07.08.2013 Views

cahier over scholieren en wetenschappelijke beroepen

cahier over scholieren en wetenschappelijke beroepen

cahier over scholieren en wetenschappelijke beroepen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

knooppunt van publiekscommunicatie <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek<br />

Proefproject Adoptierelaties<br />

Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Drs. R. Diephuis, Diephuis & Van Kaster<strong>en</strong> onderwijsadviseurs<br />

Drs. L. Roebroeck & Dr. H. Snijders, Stichting Wet<strong>en</strong><br />

Stichting Wet<strong>en</strong>, Amsterdam, 2003


Proefproject Adoptierelaties<br />

Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Drs. R. Diephuis, Diephuis & Van Kaster<strong>en</strong> onderwijsadviseurs<br />

Drs. L. Roebroeck & Dr. H. Snijders, Stichting Wet<strong>en</strong><br />

Stichting Wet<strong>en</strong>, Amsterdam, 2003


Colofon<br />

Uitgave<br />

Stichting Wet<strong>en</strong><br />

Postbus 61231<br />

1005 HE Amsterdam<br />

bureau@wet<strong>en</strong>.nl<br />

www.wet<strong>en</strong>.nl<br />

Eindredactie Afdeling Interne & Externe Communicatie, Stichting Wet<strong>en</strong><br />

Vormgeving De Vormers, Utrecht<br />

Druk Nauta Zutph<strong>en</strong>, Zutph<strong>en</strong><br />

Auteursrecht<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>.<br />

Gebruik van de inhoud van deze publicatie is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld.<br />

-2 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Inhoudsopgave<br />

Voorwoord 5<br />

Sam<strong>en</strong>vatting 7<br />

Summary 11<br />

Van peuter tot professor. Keuzemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op weg 15<br />

naar e<strong>en</strong> loopbaan in de wet<strong>en</strong>schap<br />

Drs. L. Roebroeck & Dr. H. Snijders<br />

Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase 31<br />

Drs. R. Diephuis<br />

Beknopte sam<strong>en</strong>vatting 33<br />

Leeswijzer 35<br />

1. Vraag <strong>en</strong> werkwijze 37<br />

2. Onderzoek <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> beknopt <strong>over</strong>zicht 39<br />

2.1 De onderzoekslijn 39<br />

2.2 De actielijn 40<br />

2.3 Conclusies 42<br />

3. Beroepskeuze van jonger<strong>en</strong> 43<br />

3.1 Het literatuuronderzoek 43<br />

3.2 Loopbaanoriëntatie <strong>en</strong> -begeleiding 43<br />

3.3 Conclusies 44<br />

4. Ervaring<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 47<br />

4.1 Ervaring<strong>en</strong> in Duitsland 47<br />

4.2 Ervaring<strong>en</strong> in het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk 48<br />

4.3 Ervaring<strong>en</strong> in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> 49<br />

4.4 Conclusies 49<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -3 -


5. Behoeft<strong>en</strong>, motiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong> 51<br />

5.1 De kant van bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> 51<br />

5.2 De kant van leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> 52<br />

5.3 Conclusies 54<br />

6. Condities voor het opzett<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties 55<br />

6.1 Inbedding <strong>en</strong> verbreding 55<br />

6.2 Kleinschaligheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lokale basis 55<br />

6.3 Ondersteuning op macroniveau 56<br />

6.4 Het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> intermediair 56<br />

6.5 Tijd om te groei<strong>en</strong> 56<br />

6.6 Conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> 57<br />

6.7 K<strong>en</strong>nisuitwisseling 57<br />

6.8 Ondersteuning via internet 57<br />

6.9 Financiering <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> zichtbaar mak<strong>en</strong> 58<br />

6.10 Conclusies 58<br />

7. Succesfactor<strong>en</strong> voor activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelaties 59<br />

7.1 Aansluit<strong>en</strong> bij het curriculum 59<br />

7.2 Aansluit<strong>en</strong> bij persoonlijke interesses van leerling<strong>en</strong> 60<br />

7.3 Aansluit<strong>en</strong> bij interesses van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 61<br />

7.4 Didactische variatie 61<br />

7.5 Conclusies 62<br />

8. Van incid<strong>en</strong>tele contact<strong>en</strong> naar duurzame sam<strong>en</strong>werking 63<br />

8.1 Kracht<strong>en</strong> bundel<strong>en</strong> 63<br />

8.2 Verankering in schol<strong>en</strong> 63<br />

8.3 Verankering in universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> 64<br />

8.4 Verankering in het bedrijfslev<strong>en</strong> 64<br />

8.5 Het proces gaande houd<strong>en</strong> 65<br />

8.6 Conclusies 65<br />

9. Algem<strong>en</strong>e conclusies 67<br />

10. Aanbeveling<strong>en</strong> 69<br />

Geraadpleegde bronn<strong>en</strong> 71<br />

-4 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Voorwoord<br />

In 2001 is Stichting Wet<strong>en</strong> in opdracht van het ministerie van OC<strong>en</strong>W gestart met het proefproject<br />

Adoptierelaties voor de periode 2001-2004. C<strong>en</strong>traal in dit proefproject staat de vraag hoe het beeld dat<br />

jonger<strong>en</strong> in de leeftijd van 16 tot 18 jaar hebb<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> te beïnvloed<strong>en</strong> is. Steeds<br />

minder jonger<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> loopbaan in de wet<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> dat is schadelijk voor de k<strong>en</strong>niseconomie waarop<br />

Nederland zo trots is. Stichting Wet<strong>en</strong> heeft in het kader van het proefproject in de periode 2001-2002<br />

e<strong>en</strong> aantal onderzoek<strong>en</strong> uitgevoerd <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal bestaande adoptieachtige initiatiev<strong>en</strong> geëvalueerd.<br />

De voorligg<strong>en</strong>de rapportage vormt e<strong>en</strong> afspiegeling van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van die onderzoek<strong>en</strong>. Ter inleiding is<br />

e<strong>en</strong> artikel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van Roebroeck & Snijders dat ingaat op de keuzemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s teg<strong>en</strong>komt op<br />

zijn weg van peuter tot professor.<br />

Dat sam<strong>en</strong>werkingsrelaties tuss<strong>en</strong> onderzoek in bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderwijs kansrijk zijn,<br />

bewijz<strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> in binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land. Er zijn echter string<strong>en</strong>te voorwaard<strong>en</strong> voor werk<strong>en</strong>de adoptierelaties:<br />

e<strong>en</strong> bredere scope dan alle<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk <strong>en</strong> commitm<strong>en</strong>t van alle relevante partij<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

daadwerkelijke verandering van keuzegedrag van jonger<strong>en</strong> is alle<strong>en</strong> realiseerbaar wanneer activiteit<strong>en</strong> én zijn<br />

verankerd in de organisatiestructuur van het onderwijs <strong>en</strong> de onderzoeksinstelling<strong>en</strong>, én onderdeel zijn van e<strong>en</strong><br />

ket<strong>en</strong> die de ontwikkeling van e<strong>en</strong> arbeidsid<strong>en</strong>titeit ondersteunt.<br />

De kom<strong>en</strong>de fase van het proefproject Adoptierelaties zal Stichting Wet<strong>en</strong> inricht<strong>en</strong> langs twee lijn<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong>lijn<br />

(B-lijn) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong>lijn (U-lijn). De eerste lijn is eind november 2002 gerealiseerd met de<br />

oprichting van Jet-Net, het Jonger<strong>en</strong> <strong>en</strong> Technologie Netwerk Nederland. In Jet-Net werk<strong>en</strong> (k<strong>en</strong>nis)aanbieders<br />

(Akzo Nobel, DSM, Philips, Shell, Unilever, VNCI, VNO-NCW <strong>en</strong> FME-CWM), intermediair<strong>en</strong> (Stichting Wet<strong>en</strong>,<br />

Stichting Axis <strong>en</strong> Stichting C 3) <strong>en</strong> (k<strong>en</strong>nis)vragers (VVO <strong>en</strong> NVON) sam<strong>en</strong> om het onderwijs in de bèta <strong>en</strong> techniekvakk<strong>en</strong><br />

in de onder- <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>bouw van havo/vwo aantrekkelijker te mak<strong>en</strong>. Het initiatief wordt gesteund<br />

door de ministeries van OC<strong>en</strong>W <strong>en</strong> EZ. Het beter zichtbaar mak<strong>en</strong> van de rol van bèta <strong>en</strong> techniek in de<br />

sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> in functies <strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> belangrijke invalshoek van het project. Het resultaat is maatwerk,<br />

geïntegreerd in het curriculum, gebaseerd op ideeën <strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die de schol<strong>en</strong> inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Stichting Wet<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Stichting Axis bem<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk het landelijk coördinatiepunt Jet-Net.<br />

De Nederlandse universiteit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in het kader van hun aansluitingsprogramma’s int<strong>en</strong>sieve netwerk<strong>en</strong><br />

opgezet met schol<strong>en</strong> voor voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs. Sinds 1999 hebb<strong>en</strong> zij veel ervaring<br />

opgedaan met activiteit<strong>en</strong> die leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beeld gev<strong>en</strong> van studer<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> universiteit. De aansluitingsprogramma’s<br />

zijn stevig verankerd in de organisatiestructuur van de universiteit<strong>en</strong>. De kom<strong>en</strong>de periode<br />

faciliteert Stichting Wet<strong>en</strong> de verankering van de activiteit<strong>en</strong> van de universiteit<strong>en</strong> in het voortgezet onderwijs.<br />

Daartoe heeft Stichting Wet<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>werking met de VSNU de Stimuleringsregeling Sam<strong>en</strong>werking<br />

Universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> Voortgezet Onderwijs 2003-2004 opgezet. Ti<strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong> will<strong>en</strong> gebruik mak<strong>en</strong> van deze<br />

regeling.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -5 -


Voor zowel de B-lijn als de U-lijn geldt dat Stichting Wet<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s aandacht besteedt aan resultaatmeting. Het<br />

is immers belangrijk om inzichtelijk te mak<strong>en</strong> waarom good practices werk<strong>en</strong>. Het doel van Stichting Wet<strong>en</strong> is<br />

om via de B-lijn <strong>en</strong> de U-lijn te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> onderwijs, vervolgopleiding <strong>en</strong> onderzoek.<br />

Ook opzichzelfstaande sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in deze driehoek word<strong>en</strong> ondergebracht.<br />

Met beïnvloeding van beroepskeuze kan niet vroeg g<strong>en</strong>oeg word<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>werking<br />

tuss<strong>en</strong> het primair onderwijs, voortgezet onderwijs, hoger onderwijs <strong>en</strong> het wet<strong>en</strong>schappelijke werkveld heeft<br />

alles in zich om jonger<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> doorlop<strong>en</strong>de leerlijn te lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe boei<strong>en</strong>d de wet<strong>en</strong>schap is.<br />

Drs.ing. André L. Loos<br />

Directeur<br />

Stichting Wet<strong>en</strong><br />

-6 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Sam<strong>en</strong>vatting<br />

De geringe belangstelling onder jonger<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> loopbaan in de wet<strong>en</strong>schap, met name in het publieke bestel,<br />

maar ook in de privaat gefinancierde Research & Developm<strong>en</strong>t baart de Nederlandse <strong>over</strong>heid zorg<strong>en</strong>. De lage<br />

instroom in het wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek leidde onder meer tot de opdracht van het ministerie van Onderwijs,<br />

Cultuur <strong>en</strong> Wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> (OC<strong>en</strong>W) aan Stichting Wet<strong>en</strong> voor het proefproject Adoptierelaties in de periode<br />

2001-2004. Adopties zijn hier gedefinieerd als duurzame sam<strong>en</strong>werkingsrelaties tuss<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> vwoschol<strong>en</strong>,<br />

waarbij leerling<strong>en</strong> in contact word<strong>en</strong> gebracht met wet<strong>en</strong>schappers. Het doel is leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beter beeld<br />

te gev<strong>en</strong> van de inhoud van wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> brede verk<strong>en</strong>ning uitgevoerd naar de wijze waarop adoptierelaties kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong><br />

aan e<strong>en</strong> positief beeld van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek bij jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar in het voorbereid<strong>en</strong>d<br />

wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs (vwo). De verk<strong>en</strong>ning heeft de volg<strong>en</strong>de conclusies <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> voortgebracht.<br />

Adoptierelaties belangrijk voor Nederland als k<strong>en</strong>nisland<br />

Adoptierelaties hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> duidelijk maatschappelijk belang. Hervorming<strong>en</strong> in de bov<strong>en</strong>bouw van het voortgezet<br />

onderwijs (vo) hebb<strong>en</strong> geleid tot e<strong>en</strong> significante daling van het aantal vwo-leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> profiel Natuur &<br />

Techniek. Voor het eerst in <strong>en</strong>kele dec<strong>en</strong>nia is de instroom in universitaire bèta/techniek opleiding<strong>en</strong> structureel<br />

gedaald. De mogelijkhed<strong>en</strong> om de studiekeuze bij te stur<strong>en</strong> vanuit het (goede) arbeidsmarktperspectief zijn beperkt.<br />

Het gebrek aan doorstroom van jonge wet<strong>en</strong>schappers naar hogere posities binn<strong>en</strong> de universiteit<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> belangrijk<br />

knelpunt in het Nederlandse onderzoek.<br />

‘Adoptierelatie’ wordt ‘sam<strong>en</strong>werkingsrelatie’<br />

De term adoptierelatie valt slecht, met name in het bedrijfslev<strong>en</strong>. Het suggereert e<strong>en</strong> ongelijkwaardige verhouding.<br />

Als partij<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> iets will<strong>en</strong> aanpakk<strong>en</strong> moet dat vanuit posities van gelijkwaardigheid gebeur<strong>en</strong>, waarbij elk zijn<br />

inbr<strong>en</strong>g <strong>en</strong> belang heeft. Het zou goed zijn om voortaan te sprek<strong>en</strong> <strong>over</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelaties. Dit is meer dan e<strong>en</strong><br />

semantische kwestie: het moet duidelijk zijn dat pot<strong>en</strong>tiële partners elkaar iets te bied<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

Door ket<strong>en</strong>aanpak succesvolle beïnvloeding keuzegedrag<br />

Beroepskeuze wordt algeme<strong>en</strong> beschouwd als de uitkomst van e<strong>en</strong> ope<strong>en</strong>stapeling van elkaar beïnvloed<strong>en</strong>de keuzes<br />

<strong>en</strong> beslissing<strong>en</strong>. Lang niet alle bepal<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> voor studie of beroepskeuze zijn extern te beïnvloed<strong>en</strong>. De stuurbaarheid<br />

van het keuzeproces wordt beperkt door de vele niet-rationele factor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> <strong>en</strong> doordat<br />

jonger<strong>en</strong> vér voor hun studie- <strong>en</strong> beroepskeuze al opties uitsluit<strong>en</strong> (keuzegedrag volg<strong>en</strong>s het zog<strong>en</strong>aamde<br />

trechtermodel). De beoogde sam<strong>en</strong>werkingsrelaties moet<strong>en</strong> deel gaan uitmak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> (van primair onderwijs<br />

via voortgezet onderwijs naar wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs) van activiteit<strong>en</strong> om effect te kunn<strong>en</strong> sorter<strong>en</strong>. In het<br />

gunstigste geval begint de ket<strong>en</strong> bij de kleuterschool <strong>en</strong> eindigt die bij het professoraat of R&D managem<strong>en</strong>t.<br />

Elk mom<strong>en</strong>t in de ket<strong>en</strong> vraagt om e<strong>en</strong> specifieke interv<strong>en</strong>tie.<br />

Verbreding scope noodzakelijk<br />

Jonger<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zich bij hun studiekeuze voornamelijk leid<strong>en</strong> door hun beeld van e<strong>en</strong> opleiding, <strong>en</strong> niet zozeer door<br />

e<strong>en</strong> beroepsbeeld. Bètastudies word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als specialistisch, abstract <strong>en</strong> monodisciplinair. De leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> manifeste behoefte om meer te wet<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> <strong>over</strong> het werk van e<strong>en</strong> onderzoeker, maar ze zijn wel inhoudelijk<br />

geïnteresseerd. Dat blijkt als zij actief met wet<strong>en</strong>schap in aanraking kom<strong>en</strong> via het profielwerkstuk <strong>en</strong> de daaraan<br />

voorafgaande praktische opdracht<strong>en</strong> in het exam<strong>en</strong>programma. Ook voor andere partij<strong>en</strong> in adoptierelaties<br />

geldt dat het specifieke probleem van beeldvorming van wet<strong>en</strong>schappelijk werk moet word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> met<br />

bredere belang<strong>en</strong>. Zowel universiteit<strong>en</strong> als bedrijv<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> e<strong>en</strong> exclusieve gerichtheid op het werk<strong>en</strong> als onderzoeker<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -7 -


onvoldo<strong>en</strong>de motief. Zij will<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> verbinding wordt gemaakt met de specifieke behoeft<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> branche of<br />

e<strong>en</strong> groep instelling<strong>en</strong>.<br />

Verbreding doelgroep noodzakelijk<br />

Pot<strong>en</strong>tiële partij<strong>en</strong> in adoptierelaties lat<strong>en</strong> zich <strong>over</strong> het algeme<strong>en</strong> aansprek<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> maatschappelijke verantwoordelijkheid.<br />

E<strong>en</strong> deel van de jonger<strong>en</strong> heeft interesse in wet<strong>en</strong>schappelijke informatie. Deze interesse kan verder word<strong>en</strong><br />

ontwikkeld. E<strong>en</strong> deel van de doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wil graag beter word<strong>en</strong> toegerust om iets van e<strong>en</strong> academisch werk- <strong>en</strong><br />

d<strong>en</strong>kniveau <strong>over</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in het vwo. E<strong>en</strong> deel van de bedrijv<strong>en</strong> in de bètahoek wil zich inspann<strong>en</strong> om het imago van<br />

het werk te verbeter<strong>en</strong>. De universiteit<strong>en</strong> will<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed beeld van wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk bevorder<strong>en</strong>.<br />

In bijna al deze gevall<strong>en</strong> geldt echter dat de gerichtheid op jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar in het vwo té beperkt is.<br />

Met uitzondering van de universiteit<strong>en</strong> is er bij ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele partij in Nederland of daarbuit<strong>en</strong> e<strong>en</strong> urg<strong>en</strong>t of direct<br />

belang om exclusief voor zo’n kleine doelgroep nieuwe sam<strong>en</strong>werkingsrelaties te organiser<strong>en</strong>. Het verdi<strong>en</strong>t aanbeveling<br />

om nader te bekijk<strong>en</strong> of bestaande relaties kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgebouwd voor e<strong>en</strong> bredere doelgroep.<br />

Noodzakelijke verankering in het onderwijs staat onder spanning<br />

Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hecht<strong>en</strong> grote waarde aan <strong>over</strong>dracht van wet<strong>en</strong>schappelijke k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> will<strong>en</strong> beter op de hoogte word<strong>en</strong><br />

gehoud<strong>en</strong> van de wet<strong>en</strong>schappelijke actualiteit. Het lesprogramma biedt echter nauwelijks ruimte voor int<strong>en</strong>sieve <strong>en</strong><br />

duurzame relaties met bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong>. Hoewel het huidige curriculum het aanler<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal<br />

onderzoeksvaardighed<strong>en</strong> bevat, domineert de verplichte theorie de exam<strong>en</strong>programma’s waardoor er weinig ruimte<br />

<strong>over</strong> blijft om leerling<strong>en</strong> in contact te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek.<br />

Op langere termijn is het interessant om te kijk<strong>en</strong> naar meer structurele oplossing<strong>en</strong>. Aan de vraagzijde (leerling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> schol<strong>en</strong>) kan met name in het vwo-curriculum word<strong>en</strong> gewerkt aan meer ruimte voor k<strong>en</strong>nismaking<br />

met wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk. De bestaande ruimte (LOB <strong>en</strong> profielwerkstuk) is relatief marginaal. E<strong>en</strong><br />

dergelijke bijstelling past ook in het strev<strong>en</strong> om loopbaanoriëntatie in het vwo te versterk<strong>en</strong>. Aan de aanbodzijde<br />

kan sterker word<strong>en</strong> ingezet op regionale arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarin onderwijs, wet<strong>en</strong>schappelijke instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> regionaal<br />

bedrijfslev<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>.<br />

Combinatie met internet kansrijk<br />

Internet speelt e<strong>en</strong> grote rol in het succes van de sam<strong>en</strong>werking. Scholier<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> het als e<strong>en</strong> vanzelfsprek<strong>en</strong>de bron<br />

van informatie <strong>en</strong> als e<strong>en</strong> schil om de persoonlijke communicatie he<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> combinatie van internet <strong>en</strong> persoonlijk<br />

contact met e<strong>en</strong> onderzoeker kan daarom heel krachtig zijn. Internet kan bij uitstek word<strong>en</strong> ingezet om de doelgroep<br />

direct te bereik<strong>en</strong> <strong>en</strong> de interesse in wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk te vergrot<strong>en</strong>. Het effect daarvan kan<br />

word<strong>en</strong> versterkt als niet alle<strong>en</strong> de informatie- maar ook de communicatiefunctie goed wordt b<strong>en</strong>ut.<br />

Succes door uitvoering op regionaal niveau met landelijke ondersteuning<br />

Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties zijn effectief als ze – althans op het uitvoeringsniveau – kleinschalig zijn. Persoonlijke inzet<br />

<strong>en</strong> <strong>over</strong>tuigingskracht zijn kritische succesfactor<strong>en</strong>. Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties zijn succesvol als alle partij<strong>en</strong> invester<strong>en</strong><br />

met het oog op de te behal<strong>en</strong> doel<strong>en</strong>. Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> nodig om zich te ontwikkel<strong>en</strong>.<br />

Dit alles laat onverlet dat sam<strong>en</strong>werkingsrelaties sterker word<strong>en</strong> als ze tegelijk ook grootschalig zijn. Het is goed als<br />

e<strong>en</strong> combinatie kan word<strong>en</strong> gemaakt met organisatorische <strong>en</strong> financiële ondersteuning op landelijk niveau.<br />

Conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> goede vorm om inzet <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> van partij<strong>en</strong> in grote lijn<strong>en</strong> vast te legg<strong>en</strong>.<br />

Intermediair cruciaal voor succes<br />

E<strong>en</strong> intermediair die brugg<strong>en</strong> bouwt tuss<strong>en</strong> de vraagzijde <strong>en</strong> de aanbodzijde is onmisbaar. Het verdi<strong>en</strong>t aanbeveling meer<br />

inzicht te krijg<strong>en</strong> in de wijze waarop de effectiviteit van intermediaire person<strong>en</strong> of organisaties kan word<strong>en</strong> versterkt.<br />

-8 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Activiteit<strong>en</strong> van intermediaire sleutelfigur<strong>en</strong> op landelijk niveau (disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong>) <strong>en</strong> op regionaal/lokaal niveau<br />

(actieve koppelaars) zoud<strong>en</strong> (financieel) meer moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gestimuleerd.<br />

Bij de initiatie van Jet-Net, waarin bedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderwijs sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>, is dan ook voorzi<strong>en</strong> in de behoefte aan<br />

e<strong>en</strong> landelijk coördinatiepunt – gedrag<strong>en</strong> door alle partij<strong>en</strong> – voor k<strong>en</strong>nisuitwisseling, tuss<strong>en</strong>tijdse evaluaties <strong>en</strong> informatie<br />

<strong>over</strong> nieuwe ontwikkeling<strong>en</strong>. Het coördinatiepunt zal op termijn ook gaan funger<strong>en</strong> als adviespunt waar alle<br />

ervaring<strong>en</strong> met sam<strong>en</strong>werkingsrelaties beschikbaar zijn.<br />

Monitoring <strong>en</strong> communicatie ess<strong>en</strong>tieel<br />

Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> e<strong>en</strong> cyclische dynamiek. Om inhoudelijke <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel financiële prikkels te kunn<strong>en</strong><br />

id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong>, is het ess<strong>en</strong>tieel om de vinger aan de pols te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te evaluer<strong>en</strong>. De sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> zowel hun investering<strong>en</strong> als hun doel<strong>en</strong> duidelijk b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong>.<br />

Het verdi<strong>en</strong>t aanbeveling om onverkort de lijn door te zett<strong>en</strong> dat elk initiatief in dit kader goed wordt gemonitord <strong>en</strong><br />

geëvalueerd. Daarnaast moet er via uitwisselingsbije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> meer communicatie op gang kom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong><br />

die aan sam<strong>en</strong>werkingsrelaties deelnem<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vorm van reflectie is noodzakelijk om de voortgang in het<br />

proces te waarborg<strong>en</strong>.<br />

Nieuwe proefproject<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> zeer selectief financieel te word<strong>en</strong> ondersteund. Het zou goed zijn om e<strong>en</strong><br />

positieve prikkel in te bouw<strong>en</strong> voor tripartiete sam<strong>en</strong>werkingsrelaties waarin zowel voortgezet onderwijs,<br />

k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> als bedrijfslev<strong>en</strong> op lokaal/regionaal niveau sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke combinatie levert<br />

waarschijnlijk e<strong>en</strong> andere beeldvorming op dan alle<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>.<br />

Voortgang<br />

Op basis van de resultat<strong>en</strong> uit de verk<strong>en</strong>ning heeft Stichting Wet<strong>en</strong> voor het verdere verloop van het proefproject<br />

aansluiting gezocht bij kansrijke sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong>. Dat heeft geresulteerd in e<strong>en</strong> strategie in twee lijn<strong>en</strong>:<br />

e<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong>lijn (B-lijn), die in Jet-Net vorm heeft gekreg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong>lijn (U-lijn), voor aansluitingsnetwerk<strong>en</strong><br />

van universiteit<strong>en</strong> met het voortgezet onderwijs. De contract<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> instelling<strong>en</strong> voor<br />

voortgezet onderwijs die hebb<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> door Stichting Wet<strong>en</strong> gefaciliteerde sam<strong>en</strong>werkingsrelatie te<br />

will<strong>en</strong> aangaan, word<strong>en</strong> voorjaar 2003 getek<strong>en</strong>d.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -9 -


-10 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Summary<br />

The lack of interest among young people in a sci<strong>en</strong>tific career is a source of concern to the Dutch g<strong>over</strong>nm<strong>en</strong>t.<br />

Although particularly in evid<strong>en</strong>ce in public sector organisations, the lack is also felt in privately financed Research &<br />

Developm<strong>en</strong>t. In view of the low influx of people into sci<strong>en</strong>tific research the Ministry of Culture, Education and<br />

Sci<strong>en</strong>ce (OC<strong>en</strong>W) decided, among other things, to commission the Netherlands Foundation for Communication on<br />

Sci<strong>en</strong>ce and Technology (Stichting Wet<strong>en</strong>) to carry out the Adoption Relationships Pilot Project for 2001-2004. In this<br />

particular context, ‘adoptions’ are defined as long-term collaborative v<strong>en</strong>tures betwe<strong>en</strong> knowledge institutions and<br />

pre-university level secondary schools (vwo in Dutch) that <strong>en</strong>able pupils to come into contact with professional<br />

sci<strong>en</strong>tists. The objective is to give schoolchildr<strong>en</strong> a better idea of what sci<strong>en</strong>tific work is about.<br />

The Sci<strong>en</strong>ce and Technology Foundation ext<strong>en</strong>sively explored the ways in which adoption relationships might<br />

contribute to promoting the image of sci<strong>en</strong>tific research among 16 to 18-year-olds in pre-university g<strong>en</strong>eral secondary<br />

education. This exploratory study has yielded the conclusions and recomm<strong>en</strong>dations set forth below.<br />

Adoption relationships are important for the Netherlands as a ‘knowledge country’<br />

Adoption relationships clearly promote certain societal interests. Reforms in the upper grades of secondary education<br />

(vo in Dutch) have caused the number of vwo pupils that opt for graduation in Nature & Technology<br />

subjects to drop considerably. For the first time in several decades <strong>en</strong>rolm<strong>en</strong>t figures for university sci<strong>en</strong>ce and technology<br />

programmes show a structural decline. Ev<strong>en</strong> though the labour market perspectives of these programmes are<br />

favourable, the possibilities to make those perspectives influ<strong>en</strong>ce the choice of study are limited. The lack of young<br />

sci<strong>en</strong>tists moving up to more s<strong>en</strong>ior positions within universities constitutes a major bottl<strong>en</strong>eck in Dutch research.<br />

In short, the knowledge-based economy of the Netherlands urg<strong>en</strong>tly calls for interv<strong>en</strong>tions that promote the<br />

choice for sci<strong>en</strong>ce and technology subjects. The exploratory study has revealed that efforts to improve the image of<br />

sci<strong>en</strong>ce and sci<strong>en</strong>tific work may yield significant b<strong>en</strong>efits, not just among vwo pupils but also among wider sections<br />

of the population in this age category.<br />

‘Adoption relationship’ to become ‘partnering relationship’<br />

The term ‘adoption relationship’ is unpopular, especially in the business community, as it suggests a degree of<br />

inequality in the relationship concerned. If parties want to jointly tackle a particular project they should do so on an<br />

equal footing, each of the parties making its own contribution and looking after its own interests. It would be wise<br />

to drop the term ‘adoption’ and to use ‘partnering relationships’ instead. This is more than just a semantic issue:<br />

the terminology should reflect the idea that pot<strong>en</strong>tial partners have something to offer each other.<br />

The chain-ori<strong>en</strong>ted approach offers successful tools to influ<strong>en</strong>ce choice of study<br />

A person’s choice of study or career is g<strong>en</strong>erally considered to be the resultant of a complex of interlocking choices<br />

and decisions. By no means all the decisive factors in that complex can be influ<strong>en</strong>ced externally. Indeed, the degree<br />

to which the choice process can be influ<strong>en</strong>ced is limited by the numerous non-rational factors involved and by the<br />

fact that young people t<strong>en</strong>d to rule out certain options long before they actually choose a specific study or career<br />

(selection behaviour according to the funnel model). The idea is for the int<strong>en</strong>ded partnering relationships to form part<br />

of a chain of activities (stretching from primary and secondary education to university education) to produce the<br />

desired effect. In the most favourable sc<strong>en</strong>ario the chain begins in kindergart<strong>en</strong> and <strong>en</strong>ds wh<strong>en</strong> the subject accepts a<br />

professorship or a managerial position in R&D. Each stage in the chain calls for a specific interv<strong>en</strong>tion.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -11 -


Need for wid<strong>en</strong>ing the scope<br />

Wh<strong>en</strong> choosing a particular choice of study young people are guided primarily by their image of the education<br />

programme concerned, rather than by a particular image of the profession. Sci<strong>en</strong>ce studies are perceived to be<br />

specialist, abstract and mono-disciplinary. Ev<strong>en</strong> though pupils may feel no manifest need to find out more about the<br />

daily work of a researcher, they are in fact interested in the underlying subjects. That becomes evid<strong>en</strong>t wh<strong>en</strong> they<br />

become actively involved in sci<strong>en</strong>ce through the sci<strong>en</strong>ce graduation project and, before that, by carrying out the<br />

practical assignm<strong>en</strong>ts compon<strong>en</strong>t of the exam.<br />

Other parties in adoption relationships agree that the image of sci<strong>en</strong>tific work is a specific problem that calls for<br />

inclusion in a wider context of interests. Universities and companies alike consider an exclusive focus on working<br />

as a researcher to be insuffici<strong>en</strong>tly motivating. They want a link to be established with the specific needs of a whole<br />

sector or group of institutions.<br />

Need for wid<strong>en</strong>ing the target audi<strong>en</strong>ce<br />

Pot<strong>en</strong>tial parties in adoption relationships g<strong>en</strong>erally share a s<strong>en</strong>se of social responsibility. Among pupils there is a<br />

group that shows interest in sci<strong>en</strong>tific information. That interest can be developed further. Among teachers there<br />

is a group that would like to be better equipped to promote academic work and thinking among vwo pupils. And<br />

among companies in sci<strong>en</strong>ce fields, some are committed to boosting the image of their sector. Universities, finally,<br />

obviously want to promote an appealing image of sci<strong>en</strong>ce and sci<strong>en</strong>tific work.<br />

Most of the above examples show that an exclusive focus on 16-to-18-year olds in vwo schools is too restrictive. With<br />

the exception of the universities, no party in the Netherlands or elsewhere has any urg<strong>en</strong>t or direct interests<br />

that would be served if it organised partnering relationships exclusively for such a small target audi<strong>en</strong>ce. It is<br />

worthwhile investigating the ext<strong>en</strong>t to which existing relationships can be made to apply to a wider audi<strong>en</strong>ce.<br />

Firm basis in education necessary but under pressure<br />

Teachers attach great value to the transfer of sci<strong>en</strong>tific knowledge and want to be kept abreast of curr<strong>en</strong>t sci<strong>en</strong>tific<br />

developm<strong>en</strong>ts more effectively. However, the curriculum offers very little space for int<strong>en</strong>sive and long-term<br />

relationships with companies and knowledge institutes. Ev<strong>en</strong> though the pres<strong>en</strong>t curriculum does provide for the<br />

acquisition of a number of research skills, required theoretical subjects prevail in examination programmes, so that<br />

little room is left to familiarise pupils with practical sci<strong>en</strong>tific research.<br />

As regards long-term policy it is interesting to explore more structural solutions. On the demand side (i.e., pupils<br />

and schools), more space could be created for the promotion of sci<strong>en</strong>ce and sci<strong>en</strong>tific work, especially in the vwo<br />

curriculum. The existing facilities (Careers Ori<strong>en</strong>tation Counselling – LOB in Dutch – and the sci<strong>en</strong>ce graduation project)<br />

are comparatively meagre. Such a reori<strong>en</strong>tation of the curriculum, more<strong>over</strong>, would be consist<strong>en</strong>t with the aim<br />

to provide more careers guidance in vwo schools. On the supply side, regional arrangem<strong>en</strong>ts in which schools,<br />

sci<strong>en</strong>tific institutions and regional businesses cooperate could be promoted more <strong>en</strong>ergetically.<br />

Good prospects for links with the Internet<br />

The Internet plays a major role in the success of cooperative relationships. Pupils regard the Internet as a<br />

self-evid<strong>en</strong>t source of information, and as a shell around their personal communications. This is why personal<br />

communication with a researcher may be a particularly powerful tool wh<strong>en</strong> combined with the Internet. The web<br />

offers excell<strong>en</strong>t opportunities for directly accessing the target audi<strong>en</strong>ce and promoting interest in sci<strong>en</strong>ce and<br />

sci<strong>en</strong>tific work. The effects of this can be further <strong>en</strong>hanced if not only the Internet’s information function but also its<br />

communication tools are used to optimum advantage.<br />

-12 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Success gained through regional implem<strong>en</strong>tation and national support<br />

Partnering relationships are effective if they are small-scale, at least at participant level. Key success factors include<br />

personal commitm<strong>en</strong>t and persuasion. Partnering relationships are successful if all the parties involved invest in<br />

efforts to attain the objectives. However, such relationships do need a couple of years to mature.<br />

