waren, zo zij aan zigzelven overgelaten bleeven:.<br />

deeze bedenking was het, die hem kon overhaakn,<br />

om hun aanvoerder te zijn, en terftond gin-


IN FRANKRIJK. 7*<br />

gen bij de veertigduizend mau op marsch naar<br />

Verfailles.<br />

Alle de geenen, die te Parijs bleeven, verwachtten<br />

met angst en beeving de uitkomst van<br />

deezen geduchten togt: alle winkels en huizen waren<br />

gefloten, alle ftraaten ledig, alle huisgezinnen ,<br />

van de vaderen verlaaten, in hunne kamers opgeflotcn:<br />

Parijs was eensflags van alle zijne befchermers<br />

beroofd, en geduurende twee uuren, zonder<br />

op eenige redding te kunnen hoopen, blootgeftcld<br />

aan alle buitenipoorigheden, welke een woest<br />

cn toomloos graauw goedvond te pleegen: de<br />

Hoofdofficier , QMaire) het eenigflc opperhoofd<br />

der ftad, was, gelijk mede de Vertegenwoordigers<br />

der Gemeente, van het Hotel-de-Ville, verdreven,<br />

en met bedreigingen van den fmaadlijkften<br />

dood vervolgd: het Hotel-de-Ville zelf,<br />

was geplunderd; in de vergaderzaalcn en de overige<br />

vertrekken, was alles het onderflc boven gekeerd<br />

, zelfs het. papier gefcheurd, en de inkt<br />

op den grond geftort:'cr was geen gewapende<br />

hand, en geen Hoofd het welk men ter bcveiliginge<br />

van de ftad had kunnen oproepen: in deezen fchromelijkcn<br />

tocfland bleef Parijs tot over negen uurc,<br />

als wanneer eindelijk de trommen op alle ftraaten<br />

aankondigden, dat 'er weder iemand was , die zig<br />

de ftad aantrok: de Mairc en de Vertegenwoordigers<br />

hadden zig weder veréénigd, cn lieten aan-<br />

E 4


ys STAATSOMWENTELING '<br />

Zeggen, dat de eerde verdieping van alie huizen*<br />

verlicht worden, en alle burgers, die van wapens<br />

voorzien waren, de wachthuizen in hunne wijken,<br />

bezetten, patrouillen uitzenden, en posten (tellen<br />

zouden: welhaast kwamen de- nog overige gewapende<br />

burgers op., bezetteden de wachthuizenen<br />

ver-ftroOiden de zamengerotte menigte : dus-,<br />

doende was men tegen geweldpleging beveiligd,<br />

en nu waren de inwooners van Parijs alleennog.<br />

in eene kwellende verwachting, hoe de. togt><br />

naar Verfailles, zoude afloopen^<br />

Middelerwijl had de gewapende burgerij" den<br />

weg dervvaards voor een gedeelte afgelegd: het re-,<br />

geude geweldig (lork cn bij aanhoudendheid, en<br />

hun opperbevelhebber bediende zig van deeze om-,<br />

ftandighekl, om hun nog édns voorteftellen, of<br />

het niet raadzaamer-was, inde ftad te blijven, en<br />

hunne onderneeming tot den volgenden dag uittedellen:<br />

doch de gemoederen waren en blecveneven<br />

driftig: tot op de huid toe nat, overdektniet<br />

modder, klappertandende van koude-, lagchte<br />

men met regen, ftorm en hagel: DE LA PAVET­<br />

TE verkreeg echter zo veel van hun, dat zij heinplechtig<br />

en met een groot gefchreeuw beloofden,<br />

aan alle zijne bevelen tc gehoorzaamen, en fiechtsdan<br />

geweld te gebruiken, wanneer men hen mei<br />

geweld zoude ontvangen: dit (lelde den Genera;^<br />

«nigzins. gerust, cn hij zond een'van zijne-Adjti-


IN FRANKRIJK. 75<br />

danten aan de Nationaale Vergadering, met het<br />

bericht, dat hij welhaast in dezelve vcrfchijnen<br />

zoude.<br />

De Prefident der Vergadering was nog al op het<br />

kasteel, verwachtte, en drong verfcheidcne maaien<br />

daarop aan, dat de Koning de ingeleverde artijkëlen,<br />

met zijne onbepaalde bekrachtiging beklcedcn<br />

mogt: hij bragt den Staatsraad ouder 't<br />

oog, dat deeze bekrachtiging een middel zijn zoude,<br />

om het volk te doen bcdaaren, maar dat de<br />

grootfie onheilen te duchten waren, in gevalle hij<br />

dezelve niet, zo fchielijk als mogelijk, verkreeg;<br />

doch zulks werd vertraagd, en- het eene-uur verliep<br />

na het andere; het was reeds over tien uuren ,<br />

toen hij de bekrachtiging, eigenhandig door den<br />

Koning gefchreven, ontving: nu fpoeddc hij, om<br />

dezelve aan de Nationaale Vergadering te gceven.<br />

Daar komende, vond hij Hechts nog weinige leden<br />

in de zaal, die alleen door nieuwsgierigheid<br />

aangezet, gebleven waren:hij vond, daarentegen,<br />

het Amphitheatcr vol wijven , die aan de zijde van<br />

haare halfnaakte geleiders, de Vertegenwoordigers<br />

der 1<br />

Natie fcheencn te willen vertegenwoordigen s<br />

zij fchreeuwden , tierden , zongen , lachten en<br />

waren op haare manier geestig': ééne van haar<br />

hadde plaats van den Prefident bemagtigd, doch was<br />

echter zo beleefd, dat zij bij zijne komst aftrad,<br />

en hem verzocht plaats te neemen; zij verzekeï-<br />

E 5


74 STAATSOMWENTELING<br />

den hem allen, dat zij met Smarten op hem hadden<br />

gewacht» en nu hoopten goede tijding van<br />

hem te verneemen: eindelijk voegden nog eenige<br />

gevolmagtigden zig bij hem, zeggende, dat men<br />

in zijne afwezigheid een befluit over het koom genomen,<br />

maar dat het volk zig ook daarmede bemoeid,<br />

wenfehen, verzoeken, als mede bevelen<br />

uitgebragt, en eindelijk daarmede geëindigd had,<br />

dat het eischte den prijs van brood, vlcesch cn<br />

kaarsfen verminderd te zien: vervolgends was de<br />

Vergadering gefchciden.<br />

De Prefident oordeelde dit tijdfiip voor al te bcflisfend,<br />

en dat geene, 't welk hij had voorteftellen,<br />

te gewigtig, dan dat de Vergadering had<br />

kunnen verwijderd blijven: hij-zond iemand aan<br />

de Municipaliteit, met verzoek, van de trom in<br />

nlle ftraaten te laaten roeren, ten einde de Gevolmagtigden<br />

in de vergaderzaal terug te doen komen:<br />

dit gefchiedde ook,'en in deezen tusfehentijd<br />

maakte hij aan het volk bekend, dat de Koning<br />

de artijkels der Declaratie en Conftitutie had<br />

aangenomen: het volk betuigde zijne goedkeuring<br />

door een wild handgeklap cn gefchreeuw, men omringde<br />

hem endrong bij hem aan, om affchriften van<br />

's Konings eigenhandige verklaaring te willen hebben;<br />

doch van alle kanten hoorde hij vraagen:<br />

„ Zijn wij daardoor wel veel verbeterd?" of:<br />

„ Zullen de armen, in Parijs, daardoor ook brood<br />

„ verkrijgen?"


IN FRANKRIJK. 75<br />

Deeze vraagen deeden den Prefident reeds half<br />

vermoeden, waar deeze deftige Vergadering de<br />

fehoen wrong; fommigen zeiden het ook ronduit,<br />

dat het de honger was die hen drukte: oogenbliklijk<br />

gebood hij, dat 'er van alle bakkers brood,<br />

moest gebragt worden; het kwam ook fchielijk,<br />

en wel niet alleen brood, maar ook wijn, worst<br />

en gedisteleerde wateren: aldus fmulde men, zelfs<br />

in de Vergaderzaal, zeer vrolijk, onbekommerd en<br />

eendragtig.<br />

Terwijl men hiermede bezig was, kwam de Adjudant<br />

van den Marquis DE LA FAYETTE met<br />

het boven aangeftipte bericht; een lid der Nationaale<br />

Vergadering , werd den Bevelhebber ten gemoete<br />

gezonden, om hem te melden, dat de Koning<br />

de geëischte bekrachtiging, zonder alle bcpaaling,<br />

en in de duidclijkftc bewoordingen gegeven<br />

had; dat hij zijne troupen daarvan kennis<br />

moest doen hebben, om ze mogelijk van Verfailles<br />

terug te houden.<br />

De wijven waren nog al in de zaal gebleven;<br />

zij drongen op den Prefident aan, en onderhielden<br />

zig met hem: veelcn zeiden rond uit, dat<br />

het in 't geheel niet naar haar genoegen geweest<br />

was, dat hij had kunnen goedvinden, om het verfoejelijk<br />

Veto te verdedigen; hij mogt zig maar<br />

voor den lantaarnpaal wachten; doch hij anwoord*<br />

de , dat men haar het geheele beloop van zaaken,


7


IN FRANKRIJK. 7?<br />

aan deeze de verzekering terug, dat hij haar de<br />

tederfte liefde toedroeg, dat de verjigtihg en het<br />

geluk der Natie, zijn gehcele hart en zijne gantfche<br />

zorgvuldigheid bezig hielden, en dat van dit oogenblik<br />

af, de Grenadiers van het Burgercorps,<br />

zijne Lijfwacht zouden uitmaaken: men ontving<br />

dit antwoord met een woest vreugdegeroep, trok<br />

met klinkend fpel en vliegende vaandels Verfailles<br />

in, en fchaarde zig op het cxercecrplcin:<br />

de Grenadiers der militie namen nog in deezen<br />

nacht hunne posten in; de militie van Verfailles<br />

verëenigde zig met die van Parijs, cn het Regiment<br />

Vlaanderen voegde zig, met wapperende<br />

patriotfehe cocarden, mede bij haar; men wees<br />

ieder Bataillon afzonderlijke quartieren aan, die<br />

zij ten deele in burgerhuizen, ten deele ook in<br />

de kerken vonden: de inwooners van Verfailles,<br />

waren den geheelen nacht bezig, om hunne Parijfche<br />

broederen van brood en wijn te voorzien,<br />

en overal heerschte zulke een gelukkige eensgezindheid<br />

en vreedzaam gedrag, dat het Bataillon ,<br />

't welk in de Kerk Saint Louis zijn verblijfplaats<br />

gevonden had, onder den klank en het gedruis<br />

van trompetten, pijpen en trommen, een Te Deum<br />

aanhief, en, onaangezien alle de ongemakken van<br />

den voorigen dag en nacht, eenen plechtigen omgang<br />

deed: alles was nu bedaard: de Marquis<br />

DE LAFAYETTE was van de goede gevolgen,<br />

zijner gemaakte fchikkiugen en bevelen , zodanig<br />

overtuigd, dat hij de Nationaale Vergadering liet


78 STAATSOMWENTELING<br />

verzekeren, dat zij gerust fcheiden kon; en dat<br />

hij zelf meende gerust te kunnen gaan flaapen, 't<br />

geen voor hem zo noodig was.<br />

Ondertusfchen waren de Lijfgarden in eene»<br />

zeer onzekeren cn ncteligen toeltand gebleven:<br />

den dag over waren zij vervolgd en gefmaad, tegen<br />

den avond daadlijk aangerand, cn, geduufende<br />

den nacht, van den éénen post naar den<br />

anderen, ten deele gejaagd, ten deele ook op bevel<br />

gezonden: een groot vijftigtal was in het wachthuis<br />

cn op het kasteel gebleven, en hadden hunne<br />

gewoone posten in de gallerijen, en voor de<br />

vertrekken des Konings cn der Koninginne bezet;<br />

zij hadden elkander gezworen, dat men hen<br />

niet, dan dood, van daar zou wegbrengen: hunne<br />

overige kameraaden waren gelast, zig niet aan<br />

het volk te vertoonen, en bragten den geheelén<br />

nacht in hunne volle wapenrusting, op de paarden ,<br />

in het park door: eerst tegen vier uuren liet men<br />

hun aanzeggen,dat zij op hunne behoudenis moesten<br />

denken, cn zij trokken door het park terug.<br />

Van vier tot zes uuren, was in Verfailles alles<br />

{til: het Parijfche volk, vrouwen en mannen,<br />

kwamen het eerst wederom te voorfchijn, niet zo<br />

zeer met vijandige oogmerken, als wel veelmeer<br />

uit nieuwsgierigheid: bij geheele drommen liepen<br />

zij in het park van het kasteel, en voör deszelfs<br />

voorplein rond: een van hun ontdekte, bij een


IN FRANKRIJK. 79<br />

vender van het rechter zijgebouw des kasteels,<br />

een der Lijfgarden, op zijnen post (taande: men<br />

had gezegd en geloofd,dat de Lijfgarden allen geheel<br />

verwijderd waren, cn de nationaale Grenadiers<br />

alle hunne posten bezet hadden; daar zij echter nog<br />

een van dezelven zagen, fcheen hun zulks toe een<br />

nieuw bedrog te weezen, en hun wantrouwen , het<br />

welk door niets kon verfchalkt worden, lloeg tcr-<br />

(tondtot daadlijkheden over: zij riepen den Gardist<br />

op, om zijnen post oogenbliklijk te verhaten, en<br />

zijne wapenen aftebrengen; hij riep van boven,<br />

dat niets in (taat zou zijn, hem daartoe te bewecgen;<br />

terftond begroette men hem met fcheldwoorden,<br />

en toen hij deed alsof hij 't niet hoorde<br />

werden zij nog meer verbitterd, en begon::en met<br />

(teenen en (tokken naar hem te werpen: hij oordeelde<br />

, dat de zetel der Majesteit daardoor werd<br />

gefchonden, cn rekende zig, bij den ijver in zijnen<br />

dienst, verpligt, onder den hoop te moeten<br />

vuuren: dit was het fein tot een der losbandiglte<br />

en gruwelijkde tooneelen, die ooit gezien<br />

zijn, in het land, waarin men zo veel van dien aart<br />

zag: het volk was als zinneloos: huilende van<br />

woede liep het overal rond, en bragt alles, wat<br />

van hetzelfde (lag was, bijéén: gelijk een losgebroken<br />

droom, fneldc het naar 't kasteel, en de;<br />

posten, die 'er voor donden, waren niet in ftaat,<br />

om hetzelve tegentehouden: vóór dat nog de Marquis<br />

DE LA FAYETTE daarvan kon verwittigd<br />

worden, waren reeds alle toegangen, voorhoven


8o S T A A T S O M W E N T E L I N G<br />

cn gallerijen, met fchrceuwendc en fehidmbekkert-<br />

de wijven en mannen als overftroomd; hunne ge-<br />

heele woede viel op de Lijfgarden; betrapte men<br />

een Van hun, hij werd nedergeworpen, vertrapt, ge-<br />

flagen, gehouwen en gelloken; eenigen fleepte men<br />

door de gallerijen, de trappen af, tot voor de ge­<br />

traliede poorr. van het kasteel, en worgde en fmoor-<br />

dc ze gedeeltelijk; terwijl men anderen vasthield<br />

en langen tijd in onzekerheid liet of zij llerven<br />

zouden of niet, om dat men het niet ééns kon<br />

worden, duor welke martelingen men hen den<br />

dood wilde doen ondergaan: twee hieuw men met<br />

bijlen de hoofden af, ftak ze op llaaken, en droeg<br />

ze in een gruwelijken zegepraal alle ftraaten door<<br />

De Koning en de Koningin waren in doodsbe-<br />

naauwdheid: de Koningin het woest gefchreeuw,-<br />

van tijd tot tijd , haar vertrek hoorende na­<br />

dere, vluchtte, bijna naakt, in 's Konings ver­<br />

trek: een raazende hoop liep achter haar in, en<br />

fchreeuwde: ,, Loop, loop, Wijf! houd hem<br />

„ vast, dees is uw redder (*)"! zij viel flaauw<br />

in zijne armen: de voorzaal des Konings werd in<br />

hetzelfde oogenblik gefloten.<br />

Hier was 't, alwaar de overige Lijfgarden hun­<br />

ne laatlte wijkplaats gevonden hadden; hier was<br />

%<br />

(*) Cours, cours, Femme f»***, tiens le biett,<br />

c'efl la ton Sattveur.


ÏN FRANKRIJK. St<br />

*t, alwaar zij elkander nog eens omhelsden, en zwoe*<br />

ren, zig onder de oogen van hunnen Koning tot<br />

den laatften druppel bloeds te zullen verweeren<br />

en derven: middelerwijl was de Marquis DE LA<br />

PAYETTE, van de andere zijde, in's Konings<br />

vertrek gekomen, en had hem dezelfde belofte gedaan,<br />

waarop de Lijfgarden zo even gezworen<br />

hadden: in het zelfde oogenblik fprong de deur van<br />

de voorzaal, door bijlen en koMagen verbrijfeld,<br />

open; het volk fchoot binnen en ging op de<br />

Lijfgarden los: de Marquis DE LA FAYETTE<br />

Helde zig alleen, ademloos, zonder hoed en degen,<br />

tusfchen beiden: ,, Ha!" zeide hij, „ volj,<br />

doet gij zó aan uwe belofte? (laat, of gij moet<br />

,, over het ligchaam van uwen Generaal heen loo-<br />

„ pen:" deeze woorden werkten gelijk een donderdag<br />

op het volk, en de voorden trachtten zig<br />

achter de geenen tc verbergen, die achter aan don*<br />

den : deeze beweeging zag de fiere held, en<br />

maakte 'er gebruik van; hij liep toe, fchoof ze<br />

terug, en zij gedoogden zulks gewillig: de voor*<br />

zaal werd geruimd, eenige Grenadiers, van de<br />

nationaale militie, traden binnen, cn namen de<br />

Lijfgarden in hun midden, terwijl anderen derzei*<br />

ter posten innamen en bezetteden.<br />

DE LA FAYETTÊ raadde den Koning en de<br />

Koningin aan , zig aan het volk te vertoonen , en<br />

indien het 'er op gedeld ware, hen in Parijs bij<br />

II. DEEL. F


Sa STAATSOMWENTELING<br />

zig te hebben, in deszelfs begeerte te bewilligen}<br />

de Koning aarfcldc niet om deezen itap te doen, en<br />

vervoegde zig, benevens de Koningin, die baarert<br />

eenen arm in den zijnen gelegd, en aan den anderen<br />

den Dauphin had, gelijk aan den anderen<br />

arm van den Koning de Prinles was, op het<br />

groote balcon, cn vertoonde zig aan het volk:<br />

zijne verfehijning maakte eensklaps gén einde<br />

van den oproer: met een gefchreeuw drong het<br />

volk door, tot aan den voet van het balcon: toen<br />

hij bad, dat men zijne Lijfgarden het leven mogt<br />

fchenken, riep alles, als uit éénen mond: „ Ge-<br />

„ nade, genade voor de Lijfgarden!" toen hij<br />

beloofde met zijne familie naar Patijs te zullen<br />

trekken, fchrecuwde alles: „ Lang leeve de Ko-<br />

„ ning, de Koningin, de Dauphin!" de Lijfgarden<br />

vertoonden zig ook, rukten hunne bandelieren<br />

af en wierpen ze onder het volk, ten blijke,<br />

dat zij zig aan deszelfs edelmoedigheid overgaven:<br />

het gevoel van woede, veranderde eensklaps<br />

in verzoening, en zij, die tevooren gelijk<br />

wilde dieren geraasd hadden, liepen heen, haalden<br />

takken van boomen en dansten daarmede, op de<br />

voorpleinen van het kasteel,in 't rond, terwijl de<br />

Lijfgarden, die men tevooren aan het graauw ontrukt<br />

had, de beerenmutfen van hunne redders namen ,<br />

hen in derzclver plaats hunne hoeden op het hoofd<br />

zetteden, ten blijke van verzoening en eensgezindheid,<br />

tegelijk hunne uniform tegen de nationaale<br />

vcrwisfelende: alles was op éénmaal weder broeder


Optotft op den 6 October 17S9 te Verfailles.



ÏN FRANKRIJK. 8$<br />

en broeder, en het toor.cel van de akeligfte gruwe*<br />

len, veranderde in eene plaats van 1'chreeuvvend ge­<br />

juich en toomlooze vreugde.<br />

De Nationaale Vergadering was, bij het begin<br />

der eerfte bloedige bedrijven, in de zaal bijeen ge­<br />

komen: de Koning vvenschte haare leden in het<br />

kasteel bij zig te zien, en met dezelven te raad-<br />

pleegeu: hij zond twee fleeren in de zaal, die<br />

den vergaderden Gevolmngtigden keunis gaven van<br />

s Konings wensch: zij waren ook reeds bij den<br />

Prefident geweest, die 'er zijne toeftemraing gaar­<br />

ne toe gegeven had; maar MIRABEAU was in de<br />

zaal, cn verklaarde, dat de Prefident zulks niet<br />

toeftemmen konde, én dat 'er eerst over moest ge­<br />

raadpleegd worden: dc gallerciën, die opgepropt<br />

waren met mcui'chen, gaven hun woord ook , en<br />

fchreeuwden , dat de Vergadering in dc zaal moest<br />

blijven: vervolgends trad de Prefident zelf bin­<br />

nen, en ftelde 's Konings begeerte voor: men<br />

eischte zulks fchrif'tlijk van hem, en hij moest<br />

zig beroepen op de twee Heeren, die de Koning<br />

aan hun gezonden had: MIRABEAU ftond an­<br />

dermaal op, en verklaarde: dat het beneden de<br />

waardigheid der Nationaale Vergadering was, bij -<br />

den Koning te gaan: raadpleegingen in dc palei­<br />

zen der Koningen, waren niet vrij; en, daarenbo­<br />

ven, in deeze tijdsomftandigheden verdacht: het<br />

was genoeg eene deputatie te zenden: het vóifS<br />

op de g-aliereiën, gaf hem, door een woest handge-<br />

F 2


8 4<br />

STAATSOMWENTELING<br />

klap, zijne toejuiching te kennen , en voelde zijne<br />

waardij dubbel: evenwel fprak de Prefident hein<br />

met kracht en nadruk tegen,doch kon echter niets,<br />

verwinnen: de meerderheid bcfliste, dat men in de<br />

zaal blijven, en alleenlijk eene deputatie aan den<br />

Koning zenden zou: MIRABEAU, onderfteund<br />

door BARNAYE, en alle de overigen van hunne<br />

partij, deed tevens het voorftel: „ dat de Natio-<br />

„ naalé Vergadering .onaffcheidelijk was van den<br />

„ Koning: " het ging door, en de deputatie deed<br />

den Koning van dit befluit tevens verflag.<br />

Deeze ftond gereed de reis naar Parijs aantenccmen;<br />

gelijk mede de Koningin, dc Dauphin<br />

en de overige koninglijke Familie: de rijtuigen<br />

kwamen voor, om ze overtebrengen: honderden<br />

van vrouwen, beftoken en gekransd met takken<br />

en bloemen, dansten en huppelden rondom dezelven<br />

heen: een gedeelte der gewapende burgerij<br />

van Parijs, trok ter zijde af, en het andere gedeelte<br />

verwachtte de rijtuigen der koninglijke Familie,<br />

om zig aan dezelven te fluiten cn ze te verzeilen :<br />

vooraf ging een troep van het Parijfche janhagel,<br />

volgende de hoofden der twee vermoordde Gardes,<br />

die op bebloede ftaaken gedragen werden:<br />

een vreeslijke zwarte kaercl, met eenen langen<br />

baard, opgeftroopte mouwen, ontbloote borst<br />

en een hooge muts, ging tusfehen twee anderen ,<br />

die deeze hoofden droegen, en niet minder, dan<br />

zij, bet voorkomen van Kanibaalen hadden , met


IN FRANKRIJK. 85<br />

-een grooten bijl op den fehouder en twee pistoolen<br />

in den gordel: deeze kaerel, dien men dc Wilds<br />

uit de voorftad St. Antolne noemt (*) , draaide zij­<br />

ne oogen in 't rond, en nam met eene ftaatige hou­<br />

ding de eerbewijzingen aan, welke het graauw<br />

hem voor zijne heldcndaaden betoonde: hij was<br />

het geweest, die de beide Garden, met zijn' bijl,<br />

de hoofden had afgehouwen: hem volgde het dan-<br />

fende gepeupel, in eene woedende blijdfchap ,<br />

flaarcnde op deeze hoofden, en de .armen naar de­<br />

zelven uitgeftrekt: nu zag men eenen trein van<br />

vischwijven , op de paarden der Garden, waarvan<br />

eenigen van vooren en van achteren met harnasten,<br />

uit de wapenkamer, uitgerust waren, en ande­<br />

ren groote flagzwaarden zwaaiden; rondom haar<br />

wemelde het van naakte bedelaars, oud en jong ,<br />

van beide fexen: op het zwaar gefchut, 't welk nu<br />

volgde, zaten andere vischwijven, recht of ver­<br />

keerd, zo a!s zij maar plaats konden vinden.<br />

Deeze' kluchtige groepen werden gevolgd van<br />

dc benden der gewapende burgerij, met de gered­<br />

de Lijfgarden in hun midden: wanhoop en fchaam-<br />

te, was op de verbleekte aangezichten der laatften<br />

tc leezcu, en veelen van hun waren zodanig ver­<br />

moeid, dat zij ieder door twee burgerfoldaatea<br />

moesten geleid worden; een gezicht, het welk't<br />

Le Smivtige du Fauxbmrg St. Antoine^<br />

F 3


8(5 STAATSOMWENTELING<br />

hart van elk die gevoel had, ten fterkften moest<br />

treffen,<br />

Nu vólgden de rijtuigen des Konings, der Koninginne<br />

cn der overige koninglijke Familie, mede<br />

omringd door groepen van bekransten dar.fende<br />

vischwijven, die ook , zo dikwerf' als het haar inde<br />

gedachten kwam, in het portier der rijtuigen<br />

traden, cn zig met den Koning, de Koningin cn<br />

den Dauphin, op eene lastige wijze, onderhielden:<br />

daarop volgde de tweede helft der gewapen-,<br />

de burgerij, cn de gcheele trein werd gefloten door<br />

cenc menigte van bagagewagens , waarop dc klecderen<br />

cn het huisraad der koninglijke Familie waren,<br />

tevens vol van vermoeide mannen cn vrouwen,<br />

die al juichende takken van boomeii zwaaiden<br />

, en onophoudelijk fchrecuwden: „ Lang Ice-<br />

„ ve de Natie! Lang leeve de Natie! "<br />

Toen de tijding in Parijs kwam, dat de Koning<br />

met zijne familie in aantogt was, verliet het grootilc<br />

gedeelte der inwooneren, die in de ftad gebleven<br />

waren , huis, vrouw en kinderen, om ooggetuigen<br />

te worden van deeze onverwachte verhuizing:<br />

de vooruitzichten, welke het volk, cn<br />

zelfs de befchaafdc rangen in Parijs, daarin meenden<br />

tc* vinden, bragt alles in eene wilde verrukking,<br />

die van alle kanten uitgefchreeuwd werd, door<br />

een algemeen vreugdegeroep, -t welk het ontzet-.


IN FRANKRIJK. tg<br />

tcnd gevoel, veroorzaakt door het gezicht van de<br />

bloedige 'hoofden, die vooruit gedragen werden,<br />

ten deele onderdrukte, ten deele geheel fmoorde :<br />

de helden en heldinnen, van deezen gruvvelijke.n<br />

trein, zagen hunnen zegepraal, door duizende<br />

van toefchietende nieuwe aanfchoüwers, verheerelijkt,<br />

cn werden door het roepen van , vivat! het<br />

welk van eenige beevende lippen, uit bcnaauwdheid,<br />

rolde; door het kusfehen en de omhelzingen,<br />

waarmede woeste patriotten hen, als't ware,<br />

overftelptcn ; door het blijde huppelen en<br />

fpringen der kinderen, en door de domme verbaasdheid<br />

der bejaarden, al meer cn meer gellijl'd<br />

hl de meening, dat zij nu den tweeden gewigtigen<br />

dienst aan het Vaderland beweezen; dat zij thans<br />

alles, waarvoor dc Natie nog had moeten vreezen<br />

, weggenomen, cn eindelijk alle de poogiugen,<br />

van dc altoos nog geduchte Ariltocraatcn,<br />

ten eenenmaalc verijdeld, en krachtloos gemaakt<br />

hadden: het .gemcene volk riep: ,, Hier brengen<br />

,, wij den bakker cn de bakkerin!" cn gaf daardoor<br />

op nieuw te kennen, dat zij meerder belang<br />

Helden in het brood, dan in de ilaatsgefteldhcid;<br />

de gewapende burgers riepen: „ Wij brengen<br />

,, den vader bij zijne kinderen! " volkomen overtuigd<br />

zijnde, dat zij nu beter met hem raadpleegen,<br />

cn de Stiefmoeder, met haare Neeveu eiï<br />

gunllclingen, verder van hem verwijderen konden:<br />

de Natie maakte hier weder gebruik van 't<br />

geen de gemcene man gedaan had, cn hoewel het<br />

F 4


88 STAATSOMWENTELING<br />

groottte gedeelte vau dezelve overtuigd ware, dat;<br />

deeze ftap van goede gevolgen zijn zou, oordeelden<br />

zij het evenwel onnoodig, dat dezelve met<br />

Moed en wraakzucht, die de patriotfche dwcepcrïj<br />

kenfehetste, getekend was geworden.<br />

De Koning, de Koningin en derzelver familie,<br />

beleefden den fchrikkelijkttcn dag, welke ooit menfeiten,<br />

van dien rang, beleefd hebben oi beke­<br />

ven zullen: L ODE WIJK DE ZESTIENDE was,<br />

federt het midden van den verlopen dag, blootgeiteld<br />

geweest aan zijne eigene bciluitcloosheid, en<br />

aan die van zijne Staatsdienaaren; aan de benaauwdheid<br />

der koniugsgezinden, en de ontluimigheid<br />

der Democraaten; aan de trotfche liefkoozingen<br />

van ruwe wijven; aan den afzichtigen<br />

aanblik van uitgehongerde bedelaars, en aan den<br />

vricndlijk dreigenden oproer zijner meer befchaaf»<br />

de onderdaancn, die wapens droegen: hij werd<br />

door niets befchermd, dan door zijne natuurlijke<br />

deugden, als mensch befchouwd; hij had geene<br />

andere gronden, die zijne handelwijze befluuren<br />

konden, dan zodanigen, die zijne Ministers, ge*<br />

perst door den oogenbliklijken nood, en niet uit<br />

overtuiging, hem aan de hand gaven; hij had<br />

geene andere wacht, dan die een razend gepeupel<br />

goedvond hem te verkenen; hij kon geen an*<br />

deren ftap doen, dan welken de- tegenwoordige<br />

Hoofden des volks, en van het land over 't alge-,<br />

meen, 't welk hij weleer het zijne mogt noemen»


IN FRANKRIJK. 89<br />

hem al biddende gelastten te doen; hij ging naar<br />

Parijs, omdat hij, zonder zijn leven aan gevaar<br />

blootteilellen, nergens anders gaan kon; in één<br />

woord, hij was een gevangen man naar ligchaani<br />

' en ziel, en fchoon het gejuich, 't welk hij van<br />

alle kanten hoorde, hem, alleen fcheen te bedoelen<br />

, kon hij 'er zig echter niet over verblijden ,<br />

alzo het duidelijk bleek, dat het volk zigzelf ia.<br />

hem toejuichte; hij kon bij dit alles ook niet gerust<br />

weezen, dewijl hij altoos vreezen moest, dat<br />

onder de duizenden, die rondom hem heen dansten,<br />

immers wel één zijn kon, die, op denzelfden<br />

weg, gelijk het overige volk, 't welk hem<br />

naar Parijs begeleidde, nog verder gaan zoude,<br />

en bij zigzelven overtuigd was geworden, dat zijn<br />

dood de revolutie nog fterker bekrachtigen zoude,<br />

cn die in de raazende Ihatkundige dweperij hem<br />

den dolk even zowel in het hart ftooten kon, als<br />

een Gecstlijke het zijnen besten voorganger gedaan<br />

had: hij was 'er federt eenigen tijd bijna aan<br />

gewoon geworden, zijne koninglijke waardigheid<br />

verloren te hebben , doch zijn menschlijk beltaan<br />

kon hij niet bedreigd zien , zonder te beeven, omdat<br />

zijn charak'er het niet medebragt, door eene<br />

kloekmoedige grootheid v;ui geest, de angstvallige<br />

trekkingen der zinlijkheid te overwinnen: dit was<br />

ook de oorzaak, dat zijne gcheele houding, geduurende<br />

de tooneelen in Verfailles, en op zijne<br />

reis vandaar naar Parijs, blijken gaf, dat hij meer<br />

Wit vrees, dan eigen befluit; daartoe was overge-<br />

F 5


oo STAATSOMWENTELING<br />

Mm, cn zijne innerlijke onrust openbaarde zig<br />

nu door eene ongewoane bleekheid, dan in een<br />

ftijve onderwerping, of door eenen gedwongen<br />

lach; nu door korte afgebrokene woorden, die<br />

alles, hehalvcn zijne togt mar Parip, ten onderwerp<br />

hadden; en dan door ceuen, boven alles<br />

verheven, blik, die Majestcn zoude te kennen gegeven<br />

hebben, wanneer hij in den. kring zijner<br />

Hovelingen geweest ware, doch thans - niets<br />

betekende, omdat de oogen, die hem omringden,<br />

hem geen luister bijzettcden, maar Hechts in hem<br />

een mensch zagen, dien zij vergunden hun Koning<br />

tc weezen.<br />

T)e tocfland der Koningin was nog veel ontrustendcr<br />

cn hachelijker, dan de zijne: zij had federt<br />

den morgen van deezen dag, akeliger blijken van des<br />

gemecnen mans geneigdheid, omtrent haar, gezien,<br />

dan zij ooit vermoeden kon; zij zelve had uit den<br />

mond van het graauw dingen gehoord, die haar<br />

Hechts, cn nog van veel gemaatigder inhoud , ja in<br />

geestige invallen,of onder het ophaalcn vanfehouders,<br />

als fchcenen ze dezelven met verachting te befchouwen<br />

, van haare manlijke cn vrouwlijkc gunttclingen<br />

onder het oog gebragt waren;die haarovertnigden,dat<br />

zekere omltandigheden algemeen bekend<br />

waren, welken zij meende dat tusfehen de muuren<br />

van haare groote cn kleine kasteden, en in het geheugen<br />

van haare vertrouwelingen zeivcn moesten geftorvcn<br />

zijn; die haar eindelijk niet onduidelijk


IN FRANKRIJK. t J t<br />

tc kennen gaven, dat men zig wel dwingen wil­<br />

de, om haar niet wegens haar zelve, maar ten ge­<br />

valle van haaren cchtgenoote cn haare kinderen te<br />

fpaaren: zij vond zig te midden van duizenden ,<br />

die haar omringden, geheel alleen, cn had geen<br />

anderen befchermer, dan de edelmoedigheid dec-<br />

zcr meniehen, ofderzelvcr zelfgenoegen, ofhun-<br />

ne verachting, of'het nationaal-geworden gevoel<br />

van achting voor de vrouwlijke 1'exe, of dc laat (te<br />

opwelling der aangeborene liefde voor den Ko­<br />

ning, of" eindelijk zelfs de hartstochtliikc zucht<br />

voor de galanterie (*;.<br />

Al kon zij nu ook dc fnmrtlijke overtuiging, van<br />

dit alles, voor haar zelve niet meer verbergen,<br />

fcheen zij evenwel, als eene doorflecpene vrouw,<br />

dezelve te willen ontveinzen voor de geenen, die<br />

ze haar mededeelden, ten einde, 't welk, met op­<br />

zicht tot het menschlijk hart, zeer fijn overlegd<br />

was, door uiterlijke betooning van angstcnfchuld,<br />

0') Men heeft ontdekt, dat haar rijtuig omringd<br />

was van een troep jöngé lieden, die gezworen hadden,<br />

niet te zullen gedogen, dat men haar het minfle<br />

leed toevoegde: parceque, geüjk zij zig uitdunten,<br />

notre Reine efl une jolie feur.sie: deeze heldhaftige<br />

denkwijze, eigen aan het Fiar.fehe charaktcr. wordt<br />

nu in den gcv.apenden toeftand der Natje, indedaad<br />

veel Wetkzaamer dan te vooren, toen zij flechts in<br />

minnebrieven mpgt ademen, uit vrees voor — hét<br />

gericht.


