31.08.2013 Views

Van beleidswetenschap naar kennissamenleving.pdf - Prof. dr. AFA ...

Van beleidswetenschap naar kennissamenleving.pdf - Prof. dr. AFA ...

Van beleidswetenschap naar kennissamenleving.pdf - Prof. dr. AFA ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

hoogleraar Maes vaststelden. Dat blijkt ook uit inleidingen in de bestuurskunde en handboeken<br />

(Rosenthal et al. 1977; Bovens et al. 2001; Korsten en Toonen 1988).<br />

COBA<br />

Beleidsanalyse is de Nederlandse sociale wetenschappen eind jaren zestig, begin jaren zeventig<br />

via auteurs als Kuypers en Hoogerwerf binnengekomen als beleidspoliticologie, via auteurs als<br />

Becker, <strong>Van</strong> Houten en <strong>Van</strong> Doorn als beleidssociologie en iets later via een auteur als In 't Veld<br />

en Rosenthal als onderdeel van een bredere bestuurskunde, met onder meer aandacht voor<br />

zelfsturing,complementairbestuur,crisisbesluitvormingenbeleidonderbijzondereomstandigheden.<br />

<strong>Van</strong>af het begin toonde de Nederlandse centrale overheid, in de vorm van de Commissie<br />

Ontwikkeling Beleidsanalyse (COBA), zich zeer geïnteresseerd. Dat leidde tot veel artikelen in<br />

Beleidsanalyseoverondermeerofficiëlebeleidsdoelstellingenenfijnvertaktedoelbomen.Uitgaande<br />

van de misvatting dat departementale beleidsvoorbereiding gereduceerd kon worden tot een<br />

probleem van optimale middelenallocatie bij gegeven doelen onder financiële randvoorwaarden,<br />

werd het analycentrische experiment van de COBA uiteindelijk beëindigd (Klaassen 1995). Maar<br />

het denken in termen van doelstellingen bleef terugkeren in de jaren 1990-1998 – prestatiemeting<br />

– en in de periode 1998-heden – de begrotingsoperatie VBTB (Hakvoort en Klaassen 2002).<br />

De politieke factor<br />

Deze analycentrische benadering is van meet af aan kritisch bejegend door politicologisch<br />

geschoolde <strong>beleidswetenschap</strong>pers als Kuypers en Hoogerwerf. Beiden hebben in hun geschriften<br />

uitvoerig laten zien en betoogd dat het politieke element in beleidsprocessen fundamenteel is en<br />

bovendien functioneel voor de kwaliteit en de democratische legitimiteit van het beleid. Beiden<br />

hebben daarnaast steeds bena<strong>dr</strong>ukt dat inzicht in causale samenhangen in de werkelijkheid de<br />

voorwaarde is om beleidsanalytische technieken en methoden werkelijk vruchtbaar toe te passen<br />

in de praktijk. Daarbij koos Kuypers in zijn ontwerpsystematiek voor een Lindblomiaans incrementele<br />

benadering, die naast wetenschappelijk gewaarmerkte inzichten alle ruimte bood voor 'ordinary<br />

knowledge' (Kuypers 1980; <strong>Van</strong> de Graaf en Hoppe 1989: 429). Ongeveer tegelijkertijd ontwierp<br />

Brasz, evenals Kuypers verbonden aan de VU, zijn praxeologische methode voor bestuurskundig<br />

redeneren, in veel opzichten een voorloper van een postpositivistische, argumentatieve benadering<br />

(Edwards 1990). Maar sterker nog dan Kuypers' aanpak berust Brasz' benadering op een<br />

systematisering en methodisering van de informele logica van bestuurlijke praktijkkennis (Brasz<br />

1986). Paradoxalerwijs zou men beide VU-benaderingen als interpretatief en tegelijk analycentrisch<br />

kunnen beschouwen. Vermoedelijk verklaart dit ook waarom beide benaderingen snel werden<br />

verlaten, maar instrumenteel waren in de ontwikkeling van de <strong>beleidswetenschap</strong>.<br />

Beleidstheorie, instrumentkeuze en beleidseffectevaluatie<br />

Onder leiding van Hoogerwerf ontstond aan de Universiteit Twente een <strong>beleidswetenschap</strong>pelijke<br />

stroming die systematisch kiest voor het primaat van de wetenschap. Dat heeft veel dissertaties<br />

opgeleverd van onder meer Bressers, Maarse, Klok, Arentsen, <strong>Van</strong> der Doelen, Pröpper, <strong>Van</strong><br />

Heffen, Lulofs, Ligteringen, Joldersma en De Bruijn. Hoogerwerf onderstreept in zijn eigen, populaire<br />

visie op het ontwerpen van beleid dat het uiteindelijk gaat om het ontwerpen en voor de uitvoering<br />

toetsen van een zo wetenschappelijk mogelijke beleidstheorie (Hoogerwerf 1984, maar zie <strong>Van</strong><br />

Heffen 1995). De beleidstheorie verwijst <strong>naar</strong> het geheel van veronderstellingen over oorzaken<br />

en gevolgen, doelen en middelen.<br />

VAN BELEIDSWETENSCHAP NAAR KENNISSAMENLEVING<br />

ARNO KORSTEN EN ROB HOPPE<br />

39

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!