29.08.2013 Views

vragen - Hogeschool Rotterdam

vragen - Hogeschool Rotterdam

vragen - Hogeschool Rotterdam

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Studievoorbereiding<br />

VOORBLAD<br />

EXAMENOPGAVE<br />

Succes met het examen<br />

Vakcode: NedLezen 09.01 Vak: Nederlands Lezen<br />

Tijdsduur: 1 uur en 30 minuten<br />

- Er zijn geen hulpmiddelen toegestaan bij het examen<br />

- Het examen bestaat uit: 30 meerkeuze<strong>vragen</strong><br />

- Aantal pagina’s: 12<br />

- Bijlage(n): Geen<br />

Beoordeling van de toets:<br />

Meerkeuze<strong>vragen</strong>: 100 % van totaal cijfer<br />

Vul je naam in op het uitwerkingspapier en het meerkeuze<br />

antwoordenblad.<br />

Kruis het goede antwoord aan bij de meerkeuzevraag op het<br />

antwoordenblad.<br />

Schrijf alsjeblieft zo duidelijk mogelijk.<br />

Nederlands Lezen 09.01 1


School beducht voor aanbod van Turkse taal<br />

Door Tinus van Lieshout<br />

I. Tijdens open dagen profileren scholen in het voortgezet onderwijs zich<br />

met allerlei buitenlandse reizen, waardoor leerlingen kennismaken met<br />

andere talen en culturen.<br />

II. Het etaleren van diversiteit qua talen en culturen op de school zelf blijft<br />

vooralsnog een groot taboe. Het witte leerlingaantal dicteert.<br />

III. Vroeger was het voor middelbare scholen niet moeilijk om voldoende<br />

aanmeldingen te krijgen. De welwillendheid van directeuren van<br />

basisscholen, de nabijheid en de strengheid waren afdoende.<br />

Tegenwoordig voeren scholen in het voortgezet onderwijs een ware<br />

strijd om de gunst van groep-achters en hun ouders. Alles wordt uit de<br />

kast getrokken om hen te paaien. De school wordt opgepoetst, mooie<br />

folders zijn gedrukt en de leerkrachten halen tal van snufjes van stal om<br />

te laten zien hoe leuk onderwijs kan zijn. Na de open dag verdwijnen die<br />

weer voor een jaar in de kast.<br />

IV. De open dagen zijn voor leerkrachten het moment om mankementen<br />

verholpen te krijgen. Kapotte jaloezieën die al een jaar op half elf<br />

hangen, worden spoorslags gemaakt. De school moet spic en span zijn<br />

voor de kritische consument.<br />

V. Scholen profileren zich op allerlei gebied. De één schermt met tweetalig<br />

onderwijs, de ander met een technasium, weer een ander met<br />

internationalisering. In het kader van internationalisering en globalisering<br />

maken kinderen kennis met andere talen en culturen binnen Europa.<br />

Iedere zichzelf respecterende school maakt flitsende buitenlandreizen<br />

met haar leerlingen. Daar is niets mis mee. Maar geen enkele school in<br />

het voorgezet onderwijs zet diversiteit, rijkdom aan culturen en talen<br />

binnen de school in de etalage. Laat staan de mogelijkheid om deze<br />

potenties en kwaliteiten aan te boren en verder te ontwikkelen bij<br />

leerlingen.<br />

VI. Talen en culturen die buiten het West-Europese denkkader vallen,<br />

worden eerder als lastig en storend ervaren. Slechts een enkele school<br />

komt met Spaans, maar dat is vooral gewild bij meisjes die het Costa<br />

Brava-gevoel van de vakantie willen vasthouden. Het lijkt ze enig om<br />

sangria in het Spaans te kunnen bestellen bij de goedogende ober die<br />

bij nader inzien Catalaans blijkt te spreken. Met een mondiale kijk of een<br />

economisch motief heeft het niets van doen.<br />

VII. Waarom zijn scholen niet bereid om het arsenaal aan talen uit te<br />

breiden? Is het de gevestigde lobby van taaldocenten Duits en Frans die<br />

dit beperkte aanbod bepaalt of zijn schooldirecties en -besturen<br />

bevreesd voor een verkeerde uitstraling? Scholen zijn beducht dat het<br />

aanbod van bijvoorbeeld Turks, Arabisch of Chinees als examenvak een<br />

aanzuigende werking heeft op leerlingen met een Turkse, Arabische of<br />

Nederlands Lezen 09.01 2


Chinese achtergrond. Daar wringt in mijn optiek de schoen. Scholen<br />

willen niet bekend staan als een school met Turken of Marokkanen.<br />

Daar scoor je blijkbaar vanuit pr-oogpunt geen punten mee.<br />

VIII. Deze visie is kortzichtig. Er ontstaat een groeiend midden- en hoger<br />

kader afkomstig uit deze groepen, die daar op termijn om zullen <strong>vragen</strong>.<br />