This does not alter the fact that partnering relationships gain in str<strong>en</strong>gth as they grow in scale. It is wise to look for<br />

opportunities to tap organisational and financial support at the national level. The commitm<strong>en</strong>t and expectations of<br />

the parties involved might be suitably outlined in the form of cov<strong>en</strong>ants.<br />

Intermediaries ess<strong>en</strong>tial to <strong>en</strong>sure success<br />

Intermediaries are indisp<strong>en</strong>sable to bring the demand and supply sides together. It would be useful to gain further<br />

insight into methods that help make the actions of intermediary officials or organisations more effective, and to<br />

provide (financial) stimuli so as to promote the activities of key intermediaries both at the national level (discipliner<br />

consultants) and the regional/local levels (liaison officers).<br />

This is why Jet-Net, the partnership project for businesses and educational institutes, has be<strong>en</strong> backed by a national<br />

coordination c<strong>en</strong>tre ev<strong>en</strong> since it was launched. The c<strong>en</strong>tre is supported by all the parties involved and is responsible<br />

for knowledge exchange, intermediary evaluations and information on new developm<strong>en</strong>ts. In the longer term the<br />

coordination c<strong>en</strong>tre will also serve as a consultancy desk where all the experi<strong>en</strong>ces with partnering relationships will<br />

be gathered and made accessible.<br />

Crucial roles for monitoring and communication<br />

Partnering relationships are cyclic in nature. If substantive and possibly also financial inc<strong>en</strong>tives are to be id<strong>en</strong>tified, it<br />

is crucial for the parties involved to keep track of developm<strong>en</strong>ts and evaluate them. They will need to explicitly<br />

define their investm<strong>en</strong>ts and targets alike.<br />

It is advisable to <strong>en</strong>sure that in this context every initiative is carefully monitored and evaluated, in line with curr<strong>en</strong>t<br />

practice. In addition, exchange programme meetings should lead to more int<strong>en</strong>sive communication betwe<strong>en</strong> the<br />

participants in partnering relationships. More<strong>over</strong>, in the course of the process some evaluation mechanism is<br />

needed to ascertain that progress is made.<br />

Financial support should only be offered to carefully selected new pilot projects. It would be a good idea to provide<br />

a built-in inc<strong>en</strong>tive for tripartite cooperative relationships in which secondary schools, knowledge institutes and<br />

businesses collaborate at the local and regional levels. Combinations of that kind are likely to change the image of<br />

sci<strong>en</strong>ce and sci<strong>en</strong>tific work to an ext<strong>en</strong>t that knowledge institutes on their own would not be able to achieve.<br />

Progress<br />

In response to the outcome of the exploratory study, the Sci<strong>en</strong>ce and Technology Foundation established links<br />

with promising cooperative v<strong>en</strong>tures to c<strong>over</strong> the remaining phases of the pilot project. This has resulted in a<br />

two-pronged strategy: a business approach (the B approach), which acquired further substance within Jet-Net,<br />

and a university approach (the U approach) to provide a network of connections betwe<strong>en</strong> universities and<br />

secondary schools. The universities and secondary schools that have committed to establishing a partnering<br />

relationship facilitated by the Sci<strong>en</strong>ce and Technology Foundation will sign the associated contracts in the spring<br />

of 2003.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -13 -


-14 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Van peuter tot professor<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op weg naar<br />

e<strong>en</strong> loopbaan in de wet<strong>en</strong>schap<br />

Drs. L. Roebroeck & Dr. H. Snijders<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -15 -


-16 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Uit het primair onderwijs stroomt 17% van de leerling<strong>en</strong> door naar het vwo. Doorstroom vindt plaats op basis van<br />

capaciteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> prestatie van de leerling (Berkhout <strong>en</strong> Van Leeuw<strong>en</strong>, 2000). In de onderbouw van het vwo kiest 18% van<br />

de leerling<strong>en</strong> voor het profiel Natuur & Techniek, 28% voor Natuur & Gezondheid (Tweede Fase Adviespunt, 2001).<br />

Van de leerling<strong>en</strong> in het profiel Natuur & Techniek kiest 56% voor e<strong>en</strong> academische studie in de natuur- of technieksector.<br />

Van de leerling<strong>en</strong> in het profiel Natuur & Gezondheid kiest 15% voor e<strong>en</strong> academische studie in natuur of<br />

techniek (Berkhout <strong>en</strong> Van Leeuw<strong>en</strong>, 2000). Opmerkelijk is dat 11% van de leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> Economie &<br />

Maatschappij-profiel ook met e<strong>en</strong> natuur of techniekopleiding in het hoger onderwijs verder gaat. De helft van de<br />

technici <strong>en</strong> 60% van de natuurstud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> stroomt gediplomeerd uit het wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs uit. Van de<br />

afgestudeerde technici start 20% e<strong>en</strong> promotietraject, van de natuurstud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wordt 40% aio (Berkhout, De Winter <strong>en</strong><br />

Zijl, 2000). In totaal komt 70% van de technisch afgestudeerd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> technische functie terecht, publiek of privaat<br />

(Hermanuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> Joukes, 2002). Hoewel 71% van de promov<strong>en</strong>di graag in de universitaire wet<strong>en</strong>schap werkzaam wil<br />

blijv<strong>en</strong>, krijgt slechts 41% e<strong>en</strong> aanstelling als postdoc. Nog e<strong>en</strong>s 13% aanvaardt e<strong>en</strong> onderzoeksbaan buit<strong>en</strong> de<br />

universiteit (Bos <strong>en</strong> Keizer, 2001). 85% van de postdocs heeft definitief voor de wet<strong>en</strong>schap gekoz<strong>en</strong>. 40% heeft echter<br />

al meerdere (tijdelijke) aanstelling<strong>en</strong> als postdoc gehad. 12% heeft drie of meer postdocschapp<strong>en</strong> ‘gestapeld’. Slechts<br />

12% krijgt e<strong>en</strong> vaste aanstelling binn<strong>en</strong> vijf jaar, uiteindelijk stroomt e<strong>en</strong>derde door, bijna de helft stroomt uit<br />

(Crum <strong>en</strong> Bal, 1998). Wanneer e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schapper e<strong>en</strong>maal e<strong>en</strong> vaste aanstelling binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> universiteit heeft,<br />

stroomt hij meestal niet meer uit voor hij de p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>gerechtigde leeftijd heeft bereikt (Bos <strong>en</strong> Keizer, 2001).<br />

Figuur 1 - Doorstroomschema<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -17 -


Inleiding<br />

Wet<strong>en</strong>schap vormt e<strong>en</strong> onmisbare peiler in onze sam<strong>en</strong>leving. Het is e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk onderdeel van onze cultuur <strong>en</strong> zonder<br />

wet<strong>en</strong>schap zoud<strong>en</strong> welvaart <strong>en</strong> welzijn op het huidige niveau ond<strong>en</strong>kbaar zijn. Om ook in de toekomst te kunn<strong>en</strong><br />

profiter<strong>en</strong> van de pot<strong>en</strong>tiële bijdrag<strong>en</strong> van de wet<strong>en</strong>schap, zijn m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> nodig die dat onderzoek kunn<strong>en</strong> <strong>en</strong> will<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>.<br />

Over de instroom van nieuw tal<strong>en</strong>t in het onderzoek mak<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> zich zorg<strong>en</strong>. De belangstelling voor werk<strong>en</strong> in<br />

de wet<strong>en</strong>schap zou afnem<strong>en</strong>. Er zijn nu al vaak te weinig kandidat<strong>en</strong> voor aangebod<strong>en</strong> functies <strong>en</strong> de voorspelling<strong>en</strong><br />

zijn dat het in toekomst steeds erger wordt, met name in de hogere wet<strong>en</strong>schappelijke rang<strong>en</strong>, in het bijzonder onder<br />

hooglerar<strong>en</strong>.<br />

Om de interesse voor het werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap te vergrot<strong>en</strong>, heeft de minister van Onderwijs, Cultuur <strong>en</strong><br />

Wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> (OC<strong>en</strong>W) Stichting Wet<strong>en</strong> verzocht om project<strong>en</strong> te ontwikkel<strong>en</strong> voor <strong>scholier<strong>en</strong></strong> in de eindfase van het<br />

vwo. Om na te gaan of <strong>en</strong> onder welke voorwaard<strong>en</strong> de belangstelling voor de wet<strong>en</strong>schap bij deze groep kan word<strong>en</strong><br />

aangewakkerd, heeft Stichting Wet<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de proefproject<strong>en</strong> geïnitieerd <strong>en</strong> gestimuleerd. Tev<strong>en</strong>s zijn verschill<strong>en</strong>de<br />

onderzoek<strong>en</strong> uitgevoerd om meer inzicht te krijg<strong>en</strong> in het keuzeproces van deze jonger<strong>en</strong>. Ook is gekek<strong>en</strong> naar<br />

ervaring<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land met project<strong>en</strong> die betrekking hebb<strong>en</strong> op de beeldvorming <strong>over</strong> het werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap.<br />

De opdracht van de minister van OC<strong>en</strong>W richt zich specifiek op 16 tot 18-jarig<strong>en</strong> in het vwo die aan de vooravond<br />

van hun studiekeuze staan. Dit is onteg<strong>en</strong>zeggelijk e<strong>en</strong> belangrijk keuzemom<strong>en</strong>t op de weg naar e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

loopbaan, maar het is zeker niet het <strong>en</strong>ige op de weg van kleuterschool naar professoraat. Die weg is lang <strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>t vele obstakels, kuil<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijpad<strong>en</strong> <strong>en</strong> elke kruising k<strong>en</strong>t keuzemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Blijft de leerling/stud<strong>en</strong>t/aio in de race<br />

voor e<strong>en</strong> carrière in de wet<strong>en</strong>schap of kiest hij voor e<strong>en</strong> onderwijsprofiel dat e<strong>en</strong> loopbaan in de wet<strong>en</strong>schap afsluit,<br />

of voor e<strong>en</strong> carrière in het bedrijfslev<strong>en</strong>? Wij prober<strong>en</strong> de belangrijkste keuzemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op de weg naar het<br />

wet<strong>en</strong>schappelijke beroep in kaart te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> adviser<strong>en</strong> welke interv<strong>en</strong>ties van belang zijn om e<strong>en</strong> persoon in staat<br />

te stell<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goede keuze te mak<strong>en</strong>.<br />

Focus op bèta <strong>en</strong> techniek<br />

De ontwikkeling van de tekort<strong>en</strong> aan wet<strong>en</strong>schappelijk tal<strong>en</strong>t is in kaart gebracht door e<strong>en</strong> commissie onder voorzitterschap<br />

van mevrouw dr. B.E. van Vucht Tijss<strong>en</strong>. In juni 2000 becijfert de commissie in haar rapport Tal<strong>en</strong>t voor<br />

de Toekomst. Toekomst voor Tal<strong>en</strong>t (Vucht Tijss<strong>en</strong>, 2000) dat met name in de hogere rang<strong>en</strong> structurele tekort<strong>en</strong><br />

ontstaan doordat de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> relatief veel wet<strong>en</strong>schappers met p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong> gaan. De tekort<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zich <strong>over</strong><br />

de gehele linie van het academisch onderzoek voor <strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> zich in de alfa- <strong>en</strong> gammadisciplines nog scherper voor<br />

te do<strong>en</strong> dan in de bètarichting<strong>en</strong>. Getalsmatig zijn de tekort<strong>en</strong> echter het grootst in de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong><br />

technische vakgebied<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> daar het leeuw<strong>en</strong>deel van het onderzoek wordt uitgevoerd. Dat geldt zowel voor<br />

de universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere door de <strong>over</strong>heid gefinancierde onderzoeksinstitut<strong>en</strong> als voor het bedrijfslev<strong>en</strong>.<br />

Dat betek<strong>en</strong>t dat binn<strong>en</strong> studierichting<strong>en</strong> als scheikunde <strong>en</strong> elektrotechniek e<strong>en</strong> veel groter perc<strong>en</strong>tage van de<br />

stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het onderzoek terechtkomt dan gebruikelijk is voor studierichting<strong>en</strong> als recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>is.<br />

In het bedrijfslev<strong>en</strong> heerst ook veel zorg <strong>over</strong> de instroom in bèta <strong>en</strong> techniek. Daarbij gaat het niet alle<strong>en</strong> om de<br />

instroom in het onderzoeksysteem, maar om alle beroep<strong>en</strong> waarvoor vaardighed<strong>en</strong> nodig zijn die met name word<strong>en</strong><br />

aangeleerd via opleiding<strong>en</strong> in bèta <strong>en</strong> techniek. Vaak lat<strong>en</strong> R&D-int<strong>en</strong>sieve bedrijv<strong>en</strong> veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> doorstrom<strong>en</strong><br />

van onderzoek <strong>en</strong> ontwikkeling naar productie <strong>en</strong> marketing. Ook waar het gaat om personeel dat buit<strong>en</strong> het directe<br />

onderzoek werkzaam is, speelt het onderzoeksysteem e<strong>en</strong> belangrijke rol. Ze word<strong>en</strong> immers aangetrokk<strong>en</strong> vanwege<br />

de specifieke vaardighed<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> getraind bij opleiding<strong>en</strong> in het domein van bèta <strong>en</strong> techniek.<br />

Onderzoek vormt e<strong>en</strong> belangrijk onderdeel van die opleiding<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>t dat in feite alle werkgevers die<br />

-18 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

specifiek m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werv<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> opleiding in bèta <strong>en</strong> techniek, baat hebb<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> kwalitatief <strong>en</strong> kwantitatief goed<br />

ontwikkeld universitair onderzoeksysteem. Er zijn dus onder andere doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> nodig die goed zijn in het onderzoek<br />

<strong>en</strong> die in staat zijn die vaardighed<strong>en</strong> op stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>over</strong> te drag<strong>en</strong>. De zorg van de commissie Van Vucht Tijss<strong>en</strong> <strong>over</strong><br />

de kwaliteit van toekomstige hooglerar<strong>en</strong>, is derhalve e<strong>en</strong> zorg die het bedrijfslev<strong>en</strong> direct raakt. Anders gezegd, zij<br />

zijn ook gebaat bij e<strong>en</strong> goed begaanbare weg van peuter tot professor. Zoals gezegd gaat het hierbij met name ook<br />

om de traditioneel sterk op het onderzoek gerichte vakgebied<strong>en</strong>. Daarom richt Stichting Wet<strong>en</strong> zich wat de instroom<br />

betreft vooral op academische studies in bèta <strong>en</strong> techniek.<br />

Primair onderwijs<br />

Al lang voordat m<strong>en</strong> voor de eerste studie- <strong>en</strong> beroepskeuze staat, heeft m<strong>en</strong> al veel geleerd <strong>en</strong> meegemaakt dat<br />

van invloed is op die keuze. Leerling<strong>en</strong> op de basisschool hebb<strong>en</strong> bijvoorbeeld in hun omgeving beroep<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong><br />

waarvoor ze affiniteit of aversie hebb<strong>en</strong> ontwikkeld. Volg<strong>en</strong>s vel<strong>en</strong> wordt daarom al in het primair onderwijs de eerste<br />

kiem gelegd voor interesse in beroepsgebied<strong>en</strong>. Tot hun ti<strong>en</strong>de lev<strong>en</strong>sjaar verzamel<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> informatie <strong>en</strong><br />

houd<strong>en</strong> ze in feite alle opties op<strong>en</strong>. Daarna beginn<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> met het uitsluit<strong>en</strong> van keuzes, studies <strong>en</strong> beroep<strong>en</strong>.<br />

Zij do<strong>en</strong> dat via twee strategieën (SMO, 2002). De eerste is het opinieleiderschap, e<strong>en</strong> kind ziet iemand in zijn omgeving<br />

e<strong>en</strong> beroep uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> baseert zijn beroepsbeeld daarop. Daarnaast gaan kinder<strong>en</strong> zelf op zoek naar informatie<br />

<strong>over</strong> beroep<strong>en</strong>. Ze mak<strong>en</strong> keuzes op basis van de al dan niet objectieve informatie die ze tot dan toe hebb<strong>en</strong><br />

verzameld. Jonger<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> meestal niet terug op e<strong>en</strong> keuze die ze hebb<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong>. De strategie dat kinder<strong>en</strong><br />

eerst keuzes uitsluit<strong>en</strong> voor ze <strong>over</strong>gaan tot het mak<strong>en</strong> van bewuste keuzes, noem<strong>en</strong> we het trechtermodel. Vanuit<br />

e<strong>en</strong> brede pool met mogelijkhed<strong>en</strong> wordt steeds verder gefocust. Slechts e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele leerling weet al heel jong ‘wat<br />

hij/zij later wil word<strong>en</strong>’, het <strong>over</strong>grote deel kiest volg<strong>en</strong>s het trechtermodel. Onderzoek uit de voorlichtingskunde laat<br />

zi<strong>en</strong> dat het aanbied<strong>en</strong> van informatie alle<strong>en</strong> tot gedragsverandering kan leid<strong>en</strong> wanneer individu<strong>en</strong> nog ge<strong>en</strong><br />

standaardgedrag verton<strong>en</strong> (Meijer <strong>en</strong> Reuling, 2001). Het is dus van het grootste belang om kinder<strong>en</strong> reeds op jonge<br />

leeftijd op e<strong>en</strong> prettige manier met wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek k<strong>en</strong>nis te lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> om te voorkom<strong>en</strong> dat ze e<strong>en</strong><br />

carrière in de wet<strong>en</strong>schap bij voorbaat verwerp<strong>en</strong>.<br />

Figuur 2 - Het trechtermodel<br />

Leeftijd<br />

Informatie<br />

verzameling<br />

Uitsluit<strong>en</strong><br />

van keuzes<br />

Beroepskeuze<br />

0 5 10 15 20 25 30 35<br />

Profiel / Studie<br />

Tot het ti<strong>en</strong>de lev<strong>en</strong>sjaar verzamel<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> voornamelijk<br />

informatie. Daarna strep<strong>en</strong> ze, tot ze 15-16 jaar<br />

oud zijn, keuzes af. Vanaf dat mom<strong>en</strong>t mak<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

hoofdzakelijk positieve keuzes.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -19 -


Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> brancheorganisaties, universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderzoeksinstitut<strong>en</strong>, maar ook Sci<strong>en</strong>ce C<strong>en</strong>tra, ontdekplekk<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> vele andere organisaties die zich bezighoud<strong>en</strong> met wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek ontplooi<strong>en</strong> daarom activiteit<strong>en</strong> voor<br />

leerling<strong>en</strong> in het basisonderwijs. De meeste van deze activiteit<strong>en</strong> zijn gericht op e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e imag<strong>over</strong>betering.<br />

Het gaat hierbij voor e<strong>en</strong> belangrijk deel om buit<strong>en</strong>schoolse activiteit<strong>en</strong>, zoals de jaarlijkse Wet<strong>en</strong>Week die vooral<br />

wordt bezocht door kinder<strong>en</strong> in de basisschoolleeftijd <strong>en</strong> hun (groot)ouders. E<strong>en</strong> tweede soort interv<strong>en</strong>tie is het plan<br />

‘Verbreding Techniek Basisonderwijs’ (Geurts, 2001). Op basis van e<strong>en</strong> aantal succesvolle initiatiev<strong>en</strong> in het primair<br />

onderwijs heeft Stichting Axis dit plan in 2000 ontwikkeld. Het plan probeert techniek stevig te veranker<strong>en</strong> in het<br />

onderwijsprogramma. Niet door het als extra innovatiedoelstelling te implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>, maar door e<strong>en</strong> aantrekkelijk<br />

beeld van techniek te integrer<strong>en</strong> in de kerndoel<strong>en</strong> van het onderwijs.<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t 1 - Primair onderwijs<br />

K<strong>en</strong>merk leerling Leerling sluit uit wat hij/zij niet wil.<br />

Doel interv<strong>en</strong>tie Voorkom<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> leerling wet<strong>en</strong>schap bij voorbaat uitsluit.<br />

K<strong>en</strong>merk activiteit Algem<strong>en</strong>e beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek,<br />

imag<strong>over</strong>betering.<br />

Voortgezet onderwijs, onderbouw<br />

Aan het eind van het primair onderwijs staat e<strong>en</strong> leerling voor de eerste keuze op weg naar e<strong>en</strong> beroep: de keuze voor<br />

e<strong>en</strong> type vervolgonderwijs. Teg<strong>en</strong>woordig is het welhaast vanzelfsprek<strong>en</strong>d dat de leerling naar het hoogst haalbare<br />

niveau van vervolgonderwijs gaat (De Gier, Evers, De Jong <strong>en</strong> Sterckx, 2001). Ongeveer 17% van de leerling<strong>en</strong> uit het<br />

basisonderwijs kiest op grond van capaciteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> motivatie voor het vwo (CBS, 1998/’99).<br />

In het derde jaar van het voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs staan leerling<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> belangrijk keuzemom<strong>en</strong>t:<br />

de profielkeuze. De profielkeuze is in de meeste gevall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bewuste <strong>en</strong> positieve keuze die leerling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> op weg<br />

naar hun definitieve beroepskeuze. Sinds 1998/1999 kiez<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> in de vernieuwde Tweede Fase van havo <strong>en</strong> vwo<br />

niet langer voor vakk<strong>en</strong>pakkett<strong>en</strong>, maar voor profiel<strong>en</strong>. Tabel 1 laat zi<strong>en</strong> hoe de leerling<strong>en</strong> <strong>over</strong> de profiel<strong>en</strong> zijn verdeeld<br />

(CBS, Stratline).<br />

Tabel 1 - Verdeling vwo leerling<strong>en</strong> in 6e leerjaar, 2000 - 2001<br />

Verdeling VWO leerling<strong>en</strong> naar profiel %<br />

Natuur <strong>en</strong> Techniek (N&T) 17%<br />

Natuur <strong>en</strong> Gezondheid (N&G) 26%<br />

Twee natuurprofiel<strong>en</strong> N&T <strong>en</strong> N&G 2%<br />

Economie & Maatschappij (E&M) 34%<br />

Cultuur & Maatschappij (C&M) 20%<br />

Twee maatschappijprofiel<strong>en</strong> E&M <strong>en</strong> C&M 2%<br />

-20 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

In totaal kiest minder dan de helft van de vwo-leerling<strong>en</strong> (45%) voor e<strong>en</strong> natuurprofiel. Voor de invoering van de Tweede<br />

Fase koos meer dan de helft van de leerling<strong>en</strong> (52%) voor e<strong>en</strong> vakk<strong>en</strong>pakket dat vergelijkbaar is met de huidige natuurprofiel<strong>en</strong><br />

(Hermanuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> Joukes, 2002). Binn<strong>en</strong> de natuurprofiel<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> nu nog maar vier van de ti<strong>en</strong> (42%) voor het<br />

N&T-profiel, terwijl voor de invoering van de Tweede Fase bijna acht van de ti<strong>en</strong> (78%) van deze groep e<strong>en</strong> vakk<strong>en</strong>pakket<br />

hadd<strong>en</strong> dat vergelijkbaar is met het huidige N&T-profiel. Als gevolg van de invoering van de Tweede Fase is het<br />

perc<strong>en</strong>tage leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> N&T-vakk<strong>en</strong>pakket gehalveerd.<br />

Voor e<strong>en</strong> hoge instroom in natuurwet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> technische studies is e<strong>en</strong> grote instroom in het N&T-profiel van<br />

belang. Van deze leerling<strong>en</strong> kiest de meerderheid (53%) voor e<strong>en</strong> universitaire opleiding op het gebied van natuur <strong>en</strong><br />

techniek. Tell<strong>en</strong> we het hbo ook mee, dan kiest tweederde (68%) van de N&T-<strong>scholier<strong>en</strong></strong> voor e<strong>en</strong> bèta/techniek<br />

opleiding in het hoger onderwijs. Van de leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> N&G-profiel kiest slechts e<strong>en</strong> op de vijf (20%) voor e<strong>en</strong><br />

bèta/techniek vervolg. Opmerkelijk is dat e<strong>en</strong> op de zes leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> E&M-profiel ook met e<strong>en</strong> bèta/techniek<br />

opleiding in het hoger onderwijs verder gaat (SEO, 2000 & Warps <strong>en</strong> Wouters<strong>en</strong>, 2001).<br />

E<strong>en</strong> aantal instelling<strong>en</strong> richt zich daarom met onderwijsactiviteit<strong>en</strong> op de onderbouw van het voortgezet onderwijs.<br />

In deze fase van hun lev<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> definitieve richting in hun loopbaan zo lang mogelijk uit te<br />

stell<strong>en</strong> (SMO, 2002). De profielkeuze zi<strong>en</strong> zij als e<strong>en</strong> noodzakelijk kwaad. Omdat het N&G-profiel e<strong>en</strong> bredere keuze<br />

aan vervolgmogelijkhed<strong>en</strong> oplevert dan het N&T-profiel, kiez<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s het trechtermodel sneller voor<br />

Natuur & Gezondheid dan voor Natuur & Techniek. Dat heeft echter tot gevolg dat deze leerling<strong>en</strong> de weg naar<br />

monodisciplinaire, ‘harde’ bètastudies afsluit<strong>en</strong>. De profielkeuze wordt verder voor e<strong>en</strong> groot deel gemaakt op basis<br />

van interesse, prestatie of te verwacht<strong>en</strong> prestatie (Van d<strong>en</strong> Dool <strong>en</strong> Geurts, 2000). Het toekomstperspectief dat e<strong>en</strong><br />

profiel biedt, speelt minder e<strong>en</strong> rol (Studiekeuzemonitor 2001).<br />

Activiteit<strong>en</strong> die zich richt<strong>en</strong> op de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn er bij gebaat dat leerling<strong>en</strong><br />

bèta/techniek niet op voorhand afwijz<strong>en</strong>. Vaak zijn de project<strong>en</strong> dan ook niet heel specifiek, <strong>en</strong> vooral gericht op<br />

het <strong>over</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> beeld van de sector <strong>en</strong> het verbeter<strong>en</strong> van het imago. Het KIVI <strong>en</strong> NIRIA, de<br />

ing<strong>en</strong>ieursver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> in Nederland kiez<strong>en</strong> bewust voor activiteit<strong>en</strong> die zich richt<strong>en</strong> op leerling<strong>en</strong> in de<br />

onderbouw. Het rec<strong>en</strong>t ontwikkelde <strong>en</strong> door Axis <strong>en</strong> Stichting Wet<strong>en</strong> begeleide initiatief van vijf grote bedrijv<strong>en</strong>,<br />

onderwijsinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>over</strong>hed<strong>en</strong>, Jet-Net, probeert leerling<strong>en</strong> in de onder- <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>bouw te interesser<strong>en</strong> voor<br />

bèta <strong>en</strong> techniek. Wat de activiteit<strong>en</strong> die op de onderbouw zijn gericht betreft is het doel e<strong>en</strong> grotere doorstroom<br />

naar de beide natuurprofiel<strong>en</strong>.<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t 2 - Voortgezet onderwijs, profielkeuze<br />

K<strong>en</strong>merk leerling Leerling sluit uit wat hij/zij niet wil, houdt het liefst alle opties op<strong>en</strong>,<br />

maakt profielkeuze op basis van prestatie.<br />

Doel interv<strong>en</strong>tie Voorkom<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> leerling bèta/techniek bij voorbaat afwijst.<br />

K<strong>en</strong>merk activiteit Algem<strong>en</strong>e beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek,<br />

imag<strong>over</strong>betering.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -21 -


Voortgezet onderwijs, bov<strong>en</strong>bouw<br />

In de bov<strong>en</strong>bouw van het vwo, als leerling<strong>en</strong> hun profielkeuze e<strong>en</strong>maal hebb<strong>en</strong> gemaakt, komt al snel de studiekeuze<br />

in zicht. Jonger<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> hun keuze voor e<strong>en</strong> vervolgopleiding voornamelijk op basis van hun inhoudelijke<br />

interesse. Omdat interesse sterk is gerelateerd aan vaardighed<strong>en</strong> scoort ook het b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van capaciteit<strong>en</strong> hoog als<br />

motivatie voor studiekeuze (Warps <strong>en</strong> Wouters<strong>en</strong>, 2001). Jonger<strong>en</strong> realiser<strong>en</strong> zich dat de studiekeuze e<strong>en</strong> richtinggev<strong>en</strong>de<br />

keuze is. Toch kiez<strong>en</strong> ze, ook in deze fase, bij voorkeur voor e<strong>en</strong> brede studie die al hun beroepsopties zo<br />

lang mogelijk op<strong>en</strong> houdt (Golder, 1999). Ook omdat de relatie tuss<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> opleiding <strong>en</strong> de toekomstige<br />

beroepsuitoef<strong>en</strong>ing steeds minder concreet wordt (Van d<strong>en</strong> Dool <strong>en</strong> Geurts, 2000). Studies vorm<strong>en</strong> steeds minder<br />

e<strong>en</strong> voorbereiding op specifieke beroep<strong>en</strong>, maar bied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> fundam<strong>en</strong>t voor e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sloop op basis van compet<strong>en</strong>ties<br />

in e<strong>en</strong> arbeidsmarkt die bestaat uit relatief vaag geformuleerde functiegebied<strong>en</strong> (Van d<strong>en</strong> Dool <strong>en</strong> Geurts,<br />

2000; Meijers <strong>en</strong> Weijers, 1997). Het is voor leerling<strong>en</strong> moeilijk om vast te stell<strong>en</strong> ‘wat zij met e<strong>en</strong> studie kunn<strong>en</strong>’.<br />

Zij duid<strong>en</strong> hun motivatie om te gaan studer<strong>en</strong> in de Studie keuze monitor van 2000 (SEO, 2000) dan ook aan als e<strong>en</strong><br />

mogelijkheid om zich verder te ontwikkel<strong>en</strong>. De beroepsmogelijkhed<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> studie hun biedt hebb<strong>en</strong> minder<br />

invloed op de studiekeuze van jonger<strong>en</strong> dan hun interesse. Overig<strong>en</strong>s zijn de gepercipieerde beroepsmogelijkhed<strong>en</strong><br />

die techniek <strong>en</strong> natuuropleiding<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> belangrijke red<strong>en</strong> om juist niet voor deze studies te kiez<strong>en</strong>. De<br />

monodisciplinaire indruk die jonger<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> van bèta- <strong>en</strong> techniekstudies maakt deze studies minder aantrekkelijk.<br />

Leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> het gevoel dat ze in e<strong>en</strong> fuik lop<strong>en</strong> wanneer ze kiez<strong>en</strong> voor theoretische studies in bèta<br />

of techniek (vaak monodisciplinair <strong>en</strong> mathematisch). Illustratief is de sterk gegroeide instroom in de meer<br />

praktijkgerichte (multidisciplinaire) bètastudies in de jar<strong>en</strong> tachtig (Snijders, 1999). Veel activiteit<strong>en</strong> om de studiekeuze<br />

te beïnvloed<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> vooral het veelzijdige <strong>en</strong> praktijkgerichte perspectief van bèta- <strong>en</strong> techniekstudies.<br />

Het project Techniek 15+ van Axis is er bijvoorbeeld op gericht techniek in te bedd<strong>en</strong> in de Tweede Fase van<br />

het voortgezet onderwijs. Het project werkt met concrete ontwerpmodules die de leerling dwing<strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />

technisch probleem op te loss<strong>en</strong>.<br />

Daarnaast richt<strong>en</strong> veel activiteit<strong>en</strong> zich op e<strong>en</strong> verbeterde aansluiting van het voortgezet onderwijs op het wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

onderwijs. De universiteit<strong>en</strong> (aansluiting vwo-wo) <strong>en</strong> hbo’s (aansluiting havo-hbo) bied<strong>en</strong> deze aansluitingsprogramma’s<br />

aan. Voor leerling<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> niet-technische studie ambiër<strong>en</strong>, of al hebb<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> goede<br />

aansluiting tuss<strong>en</strong> hun vooropleiding <strong>en</strong> vervolgopleiding echter zeld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> technische of natuurstudie<br />

opnieuw te <strong>over</strong>weg<strong>en</strong> (SEO, 2000). Dat neemt niet weg dat dergelijke activiteit<strong>en</strong> voor de al geïnteresseerde<br />

leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> laatste duwtje in de rug kunn<strong>en</strong> zijn.<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t 3 - Voortgezet onderwijs, studiekeuze<br />

K<strong>en</strong>merk leerling Leerling maakt positieve keuzes, maar houdt het liefst zo veel<br />

mogelijk beroepsopties op<strong>en</strong>, maakt studiekeuze op basis van<br />

aanleg <strong>en</strong> interesse, toekomstperspectief speelt e<strong>en</strong> minder grote rol.<br />

Doel interv<strong>en</strong>tie Bewerkstellig<strong>en</strong> dat de leerling kiest voor e<strong>en</strong> technische of<br />

natuurstudie.<br />

K<strong>en</strong>merk activiteit Specifieke beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek, gericht op<br />

maatschappelijke relevantie/ toepassing, ontkracht<strong>en</strong> monodisciplinair<br />

karakter.<br />

-22 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Intermezzo<br />

Het milieu waarin leerling<strong>en</strong> opgroei<strong>en</strong> lijkt op hun keuzes van invloed te zijn. Volg<strong>en</strong>s socioloog Dronkers kiez<strong>en</strong><br />

kinder<strong>en</strong> met veel cultureel ouderlijk kapitaal minder voor exacte studies dan kinder<strong>en</strong> uit lagere milieus (Dronkers, 2002).<br />

Ook de achtergrond van de ouders beïnvloedt de keuzes van vwo-leerling<strong>en</strong>. Allochtone leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> met<br />

ouders die alle<strong>en</strong> lager onderwijs hebb<strong>en</strong> gehad, kiez<strong>en</strong> naar verhouding vaak het N&T-profiel; het aandeel leerling<strong>en</strong> uit<br />

deze milieus in het N&T-profiel is bijna tweemaal zo hoog als in andere profiel<strong>en</strong> (Berkhout <strong>en</strong> Van Leeuw<strong>en</strong>, 2000).<br />

Wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs<br />

In 2001 startte 64% van de vwo-geslaagd<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> universitaire studie terwijl 19% koos voor e<strong>en</strong> hbo-opleiding (CBS,<br />

Stratline). E<strong>en</strong> kwart van de geslaagd<strong>en</strong> kiest voor e<strong>en</strong> opleiding in bèta <strong>en</strong> techniek. De veel gehoorde stelling dat de<br />

totale belangstelling voor deze opleiding<strong>en</strong> afneemt, is in 1999 met klem teg<strong>en</strong>gesprok<strong>en</strong> door de AWT (AWT, 1999). Daar<br />

waar sprake is van absolute of relatieve achteruitgang, zijn die het gevolg van demografische ontwikkeling<strong>en</strong> (in de jar<strong>en</strong><br />

neg<strong>en</strong>tig daalde het aantal 18-jarig<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> kwart) <strong>en</strong> van de hogere instroom van vrouw<strong>en</strong>. Twee op de vijf mann<strong>en</strong><br />

