Aardappel - Syngenta

20
Insectenbestrijding
Vele insecten kunnen aardappelen
aantasten. Bladluizen vormen de
belangrijkste groep. Schade door hun
aantasting is veelvuldig. Deze bestaan
niet enkel door het opzuigen van het
plantensap, maar ook door het overbrengen
van virussen.
Bovendien, kunnen de bladluizen zich
in gunstige omstandigheden zeer snel
voortplanten.
Daarnaast komt ook de coloradokever
voor. Deze werd voor het eerst in
Syngenta advies
onze gebieden waargenomen in 1877,
maar veroorzaakte in België pas rond
1938 ernstige schade. Na een lange
kalme periode ziet het ernaar uit dat
de coloradokever in sommige regio’s
opnieuw de kop opsteekt.
In België zijn er waarschuwingssystemen
opgezet voor de insecten in
de aardappelteelt. Het opvolgen van
deze waarschuwingen is een belangrijk
onderdeel van de milieubewuste
aardappelteelt.
PLENUM® heeft een werking tegen alle bladluizen in de aardappelen, zelfs de moeilijkste.
PIRIMOR® is een specifiek bladluismiddel. De werking kan onvoldoende zijn bij aanwezigheid
van de vuilboom- en wegedoornluis. Beide producten hebben het voordeel de nuttige insecten
te sparen, zoals de natuurlijke vijanden van bladluizen (o.a. lieveheersbeestjes, ...). Het meest
geschikt voor de bestrijding van coloradokevers zijn OKAPI®, ACTARA® en KARATA ZEON®.
Deze insecticiden zijn mengbaar met REVUS®, SHIRLAN®, en de andere fungiciden.
Wij raden steeds aan om met insecticiden te behandelen buiten de vluchturen van de bijen.
21