Niet alleen om de taal levend te houden, maar vooral vanuit economisch<br />

perspectief. Verder denk ik dat ook veel autochtone leerlingen<br />

mogelijkheden zien als scholen het aanbod zouden verbreden. China is<br />

booming, Turkije zal te zijner tijd lid worden van de Europese Unie en<br />

met Arabisch bereik je 200 miljoen mensen in twintig landen.<br />

IX. De reden om het niet te doen is niet gelegen in de wetgeving. Spaans<br />

was al mogelijk en sinds het examenprogramma van 1998 bestaat de<br />

mogelijkheid om Arabisch, Italiaans, Russisch en Turks op het rooster te<br />

zetten. In de praktijk gebeurt dat nauwelijks.<br />

X. De Europese Commissie en de Raad van Europa zijn er voorstander<br />

van dat iedere burger geschoold wordt in drie talen: de officiële of<br />

meerderheidstaal van het land waar hij of zij woont, het Engels als lingua<br />

franca voor internationale communicatie en een derde taal naar keuze.<br />

Daarmee wordt de mogelijkheid geboden voor anderstalige leerlingen<br />

om les te krijgen in de thuis- of landstaal.<br />

XI. Natuurlijk zijn er organisatorische knelpunten die om een oplossing<br />

<strong>vragen</strong>, maar allereerst moeten scholen en schoolbesturen een zekere<br />