(41%) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> op de zes vrouw<strong>en</strong> (16%) kiez<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> opleiding in bèta <strong>en</strong> techniek (inclusief landbouw). Deze<br />

perc<strong>en</strong>tages zijn in de laatste dec<strong>en</strong>nia constant geblev<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> het bèta <strong>en</strong> techniekdomein zijn ev<strong>en</strong>wel grote<br />

verschuiving<strong>en</strong> opgetred<strong>en</strong>. ICT-gerelateerde <strong>en</strong> multidisciplinaire bètastudies zijn in de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> sterk gegroeid.<br />

De keerzijde van deze groei is dat er ook studies zijn die kamp<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>de instroom. Gerek<strong>en</strong>d <strong>over</strong> e<strong>en</strong><br />

periode van dertig jaar is er één opvall<strong>en</strong>de daling te constater<strong>en</strong>: de instroom in de opleiding<strong>en</strong> wis-, natuur- <strong>en</strong><br />

scheikunde (klassieke bètastudies) aan de algem<strong>en</strong>e universiteit<strong>en</strong> is de afgelop<strong>en</strong> twintig jaar gehalveerd. Deze daling is<br />

opvall<strong>en</strong>d lineair, zoals figuur 3 laat zi<strong>en</strong>. Als de tr<strong>en</strong>d zich doorzet, zull<strong>en</strong> deze disciplines het <strong>over</strong> twee dec<strong>en</strong>nia<br />

zonder eerstejaars moet<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. Vaak wordt dit aangeduid als e<strong>en</strong> verschuiving van ‘hard’ naar ‘zacht’. De etikett<strong>en</strong><br />

‘klassiek’ <strong>en</strong> ‘modern’ hebb<strong>en</strong> echter e<strong>en</strong> positievere klank. Bij de keuze van e<strong>en</strong> universitaire studie blijk<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> betrekkelijk kleine bandbreedte te kiez<strong>en</strong> (Warps <strong>en</strong> Wouters<strong>en</strong>, 2001). Dat betek<strong>en</strong>t dat nieuwe opleiding<strong>en</strong> voor het<br />

grootste gedeelte concurrer<strong>en</strong> met aanpal<strong>en</strong>de bestaande opleiding<strong>en</strong> (te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> valt aan de opkomst van informatica<br />

t<strong>en</strong> koste van wis- <strong>en</strong> natuurkunde, de groei van lucht- <strong>en</strong> ruimtevaart t<strong>en</strong> koste van elektrotechniek <strong>en</strong><br />

werktuigbouwkunde <strong>en</strong> moleculaire wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> t<strong>en</strong> koste van scheikunde).<br />

Deze ontwikkeling geeft aanleiding tot zorg aangezi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot gedeelte van de totale natuurwet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong><br />

technische vakgebied<strong>en</strong> (mono- én multidisciplinair) op deze klassieke disciplines is gebaseerd. Ook bezi<strong>en</strong> vanuit de<br />

vraagstelling van de minister van OC<strong>en</strong>W is deze ontwikkeling relevant omdat met name de natuur- <strong>en</strong> scheikunde zeer<br />

onderzoeksint<strong>en</strong>sieve vakgebied<strong>en</strong> zijn. Om de huidige onderzoekscapaciteit bij universitaire onderzoeksinstelling<strong>en</strong><br />

in stand te houd<strong>en</strong>, is het nodig dat e<strong>en</strong> steeds groter aandeel van de afgestudeerd<strong>en</strong> kiest voor e<strong>en</strong> carrière in de<br />

universitaire wet<strong>en</strong>schap. Maar ook de industrie heeft behoefte aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die in de klassieke bèta <strong>en</strong> techniekopleiding<strong>en</strong><br />

zijn getraind. Veel activiteit<strong>en</strong> voor <strong>scholier<strong>en</strong></strong> in het voortgezet onderwijs richt<strong>en</strong> zich dan ook op e<strong>en</strong> verhoogde instroom<br />

in de klassieke bèta- <strong>en</strong> techniekstudies.<br />

Figuur 3 - Eerstejaars stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> klassieke exacte disciplines<br />

20<br />

16<br />

12<br />

8<br />

4<br />

Tr<strong>en</strong>dline<br />

(% van aantal bèta-eerstejaars)<br />

0<br />

1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010 2020 2025<br />

Extrapolatie van de instroom vanuit het vwo in de<br />

universitaire studies wiskunde, natuurkunde <strong>en</strong><br />

scheikunde (de klassieke bètastudies) aan de<br />

algem<strong>en</strong>e universiteit<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -23 -


In 2001 is ook de totale instroom naar bèta <strong>en</strong> techniek in het universitaire domein voor het eerst sinds dertig<br />

jaar gedaald. 37% van de jong<strong>en</strong>s (was 41%) <strong>en</strong> 13 % van de meisjes (was 16%) afkomstig uit het vwo koos voor<br />

e<strong>en</strong> bèta/technische vervolgopleiding (AWT, 1999). Het is te vroeg om op basis van e<strong>en</strong> jaar te sprek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

tr<strong>en</strong>dbreuk, maar het is op zijn minst opvall<strong>en</strong>d dat deze daling sam<strong>en</strong>valt met de stelselherzi<strong>en</strong>ing in het vwo.<br />

De daling sluit aan bij de eerder opgemerkte verandering<strong>en</strong> in de profielkeuze in het voortgezet onderwijs.<br />

E<strong>en</strong> hoge instroom in bèta <strong>en</strong> technische studies is voor de arbeidsmarkt van belang omdat daarmee ook e<strong>en</strong><br />

grotere uitstroom wordt gerealiseerd. Uitstroom wordt echter niet alle<strong>en</strong> bepaald door instroom, maar ook door<br />

voortijdige uitval. Uit e<strong>en</strong> onderzoek van de Stichting Economisch Onderzoek blijkt dat ongeveer de helft van de<br />

technici <strong>en</strong> ruim 60% 1 van de natuurstud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> daadwerkelijk afstudeert. Pas als hun afstuder<strong>en</strong> nadert, of zelfs al achter<br />

de rug is, beginn<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>over</strong> de volg<strong>en</strong>de fase in hun carrière (De Gier et al., 2001).<br />

Niet iedere<strong>en</strong> die afstudeert gaat uiteindelijk werk<strong>en</strong> in de sector waarop zijn opleiding is gericht. E<strong>en</strong> deel van de<br />

afstudeerders blijft werkloos of werkzoek<strong>en</strong>d, e<strong>en</strong> ander deel wordt werkzaam in e<strong>en</strong> andere sector. Van de<br />

afgestudeerd<strong>en</strong> in technische studies aan e<strong>en</strong> universiteit kiest bijna 70% wel voor e<strong>en</strong> technische functie (Mulder <strong>en</strong><br />

Hofman, 2002). SEO <strong>en</strong> Elsevier hebb<strong>en</strong> in het onderzoek Studie <strong>en</strong> werk 2000 (Berkhout, De Winter <strong>en</strong> Zijl, 2000) aan<br />

wo-afgestudeerd<strong>en</strong> gevraagd wat voor h<strong>en</strong> de belangrijkste red<strong>en</strong> is om e<strong>en</strong> baan te accepter<strong>en</strong>. Het blijkt voor<br />

stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van groot belang om affiniteit te hebb<strong>en</strong> met hetge<strong>en</strong> ze producer<strong>en</strong>. Ook gevarieerd werk <strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed<br />

carrièreperspectief vind<strong>en</strong> zij belangrijk. Het feit dat wordt gesprok<strong>en</strong> in term<strong>en</strong> van ‘product’ <strong>en</strong> ’producer<strong>en</strong>’ sluit aan<br />

bij de constatering dat binn<strong>en</strong> de HOOP-gebied<strong>en</strong> 2 e<strong>en</strong> verschuiving plaatsvindt van theoretische, monodisciplinaire<br />

studies, naar praktische, multidisciplinaire studies, met e<strong>en</strong> traditioneel mindere onderzoekstraditie (AWT, 1999).<br />

De meeste voorlichtingsactiviteit<strong>en</strong> voor stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn gericht op werving (Kho <strong>en</strong> Vermeul<strong>en</strong>, 2002). Het betreft<br />

vaak bedrijv<strong>en</strong> die in stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële werknemers zi<strong>en</strong>. Deze bedrijv<strong>en</strong> pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> zich bijvoorbeeld op<br />

carrièrebeurz<strong>en</strong>, waar ze algem<strong>en</strong>e informatie verstrekk<strong>en</strong>, of ze bied<strong>en</strong> stages of bedrijfsbezoek<strong>en</strong> aan.<br />

De activiteit<strong>en</strong> zijn sterk gericht op het <strong>over</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> beroepsbeeld op stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Bedrijv<strong>en</strong> zijn daarbij<br />

gebaat omdat ze geschikte stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> will<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>hal<strong>en</strong> als werknemers.<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t 4 - Wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs, beroepskeuze<br />

K<strong>en</strong>merk leerling Stud<strong>en</strong>t maakt positieve keuzes aan het eind van zijn studie, maakt<br />

studiekeuze op basis van interesse voor het product, variatie in<br />

werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> carrièreperspectief.<br />

Doel interv<strong>en</strong>tie Bewerkstellig<strong>en</strong> dat de leerling kiest voor e<strong>en</strong> baan in technische of<br />

wet<strong>en</strong>schappelijke richting.<br />

K<strong>en</strong>merk activiteit Specifieke beroepsbeeldvorming.<br />

1 De g<strong>en</strong>oemde cijfers zijn indicaties. Het SEO baseert zich in de Axis publicatie Wie kiez<strong>en</strong> voor techniek? op cijfers van de VSNU, OC<strong>en</strong>W,<br />

SKM’99 <strong>en</strong> e<strong>en</strong> drietal onderzoek<strong>en</strong>.<br />

2 Indeling van studies in acht gebied<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s het Hoger Onderwijs <strong>en</strong> Onderzoek Plan: Economie, Landbouw, Natuur, Techniek, Recht,<br />

Taal & Cultuur, Gedrag & Maatschappij, Gezondheid.<br />

-24 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Van aio tot postdoc<br />

Ongeveer 10% van het totale aantal afgestudeerd<strong>en</strong> is anderhalf jaar na het afstuder<strong>en</strong> werkzaam als assist<strong>en</strong>t in<br />

opleiding (aio). In de technieksector is dat 20% <strong>en</strong> in de natuurwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> 40% (Berkhout, De Winter <strong>en</strong> Zijl, 2000;<br />

Vucht Tijss<strong>en</strong>, 2000). Van de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Recht, Economie <strong>en</strong> Gedrag & Maatschappij vervolgt e<strong>en</strong> welhaast verwaarloosbare<br />

minderheid (circa 2%) de studie als aio. Binn<strong>en</strong> deze gebied<strong>en</strong> vindt relatief weinig onderzoek plaats <strong>en</strong> daarom zijn<br />

er kwantitatief weinig onderzoekers nodig. Dit ligt anders in de bèta-HOOP-gebied<strong>en</strong>. Omdat er veel onderzoekers nodig<br />

zijn, is het van belang dat perc<strong>en</strong>tueel gezi<strong>en</strong> veel afstudeerders kiez<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> carrière in de wet<strong>en</strong>schap. De<br />

veronderstelde terugloop in instroom in bètastudies heeft dan ook grote gevolg<strong>en</strong> voor de doorstroom naar wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

beroep<strong>en</strong>. Als nu de helft van de afgestudeerd<strong>en</strong> in de natuur- <strong>en</strong> scheikunde aio wordt, dan zull<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong><br />

verdere daling van de instroom <strong>over</strong> vijf of ti<strong>en</strong> jaar alle afgestudeerd<strong>en</strong> nodig zijn om de vacatures te kunn<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>.<br />

Bezi<strong>en</strong> vanuit de opdracht van de minister – e<strong>en</strong> verhoogde instroom in wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> – is de keuze om<br />

wel of ge<strong>en</strong> aio te word<strong>en</strong> zeer ess<strong>en</strong>tieel. De feitelijke keuze voor e<strong>en</strong> aio-schap wordt door de <strong>over</strong>grote meerderheid<br />

vlak voor het afstuder<strong>en</strong> gemaakt (De Gier et al., 2001). Aio’s zijn in de eerste plaats gefascineerd door hun vakgebied.<br />

Ook idealistische motiev<strong>en</strong> zijn belangrijk: promov<strong>en</strong>di zi<strong>en</strong> de wet<strong>en</strong>schap als middel om zak<strong>en</strong> te verander<strong>en</strong>, te<br />

verbeter<strong>en</strong> of bij te drag<strong>en</strong> aan het maatschappelijk nut. Het intellectuele debat <strong>en</strong> de vrijheid waarin e<strong>en</strong> aio-baan voorziet<br />

word<strong>en</strong> ook g<strong>en</strong>oemd. Toch komt uit het onderzoek Wet<strong>en</strong>schap tuss<strong>en</strong> roeping <strong>en</strong> beroep ook naar vor<strong>en</strong> dat niet<br />

alle aio’s bewust hebb<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> of meerdere van de g<strong>en</strong>oemde aspect<strong>en</strong>. Sommige aio's gev<strong>en</strong> aan dat het<br />

toeval ook e<strong>en</strong> grote rol heeft gespeeld. Zij zijn op basis van hun kwaliteit<strong>en</strong> gevraagd <strong>en</strong> zi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aio-schap als e<strong>en</strong><br />

kroon op hun studie. Toch zi<strong>en</strong> aio’s ook nadel<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> keuze voor de wet<strong>en</strong>schap. Salariëring <strong>en</strong> carrièreperspectiev<strong>en</strong><br />

zijn beperkt <strong>en</strong> dat weerhoudt sommig<strong>en</strong> ervan e<strong>en</strong> aio-schap te aanvaard<strong>en</strong>. In 2002 pres<strong>en</strong>teerde het Landelijk<br />

AiO OiO Overleg (LAIOO) het rapport Behoud Tal<strong>en</strong>t (Meijer, 2002) dat de knelpunt<strong>en</strong> van promotietraject<strong>en</strong> aan<br />

universiteit<strong>en</strong> id<strong>en</strong>tificeert. Het gemiddelde promotier<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t is namelijk laag, slechts 7% van de aio’s promoveert<br />

binn<strong>en</strong> 4 jaar, 22% binn<strong>en</strong> vijf jaar. De belangrijkste oorzaak is de gebrekkige procesbegeleiding die promov<strong>en</strong>di krijg<strong>en</strong>.<br />

Aio’s beginn<strong>en</strong> vol <strong>en</strong>thousiasme aan hun promotietraject, maar door gebrek aan processturing <strong>en</strong> waardering neemt<br />

hun motivatie af. Met name als de promov<strong>en</strong>dus slechts één promotor heeft, <strong>en</strong> het prom<strong>over</strong><strong>en</strong> door de aio als e<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong>zame aangeleg<strong>en</strong>heid wordt beschouwd, is de kans groot dat het onderzoek mislukt. De autonomie van hooglerar<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de passieve houding van bestuurders binn<strong>en</strong> de universiteit – functioneringsgesprekk<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> nauwelijks plaats<br />

– leid<strong>en</strong> ertoe dat de begeleiders hun verantwoordelijkhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ontlop<strong>en</strong> als er problem<strong>en</strong> ontstaan. De aio moet<br />

dan zelf zijn weg vind<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de universiteit. Ook moet<strong>en</strong> projectvoorstell<strong>en</strong> vaak met elkaar concurrer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat leidt<br />

tot <strong>over</strong>ambitieuze voorstell<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> onvermijdelijke <strong>over</strong>schrijding van de promotietermijn. T<strong>en</strong> slotte wordt het<br />

proefschrift beschouwd als lev<strong>en</strong>swerk <strong>en</strong> dat vertraagt het promotietraject.<br />

Ondanks de knelpunt<strong>en</strong> promoveert uiteindelijk 80% van de aio’s die e<strong>en</strong> promotietraject in gaan. Ook na hun promotie<br />

ambiër<strong>en</strong> de meeste aio’s e<strong>en</strong> onderzoeksbaan. Voor de helft impliceert dat e<strong>en</strong> vervolg van hun loopbaan aan de<br />

universiteit, de andere helft twijfelt vanwege het gebrekkige carrièreperspectief (De Gier et al., 2001).<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t 5 - Promotietraject aio<br />

K<strong>en</strong>merk aio Gefascineerd door het vakgebied, idealistisch, waardeert het<br />

intellectuele debat <strong>en</strong> de vrijheid.<br />

Belemmering<strong>en</strong> Gebrekkige procesbegeleiding tijd<strong>en</strong>s promotie, gebrek aan<br />

carrièreperspectief.<br />

Doel interv<strong>en</strong>tie Verbeterde begeleiding promov<strong>en</strong>di, verbetering carrièreperspectief.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -25 -


Van postdoc naar universitair doc<strong>en</strong>t<br />

De groep postdocs noemt in de eerste plaats fascinatie voor het vakgebied als motivatie voor hun werk. Postdocs<br />

strev<strong>en</strong> in hogere mate diepgang na dan de promov<strong>en</strong>di (De Gier et al., 2001). Verder waarder<strong>en</strong> postdocs de<br />

vrijheid om het onderzoek zelf vorm te gev<strong>en</strong>. Net als voor de promov<strong>en</strong>di geldt dat ze het intellectuele debat op<br />

prijs stell<strong>en</strong>. Postdocs hebb<strong>en</strong> echter grote moeite met het onzekere of zelfs ontbrek<strong>en</strong>de carrièreperspectief. De<br />

tijdelijkheid van hun aanstelling vind<strong>en</strong> zij de belangrijkste beperking voor hun ontwikkeling. Postdocs hebb<strong>en</strong> vaak<br />

definitief voor e<strong>en</strong> baan in de wet<strong>en</strong>schap gekoz<strong>en</strong>, maar voel<strong>en</strong> zich misk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> niet gewaardeerd als gevolg van<br />

de voortdur<strong>en</strong>de onzekerheid <strong>over</strong> de voortgang van hun carrière. SISWO spreekt van e<strong>en</strong> postdocprobleem<br />

(De Gier et al., 2001). De positie van postdoc vormt e<strong>en</strong> brug tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tijdelijke <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vaste aanstelling. Inmiddels<br />

blijkt echter dat slechts e<strong>en</strong>derde van de postdocs <strong>en</strong> het <strong>over</strong>ige tijdelijke wet<strong>en</strong>schappelijk personeel doorstroomt<br />

naar e<strong>en</strong> vaste baan. De ander<strong>en</strong> stapel<strong>en</strong> postdocpositie op postdocpositie totdat ze uitstrom<strong>en</strong> omdat ze de<br />

onzekerheid beu zijn of te oud word<strong>en</strong> om elders nog e<strong>en</strong> carrière te start<strong>en</strong>. Naast het beperkte carrièreperspectief<br />

noem<strong>en</strong> postdocs nog andere red<strong>en</strong><strong>en</strong> om de universiteit te verlat<strong>en</strong>. Ze noem<strong>en</strong> met name de arbeidsvoorwaard<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />

gebrek aan waardering of e<strong>en</strong> oncollegiale, destructieve werksfeer. De inhoud van het werk is zeld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> om uit<br />

te strom<strong>en</strong>. Sterker nog, de meeste postdocs will<strong>en</strong> bij voorkeur werkzaam blijv<strong>en</strong> in de (academische) wet<strong>en</strong>schap<br />

(SoFoKleS, 2001). E<strong>en</strong> beperkt deel (13%) aanvaardt e<strong>en</strong> onderzoeksbaan buit<strong>en</strong> de universiteit.<br />

Keuzemom<strong>en</strong>t 6 - Postdocpositie<br />

K<strong>en</strong>merk postdoc Sterk gefascineerd door het vakgebied, streeft diepgang na,<br />

waardeert het intellectuele debat <strong>en</strong> de zelfstandigheid <strong>en</strong> vrijheid.<br />

Belemmering<strong>en</strong> Gebrekkig carrièreperspectief, gebrek aan waardering,<br />

negatieve werksfeer.<br />

Doel interv<strong>en</strong>tie Verbetering carrièreperspectief.<br />

Van UD naar professor<br />

De top van het Nederlandse onderzoek (van universitair doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tot hooglerar<strong>en</strong>) is sterk vergrijsd <strong>en</strong> zal in de<br />

kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> met p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong> gaan. E<strong>en</strong> snelle doorstroom van getal<strong>en</strong>teerde jonge onderzoekers is dus gew<strong>en</strong>st.<br />

Daarvoor zijn echter forse investering<strong>en</strong> nodig (Vucht Tijss<strong>en</strong>, 2000). Die zijn al gedaan door de zog<strong>en</strong>aamde Van der<br />

Leeuw-hooglerar<strong>en</strong> aan te stell<strong>en</strong>: jonge getal<strong>en</strong>teerde onderzoekers in vakgebied<strong>en</strong> waar binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

opvolgingsprobleem dreigt te ontstaan. Ook de Vernieuwingsimpuls <strong>en</strong> de Vernieuwingsimpuls nieuwe stijl van het<br />

ministerie van OC<strong>en</strong>W, NWO, KNAW <strong>en</strong> VSNU moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke bijdrage lever<strong>en</strong> aan de vernieuwing van het<br />

wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek <strong>en</strong> de verjonging van het onderzoekspersoneel. Door drie verschill<strong>en</strong>de subsidievorm<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappers in verschill<strong>en</strong>de fas<strong>en</strong> in hun wet<strong>en</strong>schappelijk carrière gestimuleerd. De VENI-subsidie<br />

biedt tal<strong>en</strong>tvolle jonge onderzoekers gedur<strong>en</strong>de drie jaar de ruimte om hun onderzoeksideeën uit te werk<strong>en</strong>. De VIDIsubsidie<br />

stelt onderzoekers op postdocniveau in staat om e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> (vernieuw<strong>en</strong>de) onderzoekslijn te ontwikkel<strong>en</strong>.<br />

De VICI-subsidie t<strong>en</strong> slotte biedt s<strong>en</strong>ioronderzoekers de geleg<strong>en</strong>heid om e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> onderzoeksgroep op te bouw<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> tweede belangrijk knelpunt voor de doorstroom van onderzoekers is het feit dat vrouwelijke onderzoekers maar<br />

mondjesmaat doorstrom<strong>en</strong>. Tot voor kort hadd<strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> <strong>over</strong> het algeme<strong>en</strong> minder interesse in e<strong>en</strong> onderzoekscarrière<br />

dan mann<strong>en</strong>. Daarin is inmiddels verandering gekom<strong>en</strong>, maar het aandeel vrouwelijke onderzoekers houdt<br />

nog steeds ge<strong>en</strong> gelijke tred met het aantal vrouwelijke stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het rec<strong>en</strong>te verled<strong>en</strong> (WOPI, 1999). Van de<br />

afstuder<strong>en</strong>d<strong>en</strong> was in 2000 ongeveer 54% vrouw. Van de aio’s is, afhankelijk van het vakgebied, 30-38% vrouw <strong>en</strong><br />

van de universitair doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (UD’s) maar 22%. De grootste kloof zit echter tuss<strong>en</strong> de UD-posities <strong>en</strong> de UHD- <strong>en</strong><br />

-26 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

hoogleraarpost<strong>en</strong>. Van de Nederlandse universitair hoofddoc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (UHD’s) was in 1999 9% vrouw <strong>en</strong> van de hooglerar<strong>en</strong><br />

6%. Om het perc<strong>en</strong>tage vrouw<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap te verhog<strong>en</strong> heeft de <strong>over</strong>heid in sam<strong>en</strong>werking met de<br />

VSNU, NWO <strong>en</strong> de KNAW het Aspasia-programma opgezet. Het programma financiert de aanstelling van vrouwelijke<br />

UHD’s die als rolmodel moet<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong> voor andere vrouwelijke wet<strong>en</strong>schappers. De eerste ronde van het<br />

programma in 2000 heeft 68 vrouwelijke UHD’s opgeleverd. Dat heeft bijgedrag<strong>en</strong> aan de verhoging van het<br />

perc<strong>en</strong>tage vrouwelijke UHD’s van 9% naar 12% (WOPI, 2000). In de tweede ronde van het Aspasia-programma in<br />

2002 zijn 40 van de 140 inz<strong>en</strong>ding<strong>en</strong> gehonoreerd. Dankzij de grote hoeveelheid aanvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> de hoge kwaliteit<br />

daarvan war<strong>en</strong> dat er meer dan gepland (Bosch <strong>en</strong> Potting, 2001).<br />

Conclusies<br />

E<strong>en</strong> goede beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk beroep<strong>en</strong> bij middelbare <strong>scholier<strong>en</strong></strong> is waardevol. Het kan de instroom<br />

vergrot<strong>en</strong> in opleiding<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> voorbereiding vorm<strong>en</strong> op het werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap. Maar ook voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die<br />

niet in de wet<strong>en</strong>schap gaan werk<strong>en</strong>, is begrip van wet<strong>en</strong>schappelijke ontwikkeling<strong>en</strong> van belang. Voor economisch<br />

succes is het immers ess<strong>en</strong>tieel om e<strong>en</strong> beroepsbevolking te hebb<strong>en</strong> die zich nieuwe k<strong>en</strong>nis snel eig<strong>en</strong> kan mak<strong>en</strong>.<br />

Ook vanuit cultureel (wet<strong>en</strong>schappelijke inzicht<strong>en</strong> als cultuurgoed) <strong>en</strong> democratisch motief (richting gev<strong>en</strong> aan de<br />

maatschappelijke inzet van wet<strong>en</strong>schappelijke ontwikkeling<strong>en</strong>) is beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap belangrijk.<br />

Sam<strong>en</strong>spel van activiteit<strong>en</strong> die zich richt<strong>en</strong> op beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> technologie vanaf het primair onderwijs<br />

is echter ess<strong>en</strong>tieel. Vanwege het trechtermodel ligt het geïsoleerd ontwikkel<strong>en</strong> van activiteit<strong>en</strong> niet voor de hand.<br />

Immers, leerling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> al lang voor de bov<strong>en</strong>bouw van het vwo keuzes uit. Inspanning<strong>en</strong> op meerdere mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn daarom ess<strong>en</strong>tieel. Wanneer structurele relaties tuss<strong>en</strong> het voortgezet onderwijs <strong>en</strong> onderzoeksorganisaties als<br />

schakel in e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> van activiteit<strong>en</strong> van kleuterschool tot professoraat word<strong>en</strong> beschouwd, zijn er kans<strong>en</strong> voor<br />

succesvolle beïnvloeding van keuzegedrag.<br />

De daadwerkelijke invloed op het keuzegedrag van leerling<strong>en</strong> door middel van opzichzelfstaande activiteit<strong>en</strong> is zeer<br />

beperkt. Leerling<strong>en</strong> in de onderbouw van het voortgezet onderwijs will<strong>en</strong> zich zo min mogelijk vastlegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperk<strong>en</strong>.<br />

Zij zull<strong>en</strong> dan ook sneller kiez<strong>en</strong> voor het profiel Natuur & Gezondheid dan voor Natuur & Techniek. Zij mak<strong>en</strong> daarmee<br />

echter de weg naar de klassieke natuurwet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> technische studies moeilijker. Hervorming<strong>en</strong> in de bov<strong>en</strong>bouw<br />

van het voortgezet onderwijs hebb<strong>en</strong> geleid tot e<strong>en</strong> significante daling van het aantal vwo-leerling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

Natuur & Techniek profiel. Voor het eerst in <strong>en</strong>kele dec<strong>en</strong>nia is de instroom in universitaire bèta/techniek opleiding<strong>en</strong><br />

structureel gedaald. De mogelijkhed<strong>en</strong> om de studiekeuze bij te stur<strong>en</strong> vanuit het (goede) arbeidsmarktperspectief zijn<br />

beperkt. Het <strong>over</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van beroepsbeeld<strong>en</strong> aan middelbare <strong>scholier<strong>en</strong></strong> ligt in elk geval niet voor de hand. Zij zijn<br />

namelijk nog niet bezig met beroepsbeeld<strong>en</strong>. Pas vlak voor het eindexam<strong>en</strong>, als ze e<strong>en</strong> vervolgopleiding kiez<strong>en</strong>, rak<strong>en</strong><br />

ze geïnteresseerd in beroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> beroepsbeeld<strong>en</strong>.<br />

Hoewel de instroom in monodisciplinaire of klassieke bètastudies afneemt, blijv<strong>en</strong> de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>aantall<strong>en</strong> bètabreed<br />

redelijk constant (AWT, 1999). Het gebrek aan doorstroom van jonge wet<strong>en</strong>schappers naar hogere posities binn<strong>en</strong> de<br />

universiteit<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> belangrijk knelpunt in het Nederlandse onderzoek. De instroombeperk<strong>en</strong>de factor is niet zozeer het<br />

beeld van de wet<strong>en</strong>schap, maar het carrièreperspectief. Aio’s <strong>en</strong> postdocs zijn inhoudelijk zeer te sprek<strong>en</strong> <strong>over</strong> hun werk.<br />

Het voornaamste knelpunt betreft de doorstroom van postdocs naar hogere functies in het onderzoek. Slechts e<strong>en</strong> op<br />

de drie postdocs krijgt de kans om binn<strong>en</strong> het universitaire systeem e<strong>en</strong> vaste plaats te verwerv<strong>en</strong>. Dit perspectief zal<br />

wellicht groter word<strong>en</strong> vanwege de te verwacht<strong>en</strong> uitstroom van de vergrijsde top van het Nederlandse onderzoek.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -27 -


-28 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Geraadpleegde bronn<strong>en</strong><br />

Adviesraad voor het Wet<strong>en</strong>schaps- <strong>en</strong> Technologiebeleid, Vitaliteit <strong>en</strong> kritische massa. Strategie voor de natuur- <strong>en</strong><br />

technische wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag, AWT, 1999.<br />

Berkhout, E. <strong>en</strong> M. van Leeuw<strong>en</strong>, Wie kiez<strong>en</strong> er voor techniek?. Delft, Axis, 2000. Axis publicatiereeks nr. 00-11.<br />

Berkhout, P., J. de Winter <strong>en</strong> M. Zijl, Studie <strong>en</strong> werk 2000: hbo’ers <strong>en</strong> academici van studiejaar 1997/1998 op de<br />

arbeidsmarkt. Amsterdam. SEO / Elsevier, 2000. SEO-rapport nr.547.<br />

Bos, J <strong>en</strong> M. Keizer, Arbeidsmarktmonitor. D<strong>en</strong> Haag, SoFoKleS, 2001.<br />

Bos, J. <strong>en</strong> M. Keizer, Arbeidsmarktmonitor: De academische arbeidsmarkt in tr<strong>en</strong>ds <strong>en</strong> cijfers, 2001. D<strong>en</strong> Haag,<br />

SoFoKleS, 2001.<br />

Bosch, M. <strong>en</strong> M. Potting, Vrouw<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> door dat plafond. Evaluatie van het Aspasia-programma.<br />

Maastricht, LOEKWO, 2001. Uitgevoerd door het C<strong>en</strong>trum voor G<strong>en</strong>der <strong>en</strong> diversiteit, Universiteit Maastricht.<br />

Crum, B. <strong>en</strong> J. Bal, Werk- <strong>en</strong> Loopbaanpositie van postdocs, 1998. Leid<strong>en</strong>, Research voor Beleid, 1998.<br />

Dool, P. van d<strong>en</strong> <strong>en</strong> J. Geurts, Bèta/techniek uit Balans. Delft, Axis, 2000. In opdracht van Axis <strong>en</strong> LDC.<br />

Dronkers, J., ‘Culturele bagage bepaalt studiekeuze’. In: de Volkskrant, 11 december 2002.<br />

Geurts, J. (red.), De m<strong>en</strong>selijke kant van bèta/techniek. Opmaat voor e<strong>en</strong> betere balans tuss<strong>en</strong> aanbod <strong>en</strong> vraag.<br />

Delft, Axis, 2001. Axis publicatiereeks, nr. 01-13.<br />

Gier, E. de, J. Evers, P. de Jong <strong>en</strong> L. Sterckx, Wet<strong>en</strong>schap tuss<strong>en</strong> roeping <strong>en</strong> beroep. Amsterdam, SISWO, 2001.<br />

In opdracht van het ministerie van OC<strong>en</strong>W.<br />

Golder, T., Hoe mak<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> keuzes?. D<strong>en</strong> Haag, SMO, 1999.<br />

Hermanuss<strong>en</strong>, J. <strong>en</strong> G. Joukes, Techniek in de peiling. Analyse profielkeuze havo/vwo <strong>en</strong> wo bèta/techniek.<br />

Delft, Axis, 2002. Uitgevoerd door het K<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt i.s.m. VHTO.<br />

Kho, M. <strong>en</strong> M. Vermeul<strong>en</strong>, Adoptierelaties, voor e<strong>en</strong> dubbeltje op de eerste rij?. Enschede, Edutec, 2002.<br />

In opdracht van Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Meijer, M., Behoud tal<strong>en</strong>t! E<strong>en</strong> rapportage <strong>over</strong> de verschill<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> bij de begeleiding van<br />

promov<strong>en</strong>di. Utrecht, Landelijk AiO OiO Overleg, 2002.<br />

Meijers F. <strong>en</strong> G. Weijers, E<strong>en</strong> zaak van betek<strong>en</strong>is. Loopbaandi<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing in e<strong>en</strong> nieuw perspectief.<br />

Leeuward<strong>en</strong>, LDC, 1997.<br />

Meijers, F. <strong>en</strong> M. Reuling, Intake, beroep<strong>en</strong>oriëntatie <strong>en</strong> studieloopbaanbegeleiding. Delft, Axis, 2001.<br />

Axis Publicatiereeks nr. 01-16.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -29 -


Mulder, R.H. <strong>en</strong> W.H.A. Hofman, Technici in technische functies. Delft, Axis, 2002. Uitgevoerd door RISBO/Erasmus<br />

Universiteit.<br />

Onderwijsstatistiek<strong>en</strong> CBS, cohort 1998/’99.<br />

Onderwijsstatistiek<strong>en</strong> CBS, Stratline.<br />

Interview met mevrouw drs. K. van Ste<strong>en</strong>sel van SMO. 2002.<br />

Snijders, Dr. H., ‘De mythe van het ß-tekort’. In: Tijdschrift voor Hoger onderwijs & managem<strong>en</strong>t.<br />

Jaargang 6, nr. 5 (december 1999), pp. 49-52.<br />

Arbeidsmarkt Monitor. Werkgeleg<strong>en</strong>heid in de wet<strong>en</strong>schap in onderzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> cijfers. D<strong>en</strong> Haag, SoFoKleS, 2001.<br />

Uitgevoerd i.s.m. Research voor Beleid <strong>en</strong> VSNU.<br />

Studie Keuze Monitor: Je toekomst is e<strong>en</strong> keuze. Amsterdam, Stichting voor Economisch Onderzoek der Universiteit<br />

van Amsterdam, 2000.<br />

Studie Keuze Monitor 2001. Amsterdam, Stichting voor Economisch Onderzoek der Universiteit van Amsterdam, 2001.<br />

