31.07.2013 Views

1 – DE HOFPREDIKERS - VU-DARE Home

1 – DE HOFPREDIKERS - VU-DARE Home

1 – DE HOFPREDIKERS - VU-DARE Home

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

etrekking tot de visie van de vorst op de kerk. Zijdelings komen ook persoonlijke gegevens<br />

met betrekking tot de vorst en ‘zijn’ predikanten ter sprake.<br />

Over het geslacht Oranje-Nassau en het geloof zijn in de loop der jaren diverse<br />

uitgaven verschenen. Historicus Maarten den Admirant bezorgde vrij recent twee publicaties<br />

over dit thema: in Hofpredikers van Oranje (2006) laat hij in chronologische volgorde de<br />

hofpredikers en vermeende hofpredikers de revue passeren, zonder echter de laatste te<br />

‘ontmaskeren’. Dit werk is geen wetenschappelijke studie; het is voor een brede doelgroep<br />

geschreven. Een jaar later verscheen De Oranjes in hogere sferen. Religie en spiritualiteit in<br />

het Huis van Oranje-Nassau (2007). In dit werkje, een mix van Oranjegeschiedenis en<br />

kerkhistorie, behandelt de auteur in vogelvlucht de religieuze overtuiging van Willem van<br />

Oranje (1533-1584) in 1573 tot die van koningin Beatrix.<br />

De laatste jaren is over de verhouding kerk en natie in de negentiende eeuw onderzoek<br />

verricht door diverse historici. Deze studies raken gedeeltelijk aan het onderhavige onderzoek.<br />

Had Rasker in zijn zeer bekend geworden overzichtswerk De Nederlandse Hervormde Kerk<br />

na 1795 uitputtend de theologiegeschiedenis van genoemde kerk beschreven, in de studies<br />

van David Bos, In dienst van het koninkrijk (1999) en van Nikolaj Bijleveld, Voor God, volk<br />

en vaderland (2007), staan de predikanten centraal. Uit deze onderzoeken blijkt dat in de<br />

eerste helft van de negentiende eeuw de band van de Hervormde Kerk met de staat zeer sterk<br />

was. In de begintijd van het koninkrijk was godsdienst vooral een bron van burgerlijke<br />

gehoorzaamheid en sociale cohesie en dus een voorwaarde voor nationale welvaart. 28 Had<br />

men in de achttiende eeuw ook al de ‘Christelijken godsdienst’ aan het ‘volksgeluk’<br />

gekoppeld, 29 nu kwam er door de historische ontwikkelingen een dimensie bij. Die<br />

ontwikkelingen duidden er volgens de meeste negentiende-eeuwse burgers op dat ‘een<br />

constitutioneel vorstengezag in een sterke eenheidsstaat de beste garantie [bood] voor de<br />

handhaving van nationale eenheid en onafhankelijkheid, het herstel van ’s lands aanzien en<br />

van het economische leven’. 30 De christelijke koning zou als een vader zijn volk leiden en ook<br />

in de kerk gezag hebben. De hervormde predikanten functioneerden als een soort<br />

rijksambtenaren: ze waren aan een Rijksuniversiteit opgeleid, ontvingen een rijkstraktement<br />

en moesten derhalve loyaal zijn aan de staat en dus aan de koning. 31 Door zich te presenteren<br />

als man van de wetenschap en zich toe te leggen op welsprekendheid kon de dominee zijn<br />

gemeente beïnvloeden en zodoende de natievorming bevorderen. 32 Bijleveld stelt dat de<br />

hervormde predikant door zijn preken en publicaties functioneerde als een ‘agitator die<br />

nationale begrippen politiseerde en populariseerde’. 33 Dat roept de vraag op of de hofprediker,<br />

die zijdelings in beide werken voorkomt, daarvan een bijzondere exponent is.<br />

Ten slotte: de negentiende eeuw is de eeuw van de domineedichters. Voordat Willem<br />

Kloos (1859-1938) hen zou afserveren en Frederik van Eeden (1860-1932) hun goedbedoelde<br />

werk zou parodiëren tierde de domineespoëzie welig. Daarom kan de invalshoek van de<br />

letterkunde niet genegeerd worden. Een van de hofpredikers die wel als domineedichter werd<br />

betiteld, was de bekende Cornelis Elisa van Koetsveld. Als dichter was hij niet geslaagd;<br />

daarover deden, volgens Korteweg en Idema, zijn tijdnoten al wijselijk het zwijgen toe. 34 Als<br />

prozaïst, vooral als novellist, verdiende hij terdege een plaats in de negentiende-eeuwse<br />

letterkunde. Aan Van Koetsveld werd een dissertatie 35 gewijd, waarin naast de letterkunde<br />

andere belangrijke aspecten uit zijn leven eveneens belicht werden. Ook in recentere<br />

28 Bijleveld, Vaderland, 185.<br />

29 Zie Muntinghe, Verhandelingen.<br />

30 Tamse, Het Huis, 181.<br />

31 Bos, Koninkrijk, 357-358; Houkes, Vaderlanders, 41 en nt. 51.<br />

32 Bos, Koninkrijk, 357-358.<br />

33 Bijleveld, Vaderland, 186.<br />

34 Korteweg en Idema, ‘Nawoord’, 300.<br />

35 Onstenk, ‘Ik behoor bij mezelf’.<br />

9

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!