INOS Jaarverslag 2010
INOS Jaarverslag 2010
INOS Jaarverslag 2010
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
JAArverslAg<br />
Met de rAMen en deuren open<br />
Foto: voordeur van Kbs St.Joseph<br />
<strong>2010</strong>
JAArverslAg<br />
<strong>2010</strong><br />
inos stelt zich voor<br />
de nAAM inos is Afgeleid vAn de begrippen innovAtie en sophos dAt wiJsheid<br />
betekent.<br />
Wie wij zijn<br />
<strong>INOS</strong> is een vernieuwende, ambitieuze stichting voor Katholiek Onderwijs in de gemeente Breda<br />
(Breda, Effen, Prinsenbeek, Teteringen en Ulvenhout).<br />
<strong>INOS</strong> kent 26 basisscholen, 2 scholen voor Speciaal Basisonderwijs en 3 scholen voor Speciaal<br />
Onderwijs (REC 3).<br />
Ruim 1300 medewerkers verzorgen onderwijs aan 10.500 leerlingen. De organisatie wordt aangestuurd<br />
door een College van Bestuur en ondersteund door een eigen bestuursbureau.<br />
De Raad van Toezicht is werkgever, klankbord, adviseur van het College van Bestuur en heeft<br />
een toetsende functie. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) toetst het bovenschools<br />
beleid. De GMR heeft instemming- of adviesrecht en fungeert als volwaardige gesprekspartner<br />
en klankbord voor het College van Bestuur.<br />
Hier staan wij voor<br />
<strong>INOS</strong> vindt het van belang de leerlingen een uitdagende leeromgeving te bieden, voor zover mogelijk<br />
op scholen die verankerd zijn in de eigen wijk. ‘Leren tot leven brengen’ en ‘partnerschap<br />
met de omgeving’ zijn de uitgangspunten voor de ontwikkeling van <strong>INOS</strong> en haar scholen.<br />
<strong>INOS</strong> heeft haar visie en missie samengevat in vier kernwaarden: verbindend, ambitieus,<br />
resultaatgericht en omgevingsbewust. Zij vormen de terugkerende boodschap in de interne en<br />
externe communicatie en brengen alles wat <strong>INOS</strong> medewerkers doen in verband met de basis,<br />
zoals deze in visie en missie is vervat.<br />
inhoudsopgAve<br />
1. INLEIDING 04<br />
1.1 <strong>INOS</strong> in <strong>2010</strong> 04<br />
KINDERJAARVERSLAG 07<br />
INTERVIEWS WORKSHOPGEVERS<br />
<strong>INOS</strong> ONDERWIJSDAG <strong>2010</strong><br />
20, 30, 40, 46, 54, 58, 70, 80, 86, 94<br />
1.2 Toenemende risico’s 16<br />
1.3 Voortgang <strong>INOS</strong>-ontwikkeling in <strong>2010</strong> 17<br />
1.4 De kernboodschap 17<br />
DEEL A: INHOUD IN VERBINDING 18<br />
2. ONDERWIJSKUNDIGE ONTWIKKELING 18<br />
2.1 Innovaties binnen <strong>INOS</strong> 18<br />
2.2 De <strong>INOS</strong>-academie 19<br />
3. KWALITEITSZORG 24<br />
3.1 Kwaliteitszorg binnen <strong>INOS</strong> 24<br />
3.2 Leren van Data 25<br />
3.3 CITO Eindtoets Basisonderwijs <strong>2010</strong> 25<br />
3.4 Leerlingenadministratie- en leerlingvolgsysteem 28<br />
3.5 Leerlingenaantallen 28<br />
3.6 <strong>INOS</strong> Tevredenheidsonderzoek 33<br />
3.7 Oordelen Inspectie van het Onderwijs 36<br />
3.8 Excellente <strong>INOS</strong>-scholen 37<br />
4. PASSEND ONDERWIJS 38<br />
4.1 Landelijke ontwikkelingen rond Passend Onderwijs 38<br />
4.2 Regionale ontwikkelingen rond Passend Onderwijs 38<br />
4.3 <strong>INOS</strong> en Passend Onderwijs 39<br />
4.4 Weer Samen Naar School (WSNS-<strong>INOS</strong>) 42<br />
4.5 Speciaal BasisOnderwijs Breda 44<br />
4.6 Speciaal Onderwijs 44<br />
4.7 FLEX<strong>INOS</strong> Kenniscentrum voor Ambulante<br />
Begeleiding 45<br />
4.8 Eureka! <strong>INOS</strong> Kenniscentrum Meer- en<br />
Hoogbegaafdheid 48<br />
4.9 Onderwijskansenbeleid 48<br />
5. IDENTITEIT 50<br />
5.1 Visie op identiteit 50<br />
DEEL B: SAMENWERKEN MET ANDEREN 52<br />
6. MAATSCHAPPELIJKE VERANKERING:<br />
BREDE SCHOOL 52<br />
6.1 Gezamenlijke visie op de Brede Scholen van <strong>INOS</strong> 52<br />
6.2 Dagarrangementen en buitenschoolse opvang 52<br />
6.3 Concrete ontwikkelingen op locatie 53<br />
7. MAATSCHAPPELIJKE VERANTWOORDING 56<br />
7.1 Lokaal Educatieve Agenda (LEA) 56<br />
7.2 Bestuurlijk Overleg Breda (BOB) 56<br />
7.3 Regionale samenwerking tussen schoolbesturen 57<br />
7.4 Horizontale en Verticale verantwoording 57<br />
7.5 Landelijke partners 59<br />
DEEL C: DE ORGANISATIE 62<br />
8. DE ORGANISATIESTRUCTUUR VAN <strong>INOS</strong> 62<br />
8.1 Raad van Toezicht 62<br />
8.2 College van Bestuur 63<br />
8.3 Directeuren en Directeuren in Opleiding 63<br />
8.4 Strategische Projectgroepen 64<br />
8.5 Medezeggenschap 65<br />
9. DE ORGANISATORISCHE EENHEDEN 66<br />
9.1 Ontwikkelingen en veranderingen 66<br />
9.2 Senior coach 67<br />
9.3 Veiligheidsbeleid 67<br />
10. DE ZELFVERANTWOORDELIJKE TEAMS 68<br />
10.1 Zelfverantwoordelijke Teams 68<br />
10.2 Teamcoördinator 68<br />
11. INTEGRAAL PERSONEELSBELEID 72<br />
11.1 Ontwikkelingen Personeelsbeleid 72<br />
11.2 Matchpoint, vervangingsorganisatie <strong>INOS</strong> 73<br />
11.3 Personeel in cijfers 74<br />
12. COMMUNICATIE EN PR 78<br />
12.1 Ontwikkeling communicatiestructuur 78<br />
12.2 De <strong>INOS</strong>-portal als communicatieplatform 78<br />
12.3 Onderwijsdag 79<br />
12.4 Uitwisseling professionele kennis en ervaring 79<br />
13. KLACHTENBELEID 82<br />
13.1 Klachtenbeleid 82<br />
14. ICT 84<br />
14.1 Voortgang ICT-beleidsplan 84<br />
15. ONDERWIJSHUISVESTING 88<br />
15.1 Strategische planvorming onderwijshuisvesting 88<br />
15.2 Onderwijshuisvesting op locatie 88<br />
16. FINANCIEN 90<br />
16.1 Financieel beleid 90<br />
16.2 Centraal aanbesteden 92<br />
16.3 Pilot digitaal factureren 93<br />
16.4 Aansluiting op BRON 93<br />
16.5 Begroting en realisatie <strong>2010</strong> 93<br />
BIJLAGE 98<br />
Begrippen uit het <strong>INOS</strong>-spraakgebruik 98
1<br />
inleiding<br />
1.1<br />
inos in <strong>2010</strong><br />
Met trots presenteert <strong>INOS</strong> al weer haar vierde inhoudelijk jaarverslag. Duidelijk is te zien dat <strong>INOS</strong> als groot schoolbestuur<br />
gestaag vordert met het realiseren van haar plannen en ambities.<br />
Zelfverantwoordelijkheid in verbinding met anderen is een kernthema in het <strong>INOS</strong>-beleid. Zelfverantwoordelijkheid door<br />
zelfverantwoordelijke leraren in zelfverantwoordelijke teams, maar ook een zelfverantwoordelijk team van betrokken <strong>INOS</strong>directeuren<br />
samen met het team dat het College van Bestuur vormt. Maar ook, en daar doen we het uiteindelijk voor, zelfverantwoordelijke<br />
kinderen die, samen met anderen verantwoordelijkheid voor zichzelf en hun eigen leren kunnen nemen.<br />
Dit alles is terug te zien in dit jaarverslag. Niet zonder reden wordt begonnen met een eigen kinderjaarverslag, door<br />
kinderen van <strong>INOS</strong>-scholen zelf vormgegeven. Maar ook de vele ontwikkelingen in de zelfverantwoordelijke teams<br />
komen ruim aan bod. <strong>2010</strong> was het jaar waar een uitgebreide, externe evaluatie door IVA heeft plaatsgevonden.<br />
Dat heeft begin 2011 geresulteerd in de publicatie ‘Zelfverantwoordelijkheid binnen de <strong>INOS</strong>-scholen’.<br />
<strong>2010</strong> was ook het jaar van <strong>INOS</strong>-brede, uitgebreide tevredenheidsonderzoeken onder <strong>INOS</strong>- medewerkers, ouders en<br />
kinderen.<br />
<strong>INOS</strong> komt steeds meer op eigen benen te staan, blijkt uit dit jaarverslag. Een belangrijke ontwikkeling daarbij is dat <strong>INOS</strong><br />
steeds minder leunt op externe adviseurs en toenemend zelf ontwikkelt en uitvoert. Waar externe deskundigen nog ingezet<br />
worden, is dat bijna altijd in het kader van ‘train<br />
de trainer’. Het mooiste is die ontwikkeling te<br />
zien in de jaarlijkse Onderwijsdag die in <strong>2010</strong><br />
bijna in zijn geheel als intensieve studiedag door<br />
eigen personeel werd verzorgd. De vele thema’s<br />
van deze Onderwijsdag met de titel ‘(Work)<br />
shoppen bij elkaar’, zijn daarom ook leidend<br />
voor de thema’s in dit jaarverslag. Over een aan-<br />
inos professionAliseert toeneMend op<br />
eigen krAcht.<br />
tal workshops zijn in dit jaarverslag interviews met leerlingen en <strong>INOS</strong>-medewerkers opgenomen. Ook op andere terreinen<br />
maakt <strong>INOS</strong> werk van het opsporen en benutten van talent. Een voorbeeld daarvan zijn de foto’s in dit jaarverslag van de<br />
hand van een <strong>INOS</strong>-medewerker.<br />
<strong>2010</strong> was tevens het jaar waar de maatschappelijke crisis, waarin ook Nederland terecht is gekomen, zich voor het eerst flink<br />
laat voelen. Onverwacht zijn de financiële en personele risico’s voor <strong>INOS</strong> fors toegenomen. Dat is reden dat dit jaarverslag<br />
begonnen wordt met een overzicht van deze risico’s.<br />
Het jaarverslag dat voor u ligt staat niet op zichzelf. Het is de weergave van een tussenstap in de ontwikkeling die <strong>INOS</strong><br />
doormaakt. “Het verhaal van de organisatie.” Vanuit die gedachte is er op diverse momenten voor gekozen de tekst te beginnen<br />
in 2009 (of eerder) en te laten eindigen met een vooruitblik naar de toekomst. Daarnaast vervult dit jaarverslag een interne<br />
en externe rol. De externe rol is die van horizontale dialoog en publieke verantwoording. Vandaar dat gekozen is voor<br />
een brede doelgroep. Sommigen daarvan kennen <strong>INOS</strong> goed en zullen soms bekende informatie aantreffen. Voor anderen<br />
is dit document een eerste kennismaking. Vandaar dat soms gekozen is voor een uitgebreidere toelichting en informatieverstrekking.<br />
Wij nodigen u uit de details over alles wat hierboven genoemd is, te lezen in dit jaarverslag. Wederom geldt dat dit <strong>Jaarverslag</strong><br />
breed wordt verspreid onder scholen, Medezeggenschapsraden, ouders en vele partners. Daarbij nodigen wij uit tot<br />
gesprek en feedback. Daarmee sterkt u ons in de realisatie van onze missie op alle niveaus: ‘<strong>INOS</strong> brengt leren tot leven’.<br />
Wim Kaizer Frank van Esch<br />
Voorzitter College van Bestuur Lid College van Bestuur<br />
4 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 5
kinder-<br />
JAArverslAg<br />
<strong>2010</strong><br />
kids onlY
Achter de deur vAn een kluis<br />
Mark (11) is goed bekend met <strong>INOS</strong>. “Mijn moeder is juf op een school van <strong>INOS</strong> en ik hoor haar<br />
daar best vaak over praten.” Anja (12) zit bij Mark in de klas in groep acht van <strong>INOS</strong>-basisschool<br />
De Werft. Door Mark weet Anja nu ook wie of wat <strong>INOS</strong> is. “<strong>INOS</strong> is de ‘baas’ van heel veel<br />
scholen in Breda.” Mark en Anja zijn goede vrienden en erg enthousiast over hun school. “We<br />
doen echt super ons best en dat zien we ook op ons rapport terug. Gelukkig heb ik niet veel hulp<br />
nodig en ben ik ook niet bang om fouten te maken. Daar kun je alleen maar van leren”, vertelt<br />
Mark. Anja is een beetje onzeker. “Soms heb ik hulp nodig en die krijg ik volop in de klas. Op<br />
