AANGETEKEND De heer Voorzitter van SOLVA ... - LNE.be

AANGETEKEND
De heer Voorzitter van SOLVA
Industriezone Zuid III
Industrielaan 2
9320 Erembodegem
Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid
Dienst Mer
Koning Albert II-laan 20 bus 8
1000 BRUSSEL
uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen
25-8-2009 WL LNE/MER/OHPL0326/
09/
/
vragen naar / e-mail telefoonnummer datum
Veerle.Timmermans@lne.vlaanderen.be 02/553.80.07
Betreft : Onderzoek tot milieueffectrapportage: RUP Wolfsgracht te Denderleeuw
Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M.), zoals aangepast door
het decreet van 27 april 2007 (“planMER-decreet”) en Besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007
betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s (“PlanMER-besluit”)
Beslissing
Geachte,
Met uw brief hebt u voor vermeld plan overeenkomstig artikel 4.2.6.§1 van het planMER-decreet het
screeningsdossier ingediend teneinde de dienst Mer te vragen een beslissing te nemen over de opmaak van een
planMER. Uw dossier is onder het nummer OHPL0326 bij de administratie behandeld.
Zoals in uw dossier aangegeven komt het RUP in aanmerking voor een onderzoek tot de milieueffectrapportage.
De adviezen van het Agentschap voor Natuur en Bos, Wonen-Vlaanderen, Agentschap R-O Vlaanderen
Onroerend Erfgoed, Wegen en Verkeer Oost-Vlaanderen, departement MOW en Bloso zijn gunstig.
Het Agentschap voor Natuur en Bos wijst er op dat de nodige compensatie zal moeten voorzien worden voor de
ontbossing van het klein populierenbos in het plangebied dat onder het bosdecreet valt.
De adviezen van het Provinciebestuur Oost-Vlaanderen, het Agentschap R-O Vlaanderen Ruimtelijke Ordening
en de VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer zijn ongunstig of voorwaardelijk gunstig. De adviezen stellen dat
de screeningsnota onvoldoende informatie bevat in verband met de disciplines mobiliteit en/of water.
Een aanvullende verklarende nota over de effecten van het plan op de discipline water werd na de
oorspronkelijke adviesvraag bezorgd aan de VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer. Op basis van deze
aanvullende gegevens gaf de VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer een voorwaardelijk gunstig advies. De
voorwaarden zijn dat de lozing van hemelwater van de verharde oppervlakte binnen openbaar wegdomein
voldoet aan de principes van Vlarem met minimaal de toepassing van de dimensioneringscriteria opgenomen in
de GSV, en dat de voorwaarden voor de ondergrondse constructies eveneens opgenomen worden in de
stedenbouwkundige voorschriften van het RUP.
In een begeleidend schrijven bij het screeningsdossier werd ingegaan op de opmerkingen van de Provincie over
het aantal parkeerplaatsen voor recreatie en voor woningen en over de interne mobiliteit in het plangebied. Op
basis van deze gegevens blijkt dat er voldoende aanbod aan parkeerplaatsen voorzien wordt of zal worden en dat
er geen problemen verwacht worden voor wat betreft interne mobiliteit
De negatieve elementen uit de hierboven vermelde ongunstige of voorwaardelijk gunstige adviezen werden op
voldoende wijze weerlegd of beantwoord in het begeleidend schrijven.
Gezien het bovenvermelde kunnen wij concluderen dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot
aanzienlijke milieugevolgen en dat de opmaak van een planMER niet nodig is.

De administratie zorgt ervoor dat de screeningsnota en deze beslissing voor het publiek raadpleegbaar is.
Uzelf dient de screeningsnota samen met deze beslissing te voegen bij het (voor)ontwerp van RUP. Wij vragen u
dit te doen voorafgaand aan de organisatie van de plenaire vergadering en uiterlijk voor de voorlopige vaststelling
van het plan.
Gelieve via aanplakking op de aanplakplaatsen van de gemeente, via de website van de gemeente en via
publicatie in het gemeentelijk infoblad te melden dat de screeningsnota en de beslissing geraadpleegd kunnen
worden op de webstek van de Dienst Mer (www.mervlaanderen.be) en op het gemeentehuis.
Deze beslissing van de dienst Mer doet enkel een uitspraak over de noodzaak tot opmaak van een plan-MER.
Met de huidige beslissing wordt op geen enkele wijze afbreuk gedaan aan de beoordelingsruimte die het
departement LNE heeft in het kader van de RUP-procedure, waarbij zij optreedt als adviserende instantie op het
voorontwerp van RUP.
Hoogachtend,
Geert Pillu
Diensthoofd