Mijnwerkers in Limburg: iedereen zwart? - Averbode
Mijnwerkers in Limburg: iedereen zwart? - Averbode
Mijnwerkers in Limburg: iedereen zwart? - Averbode
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2. Dat de mijnarbeiders <strong>in</strong> de cité woonden, had voor de<br />
mijndirectie verscheidene voordelen. De arbeiders zouden<br />
zeker op tijd op hun werk zijn. En de directie hield controle<br />
over haar arbeiders. Een anonieme getuige vertelde over het<br />
leven <strong>in</strong> de cité:<br />
‘We woonden op een eiland en hadden er alles. Iedereen moest, mocht<br />
en kon hetzelfde. Alles was goed geregeld en de regels waren duidelijk.<br />
En als iemand een voorschrift vergat, kwam de garde of een opzichter<br />
van de regie dat wel zeggen. De straten, stoepen en tu<strong>in</strong>en waren proper.’<br />
Geciteerd <strong>in</strong>: Bart Delbroek e.a., De Koolputters. Geschiedenis van de<br />
Belgisch-<strong>Limburg</strong>se mijnwerkers, Zwolle, 2007, p. 371.<br />
3. Toen de Pool Franek <strong>in</strong> 1938 aankwam <strong>in</strong> België, kregen<br />
zijn ouders onmiddellijk een won<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de tu<strong>in</strong>wijk van<br />
Zwartberg.<br />
‘Mijn ouders hebben dadelijk een citéhuis gekregen. De eerste dag<br />
werden we gekazerneerd <strong>in</strong> een kant<strong>in</strong>e. ’s Avonds, het was laat, alles<br />
erop en eraan, kregen we eten en dr<strong>in</strong>ken. En dan kregen we daar slaapgelegenheid.<br />
’s Anderendaags kreeg <strong>iedereen</strong> zijn sleutel en zeiden ze:<br />
“Gij daar, gij daar en daar.”’<br />
Geciteerd <strong>in</strong>: T<strong>in</strong>e De Rijck en Griet Van Meulder, De ereburgers. Een sociale<br />
geschiedenis van de <strong>Limburg</strong>se mijnwerkers, Berchem, 2000, p. 219.<br />
• Hoe blijkt uit de twee bovenstaande fragmenten dat de<br />
mijndirectie greep had op het privéleven van de arbeiders?<br />
3. Historica Leen Beyers deed onderzoek naar het samenleven<br />
van migranten en Belgische arbeiders <strong>in</strong> Zwartberg.<br />
Ze <strong>in</strong>terviewde daarvoor onder meer Jeanne, een Vlaamse<br />
mijnwerkersvrouw die net buiten de cité woonde.<br />
‘“En ik zei, ik wilde niet <strong>in</strong> de cité, hè”, bekent Jeanne aarzelend.<br />
“Waarom niet?”, vraag ik [Leen Beyers].<br />
“Dat kan ik niet zeggen. Bij ons werd dat altijd zo…”, waarna Jeanne<br />
overgaat op een ander onderwerp. “Er zijn ook andere mensen die mij<br />
dat hebben gezegd.”<br />
“Wat was zo het gedacht over de cité?” probeer ik voorzichtiger.<br />
“Dat weet ik niet. Weet ge wat het was? Die mensen van vroeger [zeiden],<br />
als er één g<strong>in</strong>g werken: ‘Ga niet <strong>in</strong> de cité wonen, want daar zit…’, ze<br />
wilden zeggen: ‘gemeen volk’”, antwoordt Jeanne uite<strong>in</strong>delijk.’<br />
Naar: Leen Beyers, Iedereen <strong>zwart</strong>: het samenleven van gevestigden en<br />
nieuwkomers <strong>in</strong> de mijncité Zwartberg, 1930-1990, Amsterdam, 2007, p.<br />
????<br />
• Waarom wilde Jeanne niet naar de cité?<br />
• Lees opnieuw de eerste getuigenis over het leven <strong>in</strong> de<br />
cité van Eisden. Hoe kun je verklaren dat die twee visies<br />
zo uiteenlopen?<br />
4. Uit het laatste fragment kun je afleiden hoe <strong>in</strong>terviews<br />
verlopen. Geïnterviewden antwoorden niet <strong>in</strong> volz<strong>in</strong>nen. Ze<br />
twijfelen, soms lijken ze angstig. Ze doen erg hun best om<br />
een ‘juist’ of ‘goed’ antwoord te geven. Hun gevoelens of<br />
hun her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen aan vroegere ervar<strong>in</strong>gen stemmen niet<br />