onze school vinden ze het belangrijk dat je het naar je zin hebt en dat we ons veilig voelen. Ik<br />
denk dat kinderen die gepest worden niet echt een veilig gevoel hebben op school of in de klas.”<br />
Anja is zelf ook weleens gepest. “Ik zit nu op een zelfverdedigingsport en daar leer je echt veel.”<br />
Ze leert graag en ontdekt van alles achter de deur van de Ontdekkluis op haar school. “Dat is<br />
een ruimte met een grote kast met daarin heel veel materialen. Er is ook een keuken en er staan<br />
computers. Twee keer per week ontdekken we daar van alles over koken, techniek, taal, rekenen<br />
en we doen denkspelletjes. Het is echt heel leuk.”<br />
Nog leuker vindt Anja het Digibord. “Voor het Digibord gebruiken we een pen. Dat is een stuk<br />
beter dan een krijtje, dat is iedere keer zo snel op”, grapt ze. Mark zou meer van het bord gebruik<br />
willen maken. “Je kunt er echt veel meer uithalen en zeker ook met het zoeken van informatie<br />
op het internet.” Mark en Anja halen op school alles eruit wat erin zit. Ze hebben allebei<br />
de ambitie om te gaan voor een goede baan. Nog even en dan vertrekken ze naar het voortgezet<br />
onderwijs. “We zijn daar al wel een beetje op voorbereid. Want wat krijgen wij een hoop huiswerk<br />
mee!” Toch zullen zij de school gaan missen. “Het is er echt gezellig. Vooral de<br />
inrichting vinden wij leuk. Veel kleur en in de hal staan overal tafels en stoeltjes<br />
en het is vooral lekker ruim. Dag Werft!”<br />
8 Kinderjaarverslag <strong>2010</strong> Kinderjaarverslag <strong>2010</strong> 9
Goed Gevoel door kunst<br />
Ivana (18) en Wouter (17) hebben gekozen voor het vak Kunst, omdat ze de ambitie hebben om te schilderen. Beiden<br />
zitten op De Liduinaschool, een <strong>INOS</strong>-school voor Speciaal Onderwijs. “Maar we doen veel meer. We maken hele<br />
grappige kaarten, we tekenen allerlei mooie dingen, werken met papier-maché en ook met klei”, glimlacht Ivana.<br />
Ivana en Wouter vinden het ook leuk om te koken, het doen van allerlei klusjes zoals papier versnipperen en elkaar<br />
helpen bij allerlei opdrachten. Ivana werkt soms liever alleen en zelfstandig, maar als de juf helpt, vindt ze het toch<br />
ook wel leuk. Wouter is gek op gezelligheid. Hij werkt super graag samen met zijn klasgenoten. Allebei voelen ze zich<br />
veilig en hebben het prima naar hun zin. Hun klaslokaal was een paar jaar geleden nog een zwembad. “Eerst lagen<br />
we in het water, en nu maken we in dezelfde ruimte kunst.”<br />
Van die verbouwing hebben de leerlingen niet zoveel meegekregen. “Wel van het opknappen van ons restaurant. De<br />
muren werden geschilderd en oeps!, die verf rook niet echt lekker. Het restaurant is wel mooi geworden”, vindt Wouter.<br />
Het liefst zien ze de muren buiten ook beschilderd. “Vanuit onze klas ziet het er super saai uit. Graffiti fleurt wel<br />
op, maar of dat mag? De twee ‘kunstenaars’ hebben nog een goed idee. “We hebben geen wastafel. We moeten steeds<br />
onze handen en kwasten schoonmaken in een emmer met water en dat is echt niet handig!”<br />
In hun klas is ook geen Digibord. “Zou voor mij wel makkelijk zijn, want ik kan niet zo goed zien”, zegt<br />
Wouter. Volgens Ivana is een Digibord wel hip. Zij werkt ook graag op de computer en weet daar<br />
best veel van. “Soms wil ik foto’s gaan kijken op de site van de school, maar ik vergeet steeds het<br />
wachtwoord.”<br />
Gelukkig vergeten ze niet de kunstwerken die ze maken. “Alles wordt gefotografeerd en<br />
de foto’s worden in een map verzameld. Helaas mogen we ons werk niet mee naar huis<br />
nemen.” Als Ivana en Wouter naar huis gaan zijn ze best moe. “Dat komt omdat we erg<br />
geconcentreerd werken, maar… van het maken van kunst, krijg je wel een goed gevoel!”<br />
Foto: v.l.n.r. Wouter en Ivana met hun klasgenoten Cecile en Madelon<br />
tAAlAtelier mAAkt tAlent<br />
Hana (8) en Manal (8) uit groep vijf van <strong>INOS</strong>-basisschool De Liniedoorn gaan iedere woensdagmiddag, in<br />
hun vrije tijd, naar het Taalatelier op hun school. Samen met kinderen van groep vier leren ze daar alles over<br />
spelling en grammatica. “Meestal zijn het moeilijke woorden die we opschrijven of we leren wat het woord<br />
betekent.”<br />
Hana vindt de Nederlandse taal super moeilijk. “En toch doe ik het best goed, misschien heb ik gewoon<br />
talent”, grinnikt ze. De twee meiden hebben het goed naar hun zin op school. Vooral nu de school een nieuw<br />
uiterlijk heeft. “De school is echt cool geworden er is echt een hoop veranderd. De muren en deuren zijn<br />
geschilderd en… we hebben nieuwe gordijnen! Alles is nu groen en oranje en dat maakt ons vrolijk.”<br />
Manal wordt minder vrolijk van het schoolplein. “Het is zo leeg en ook best saai. Misschien moeten we er<br />
een doolhof bouwen, of moeten we iets met muziek doen?” Op het schoolplein en in de klas voelen Hana en<br />
Manal zich op hun gemak. “Al onze klasgenootjes zijn aardig en iedereen helpt elkaar. Ja, soms plagen we<br />
elkaar ook wel hoor.” Het leukste in de klas is volgens de meiden het Digibord. “Mochten we maar hele dagen<br />
aan het bord, het is echt zo gaaf. Misschien moeten we een lijstje maken, wie om de beurt aan het bord mag?”<br />
Goed idee!<br />
De juf van Hana en Manal vindt het Digibord ook leuk, terwijl ze ook gek is op knutselen. “Maar ze<br />
kan niet zo goed zingen”, lachen de twee. “Onze juf helpt ons altijd en als we iets niet snappen, legt<br />
ze het heel goed uit. Als ze dan zegt dat we het goed doen, zijn we echt heel trots op ons zelf. Het is<br />
leuk om te leren.” Hana en Manal vinden het ook leuk om op de computer van alles te leren. “Ik kijk<br />
vaak op de site van De Liniedoorn. Meestal bekijk ik alle foto’s en die zijn echt leuk. Vooral als je er<br />
zelf op staat of mijn zusje”, vertelt Manal. Hana kijkt nooit op de website van haar school. “Ik wil<br />
wel kijken, maar ik vergeet altijd de naam van de site.” Tot slot willen de meiden nog wat toevoegen:<br />
“Ik word kunstenares”, lacht Hana. “En ik word dokter of juffrouw”, zegt Manal vastbesloten.<br />
10 Kinderjaarverslag <strong>2010</strong> Kinderjaarverslag <strong>2010</strong> 11
sAmen op de Brede school<br />
Shania (12) en Emil (12) zijn een beetje bekend met <strong>INOS</strong>. “We zien de naam weleens<br />
staan op de briefjes die we van school mee naar huis krijgen.” Shania en Emil zitten<br />
in groep acht van <strong>INOS</strong>- basisschool Hagehorst. Hagehorst is een Brede School en is<br />
gehuisvest in het nieuwe gebouw Olympia. In dat gebouw werken organisaties samen<br />
op het gebied van onderwijs in een ‘Brede School’.<br />
Aan de andere kant van Olympia is openbare basisschool De Vlier gevestigd. “We werken<br />
samen en doen ook heel veel activiteiten met kinderen van die school”, legt Emil uit.<br />
“Eén ervan is voet-ballen. Er zijn nog heel veel meer leuke activiteiten, ook na schooltijd,<br />
maar voetbal is toch echt de leukste!” Rik is gek op buiten sporten en Shania sport graag in de<br />
gymzaal. “Die is super nieuw en echt heel groot.” Volgens beide leerlingen hebben ze niet zoveel<br />
last gehad van alle veranderingen en verbouwingen rondom hun school. “De verbouwing was in<br />
onze schoolvakantie, dus dat viel wel mee.”<br />
De beste verandering volgens Shania en Emil is het Digibord. “Als we een spreekbeurt houden,<br />
gebruiken we het bord voor een PowerPoint presentatie. Er is één nadeel: als de zon binnen<br />
schijnt, zien we niet veel meer op het bord.” De twee klasgenoten zijn best tevreden over hun<br />
klas, maar ook over hun school. Dat hebben ze ook aangegeven in het tevredenheidonderzoek,<br />
waaraan ze vorig jaar deelnamen. “In onze groep hangt een goede sfeer en we voelen ons veilig.<br />
Dat komt ook door de hulp die we krijgen. Zo krijgen we les in weerbaarheid en kunnen we met<br />
een vertrouwens- persoon praten. We maken daar niet zoveel gebruik van, maar soms is het toch<br />
handig als je iets kwijt wilt”, lacht Shania. Zij maakt meer gebruik van de website van haar school.<br />
“Ik doe graag spelletjes en de oefeningen met taal zijn echt heel cool.” Emil kijkt zo nu en dan op<br />
de kalender van de schoolsite. “Even checken of we misschien wel extra vrij zijn.”<br />
cool @ school<br />
Maëlle (10) en Rik (11) uit groep acht van <strong>INOS</strong>-basisschool Sinte Maerte zijn super blij met hun school. De<br />
school is pas vernieuwd en er is een stuk aangebouwd. “Wij hebben twee jaar in een noodlokaal doorgebracht<br />
waar het in de zomermaanden echt bloedheet was. De lokalen zijn nu een stuk hipper en ruimer en<br />
we hebben zonneschermen en airco. Dat is wel cool.”<br />
Het is maar goed, dat de lokalen wat groter zijn, want er zitten 29 kinderen in groep acht. “Het is best druk,<br />
maar soms ook handig, want dan worden we niet zo goed in de gaten gehouden”, lacht Rik. Maëlle vindt<br />
het wel gezellig. “We werken vaak samen aan opdrachten en als we aan een toneelstukje werken,<br />
doen we dat in groepjes. Van veel klasgenoten kun je ook leren en snappen we iets niet over taal of<br />
rekenen, dan legt onze leraar het echt heel goed uit.”<br />
Maëlle en Rik halen goede punten en daar zijn ze blij om. Het huiswerk dat ze meekrijgen<br />
valt reuze mee. De twee klasgenoten zijn erg op hun gemak in de klas en vooral ook op het<br />
schoolplein. “Er hangt een goede sfeer en omdat ik bijna iedere dag op school ben, voel ik me<br />
vertrouwd”, vertelt Maëlle.<br />
Vertrouwd zijn de kids ook met het Digibord. “Een digitaal schoolbord is echt zo gaaf. Je kunt<br />
filmpjes bekijken, je komt snel iets te weten over geschiedenis of aardrijkskunde en je kunt op<br />
het internet.” Op de vraag of ze wel eens op internet kijken naar de site van hun school wordt het<br />
even stil. “Die website is meer voor ouders”, vindt Rik. “Er staat maar één kidspagina op en dat is best<br />
jammer. Het zou leuker zijn als er spelletjes op zouden staan. Misschien is het wel een idee dat wij mogen<br />
meedenken over de site.” Maëlle kijkt op de site naar de foto’s en die vindt ze super leuk!<br />
Rik en Maëlle gaan dit jaar naar het voortgezet onderwijs. Daarom hebben zij een wens voor de kids die nog<br />
een paar jaar naar de basisschool gaan en iedere middag overblijven. “Het zou wel gaaf zijn als er meer te<br />
doen is tussen de middag. Op het schoolplein spelen is leuk, maar nog leuker wordt het als je mag kiezen of<br />
je binnen of buiten mag spelen. Binnen kun je lekker knutselen, tekenen of kleuren.”<br />
12 kinderjaarverslag <strong>2010</strong> Kinderjaarverslag <strong>2010</strong> 13
JAArverslAg
1.2<br />
toeneMende risico’s<br />
In <strong>2010</strong> is <strong>INOS</strong>, net als alle schoolbesturen in het Primair Onderwijs, met grote, deels ook onverwacht optredende risico’s<br />
geconfronteerd. Heeft onderwijs maatschappelijk de naam van stabiele sector met zekerheid van een stabiele financiering<br />
