Pensioenreglement d.d. 01-01-2007
Pensioenreglement d.d. 01-01-2007
Pensioenreglement d.d. 01-01-2007
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Bijlage H bij het pensioenreglement van ABP (Artikel 14.1)<br />
Voorwaardelijke indexatie<br />
1. Het tweede lid van artikel 14.1 van het <strong>Pensioenreglement</strong> bepaalt dat de nadere regels met betrekking<br />
tot een gedeeltelijke aanpassing van het jaarlijks pensioenbedrag in een Bijlage bij het<br />
<strong>Pensioenreglement</strong> zijn neergelegd.<br />
Met inachtneming van het eerste tot en met het derde lid van artikel 14.1 van het <strong>Pensioenreglement</strong> zal<br />
ABP ieder jaar besluiten of en in hoeverre de nadere regels, zoals neergelegd in het tweede tot en met<br />
elfde artikel van deze Bijlage, leiden tot indexatie. ABP kan afwijken van deze nadere regels, zoals<br />
bedoeld in het derde lid van artikel 14.1 en zoals nader gespecificeerd in de actuariële en<br />
bedrijfstechnische nota.<br />
2. Indien de verhouding tussen het vermogen en de verplichtingen van het fonds uitgedrukt in de<br />
dekkingsgraad, berekend op basis van een actuele nominale marktrente die aansluit bij de gemiddelde<br />
looptijd van de pensioenverplichtingen overeenkomstig de in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota<br />
neergelegde waarderingsregels, op 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de<br />
aanpassing van het jaarlijkse pensioenbedrag als bedoeld in het eerste lid van artikel 14.1 van het<br />
<strong>Pensioenreglement</strong> betrekking heeft, zich dwingend tegen volledige aanpassing verzet, vindt de<br />
aanpassing niet of gedeeltelijk plaats.<br />
3. Teneinde te kunnen beoordelen of de verhouding tussen het vermogen en de verplichtingen van het<br />
fonds, uitgedrukt in de dekkingsgraad, zich dwingend tegen volledige aanpassing verzet wordt ieder jaar<br />
door ABP een zogenoemde beleidsstaffel vastgesteld. De werking van deze staffel wordt grafisch<br />
weergegeven in de figuur bij deze bijlage. Peildatum voor de invulling van deze staffel is 1 november van<br />
het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de werking van de staffel betrekking zal hebben.<br />
4. Voor de bepaling van de ondergrens van deze staffel worden de verplichtingen gewaardeerd tegen de<br />
actuele nominale marktrente die het dichtst aansluit bij de looptijd van de verplichtingen.<br />
5. De bovengrens van deze staffel wordt vastgesteld op 135%. Iedere drie jaren, voor het eerst in 2009,<br />
beoordeelt ABP of de bovengrens van de staffel nog adequaat is.<br />
6. Indien de feitelijke dekkingsgraad van het fonds per de in het derde artikel van deze bijlage genoemde<br />
peildatum gelijk is aan of kleiner dan de voor pensioenfondsen geldende minimaal vereiste<br />
dekkingsgraad, vindt geen aanpassing, zoals bedoeld in het eerste lid van artikel 14.1 van het<br />
<strong>Pensioenreglement</strong>, plaats.<br />
7. Indien de feitelijke dekkingsgraad van het fonds per de in het derde artikel van deze bijlage genoemde<br />
peildatum groter is dan de voor pensioenfondsen geldende minimaal vereiste dekkingsgraad en kleiner is<br />
dan de bovengrens, vindt de aanpassing als bedoeld in het eerste lid van artikel 14.1 van het<br />
<strong>Pensioenreglement</strong> gedeeltelijk plaats, afhankelijk van de verhouding tussen de bovengrens van 135% en<br />
de ondergrens van 100% en deze feitelijke dekkingsgraad.<br />
8. Indien de feitelijke dekkingsgraad van het fonds per de in het derde artikel van deze bijlage genoemde<br />
peildatum gelijk is aan of groter is dan de bovengrens, vindt de aanpassing als bedoeld in het eerste lid<br />
van artikel 14.1 van het <strong>Pensioenreglement</strong>, volledig plaats. Ingeval de dekkingsgraad groter is dan de<br />
bovengrens is ABP bovendien bevoegd om in het verleden niet verleende volledige aanpassingen alsnog<br />
volledig of gedeeltelijk te verlenen (hierna te noemen: na-indexatie).<br />
9. Bij een eventueel besluit tot na-indexatie, laat ABP zich leiden door de aan de financiële positie van het<br />
fonds te stellen eisen en de overweging dat een besluit tot toekenning van na-indexatie geen<br />
onevenredige zware gevolgen mag hebben voor het uitzicht op volledige indexatie in de nabije toekomst.<br />
Een besluit dat in enig jaar na-indexatie kan plaatsvinden, vormt geen garantie voor in toekomstige jaren<br />
toe te kennen aanpassingen en houdt geen beperking in van de beleidsvrijheid die ABP ter zake heeft.<br />
10. Een korting op de premie kan alleen worden gehanteerd als de continuïteits-analyse aantoont dat de<br />
gewekte verwachting ten aanzien van de indexatie nu en in de toekomst kan worden waargemaakt, terwijl<br />
de geprognosticeerde dekkingsgraad structureel boven de evenwichtssituatie blijft. ABP stelt iedere drie<br />
jaren de minimale dekkingsgraad vast waarboven de premiekorting verleend kan worden. ABP heeft de<br />
bevoegdheid om van deze ondergrens af te wijken, mits aan de voorwaarden in de eerste volzin wordt<br />
voldaan en zoals nader gespecificeerd in de actuariële en bedrijfstechnische nota. ABP zal geen korting<br />
verlenen op de premie, vóórdat met toepassing van artikel 9 van deze bijlage volledige na-indexatie is<br />
verleend.<br />
Uit een oogpunt van bestendig beleid is het niet gewenst dat de (ex-)deelnemers / gepensioneerden in<br />
een relatief korte tijd zowel met een premiekorting als met een korting op de indexatie worden<br />
geconfronteerd.<br />
11. Deze bijlage kan worden gewijzigd conform hetgeen ter zake is bepaald in artikel 18.5 van het<br />
<strong>Pensioenreglement</strong>.<br />
<strong>Pensioenreglement</strong> Stichting Pensioenfonds (versiedatum: <strong>01</strong>-<strong>01</strong>-2008) 98