pa STAATSOMWENTELING<br />

de ooggetuigen geene aanleiding te geeven, om<br />

haar nog benaauwder te maaken, en nog meer<br />

fchuldig te vinden.<br />

Zo doende vond de gemcene opmerker, behalven<br />

eene bij haar niet gewoonc bleekheid, die door<br />

een Iterk blanketfel nog meer in het oog viel, behalven<br />

een beftorvene lip en een vliegend oog, aan<br />

haar geene blijken van innerlijke zielskwellingen ,<br />

en bekommeringen; doch de meer oplettende befpicder,<br />

zag dezelven in haare gemaakte vriendlijkheid,<br />

en dc tedere liefkoozingen, waarmede zij<br />

haaren zoon overlaadde; in de infchikkelijkheid<br />

jegens dc gemeene vrouwen, in de trotfche houding,<br />

waarmede zij tot de naast haarzittende IIofda><br />

me fprak ;in de herhaalde benaauwde vraagen, naar<br />

den weliland van haaren echtgenoot, in't kort, juist<br />

in dat geene zag hij dezelven het meest doordraaien,<br />

het welk zij met zeer veel moeite wilde verbergen<br />

of bedekken : dit gedrag maakte den gewenschten<br />

indruk op den grooten hoop, en men kan wel met<br />

waarheid zeggen, dat dezelve zig, hoe nader zij<br />

bij Parijs kwamen, des te meer en oprechter met<br />

haar verzoende: vermits bij deeze Natie elk gevoel<br />

oogenbliklijk, en thans fneller dan tevooren, tot<br />

daaden overllaat, werd zij ook welhaast door een<br />

mcnigvuldiger Vtve la Reine! van deeze voor<br />

haar zo gunftige verandering verzekerd, cn het<br />

duurde niet lang, of zij werd alleen nog maar door<br />

den angst van haar hart, en niet meer door de


IN FRANKRIJK.<br />

benaauwdheid gekweld, die men bij haar verwekte.<br />

Dc Dauphin" en de Prinfes zagen met een natuurlijke<br />

benaauwdheid, aan kinderen eigen, het gedruis<br />

aan, cn gedoogden gaarne, dat men hen<br />

een Vive! toeriep, en de handen drukte en kuschte:<br />

op de overige koninglijke Familie, die in het<br />

derde rijtuig volgde, werd in 't geheel geen acht<br />

geflagen.<br />

Deeze togt, en bijgevolg ook de kwelling des<br />

Konings en zijner familie, duurde van twaalf uuren<br />

des middags, tot des avonds half negen toe:<br />

dit gcheclc bedrijf werd nog veel woester en afgrijzelijker<br />

toen het avond begon tc worden, ca<br />

groote lantaarnen, windfakkels en toortzen, zwarte<br />

gezichten in de uitftorting van losbandige vrolijkheid,<br />

halfnaakte mannen en vrouwen, voorzien<br />

van ouderwetfche wapens,verhit door het patriottismus,<br />

trotsheid en Herken drank, groote,<br />

door den wind heen en weder wapperende, vaandels,<br />

en gladgepolijste geweeren en fabels, door<br />

een duister gewoel doorblinkende, alles begon te<br />

verlichten.<br />

Door de naauwe ftraaten der ftad, die aan wederszijden<br />

door zwarte rotfen fcheenen ingefloten<br />

te weezen, drong een ftroom van woelige menfchen,<br />

wier gefchreeuw zig met de trommen en


94 STAATSOMWENTELING<br />

het raazend Janrateaarcö - inuzijk der nationaale foldaatcn<br />

paarde j en met deeze in een eenïg klaterend<br />

geluid uitliep, 't welk het angstig gefchree«W<br />

der vrouwen, kinderen en oude menfehen, die<br />

gevaar liepen van in het gedrang te Hikken, verdoolde<br />

en verflqjld*<br />

Aan den flagboom was de Koning door den<br />

Hoofdofficier der Had, gevolgd van eenige Vertegenwoordigers<br />

der gemeente, ontvangen: het<br />

fcheen alsof hij nieuwen moed greep , toen<br />

hij deeze mannen zag: dc eerbiedige houding van<br />

allen, cn vooral het zachte, vertrouwenwekkend,<br />

voorkomen van het Opperhoofd der Had, Hak geweldig<br />

af bij het opdringend, gebiedend en luid*<br />

ruchtig gedrag van het graauw: «AILLY fprak<br />

den Koning aan, in de volgende bewoordingen:<br />

j, SIRE! het is een fchoone dag, die u en<br />

„ uwe Koninglijke Gade, en eenen Prins die<br />

„ goed en braaf worden zai, gelijk LCDE-<br />

„ WIJK DE ZESTIENDE is,aan uwe hoofd-<br />

Had fchenkt: vergun, SIRE! den Maire<br />

„ van Parijs, u den wensch der Had voorte-<br />

„ Hellen: ieder'oogeublik, 't welk uwe ?vlajefteit<br />

ons fchenkt, hoe kort ook, is ons<br />

„ zeer dierbaar; doch wij reikhalzen om onzen<br />

Koning altoos in het midden van ons te<br />

„ zien; zijn volk begeert alle zijne oogen-<br />

„ blikken te genieten: indien gij aan dit ver-


IN FRANKRIJK.<br />

zoek voldoet, SIRE! dan herkrijgt dc<br />

,, ftad het voortrcffelijkfte en dierbaarfte van<br />

haare voorrechten: nu reeds is de vaderlij-<br />

„ ke zorgvuldigheid van uwe Majesteit dub*<br />

„ bel gebleekcn, om het gebrek wegtenee-<br />

„ men; gij zult nu ook getuige worden van<br />

„ onze trouw; onder uwe oogen zullen orde<br />

en rust, en alle de zachte en beminnelijke<br />

„ deugden weder opluiken, welken uw voor-<br />

„ beeld verwekken en onderhouden moet;<br />

,, in één woord, onder L ODE WIJK DEN<br />

,, ZESTIENDEN zal de Koning magtig zijn<br />

,, door zijn volk, en het volk gelukkig door<br />

,, zijnen Koning."<br />

De Koning antwoordde met zekere gerustheid<br />

en aandoening: „ Dat hij altoos blijmoedig en vol<br />

„ vertrouwen, in het midden der inwooneren<br />

„ .van zijne goede ftad Parijs kwam: " ver*<br />

volgends ging de trein verder naar het Hotel-de-<br />

Ville.<br />

Op het plein de Greve was een tajjooze menigte<br />

van menfehen zamengevloeid, die den Koning en<br />

zijne familie met een vreugdegeroep verwelkom­<br />

den: DE LA FAYETTE cn BAILLV hielpen<br />

den Koning uit het rijtuig, en leidden hem in dezaal<br />

der Vertegenwoordigers; hetzelfde deeden<br />

eenige Gevolmagtigden van de Nationaale Vergadering<br />

met de Koninginne, en de overigen van do


0 S T A A T S O M W E N T E L I N G<br />

koninglijke Familie: was de aanfpraak van B A I Ï><br />

IY, aan den Koning, vol heuschheid, in betrekking<br />

tot zijnen tegenwoordigen toefland, die geene<br />

was het niet minder, waarmede een der Prefidcnten<br />

van dc Gemeente tc Parijs, MORRAU<br />

DE SAINT-MERY, hem ontving.<br />

SIRE!" zeide hij, „ indien de burgers van<br />

„ Frankrijk ooit zweercn moesten, dat zij hunnen<br />

Koning wilden beminnen, het zou bij het<br />

goede hart van LODEWIJK. DEN ZESTIEN-<br />

„ DEN gefchieden, en onze eed zou onfehend-<br />

,» baar weezen; doch een volk, dat dc liefde des<br />

,, Konings, meer als ecnebehoef'te, dan als een'pligt<br />

j, befchouwt, mag aan zijne eigene trouw en ver-<br />

„ kleefdheid niet twijfelen: thans meer dan ooit,<br />

,, hebt gij uwe heerfchappij over onze harten gevestigd;<br />

gij hebt de Conltitutic goedgekeurd en<br />

„ aangenomen, die van nu af de Natie aan den<br />

„ troon en den troon aan dc Natie, door eenen<br />

„ vasten band ,hechten zal: eindelijk,om liet zcgel<br />

te drukken op de vervulling van alle onze<br />

„ wenfehen , komt gij nog met dc dierbaarfte<br />

„ voorwerpen uwer tederheid, te midden onder<br />

„ ons woonen: bij het blaakend gevoel van onze<br />

„ harten, waagen wij het echter niet, om te zeg-<br />

„ gen, dat uw befluit, vooral die geenen van uwe<br />

„ onderdaanen gelukkig maakt, die u de vuuriglte<br />

„ liefde tocdraagen; maar wanneer een geëerbic-<br />

9, digd vader, door den wensch van een ontal-<br />

„ lijk


IN FRANKRIJK. 9 ?<br />

„ lijk groote familie geroepen wordt, hij zal ali,<br />

toos die plaats tot zijn verblijf verkiezen, ali,<br />

waar het grootfte aantal van zijne kinderen zig<br />

bevindt."<br />

De Koning knikte, in plaats van te antwoorden ±<br />

een en andermaal, zeer vergenoegd met het hoofd ,<br />

vervolgends trad de Maire na hem toe , ontving zijne<br />

bevelen, en verhaalde, dat de Koning hem op<br />

zijne aanfpraak, voor de Barrière, had geantwoord:<br />

„ Ik kom altoos blijmoedig in het mid-<br />

„ den der inwooneren van mijne goede ftad Pa-<br />

»> "fi" — » gij vergeet iet", viel de Koning<br />

hem driftig in 't woord, „ ik heb gezegd: blij-<br />

„ moedig en vol vertrouwen" — ,, Medebur-<br />

„ gers!" riep de Maire, in het zelfde oogen-<br />

Müc, „ gij zijt gelukkiger, dan wanneer gij zulks<br />

,, uit mijnen mond haddet vernomen! " een vrolijk<br />

handgeklap dankte den Koning voor zijnen —<br />

angst, en tevens den Maire voor zijne tegenwoordigheid<br />

van geest: de eerfte toonde daardoor, dat<br />

hij den inwooneren van Parijs niet te weinig had<br />

willen zeggen, en dat hij door het vertrouwen,<br />

't welk hij bekende op hen tc ftellen, een nieuw<br />

recht op hunne befcherming meende vcrkreegen<br />

te hebben: na verloop van een half uur, verliet<br />

hij, met de Koningin en de overige Familie, het<br />

Hotel-de-Ville, en reed, geduurig nog door het<br />

juichende volk verzeld, naar het kasteel der<br />

Tuilcrië'n: hier had men, in grooten haast, e«.-<br />

II. DEEL. G


93 STAATSOMWENTELING<br />

nige vertrekken voor hem gereed gemaakt, maaf<br />

juist omdat zulks zo haastig in 't werk was gegaan<br />

, vond hij, mogelijk voor de eerde maal in<br />

zyn leven, de vertrekken nog koud, het huisraad<br />

oud cn bekrompen, en dat de wind door alle dc<br />

venlters blies: de Koningin omhelsde hem wcenende,<br />

en fcheen door de fmart zodanig getroffen<br />

te zijn, dat zij geen woord kon uitbrengen: het<br />

avondeetcn was ftfl en treurig (*).<br />

Terwijl de burgers van Parijs over de komst<br />

des Konings juichten, waren die van Verfailles<br />

over zijn vertrek van fmart doordrongen: zij zagen<br />

zig, in hem en met hem, van het grootfte<br />

gedeelte hunner broodwinningen beroofd, en voor'<br />

veelen van hunne medeburgeren het vooruitzicht<br />

van gebrek en ellende geopend: de ééne Koning<br />

•had deeze ftad beftaan en vastigheid gegeven 3 omdat<br />

hij een vrijer en lichter woonplaats verkoos te<br />

hebben, cn een ander ontneemt haar het eerfte<br />

zowel als het laatfte, omdat de hoofdftad haare?<br />

(*) Le fouper a eté fort gat, zegt een democratisch<br />

blad, waaruit de Schrijver desze bijzonderheden,<br />

voor een gedeelte, ontleend heeft: men zal 't hem<br />

wel willen ten goede duiden, dat hij, in dit geval,<br />

liet woord gat, door ftil en treurig vertaalt: deeze<br />

fpotrede, die, in den mond van eenen partijdigen<br />

Franschman, Hechts wreed is, zou in den mond van<br />

eenen Duitfcher, vooral van eenen gefehiedfehrijver,<br />

fcjnsbaalstaal weezee-.


IN FRANKRIJK. 9 9<br />

rechten op zijne perfoon, die bijna fcheenen<br />

verouderd te \yeezen, op nieuws doet gelden,<br />

met eene magt, welke men hem,nog met zeer veel<br />

heuschheid, als een verzoek van het volk, en als<br />

ëcn vrij befluit van zijnen kant, begon onder het<br />

oog te brengen: E O D E W I J K D E V E E R T I E N ­<br />

D E was de zon van deeze nieuwe en bekoorclijke<br />

ftad, L O D E W I J K D E Z E S T I E N D E WaS beftemd<br />

, om dezelve te verwoesten, en als medepligtige<br />

van het despotismus te ftralfen : daarmede<br />

ontlook zij, en daardoor zou zij haaren ondergang<br />

vinden;<br />

Zij bezat nog wel de Nationaale Vergadering,<br />

en de voor haar daaruit voordvloejende hulp,<br />

doch de tijd naderde, dat zij deeze mede zoude<br />

verliezen: dit ligchaam had naamlijk het befluit<br />

genomen, dat het van 's Konings perfoon niet<br />

kon afgcfcheiden worden: de Oorzaak waarom die<br />

Vergadering thans nog te Verfailles bleef, was<br />

geen ander, dan- dat men eerst nog een gefchikte<br />

plaats voor haar in Parijs moest in gereedheid<br />

%>rengen.<br />

Doch de Vergadering zou niet alleen van plaats<br />

veranderen, maar haar inwendig ftelfei was reeds<br />

veranderd: van het oogenblik der uitbarfting af,<br />

welke den 5den en Cden Getober had plaats gehad<br />

, had o; volkspartij over de ariftocraatisch-koningspartij<br />

eene beflisfende overwinning behaald:<br />

G a


ÏOO STAATSOMWENTELING<br />

*£ geen. deeze gevreesd en geene gedreigd had,<br />

was wezenlijk gebeurd; het volk had zig eigenmagtig<br />

met de raadpleegingen bemoeid; door<br />

dreigementen en ten toon gedragene hoofden, de<br />

gronden cn onderwerpen der Dcmocraaten kracht;<br />

en klem bijgezet, en dezelven daardoor uitvoer­<br />

baar gemaakt: MOUNIER, LALLY, BERGAS-<br />

SE en andere uitmuntende mannen van hunne partij<br />

, waren in het hagchelijk geval, dat zij verkiezen<br />

moesten te vleien of te fterven , en indien zij<br />

geen van beiden wilden verkiezen, te zwijgen of<br />

zig te verwijderen: thans, nu de Koning volkomen<br />

in de handen des volks was geraakt, bleef<br />

liet onmogelijk, hem zekere rechten te doen<br />

behouden of weder te verfebaflen, die, zo dezelven<br />

aangenomen en gebezigd waren, de eigendunkelijke<br />

magt en de trotfche losbandigheid van<br />

het gemeen, zou tegengehouden, en juist daardoor<br />

de twee eerfte Standen des Rijks , tegen eene<br />

volflagcne onderdrukking beveiligd hebben: het<br />

bleef onmogelijk, om zekere grondbeginfelen en<br />

voorflagen, betrekkelijk tot de ftaatsgefteldheid,<br />

te doen gelden, welken gefchikt waren, om het<br />

Land eene ftaatkundige gedaante te geeven,die de<br />

Engelfche zeer nabij zoude komen; het bleef eindelijk<br />

onmogelijk, om tegen de plans der Demagoogen,<br />

die alleen om deeze plans zodanigen waren<br />

, met vrucht te werken, dezelven te ontmaskeren<br />

, en door hunne verwijdering, of ten minften<br />

door de vermindering van vertrouwen, eest


IN FRANKRIJK.<br />

meer gezuiverd vrijheidsgevoel bij de Natie te<br />

doen ftand grijpen; want deeze fcheen thans Hechts<br />

vrij te willen weezen, cn zig niet meer daarover<br />

te bekommeren, hoe zij vrij werd, en hoe zij zig<br />

als een zodanige wilde handhaaven: haare demagogifche<br />

Vertegenwoordigers hadden haar zo om den<br />

tuin geleid,,<br />

Deezen feheenen voor het grootfte gedeelte tot<br />

hier toe alleenlijk de meerderheid van Hemmen in<br />

de Nationaale Vergadering, beoogd, en niet eigenlijk<br />

voor dc bevestiging en bekrachtiging der<br />

vrijheid, door dcrzelvcr innerlijke fteunpijlaaren ,<br />

tc wceten, dc financiën en de uitvoerende magt,<br />

gewerkt te hebben; zij waren altoos nog bezig<br />

geweest om de reeds lang magtlooze vijanden der<br />

vrijheid te ontdekken en te onderdrukken, maar<br />

hadden niet begreepen, dat zij door deeze min<br />

hoofdzaaklijke bezigheid, de reeds ongetwijfeld<br />

bevochtene vrijheid, in eene algemeene regeeringloosheid<br />

veranderden; dat zij de gevaarlijke gistingen<br />

van het gemeen, en de zorglijke verwachtingen<br />

der Natie, daardoor aan den gang hielpen;<br />

dat zij een bijna algemeen wantrouwen op de Nationaale<br />

Vergadering, en uit dien hoofde ook eene<br />

traage uitvoering van haare befluiten voedfel gaven<br />

, en dat zij eindelijk het algemeen belang een<br />

onherftelbaar nadeel toevoegden, wanneer zij bij<br />

hunne grondbeginfelen , dc bekwaamde zogenaamde<br />

koningsgezinde leden der Vergadering vervvij-<br />

G 3


IO* STAATSOMWENTELING<br />

derden, cn daardoor bij hunnen arbeid aan dc<br />

Conftitutie, de partijdigheid den ruimen teugel<br />

vierden.<br />

De Hoofden der koningsgezinde partij, die met<br />

veel vaderlandsliefde aan de wederherftelling van<br />

den Staat hadden gewerkt,MOÜNUR, LALLY,<br />

IBERGASSE en anderen, verwijderden zig indedaad<br />

eenige dagen, nadat de Koning naar Parijs<br />

pvergebragt was, en door hunne verwijdering leed<br />

de Natie het bovengenoemde nadeel: met hun verwijderden<br />

zig anderen, wéare Ariftocraaten zijnde,<br />

die zig voor de rechten des Konings alleen in<br />

de bresfe hadden gefield, om dc hunnen niet aan<br />

het algemeen belang opteofferen: bij deeze verloor<br />

de Natie niets, want hunne plans waren ten<br />

deele betrekkelijk tot den Stand, tot welken zij<br />

behoorden; ten deele bedoelden dezelven alleenlijk<br />

hunne perfoonen, cn verfchilden wezenlijk van de<br />

Koningsgezinden, fchoon zij zig ook wel van derzclver<br />

middelen, ter uitvoeringe van hunne ontwerpen,<br />

wilden bedienen: nogthans waren deezen<br />

zelfs niet eens meer verklaarde werkzaame vijr<br />

anden der vrijheid, over 't algemeen, die thans<br />

niemand kon trachten te vernietigen, of hij moest<br />

•jaazend geweest zijn, maar zij wilden flechts<br />

redden, wat nog gered kon worden: hun eigendom<br />

en heftaan, doch niet meer hunne' voorrechten:<br />

dit was het geval met de leden van de hoogere<br />

Geestlijkheid, en van den voornaamer Adel, waar-


IN FRANKRIJK, ï 0 3<br />

aiede, men op eene onredelijke wijze , over dénen<br />

kam gcfchooreji had, alle overige letten van<br />

hunne Standen, die zig voor het grootfte gedeelte<br />

nimmer, door het kanaal van eigendunkelijk gezach,<br />

tot vette gcestlijke- en hooge flaats-amten<br />

verheven hadden,noch ook voorneemcns geweest<br />

waren, zulks te doen: dit onderfcheid had de<br />

bovendrijvende partij der Natie, van het begin af,<br />

niet in het oog gehouden, en zij verongelijkte<br />

de geenen van haare adclijke cn geestlijke medeburgeren<br />

, die, bij eene fobere wedde en bij een<br />

klein riddergoed, of bij eene kaale monteering,<br />

door armoede met den derden Stand nader ver*<br />

maagfehant waren, dan de burgerlijke welgedelde<br />

Koopman, of de ruimbczoldigde Geestlijke.<br />

MIRABEAU, die in het beloop der Nationaale<br />

Vergadering zijne grondftelling, als Demagoog,<br />

getrouw gebleven was, fcheen zulks ook in het<br />

vervolg, ten minftcn de eerfte dagen na 's Konings<br />

vertrek, te willen blijven; hij dreef het met<br />

zijne vrienden door, dat de Nationaale Vergadering<br />

verklaarde, onaffcheidelijk van den Koning<br />

te weezen; zijn oogmerk kon, wilde hij zigzelven<br />

niet tegenfpreeken, niet zijn, dat de Vergadering<br />

zig daardoor van den Koning afhangelijk<br />

verklaarde, of dat zij hem als den eenigen gezachhebber,<br />

die 'er nog in het Rijk was overgebleven,<br />

voor het graauw befchermde; of dat zij hem en<br />

zigzelve, tegen de kabaaien der Ariftoeraatèn,<br />

G 4


io 4<br />

STAATSOMWENTELING<br />

en derzelver daadlijke ondernecmingen beveilig,<br />

de; maar veelmeer, dat hij zig met de hoop vlei,<br />

en konde, om in Parijs, met hulp der gallerijen ,<br />

zijne cn der zijnen grondbeginfelen en plans doortezetten,<br />

en, over 't algemeen , meer onder de oogen<br />

van de hoofditad, die nu door en door democratisch<br />

gezind was, naar haare eigene grondftelUngeq<br />

te fpreeken en te handelen, en daarvoor,<br />

alzo zij thans alles in handen had, van haar beloond<br />

te worden; hij wilde de hoogde plaats in<br />

den Staat bekleeden, en oordeelde dit oogmerk<br />

niet beter te kunnen herijken, dan wanneer hij als<br />

Minister zig den weg daartoe baande.<br />

Hij hegreep dat NECKER nog veel te vast in<br />

de gunst des volks ftond, dan dat hij hem regetT<br />

recht had kunnen aantasten; doch de Minister van<br />

Parijs, SAINT-PRIEST, ftond 'er zo vast niet<br />

in, en deeze zou zijnen post in het ministerie ver-f<br />

liezen.<br />

MIRABEAU gaf voor, dat hij tot de vrouwen,<br />

die, op den 5den Octobcr, den Koning de rampen<br />

van Parijs onder 't oog bragten, zou gezegd hebben:<br />

„ Toen gijflechtséénen Koning had, had gij<br />

„ geen gebrek aan brood ;thans hebt gij twaalf hon-<br />

„ derd, gaat 'er deezen nu om vraagen." (*)<br />

Deeze befchuldiging kwam den Minister ter ooren,<br />

(*) Qusnd vous aviez un Roi, vous aviez du pain,


IN FRANKRIJK. 105<br />

en hij bewees, in eenen brief aan de Nationaale<br />

Vergadering, dat hij in de groote gallcrij, alwaar<br />

hij met de vrouwen zou gefprokcn hebben, in 't<br />

geheel niet geweest was: 'er kon derhalven niet<br />

verder over geraadpleegd worden , en het plan<br />

van MIRABEAU liep in 't riet, doch Hechts in zo<br />

verre, dat de Minister, door de Commisfie van<br />

onderzoek, niet vervolgd, en van het graauw niet<br />

verfcheurd werd; dan, hij bereikte evenwel daardoor<br />

het oogmerk, dat hij een wantrouwen tegen<br />

den Minister verwekte, het welk na deezen tijd,<br />

bij de minile verdenking, levendig moest worden r<br />

20 doende ondermijnde hij zijnen roem, gelijk hij<br />

den roem van NE CKER ondermijnd had; het overige<br />

deeden de blaauwboekjens-fchrijvers der Demagoogen,<br />

en de Natie vattede welhaast een algemeen<br />

wantrouwen op tegen den Minister: de uitzichten<br />

van MIRABEAU helderden daardoor meer<br />

en meer op, doch het duurde flechts eenige dagen<br />

, of zij werden hem, door een befluit der Nationaale<br />

Vergadering, geheel benomen.<br />

Werden hier zijne plans vernietigd, zo liep de<br />

invloed en de achting, die hij bij het volk had,<br />

mede gevaar van vernietigd te worden: eenige dagen<br />

na 's Konings komst te Parijs, meende men<br />

ontdekt te hebben, dat broodgebrek niet alleen de<br />

aujourd" hui vous en avez. douze cents, allez leur en<br />

demander.<br />

G 5


io6 STAATSOMWENTELING<br />

vrouwen gaande gemaakt, en na Verfailles ge-r<br />

dreven, cn dat het graauw 's Konings Lijfwacht,<br />

niet Hechts wegens de ontëering der nationaale CÜT<br />

carde zo gruwelijk mishandeld, maar dat een kabaal<br />

dit broodgebrek, zo niet bewerkt, nogthans<br />

vergroot, en de woede van het gemeene volk,<br />

doch vooral der wijven, door verkleede mannen,<br />

die men haar tot aanvoerders gaf, beftuurd, en nog<br />

oproeriger gemaakt had.<br />

Men geloofde, dat deeze cabaal een ontwerp<br />

had gefmeed, om den Koning geheel moedloos te<br />

maaken; hem tot de vlugt aantezetten; naar eene<br />

welbevestigde ftad, naamlijk naar Melz, overtebrengen,<br />

en daardoor de verdenking genoegzaam<br />

te bewaarheden, alsof hij zig'fehuldig vond aan<br />

zekere plans, betrekkelijk tot een Contra-revolutie,<br />

die hij nu voorgenomen had, vandaar, als<br />

eene plaats die rijklijk van wapenen voorzien was,<br />

doortezetten.<br />

De Koningin,had men onderfteld, dat door het<br />

in gramfchap tegen haar ontftoken volk, misfehien<br />

de Dauphin mede, van het leven beroofd, of ten<br />

rninften verwijderd, en de ouder broeder des Konings<br />

benaauwd worden, en de vlugt ncemen zoude;<br />

des was 'er dan geen één van de Bourbons<br />

meer overig, als de Hertog van ORLEANS, en<br />

deeze zou, in dit geval, als de afgod van het gemeene<br />

volk, zo niet voor Koning, echter voor


IN FRANKRIJK. 107<br />

Regent van het koningrijk uitgeroepen worden:<br />

MIRABEAU en eenige anderen hadden nu in<br />

deezen Prins over Frankrijk willen heerfchen.<br />

Men ging, om dit plan van den Hertog in het<br />

licht te brengen, tot het begin der omwenteling,<br />

de oproeping der Gencraale Staaten, terug: hij<br />

lag, zeide mert, in deezen tijd met het Hof overhoop<br />

, en wel zodanig , dat eene volmaakte verzoening<br />

onmogelijk was: de Koningin en de Graaf<br />

van ARTOIS, droegen hem eenen pcrfoncelen<br />

haat toe, bijgevolg de Kening ook, des de geenen<br />

die den Koning de naasten waren niet minder;<br />

het Hof fcheen door de Generaale Staaten in<br />

't gedrang te komen, en hij trachtte dit gedrang te<br />

vermeerderen; toen het Hof hem van zig verwijderde<br />

, bleef niemand voor hem overig, om hetzelve<br />

in benaauwdheid te brengen, dan het volk; bjj<br />

moest zig, derhalven, aan deszeifs hoofd ftellen,<br />

om de beweegingen van den derden Stand kracht<br />

en nadruk bijtczetten; hij, was gevohnagtigde bij<br />

de Nationaale Vergadering, en zijne Cahiers,dooiden<br />

Abbé SIEYES opgefteld, ademden niets<br />

dan liefde voor het volk; begeerden niets dan<br />

vermindering van belastingen, die hetzelve drukten<br />

; en fprak van niets dan van opofferingen, die<br />

hij, ten beste van denderden Stand, beloofde te<br />

doen: hij wist het ten deele door zijnen invloed,<br />

ten deele door omkoopingen, zo verre te brengen,<br />

dat 'er nog andere Gevolmagtigden verkoo-


io3 STAATSOMWENTELING<br />

zen werden, die met zijne grondbeginfelen bezield<br />

waren, en moed en begaafdheden hadden, of weinig<br />

genoeg te verliezen, om dezelven te opperen<br />

en doortezetten: aldus, zeide men, werd onder<br />

andereu de Graaf van MIRABEAU tot Gevolmagtigde<br />

verkozen , en daardoor een ijverige en zegepraaiende<br />

voorftander van den Hertog van ORLE-<br />

ANS, die hem tevens met geld onderlteunde,<br />

NECKER, zeide men mede, was bij de hofpartij<br />

even zo gehaat als hij-zelf, maar bij het volk<br />

zo bemind, als hij wenschte van hetzelve bemind<br />

te worden: het was derhalven noodzaakelijk, dat<br />

hij zig aan deezen verbond; dit gefehiedde ook,<br />

en hij verkreeg, door deeze verbintenis, een nog<br />

grooter gedeelte van de liefde des volks: het gemeen<br />

trok hij in zijne bclangens, door werken van<br />

weldaadigheid, en dit vergat, bij deszelfs natuurlijk<br />

gebrek aan overleg, zijn voorig leven, zo wel als<br />

zijne voorige verbintcnisfen, en bad hem daarna aan<br />

als weldoener en befchermcr; zelfs werd de Natie<br />

, over 't geheel befchouwd, allengs in een beter<br />

denkbeeld van hem gebragt, en eenige weldaadige,<br />

edelmoedige en republikeinfche daaden,deeden<br />

haar duizend morfige, zedenlooze en despotieke<br />

wandaaden vergeetcn.<br />

Men zag daarenboven nog, dat hij binnen de<br />

«muren van zijn paleis, de vrijmoedigfte debatten<br />

over de vergadering der Gencraale Staaten duldde;


IN FRANKRIJK, iop<br />

dat hij gedoogde, om ontdekte befpieders, door<br />

het gericht uitgezonden, daarin te mishandelen;<br />

dat hij deszelfs toegangen niet floot, zelfs niet<br />

voor lieden van de laaglte clasfen des volks; dat<br />

hij den derden Stand vergunde, om daarin de<br />

verëeniging der drie Standen met woeste vreugdebedrijven<br />

te vieren; dat hij deezen Stand<br />

niet belettede, daarin geld te verzamelen, voor<br />

foldaaten, die de fubordinatie gefchonden hadden ,<br />

en dat hij, eindelijk, de eerften, die in zijn paleis<br />

riepen:,, te wapen! te wapen!" niet alleenlijk<br />

niet deed verhuizen, maar zelfs deed aanvuuren (*):<br />

dit alles zag men nog; derhalven kon het volk<br />

geenszins twijfelen, dat het hem aan het hoofd<br />

had, en dat hij hetzelve befchermïng of hulp verkenen<br />

wilde, fchoon het niet fijn genoeg dachte s<br />

cn te veel vertrouwende goedhartigheid bezate, om<br />

zijne beweeggronden en geheime ontwerpen te begrijpen.<br />

Gcduurende de uitbarftingen van het vrijheidsgevoel,<br />

die nu flag op flag volgden, dc hofpartij<br />

verjaagden, de Koningin dreigden, den Koning<br />

(*) De Schrijver zag den i sden Julïj, dat *s HeN<br />

togs Cancelier, den Graaf DE LA TOUCHE, in hec<br />

Paleis Royal, midden onder de wanhoopigen, die door<br />

de verwijdering van NECKER beroerd waren, dezelven<br />

toelachte, en zig daarvoor van de morfigfte<br />

knaapen liet omhelzen.


no STAATSOMWENTELING<br />

buiten werkzaamheid fielden, en den derden Stand<br />

de overhand in de Nationaale Vergadering bezorgden<br />

, zeide men verder , dat hij zig, zo het fcheen ,<br />

lijdend gedroeg, terwijl zijne afgezanten des te<br />

werkzaamer waren: NECKER was zijn mededinger<br />

geworden, ten opzichte van de aanbidding<br />

des volks, en had daardoor zijne jalouzij opgewekt:<br />

in eene evengclijke jalouzij van zijne aanhangcren,<br />

en vooral van MIRABEAU, vond hij<br />

flof en genegenheid genoeg, om de liefde des volks<br />

jegens NECKER te verminderen.<br />

Ter bereikinge van dit oogmerk, maakte men<br />

gebruik van de door hem begeerde algemeene amnestie,<br />

van de mislukte geldleening van dertig<br />

millioenen, van 's Konings aanmerkingen op de<br />

befluitcn van den nacht van den Aden Augustus,<br />

welke men aan hem toefchreef, en eindelijk,<br />

van zijne wijgefing, om dezelfde befluiten, als<br />

mede de daarflelling van de rechten dér menschheid<br />

te bekrachtigen: verloor NECKER nu, om<br />

dit alles, veel van de liefde des volks, zo verminderde<br />

tevens het vertrouwen op de overige Ministers<br />

: de Hertog van o R L E A N S en M I R A B E A U ,<br />

waren in deezen tijd, indedaad, de eerfte en eenige<br />

gewigtige mannen bij het volk.<br />

Van dit voordeel, zeide men vervolgends, zou<br />

de Hertog van ORLEANS, nadar zijne aanhangers<br />

zijne oplettendheid daarop gevestigd hadden,


IN FRANKRIJK. iii<br />

mede ndg een ander gebruik maaken, dan zig op<br />

den Koning en de Koningin te wreekeu, NEC­<br />

KER te vernederen , en de afgod des volks te wee­<br />

zen ; hij zou eenen hoogcren trap in den Staat be­<br />

klimmen, opdat zijne vrienden mede hooger kon­<br />

den verheven worden: fohoon hij zig met zijne te­<br />

genwoordige ltandplaats vergenoegde, waren zij­<br />

ne aanhangers met de hunne niet voldaan , en def-<br />

halven begonnen zij nu de hoop bij hem te ver­<br />

wekken , van eerlang Regent van het Land te zul­<br />

len worden: hij zelf, een man in den zedelijkeu<br />

en natuurlijken zin verzwakt, had geen moeds ge­<br />

noeg, om iet te beftaan, 't welk, naar den za-<br />

mcnloop van alle omltandigheden, nu of nim­<br />

mer gelukken kon, maar wel was hij ijdel genoeg,<br />

om iet te wenfehen, dat zijne eigenliefde Itreelen ,<br />

en zijnen tweeden charaktertrek, naamlijk de gie­<br />

righeid, voedfel en bevreding verfehaffen kon : de<br />

Graavcn MIRABEAU en LA TOUCHE, zeide<br />

men, hadden zeer veel moeite, om zijne lafharti­<br />

ge bcfluitloosheid, door zijne eigenliefde en gie­<br />

righeid te overwinnen, en nog denzelfden dag,<br />

toen de bellisfende flag zoude gedaan worden, lie­<br />

pen zij groot gevaar van door zijne lafhartigheid te<br />

leur gefield te worden: den sden of 6den Oéto-<br />

ber, zeide MIRABEAU, zo dat het verfcheidene<br />

lieden hoorden: ,, de zotte poltron is 't nietwaar-<br />

„ dig, wat men voor hem doen wil! (*) "<br />

(*) In de onlangs verfchecnen üfieuöim du Cfat


na STAATSOMWENTELING<br />

De flag werd nu gedaan, doch het gevolg WaS<br />

niet, gelijk men gewcnscht had: de Koning vlugtte<br />

niet, de Koningin werd niet vermoord, 's Ko-»<br />

nings broeder bleef, de Dauphin was in veiligheid,<br />

en het volk had, zelfs in zijne verregaandfte verbittering,<br />

niet eens aan den Hertog van ORLE-<br />

A N s gedacht; hij werd geen Regent, noch M i R A-<br />

BE'AC en LA TOUCHE zijne mombers — alles<br />

was verijdeld,<br />

^ De Marquis DE L A F A YE f TE , en de Parij»<br />

fche nationaale militie hadden, de eerfle door zijne<br />

kloekmoedigheid, en dclaatltedoor haare trouw,<br />

deeze ontwerpen vernietigd; niets, zeide men,<br />

w y<br />

as derhalven natuurlijker, dan dat het complot<br />

den Marquis verwijderde, en de nationaale militie<br />

bij het volk verdacht maakte.<br />

Men ftrooide nu uit, en liet zulks, door gehuurde<br />

pennen, de geheele ftad door herhaalen, dat<br />

DE LA FAYETTE naar het oppergezachdes Rijks<br />

ftond, en reeds zo niet de geheele nationaale militie<br />

, nogthans het Grenadier-corps, in zijn belang<br />

had: dit maakte indruk op het onbefuisde<br />

graauw, onder 't welk reeds federt eenen geruimen<br />

tijd, de verdenking rondliep, alsof DE LA<br />

F A-<br />

telct, betrekkelijk de bedrijven van den 5d.cn en 6deiï<br />

October, wordt door meerder getuigen verzekerd, deeze<br />

woorden van MIRABEAU gehoord te hebben.