door de overheid, de praktijk laat zien dat onze sector toenemend en ook onverwachte risico’s loopt.<br />
Door het College van Bestuur is een risico-analyse vervaardigd die duidelijk als trend laat zien dat diezelfde overheid het<br />
grootste risico voor <strong>INOS</strong> vormt.<br />
De risico’s hebben betrekking op:<br />
• Fiks achterblijvende bekostiging om de stijgende kosten te kunnen dekken.<br />
• Onverwacht worden geconfronteerd met forse bezuinigingen.<br />
• Regelgeving en onderwijsrechtspositie die teruggang in personele formatie zeer ingewikkeld en kostbaar maakt.<br />
In 2006 is ook in het Primair Onderwijs de zogenaamde lumpsum ingevoerd. Schoolbesturen dienden zich te ontwikkelen<br />
tot efficiënte, professionele organisaties die binnen een totaal bedrag aan lumpsum financiering eigen beleidsvrijheid kregen<br />
om de eigen én landelijk vereiste onderwijsdoelen te realiseren. Hier staat tegenover dat schoolbesturen toenemend door<br />
de Rijksoverheid worden aangesproken op de kwaliteit en het functioneren van scholen én ook in financiële zin de ondernemersrisico’s<br />
dragen. Zeker vanaf het verslagjaar <strong>2010</strong> zien we echter een forse trendbreuk. De nieuwe verantwoordelijkheden<br />
blijven en nemen zelfs toe, het principe van lumpsum financiering wordt keer op keer verlaten. Er is regelmatig sprake<br />
van bezuinigingen op deelterreinen alsof er geen lumpsum zou bestaan. Voorbeelden daarvan zijn forse bezuinigingen op<br />
bestuur en management en op allerlei fictieve, inhoudelijke onderdelen van de Rijksfinanciering.<br />
In zijn algemeenheid blijft het Rijk ook ver achter om stijgende werkgeverslasten, vaak het gevolg van Rijksbeleid, adequaat<br />
te bekostigen. Door <strong>INOS</strong> verplicht uitgevoerde operaties in het kader van de landelijke ‘Actieplan Leerkracht’ en de functiemix<br />
zijn daarvan enkele voorbeelden. Ook compensatie voor stijgende prijzen en stijgende pensioenpremies blijven uit.<br />
Hiernaast worden allerlei subsidies versneld afgebouwd. Tot en met <strong>2010</strong> bedroeg deze teruggang al 5% van het lumpsumbedrag.<br />
Ook <strong>INOS</strong> heeft de afgelopen jaren veel in Passend Onderwijs geïnvesteerd, de per 1 augustus 2012 aanstaande stelselwijziging.<br />
Totaal onverwacht werd <strong>INOS</strong> in <strong>2010</strong> geconfronteerd met tal van bezuinigingen juist op dit dossier, waar in feite<br />
extra investering nodig is, gezien de gevraagde grote inhoudelijke verandering. Begin 2011 werd bovendien een zeer forse<br />
bezuiniging voor <strong>INOS</strong> van meer dan 3 miljoen euro aangekondigd. Met de eerdere bezuinigingen vertegenwoordigt dit op<br />
het terrein van Passend Onderwijs voor <strong>INOS</strong> in totaal al bijna 4 miljoen euro.<br />
Bij de onvermijdelijke teruggang in personeel heeft <strong>INOS</strong> ook te kampen met eigen financiering van mogelijk ontslag. In het<br />
bedrijfsleven worden werkloosheidsuitkeringen rechtstreeks door het Rijk betaald, in het onderwijs loopt dit echter via een<br />
Vereveningsfonds (Participatiefonds).<br />
Door een forse krimp in leerlingaantallen in een aantal regio’s van Nederland en het ontstane gat tussen stijgende werkgeverslasten<br />
en achterblijvende bekostiging is het aantal ontslagen leer- krachten landelijk fors toegenomen. Dit legt een<br />
stevige druk op de mogelijkheden tot verevening door het Participatiefonds, die deze druk weer teruglegt bij de schoolbesturen.<br />
Zo zijn dit jaar nog verdere beperkingen opgelegd: mogelijkheden om een tijdelijke aanstelling niet te verlengen zijn<br />
bijvoorbeeld ingeperkt.<br />
1.3<br />
voortgAng inos-ontwikkeling in <strong>2010</strong><br />
<strong>INOS</strong> is als groot schoolbestuur voor het Primair Onderwijs (Basisonderwijs, Speciaal Basisonderwijs en Speciaal Onderwijs<br />
c.q. REC-scholen) in 2007 een ambitieus ontwikkelingstraject ingegaan. Dit traject is gericht op de implementatie van de<br />
Strategische Beleidsnota’s ‘Leren en organiseren’ en ‘Missie en Visie’.<br />
In <strong>2010</strong> heeft een volgende stap in dit meerjaren ontwikkelingstraject plaatsgevonden door het verrichten van een externe<br />
evaluatie in de vorm van een ontwikkelingsgericht onderzoek door IVA (Instituut voor ArbeidsVraagstukken) van de Universiteit<br />
Tilburg. Dit onderzoek is erop gericht om uitspraken te doen over de stand van zaken met betrekking tot de ontwikkeling<br />
van de zelfverantwoordelijke teams. Dit was immers een kerndoel in het strategisch beleid zoals geformuleerd in ‘Leren<br />
en organiseren’.<br />
De eerste stap van dit onderzoek, een interview onder drie schoolteams, heeft de ankerpunten opgeleverd waarop de vragenlijsten<br />
van het onderzoek onder alle medewerkers kunnen worden gebaseerd. Daarnaast zijn stimulerende en belemmerende<br />
factoren voor zelfverantwoordelijkheid benoemd.<br />
Het vervolgonderzoek onder alle schoolteams heeft eind <strong>2010</strong> plaatsgevonden. De resultaten zijn begin 2011 in boekvorm<br />
gepubliceerd.<br />
1.4<br />
de kernboodschAp<br />
De kernboodschap van <strong>INOS</strong> wordt nu twee jaar standaard in alle communicatie-uitingen gebruikt. Het consistente uitdragen<br />
van de boodschap, inclusief de kernwaarden werpt zijn vruchten af, hetgeen blijkt uit het resultaat van het tevredenheidsonderzoek<br />
dat in het voorjaar <strong>2010</strong> onder alle medewerkers van <strong>INOS</strong> gehouden is. Leerkrachten binnen <strong>INOS</strong> weten<br />
zeer goed wat <strong>INOS</strong> is en doet. De kernwaarden ‘resultaatgerichtheid’ en ‘ambitieus’ worden goed herkend in de scholen.<br />
Ook de kernwaarden ‘omgevingsbewust’ en ‘verbindend’ worden herkend, maar in mindere mate.<br />
Het feit dat alle scholen op de eigen website en/of in de schoolgids de kernboodschap, inclusief de kernwaarden, publiceren<br />
draagt hier zeker toe bij. Dat <strong>INOS</strong> het schoolbestuur van de eigen school is, is in ruime mate onder de ouders bekend<br />
volgens het tevredenheidsonderzoek.<br />
16 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 17
2 deel A: inhoud in verbinding<br />
onderwiJskundige<br />
ontwikkelingen<br />
2.1<br />
innovAties binnen inos<br />
<strong>INOS</strong> ziet zichzelf als lerende organisatie en stimuleert innovatie als middel om beweging en vernieuwing te creëren die<br />
bijdragen aan onze doelstellingen. Sinds 2007 is daartoe een eigen innovatiebudget gereserveerd voor onze scholen. Ook<br />
in <strong>2010</strong> zijn deze gelden besteed aan zowel schoolse als bovenschoolse innovatieprojecten. Daarnaast zijn externe financieringsbronnen<br />
ingezet om tot vernieuwing en verbetering te komen.<br />
Innovaties op scholen<br />
In <strong>2010</strong> is er voor innovatieprojecten vanuit <strong>INOS</strong> € 100.000 beschikbaar gesteld. Er zijn innovatieprojecten gefinancierd op<br />
de volgende thema’s: het opzetten van een leergemeenschap gedrag en klassenmanagement, de implementatie van doorlopende<br />
leerlijnen, innovatief ICT en de ontwikkeling van een leeslaboratorium dyslexie in het Speciaal Basisonderwijs. Een<br />
aantal van de projecten loopt in 2011 door.<br />
Er is bovendien gebruik gemaakt van externe financieringsbronnen. Zo loopt er een monitor Rekenverbetertraject op Kbs De<br />
Griffioen en SO/VSO Liduinaschool voor Zeer Moeilijk Lerende kinderen, die gesubsidieerd en ondersteund wordt vanuit de<br />
PO-Raad.<br />
Een tweede voorbeeld van innovatie met externe financiering is de Taalpilot van de gezamenlijke Onyx-scholen (de voormalige<br />
Onderwijsachterstandsscholen). Vanuit <strong>INOS</strong> zijn dit Kbs De Wisselaar, Kbs De Watervlinder, Kbs Hagehorst, Kbs<br />
De Weerijs, Kbs De Keysersmolen, Kbs De Boomgaard en Kbs De Liniedoorn. De pilot richt zich op de verbetering van het<br />
taalniveau van leerlingen op een aantal scholen die tevens onderwijskansenschool zijn. Dit gebeurt door uitwisseling tussen<br />
de scholen, het opstellen van een taalbeleidsplan per school en monitoring van de resultaten. Dit project is in het najaar van<br />
<strong>2010</strong> beeïndigd.<br />
Op een drietal scholen, Kbs De Liniedoorn, Kbs Hagehorst en Kbs Sinte Maerte, is een traject gestart volgens het innovatieconcept<br />
‘Slim Fit’. Hierbinnen werken teams volgens een ander organisatie- principe dan het leerstofjaarklassensysteem.<br />
Daardoor wordt een meer gedifferentieerd onderwijsaanbod gerealiseerd en kan er optimaal gebruik gemaakt worden van<br />
de aanwezige specialismen en talenten.<br />
Innovaties op stichtingsniveau<br />
Ook op stichtingsniveau heeft <strong>INOS</strong> diverse projecten geïnitieerd en gefinancierd. Ook is er hierbij gebruik gemaakt van externe<br />
financieringsbronnen. Zo zijn er verschillende subsidies vanuit de PO-Raad toegekend. In <strong>2010</strong> liep het project ‘Leren<br />
van Data’ (opbrengstgericht werken, ook in SO en SBO), Opbrengstgericht werken voor bestuur en management en Opleiden<br />
in de school op de <strong>INOS</strong> scholen.<br />
Andere bovenschools door <strong>INOS</strong> gefinancierde innovatieprojecten zijn:<br />
• Implementatie werken in Zelfverantwoordelijke Teams<br />
• Leergemeenschap Gedrag en Klassenmanagement<br />
• Netwerk Teamcoördinatoren<br />
• Ontwikkeling TOPClass: Pabo-specialisatie ten bate van de REC/SO-scholen<br />
• Talentenpool <strong>INOS</strong>-kader<br />
• Bovenschoolse stagecoördinatie<br />
• Opleidingstraject directeuren, teamcoördinatoren en Zelfverantwoordelijke Teams<br />
• Matchpoint vervangingsorganisatie<br />
• Passend Onderwijs en regionale bestuurlijke samenwerking binnen het Primair en Voortgezet Onderwijs (netwerk<br />
Passend Onderwijs OOK)<br />
• Hoogbegaafdheidsproject Eureka!<br />
• Onderwijshuisvesting en Buitenschoolse Opvang (BSO)<br />
• Strategisch Huisvestingsplan<br />
• Integrale kwaliteitszorg / managementinformatiesysteem en ontwikkeling format Meerjaren Strategisch Beleidsplan<br />
2.2<br />
de inos-AcAdeMie<br />
In 2009 heeft de opzet van de <strong>INOS</strong>-academie vorm gekregen. De doelstellingen, doelgroepen, werkwijze en verschijningsvorm<br />
van de <strong>INOS</strong>-academie zijn eind 2009 in een beleidsdocument vastgelegd. In de loop van <strong>2010</strong> zijn de doelgroepen en<br />
werkwijze opnieuw gedefinieerd. Kenmerkend is dat de <strong>INOS</strong>-academie fungeert als een soort paraplu voor allerlei activiteiten<br />
die gericht zijn op kennis vergaren, vergroten en verspreiden. De activiteiten worden gecoördineerd door verschillende<br />
personen.<br />
De activiteiten waarnaar in <strong>2010</strong> de meeste aandacht is uitgegaan zijn Matchpoint, de leergemeenschappen, de stagecoördinatie,<br />
diverse netwerken, het Keurmerk Opleiden in de School en deelname aan het lectoraat bij Pabo Avans.<br />
