30.08.2013 Views

meinummer - Remonstrantse Broederschap

meinummer - Remonstrantse Broederschap

meinummer - Remonstrantse Broederschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

thema geluk<br />

in fragmenten<br />

Rousseau Het eerste fragment is afkomstig<br />

van Verlichtingsfilosoof Jean Jaques Rousseau<br />

(1712-1778), uit zijn overpeinzingen van de eenzame<br />

wandelaar: ‘Als iemand werkelijk gelukkig<br />

is op aarde, zal men hem niet als voorbeeld<br />

aanhalen, want niemand dan alleen hijzelf weet er iets<br />

van.’ De auteur overpeinst zijn leven. Wanneer was hij<br />

echt gelukkig? Niet tijdens aangename genoegens, want<br />

die waren zo voorbij. Het echte geluk hecht zich niet<br />

aan voorbijgaande genietingen. En dan beschrijft hij de<br />

toestand van geluk die hij dikwijls beleefde op het eiland<br />

St. Pierre in het Meer van Biel, liggend in zijn boot, op<br />

goed geluk drijvend op het water. Dit is het volmaakte<br />

geluksgevoel: geen gedachte aan vroeger of later, geen<br />

hoop of vrees, alleen de beaming van het eigen bestaan.<br />

Ja, in zijn geluk lijkt de mens op God, zijn eigen bestaan<br />

is hem genoeg.<br />

Pascal Naast dit idyllische, maar ook wat<br />

zelfgenoegzame geluk plaatst Kuiper een fragment<br />

uit de beroemde Pensées van Blaise Pascal<br />

(1623-1662). ‘Niet in staat geweest genezing te<br />

vinden voor de dood, de ellende, de onwetendheid,<br />

hebben de mensen, om zich gelukkig<br />

te maken, zich voorgenomen niet aan die dingen te<br />

denken.’ Als een mens nu eens echt aan zichzelf denkt,<br />

hoe gelukkig kan hij dan zijn? Niet geluk is toch de kern<br />

van zijn weg door het leven, maar ongeluk en ellende.<br />

Echter, voor dat inzicht vlucht hij liever weg. Een mens<br />

poogt gelukkig te worden door maar niet aan z’n ellende<br />

te denken. Lang leve de lol! Toch is uiteindelijk die mens<br />

pas groot die weet heeft van zijn ongeluk, en er toch niet<br />

voor wegvlucht in verstrooiing en amusement.<br />

8 adrem remonstrants maandblad<br />

GELUK IS NIEtS ANDERS<br />

DAN EEN DRUPPEL wAtER<br />

oP EEN GLoEIENDE PLAAt.<br />

HEt IS ECHtER DE MoEItE<br />

wAARD DIE tE LAtEN<br />

VALLEN…<br />

Ruim 25 jaar geleden verscheen bij het afscheid van een van de Rotterdamse remonstrantse predikanten een<br />

boekje met beschouwingen over geluk. Het motto luidde: ‘geluk is niets anders dan een druppel water op<br />

een gloeiende plaat. Het is echter de moeite waard die te laten vallen…’ Het geschrift, met als titel Ongrijpbaar?<br />

Geloof en geluk in fragmenten, bevat een artikel van de hand van toenmalig seminarie-hoogleraar<br />

e.J. Kuiper. In een geluksnummer van AdRem mag het niet ontbreken. Kuiper benadrukt het fragmentarische<br />

van geluk. Hij presenteert dan ook geen theorie maar enige literaire ‘Fragmenten van geluk’. Fragmenten<br />

die geluk met het ik verbinden, met god en met de dood.<br />

lodeizen Van de jong gestorven dichter<br />

Hans Lodeizen (1924-1950 ) kiest Kuiper<br />

een derde fragment, uit het gedicht ‘Oneerlijk<br />

zeemansgraf’. Van geluk heet het<br />

hier: ‘een schat gevonden waarin niemand/<br />

geloofde goud op de bodem der zee/ van een schip vergaan<br />

niemand wist het/en dan zal mijn geluk ook zijn als/de glorie<br />

van dit wrak, een donkere/schim zwevend op de bodem<br />

der oceaan.’<br />

De dichter staat in een vreemde verhouding tot zijn<br />

geluk. Hij spreekt er over in de toekomende tijd. Het zal<br />

zijn als de glorie van het wrak. Maar hijzelf is afwezig<br />

bij zijn geluk, afwezig als de dode lichamen van de verdronken<br />

zeelieden. Het geluk hoort kennelijk niet bij het<br />

actuele leven. Het is eerder een geheimzinnig lichten over<br />

verdronken leven. Geluk is niet banaal, maar eerder weemoedig.<br />

En kunnen we van geluk spreken en tegelijk<br />

zwijgen over de dood?<br />

Na geluk zo in verband te hebben gebracht met het ik,<br />

God en de dood, vraagt Kuiper zich ten slotte af of ook<br />

de bijbel gelukkige mensen kent. De parelkoopman uit<br />

de gelijkenis in Mattheus 13 is er in ieder geval één. Alles<br />

verkoopt hij om die ene uitzonderlijk waardevolle parel<br />

te kopen. Het alledaagse wordt hier met het verrassende<br />

verbonden, eigen inspanning met gave en ontvankelijkheid.<br />

En juist die combinatie van gewoon en bijzonder,<br />

van actief en passief onthult ons iets over geluk. Daarom<br />

ook kan een gelukkig mens in de bijbel worden tot gelijkenisfiguur<br />

van Gods koninkrijk… •<br />

Koen Holtzapffel<br />

Remonstrants predikant in gemeente Rotterdam

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!