Zakboek Tweede Fase 2001 D<strong>en</strong> Haag, Tweede Fase Adviespunt, 2001.<br />

Vucht Tijss<strong>en</strong>, Dr. B.E., Tal<strong>en</strong>t voor de Toekomst. Toekomst voor Tal<strong>en</strong>t. Plan van aanpak voor het wet<strong>en</strong>schapspersoneelsbeleid.<br />

Utrecht, VSNU, 2000. In opdracht van het ministerie van OC<strong>en</strong>W.<br />

Warps, J. m.m.v. M. Wouters<strong>en</strong>, Kiez<strong>en</strong> voor bèta in het wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs.<br />

Delf, Axis, 2001. Uitgevoerd door IOWO.<br />

Wet<strong>en</strong>schappelijk Onderwijs Personeelsinformatie (WOPI), Basisgegev<strong>en</strong>s per 31-12-1999.<br />

Wet<strong>en</strong>schappelijk Onderwijs Personeelsinformatie (WOPI), Basisgegev<strong>en</strong>s per 31-12-2000.<br />

-30 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Proefproject Adoptierelaties<br />

Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Drs. R. Diephuis<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -31 -


-32 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Beknopte sam<strong>en</strong>vatting<br />

Deze rapportage biedt e<strong>en</strong> <strong>over</strong>zicht van de eerste fase van het proefproject Adoptierelaties van Stichting Wet<strong>en</strong>. De<br />

term Adoptierelaties verwijst in dit verband naar vorm<strong>en</strong> van duurzame sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

bedrijv<strong>en</strong> waar wet<strong>en</strong>schappelijk werk wordt verricht <strong>en</strong> het voortgezet onderwijs, met als doel de beeldvorming<br />

van 16 tot 18-jarige vwo-ers <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> te verhelder<strong>en</strong>.<br />

De hoofdvraag voor de eerste fase luidde:<br />

Hoe kunn<strong>en</strong> adoptierelaties bijdrag<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> positief beeld van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek bij jonger<strong>en</strong> in het<br />

voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar?<br />

Om dit te onderzoek<strong>en</strong> heeft Stichting Wet<strong>en</strong> bestaand onderzoek bestudeerd, nieuw onderzoek uitgezet (de onderzoekslijn)<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal pilots gefinancierd die terdege zijn geëvalueerd (de actielijn). De kans<strong>en</strong> voor adoptierelaties<br />

zijn onderzocht zowel aan de vraagzijde, bij jonger<strong>en</strong> in het vwo <strong>en</strong> hun doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, als aan de aanbodzijde, bij<br />

universiteit<strong>en</strong>, andere k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong>. Ook is e<strong>en</strong> literatuurscan uitgevoerd naar ervaring<strong>en</strong> in het<br />

buit<strong>en</strong>land. De actielijn behelsde zes initiatiev<strong>en</strong> van universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> eerste ervaring<strong>en</strong> met zog<strong>en</strong>aamde<br />

disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Daarnaast is in de actielijn bekek<strong>en</strong> hoe ondersteuning via internet vorm kan krijg<strong>en</strong>. T<strong>en</strong><br />

slotte zijn e<strong>en</strong> aantal bestaande adoptieachtige project<strong>en</strong> in kaart gebracht.<br />

De onderzoeksvraag is gesteld met het doel om op termijn de instroom in wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> te<br />

vergrot<strong>en</strong>. De voornaamste conclusie is dat de voor dit doel gedefinieerde adoptierelaties nauwelijks bestaan.<br />

Verder is er, met uitzondering van de universiteit<strong>en</strong>, bij ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele participant in adoptierelaties e<strong>en</strong> urg<strong>en</strong>t of direct<br />

belang om exclusief voor zo’n kleine doelgroep nieuwe relaties te organiser<strong>en</strong>. Als het gaat om beeldvorming van<br />

wet<strong>en</strong>schappelijk werk zijn adoptierelaties e<strong>en</strong> te grote investering voor e<strong>en</strong> te kleine doelgroep. Het is dus de vraag<br />

of het middel wel past bij het doel.<br />

Er is onteg<strong>en</strong>zeggelijk veel te verbeter<strong>en</strong> aan de beeldvorming van wet<strong>en</strong>schappelijk werk bij jonger<strong>en</strong>. De vraag is of<br />

dat via adoptierelaties kan word<strong>en</strong> gerealiseerd. In het onderzoek zijn veel condities geïd<strong>en</strong>tificeerd die e<strong>en</strong> uiterst<br />

voorzichtige houding t<strong>en</strong> opzichte van adoptierelaties rechtvaardig<strong>en</strong>. De belangrijkste is dat e<strong>en</strong> adoptierelatie<br />

niet alle<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t ter bestrijding van e<strong>en</strong> tekort aan onderzoekers of het positief beïnvloed<strong>en</strong> van de beeldvorming<br />

van wet<strong>en</strong>schappelijk werk, maar ook de bredere belang<strong>en</strong> van de deelnemers moet di<strong>en</strong><strong>en</strong>. Voorbeeld<strong>en</strong> van goede<br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelaties zijn de partnerschapp<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> in de chemische industrie <strong>en</strong> de<br />

activiteit<strong>en</strong> die universiteit<strong>en</strong> met <strong>en</strong> voor schol<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong> in het kader van hun aansluitingsprogramma’s.<br />

Daarnaast zijn er condities die sam<strong>en</strong>werkingsrelaties sterker <strong>en</strong> duurzamer kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.<br />

Het lijkt de moeite waard om nader te onderzoek<strong>en</strong> hoe ondersteuning via internet vorm kan krijg<strong>en</strong>, gezi<strong>en</strong> de kracht<br />

van het medium voor de beoogde doelgroep. Ook kan e<strong>en</strong> aantal bestaande netwerk<strong>en</strong> wellicht word<strong>en</strong> uitgebouwd<br />

om dit probleem aan te pakk<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -33 -


-34 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Leeswijzer<br />

Deze rapportage biedt e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d beeld van de resultat<strong>en</strong> van de eerste fase van het proefproject<br />

Adoptierelaties van Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Startpunt is e<strong>en</strong> beknopte verheldering van de onderzoeksvraag <strong>en</strong> de gevolgde werkwijze langs twee lijn<strong>en</strong>:<br />

de onderzoekslijn <strong>en</strong> de actielijn (pag. 37 – pag. 38).<br />

Vervolg<strong>en</strong>s is e<strong>en</strong> beknopt inhoudelijk <strong>over</strong>zicht opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van beide lijn<strong>en</strong> in de verk<strong>en</strong>ning (pag. 39 – pag. 42).<br />

De kern van de rapportage is e<strong>en</strong> weergave van <strong>en</strong> reflectie op de belangrijkste resultat<strong>en</strong> van de eerste fase.<br />

Achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s kom<strong>en</strong> aan de orde: het onderzoek naar beroepskeuze (pag. 43 – pag. 45), ervaring<strong>en</strong> in het<br />

buit<strong>en</strong>land (pag. 47 – pag. 50), motiev<strong>en</strong> van partij<strong>en</strong> om adoptierelaties op te zett<strong>en</strong> (pag. 51 – pag. 54), condities<br />

die van belang zijn bij het organiser<strong>en</strong> van dergelijke relaties (pag. 55 – pag. 58) <strong>en</strong> aandachtspunt<strong>en</strong> bij de<br />

praktische uitvoering van activiteit<strong>en</strong> (pag. 59 – pag. 62). Dit deel van de rapportage wordt afgeslot<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> aantal<br />

bevinding<strong>en</strong> <strong>over</strong> de vraag hoe adoptierelaties e<strong>en</strong> meer structureel karakter kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> (pag. 63 – pag. 65).<br />

De rapportage besluit met e<strong>en</strong> aantal conclusies (pag. 67 – pag. 68) <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> (pag. 69) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lijst van geraadpleegde<br />

bronn<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -35 -


-36 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

1. Vraag <strong>en</strong> werkwijze<br />

In 2001 is Stichting Wet<strong>en</strong> in opdracht van het ministerie van OC<strong>en</strong>W gestart met het proefproject Adoptierelaties<br />

voor de periode 2001-2004. De term adoptierelaties verwijst in dit verband naar vorm<strong>en</strong> van duurzame sam<strong>en</strong>werking<br />

tuss<strong>en</strong> instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> waar wet<strong>en</strong>schappelijk werk wordt verricht <strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18<br />

jaar in instelling<strong>en</strong> voor voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs (vwo) met als doel de beeldvorming van<br />

<strong>scholier<strong>en</strong></strong> <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk te verhelder<strong>en</strong>. Doel van het proefproject is meer zicht te krijg<strong>en</strong> op de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> van adoptierelaties om bij jonger<strong>en</strong> in die leeftijdscategorie het imago van wet<strong>en</strong>schappelijk werk<br />

positief te beïnvloed<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> heeft in dit proefproject gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> gefaseerde b<strong>en</strong>adering. De eerste fase (2001-2002) hield<br />

e<strong>en</strong> brede verk<strong>en</strong>ning in, die via e<strong>en</strong> onderzoekslijn <strong>en</strong> e<strong>en</strong> actielijn verliep. In de onderzoekslijn is e<strong>en</strong> aantal<br />

deelvrag<strong>en</strong> uitgediept, in de actielijn is e<strong>en</strong> aantal concrete initiatiev<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>tijds geëvalueerd. Deze<br />

rapportage vormt e<strong>en</strong> beschrijving van de bevinding<strong>en</strong> uit beide lijn<strong>en</strong>. Op basis van de opbr<strong>en</strong>gst heeft Stichting<br />

Wet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tweede fase voor het proefproject gedefinieerd.<br />

De hoofdvraag in de eerste fase van het proefproject Adoptierelaties luidde:<br />

Hoe kunn<strong>en</strong> adoptierelaties bijdrag<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> positief beeld van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek bij jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong><br />

18 jaar in het voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs?<br />

Bij de nadere uitwerking is in de eerste plaats gekek<strong>en</strong> naar de beleidscontext waarin de vraag is gesteld. Deze is<br />

te vind<strong>en</strong> in twee beleidsnota’s uit 2000. In de nota Wet<strong>en</strong>schap- <strong>en</strong> Techniekcommunicatie Boei<strong>en</strong>d, Betrouwbaar<br />

<strong>en</strong> Belangrijk wordt beargum<strong>en</strong>teerd dat het van belang is om jonger<strong>en</strong> meer vertrouwd te mak<strong>en</strong> met k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong><br />

toepassing<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek. E<strong>en</strong> adoptieplan jonger<strong>en</strong> wordt aangekondigd, maar wel toegespitst<br />

op het specifieke probleem van beroepskeuze. Haast in één adem word<strong>en</strong> beeldvorming <strong>en</strong> beroepskeuze<br />

gekoppeld. E<strong>en</strong> citaat:<br />

De k<strong>en</strong>nissam<strong>en</strong>leving is of wordt in de nabije toekomst op specifieke terrein<strong>en</strong> geconfronteerd met e<strong>en</strong> tekort aan technici <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappers.<br />

Dat geldt nu nog in het bijzonder voor de bèta- <strong>en</strong> technische studierichting<strong>en</strong>, maar zal mogelijk op termijn ook voor de alfa- <strong>en</strong> gammadisciplines<br />

gaan geld<strong>en</strong>. Ondanks de hoge instroom in het hoger onderwijs blijkt het moeilijk om jonge m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te interesser<strong>en</strong> voor het do<strong>en</strong><br />

van onderzoek, het mak<strong>en</strong> van nieuwe k<strong>en</strong>nis, zowel in het publieke bestel als bij bedrijv<strong>en</strong>. Dit is deels e<strong>en</strong> imagoprobleem, deels e<strong>en</strong> gevolg<br />

van het ontbrek<strong>en</strong> van voldo<strong>en</strong>de carrièreperspectief in het publieke k<strong>en</strong>nisbestel. (Boei<strong>en</strong>d, Betrouwbaar <strong>en</strong> Belangrijk, pag.19)<br />

Het adoptieplan richt zich dus op verbetering van beeldvorming met e<strong>en</strong> zeer specifieke int<strong>en</strong>tie: het verhog<strong>en</strong> van<br />

de instroom van jonge onderzoekers op de arbeidsmarkt.<br />

De beleidsnota Tal<strong>en</strong>t voor de Toekomst. Toekomst voor Tal<strong>en</strong>t is geheel gewijd aan de problematiek van e<strong>en</strong> dreig<strong>en</strong>d<br />

tekort aan wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoekers in ons land. Op basis van e<strong>en</strong> gedeg<strong>en</strong> analyse wordt hier bevestigd<br />

dat e<strong>en</strong> tekort aan personeel het kom<strong>en</strong>de dec<strong>en</strong>nium e<strong>en</strong> ernstige bedreiging vormt voor de kwaliteit van het<br />

Nederlandse onderzoek. Het is <strong>over</strong>ig<strong>en</strong>s wel opvall<strong>en</strong>d dat in deze nota de personele problematiek juist niet primair<br />

in de bètahoek wordt verwacht. De grootste tekort<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwacht in de gebied<strong>en</strong> gedrag <strong>en</strong> maatschappij,<br />

landbouw, economie <strong>en</strong> taal <strong>en</strong> cultuur. De nota zoekt de oplossing <strong>en</strong>erzijds in het verbeter<strong>en</strong> van het loopbaanbeleid<br />

<strong>en</strong> de arbeidsmarktpositie van onderzoekers, anderzijds in het vergrot<strong>en</strong> <strong>en</strong> versnell<strong>en</strong> van de doorstroom<br />

van al aanwezige (cursivering RD) kwalitatief goede jonge onderzoekers <strong>en</strong> postdocs.<br />

Wat betek<strong>en</strong>t dit nu voor de hoofdvraag van dit proefproject Adoptierelaties? Twee conclusies lijk<strong>en</strong> gerechtvaardigd.<br />

T<strong>en</strong> eerste wordt het probleem waar adopties e<strong>en</strong> oplossing voor zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zijn – e<strong>en</strong> dreig<strong>en</strong>d tekort aan<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -37 -


onderzoekers – k<strong>en</strong>nelijk verschill<strong>en</strong>d ingeschat. Dat geldt voor de urg<strong>en</strong>tie van het probleem, maar ook voor de vraag<br />

om welke disciplines het gaat. Stichting Wet<strong>en</strong> heeft tot nu toe e<strong>en</strong> pragmatische keuze gemaakt <strong>en</strong> de nadruk gelegd<br />

op de bètadisciplines. T<strong>en</strong> tweede is er ge<strong>en</strong> rechte lijn tuss<strong>en</strong> probleem <strong>en</strong> oplossing. Er wordt verondersteld dat<br />

adoptierelaties e<strong>en</strong> goed instrum<strong>en</strong>t zijn om positieve beeldvorming te g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> positief beeld invloed<br />

heeft op beroepskeuzepatron<strong>en</strong>. Beide veronderstelling<strong>en</strong> di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kritisch onder de loep te word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> heeft daarom binn<strong>en</strong> de onderzoekslijn niet alle<strong>en</strong> onderzoek lat<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> naar de mogelijkhed<strong>en</strong><br />

van adoptierelaties, maar breder gekek<strong>en</strong> naar de mogelijkhed<strong>en</strong> om beeldvorming van jonger<strong>en</strong> te beïnvloed<strong>en</strong>. Ook<br />

is e<strong>en</strong> literatuuronderzoek uitgezet naar factor<strong>en</strong> die beroepskeuze bepal<strong>en</strong> <strong>en</strong> de mate waarin die te beïnvloed<strong>en</strong> zijn.<br />

Verder zijn buit<strong>en</strong>landse ervaring<strong>en</strong> in kaart gebracht. In de actielijn is niet alle<strong>en</strong> zo praktisch mogelijk gekek<strong>en</strong> naar<br />

wat wel <strong>en</strong> niet werkt in sam<strong>en</strong>werkingsrelaties, maar is ook steeds de koppeling gemaakt naar het belang dat k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bij voldo<strong>en</strong>de instroom van getal<strong>en</strong>teerde jonge onderzoekers. Tev<strong>en</strong>s is gepoogd zo<br />

breed mogelijk te inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong> wat er aan veelbelov<strong>en</strong>de initiatiev<strong>en</strong> loopt <strong>en</strong> welke less<strong>en</strong> daaruit te trekk<strong>en</strong> zijn.<br />

-38 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

2. Onderzoek <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> beknopt <strong>over</strong>zicht<br />

2.1 De onderzoekslijn<br />

Uitgezet onderzoek De vraagzijde: beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoeft<strong>en</strong> bij vwo-<strong>scholier<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong>;<br />

De aanbodzijde: kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> belemmering<strong>en</strong> bij onderzoeksinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>nisint<strong>en</strong>sieve bedrijv<strong>en</strong>;<br />

Literatuuronderzoek naar buit<strong>en</strong>landse ervaring<strong>en</strong>;<br />

Literatuuronderzoek naar de beïnvloedbaarheid van factor<strong>en</strong> die<br />

beroepskeuze bepal<strong>en</strong>.<br />

Bestaand onderzoek Verk<strong>en</strong>ning Buit<strong>en</strong>schools Ler<strong>en</strong>; Uitwisseling Personeel tuss<strong>en</strong> Onderwijs<br />

<strong>en</strong> Bedrijfslev<strong>en</strong>; Bèta/techniek uit balans; Axis Online<br />

In de onderzoekslijn heeft Stichting Wet<strong>en</strong> vier deelonderzoek<strong>en</strong> uitgezet. Daarnaast is gekek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> aantal bestaande<br />

nota’s <strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong>, met name van Axis, nationaal platform voor Natuur <strong>en</strong> Techniek in onderwijs <strong>en</strong> arbeidsmarkt.<br />

Om te beginn<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> relatief klein onderzoek uitgevoerd bij vijf schol<strong>en</strong> voor voortgezet onderwijs. Op elke school zijn<br />

drie uitgebreide gesprekk<strong>en</strong> gevoerd: met e<strong>en</strong> groep leerling<strong>en</strong> uit 5 <strong>en</strong> 6 vwo, met e<strong>en</strong> aantal doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met de decaan<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordiger van de schoolleiding. De gesprekk<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> het karakter van gestructureerde diepte-interviews.<br />

Het doel van de gesprekk<strong>en</strong> was tweeledig:<br />

• In kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> welke beeld<strong>en</strong> er lev<strong>en</strong> <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong>;<br />

• Inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong> welke behoeft<strong>en</strong> er lev<strong>en</strong> naar informatie, contact <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelaties gericht op het werk<strong>en</strong> in de<br />

wet<strong>en</strong>schap.<br />

E<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e conclusie is dat er in het voortgezet onderwijs nauwelijks e<strong>en</strong> beeld bestaat van wet<strong>en</strong>schappelijk werk. E<strong>en</strong><br />

deel van de leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft wel behoefte aan meer informatie <strong>over</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap. Als<br />

spiegelbeeld hiervan is onderzocht hoe de behoeft<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> bij k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisint<strong>en</strong>sieve bedrijv<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

mogelijk of reëel tekort aan onderzoekers alle<strong>en</strong> blijkt nauwelijks e<strong>en</strong> motief te zijn om te invester<strong>en</strong> in adoptierelaties met<br />

schol<strong>en</strong> voor voortgezet onderwijs. Motiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>, zijn breder. T<strong>en</strong> derde is e<strong>en</strong> aantal initiatiev<strong>en</strong><br />

in kaart gebracht in de Bondsrepubliek Duitsland, het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>. Vooral in de Angelsaksische<br />

wereld is ruime ervaring voorhand<strong>en</strong> met adoptierelaties, al word<strong>en</strong> die meestal niet zo g<strong>en</strong>oemd. Er zijn echter<br />

nauwelijks relaties te vind<strong>en</strong> die zich exclusief richt<strong>en</strong> op het algeme<strong>en</strong> voortgezet onderwijs <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele relatie richt<br />

zich op het thema ‘werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap’. Niettemin ligg<strong>en</strong> hier zeker aanknopingspunt<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte is er e<strong>en</strong> literatuuronderzoek<br />

uitgezet naar de vraag welke factor<strong>en</strong> de beroepskeuze bepal<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke daarvan beïnvloedbaar zijn. E<strong>en</strong><br />

algem<strong>en</strong>e conclusie is dat patron<strong>en</strong> van beroepskeuze slechts op <strong>en</strong>kele factor<strong>en</strong> zijn te beïnvloed<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat dit vraagt om<br />

langdurige interv<strong>en</strong>ties.<br />

Naast het uitgezette onderzoek is gezocht naar aanknopingspunt<strong>en</strong> in bestaande literatuur. Deze zijn vooral te vind<strong>en</strong> in de<br />

initiatiev<strong>en</strong> van Axis, nationaal platform voor Natuur <strong>en</strong> Techniek in onderwijs <strong>en</strong> arbeidsmarkt. In de notaVerk<strong>en</strong>ning<br />

Buit<strong>en</strong>schools Ler<strong>en</strong>, geschrev<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>werking met Stichting Wet<strong>en</strong>, wordt onder meer geconcludeerd dat er sprake<br />

is van e<strong>en</strong> groot aantal instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> initiatiev<strong>en</strong> op het terrein van bèta/techniek, maar ook dat deze sterk versnipperd<br />

zijn. De verschill<strong>en</strong> in inspanning tuss<strong>en</strong> bedrijfstakk<strong>en</strong> zijn erg groot. Specifiek voor de Tweede Fase van het voortgezet<br />

onderwijs wordt aanbevol<strong>en</strong> aan te sluit<strong>en</strong> bij de Oriëntatie op Studie <strong>en</strong> Beroep (OSB) in het curriculum <strong>en</strong> bij (onderzoeks)opdracht<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong> de school. De Axis-nota Uitwisseling Personeel tuss<strong>en</strong> Onderwijs <strong>en</strong> Bedrijfslev<strong>en</strong> biedt e<strong>en</strong><br />

gedetailleerde sterkte/zwakte analyse van uitwisseling<strong>en</strong> in het kader van het vmbo. Het is interessant die te vergelijk<strong>en</strong><br />

met de context van de Tweede Fase van het vwo. Het hoofdstuk <strong>over</strong> keuzeprocess<strong>en</strong> in de nota Bèta/techniek uit Balans<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -39 -


is e<strong>en</strong> goede aanvulling op dit onderzoek. T<strong>en</strong> slotte is gekek<strong>en</strong> naar Axis Online, e<strong>en</strong> analyse van de mogelijkhed<strong>en</strong><br />

van internet om het bèta/techniek onderwijs <strong>en</strong> beroepsveld aantrekkelijker te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ondersteun<strong>en</strong>.<br />

Al dit d<strong>en</strong>kwerk biedt e<strong>en</strong> heleboel ideeën <strong>over</strong> adoptierelaties <strong>en</strong> de activiteit<strong>en</strong> die daarbinn<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>.<br />

Tegelijkertijd moet word<strong>en</strong> geconstateerd dat de keuze voor adoptierelaties voor het specifieke probleem van beeldvorming<br />

van wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> niet de meest voor de hand ligg<strong>en</strong>de is.<br />

2.2 De actielijn<br />

Tabel 2 - actielijn<br />

Project<strong>en</strong> VSNU Diverse initiatiev<strong>en</strong> van zes universiteit<strong>en</strong> in het kader van hun aansluitingsprogramma’s<br />

voor leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het vwo.<br />

Internet K<strong>en</strong>nislink: e<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>ning van de mogelijkhed<strong>en</strong> van internet om<br />

beeldvorming bij jonger<strong>en</strong> tebeïnvloed<strong>en</strong>; KNAW: Werkstuknetwerk / JOTA!;<br />

SMO: jonger<strong>en</strong>communicatie <strong>en</strong> internet.<br />

Disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Stichting C 3: ervaring<strong>en</strong> met adoptieproject<strong>en</strong> in de chemie;<br />

NIBI: ervaring<strong>en</strong> diverse project<strong>en</strong> Expertisec<strong>en</strong>trum Biologie;<br />

Consul<strong>en</strong>t natuurkunde: interviews <strong>over</strong> ervaring<strong>en</strong> van schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong>;<br />

Consul<strong>en</strong>t wiskunde, aardwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, sterr<strong>en</strong>kunde, ruimteonderzoek.<br />

Overige initiatiev<strong>en</strong> KIVI: Ing<strong>en</strong>ieur voor de klas; Go Infra campagne: werk<strong>en</strong> in de infrastructuur;<br />

CPS: ervaring<strong>en</strong> met hoogbegaafd<strong>en</strong>; VNO/NCW Midd<strong>en</strong>: impulsproject<br />

werk<strong>en</strong> in de metaal.<br />

Al vrij snel besloot Stichting Wet<strong>en</strong> om het niet bij onderzoek <strong>en</strong> d<strong>en</strong>kwerk te lat<strong>en</strong>, maar ook e<strong>en</strong> aantal interessante<br />

initiatiev<strong>en</strong> te financier<strong>en</strong> <strong>en</strong> te evaluer<strong>en</strong> met het oog op hun praktische leereffect<strong>en</strong>. Daarnaast werd<strong>en</strong> evaluatieve<br />

gesprekk<strong>en</strong> gevoerd met betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> bij reeds bestaande verwante project<strong>en</strong>.<br />

Project<strong>en</strong> VSNU<br />

Het Informatiec<strong>en</strong>trum Aansluiting vwo-wo van de VSNU di<strong>en</strong>de zes projectvoorstell<strong>en</strong> in, gekoppeld aan bestaande aansluitingsprogramma’s.<br />

Binn<strong>en</strong> de aansluitingsprogramma’s zijn reeds netwerk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het voortgezet<br />

onderwijs <strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan de universiteit voor hand<strong>en</strong>. Deze bestaande netwerk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijk argum<strong>en</strong>t voor<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> om sam<strong>en</strong>werking met universiteit<strong>en</strong> te start<strong>en</strong>. Rode draad in de voorstell<strong>en</strong> is het geme<strong>en</strong>schappelijke<br />

doel 5- <strong>en</strong> 6-vwo-ers actief te lat<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nismak<strong>en</strong> met concrete <strong>en</strong> positieve beeld<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schappers. De volg<strong>en</strong>de<br />

tabel geeft e<strong>en</strong> <strong>over</strong>zicht.<br />

Tabel 3 - <strong>over</strong>zicht project<strong>en</strong> VSNU<br />

Katholieke Universiteit<br />

Nijmeg<strong>en</strong>, EXO steunpunt<br />

EXO steunpunt: website voor leerling<strong>en</strong> van de bov<strong>en</strong>bouw van het havo/vwo<br />

die e<strong>en</strong> Eig<strong>en</strong> eXperim<strong>en</strong>teel Onderzoek do<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>;<br />

Van Mels<strong>en</strong> Prijs: landelijke prijs voor het beste profielwerkstuk in de exacte<br />

vakk<strong>en</strong>; ICYS: International Confer<strong>en</strong>ce for Young Sci<strong>en</strong>tists. Universiteit Leid<strong>en</strong><br />

-40 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Universiteit leid<strong>en</strong> Masterclasses natuurkunde <strong>en</strong> wiskunde; Panorama of Sci<strong>en</strong>ce: doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>dag<br />

vwo-wo met pres<strong>en</strong>taties <strong>en</strong> gesprekk<strong>en</strong>; Ontwikkeling aansluitings modul<strong>en</strong><br />

biologie <strong>en</strong> Chinese taal <strong>en</strong> cultuur.<br />

Universiteit Utrecht Practicum natuurkunde voor doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>; Vaknetwerk KCV: website, nascholing<br />

<strong>en</strong> ontwikkeling lespakket.<br />

Universiteit Tw<strong>en</strong>te Vakk<strong>en</strong>linx: evaluatie <strong>en</strong> uitbouwLOB-2 modul<strong>en</strong>.<br />

Vrije Universiteit Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>uitwisseling 2002.Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> Universiteit Fotosynthese@school:<br />

mobiel practicum.<br />

De voorstell<strong>en</strong> betroff<strong>en</strong> voornamelijk uitbreiding<strong>en</strong> van bestaande initiatiev<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de beschikbare doorlooptijd<br />

voor de meeste universiteit<strong>en</strong> <strong>over</strong>ig<strong>en</strong>s de <strong>en</strong>ige mogelijkheid was. Stichting Wet<strong>en</strong> k<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> budget toe op<br />

voorwaarde dat er van elk sam<strong>en</strong>werkingsverband e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>- <strong>en</strong> e<strong>en</strong> eindrapportage werd opgeleverd. Wat in algem<strong>en</strong>e<br />

zin opvalt, is dat deze pilots de stap van aansluiting op universitair onderwijs naar beeldvorming van wet<strong>en</strong>schap<br />

wel zett<strong>en</strong>, maar dat ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele direct <strong>en</strong> expliciet gericht is op het beroep van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoeker. Daarvoor<br />

bevatt<strong>en</strong> de meeste initiatiev<strong>en</strong> <strong>over</strong>ig<strong>en</strong>s wel goede aanknopingspunt<strong>en</strong>.<br />

Internet<br />

De tweede actie in deze lijn betrof het opzett<strong>en</strong> van de website K<strong>en</strong>nislink (www.k<strong>en</strong>nislink.nl). Deze site is e<strong>en</strong> portal die<br />

wet<strong>en</strong>schappelijke k<strong>en</strong>nis ontsluit voor het brede publiek. Trefwoord<strong>en</strong> zijn snelheid, trefzekerheid, betrouwbaarheid,<br />

begrijpelijkheid. E<strong>en</strong> fulltime redactie houdt zich bezig met het selecter<strong>en</strong> <strong>en</strong> bewerk<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

informatie. De informatie wordt aangeleverd door e<strong>en</strong> omvangrijk netwerk van correspond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarna geschikt<br />

gemaakt voor plaatsing op de site. Jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar vorm<strong>en</strong> voor K<strong>en</strong>nislink e<strong>en</strong> belangrijke doelgroep.<br />

Internet is met name voor deze groep het ideale medium.<br />

De tuss<strong>en</strong>rapportage van de tweede fase van K<strong>en</strong>nislink (juni 2002) geeft het beeld van e<strong>en</strong> snel groei<strong>en</strong>d medium.<br />

De site biedt op dat mom<strong>en</strong>t 2500 artikel<strong>en</strong>, 35 nieuwsbericht<strong>en</strong>, 200 audio/video items, e<strong>en</strong> honderdtal links <strong>en</strong> 500<br />

adress<strong>en</strong> van k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong>. Gemiddeld bezoek<strong>en</strong> 1200 m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> per dag de site <strong>en</strong> de waardering is hoog.<br />

Het netwerk van k<strong>en</strong>nisleveranciers omvat niet alle<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong>, maar ook wet<strong>en</strong>schapsjournalist<strong>en</strong>, vijf uitgeverij<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> drie publieke omroeporganisaties in Nederland <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong>. Inhoudelijk bestrijkt het<br />

netwerk vooral de natuurwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> technische wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. De ontwikkelstrategie voorziet in e<strong>en</strong><br />

uitbouw naar alfa- <strong>en</strong> gammawet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />

K<strong>en</strong>nislink heeft unieke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, maar is zeker niet het <strong>en</strong>ige initiatief dat gericht is op wet<strong>en</strong>schapscommunicatie<br />

voor jonger<strong>en</strong>. Op de site www.werkstuknetwerk.nl pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van acht verschill<strong>en</strong>de universiteit<strong>en</strong> hun<br />

studie door middel van werkstukpakkett<strong>en</strong>. Deze pakkett<strong>en</strong> help<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de Tweede Fase van<br />

havo/vwo bij de uitwerking van e<strong>en</strong> profielwerkstuk. De thema’s van de werkstukpakkett<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij de<br />

opleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo is Werkstuknetwerk tegelijkertijd lesmateriaal <strong>en</strong> studieoriëntatie.<br />

Als derde is gekek<strong>en</strong> naar de site www.hightechviewer.nl. Dit is e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsverband van e<strong>en</strong> aantal werkgevers,<br />

Axis <strong>en</strong> Stichting Maatschappij <strong>en</strong> Onderneming (SMO). Op de site kunn<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> ervaringsverhal<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> van jonge<br />

werknemers. Het doel is te onderzoek<strong>en</strong> hoe internet kan word<strong>en</strong> ingezet als aanleiding voor persoonlijke contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

jonger<strong>en</strong> <strong>en</strong> hooggekwalificeerde technici. De filosofie is dat de combinatie van internetcontact <strong>en</strong> persoonlijk<br />

contact het meest effectief is.<br />

Ook uit de ervaring<strong>en</strong> van de betrokk<strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong>, bijvoorbeeld de site van het EXO steunpunt van de Katholieke<br />

Universiteit Nijmeg<strong>en</strong>, blijkt dat de b<strong>en</strong>adering van jonger<strong>en</strong> via internet kansrijk is.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -41 -


Disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> derde actie vanuit Stichting Wet<strong>en</strong> is het faciliter<strong>en</strong> van disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Gezocht is naar person<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of<br />

organisaties met e<strong>en</strong> breed netwerk in e<strong>en</strong> specifiek wet<strong>en</strong>schapsgebied. K<strong>en</strong>nislink maakt bijvoorbeeld gebruik van deze<br />

consul<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor correspond<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, maar voor het <strong>over</strong>ige is hun opdracht relatief op<strong>en</strong>. Het gaat erom dat zij kans<strong>en</strong><br />

signaler<strong>en</strong> voor effectieve adoptierelaties. Er zijn op dit mom<strong>en</strong>t drie disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor biologie <strong>en</strong> natuurkunde<br />

<strong>en</strong> één voor wiskunde, aardwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, sterr<strong>en</strong>kunde <strong>en</strong> ruimteonderzoek. Voor scheikunde is gebruik gemaakt van<br />

Stichting C 3, die de spil is van e<strong>en</strong> netwerk op het snijvlak van wet<strong>en</strong>schap, onderwijs <strong>en</strong> industrie. De consul<strong>en</strong>t voor<br />

biologie is gekoppeld aan het Expertisec<strong>en</strong>trum Biologie van het NIBI. Tot het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> is het werk van de consul<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

vooral verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d geweest. Voor scheikunde ligt er e<strong>en</strong> zeer boei<strong>en</strong>de evaluatie van e<strong>en</strong> groot aantal adoptierelaties<br />

tuss<strong>en</strong> onderwijs <strong>en</strong> de chemische industrie tijd<strong>en</strong>s de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>. Voor biologie zijn twee initiatiev<strong>en</strong> gestart: e<strong>en</strong><br />

project Doe het zelf met DNA (met inschakeling van K<strong>en</strong>nislink) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> project Expert meets Expert, ontmoeting<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

onderwijsexperts <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke experts. Voor natuurkunde is e<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>de ronde gemaakt langs e<strong>en</strong> aantal<br />

bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> instelling<strong>en</strong>, om het draagvlak te taxer<strong>en</strong> voor deelname aan adoptierelaties.<br />