Matchpoint is de vervangingsorganisatie binnen <strong>INOS</strong>. Naast de belangrijke taak om alle vervangingsaanvragen in te vullen,<br />
is Matchpoint ook van wezenlijk belang in de monitoring en begeleiding van de tijdelijke medewerkers. Matchpoint vormt<br />
als het ware het voorportaal voor een vaste aanstelling bij <strong>INOS</strong>.<br />
De Leergemeenschappen Gedrag en Klassenmanagement en Hoogbegaafdheid worden gevormd door enthousiaste medewerkers<br />
met kennis op de betreffende gebieden. De eerste resultaten zijn gepresenteerd. Er wordt nu nagegaan hoe die het<br />
best toegankelijk gemaakt kunnen worden voor alle werknemers van <strong>INOS</strong>.<br />
Vanzelfsprekend loopt de begeleiding van stagiaires op alle niveaus binnen de <strong>INOS</strong>-scholen door. De voorbereidingen voor<br />
het herzien van het beleidsplan zijn opgestart. De contacten met opleidingsinstituten zijn geïntensiveerd, beter op elkaar<br />
afgestemd en met anderen stopgezet.<br />
Naast het netwerk van stagecoaches bestaan er ook netwerken voor IB’ers, teamcoördinatoren, ICT-medewerkers, interne<br />
vertrouwenspersonen en administratieve medewerkers. Vooral de begeleiding van het netwerk van teamcoördinatoren krijgt<br />
extra aandacht, omdat zij een cruciale rol binnen de organisatorische doelstellingen van <strong>INOS</strong> spelen.<br />
De Keurmerkpartners KPO Roosendaal, Lowys Porquin Stichting, <strong>INOS</strong> SKBO en Pabo Avans Breda werken nauw samen om<br />
de opleiding en begeleiding van studenten te verbeteren. Zij hebben gezamenlijk het landelijk Keurmerk Opleidingsscholen<br />
verworven. Daarvoor zijn afspraken gemaakt over mentortrainingen, studentenvoorlichting en begeleiding op de werkvloer.<br />
Daarnaast is er een keuze gemaakt voor een kwaliteitsinstrument. In 2011 zullen stagecoaches worden opgeleid om hiermee<br />
te gaan werken.<br />
18 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 19
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 1<br />
lezen is weer leuk!<br />
IED WEEHUIZEN, 52 JAAR, LEERKRACHT GROEP 3<br />
ELFRIE KORTHALS, 50 JAAR, LEERKRACHT GROEP 3<br />
KBS KIEVITSLOOP<br />
Leesmotivatie en leeskilometers maken. Dit zijn de belangrijkste pijlers van het LIST-project. LIST<br />
staat voor Lezen IS Top. Begeleid door het Seminarium van Orthopedagogiek werkt het team<br />
van Kbs Kievitsloop als pilotschool met een verfrissende aanpak aan een verbeteringstraject. De<br />
resultaten mogen er zijn: leerlingen die met plezier lezen en een stijging van het leesniveau.<br />
“Het leesonderwijs leverde voorheen geen goede resultaten op”, valt Ied met de deur in huis. Door<br />
bewust in lezen te investeren schiet het niveau sinds de start van het project omhoog. Er wordt<br />
naar gestreefd dat elke leerling medio groep 8 AVI-plus bereikt heeft. Door middel van stillezen,<br />
minilessen en het afsluiten van de stilleesles wordt het leesniveau in groep 8 geconsolideerd.<br />
Elke ochtend starten alle groepen 4 t/m 8 met een half uur lezen. Niet alleen leesboeken, maar<br />
ook strips, informatieve boeken, kranten en tijdschriften vormen ‘leesvoer’. Voor de zwakkere<br />
lezers zijn serieboeken vanwege het vaste stramien uitermate geschikt. Ook in de groepen 4 t/m 7<br />
worden minilessen gegeven en wordt de leesles afgesloten met een gesprek.<br />
“Voorop staat dat onze leerlingen plezier in lezen krijgen, het niet als een saaie bezigheid zien”,<br />
vult Elfrie aan. Kinderen die niet gemotiveerd zijn, worden gestimuleerd door de leerkracht. Die<br />
draagt titels aan en voert individuele leesgesprekjes met de kinderen. Ook de leerkracht is zelf aan<br />
het lezen. “De voorbeeldfunctie is erg belangrijk”, beamen beiden volmondig.<br />
De reacties van de deelnemers aan de workshop op de Onderwijsdag leverden louter positieve<br />
reacties op. Sterker nog: er zijn collega’s van andere <strong>INOS</strong>-scholen op bezoek geweest om de<br />
dagelijkse praktijk op Kievitsloop te bekijken. Over kennisdeling gesproken!<br />
Medewerkers van LIST komen regelmatig langs om observaties in de klassen te doen. “We leren<br />
daar zelf ook nog steeds erg veel van”, geeft Ied aan. Van alle leesfasen zijn trouwens filmpjes<br />
gemaakt, die samen met fotoreportages ter ondersteuning worden gebruikt om nieuwe collega’s,<br />
invalkrachten en bezoekende scholen op de hoogte te stellen.<br />
In groep 3 wordt uiteraard erg veel tijd besteed aan de taal- en leesontwikkeling. “Maar ook de<br />
kleuters worden spelenderwijs met allerlei taalactiviteiten geprikkeld”, vertelt Elfrie enthousiast.<br />
“Er zijn ‘gevorderde’ leerlingen in onze groepen 3 die ‘s morgens in groep 4 lezen. Dat kan<br />
natuurlijk alleen maar door de centrale leestijd op schoolniveau. Er wordt dus groepsoverstijgend<br />
gelezen.”<br />
Zowel Elfrie als Ied bezinnen zich op de volgende uitdaging: hoe gaan we het stillezen in groep 3<br />
opzetten? Welke mogelijkheden kunnen we benutten?<br />
Aan het einde van het schooljaar <strong>2010</strong>-2011 loopt het driejarige scholingstraject af. Het is aan het<br />
team om dan op eigen benen te staan en ervoor te zorgen dat het leesonderwijs geborgd wordt<br />
en op het huidige niveau gehandhaafd blijft. Ied en Elfrie zien die uitdaging met vertrouwen<br />
tegemoet.<br />
Samen met het hele team is het hele LIST-project beeldend geborgd d.m.v. foto’s, video’s<br />
en PowerPoint presentaties. Hiermee is een compleet en prachtig beeld ontstaan van het<br />
leesonderwijs op Kbs Kievitsloop.<br />
ied<br />
weehuizen<br />
& elfrie<br />
korthAls<br />
20 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 21
Alle partners kennen tevens deelnemers in de kenniskring Leren en Innoveren, verbonden aan het lectoraat van Pabo Avans.<br />
Ook de TOPClass wordt voortgezet. Hierin worden Pabo-studenten, parallel aan de reguliere Pabo-opleiding, opgeleid in<br />
het omgaan met gedragsproblemen in SBO- en REC-scholen (cluster 3 en 4). Diverse leerkrachten zijn, meestal in deeltijd,<br />
gedetacheerd bij Pabo Avans om op die manier een goede transfer tot stand te brengen tussen opleiding en praktijk.<br />
<strong>INOS</strong> zoekt naar een vorm om kennis voor een brede groep beschikbaar te stellen. Er zijn gesprekken gevoerd om te bekijken<br />
of e-learning goede mogelijkheden biedt.<br />
Bij het inventariseren van de talenten binnen <strong>INOS</strong> bestaat het probleem hoe gegevens actueel gehouden kunnen worden en<br />
hoe ze inzetbaar zijn. In <strong>2010</strong> zijn er op landelijk niveau contacten ontstaan om ervaringen op dit terrein te delen en eventueel<br />
gezamenlijk activiteiten te ontplooien. Deze contacten werden als waardevol ervaren en worden daarom voortgezet.<br />
inos-AcAdeMie ‘orgAnisAtiestructuur’<br />
College van<br />
Bestuur<br />
22 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
Directeurenberaad<br />
Overzicht selectie en<br />
(gezamenlijke) inkoop<br />
trainingen, scholing en<br />
professionalisering<br />
Keurmerk<br />
Opleidingsschool/<br />
stageprojecten<br />
Machtpoint<br />
Talentenpool<br />
Leergemeenschap<br />
Netwerken<br />
Directeuren<br />
Directeur in opleiding /<br />
sectordirecteuren/<br />
management potentials<br />
Innovatie/kennispool<br />
Uitwisseling good practices<br />
Orthopedagogen /<br />
psychologen in <strong>INOS</strong> dienst<br />
binnen de inos-AcAdeMie koMen<br />
opleiden, professionAlisering<br />
en innovAtie sAMen.<br />
JAArverslAg
3<br />
kwAliteitszorg<br />
3.1<br />
kwAliteitszorgsYsteMAtiek<br />
In zijn beleidsplan heeft <strong>INOS</strong> ambitieus strategisch beleid geformuleerd, ook op het gebied van kwaliteitsbewaking en kwaliteitszorg.<br />
In 2009 is er <strong>INOS</strong>-breed volop gewerkt aan de implementatie ervan. Zo is het aantal scholen met een verscherpt<br />
toezichtarrangement teruggebracht van vijf naar één. Daarnaast is er nog een aantal andere ontwikkelingen van belang.<br />
Managementinformatiesysteem<br />
Al in 2008 is een start gemaakt met de inrichting van een zgn. managementinformatiesysteem. Hierin kunnen op basis van<br />
een aantal indicatoren ontwikkeltrends in de kwaliteit van het onderwijs zichtbaar worden gemaakt. Technisch bleek het<br />
echter moeilijk om al deze informatie in één systeem te vatten, ondanks de door ICT-leveranciers gewekte verwachtingen.<br />
Desalniettemin blijft <strong>INOS</strong> streven naar een goed informatiesysteem, waar niet alleen het College van Bestuur maar ook de<br />
scholen zelf profijt van hebben.<br />
Als focus is gekozen voor de introductie van één leerlingenadministratie en leerlingvolgsysteem. Parallel hieraan zijn in<br />
2009 formats ontwikkeld voor strategische documenten zoals het meerjarenplan, jaarplan en schoolplan. Hiermee kunnen<br />
de scholen beleidsdoelen en de terugkoppeling daarvan systematisch bewaken. Hieraan gekoppeld zijn tevens de managementcontracten<br />
die de directeuren met het College van Bestuur afsluiten. Twee andere belangrijke graadmeters voor de<br />
kwaliteit van ons onderwijs zijn de inspectieonderzoeken en de resultaten van de CITO Eindtoets Basisonderwijs.<br />
Senior coach<br />
Ook is er voor enkele jaren een senior coach aangesteld die de directeuren ondersteunt in de bewaking van de onderwijskwaliteit.<br />
Doel daarvan is het planmatig en effectief bevorderen van de <strong>INOS</strong>-doelstellingen op onderwijskundig gebied.<br />
Tevredenheidmetingen<br />
In 2009 zijn plannen uitgewerkt tot het centraal uitvoeren van tevredenheidmetingen. Deze worden afgenomen bij ouders,<br />
personeel, management en leerlingen. Het doel is de kwaliteit van het onderwijs en het welbevinden van de medewerkers te<br />
vergroten.<br />
De resultaten van de metingen vormen een belangrijke basis voor de ontwikkeling van alle <strong>INOS</strong>-scholen in de komende<br />
jaren. De uitvoering vindt plaats in het voorjaar van <strong>2010</strong>.<br />
Extra inzet<br />
Waar onderwijskundige problemen werden gesignaleerd, heeft het College van Bestuur, bovenop de reguliere kwaliteitsbewaking<br />
en -verbeteringsactiviteiten, extra geïnvesteerd op Kbs John F. Kennedy, De Liduinaschool en op Kbs Effen om de<br />
kwaliteit een impuls te geven. Door de inzet van externe deskundigen (onder wie oud-onderwijsinspecteurs) heeft <strong>INOS</strong><br />
zichzelf de maat genomen. De mogelijke risico’s voor de toekomst zijn in beeld gekomen en worden nu preventief begeleid.<br />
Deze extra begeleiding heeft er onder meer toe geleid dat het project ‘Leren van Data 1’ en later ook ‘Leren van Data 2’ <strong>INOS</strong>breed<br />
van start is gegaan. Het opbrengstgericht werken heeft daarmee een flinke stimulans gekregen.<br />
3.2<br />
leren vAn dAtA<br />
In het schooljaar 2008-2009 is het project ‘Leren van Data’ gestart. <strong>INOS</strong>-scholen maken hierbij een zelfevaluatie op basis<br />