bereidheid en visie aan de dag leggen om daarover na te denken.<br />

Anders laat Nederland de aanwezige talenten en kwaliteiten ongebruikt<br />

liggen, terwijl die heel eenvoudig aangewend zouden kunnen worden.<br />

Maar daar moet je wel voor openstaan en de deur op een kier zetten!<br />

De auteur is adviseur onderwijs bij Palet, adviseurs diversiteit, in<br />

Eindhoven.<br />

www.ed.nl, donderdag 15 januari 2009<br />

Nederlands Lezen 09.01 3


Vragen bij “School beducht voor aanbod van Turkse taal”<br />

1. Wat is de beste samenvatting van de tekst?<br />

a. Tijdens open dagen wordt de school weer opgeknapt en<br />

schoongemaakt, maar tegelijkertijd hebben de leerkrachten geen<br />

aandacht voor de scholieren.<br />

b. Scholen zijn beducht voor aanbod van de Turkse taal.<br />

c. Het etaleren van diverse talen en culturen is een taboe.<br />

d. Tijdens open dagen tonen scholen hun bezigheden met buitenlandse<br />

reizen, maar tegelijkertijd weren ze allochtone scholieren door geen<br />

Turks, Arabisch of Chinees aan te bieden.<br />

2. Wat betekent ‘beducht’ (titel)?<br />

a. Beroemd.<br />

b. Bekend.<br />

c. Begaan.<br />

d. Bevreesd.<br />

3. Wat is het verband tussen alinea I en II?<br />

a. Tegenstellend.<br />

b. Toelichtend.<br />

c. Opsommend.<br />

d. Verklarend.<br />

4. In welke alinea(‘s) van de tekst is sprake van een vorm van humor?<br />

a. Alinea II en III.<br />

b. Alinea II, III en IV.<br />

c. Alinea III en IV.<br />

d. Alinea IV.<br />

5. Welk woord of woordcombinaties zou(den) op de plaats van ‘profileren zich’<br />

kunnen komen te staan (alinea I)?<br />

a. vertonen een eigen karakter<br />

b. showen<br />

c. sloven zich uit<br />

d. bieden zich aan<br />

6. Naar wat verwijst ‘haar’ in alinea V?<br />

a. culturen binnen Europa<br />

b. Europa<br />

c. iedere zichzelf respecterende school<br />

d. school<br />

Nederlands Lezen 09.01 4


7. Is, volgens de schrijver, het Costa Brava-gevoel een goede motivatie om<br />

Spaans te leren?<br />

a. Ja, want dan weet je hoe je in een restaurant moet bestellen.<br />

b. Ja, want het is goed voor je mondiale kijk.<br />

c. Nee, want in een restaurant spreken ze toch meestal Catalaans.<br />

d. Nee, want je zou vanuit andere beweegredenen moeten handelen.<br />

8. Waarom willen scholen niet meer talen aanbieden?<br />

a. De oude taaldocenten zijn bang dat hun eigen taal minder populair<br />

wordt.<br />

b. Turks, Arabisch en Chinees zijn geen gevestigde talen.<br />

c. Een school met veel Turkse, Arabische en Chinese leerlingen heeft<br />

geen goede uitstraling.<br />

d. Met meer talen scoor je geen punten.<br />

9. In alinea VIII staat ‘Deze visie is kortzichtig.’ Waarom is dat zo?<br />

a. Het aantal hoogopgeleide Turken, Arabieren en Chinezen stijgt en zij<br />

hebben steeds meer de behoefte Turks, Arabisch of Chinees te leren.<br />

b. Er ontstaat een groeiend midden- en hoger kader afkomstig uit deze<br />

groepen, die om meerdere talen zullen <strong>vragen</strong>.<br />

c. China is booming, Turkije wordt lid van de Europese Unie en Arabisch<br />

wordt in twintig landen gesproken.<br />

d. Je scoort er wel punten mee.<br />

10. Naar wat verwijst ‘daar’ in alinea VIII?<br />

a. kortzichtigheid<br />

b. economisch perspectief<br />

c. moedertaallessen<br />

d. taallessen<br />

11. Staat het in de wet dat vreemde talen aanbieden op scholen verboden is?<br />

a. Ja en dat gebeurt dan ook nauwelijks in de praktijk.<br />

b. Ja, er wordt al Spaans, Arabisch, Italiaans, Russisch en Turks<br />

gegeven.<br />

c. Nee, bepaalde vreemde talen mogen wel aangeboden worden.<br />

d. Nee, scholen hebben de vrijheid om aan te bieden wat ze willen.<br />

12. Welk probleem wordt aangekaart in de tekst?<br />

a. Turks, Arabisch en Chinees wordt nauwelijks op scholen gegeven.<br />

b. Tijdens open dagen ligt de nadruk op de verkeerde aspecten.<br />

c. Er is te weinig aandacht voor tweetalig onderwijs.<br />

d. Scholen willen zoveel mogelijk witte leerlingen.<br />

Nederlands Lezen 09.01 5


13. Welke mogelijke oplossing wordt voor dit probleem aangedragen?<br />

a. Scholen moeten de deur op een kier willen zetten.<br />

b. Scholen moeten over het probleem willen nadenken.<br />

c. Scholen moeten werken aan organisatorische knelpunten.<br />

d. Scholen moeten bereid zijn na te denken over organisatorische<br />

knelpunten.<br />

14. Wat is het voornaamste doel van deze tekst?<br />

a. Informeren.<br />

b. Laten beschouwen.<br />

c. Overtuigen.<br />

d. Verduidelijken.<br />

15. Wat is het standpunt van de schrijver?<br />

a. Scholen zouden een einde moeten maken aan het weren van<br />

allochtone leerlingen.<br />

b. Scholen zouden er vrij in moeten zijn om verschillende talen aan te<br />

bieden.<br />

c. Scholen moeten openstaan voor verschillende culturen.<br />

d. Scholen moeten autochtone leerlingen kennis laten nemen van<br />

verschillende talen en culturen.<br />

Nederlands Lezen 09.01 6


Houd de kinderen betrokken<br />