IN FRANKRIJK. n 3<br />

FA VET TE een Aristocraat ware : van alle kanten<br />

zag men blijken van eenen naderenden oproer,<br />

doch aleer dezelve kon uitharden , werd dc bewerker<br />

ontdekt, en die was geen ander dan de<br />

Hertog van OIILEANS: DE LA F A Y E T T E vervoegde<br />

zig in allerijl bij den Koning en gaf hem<br />

kennis van deeze ontdekking; hij drong aan op<br />

onderzoek en ftraffe, doch de goedaartigheid van<br />

den Koning, het aanhoudend verzoek der Koninginïic<br />

en de deerniswaardige toeltand der Hertoginne<br />

van ORLEANS, konden hem beweegen, om van<br />

de aanklagt aftezien, en alleen op dc verwijdering<br />

van den Hertog aantedrirtgen: deeze werd gewaar*<br />

fchouwd , door den Koning voor zijnen verraaderlijken<br />

toeleg in perfoon vernederd , van DE<br />

LA PAVETTE met een onteerende ftraffe gedreigd<br />

(*), en eindelijk onder het voorwendfel<br />

van eene commisfie aan den Koning van Grootbrittanriiën,<br />

en met eenen geleibrief van de Nationaale<br />

Vergadering naar England gezonden : in<br />

Bologne-fur-mer, vanwaar hij derwaards wilde<br />

overfteeken, werd hij aangehouden cn zo lang<br />

door eene eerewacht bewaard , tot de Couriers<br />

aan de Nationaale Vergadering gezonden , terug<br />

(*) Het gerucht was algemeen , dat de Marquis<br />

DE LA FAYETTE hem met eene aanfpooring tot<br />

moed, zo als men wel eens bij lafhartigen doet, met<br />

een' (lag aan zijn oor gedreigd heeft, welken hij<br />

hem toedienen zou hoe of waar hij hem vond.<br />

II. DEEL. H


1 J 4 STAATSOMWENTELING<br />

.kwamen cn dc verzekering van dezelve overbragteOa<br />

dat hij indedaad eenen pas van haar had bekomen:<br />

daarop liet men hem aan boord gaan.<br />

MIRABEAU, zeide men eindelijk, bemoeide<br />

zig om gegronde redenen met deeze zaak in 't geheel<br />

niet, 't welk hij evenwel had moeten doen,<br />

zo hij overeenkomftig zijn vrijhcidsfteliel had willen<br />

handelen : hier fchuilde een geheim, 't welk<br />

in de bezigheden Van eenen vrijen Staat geen<br />

plaats moet hebben : de Koning zond idt eigene<br />

beweeging een lid der Nationaale Vergadering aan<br />

eene buitenlandl'chc Mogendheid, zonder aan de<br />

Vergadering kennis te geeven, wat hij aan hetzelve<br />

had opgedragen; hier verwijderde zig dit<br />

lid,vervolgd door eene algemeene verdenking, en<br />

evenwel met eene geheime commisfie gelast; en<br />

hier fprak MIRABEAU niet, die tog anders zo<br />

driftig en wild gefproken had tegen voorvallen ,<br />

welken de vrijheid fcheenen te kunnen bcnadcelen,<br />

fchoon ze van geen belang altoos waren: wat<br />

geeft zulks te kennen , en wat bewijst het ? —<br />

was het niet een blijk van verftandhouding met<br />

den vlugtcling, of ten minnen van dankbaarheid<br />

jegens hem?<br />

Dus verre was men in dien tijd gevorderd met<br />

de ontdekking der cabaal , en men is nog niet<br />

verder: MIRABEAU, als een doorfleepen man,<br />

kwam welhaast van de eerfte verrasfehing weder


IN FRANKRIJK. 115<br />

bij; ging op zijnen ouden weg, als Demagoog,<br />

voord, en misleiden met meerder ernst en onbaatzuchtigheid<br />

, dan tc vooren : 't geen hij toen<br />

deed, gefchiedde misleiden alleen, om zijne ontwerpen<br />

te beguuftigen , thans fchijnt hij zulks<br />

te doen, om zijne denkwijze getrouwlijk te volgen:<br />

tot het Ministerie is hein door een befluit<br />

der Nationaale Vergadering , cn tot den eerften<br />

man in den Staat door een algemeen wantrouwen<br />

, alle hoop benomen: van zijne fpeelpop,<br />

den Hertog Van ORLEANS ziet hij geheel en al al',<br />

en hij heeft denzelven, 't welk men wel van hem<br />

kon verwachten , Volkomen ter ncêr geflagen ,<br />

omdat hij hem niet verheffen kon.<br />

Wij fnijdeu hier den draad van de gëfeh'iedenis<br />

der inwendige revolutie, af, tot dat wij denzelven<br />

, nadat de tijd ons nadere ophelderingen daaromtrent<br />

zal verfchaft hebben , met meerder ze-'<br />

kerheid cn overtuiging wederom kunnen aanknonpen:<br />

wij zullen middelerwijl de gefchiedenis, me<br />

.echte ftukken opgemaakt, vervolgen.<br />

Men had gedacht , dat het' gemcene volk te<br />

Parijs, na deszelfs nieuwfte patriotfche onderneemingen,<br />

bedaaren en met meerder gedulds afwachten<br />

zou, welke fchikkingen men maaken cn welke<br />

poogingen men aanwenden zoude, om'deszelfs<br />

lasten te verminderen; doch het tegendeel gebeurde;<br />

men zag nog dagelijks nieuwe gistingen><br />

H a


n6 STAATSOMWENTELING<br />

omdat derzelver hoofdoorzaak, te we eten broodgebrek,<br />

nog niet volkomen was weggenomen, en<br />

eenige woedende drijvers nog niet ophielden, met<br />

de menfehen het hoofd warm tc maaken over een<br />

ariitocratifchc harsfenfehim, liet welk dit gebrek<br />

zou veroorzaaken: de dweepers DE s MO ULIN S ,<br />

pRUD'HOMME, MAiiAT, cn eenige ande­<br />

ren, ftijfden het volk van dag tot dag meer in<br />

zijnen toomloozen ijver voor dc vrijheid, maakten<br />

Zelfs DE EA FAYETTE CU B A ! L L Y bij hetzelve<br />

verdacht , daar het tog mannen waren , die tot<br />

nog voor de vrijheid het meest gewaagd en gedaan<br />

hadden.<br />

Het volk flelde zig, aan den ddnen kant, wel gerust,<br />

daarbij, dat de Koning in Patijs was, doch<br />

aan den anderen kant maakte het zig ongerust,<br />

alzo het altoos nog beducht was , dat hij hun<br />

weder mogt ontwrongen worden : eene patrioffche<br />

of aridocraatifche cabaal voedde deeze ontjustende<br />

gedachte, daarmede,dat zij fommige huizen<br />

met zeer verftaanbaare tekenen, met letters<br />

waarvan men den zin gemaklijk begrijpen kon,<br />

en met galgen, kruifen , dolken cn dergelijken<br />

meer, liet befchilderen.<br />

Deeze ongerustheid floeg tot daadlijkheden<br />

over : het gerucht liep , dat zeker bakker, genaamd<br />

FRANCois, wel brood gebakken, maar<br />

hetzelve gedeeltelijk verborgen , en gedeeltelijk


IN FRANKRIJK. 117<br />

in dc Scine geworpen had ; het gemeen rottede<br />

voor zijn huis zamen , en eischtc zijn hoofd ;<br />

alëer de gewapende burgerij tusfchen beiden komen<br />

en de rust bewaaren kon , had men hem<br />

reeds uit zijn huis naar het plein de Gréve gefleept,<br />

hij vond zijnen dood, gelijk veelen denzeiven<br />

gevonden hadden, cn zijn hoofd werd in<br />

zegepraal door geheel Parijs rondgedragen.<br />

In de Provinciën woedde mede hier cn elders<br />

dc vlam van een driftig, zorglijk patriottismus z<br />

'« Konings overvoering naar Parijs, en bovenal<br />

dc berichten van de vreeslijke omftandigheden ,<br />

welken daarmede gepaard gegaan waren, beroerden<br />

het volk overal en het zag welhaast in elke<br />

ichikking, die ter bewaaringe der openbaare veiligheid<br />

gemaakt werd , ariftocraatifche complotten<br />

cn cabaalen : te Akncon boezemden, eenige.<br />

heethoofden en kwaadaartige boeren, het volk zodanige<br />

vrees in , en de uitbarfting van dezelve<br />

had een' jong man van veelc verdienden bijna den<br />

fchandelijklten dood berokkend.<br />

Dit was de Vicomte van cARAMAN; hij was<br />

in het laatst van de maand September door den<br />

Marfchalk van CONTADES naar Alengon gezonden<br />

, om daar het commando over tweehonderd<br />

paarden opteneemen : hij was zeer wel bewust,<br />

hoe moejelijken hachelijk zijn post onder de tegenwoordige<br />

omftandigheden was, doch nam echtex de<br />

H 3


n8 STAATSOMWENTELING<br />

pligtcn, die dezelve van hem eischten met zeer<br />

veel beleid en met de openbaare goedkeuring der<br />

Municipaliteit waar.<br />

Eensflags verviel men op dc gedachten, dat de<br />

jaagers, over welken de Vicomte het bevel voerde,<br />

den eed van getrouwheid nog niet aan de Natie<br />

gedaan hadden 5 men eischte deezen eed 5 hij<br />

fchreef daarover aan zijnen bevelhebber cn verzocht<br />

deszelfs onderricht , hoe zig in deezen te<br />

gedraagen; maar dit uitftel baarde verdenking,<br />

niet tegenftaande de Gevolmagtigdcn der Gemeente<br />

daarvan kennis droegen.<br />

Daaruit kwam argwaan voord; uit den argwaan<br />

emtftonden befchuldigingcn , cn welhaast<br />

werd de Vicomte gekenmerkt als een vijand des<br />

volks, die gereed ftond, met zijne vijftig man,<br />

(want meer waren 'er van zijn volk niet in de<br />

ftad,) een revolutie tegen de algemeene welvaart<br />

te bewerken: dc Vicomte begreep, deeze onlusten<br />

niet beter en fpocdiger te kunnen dillen, dan<br />

wanneer hij den eed van getrouwheid deed afleggen,<br />

zonder het bevél van zijnen Generaal aftewachten,<br />

en hij verzocht de Officiers der Municipaliteit<br />

, deeze plechtigheid, die op den veertienden<br />

Octobcr bepaald was , bijtcwoonen ;<br />

doch in plaats dat deeze ftap de gemoederen tot<br />

bedaaren had moeten brengen, bragt dezelve hun<br />

eerst recht aan het gisten ; men meende daarin


IN FRANKRIJK. n 9<br />

liet masquer van een fchrikkelijk plan te vinden,<br />

om de gewapende burgers der Had te vermoorden<br />

en de Had zelve in brand tc Hccken.<br />

Dc gisting werd algemeen en voorfpelde den<br />

Vicomte van CARAMAN gevaarlijke vervolgingen<br />

: hij verneemt, dat de burgers in 't geheim<br />

vergaderen, terwijl de woede van het jan-hagel<br />

ten top Hijgt, en men van alle zijden begint te<br />

roepen : ,, Het hoofd van den verraader! zijn<br />

„ hoofd! " hij belast zijne jaagers zig bij hem<br />

te voegen, maar om uit hunne afzonderlijke<br />

woonplaatfen bij hem tc komen, moeten zij door<br />

groote hoopen van zamengerot volk, 't welk hen<br />

tegenhoudt, heen dringen : de jaagers doen<br />

eenige fchooten , maar de gewapende burgers<br />

beantwoorden dezelven met geheele falvo's : bij<br />

toeval wordt 'er gelukkig niemand gedood, zelfs<br />

niet eens zwaar gekwetst; men plaatst een kanon<br />

voor het huis van den Vicomte , laadt hetzelve<br />

met kardoezen, men wil driemaal losbranden en<br />

het weigert tot driemaal toe, wegens den zwaaren<br />

regen.<br />

Thans fcheen het oproer eenigzins te bedaaren<br />

; men verzocht den Vicomte , zig naar het<br />

ftadhuis te begeeven; hij deed het en zag zig op<br />

'éénmaal door eene raazende menigte omringd:<br />

men ontwapende hem en zijne jaagers, Hoot hem<br />

op in een kamer en Helde hem nu bloot aan het-<br />

II 4


Mo STAATSOMWENTELING<br />

vloeken en verwenfchcn van het volk, het welk<br />

onder zijn venfter twistte over den gruwelijkften<br />

dood, welken men hem wilde doen ondergaan.<br />

In den beginne van het oproer was 'er reeds<br />

een Courier met een bericht van al het gebeurde<br />

aan den Prefident der Nationaale Vergadering<br />

gezonden, die oogenbliklijk gelast werd, aan de<br />

Municipalitcit van Akn$on te fchrijven, ten einde,<br />

zo liet nog tijd was, alle geweldocf'ening te<br />

keeren; NECKER, de omllandigheden daarvan,<br />

vernomen hebbende , febreef insgelijks daarover<br />

aan de Municipalitcit.<br />

Beide deeze brieven werden het volk voorgelezen<br />

cn affchriften daarvan verfpreid : eensflags<br />

bedaarden alle gemoederen : de Commisfie der<br />

ftad bcfioot den Vicomte lostelaaten, cn hem en<br />

zijne jaagers den eed van getrouwheid en gehoorzaamheid<br />

te (docn afleggen : dit gefchiedde , en<br />

terftond omhelsden burgers cn foldaaten elkandereen<br />

algemeen vreugdegeroep volgde op het raazen<br />

der woede, en een plechtig Te Deum veredelde<br />

het gevoel van dc burgers cn het graauw: de<br />

Vicomte werd in zegepraal t'huis gebragt; men<br />

ftelde in de jaagers een algemeen vertrouwen en<br />

droeg hun oprechte achting toe,<br />

In Parijs begon men eindelijk zodanige gistingen<br />

door ftrengheid tc fluiten: men had een der


IN FRANKRIJK. ISI<br />

belhamels , die den oproer tegen den bakker<br />

FKANCOIS bcüookt had, ontdekt en in hechtenis<br />

gezet; het bleek dat hij het was, die hem<br />

uit het huis gehaald cn naar het plein da Grêve tot<br />

den lantaarnpaal gefleept had; hij was naar boven<br />

geklommen, had een ftrop neêrgelaaten en den ongelukkigen<br />

daaraan gehangen ; vervolgends had<br />

hij hem het hoofd afgefneden en hetzelve in Parijs<br />

rondgedragen: hij werd tot de galg veroordeeld,<br />

en nog denzelfden dag, toen het vonnis<br />

was uitgefproken , opgeknoopt : zijn naam was<br />

BL i N ; met hem werd een ander oproermaaker ,<br />

genaamd ADRIEN, op dezelfde wijze ter dood<br />

gebragt: deeze had de inwooners van de voorllad<br />

St. Antoine voorgelteld, om zig met die van de<br />

voorllad St. Marcell te verëenigcn, en 'er op aantedringen,<br />

dat de prijs van het brood op agt fols<br />

moest verminderd worden ; tevens had hij den<br />

voorllag gedaan, om eenige kloosters te overweldigen<br />

, ten einde geweer magtig te worden : het<br />

talrijk graauvv zag beiden hangen en bleef in rust.<br />

Ondertusfchen was de Nationaale Vergadering<br />

naar Parijs getrokken en men had bij voorraad<br />

de groote zaal van het Aartsbisfchoplijk Paleis<br />

tot haare vergaderplaats verkozen: haare intrede<br />

en een'le zitting hadden het volk gelegenheid gegeven<br />

, om den vreugdegalm te herhaalcn: eene<br />

onnoemelijke menigte Hond op de Itraaten, welke<br />

de trein moest doortrekken, en vooraaamlijk<br />

II 5


ita STAATSOMWENTELING<br />

was het bij het Aartsbisfchoplijk Paleis opgepropt<br />

met menfehen, die zig in twee reiërt fchaarden,<br />

tusfchen welken de rijtuigen der Ge'volmagtigden<br />

heen reeden.<br />

De Vertegenwoordigers der Gemeente hadden<br />

zeer wijze en nadrukkelijke maatregelen genomen ,<br />

om de rust tc bewaaren, en deeze werd indedaad<br />

door niets geltoord: de aanfehouwers verwelkomden<br />

de kleine, en in doorzicht uitmuntende,<br />

Commisfie der Natie, met eene dronkenfehap van<br />

vreugde, welke in een luidruchtig gejuich overging<br />

, cn vooruaamlijk die leden der Nationaale<br />

Vergadering betrof, welken voor de vrijheid het<br />

meest gewaagd cn gedaan-hadden : MIRABEAU<br />

werd zeer toegejuicht, doch zulks zou nog glansrijker<br />

geweest zijn ,' wanneer het volk zekere<br />

zaaken, die wij boven hebben aangeftipt, geheel ,<br />

had kunnen vergeétèn : algemeencr nog was de<br />

fchreeuwende toejuiching, waarmede men LE<br />

c HAP ÉL IER, EARNAVE cn andere Democraaten<br />

begroette.<br />

Zodra de Vergadering de zaal was ingetreden,<br />

begon men te begrijpen, dat dezelve op verre na<br />

niet ruim genoeg was : de Vergadering was nog<br />

geen agt honderd leden Iterk, en evenwel waren<br />

'er verfcheidenen die geen Roeien vonden , en<br />

nog meer die geen lucht of adem fcheppen konden<br />

; men moest de venfters openzetten; doch


IN FRANKRIJK. ï 3 3<br />

z'i] die aan dezelven {tonden waren toen aan den ge*<br />

vaarlijkften togt blootgeftcld, terwijl de overigen<br />

in het ruim van de zaal meenden te Hikken :<br />

men geloofde ook te midden van het dof gedruis<br />

een gekraak te hooren van de Itutten, waarmede<br />

de gallerijen gefchraagd waren , die boven in- dc<br />

zaal rondliepen, en-de ongerustheid, welke daaruit<br />

öntltond, veroorzaakte bij de Gevolmagtigdcn,<br />

zowel als bij de aanfehouwers, zwaare hartkloppingen<br />

: welhaast hoorde men van alle kanten in<br />

de zaal roepen, dat men een andere provifioneele<br />

plaats begeerde, en men befloot, dat de daartoe<br />

aangeftelde Commisfie zodanige vergaderplaats<br />

zoeken, en de noodigc fchikkingen daarin zoude<br />

laaten maaken.<br />

Ondertusfchen maakte men echter een begin<br />

met de raadpleegingen, doch zij werden weldra<br />

afgebroken door het bericht, dat een bezending<br />

van dc Vertegenwoordigers der ftad wenschte gehoor<br />

te hebben; zij had DE LA FAVETTE en<br />

EAILLY aan het hoofd.<br />

Men ontving dezelve met een bruifchend handgeklap<br />

en kort daarna zonk alles weg in een diepe<br />

itiltc, oin de aanfpraak .van den Maire ter verwelkoming<br />

der Vergadering te hooren, welke de<br />

Prefident der Nationaale Vergadering, FRETEAU,<br />

met veel geest en nadruk beantwoordde.


1-4 STAATSOMWENTELING<br />

Nu verzocht de Graaf MIRABEAU te mogen<br />

fprceken: dit was, om het voorftel te doen, oin<br />

den Wijsgeer en den Held, uit naam van de Natie<br />

, den plechtigften dank te mogen betuigen ,<br />

omdat zij te midden van de hevigite Itormen, die<br />

het vaderland dreigden , met zo veel werkzaamheid,<br />

kloekmoedigheid en het beste gevolg voor<br />

de vrijheid gewaakt hadden.<br />

Was dit in den mond van deezen man een onverwacht<br />

voorftel, het ftemde echter volkomen<br />

overéén met de overtuiging en het hart van de<br />

overige leden der Vergadering: men raadpleegde<br />

daarover niet eens, maar een algemeen gefchreeuw<br />

verkondigde een algemeen, Ja: men kon de fkin<br />

van beide deeze mannen naauwlijks hooren, maar<br />

hunne woorden , uit een fterk innerlijk gevoel<br />

voordgevloeid, en met eene beevende Hem uitgeiproken,<br />

maakten des te meer cn algemeencr indruk,<br />

omdat men hier eenen erkenden held en<br />

eenen kloekmoedigen wijsgeer zag ontltellen er*<br />

beevcn , in hetzelfde oogenblik waarin zij met<br />

den welverdienden lof beloond werden.<br />

De Nationaale Vergadering bleef nog eenige<br />

dagen in de zaal van het Aartsbisfchoplijk Palcis<br />

baare bezigheden voordzetten , maar vcelcn der<br />

leden bezochten dezelve met angst en bcnaauwdheid,<br />

en wel niet zonder grond: den zes-en-twin-<br />

EgHen October vielen 'er hevige debatten voor ,


IN FRANKRIJK. **5<br />

doch tc midden van dezelven, trok een vreeslijk<br />

'gekraak de gemoederen daarvan af, en hield ze<br />

•op eene andere wijze bezig: twee van dc Hutten<br />

der galerijen glccdcn uit, cn het geheele gedeelte<br />

dat daardoor gefchoord werd, kwam met een ijslijk<br />

gekraak naar beneden; de geheele Vergadering<br />

drong zig, met op de vallende galerij (taarende<br />

oogen, in het midden van de zaal digt bijéén,<br />

vloog naar dc deuren, en werd weder terug geltoten,<br />

omdat 'er op éénmaal maar weinigen doorkonden<br />

: zij, die onder de galerij gedaan hadden,<br />

liepen grooter gevaar, dan die 'er boven op geweest<br />

waren; de eerden werden door het houtwerk<br />

neêrgeflagen en de laatden tot bijna midden<br />

in de zaal geflihgerd : de opfchudding was<br />

algemeen en drukkend, ja zelfs in de eerde oogenblikken<br />

gevaarlijker, dan de oorzaak die dezelve<br />

voordbragt: een der Gevolmagtigden werd zeer<br />

zwaar gekwetst, en eenige anderen mede, doch<br />

minder, befehadigd.<br />

Dit voorval was van dat gevolg, dat men met<br />

meerder fpoed dan te vooren , de nieuwverkoozene<br />

vergaderplaats voor de Vergadering in orde<br />

bragt: deeze was de groote manege aan de tuillerïên<br />

, die ruim en hecht genoeg was , om de<br />

.geheele Vergadering te bevatten , maar nogthans<br />

niet al het gemak opleverde, 't welk men in de<br />

groote zaal te Verfailles had gehad: de (temmen<br />

der redenaaren werden door het hooge langwer-


Ï2Ö STAATSOMWENTELING<br />

pige gewelf verflondcn, en door deeze omftandigheid<br />

verkregen de zwaarfte ftemmen meerder invloed<br />

op de befluiten der Nationaale Vergadering,<br />

dan ooit tc voorcn.<br />

Haare debatten en befluiten werden fedeft den<br />

zesden October fpoediger afgedaan en met meerder<br />

nadruks vastgefleld , dan xmmiddclijk vóór<br />

deezen tijd: reeds in Verfailles ging men voord<br />

met aan de Conflitutie tc werken ; men bepaalde •<br />

de belastingen, welken ieder burger van den Staat<br />

naar evenredigheid van zijn vermogen en inkomften,<br />

bij de nieuwe ftaatsgefteldheid , zonder de<br />

rcinfte uitzondering en voorrechten, ten algcmeenen<br />

beste zoude opbrengen : bij voorraad flocg<br />

men een patriotfche gift voor, die ook bewilligd<br />

en waarvan de inrichting bepaald werd : men<br />

kwam overéén in de wijze, hoe cn onder welken<br />

naam de Koning de wetten cn verordeningen bekrachtigen<br />

en bekend maaken zou: men verkoos<br />

daartoe den tijtel, Roi de Francais (*) , waarfchijnclijk<br />

door aanleiding van R O U S S E A U , die<br />

(*) Een morfige woordenvitterij fchijnt in Duifschlar.d<br />

deezen naam belagchclijk te willen maaken: zou<br />

bet niet goed weezen , dat men om deeze redenen<br />

den Duitfchèn naam FRANKEN, in Duitschland, aan<br />

den Franfchen wedergaf? zul les zou wel doorgaan, zo<br />

Hechts eenige vermaarde Schrijvers een begin daarvan<br />

wilden maaken.


IN FRANKRIJK.<br />

eens zeide : „ Wanneer zij Koningen van het<br />

„ Land zijn , dan zijn zij 't des te zekerer van<br />

„ de Onderdaasen." Men debatteerde en decreteerde<br />

vervolgends over dc nieuwe gedaante der<br />

halsftrafi'ijke rechtspleeging, en over de manier,<br />

hoe dc wetten tot ieders kennis zouden gebragt<br />

worden: daarop ging men over tot het allergewigtigst<br />

voorlid aangaande de geestlijke goederen<br />

, en het vermogen der Geestlijkheid over 't algemeen:<br />

MIRABEAU was, gelijk men van zclven<br />

wel begrijpen zal , de eerfte , die het<br />

opperde , en naar zijn gevoelen waren ze allen<br />

ecu eigendom van den Staat , die daarvan bezit<br />

neemen en de Leeraaren van den Godsdienst bezoldigen<br />

moest: het is bekend , dat hij zulks<br />

doorzettede en dat de debatten daarover meer<br />

btflisfend werden , toen de Nationaale Verga lering<br />

eerst onder de oogen der inwooneren van<br />

Parijs handelde : hier was het gevaarlijker voor<br />

de leden der Geestlijkheid, die met MIRABEAU<br />

en zijne partij in gevoelen verfchilden , hunne<br />

gronden voor de rechtmaatigheid en tegen de intrekking<br />

der geestlijke bezittingen te willen voori<br />

lellen en doen gelden; en al waren 'er ook eenigen<br />

ouder, die hun leven aan deeze overtuiging<br />

waagden, bleef het hun evenwel onmogelijk, om<br />

ze doortedrijvén: er werd befloten, dat zij een<br />

eigendom der Natie zouden zijn , en dit befchouwde<br />

men naderhand als een middel, waar-


12$ STAATSOMWENTELING<br />

door de Staat behouden, ten minften het bankrot<br />

verhoed was geworden.<br />

Gedtntrénde deeze verhandelingen over dit onderwerp<br />

werden er nog meerder zaaken afgedaan :<br />

men bragt de krijgswetten in orde, men ilejde<br />

een rechtbank aan voor de geenen die zig aan<br />

de misdaad van beledigde Natie fchuldig maakten<br />

, als mede een Comité de Recherches , die<br />

gefchikt was, om elke aanbrenging en eiken toeleg,<br />

betrekkelijk tot de ondermijnde of wezenlijk<br />

aangevallene vrijheid, te onderzoeken: men Helde<br />

de Parlementen buiten werkzaamheid.<br />

Men trad vervolgends tot de verhandelingen<br />

over de nieuwe vorming van het Rijk ;<br />

deed onderzoek en uitfpraak over dc manier der<br />

verkiezingen tot de Nationaale Vergadering, over<br />

liet plan tot de onderfchcidene Municipaliteiten ,<br />

over de daartoe vercischte nieuwe verdccling van<br />

het Rijk, en de provinciaale vergaderingen.<br />

Nu viel de gewigtige vraag voor, of de Ministers<br />

in de Nationaale Vergadering toegelaten worden<br />

, en of de leden der Vergadering in het ministerie<br />

overgaan mogten? MIRABEAU moest bij<br />

het opperen der laatlte vraag eene perfooneele vernedering<br />

ondergaan, welke hij echter bij zijne<br />

bekende onverfchrokkenheid en ijzeren voorhoofd,


IN FRANKRIJK. 129<br />

hoofd, daardoor trachtte te beantwoorden, dat<br />

hij mede van de overwinnende partij fcheen te<br />

weezen : 'er werd beflotcn, dat geen lid der<br />

Nationaale Vergadering ooit een lid van het ministerie<br />

worden zou, cn zo doende werd één van zijne<br />

plans verijdeld, welks aanvang en einde, van<br />

alle zijne overige plans , nog het meest is bekend<br />

geworden.<br />

Men onderzocht daarna het flil invreetend<br />

kwaad, 't welk de opkomften van den Staat, voor<br />

een groot gedeelte, mede verteerd en deszelfs financie-wezen<br />

geweldig in de war geholpen had;<br />

tc weeten: ,, Het kwaad der meerendeels om<br />

„ niets en weder niets bewilligde penlioencn:"<br />

het zo genaamde roode boek zou voor den dag gehaald<br />

, en alle daarin opgetekende pennoenen zouden<br />

gedeeltelijk ingetrokken, gedeeltelijk ook verminderd<br />

worden: de Staat won daarbij millioenen ,<br />

hoewel afzonderlijke perfoonen daardoor zwaar<br />

gedrukt werden.<br />

De betrekking der Amcricaanfche volkplantingen<br />

en het eiland Corfica, tot het moederland, kwam<br />

nu in aanmerking, en de Nationaale Vergadering<br />

deed, vrij eenpaarig, met veel billijkheid en gemaatigdheid<br />

daarover uitfpraak; doch nu nog niet<br />

met eene volftrekte bepaaliug: vervolgends vielen<br />

de debatten wederom over het financie-wezen van<br />

het Rijk, en over de voorflagen van NECKER,<br />

II. DEEL. I


i 3s STAATSOMWENTELING<br />

die tot dus verre ter zijde waren gefield : men had<br />

een werktuig in den Staat noodig, 't welk voor<br />

het Lapd dat geene worden moest, wat dc bank<br />

van Londen voor Graotbrittanniën is: men onderzocht<br />

verfchcidcne plans, die daarover ontworpen<br />

waren; ftelde echter voor als nog geen een<br />

van dezelven vast: dit onderzoek moest voor dat<br />

over de asfignaaten op de geestlijke goederen wijken;<br />

men befchouwdc dezelven, naamlijk, als<br />

een eigendom van dc Natie, het welk bellemd zijn<br />

zoude, om haare fchulden niet flechtstcverrenten,<br />

maar ook van tijd tot tijd aftclosfeii: de waardeering<br />

van dit vermogen fcheen te bewijzen, dat de<br />

©pkomilcn daarvan voldoende waren, om dit dubbel<br />

oogmerk tc bereiken: tot dat einde bedoor men<br />

papieren geld in omloop te brengen,dat zijne waardij<br />

van een gedeelte van dit groote eigendom ontleende,<br />

't welk gedeeltelijk verkocht, gedeeltelijk<br />

aan de Natie blijven, en het welk dan zo voor<br />

capitaal als intresten tot borgftelling {trekken zoude:<br />

met dit onderwerp hield dc Vergadering zig<br />

bezig tot het einde van het jaar,(1789) ,doch deeze<br />

zaak werd nog niet volkomen voldongen, cn<br />

«iets daarover vastgcfteld.<br />

Wij hebben tot hier toe den draad der voorkaamde<br />

bezigheden, in de Nationaale Vergadering<br />

, gevolgd, cn allen, met achterlaatinge van minder<br />

gewigtigen, bepaaldlijk, fchoon min of meer<br />

iroog, opgegeeven: men kan 'er ten minden uit


IN FRANKRIJK. 131<br />

opmaaken, dat de Vergadering wezenlijk werkfcaam<br />

bleef', en geregeld iu haaren arbeid voord,<br />

ging, daarbij ook altoos nog den meestert tijd,<br />

en de meeste oplettendheid, aan de gewigtigfte<br />

onderwerpen der Staatsgefleldlieid befteeddc.<br />

-Al het overige, waarmede zij zig bezig hield,<br />

of genoodzaakt was zig bezig te houden, is indedaad<br />

nimmer van dat aanbelang, nimmer zo tijdvcrfpillend<br />

en aftrekkend geweest, als men in gevolge<br />

de vliegende aridocratifchc bladen, die"<br />

flechts eenige oogenblikken in wezen blijven, vermoed<br />

en geloofd, en waaruit men de onrechtvaardige<br />

verdenking tegen haar opgevat heeft, dat zij<br />

flechts omver rukte en niet bouwde; dat zij de<br />

fchade Wel zag, maar geene geneesmiddelen Voorflocg;<br />

dat zij den tijd met kleinigheden verfpildé<br />

en gewigtige zaaken liet liggen, cn dat zij eindelijk<br />

dikwerf, bij het begin van haare raadplegingen,<br />

niet wist, waarover en hoe zij raadplecgert<br />

zoude: men vergeet, uit eenen trek van onrech:vaardigheid,<br />

al vrij dikwijls, dat de kleinflc Staaten,<br />

die- een nieuwe Conltirutie aannamen, tien,<br />

twintig en dertig paren boodig hadden, om alles<br />

m i\m(l te brengen; en men begeert van deezen , die<br />

grootef'én verwarder was,"dan ooit ednig andere<br />

aankomende vrije Staat, dat hij' zig binnen den<br />

tijd Van één jaar, niet alleen volkomen herftelleh,<br />

maar Ook een vaste gedaante geevcu zal, die, gcduurende<br />

'gehetde volgende eetiwen, nieuwe ongc-<br />

I 2


132 STAATSOMWENTELING<br />

regeldheid afweeren moet; doch dit onbillijk oordeel,<br />

ontflaat, voor een groot gedeelte, zelfs uit<br />

den eerbied, welken men aan de talenten en de<br />

hulpmiddelen van deeze buitengewoone Natie,<br />

en haar even zo buitengewoon laud, niet weigeren<br />

kan.<br />

De Natie, over het geheel befchouwd, betoonde<br />

meerder billijkheid jegens haare Gcvolmagtigden,<br />

dan de buitenlandfche Courant - fchrijvers,<br />

en het buitenlandsch publiek: zij, die in Frankrijk,<br />

bij de omkecring van de oude ftaatsgefteldheid<br />

verlooren, konden naauwlijks in aanmerking<br />

komen, tegen de geenen die 'er bij wonnen : wanneer<br />

, op het hoogst genomen, vier millioenen tegen<br />

de Nationaale Vergadering fchreeuwden, dan<br />

waren 'er twintig millioenen, die dezelve zegenden<br />

en wezenlijk onderfteunden: het gefchreeuw<br />

van de eerden, geftijfd door de drukperfen,. en de<br />

ariftocratie van andere landen, waarvan geheel<br />

Europa weêrgahnde, fcheen het algemeen gefchreeuw<br />

der Natie te weezen, en was het indedaad<br />

flechts van een agtfte gedeelte, terwijl de<br />

ftille blijdfehap der overigen, als 't ware, meer<br />

binnen de grenzen des Vaderlands bleef, en aldaar<br />

tot eensgezindheid en voorgenomene handhaving<br />

der bevochtene vrijheid, medewerkte.<br />

Deeze blijdfehap werd betoond, door onnoemelijke<br />

dankaddresfeD, aau de Nationaale Vergade.-


IN FRANKRIJK. 133<br />

ring: de groote zowel als de kleine (leden van het<br />

Rijk, bragten van tijd tot tijd hunne fchatting van<br />

dankbaarheid in het midden van hunne Vertegenwoordigers,<br />

en zelfs de armée, die natuurlijk de<br />

laatfle moest weezen, welke mede in dit algemeen<br />

gevoel deelde, zond van verfcheidenc oorden gcvolmagtigden<br />

en addresfen aan haar: de beroeringen<br />

, die hier en daar nog plaats hadden, werden<br />

beltookt door de Geestlijkheid, door de Parlementen<br />

, door den militairen Adel, en het graauw.<br />

Zo onderftond de Bisfchop van Treguier in Neder-Bretagne<br />

, eenbevclfchrift uittegeeven,waarin<br />

hij de omwenteling vertoonde als eene zaak, die alles<br />

het onderfte boven keerde; de nieuwe grondbeginfelen,<br />

die wortelen begonnen te fchieten, als<br />

vijanden van wet, trouw en geloof; en de tegenftribbclingen,<br />

welke de nieuwe zwaai der Staatsmachine<br />

noodzaakelijk ten gevolge hebben moest,<br />

als het begin van eenen orcaan, die van alle kanten<br />

losbarsten, cn Rijk en volk in eenen afgrond<br />

van onoverzienlijke rampen cn gevaaren dompelen<br />

zoude.<br />

Behalven deezen bevcibrief, werkte hij ook nog<br />

door zijne predicatiën, en door zijne geestlijke<br />

onderzaaten, op de inwooneren van zijn bisdom,<br />

en welhaast voegden zig eenigen van den Adel bij<br />

hem, die hem onderfteunden, en langzaamerhand<br />

kurger en gepeupel zodanig op hctdwaall'poorhiel-<br />

I 3


134 STAATSOMWENTELING<br />

pen, dat een gedeelte van de nationaale militie in<br />

compasaiën van vrijwilligers bijecu trok, cn zig<br />

plechtiglijk tegen de Nationaale Vergadering verklaarde:<br />

doch hoe liiel en hoe verre zig ook de<br />

dsöwttij outllaande onlusten verfpreidden, waren<br />

zij evenwel niet in Haat, om de overigen der inwooneren<br />

van Neder-Bretagne optehitzen: deezen<br />

trokken zig de zaak aan, ontwapenden dc mis-<br />

•noegden, en gaven 'er bericht van aan de Nationaale<br />

Vergadering, die aan de uitvoerende magt<br />

opdroeg om het overige te doen : dc onlusten werden<br />

welhaast geluld, en de belhamel,de Bisfchop,<br />

werd aan zijn berouw en fchaamte overgegeven;<br />

>dc Nationaale Vergadering behandelde deeze zaak<br />

insgelijks, met zeer veel gemaatigdheid en edelmoedigheid,<br />

cn toonde daardoor, dat zij voor zig<br />

cn haare belluiten niet meer vreesde.<br />

Even zo gedroeg zij zig jegens, dc Parlementen<br />

van Roven, Remies en Meiz, die tegen eenigen<br />

van haare befluitcn hevig uitvoeren': zij Werden<br />

gedeeltelijk buiten werkzaamheid gefteld, gedeeltelijk<br />

ook op eene zeer zachte wijze met woorden<br />

beftraft; zij waren, gelijk alle de overigen , thans<br />

reeds magtloos, en zijn het ook gtbléeven.<br />

Gevaarlijker hadden de onlusten kunnen worden<br />

, die de militaire ariftocratie te Tanion berokkende<br />

: een Officier van het regiment Dav.phlné<br />

komt een, der poorten van Touion in, en dc Bur-


IN FRANKRIJK. i35<br />

geïg, aan dcczc poort dc wacht hebbende, ontdekken<br />

dat hij, in plaats van dc nationaale cocarde,<br />

een zwarte aan den hoed draagt: zij houden<br />

hem aan, en eifchen, dat hij van cocarde veranderen<br />

zal: dc officier weigert zulks, en ftelt zig<br />

te weer: welhaast rotten de officiers cn foldaaten ,<br />

van zijn regiment, zamen, om hem te verdedigen,<br />

en het fchijut, flat 'er een zwaar gevecht,<br />

tusfebèn henen de nationaale militie, die dc wacht<br />

heeft, ontdaan zal; doch dc wachthebbende burger-<br />

officier heeft het geluk, door zijn beleid en<br />

kloekmoedigheid, dccze beweegingen te fmooren,<br />

en men acht dat alles bijgelegd is.<br />

Den anderen dag vervoegt zig een aanzienlijk<br />

getal van Officieren en foldaaten der burgermilitie ,<br />

gewapend, bij den Gouverneur, ALEERÏ VAN<br />

RIOMS, om door hem voldoening van den Officier<br />

van Dauphins te vraagen, die de Natie zo verachtelijk<br />

had behandeld: de Heer VAN RIOMS vindt<br />

sig, door deezen gewapenden eisch , zeiven beledigd,<br />

en verklaart, dat hij, dus gevraagd wordende,<br />

nooit gewoon was tc antwoorden; dat hij<br />

voor niets vreesde; dat de Koning alleen zijn opperbevelhebber<br />

was, en dat hem middelen ten<br />

dienst Honden, om eiken aanval aftewecren.<br />

De bezending treedt af, om te overleggen hoe<br />

men deeze verklaaring moest opneemen, cn wat<br />

'ei- verder moest gedaan worden: ondertusfehen<br />

1 4


136 STAATSOMWENTELING<br />

bedaart de Heer VAN RIOMS, en begint nader<br />

te overweegen wat hij gezegd had: hij oordeelt<br />

het niet voldoende, om de gemoederen gerustteftellen:<br />

fchrijft tot dat einde aan een van de Officieren<br />

de Municipaliteit, op eenen toon , die wel<br />

veel gemaatigder was, en meer ftrookte met dc tegenwoordige<br />

denkwijze en grondbeginfelen der<br />

Natie, maar echter nog al te veel trotschheid op<br />

zijnen post te kennen gaf: doch de Officier der<br />

jMunicipaliteit toonde, of uit lafhartigheid, of uit<br />

eerbied jegens tijtel en rang, deezen brief aan geen<br />

van zijne amptgenooten.<br />

Ondertusfchcn rolt dit geval in de ftad en aan<br />

de haven van tong tot tong, en hoe meer het<br />

veVhaald en gehoord wordt, des te gevaarlijker<br />

wordt het vergroot; des te kiaarblijkelijker ichijnen<br />

ontwerpen tegen de vrijheid, en dreigementen<br />

daarin doorteftraalen : een aanzieulijk getal van<br />

Officieren cn artvueristeai der marine, fchrijven ec-<br />

JIC löort van uitdaaging en manifest aan de nationaale<br />

militie, waarin zij verklaaren, dat zij geene<br />

andere magt boven zig erkennen, dan den Koning;<br />

dat het in ieders keus ftond, welke cocarde hij<br />

draagen wilde , en dat Zij meenden fterk genoeg tc<br />

weezen, om zig, en de landtroupeu, tegen elke<br />

belediging te beveiligen.<br />

Daarop vervoegt zig de geheele nationaale militie<br />

gewapend bij den Gouverneur, en cischt dat


IN FRANKRIJK. 137<br />

hij het artenaal hun moest overgeeven: hij verklaart<br />

, liever zijn leven te zullen opofferen, dan<br />

het wapenhuis afteftaan: men beltormt zijne wo-<br />

'ning, vat hem, en neemt hem met eenigen van<br />

zijne Officieren gevangen: de woede des volks kan<br />

niet, dan met veel moeite , beteugeld worden.<br />

• Men geeft oogenbliklijk van dit voorval kennis<br />

aan de Nationaale Vergadering; de Heer VAN<br />

RIOMS is een braaf Officier, daarvoor verklaart<br />

de Vergadering hem eenpaarig; doch zijn gedrag<br />

in deezen gehouden, komt een groot gedeelte der<br />

leden, zo niet gevaarlijk, nogthans zeer berispelijk<br />

voor: bij dc eerfte raadpleeging, over dit geval<br />

, zeide de graaf KAREL VANLAMETH,zeer<br />

treffend: „ De tijd is in Frankrijk voorbij, dat<br />

,, fchoone daaden als goeden befchouwd worden,"<br />

en men was vrij algemeen met hem van hetzelfde<br />

gevoelen, doch niet met opzicht tot de uitfpraak,"~<br />

welke desaangaande zou gedaan worden: in deeze<br />

zitting vielen daarover hevige debatten voor, maar<br />

men befliste niets, en belastte het geheele geval<br />

naauwkeuriger te onderzoeken: in de tweede<br />

handeling over dit onderwerp, befloot men vrij<br />

eenpaarig, dat de Gouverneur nnToulon, en de<br />

met hem gevangen genomen Officiers, in vrijheid<br />

gefield worden èn onder de befcherming en hoede<br />

der wet blijven zouden.<br />

Toen men dit befluit der Natonaale Vergadering<br />

I 5


138 STAATSOMWENTELING<br />

te Tattion ontving, was het volk en een groot aantal<br />

van burgers nog zeer aan het gisten: het gedrag<br />

van den Gouverneur fcheen hen altoos nog geheime<br />

plans te bedoelen, en men zeide, cn meende<br />

wèl te wceten, dat hij zig met de vijanden der Natie<br />

verbonden , de zeetroupcn in derzelver belangen<br />

overgehaald had, en dat deezen flechts op de<br />

komst van eene vijandige vloot wachtten, om de<br />

burgers van Toalon te vuur en te zwaard te vervolgen<br />

, en dan ftad en haven aan de vijanden overtcleveren:<br />

hoe meer de een den ander het hoofd door<br />

dit verdichtfel warm maakte, des te heviger werden<br />

de onlusten, en meer dan eens werden de Gouverneur<br />

, de Officiers en land- en zec-troupen met<br />

eenen fmadelijken dood en bloedigen aanval gedreigd<br />

: eindelijk kwam het bovengenoemde befluit<br />

der Nationaale Vergadering te Toulon, en alles bedaarde<br />

eeusflags: de woorden: Onder de befcherming<br />

en de hoede der wet, maakten den fterkften<br />

indruk op alle gemoederen: de Officiers der Municipalitcit<br />

kwamen bijéén; de geheele gewapende<br />

burgerij trok op, en ging in eenen plechtigen<br />

trein, vfifzeld van bijna alle de inwooneren der<br />

ftad, heen, om te zwecren, dat zij dit befluit met<br />

haar bloedzonden handhaaven: dezamengevloeide<br />

burgers zwoeren hetzelfde , onder een woest gcfchreeuw,<br />

cn nu werd de Gouverneur met zijne<br />

Officiers in vrijheid gefteld: alle vijandlijkheden<br />

waren op éénmaal geftaakt.


