1 – DE HOFPREDIKERS - VU-DARE Home
1 – DE HOFPREDIKERS - VU-DARE Home
1 – DE HOFPREDIKERS - VU-DARE Home
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
hadden. Vanaf het ontstaan van de Republiek tot aan de Franse tijd waren de hofpredikers dan<br />
ook voorgangers in de oudste gereformeerde kerk: de Waalse kerk, waar van oorsprong<br />
Franse gereformeerden bijeenkwamen, die als geloofsgenoten in de Republiek werden<br />
aanvaard. Ze kregen kerkgebouwen toegewezen en hun voorgangers werden uit officiële<br />
kassen gehonoreerd. 5 De Waalse kerk was een deftige kerk 6 met een eigen karakter, zij kende<br />
een sterk historisch bewustzijn en betoonde zich doorgaans verdraagzaam. 7<br />
Vanaf 1815 waren de hofpredikers voor het eerst in dienst van een koning. Op<br />
initiatief van Willem I kreeg de ‘gereformeerde kerk’ een andere naam <strong>–</strong> voortaan was zij de<br />
Nederlandse Hervormde Kerk <strong>–</strong> en een andere gecentraliseerde bestuursvorm. De opperste<br />
machthebber in de staat zag zich ook graag als voornaamste gezagsdrager in de kerk. 8 De rol<br />
die hij als vorst en aan het hof innam was in feite exemplarisch: hij manifesteerde zich als een<br />
koning die kerk en geloof belangrijk vond, ging frequent naar de kerk en kende haar als<br />
instituut een belangrijke plaats toe. De kerk had volgens het ‘Algemeen Reglement’ 9 zorg te<br />
dragen voor ‘vermeerdering van godsdienstige kennis’, ‘bevordering van christelijke zeden’<br />
en ‘aankweking van liefde voor Koning en Vaderland’. 10 Daarmee was de koning, de burger<br />
en uiteraard de eenheidsstaat gediend.<br />
Naast Waalse hofpredikers benoemden de koningen in de negentiende eeuw ook<br />
Nederlands hervormde hofpredikers. Die werden gerekruteerd uit de Haagse hervormde<br />
gemeente. Op een enkele uitzondering na waren alle hofpredikers dus Haagse dominees,<br />
theologen die al een toppositie bereikt hadden. De beroeping in een grote stad, de benoeming<br />
tot hoogleraar en het lidmaatschap van de ‘Algemeene Synode’ werden namelijk beschouwd<br />
als een toppositie en de bekroning van een predikantenloopbaan. 11 Het Haagse<br />
predikantenkorps telde de meeste gepromoveerde theologen van alle grote steden. 12 Het moest<br />
dus niet moeilijk zijn ‘grote sterren’ aan het hof te benoemen. Zo kunnen de bekende<br />
hofpredikers I.J. Dermout (1777-1867) en C.E. van Koetsveld (1807-1893) wel genoemd<br />
worden. Voor andere predikanten met een officiële benoeming aan het hof lijkt daarvoor<br />
minder aanleiding te zijn. Sommige zijn in de vergetelheid geraakt: wie kent Gerrit<br />
Ruitenschild (1801-1877), die 24 jaar in dienst was van koning Willem III, of de Waalse<br />
hofprediker Emile Bourlier (1845-1911), die de helft van zijn leven (33 jaar) aan het hof<br />
verbonden was? Had Wilhelmina wel gelijk? Als de hofpredikers grote sterren waren,<br />
waarom zijn verschillende van hen dan volslagen onbekend?<br />
Koningin Wilhelmina had geen goede herinneringen aan het godsdienstonderwijs dat<br />
ze van een hofprediker kreeg. 13 Zij was ook degene die de ‘oude regel’ beëindigde: na de<br />
Tweede Wereldoorlog benoemde ze ‘gewone’ dominees zoals het volk die ook had. 14 En na<br />
haar overlijden in 1962 was het instituut hofprediker voorgoed verleden tijd. 15 Dat kan de<br />
indruk wekken dat het hofpredikerschap gaandeweg uitgehold werd en ten slotte een<br />
langzame dood stierf, maar dat is allerminst het geval. De relevantie van het instituut<br />
5 De Jong, Kerkgeschiedenis, 241-242.<br />
6 Sleebe, ‘Religie’, 269.<br />
7 Praamstra, Busken Huet, 17.<br />
8 Van Eijnatten en Van Lieburg, Religiegeschiedenis, 255.<br />
9 Algemeen Reglement voor het bestuur der Hervormde Kerk, 1816.<br />
10 Zie Bijleveld, Vaderland, 109-142.<br />
11 Bos, Koninkrijk, 304-305.<br />
12 Namelijk 15 van de 41; een verhouding van 37,5 %. In Amsterdam gaat het om 25 van de 101 (bijna 25%), in<br />
Rotterdam 19 van de 67 (ruim 28%), in Leiden om 5 van de 45 (ruim 10%), in Utrecht om 16 van de 52 (30%),<br />
en in Groningen om 10 van de 40 (25%). Gebaseerd op Bos, Koninkrijk, 377, tabel 6e.<br />
13 Wilhelmina, Eenzaam, 53, 80.<br />
14 Booy, Levensavond, 286.<br />
15 EKH, 132.<br />
4