Geschiedenis Vredeskapel
Geschiedenis Vredeskapel
Geschiedenis Vredeskapel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
24<br />
6. Woningbouw en bewoning<br />
eigenlijk een buitenbeentje in de Archipelwijk.<br />
Met een beetje fantasie kan men spreken van<br />
een buurtje in de buurt. Het is de enige “straat”<br />
in de wijk die geen rechte bebouwingslijnen<br />
kent. Uiteraard met uitzondering van de pleinen<br />
elders in de wijk. Ook is voor dit buurtje geen<br />
naam uit het voormalige Nederlands Oost-Indië<br />
of West-Indië gebruikt. De naam is ontleend aan<br />
een vinkenbaan van de Prinsen van Oranje, die<br />
hier vroeger heeft gelegen. Op een dergelijke<br />
vinkenbaan werden met klapnetten vinken en<br />
ook wel andere vogels gevangen. Op oude<br />
kaarten wordt al in 1832 op deze plaats een<br />
gebouw aangegeven met een rechthoekig<br />
blokje. In 1857 staat bij het gebouw de naam<br />
Prinsen Vinkenhuis. In 1864 wordt het gebouw<br />
aangegeven met een vleugel eraan gebouwd.<br />
Vanaf 1872 wordt het met een grotere en meer<br />
gedetailleerde plattegrond weergegeven. Als<br />
naam wordt dan vermeld Prinsen vinkenhuis,<br />
dus nu vinkenhuis met een kleine letter. Het<br />
straatverloop zoals het nu is verschijnt enige tijd<br />
daarna op kaarten. Op het middendeel, ook wel<br />
het eiland(je) genoemd staat dan nog alleen het<br />
Prinsen vinkenhuis. Vanaf 1888 komen er steeds<br />
meer panden ter plaatse op de kaart te staan,<br />
maar niet op het eiland. Het enige huis daar<br />
wordt vanaf 1903 met nog meer uitbouwsels op<br />
de plattegrond getekend. In 1914 is het huis als<br />
zodanig voor het laatst zo terug te vinden op de<br />
kaart. Vermoedelijk is het betrekkelijk kort voor<br />
dat jaar afgebroken en door andere bebouwing,<br />
de huidige huizen, vervangen. Kaarten lopen<br />
meestal iets achter bij de werkelijkheid, dit blijkt<br />
onder andere uit het volgende. In 1913 werd op<br />
het eiland nummer 42 gebouwd naar een ontwerp<br />
van de architect H.P. Berlage. Zie Hoofdstuk 7.<br />
Diversen. Het huis met nummer 40 heeft op de<br />
luifel boven de voordeur “Het Prinse Vinkenhuis”<br />
staan, dus de oude naam. Wat hier ook opvalt is<br />
dat veel huizen een gevelsteen met naam en of<br />
versiering hebben. Er werdt aan het eind van de<br />
19e eeuw ook gesproken over een betrekkelijk<br />
klein huisje in die buurt waar men een consumptie<br />
kon gebruiken. Ook kwamen daar vaak<br />
kunstenaars bijeen. Dit huisje moest plaatsmaken<br />
voor de bouw van de statige panden in deze<br />
buurt. De huidige koffietent “de Prinsevink” aan<br />
de rand van de Scheveningsebosjes kan men als<br />
het ware beschouwen als de opvolger hiervan. Op<br />
deze plaats staat namelijk al ongeveer honderd<br />
jaar een consumptietent. In het begin was dit met<br />
het karakteristieke uiterlijk van de gebouwtjes<br />
met puntgevel van één van de verenigingen voor<br />
drankbestrijding. Aanvankelijk woonden er in<br />
de Archipelwijk nogal wat mensen die uit Indië<br />
(terug) kwamen. Soms met verlof, waarbij zij dan<br />
in een pension of bij familie onderdak genoten.<br />
Anderen vestigden zich hier voorgoed na hun<br />
pensionering en terugkomst uit de Oost. Voor de<br />
verlofgangers uit Nederlands Oost–Indië waren<br />
er, relatief gezien, veel zogenaamde “Indische<br />
Pensions” in de Archipelwijk gevestigd. Om één<br />
voorbeeld te noemen, aan het Bankaplein 2<br />
werd in september 1898 het Hotel–Pension<br />
Insulinde gevestigd. De stichter en pensionhouder<br />
was de heer J. P. Stüürke, hij heeft het vrij lang<br />
volgehouden want tot in 1941– 1942 was hij<br />
daar gevestigd. Daarna verdwenen door de<br />
oorlogsomstandigheden de pensions. Na de<br />
Tweede Wereldoorlog kwamen de “Indische<br />
Pensions” nog een aantal jaren terug, zeker ook<br />
in de Archipelwijk. Zij deden nu dienst om de<br />
repatrianten die uit Indië en later uit Indonesië<br />
kwamen op te vangen, totdat zij eigen huisvesting<br />
hadden gevonden. Het waren zogenaamde<br />
contractpensions. Zoals al eerder vermeld<br />
vestigden zich ook veel officieren en hogere<br />
ambtenaren in de wijk. Later, na de bouw van