van de opbrengsten van het onderwijs. Met de directeuren en Interne Begeleiders (IB’ers) is nagedacht over de leerlingopbrengsten<br />
en de mogelijkheid om deze te verbeteren.<br />
Na een positief verlopen traject waaraan elf basisscholen hebben deelgenomen, is in het schooljaar 2009-<strong>2010</strong> ‘Leren van<br />
Data 2’ voor de vijftien overige basisscholen gestart. Na afronding hiervan in juni <strong>2010</strong> volgde voor alle 26 <strong>INOS</strong>-basisscholen<br />
een verdiepingstraject, waarin gekeken wordt hoe je op leerkrachtgedrag kunt sturen. De werkwijze wordt verder<br />
vertaald naar de teams.<br />
Het project beoogt het opbrengstgericht werken te stimuleren. Directeuren, IB’ers en TC’ers leren om met behulp van de<br />
resultaten te zien wat goed gaat en wat beter kan op leerling-, groeps- en schoolniveau. Uiteindelijk doel is de resultaten van<br />
taal en rekenen op de <strong>INOS</strong>-scholen te verbeteren. Tevens beoogt het IB’ers op te leiden als aanjager in dit proces van analyse<br />
en verbetering.<br />
Alle <strong>INOS</strong>-scholen kennen een uniforme systematiek om elkaar op de behaalde resultaten te kunnen aanspreken, wat uiteindelijk<br />
tot kwaliteitsverbetering leidt.<br />
De <strong>INOS</strong>-basisscholen kunnen hun resultaten zelf analyseren en trendanalyses maken.<br />
In het <strong>2010</strong> is het traject ‘Leren van Data 3’ gestart, waarin ruimte is voor verdere verbreding en verdieping. Verbreding door<br />
deelname van de SBO- en SO-scholen en verdieping door de team- coördinatoren bij dit traject te betrekken.<br />
Er is een eerste opzet gemaakt voor de ontwikkeling van een eigen zelfevaluatie-instrument voor de SBO-scholen én drie<br />
verschillende instrumenten voor onze SO-scholen. Aan deze uitdaging wordt door alle betrokkenen nog hard gewerkt.<br />
In <strong>2010</strong> heeft <strong>INOS</strong> geparticipeerd in het onderzoek om te komen tot de zogenoemde ‘Informatie - en interventiecanon Opbrengstgericht<br />
werken in het primair onderwijs’. Dit onderzoek heeft geresulteerd in twee publicaties ‘Weten en verbeteren’<br />
van Van Beekveld & Terpstra Organisatie Adviesbureau. Deze publicaties geven inzicht in de ontwikkelingen van opbrengstgericht<br />
werken als beleidsthema, maar ook hoe binnen verschillende geledingen van de organisatie gewerkt kan worden aan<br />
het verbeteren van de onderwijsopbrengsten.<br />
3.3<br />
cito eindtoets bAsisonderwiJs <strong>2010</strong><br />
Landelijk namen 5.764 scholen met in totaal 147.100 leerlingen deel aan de CITO Eindtoets Basisonderwijs <strong>2010</strong>. Van onze<br />
26 reguliere basisscholen hebben alle leerlingen van de groepen 8 deze Eindtoets gemaakt.<br />
Gemiddeld halen de <strong>INOS</strong>-basisscholen een bovengemiddeld resultaat op de CITO Eindtoets. Was er enkele jaren geleden<br />
nog sprake van een dalende trend, deze werd in de afgelopen jaren omgezet in een stijgende lijn.<br />
24 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 25
Jaar <strong>INOS</strong> Landelijk<br />
met correctie met correctie<br />
leerlinggewicht leerlinggewicht<br />
2007 536,1 534,8<br />
2008 535,6 534,9<br />
2009 536,0 535,2<br />
<strong>2010</strong> 536,2 535,2<br />
In grafiek:<br />
536,5<br />
536<br />
535,5<br />
535<br />
534,5<br />
534<br />
Deze scores houden rekening met de samenstelling van de leerlingpopulatie op de scholen. Deze samenstelling wordt in het<br />
leerlinggewicht uitgedrukt. Deze methode wordt ook door de inspectie van het onderwijs toegepast.<br />
De CITO-scores op de individuele basisscholen.<br />
Zoals eerder aangegeven beoordeelt de inspectie van het onderwijs scholen op basis van de gecorrigeerde CITO-score (correctie<br />
naar leerlinggewicht). Daarbij hanteert de onderwijsinspectie een bandbreedte waarbinnen het oordeel ‘voldoende’<br />
wordt gegeven. Onder ‘voldoende’ is het oordeel ‘onvoldoende’, daarboven ‘goed’. In de onderstaande grafiek is de ontwikkeling<br />
van alle basisscholen van <strong>INOS</strong> weergegeven ten opzichte van deze bandbreedte door de jaren heen.<br />
In <strong>2010</strong> behaalden de basisscholen van <strong>INOS</strong> de volgende resultaten:<br />
544.0<br />
542.0<br />
540.0<br />
538.0<br />
536.0<br />
534.0<br />
532.0<br />
530.0<br />
528.0<br />
Kbs Boomgaard, De<br />
2007 2008 2009 <strong>2010</strong><br />
Kbs Burchtgaarde, De<br />
Kbs Driezwing, De<br />
Kbs Eerste Rith, De<br />
Kbs Effen*<br />
Kbs Griffioen, De<br />
Kbs Hagehorst<br />
Kbs Helder Camera<br />
Kbs Jacinta<br />
Kbs Joseph, St.<br />
Kbs Kennedy, J.F.<br />
Kbs Keysermolen, De<br />
Kbs Liniedoorn, De<br />
Kbs Rosmolen, De<br />
Kbs Sint Maerte<br />
Kbs Spoorzoeker, De<br />
GLG landelijk gemiddelde<br />
<strong>INOS</strong> gemiddelde<br />
Resultaat Cito EB <strong>2010</strong><br />
bovengrens<br />
ondergrens<br />
*) Omdat minder dan 10 leerlingen de CITO Eindtoets hebben gedaan op Kbs Effen en Kbs De Watervlinder, wordt op die<br />
scholen met een andere normering gerekend. Omwille van de leesbaarheid van de grafiek hebben we die hier niet meegenomen.<br />
Beide scholen scoorden wel voldoende. Geen van de <strong>INOS</strong>-basisscholen scoorden onvoldoende op de CITO<br />
Eindtoets Basisonderwijs.<br />
Kbs Watervlinder*, De<br />
Kbs Weerijs, De<br />
Kbs Weilust<br />
Kbs Werft, De<br />
Kbs Wisselaar, De<br />
Kbs Zandberg, De<br />
In 2009 haalden onze basisscholen de volgende resultaten:<br />
In 2008 waren de resultaten als volgt:<br />
Enkele scholen hebben in voorgaande jaren op onderdelen onvoldoende resultaten behaald. Naar aanleiding hiervan heeft<br />
<strong>INOS</strong> ook in <strong>2010</strong> verschillende maatregelen getroffen om de resultaten nog verder te verbeteren:<br />
* Het ontwikkelen van een managementinformatiesysteem, waarin ook een signaleringssysteem is opgenomen dat in een<br />
vroegtijdig stadium leerachterstanden opspoort.<br />
* Het project ‘Leren van Data’, waarbij scholen zich verder bekwamen in het analyseren van de resultaten van het onderwijs<br />
en het opstellen van verbeter-activiteiten.<br />
* Extra ondersteuning leveren aan enkele scholen, zodat deze met behulp van een gericht plan van aanpak erin slagen<br />
de resultaten aanzienlijk te verbeteren.<br />
26 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 27<br />
542<br />
540<br />
538<br />
536<br />
534<br />
532<br />
530<br />
528<br />
526<br />
524<br />
542<br />
540<br />
538<br />
536<br />
534<br />
532<br />
530<br />
528<br />
526<br />
Kbs Boomgaard, De<br />
Kbs Boomgaard, De<br />
Kbs Burchtgaarde, De<br />
Kbs Burchtgaarde, De<br />
Kbs Driezwing, De<br />
Kbs Driezwing, De<br />
Kbs Eerste Rith, De<br />
Kbs Eerste Rith, De<br />
Kbs Effen*<br />
Kbs Effen*<br />
Kbs Griffioen, De<br />
Kbs Griffioen, De<br />
Kbs Hagehorst<br />
Kbs Hagehorst<br />
Kbs Helder Camera<br />
Kbs Helder Camera<br />
Kbs Jacinta<br />
Kbs Jacinta<br />
Kbs Joseph, St.<br />
Kbs Joseph, St.<br />
Kbs Kennedy, J.F.<br />
Kbs Kennedy, J.F.<br />
Kbs Keysermolen, De<br />
Kbs Keysermolen, De<br />
Kbs Liniedoorn, De<br />
Kbs Liniedoorn, De<br />
Kbs Rosmolen, De<br />
Kbs Rosmolen, De<br />
Kbs Sint Maerte<br />
Kbs Sint Maerte<br />
Kbs Spoorzoeker, De<br />
Kbs Spoorzoeker, De<br />
Kbs Watervlinder, De<br />
Kbs Watervlinder, De<br />
Kbs Weerijs, De<br />
Kbs Weerijs, De<br />
Kbs Weilust<br />
Kbs Weilust<br />
Kbs Werft, De<br />
Kbs Werft, De<br />
Kbs Wisselaar, De<br />
Kbs Wisselaar, De<br />
Kbs Zandberg, De<br />
Kbs Zandberg, De<br />
Resultaat Cito EB 2009<br />
bovengrens<br />
ondergrens<br />
Resultaat Cito EB 2008<br />
bovengrens<br />
ondergrens
3.4<br />
leerlingenAdMinistrAtie- en leerlingvolgsYsteeM<br />
Een bovenschoolse werkgroep is in 2009 aan de slag gegaan met de projectopdracht om voor geheel <strong>INOS</strong> een webbased,<br />
centraal leerlingenadministratie- (LAS) en leerlingvolgsysteem (LVS) in te voeren. Uiteindelijk is in 2009 de keuze voor<br />
ParnasSys gemaakt; de implementatie is begin <strong>2010</strong> gestart.<br />
Aangestuurd door een intern projectleider vanuit <strong>INOS</strong> zijn alle basisscholen eerst met het LAS-gedeelte en vervolgens vanaf<br />
maart met het LVS-gedeelte naar het nieuwe systeem overgegaan. Aansluitend aan de migratie is er bovenschoolse training<br />
georganiseerd voor administratieve krachten, IB’ers en directies. Voor de teams op de afzonderlijke scholen heeft vervolgens<br />
specifieke begeleiding plaatsgevonden.<br />
Inmiddels zijn ook de twee SBO-scholen gemigreerd naar het nieuwe systeem. Twee van de drie scholen voor Speciaal Onderwijs<br />
hebben het LAS gedeelte van ParnasSys in gebruik. Deze scholen nemen momenteel deel aan een landelijk experiment<br />
om ook het LVS gedeelte van ParnasSys zó in te richten dat dit ook in het Speciaal Onderwijs gebruikt kan worden.<br />
De meeste scholen zijn enthousiast over het gebruik van dit nieuwe systeem. Het belangrijkste criterium bij de keuze, de<br />
gebruiksvriendelijkheid voor de leerkrachten, blijkt een schot in de roos te zijn. Ook bovenschools wordt steeds meer gebruik<br />
gemaakt van het systeem. Allerlei kengetallen komen middels een druk op de knop naar boven bij het bestuursbureau. Nu<br />
bijvoorbeeld de groeitelling op bovenschools niveau wordt uitgevoerd, blijkt dat een erg handige mogelijkheid te zijn.<br />
Op schoolniveau zijn trajecten opgestart om ook de ouderportaal binnen ParnasSys te gaan gebruiken. Ouders kunnen<br />
daarbij inloggen in het systeem en de door de school beschikbaar gestelde informatie bekijken, zoals toetsresultaten en uit te<br />
voeren handelingsplannen. Bovendien werkt een aantal scholen inmiddels met digitale rapportage via het centrale systeem.<br />
3.5<br />
leerlingenAAntAllen<br />
In <strong>2010</strong> bezochten in totaal 10.439 leerlingen een <strong>INOS</strong>-school. Ten opzichte van voorgaande jaren betekent dit een zeer<br />
lichte daling. Een sterkere daling doet zich voor in het Speciaal Basisonderwijs en in het Speciaal Onderwijs; in het regulier<br />
Basisonderwijs stijgen de leerlingaantallen. De ontwikkeling in cijfers:<br />
Basisscholen SBO en (V)SO <strong>INOS</strong> totaal<br />
1 okt 2006 8.843 1.452 10.295<br />
1 okt 2007 8.800 1.438 10.238<br />
1 okt 2008 8.998 1.430 10.428<br />
1 okt 2009 9.020 1.421 10.441<br />
1 okt <strong>2010</strong> 9.133 1.306 10.439<br />
Het totaal aantal leerlingen per onderwijsvorm binnen <strong>INOS</strong> is als volgt verdeeld:<br />
Soort onderwijs 09/10 % 10/11 % verschil %<br />
Speciaal Onderwijs (V)SO 868 8,30% 819 7,88% -49 -0,47%<br />
Speciaal Basisonderwijs SBO 533 5,30% 487 4,96% -66 -0,63%<br />
Basisonderwijs 9.020 86,40% 9.133 87,16% +113 +1,08%<br />
Totaal <strong>INOS</strong> 10.441 10.439 -2<br />
De reguliere basisscholen<br />
