Hoofdstuk 2. Omgaan met schulden .............................. 26

Als je een onprettig gevoel, stress of andere negatieve gevoelens hebt, ga dan
bij jezelf ten raden bij welke gedachte deze gevoelens ontstaan. Welke
gedachten spoken door je hoofd en zorgen ervoor dat je niet lekker in je vel
zit?
Analyseer deze gedachtes en schrijf ze voor jezelf op!
Ga nu kijken welke positieve gedachte daarvoor in de plaats zou kunnen komen
en schrijf ook deze op. De volgende stap is om te gaan kijken welke nieuwe
gedachte het beste bij je past. Is het een gedachte die niets iets of veel
verbeterd? Blijf deze laatste gedachte voor jezelf herhalen, desnoods hardop.
Analyseer weer of er een verandering in je gemoedstoestand plaats vindt.
Anders zul je op zoek moeten gaan naar een gedachte die nog beter bij je past.
Maar nogmaals blijf reëel! Als je gewicht veel te hoog is, dan ga je niet zeggen
dat je lekker slank bent. Kijk eens naar het volgende reële voorbeeld van te
dikke mensen:
Het slachtoffer zegt:
“Andere mensen lachen mij uit en maken mij belachelijk, want ik ben een enorme
vetzak. Ik kan daardoor nergens aan meedoen en daarom kom ik ook niet veel meer
buiten. De reacties van andere mensen maken mij zeer ongelukkig en depressief. Het
liefst blijf ik thuis en kan ik ongestoord eten, want daardoor word ik weer wat
gelukkiger. Door de reacties van mijn omgeving ga ik meer eten en daardoor is het
hun schuld dat ik zo dik ben”.
De positieve denker zegt:
“Ik ben dan wel dikker dan de gemiddelde mens, maar ik heb plezier in het leven.
Mijn omgeving heeft het over mij als ze het hebben over ‘de gezellige dikkerd’. Ik
moet daar wel om lachen. Het weerhoudt mij er niet van om lekker gezellig uit te
gaan en ik maak met mijn vrienden plezier in het leven. Natuurlijk weet ik dat het
In de schuld. Uit de schuld. © 2009 www.digiplex.nl
67