noodzakelijk overeen met wat de <strong>in</strong>terviewer – <strong>in</strong> hun ogen<br />
– graag zou willen horen. In een handboek over mondel<strong>in</strong>ge<br />
geschiedenis hebben de historici Bruno De Wever en<br />
Pieter François dat probleem als volgt verwoord:<br />
‘Het is van belang te beseffen dat het <strong>in</strong>dividuele geheugen constant <strong>in</strong><br />
dialoog is met het collectieve geheugen, en dat de sociale context grote<br />
impact heeft op de <strong>in</strong>dividuele her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>g. Maatschappelijke waarden<br />
en normen beïnvloeden een getuigenis.’<br />
Uit: Bruno De Wever en Pieter François, Gestemd verleden. Mondel<strong>in</strong>ge<br />
geschiedenis als praktijk, Schaarbeek, 2003, p. 15.<br />
• Leg dat citaat uit aan de hand van de getuigenis van<br />
Jeanne.<br />
Samenleven <strong>in</strong> de cité<br />
De meeste bewoners van de mijncités waren migrantenarbeiders.<br />
Veel Belgische arbeiders pendelden tussen de mijn<br />
en hun oorspronkelijke woonplaats, iets wat migranten<br />
uiteraard niet konden. Migranten die hun gez<strong>in</strong> naar België<br />
hadden meegebracht, woonden <strong>in</strong> een huis. Vrijgezellen<br />
werden gehuisvest <strong>in</strong> speciaal daarvoor gebouwde logementshuizen.<br />
De Belgen die <strong>in</strong> de cité woonden, werkten<br />
vooral als bedienden en als leidend personeel. Slechts een<br />
m<strong>in</strong>derheid van de bewoners waren Belgische mijnarbeiders.<br />
De oorspronkelijke Engelse tu<strong>in</strong>wijken streefde naar<br />
de vermeng<strong>in</strong>g van sociale klassen, beroepen en nationaliteiten,<br />
maar <strong>in</strong> de <strong>Limburg</strong>se cités woonden meer nationaliteiten<br />
bij elkaar dan <strong>in</strong> de gemiddelde Engelse tu<strong>in</strong>wijk. De<br />
bewoners kwamen van he<strong>in</strong>de en ver en ze hadden allemaal<br />
een andere achtergrond. Het samenleven van al die mensen<br />
lijkt op eerste gezicht dan ook niet zo evident.<br />
1. Om te vermijden dat er problemen zouden ontstaan tussen<br />
de bewoners van de cités, stelden de mijnbazen sociale<br />
werkers aan. Die moesten <strong>in</strong> het oog houden hoe het met<br />
de mijnwerkersfamilies g<strong>in</strong>g. Ze moesten ook zorgen voor<br />
een goede verdel<strong>in</strong>g van de migranten en de Belgen <strong>in</strong> de<br />
cité. Over het leven <strong>in</strong> de tu<strong>in</strong>wijk van Eisden vertelde een<br />
anonieme getuige:<br />
‘Hiernaast woonden Oostenrijkers, René was een Belg, daarnaast een<br />
Pool. Daar woonde een Italiaan, dan de chauffeur van de mijn, dan<br />
woonde weer een Vlam<strong>in</strong>g, dan woonde weer een Pool, dan een Waal.<br />
Hiernaast woonde een grote baas, daarnaast woonde een Pool, daarnaast<br />
woonde een chef van de schrijnwerkerij, dan een Vlam<strong>in</strong>g die <strong>in</strong> de mijn<br />
werkte, dan weer een vreemde, zo was dat.’<br />
Geciteerd <strong>in</strong>: T<strong>in</strong>e De Rijck en Griet Van Meulder, De ereburgers, p. 228.<br />
• Welke redenen had de mijndirectie om te waken over de<br />
verdel<strong>in</strong>g van de won<strong>in</strong>gen?<br />
• Leek het erop dat ze, alvast <strong>in</strong> Eisden, <strong>in</strong> die opzet is geslaagd?<br />
Motiveer je antwoord.<br />
2. De mensen <strong>in</strong> de cités leefden samen <strong>in</strong> relatief besloten<br />
gemeenschappen. Het mag dan ook niet verbazen dat er<br />
mensen van verschillende nationaliteiten weleens verliefd<br />
arbeid / 6