Overige initiatiev<strong>en</strong><br />

Stichting Wet<strong>en</strong> heeft t<strong>en</strong> slotte gesprekk<strong>en</strong> gevoerd met betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> aantal bestaande project<strong>en</strong> die k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> van adoptierelaties, op zoek naar de kritische succesfactor<strong>en</strong>. Vier initiatiev<strong>en</strong> zijn daarbij in kaart gebracht:<br />

• Het project Ing<strong>en</strong>ieur voor de klas, opgezet door KIVI, NIRIA <strong>en</strong> de VEDOTECH. Het project br<strong>en</strong>gt leerling<strong>en</strong> in contact met<br />

e<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>ieur. In <strong>over</strong>leg met de techniekdoc<strong>en</strong>t wordt e<strong>en</strong> gastles voorbereid. Aanvull<strong>en</strong>d bezoekt e<strong>en</strong> klas e<strong>en</strong> bedrijf of<br />

project, zodat leerling<strong>en</strong> ook in de praktijk kunn<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> wat het werk van e<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>ieur inhoudt. Het project zet daarmee<br />

sterk in op het <strong>over</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> beroepsbeeld.<br />

• De Go Infra campagne, opgezet door acht organisaties in grond-, water- <strong>en</strong> weg<strong>en</strong>bouw. De campagne richt zich op jonger<strong>en</strong><br />

van basisschool tot <strong>en</strong> met universiteit <strong>en</strong> opereert vanuit Harderwijk, waar zich ook het Go Infra voorlichtingsc<strong>en</strong>trum<br />

bevindt. Er wordt veel geïnvesteerd in communicatie <strong>over</strong> de branche <strong>en</strong> de beroep<strong>en</strong> daarbinn<strong>en</strong>. Go Infra biedt informatie<br />

via www.go-infra.nl, ontwikkelt lesmateriaal <strong>en</strong> organiseert excursies naar de bouwput bij het voorlichtingsc<strong>en</strong>trum.<br />

• Het CPS te Amersfoort k<strong>en</strong>t het Landelijk Informatiepunt (Hoog)begaafdheid waar informatie is te krijg<strong>en</strong> <strong>over</strong> initiatiev<strong>en</strong><br />

voor hoogbegaafde jonger<strong>en</strong>. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om masterclasses, plusprogramma’s van schol<strong>en</strong>, mogelijkhed<strong>en</strong><br />

voor vwo-leerling<strong>en</strong> om alvast colleges te volg<strong>en</strong> of speciale themaproject<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> universiteit of bedrijf.<br />

• Het project Metaal Impuls, e<strong>en</strong> initiatief van het Platform Onderwijs Arbeidsmarkt in de Achterhoek. Het platform is<br />

opgericht door bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> industriële kring<strong>en</strong> die zijn aangeslot<strong>en</strong> bij VNO/NCW Midd<strong>en</strong> <strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordigers van het<br />

onderwijs <strong>en</strong> de <strong>over</strong>heid in de regio. Metaal Impuls is e<strong>en</strong> opleiding met baangarantie die geheel wordt betaald door de<br />

bedrijv<strong>en</strong>. De opleiding is door deze baangarantie – teg<strong>en</strong> de tr<strong>en</strong>d in – gegroeid. Het Platform organiseert tev<strong>en</strong>s<br />

techniekdag<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> breed publiek. Inmiddels hebb<strong>en</strong> de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> geleid tot verschill<strong>en</strong>de<br />

conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> <strong>over</strong> stages, activiteit<strong>en</strong> voor doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, gebruik van machines door schol<strong>en</strong> et cetera. Er is nu ook e<strong>en</strong><br />

initiatief voor de bouwsector.<br />

2.3 Conclusies<br />

Zowel de studies in de onderzoekslijn als de reflecties in de actielijn lever<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geschakeerd beeld op aan vorm<strong>en</strong> van<br />

sam<strong>en</strong>werking op het snijvlak van onderwijs, wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> bedrijfslev<strong>en</strong>. Ofschoon het <strong>over</strong>zicht zeker niet uitputt<strong>en</strong>d is,<br />

vorm<strong>en</strong> de uitgezette pilots <strong>en</strong> onderzochte initiatiev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goede afspiegeling van wat er zoal mogelijk is. E<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e<br />

conclusie is dat er in binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land allerlei voorbeeld<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> zijn van adoptieachtige sam<strong>en</strong>werkingsrelaties,<br />

maar dat ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele de ess<strong>en</strong>tiële k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> heeft van de adopties zoals aan het begin van deze rapportage gedefinieerd.<br />

Wel is er veel informatie verkreg<strong>en</strong> <strong>over</strong> motiev<strong>en</strong> van partij<strong>en</strong> om aan dergelijke sam<strong>en</strong>werkingsrelaties deel te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

<strong>over</strong> belangrijke condities voor succesvolle sam<strong>en</strong>werking.<br />

-42 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

3. Beroepskeuze van jonger<strong>en</strong><br />

3.1 Het literatuuronderzoek<br />

Ofschoon het hier gaat om e<strong>en</strong> beperkt literatuuronderzoek is de conclusie onvermijdelijk dat m<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

hooggespann<strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> moet hebb<strong>en</strong> van de beïnvloedbaarheid van beroepskeuzepatron<strong>en</strong>.<br />

We wet<strong>en</strong> <strong>over</strong>ig<strong>en</strong>s niet precies hoe het zit. Er is ge<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> aanvaarde, sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de theorie <strong>over</strong> de wijze<br />

waarop m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> keuzes mak<strong>en</strong> voor hun loopbaan. Het idee dat er e<strong>en</strong> match moet word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de voorkeur<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> capaciteit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> individu <strong>en</strong> de k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> werk is al oud (Parsons,<br />

1909), maar <strong>over</strong> hoe dat proces gaat, lop<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> uite<strong>en</strong>. In het literatuuronderzoek word<strong>en</strong> vier onderzoekstradities<br />

aangehaald die het probleem vanuit verschill<strong>en</strong>de invalshoek<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Afwissel<strong>en</strong>d wordt de<br />

nadruk gelegd op:<br />

• Specifieke persoonlijkheidsk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> die de beroepsgeschiktheid bepal<strong>en</strong>;<br />

• Kritische gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die leid<strong>en</strong> tot keuzes in verschill<strong>en</strong>de lev<strong>en</strong>sstadia;<br />

• De mate waarin individu<strong>en</strong> zijn toegerust met vaardighed<strong>en</strong> om loopbaanbeslissing<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>;<br />

• Het ontwikkel<strong>en</strong> van arbeidsid<strong>en</strong>titeit als continu proces.<br />

In deze tradities wordt verschill<strong>en</strong>d aangekek<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de rol van beroepskeuze-informatie <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de invloed van<br />

persoonsk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> versus sociale process<strong>en</strong>.<br />

Vervolg<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> in de studie neg<strong>en</strong> factor<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> die in het proces van loopbaankeuzes e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

aantal daarvan zijn persoonsgebond<strong>en</strong>, andere zijn verbond<strong>en</strong> met de omgeving. Het zal ge<strong>en</strong> verbazing wekk<strong>en</strong><br />

dat de belangrijkste factor<strong>en</strong> – milieu, etniciteit, geslacht, zelfconcept, beroepsw<strong>en</strong>s – niet of nauwelijks zijn te<br />

beïnvloed<strong>en</strong>. De factor beroepsw<strong>en</strong>s verwijst naar het gegev<strong>en</strong> dat veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> al vrij vroeg bij voorkeur in bepaalde<br />

richting<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij andere uitsluit<strong>en</strong>. De conclusie is dat er in elk geval drie mogelijkhed<strong>en</strong> tot<br />

beïnvloeding van keuzeprocess<strong>en</strong> zijn:<br />

• Het onderwijscurriculum (met name aandacht voor loopbaanvaardighed<strong>en</strong>);<br />

• Informatie <strong>over</strong> werk <strong>en</strong> beroep;<br />

• Begeleiding van het proces waarin de keuzes word<strong>en</strong> gemaakt.<br />

Over de mate waarin deze factor<strong>en</strong> invloed hebb<strong>en</strong>, is in de literatuur ge<strong>en</strong> <strong>over</strong>e<strong>en</strong>stemming anders dan dat ze relatief<br />

weinig gewicht in de schaal legg<strong>en</strong>.<br />

3.2 Loopbaanoriëntatie <strong>en</strong> -begeleiding<br />

Van de vier g<strong>en</strong>oemde invalshoek<strong>en</strong> is het ontwikkel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> arbeidsid<strong>en</strong>titeit als continu proces de moeite waard om<br />

nader te bekijk<strong>en</strong>, omdat deze e<strong>en</strong> aantal theorieën in zich ver<strong>en</strong>igt <strong>en</strong> in ons land veel invloed heeft.<br />

In eerdere opvatting<strong>en</strong> <strong>over</strong> oriëntatie op studie <strong>en</strong> beroep (OSB) stond het ler<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal, vanuit de<br />

veronderstelling dat beroepskeuze vooral was gedi<strong>en</strong>d met het rationeel ler<strong>en</strong> afweg<strong>en</strong> van alternatiev<strong>en</strong>. Dit idee<br />

is rec<strong>en</strong>t bekritiseerd als te e<strong>en</strong>voudig <strong>en</strong> e<strong>en</strong>zijdig (Meijers <strong>en</strong> Wijers, 1997). In deze opvatting wordt de nadruk<br />

gelegd op het ontwikkel<strong>en</strong> van inzicht in jezelf, gerelateerd aan de betek<strong>en</strong>is die je aan je toekomst wilt gev<strong>en</strong>.<br />

De verandering kan word<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gevat in het motto: van (ler<strong>en</strong>) kiez<strong>en</strong> naar (ler<strong>en</strong>) reflecter<strong>en</strong>.<br />

Loopbaanoriëntatie <strong>en</strong> -begeleiding (LOB) is e<strong>en</strong> relatief nieuw f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong>. Er is gekoz<strong>en</strong> om in één term alle<br />

activiteit<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> te vatt<strong>en</strong> die leerling<strong>en</strong> help<strong>en</strong> greep te krijg<strong>en</strong> op hun toekomst. Of het nu gaat om m<strong>en</strong>torless<strong>en</strong><br />

<strong>over</strong> zelfstandig werk<strong>en</strong>, gesprekk<strong>en</strong> met de decaan, project<strong>en</strong> ter oriëntatie op studie <strong>en</strong> beroep, gastless<strong>en</strong><br />

gericht op de relatie tuss<strong>en</strong> schoolse k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> of om stages <strong>en</strong> bedrijfsbezoek<strong>en</strong>: al deze activiteit<strong>en</strong><br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -43 -


zoud<strong>en</strong> idealiter sam<strong>en</strong>hang moet<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal idee <strong>over</strong> de voorbereiding van leerling<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />

loopbaan die – meer dan vroeger – perman<strong>en</strong>t in beweging zal blijv<strong>en</strong>. LOB is erop gericht dat elke leerling naar<br />

eig<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong> werkt aan de ontwikkeling van e<strong>en</strong> arbeidsid<strong>en</strong>titeit. Het gaat dus om het opbouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

specifiek <strong>en</strong> g<strong>en</strong>uanceerd zelfbeeld in relatie tot arbeid <strong>en</strong> beroep. C<strong>en</strong>trale vrag<strong>en</strong> daarbij zijn:<br />

• Wat voor soort m<strong>en</strong>s b<strong>en</strong> ik, qua motivatie, interesses, sterke <strong>en</strong> zwakke punt<strong>en</strong>?<br />

• Op welke arbeidsgebied<strong>en</strong> kan ik, gegev<strong>en</strong> mijn kwaliteit<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> voor mij betek<strong>en</strong>isvolle bijdrage lever<strong>en</strong> aan de<br />

sam<strong>en</strong>leving?<br />

• In welke arbeidsrol kan ik iets betek<strong>en</strong><strong>en</strong> voor ander<strong>en</strong> <strong>en</strong> zij voor mij?<br />

Deze vrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> steeds weer opnieuw gesteld <strong>en</strong> beantwoord. Om dat te kunn<strong>en</strong>, heeft e<strong>en</strong> leerling e<strong>en</strong> aantal<br />

vaardighed<strong>en</strong> nodig die in de context van schoolvakk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangeleerd, maar ook kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet in de<br />

loopbaanoriëntatie. Dit is bijvoorbeeld uitgewerkt in Bouw<strong>en</strong> aan betek<strong>en</strong>is (SLO, 1998), e<strong>en</strong> leerplan waarin schoolse<br />

vaardighed<strong>en</strong> voor het do<strong>en</strong> van onderzoek, het oploss<strong>en</strong> van keuzeproblem<strong>en</strong>, reflectie <strong>en</strong> communicatie word<strong>en</strong><br />

verbond<strong>en</strong> met het begeleid<strong>en</strong> van jonger<strong>en</strong> in hun proces van toekomstverk<strong>en</strong>ning.<br />

In de Axis-studie Bèta/Techniek uit Balans wordt hierbij aangeslot<strong>en</strong>. Het studie- <strong>en</strong> beroepskeuzeproces wordt niet<br />

beschouwd als e<strong>en</strong> logisch <strong>en</strong> consist<strong>en</strong>t besluitvormingsproces. Als bepal<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd: opvoeding<br />

of socialisatie, sociaal-psychologische k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, succeservaring<strong>en</strong> in de schoolloopbaan <strong>en</strong> individuele interesses. De<br />

studie pleit voor e<strong>en</strong> krachtige leeromgeving waarin leerling<strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> opdo<strong>en</strong>. Er is inmiddels e<strong>en</strong> stevig<br />

corpus onderzoek naar rijke of krachtige omgeving<strong>en</strong> voor het stimuler<strong>en</strong> van leerprocess<strong>en</strong>. In de publicatie E<strong>en</strong> zaak<br />

van betek<strong>en</strong>is (LDC, 1997) word<strong>en</strong> zes basisprincipes g<strong>en</strong>oemd (ontle<strong>en</strong>d aan Lodewijks, 1995):<br />

• Krachtige leeromgeving<strong>en</strong> zijn functioneel. Zij zijn zoveel mogelijk gericht op gebruik of toepassing van k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong><br />

vaardighed<strong>en</strong>;<br />

• Krachtige leeromgeving<strong>en</strong> zijn lev<strong>en</strong>secht. De ler<strong>en</strong>de moet voortdur<strong>en</strong>d ervar<strong>en</strong> wat hij met de geleerde k<strong>en</strong>nis in<br />

wissel<strong>en</strong>de context<strong>en</strong> wel <strong>en</strong> niet kan do<strong>en</strong>;<br />

• Krachtige leeromgeving<strong>en</strong> nodig<strong>en</strong> uit tot activiteit;<br />

• Krachtige leeromgeving<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> gedragsmodell<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> in coaching;<br />

• Krachtige leeromgeving<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> impuls<strong>en</strong> aan ler<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om zelf verantwoordelijkheid te nem<strong>en</strong> voor het ler<strong>en</strong>;<br />

• Krachtige leeromgeving<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong> bij ler<strong>en</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong> besef van de eig<strong>en</strong> bekwaamheid. Ze bied<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om zicht te krijg<strong>en</strong> op hun sterke <strong>en</strong> zwakke punt<strong>en</strong>.<br />

Dit is e<strong>en</strong> volstrekt andere b<strong>en</strong>adering dan het simpelweg verstrekk<strong>en</strong> van informatie <strong>over</strong> studie <strong>en</strong> beroep. Ook<br />

andere bronn<strong>en</strong> in het vooronderzoek bevestig<strong>en</strong> de beperkte waarde van (geïsoleerde) objectieve informatie.<br />

Informatie is wel belangrijk, maar alle<strong>en</strong> als er e<strong>en</strong> auth<strong>en</strong>tieke, dring<strong>en</strong>de vraag bestaat. In eerste instantie wordt<br />

het vooral van belang geacht om aan te sluit<strong>en</strong> bij waard<strong>en</strong>ontwikkeling, persoonlijke interesses, id<strong>en</strong>tificatie met<br />

rolmodell<strong>en</strong> <strong>en</strong> leeftijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aardig voorbeeld biedt SMO, dat in e<strong>en</strong> proefproject via internet beroepsbeeld<strong>en</strong><br />

communiceert met verhal<strong>en</strong> uit het dagelijks lev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> onderzoeker (www.hightechviewer.nl).<br />

3.3 Conclusies<br />

Het deelonderzoek naar de beïnvloedbaarheid van beroepskeuzeprocess<strong>en</strong> leidt voorlopig tot de volg<strong>en</strong>de conclusies:<br />

• Het proces van studie- <strong>en</strong> beroepskeuze wordt bepaald door e<strong>en</strong> groot aantal factor<strong>en</strong> waarvan de belangrijkste<br />

sterk persoonsgebond<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> niet of nauwelijks te beïnvloed<strong>en</strong>;<br />

• Dit proces wordt in ons land teg<strong>en</strong>woordig opgevat als loopbaanontwikkeling: de ontwikkeling van e<strong>en</strong> arbeidsid<strong>en</strong>titeit<br />

die al vroeg begint <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> lang doorgaat;<br />

-44 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

• C<strong>en</strong>traal principe in de loopbaanbegeleiding is het verbind<strong>en</strong> van zicht op arbeid met zicht op de persoonlijke<br />

interesses <strong>en</strong> waard<strong>en</strong>;<br />

• Belangrijke compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn betek<strong>en</strong>isvolle ervaring<strong>en</strong>: succeservaring, persoonlijke communicatie met beroepsbeoef<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>.<br />

Objectieve informatie speelt e<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>de rol.<br />

Wat betek<strong>en</strong>t dit voor de beoogde adoptierelaties? Het onderzoek wijst in de richting van drie belangrijke punt<strong>en</strong>.<br />

Adoptierelaties moet<strong>en</strong>:<br />

• Onderdeel uitmak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> van LOB-activiteit<strong>en</strong> om <strong>en</strong>ig effect te kunn<strong>en</strong> sorter<strong>en</strong> op beroepskeuzepatron<strong>en</strong>;<br />

• Leid<strong>en</strong> tot persoonlijke <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>isvolle ervaring<strong>en</strong> van jonger<strong>en</strong>;<br />

• Mikk<strong>en</strong> op activiteit<strong>en</strong> waarin loopbaanvaardighed<strong>en</strong> verder word<strong>en</strong> ontwikkeld.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -45 -


-46 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

4. Ervaring<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> literatuurstudie lat<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> naar ervaring<strong>en</strong> in de Bondsrepubliek Duitsland, het<br />

Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>. In de studie wordt de term partnerschap gebruikt, omdat de term<br />

adoptie in de Angelsaksische wereld de connotatie van hulpverl<strong>en</strong>ing heeft. Adopt-a-school staat voor e<strong>en</strong> relatie<br />

waarin bedrijv<strong>en</strong> of instelling<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> met ernstige problem<strong>en</strong> uit de narigheid hal<strong>en</strong>.<br />

Het onderzoek richtte zich op de volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong>:<br />

• Zijn in Duitsland, het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> van succesvolle partnerschapp<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> voor voortgezet onderwijs, bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of universiteit<strong>en</strong>? Zo ja, wat maakt die voorbeeld<strong>en</strong><br />

succesvolle verhal<strong>en</strong>?<br />

• Hebb<strong>en</strong> partnerschapp<strong>en</strong> invloed op de beeldvorming van beroep<strong>en</strong> bij leerling<strong>en</strong> in het voortgezet onderwijs?<br />

Zo ja, is deze invloed positief of negatief?<br />

E<strong>en</strong> aantal voorbeeld<strong>en</strong> is beschrev<strong>en</strong>, waarbij steeds is gekek<strong>en</strong> naar de int<strong>en</strong>siteit, het doel, de duur, de betrokk<strong>en</strong><br />

partij<strong>en</strong> <strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> partnerschap.<br />

4.1 Ervaring<strong>en</strong> in Duitsland<br />

De studie geeft e<strong>en</strong> korte typering van zes initiatiev<strong>en</strong>. Het gaat om relaties waarin sprake is van opleidingsplaats<strong>en</strong><br />

in leerbedrijv<strong>en</strong> of modernisering van het (beroeps)onderwijs, om proefproject<strong>en</strong> die multimedia <strong>en</strong> ICT stimuler<strong>en</strong>,<br />

om e<strong>en</strong> initiatief om vrouw<strong>en</strong> te interesser<strong>en</strong> voor wiskunde <strong>en</strong> de natuurwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> om partnerschapp<strong>en</strong><br />

die tot doel hebb<strong>en</strong> het imago van de staalindustrie te verbeter<strong>en</strong>.<br />

Vier voorbeeld<strong>en</strong>:<br />

• In Netd@ys-NRW ’98 word<strong>en</strong> project<strong>en</strong> georganiseerd waarin schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> in onderlinge sam<strong>en</strong>werking<br />

e<strong>en</strong> week activiteit<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> met nieuwe media <strong>en</strong> computers. Hierbij zijn vele partij<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>: 134 schol<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> 327 bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> instelling<strong>en</strong>, met steun van de <strong>over</strong>heid in Nordrhein-Westfal<strong>en</strong> <strong>en</strong> de media. E<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale<br />

organiser<strong>en</strong>de rol speelt het Europäisches Z<strong>en</strong>trum für Medi<strong>en</strong>kompet<strong>en</strong>z dat als intermediair fungeert voor de<br />

communicatie <strong>en</strong> coördinatie van de activiteit<strong>en</strong>. De effect<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> motivatie <strong>en</strong> kunde om met ICT<br />

om te gaan.<br />

• Schule und Arbeitswelt (1998) is e<strong>en</strong> partnerschap tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> school <strong>en</strong> e<strong>en</strong> industrieel bedrijf in Hess<strong>en</strong>. De<br />

activiteit<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong> opleidingsproject<strong>en</strong>, leerplaats<strong>en</strong>, nascholing van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, PR, managem<strong>en</strong>tontwikkeling.<br />

De relatie is in die zin succesvol dat hij duurzaam <strong>en</strong> int<strong>en</strong>sief is. Over de effect<strong>en</strong> is nog ge<strong>en</strong> informatie beschikbaar.<br />

• Drive to Learn is e<strong>en</strong> partnerschap tuss<strong>en</strong> Siem<strong>en</strong>s AG <strong>en</strong> e<strong>en</strong> meisjesgymnasium in Beier<strong>en</strong>. Ook dit is e<strong>en</strong> duurzame<br />

<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve relatie met vergelijkbare activiteit<strong>en</strong> als in Hess<strong>en</strong>. Het project richt zich met name op<br />

begaafde leerling<strong>en</strong>. De gedocum<strong>en</strong>teerde effect<strong>en</strong> zijn bescheid<strong>en</strong>.<br />

• De Tag der Chemie is e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t initiatief tot partnerschap tuss<strong>en</strong> de Ruhr-Universität Bochum <strong>en</strong> de Willy Brandt<br />

Gesamtschule. Ook hier is het succes vooralsnog gerelateerd aan e<strong>en</strong> goede organisatie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal gedeelde<br />

int<strong>en</strong>ties. Effect<strong>en</strong> zijn nog niet bek<strong>en</strong>d.<br />

De onderzoekers signaler<strong>en</strong> dat partnerschapp<strong>en</strong> in Duitsland voor het voortgezet onderwijs pril zijn. De impuls zit<br />

vooral in belang<strong>en</strong>organisaties van werkgevers. Er is veel in beweging gezet, vooral in Nordrhein-Westfal<strong>en</strong><br />

(40% van de schol<strong>en</strong> is betrokk<strong>en</strong>!), maar het is te vroeg om effect<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -47 -


4.2 Ervaring<strong>en</strong> in het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk<br />

In Engeland k<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> al vanaf 1970 het f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> EPB oftewel Education–Business Partnership, maar de meeste<br />

partnerschapp<strong>en</strong> zijn pas in de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig tot ontwikkeling gekom<strong>en</strong>. Er is inmiddels e<strong>en</strong> National EPB Network<br />

als koepel voor 138 EPB’s in 11 regio’s. De basis is altijd lokaal. Het nationale netwerk is door de rec<strong>en</strong>te aandacht<br />

voor publiekprivate sam<strong>en</strong>werking in belang toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is e<strong>en</strong> gedeelde set doelstelling<strong>en</strong> die als volgt word<strong>en</strong><br />

omschrev<strong>en</strong>:<br />

• Jonger<strong>en</strong> voorbereid<strong>en</strong> op de wereld van het werk in het bijzonder <strong>en</strong> op de volwass<strong>en</strong>heid in het algeme<strong>en</strong>;<br />

• Bewustzijn bij doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vergrot<strong>en</strong> voor de wereld van werk <strong>en</strong> werkgerelateerde curricula;<br />

• Bijdrag<strong>en</strong> aan het verhog<strong>en</strong> van prestaties van leerling<strong>en</strong> via werkgerelateerde lesinhoud<strong>en</strong>;<br />

• Het bedrijfslev<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> bij hun behoefte e<strong>en</strong> arbeidsniveau te creër<strong>en</strong> dat wereldwijd kan concurrer<strong>en</strong>;<br />

• De voordel<strong>en</strong> van lev<strong>en</strong>slang ler<strong>en</strong> promot<strong>en</strong>.<br />

Drie voorbeeld<strong>en</strong>:<br />

• Education to Industry is e<strong>en</strong> langdurige sam<strong>en</strong>werkingsrelatie tuss<strong>en</strong> 59 productiebedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> publieke organisaties<br />

in Sussex <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> voor lager <strong>en</strong> voortgezet onderwijs in de regio. Doelstelling is het vergrot<strong>en</strong> van de bek<strong>en</strong>dheid<br />

van de productie-industrie bij leerkracht<strong>en</strong>, leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> ouders. E<strong>en</strong> nev<strong>en</strong>doel is het verbeter<strong>en</strong> van beroepsvaardighed<strong>en</strong><br />

bij leerling<strong>en</strong> vanaf 15 jaar. Het is e<strong>en</strong> mix van wat we in ons land arbeidsoriëntatie (World of Work),<br />

sectororiëntatie (Industrial Awar<strong>en</strong>ess) <strong>en</strong> beroepsvoorbereiding (Careers and Work Experi<strong>en</strong>ce Enhancem<strong>en</strong>t)<br />

zoud<strong>en</strong> noem<strong>en</strong>. De positieve effect<strong>en</strong> van dit initiatief zijn zowel op de schol<strong>en</strong> als in de bedrijv<strong>en</strong> waarneembaar:<br />

schol<strong>en</strong> bested<strong>en</strong> meer aandacht aan wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> technologie, terwijl bedrijv<strong>en</strong> zich bewust word<strong>en</strong> van de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> die het curriculum biedt. Het effect op individueel niveau is vooral dat leerling<strong>en</strong> meer wet<strong>en</strong> <strong>over</strong> de<br />

industrie in hun directe omgeving.<br />

• School/business Links is e<strong>en</strong> succesvol project in e<strong>en</strong> sociaal-economisch achterstandsgebied bij Liverpool. Ook hier<br />

gaat het om e<strong>en</strong> langdurig project met veel betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>, zowel bedrijv<strong>en</strong> als schol<strong>en</strong>. Er is e<strong>en</strong> intermediaire organisatie,<br />

het Speke Garston Partnership, die het project trekt. Ook hier is weer sprake van e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> van lager onderwijs<br />

tot <strong>en</strong> met voortgezet onderwijs. Activiteit<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong> bedrijfsbezoek<strong>en</strong>, gastsprekers, speciale industriedag<strong>en</strong> op<br />

school, inbr<strong>en</strong>g van bedrijv<strong>en</strong> in schoolproject<strong>en</strong>, werkervaringsplaats<strong>en</strong> et cetera. De deelnem<strong>en</strong>de doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

meld<strong>en</strong> dat de leerling<strong>en</strong> hun omgeving beter ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, meer notie krijg<strong>en</strong> van de betek<strong>en</strong>is van werk <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

werkomgeving <strong>en</strong> van de praktische betek<strong>en</strong>is van op school geleerde vaardighed<strong>en</strong>. Het project loopt nog steeds <strong>en</strong><br />

groeit gestaag.<br />

• Cov<strong>en</strong>try and Warwickshire Partnerships Ltd. is e<strong>en</strong> soortgelijke EPB, ook in de industrie. Dezelfde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> zijn ook<br />

hier aanwezig: e<strong>en</strong> intermediaire organisatie als trekker, die bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> helpt elkaar te vind<strong>en</strong>. De Kamers<br />

van Koophandel spel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>de rol. Interessant is hier het m<strong>en</strong>toring programma waarin leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

‘buddy’ uit het bedrijfslev<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> toegewez<strong>en</strong>. In dit succesverhaal treff<strong>en</strong> we voor het eerst duidelijk e<strong>en</strong> effect aan:<br />

e<strong>en</strong> beter gefundeerde loopbaanbeslissing bij leerling<strong>en</strong>.<br />

In het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk bestaat dus al geruime tijd e<strong>en</strong> volwass<strong>en</strong> netwerk van partnerschapp<strong>en</strong> waarin de<br />

onderzoekers e<strong>en</strong> aantal interessante punt<strong>en</strong> signaler<strong>en</strong>:<br />

• De lokale basis <strong>en</strong> ondersteuning vanuit lokale <strong>over</strong>hed<strong>en</strong> is van belang;<br />

• Er zijn duidelijke effect<strong>en</strong>, maar die manifester<strong>en</strong> zich pas als e<strong>en</strong> partnerschap langdurig in stand wordt gehoud<strong>en</strong>;<br />

• De int<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> doel<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> bijna nooit <strong>over</strong>e<strong>en</strong> met de effect<strong>en</strong>.<br />

Het laatste punt geeft te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>: Verandert de richting van partnerschapp<strong>en</strong> in de loop van de tijd? Of zijn partnerschapp<strong>en</strong><br />

misschi<strong>en</strong> niet echt te bestur<strong>en</strong>? T<strong>en</strong> slotte is geblek<strong>en</strong> dat ge<strong>en</strong> van de onderzochte partnerschapp<strong>en</strong> iets<br />

doet met wet<strong>en</strong>schap of wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong>.<br />

-48 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

4.3 Ervaring<strong>en</strong> in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />

Het verschijnsel partnerschap bestaat in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> al zo’n twintig jaar. In die periode is de betrokk<strong>en</strong>heid van<br />

bedrijv<strong>en</strong> bij het onderwijs steeds sterker geword<strong>en</strong>. Soms leidt dat in schol<strong>en</strong> tot ergernis <strong>over</strong> zich opdring<strong>en</strong>de<br />

commerciële belang<strong>en</strong>. De meest uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de vorm<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor, maar zonder uitzondering legg<strong>en</strong> de partnerschapp<strong>en</strong><br />

zich toe op verbetering van de prestaties van leerling<strong>en</strong>, met als doel kwaliteitsverbetering van het arbeidspot<strong>en</strong>tieel.<br />

Vrijwel alle partnerschapp<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> ook met awards, prijz<strong>en</strong> gekoppeld aan veel publiciteit.<br />

Weer drie voorbeeld<strong>en</strong>:<br />

• E<strong>en</strong> gigant onder de partnerschapp<strong>en</strong> is het Reinv<strong>en</strong>ting Education Program van multinational IBM dat al vanaf<br />

1994 loopt. Onder deze paraplu zijn vele sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> ontstaan, allemaal gericht op het gebruik van<br />

ICT <strong>en</strong> hogere prestaties van leerling<strong>en</strong>. In de evaluaties wordt vaak e<strong>en</strong> significant positief effect gevond<strong>en</strong> op de<br />

leerprestaties van leerling<strong>en</strong> én op de professionele ontwikkeling van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Ook neemt het vermog<strong>en</strong> van<br />

schol<strong>en</strong> om veranderingsprocess<strong>en</strong> te manag<strong>en</strong> toe.<br />

• Girl’s day in the Lab is e<strong>en</strong> programma dat is ontwikkeld door Hampshire College in sam<strong>en</strong>werking met vijf<br />

schol<strong>en</strong>. Kleine groep<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> do<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> gedeg<strong>en</strong> voorbereiding e<strong>en</strong> dag onderzoek onder begeleiding van<br />

universitair doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De leerling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong> do<strong>en</strong> met behulp van de<br />

knowhow, de faciliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de apparatuur van Hampshire College. De evaluatie was informeel, maar het lijkt erop<br />

dat het beeld van onderzoek do<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderzoekers bij e<strong>en</strong> aantal meisjes is veranderd.<br />

• The Arts Education Partnership is e<strong>en</strong> nationaal programma gericht op het bevorder<strong>en</strong> van kunstzinnige vorming.<br />

Het bestaat sinds 1989. Het werkt met ‘state teams’ waarin kunst<strong>en</strong>aars, het onderwijs, het bedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

filantropische organisaties sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>. Uit het onderzoek komt helaas niet duidelijk naar vor<strong>en</strong> hoe de sam<strong>en</strong>werking<br />

er concreet uitziet. De evaluaties gev<strong>en</strong> indicaties dat leerprestaties in taal <strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong> omhoog gaan bij<br />

leerling<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> arts programma hebb<strong>en</strong> gevolgd.<br />

Ook hier concluder<strong>en</strong> de onderzoekers dat positieve effect<strong>en</strong> mogelijk zijn, maar dat ze alle<strong>en</strong> haalbaar zijn in<br />

langdurige partnerschapp<strong>en</strong>. Er zijn ge<strong>en</strong> partnerschapp<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> die tot doel hebb<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> te interesser<strong>en</strong><br />

voor de wet<strong>en</strong>schap of voor wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong>.<br />

4.4 Conclusies<br />

T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de twee onderzoeksvrag<strong>en</strong> kan sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d het volg<strong>en</strong>de word<strong>en</strong> geconcludeerd: er zijn veel voorbeeld<strong>en</strong><br />

van partnerschapp<strong>en</strong> waarbij schol<strong>en</strong>, bedrijv<strong>en</strong>, onderzoeksinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de <strong>over</strong>heid betrokk<strong>en</strong> zijn.<br />

Uit de succesverhal<strong>en</strong> blijkt ondermeer dat je e<strong>en</strong> lange adem moet hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> direct belang, <strong>en</strong> dat het<br />

persoonlijk moet word<strong>en</strong> om succesvol te zijn. Partnerschapp<strong>en</strong> zijn vaak zeer complex, met veel partij<strong>en</strong> op<br />

verschill<strong>en</strong>de niveaus, grootschalig <strong>en</strong> kleinschalig tegelijk. De wijze van sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> is vaak sterk cultureel<br />

bepaald.<br />

De vraag of dergelijke relaties bij leerling<strong>en</strong> in het voortgezet onderwijs effect<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op beroepskeuze<br />

(<strong>en</strong> specifiek op e<strong>en</strong> keuze voor e<strong>en</strong> beroep in de wet<strong>en</strong>schap) kan niet word<strong>en</strong> beantwoord. Er zijn nauwelijks<br />

voorbeeld<strong>en</strong> van dit type relaties <strong>en</strong> er zijn weinig effectmeting<strong>en</strong> voor hand<strong>en</strong>. De meeste daarvan hebb<strong>en</strong> betrekking<br />

op sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> bedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong> beroepsonderwijs of hoger onderwijs, of – in andere context<strong>en</strong> – e<strong>en</strong><br />

ket<strong>en</strong> van lager tot <strong>en</strong> met voortgezet onderwijs. Als er al effect<strong>en</strong> met betrekking tot de beroepskeuze word<strong>en</strong><br />

geconstateerd, is het de vraag of die aan de sam<strong>en</strong>werking mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -49 -