IN Pil ANKRIJK.<br />

Gebeurtenislen van dien aart, vielen van tijd tot<br />

tijd zeldznamer voor, cn zulks kon niet anders,<br />

alzo zclls die Handen in de Natie, welken bij den te-<br />

.genwoordigen Haat van zaakenmeest verlooren, ten<br />

deele uit noodzaakelijkheid, ten deele ook uit<br />

overtuiging, tot de baniere der vrijheid begonnen<br />

overtegaau: de geregelde benden, die wel beleden<br />

konden, dat een foidaat in eenen vrijen Staat niet<br />

zo geacht wordt, dan in eenen Monarchaalen, begonnen<br />

evenwel in hunne afzonderlijke garsifocnen ,<br />

zig met de vrij ge worden e burgers tc veréénigen ,<br />

en de Nationaale Vergadering plechtig, en met<br />

dankbetuigingen voor haare fchikkingeh, van deeze'<br />

veréeniging kennis te gceven: zulks deed het<br />

garnifocn van Straatsburg, en dit voorbeeld werd<br />

gevolgd door de zwaare garnifoenen van meerder<br />

aanzienlijke deden.<br />

Zo ontving ook de Nationaale Vergadering dankaddresfen<br />

cn verzekeringen van een onbepaalde<br />

eerbied cn gehoorzaamheid, van de Geest'ijkheid<br />

uit verfcheidene provinciën: onder anderen voer<br />

die van den Opper - El [as zeer uit, tegen eenige<br />

beflnkea der Geestlijkheid van den Neder-Elfas,<br />

welke over de befluiten der Vergadering, aangaande<br />

de Geestlijkheid, misnoegd was: de Geestlijkheid<br />

van Auch, die te vooren in hetzelfde geval<br />

was, veranderde van denkwijze, cn verklaarde<br />

weldra openlijk, de nationaale befluiten te zullen,<br />

gehoorzaamen en eerbiedigen.


i4o STAATSOMWENTELING<br />

De bewooners van de afgelegenlte provinciën,<br />

tot den derden Stand behoorende , fielden een onwrikbaar<br />

vertrouwen op de Nationaale Vergadering,<br />

en waakten zorgvuldig over de uitvoering<br />

van haare befluiten: zo vereenigden zig de bewooners<br />

der Sevennes, en fielden gerust, of beltreeden,<br />

alle de geenen die zig tegen het nieuw beloop van<br />

zaaken, en bijgevolg tegen de openbaare rust aankantten:<br />

de bewooners van Corjlca gloeiden niet<br />

minder van het vrijheidsvuur, dan de burgers der<br />

oudere Franfche Provinciën, en hun ijver was niet<br />

minder met beroering en bloed getekend.<br />

Ook zij wilden eene Nationaale militie onder<br />

zig oprichten, en geraakten met het regiment<br />

Maine, 't welk zig tegen hen verzettede, handgemeen,<br />

dat niet zonder bloedvergieting afliep;<br />

het gevolg daarvan was, dat zij de wapenen, de<br />

vaste plaatfen en de magazijnen bemagtigden, en<br />

evenwel in deezen toeltand van volmaakte vrijheid,<br />

de Nationaale Vergadering in eenen nadrukkelijken<br />

brief hunne naauwfle verkleefdheid<br />

betuigden: vóór en na de overhandiging van deezen<br />

brief, werden 'er niet minder dan vijf-en-twintig<br />

foortgelijke brieven ingeleverd, van even zo<br />

veele fteden of gemeenten, uit de afgelegcnfle<br />

gewesten des Rijks: men fcheen in deezen tijd algemeen<br />

te begrijpen, dat het vruchtloos was, afzonderlijke<br />

wenfehen en onderneemingen tegen de<br />

wenfehen en ontwerpen van allen te waagen, en


IN FRANKRIJK. 141<br />

dat geene magt of list in de wereld meer in (laat<br />

ware, eene omwenteling te keercn, die fedcrt lang<br />

in de gemoederen voorbereid en gevestigd was.<br />

Met het uiterst genoegen zagen de burgers van<br />

Frankrijk, dat hier en daar hunne nabuuren, door<br />

hun voorbeeld aangevuurd, hunne natuurlijke<br />

rechten weder begonnen terug te eifchen; zij ge­<br />

loofden een geluk bevochten te hebben, het welk<br />

zij, fchoon zeiven daarvan nog niet volkomen ver­<br />

zekerd, alle Natiën in Europa toewenschten: hun­<br />

ne nabuuren, de Brabanders, konden zig eenen<br />

tijd lang in hunne hartlijkfte deelneeming verheu­<br />

gen, doch zij begreepen welhaast, dat derzelver<br />

omwenteling uit eene geheel andere bron opwel­<br />

de , dan de hunne (*), cn zij werden daarbij wel<br />

zeer onverfchillig: de Hoofden der Brabandfche<br />

revolutie, fchreeven over hunne zaak aan den Ko­<br />

ning en de Nationaale Vergadering, en verzoch­<br />

ten, om hunne wettigheid te erkennen; maarzij<br />

kreegen geen antwoord.<br />

(*) Het gerucht liep eens in Parijs, dat men zig<br />

de Brabanders aantrekken, en hunne poogingen, uit<br />

frankrijk, niet geld en vrijwilligers onderfteunen zoude<br />

: de Schrijver van deeze maare, fprak daarover mee<br />

een' man in het Paleis Royal, dien hij wel niet kende,<br />

maar een braaf' burger fcheen te weezen: hij vroeg<br />

hem, of hij zulks wel waarfehijnelijk vond? Oh Movfieurl<br />

antwoordde de Burger, »' en treye* rien, ga<br />

revolte malt


142 STAATSOMWENTELING<br />

„ Dé geest der broeder- en burger-liefde (*)%<br />

die federt veele jaaren in Frankrijk ten deele een<br />

ijdele klank, ten deele beneden de fatyre der geestige<br />

vernuften gezonken was geweest, herleefde<br />

federt de omwenteling met een geweld en uitgeftrektheid,<br />

die den opmerker ruime (tof tot bcfpiegelingen,<br />

over de volllagene omkeering van het nationaale<br />

charakter aanbooden : wanneer voor deezen<br />

alles, met onvriendelijke grondbcginfelen van het<br />

egoïsmus doortrokken was , fcheen thans alles<br />

broederlijke liefde voor broederen te ademen: zo<br />

onderhielden lieden, wegens ouderdom of ziekte<br />

buiten ftaat om de wapenen voor 't vaderland aantegespen,<br />

anderen in kost en kleding, om hunne<br />

plaats te vervangen; zo waren anderen, die niet<br />

met arm en degen van dienst konden weezen, door<br />

kunde en fchriften werkzaam, ter bercikinge van<br />

hetzelfde oogmerk; zo leverde de Maatfchappij<br />

van land- en akkerbouw een uitvoerige, met veel<br />

moeite uitgewerkte verhandeling, bij de Nationaale<br />

Vergadering in, behelzende voorflagen, hoe<br />

het beltaan des volks , gemakiijker, op eenen vasteren<br />

voet geileld, en ruimer worden koude; gelijk<br />

LE c LERc, Ridder van de Lodewijks• orde,<br />

een nieuw plan tot een opvoeding voor dc Vrijheid;<br />

gelijk BORI een ontwerp tot het verbeterde<br />

beltuur van het zeeweczen; gelijk LOKSEAU<br />

nuttige voorflagen betrekkelijk tot de adminiflratie<br />

(*) Efprit public, public Spirit.


IN FRANKRIJK. 143<br />

«er Provinciën, en E S P A G N A C een gefchrifr. aangaande<br />

de grondlegging tot een nationaale bank;<br />

alle werken, die niet, dan met de edelmocdigüe<br />

opofferingen van tijd, naaritigheid en begaafdheden<br />

hadden kunnen tot fhvnd gebragt worden: de<br />

Nationaale Vergadering was thans, als 't ware,<br />

de fchatkamer van het menschlijk geluk bedoelende<br />

kundigheden-, van alle gedachten cn plans die<br />

tot nut' van 't algemeen verfirekkeu, van alle vaderlandlievende<br />

wenfehen; ja zij was het middenpunt<br />

geworden, waarin de geheele kracht der algemeene<br />

overtuiging ten deele zamenliep, ten deele<br />

dezelve verfpreidde.<br />

Wanneer hier een vaderlandlievend ambachtsman<br />

over het wachthuis zijn werk verzuimde, en<br />

zig uit dien hoofde kommcrlijker behelpen moest,<br />

dan tevooren; wanneer daar een rijk man zijne zilverkamer<br />

ledigde, cn zig overwon om van aarde<br />

borden te eeten; wanneer hier een bedelaarfler haar<br />

vermogen aan een tros bloemen befleedde, om een<br />

braaf burgerfoldaat daarmede optetoojen; in één<br />

woord, wanneer ieder opofferen Wil, zonder iet<br />

daarvoor te winnen, dan oordeel ik wel tc kunnen<br />

onderftcUen, dat een volk van twintig millioenen<br />

zig wel redden kon, en reeds gered was: vier<br />

millioenen, die van het tegenovergefleld gevoelen<br />

waren, moesten noodzaakelijk door deeze masfa<br />

zo niet geheel verdrukt, ten minften uitgefloten<br />

worden.


144 STAATSOMWENTELING<br />

De gefchicdenis van dit tijdgewricht ftelt voorbeelden<br />

van eene vaderlandsliefde ten toon, welke<br />

met de Griekfche en Romeinfche in derzelver<br />

fchoonften bloei, om den voorrang ftrijden kon:<br />

men kan niet zonder aandoening leezen, 't geen<br />

een geleerd man, dien men wegens zijne uitmuntende<br />

kundigheden bewonderde , doch nu om zijn<br />

hart aanbad, te weeten de ANQÜETIL DUPER-<br />

NON,in dit opzicht fchreef en deed: aan den Prefident<br />

van zijne wijk zond hij het volgende briefjen:<br />

„ Ik ben doordrongen van het gevoel der Ver-<br />

„ pligting, die elk mensch bij zijne geboor-<br />

„ te aan zijn vaderland fchuldig wordt, en<br />

„ vast overtuigd, dat het bij demneteligen toe-<br />

„ (land van het onze, de pligt van een goed<br />

„ burger is, om hetzelve te hulp te komen;<br />

,, en ik vind in de opoffering van een goed,<br />

,, het welk de Staat behoeft', niets, dan een<br />

,, betaalde fchuld, of wedergecving van cenen<br />

toevertrouwden fpaarpenning.<br />

„ Mijn geheel inkomen beltaat in eene jaar-<br />

„ wedde van de Academie (*), welke 2000<br />

„ livres; in een aandeel aan den Franfchen<br />

„ Mercurius, 't welk 1000 livres , en in een<br />

jaar-<br />

(*) Dss Sciences.


IN FRANKRIJK. I 4-<br />

„ jaargeld van de koninglijke Bibliotheek, dat<br />

„ 900 livres bedraagt: de rekenpenningen (*)<br />

,, der Academie worden niet betaald.<br />

Gij ziet, dat ik alleen leef van de weldaaden<br />

„ des Konings, des bied ik met het hart-<br />

„ hj'kst genoegen, en met een innig gevoel<br />

„ van dankbaarheid,het vierde deel van miiu<br />

inkomen, duizend livres, aan',en men kan<br />

„ dit geld van mijn jaarwedde, van de Aca-<br />

,, demie of van de Bibliotheek aftrekken.<br />

„ Mijne broeders ontvangen jaarlijks van mij<br />

„ 1400 livres, en zij kunnen dit geld thans<br />

„ minder dan ooit ontbeeren: mijne woo-<br />

,, ning, mijn tafel, mijne uitfpanningen en<br />

,, mijne boeken, kosten mij in 't jaar 900<br />

„ livres; des blijven 'er nog 6"oo over, die»<br />

„ ik mijne wijk nog zal geevcn, en zij zal<br />

,, dezelve op uwe voorfpraak welaanneemenr<br />

„ deeze fom is wel klein, en ik fchaam mij"<br />

„ bijna, dezelve aantebieden, doch ik bid<br />

„ u,bcfchouwze als het mijtjen der weduwe:<br />

„ is zij al te gering, dan heb ik nog een ho-<br />

„ rologie, dat mij 1200 livres kost, hetzelve<br />

(*) De leden der Academie ontvangen voor elke<br />

vergadering van dezelve , die zij bijwoonen, een rekenpenning<br />

, (jettoii) we'ke met veertig fois behoorde betaald<br />

te worden.<br />

II. DEEL. K


I 46 STAATSOMWENTELING<br />

• zal ik inleveren, om het zo goed tc vcr-<br />

„ koopen als men kan.<br />

„ Men wordt wel eens Nabob', wanneer men<br />

"„ naar Indien reist; ik heb vandaar niets<br />

l, medegebragt, dan handfehriften; de gewigtigften<br />

van dezelven heb ik den Koning<br />

' gegeven, de overigen bewaar ik in mijne<br />

',' Bibliotheek, en ik Hel ze op hooger prijs<br />

dan de onmeetelijkc fchattcn , die onze na-<br />

„ buuren cn mededingers uit deeze Landen<br />

„ getrokken hebben."<br />

Hier offerde een Geleerde, vol edelmoedigheid ,<br />

zijne inkomften op, behoudende flechts een kleine<br />

rest voor zigzelven; daar bragt een geweezen generaale<br />

Pachter, MERCIER, het derde gedeelte<br />

van de zijnen; dit derde gedeelte bedroeg met minder-<br />

dan drie maal honderd duizend livres: deeze<br />

offerande is even patriotsch. als de cerstgemelde,<br />

fchoon ze uit een ruimer bron gefchept<br />

ware: zo als de menfehen thans zijn , cn zo als zij<br />

bijzonder in Frankrijk waren, vindt men zig genoodzaakt,<br />

veeltijds de gaven vaneen rijk man',<br />

die veef kan ontbeeren, hooger te waardecren,<br />

dan de gaven van een arm mensch, die niets ontbeeren<br />

kan.<br />

Zo werden uit alle gewesten van het Rijk patri-<br />

otfche offeranden, zowel van de hoogfte alsook


IN FRANKRIJK. x ± ?<br />

van de laagfte (landen, bij de Nationaale Vergadering<br />

ingebragt, en zij bedroegen reeds in do<br />

eerfte, maanden eenige millioenen: even zo aanzienlijk<br />

was dat geene, 't welk aan zilveren vaten<br />

en gouden verficrfelen in de munt geleverd werd,<br />

en een uitvoerige berekening daarvan zoude al vrij<br />

wat moeten bedraagen, zo zij thans reeds naauwkeurig<br />

kon opgegeven worden: het is bekend<br />

dat alleen in de maand October, zes millioenen eenen-dertig<br />

duizend twee honderd en zcs-cn-negentig<br />

livres, op deeze wijze in dc munt gebragt<br />

zijn (*).<br />

Het verlies van tweemaal honderd duizend livres,<br />

't welk de (tads-kas van Parijs, bij het bedrijf<br />

van den sden October, had geleden, Wjft<br />

reeds den oden van dezelfde maand, tot op zesduizend<br />

i;a, wederom vergoed: de Schrijver van<br />

zekeren Advocaat had, te midden van den (tornt<br />

en het gevaarlijkst gewoel,ecu pakjen wceten magtig<br />

te worden, waarin honderd duizend livres in<br />

kasbriefjens waren, en waarvan niemand iet wist, 't<br />

welk hij echter eerlijk en ongefchonden overgaf:<br />

vier-en-negentig duizend leverde een ander, genaamd<br />

COURÏOIS, oppasfer in het comptoir van<br />

den Ontvanger-generaal, weder in de (tads Kas:<br />

de overige zesduizend rekende men reeds verloo-<br />

(*) Journal de Paris, van den pden November<br />

i?8p. bladz. 1458.<br />

K 2


i 48 STAATSOMWENTELING<br />

ven; maar na verloop van eenige dagen, veffclieéö<br />

een Savoijard met een pakjen, onder liet addres : den<br />

Ilcere DE LA RIC HAR DIERE, 't welk hij den<br />

itads Kasfier ter hand Helde: de Kasfier zeide hem ,<br />

dat men geenen lieer onder deezen naam kende:<br />

hij antwoordde: een man, dien hij mede niet kende ,<br />

had hem dit pakjen in de ftraat St. 'rfvó'ye gegeven,<br />

en gezegd, dat het addres niet recht gcfchreven<br />

was, maar dat men hetzelve in het comptoir<br />

openen en zien zoude: met deeze woorden<br />

verdween hij: de Kasfier opende het pakjen daadlijk<br />

, en vond 'er vijf kasbriefjens in, ieder van duizend<br />

livres: binnen in den omflag Honden deeze vier<br />

woorden: Het zesde komt óók; en men kon duidelijk<br />

zien, dat ze met een valfche hand gefèhreven<br />

waren: half November werd ook dit zesde<br />

briefjen met de kleine post bezorgd: waarichijne»<br />

lijk zegepraalde hier het patrottismns over het eigenbelang,<br />

en het laatfte briefjen was, naar alle<br />

vermoeden, reeds uitgegeven toen. het -patriottisrnus<br />

overwon, maar door een vrijwillige zuinigheid<br />

weder bijéén gebragt cn overgeleverd: zo<br />

doende had het Hotel-de-Ville niets verloren.<br />

Alle deeze trekken, waarvan men nog een groote<br />

menigte zou kunnen opnoemen, beweezen, dat<br />

de zuiverHe Vaderlandsliefde, door de nieuwe<br />

gefieldhcid van zaaken ingeboezemd , alle de rangen<br />

der Natie bezielde: des te onvoorzichtiger en<br />

hagchelijker werd het, grondbcgiafclcn en plans


I<br />

IN FRANKRIJK. H 9<br />

te uiten, die tegen dezelve inliepen: de Marquis<br />

VAN FAVRAS werd het flagtoffer van zodanig<br />

eene onvoorzichtigheid.<br />

Van het oogenblik af, dat de Natie, vooral de<br />

derde Stand, cn deszelfs Vertegenwoordigers in<br />

de Nationaale Vergadering, het doorgezet hadden<br />

, dat 'er buiten de Majesteit der Natie .geene<br />

andere Majesteit in het Rijk meer plaats had, was<br />

het gevaarlijk geworden, blijken te geevcn van<br />

deelneeming in de voorige liefde voor den Koning<br />

en deszelfs Familie: men hield met eene achterdochtige<br />

onverdraagzaamheid de Handen in het<br />

oog, die uit hoofde van geboorte of ampt de naasten<br />

bij den Koning geweest waren, en de natuurlijke<br />

verkleefdheid aan denzelvcn was in de oogen<br />

van het overig gedeelte der Natie thans hoog verraad,<br />

cn aldus werd dezelve ook gehraft.<br />

De Marquis VAN FAVRAS, een planziek maar<br />

kloekmoedig man , was wegens zijne geboorte en<br />

rang, van de jeugd af, zeer gemeenzaam geworden<br />

met de grondbcginfelen, welke men thans<br />

met den naam van ariHocratie belfempelde; hij<br />

was foldaat,en Hond als een zodanige in denaauvv-<br />

Ke betrekking tot den Koning; bij had toegang<br />

aan het Hof en bij de Prinfen, en rekende zig, ter<br />

behartiginge van zijn eigen belang, verpligt,<br />

voor den Koning zowel als voor de Prinfen alles'<br />

te moeten, opófferen: hij deed wat hij koude,<br />

K 3


150 STAATSOMWENTELING<br />

om den Koning te beveiligen en tc behouden , toen<br />

het volk in Verfailles, op den sden October, raasde<br />

; hij Helde in dien tijd reeds voor, dat men den<br />

Koning cn zijne Familie naar Metz, of eene andere<br />

welbevestigde plaats, moest overbrengen;hij bleef<br />

dit plan ook aankleeven, bij dc verplaatfing des<br />

Konings naar Parijs, en geduurende zijn verblijf<br />

in deeze ftad.<br />

Dit verblijf fpreidde zekerlijk bedrijven ten<br />

toon, die een man' van zijne grondbeginfelcn grieven<br />

, en uit dien hoofde zijne natuurlijke zucht<br />

tot groote ontwerpen den ruimen teugel vieren<br />

moesicn: vermids de nood alleen den Koning had<br />

gedwongen naar Parijs tc trekken; vermits hij<br />

hier van eene burgerwacht genoegzaam werd opgefloten<br />

gehouden; menfehen zig aan hem opdringen<br />

en hem naderen mogten, die te vooren<br />

niet dan buiten zijn Paleis hunne oogen in 't geheim<br />

op hem durfden vestigen; de Vertegenwoordigers<br />

der Natie dag aan dag zijne voorrechten befnoeiden,<br />

en 'er voor hem niets anders overbleef,<br />

dan de fchaduw van de koningljke waardigheid;<br />

vermits hij, gelijk mede zijne broeders en de overige<br />

Prinfen van den bloede, gemeen burger was<br />

geworden van een Rijk, waarvan hij, zo als men<br />

hem van zijne jeugd af had .ingeboezemd, ervelijk<br />

bezitter was; vermids elke opwelling van wantrouwen<br />

of patriotfche dronkenfehap zijn leven in<br />

gevaar brengen konde, en eindelijk zijne koninglij-


IN FRANKRIJK. 151<br />

ke Echtgcnoote zo aan dc tergingen als fmaadheden,<br />

zo aan de luimen als overtuigingen, van een<br />

tegen haar' ingenomen en nu met haar verzoend,<br />

dan op nieuw wederom verbitterd graauw, blootgelteld<br />

was , zo moest dit alles door een' man als<br />

FAVRAS van denkwijze, befchouwd worden als een<br />

toeltand, die erger was dan de gevangenis, en<br />

eiken man van gevoel cn eer oproepen, om in den<br />

Koning tevens de eer der menschheid over 't algemeen,<br />

en de eer der Handen en menfehen in<br />

Frankrijk in't bijzonder te behouden, die hem tocfchecnen,<br />

natuurlijke befchermers van hunnen Monarch<br />

te wcezen: 'er was veel roem bij te behaalen ,<br />

maar ook een menigte van gevaarlijke hinderpaalen te<br />

overwinnen : doch dc laatstgenoemden fpoorden<br />

hem , bij zijn charaktcr, misleiden nog des te derker<br />

aan, om dit waagfpel te onderncemen.<br />

Om alle deeze redenen was het natuurlijk, dat<br />

bij zig voegde bij dc klasfe van mannen, die met<br />

hem dezelfde grondbeginfelen koesterden; doch<br />

deeze klasfe werd thans in den Staat verfoeid en<br />

vervolgd, gelijk zij voor deezen aangebeden en<br />

gevreesd was geweest: 't geen de Koning te verliezen<br />

had verloor zij mede; wat hij nog redden<br />

wilde , redde zij ook; doch hij "en zij konden niets<br />

verliezen , waarbij de Natie niet meende te winnen,<br />

cn niets winnen, waarbij zij niet meende te verliezen:<br />

de Natie was nu de eerde magt in den Staat, en men<br />

kon het voorig gezach niet we .'er herftelkm, of<br />

K 4


I5a STAATSOMWENTELING<br />

hetzelve ook Hechts niet alles willen laaten verliezen,<br />

zonder in de oogen van de ecstgenoemde s<br />

verraaders des Vaderlands te worden.<br />

Zo doende liep de Marquis DE FAVRAS bij<br />

de eerde gelegenheid , dat hij blijken van zijne<br />

denkwijze gaf, gevaar, om aangebragt, in hechtenis<br />

genomen en gedraft tc worden: zijn ijver<br />

deed hem dit gevaar niet bemerken: wie van eene<br />

overtuiging eerst recht doortrokken is, toont alle<br />

poogingen aan, om ook anderen deeze overtuigingen<br />

eigen te maaken, cn gaat welhaast zo<br />

verre, dat hij de flotfommen van dezelven, tot<br />

eene grondlegging maakt van plans, welke de zaaken<br />

zodanig zullen beduuren , als hij zig dezelven<br />

als belangrijk cn nuttig voordelt: FAVRAS was<br />

in dit geval; hij had helpers noodig; bij de keus<br />

van dezelven was hij niet voorzichtig genoeg, en<br />

zij bragtcn hem aan.<br />

Men nam hem cn zijne Echtgcnootc gevangen (*) :<br />

dc geheele dad was in rep en rocre: het gerucht<br />

liep, dat FAVRAS de aanlegger en het Hoofd was<br />

van een zamenzweering, waarin menbefloten had,<br />

den Marquis DE LA FA VETTE, BAILLY cn<br />

JVIECKER tc vermoorden, den Koning en zijne<br />

Familie naar Percnne overtebrengen, cn met een<br />

reeds aangenomen bende van vreemde cn binnen-<br />

I<br />

(*) Den 2 4flen December, i/Sju


IN FRANKRIJK. 153<br />

landfche troupen eene tegenomwenteling doortczetten:<br />

Monfieur,, 's Konings oudltc Broeder, zeide<br />

men, was medepligtig aan deeze zamenzwcering.<br />

Dit gerucht werd in gedrukte bladen door de<br />

gchjcle Had verfpreid; 't gemeen was reeds op dc<br />

been; het woedde nu nog Hechts met woorden,<br />

tegen 's Konings Broeder.<br />

Deeze, door ccn niet ongegronde benaauwdheid<br />

genoopt, verfchcen in, eigen perfoon op het Hotel-de-Ville<br />

, en verklaarde het volgende: Hij<br />

kende den Marquis DE FAVRAS niet anders,<br />

dan dat hij eenen tijd lang bij hem in dienst had<br />

gedaan; dat hij zig door aanbeyeeling van een<br />

derden, wel van hem had willen bedienen tot eene<br />

geldleening, doch dat hij hemzelven in langen<br />

tijd niet gezien, noch gefchrecven, noch ooit in<br />

eene nadere betrekking met hem geflaan had; voor<br />

de omdandigbeden, welke hij opgaf, en naderhand<br />

ook aan de Nationaale Vergadering tot zijne<br />

zuivering in eenen brief voordelde, werd zijne<br />

verklaaring bewaarheid; hij bleef buiten alle verdenking,<br />

cn beveiligd tegen de vervolgingen van<br />

het volk.<br />

Ondcrtusfcnen werd FAVRAS aan het chatclet,<br />

dc thans gcvolmagtigde rechtbank over het<br />

hoogverraad tegen de Natie, overgeleverd, en<br />

zijn proces zonder-tijdverzuim opgemaakt: men<br />

K<br />

5 |


154 STAATSOMWENTELING<br />

was ten uiterften verlangende naar den uitflag,welken<br />

zijn verhoor moest hebben, en men werd zulks<br />

nog meer door een geval, 't welk fcheen in betrekking<br />

te ftaan met het plan, waarvan FAVRAS<br />

befchuldigd werd: men vond narmlijk twee of<br />

drie dagen na zijne gevangenneeming, een burgerfchildwacht<br />

vermoord, en nabij deeze plaats de<br />

woorden aangeplakt: ,, Ga vooruit en verwacht<br />

„ den Marquis DE LA FAYETTE (*):" hierin<br />

meende men dc leus tot een algemeen bloedbad<br />

tc vinden, het welk de Ariltocraatcn zouden afgefproken<br />

hebben, en Parijs bleef eenige dagen in<br />

de grootlte ongerustheid: de waakzaamheid en<br />

kloekmoedigheid van DE LA FAYETTE onderdrukte<br />

eindelijk dit blinde gerucht, en men verwachtte<br />

nu den uitgang van FAVRAS proces met<br />

meerder bedaardheid.<br />

Het chatelet verhoorde twaalf getuigen tegen<br />

hem, wier getuigenisfen hem meer of min aan een<br />

plan van tegenomwenteling fchuldig verklaarden:<br />

dc voornaamlte inhoud daarvan was het volgendc<br />

(f):<br />

(*) Va devar.t & attends la FAYETTE.<br />

(f) Wij ontleenen dit uittrekzel uit het verhoor<br />

der getuigen, zo als hetzelve in 'c Journaal van<br />

Parijs is afgedrukt, en wel wat breedvoerig, om dat<br />

deeze merkwaardige gebeurtenis elders niet dan zeer<br />

onvolmaakt bekend is geworden.