door Wouter Bax<br />

I. De Nederlandse burger mag dan mondiger en zelfstandiger zijn,<br />

Nederland telt miljoenen 'buitenstaanders' die een steeds groter<br />

stempel drukken op de samenleving. Deze mensen beschikken niet<br />

altijd over de zelfredzaamheid en de vaardigheden die nodig zijn om<br />

de keuzes te maken die de samenleving van hen vraagt. Dat maakt<br />

hen en hun kinderen kwetsbaar.<br />

II. Het is verleidelijk om op basis van het onderzoek van bureau<br />

Motivaction, dat wordt gepubliceerd in de bundel 'Benauwd in het<br />

midden', te stellen dat Nederland 4,1 miljoen van deze<br />

buitenstaanders telt, maar dat verdient natuurlijk nuancering. Het<br />

getal is de optelsom van twee van de acht 'mentaliteitsmilieus' die<br />

onderzoeker Martijn Lampert van Motivaction beschrijft, namelijk de<br />

'moderne burgerij' en de 'gemaksgeoriënteerden'.<br />

III. Samen maken ze zo'n 32 procent van de bevolking uit en ze<br />

onderscheiden zich door hun afzijdige burgerschap, zegt Lampert:<br />

"Ze ervaren een grote afstand tot de politiek en de overheid, voelen<br />

zich bedreigd door globalisering en immigratie, zijn materialistisch<br />

ingesteld en zijn op zoek naar maatschappelijke zekerheid en<br />

erkenning. De traditionele burgerij -vanouds een grote buffer van<br />

maatschappelijk vertrouwen- is in de afgelopen decennia sterk<br />

gekrompen."<br />

IV. Maar wie de afzijdige burgers 'verwende burgers' noemt, gaat te kort<br />

door de bocht, benadrukt Lampert. "De andere kant van de medaille<br />

is dat de afstand tot de overheid die zij ervaren wederkerig is: veel<br />

politici en beleidsmakers slagen er niet in om de buitenstaanders te<br />

bereiken. Ze maken zelf deel uit van andere sociale segmenten. In de<br />

tijd van de verzuiling waren er nog natuurlijke banden tussen de elite<br />

en deze groep. Die zijn weggevallen, waardoor ook de<br />

voorbeeldfunctie van de elite voor deze groep is weggevallen."<br />

V. Een gevolg is dat de buitenstaanders bitter weinig maatschappelijke<br />

ruggensteun hebben, en dat heeft verstrekkende gevolgen die niet<br />

alleen hen, maar mede via hun kinderen de hele maatschappij raken.<br />

"De nabije ander -meestal het eigen gezin- is voor hen de<br />

belangrijkste bron van zingeving", zegt Lampert. "De buitenstaanders<br />

voelen zich niet verbonden met een groter verhaal dan hun eigen<br />

leven. Zij vormen de minst religieuze groep, die evenmin verwant is<br />

met de humanistische traditie. Ze zoeken wel richting, maar ontlenen<br />

die vooral aan opinieleiders in hun eigen kring, de televisie en de<br />

markt van consumptieartikelen."<br />

VI. Dat betekent dat de buitenstaander vooral materialistisch is ingesteld,<br />

gevoelig is voor prikkels en aansluit bij het kortetermijndenken van de<br />

merken en trends die de markt hem aanbiedt. "Deze mensen hebben<br />

Nederlands Lezen 09.01 7


moeite om zich te matigen en hun behoeften uit te stellen", zegt<br />

Lampert. "Matiging en zelfbeheersing komen immers voort uit een<br />

hoger ideaal van beschaving, omgangsvormen en empathie. Je bent<br />

deel van een grotere wereld, maar de wereld van deze mensen is<br />

heel klein."<br />

VII. Maar die buitenwereld wordt door de buitenstaanders als vijandig<br />

ervaren, vooral omdat ze moeite hebben met de complexiteit die de<br />

buitenwereld met zich meebrengt.<br />

VIII. Uit eerder Motivaction-onderzoek blijkt dat deze mensen gemiddeld<br />

minder gezond zijn -ze kampen bijvoorbeeld meer met overgewicht-<br />

en zich bedreigd voelen door de veranderingen in de maatschappij.<br />

Ze voelen zich niet erkend door de overheid en de politiek.<br />

IX. Motivaction voorziet dat de invloed van de afzijdige burger op de<br />

maatschappij nog flink zal toenemen. Vier op de tien ouders zijn<br />

afkomstig uit deze groep en de kans is groot dat ze deze waarden op<br />

hun kinderen overdragen. "Vaak hebben de kinderen net als hun<br />

ouders moeite met richting vinden en het maken van keuzes", zegt<br />

Lampert, "waardoor ze eveneens onzeker zijn over zichzelf."<br />

X. Die lage score op matiging en zelfbeheersing leidt ook tot<br />

maatschappelijke problemen bij kinderen en jongeren die zichtbaar<br />

worden in de toename van bijvoorbeeld schulden, overgewicht,<br />

pesten, schooluitval, alcoholmisbruik en probleemgedrag zoals een<br />

'korter lontje'.<br />

XI. Voor de rest van de maatschappij komt de achterstand van deze<br />

kinderen tot uitdrukking in, wat Lampert noemt, het zware beroep dat<br />

zij doen op de morele infrastructuur. Hij bedoelt daarmee dat het<br />

andere mensen dan de ouders zijn die de achterstand bij de kinderen<br />

moeten wegwerken. Buurtgenoten, onderwijzers, ordehandhavers,<br />

mensen in de gezondheidszorg en maatschappelijke hulpverleners<br />

krijgen met het groeien van de groep buitenstaanders een steeds<br />

zwaardere last op hun schouders, en <strong>vragen</strong> zich daarom ook steeds<br />