Op basis hiervan kan word<strong>en</strong> geconcludeerd dat:<br />

• Er in de organisatie van succesvolle partnerschapp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal werkzame bestanddel<strong>en</strong> zijn te id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong>;<br />

• Er in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> zijn bereikt op factor<strong>en</strong> die relevant kunn<strong>en</strong> zijn voor beroepskeuzeprocess<strong>en</strong>;<br />

• Het op basis van buit<strong>en</strong>landse ervaring<strong>en</strong> niet voor de hand ligt om e<strong>en</strong> initiatief gericht op wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

beroep<strong>en</strong> geïsoleerd neer te zett<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> zeer kleine <strong>en</strong> specifieke doelgroep.<br />

De beslissing om in adoptierelaties te invester<strong>en</strong>, hangt af van e<strong>en</strong> zorgvuldige inschatting hoe de kost<strong>en</strong>/bat<strong>en</strong><br />

verhouding onder gegev<strong>en</strong> condities uitpakt. Daarbij kunn<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse ervaring<strong>en</strong> niet zonder meer word<strong>en</strong><br />

gekopieerd vanwege hun specifieke, cultureel bepaalde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>.<br />

-50 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

5. Behoeft<strong>en</strong>, motiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong><br />

De besprok<strong>en</strong> onderzoek<strong>en</strong> richtt<strong>en</strong> zich op beroepskeuze <strong>en</strong> adoptierelaties in het algeme<strong>en</strong>. We hebb<strong>en</strong> hier echter<br />

te mak<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> specifieke doelgroep – jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar in de bov<strong>en</strong>bouw van het vwo – <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

specifiek probleem – hun beeld van wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong>. Om meer zicht te krijg<strong>en</strong> op beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong><br />

in deze context zijn onderzoek<strong>en</strong> uitgevoerd aan de aanbodzijde bij k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

aan de vraagzijde, in het onderwijs. In beide gevall<strong>en</strong> gaat het om relatief kleinschalig onderzoek, de conclusies<br />

zijn dus niet zonder meer g<strong>en</strong>eraliseerbaar. Niettemin komt er uit de gevoerde vraaggesprekk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tamelijk<br />

consist<strong>en</strong>t beeld naar vor<strong>en</strong>.<br />

5.1 De kant van bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong><br />

Het startpunt van de opdracht van het ministerie van OC<strong>en</strong>W aan Stichting Wet<strong>en</strong> is de w<strong>en</strong>s van de <strong>over</strong>heid om e<strong>en</strong><br />

dreig<strong>en</strong>d tekort aan wet<strong>en</strong>schappers te bestrijd<strong>en</strong>. Dat is e<strong>en</strong> belangrijk motief in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving die sterk afhankelijk<br />

is van e<strong>en</strong> excell<strong>en</strong>te k<strong>en</strong>nisinfrastructuur. Het is <strong>over</strong>ig<strong>en</strong>s wel opvall<strong>en</strong>d dat de precieze aard <strong>en</strong> omvang van dat<br />

probleem niet erg helder is. Deels is dat te wijt<strong>en</strong> aan de losse definities van ‘wet<strong>en</strong>schapper’ in verschill<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong>.<br />

Er zijn heel veel wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> beperkte onderzoekscompon<strong>en</strong>t. Als de VNCI bijvoorbeeld e<strong>en</strong><br />

tekort aan chemici signaleert, gaat het niet alle<strong>en</strong> om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die fulltime in e<strong>en</strong> specifieke onderzoekssetting werk<strong>en</strong>,<br />

maar ook om de milieumanager of de procestechnoloog. Het probleem is dan e<strong>en</strong> tekort aan bètaprofessionals op<br />

academisch niveau die als onderdeel van hun baan af <strong>en</strong> toe onderzoek verricht<strong>en</strong>. Er is <strong>en</strong>erzijds in het bedrijfslev<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> breed gedeeld – bijna politiek – gevoel dat er te weinig instroom is of dreigt in hooggekwalificeerde beroep<strong>en</strong> in de<br />

technische sector. De rec<strong>en</strong>t in de pers g<strong>en</strong>oemde initiatiev<strong>en</strong> van Shell <strong>en</strong> Philips <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele andere bedrijv<strong>en</strong> spel<strong>en</strong><br />

daar ook op in. Anderzijds biedt de analyse van de aanbodzijde weinig onderbouwing. Kleine bedrijv<strong>en</strong> meld<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

problem<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> om medewerkers Research & Developm<strong>en</strong>t te werv<strong>en</strong> <strong>en</strong> grote bedrijv<strong>en</strong> oriënter<strong>en</strong> zich meer op<br />

de internationale markt. Als m<strong>en</strong> personele tekort<strong>en</strong> heeft, wordt er de voorkeur aan gegev<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan het bedrijf<br />

te bind<strong>en</strong> of in professionele netwerk<strong>en</strong> of in het buit<strong>en</strong>land te werv<strong>en</strong>.<br />

Bij universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere grote k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> ligt het probleem weer anders. Volg<strong>en</strong>s de beleidsnota Tal<strong>en</strong>t voor<br />

de toekomst. Toekomst voor Tal<strong>en</strong>t zijn bij de universiteit<strong>en</strong> voorlopig g<strong>en</strong>oeg jonge wet<strong>en</strong>schappers, maar de doorstroom<br />

moet verbeter<strong>en</strong>. De bedreiging<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> eerder bij de alfa- <strong>en</strong> gammarichting<strong>en</strong> dan in de bètahoek. De<br />

universiteit<strong>en</strong> zijn wel beducht voor e<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>de instroom in het wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs, maar dat is iets anders.<br />

Er zijn wel sector<strong>en</strong> waar e<strong>en</strong> tekort aan onderzoekers wordt gevoeld, bijvoorbeeld de medische onderzoeksinstelling<strong>en</strong>,<br />

maar ook daar is de werving in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate internationaal. M<strong>en</strong> gaf wel aan dat het lastiger is dan vroeger om<br />

vacatures te vervull<strong>en</strong>, maar dat is mogelijk toe te schrijv<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> periode van hoogconjunctuur. De gekoz<strong>en</strong> oplossing<strong>en</strong><br />

zijn vergelijkbaar met die van het bedrijfslev<strong>en</strong>.<br />

Het is kortom niet duidelijk voor welk probleem adoptierelaties e<strong>en</strong> oplossing moet<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Die duidelijkheid is wél<br />

van belang als m<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> wil interesser<strong>en</strong> om te invester<strong>en</strong> in adoptierelaties. Het mogelijke tekort aan wet<strong>en</strong>schappers<br />

is e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> maatschappelijk probleem. Daardoor voel<strong>en</strong> individuele aanbieders ge<strong>en</strong> sterke prikkel om te<br />

invester<strong>en</strong> in adoptierelaties voor vwo-ers (uitzondering<strong>en</strong> daargelat<strong>en</strong>). Het onderzoek laat hier<strong>over</strong> ge<strong>en</strong> twijfel<br />

bestaan.<br />

Toch zijn er aanknopingspunt<strong>en</strong>. Bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> zijn het er <strong>over</strong> e<strong>en</strong>s dat het van groot belang is dat<br />

er wordt gewerkt aan positieve beeldvorming van academische beroep<strong>en</strong> in brede zin. In de bètadisciplines <strong>over</strong>heerst<br />

het gevoel dat jonger<strong>en</strong> steeds minder belangstelling hebb<strong>en</strong> voor (exacte) wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> techniek. Het is<br />

opvall<strong>en</strong>d hoeveel bedrijv<strong>en</strong> zich lat<strong>en</strong> aansprek<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> brede maatschappelijke verantwoordelijkheid. M<strong>en</strong> vindt<br />

het redelijk om e<strong>en</strong> bijdrage te lever<strong>en</strong> aan de algem<strong>en</strong>e inspanning om het aantal hoogopgeleide werknemers in ons<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -51 -


land op peil te houd<strong>en</strong>. Illustratief is e<strong>en</strong> kleine ronde van de disciplineconsul<strong>en</strong>t natuurkunde langs e<strong>en</strong> aantal bedrijv<strong>en</strong>.<br />

Bedrijv<strong>en</strong> als ECN, Corus, Océ, Delft Instrum<strong>en</strong>ts <strong>en</strong> Nucletron staan allemaal welwill<strong>en</strong>d teg<strong>en</strong><strong>over</strong> initiatiev<strong>en</strong> in<br />

die richting. De chemische branche is al e<strong>en</strong> aantal jar<strong>en</strong> actief <strong>en</strong> heeft ervaring met e<strong>en</strong> groot aantal adoptierelaties.<br />

Die richt<strong>en</strong> zich echter niet primair op het werk<strong>en</strong> in R&D, maar veeleer op k<strong>en</strong>nismaking met bedrijfsprocess<strong>en</strong> waar<br />

wet<strong>en</strong>schap aan t<strong>en</strong> grondslag ligt. De universiteit<strong>en</strong>, met name de onderzoeksinstelling<strong>en</strong> in de gezondheidszorg,<br />

will<strong>en</strong> graag hun medewerking verl<strong>en</strong><strong>en</strong> aan adoptierelaties. Voor e<strong>en</strong> deel voel<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> tekort aan jonge onderzoekers,<br />

maar meestal gaat het ook hier om het gepercipieerde belang dat jonger<strong>en</strong> zich kunn<strong>en</strong> verdiep<strong>en</strong> in wet<strong>en</strong>schap. De<br />

aansluitingsprogramma’s van de universiteit<strong>en</strong> word<strong>en</strong> hier als natuurlijke organisatiebasis gezi<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e conclusie is dat er van de kant van k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> zeker bereidheid is om mee vorm te<br />

gev<strong>en</strong> aan adoptierelaties, maar dat er wel e<strong>en</strong> paar belangrijke aandachtspunt<strong>en</strong> zijn:<br />

• E<strong>en</strong> exclusieve gerichtheid op het werk<strong>en</strong> als onderzoeker is niet voldo<strong>en</strong>de motief. De meeste aanbieders hecht<strong>en</strong><br />

vooral belang aan k<strong>en</strong>nismak<strong>en</strong> met wet<strong>en</strong>schap, onderzoek do<strong>en</strong> <strong>en</strong> de toepassing<strong>en</strong> daarvan. M<strong>en</strong> vindt dat<br />

jonger<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beter beeld moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schap, niet van beroep<strong>en</strong>;<br />

• Er moet op <strong>en</strong>igerlei wijze e<strong>en</strong> verbinding zijn met de specifieke behoeft<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> branche of groep instelling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> die ligt niet primair bij loopbaanoriëntatie of beroepskeuzebegeleiding. Parallelle motiev<strong>en</strong> zijn: e<strong>en</strong> betere<br />

aansluiting tuss<strong>en</strong> het vwo <strong>en</strong> het hoger onderwijs, verbetering van het imago van e<strong>en</strong> branche (het vooroordeel<br />

‘chemie is vies, vuil <strong>en</strong> gevaarlijk’ bestrijd<strong>en</strong>), verbreding van de doelgroep die mogelijk kiest voor <strong>en</strong>igerlei loopbaan<br />

in e<strong>en</strong> branche, versterking van e<strong>en</strong> bestaand regionaal sam<strong>en</strong>werkingsverband;<br />

• M<strong>en</strong> wil in eerste instantie niet te veel invester<strong>en</strong> in adoptierelaties. Opvall<strong>en</strong>d is dat m<strong>en</strong> wel wil meewerk<strong>en</strong>, maar<br />

steeds pleit voor e<strong>en</strong> intermediaire organisatie die het voortouw neemt. Bedrijv<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> wel het gevoel dat ze iets<br />

moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, maar wet<strong>en</strong> daar niet gemakkelijk vorm aan te gev<strong>en</strong>. Waar het lukt, begint het klein: adoptierelaties<br />

moet<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>.<br />

5.2 De kant van leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong><br />

De doelgroep – vwo-<strong>scholier<strong>en</strong></strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar – vindt beroepskeuze nauwelijks van belang. Zij zijn in hun proces<br />

van loopbaanoriëntatie in de meeste gevall<strong>en</strong> vooral geïnteresseerd in het op<strong>en</strong>houd<strong>en</strong> van zoveel mogelijk opties. In<br />

het totale segm<strong>en</strong>t van de 12- tot 18-jarig<strong>en</strong> zijn vwo-ers deg<strong>en</strong><strong>en</strong> voor wie de arbeidsmarkt het verst weg is. Ze zijn zich<br />

goed bewust van de macht van e<strong>en</strong> academische studie <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorkeur voor studies waarmee je nog veel kant<strong>en</strong><br />

op kunt of snel veel geld kunt verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>. Hun beeld van het werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap is heel beperkt, e<strong>en</strong>zijdig <strong>en</strong><br />

vaak negatief gekleurd: iets exacts met witte jass<strong>en</strong> <strong>en</strong> laboratoria, saai <strong>en</strong> slecht betaald. Werk<strong>en</strong> als onderzoeker wordt<br />

gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> fuik. Bètastudies word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als erg specialistisch, abstract <strong>en</strong> monodisciplinair. Scholier<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> –<br />

uitzondering<strong>en</strong> daargelat<strong>en</strong> – ge<strong>en</strong> idee van de <strong>en</strong>orme rijkdom aan mogelijke beroep<strong>en</strong> waarin nieuwe k<strong>en</strong>nis wordt<br />

gecreëerd waartoe deze studies opleid<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> deel wordt dat veroorzaakt door de context. In Bèta/techniek uit<br />

balans wordt geschetst hoe de relatie tuss<strong>en</strong> onderwijs <strong>en</strong> arbeidsmarkt steeds abstracter wordt. Het traditionele<br />

concept van e<strong>en</strong> beroep is aan het vervag<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt vervang<strong>en</strong> door flexibele <strong>en</strong> in de tijd wissel<strong>en</strong>de bundels van<br />

werktak<strong>en</strong> in perman<strong>en</strong>t verander<strong>en</strong>de organisaties. Deze ‘ontberoepelijking’ van de sam<strong>en</strong>leving leidt tot steeds meer<br />

aandacht voor algem<strong>en</strong>e sleutelcompet<strong>en</strong>ties. Het initieel onderwijs krijgt steeds meer het karakter van e<strong>en</strong> eerste fase<br />

waarin algem<strong>en</strong>e basisvaardighed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangeleerd. In het vwo geldt dit het sterkste. Er is dus bij deze leerling<strong>en</strong><br />

grosso modo ge<strong>en</strong> direct belang of manifeste behoefte om meer te wet<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> <strong>over</strong> het werk van e<strong>en</strong> onderzoeker.<br />

De kunst is om deze leerling<strong>en</strong> nieuwsgierig te mak<strong>en</strong>. Het gaat om intellig<strong>en</strong>te jonger<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> leeftijdsfase waarin<br />

hun wereld snel groter wordt. Er is daarbinn<strong>en</strong> zeker e<strong>en</strong> groep die inhoudelijk geïnteresseerd is in informatie<br />

<strong>over</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap. Het probleem met het beeld van de wet<strong>en</strong>schap is dat jonger<strong>en</strong> niet wet<strong>en</strong><br />

-52 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

wat ze niet wet<strong>en</strong>, waardoor er ge<strong>en</strong> vraag is. Uit e<strong>en</strong> aantal pilots blijkt echter dat het heel goed mogelijk is om<br />

e<strong>en</strong> lat<strong>en</strong>te vraag aan de oppervlakte te krijg<strong>en</strong>. Waar de interesse van leerling<strong>en</strong> is gewekt, hebb<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> moeite<br />

met het snel zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> vind<strong>en</strong> van informatie. Internet is met voorsprong hun natuurlijke informatiebron. Leerling<strong>en</strong><br />

die al geïnteresseerd zijn struin<strong>en</strong> het net af <strong>en</strong> lez<strong>en</strong> populair-wet<strong>en</strong>schappelijke blad<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> vaak aan<br />

dat hun belangstelling niet met school heeft te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat ze bij voorkeur via internet iets will<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uitzoek<strong>en</strong>.<br />

Overig<strong>en</strong>s verandert daarmee niet direct het beeld dat leerling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> van wet<strong>en</strong>schap. Wie de evaluatie van e<strong>en</strong><br />

aantal pilots van de VSNU doorleest, ziet dat hun beeld niet verandert door één serie activiteit<strong>en</strong>. Het is ook bijna<br />

naïef om daarvan uit te gaan. Verandering van beeldvorming is e<strong>en</strong> zaak van lange adem, zo suggerer<strong>en</strong> ook de<br />

ervaring<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land. Wél gev<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> aan dat ze erg<strong>en</strong>s meer van will<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>.<br />

De pilots moet<strong>en</strong> dan wel aan e<strong>en</strong> aantal criteria voldo<strong>en</strong>. In het hoofdstuk ‘Succesfactor<strong>en</strong> voor activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />

adoptierelaties’ wordt uitgebreid stilgestaan bij deze criteria.<br />

E<strong>en</strong> pragmatisch aanknopingspunt voor adoptierelaties is het profielwerkstuk <strong>en</strong> de daaraan voorafgaande praktische<br />

opdracht<strong>en</strong> in het exam<strong>en</strong>programma vwo. Met het profielwerkstuk moet<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> demonstrer<strong>en</strong> dat ze grot<strong>en</strong>deels<br />

zelfstandig e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig onderzoek kunn<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>. Met name de universiteit<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> al veel gebruik<br />

van de mogelijkhed<strong>en</strong> die de profielwerkstukk<strong>en</strong> in het kader van hun aansluitingsproject<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Pilots in het<br />

kader van dit vooronderzoek zijn bijvoorbeeld het EXO steunpunt van de Katholieke Universiteit Nijmeg<strong>en</strong>, het project<br />

Werkstuknetwerk van acht universiteit<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> project van de Universiteit Tw<strong>en</strong>te waarin leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> profielwerkstuk<br />

deels kunn<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> lab onder begeleiding van wet<strong>en</strong>schappers, het bov<strong>en</strong>bouwpracticum<br />

natuurkunde van de Universiteit Utrecht <strong>en</strong> de mobiele practica in Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Bij alle universiteit<strong>en</strong> word<strong>en</strong> deze<br />

initiatiev<strong>en</strong> ingebed in e<strong>en</strong> breed scala aan informatie <strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> die de brug moet<strong>en</strong> slaan tuss<strong>en</strong> voortgezet <strong>en</strong><br />

hoger onderwijs. Aan de UT wordt in het pilotproject met name sterk ingezet op de LOB-modul<strong>en</strong>. Schol<strong>en</strong> voor havo<br />

<strong>en</strong> vwo kunn<strong>en</strong> er in het algeme<strong>en</strong> voor kiez<strong>en</strong> om hun loopbaanoriëntatie <strong>en</strong> -begeleiding (LOB) te conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong> in<br />

twee modul<strong>en</strong>. Ook dit is e<strong>en</strong> goed aanknopingspunt, ook al gaat het bij LOB in eerste instantie om studiekeuze <strong>en</strong><br />

niet om beroepsoriëntatie.<br />

Aanhak<strong>en</strong> bij LOB-activiteit<strong>en</strong> is alle<strong>en</strong> mogelijk als e<strong>en</strong> school actief meewerkt. In het onderzoek naar de vraagzijde zijn<br />

ook vrag<strong>en</strong> gesteld <strong>over</strong> de motiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong> van lerar<strong>en</strong> <strong>en</strong> decan<strong>en</strong>. Het beeld van de doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> komt <strong>en</strong>igszins<br />

<strong>over</strong>e<strong>en</strong> met dat van de leerling<strong>en</strong>. De meest<strong>en</strong> zijn druk met andere zak<strong>en</strong>, maar er is wel e<strong>en</strong> groep met belangstelling.<br />

E<strong>en</strong> aantal lerar<strong>en</strong> geeft aan dat het goed zou zijn om in het kader van het voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

onderwijs meer aandacht te bested<strong>en</strong> aan wet<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> dan niet alle<strong>en</strong> voor jonger<strong>en</strong> die pot<strong>en</strong>tieel onderzoeker<br />

zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, maar voor de brede hoogopgeleide groep. Er bestaat bezorgdheid <strong>over</strong> het feit dat steeds<br />

minder lerar<strong>en</strong> in het havo/vwo zelf e<strong>en</strong> academische achtergrond hebb<strong>en</strong>. Het wordt daardoor steeds moeilijker om<br />

bevlog<strong>en</strong> nieuwsgierigheid <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong>thousiasme door te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de g<strong>en</strong>eratie. Deze lerar<strong>en</strong><br />

will<strong>en</strong> graag beter op de hoogte blijv<strong>en</strong> van rec<strong>en</strong>te ontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze zoud<strong>en</strong> meer direct contact will<strong>en</strong> met<br />

k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong>. Hier ligt e<strong>en</strong> duidelijke kans. Lerar<strong>en</strong> die meedraai<strong>en</strong> in aansluitingsproject<strong>en</strong> of speciale project<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> (opnieuw) <strong>en</strong>thousiast <strong>en</strong> zijn pot<strong>en</strong>tieel belangrijke rolmodell<strong>en</strong> voor hun leerling<strong>en</strong>.<br />

Tegelijkertijd moet gezegd dat het verzilver<strong>en</strong> van die kans niet gemakkelijk is. In het algeme<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> lerar<strong>en</strong> weinig<br />

tijd voor extra activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> zi<strong>en</strong> ze weinig aanknopingspunt<strong>en</strong> in het curriculum. Het programma van de Tweede Fase<br />

is <strong>over</strong>vol <strong>en</strong> de organisatie van de schol<strong>en</strong> is sterk in beweging met alle consequ<strong>en</strong>ties voor de werkdruk van di<strong>en</strong>. Het<br />

curriculum bevat wel het aanler<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal onderzoeksvaardighed<strong>en</strong> (met name in de bètavakk<strong>en</strong>), maar de grote<br />

hoeveelheid verplichte theorie in de exam<strong>en</strong>programma’s verhindert dat daar echt veel tijd in kan word<strong>en</strong> gestok<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -53 -


Decan<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong> de leerling<strong>en</strong> bij hun studiekeuze. Zij do<strong>en</strong> dat onder andere via voorlichting, keuzeless<strong>en</strong>,<br />

individueel advies <strong>en</strong> soms speciale keuzeproject<strong>en</strong> in LOB-modul<strong>en</strong>. De decaan is in feite di<strong>en</strong>stbaar aan de w<strong>en</strong>s<br />

van leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> ouders om vooral opties op<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>. Hij of zij is in het algeme<strong>en</strong> niet gefocust op de kleine<br />

groep die geïnteresseerd is in het beroep van wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoeker. Ook de geïnterviewde schoolleiders<br />

zi<strong>en</strong> dit niet als e<strong>en</strong> probleem of uitdaging om aan te pakk<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e conclusie is dat er op de schol<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> natuurlijke probleemeig<strong>en</strong>aar valt te onderscheid<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

duidelijk motief om specifieke adoptierelaties mee aan te gaan of voor te organiser<strong>en</strong>. Leerling<strong>en</strong> zijn niet bezig met<br />

(wet<strong>en</strong>schappelijke) beroep<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> deel van de doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft wel belangstelling, maar ervaart grote inhoudelijke<br />

<strong>en</strong> organisatorische beperking<strong>en</strong>. Voor decan<strong>en</strong> <strong>en</strong> managem<strong>en</strong>t is het probleem te marginaal.<br />

Kans<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> er wel. De interesse van leerling<strong>en</strong> blijkt te trigger<strong>en</strong> voor inhoudelijke onderwerp<strong>en</strong>, vaak buit<strong>en</strong> school.<br />

E<strong>en</strong> aantal lerar<strong>en</strong> zou best nauwere band<strong>en</strong> will<strong>en</strong> aanknop<strong>en</strong> met universiteit<strong>en</strong>. Decan<strong>en</strong> <strong>en</strong> schoolleiders zi<strong>en</strong> wel<br />

e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> schoolbelang in goede contact<strong>en</strong> met universiteit<strong>en</strong>, in verband met het verbeter<strong>en</strong> van de aansluiting<br />

van vwo op wo.<br />

5.3 Conclusies<br />

De onderzoek<strong>en</strong> naar vraag <strong>en</strong> aanbod van adoptierelaties stemm<strong>en</strong> niet tot groot optimisme. De toespitsing op vwo<br />

<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek leidt tot e<strong>en</strong> scherp contrast met de ervaring<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land. Waarom zoud<strong>en</strong><br />

partij<strong>en</strong> invester<strong>en</strong> in adoptierelaties? M<strong>en</strong> is zich er van bewust dat het e<strong>en</strong> flinke investering in tijd <strong>en</strong> geld<br />

betek<strong>en</strong>t, er moet dus ook e<strong>en</strong> duidelijk belang zijn. Daar zit e<strong>en</strong> probleem. Er is ge<strong>en</strong> manifeste behoefte bij<br />

deg<strong>en</strong><strong>en</strong> waar het allemaal om draait, de jonger<strong>en</strong> zelf. Voor z<strong>over</strong> aanbieders e<strong>en</strong> echt probleem ervar<strong>en</strong>, gev<strong>en</strong> ze<br />

de voorkeur aan andere doelgroep<strong>en</strong> dan <strong>scholier<strong>en</strong></strong>, e<strong>en</strong> bredere scope voor activiteit<strong>en</strong> of andere oplossing<strong>en</strong><br />

voor e<strong>en</strong> tekort.<br />

Daar staat teg<strong>en</strong><strong>over</strong> dat er wel belangstelling <strong>en</strong> goodwill is. Aan de aanbodzijde ziet m<strong>en</strong> het maatschappelijk<br />

belang in van e<strong>en</strong> goede k<strong>en</strong>nisinfrastructuur. Aan de vraagzijde hecht m<strong>en</strong> er wel aan jonger<strong>en</strong> te help<strong>en</strong> zich op<br />

hun toekomst te oriënter<strong>en</strong>. Het opzett<strong>en</strong> van adoptierelaties als oplossing voor dit specifieke probleem blijft echter<br />

e<strong>en</strong> kwetsbaar idee.<br />

De vraag is dus hoe je dit idee sterker maakt. De antwoord<strong>en</strong> die op basis van het tot nu toe besprok<strong>en</strong> onderzoek<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, ligg<strong>en</strong> voor de hand. Adoptierelaties word<strong>en</strong> steviger als ze:<br />

• word<strong>en</strong> ondersteund door andere acties die de interesse van vwo-jonger<strong>en</strong> voor wet<strong>en</strong>schap vergrot<strong>en</strong>;<br />

• onderdeel zijn van e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> van acties die de ontwikkeling van e<strong>en</strong> arbeidsid<strong>en</strong>titeit ondersteun<strong>en</strong> van primair tot<br />

<strong>en</strong> met hoger onderwijs (de ket<strong>en</strong>b<strong>en</strong>adering);<br />

• word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> met andere belang<strong>en</strong> van participant<strong>en</strong> (aansluiting voortgezet onderwijs – hoger onderwijs,<br />

verbetering imago, versterking regionale sam<strong>en</strong>werking).<br />

-54 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

6. Condities voor het opzett<strong>en</strong> van<br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

De belangrijkste conditie voor het opzett<strong>en</strong> van adoptierelaties is de revue al gepasseerd: partij<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

duidelijk belang hebb<strong>en</strong> om te invester<strong>en</strong> in de sam<strong>en</strong>werking. Dat spoort met de ervaring<strong>en</strong> van universiteit<strong>en</strong><br />

met schol<strong>en</strong>netwerk<strong>en</strong> in ons land. Als er iets mis is met de balans tuss<strong>en</strong> ‘hal<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>’ is e<strong>en</strong> netwerk ge<strong>en</strong><br />

lang lev<strong>en</strong> beschor<strong>en</strong>. Dat is tev<strong>en</strong>s de red<strong>en</strong> dat ook in ons land bezwar<strong>en</strong> zijn aangevoerd teg<strong>en</strong> de term ‘adoptierelatie’.<br />

Zo meldde bijvoorbeeld VNO/NCW dat deze term in het bedrijfslev<strong>en</strong> slecht valt. M<strong>en</strong> spreekt liever van<br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelatie of partnerschap. Zowel in de onderzoekslijn als in de actielijn is e<strong>en</strong> groot aantal uitsprak<strong>en</strong><br />

opgetek<strong>en</strong>d <strong>over</strong> voorwaard<strong>en</strong> die van belang zijn voor het opzett<strong>en</strong> <strong>en</strong> in stand houd<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties.<br />

In deze paragraaf word<strong>en</strong> de belangrijkste op e<strong>en</strong> rijtje gezet.<br />

6.1 Inbedding <strong>en</strong> verbreding<br />

Het inhoudelijke idee dat beïnvloeding van beroepsbeeld<strong>en</strong> vraagt om e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong>b<strong>en</strong>adering ofwel e<strong>en</strong> bundel<br />

interv<strong>en</strong>ties kan ook word<strong>en</strong> vertaald naar organisatorische condities. De universiteit<strong>en</strong> zijn hier<strong>over</strong> het meest<br />

expliciet. Zij situer<strong>en</strong> beeldvorming van wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> scala van LOB-achtige activiteit<strong>en</strong>,<br />

waaronder studievoorlichting, ontwikkeling van modules voor loopbaanoriëntatie, ondersteuning via internet, uitwisseling<br />

van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, academische zomerkamp<strong>en</strong>. Dit zijn allemaal acties die pass<strong>en</strong> in structurele<br />

sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> die meer doel<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> dan alle<strong>en</strong> het bevorder<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> instroom in de wet<strong>en</strong>schap.<br />

Anders gezegd: het heeft in de opvatting van universiteit<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zin om sam<strong>en</strong>werkingsrelaties op te zett<strong>en</strong> die zich<br />

exclusief richt<strong>en</strong> op ‘de jonge onderzoeker’. Het is zowel inhoudelijk als organisatorisch te verdedig<strong>en</strong> om deze<br />

specifieke gerichtheid te koppel<strong>en</strong> aan andere acties <strong>en</strong> in te bedd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> breder concept van loopbaanoriëntatie.<br />

In het bedrijfslev<strong>en</strong> geldt iets vergelijkbaars. De sam<strong>en</strong>werkingsrelaties in de chemische industrie – e<strong>en</strong> succesvolle<br />

formule – k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> bredere doelstelling dan alle<strong>en</strong> het bestrijd<strong>en</strong> van het tekort aan R&D personeel. Het gaat<br />

de industrie om het verbeter<strong>en</strong> van het imago <strong>en</strong> het verbeter<strong>en</strong> van de totale hoogopgeleide instroom in de<br />

branche, in welke functie dan ook.<br />

6.2 Kleinschaligheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lokale basis<br />

E<strong>en</strong> tweede veel g<strong>en</strong>oemde succesfactor is de sam<strong>en</strong>werking in beginsel aan te gaan op kleine, <strong>over</strong>zichtelijke<br />

schaal <strong>en</strong> met e<strong>en</strong> lokale of regionale basis. Om beroepsbeeld<strong>en</strong> te verander<strong>en</strong> moet je persoonlijk word<strong>en</strong>.<br />

Sleutelfigur<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> daarbij e<strong>en</strong> rol van doorslaggev<strong>en</strong>de betek<strong>en</strong>is spel<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> lokale of regionale basis heeft<br />

niet alle<strong>en</strong> organisatorische voordel<strong>en</strong> vanwege de korte lijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> persoonlijke netwerk<strong>en</strong>, ook ondersteuning van<br />

het publiek <strong>en</strong> het georganiseerde bedrijfslev<strong>en</strong> valt gemakkelijker te mobiliser<strong>en</strong> via kring<strong>en</strong>, ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, de<br />

lokale pers et cetera. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is de drempel naar lokale <strong>over</strong>hed<strong>en</strong> laag. Axis noemt als voordeel dat activiteit<strong>en</strong><br />

vanuit verschill<strong>en</strong>de bedrijfstakk<strong>en</strong> op regionale schaal kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgestemd. Inspirer<strong>en</strong>de Nederlandse<br />

voorbeeld<strong>en</strong> zijn het impulsproject van de metaalsector in de Achterhoek (VNO/NCW Midd<strong>en</strong>), de lokale inbedding<br />

van het project Ing<strong>en</strong>ieur voor de Klas, de sam<strong>en</strong>werkingsrelaties van de VNCI <strong>en</strong> natuurlijk de aansluitingsprogramma’s<br />

van de universiteit<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -55 -


6.3 Ondersteuning op macroniveau<br />

Kleinschaligheid is ess<strong>en</strong>tieel, maar maakt sam<strong>en</strong>werkingsrelaties ook kwetsbaar. Het is daarom voor e<strong>en</strong> succesvolle<br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelatie ev<strong>en</strong>zeer van belang dat de initiatiev<strong>en</strong> op landelijk niveau word<strong>en</strong> ondersteund, want:<br />

• Het is gemakkelijker om op verschill<strong>en</strong>de niveaus van organisaties te communicer<strong>en</strong>. Vaak blijkt dat informatie of<br />

toezegging<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> niveau van e<strong>en</strong> organisatie <strong>en</strong> niet doordring<strong>en</strong> tot andere;<br />

• De financiering is gemakkelijker te regel<strong>en</strong> op het niveau van e<strong>en</strong> bedrijfstak of e<strong>en</strong> landelijk operer<strong>en</strong>d bedrijf;<br />

• Er is meer organisatorische slagkracht. Vaak levert de landelijke organisatie de coördiner<strong>en</strong>de intermediair.<br />

De VNCI, die al vanaf 1997 adoptierelaties ondersteunt, heeft sam<strong>en</strong> met de KNCV <strong>en</strong> de NVON voor de chemische<br />

industrie Stichting C 3 opgericht. Deze stichting heeft als doel om op e<strong>en</strong> onafhankelijke <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

verantwoorde manier informatie te verstrekk<strong>en</strong> <strong>over</strong> chemie, <strong>en</strong> <strong>over</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> die zich met chemie bezighoud<strong>en</strong>.<br />

In de wet<strong>en</strong>schappelijke wereld hebb<strong>en</strong> de VSNU <strong>en</strong> de KNAW uiteraard goede ervaring<strong>en</strong> met sam<strong>en</strong>werkingsrelaties.<br />

E<strong>en</strong> ander aansprek<strong>en</strong>d voorbeeld is het project Ing<strong>en</strong>ieur voor de Klas dat wordt ondersteund door<br />

KIVI/NIRIA <strong>en</strong> de VEDOTECH. In al deze gevall<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> landelijk georganiseerde ondersteuning voor activiteit<strong>en</strong> die<br />

lokaal of regionaal word<strong>en</strong> uitgevoerd.<br />

6.4 Het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> intermediair<br />

E<strong>en</strong> intermediair is cruciaal <strong>en</strong> wordt niet alle<strong>en</strong> steeds weer g<strong>en</strong>oemd, maar is ook altijd zichtbaar in succesvolle sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong>.<br />