Onderstaande grafiek geeft de ontwikkeling van het leerlingenaantal per school gedurende de laatste drie jaren weer. De<br />
volgorde wordt bepaald door de omvang van het leerlingenaantal in <strong>2010</strong>.<br />
In totaal tonen vijftien van de zesentwintig reguliere basisscholen een stijgende lijn in leerlingenaantal ten opzichte van<br />
2008. Acht scholen laten een daling zien en de overige drie scholen bleven gelijk. De grootste relatieve stijging (>5%) is te<br />
vinden bij Kbs Sinte Maerte, Kbs De Spoorzoeker, Kbs De Wegwijzer, Kbs De Boomgaard, Kbs De Wisselaar en Kbs Effen.<br />
Bij de stijgers valt de toename van het leerlingenaantal op Kbs Sinte Maerte (van 552 in 2008 naar 632 in <strong>2010</strong>) en op Kbs<br />
De Spoorzoeker (van 202 in 2008 naar 226 in <strong>2010</strong>) het meeste op.<br />
De grootste relatieve daling (>5%) in de afgelopen periode is te zien op Kbs Kievitsloop (van 396 in 2008 naar 299 in <strong>2010</strong>)<br />
en op Kbs De Rosmolen (van 205 in 2008 naar 183 in <strong>2010</strong>).<br />
De scholen met dalende leerlingenaantallen hebben extra aandacht vanuit het College van Bestuur, zowel wat betreft het<br />
onderwijskundige profiel als de wijze waarop ze hun public relations verzorgen.<br />
In situaties waarin sommige scholen groeien en andere krimpen, kan dankzij de bestuursaanstelling van de <strong>INOS</strong>-medewerkers<br />
de werkgelegenheid tot op heden worden gegarandeerd. De schaalgrootte van <strong>INOS</strong> blijkt in de praktijk derhalve<br />
positief uit te pakken.<br />
28 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 29<br />
Aantal leerlingen<br />
1000<br />
900<br />
800<br />
700<br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
0<br />
Effen<br />
De Watervlinders<br />
De Weerijs<br />
De Liniedoorn<br />
De Keijsersmolen<br />
De Burchtgaarde<br />
Hagehorst<br />
De Rosmolen<br />
De Wisselaar<br />
De Spoorzoeker<br />
De Werft<br />
De Wegwijzer<br />
De Driezwing<br />
Kievitsloop<br />
De Horizon<br />
Jacinta<br />
De Eerste Rith<br />
Helder Camera<br />
Petrus en Paulus<br />
St. Joseph<br />
J.F. Kennedy<br />
Weilust<br />
Sinte Maerte<br />
De Boomgaard<br />
1-10-2008 1-10-2009 1-10-<strong>2010</strong><br />
De Zandberg<br />
De Griffioen
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 54<br />
pArnAssYs<br />
BART HEIJNE, 39 JAAR<br />
TEAM- EN SCHOOLCOöRDINATOR KBS DE HORIZON<br />
Afgelopen jaar is ParnasSys op <strong>INOS</strong>-school De Horizon als schooladministratiesysteem ingevoerd.<br />
Aan de invoering zaten wat haken en ogen: er zijn een hoop knoppen en menu’s, functionaliteiten<br />
en ook onmogelijkheden waaraan men moest wennen.<br />
“Als zgn. voorhoedeschool lag het voor de hand dat onze school een workshop op de laatste<br />
Onderwijsdag verzorgde over het nieuwe leerlingvolg- en administratiesysteem”, aldus Bart.<br />
“Ik nam het algemene deel voor mijn rekening en mijn collega Simone de Meij vertelde over de<br />
leerlingenzorg. We hebben duidelijk gemaakt wat de mogelijkheden zijn van het nieuwe systeem<br />
en hoe en wat wij het op dit moment binnen De Horizon gebruiken.”<br />
Alle collega’s op De Horizon zijn inmiddels ingewerkt, er wordt dagelijks met het systeem gewerkt.<br />
Voorbeelden hiervan zijn het invoeren van de absenties en de cijfers van de wereldoriënterende<br />
vakken. Het is belangrijk dat je jezelf steeds afvraagt waar en welke informatie wordt ingevoerd.<br />
Lastig is wel dat je bij het werken met een computersysteem nooit een totaalbeeld voor ogen hebt.<br />
Je kunt niet alles in één oogopslag zien vanwege de beperkte overzichtelijkheid. “Daar hebben we<br />
een oplossing voor bedacht: een index in Word, in de dossiermappen op de server. De bekende<br />
map met handgeschreven notities zal altijd blijven bestaan”, stelt Bart.<br />
Bij het werken met een nieuw systeem loop je vanzelf tegen nieuwe problemen aan. Een praktisch<br />
voorbeeld daarvan is het schoolrapport. “Moet het rapport aangepast worden aan het systeem of<br />
andersom? Een lastige kwestie waarover we goed moeten nadenken.”<br />
Dat <strong>INOS</strong> verbindend wil zijn ziet Bart terug in het delen van de kennis tijdens de workshop.<br />
“Misschien droegen wij zelfs wel teveel informatie aan”, realiseert Bart zich. “De feedback<br />
was wisselend, omdat niet alle scholen even ver zijn in de invoeringsfase. Overigens, over<br />
belangstelling viel niets te klagen, twee keer volle bak.”<br />
Bart, sinds anderhalf jaar werkzaam op deze Prinsenbeekse <strong>INOS</strong>-school, heeft de ambitie zijn<br />
huidige functie nog lang te kunnen uitoefenen. “Ik vind het heerlijk om in een team te werken,<br />
zeker hier op De Horizon. Fijne collega’s, een prettige werksfeer, wat kan ik me meer wensen”,<br />
concludeert Bart tevreden.<br />
Foto: Simone de Meij verzorgde samen met Bart Heijne deze workshop.<br />
bArt heiJne<br />
30 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 31
Scholen voor Speciaal Basisonderwijs en Speciaal Onderwijs<br />
Onderstaande grafiek geeft de ontwikkeling van de leerlingenaantallen van de <strong>INOS</strong>-scholen voor Speciaal (Basis) Onderwijs<br />
gedurende de laatste drie jaren weer.<br />
Aantal leerlingen<br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
0<br />
SBO De Leye<br />
SBO Westerhagen<br />
SO Openluchtschool voor LZK<br />
SO/VSO Liduinaschool voor ZML<br />
Over het algemeen is er sprake van een dalende trend. De daling in de leerlingenaantallen is het meest duidelijk zichtbaar in<br />
de SBO-scholen, SO Openluchtschool voor LZK en SO/VSO Liduinaschool voor LZK. Hij is het minst zichtbaar op SO/VSO<br />
Mytylschool De Schalm. De daling is voor een groot deel te verklaren door de verdere professionele ontwikkeling van basisscholen,<br />
waardoor minder leerlingen naar het SBO zijn verwezen en door de aanscherping van de indicatiecriteria voor de<br />
REC-scholen.<br />
Relatieve cijfers<br />
Het totaal aantal leerlingen op reguliere basisscholen in de gemeente Breda is gestegen van 15.383 leerlingen op 1 oktober<br />
2009 naar 15.466 leerlingen op 1 oktober <strong>2010</strong>. Het aantal leerlingen binnen het basisonderwijs van <strong>INOS</strong> is in absoluut<br />
opzicht gestegen met 113 leerlingen. In relatief opzicht -ten opzichte van de andere lokale schoolbesturen- is het marktaandeel<br />
van <strong>INOS</strong> ook gestegen. In onderstaande tabel is dit in cijfers uitgedrukt.<br />
Schoolbestuur 2008 marktaandeel 2009 marktaandeel <strong>2010</strong> marktaandeel verschil %<br />
<strong>INOS</strong> (Regulier onderwijs) 8.998 58,90% 9.020 58,60% 9133 59,05% 113 0,73%<br />
Markant Openbaar onderwijs 2.081 13,60% 2.135 13,90% 2157 13,95% 22 0,14%<br />
Stichting Nutsscholen Breda 1.737 11,40% 1.726 11,20% 1724 11,15% -2 -0,01%<br />
SKO Ginneken 787 5,20% 829 5,40% 830 5,37% 1 0,01%<br />
PCPO Midden-Brabant 707 4,60% 713 4,60% 676 4,37% -37 -0,24%<br />
SKO Het Groene Lint 490 3,20% 510 3,30% 534 3,45% 24 0,16%<br />
Stichting Vrije School Breda 328 2,10% 298 1,90% 274 1,77% -24 -0,16%<br />
SIPO (Islamitische basisschool) 142 0,90% 152 1,00% 138 0,89% -14 -0,09%<br />
Eindtotaal 15.270 100,00% 15.383 100,00% 15.466 100,00% 83<br />
SO/VSO Mytylschool De Schalm<br />
1-10-2008 1-10-2009 1-10-<strong>2010</strong><br />
3.6<br />
inos tevredenheidsonderzoek<br />
<strong>INOS</strong>, een organisatie die zich elke dag bezig houdt om het ‘leren’ van haar leerlingen zo goed mogelijk te realiseren, heeft<br />
zichzelf in <strong>2010</strong> de maat genomen.<br />
Al het <strong>INOS</strong>-personeel is bevraagd op vele items die het werken op school aangaan. De onderwerpen varieerden van pedagogisch<br />
klimaat tot huisvesting, van Arbobeleid tot overblijven en van interactie met leerlingen tot DIG<strong>INOS</strong>.<br />
Het is de eerste keer dat binnen <strong>INOS</strong> een dergelijk onderzoek op alle scholen tegelijk plaatsvond. Niet alleen personeel<br />
en directie zijn bevraagd, ook ouders en leerlingen uit de bovenbouw. Daardoor is de tevredenheid van de verschillende<br />
doelgroepen op diverse thema’s met elkaar te vergelijken. De uitkomsten van de <strong>INOS</strong>-vragenlijsten zijn ook met landelijke<br />
resultaten vergeleken.<br />
In totaal werden 5900 vragenlijsten ingevuld, hetgeen een schat aan informatie heeft opgeleverd. Elke school trekt hier<br />
eigen conclusies uit en formuleert verbeterplannen. Op <strong>INOS</strong>-niveau hebben we de volgende cijfers beschikbaar. Het aantal<br />
ingevulde vragenlijsten is als volgt over de doelgroepen verdeeld:<br />
Management Onderwijzend Personeel Ondersteunend Personeel Ouders Leerlingen<br />
Aantal ingevulde<br />
vragenlijsten 48 774 268 2.012 2.798<br />
Respons 97% 81% 72% 28% 83%<br />
De gemiddelde respons varieert sterk. Het lage percentage ouders dat de vragenlijst heeft ingevuld is (landelijk gezien)<br />
normaal.<br />
Het gemiddelde rapportcijfer van heel <strong>INOS</strong> is een 7.7. Landelijk is dat ook 7.7. Binnen <strong>INOS</strong> scoort het onderwijzend personeel<br />
het minst hoog en leerlingen het hoogst. Leerlingen zijn blijkbaar over het geheel genomen meer tevreden dan hun<br />
leerkrachten. Uitgesplitst naar de verschillende doelgroepen zijn dit de gemiddelde cijfers:<br />
Gemiddeld rapportcijfer <strong>INOS</strong> Gemiddeld landelijk rapportcijfer<br />
Management 7.7 7.7<br />
Onderwijzend personeel 7.5 7.6<br />
Ondersteunend personeel 7.7 7.6<br />
Ouders 7.6 7.6<br />
Leerlingen 7.9 8.0<br />
32 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 33
De gemiddelde rapportcijfers per school:<br />
Kbs De Boomgaard 7,3<br />
Kbs De Burchtgaarde 7,9<br />
Kbs De Driezwing 7,6<br />
Kbs De Eerste Rith 7,8<br />
Kbs Effen 7,9<br />
Kbs De Griffioen 7,5<br />
Kbs Hagehorst 8,1<br />
Kbs Helder Camara 7,8<br />
Kbs De Horizon 7,7<br />
Kbs Jacinta 7,7<br />
Kbs St. Joseph 7,8<br />
Kbs John F. Kennedy 7,0<br />
Kbs De Keysersmolen 8,4<br />
Kbs Kievitsloop 7,7<br />
Kbs De Liniedoorn 7,3<br />
Kbs Petrus & Paulus 7,4<br />
Kbs De Rosmolen 7,2<br />
Kbs Sinte Maerte 7,7<br />
Kbs De Spoorzoeker 7,3<br />
Kbs De Watervlinder 7,3<br />
Kbs De Weerijs 8,0<br />
Kbs De Wegwijzer 8,1<br />
Kbs Weilust 7,4<br />
Kbs De Werft 8,0<br />
Kbs De Wisselaar 7,7<br />
Kbs De Zandberg 7,9<br />
SBO De Leye 7,7<br />
SBO Westerhage 7,5<br />
SO Openluchtschool voor LZK 8,1<br />
SO/VSO Liduinaschool voor ZML 7,7<br />
SO/VSO Mytylschool De Schalm 7,5<br />
Opvallende resultaten<br />
De hieronder beschreven resultaten zijn een gemiddelde van alle 31 <strong>INOS</strong>-scholen. De conclusies zijn dan ook algemeen.<br />
• Ouders zijn zeer tevreden over hun keuze voor één van de <strong>INOS</strong>-scholen. De school maakt hun verwachtingen goed<br />
waar en biedt leerlingen het onderwijs dat zij belooft. Ouders zouden opnieuw voor de huidige school kiezen en<br />