vaker hardop af: waarom moet ik dat doen, waarom doen de ouders<br />

dat niet zelf?<br />

XII. "Toch is en blijft hun rol heel belangrijk", zegt Lampert. "Zij zijn<br />

degenen die de kinderen in contact kunnen brengen met andere<br />

perspectieven. Kinderen bevinden zich in een exploratieve levensfase<br />

en zijn niet per definitie voorbestemd om in de voetsporen van hun<br />

ouders te treden, en hier liggen kansen. Hierin past bijvoorbeeld het<br />

idee van de maatschappelijke stage, zoals dat in Den Haag wordt<br />

besproken. Ook het onderwijs -het eerste structurele contact van vele<br />

kinderen met een grotere buitenwereld- heeft hierin een grote rol. Het<br />

contact met vrijwilligers, onderwijzers of andere inspiratoren kan net<br />

dat vonkje geven voor een wederkerige relatie met de maatschappij."<br />

Nederlands Lezen 09.01 8


XIII. De buitenstaanders zelf laten in meerdere onderzoeken van<br />

Motivaction blijken dat ze veel behoefte hebben aan duiding, richting<br />

en leiderschap van de overheid. Zij verwachten dat de overheid hun<br />

problemen oplost en zijn vervolgens weer teleurgesteld dat dat niet<br />

gebeurt. "Dat is een interessant gegeven", zegt Lampert. "Naarmate<br />

politici minder gezag uitoefenen en uitstralen en meer beloven,<br />

worden de buitenstaanders ontevredener, vooral omdat ze zich<br />

daardoor onveiliger voelen."<br />

XIV. Bij de opkomst van een groep als deze is populisme een voor de<br />

hand liggende reactie van politici. Ze willen de mensen immers<br />

representeren. "Je gaat mensen veel dingen beloven die ze willen",<br />

zegt Lampert. "Maar dat is een lastige weg, want dat kan simpelweg<br />

niet. Uit een ander onderzoek van ons bleek bijvoorbeeld dat<br />

buitenstaanders, gevraagd naar wat ze zouden doen als ze minister<br />

van financiën waren, het begrotingstekort zouden laten oplopen. Zo<br />

bezien is populisme bij uitstek een uiting van onmatigheid."<br />

XV. In plaats daarvan kunnen politici juist duidelijkheid en richting geven<br />

en ronduit toegeven dat hun middelen beperkt zijn en ze prioriteiten<br />

moeten stellen. Bij de groep buitenstaanders -die zich eerder als<br />

toeschouwer dan als deelnemer opstelt en die eerder in rechten dan<br />

in plichten denkt- zou bovendien de wederkerigheid met de politiek<br />

opnieuw in evenwicht moeten worden gebracht. "Politici moeten hun<br />

problemen aanhoren en erkennen. Het is aan te bevelen om continu<br />

het gesprek met de samenleving aan te gaan over de betekenis van<br />

goed burgerschap en de mogelijkheden en beperkingen van de<br />

politiek", zegt Lampert.<br />

XVI. Dat is in feite een pleidooi voor het herstel van de klassieke<br />

zienswijze op de rol van opvoeders en de politiek, erkent hij. "Uit<br />

onderzoek blijkt dat vele Nederlanders vinden dat kinderen weer<br />

strenger moeten worden opgevoed en er ook aandacht moet zijn voor<br />

omgangsvormen en zelfbeheersing. "Dit is geen gemakkelijk weg,<br />

noch een korte weg. Wezenlijke onvrede die samengaat met<br />

verleerde deugden, is niet zomaar te beteugelen."<br />

Trouw, 8 september 2008<br />

Nederlands Lezen 09.01 9


Vragen bij “Houd de kinderen betrokken”<br />

16. Wat maakt sommige mensen kwetsbaar (alinea I)?<br />

a. Ze kunnen onvoldoende voor zichzelf zorgen.<br />

b. Ze horen niet bij de maatschappij.<br />

c. Ze kunnen niet kiezen.<br />

d. Ze kunnen niet goed voor hun kinderen zorgen.<br />

17. Wat wordt bedoeld met ‘afzijdig burgerschap’ (alinea III)?<br />