In het onderzoek van Stichting Wet<strong>en</strong> aan de aanbodzijde blijkt dat instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong><br />

welwill<strong>en</strong>d zijn, maar niet zwaar will<strong>en</strong> invester<strong>en</strong> in het opzett<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties. Grote bedrijv<strong>en</strong> als Shell<br />

<strong>en</strong> Philips wet<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s VNO/NCW niet echt goed hoe zij hun plann<strong>en</strong> vorm moet<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. Vrijwel in alle gevall<strong>en</strong> van<br />

bestaande succesvolle sam<strong>en</strong>werkingsrelaties valt e<strong>en</strong> onafhankelijke partij te id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> die optreedt als aanjager,<br />

contactpunt voor vrag<strong>en</strong>, organisator <strong>en</strong> brugg<strong>en</strong>bouwer. Vooral waar profit- <strong>en</strong> non-profitinstelling<strong>en</strong> gaan sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong><br />

is er iets of iemand nodig die brugg<strong>en</strong> bouwt tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de cultur<strong>en</strong>. Bedrijv<strong>en</strong> zijn vaak gew<strong>en</strong>d om<br />

snel te besliss<strong>en</strong> <strong>en</strong> op korte termijn resultaat te zi<strong>en</strong>. Dat ligt in de non-profitsector vaak heel anders. Maar ook in de<br />

sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> onafhankelijke, faciliter<strong>en</strong>de partij of persoon van belang, want<br />

ook in die sam<strong>en</strong>werking zijn cultuurverschill<strong>en</strong> aanwezig.<br />

De intermediair k<strong>en</strong>t verschill<strong>en</strong>de verschijningsvorm<strong>en</strong>. De meest basale is die van e<strong>en</strong> actieve koppelaar: e<strong>en</strong> <strong>en</strong>thousiaste<br />

persoon die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bij elkaar br<strong>en</strong>gt <strong>en</strong> h<strong>en</strong> van het nut van e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsproject <strong>over</strong>tuigt. Het idee van<br />

de disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is hierop gebaseerd. Vooral als de intermediair e<strong>en</strong> goed relati<strong>en</strong>etwerk heeft of snel kan<br />

opbouw<strong>en</strong>, kan hij e<strong>en</strong> zeer krachtige factor in de sam<strong>en</strong>werkingsrelatie zijn. In het Adoptieproject van de VNCI was er<br />

e<strong>en</strong> coördinator die 120 bedrijv<strong>en</strong> (!) <strong>over</strong>tuigde om mee te do<strong>en</strong>. In andere gevall<strong>en</strong> is de intermediair e<strong>en</strong> – meestal<br />

kleine – organisatie die specifiek is opgericht om te faciliter<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> voorbeeld is het ECB (Expertise C<strong>en</strong>trum Biologie)<br />

dat optreedt als stimulator, coördinator, communicatieplatform, k<strong>en</strong>nisplatform <strong>en</strong> uitvoerder van project<strong>en</strong>. Ook de<br />

aansluitingscoördinator<strong>en</strong> bij de universiteit<strong>en</strong> funger<strong>en</strong> als intermediair.<br />

6.5 Tijd om te groei<strong>en</strong><br />

Partnerschapp<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> klein <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> veel tijd nodig om te groei<strong>en</strong>. In het onderzoek naar buit<strong>en</strong>landse<br />

ervaring<strong>en</strong> bleek dat effect<strong>en</strong> pas na <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> zichtbaar word<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> langdurig volgehoud<strong>en</strong>, inhoudelijk<br />

consist<strong>en</strong>te bundel van activiteit<strong>en</strong> leidt tot zichtbare <strong>en</strong> meetbare resultat<strong>en</strong>. Het heeft dus ge<strong>en</strong> zin om e<strong>en</strong><br />

dergelijke relatie quick and dirty op te zett<strong>en</strong>. De disciplineconsul<strong>en</strong>t natuurkunde schetst bijvoorbeeld e<strong>en</strong> proces<br />

dat begint met e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>malige activiteit <strong>en</strong> dat, naarmate de contact<strong>en</strong> hechter word<strong>en</strong>, uitgroeit naar gastless<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

werkstages die vaker word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>. Het gaat in adoptierelaties om het opbouw<strong>en</strong> van onderling vertrouw<strong>en</strong>,<br />

-56 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

het goed uitzoek<strong>en</strong> hoe ieders belang het beste kan word<strong>en</strong> gedi<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> het vind<strong>en</strong> van goede organisatievorm<strong>en</strong>.<br />

Voor al deze zak<strong>en</strong> is veel tijd nodig.<br />

6.6 Conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> flink aantal succesfactor<strong>en</strong> heeft te mak<strong>en</strong> met invester<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> goed voortraject. E<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelatie – zelfs<br />

in de meest e<strong>en</strong>voudige vorm – is altijd lastig te organiser<strong>en</strong>. De relatie heeft alle<strong>en</strong> zin als er activiteit<strong>en</strong> uit voortvloei<strong>en</strong>.<br />

Deze activiteit<strong>en</strong> staan meestal haaks op bestaande routines <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> tijd <strong>en</strong> inzet van alle partij<strong>en</strong> op alle niveaus.<br />

Het is daarom altijd aan te bevel<strong>en</strong> om de verantwoordelijkhed<strong>en</strong> van elke partij goed vast te legg<strong>en</strong>. Omdat veel zak<strong>en</strong><br />

bij de start nog onvoorspelbaar zijn, ligt het voor de hand om te beginn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> conv<strong>en</strong>ant waarin de doel<strong>en</strong>, roll<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> inspanningsverplichting<strong>en</strong> van alle partij<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gedefinieerd <strong>en</strong> wederzijds commitm<strong>en</strong>t wordt vastgelegd.<br />

6.7 K<strong>en</strong>nisuitwisseling<br />

Opvall<strong>en</strong>d is dat pot<strong>en</strong>tiële aanbieders in het bedrijfslev<strong>en</strong> vaak de w<strong>en</strong>s uitsprek<strong>en</strong> tot k<strong>en</strong>nisuitwisseling. M<strong>en</strong> is<br />

zich ervan bewust dat er al veel sam<strong>en</strong>werkingsactiviteit<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> wil niet opnieuw het wiel uitvind<strong>en</strong>. Axis <strong>en</strong><br />

Stichting Wet<strong>en</strong> signaler<strong>en</strong> in Verk<strong>en</strong>ning Buit<strong>en</strong>schools Ler<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote versnippering van activiteit<strong>en</strong> van bedrijv<strong>en</strong><br />

rond het thema ‘buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> oplossing op regionaal niveau. De universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de private<br />

onderzoeksinstelling<strong>en</strong> zijn van m<strong>en</strong>ing dat contact<strong>en</strong> <strong>over</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelaties e<strong>en</strong> belangrijke succesfactor zijn.<br />

Er zijn inmiddels ideeën g<strong>en</strong>oeg, maar organisaties vind<strong>en</strong> het lastig de vele hoe-vrag<strong>en</strong> te beantwoord<strong>en</strong>. Er is<br />

duidelijk behoefte aan regelmatige bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> voor k<strong>en</strong>nisuitwisseling, tuss<strong>en</strong>tijdse evaluaties <strong>en</strong> informatie<br />

<strong>over</strong> nieuwe ontwikkeling<strong>en</strong>. In feite is er behoefte aan e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis- <strong>en</strong> communicatieplatform dat betrekking heeft<br />

op sam<strong>en</strong>werkingsrelaties. Daarnaast ligt er e<strong>en</strong> vergelijkbare behoefte binn<strong>en</strong> de grotere organisaties die vaak<br />

verkokerd operer<strong>en</strong>.<br />

6.8 Ondersteuning via internet<br />

Het onderzoek geeft duidelijke indicaties dat e<strong>en</strong> internetvoorzi<strong>en</strong>ing sterk ondersteun<strong>en</strong>d kan werk<strong>en</strong> om<br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelaties op gang te help<strong>en</strong>. In de gesprekk<strong>en</strong> met <strong>scholier<strong>en</strong></strong> kwam naar vor<strong>en</strong> dat zij internet zi<strong>en</strong><br />

als e<strong>en</strong> vanzelfsprek<strong>en</strong>de bron van informatie. Dit wordt wellicht het beste verwoord door Karin van Ste<strong>en</strong>sel,<br />

deskundige jonger<strong>en</strong>communicatie van SMO:<br />

Internet is voor leerling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantrekkelijk medium. Het is handig <strong>en</strong> toegankelijk, ze kunn<strong>en</strong> er in hun eig<strong>en</strong> tempo, onder eig<strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> op elk mom<strong>en</strong>t informatie vind<strong>en</strong>. Internet past in de fase van hun lev<strong>en</strong> waarin leerling<strong>en</strong> zelf ontdekk<strong>en</strong>, de touwtjes in hand<strong>en</strong> will<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> vermijd<strong>en</strong> dat ze in e<strong>en</strong> hoek gedrukt word<strong>en</strong>.<br />

Volg<strong>en</strong>s deze deskundige kan internet e<strong>en</strong> toeleid<strong>en</strong>de rol spel<strong>en</strong>. Als de interesse e<strong>en</strong>maal is gewekt, kan de volg<strong>en</strong>de<br />

stap persoonlijk contact met e<strong>en</strong> onderzoeker zijn. Jonger<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> internet als e<strong>en</strong> schil om persoonlijke communicatie<br />

he<strong>en</strong> - e<strong>en</strong> combinatie kan daarom heel krachtig zijn. In eerste instantie werkt internet direct, zonder tuss<strong>en</strong>komst<br />

van de school.<br />

E<strong>en</strong> portalsite als K<strong>en</strong>nislink is niet alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> snelle <strong>en</strong> trefzekere toegang tot wet<strong>en</strong>schappelijk verantwoorde<br />

informatie, maar kan ook actief word<strong>en</strong> ingezet bij praktische opdracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> profielwerkstukk<strong>en</strong>. K<strong>en</strong>nislink biedt via<br />

e<strong>en</strong> onafhankelijke wet<strong>en</strong>schapsredactie kwaliteit. Het project Werkstuknetwerk biedt – vaak door stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

geschrev<strong>en</strong> – opdracht<strong>en</strong> voor <strong>scholier<strong>en</strong></strong> die op e<strong>en</strong> andere manier e<strong>en</strong> toegang gev<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -57 -


discipline.E<strong>en</strong> specifieke categorie informatie via internet zijn de ervaringsverhal<strong>en</strong> van onderzoekers. Het project JOTA! van<br />

TELEAC/NOT is hierop afgestemd: de docum<strong>en</strong>taires <strong>over</strong> onderzoekers zijn ook bruikbaar voor heruitz<strong>en</strong>ding via internet.<br />

Communicatie met leerling<strong>en</strong> via internet heeft in elk geval e<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>de functie: het wekt de interesse van<br />

leerling<strong>en</strong> op hun eig<strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong>. Het zou interessant zijn om te verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> hoe deze directe communicatie te combiner<strong>en</strong><br />

valt met communicatie via de school om e<strong>en</strong> krachtige leeromgeving te creër<strong>en</strong>.<br />

In het geval van K<strong>en</strong>nislink kan ook de backoffice organisatie ondersteun<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong>. De disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn<br />

mom<strong>en</strong>teel de leveranciers van e<strong>en</strong> zeer groot aantal correspond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die inhoud lever<strong>en</strong> voor deze site. Het is voorstelbaar<br />

dat dit netwerk straks ook op andere manier<strong>en</strong> wordt ingezet in het kader van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties.<br />

6.9 Financiering <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> zichtbaar mak<strong>en</strong><br />

Wie betaalt voor sam<strong>en</strong>werkingsrelaties? De ervaring<strong>en</strong> tot nu toe – ook in het buit<strong>en</strong>land – leid<strong>en</strong> tot de aanbeveling om<br />

de financiering van activiteit<strong>en</strong> apart zichtbaar te mak<strong>en</strong>. In de succesvolle partnerschapp<strong>en</strong> invester<strong>en</strong> de partners altijd<br />

zelf. Dat haalt elke vrijblijv<strong>en</strong>dheid er vanaf. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kan het r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t van die investering<strong>en</strong> zichtbaar word<strong>en</strong><br />

gemaakt. De sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> er belang bij om gedefinieerde beoogde effect<strong>en</strong> na te strev<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong><br />

bedrijv<strong>en</strong> als partner optred<strong>en</strong>, blijkt meestal dat die de grootste investering in geld do<strong>en</strong>. Situaties waarin alle<strong>en</strong><br />

bedrijv<strong>en</strong> de rek<strong>en</strong>ing betal<strong>en</strong> zijn ongew<strong>en</strong>st. In de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> zijn nogal wat adoptierelaties gestrand, omdat de<br />

financier<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong> de verleiding niet kond<strong>en</strong> weerstaan om ook e<strong>en</strong> commercieel belang na te strev<strong>en</strong>.<br />

Daarnaast is vaak sprake van aanvull<strong>en</strong>de financiering die drempelverlag<strong>en</strong>d werkt. Veel project<strong>en</strong> van de <strong>over</strong>heid<br />

werk<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s dit principe. Er wordt e<strong>en</strong> financiële prikkel gegev<strong>en</strong> in de vorm van e<strong>en</strong> projectsubsidie, mits de<br />

ontvangers zelf ook invester<strong>en</strong>.<br />

6.10 Conclusies<br />

Uit het onderzoek zijn de volg<strong>en</strong>de belangrijke succesfactor<strong>en</strong> voor het goed opzett<strong>en</strong> van adoptierelaties naar vor<strong>en</strong><br />

gekom<strong>en</strong>:<br />

• Inbedding van adoptierelaties gericht op wet<strong>en</strong>schappelijk werk in andere interv<strong>en</strong>ties in het kader van LOB.<br />

Waar die interv<strong>en</strong>ties al word<strong>en</strong> georganiseerd: verbreed de scope van lop<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong>;<br />

• Kleinschaligheid, e<strong>en</strong> lokale basis, persoonlijke contact<strong>en</strong>;<br />

• Ondersteuning vanuit landelijke structur<strong>en</strong> of organisaties. De kunst is om <strong>over</strong>zicht <strong>en</strong> faciliteit<strong>en</strong> op macroniveau in<br />

te zett<strong>en</strong> voor kleinschalige, persoonlijke sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> op meso- <strong>en</strong> microniveau;<br />

• Inzet van e<strong>en</strong> intermediair die stimuleert, coördineert <strong>en</strong> de communicatie ondersteunt;<br />

• Tijd om naar resultat<strong>en</strong> toe te groei<strong>en</strong>;<br />

• Invester<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> traject van voorbereiding waarin verwachting<strong>en</strong> <strong>en</strong> inzet van alle partij<strong>en</strong> zo goed mogelijk word<strong>en</strong><br />

omschrev<strong>en</strong>;<br />

• Goede communicatie intern <strong>over</strong> de voortgang van de sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisuitwisseling extern;<br />

• Diverse vorm<strong>en</strong> van ondersteuning via internet;<br />

• Bereidheid van de sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> om zowel hun investering<strong>en</strong> als hun beoogde resultat<strong>en</strong> duidelijk te<br />

id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> <strong>en</strong> te b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong>.<br />

Deze succesfactor<strong>en</strong> bevestig<strong>en</strong> dat de specifieke sam<strong>en</strong>werkingsrelaties waar het hier om gaat, e<strong>en</strong> aantal k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> van complexe innovaties. Het verdi<strong>en</strong>t aanbeveling deze factor<strong>en</strong> in elk geval als criteria te gebruik<strong>en</strong> bij het<br />

opzett<strong>en</strong> van nieuwe sam<strong>en</strong>werkingsvorm<strong>en</strong>.<br />

-58 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

7. Succesfactor<strong>en</strong> voor activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

In elke sam<strong>en</strong>werkingsrelatie word<strong>en</strong> concrete activiteit<strong>en</strong> georganiseerd. Met name uit de reflecties op de<br />

initiatiev<strong>en</strong> in de actielijn komt e<strong>en</strong> aantal succesfactor<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> die betrekking hebb<strong>en</strong> op de vorm <strong>en</strong> inhoud<br />

daarvan. De tot nu toe besprok<strong>en</strong> condities hebb<strong>en</strong> vooral betrekking op het succesvol opzett<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderhoud<strong>en</strong><br />

van de sam<strong>en</strong>werkingsrelaties. In dit hoofdstuk volgt e<strong>en</strong> aantal kritische factor<strong>en</strong> voor succesvolle sam<strong>en</strong>werkingsactiviteit<strong>en</strong>.<br />

7.1 Aansluit<strong>en</strong> bij het curriculum<br />

Zodra schol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelatie, komt de vraag naar vor<strong>en</strong> hoe de activiteit<strong>en</strong> pass<strong>en</strong><br />

in het onderwijsprogramma. De Tweede Fase van het vwo werkt met e<strong>en</strong> relatief nieuw curriculum dat uit drie compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

bestaat. Er is e<strong>en</strong> verplicht programma: e<strong>en</strong> brede oriëntatie op de natuurwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, de m<strong>en</strong>s- <strong>en</strong><br />

maatschappijwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> op kunst <strong>en</strong> cultuur. Er is e<strong>en</strong> geprofileerd deel met vakk<strong>en</strong> in de profiel<strong>en</strong><br />

Natuur & Techniek, Natuur & Gezondheid, Economie & Maatschappij <strong>en</strong> Cultuur & Maatschappij. En t<strong>en</strong> slotte moet<strong>en</strong><br />

de leerling<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong> aantal vakk<strong>en</strong> vrij kiez<strong>en</strong>. Alle onderdel<strong>en</strong> van het programma k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stevige<br />

invulling <strong>en</strong> zijn direct gerelateerd aan het traject van afsluiting <strong>en</strong> examinering. Concreet betek<strong>en</strong>t dit dat het<br />

schoolexam<strong>en</strong> gefaseerd wordt afgelegd in de loop van 4, 5 <strong>en</strong> 6 vwo.<br />

De paradox van dit curriculum zit hem in de relatief schoolse invulling van e<strong>en</strong> ambitieus concept. In pot<strong>en</strong>tie biedt de<br />

mix van verbreding, verdieping <strong>en</strong> persoonlijke interesse veel mogelijkhed<strong>en</strong> om echt voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

onderwijs vorm te gev<strong>en</strong>. In de praktijk zijn de marges om e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke interesse te ontwikkel<strong>en</strong><br />

relatief klein. De feitelijk beschikbare tijd om iets te onderzoek<strong>en</strong> of ontwikkel<strong>en</strong> is zeer beperkt, de meeste tijd is<br />

ingepland met leerstof die in verreweg de meeste schol<strong>en</strong> nog op e<strong>en</strong> relatief traditionele wijze wordt onderwez<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

vooral ook getoetst <strong>en</strong> beoordeeld. De inbedding van het totale programma in e<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>systeem dat is omgev<strong>en</strong><br />

met waarborg<strong>en</strong> voor gelijkheid maakt het lastig om te kapitaliser<strong>en</strong> op de verschill<strong>en</strong>de interesses van leerling<strong>en</strong>.<br />

Uit de verzamelde informatie blijkt dat er op dit mom<strong>en</strong>t drie duidelijke aanknopingspunt<strong>en</strong> zijn voor aansluiting op<br />

het curriculum: onderzoekswerk in de exacte vakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de sociale vakk<strong>en</strong>, het profielwerkstuk <strong>en</strong> loopbaanoriëntatie.<br />

In de exam<strong>en</strong>programma’s van de natuurwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de sociale wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> is e<strong>en</strong><br />

bescheid<strong>en</strong> plaats ingeruimd voor onderzoek, deels als practicum. Het ligt erg voor de hand om het hoger<br />

onderwijs daar op <strong>en</strong>igerlei wijze bij te betrekk<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goed voorbeeld is het microschaalpracticum van Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

Universiteit. Dit geldt nog meer voor het profielwerkstuk dat elke leerling als afronding van het schoolexam<strong>en</strong> moet<br />

mak<strong>en</strong>. Ze kunn<strong>en</strong> daarbij bijvoorbeeld de hulp inroep<strong>en</strong> van het EXO steunpunt in Nijmeg<strong>en</strong>. Wat de loopbaanoriëntatie<br />

betreft geldt dat elke school tijd besteedt aan de oriëntatie van leerling<strong>en</strong> op vervolgopleiding<strong>en</strong>, maar dat<br />

de vormgeving daarvan sterk uite<strong>en</strong> loopt. Waar schol<strong>en</strong> aparte modul<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong> voor deze oriënter<strong>en</strong>de<br />

activiteit<strong>en</strong> ligt het voor de hand dat sam<strong>en</strong> met het vervolgonderwijs te do<strong>en</strong>. De sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> de<br />

Universiteit Tw<strong>en</strong>te <strong>en</strong> het voortgezet onderwijs in Tw<strong>en</strong>te is daar e<strong>en</strong> interessant voorbeeld van.<br />

Al met al zijn de marges waarbinn<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> geopereerd klein. Er zijn in ons land veel voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

sam<strong>en</strong>werkingsactiviteit<strong>en</strong> op deze drie punt<strong>en</strong> die voor e<strong>en</strong> deel meer kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gericht op het werk van<br />

onderzoekers. Bij deze activiteit<strong>en</strong> zijn de universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> soms ook het hoger beroepsonderwijs betrokk<strong>en</strong>, het<br />

bedrijfslev<strong>en</strong> niet of nauwelijks.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -59 -


7.2 Aansluit<strong>en</strong> bij persoonlijke interesses van leerling<strong>en</strong><br />

Het is – zoals reeds eerder gesteld – ook mogelijk om jonger<strong>en</strong> direct te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>, bijvoorbeeld via internet. Het contact<br />

komt dan vaak sneller tot stand dan via de school. Je kunt zelfs stell<strong>en</strong> dat juist de combinatie van internetcontact<br />

<strong>en</strong> persoonlijke communicatie het beste werkt. Of het nu gaat om contact via de school of niet: het is van belang om<br />

persoonlijke communicatie te realiser<strong>en</strong>. Om persoonlijk te word<strong>en</strong>, zou je eig<strong>en</strong>lijk e<strong>en</strong> netwerk van ambassadeurs<br />

moet<strong>en</strong> inricht<strong>en</strong>: onderzoekers die bereid <strong>en</strong> in staat zijn om persoonlijk te communicer<strong>en</strong> met geïnteresseerde<br />

jonger<strong>en</strong>. Er zijn onderzoekers die dit op persoonlijke titel al do<strong>en</strong>.<br />

Het is in de communicatie van belang om qua stijl aan te sluit<strong>en</strong> bij de jonger<strong>en</strong>cultuur <strong>en</strong> dat is minder e<strong>en</strong>voudig dan<br />

het lijkt. Niet alle<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> stijl<strong>en</strong> elkaar in hoog tempo op, ook verander<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> in de doelgroep snel. Grosso modo<br />

zijn 16-jarig<strong>en</strong> (vaak late pubers) niet te vergelijk<strong>en</strong> met 18-jarig<strong>en</strong> (jongvolwass<strong>en</strong><strong>en</strong>). Zo signaleerd<strong>en</strong> de onderzoekers<br />

in de gesprekk<strong>en</strong> met leerling<strong>en</strong> dat het onderwerp ‘werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap’ met leerling<strong>en</strong> van 6 vwo veel beter<br />

bespreekbaar was dan met jongere leerling<strong>en</strong>.<br />

Informatie <strong>over</strong> activiteit<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t snel toegankelijk <strong>en</strong> direct bruikbaar te zijn. Hier zit e<strong>en</strong> lastig punt. E<strong>en</strong> van de<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van onderzoekers is hun vermog<strong>en</strong> om niet te snel tot conclusies te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderzoeksvrag<strong>en</strong> geduldig<br />

uit te pluiz<strong>en</strong>. Jonger<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> (nog) ge<strong>en</strong> tijd voor uitstel van oordeel. In het onderzoek gev<strong>en</strong> ze dan ook aan dat hun<br />

beeld van onderzoek negatief is gekleurd, omdat er ge<strong>en</strong> duidelijke <strong>en</strong> snelle resultat<strong>en</strong> zijn. Anderzijds wet<strong>en</strong> we dat<br />

als e<strong>en</strong> specifieke belangstelling is gewekt, dit probleem minder speelt. De didactische opgave ligt dus aan de poort van<br />

de persoonlijke interesses.<br />

T<strong>en</strong> slotte: de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> gemarkeerd in leeftijd, maar ook in begaafdhed<strong>en</strong>. Als<br />

we het hebb<strong>en</strong> <strong>over</strong> vwo-ers hebb<strong>en</strong> we het <strong>over</strong> ongeveer 15% van de jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar (ongeveer<br />

40.000 m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>) die het lang niet allemaal in zich hebb<strong>en</strong> om iets wet<strong>en</strong>schappelijks te gaan do<strong>en</strong>. Er di<strong>en</strong>t dus ook<br />

e<strong>en</strong> helder antwoord te word<strong>en</strong> geformuleerd op de vraag hoe specifiek de groep is die je wilt b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

breedtestrategie zal inhoudelijk anders moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingericht dan e<strong>en</strong> meer specifieke focus op bijvoorbeeld<br />

meer dan gemiddeld begaafd<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de doelgroep. Er zijn ervaring<strong>en</strong> met hoogbegaafd<strong>en</strong> die wellicht interessant<br />

zijn voor het inricht<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties. Het voert in dit bestek te ver om daar diep op in te gaan. In<br />

het algeme<strong>en</strong> geldt dat hoogbegaafd<strong>en</strong> graag zelf conceptualiser<strong>en</strong>: relatief op<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong> met veel ruimte om<br />

structuur aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of nieuwe pad<strong>en</strong> in te slaan zijn dus geschikter dan sterk voorgestructureerde of geslot<strong>en</strong><br />

activiteit<strong>en</strong>. Er zijn voorbeeld<strong>en</strong> van masterclasses die goed aan dit criterium voldo<strong>en</strong>. Als schol<strong>en</strong> er qua organisatie<br />

in slag<strong>en</strong> om deze leerling<strong>en</strong> in eig<strong>en</strong> leerroutes sneller door het reguliere curriculum te lat<strong>en</strong> gaan, krijg<strong>en</strong> de<br />

leerling<strong>en</strong> de mogelijkheid om in deeltijd mee te lop<strong>en</strong> op de universiteit.<br />

Kortom: inspel<strong>en</strong> op persoonlijke interesses van jonger<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t concreet:<br />

• Persoonlijk contact met onderzoekers;<br />

• Aansluit<strong>en</strong> bij verschill<strong>en</strong>de stijl<strong>en</strong> in de jonger<strong>en</strong>cultuur, rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>d met flinke verschill<strong>en</strong> in ontwikkeling;<br />

• E<strong>en</strong> didactische methodiek die aansluit op persoonlijke interesses;<br />

• Kapitaliser<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong> in leerstijl<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de groep, vooral voor meer dan gemiddeld begaafd<strong>en</strong>.<br />

-60 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

7.3 Aansluit<strong>en</strong> bij interesses van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> opmerkelijk resultaat in het onderzoek aan de vraagzijde was de sterke w<strong>en</strong>s van e<strong>en</strong> aantal doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om meer<br />

te wet<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> <strong>over</strong> rec<strong>en</strong>te ontwikkeling<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap. Lesgev<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> zwaar vak <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> zijn vaak sterk<br />

naar binn<strong>en</strong> gekeerde organisaties. Schoolvakk<strong>en</strong> zijn weliswaar meestal afgeleid van academische disciplines,<br />

maar (gelukkig) zeker niet hetzelfde. Lerar<strong>en</strong>, veelal in de exacte vakk<strong>en</strong>, zijn bereid tijd <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie te stek<strong>en</strong> in het volg<strong>en</strong><br />

van de ontwikkeling<strong>en</strong> in hun oorspronkelijke disciplines.<br />

Hier ligg<strong>en</strong> kans<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg om te zorg<strong>en</strong> voor adequate rolmodell<strong>en</strong> voor leerling<strong>en</strong>. Er is veel te zegg<strong>en</strong> voor het organiser<strong>en</strong><br />

van activiteit<strong>en</strong> specifiek voor geïnteresseerde lerar<strong>en</strong>. Ook dat is minder e<strong>en</strong>voudig dan het lijkt. Volwass<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

ler<strong>en</strong> het liefst taak- <strong>en</strong> productgericht. Er ligg<strong>en</strong> wel ervaring<strong>en</strong> met uitwisseling<strong>en</strong> van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> vwo <strong>en</strong> wo,<br />

maar die ler<strong>en</strong> ook dat het lastig is om dit goed van de grond te krijg<strong>en</strong>. Wederkerigheid <strong>en</strong> gelijkwaardigheid word<strong>en</strong><br />

van belang geacht, maar het blijkt logistiek <strong>en</strong> inhoudelijk lastig om doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zinvol in te zett<strong>en</strong> aan de <strong>over</strong>kant van hun<br />

sector. In Tw<strong>en</strong>te ontwikkel<strong>en</strong> doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van vwo <strong>en</strong> hoger onderwijs sam<strong>en</strong> aansluitingsmodul<strong>en</strong>. Hoe dan ook: hier ligt<br />

terrein braak om verder op door te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. De opgave is om e<strong>en</strong> vorm te vind<strong>en</strong>: excursies, kort opfrisverlof,<br />

ministages? Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn in elk geval gemotiveerd om ‘bij te tank<strong>en</strong>’.<br />

Er zijn ervaring<strong>en</strong> in de actielijn waarin leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> lerar<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> project of e<strong>en</strong> excursie mak<strong>en</strong>.<br />

Deze variant lijkt aantrekkelijk omdat hij associaties oproept met de meester-gezelrelatie, e<strong>en</strong> reeds lang beproefd recept<br />

voor professionele socialisatie. De afstand tuss<strong>en</strong> lerar<strong>en</strong> <strong>en</strong> 18-jarige leerling<strong>en</strong> is vaak niet heel groot <strong>en</strong> biedt de<br />

jonger<strong>en</strong> zeker mogelijkhed<strong>en</strong> om op e<strong>en</strong> meer persoonlijke manier e<strong>en</strong> beeld te krijg<strong>en</strong> van wat wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

nieuwsgierigheid betek<strong>en</strong>t in term<strong>en</strong> van concreet gedrag.<br />

7.4 Didactische variatie<br />

De ervaring<strong>en</strong> in de actielijn ler<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte dat er e<strong>en</strong> groot aantal didactische mogelijkhed<strong>en</strong> is om activiteit<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelatie vorm te gev<strong>en</strong>. Het verdi<strong>en</strong>t daarbij aanbeveling om goed te kijk<strong>en</strong> naar de<br />

verworv<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van het beroepsonderwijs, waar buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong> verder is ontwikkeld dan in het algeme<strong>en</strong><br />

vorm<strong>en</strong>d onderwijs.<br />

E<strong>en</strong> aardige bron is bijvoorbeeld het impulsproject Werk<strong>en</strong> aan Zorg <strong>en</strong> Welzijn waarin onder andere de mogelijkhed<strong>en</strong><br />

tot versterking van het buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong> grondig is verk<strong>en</strong>d. Het buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong> heeft qua didactiek<br />

veel raakvlakk<strong>en</strong> met het algeme<strong>en</strong> onderwijs. In dit project is onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong>:<br />

• Het simuler<strong>en</strong> van de beroepswerkelijkheid op school: door simulatieopdracht<strong>en</strong>, gastless<strong>en</strong>, beoordeling<strong>en</strong> door<br />

beroepsbeoef<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> et cetera;<br />

• Verschill<strong>en</strong>de vorm<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong>: van excursies <strong>en</strong> snuffelstages van e<strong>en</strong> dag(deel) tot int<strong>en</strong>sieve<br />

stagevorm<strong>en</strong>;<br />

• Nieuwe of experim<strong>en</strong>tele vorm<strong>en</strong> zoals: community service, educatief ontwerp<strong>en</strong>;<br />

• Vorm<strong>en</strong> specifiek voor doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

In alle gevall<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> link tuss<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>schools <strong>en</strong> binn<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> compon<strong>en</strong>t beroepsoriëntatie of<br />

-voorbereiding. Deze vorm<strong>en</strong> zie je in variaties ook weer terug in de pilots van de universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de diverse<br />

andere bestudeerde initiatiev<strong>en</strong> in de actielijn. Het lijkt de moeite waard om ook in deze context de didactische<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> beter dan nu uit te wissel<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -61 -


7.5 Conclusies<br />

Voor het uitvoer<strong>en</strong> van concrete activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> adoptierelaties zijn vier groep<strong>en</strong> succesfactor<strong>en</strong> te id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong>:<br />

• Aansluit<strong>en</strong> op de (smalle) marges in het vwo curriculum;<br />

• Inspel<strong>en</strong> op persoonlijke, zeer diverse <strong>en</strong> specifieke interesses van jonger<strong>en</strong>;<br />

• B<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van de motivatie van doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om in contact te blijv<strong>en</strong> met ontwikkeling<strong>en</strong> in hun discipline;<br />

• E<strong>en</strong> transfer mak<strong>en</strong> van reeds aanwezige didactische ervaring<strong>en</strong> in het beroepsonderwijs naar de context van het<br />

werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap.<br />

-62 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

8. Van incid<strong>en</strong>tele contact<strong>en</strong> naar duurzame<br />

sam<strong>en</strong>werking<br />

Het onderzoek naar buit<strong>en</strong>landse ervaring<strong>en</strong> bevestigt voor sam<strong>en</strong>werkingsrelaties wat we wet<strong>en</strong> <strong>over</strong> andere<br />

ambitieuze innovaties: het organiser<strong>en</strong> is al ingewikkeld, maar het volhoud<strong>en</strong> is het moeilijkst. Tegelijk wet<strong>en</strong> we<br />

dat de effect<strong>en</strong> van innovaties pas na langere tijd zichtbaar word<strong>en</strong>. In internationale innovatieliteratuur word<strong>en</strong><br />

twee kernproblem<strong>en</strong> gesignaleerd: transferability <strong>en</strong> sustainability. Oftewel:<br />

• Hoe kun je e<strong>en</strong> vernieuwing die klein begint groter mak<strong>en</strong> (hetge<strong>en</strong> vraagt om e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>de transfer naar<br />

nieuwe context<strong>en</strong>)?<br />

• Hoe kun je e<strong>en</strong> vernieuwing volhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> veranker<strong>en</strong> in m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de organisatie?<br />

Op deze vrag<strong>en</strong> bestaan ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige antwoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij komt dat de antwoord<strong>en</strong> per context variër<strong>en</strong>.<br />