raden dat tevens andere ouders aan. Het geschetste beeld tijdens het kennismakingsgesprek, in de schoolgids en op<br />
de website komt volgens ouders zeer goed overeen met de werkelijkheid.<br />
• Over de begeleiding van leerlingen in de klas is men tevreden: leerkrachten leggen lesstof op begrijpelijke wijze uit,<br />
leerlingen krijgen adequaat antwoord op hun vragen en leerkrachten controleren of leerlingen de stof begrijpen.<br />
Leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt op school. Ook over de leer- en hulpmiddelen zijn alle ondervraag-<br />
den overwegend positief, hoewel men op sommige scholen een andere mening is toegedaan.<br />
• Leerlingen worden door het enthousiasme van leerkrachten gemotiveerd. Het contact tussen leerlingen en leer<br />
krachten verloopt goed, zo komt uit de scores naar voren. Leerkrachten tonen belangstelling voor wat leerlingen<br />
bezig houdt, aldus het management. Leerkrachten hebben goed oog voor het welbevinden van leerlingen en leer-<br />
krachten benaderen leerlingen positief.<br />
• Over ICT binnen de <strong>INOS</strong>-scholen lopen de meningen uiteen. Met name de mate waarin het ICT-aanbod samen-<br />
hangt met het lesaanbod leidt bij het management tot een wat lagere beoordeling. Leerlingen zelf zijn echter<br />
gemiddeld genomen tevreden over ICT op school.<br />
• Het pedagogisch klimaat wordt overwegend positief beoordeeld door alle ondervraagden. Leerlingen gaan graag<br />
naar school en in de groepen hangt een prettige sfeer, aldus de verschillende doelgroepen. De sfeer tussen de<br />
leerlingen onderling én de sfeer op school tussen leerlingen en leerkrachten is prettig, zo blijkt uit het onderzoek. De<br />
school besteedt voldoende aandacht aan orde en discipline vinden medewerkers van de school en de ouders.<br />
• De sociale omgang binnen de <strong>INOS</strong>-scholen leidt tot waardering onder de verschillende doelgroepen. De opvoedkundige<br />
aanpak van de verschillende scholen wordt gewaardeerd door management en ouders. De scholen<br />
besteden gemiddeld aandacht aan normen en waarden en de school heeft aandacht voor een goede omgang tussen<br />
leerlingen, zo blijkt uit de scores. Ook houden de <strong>INOS</strong>-scholen goed rekening met (culturele) verschillen tussen<br />
leerlingen. De leerkrachten gaan respectvol met leerlingen. Leerkrachten geven binnen <strong>INOS</strong> het goede voorbeeld,<br />
zo geven alle ondervraagden eenduidig aan.<br />
• Leerlingen voelen zich veilig op school en kunnen met problemen bij de leerkrachten terecht, stellen de betrokke-<br />
nen. De school reageert op een goede manier op negatief gedrag van leerlingen, aldus management en personeel.<br />
De school let goed op diefstal en vernielingen en ook het toezicht tijdens het overblijven wordt positief gewaardeerd<br />
door de verschillende betrokkenen. De school houdt toezicht op het schoolplein voor en na schooltijd. Met name de<br />
leerlingen zijn bovengemiddeld positief over dit toezicht.<br />
• De interactie met leerlingen leidt over het algemeen tot gemiddelde scores. Echter, de mate waarin leerkrachten<br />
openstaan voor kritiek van leerlingen wordt weer lager dan gemiddeld beoordeeld.<br />
• De ouderbetrokkenheid bij de <strong>INOS</strong>-scholen wordt positief gewaardeerd, alhoewel opgemerkt dient te worden dat<br />
het management en onderwijzend personeel (OP) alle vragen iets lager scoren dan het landelijk gemiddelde te zien<br />
geeft.<br />
• Onderwijzend personeel op veel <strong>INOS</strong>-scholen geeft aan dat de directies minder goed op de hoogte zijn van de gang<br />
van zaken op de school. Ook de mate waarin de directie bij problemen voldoende aanspreekbaar/beschikbaar is<br />
voor medewerkers, ontvangt een lagere beoordeling. Deze beoordeling heeft betrekking op de bovenschoolse directeuren<br />
die voor meerdere scholen werkzaam zijn.<br />
• De huisvesting wordt wisselend gewaardeerd. Tussen de scholen van <strong>INOS</strong> zijn grote verschillen af te lezen in de<br />
tevredenheid ten aanzien van de verschillende betrokkenen. De mate waarin het gebouw aantrekkelijk is voor<br />
leerlingen, de school een opgeruimde indruk maakt en het schoolgebouw goed ingericht is, leidt gemiddeld<br />
genomen tot een score die bij de verschillende doelgroepen rond het landelijk gemiddelde ligt. Bij een diepere<br />
analyse komt echter naar voren dat er grote verschillen bestaan tussen de <strong>INOS</strong>-scholen onderling.<br />
Ook de mate waarin de school over aantrekkelijk en goed meubilair beschikt, de school voldoende werkplekken<br />
voor medewerkers biedt en de school goed wordt schoongemaakt leidt tot uiteenlopende waarderingen.<br />
• De scholen van <strong>INOS</strong> bieden duidelijke informatie over doubleren en overgaan, zo geven managementleden en<br />
ouders aan. Ook verzorgt de school goede schoolkeuze- voorlichting, vinden management en ouders.<br />
De informatie over het systeem van leerlingenbegeleiding wordt lager dan gemiddeld beoordeeld door management<br />
en onderwijzend personeel.<br />
• Over het algemeen worden de websites en nieuwsbrieven van <strong>INOS</strong>-scholen gemiddeld beoordeeld. Ouders zijn<br />
goed op de hoogte van besluiten die voor de school genomen zijn.<br />
• Managementleden geven aan dat leerlingen niet altijd op de hoogte zijn van het feit dat de school een schoolvertrouwenspersoon<br />
heeft. Ook weten leerlingen niet precies wat de schoolvertrouwenspersoon doet. Ouders zijn<br />
minder goed op de hoogte van de vertrouwensregeling binnen <strong>INOS</strong>, maar deze score is landelijk herkenbaar en<br />
gemiddeld.<br />
• Vergaderingen binnen de <strong>INOS</strong>-scholen worden door personeelsleden als iets minder effectief beschouwd. Althans,<br />
zij scoren lager dan landelijk gemiddeld. De MR en GMR worden over het algemeen positief gewaardeerd door de<br />
verschillende betrokkenen.<br />
34 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 35
• De organisatie van het tussenschools overblijven door Kober groep is ook geëvalueerd door de verschillende betrokkenen.<br />
Opvallend is dat de leerlingen het minst positief zijn over de mate waarin zij het naar hun zin hebben tijdens<br />
het overblijven. Al met al is men redelijk tevreden over de organisatie van het overblijven, hoewel leerlingen daar<br />
soms anders over denken. Qua ruimte is er echter zeker een en ander te verbeteren. Ook de pedagogische aanpak<br />
van de overblijfmedewerkers en het pedagogisch klimaat zijn aandachtspunten die zeker verbetering behoeven.<br />
Daarnaast wordt door ouders de hoge prijs voor het overblijven -in verhouding tot de geleverde kwaliteit- als punt<br />
van zorg genoemd.<br />
Deze resultaten zijn door <strong>INOS</strong> aangegrepen om met Kober groep over de tariefstructuur en de kwaliteitsverhoging<br />
van de overblijfmedewerkers in overleg te gaan.<br />
Het is de bedoeling dat dit onderzoek over een aantal jaren herhaald wordt. Dan kan gemeten worden welke effecten de<br />
verbeteractiviteiten hebben gesorteerd.<br />
3.7<br />
oordelen inspectie vAn het onderwiJs<br />
Elk jaar overlegt de Inspectie van het Onderwijs met het College van Bestuur om het toezicht- arrangement voor de <strong>INOS</strong>scholen<br />
vast te stellen. Daarbij werkt de Inspectie volgens de uitgangspunten van risicogericht toezicht. Dit houdt in dat ze<br />
scholen intensiever volgt naarmate er meer risico’s zijn gesignaleerd.<br />
In het jaar <strong>2010</strong> is de verwachting dat alle <strong>INOS</strong>-scholen het basisarrangement zouden ontvangen helaas niet waar gemaakt.<br />
Kbs John F. Kennedy heeft weliswaar het verscherpt toezicht succesvol omgezet in een basisarrangement, maar daar<br />
tegenover staat het feit dat SBO Westerhage in <strong>2010</strong> het kwaliteitsoordeel ‘Zwak’ toegewezen heeft gekregen. Wel vallen alle<br />
<strong>INOS</strong>-basisscholen nu onder het basisarrangement.<br />
Daarnaast was het in <strong>2010</strong> bijzonder dat de onderwijsinspectie zes <strong>INOS</strong>-scholen heeft bezocht in het kader van de zogenaamde<br />
‘Bestandsopname’ als uitvloeisel van de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (OKE). DE <strong>INOS</strong>scholen<br />
scoren daar opvallend positief.<br />
In <strong>2010</strong> heeft de Inspectie de volgende bezoeken uitgevoerd:<br />
• Periodiek KwaliteitsOnderzoek op SBO Westerhage: Oordeel ‘Zwak’.<br />
• Voortgangsonderzoek en Onderzoek naar KwaliteitsVerbetering op John. F. Kennedy: Oordeel ‘Zwak’ is omgezet<br />
in ‘Basisarrangement’.<br />
• Periodiek Kwaliteitsonderzoek in combinatie met themaonderzoek naar Automatiseren bij Rekenen-Wiskunde op<br />
Kbs De Zandberg: Oordeel verlenging van ‘Basisarrangement’.<br />
• Bestandsopname VVE-locaties op Kbs De Watervlinder, Hagehorst, De Liniedoorn, Kbs De Wisselaar,<br />
Kbs De Weerijs en Kbs De Keysersmolen.<br />
<strong>INOS</strong> is er van overtuigd dat in 2011 alle scholen het basisarrangement zullen behalen.<br />
3.8<br />
excellente inos-scholen<br />
In het jaar <strong>2010</strong> heeft Joop Smits, oud-onderwijsinspecteur, in samenwerking met de Universiteit Tilburg, in Noord-Brabant<br />
95 kleurrijke scholen (veel leerlingen met een zogenaamd leerlinggewicht) onder de loep genomen. Hieruit zijn eind <strong>2010</strong><br />
de <strong>INOS</strong>-scholen Kbs De Keysersmolen en Kbs De Liniedoorn naar voren gekomen als excellente, kleurrijke scholen. Vanzelfsprekend<br />
zijn <strong>INOS</strong> en deze scholen trots op dit bereikte resultaat.<br />
Het onderzoek richtte zich op de leerwinst die leerlingen van groep 3 tot en met groep 8 hebben bereikt. Slechts 8 van de 95<br />
onderzochte scholen kregen de status ‘excellent’.<br />
Deze Excellente Scholen zijn verder onderzocht om te achterhalen wat het ‘geheim’ is van de positieve onderwijsresultaten.<br />
De resultaten van dit onderzoek zijn vastgelegd in de onderzoekspublicatie: ‘Werkelijke excellentie is schaars. Kenmerken van<br />
kleurrijke scholen, doorsnee en excellent’. Deze publicatie heeft in het onderwijsveld brede landelijke aandacht gekregen.<br />
inos onderwiJskAnsenscholen ziJn<br />
excellente scholen.<br />
36 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 37
4<br />
pAssend onderwiJs<br />
4.1<br />
lAndeliJke ontwikkelingen rond pAssend onderwiJs<br />
Eind 2009 heeft er een heroverweging Passend Onderwijs plaatsgevonden. Staatssecretaris Dijksma kondigde een koerswijziging<br />
aan naar aanleiding van de evaluatie van de ECPO (Evaluatiecommissie Passend Onderwijs). ECPO had gemeld dat<br />
Passend Onderwijs zou ontaarden in ‘bestuurlijke drukte’. Het ging teveel over de structuur van het nieuwe systeem en te<br />
weinig over de inhoud. Er waren ook weinig initiatieven uit het veld gekomen, omdat in het veld veel onzekerheid bestond<br />