IN FPvANKRIJK. i 5 5<br />

FAVRAS had reeds in het laatst van de maand<br />

Junij een ontwerp gefmeed, om troupen bij Moniargis<br />

bijéén te trekken;ten einde zulks geene verdenking<br />

mogt verwekken, wilde hij voorgceven,<br />

dat zij beltemd waren , om een transport van graanen<br />

naar Parijs te verzeilen: in Parijs zijnde,<br />

zouden zij het masker afligtcn, alles bezetten, op<br />

Verfailles aanvallen, dc Nationaale Vergadering<br />

vernietigen, dc Gevolmagtigdcn van de volkspartij<br />

geboeid naar Parijs brengen, de ftad wetten<br />

voorfchrijven, cn op dc uitlevering van den Marquis<br />

DE EA FAYETTE CI1 deil Maire EAILLY<br />

aandringen: dit oordeelde hij te kunnen uitvoeren,<br />

wanneer hij meerder Grootcn in zijne belangens<br />

kon trekken, geld bezorgde, en vooraf den Koning<br />

naar Metz overvoerde: zijnen vertrouweling,<br />

die naderhand tegen hem getuigde, verzekerde<br />

hij, dat veele Grootcn in Plcardye, in Champagne<br />

, in Bourgogne , in den Elfas , in Vlaanderen<br />

en in het graalfchap Artois zig veréénigen, cn eene<br />

bende van vijf-en-twintig duizend man bijéén<br />

brengen zouden: wanneer de trein der vrouwen<br />

cn der gewapende burgerij van Parijs, Verfailles<br />

introk, zou dc zaak uitgevoerd, en de Koning,<br />

zijne Familie en de Groot-zegelbewaarder naar<br />

Metz gebragt worden: hij kwam den 5d.cn October<br />

des avonds bij den Minister ST. PRIEST,<br />

en verzocht voor zigzelven en een aantal vrijwilligers,<br />

paarden uit 's Konings Ital, onder het voorwendfel,<br />

dat hij dezelven voor het kanon,'t welk


156 STAATSOMWENTELING<br />

door de wijven cn haare geleiders herwaards<br />

werd getrokken, {pannen, en haar hetzelve met<br />

weinig moeite ontweldigen wilde : de Minister<br />

verklaarde, dat hij over de paarden van den koninglijken<br />

ftal niets te zeggen had, en zig over't<br />

algemeen met deezen voorflag niet kon inlaatcn —<br />

„ Gij verkiest dan niets te doen?" zeide FA­<br />

VRAS — „ Neen!" antwoordde de Minister,<br />

en FAVRAS ging heen; doch hij had met de paarden<br />

niet het kanon den wijven ontweldigen, maar<br />

den Koning fchaaken willen: zijn plan werd verijdeld,<br />

door dc weigering van den Minister, en<br />

de Koning kwam te Parijs en niet te Metz.<br />

FAVRAS had zijne ontwerpen altoos nog in<br />

liet hoofd, cn hervormde dezelven naar maate de<br />

omltandigheden veranderden: zijn vertrouweling,<br />

TURCATI genaamd, droeg 'er kennis van:<br />

toen het tooneeiïluk : Karei de Negende, of<br />

Bariholomeus-nacht zou gefpeeld worden, wenschte<br />

hij dat het geen opgang mogt maaken, cn<br />

deeze wensch toonde, welke'richting zijne denkbeelden<br />

genomen hadden: dit ltuk was voorzeker<br />

niet van dien aart, dat het de Natie wederom<br />

eenen fmaak aan Koningen en een willekeurige<br />

magt kon inboezemen; het werkte veelmeer<br />

met vuur en nadruk op het tegendeel: maar FA­<br />

VRAS had ter uitvocringe van zijn plan een hcrleevcnde<br />

verkleefdheid aan den Koning noodig,


IN FRANKRIJK. 157<br />

Ingevolge dit denkbeeld droeg hij aan TUR-<br />

CATI op, eenen man te zoeken, die invloed genoeg<br />

had, om het ftuk in minachting te brengen:<br />

TURCATI verviel op MOREL, Schrijver van<br />

eenige tooneclltukken, die de goedkeuring van liet<br />

publiek hadden weggedragen: FAVRAS had beloold<br />

, agttien tot twintig duizend livres te betaaïen<br />

aan dien, die de afkeuring van het Huk' zoude<br />

bewerken.<br />

TURCATI gaf MOREL daarvan kennis, ontdekte<br />

hem echter tc gelijk, dat het hem tocfchccn,<br />

alsof dc Marquis verdachte 'eri gevaarlijke plans<br />

koesterde ; zij namen voor, hem een bezoek te ge-even<br />

, en als dan een befluit met opzicht tot hem<br />

te neemen, opdat zij zigzelvcn niet aan gevaar mogten<br />

blootitellen; zij legden het bezoek bij hem at,<br />

en hij liet hen eenen tijd lang wachten: eindelijk,<br />

verfcheeu hij, en zeide: „ Mijne Ileereu! ''er<br />

wordt niet meer gefproken van KAREI, DT.N<br />

NEGENDEN , maar van LO DE WIJK DEN<br />

,, ZESTIENDEN, dien men, gelijk ik van ze*<br />

„ kcre hand weet, tracht te vermoorden:" hij<br />

föhriRte", en zeide, of 'er dan geen middel was;<br />

om hem te behouden'?,, Dit willen wij weldoen, :<br />

'<br />

antwoordde de Marquis, en MOREL vroeg hem:<br />

,, Hoe?" — ,, Wij hebben twaalf-honderd paarden,"<br />

hernam dc'Marquis , ,, waarvan het groot»<br />

„ lle gedeelte te Ferfai/les itaat; wij hebben<br />

„ Hechts nog ruiters noodig, waarop wij kunnen


158 STAATSOMWENTELING<br />

„ vertrouwen; ik maak in dit opzicht ftaat op u,<br />

„ mijne Heeren { cn gij zult ze voorzeker ver-<br />

„ fchaffen: ware het getal grooter, dan dat der<br />

„ paarden, dan konden wij eenigen naar St. Gei-<br />

„ main zenden: wij trachten de Zwitfers in onze<br />

„ belangens ovcrtehaalen, laaten zo veel van hun<br />

a ] s<br />

»«<br />

mogelijk is, naar Parijs trekken, cn , om<br />

„ achterdocht te vermijden, wenden wij voor,<br />

„ dat zij mede tot de lijfwacht behooren: onze<br />

„ paarden worden gezadeld, cn wij trekken zo<br />

uit Verfailles, fat wij tegen twee uure des mor-<br />

„ gens te Parijs zijn: de ruiterij verdeden wij in<br />

», drie kolonnen: vierhonderd komen dc poort<br />

„ Maillot, vierhonderd de Barrière de la Coufe-<br />

„ rence, en vierhonderd de Barrière du Roule<br />

„ binnen: men overweldigt de wacht cn houwt<br />

s, ze neder; de overige, benden wachten te St.<br />

„ Deals op ons, cn zij hebben rijtuig, met paar-<br />

„ den befpannen, bij zig: hebben wij de drie<br />

„ Barrieren bezet, dan fnellen wij naar de Tuilc-<br />

„ riën: drie rijtuigen met een fterk geleide, Haan<br />

„ aan de draaibrug achter den tuin gereed: wij<br />

„ haaien den Koning, dc Koningin cn den Ze-<br />

„ gelbewaarder van het Kasteel, en brengen ze<br />

„ naar Peronne: men zegt den Koning, dat de<br />

„ voorllad St. Antoine in oproer is; dat het<br />

„ raadzaam voor hem weezen zou, op zijne vei-<br />

„ ligheid te denken, en dat 'er tot dat einde rij-<br />

„ tuigen gereed Baan: wil de Koning niet vrlj-<br />

„ willig volgen, dan moet men hem met geweld


IN FRANKRIJK. i 59<br />

„ in het voor hem gefchikt rijtuig brengen: middelerwijl<br />

fnellen eenige ruiters naar het huis<br />

„ van den Marquis DE LA FAYETTE, of lie-<br />

,, ver, wij zenden, om ons niet te verzwakken,<br />

,, Hechts vier mannen derwaards; deezen hou-<br />

„ den hem vast, onder het voorwcndfel, van<br />

,, hem eenen brief te willen ter hand Hellen, cn<br />

,, vervolgends fchiet de gewaande beflcller hem<br />

,, overhoop: ondertusfeheu hebben zig eenigen<br />

„ van dt colonne, die de Barrière du Ronk in-<br />

,, komt, naar de wooningen van NECKER en<br />

„ BAILLY vervoegd, en deezen vermoord."<br />

MOREL vraagde den Marquis, of hij wel<br />

van de inwooneren van Peronne verzekerd was?<br />

,, Ja," antwoordde hij, ,, ik bedien' mij van het<br />

,, voorwendfel, dat ik eene bende, die naar Bra-<br />

,, band beftemd is , in hunne Had wil bijéén trek-<br />

,, ken: wordt het getal der aangeworvenen te<br />

„ groot, dan zendt men een gedeelte daarvan naar<br />

„ Parijs, om de nationaale militie in onze belan-<br />

„ gen te trekken: op denzclfden dag, wanneer<br />

„ wij den Koning wegbrengen, komen twintig<br />

„ duizend foldaaten in Parijs aan, waarvan ik<br />

„ door mijne correspondenten in Vlaanderen, in<br />

„ Picardije, in Champagne en Bourgogne ver-<br />

,, zekerdben: men is ook reeds bezig, om twin-<br />

tigduizend Zwitfers overtehaalen; de Duitfche<br />

„ Keurvorsten zullen twaalfduizend, en Sardis-


6o STAATSOMWENTELING<br />

•„ rtiên mede twaalfduizend man zenden : gij ziet dat<br />

„ dit een aanzienlijke année worden zal, en ik<br />

„ beloof u, eene voornaame post daarbij te zul-<br />

„ len beklecden: is zij bijéén, dan marcheert men<br />

,, naar Parijs, bezet de Seine boven en benc-<br />

„ den, noodzaakt de Had, door den toevoer afte-<br />

,, fnijden, tot haaren pligt wedertekeereu, en<br />

„ vernietigt de Nationaale Vergadering door de<br />

„ oproeping der Bailluwfchappen , die hunne<br />

„ Gevolmagtigden moeten terug roepen.<br />

„ Ten einde de nationaale militie te winnen of<br />

,, in toom te houden, is het noodzaakelijk, vcr-<br />

„ volgde de Marquis, dat men het loontrekkend<br />

,, gedeelte van'dezelve, de geweczene Franfche<br />

,, garde overhaale: bij de grenadiers deezcr garde<br />

„ heb ik mijn oogmerk reeds bereikt, door zekeren<br />

„ MARQUIÉ, dien ik overhaalde, door hein<br />

„ voortedellen, dat de onbezoldigde nationaale<br />

„ militie alleen dc Lijfwacht wilde weezen,<br />

,, waardoor ik zijne eerzucht gaande maakte:<br />

,, daardoor zal hij zijne fpitsbroeders mede tot<br />

„ misnoegdheid aanzetten, terwijl daarbij het gc-<br />

„ fchrift Onvrez donc les yeux (*) , tot hetzelfde<br />

„ einde medewerkte: ik heb het hem ter hand<br />

3 5 ge<br />

(*) Dit gefelirift is in Duitschland mede bekend<br />

•geworden.


IN FRANKRIJK. 1S1<br />

», gefield, en de nadrukkelijkfte plaatfen aange-<br />

»» gedipt, om dezelven aan zijne kamcraaden<br />

,, voorteleezen."<br />

Daarop vraagde MOREL den Marquis, of hij<br />

ook op vcelen van cie Gevolmagtigden in de Nationaale<br />

Vergadering {laat kon maaken? „ O vee-<br />

„ len", antwoordde de Marquis, „ ENTRAG-<br />

,, NES is van onze partij, als mede dc Abbé<br />

,, MAURY: den Graaf van MIRABEAU ver-,<br />

,, trouw ik niet; doch men kan 'er hem kennis<br />

„ van gecven wanneer het gefchieden zal, en met<br />

,, duizend Louis d'or kan men van hem maaken<br />

wat men wil."<br />

- Eenige dagen daarna verhaalde de Marquis aan<br />

MOREL, dat TURCA T i juist bij hem was geweest,<br />

toen een voornaam Heer uit den Elfas een<br />

bezoek bij hem afgelegd, en hem verzekerd had,<br />

dat deeze provincie gehccllijk in hunne bclangens<br />

was: vcrvolgends toonde de Marquis hem ook een<br />

plan, over de bijeentrekking van troupen te iVronne,<br />

te St. Qjfept/n ;, en de omliggende plaatfen,<br />

«1 zeide, dat hij door hulp van édn' zijner vrienden<br />

een papier zou laaten drukken, om de Grenadiers<br />

van de nationaale militie aantezetten, dat<br />

zij eifchen moesten, den Koning, met uitfluiting<br />

van allen, alleen tc willen bewaaken.<br />

Met dit alles wist FAVRAS nog niet van,<br />

II. J9.EE L. L


l6z STAATSOMWENTELING<br />

waar hij het geld krijgen zou, 't welk tot deeze<br />

onderneeming noodig zou weezen; hij gaf zulks<br />

ook aan MOR.EL te kennen;deeze floeg hem eenen<br />

bankier, CIIOMEL, voor, verzekerde echter daarbij,<br />

dat die mogelijk daartoe wel zou overgaan,<br />

onder de voorwaarde van Hof bankier te worden 5k<br />

O," zeide FAVRAS, ,, dat zal bij wor-<br />

„ den!" — Maar," zeide MOREL, ,, al is<br />

„ dit alles nu aangelegd; zullen de troupen dan<br />

3, ook zonder order van den Krijgsminister willen<br />

„ marcheeren?" — ,, Maak u daar geen zwaar<br />

„ hoofd over," zeide FAVRAS, ,, deezen laaten<br />

wij eenen fprong doen."<br />

FAVRAS fprak indedaad met den bankier<br />

CHOMEL, doch deeze wilde eerst ILifbankier<br />

weezen en dan geld fchieten: TURCATI kwam<br />

'er juist in, toen FAVRAS door deezen eisch<br />

zeer toornig was: de Marquifinne van FAVRAS<br />

zeide: ,, CHOMEL is een gekl"<br />

Hij trad vervolgends nog met andere bankiers<br />

in onderhandeling, onder anderen ook met ABBE-<br />

MA: bij deezen ontmoettede hij eens den Baron<br />

van CAPELLE , welken hij in den tijd der onlusten<br />

, in de vereenigde Provinciën, in 'j Graavenhaage<br />

had leeren kennen:hij verviel terliond in<br />

zijn gefprek op de mogelijkheid van eene tegenomwenteling,<br />

welke in de veréénigde gewesten, ten<br />

voordeele der Vaderlanders, zou kunnen bewerkt


IN FRANKRIJK. 163<br />

worden , wanneer men een genoegzaam getal trou?'<br />

pen aan de grenfen van Braband zou bijéén trekken:<br />

hij verzocht CAPELLE oin brieven vau<br />

aanbeveeling, aan zijne landlieden in Brusfil, ter<br />

uitvoeringe van dit werk; doch hij verkreeg dezelven<br />

niet: kort daarna onderhield hij dezelfde Baron<br />

en Bankier, andermaal en breedvoerig over dit<br />

onderwerp; en bij deeze gelegenheid zeide ABBE-<br />

MA: ,, Het fchijnt wel, Mijnheer de Marquis!<br />

,, alsof gij een tooneelfpel in drie bedrijven wilt<br />

„ vertoonen; het eerfte zal in Holland, het twee-<br />

,, de in Braband en het derde in Frankrijk ge-<br />

,, fpeeld worden" — Nog liet FAVRAS niet los :<br />

hij zocht,, eenige dagen daarna, den Baron nog<br />

eens op , en ontvouwde hem een wijdlopig plan,<br />

ten voordeele der patriotten in de vercénigde -Nederlanden<br />

, daarbij voegende, hoe veel dienst men<br />

den Keizer zou kunnen doen, aangaande de geiteldheid<br />

der zaaken in Braband: na verklaarde<br />

CAPELLE ronduit, dat zijne bedoelingen cn ontwerpen,<br />

hoe zuiver dezelven ook fcheenen te<br />

weczen, nogthans bij de tegenwoordige omltandigheden<br />

eene gevaarlijke verdenking tegen hem,<br />

zouden kunnen verwekken; hij mogt maar voorzichtig<br />

zijn: FAVRAS kwam daarop niet weder<br />

bij' hem, en zijn plan, om van de onlusten in<br />

Braband, en hetvoorgeeven,om eene tegenomwenteling<br />

in de veréénigdc Provinciën , tot een omwenteling<br />

in Frankrijk gebruik te maaken, Iciieei;<br />

eiuiitvoerbaar te blijven.<br />

h 5-


IÓ4 STAATSOMWENTELING<br />

Dit zijn de verdenkingbaarendc omltandighe­<br />

den , voordvloejende uit den historifchen zamen-<br />

Iiang, van dat geene wat de getuigen tegen FA­<br />

VRAS hebben afgegeven (*): men ziet, hoe dat<br />

geene, wat hij voorhad, flechts een ruw plan<br />

was, en dat 'er een menigte van zaaken in gevon-<br />

, d e n<br />

werden, die volltrekt niet konden uitgevoerd<br />

worden: als bij voorbeeld, dat hij den E.'/hs in<br />

zijne belangens wilde overhaalen; dat dc--Duit-<br />

fche Keurvorsten en de Koning van Sardimè,r\\z\\\<br />

troupen zenden; dat de inwooners van Peronue<br />

hem niet verdacht houden; dat de bankiers, zon­<br />

der eene voldoende verzekering, zulke groote<br />

lommen opfchicten zouden,, en meer anderen,<br />

die bij den cerften optlag van 't oog bersfenfehim-<br />

mig moeten voorkomen: zijne rechters hadden<br />

hem nimmer ter dood kunnen veroordeclen, zo<br />

zij alleenlijk op de onmogelijkheid of mogelijk­<br />

heid van de uitvoering zijner ontwerpen hadden<br />

(*) De getuigenis van M O R E L is de voiledigfïe:<br />

dat hij, gelijk men hier cn daar heeft uitgeurooid', al­<br />

leen uit winzuchc den Marquis van FAVKAS zou aan-<br />

gebragt hebben, kan om die reden geene plaats hebben,<br />

dewijl de premie van duizend Louis d'or, niet dan<br />

vier weeken na zijne aanbrenging, op foortgelijke be-<br />

kendmaakingen gezet werd, en omdat hij ook deeze<br />

fom, toen men hem dezelve aanbood, van de hand<br />

wees: voor het overige is hij een gegoed man, en dft<br />

is mede het geval met den bankier CHOMEL en de«<br />

Baron van CAPELLE.


IN FRANKRIJK. 165<br />

willen zién; doch nu waren zij door de gedeldhcid<br />

van zaaken gedwongen, om zelfs de gedachte<br />

aan eene tegenomwenteling te dratfen : was het<br />

hersfenfehimmige, in het plan van FAVRAS, uit<br />

een bekrompen verdand ontdaan , hij had wel<br />

kunnen gered worden, en hij had in dit geval ook<br />

moeten gered worden; doch 's mans kloekmoedigheid,<br />

gepaard met zijn woelig, planziek charaktcr,<br />

deed altoos, zo niet voor dc omkeering<br />

van dc nieuwe Conditutie, toch ten minden voor<br />

onlusten beducht zijn, welke den vrijen loop, en<br />

de vastllclling van dezelve druikelblokken in den<br />

weg leggen konden.<br />

Uit alle omdandigheden blijkt ook nog, dat da<br />

man voldrekt geen denkbeeld had, van de daatkundige<br />

gedeldheid der zaaken; dat hij, in plaats<br />

van deeze 'kundigheid alleenlijk met ijver en moed<br />

bezield was; dat hij zelf nog veele gebreken in zijn<br />

plan- ontdekte, en dat, in één woord, hij zelf<br />

zeer wel begreep, dat zijn plan nog een zeer on-<br />

.riipe vrucht Was, welke hij. nu eerst bezig was<br />

tot volkomene rijpheid te brengen, toen men hem<br />

daarbij verraschte en 'cr voor draftc: mogelijk was<br />

het zelfs bij hem Hechts een van die ruwe uitbroedfelcn,<br />

welke eene planziek brein dikwerf té voorfchijn<br />

brengt, echter alleenlijk vormt , om aan<br />

zijn vernuft een gepaste bezigheid te vcrlchaffen:<br />

was de nieuwe daatstgedeldheid reeds gevestigd,<br />

geweest, mcu zou hem, op het hoogst genomen,<br />

L-3


Ï66 STAATSOMWENTELING<br />

opgefloten of het Land uitgebannen hebben; maar<br />

thans werd 'er een voorbeeldig flagtoffer vereischt,<br />

en zijne llralfe moest cn kon eene menigte andere<br />

foortgclijke ontwerpen in de geboorte fmooren:<br />

dienvolgends fprak het Chatelet, niet tegeultaande<br />

hij de tegen hem uitgebragte getuigenisfen, voor<br />

onwaarheid, en de getuigen voor omgekocht verklaarde<br />

, en van alles niets bekende, dan het plan<br />

tot eene tegenomwenteling in de veréénigde Provinciën<br />

, cn ter bijééntrekking van een armée voor<br />

Braband, nogthans het doodvonnis over hem uit:<br />

zulks ftrookte gcenzins met het ltrenglte recht,<br />

omdat hij niets belceden had, doch uit alle de befchuldigingen<br />

, die bekend geworden zijn , en<br />

uit de gezegdens van vijf getuigen , die niet<br />

openbaar tegen hem wilden opkomen, maar zig<br />

bij den Prefident van het Chatelet noemden, en<br />

beweerden, .dat FAVRAS hun insgelijks het plan<br />

'tot eene tegenomwenteling had medegedeeld, bleek<br />

duidelijk genoeg, dat hij dezelve wel in gedachten<br />

heeft voorgehad, en zelfs deeze gedachte alleen,<br />

(dit is het gevaarlijke, en de rechten der<br />

mensehheid vernielende fielfel, van alle eerstont-<br />

'ftaaude vrije of despotieke liaatsgefieldheden,)<br />

moest hier zö fiïëng gefiraft worden als de daad<br />

zelve, het welk ook gefchieddc: het Chatelet<br />

deed de uitfpraak, dat hij voor den hoofdingang<br />

Van de-Cathedraale kerk, in het blootc hemd, met<br />

ongedekte hoofde en barrevoets, met een briefjen<br />

op de börst, waarop dé woorden Honden:


IN FRANKRIJK. 167<br />

Confpiratefir contra l'Etat, afbidding doen, en<br />

vervolgends op het plein de Greve zoude gehangen<br />

worden.<br />

Den anderen dag (*) voormiddags ten elf uure ,<br />

werd hem dit vonnis voorgelezen, nadat men<br />

hem het Lodewijks-kruis had afgerukt: hij brak<br />

de leezing van het vonnis meer dan ééns af, door<br />

hoog en. duur te verzekeren, dat hij onfchuldig<br />

was: nadat dezelve geëindigd was, zeide zijn<br />

Rapporteur QUATREMERE , tegen hem: ,, Uw<br />

,, dood is een olfer, 't welk gij de openbaare rust<br />

,, en veiligheid brengen moet, ik weet u geen an-<br />

,, deren troost te geeven , dan dien , welken<br />

de Godsdienst aanbiedt: maak daarvan ge-<br />

,, bruikl"—,, Mijn grootfle troost," antwoordde<br />

de Marquis, ,, is die, welken mijne onfchuld!<br />

„ mij verleent: ik ben een flagtoffer van twee<br />

„ kwaadfpreckers : ik beklaag u allen hartlijk,<br />

mijne Ilcercn! ," zeide hij tot de omflanders,<br />

,, wanneer de getuigenis van twee menfehen vol-<br />

,, doende is, om u ter dood te doemen — Ik<br />

,, wensch een Pastoor van St. Paul tot mijnen<br />

,, biechtvader te hebben."<br />

Deeze verfcheen, cn de misdaadige bleef lan­<br />

ger dan twee uuren met hem opgefloten: hij ver­<br />

zocht , geduurende deezen tijd, een en ander­<br />

en*) Den ipden Februari!, 1790.<br />

L 4


168 STAATSOMWENTELING<br />

maal, dat men hem mogt ontboejcn, doch de<br />

fcherprechter moest hem zulks weigeren, als mede<br />

zijn Rapporteur, dien hij insgelijks verzocht,<br />

dat men hem deeze laatite gunst mogt bewijzen.<br />

Ten drie uure werd hij op eenen hoogen wagen<br />

naar Notre Dame gebragt, om afbidding te doen :<br />

zulks gefchidde in. het bloote hemd, met ongedekten<br />

hoefde , barrevoets, met een drop om den<br />

hals en een waschkaars in de hand: dit oogenblik<br />

fcheen hem het fmartlijkde te weezen: tot nu had<br />

hij met bedaardheid, op het gewoel des volks<br />

rondom hem , neêrgezien; doch nu verbleekte hij,<br />

en fprak met een beevendc dem: hij kwam echter<br />

fqhjehjk wederom bij, nam zijn gedrukt doodvonnis<br />

den fcherprechter uit de hand, en zeide:<br />

„ Moor, vergaderd volk! 't geen ik u zal voor-<br />

kezen: de getuigenissen, waarop het vonnis<br />

„ is uitgefpvoken, zijn valsch; ik ben onfchul-<br />

„ dig, zo waarachtig als ik binnen weinige oo-<br />

,, geablikkeu voor God verfchijnen zal!" — Nu<br />

las hij het doodvonnis met ecu luide en vaste dem,<br />

klom vervolgends met bedaardheid weder op den<br />

hoogen wagen, cn zeide: ,, Brengt mij naar het<br />

,, Hotel-de-Ville; ik heb gewigtige geheimen te<br />

„ ontdekken,"<br />

Ten vier uure kwam hij op het Hotel-de-Ville:<br />

hier waren drie van zijne Rechters: zijn Rapporteur<br />

vraagde hem, of hij zijn geweeten nog wilde


IN FRANKRIJK. 169<br />

ontlasten met iet te ontdekken? — „ Ik ver-<br />

„ klaar ", dit was zijn antwoord, ,, voor mijne<br />

,, Rechters, thans, in het fchrikkelijk oogenblik<br />

waarin ik voor God verfchijnen zal, dat ik dc<br />

,, menfehen vergeef, die zo zwaar en geweeten-<br />

„ loos mij befchuldigd hebben, van plans, die<br />

„ nimmer in mijne ziel zijn opgekomen: misfehien<br />

,, durft in dit oogenblik een ongelukkig, ten dood<br />

„ veroordeeld man, zijnen Rechters onder het<br />

5, oog brengen, dat zij zekere getuigen niet heb-<br />

„ ben willen verhooren, die in ftaat zouden ge-<br />

„ wcest zijn, om de valschheid en het bedrog in<br />

„ de getuigenisfèn, tegen hem uitgebragt, ten<br />

,, toon te fpreiden: hadden zij zig nader willen<br />

,, laaten onderrichten, zij zouden niet op het<br />

,, dwaalfpoor geleid zijn, cn een vonnis, 't welk<br />

„ dc onfchuld aan den dood overlevert, zoude<br />

„ dc lippen en handen der geenen niet bevlekt<br />

,, hebben, die hetzelve uitfpraken en onderte-<br />

„ kenden."<br />

Hij betuigde voor God, dat hij noch injulij,<br />

noch in September, noch in Oclober,toen hij den<br />

Heer van ST. PRIESÏ om paarden verzocht had,<br />

een enkel woord had gefproken, 't welk de befchuldiging<br />

zou kunnen bewaarheden, die mea<br />

tegen hem had doorgedreven: ,, Dat ik," vervolgde<br />

hij, ,, om paarden verzocht heb, gefchied-<br />

„ de met oogmerk, om het gevaar afteweeren,<br />

5, waaraan de koninglijke Familie blootgefteld was:<br />

L 5


I 7o STAATSOMWENTELING<br />

,, ik beminde mijnen Koning, zijn toeltand door-<br />

'„' griefde mijn hart; ik ftcrf met mijne tedere ver-<br />

„ kleefdheid aan zijn perfoon."<br />

Vervolgends verhaalde hij, met zijne gewoone.<br />

bedaardheid en duidelijkheid, dat in de maand<br />

November, bij gelegenheid der beroeringen, welken<br />

in dien tijd plaats hadden, een aanzienlijk<br />

Heer uit een hvüs, onmidlijk in rang op de Prinfen<br />

van den bloede- volgende , en uit hoofde van<br />

den post, welken hij bekleedde, naauw aan het<br />

Hof verbonden, hem bij zig had laaten ontbieden,<br />

zijne bekommering over den toeltand der<br />

Koningliike Familie te kennen geevende, die, gelijk<br />

men in dien tijd geloofde , van alle kanten met<br />

gevaar gedreigd werd: hij had hem verzocht, onderzoek<br />

te doen, naar de beroeringen in de voorftad<br />

Si. Antoine, en hem, welweetende, dat hij<br />

niet rijk was, honderd Louis d'or,voor naauwkeurige<br />

berichten vandaar, beloofd; hij had hem,<br />

tegens den anderen dag, in de voorzaal des Konings<br />

bcfchcidcn, om aan deeze belofte te voldoen;<br />

hij had ook wezenlijk daaraan voldaan, en<br />

hem, uit 's Konings vertrek komende, honderd<br />

Louis d'or in twee rollen ter hand gelteld: hij had<br />

hem niet ronduit gezegd, dat dit geld van den<br />

Koning kwam, doch genoeg om te doen gelooven<br />

dat het indedaad zo was.<br />

Daarop gaf hij een breedvoerig verhaal, aan-


IN FRANKRIJK. 171<br />

gaande de flappen, die hij in de voorflad St.<br />

Antolne had gedaan, en eenige andere omftandigheden,<br />

welken betrekkelijk waren tot de tooneelen<br />

van den 5dcn en ödcil October, en tot zijne kennis<br />

aan den bovengcnoemden MARQUIC.<br />

,, Ik verzoek de geenen van mijne medeburge-<br />

„ geren, die mij hooren kunnen ," vervolgde hij,<br />

cn op welke mijn verhaal indruk maakt, om de<br />

onfchuld van een' man te onderzoeken, die ge-<br />

,, reed flaat, als een getekend, maar zig in zijn<br />

„ lot fehikkend flagtoffer zijn leven te laaten: mijn<br />

,, oprecht cn prijswaardig gedrag, levert blijken<br />

,, op , dat alle mijne ontwerpen de behoudenis dcS<br />

„ Konings bedoelden (*): dit brengt mij, wel<br />

,, is waar, op het fchavot, doch het verfchaft<br />

„ mij ook in deeze ©ogenblikken rust der ziele,<br />

„ vrede in 't gewecten, en ftandvastigheid, om<br />

„ mijn ongeluk te verdraagen : de valschheid van<br />

„ mijne befchuldigers cn getuigen, komt voorzc-<br />

,, kcr aan den dag; doch ik verzoek, dat men<br />

,, 't hun vergeevc: dat niemand vreeze voor de ge-<br />

,, volgen van eene gewaande zamenzweering: ik<br />

,, beklaag de dwaaling der juflitie; zij is voor een<br />

(*) De ongelukkige gevoelde niet dat zijne misdaad<br />

juist hierin gelegen was, en dat hij, naar het<br />

nieuw beloop der zaaken, zig juist daardoor voor<br />

fchuldig verklaarde, waardoor hij zig Keende te<br />

zuiveren.


i7i STAATSOMWENTELING<br />

„ gedeelte gegrond op de geruchten, die onder<br />

„ het volk omloopen en geloofd worden : deezen<br />

„ hebben haar bedroogen, en verleid om mijn<br />

„ doodvonnis uittefprecken - ik verlies 'er niets<br />

„ bij, dan dat ik mijn leven wat vroeger aan het<br />

„ eeuwige Wezen, waarvan ik hetzelve ontvan-<br />

„ gen heb, wedergeef; dit Wezen zal mij, wan-<br />

„ neer ik genade bij hetzelve vind , misfehien een<br />

„ perfooneele fchadelooshouding fchenken, voor<br />

„ de onteerende ftraffe, die mijn leven doet ein-<br />

„ digen: ik beveel mijn aandenken de achting van<br />

„ mijne goede medeburgeren: aan deezen doe ik<br />

„ hetzelfde, met opzicht tot mijne Echtgenoote<br />

„ en kinderen, tot wier onderhoud en opvoeding»<br />

„ ik nog zo noouzaakelijk zoude geweest zijn.<br />

„ Ik verzoek mijne Rechters, dat de Pas-<br />

„ toor van St. Paul, die mij in mijne laatfte<br />

„ oogenblikken zal bijftaan, mijn ligchaam mo-<br />

„ ge laaten wegbrengen, en bij andere Chris-<br />

„ tclijke Catholijken begraavcn ; want Godbewijst<br />

-„ mij de genade, en laat mij ftervenin dedenkwij-<br />

„ ze van een waar Christen , in den trouw , die<br />

„ ik aan mijnen Koning verfchuloigd ben , cn<br />

„ hem met een'eed beloofd heb, cn in de hoop,,<br />

„ dat de nieuwe ftaatsgeftcldheid de burgers van<br />

„Frankrijk zo gelukkig makken zal, als ik<br />

„ wensch: mijne onfchuld is niet twijfelachtig;<br />

„ ik beu niet in ftaat de misdaadén te bedrijven,<br />

„ waarvan men mij befchuldigt; doch dewijl 'er


ÏN FRANKRIJK. . 173.<br />

een offer vereischt wordt, is 't mij Liever, dat<br />

„ ik, dan dat een ander hetzelve brengen zal, en><br />

„ ik ben bereidvaardig, het fchavot te beklim-<br />

,, men, om de ftraffe te lijden voor eene mis-<br />

,, daad, die ik niet begaan heb, doch waaraan<br />

„ mij echter het volk fchuldig oordeelt."<br />

Hij verhaalde nog veel tot zijne rechtvaardiging;<br />

doch weigerde den aanzienlijken man te noemen,<br />

van wieh hij gewag had gemaakt: hij zeide bij deeze<br />

gelegenheid tot zijnen Referent: „ Zeg mij<br />

,, op uw gemoed, als mensch, niet als Reclitcr,<br />

,, za! mijn doodvonnis opgefchort, en mijn pro-<br />

„ ces op nieuw hervat worden , wanneer ik dee-<br />

„ zen Heer noem ?" — De Referent antwoordde,<br />

dat de wet zulks niet gedoogde — ,, Wel<br />

„ nu", zeide hij, ,, dan Iterf ik met mijn ge-<br />

,, heim."<br />

Hij gaf eenen Geheimfchrüver, op het Hotel-<br />

.de-Ville, zijn testament in de pen; en hij deed<br />

zulks met eene hilfte vaste ftetai , liet zig fluk voor<br />

ftuk wederom voorleezen, en veranderde en verbeterde<br />

verfcheidene uitdrukkingen' un zamenvoegingen,<br />

welke hij niet taalkundig vond: dit duurde<br />

langer dan drie uuren, en hij bleef, geduurende<br />

deezen tijd, zigzelven altoos gelijk.<br />

Tegen agt uure werd hij eindelijk naar de gerechtsplaats<br />

gebragt; hij boog zig voor zijneRech-


174 STAATSOMWENTELING<br />

tcrs cn voor de aanfchouwers, Act eenen deftigen<br />

eerbied; zelfs verliet hem zijne ftandvastigheid<br />

nog op de ladder niet: met deeze ontving bij ook<br />

deii Root, die zijnen dood ten gevolge had: zodra<br />

hij dood was, eischte zijne familie het ligchaam<br />

op, en het werd terftoud begraven.<br />

Dit was het einde van een' man, aan wiens charakter<br />

men zijne verwondering niet weigeren kan ,<br />

en over wiens proces de oordcelen des menschdoms<br />

verdeeld zijn, ja voor altoos verdeeld zullen<br />

blijven : de Staatkundige zal zijnen dood billijk,<br />

de Wijsgeer geoorloofd, en de Wereldburger<br />

hard vinden: onfchuldig was hij, naar zijne,<br />

grondbeginfelen, maar fchuldig naar de grondbeginfelen<br />

van een zo even vrij gev/orden volk : dat<br />

hij de zijnen wilde doorzetten , was manmoedig ,<br />

doch niet verftandig; dat het volk de zijnen deed<br />

gelden, was noch onbillijk, noch opzettelijk wreed :<br />

aldus zal het menschdom altoos in twee partijen<br />

verdeeld blijven, die beiden gelooven recht te<br />

hebben, beiden dit recht willen doordrijven, en<br />

beiden daarbij even onverbiddelijk zijn, wanneer<br />

zij de overmagt hebben: even zo zeker zouden<br />

NECKER, DE LA F A Y E T T E , BA1LLY Cll<br />

MIRABEAU,in gevalle een ariltocratisch-koningsgezinde<br />

vierfchaar vonnis over hen had zullen<br />

uitfprceken, gehangen zijn geworden, om dezelfde<br />

plans, voor wier beproefde of zelfs Hechts hersfenichjmmige<br />

omkeering, de Marquis van FA-


IN FRANKRIJK. r 7 5<br />

VRAS deezen fchandelijken dood ondergaan<br />

moest.<br />

Het gedrag des volks bij zijne terechtftelling<br />

gehouden, gaf, gelijk men wclligt begrijpt, blijken,<br />

dat het meende eene foort van overwinningbehaald<br />

te hebben, en deszelfs ruwer clasfen verheugden<br />

zig in 's mans ongeluk: het was onverduldig,<br />

toen hij zo lang op het Hotel-de-Ville<br />

bleef, en fchreeuvvde: FAVRAS! FAVRAS! —<br />

uit eenigen riep de Haatkundige dweeperij in haare<br />

kanibaalfche vrolijkheid: Saute Marquis (*)!<br />

Schoon het volk van Parijs zig in zijn nieuw<br />

charakter, bij deeze terechtflelling onverbiddelijk<br />

getoond had , jegens ieder die op' eene<br />

tegenomwenteling dacht, was het evenwel eenige<br />

dagen tevooren menschlijker geweest, toen twee<br />

jonge mannen van het fchavot om medelijden en<br />

genade fmcekten: de grondbeginfels van de menigte,<br />

betrekkelijk tot Wet en itralfe, Hemmen<br />

niet altoos overeen met de grondbeginfelen der<br />

rechtsgeleerdheid , en zij meet haar medelijden<br />

of haare hardhartigheid niet af naar de<br />

ib-engheid der wet, maar naar den aart van de<br />

misdaad.<br />

(0 Kom op Marquis! Het Franfche woord behelst<br />

nog eene zinfpeeling op de getneene fpreekwijze :<br />

faire lefauttn fair: (gehangen worden.)


