“De treurige Sionieten vertroost” Dr. Jan Weststrate - De Evangelist
“De treurige Sionieten vertroost” Dr. Jan Weststrate - De Evangelist
“De treurige Sionieten vertroost” Dr. Jan Weststrate - De Evangelist
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
“Troosten” betekend dat een “treurende” daadwerkelijk geholpen wordt. Dat blijkt ondermeer uit Psalm 23:<br />
4 “Al ging ik ook in een dal der schaduw des doods, ik zou geen kwaad vrezen, want Gij zijt met mij; Uw<br />
stok en Uw staf, die vertroosten mij.” Zie ook Psalm 71:21 en Psalm 86:17. Waar deze hulp niet geboden<br />
wordt, vindt men of geen trooster (Klaagl 1:2, 9) of een waardeloze trooster (Job 16:2).<br />
Uit vers 3 blijkt dat de Messias niet alleen een Aankondiger is, maar ook een Uitdeler. Een Uitdeler aan de<br />
<strong>treurige</strong>n Sions. <strong>De</strong> geestelijke <strong>treurige</strong>n ontvangen een geestelijke belofte. <strong>De</strong> Joodse <strong>treurige</strong>n ontvangen<br />
tevens een nationale belofte.<br />
Volgens Vitringa wordt deze geestelijke belofte gedaan ”aan <strong>treurige</strong>n die vatbaar zijn voor ware genade,<br />
zichzelf mishagen, nederigen, zachtmoedigen, verslagenen van gemoed”.<br />
rap betekend “hoofddeksel” of “tulband”. In vers 10 wordt het vertaald door “priesterlijk sieraad”. Het<br />
naamwoord komt van de gelijkluidende stam die “mooimaken” betekend. In vers 10 wordt het woord<br />
gebruikt om het hoofddeksel van de bruidegom aan te duiden. In Ezechiel 24:17 wordt rap als tegenstelling<br />
tot “kermen” gebruikt. “Houd stil van kermen, gij zult geen dodenrouw maken, bind uw hoed (=rpa) op u,<br />
en doe uw schoenen aan uw voeten…” In Ez 44:18 en Exodus 39:28 wordt rap gebruikt voor het<br />
hoofddeksel van de Priester. In Jes 3:30 wordt rap gebruikt voor de haardracht van ijdele vrouwen.<br />
In onze tekst wordt , als in Ez 24;17, rap gebruikt in tegenstelling tot “kermen”. Die toestand wordt<br />
uitgebeeld door “as”. Let op de letterspeling tussen rap (sieraad) en rpa (as). Beide woorden bestaan uit<br />
dezelfde letters. Alleen de eerste twee letters van “as” moeten omg edraaid worden om “sieraad” te krijgen.<br />
Toch was de diepte van Christus zijn lijden nodig om de “as” op het hoofd van Zijn Sion te veranderen in<br />
“sieraad”.<br />
rpa wordt vertaald door “as”. Het woord rpa wordt dikwijls gebruikt om smart, verdriet of kermen aan te<br />
geven. Zie bijvoorbeeld Psalm 102: 10 “Want ik eet as als brood…”. Klaagl 3:16 “Hij heeft mij in de as<br />
neergelegd” (Voor de profeet is dit een van de oorzaken waarom hij een man van ellende is, vers 1).<br />
In het Oude Testament wad het gebruikelijk om as op het hoofd te strooien als men treurde. In onze tekst<br />
wordt beloofd dat de as op het hoofd verwisseld zal worden voor een mooie hoed. Het Joodse volk zal niet<br />
langer meer treuren om het gemis van Jeruzalem. Ze zullen met vreugde inwoners van Jeruzalem worden.<br />
Het verwisselen van “as “ door “sieraad” is een omkering die uiterlijk zichtbaar is. <strong>De</strong> volgende twee<br />
zinnen beloven ook een inwendige omkering.<br />
!wff !mv wordt vertaald door “vreugdeolie”. In Psalm 45:8 wordt aangegeven dat de Heere Zijn Zoon, Die<br />
“gerechtigheid lief heeft” en “goddeloosheid haat” gezalfd heeft met vreugdeolie. “Gij hebt gerechtigheid<br />
lief, en haat goddeloosheid; daarom heeft U, o God! Uw God gezalfd met vreugdeolie, boven Uw<br />
medegenoten.”. In onze tekst zullen de (eens) <strong>treurige</strong>n van Sion gezalfd worden met vreugdeolie. Ook<br />
hierin zullen ze het Beeld van de Profeet dragen.<br />
<strong>De</strong>ze “vreugdeolie” zal de plaats innemen van “treurigheid”. Het woord lba wordt gebruikt om “treurigheid<br />
door ramspoed en ellende” aan te geven. Dat blijkt uit de volgende teksten : Est 4:3; 9:22; Job 30:31; Jes<br />
60:21 (wat daar voorzegd wordt, wordt in onze tekst vervuld); Jer 31:13; Klaagl 5:15; Amos 5:16; Micha<br />
1:8; 2 Sam 11:7; 2 Sam 14:2 en Pred 7:2,3<br />
hj[m komt alleen in onze tekst voor. Het is afgeleid van de stam hj[ (I) dat “zich bedekken” betekend. Het<br />
naamwoord hj[m kan daarom vertaald worden door “bedeksel” of “mantel”. Het staat in status contructus<br />
verbinding met hlht . Dit woord wordt vertaald door “lof”, “vreugde”, “roem” of “lofzang”. Het<br />
etymologisch overeenkomende woord in het Arabisch betekend “het uitroepen van een heilige formule”.<br />
<strong>De</strong> <strong>treurige</strong>n van Sion zullen eens geheel bedekt worden door “lof”. Ze zullen van top-tot-teen bedekt zijn<br />
met lof. Ze zullen de lofzang aanheffen om Hem te verheerlijken voor alle weldaden aan hen bewezen.<br />
<strong>De</strong>ze lofzang wordt in vers 10 en 11 beschreven.<br />
<strong>De</strong> vreugdevolle toestand waarin de inwoners van Sion zich bevinden is tegengesteld aan hun voorgaande<br />
toestand: een benauwde, bedrukte of kwijnende geest. hhk xwr . hhk betekend “zwak”, “duister”, “dof”,<br />
“bedrukt”, “kleinmoedig”, “kwijnend”. Het wordt gebruikt om in 1 Sam 3:2 de “donkere” ogen van Eli aan<br />
te geven. In Jes 42:3 beschrijft het de “rokende” vlaswiek. (Dat wil zeggen een vlaswiek die walmt en bijna<br />
Pagina 10 © Copyright 2002 Stichting Gihonbron, Middelburg All rights reserved