Mensen die<br />

a. materialistisch zijn.<br />

b. geen erkenning krijgen.<br />

c. niet echt meedoen.<br />

d. geïmmigreerd zijn.<br />

18. Waarom wordt de buitenwereld als vijandig ervaren (alinea VII)?<br />

De buitenstaanders<br />

a. hebben een beperkt wereldbeeld.<br />

b. hebben moeite om zich te matigen.<br />

c. kunnen niet direct aan hun behoeftes voldoen.<br />

d. vinden de buitenwereld te ingewikkeld.<br />

19. Wat betekent ‘een kort lontje hebben’ (alinea X)?<br />

Dat je<br />

a. dik bent.<br />

b. je school niet afmaakt.<br />

c. snel boos en agressief bent.<br />

d. snel in de schulden komt.<br />

20. Wat wordt bedoeld met ‘morele infrastructuur’ (alinea XI)?<br />

a. Buitenstaanders die zelf voor hun kinderen zorgen.<br />

b. Anderen dan ouders die achterstanden bij kinderen wegwerken.<br />

c. Mensen die de juiste waarden en normen die nodig zijn in de<br />

maatschappij leren.<br />

d. Buurtgenoten die schooluitval en probleemgedrag voorkomen.<br />

21. Wat wordt bedoeld met ”Kinderen bevinden…. om in voetsporen van<br />

ouders te treden” (alinea XII)?<br />

a. Het is niet vanzelfsprekend dat kinderen dezelfde keuzes maken als<br />

hun ouders.<br />

b. Het is niet vanzelfsprekend dat kinderen andere keuzes maken dan<br />

hun ouders.<br />

c. Kinderen hebben meer perspectieven dan hun ouders.<br />

d. Kinderen hebben minder perspectieven dan hun ouders.<br />

Nederlands Lezen 09.01 10


22. Wat wordt bedoeld met ‘een wederkerige relatie’ (alinea XII)?<br />

Een relatie waarin je<br />

a. niet ontvangt en niet geeft.<br />

b. niet ontvangt en wel geeft.<br />

c. wel ontvangt en niet geeft.<br />

d. ontvangt maar ook geeft.<br />

23. Waarnaar verwijst ‘dat’ in ‘dat is een interessant gegeven’ (alinea XIII)?<br />

a. de buitenstaanders<br />

b. een interessant gegeven<br />

c. Naarmate politici… onveiliger voelen.<br />

d. Zij verwachten dat de overheid…niet gebeurt.<br />

24. Wanneer voel je je veilig (alinea XIII)?<br />

Als een sterk leider<br />

a. belooft dat je krijgt wat je hebben wilt.<br />

b. het begrotingstekort laat oplopen.<br />

c. onmatigheid stimuleert .<br />

d. zegt al je problemen op te lossen.<br />

25. Waarnaar verwijst ‘daarvan’ (alinea XV)?<br />

a. onderzoek<br />

b. begrotingstekort<br />

c. populisme<br />

d. onmatigheid<br />

26. Waarnaar verwijst ‘dat’ (alinea XVI)?<br />

a. Het is aan te bevelen… beperkingen van de politiek.<br />

b. Politici moeten… en erkennen.<br />

c. Uit onderzoek blijkt… zelfbeheersing.<br />

d. Dit is geen makkelijke… korte weg.<br />

27. Waarom voorziet Motivaction een toenemende invloed op de<br />

maatschappij van de buitenstaanders?<br />

a. Het aantal buitenstaanders is al groot.<br />

b. De buitenstaanders leven vaker ongezond.<br />

c. Kinderen van buitenstaanders hebben dezelfde waarden als hun<br />

ouders.<br />

d. Kinderen van buitenstaanders voelen zich onzeker over zichzelf.<br />

Nederlands Lezen 09.01 11


28. Wat is de belangrijkste bron van zingeving voor de buitenstaanders?<br />

a. De politiek.<br />

b. De elite.<br />

c. De televisie.<br />

d. De familie.<br />

29. Op welke alinea heeft de titel van de tekst ‘Houd de kinderen betrokken’<br />

het meest betrekking?<br />

a. Alinea IX.<br />

b. Alinea X.<br />

c. Alinea XI.<br />

d. Alinea XII.<br />

30. Welk karakter heeft deze tekst?<br />

a. Beschouwend.<br />

b. Verklarend.<br />

c. Betogend.<br />

d. Uiteenzettend.<br />

Nederlands Lezen 09.01 12

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!