176 STAATSOMWENTELING<br />

Twee broeders, A GAS SE genaamd, hadden<br />

valfche acties op de disconto-kas, en valfche koninglijke<br />

effecten gemaakt, waren ontdekt, en door<br />

het chatelet tot de galg veroordeeld.<br />

Hun vader was een man van veele verdiensten<br />

geweest, en reeds overleden; zij hadden ook een<br />

zeer braaven oom, die nog leefde, en op welken,<br />

als mede op hunnen derden broeder, naar de oude<br />

Conititutie van Frankrijk, hunne fchande zou<br />

overgegaan zijn, zo niet de Nationaale Vergadering<br />

kort te vooren een befluit hadde genomen,<br />

dat de ftraffe hen alleen treffen, en geeuzins tot<br />

hunne familie overflaan zoude: dit befluit, het Welk<br />

een van de menschlievendllen is van allen die de<br />

Nationaale Vergadering, in het beloop van haare<br />

verrichtingen, genomen heeft, was door de geheele<br />

Natie met blijdfehap aangenomen, en de<br />

ftrafoefening, aan de gebroeders AGASSE, gaf gelegenheid<br />

, dat hetzelve voor de cerllemaal met<br />

eene algemeene verrukking werd opgevolgd.<br />

Zodra het chatelet, in de eerfte rechtspleegïng,<br />

beide broeders ter dood verweezen had, vergaderde<br />

de wijk St. Honoré, waarvan hun oom Prefident<br />

was, en nam het volgend befluit:<br />

,, De wijk van St. Honoré, is eenpaarig over-<br />

„ tuigd, dat de Staatsburgers, die verlicht ge-<br />

„ noeg zijn om hunne natuurlijke rechten terug


ÏN FRANKRIJK; tyf<br />

tè eifchen, en kloekmoedig genoeg, om de<br />

ketenen van het despotismus tc vcrbreekeu,<br />

b, ook niet langer aan liet fchandelijk juk der voor-<br />

-,, oordeelén moeten onderworpen zijn; dat het<br />

,, zinnelooslte en vloekvvaardigdc van dezelven<br />

zij, de fchande van eenen gefttaftbn misdaadi-<br />

,, ger ook op zijne familie uittebreiden, dat ein-<br />

,, delijk, al ware 't ook, dat de hoogmoed van<br />

eenige rangeu en bedieningen, in dit barbaarscb.<br />

•„ vooroordeel behaagen fchepte-, hetzelve nog-<br />

„ thans' eeuwig moet verfoeid worden, van een<br />

Natie, die van nu af, de misdaad alleen voor<br />

,, zig brandmerken, gelijk de deugd alleen voor<br />

,, zig hoogachten wil.<br />

„ Deeze wijk rekent onder haare meestgeiief*<br />

•,, koosde pligten ook deezen, de rampen , welke<br />

;, haare medeburgeren overkomen , zo veel in.<br />

,, haar vermogen is te verzachten: het ongeluk-<br />

« kig geval, 't welk onzen medeburger A GAS SE<br />

„ in deeze oógenblikken het hart verfeheurt, was<br />

met zekerheid reeds te voorzien, toen de wijk<br />

;, hem, met eenpaarige Hemmen, tot den aanzien*<br />

,, lijken post van Prefident beriep , en zij oordeelde,<br />

dat zij door deeze rechtmaatige hulde,<br />

„ welke zij aan de wezenlijk vaderlandlievende<br />

deugden van deezen Staatsburger deed, denzei-<br />

„ ven tevens eenige gronden tot.zijne gerustlteU<br />

„ Iing zou kunnen aanbieden: thans, nu dit<br />

, T, treurig geval algemeen hekend is geworden,<br />

lh DEEL» M


178 STAATSOMWENTELING<br />

„ moeten liet ook die grondbcginfclen weezen,,<br />

„ naar welken de wijk gehandeld heeft; moeten<br />

„ alle, die deeze grondbeginfelen aankleeven, in<br />

„ hetzelfde oogenblik , waarin de wet den fchuldi-<br />

„ gen ten dood veroordeelt, hunne armen naar de<br />

„ overige fchuldlooze flagtoffers, die het voor-<br />

„ oordeel ter neder werpen wil, broederlijk uit-<br />

„ (trekken, en dezelven met de geheele achting<br />

,,' cn tederheid omhelzen, die hunne perfooneele<br />

„ deugden hen verworven hebben.<br />

„ Dicnvolgends befluit de wijk, dat een be-<br />

„ zending van twaalf haarer leden, met den Vice-<br />

„ prefident aan het hoofd, zig terftond bij onzen<br />

„ medeburger :> GAS SE vervoegen, en hem uit<br />

„ naam van de geheele Vergadering, en van elk<br />

, haarer afzonderlijke leden , een openbaare blijk<br />

van de verkleefdheid en hoogachting, die hij<br />

„ met recht verworven heeft, overbrengen; hem<br />

, de hartlijkfte deelneeming aan zijnen ramp betuigen,<br />

en hem uitnoodigen zal, om fpoedig<br />

in het midden van zijne medeburgcren te verfchijnen,<br />

en den post aanteneemen, welken<br />

zij hem zo eenpaarig en met zo veel genoegen<br />

„ toegekend hebben."<br />

In gevolge dit befluit, vervoegden twaalf leden<br />

van de wijk, verzeld van zestig andereburgers,<br />

zig bij AG AS SE; hij ontving dezelven in den<br />

kring van zijne familie, die men met hem, onder


IN FRANKRIJK. i 79<br />

het blijde handgeklap van alle aanfchouwers, naaide<br />

vergaderde wijk geleidden: eene onoverzicnlijke<br />

menigte menfehen was in de kerk zamengevloeid:<br />

de waardige man wilde fpreeken, doch de traanen<br />

fmoorden zijne item, die zijne dankerkentenis<br />

wdde uitboezemen; allen die hem omringden flooten<br />

hem met wecnende oogen in de armen, en<br />

deeze algemeene aandoening; deeze vunrïge<br />

tegenkanting tegen een fchandelijk vooroordeel,<br />

fchcencn hem den fchoonften troosc te verfchaffeu,<br />

welke de algemeene achting hem aanbieden<br />

kon.<br />

Eensklaps trad BEAULIEU, een algemeen bemind<br />

Tooneellpeeler, en Lieutenant bij een compagnie<br />

van de wijk, te voorfchijn, en verzocht,<br />

dat men hem van deezen post, waarin hij ongemeen<br />

genoegen vond, ontflaan, en denzelven aan den<br />

broeder der ongelukkige AGASSES opdraagen<br />

mogt: „ Zeer gelukkig", zeide hij, „ zou ik<br />

„ mij achten, wanneer dit offer zou kunnen me-<br />

„ dewerken, om een der wreedfte en onrecht-<br />

„ vaardigfle vooroordeelen te vernietigen!" —<br />

een gefchreeuw van goedkeuring, beloonde' hem<br />

voor deeze edele en patriotfche aanbieding; doch<br />

het werd welhaast door LOLT V E L A V E , Hoofdman<br />

van eener Grenadier-compagnie, in dezelfde<br />

wijk, afgebroken: hij Helde voor, dat de ionga<br />

AG AS SE, als grenadier onder deeze c^mpsgnl*<br />

kchoorde, en dat alle zijne kameraads en de Com-<br />

M 2


i8o STAATSOMWENTELING<br />

mandaat van het bataillon vvenschten, dat mett<br />

hem bij hetzelve- eene Lieutenantsplaats mogt geeven:<br />

dit voorltcl ging door; oogenbliklijk nam<br />

LOUVELAYE zijne grcnadiersmuts af,enzettede<br />

dezelve zijnen kameraad op het hoofd: nu begeer­<br />

de BEAULIEU, dat men den zoon van den Pre-'<br />

fident, eenen jongeling van veertien jaaren, zijne<br />

plaats fchenken mogt; doch alles riep,, dat hijdoor<br />

dit edelmoedig gedrag, bij zijne medeburgeren<br />

eerst recht bemind was geworden, hij zou zijne<br />

plaats behouden, en de jonge AGASSE zoude<br />

nis boventallig Officier bij de compagnie aangclteld<br />

worden.<br />

Den volgenden morgen vervoegden eenige Gevolmagtigden<br />

van het bataillon der wijk St. Honoré,<br />

zig bij den Prefident AGASSE: de Chef van hetzelve,<br />

SILLY, was aan het hoofd» en deed de<br />

volgende aanfpraak aan hem:<br />

„ Het bataillon van St. Honoré neemt oprecht-<br />

„ lijk deel aan uwe droefheid, en is hier, om,<br />

„ in dezelve te deelen, doch deezen eerften pligt<br />

„ vervuld hebbende, rust nog een tweede op<br />

„ ons, die de onveranderlijke wet van rechtvaar'<br />

„ digheid en reden ons voorfchrijft; te weeten:<br />

„ dat de fchande, die met de misdaad uwer nee-<br />

„ ven gepaard gaat, geenzins mede op u en uwe<br />

famiHe moet vallen; dat ons bataillon alle de<br />

^ nabeftaanden van deeze rampzaligen,. voor zij-


IN FRANKRIJK. iti<br />

„ ne broederen aanneemt, en u vriendfchap, eens-<br />

,, gezindheid en bijftand, als mede alle overige<br />

j, gevoelens toewijdt cn toezweert, welke u moe-<br />

,, ten geworden voor deugden, wier glans nog<br />

e, door uw tegenwoordig ongeluk verhoogd<br />

„ wordt,"<br />

Vervolgends keerde hij zig tot den broeder der<br />

twee veroordeelden, en zeide:<br />

„En gij, jonge edele man! gij wordt van uwe<br />

,, kameraaden verwacht, om van dezelven een<br />

,, openbaar bewijs van hunne broederlijke gene-<br />

„ genhcid voor u te ontvangen."<br />

Nu fprak hij den veertierijaarigen zoon van dca<br />

Prefident aan:<br />

„ En gij, veelbeloovende zoon van een eer-<br />

,. waardigen vader! ook gij zult van de familie,<br />

,, die u onder zig opneemt, een blijk van de te-<br />

,, derbartigftc vriendfchap ontvangen."<br />

De Gevohnagtigden namen de twee jöngc mannen<br />

mede naar de Louvre, voor welks gallerij het<br />

bataillon op het groene plein, met wapenen en<br />

vaandels gefchaard ftond : de Hertog van A IJ-<br />

SI o N T , Chef der divifie, en SILLY, de Commandant<br />

van 't bataillon, waren aan het hoofd:,<br />

met toeftemming van den Marquis DE LA FA-<br />

M 3


j8a STAATSOMWENTELING<br />

YETTE en van den Generaal-Majoor van GO u-<br />

VINON, las SILLY het befluit voor, door de<br />

burgers van de wijk St* Honorè genomen , en<br />

keerde zig vervolgends tot de twee jonge AGAS­<br />

SE s, en fprak dezelven aldus aan:<br />

„ Het bataillon van St. Honorè heeft u bij voor-<br />

„ raad plaatfen onder zig opgedragen : u (tot den<br />

„ oudflen) de plaats van Lieutcnant bij de grena-<br />

„ diers, en u (tot den zoon van den Prefident)<br />

dezelfde plaats bij de eerlte compagnie: het<br />

„ bataillon twijfelt niet, of de Chef der nationaa-<br />

,, le militie van Patijs,cn de Municipalitcit, zul-<br />

„ len u in deeze plaatfen bevestigen, en hoeft<br />

„ mij benoemd om u de vcrfierfclen van dezelven<br />

,, ter hand te Hellen; neemt dezelven uit de han-<br />

,, den van uwen Generaal, gelijk die twee de-<br />

,, gens; vergeet nimmer, dat deeze belooning<br />

aan de deugd gegeven wordt, en dat dc deugd<br />

,, alleenlijk door pcrlbonecle fchuld kan verduis-<br />

„ terd worden.-".<br />

Nu werden de trommen geroerd, de Marquis<br />

DE LA FAYETTE klein van het paard, verklaarde<br />

beiden voor Ofliciers, tn gaf hun de degens<br />

over: de jonge mannen konden hunne aandoening<br />

niet verbergen, en deelden dezelve aan alle de aanfchouwers<br />

mede : het bataillon defileerde voorbij<br />

deu Gentraal, naar dc kerk Si. Honoré, alwaar<br />

hetzelve een. plechtige mis bijvvoonde; de Prtfi-


IN FRANKRIJK. rtj<br />

dent AGASSE had her genoegen, van tijd tot<br />

tijil de burgers van geheel Parijs bij zig te zien of<br />

te ontmoeten, allen om te toouen, hoe zeer zij<br />

in zijne fmart deelden, en hoe verre zij 'er af waren<br />

, om hem de gevolgen van een onrechtvaardig<br />

vooroordeel te laaten ondervinden.<br />

Deeze tooneclen hadden de gemoederen, als 't<br />

^arc, tot een gevoel van medelijden voorbereid,<br />

en het was natuurrijk, dat zig een groot gedeelte<br />

daarvan zelfs tot de fchuldigen uitllrcktc: doch de<br />

voltrekking van hun vonnis werd daarom niet uitgefleld,<br />

hoe veel hoops ook de twee jonge misdaadigers<br />

uit dat geene, wat met hunne familie gebeurd<br />

was, meenden te mogen fcheppen: deeze<br />

hoop, die niet vervuld werd, fcheen hun de laatfte<br />

oogenblikken vreeslijker te maaken, dan zij<br />

buiten dezelve wel zouden geweest zijn: zij riepen<br />

, toen men hen ter dood leidde, om genade ^<br />

cn llrektcn, ftaande, hunne armen over de menigte<br />

uit: deeze werd op éénmaal aangedaan, en riep<br />

als uit éénen monde: ,, Genade! genade!" doch<br />

de wet bleef onwrikbaar, en beiden ontvingen<br />

hunne draf: de ligchaamen werden aan de familie<br />

uitgeleverd.<br />

Dc ijver der Natie, om de befluitcn van haare<br />

Vertegenwoordigers invloed en gehoorzaamheid te<br />

verfchatfen, was kort te vooren geheel algemeen en<br />

vuurig geworden, door dat de Koning zig bij de<br />

M 4


ï§ 4<br />

STAATSOMWENTELING<br />

rdeuwo.ntworpene Conltitutie, op eene plechtig»<br />

Wijze gevoegd had: de bijzonderheden van di.t ge-:<br />

yal, vertoonden een-van de grootlte en aandoen-<br />

lijklte fchouwfpclen, welke geduurcude het ge­<br />

heele beloop der omwenteling, die zo, veclen daar­<br />

van opleverde, gezien zijn (*),<br />

Reeds in het laatfte van de maand Januarij liep<br />

het gerucht, dat de Koning eerstdags eene zitting<br />

der Nationaale Vergadering zoude bijvvooncn, en<br />

in de eerfte dagen van Februarij werd het beves­<br />

tigd , djt hij niet alleen haare raadplegingen hoo­<br />

ren, maar eenen Hap doen wilde , welke het ze-<br />

,gel op dc bevochtcne vrijheid en de nieuwe Staats-,<br />

gelleldheid drukken zoude: geheel Parijs was gc T<br />

.deeltelijk in een blijde, gedeeltelijk in een onrusti­<br />

ge verwachting, en veclen twijfelden, of het plan<br />

des Konings daarbij wel zo, als liet opgegeven<br />

was,weezen zoude;veelen wenscheen ook,dat her<br />

zo niet zijn roogtc; doch het grootllc gedeelte van do<br />

geenen, die 's Konings gedrag, geduurende de<br />

geheele omwenteling gehouden, befpied hadden ,<br />

.bleef overtuigd, dat hij ook deezen flap, over*<br />

ccnkomflig met zijne betoonde" handelwijze , doen<br />

(*) De Schrijver, was daarvan geen ooggetuiga<br />

meer, doch hij. bedient zig bij de befehrijving van<br />

•hetzelve van twee bijzondere brieven, en van de<br />

berichten, welke het j.ourva/ de Paris daarover heeft<br />

aedegcdeekl.


IN FRANKRIJK. 185<br />

Koude, en deeze verwachtten met vertrouwen en<br />

blijdtcliap den bepaalden dag, terwijl de overigen<br />

dcnzclven ten deele met bekommering, ten deele<br />

met verontwaardiging te gemoet zagen,<br />

Den derden van de maand Februarij, vernam<br />

men eindelijk met zekerheid, dat de Koning den<br />

volgenden dag verfchijnen zoude: zeer eenvoudig<br />

was de tóeftel om hem te ontvangen, dc armftoel<br />

van den Prefident, als mede de trappen, die tot<br />

denzelven opleidden, werden met een nieuw,<br />

met leliën verfierden vloertapijt belegd, en naast<br />

deezen armftoel werd een gewoone ftoel geplaatst;<br />

op den eerflen zou de Koning, en op den laatlten<br />

dc Prefident zitten.<br />

Eene onnoemelijke menigte van aanfehouwers<br />

drong door tot op de fpreekltoelcn en het groot<br />

amphitcatcr: de zitplaatfen- voor de leden der Nationaale<br />

Vergadering waren alle bezet: deeze lieten<br />

zig daardoor.in hunnen arbeid niet ftooren, cn<br />

raadpleegden over de vorming der wijken tot het<br />

oogenblik toe, waarin de volgende woorden, eigenhandig<br />

door den Koning gefchreven, aan den<br />

Prefident ingeleverd werden: „ Ik maak u be-<br />

,, kend, Mijnheer Prefident! dat ik tegen twaalf<br />

,, uure in dc Nationaale Vergadering zijn zal, 011-<br />

„ gedwongen cn zonder omflag:" eenige leden<br />

der Vergadering werden hem ten gemoete gezonden,<br />

en hij verfcheen op het bepaalde uur, met<br />

M 5


i86 STAATSOMWENTELING<br />

twee OfHcicrs van de nationaale militie, en eenige<br />

pages vóór en achter zig: zodra de deurwaarder<br />

riep: Le Rot! ftond de geheele Vergadering op,<br />

en de menigte der aanfehouwers, als inééngepakt,<br />

de een genoegzaam boven den anderen zweevende,<br />

ftak hetligchaam met oor en oog, vol van verwachting,<br />

vooruit, en de gewelven weêrgalmden<br />

van eene algemeene'fchreeuwendewelkomgroet,zo<br />

lang tot de Koning bij den voor hem beftemden<br />

armftoel gekomen was: naast en achter hem Honden<br />

de Ministers, en aan zijn linker zijde de Prefident:<br />

hij was eenvoudig in 't zwart gekleed, met<br />

den hoed in de hand: hij zettede zig niet neder;<br />

dc Nationaale Vergadering, benevens haar Prefident<br />

, bieeven insgelijks ftaan; alles verzonk eenflags<br />

in een diepe ftilte, cn men kon de ingefpannenc<br />

verwachting van allen, in een enkelen op zijnen<br />

mond ftaarenden blik, duidlijk leezen; in dc<br />

eerfie oogenblikken fcheen hij verlegen en benaauwd<br />

tc weczen, 't welk echter ophield toen<br />

hij zijne redevoering zelve begon.<br />

„ Dc hagchelijke omfiandigheden, waarin dc<br />

„ Staat zig bevindt," dus zeide hij, „ brengt<br />

„ mij in 't midden van uwe vergadering; de tel-<br />

„ kens meer veldwinnende verfcheuring van alle<br />

„ de banden der geregelde orde en gchoorzaam-<br />

„ heid , de HilHand of werkeloosheid van het<br />

,j recht, het misnoegen ontfprooten uit een pcr-<br />

„ foneel verlies, de tweefpalt der partijen, de


IN FRANKRIJK. l 8 7<br />

„ gevaarlijke haat, opwellende uit eene aanhou-<br />

„ dende tegenipraak, dc netelige toeltand der<br />

„ financiën, en eindelijk de algemeene gisting der<br />

„ gemoederen, dit alles fchijnt zig te veréénigen,<br />

„ om de ongerustheid der waare vrienden van den<br />

>> Staat, over eene gelukkige en gelukkigmaakende<br />

ontwikkeling van deszelfs herboorte te voe-<br />

„ den.<br />

,, Een groote bedoeling ligt voor uwe oogen en<br />

„ vordert uwe poogingen, doch zij moet bereikt<br />

worden zonder nieuwe onlusten, zonder nièti-<br />

,, wc beroeringen; langs eenen meer genisten en<br />

,, minder ruwen weg, meende ik u derwaards te<br />

„ leiden, toen ik het befluit nam, om u rondom<br />

„ mij te vergaderen, en de begaafdheden, kun-<br />

„ digheden en wenfehen van de Vertegenwoordi-<br />

„ gers der Natie, tot haare welvaart te verééni-<br />

M S C1]<br />

; doch mijn geluk en mijn glorie , zijn daar-<br />

,, om niet minder ten naauwlte verbonden aan het<br />

,, gelukkig gevolg van uwe poogingen."<br />

Bij deeze laatfle Woorden werd de Koning voor<br />

de eerltemaal, door een algemeen hpndgeklap gcftoord:<br />

dc inleiding der redevoering, die den<br />

hoorderen uit den mond van den Grootzegelbewaarder<br />

fcheen voordgekomen te zijn, had niet<br />

bepaald, of zij een klagte over de omwenteling,<br />

dau een voorfchrift voor dc Vertegenwoordigers<br />

der Natie behelzen zoude, en was' derhalven met


£88 STAATSOMWENTELING<br />

eenige ongerustheid gehoord; doch de laatfte volzin<br />

ontdekte duidelijk het oogmerk waarom de<br />

Koning thans aanwezig was.<br />

Men bedaarde weder, toen hij het woord andermaal<br />

opvattede, en zig breedvoerig daarover uitliet<br />

, dat hij bij de algemeene gisting, over de veiligheid<br />

der Nationaale Vergadering had gewaakt;<br />

het gebrek aan koorn cn brood was voorgekomen<br />

, en in wcêrwil van de verwarring in de financiën;<br />

in weerwil van het verlooren credit en de<br />

vermindering der inkomften, de daaruit voordvloejende<br />

onlusten, ten ininflen met opzicht tot geweldige<br />

uitbarftirtgen, geweerd, werk verfchaft,<br />

en ook van buiten vrede en vriendfchap met de<br />

Europifche Mogendheden had weeten te behouden.<br />

Dit alles waren gebeurde zaaken, cn een algemeen<br />

toejuichend handgeklap erkende zulks: nog<br />

onverduldiger werd het dankgevoel der menigte,<br />

bij de volgende plaats van zijne redevoering:<br />

„ Dewijl ik u derhalvcn tegen groote floorenis-<br />

„ fen heb beveiligd, die'uwe zorgvuldigheid ge-<br />

,,, maklijk hadden fchokken, en uwen arbeid verpielen<br />

kunnen, oordeel ik, den tijd geboren<br />

„ tc zieu, waarin de welvaart van den Staat ver-<br />

,, eischt, dat ik mij nog hepaalder cn duidelijker<br />

5, met H vereenige, ten einde te kunnen bevorde-


IN FRANKRIJK. xRo<br />

,, ren en uitvoeren, 't geen gij voor eenen nicuwen<br />

gelukkiger toeltand des Rijks gedaan hebt:<br />

„ ik kan geen gepaster tijdftip verkiezen, waarin<br />

„ gij mij dc bciluiten ter bekrachtiginge voor-<br />

„ Helt, die verordend zijn, oin eene vorming.in<br />

„ het Koningrijk intevoeren, die eenen gewigti-,<br />

,, gen en gelukkigen invloed op de welvaart mij-<br />

„ ner onderdaaneu en op den algemeenen bloei.<br />

,, des Rijks hebben zal."<br />

Mier werd het handgeklap en toejuichend gefchreeuw<br />

lterker dan te vooren, en alzo het gedruis<br />

driemaal op nieuw hervat werd , hoorde<br />

men bijna niets van dat geene, 't welk de Koning<br />

over de provinciaale Vergaderingen zeide, waartoe .<br />

hij, reeds tien jaaren geleden, zijne toeltemming had<br />

gegeeven, en die thans, aangaande haare'geiteld-,<br />

heid, door de Nationaale Vergadering gevormd eri<br />

bevestigd was.<br />

„ Ik zal," vervolgde hij, ,, deeze uitgeflrekte.<br />

,5 vorming, waarvan, gelijk ik volkomen over-<br />

3 < tuigd ben, de welvaart van geheel Frankrijk<br />

„ afhangt, door alle de middelen, die in mijne<br />

„ magt ftaan, begunltigen en onderlteunen."<br />

Het onverduldig gevosl der hoorderen ftoovde<br />

hem hier wederom, en het duurde wel eenige mi<br />

nuten, aleer hij zijne rede kon vervolgen: hij.<br />

fprak van eensgezindheid en rust, als de eenigfte


ipo STAATSOMWENTELING<br />

middelen, waardoor men eene ftaatsgefleldheid,<br />

die een aanhoudend geluk zou bezorgen, volmaaken<br />

konde.<br />

„ Laat de geheele wereld weeten en zien ", zei.<br />

de hij, „ dat de Monarch en de Vertegenwoordi-<br />

,, gers der Natie, flechts dén belang, flechts éc-<br />

„ nen wensch hebben, op dat de Provinciën daar-<br />

„ van mogen overtuigd, en de geest der rust en<br />

„ gezeggelijkheid daardoor overai verlprcid wor-<br />

„ den, en opdat alle braave Staatsburgers, die<br />

,, den Staat door hunne kundigheden en ijver wee-<br />

„ zenlijke dienften kunnen doen, hunne plaatfen<br />

in de afzonderlijke afdeelingen van een alge-<br />

,., meen rijksbeftuur aanvaarden, wier aanéénfeha-<br />

„ keling en verband, de orde en het geluk van<br />

„ het Rijk moeten herftellen en grondvesten.<br />

„ Wij kunnen en mogen het niet ontkennen,<br />

„ dat 'er nog veel moet gedaan worden, om dit<br />

,, oogmerk te bereiken: flechts één wil, flechts<br />

„ ééne kracht, eenpaarig opgevat en eenpaarig te<br />

„ werk gefteld, kan ons derwaards leiden: gaat<br />

,, derhalven voord in uwe poogingen, zondereen<br />

„ zucht voor iet anders, wat het ook zij, dan<br />

,, voor de algemeene welvaart: vestigt uwe oplet-<br />

„ tendheid altoos eerst op de vermindering van<br />

,, de lasten des volks, en op de openbaare vrijheid;<br />

vergeet echter ook niet, om eiken zweem<br />

„ en betooning van wantrouwen te weeren, en


IN FRANKRIJK. i 9t<br />

„ neemt zo fpoedig als mogelijk, de bekommeringen<br />

weg, die een groot gedeelte van Frank-<br />

„ rijk's burgers buiten hun vaderland houden,<br />

„ en wanneer dc oorzaaken zo ftrijdig zijn met de<br />

,, wetten van veiligheid en vrijheid, welken gij<br />

„ wilt invoeren: niet, dan uit een algemeen gc-<br />

,, noegen kan de welvaart des Staats ontfpruiten;<br />

„ overal zien wij een gelukkige hoop voor ons<br />

,, ontluiken; laat ons onvermoeid trachten, om<br />

,, het geluk zelf overal te grondvesten."<br />

Dit gezegde werd als voortreffelijk uitgefproken,<br />

en tevens liefderijk gedacht, mede door een<br />

woest handgeklap toegejuicht; doch, zo mogelijk,<br />

nog flerker, het volgende, wanneer hij zeide:<br />

dat alle burgers van Frankrijk met den tijd<br />

zouden overtuigd worden, dat Stand noch rang<br />

noodzaakelijk waren, om het algemeen welzijn te<br />

beoogen; dat verdienden met opzicht tot het vaderland,<br />

de eenigde deugd, de eenigde orde was;<br />

dat de geweezen hooger Standen des Rijks wel iet<br />

verlooren; dat hij mede in hetzelfde geval was;<br />

doch dat hij in den aangroei van de algemeene welvaart<br />

eene volkomene fchadelooshouding vond, en<br />

dat hij deeze verzekering uit het binnenst van zijn<br />

hart hier openlijk uitboezemde.<br />

Eene algemeene ontroering bemagtigde de gemoederen,<br />

en de aandoening, waarin zij geraakten<br />

, fcheen niet van den


192 STAATSOMWENTELING<br />

degedeeld, maar allen in hetzelfde oogenblik éénflags<br />

gevoeld te worden: nög meer ftofs daartoevond<br />

men in de volgende woorden des Konings:<br />

„ Ik zal derhalven dé vrijheid, wier groildbc-ginfelcn<br />

door den wensch der geheele Natie, en<br />

„ door mijn eigenen wenseh geheiligd zijn, hand*<br />

„ haaven ert in haare geheele uitgeltrektheid in<br />

,, ftand houden; ik zal nog meer doen ; ik en de<br />

3, Koniilgin, die in alle mijne gevoelens en oVcr-<br />

3, tuigingen deelt, zullen vroeg beginnen met het<br />

3, verltand en hart van mijnen zoon, tot de niéuwe<br />

gelteldheid der zaaken voorteberciden; hif<br />

,, zal zig van de vroegfte kindschheid af gewen-<br />

,, nen, om alleen in het geluk der burgeren zijn<br />

3, geluk te vinden; hij zal zig, in weênvll van<br />

,, de ftreelende tong der vleiers, overtuigen, dat<br />

,5 een wijze ltaatsgelteldheid hem tegen de gevaar-<br />

„ lijke misitappeu van onbedreevenheid bevei-<br />

,, ligt, en dat een welgeregelde vrijheid een nieu-<br />

„ we waardij verleent, aan het gevoel Van liefde<br />

,, en trouw, waarvan de Natie, in een reeks van<br />

,, eeuwen, haare Koningen zulke herhaalde en<br />

•„ aandoenlijke blijken heeft gegeven*<br />

lïet duurde al vrij lang, eer het aan ftof en herhaaling<br />

ontbrak, tot uitbarfting van toejuiching,<br />

aandoening en verrukking,waarvan 's Konings woorden<br />

in het luidruchtigst gefchreeuw, en onder traa-><br />

iaën en fnikken gevolgd werden: deeze gezegden<br />

maak"


DeKoning 1<br />

bevestigt de nieuwe Constitutie den<br />

4 3?ebruarij 1790.