In het geval van adoptierelaties biedt de eerste fase van het proefproject voor dit probleem de volg<strong>en</strong>de<br />

aandachtspunt<strong>en</strong>.<br />

8.1 Kracht<strong>en</strong> bundel<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> eerste punt betreft de synergie tuss<strong>en</strong> niveaus van sam<strong>en</strong>werking. E<strong>en</strong> simpel voorbeeld is het project Ing<strong>en</strong>ieur<br />

voor de klas van KIVI. Hier is sprake van e<strong>en</strong> landelijke infrastructuur die goed is verbond<strong>en</strong> met de regionale kring<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> met de gastless<strong>en</strong> door ing<strong>en</strong>ieurs op het microniveau van e<strong>en</strong> school. E<strong>en</strong> ander voorbeeld biedt het Educatief<br />

Informatiec<strong>en</strong>trum Rotterdam dat als c<strong>en</strong>trale intermediair alle kracht<strong>en</strong> bundelt op regionaal niveau. E<strong>en</strong> derde<br />

voorbeeld is de Go Infra campagne <strong>over</strong> het werk<strong>en</strong> in de infrastructuur (de weg- <strong>en</strong> waterbouw). De branche zorgt<br />

voor ambassadeurs die de brug slaan tuss<strong>en</strong> onderwijs <strong>en</strong> bedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong> biedt e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale fysieke locatie voor<br />

voorlichting <strong>en</strong> demonstraties.<br />

Al deze adoptieachtige constructies zijn grootschalig <strong>en</strong> kleinschalig tegelijk. Het is dus de moeite waard om na te<br />

d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>over</strong> welke kracht<strong>en</strong> je wilt bundel<strong>en</strong> op welke niveaus. Als m<strong>en</strong> kiest voor e<strong>en</strong>regionale insteek (zoals in het<br />

Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk), dan ligt het voor de hand om het zwaartepunt van de bundeling op dat niveau te legg<strong>en</strong>. Van<br />

daaruit kan word<strong>en</strong> bekek<strong>en</strong> hoe landelijk operer<strong>en</strong>de actor<strong>en</strong> steun kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Dat is e<strong>en</strong> andere b<strong>en</strong>adering<br />

dan het vertrekpunt zoek<strong>en</strong> bij de landelijke brancheorganisaties <strong>en</strong> de grote bedrijv<strong>en</strong>: de kracht<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> dan vooral<br />

per discipline word<strong>en</strong> gebundeld. E<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>d voorbeeld daarvan is de manier waarop de chemische industrie<br />

haar sam<strong>en</strong>werkingsrelaties heeft ingericht.<br />

Waarvoor ook wordt gekoz<strong>en</strong>: uit het onderzoek blijkt dat in alle gevall<strong>en</strong> kracht<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de schaalniveaus<br />

word<strong>en</strong> gebundeld, <strong>en</strong> dat is zeker nodig om dit type sam<strong>en</strong>werkingsrelaties e<strong>en</strong> meer duurzaam karakter te gev<strong>en</strong>.<br />

8.2 Verankering in schol<strong>en</strong><br />

De beoogde doelgroep br<strong>en</strong>gt het grootste deel van de dag door op school, dus het ligt voor de hand na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong><br />

<strong>over</strong> e<strong>en</strong> verankering in vwo-schol<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> school is e<strong>en</strong> complexe organisatie die zijn missie niet kan uitvoer<strong>en</strong> zonder<br />

e<strong>en</strong> groot aantal routines. Anders gezegd: schol<strong>en</strong> zijn professionele bureaucratieën. Op de e<strong>en</strong> of andere wijze zal<br />

allereerst de oriëntatie op het werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap e<strong>en</strong> plek moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> in de organisatorische routines. Het<br />

grootste struikelblok <strong>en</strong> tegelijk de grootste kans vormt daarbij het rooster. In het rooster komt van alles sam<strong>en</strong>: tijd,<br />

plaats, groepering, inzet personeel, inzet middel<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -63 -


Tweede prioriteit is het vind<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> auth<strong>en</strong>tieke probleemeig<strong>en</strong>aar in schol<strong>en</strong>. Het onderzoek laat duidelijk zi<strong>en</strong><br />

dat die zich niet spontaan aandi<strong>en</strong>t. Wie neemt de verantwoordelijkheid voor e<strong>en</strong> groep leerling<strong>en</strong> die baat heeft bij<br />

e<strong>en</strong> specifiek aanbod gericht op werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap? Of kiest de school voor e<strong>en</strong> breedtestrategie voor alle<br />

leerling<strong>en</strong> in de bov<strong>en</strong>bouw van het vwo? In het eerste geval kan iemand e<strong>en</strong> duidelijke opdracht krijg<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld gekoppeld aan e<strong>en</strong> vwo-plus stroom of e<strong>en</strong> programma voor hoogbegaafd<strong>en</strong>. In het tweede geval is de<br />

sam<strong>en</strong>werkingsrelatie e<strong>en</strong> onderdeel van de reguliere organisatie <strong>en</strong> zal het eerder e<strong>en</strong> managem<strong>en</strong>tportefeuille<br />

word<strong>en</strong>. In Duitsland zijn vergelijkbare ervaring<strong>en</strong> bij de zogehet<strong>en</strong> MINT-schol<strong>en</strong> die exacte vakk<strong>en</strong> (Mathematik,<br />

Informatik, Naturwiss<strong>en</strong>schaft, Technik) b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong>. Hoe die ook vorm krijgt: e<strong>en</strong> duurzame sam<strong>en</strong>werking vraagt<br />

om helderheid op dit punt.<br />

Op termijn zou het ook kunn<strong>en</strong> help<strong>en</strong> als de marges in het curriculum wat word<strong>en</strong> opgerekt. Wat meer ruimte in<br />

het programma zou kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> aan het voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk karakter van deze schoolsoort. Dat<br />

is echter ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige opgave, de curricula kom<strong>en</strong> tot stand in e<strong>en</strong> politieke discussie die door zeer veel<br />

kracht<strong>en</strong> wordt beïnvloed.<br />

8.3 Verankering in universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> verankering van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties in universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> is ev<strong>en</strong>min e<strong>en</strong>voudig. De<br />

meest voor de hand ligg<strong>en</strong>de b<strong>en</strong>adering is het uitbouw<strong>en</strong> van de regionale aansluitingsnetwerk<strong>en</strong>. Daar ligt e<strong>en</strong> infrastructuur<br />

waar de oriëntatie op de wet<strong>en</strong>schap kan word<strong>en</strong> ondergebracht. Er ligg<strong>en</strong> veel verbinding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> vwo <strong>en</strong><br />

wo, maar nog maar weinig verbinding<strong>en</strong> met het onderzoek. De pilotproject<strong>en</strong> in het kader van dit onderzoek zijn erop<br />

gericht het ler<strong>en</strong> in het voortgezet onderwijs beter aan te lat<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> op het studer<strong>en</strong> in het wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs.<br />

De vraag is dus hoe onderzoekers op structurele wijze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet voor contact<strong>en</strong> met belangstell<strong>en</strong>de<br />

<strong>scholier<strong>en</strong></strong>. De ervaring<strong>en</strong> suggerer<strong>en</strong> dat de ingang<strong>en</strong> kleinschalig moet<strong>en</strong> zijn, maar dat maakt de contact<strong>en</strong><br />

tegelijk zeer kwetsbaar. Dit blijft dus e<strong>en</strong> punt van aandacht voor de volg<strong>en</strong>de fase van het proefproject.<br />

8.4 Verankering in het bedrijfslev<strong>en</strong><br />

Ook in het bedrijfslev<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> versteviging <strong>en</strong> verankering van dit type relaties e<strong>en</strong> interessante opgave. Er is e<strong>en</strong><br />

veelheid aan zeer diverse contact<strong>en</strong> <strong>over</strong> ongelofelijk veel onderwerp<strong>en</strong>, maar er is ge<strong>en</strong> structuur die voorkomt dat<br />

de contact<strong>en</strong> na korte tijd verwaai<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervluchtig<strong>en</strong>. De beleidshorizon van individuele bedrijv<strong>en</strong> is vaak dichtbij,<br />

omdat ze steeds weer alert moet<strong>en</strong> reager<strong>en</strong> op ontwikkeling<strong>en</strong> in hun markt. Het onderzoek biedt twee aanknopingspunt<strong>en</strong>:<br />

de bedrijfstakorganisaties op landelijk niveau <strong>en</strong> de Kamers van Koophandel op regionaal niveau.<br />

Het beste voorbeeld van het eerste aanknopingspunt is de al eerder beschrev<strong>en</strong> inrichting van de sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

in de chemische industrie. Specifiek voor adoptieproject<strong>en</strong> werd bij Stichting C 3 e<strong>en</strong> intermediair/ coördinator<br />

aangesteld. Chemische bedrijv<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> op landelijk niveau b<strong>en</strong>aderd <strong>en</strong> desgew<strong>en</strong>st voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> lijst van<br />

schol<strong>en</strong> in de regio plus allerhande ondersteun<strong>en</strong>d materiaal. Zo heeft binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> 75% van de chemische<br />

bedrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsactiviteit of project gehad met 60% van alle schol<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> vwo-afdeling. In het<br />

onderzoek dat Stichting Wet<strong>en</strong> uitzette naar succesfactor<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> er vele g<strong>en</strong>oemd die eerder in deze rapportage<br />

aan bod kwam<strong>en</strong>. Andere factor<strong>en</strong> die de voortzetting van activiteit<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>, zijn:<br />

• Bedrijfsterrein<strong>en</strong> die hun kracht<strong>en</strong> bundel<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> coördiner<strong>en</strong>d c<strong>en</strong>trum;<br />

• Draagvlak binn<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> (<strong>en</strong> schol<strong>en</strong>) op bestuurlijk niveau;<br />

• Uiting van waardering door de <strong>over</strong>heid.<br />

-64 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Interessant is dat ook hier de synergie tuss<strong>en</strong> landelijk <strong>en</strong> regionaal niveau sterk wordt b<strong>en</strong>adrukt. In Engeland<br />

funger<strong>en</strong> de Kamers van Koophandel op regionaal niveau vaak als stabiele dragers van continuïteit. Ook in ons land<br />

zou dit nader mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderzocht. In vele regio’s fungeert de Kamer van Koophandel als expertise- <strong>en</strong><br />

communicatiec<strong>en</strong>trum voor het regionale bedrijfslev<strong>en</strong>.<br />

8.5 Het proces gaande houd<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> ervaringsgegev<strong>en</strong> is dat sam<strong>en</strong>werkingsrelaties e<strong>en</strong> cyclische dynamiek k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. De start is veelbelov<strong>en</strong>d, er is<br />

e<strong>en</strong> bloeitijd <strong>en</strong> na circa drie jaar is er e<strong>en</strong> nieuwe prikkel nodig om de voortzetting te bevorder<strong>en</strong>. Duurzame<br />

sam<strong>en</strong>werking gedijt bij periodieke verstoring van het ev<strong>en</strong>wicht.<br />

Om de juiste inhoudelijke <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel financiële prikkels te kunn<strong>en</strong> id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> is het ess<strong>en</strong>tieel om de vinger aan<br />

de pols te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te evaluer<strong>en</strong>: de op<strong>en</strong> deur van de beleidscyclus, simpel maar vaak veronachtzaamd. De<br />

bek<strong>en</strong>de ket<strong>en</strong> van strategie–actie–evaluatie– bijsturing werkt alle<strong>en</strong> als er van tevor<strong>en</strong> goed wordt nagedacht <strong>over</strong> de<br />

wijze waarop de voortgang wordt gevolgd <strong>en</strong> de criteria waarmee dat proces wordt beoordeeld.<br />

Als in e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de fase sam<strong>en</strong>werkingsrelaties ontstaan die (ook) zijn gericht op de beeldvorming van wet<strong>en</strong>schap<br />

<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk, verdi<strong>en</strong>t het in elk geval aanbeveling om op landelijk niveau te zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />

onafhankelijke formatieve evaluatie <strong>en</strong> periodieke bijsturing. De in de afgelop<strong>en</strong> fase gevraagde evaluaties van<br />

project<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in wez<strong>en</strong> alle zelfevaluaties. Daar is niets mis mee, maar e<strong>en</strong> blik van buit<strong>en</strong> kan daar nog wel wat aan<br />

toevoeg<strong>en</strong>.<br />

8.6 Conclusies<br />

Het in gang zett<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werkingsrelaties is nog iets heel anders dan het in stand houd<strong>en</strong> daarvan. We wet<strong>en</strong><br />

dat het relatief lang duurt voordat effect<strong>en</strong> zichtbaar word<strong>en</strong>, dus e<strong>en</strong> zekere continuïteit is noodzakelijk. Dat vraagt om<br />

e<strong>en</strong> aantal condities, die in deze context als volgt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd:<br />

• Het is belangrijk dat sam<strong>en</strong>werkingsrelaties kleinschalig zijn in de uitvoering, maar wel word<strong>en</strong> ondersteund met<br />

de slagkracht van grotere organisaties;<br />

• Er is e<strong>en</strong> duidelijke probleemeig<strong>en</strong>aar nodig in de schol<strong>en</strong>;<br />

• Er moet op de universiteit<strong>en</strong> helderheid zijn hoe onderzoekers kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> in onderwijsactiviteit<strong>en</strong>;<br />

• Activiteit<strong>en</strong> van het bedrijfslev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> op landelijk <strong>en</strong> regionaal niveau steun krijg<strong>en</strong> (bijvoorbeeld via<br />

brancheorganisaties <strong>en</strong> Kamers van Koophandel);<br />

• Het totale proces moet goed word<strong>en</strong> gevolgd <strong>en</strong> geëvalueerd met het oog op bijsturing via nieuwe inhoudelijke<br />

<strong>en</strong> financiële prikkels.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -65 -


-66- Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

9. Algem<strong>en</strong>e conclusies<br />

In het voorgaande is gepoogd de hoofdzak<strong>en</strong> van alle onderzoek<strong>en</strong>, rapportages <strong>en</strong> reflectieve gesprekk<strong>en</strong> sam<strong>en</strong><br />

te vatt<strong>en</strong>. Als m<strong>en</strong> probeert het geheel te <strong>over</strong>zi<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de conclusies word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> kwetsbaar idee<br />

Het proefproject is gestart met het idee om adoptierelaties in te zett<strong>en</strong> als middel om bij jonger<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 18 jaar<br />

in het vwo e<strong>en</strong> positieve beeldvorming van wet<strong>en</strong>schappelijk werk te bewerkstellig<strong>en</strong>. De voornaamste conclusie is dat<br />

dit e<strong>en</strong> kwetsbaar idee is. De gedefinieerde adoptierelaties bestaan niet. Er is bij ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele d<strong>en</strong>kbare participant in<br />

dergelijke adoptierelaties e<strong>en</strong> urg<strong>en</strong>t of direct belang om exclusief voor zo’n kleine doelgroep nieuwe relaties te organiser<strong>en</strong>.<br />

Als het gaat om beeldvorming van wet<strong>en</strong>schappelijk werk vindt m<strong>en</strong> adoptierelaties e<strong>en</strong> te grote investering<br />

voor e<strong>en</strong> te kleine doelgroep. Het is dus de vraag in hoeverre dit middel past bij het doel.<br />

Gelijkwaardigheid<br />

De term adoptierelatie valt slecht, met name in het bedrijfslev<strong>en</strong>. Het suggereert e<strong>en</strong> ongelijkwaardige verhouding. Als<br />

partij<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> iets will<strong>en</strong> aanpakk<strong>en</strong> moet dat vanuit posities van gelijkwaardigheid gebeur<strong>en</strong>, waarbij e<strong>en</strong>ieder zijn<br />

inbr<strong>en</strong>g <strong>en</strong> belang heeft. Het zou goed zijn om de term voortaan te vervang<strong>en</strong> door sam<strong>en</strong>werkingsrelaties of partnerschap<br />

of iets dergelijks. Dit is meer dan e<strong>en</strong> semantische kwestie: het moet duidelijk zijn dat pot<strong>en</strong>tiële partners elkaar<br />

iets te bied<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

Maatschappelijk belang<br />

Er is wel e<strong>en</strong> duidelijk maatschappelijk belang, maar dat ligt breder dan alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> mogelijk tekort aan wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

onderzoekers. Het onderzoek suggereert drie mogelijke doel<strong>en</strong>:<br />

• Er is veel te verbeter<strong>en</strong> aan de beeldvorming <strong>over</strong> wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk bij e<strong>en</strong> brede groep jonger<strong>en</strong>,<br />

ook buit<strong>en</strong> het vwo;<br />

• Er zijn of kom<strong>en</strong> waarschijnlijk te weinig jonger<strong>en</strong> uit het vwo die kiez<strong>en</strong> voor <strong>en</strong>igerlei loopbaan in de bètasfeer op<br />

e<strong>en</strong> academisch werkniveau;<br />

• Er dreig<strong>en</strong> tekort<strong>en</strong> aan onderzoekers bij universiteit<strong>en</strong>, met name in de gebied<strong>en</strong> gedrag <strong>en</strong> maatschappij, landbouw,<br />

economie <strong>en</strong> taal <strong>en</strong> cultuur.<br />

Aanknopingspunt<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> aantal aanknopingspunt<strong>en</strong> kan verder word<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>d. Mogelijke partij<strong>en</strong> in adoptierelaties will<strong>en</strong> zich <strong>over</strong> het<br />

algeme<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> aansprek<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> maatschappelijke verantwoordelijkheid. E<strong>en</strong> deel van de jonger<strong>en</strong> waar het om gaat<br />

heeft e<strong>en</strong> zekere interesse in wet<strong>en</strong>schappelijke informatie. Deze interesse kan verder word<strong>en</strong> ontwikkeld. E<strong>en</strong> deel van<br />

de doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wil graag beter word<strong>en</strong> toegerust om iets van e<strong>en</strong> academisch werk- <strong>en</strong> d<strong>en</strong>kniveau <strong>over</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in<br />

het voorbereid<strong>en</strong>d wet<strong>en</strong>schappelijk onderwijs. E<strong>en</strong> deel van de bedrijv<strong>en</strong> in de bètahoek wil zich inspann<strong>en</strong> om het<br />

imago van het werk te verbeter<strong>en</strong>. De universiteit<strong>en</strong> will<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed beeld van wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk<br />

bevorder<strong>en</strong>.<br />

In al deze gevall<strong>en</strong> geldt echter dat het specifieke probleem van beeldvorming van wet<strong>en</strong>schappelijk werk zal moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> met bredere belang<strong>en</strong>.<br />

Ondersteuning via internet<br />

De mogelijkhed<strong>en</strong> van internet kunn<strong>en</strong> bij uitstek word<strong>en</strong> ingezet om de doelgroep direct te bereik<strong>en</strong> <strong>en</strong> de interesse<br />

in wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk te vergrot<strong>en</strong>. Het effect daarvan zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> versterkt als niet alle<strong>en</strong><br />

de informatie- maar ook de communicatiefunctie goed zou word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. E<strong>en</strong> koppeling van internet aan sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

lijkt goed mogelijk.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -67 -


Grote lijn<strong>en</strong>, kleine verband<strong>en</strong><br />

Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties zijn effectief als ze – althans op het uitvoeringsniveau – kleinschalig zijn. Persoonlijke inzet<br />

<strong>en</strong> <strong>over</strong>tuigingskracht zijn kritische succesfactor<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> intermediair die brugg<strong>en</strong> bouwt tuss<strong>en</strong> de partners is<br />

onmisbaar. Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties zijn succesvol als alle partij<strong>en</strong> invester<strong>en</strong> met het oog op de te behal<strong>en</strong> doel<strong>en</strong>.<br />

Sam<strong>en</strong>werkingsrelaties hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> nodig om zich te ontwikkel<strong>en</strong>.<br />

Dit laat onverlet dat sam<strong>en</strong>werkingsrelaties sterker word<strong>en</strong> als ze tegelijk ook grootschalig zijn. Het is goed als e<strong>en</strong><br />

combinatie kan word<strong>en</strong> gemaakt met organisatorische <strong>en</strong> financiële slagkracht op landelijk niveau. Conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> goede vorm om inzet <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> van partij<strong>en</strong> in grote lijn<strong>en</strong> vast te legg<strong>en</strong>. Er is ook behoefte aan e<strong>en</strong><br />

platform voor k<strong>en</strong>nisuitwisseling, aan tuss<strong>en</strong>tijdse evaluaties <strong>en</strong> aan informatie <strong>over</strong> nieuwe ontwikkeling<strong>en</strong>.<br />

Korte <strong>en</strong> langere termijn<br />

Op korte termijn kan nader word<strong>en</strong> bekek<strong>en</strong> of bestaande sam<strong>en</strong>werkingsrelaties kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgebouwd voor<br />

deze doelgroep <strong>en</strong> dit specifieke probleem. Op langere termijn is het interessant om te kijk<strong>en</strong> naar meer structurele<br />

oplossing<strong>en</strong>. Aan de vraagzijde (leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong>) kan word<strong>en</strong> gewerkt aan meer ruimte in het curriculum. Aan<br />

de aanbodzijde kan sterker word<strong>en</strong> ingezet op regionale arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waaraan onderwijs, wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> regionaal bedrijfslev<strong>en</strong> deelnem<strong>en</strong>.<br />

-68 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

10. Aanbeveling<strong>en</strong><br />

Het proefproject Adoptierelaties is halverwege de rit. In het vervolg van het proefproject stimuleert <strong>en</strong> initieert<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> interessante initiatiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> leert daar tegelijkertijd van voor de langere termijn. Het gaat om e<strong>en</strong><br />

complex beleidsprobleem, er zijn veel initiatiev<strong>en</strong> om bij aan te knop<strong>en</strong> <strong>en</strong> het budget is niet groot. Er moet dus<br />

scherp word<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong>. Stichting Wet<strong>en</strong> neemt dan ook de aanbeveling<strong>en</strong> – door de rapporteur als informeel advies<br />

uitgebracht – in acht.<br />

Stimuler<strong>en</strong> van de intermediaire functie in partnerschapp<strong>en</strong><br />

Stichting Wet<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t meer inzicht te verkrijg<strong>en</strong> in de wijze waarop de effectiviteit van intermediaire person<strong>en</strong> of<br />

organisaties nog sterker kan word<strong>en</strong> gemaakt. De activiteit<strong>en</strong> van intermediaire sleutelfigur<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zowel op<br />

het landelijke niveau van disciplines (disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong>) als op regionaal/lokaal niveau (actieve koppelaars)<br />

(financieel) word<strong>en</strong> gestimuleerd.<br />

Uitbouw<strong>en</strong> K<strong>en</strong>nislink<br />

K<strong>en</strong>nislink heeft nog veel pot<strong>en</strong>tieel, zowel aan de informatiekant als aan de communicatiekant. Het is goed om<br />

hieraan stevig te blijv<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>. Ook lokale/regionale sam<strong>en</strong>werkingsrelaties kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevraagd aan K<strong>en</strong>nislink<br />

bij te drag<strong>en</strong>. K<strong>en</strong>nislink kan wellicht in de toekomst gaan di<strong>en</strong><strong>en</strong> als e<strong>en</strong> platform voor k<strong>en</strong>nisuitwisseling <strong>over</strong> sam<strong>en</strong>werkingsrelaties.<br />

Nieuwe pilots, andere condities<br />

Gegev<strong>en</strong> het budget <strong>en</strong> het aantal gegadigd<strong>en</strong> moet Stichting Wet<strong>en</strong> nieuwe pilots zeer selectief financieel ondersteun<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> positieve prikkel wordt ingebouwd voor tripartiete sam<strong>en</strong>werkingsrelaties waaraan zowel voortgezet<br />

onderwijs, k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> als bedrijfslev<strong>en</strong> op lokaal/regionaal niveau deelnem<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke combinatie levert<br />

waarschijnlijk e<strong>en</strong> andere beeldvorming op dan alle<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstelling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>.<br />

Monitoring <strong>en</strong> communicatie<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> zet onverkort de lijn door dat elk initiatief goed wordt gemonitord <strong>en</strong> geëvalueerd. Via uitwisselingsbije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong><br />

di<strong>en</strong>t meer communicatie op gang te kom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> die aan sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

deelnem<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vorm van reflectie is noodzakelijk om de voortgang in het proces te waarborg<strong>en</strong>.<br />

Advisering bijstelling curriculum vwo<br />

Bij de evaluatie van de Tweede Fase havo <strong>en</strong> vwo in 2003 moet er e<strong>en</strong> advies kom<strong>en</strong> voor meer ruimte in met name<br />

het vwo-curriculum voor de k<strong>en</strong>nismaking met wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk werk. De bestaande ruimte (LOB<br />

<strong>en</strong> profielwerkstuk) is relatief marginaal. E<strong>en</strong> dergelijke bijstelling past ook in het strev<strong>en</strong> om de loopbaanorëntatie<br />

verder te versterk<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> adviespunt sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

Er wordt naar gestreefd op middellange termijn e<strong>en</strong> landelijk adviespunt te creër<strong>en</strong> waar alle ervaring<strong>en</strong> met sam<strong>en</strong>werkingsrelaties<br />

beschikbaar zijn. E<strong>en</strong> alternatief is om dit te koppel<strong>en</strong> aan het adviespunt Tweede Fase.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -69 -


-70 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Geraadpleegde bronn<strong>en</strong><br />

Onderzoekslijn<br />

Dool, P. van d<strong>en</strong> <strong>en</strong> J. Geurts,<br />

Bèta/techniek uit balans. E<strong>en</strong> beeld van huidige knelpunt<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> aanbod <strong>en</strong> vraag <strong>en</strong> mogelijke<br />

oplossing<strong>en</strong>.Delft, Axis, 2000. In opdracht van Axis <strong>en</strong> LDC.<br />

Hanss<strong>en</strong>, L. <strong>en</strong> Ch. Holland, Axis online, e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>ster naar de wereld van bèta <strong>en</strong> techniek. E<strong>en</strong> analyse van de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> die het gebruik van elektronische media bied<strong>en</strong> voor het aantrekkelijker mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> versterk<strong>en</strong> van<br />

het bèta/techniek onderwijs <strong>en</strong> beroep<strong>en</strong>veld. Delft, Axis, 1999.<br />

IVA/ANDARE, Uitwisseling Personeel tuss<strong>en</strong> Onderwijs <strong>en</strong> Bedrijfslev<strong>en</strong>. Delft, Axis, 1999. In opdracht van Axis.<br />

Kho, M., Adoptierelaties in het buit<strong>en</strong>land, gelijkwaardigheid of liefdadigheid? E<strong>en</strong> literatuurscan. Enschede, Edutec,<br />

2002. In opdracht van Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Kho, M. <strong>en</strong> M. Vermeul<strong>en</strong>, Adoptierelaties, voor e<strong>en</strong> dubbeltje op de eerste rij? E<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>ning onder onderzoeksinstelling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisint<strong>en</strong>sieve bedrijv<strong>en</strong> naar kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> belemmering<strong>en</strong> voor het start<strong>en</strong>, de continuering <strong>en</strong> de<br />

uitbouw van bestaande sam<strong>en</strong>werkingsrelaties. Enschede, Edutec, 2002. In opdracht van Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Kho, M. <strong>en</strong> Dr. J.N. Streumer,‘Beeld<strong>en</strong>’ van wet<strong>en</strong>schappelijke beroep<strong>en</strong>. Enschede, Edutec, 2002. In opdracht van<br />

Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Kho, M. <strong>en</strong> Dr. J.N. Streumer, Factor<strong>en</strong> die de beroepskeuze van leerling<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> literatuurstudie.<br />

Enschede, Edutec, 2002. In opdracht van Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Knappert, R., R. Rapmund <strong>en</strong> C. van Stijn, Buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong> op het terrein van bèta/techniek. Delft, Axis, 1999.<br />

In opdracht van Axis <strong>en</strong> Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Actielijn<br />

Pilots universiteit<strong>en</strong><br />

Blij, M. van der, Evaluatie verslag van de bije<strong>en</strong>komst in het kader van aansluiting vo-wo d.d. 12 maart 2002.<br />

Enschede, DINKEL Instituut, 2002. In opdracht van ELAN.<br />

Hoornweg, Drs. J., Eindrapportage van de Universiteit Leid<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van Stichting Wet<strong>en</strong>. 2002.<br />

Hoornweg, Drs. J., Tuss<strong>en</strong>rapportage van de Universiteit Leid<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van Stichting Wet<strong>en</strong>. 2002.<br />

Jonker, Drs. A., Rapport VWO bov<strong>en</strong>bouwpracticum natuurkunde. 2002. In opdracht van Stichting Wet<strong>en</strong>.<br />

Jonker, Drs. A., Rapport naar aanleiding van de activiteit ‘Oidipous’. 2002.<br />

Jonker, Drs. A., Tuss<strong>en</strong>rapportage Adoptierelaties. 2002.<br />

Tuss<strong>en</strong>rapportage Katholieke Universiteit Nijmeg<strong>en</strong>.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -71 -


Naber, Ir. P., Project<strong>en</strong> 2002; Fotosynthese@school; Tuss<strong>en</strong>rapportage Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. 2002.<br />

Naber, Ir. P., Project<strong>en</strong> 2002; Fotosynthese@school; Rapportage Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. 2002.<br />

Staarman, Drs. A.F., Project ‘Aansluiting VWO-VU’. Tuss<strong>en</strong>rapportage Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>uitwisseling Vrije Universiteit. 2002.<br />

Staarman, Drs. A.F., Project ‘Aansluiting VWO-VU’. Eindrapportage Doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>uitwisseling Vrije Universiteit. 2002.<br />

Terlouw, Dr. C., Stichting Wet<strong>en</strong>; Project adoptierelaties; Projectrapportage; ’Onderzoek naar LOB2-modul<strong>en</strong>’.<br />

Enschede, ELAN Universiteit Tw<strong>en</strong>te, 2002.<br />

VSNU, ‘Werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap’; Verbetering beroepsbeeld wet<strong>en</strong>schappers in doc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>uitwisseling vwo-wo;<br />

Projectvoorstell<strong>en</strong> van zes aansluitingsproject<strong>en</strong> vwo-wo in het kader van ‘Werk<strong>en</strong> in de Wet<strong>en</strong>schap’, Wet<strong>en</strong> Pilot<br />

Adoptierelaties-Actielijn. 2001.<br />

Disciplineconsul<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> internet<br />

Expertise C<strong>en</strong>trum Biologie, Het, Visie, ontwikkeling, uitvoering. Utrecht, NIBI, 2002.<br />

Felix, Dr. E. <strong>en</strong> Dr. H. Snijders, K<strong>en</strong>nislink; Rapportage 2 de fase <strong>en</strong> planning 3 de fase. 2002.<br />

Graaf, A. van de, Van beide kant<strong>en</strong>. Ervaring<strong>en</strong> van de chemische industrie met schol<strong>en</strong>-adoptierelaties; e<strong>en</strong> kwalitatief<br />

onderzoek. Leidsch<strong>en</strong>dam, Stichting Communicatie C<strong>en</strong>trum Chemie – C 3, 2002.<br />

Koppeschaar, C., Adoptierelaties in <strong>over</strong>ige bètavakdisciplines. 2002.<br />

Rapportage Jan Heijn (disciplineconsul<strong>en</strong>t natuurkunde).<br />

Interview met Carl Koppeschaar, hoofdredacteur K<strong>en</strong>nislink.<br />

Overige initiatiev<strong>en</strong><br />

Backbier, J. <strong>en</strong> G. de Boer, Wet<strong>en</strong> is zelf do<strong>en</strong>. Amersfoort, Landelijk Informatiepunt (Hoog)begaafdheid CPS, 2002.<br />

Jongbloed, Mevrouw drs. K., Verantwoording Adoptieplan Werkstuknetwerk/JOTA!. 2002.<br />

Project Werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap. Beknopte omschrijving. Utrecht, Stichting Wet<strong>en</strong>, 2001.<br />

Projectplan Werk<strong>en</strong> in de wet<strong>en</strong>schap. Stand van zak<strong>en</strong> Verbreding Adoptierelaties per 1 september 2001. Utrecht,<br />

Stichting Wet<strong>en</strong>, 2001.<br />

Fasering proefproject Verbreding Adoptierelaties; Stand van zak<strong>en</strong> per februari 2002. Utrecht, Stichting Wet<strong>en</strong>, 2002.<br />

Vooronderzoek adoptierelaties; Stand van zak<strong>en</strong> per 1 juni 2002. Utrecht, Stichting Wet<strong>en</strong>, 2002.<br />

-72 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Met de volg<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> zijn gesprekk<strong>en</strong> gevoerd:<br />

Mevrouw H. Off<strong>en</strong>berg, Infra Voorlichtingsc<strong>en</strong>trum SBW.<br />

Mevrouw ir. B. Remerij <strong>en</strong> de heer drs. J. van Alt<strong>en</strong>. KIVI, project Ing<strong>en</strong>ieur voor de klas.<br />

Mevrouw drs. K. van Ste<strong>en</strong>sel, Stichting Maatschappij <strong>en</strong> Onderneming (SMO).<br />

Mevrouw mr. E. Lempers, regiomanager VNO/NCW Midd<strong>en</strong>.<br />

Overige bronn<strong>en</strong><br />

Diephuis, Drs. R., Bouw<strong>en</strong> aan Betek<strong>en</strong>is: e<strong>en</strong> leerplan voor de integratie van loopbaanoriëntatie <strong>en</strong> -begeleiding<br />

in vakless<strong>en</strong> <strong>en</strong> keuzebegeleiding. Enschede, SLO/LDC, 1999.<br />

Eimers, T. <strong>en</strong> F. Wijers, D<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, durv<strong>en</strong>, do<strong>en</strong>, naar e<strong>en</strong> nieuwe visie op buit<strong>en</strong>schools ler<strong>en</strong> in het vmbo, sector<br />

Zorg & Welzijn. D<strong>en</strong> Bosch, KPCgroep, 2001.<br />

Kievit, R. de <strong>en</strong> B. Huijssoon, Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d <strong>over</strong>zicht van alle vakk<strong>en</strong>. Enschede, SLO, 1997. Versch<strong>en</strong><strong>en</strong> in de<br />

reeks voorlichtingsbrochures invoering Tweede Fase havo/vwo.<br />

Meijers, F. <strong>en</strong> G. Weijers, E<strong>en</strong> zaak van betek<strong>en</strong>is. Loopbaandi<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing in e<strong>en</strong> nieuw perspectief.<br />

Leeuward<strong>en</strong>, LDC, 1997.<br />

Boei<strong>en</strong>d, Betrouwbaar <strong>en</strong> Belangrijk: nota wet<strong>en</strong>schap- <strong>en</strong> techniekcommunicatie. Zoetermeer, ministerie van<br />

OC<strong>en</strong>W, 2000.<br />

Tal<strong>en</strong>t voor de toekomst. Toekomst voor Tal<strong>en</strong>t. Plan van aanpak voor het wet<strong>en</strong>schapspersoneelsbeleid.<br />

Zoetermeer, ministerie van OC<strong>en</strong>W, 2000.<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -73 -


-74 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase<br />

Stichting Wet<strong>en</strong> -75 -


-76 - Proefproject Adoptierelaties. Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de rapportage eerste fase

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!