Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Babylon</strong> Bezoekt<br />
Kantoorverhoor (deel 2)<br />
Elke letterenstudent hangt wel eens rond in het Erasmushuis. Om langs te gaan bij de cudi van <strong>Babylon</strong>, om groepswerk<br />
te maken in de cafetaria, om te studeren in de bib of gewoon om in de paarse zeteltjes te hangen. Je zou dus kunnen<br />
zeggen dat het een soort tweede thuis is voor ons. Maar meer nog dan voor de studenten, is dat zeker waar voor de<br />
monitoren en proffen. Die hebben er namelijk elk hun eigen stekje. Wie weet welke geheimen er allemaal achter de<br />
wanden van het Erasmushuis schuilen! Wel, wij weten het, want we gingen bij de proffen op visite voor een verhoor<br />
over de inrichting van hun kantoor.<br />
Naast onze bezoekjes aan professoren Bru en De Geest en monitor Mon (zie vorige editie), gingen we ook op de thee bij<br />
David Martens, sloegen we een babbeltje met monitoren Katrien en Willem en gingen we zelfs langs bij onze enige echte<br />
decaan, Luk Draye. Hier volgt ons verslag:<br />
8 B-Magazine 2012-<strong>2013</strong> nr:3<br />
We begonnen onze tocht door het Erasmushuis bij monitor Katrien, de enige vrouw die we<br />
uiteindelijk zouden ondervragen. En dat ze een echte vrouw is, kan je ook merken aan de inrichting<br />
van haar kantoor. Met postkaartjes op de kasten, posters aan de muur, een grote zelfgetekende<br />
zon op het bord en nog wat andere spulletjes, weet Katrien haar kantoor een persoonlijke<br />
sfeer te geven. Achter haar bureau hangt een poster van Le Chat Noir. Stiekem had<br />
Katrien ons willen vertellen dat ze de poster heeft gekocht in Parijs, een stad die haar hart wist<br />
te veroveren. Enkele jaren geleden is ze daar namelijk met een vriendin naartoe gefietst. Maar<br />
tot haar grote spijt moet Katrien toegeven dat de poster simpelweg uit de Expo komt. Emotionele<br />
waarde nul dus, maar het is het gedacht dat telt, toch?<br />
“Met sommige planten heb je nu eenmaal een betere band<br />
dan met andere”<br />
De postkaartjes en de poster van Sevilla blijken daarentegen wel effectief uit Spanje te komen. Katrien is namelijk ooit<br />
met vier vriendinnen op Erasmus geweest naar dat zuiderse land. Zelf zat ze in Granada, maar aan de Feria de Sevilla, die<br />
elk jaar plaatsvindt, heeft ze nog steeds goede herinneringen. Datzelfde geldt eigenlijk voor haar hele Erasmusperiode,<br />
want ze keert nog steeds om de twee jaar terug naar Granada. Ze raadt dan ook iedereen die de kans krijgt aan om zeker<br />
op uitwisseling te gaan, volgens haar een onvergetelijke ervaring. De postkaartjes zullen voor Katrien altijd vele mooie<br />
momenten met zich meedragen. Daarmee zijn meteen zowel Frans als Spaans vertegenwoordigd op haar kantoor, wat<br />
dan ook haar status van romaniste bevestigt.<br />
Naast de poster van Le Chat Noir hangt een groot bord met daarop enkele geboortekaartjes<br />
van collega’s, haar copycard – iets wat anders nogal snel verloren raakt – en merkwaardig<br />
genoeg een foto van Sherlock Holmes. Niet omdat ze een grote fan is van Doyles geesteskind,<br />
maar omdat ze als ombuds zelf een waardige detective bleek te zijn. Terwijl Katrien ombuds<br />
was, kwamen twee studenten zich namelijk aangeven voor fraude. Dat werd door haar collega’s<br />
beloond met een foto van de legendarische detective.<br />
Naast een plastic bloemetje en twee orchideeën uit de Ikea, staat er ook een grote plant in de<br />
hoek van het kantoor. Deze plant wist Katrien net van de dood te redden, de oorspronkelijke eigenaar<br />
had hem helemaal verwaarloosd. “Met sommige planten heb je nu eenmaal een betere<br />
band dan met andere”, verklaart Katrien. Met deze plant lijkt het dus wel te klikken.<br />
Ten slotte vinden we nog een zwaarmoedige – althans volgens Willem – spreuk op de kast. “Het<br />
heeft geen zin te willen bloeien in de herfst, of te willen overleven in het aanschijn van de dood.<br />
Het niet-aanvaarden zal de loop van de dingen niet veranderen en leidt ook niet tot inzicht in de<br />
werkelijkheid.” Het is een spreuk van Patricia De Martelaere, zo blijkt, een vroegere prof Taalfilosofie.<br />
Deze wijze woorden zouden in de traditie van het taoïsme passen en volgens Katrien<br />
zoveel betekenen als “Laat de dingen op je afkomen, wat komt dat komt.” Ik word er toch ook eerder melancholisch van …<br />
“Het Erasmushuis is een afschuwelijk gebouw”<br />
Bij monitor Willem hangen niet zulke morose spreuken aan de muur. Bij hem staan er daarentegen anatomische voorstellingen<br />
van het spraakorgaan op de kast – ook enigszins luguber, maar ja, Willem is tenslotte een taalkundige. Dat zie<br />
je ook aan de boeken die zijn kantoor herbergt: naast Taal is zeg maar echt mijn ding en Waarom een buitenboordmotor<br />
eenzaam is, staan er ook exemplaren als La sémantique, La linguistique synchronique, Language and Communication en<br />
een hele hoop andere taalkundige shizzle te pronken. Ook de drie delen van de Dikke Van Dale mogen natuurlijk niet ontbreken.<br />
Die staan echter niet tussen de andere boeken in de kast, maar verdienen – vanzelfsprekend – een apart plekje<br />
op Willems bureau. Een miniatuur van een Apollobeeldje staat erbovenop, alsof het de macht van de Van Dale nog eens<br />
extra wil benadrukken. Want elke scrabblefanaat wéét dat dat werk AL-TIJD het laatste woord heeft, geen discussie mogelijk<br />
– al zal professor Van De Mieroop daar anders over denken.