IN FRANKRIJK. 193<br />

maakten een geweldigen indruk op de hoordcren,<br />

en wanneer 1.ODEWIJK DE ZESTIENDE ooit<br />

het tijdllip wil bepaalen, waarin hij in den eigenlijken<br />

zin van zijne Natie aangebeden werd, zal<br />

hij de oogenblikken moeten kentekenen, waarin<br />

bij deeze woorden uitfprak, cn waarin dezelfdewoorden<br />

van de burgeren der Provinciën, in de<br />

openlijke nieuwspapieren gelezen werden.<br />

FJij herhaalde nu nog breedvoerig eenige wen-"<br />

fchen, die hij wegens de verhaasting van eene vaste<br />

llaatsgedeldheid, dc herftelling van de openbaare<br />

rust, de 1'chikking in de financiën, de bepaaling<br />

der juilitic enz: aan de Nationaale Vergadering had<br />

voorteftellen, cn befloot eindelijk met de volgende<br />

woorden:<br />

,, Hoe zeer wenschte ik, dat deeze dag, op<br />

,, welken uw Koning zig zo openhartig en ver*<br />

„ trouwelijk met u tot denzelfden arbeid verbindt,<br />

j, een gedenkwaardig tijdgewricht in de gefchie-><br />

,, denis van het Rijk mogt wor'en! hij zal het<br />

„ weezen, ik hoop 't, wanneer mijne vuurige.<br />

„ wenfehen en dringende bede een fein tot vrede<br />

„ en eendragt onder u worden! 0 dat toch allen ,<br />

„ die met den geest van eendragt, welke voor;<br />

t,, ons zo noodzaakelijk is, nog niet bezield wor-ï.<br />

,, den, mij dc herdenkingen, die hen het hart<br />

,-, grieven, ten offer wilden brengen ! met mijne<br />

M ë^ele dankbaarheid en liefde, zoude ik had<br />

II» DEEL, N


l 9 4 STAATSOMWENTELING<br />

„ daarvoor betanlen! laat ons van dcczcn dag af,<br />

„ en ik ga u daarin vóór, laat ons flechts ééne over-<br />

„ tuiging, één zclfsbelang, éénen wil aankleevcn,<br />

„ om dc nieuwe ftaatsgefleldheid getrouw te zijn, en<br />

3, de vrede, het geluk en de bloei van ons vaderland,<br />

„ met eenen onbezweeken ijver te bevorderen."<br />

Hier floegen de betooningen van vreugde en<br />

toejuiching over, tot een eenig geweldig en verward<br />

gefchrceuw, het welk, veréénigd met het<br />

geklap van meer dan tienduizend handen, een geheel<br />

uitmaakte, 't welk even zo plegtig als belachelijk<br />

was, en door dc menigvuldige beweegingen<br />

van hoofd, wezenstrekken en armen, waarin men<br />

dc hartstochten van eiken afzonderlijken aanfehou-<br />

\ver gefchetst zag, tot den hoogften top van<br />

nieuwheid in dc afwisfeling, maar ook van zeldzaamheid<br />

en buitenfpoorige verrukking rees.<br />

Na dat het gedruis eenigzins verminderd was,<br />

trad de Prefident der Nationaale Vergadering voor<br />

den Koning, en zeide:<br />

„ Met het levendigfte gevoel van dankbaarheid ,<br />

s, hoewel zonder dat het haar vreemd voorkomt,<br />

5,.ziet de Nationaale Vergadering het vaderlijk en<br />

B, vertrouwelijk gedrag van uwe Majesteit.<br />

Gij wist, SIRE! (en hierom verfmaadet gij<br />

£ ook dc pracht en praal des troonsj) gij wist,


IN FRANKRIJK. l p-<br />

,, dat gij u, om alle gemoederen tc overtuigen,<br />

„ en alle harten aan u tc verbinden, flechts in den<br />

„ eenvoudigen glans uwer braafheid en oprecht-<br />

,, hcid behoefdet te vertoonen; en wanneer liwe<br />

„ Majesteit te midden van de Vertegenwoordi-<br />

„ gers der Natie verfehijnt, ten einde met hun<br />

„ tevens de gelofte te doen, dat gij de nieuwe<br />

„ ftaatsgefleldheid zult beminnen , in ftand hou-<br />

,, den en handhaven, dan zal ik mij wel zorg-<br />

,, vuldig wachten , door een fchets het gevoel en<br />

„ de blijken van dankbaarheid, eerbied en liefde<br />

„ te verzwakken, die & \ T<br />

atic aan de vaderland sa<br />

liefde van haaren Koning verlchuldigd is, maar<br />

„ de uitdrukking van dezelven uverlaaten aan het<br />

„ zuiver gevoel, het welk in deeze oogenblikkcn<br />

„ uit de burgeren van Frankrijk zetven fprceken<br />

„ zal."<br />

Deeze woorden van den Prefident, werden Itttf.<br />

eene algemeene goedkeuring opgenomen cn beloond:<br />

de Koning verwijderde zig, en eene groote<br />

menigte drong met handgeklap achter hem in.<br />

Dit tooneel had zodanigeu indruk op de Nationaale<br />

Vergadering gemaakt, dat men dacht, zij<br />

Zoude fcheiden; maar zij bleef, en bet eerite voorftel<br />

dat 'er gedaan werd, was, om eenige Ge-<br />

Volmagtigden tc verkiezen, en aan dezelven optedraagen,<br />

om den Koning en de Koningin heden<br />

nog kennis te geevan van de uitdrukking der dank-<br />

N a


196 STAATSOMWENTELING<br />

baarheid en vreugde der Nationaale Vergadering:<br />

dit voorftel werd eenpaarig goedgekeurd. ,<br />

GOUPIL VAN PREFELN oordeelde, dat het<br />

tuir, waarin de itaatsgciteldheid zo plechtig erkend<br />

was, ook moest belteed worden,. om den<br />

burgereed afteleggen , die alle burgers van het<br />

Rijk aan dezelve verbond :• het formulier van den<br />

eed was het volgende:<br />

„ Ik zweer de Natie, de Wet en den Koning<br />

„ getrouw te zullen aankleevcn , cn met alle VCÏ-<br />

„ mogens de Conltitutie in lland te houden, die<br />

„ dê Nationaale Vergadering opgelteld , cn de<br />

,, Koning aangenomen en bekrachtigd heeft."<br />

In den beginne was men van gevoelen, dat alle<br />

Gevolmagtigdcn deezen eed te gelijk zweeren moesten;<br />

doch men begreep welhaast, dat dezelve nog<br />

heiliger zijn, en de ziel een nog plechtiger gevoel<br />

inededeelen zoude, wanneer hij door ieder afzonderlijk<br />

bij het oproepen van zijnen naam, voor de<br />

Nationaale Vergadering werd uitgefproken; zulks<br />

gefchiedde ook; de Prefident fprak eerst het geheele<br />

formulier uit, en vervolgends klommen de<br />

overige Gevolmagtigden, elk afzonderlijk, op het<br />

fpreckgeltoelte, en zeiden met een opgeheven hand:<br />

Ik zweer het!<br />

Naauwlijks konden de aanfehouwers bij hunne


IN FRANKRIJK. i 9 7<br />

aanhoudende verrukking wachten, tot dat de Gevolmagtigden<br />

gezworen hadden: alle de mannen<br />

en vrouwen, grijsaarts cn kinderen, op de gallerijen<br />

en op het amphiteater, hieven in een verward<br />

gewoel de 'armen op; elk riep: Ik zweer het! en<br />

omhelsde hem of haar, die naastltaande was, met<br />

blijde traanen: voor de zaal der Vergadering fchooten<br />

duizenden van aanfehouwers toe, tot welke de<br />

verrukking der geenen, die binnen waren, overging,<br />

en die Onder den vrijen hemel den piechtigen<br />

eed overluid herhaalden.<br />

Tegen den avond kondigde de toeloop des<br />

volks naar het Hotel-de-Ville, ook hier een plechtig<br />

tooneel aan : de geheele Municipaliteit was aldaar<br />

vergaderd, en deed, in getale van driehonderd<br />

leden, den burgereed: een onnoemelijke menigte<br />

volks drong toe, cn verwachtte met ongeduld<br />

den eerden wenk, om hetzelfde te doen: de<br />

Maire verfcheen eindelijk met twaalf Gevolmagtigden<br />

op de trappen, herhaalde den eed, en had<br />

denzelven naauwlijks iiitgeiproken , of de ge-heelc<br />

onmeetelijke drom van vergaderd volle,<br />

Ichreeuwde hem mede uit: het was eene verrukking,<br />

die Qogenbliklijk de inwooneren van geheel<br />

Parijs bemagtigde, en in het midden van dc ftad<br />

zodra niet uitgeboriten was , of zij rolde, aan alle<br />

hoekeu van dezelve, van ieders lippen en uit ieders<br />

hart: brieven en openbaare nieuwspapieren gingen,<br />

deezen dag nog uit de hoofditad, en ftorttcn deezo<br />

N 3


198 STAATSOMWENTELING<br />

patriotfchc dronkenfchap over de afgelegenftc Provinciën<br />

uit; zij openbaarde zig welhaast in geduurige<br />

herhaalingen van het eerde plechtig bedrijf;<br />

cn burger en foklaat, Municipaliteit en Stafofficier<br />

, zwoer overal, in geheel Frankrijk , om<br />

den. Koning, de Wet cn dc nieuwe. Staatsgeftcldheid<br />

getrouw te zijn, even als kort daarna alles<br />

zwoer, om elkander eene onderlinge broederliefde<br />

te zullen tocdraagen: thans ontdond ook de eerde<br />

gedachte aan een plechtig bondgenootfehap tusfehen<br />

alle de burgers van Frankrijk, welk ontwerp<br />

naderhand op den verjaardag der vrijheid uitgevoerd<br />

werd, en met eene menigte v:in aandoenlijke<br />

toonceleu gepaard ging.<br />

Noodzakelijk moesten, van deezen tijd af, dc<br />

bezigheden der Nationaale Vergadering, rasfeher<br />

cn met meerder vastigheid voordgaan, dan te vooren,<br />

toen men de luidruchtige en algemeene verklaaringen<br />

der Natie, om dezelven aantcneemen<br />

en doortezettcn, nog niet onder go veel gewoels<br />

had vernomen: zij had van den eerden dag van<br />

het jaar 1790 af, de gewigtjgde ftukken der nieuwe<br />

ftaatsgedcldheid doorgezien , verhandeld en<br />

bcflotcn; zij had de plans over de Municipalitciten,"over<br />

de provinciale cn andere vergaderingen,<br />

bij verkiezing bijéén geroepen, die in den<br />

gehcclen Staat plaats zouden hebben, en de voorflagen<br />

tot eene nieuwe vcrdeeling van het .Koningrijk<br />

onderzocht, ten deele verworpen, ten dee-


IN FRANKRIJK. 199<br />

le aangenomen cn uitfpraak daarover gedaan; zij<br />

had de vrijheid der drukpers verhandeld; zij had<br />

de Joodcn niet alleen van, verdraagzaamheid, maar<br />

zelfs van burgerlijke rechten verzekerd, en hen<br />

reeds, ten voorbedde, tc Bourdeaux, tegen daadlijke<br />

aanranding van den Nijd befchermd; en eindelijk<br />

had zij haare raadpleegingen over de financiën,<br />

over den toeftand der nationaale fchuld, cn dc<br />

vcrfchcidcne daarover ingebragte voorflagen en<br />

plans, voordgezet.<br />

Vervolgcnds hield zij zig bezig met de nieuwe<br />

gefteldheid der rechtspleeging; met dc vernietiging<br />

der kloosters en kloostergeloften, en met<br />

eene nieuwe burgerlijke gefteldheid der Gêestlijks<br />

heid; met dc bcpaaling cn verbetering van debetrekking<br />

der armee tot de Natie en haare innerlijke<br />

inrichting; met de volftrektc vernietiging der<br />

leendiensten; met de aangelegenheden der volkplantingen,<br />

en haare betrekkingen tot het moederland;<br />

met de verdeeling der belastingen en onderdrukking<br />

der zoutpaebt; met de koninglijke bevelbrieven<br />

, {lettres de cachet;) met den voorgeftelden<br />

aankoop der geestlijke goederen door de Munjcipaliteiten;<br />

met de disconto-kas; met den handel<br />

naar Indien en de IndiJcJie Compagnie; met de<br />

aslignaaten; met de ontdekking en uitgaave van<br />

het zogenoemde Roode Boek; met de nieuwe vorming<br />

der Municipaüteit in Parijs; met het recht<br />

van den Koning, om oorlog te vcrklaaren en vrede<br />

N 4


209 STAATSOMWENTELING<br />

te fluiten; met dc aahftclHng ,hct getal en de bezolding<br />

der Ministers; en eindelijk nog met een menigte<br />

van andere onderwerpen, min of meer betrekkelijk<br />

tot de nieuwe Condi'tutie, hij voorbeeld, met<br />

de beflisfing over de penfioenen, die in 't vervolg<br />

nog zouden betaald worden; over de civile lijst des<br />

Konings , over den weduwezetel der Koninginne,<br />

over de invordering van de patriotfche giften , over<br />

de Parlementen, over de bedelaarij, de bezorging<br />

der armen, en de bezigheid der daglooners; over<br />

de hérftelling der verjaagde Hugenootcn in hunne<br />

goederen, en eindelijk over de belooningen, die<br />

toegedaan zouden worden aan dc geenen , die aan<br />

het vaderland, op dc eene of andere wijze, eenen<br />

aanmerkehjken dienst zouden doen.<br />

Alle deeze raadpleegingen werden van tijd tot<br />

tijd afgebroken door minder gewigtigen, waaraan<br />

de Vergadering de tweede helft van haare zittingen<br />

bclloot te befteeden: de hinderpaalen en oneenigheden,<br />

welken uit haare vcrfchillende betrekkingen<br />

noodzaakelijk moesten ontdaan , openbaarden<br />

zig in het beloop van haare bezigheden, altoos<br />

nog, ten deele met meerder drifts, ten deele ook<br />

met meerder zachtzinnigheid; doch de volkspar­<br />

tij, die altoos nog MIRABEAU, BARNAVE,<br />

KAR EL VAN LA MET II en andere, of voortreffelijke,<br />

of flechts woelige mannen aan het hoofd<br />

hadden, behield de overhand over de ariftocratijfcbx_„<br />

o.ultr welke zelfs (nu nog de Abbéën MAL-


IN FRANKRIJK. zot<br />

R Y , ESPREMENIL, dc Vicomte Vail M I R Af<br />

« E A U enz. voornaamlijk uitmuntten , en zig<br />

blootdcldeu aan het gevaar, om van liet volk in<br />

Parijs, zo niet verfeheurd, nogtbans gemishau*<br />

dehi te worden: het laaide kwam hen een cn andermaal<br />

over, kon hen echter bij hunne hardnekkige<br />

gemoedsgedeldheid niet beweegen, om na<br />

den anderen kant overtegaan : de afzonderlijke partijen<br />

, die zig buiten de twee hoofdpartijen, in de<br />

Nationaale Vergadering nog bijéén gevoegd hadden,<br />

cn onder den naam van patriotfche en Jacobijner-elubs,<br />

van Modcrés en Impartiaux, hunne<br />

plans of wenfehen vóórhelden , Haan wij over,<br />

omdat derzelver denkwijze en bezigheden, zo als<br />

hunne vervolgingen en vergodingen, bekend ge^<br />

noeg geworden zijn.<br />

F)é gistingen, welken nog hier cn daar in de<br />

Provinciën en zelfs in Parijs ontftonden, waren<br />

niet meer zo algemeen en geducht, dat zij de l ezigheden<br />

der Nationaale Vergadering hadden kunnen<br />

hooren , cn haar vertrouwen bij de Natie<br />

vermindereu : de garnifoenen van verfchcidene<br />

deden waren onrustig, en hielden ibmtijds<br />

eene flagting onder elkander; de godsdiendige<br />

dweeperij, door de Priesters opgedookt, dak hier<br />

en daar het hoofd op, en dorttede bloed; broodgebrek<br />

zettede, in eenige deden, tót volk aan<br />

tot oproer, en tot herhaalde bloedige terechtdellingeij;<br />

eenige Parlementen verzetteden zig, en<br />

N 5


sas STAATSOMWENTELING<br />

fpandcn het laatfle overfchot van hunne krachten<br />

in, om/de nieuwe fchikkiug der zaaken omver te<br />

itooten; doch alle deeze vcrl'chijniëlen moesten<br />

wijken voor dc ftandvastigheid der overal gevormde<br />

burgermilitie, die ten deele met goedheid cn<br />

vóorfWHngen, ten deele met eenen önbezweeken<br />

moed en geweld, op de gehoorzaamheid jegens de<br />

befluitcn der Nationaale Vergadering, en de openbaare<br />

rust en veiligheid een waakzaam oog had.<br />

In Parijs zelf bewaarden DE EA FAYETTE<br />

cn BAILLY de noodige rust, door de achting,<br />

welke het volk hun toedroeg, als mede door hunne<br />

itandvastïgheid en beleid: beiden wendden door<br />

een reeks van wijze maatregelen, aile onlusten<br />

ten deele af, ten deele onderdrukten zij dezelven<br />

welhaast, wanneer'zij reeds uitgebörften waren:<br />

bij den invloed, welken de hoofdflad, geduurende<br />

dc geheele omwenteling, gehad en gehandhaafd<br />

had, was het dubbel noodzaakelijk, om<br />

haare inwooneren met beleid te befluuren , want<br />

hunne denkwijze, gelijk ook hunne onderncemiugen,<br />

werden, zodra het gerucht daarvan zig in dc<br />

Provinciën verfpreidde, van deeze even zo fchieiijk<br />

cn bcgeerig omhelsd en gevolgd, als in voorige<br />

dagen hunne moties: een naauwkcurigc kennis<br />

van het volks-charakter, welke beide deeze<br />

mannen in eenen hoogen graad bezaten, werd volftrekt<br />

vereischt, om van hunne maatregelen zodanig<br />

gebruik te maaken, dat het fcheen, als of


IN FRANKRIJK, -03.<br />

ZÏ van het volk zelve afkomflig waren, cn dat<br />

ze altoos als zodanigcn moesten voorgefteld worden<br />

, die, vooral wanneer zij ftreng en bitter waren,<br />

niet dan tegen het fchuim van "t volk te<br />

werk gefield werden: door dcezc handelwijze zetteden<br />

zij zulke dingen door, die het volk, zo<br />

het altoos ovcreenkomflig zijne gewoone denkwijze<br />

hadde kunnen handelen, veeltijds voorzeker<br />

als koningsgezind, dan ook als arillocratisch , of<br />

zelfs wel eens als despotiek hadden moeten voorkomen<br />

: de woedende volksgezinde blaauwboekjens-fchrijvers,<br />

die altoos een naauwkeurig oog<br />

Oocgcn op hunne handelwijzen, betrapten beiden<br />

ook weieens daarop, en zeiden hun niet zelden<br />

zeer bittere zaaken; doch hunne achting bij het<br />

volk, had reeds al te flerke wortelen gefchooten,<br />

dan dat zij daardoor had kunnen gefchokt worden;<br />

beiden bantwoordden aanvallen van dien aart<br />

met een kloekmoedig flilzwj'gen, en ook dit was<br />

zeer fijn overlegd, ten aanzien van het volk<br />

waarmede zij te doen hadden; wie zig verdedigt,<br />

is altoos in eenen neteligen en dubbelzinnigen toeltand,<br />

welke nog hagchelijker wordt, wanneer hij<br />

mee menfehen te doen heeft, die goed noch eer te<br />

verliezen hebben , cn elke verdediging gerust kunnen<br />

beantwoorden met nieuwe aanrandingen, omdat<br />

dezelven, met grond of uit boosheid tewerk<br />

gefield, noch meer noch minder verdrietige velgen<br />

voor hen kunnen hebben.


ao4 STAATSOMWENTELING<br />

Vastigheid van charaktcr'behoort mede tot de<br />

heldendeugden, die zelfs op het laaglte fchuim<br />

van' volk indruk maaken: DE EA FAYETTE had<br />

in het beloop van de omwenteling, meer dan ééns,<br />

bliiken van deeze deugd gegeven : onbaatzuchtigheid,<br />

die zowel den lof als ook geld en waardigheden<br />

verfmaadt, 'maakt niet minder indruk, cn<br />

ook dit voorrecht toonde hij bij alle gelegenheden te<br />

bezitten: men bood hem eenpaarig eene foort van militair<br />

oppergezach in bet Rijk aan, maar hij zeide :<br />

,, Spitsbroeders! zullen wij dan onze ronden naar-<br />

„ ftiger doen?" en hij nam het niet aan: men<br />

wilde hem eene vergoeding gecven van de kosten,<br />

die hij in deezen'tijd, ten beste des vaderlands,<br />

had moeten hefteden, doch hij weigerde dezelve:<br />

„ Dit zoude," - zeide hij, ,-, eene betaaling zi jn<br />

„ voor iet, het welk mij niet veil is; voor mijne<br />

vaderlandliefde: doe ik iet goeds, dan is dit<br />

,, voor mij en mijne familie een capitaal, 't welk<br />

„ nimmer kan verkwist worden: ik dank u!"' —<br />

Teen het'gerucht van eene tegenomwenteling, die<br />

een begin m-cmen zou met hem te vermoorden, in<br />

Parijs rondliep, meende hij'- de daaruit voor hem<br />

ontflaandc zorglijke gedachten zelf te moeten<br />

wegneemen: hij begaf zig in alle de wijken der<br />

ftad, en in de vergadering van één derzelven zeide<br />

hij: Medeburgers! alis'tcok, dat gij mijn<br />

„ hoofd op een ftaak ziet ronddraagen, de over-<br />

„ winning is ïiogthans aan uwe zijde!"


IN FRANKRIJK.<br />

Ècnige honderd man van de nationaale militie,<br />

waren voorncemens om hunne eifchcn aan den<br />

Staat, met opzicht tot hunne bczolding , nog hooger<br />

te drijven, cn zulks gewapenderhand te doen:<br />

zij verkoozen de elizeefche velden tot hunne vergaderplaats:<br />

DE LA FAYETTE kreeg, bij zijne<br />

waakzaamheid, ichielijk kennis van dit voorneemen,<br />

en ontdekte tevens wat dag en uur zij zouden<br />

bijdén komen: hij gaf terltond bevel aan eenige<br />

detachementen van de nationaale militie, tc voet<br />

en te paard, dat zij zig op verfcheidene plaatfen<br />

gereed moesten houden: het eene detachement trok<br />

de voorllad St. Honorè door, naar de elizeefche<br />

velden, cn hij zelf kwam aan het hoofd van het<br />

andere, over het plein van LODEWIJK DEN VIJF­<br />

TIENDEN mede derwaards: de misnoegden waren<br />

ten getale van tweehonderd zamengekomen: eensklaps<br />

verdeelden zig de detachementen, en zij waren<br />

ingefloten: DE LA FAYETTE reed onder<br />

ben, en niemand had, toen zij hem zagen, moeds'<br />

genoeg om te fpreeken of zig te verzetten: ,, Gij<br />

„ zijt niet waardig," zeide hij, ,, den foldaaten-<br />

,, rok te draagen; gij doet den dienst bij de Natie<br />

„ fchande aan: legt uw geweer neder!" allen waren<br />

als van den donder getroffen: zij gaven geweeren<br />

en fabels af, en lieten zig zonder tegenftand<br />

de monteering uittrekken; vervolgcnds werden<br />

zij naar de gevangenis van St. Denis gebragt,<br />

en eenige dagen daarna Parijs uitgejaagd.


to6 STAATSOMWENTELING<br />

Gelijk zijne kloekmoedigheid hier den geest<br />

van oproer bij de foldaaten onderdrukte, zo fmoorde<br />

hij kort daarna den geest van wreedheid bij het<br />

gepeupel: men had twee of drie dieven gevangen j<br />

in plaats nu van dezelven aan de politie overteleveren,<br />

wilde het gemeene volk zelf hen tcrechtftellen,<br />

en wel wederom met den lantaarnpaal:<br />

DE LA FAYETTE ontving 'er terltond bericht<br />

Van: Hechts verzeld van twee zijner Adjudanten ,<br />

fnelde hij naar de gerechtsplaats; de touwen van den<br />

lantaarnpaal waren reeds ncergclaaten: „ Houdt!"<br />

riep hij van verre, en op dit woord zelfs beefden<br />

de handen der beulen: zij lieten de misdaadigers<br />

los , en deezen bleeven, te midden onder hen,onaangeroerd<br />

: „ Gij moet weeten, volk!" >»ep hij,<br />

toen hij midden onder de menigte was, ,, dat ik de<br />

„ eerfte ben, die zijn leven voor de handhaving<br />

,, der wetten laaten zal! mij moet gij eerst ver-<br />

„ moorden, vóór gij deeze menfehen aan het le-<br />

,, ven komt!" — deeze woorden veranderden de<br />

verwoedden in de bedaardfixn; dc lantaarnpaal<br />

werd weder in orde gebragt, cn de dieven aan de<br />

politie overgeleverd.<br />

Deeze en meer foortgelijke trekken, verfchaften<br />

en onderhielden hem de onbepaaldftc genegenheid<br />

en eerbied bij het volk; waar hij verlcheen<br />

vloogen alle de handen tot één geklap zamen,<br />

en zijn naam was op ieders tong.


. IN FR ANK RIJ K. 20?<br />

f Gelijk hij zig in deeae achting doör vastigheid<br />

van charakter hanclhaafde, zo handhaafde n A I h L Y<br />

zig daarin door zijne zachtzinnigheid cn gedieuftigheid,<br />

als mede door zijne welfpreekcndheid;<br />

hij hoorde de bezwaaren van eiken burger, en<br />

weigerde zelfs menfehen van dc laaglte foort den<br />

toegang tot hem niet: de tegenitribbelingcn en<br />

oneenigheden, in dc wijken, wist hij te verzachten<br />

en bijteleggen, en zelfs de geenen onder hen,<br />

die zijnen grooten invloed , als eerfte gezaghebber<br />

der ftad, met nijdige oogen aanzagen', wist hij<br />

ten deele met zig te verzoenen , ten deele beraamde<br />

hij zodanige maatregelen, dat zij niet daadlijk<br />

tegen hem opftaan, en daardoor bcroeringeii en<br />

onlusten beftoken konden.<br />

NECKER had in deezen tijd op verre na die<br />

achting niet meer bij het volk als te vooren, èft<br />

zulks trof hem zeer fterk, zonder de natuurlijke,<br />

oorzaaken daarvan te begrijpen, cf, zo hij ze at<br />

begreep, dezelven uit den weg te ruimen: men<br />

weet, dat de van hem verzochte cn naderhaui<br />

vernietigde amnestie, bij zijne terugkomst, zijne<br />

aanprijzing van het Feto en andere dingen, die den<br />

volksvrienden gelegenheid gaven, om hem als een<br />

koningsgezinde bij het volk verdacht te maaken,<br />

eene koelheid tusfehen hem en zijne eerbiedigen?<br />

veroorzaakten, welke zig bij de eersgenoemden<br />

door onverfchillighcid, en bij hem door gevoelig*<br />

heid of klagten openbaarde: deeze klagten Werden


2o8 STAATSOMWENTELING<br />

Van tijd tot tijd fterker en menigvuldiger, toert<br />

zijne plans over de fchikking der financiën, in 't<br />

vervolg van tijd, dikwerf, zo niet geheel verworpen,<br />

nogthans zeer naauwketirig onderzocht en<br />

ten deele vrijmoedig beoordeeld, ten deele gelaakt<br />

werden: vermits het zijn charakter, over 't algemeen,<br />

ontbrak aan kloekmoedigheid en vastigheid ,<br />

zo droegen ook zijne voorgemelde en uitgevoerde<br />

ontwerpen, daarvan de zichtbaarfte blijken; hij<br />

was, in de oogen der Natie, veel te langzaam en<br />

te zorglijk: deeze onverduldighéid werd argwaan ,<br />

toen hij, bij verfeheidene gelgenheden, te zeer<br />

fprak als Minister, die den Koning aankleefde,<br />

en niet als Minister, die dc Natie de uitvoerende<br />

magt tot hulp had bijgevoegd; hij fpaarde de<br />

Voorrechten, die den Koning nog overfchooten,<br />

tc veel, en fcheen juist daardoor de rechten , Welken<br />

de Natie hernomen had, te zullen lebenden,<br />

of in 't geheel niet te erkennen: bij de republikeinfcho<br />

onverdraagzaamheid, welke de handelwijzen<br />

der Natie thans bezielde , waren de grondbeginfelen<br />

, die hij opperde , veel te onbepaald : zij<br />

waren een gevolg van eene befchroomdheid, die<br />

den Koning niet te veel neemen, cn de Natie niet<br />

te veel geeven wilde ; doch cieeze befchroomdheid<br />

kon hem bij de laatfie niet ontfchuldigen, dewijl<br />

dezelve bij hem ontftond uit een ontzach , 't welk<br />

haar thans, nu de Koning de bezorger van haare<br />

belangens, en niet meer haar heerfcher was, ten<br />

deele noodloos, ten deele eene uitwerking van<br />

zwak»


IN FRANKRIJK. 209<br />

zwakheid fcheen te weezen; ook kon hij niet vergeeten,<br />

dat hij het toch oorfpronglijk geweest<br />

Was, aan wien de Natie de voorbereiding tot het<br />

geluk, waarin zij zig thans zo verheugde, moest<br />

dankweeten; dat zij hem in den beginne met<br />

liefde en aanbidding daarvoor had gedankt; dat zij<br />

hem derhalven , ingevolge deeze getuigenisfen,<br />

meerder achting, dan iemand, behoorde toetedraagen,<br />

en dat uit dien hoofde zijne denkwijze en<br />

voorflagen onveranderd en eenpaarig behoorden<br />

omhelsd en doorgezet te worden: als een welmeenend<br />

man was hij wel degelijk bewust, de Natie<br />

nimmer iet te willen toevoegen of aanneemelijk te<br />

maaken, het welk haar tot nadeel kon verftrekken;<br />

hierom fprak hij op een toon, die het gevoel<br />

van een welmeenend raadgeever, en een waarfchouweud<br />

vriend te kennen gaf, zonder ooit te<br />

denken, dat dit onder de tegenwoordige omftandigheden<br />

juist de toon was, waarop zij niet zonder<br />

verontwaardiging, zelfs hem niet, kon hooren<br />

fpreeken: ook in de gemeene zamenleving geraakt<br />

men veelal in verzoeking, om zijnen dank<br />

te weigeren, wanneer men met nadruk aan de<br />

dankbaarheid herinnerd wordt, en bij de Franfche<br />

Natie moest dit mede het geval weezen, te meer<br />

nog, dewijl zij nu trotsch op zigzelve was, en,<br />

natuurlijker wijze hem flechts als de aanleidend»<br />

oorzaak, maar zigzelve als de uitvoerende kracht<br />

meende te kunnen befchouwen: daarbij kwam nog<br />

de algemeene kennis van zijn aandoénlijk , ver*<br />

II. DEEL. O


m STAATSOMWENTELING'<br />

wijfd en ijdel, niet manlijk en trotsch charakter,<br />

het welk men de billijke ontfchuldiging weigerde,<br />

en zo doende verminderde langzaamerhand<br />

dc eerbied, die men hem weleer toedroeg, eiï<br />

Veranderde, toen dezelve niet meer onbepaald was,<br />

in onvcilcbilligheid: deeze onverfchillighcid werd<br />

welhaast misnoegen, toen hij,bij aanhoudendheid,<br />

zogenaamde koningsgezinde grondbeginfelen openlijk<br />

te kennen gal', de noodzaakelijke gevolgen def<br />

omwenteling, als al te verwoestend en bloedig<br />

Vóórhelde, en alleen aan deeze den neteligen toeltand<br />

der financiën toel'chreef; en zij fioeg over to*<br />

wantrouwen en haatclijkcn argwaan, toen hij zig<br />

tegen de bekendmaaking van het beruchte Roodt<br />

Boek aankantte; toen hij nog penfioenen betaalde,<br />

nadat de Nationaale Vergadering bcfloten had,<br />

dat zulks niet meer mogt gcfchicdcn; en eindelijk ,<br />

bet vermaarde befluit, wegens de vernietiging des<br />

Adels, openlijk tafkeurde: deeze en meerdere om-<br />

Handigheden, die allen bij hem uit dezelfde-bron<br />

Opwelden, maar ook juist om die reden eenen afkeer<br />

bij de Natie moesten verwekken, bragten hem<br />

m eêne zeer onaangenaame betrekking tot haar, en<br />

«j banden hem allengs geheel uit hart en oog; het<br />

beter gedeelte der Natie werd onverfchrllig, het<br />

gemeen vergramd, en dc Demagoogen werden verwoed<br />

(*): hetzelfde lot trof alle de overige Mi-<br />

(*) DESMOULINS en PRUD'HOMME, die hei»<br />

te vooren 0p de handen droegen, noemden hem nu ia


IN FRANKRIJK. üit<br />

nisters, die , de één na den anderen, als vijanden<br />

der omwenteling aangeklaagd, als zodanigen ter<br />

verantwoordinge opgeroepen, belasterd en gefmaad<br />

werden: MIRABEAU had federt lang niet meer"<br />

uitgevaaren tegen NECKER, noch tegen het geheele<br />

ministerie; hij fcheen de zorgelijke betrekking,<br />

waarin zij tot den Koning en de Natie (tonden,<br />

op haar natuurlijk beloop te zullen laaten,<br />

en zij nam indedaad deezen loop, om eenen haat<br />

(*) tegen hen opgevat, algemeen te maaken; eenen<br />

haat, welken hij eenige maanden tevooren,'<br />

hoch door zijnen invloed op het volk en de Nationaale<br />

Vergadering, noch door zijne ongemeen*<br />

welfpreekendheid had kunnen bewerken.<br />

Met den Koning en de Koningin was het volk<br />

langzaamerhand verzoend, en hun verblijf in Parijs<br />

was, zo niet aangenaam, evenwel ook niet<br />

meer gevaarlijk: de Koning had federt zijnen plechtigen<br />

overgang tot de Conftitutie, de liefde, welke<br />

men hem, wegens zijne algemeen bekende ophunne<br />

fchriften: Le petit frippon , U grand voleur ,<br />

k Jeremie de la finance, le petit fcelerat, ie fat feur<br />

de grarJs mots, le vil efc/ave &c. —• het volk la*<br />

dit, en verfeheurde deeze Schrijvers niet, of bragt<br />

hen niet in 't dolhuis.<br />

(*) Men verkogt in Parijs openlijk eten klein gefchrift,<br />

onder den tijtel: Pendez mot c.es B** 5 la; 'e#<br />

deeze B**5 vvaren geen anderen, dan de Ministers;<br />

feet flelde hen allen in een afzichtig charakter ten toott,<br />

O a


sia STAATSOMWENTELING<br />

rechtheid, toedroeg, in eene foort van aanbiddingveranderd,<br />

die hem echter niet zo zeer ais Koning,<br />

dan veelmeer als mensch befchouwd, te?<br />

beurt viel: om deeze te onderhouden verfcheen<br />

hij dikwijls in 't openbaar, monlterde fomtijds de<br />

Kationaale militie, ging in .den tuin der Tuileriën<br />

wandelen, bezocht de voorllad St. Antoine, bezag<br />

de merkwaardigfte manufacluuren en fabrieken<br />

, liet het volk toe, om hem tc zien eeten, en<br />

deed geld onder hetzelve uitdeelen, wanneer meri<br />

in de eene of andere wijk der ftad gebrek befpeurde*<br />

Dit alles deed de Koningin ook, en voegde bij<br />

dit gedrag nog meer fijnheid en kennis van het<br />

menschlijk hart, en vooral van het Parijfche gepeupel:<br />

zij wist, dat de vrouwen altoos meer op<br />

haar verbitterd geweest waren, dan de mannen;<br />

zij poogde derhalven deeze eerst te winnen, cn<br />

met en in haar de mannen van zeiven: zo befteedde<br />

zij terltond, na haare komst in Parijs, eenige<br />

duizend livres aan de inlosfing van de winterkleederen,<br />

die de vrouwen van het gepeupel, en vooral<br />

de Poisfarden, in den lomberd verpand hadden<br />

; zo zorgde zij zeer liefderijk en weldaadig<br />

voor de weduwe van den door het graauw gehangen<br />

bakker, FRANCois; zij verklaarde zig<br />

voor befchermfter van de Societé de la charitè mafernelle,<br />

en liet zig de berekening van ontvangst<br />

én uitgaave toonen; zij gaf tienduizend livres uit<br />

haare beurs, om de vaderen der huisgezinnen vrij-


IN FRANKRIJK.' a ï$<br />

tekoopen, die wegens het geld, dat zij voor het<br />

zoogen en de oppasfing huuner kinderen moesten<br />

opbrengen (*), in de gevangenis gezet waren: bijna<br />

even zo fterk, als deeze tienduizend livres,<br />

werkte de uitdrukking, welke zij bij de bewilliging<br />

van deeze penningen bezigde: „ Ik kan niet meer<br />

„ geeven, hoe gaarne ik ook wilde!" zeide zij,<br />

en het contrast van deeze woorden, met den toon<br />

waarmede zij weleer honderdduizenden tot groote<br />

gastmaalen in Trianon bewilligde, was van eene gewenschte<br />

uitwerking,<br />

' Wanneer zij met den Koning uitreed, fcheen zij<br />

niets te zien dan het volk, het welk haar omwemelde<br />

, en niets te hooren dan het toejuichend<br />

gefchreeuw, waarmede hetzelve haar eerbiedigde;<br />

alle haare trekken toonden blijken van de oprecht-<br />

Re vreugde, en alle haare woorden ademden de<br />

menschlijkfte en weldaadigfte gevoelens : bij gelegenheid,<br />

dat zij de fpiegelfabriek in de voorftad<br />

St. Antoine bezocht, en het volk haar zijne toejuiching<br />

op dc gewoone wijze te kennen gaf, zeide<br />

zij: ,, De menfehen zijn zo goedaartig, wan-<br />

„ neer men bij hen komt! " „ Dit is zo," zeide<br />

iemand , die naast haar ftond, ,, maar wanneer<br />

,, de menfehen tot iemand komen, zijn zij zo<br />

„ goedaartig niet!" — zij antwoordde: ,, Dan<br />

handelen zij ook niet naar de drift van hun ei»<br />

(*) Mois de nourrice.<br />

O 3


ai4 STx^ATS OMWENTELING/<br />

?, gen hart; dan heeft men ze opgehitst" — toen<br />

zij het rijtuig weder inklom, wilde zij geld onder<br />

het volk uitdeden, maar zij had niets, dan kas 7<br />

hriefjens: ,, Kinderen!" zeide zij, „ wanneer<br />

„ ik u briefjens gaf, zoudt gij ze met verlies moe T<br />

,, ten omzetten , doch gaat uit mijn' naam bij den<br />

„ Heer van VILLEQUIER, die zal u daalders<br />

„ geeven: " toen het Chatelet de woeste buitenfpoorigheden<br />

van den 5den en 6den Oclober begon<br />

te onderzoeken , zond hetzelve eene deputatie aan<br />

de Koninginne, om van haar te verneemen, of zij<br />

zig niet nog veele van de perfoonen herinnerde^<br />

die zig onder haare oogen aan zulke buitenfpoorigheden<br />

hadden durven fchuldig maaken, en zij antwoordde:<br />

„ Nimmer zalikde aanbrengfter worden.<br />

„ van de onderdaanen van mijnen Echtgenoot;<br />

A ik heb alles gezien, alles gehoord, maar ook<br />

p, alles vergeeten 1"<br />

Men begrijpt wel, dat deeze trekken, die ten<br />

gepastcn tijde in alle week- en dag-bladen herhaald<br />

werden, dat geene moesten uitwerken, wat zij<br />

zonden uitwerken, cn nu kon dc vermaarde en<br />

volleerde lofredenaar, BOUFFLERS , het ook<br />

wel waagen, zijne beruchte aanfpraak (*), uit<br />

(*) Zij is ïn verfcheidene opzichten wel waardig,<br />

pok hier bekend of bekender te worden, dan zij inde­<br />

daad is: zie hier een overzetting van dezelve, welke,<br />

zp mogelijk, alk de fijne trekken en tegenftellingen van


IN FRANKRIJK. ai 3<br />

naam van de Franfche Akadenüe, aan haar te doen ;<br />

jccn paar maanden te vooren zon hij daarvoor ge*<br />

het' oorfpronglijke, in woordeu en gedachten, fchooH<br />

niet volkomen bereikt, nogthans opgeeft.<br />

„ Indien ik zou durven waagen, om uwe Maje?<br />

j, fteit het beeld te fchetfen van eene vrouw, die we*<br />

„ zenlijk waardig was van de geheele wereld hulde te<br />

„ ontvangen; die de hemel bij voorraad reeds met den<br />

„ luister der koninglijke kroon omftraald had 5 die met<br />

„ eene meer dau mcnschlijke waardij, • bijna godlijke<br />

„ bekoorelijkheden paarde; wier gedienftige vriend-<br />

„ lijkheid verbonden was met, ik weet niet welken,<br />

„ zachten ernst, die tot eerbied noopte en vertrouwen<br />

„ veroorloofde; en aan welke eindelijk de tederheid,<br />

van haare kunne,benevens de uitdrukking van zacht-.<br />

„ heid, aan de fexe eigen, een fluier werd, die dq<br />

„ kracht en den moed van den mannjoedigften held,<br />

„ overdekte, dan zoude uwe Majesteit -mij de verhe-<br />

„ vene MAK IA TH ERE s IA, en geheel Frankrijk zou<br />

„ mij haare dochter, tot een origineel, voorflaau:<br />

„ wilde ik 'er nog meerder trekken onder verfmelten,<br />

„ wilde ik die ziel willen afmaaien, die zig altoos ge-<br />

„ lijk is, die altoos even verheven blijft,die bij eigene<br />

„ zorgen pal ftaat, eu bij de bekommering van anderen<br />

„ aangedaan wordt; wilde ik dat verftand fchilderen,<br />

„ het welk ten alten tijde even bedsard blijft, van din-<br />

„ gen buiten hetzelve dikwerf aangerand wordt, tog<br />

nimmer bezwijkt; wilde ik eindelijk de gelukkige<br />

„ gaven, waardoor haare houding en haar voorkomen,<br />

„ altoos zeer deftig, eu evenwel met de fijnlte fcha-<br />

keeringen der oinftandigheden overeeakoxltiü', de<br />

O 4


2i6 STAATSOMWENTELING<br />

fteenigd, of ten minften uitgejouwd geworden<br />

zijn.<br />

De verzoenelijklieid van het Franfche volk liep<br />

even zo ftcrk in het oog bij den Baron van BE-<br />

SENWALL: zijn proces had lang geduurd, en<br />

ftaande deeze rechtspleeging, waren honder­<br />

den van getuigen verhoord: men geloofde alge­<br />

meen , dat hij aan hoog verraad fchuldig was; men<br />

verwachtte algemeen hem, gelijk den Marquis van<br />

FAVRAS, veroordeeld te zien: men kan begrij-<br />

„ harten fchokken en nogthans winnen; wilde ik de<br />

onbegrijpelijke bekoorelijkheid befchrijven , welke uit<br />

„ eene welgekozene en natuurlijke bevalligheid voord-<br />

„ komt, en het kleinfte woord meerder kracht weet<br />

te verfchaffen, dan wapens hebben ; meerder dank-<br />

3, gevoel, dan weldaaden kunnen verwekken: altoos<br />

nog zoude uwe Majesteit gelijkvormigheid vin-<br />

„ den, en gelijkvormigheid gevonden worden — ja zo<br />

zag men eertijds uwe onftervelijke moeder, en zo<br />

„ meent men dezelve nog te zien; zo toonde zij zig,<br />

„ zo vertrouwde zij zig, het teder wichtjen in haare<br />

„ armen fluitende, waarop de hoop van het Rijk be-<br />

,j rustte; de hoop der Natie, die op haare onaf-<br />

„ bangelijkheid zo jaloers was: zodanige middelen mis-<br />

lukken nimmer: liet vlammende oog werd in traanen<br />

„ afgekoeld , de bitterde vijandfehap ging over in<br />

„ deelneeming, en nu zag men, dat het vrijfte volk<br />

„ zijne verrukking geweldig verre uitftrekt, en al-<br />

„ lerbest verftaat, deugden te gehoorzaamen, die<br />

„ waardig zijn het«elve te gebieden."


IN FRANKRIJK. ai?<br />

pen, dat het graauw 't meest op hem was verbitterd,<br />

en evenwel was het gerucht naauwlijks<br />

onder hetzelve verfpreid, dat hij door het Chatelet<br />

was vrijgcfproken en op vrije voeten gefield,<br />

of de Poisfarden en haare vrienden waren de eerften,<br />

die hem haar, lang kevel en bloemtrosjens<br />

bragten.<br />

Dit was ook het geval met den Prins van CON­<br />

TI, die in den beginne bij het volk niet minder<br />

gehaat was, dan de Graaf van ARTOIS zelf: zijn<br />

gedrag was even zo fijn, om zijn oogmerk te bereiken<br />

, als dat van de Koninginne: van Frankfort<br />

aan den Main zond hij reeds eene verklaaring, dat<br />

hij het vierde gedeelte van zijne inkomften, ingevolge<br />

het befluit der Nationaale Vergadering, als<br />

een patriotfche bijdraage aan de kas van den Staat<br />

zou laaten betaalen: het was eene fom van meer<br />

dan honderd en zes-en-veertigduizend livres: eenige<br />

dagen nadat de Koning zig plechtig bij de<br />

Conftitutie had gevoegd , zond de Prins zijnet),<br />

burgereed; niet lang daarna kwam hij zelf weder<br />

te Parijs, en een hoop Poisfarden was hem al j iif<br />

chende te gemoed gekomen: vóór hij nog ergens<br />

in Parijs aanlegde, klom hij van het rijtuig<br />

ne wijk; hier werd hij met blijdfehap ontvangen,<br />

beklaagde zig, dat 'er zulke haatelijke geruchten<br />

van hem uitgeftrooid waren; betuigde dc nieuwe<br />

ftaatsgefleldheid aantel'leevcn, cn liet zig als gemeen<br />

nationaal foldaat optekenen: het ftreeleude,<br />

O 5


B I3 STAATSOMWENTELING<br />

»t welk in dit gedrag lag opgefloten, verkreeg door.<br />

de tweeduizend livres, die hij aan de armen van<br />

Zijne wijk gaf, nieuwen nadruk; het volk verzelde<br />

hem al juichende naar zijn huis,<br />

In denzelfden tijd had de Hertog van ORLE-<br />

ANS insgelijks den burgereed gezonden, ook dit<br />

was voor hem bij het volk van eene goede uitwerking.<br />

Deeze genegenheid ter verzoeninge, begon al,<br />

Jengs zig over de geheele Natie tcverfpreiden, en<br />

het eerfte denkbeeld van het groote nationaal verbond<br />

voor den iAden Julij, 't welk thans in voorflag<br />

gebragt werd, was daarvan een gevolg: federt<br />

den Aden Februarij had de geheele Natie, ten<br />

deele in afzonderlijke ftedeu en gewesten, ten<br />

deele in geheele Provinciën zig vereenigd, en, in<br />

een enthufiasmus, 't welk dc plechtigfle toonee-<br />

Icn opleverde, de Conftitutie trouw, cn zigzel,<br />

ven onderlinge broederliefde toegezworen: de<br />

berichten, die dagelijks daarvan bij de Nationaale<br />

Vergadering en bij de Vertegenwoordigers der Gemeente,<br />

te Parijs, inkwamen, fleeptcn beiden in<br />

eene levendige verrukking weg: de Municipaliteit<br />

van Parijs was de eerfte, die op het denkbeeld<br />

verviel (*), om alle deeze afzonderlijke patriotfche<br />

bondgenootschappen tot een enkel algemeen te<br />

(*) Den ^den Junij, \7%**


IN FRANKRIJK. ffiI9<br />

yereenigen, en in de hoofdftad, onder dc oogen<br />

der Nationaale Vergadering en des Konings, dooi?<br />

de Gevolmagtigden, uit het midden der gezamentlijke<br />

nationaale militie cn armée,dcn burgereed, die<br />

reeds afzonderlijk afgelegd was, nog eens, als uit<br />

éémn mond te doen afleggen: den i4den Julij van<br />

het voorige jaar, riep alles: „ Burgers van Frank*<br />

,, rijk! wij zijn vrij!" den i^dcn van dezelfde<br />

maand, in dit loopende jaar, zouden allen roepen;<br />

„ Burgers van Frankrijk! wij zijn broeders!"<br />

Toen BAILLY dit denkbeeld aan de Nationaale<br />

Vergadering voorftelde, was de toeflemming eenpaarig;<br />

van allen werd hetzelve met eene levendige<br />

toejuiching cn algemeene goedkeuring aangenomen<br />

, en nog in dezelfde zitting befloot men.,<br />

dat de Gevolmagtigden der Couflitutie voorflagen<br />

zouden opltcllcn, hoe dc verkiezingen, aangaan-:<br />

de de bezendingen der Provinciën, tot de feestviering<br />

van het bondgenootfehap, bepaald cn te<br />

werk gefteld zouden worden: drie dagen daarna<br />

werden deeze voorflagen reeds bij de Nationaale<br />

Vergadering ingeleverd, en vervolgends als een regelmaat<br />

naar de Provinciën verzonden: volgends<br />

dezelve zouden, van ieder regiment voetvolk, de<br />

oudfte Officier, de oudfte Onderofficier, en de<br />

vier oudfte gemecne foldaaten, naar de jaaren die<br />

zij gediend hadden, als Gevolmagtigden uitgekipt<br />

worden: op dezelfde wijze zouden van de Regiföetiten<br />

van de Garde eji Zwitfas, van het corps


£ao STAATSOMWENTELING<br />

der Invaliden, van de Krijgscommisfarisfen, van<br />

de marine, in één woord, van elk corps of van<br />

elke bediening tot het krijgswezen betrekkelijk,<br />

eenigen van de oudllen, zo Officieren als gemecnen,<br />

verkooren, en als Afgevaardigden gevolmagigd<br />

en gezonden worden: zodra men dit befluis<br />

in de Provinciën had ontvangen, maakte men in<br />

een algemeen enthufiasmus een begin met de verkiezing,<br />

en welhaast was een corps van agt tot<br />

tienduizend oude krijgslieden uitgekipt, die den<br />

bepaalden dag met ongeduld verwachtten: met deezen<br />

werden 'er tevens Afgevaardigden van de nationaale<br />

militie, van elke Provincie, verkooren en<br />

gevolmagtigd: de Koning had het geheele plan met<br />

genoegen goedgekeurd, en het befluit der Nationaale<br />

Vergadering gewillig bekrachtigd: zeker kunftenaar,<br />

genaamd AUGUSTI, meende deeze burgerlijke<br />

denkwijze door een ftandbeeld, ter eere<br />

van den Koning vervaardigd, en op het Confedcratiefeest<br />

opgericht, te moeten vereeuwigen, en<br />

hij ftelde zijn plan daarvan aan de Nationaale Vergadering<br />

voor: „ Neen!" riep een van haare leden,<br />

de Marquis van VAUDREUIL, „ niemand<br />

„ dan hooffche vleiers, richten Koningen ftand-<br />

„ beelden op bij hun leven:" men ging terltond ,<br />

zonder verdere raadpleegingen over tot de orde<br />

van den dag.<br />

De verwachting van het groote feest, van het<br />

broederlijk bondgenootfehap, ontvlamde de ver-


IN FRANKRIJK. sii<br />

beeldingskracht van allen, en maakte de nieuwverbreidde<br />

denkbeelden van vrijheid en gelijkheid ,<br />

algemeener en vinniger dan ooit: de Koning belastte<br />

in deezen tijd, dat de fchriftlijke verzekering<br />

van de geflachtrekening, die men hebben<br />

moest, wanneer men aan hem wilde voorgelleld<br />

worden, in 't vervolg niet meer zoude geëischt<br />

worden : deeze ftap des Konings was, overéénkomftig<br />

met zijne denk- en handel-wijze, tot hier toe<br />

gevolgd, en werd met eene algemeene goedkeuring<br />

aangenomen; doch 't charakter van deeze Natie<br />

brengt het niet mede, dat het ooit den middenweg<br />

tusfchen twee uiterften zou kunnen houden: dat<br />

men van nu af niet van waaren Adel behoefde te<br />

weezen, om den Koning voorgefteld te worden,<br />

bragt eenige heethoofden in het denkbeeld, dat<br />

'er van nu af, over 't algemeen, geen Adel in den<br />

Staat meer noodig was; daarbij kwam de bovengemelde<br />

verhitting, met opzicht tot het broederlijk<br />

verbond en de onbepaalde gelijkheid, om dit gevoelen<br />

te bevestigen, en 'er was maar één fchok<br />

van buiten"nog noodig, om het openlijk voorteftellen<br />

en doortezetten.<br />

Deeze fchok kwam: eene deputatie verfcheen in<br />

de Nationaale Vergadering, die uit haaren aart en<br />

natuur haar zelfs verraschte: dertig mannen van<br />

fchier alle Natiën in Europa en Aft'èn, verfcheenen<br />

voor haar, om haar en de Natie, wegens de bevochtene<br />

vrijheid, geluk te wenfchen, en haar tq


S22 STAATSOMWENTELING<br />

verzoeken, dar zij hen bij het groot verbóndsfeest<br />

plaatfen mogt doen aanwijzen, alwaar zij het geheel<br />

meer van nabij overzien , en vervolgends<br />

•den indruk daarvan, in de verafgelegeufte gewesten<br />

der wereld, mede overneemen en verbreiden<br />

konden: hun aanvoerder fprak met zo veel<br />

Waarheid en vuur, dat de Nationaale Vergadering<br />

en haare gallerijen , tot eenen blijden oproer weggefleept<br />

werden: een algemeen en langduurig toejuichend<br />

gefchreeuw, verhief zig in den geheelen<br />

omtrek van de zaal, en werd met een vermeerderd<br />

geraas hervat, nadat de Prefident de volgende<br />

woorden tegen deeze deputatie gezegd had;<br />

„ Wanneer gij in uw vaderland wederkeert, ver-<br />

„ haalt dan, met welken onvermoeiden ijver gij<br />

„ ons aan de herftelling van den Staat hebt<br />

„ zien arbeiden; doch maakt vooral uwe Konin-<br />

„ gen en Vorften bekend, dat zij bij de groote"<br />

veranderingen, die voor de geheele wereld in<br />

,, aantogt zijn, niet dan door deugden veilig ea<br />

gelukkig zijn kunnen; deugden die L O D E W I J K<br />

5, D E Z E S T I E N D E bezit."<br />

Deeze woorden die hem, had de Natie nog éétien<br />

trek van haar oud charakter gehad, voorzeker<br />

een puntdicht of ftraatdeuntjen zouden opgebragt<br />

hebben, verfchaften hem thans de luidruchtigfie en<br />

eenpaarigfte toejuiching: bij de vuurige drift, waar'<br />

in alles geraakt was, kon het den Graaf A L E X -<br />

AINDER L A M E T H niet mislukken, een voorftel


IN FRANKRIJK. 223<br />

met ontroering en verrukking aangenomen te zien,<br />

*t welk zo zeer ftrookte met de tegenwoordige gemoedsgefteldheid<br />

van allen: ,, Zullen nu nog,"<br />

riep hij, fchielijk van zijne zitplaats oprijzende,<br />

„ zullen nu nog, terwijl alle Natiën Herouten<br />

„ van onze oulkluistering worden , en alles to<br />

„ midden van ons en rondom,van het geheiligde<br />

„woord, Vrijheid! Vrijheid! weergalmt, zul-<br />

,, len nu nog de gedenktekenen, die het despotis-<br />

„ mus zig door flaaven deed oprichten, zowel<br />

„ ons oog als ons gevoel langer beledigen? zullen<br />

„ wij nu nog, terwijl de burgers van Frankrijk,<br />

uit alle Provinciën, naar de hoofditad fpocden,<br />

9, om den nieuwen band van broederverbond naau-<br />

„ wer te flrengelen, en tot een familleverbond te<br />

„ verheffen; zullen wij nu nog gedoogen, dat<br />

,, het oog der edele burgeren van Franche-Comtè !<br />

,<br />

„ op het plein des Vicioires, het flandbeeld zie,<br />

„ het welk een kruipend hoofsch vleier vooreenen<br />

,, trotfeben dwingeland oprichtte, en waaraan de<br />

,, genoemde Provincie mede onder de flaavenbcel-<br />

„ den vertoond is, die, aan de voeten van LO-<br />

„ DEWIJK DEN VEERTIENDEN, geboeid<br />

„ daar liaan? laat ons het werk der kunst achting<br />

„ bewijzen, doch afrukken wat een werk van het<br />

4, despotismus is! het ftandbeeld mag blijven ftaan»<br />

„ maar laat ons de flaaven, in ketenen aan des-<br />

„ zelfs voeten, wegneemen, of veelmeer op dezelfde<br />

plaats, alwaar het flandbeeld van eenen<br />

„ onbepaalden Koning flaat, een ander oprichten


224 STAATSOMWENTELING<br />

„ ter ecre van dien Koning, die voor het gevoel<br />

,, der vrijheid eerwaardig is gebleeven."<br />

, Hierover ontftond een algemeen handgeklap, en<br />

GOURDAN, een der Gevolmagtigden van Franche-Comté,<br />

dankte met ontroeringen traanen:<br />

nog fprak ieder van L ODE WIJK DEN VEER­<br />

TIENDEN, en van flaavenbeelden, toen eene (km<br />

midden uit de gedruis zig verhief: LAMBEL riep<br />

met infpanning van krachten: „ Wanneer alle ge-<br />

„ denktekenen der trotschheid zullen omver ge-<br />

„ rukt worden, vernietigt dan niet flechts de<br />

„ ftandbeelden, vernietigt ook alle de tijtels van<br />

„ Hertogen, Graaven, Marquifcn! enz." — Hij had<br />

deeze woorden nog niet volkomen uitgefproken,<br />

toen KAREL LAMETH en DE LA FAYETTE<br />

tevens opftooven, om te fpreeken: ,, Ik onder-<br />

„ fteun beide deeze voorftellen," riep LAMETH,<br />

die het DE LA FAYETTE afwon, ,, het oog<br />

„ van vrije menfehen moet niet langer, bij eiken<br />

„ flap, door ftandbeelden der flavernij beledigd<br />

„ worden! en indien het noodig is, dat onder<br />

vrije burgers de één boven den ander uitfteekt,<br />

laat zulks dan niet beftaan in ijdele tijtels, maar<br />

in daaden, die aan éénen roem, en aan allen<br />

s, geluk bezorgen: wanneer een tijtel niet de kor-<br />

„ te gefchiedenis van eene nuttige daad is, dan is<br />

„ hij een vrijheidsbrief, om een nutlooze Staats-<br />

„ burger te weezen, en alleen door lint of fter<br />

eenige waardij te verkrijgen: ik ftem derhal-<br />

„ ven,


IN FRANKRIJK. a a 5<br />

v è n<br />

li s dat alle tijtels moeten vernietigd wor-<br />

„ den."<br />

„ Dit voorftel," zeide DE LA FAYETTE,<br />

„ is een zo noodzaakelijk gevolg van de aange-<br />

„ nomerie ftaatsgefleldheid, dat gij, zo gij u zelj,<br />

ven wilt gelijk blijven, hetzelve zonder alle<br />

„ bepaaling moet aanneeraen: ik ten fninftèn<br />

„ ftetti het met hart en ziel toe."<br />

Enkele Hemmen kwamen wel tegen de voórigé<br />

Redenaars op, doch zij werden verdoofd, en<br />

het befaamde befluit over de vernietiging van dén<br />

ervelijken Adel, en van alle tijtels werd vastgeftcld:<br />

deszelfs eerfte gedeelte beval het afrukken<br />

van alle flaavenbeelden, aan de ftandbeelden der<br />

Koningen, in de hoofdftad, en het tweede de vernietiging<br />

van dén Adel en alle tijtels.<br />

Het volk van Parijs juichte, en veroorloofde<br />

buitenfpoorigheden tegen de wapens aan de hotels<br />

en rijtuigen, terwijl de betere burgers, bezield<br />

met een gemaatigder gevoel , naar het Hotel-de-Ville<br />

fpoedde, ten einde zig te laaten optekenen, oni<br />

de uit de Provincie komende broederen als gasten<br />

te zullen onthaalen.<br />

De ftad Parijs nam aan om dit groote feest, op<br />

haare kosten , aan geheel Frankrijk te geeven: zij<br />

ÏL DEEL. p -


236 STAATSOMWENTELING<br />

benoemde Cornmisfarisfen, die daartoe een bekwaame<br />

plaats zoeken en verkiezen zouden; men<br />

floeg vier plaatfen voor; dc pleinen van St. Bevis,<br />

de pleinen van Qrenelle, dc pleinen des Sallods,<br />

eu het Champ de Mars: hunne keus viel op<br />

het laatfte , en het had ook indedaad alle de voorrechten<br />

, welke daartoe verëischt werden; zelfs<br />

de naam was zeer gepast voor een krijgsfeest; het<br />

was zeer groot in den omtrek,in het midden doorfneeden<br />

van vier rijen boomen, en door vier andere<br />

rijen beperkt; aan het eene einde ftond een<br />

prachtig gebouw, en tegenover hetzelve kon aan<br />

het andere einde, een luisterrijk amphitcater opgericht<br />

worden, het welk aan veele duizenden met<br />

gemak kon plaats verfchaflen; het plein lag binnen<br />

de muuren der ftad, en verwijderde derhalven de<br />

burgers van Parijs, die flechts dcclnecmendc aanfchouwers<br />

wilden weezen, cn de krijgsbenden,<br />

die haare veiligheid en rust bewaarden, niet te<br />

verre van dezelve.<br />

De plaats bepaald zijnde, begon men terftond<br />

de noodige fchikkingen tc maaken: alle kunftcnaars<br />

werden opgeroepen, om hun vindingsvermogen<br />

intefpannen, ten einde alles in de fraaifte orde<br />

te fchikken: zij boden zig bij honderden aan , met<br />

een enthufiasmus, gepast aan het voorwerp, en<br />

met eenen rijkdom vanideën, welken eene plaats<br />

en feest voor millioenen niet zouden uitgeput heb-


IN FRANKRIJK; 2 2 ?<br />

ben; doch men wilde eenvoudigheid met gemak<br />

en hechtheid paaren, en deeze grondftellhnj floot<br />

alle pracht cn losfe zwier daaruit.<br />

Een talrijke menigte menfehen maakten met den<br />

arbeid, aan het geheel, allen mogelijken fpoed,<br />

én in het laatfle van de maand Junij was men reeds<br />

zo verre daarmede gevorderd, dat het tegen den<br />

bepaalden dag gereed kon weezen; doch het onverduldig<br />

charakter der Parijfenaaren, meende redenen<br />

te hebben van te moeten vreezen, dat het<br />

misfehien niet gereed zoude worden, en deeze<br />

charaktertrek gaf gelegenheid tot het fchoonfletooneeljiet<br />

welk de menschheid. ooit gezien hceftf<br />

twee of drie aanlchouwers vatteden eerst houweel<br />

en ipade op, om de daglooners te helpen; welhaast<br />

zag men honderden dit voorbeeld volgen,,<br />

het gerucht daarvan verfpreidde zig door geheel<br />

Parijs, en was als een vonk in het buskruid; den<br />

anderen morgen trokken geheele fchaaren naar het<br />

veld van Mars, zonder onderfcheid van fland, ouderdom<br />

of gedacht; veelen om te kijken,'nog<br />

meer om te werken; de ijver van de laatflen werd<br />

een fpoorflag voor de eerften, en niemand begeerde<br />

meer ledig te.ftaan; Abbéén en foldaaten, Ridders<br />

van de Lodewijks-orde en Monniken, vrouwen<br />

en kinderen, arbeidden met een blijd gewoel<br />

, het welk met elk oogenblik eenen nieuwen<br />

aangroei verkreeg; alleen de deftiggckleede aan-<br />

P a


aft8 STAATSOMWENTELING<br />

fchouweresfen (tonden nog van verre; op éénmaal<br />

drong één van haar den hoop door, en greep de<br />

eerlte fpade, welke zij vond (*); haar voorbeeld<br />

werd oogenbliklijk door meerder, en welhaast<br />

door allen gevolgd; eenflags zag men onder de bemorste<br />

arbeiders tedere Dames gemengd jj gekleed<br />

in zijden en neteldoek, en in de grachten, die men<br />

delfde, een woud van wapperende bonnets •*<br />

pluimen; dit verwekte bij de arbeiders een nieuW<br />

enthufiasmus, 't welk nog levendiger werd, toen<br />

op éénmaal een menigte van oude cn verminkte<br />

Invaliden hunne rustplaats verlieten, en met het vuiif<br />

van jeugd en gezondheid, fchoon niet in de armen,<br />

nogthans op de tong en in het oog, zig bij<br />

het heir dcrarbeideren voegden, en gaarne deeden,<br />

wat zij nog doen konden; een tooneel,zo aandoenlijk<br />

en kluchtig tevens, dat de aanfchouwers niet<br />

wisten of zij weenen of lagchen zouden: het was<br />

onmogelijk, dat allen die toegevloeid waren om<br />

te werken, aan het werk konden komen, dus<br />

wemelde het veld van Mars den geheelen dag, doch<br />

vooral des avonds, van een heir van aanfchouwers,<br />

wel honderd-duizend in 't getal, en nn<br />

reeds werden alle de tooneelen in 't klein gefpeeld,<br />

die den idden Julij in hunne geheele grootheid en<br />

verfcheidenheid vertoond zouden worden: de plaats<br />

was reeds eenige dagen vroeger gereed.<br />

(*) Het was Mevrouw VINTOT, de Echtgenocte<br />

van een aanzienlijk koopman.


IN FRANKRIJK. aao<br />

Middelerwijl hadden de Nationaale Vergadering<br />

en het Plotel- de -Ville, de overige maatregelen<br />

genomen, aangaande het ceremonieel en de politie<br />

: de Koning zou het Opperhoofd van het bondgenootfchap<br />

zijn"; de Prefident der Nationaale Vergadering<br />

zou bij deeze, gelijk bij alle overige openbaare<br />

plechtigheden, de plaats onmiddelijk naast<br />

den Koning, ter rechterhand hebben, en haare leden<br />

rondom hem en aan wederszijde: wanneer de<br />

Afgevaardigden der Provinciën den burgereed van<br />

den 4den Februarij hadden uitgefproken, zou de<br />

Prefident denzelven herhaalen, de leden der Nationaale<br />

Vergadering zouden opftaan, en met een<br />

opgeheven hand zeggen; ,, Ik zweer het!" vervolgends<br />

zou de Koning den eed afleggen naar het<br />

volgende formulier: ,, Ik, Koning der burgeren<br />

,, van Frankrijk, beloof de Natie met deezen<br />

„ eed, om de geheele uitvoerende magt, welke<br />

,, de conflitutioneele wet aan mij heeft opgedra-<br />

,, gen, te befteedcn, ter inftandhouding der ftaats-<br />

„ gefteldheid , en tot de uitoefening tier wetten :'*<br />

de Koning zou de noodige bevelen geeven, om<br />

zijne familie bekwaameplaatfen te bezorgen,<br />

De Provinciën werden door het Hotel-de-Ville<br />

aangefchreven, om, vooral niet laater dan den<br />

twaalfden Julij ,ter beftemde plaatfe te weezen; terftond<br />

bij hunne komst zouden zij zig naar het Hotel<br />

van den Maire vervoegen, om aldaar, in het comptoir<br />

yan het bondgenootschap, hunne geloofsbrieven<br />

P 3


$30 STAATSOMWENTELING<br />

re vertonnen; den dng vóór het feest zouden zij<br />

opgeroepen worden, om bijdentekomen, en zo<br />

hunne departementen te vormen, welken in drieen-tagtig<br />

afdeelingen zouden gefplitst worden, ieder<br />

van deeze afdeelingen gekentekend door een<br />

banier, waarop de naam van haar departement<br />

zoude liaan, en dc Gemeente van Parijs zoude driecn-tagtig<br />

banieren bezorgen; deezen zouden door-<br />

Afgevaardigden vooruit gedragen worden, die dezelven<br />

ook, na dat het feest zou afgelopen zijn,<br />

in de vergaderplaatfen der afzonderlijke wijken ten<br />

toon zouden itellen, ten einde aldaar als een gedenkteken,<br />

en waarborg van de heilige verbintenis<br />

aller burgeren van Frankrijk, bewaard te worden:<br />

de Afgevaardigden van de armée zeiven,<br />

zouden een hoofdvaan hebben , dat daarna in<br />

de zaal der Nationaale Vergadering zoude ten<br />

toon gehangen worden: alle Municipaliteiten, in<br />

het geheele Koningrijk, zouden den idden Julij,<br />

op den flag van twaalf uure, lmarc Gemeenten, en<br />

de troupen uit haaren omtrek, bijéénroepen, opdat<br />

de broedergelofte, eenpaarig, en in hetzelfde<br />

uur, voor alle burgeren des Rijks, mogt uitgcfproken<br />

worden.<br />

In Parijs zelf zoude ten dage van het feest, opliet<br />

veld van Mars, noch op de ftraaten, niemand met<br />

een rotting, vooral niet met zodanigen verfchijnen,<br />

waarin degenklingen verborgen waren: de<br />

tteleins der geltoffecrdc hotels, moesten naauw»


IN FRANKRIJK. ép<br />

keurige lijsten opmaaken van hunne vreemdelingen,<br />

en deeze lijsten bij de Commisfarisfen van hunne<br />

wijk ter overzieninge inleveren: geene livcrei mogt<br />

zig, ten dage van het verbondsfeest, op de ftraaten<br />

van Parijs vertoonen, uitgezonderd de liverciën<br />

van Afgezanten en andere vreemdelingen, ora<br />

geen zweem van kneehtfehap te zien: geen ttaatlij-<br />

of vracht-wagen, geen kar of ruiter, mogt in<br />

het binnen gedeelte der ftad, en om, of bij het veld<br />

van Mars , zig vertoonen; de toegangen naar<br />

het gezegde veld, als mede dc verder afgelegene<br />

der waards leidende ftraaten, moesten van fteenen,<br />

ftellaadjen, tafels en tenten gezuiverd; geen zwermer,<br />

geen pistool of vuurpijl, mogt op de ftraat<br />

of uit de venfters afgefchoten, alle winkels en gewelven<br />

moesten gefloten, alle huizen der ftad en<br />

der voordeden des avonds verlicht, en eindelijk<br />

in ieder wijk eene commisfie aangefteld worden,<br />

die over de bewaaring van rust en veiligheid, irt<br />

alle de deelen der ftad, waaken, op elke navraag<br />

antwoorden, alle bezwaaren cn klagten hooren,<br />

en oogcnbliklijk het departement der politie ken*nis<br />

geeven zoude van alles, wat betrekkelijk zijn'<br />

konde tot de openbaare veiligheid en eensgezindheid.<br />

Alle deeze fchikkingen werden gemaakt cn verkondigd<br />

, en ieder verwachtte nu den grooten dag<br />

met telkens vermeerderende hartkloppingen: meest •<br />

altoos is de vutirigc verwachting van een groote-<br />

P 4


532 STAATSOMWENTELING<br />

blijdfehap, gepaard met een zorgelijkheid, dieonttt?M<br />

uit de vrees, dat deeze blijdfehap zal gefioord<br />

worden: in ebt geval waren thans de inwponers<br />

van Parijs ook, en zwaarmoedige ariftocratifche<br />

en demagogifche geruchten, gaven aan<br />

die zielsgelteldheid dagelijks nieuw voedfel: de<br />

komst van den Hertog van ORLEANS, tegen<br />

wicn thans het wantrouwen zo algemeen heerschte,<br />

als weleer vertrouwen en liefde; zekere angstvalligheid<br />

bij den Koning en zijne Ministers, waarvan<br />

zij bij alle hunne Happen blijken gaven; het<br />

gerucht, alsof onder de afgevaardigden der Provinciën<br />

vijanden der vrijheid waren , die onder de<br />

tpevloejende vreemdelingen eenen grooten aanhang<br />

hadden; en eindelijk de ontdekking van een plan<br />

tot eene tegenomwenteling, waarvan MAILLE-<br />

B o I s befchuldigd, en gezegd werd , hetzelve<br />

met voorkennis van den Graaf van ARTOIS en<br />

SAINT-PRIEST, van den kant van Sardinïèn<br />

en Duitschland te zullen uitvoeren , de zamen loop.<br />

van alle deeze dingen werkte mede, om zekere<br />

bekommering bij de inwooners van Parijs te verwekken<br />

en te voeden , welke , toen men ze van<br />

grond ontbloot vond, de betooning van genoegen<br />

en blijdfehap, op den plechtigen dag zeiven, des<br />

te algemecncr,maar ook des te toomeloozer maakte»<br />

Eindelijk brak deeze plechtige dag aan, en bragt<br />

Miecr dan een halve millioen menfehen in beweeging:<br />

de armée van Parijs en de Afgevaardigden


IN FRANKRIJK. 233<br />

fier Provinciën, vergaderden reeds des morgens,<br />

even na zes uuren, op de Boulevards St. Martin<br />

en du Tempte; zij hadden de Municipaliteit, de<br />

Kiezers, de Vertegenwoordigers der Gemeenten<br />

en der land-en zee - troupen, aan het hoofd: met<br />

den flag yan agt uuren begaf deeze arméc, meer<br />

dan vijftig duizend man fterk, zig op weg; voor T<br />

Uit trok, met krijgsmuzijk, een detachement van<br />

de Parijfche nationaale militie te paard; nu volgden<br />

de Kiezers der ftad Parijs; voords een<br />

tweede detachement vaii de Parijfche nationaale<br />

militie te voet; dan weder een burger-commisfie;<br />

daarop volgde een tweede zodanige commisfie<br />

van honderd en twintig mannen, die de honneurs<br />

van het feest zouden waarneemen; achter deeze<br />

de zestig voorloopige beftuurders der ftad Parijs,<br />

en dan eindelijk de Maire; hij had, gelijk alle de<br />

corpfen der burgerij, rondom en nevens zig, afdeelingen<br />

van de burgermilitie met hun muzijk.<br />

Deeze trein werd gevolgd van een battaillon kinderen<br />

van agt tot twaalf jaaren , allen in de burgermonteering<br />

en gewapend; tusfehen deeze én het<br />

bataillon uitgediende foldaaten, waaronder eenige<br />

grijsaarts van negentig jaaren waren , ging een hoop<br />

Vaandraagers; dan volgden de Afgevaardigden van<br />

de eerfte twee-en-veertig departementen des Koningrijks<br />

, met derzelver banieren, de hoofdvaan-.<br />

dels, en de Afgevaardigden van de armée, V2n de<br />

Maire, en van de overige één-en-veenig d^pane--<br />

P 5"


234 STAATSOMWENTELING<br />

inenten des Rijks; op deezen volgde een bataillon<br />

jaagers, cn een corps ruiterij met een' ftandaard,<br />

en twee trompetters flooten den trein.<br />

In deeze ordu trok dezelve van de Boulevards de<br />

ftraaten Si. Denis, de la Ferronerie, St. Honorè<br />

en Royale door, naar bet plein van L ODE WIJK<br />

PEN VIJFTIENDEN; alle ftraaten, venfters en<br />

daken , waren opgevuld met aanfebouwers van<br />

beide fexen, oud en jong; een algemeen gejuich<br />

ontving en volgde den trein; ftortregens vielen in<br />

zwaare droppelen van den hemel , en rolden<br />

ftroomswijze de daken af; de naauwe ftraaten waren<br />

bedekt met water en modder; geen kleed bleef<br />

droog, geen fehocn ongevuld; een enkel groot<br />

dak van regcnfchcrmcn, fcheen boven arméc en<br />

aanfehouwers uitgefpanncn te zijn, uit 't welk banieren<br />

en vaandels zwaar van water wapperende, of<br />

aan de pieken kleevende, uitttaken; ieder bevroor,<br />

tot de huid toe nat zijnde, en ïagchte evenwel met<br />

verftijfde lippen; ieder riep, al klappertandende:<br />

„ Lang leeve de Natie!" het innerlijke vuur van<br />

vreugde verwarmde ieders hart, en men achtte de<br />

uiterlijke bezwaarlijkheden niet , die men als<br />

magtlooze hinderpaalen van eenen ariftocratifchen<br />

hemel befchouwde; vreugdetraauen en geestige<br />

invallen, fprong en val, omhelzing en flikkende<br />

persfmg, muzijk en kindergefchrecuw, gejuich<br />

en gezucht, vereenigden zig tot een enkele groote<br />

masfa, welke uitliep op weenen en lagchen, aan-


IN FRANKRIJK. 235<br />

dQenrng en befpotting bij haare afzonderlijke deelen,<br />

en op een grootsch, hartverheffend gevoel,<br />

zamengeflcld uit deelneeming eu verwondering.<br />

Ondertusfchcn waren de Vertegenwoordigers dei-<br />

Natie in hunne zaal bijéén gekomen; zij zouden,<br />

zodra een gedeelte van dc Verbonds-armée op het<br />

plein van LODEWIJK DEN VIJFTIENDEN zou<br />

aangekomen zijn, van dezelve ingefloten worden;<br />

tot dat einde vervoegden zij zig in de nabijheid<br />

yan dit plein, in den tuin der Tuileriën , alwaar<br />

zij zig in de groote laan fchaarden: flortregens<br />

vielen hier geweldig op hen neder, en onder éénen<br />

fcherm Honden dikwijls drie of vier, tot op<br />

de huid nat, en lachten: men had gedacht, dat<br />

de Koning zig aan dezelven fluiten, en daardoor<br />

deezen togt nieuwen luister bijzetten zoude; doch<br />

hij fcheen zulke wettige gronden niet te hebben,<br />

pm over de regen te lagchen , als de Natie.<br />

Eindelijk verfchecn DE LA FAYETTE aan het<br />

hoofd der Verbonds-armée, en bijzonder van het<br />

bataillon der kinderen: de Afgevaardigden gingen<br />

dc draaibrug over, en werden van beide zijden<br />

door de troupen omringd: hun volgde onmiddclijk<br />

het bataillon der grijsaarts: aldus trok de<br />

trein het plein van LODEWIJK DEN VIJFTIEN­<br />

DEN, de Cours de la Reine over, naar dc kaai<br />

van Chaillot, alwaar men een breede fchipbrug<br />

over de Seine geflagen had: aan wederzijde van


a 36 STAATSOMWENTELING<br />

den weg, ftonden agt tot tiendubbele rijen van<br />

aanfchouwers, elke hoogte, elk dak was met men?<br />

fchen bezet, en de huizen in 't rond, waren in<br />

plaats van pannen, met regenfchermen bedekt;<br />

een enkel algemeen gefchreeuw liep , gelijk<br />

een loopend vuur, voord, van de Tuileriën tot<br />

Chaillot toe; de Marquis DE LA FAYETTE<br />

joeg langs den trein des bondgenootfchaps op en<br />

neder, en fcheen overal tevens, en overal de held<br />

van deezen dag te weezen: terwijl hij tusfchcn dc<br />

Tuileriën en de Barrière ftil hield, om de noodige<br />

bevelen te geevcn, fchoot een man van het gemeenc<br />

volk toe, hebbende in de éöne hand een wijnilesch,<br />

en in de andere een glas; zijn oog vlamde,<br />

en uit zijn gelaat draalde eene verhitting, waarbij<br />

men in twijfel ftond, of dezelve uit de bijdfehap<br />

over deezen dag, uit den georberden wijn, of uit<br />

eene foort van dweeperij voordkwam; hij ftelde zig<br />

voor DE LA F A Y E T T E , fchonk in, reikte hem<br />

het glas toe, en zeide: Buvez, mon General! (*)<br />

deeze fcheen voor een poos verfchrikt, en vestigde<br />

ondertusfehen zijn oog ftijf op dit mensch,<br />

gelijk het oog der omftanders zorglijk en vol van<br />

verwachting op hem gevestigd was: oogenbliklijk<br />

nam hij het glas, en dronk het, zonder tusfchenpoozing,<br />

geheel uit; de man fcheen begi-cepen<br />

te hebben,wat in hem omging;welraschftrekte<br />

hij zijn hand naar het glas uit, nam het,<br />

(*) Een dronk, Heer Generaal!


IN FRANKRIJK. 237<br />

fchonk het met overhaasting tot den rand toe vol,<br />

en dronk het even zo fchielijk uit: DE LA FA­<br />

YETTE melde weg.<br />

Men trok naar het veld van Mars: dit leverde<br />

een grootsch en prachtig gezicht op, het welk nog<br />

luisterrijker in het blijde oog zou gevallen zijn,<br />

zo niet een duistere en zwaare lucht boven hetzelve<br />

meer hangende dan gewelfd, verfcheenen was ;<br />

die het geheel, in zekeren opzichte, flaauw en<br />

verwoest had doen voorkomen: een groote, met<br />

toepasfelijke fchilderijen en opfchriften Verfierde,<br />

driedubbelde zegeboog was de poort, door welke<br />

de Verbonds-armée het veld optrok; van deezen<br />

zegeboog liepen langs twee zijden van het groote<br />

plein, wallen van aarde opgeworpen, die met tienof<br />

twaalf-dubbele banken, in de gedaante van een<br />

amphitheater, bezet waren, bij en op welke honderd<br />

duizenden vnn nanfchouvvers in het onrustigd<br />

gewoel wemelden; de vlakte, van deeze Wallen<br />

ingefloten, vertoonde in het midden een groote<br />

terras, (terre-pkin,) aan 't welk van vier zijden<br />

breede trappen opliepen, en welks vier hoeken,<br />

ieder met een klein outaar bezet waren, waarop reuk-<br />

Werk brandde; op het plat van hetzelve, vertoonde<br />

zig het altaar des Vaderlands , omringd van<br />

Priesters in hun wit kerklijk feestgewaad, het<br />

welk door lintjens van de kleur der Natie verfraaid<br />

, en' in dit tijdftip nog belangrijker gemaakt<br />

werd: tegenover den driedubbelen zegeboog, breid-


2 38 STAATSOMWENTELING<br />

de zig een uitgeftrekte en prachtige , bedekte gaflerij<br />

uit, die in haare afzonderlijke deelen, cn over<br />

het geheel, in eenen edelen fmaak vervaardigd was ;<br />

zij was van binnen bekleed met een behangfel van<br />

blaauw met goud, en in het midden rees een tent,<br />

naar den besten fmaak, met 's Konings troon, op,<br />

boven welke men een verheven plaats voor de Koningin,<br />

den Dauphin cn de overige koninglijke Familie<br />

zag: aan beide zijden van dc tent liepen, in de<br />

gedaante van een amphitheater, bijna zo hoog als de<br />

tent zelve was , de trappen der gallcrij op, waarvan<br />

de bovenfte rijen voor de leden der Nationaale<br />

Vergadering, en de bencdenftcn voor de leden der<br />

Municipaliteit en de Kiezers van Parijs, als mede<br />

voor dc buitengewoone Afgevaardigden van het<br />

geheele Rijk gefchikt waren.<br />

Kanonfchooten kondigden de komst van de Verbonds-armde<br />

aan, als mode het einde van haaren<br />

trein; zij trok door den zegeboog binnen, en elke<br />

afdeeling en elk corps, nam dc aangewezene plaats:<br />

het was bij vier uuren, toen alles bij elkander was:<br />

de Koning en zijne Familie waren in hunne rijtuigen<br />

gekomen, doch waarlijk vrijlaat, en hadden<br />

daardoor eene onverduldigheid verwekt,die alleen<br />

door het overig gevoel van den dag, en de onnoemelijke<br />

afwisfeling van voorwerpen en groepen ,<br />

zodanig kon onderdrukt worden, dat zij den Koning<br />

niet te kennen gegeven werd, door een flaauvver<br />

welkomgroet; dit was het eerfte oogenblik.


IN FRANKRIJK. 2 n Q<br />

waarin het feest, en wat daartoe betrekkelijk was,<br />

den graad van verfcheidenheid en grootschheid<br />

verkreeg, die alle befchrijving te boven gaat, maar<br />

nogthans bij alle deezen rijkdom door de vier oogcnblikkcn<br />

van het inwijden der vaandels, de mis,<br />

den eed der Verbonds-armée, in en met haaren<br />

Aanvoerder,-en den'eed van den Koning en de<br />

Nationaale Vergadering uitgefproken, tot de minite<br />

fchaduw toe, verdrongen werd: hier waren<br />

meer dan driemaal honderd duizend menfehen,<br />

naar ligchaam en ziel, in beweeging; hier fchooten<br />

dc uitbarftingen van eene verbazende vreugde<br />

en levendigheid, ieders oog en ieders mond uit;<br />

drongen in elke hand en in elk hoofd, ontvlamden<br />

zelfs de geenen, die zig niet konden verheugen,<br />

zelfs de geenen, die zig niet wilden verheugen,<br />

en verflonden de door vrees en fchaamte afgeperste<br />

vrolijkheid, met haare thans onmerkbaare, mismaakte<br />

wezenstrekken, zodanig, dat alles, zonder<br />

uitzondering", in eene woelige blijdfehap fcheen<br />

weggerukt te zijn, en dat zelfs verdriet, onverfchilligheid<br />

en nijd, met de oprechtheid en de republikeinfche<br />

hartsgefteldhéid, als om fttijd zig hecsch<br />

febreeuwden, en zig bbiêreu m de handen klapten.<br />

Na dit oogenblik verdween het groote tijdflip<br />

der zielsvereeniging, en werd onder kleiner'hoopen<br />

verdeeld, door dezelven genoegzaam hier en<br />

daar heen gedragen : armée en aanfehouwers<br />

gingen uit elkander; de eerfte in de orde, zo als


240 STAATSOMWENT. IN FRANKRIJK.<br />

zij gekomen was, en de laatften in afzonderlijke<br />

blijde lioopen, die naar hunnen ftand eh charakter,<br />

naar hun verftand en belang, nu natuurlijk,<br />

dan gekunsteld, nu fterker, dan flaauwcr blijken<br />

gaven van hun gevoel, waarmede het feest hen<br />

bezielde: de volgende agt dagen waren herhaalingen<br />

in 't klein van den grooten dag: broederlijke<br />

gastraaafen, vuurwerken, verlichtingen, watergevechten<br />

, bals voor het volk, wisfeldert met èlkanderen<br />

af: de plaats, alwaar te voorerï de handhaaffter<br />

der dwingelandij, de Ba'ftille ftond, was<br />

veranderd in eenen tuin , en boven deszelfs ingang<br />

ftonden de woorden: Joi Von danfe.<br />

BERICHT VOOR DEN BINDER.<br />

De Platen te plaatzen.<br />

Optocht op den 6den October 1789. te Verfailles;;<br />

bl. 82.<br />

De Koning bevestigt de nieuwe Conftitutie,<br />

den 4den Februarij 1790. . . 192.-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!