over de dreigende budgetfinanciering (in plaats van de open-eind-financiering van het Speciaal Onderwijs).<br />
De vorming van regionale netwerken was niet langer verplicht en ook de noodzaak om tot één loket te komen verviel. De<br />
verdere uitwerking van een nieuwe koers werd in handen gelegd van de sectorraden. Tegelijkertijd bleef men zich ernstige<br />
zorgen maken over de financiële en personele consequenties die de beleidswijzigingen met zich mee zouden brengen.<br />
Vanwege de val van het kabinet Balkenende IV werd de voortgang Passend Onderwijs vertraagd. In de zomer verscheen het<br />
door de sectorraden opgesteld Landelijk Referentiekader, een werkdocument dat als doel had én heeft de omslag naar Passend<br />
Onderwijs inhoudelijk te ondersteunen.<br />
In de zomer werd een eerste bezuinigingsronde op de Ambulante Begeleiding aangekondigd die per 1 augustus <strong>2010</strong> is ingegaan.<br />
Het betrof de vermindering van de LGF (Leerling Gebonden Financiering, ook wel rugzakje genoemd) in het SBO, plus<br />
een bezuiniging van ongeveer 13,6% op de bekostiging van de Ambulante Begeleiding.<br />
In oktober trad het nieuwe kabinet Rutte aan. Dit kabinet heeft zich o.a. ten doel gesteld 18 miljard te bezuinigen. In de<br />
verdere uitwerking van Passend Onderwijs worden nog meer bezuinigingen verwacht.<br />
4.2<br />
regionAle ontwikkelingen rond pAssend onderwiJs<br />
Op initiatief van <strong>INOS</strong> wordt sinds 2008 in de regio op het gebied van Passend Onderwijs samengewerkt. Medio 2009 is<br />
deze samenwerking bekrachtigd door de ondertekening van een intentieverklaring. Daarmee werd het Regionaal Netwerk<br />
Passend Onderwijs Optimale Onderwijs Kans (OOK) een feit. Van het netwerk maken 44 schoolbesturen voor Primair en<br />
Voortgezet Onderwijs deel uit. Zij vertegenwoordigen tesamen 192 scholen met ± 38.000 leerlingen in het PO en ± 22.000<br />
leerlingen in het VO. De regio beslaat twaalf gemeenten en valt geografisch samen met het Samenwerkingverband VO. <strong>INOS</strong><br />
is voorzitter van dit verband.<br />
Eén van de opdrachten die het Regionaal Netwerk Passend Onderwijs OOK zich heeft gesteld, betreft de inrichting van een<br />
dekkend onderwijs- en zorgcontinuüm. Dit houdt in dat er voor elk kind een passende onderwijsvoorziening is. De zorgplicht<br />
komt bij de schoolbesturen te liggen.<br />
Ondanks de heroverweging van de staatssecretaris eind 2009, is binnen OOK besloten de samenwerking in het netwerk te<br />
continueren. Er zijn veel onderwerpen die het beste op regionaal niveau kunnen worden aangestuurd. Leerlingenstromen<br />
houden zich niet aan gemeentegrenzen. Voor ouders en leerlingen is het belangrijk dat onderwijs- en jeugdbeleid regionaal<br />
is afgestemd. De gemeenten in de regio zijn de eerst aangewezen partners als het gaat om afstemming met partijen met<br />
regieverantwoordelijkheid. Afstemming in onderwijs- en jeugdbeleid betreft met name de ZAT’s, de CJG’s, het schoolmaatschappelijk<br />
werk en de jeugdgezondheidszorg. In <strong>2010</strong> heeft OOK twee conferenties georganiseerd met de wethouders<br />
Jeugd en Onderwijs van de betrokken gemeenten. Verder zijn er in <strong>2010</strong> verschillende bijeenkomsten georganiseerd om<br />
leerkrachten en ouders te informeren over de ontwikkelingen op het gebied van Passend Onderwijs. Via de nieuwsbrief OOK<br />
worden betrokkenen op de hoogte gehouden van deze ontwikkelingen.<br />
4.3<br />
inos en pAssend onderwiJs<br />
Binnen <strong>INOS</strong> bestaat een strategische projectgroep Passend Onderwijs. In deze projectgroep hebben directeuren van scholen<br />
voor (Speciaal) Basisonderwijs, Speciaal Onderwijs en van de dienst Ambulante Begeleiding zitting, evenals de coördinator<br />
van het Samenwerkingsverband en een beleidsmedewerker vanuit het bestuursbureau. In <strong>2010</strong> is de projectgroep nog<br />
enkele maanden ondersteund door een extern adviseur.<br />
De projectgroep heeft in het verslagjaar veel initiatieven ondersteund, activiteiten aangejaagd, ontwikkelingen gevolgd,<br />
de samenhang bewaakt en geadviseerd over de richting waarop <strong>INOS</strong> in de toekomst verder vorm kan geven aan het brede<br />
beleidsterrein ‘Passend Onderwijs’.<br />
Er liepen ook in <strong>2010</strong> verschillende projecten en activiteiten, die tot ver in de toekomst zullen reiken:<br />
• De ontwikkeling en positionering van het SBO.<br />
• De verdere ontwikkeling van Flexinos, het Kenniscentrum voor Ambulante Begeleiding.<br />
• De samenwerking met de begeleiders van het SBO.<br />
• Het initiëren van een Ouderplatform.<br />
• Het verder ontwikkelen van de ontwikkeling van het Crisis Advies Team naar een ZAT.<br />
• Pilots Passend Onderwijs (‘Echt samen naar school’).<br />
• Het werken aan de verdere ontwikkeling van de PCL.<br />
• De verbinding tussen PO en VO.<br />
• Het uitwerken van ervaringen die bij studiereizen in Toronto en Graz zijn opgedaan.<br />
• De competentieontwikkeling.<br />
• Het beleid Passend Onderwijs voor meer- en hoogbegaafde leerlingen.<br />
• De opzet van de professionele leergemeenschappen Gedrag- en Klassenmanagement en Hoogbegaafdheid.<br />
<strong>INOS</strong> ligt op koers voor Passend Onderwijs. De zorg komt naar de leerling waar dat kan en zo niet, dan zijn er hoogwaardige<br />
voorzieningen waar ouders hun kind aan kunnen toevertrouwen. Ondanks de onzekerheid over de voortgang van Passend<br />
Onderwijs vanuit het ministerie, worden de ontwikkelingen binnen <strong>INOS</strong> voortgezet.<br />
Sinds 2009 is <strong>INOS</strong> gestart met een Crisis Advies Team (CAT). Doel van dit team is het doorbreken van handelingsverlegenheid<br />
op het moment van crisis (een casus met een urgent karakter) bij een leerling of groep. Het CAT komt in beeld op het<br />
moment dat de zorgstructuur op de school niet (meer) volstaat. Het CAT denkt mee met de directeur en IB’er en gaat na of<br />
alle mogelijkheden binnen het onderwijszorgcontinuüm zijn benut.<br />
Het CAT is een tijdelijke voorziening, vooruitlopend op het Zorg Advies Team (ZAT). Contactpersoon en projectleider is<br />
de coördinator WSNS. Leden zijn de directeur SBO en één van de directeuren BaO. Vanaf de start van het CAT zien we een<br />
geleidelijk verschuiving van aanmelding van een crisis naar een preventieve, meestal telefonische consultatie.<br />
38 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 39
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 46<br />
cAnAdA:<br />
een levendig voorbeeld vAn pAssend onderwiJs<br />
FEMKE STREPPEL, 36 JAAR<br />
LEERKRACHT EUREKA! EN TRAJECTBEGELEIDER OPENLUCHTSCHOOL, EEN <strong>INOS</strong>-<br />
SCHOOL VOOR SPECIAAL ONDERWIJS<br />
Collega’s van <strong>INOS</strong>-scholen voor speciaal Onderwijs Mytylschool De Schalm en De<br />
Openluchtschool en van Flexinos, Kenniscentrum voor Ambulante Begeleiding hebben in<br />
november 2009 een studiereis naar Toronto gemaakt. Zij hebben daar kennis gemaakt met het<br />
bestaande onderwijs(systeem).<br />
Terugblikkend op de reis vat Femke het kernachtig samen: “Denk in mogelijkheden!” In Canada<br />
denkt iedereen in mogelijkheden i.p.v. in beperkingen. Alle betrokkenen bij het kind vragen zich<br />
steeds af hoe zij kunnen helpen. Maar tevens wordt de vraag aan de leerling gesteld wat die zelf<br />
al kan. De betrokkenheid van de leerlingen is groot, samen met de ouders denken zij na over de<br />
leerdoelen die gehaald moeten worden.<br />
De scholen die bezocht werden zijn echte buurtscholen, waar alle kinderen terecht kunnen. Ook<br />
kinderen met een beperking vinden er onderdak. Op bepaalde momenten volgen zij aangepaste<br />
lessen om vervolgens weer terug te keren in de eigen groep.<br />
De kwetsbare kinderen worden dus niet uit hun eigen vertrouwde woonomgeving gehaald zoals in<br />
Nederland. De <strong>INOS</strong>-kernwaarde ‘omgevingsbewust’ is hier realiteit.<br />
De leerkrachten zijn trots op hun beroep, dragen dat ook duidelijk uit. Opvallend is het<br />
onderhouden van de bekwaamheden. Er wordt in de avonduren en in vakanties gestudeerd,<br />
terwijl de kosten uit de eigen portemonnee worden betaald. “Je bent verplicht aan je eigen<br />
bekwaamheden te blijven werken”, zegt Femke. “Sterker nog: een school heeft de mogelijkheid<br />
om bekwamere leerkrachten binnen te halen, die de kwaliteit van het onderwijs verhogen.<br />
Geheimzinnig wordt daar niet over gedaan. Integendeel, de organisatie is erg transparant, van de<br />
werkvloer tot aan het bestuur.”<br />
Bijzonder vond Femke -en met haar de meegereisde collega’s- de betrokkenheid van het Canadese<br />
bedrijfsleven. Het is de normaalste zaak van de wereld dat leerlingen, ook die met een beperking,<br />
stage lopen in een bedrijf. Bedrijven zien het als een maatschappelijke taak om leerlingen<br />
werkervaring te laten opdoen. Dat alles geredeneerd vanuit de overtuiging dat je voor elkaar zorgt.<br />
De leerlingen en leerkrachten voelen zich er welkom, terwijl bedrijven trots zijn op hun stagiaires.<br />
Het verzorgen van de workshop op de <strong>INOS</strong> Onderwijsdag van vorig jaar was spannend, geeft<br />
Femke toe. “Ik kijk er wel met een tevreden gevoel op terug. We ontvingen positieve feedback en<br />
hopen met onze presentatie collega’s geïnspireerd én aan het denken gezet te hebben.”<br />
Wat haar persoonlijke ambities betreft wenst Femke zichzelf toe alles over Eureka! te weten te<br />
komen. “Ik werk er immers pas sinds 1 februari jl.”<br />
feMke<br />
streppel<br />
40 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 41
4.4<br />
weer sAMen nAAr school (wsns-inos)<br />
Het Samenwerkingsverband WSNS-<strong>INOS</strong> bestaat uit 26 basisscholen en twee scholen voor Speciaal Basisonderwijs met als<br />
doel het vormen, in stand houden, verbreden en professionaliseren van een kwalitatief hoogwaardig samenwerkingsverband.<br />
Het Samenwerkingsverband tracht dit te bereiken door:<br />
• het organiseren van een effectieve besluitvorming over de zorgmiddelen die het Samenwerkingsverband ontvangt.<br />
• het opstellen van een zorgplan en een jaarverslag op het niveau van het Samenwerkingsverband en een zorgplan<br />
per school.<br />
• het inrichten en in stand houden van een Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL).<br />
• het vormgeven en in stand houden van een netwerk van Interne Begeleiders (IB-netwerk). Bij dit netwerk sluiten<br />
ook de drie <strong>INOS</strong>-scholen voor Speciaal Onderwijs en de Ambulante Dienst aan.<br />
Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL)<br />
In de procedure voor verwijzingen naar het Speciaal Basisonderwijs neemt de PCL een belangrijke positie in. De functies van<br />
de PCL zijn:<br />
• Beoordelen: de wettelijk verplichte taak m.b.t. het bepalen van de toelaatbaarheid van leerlingen tot het SBO.<br />
• Adviseren: het geven van adviezen aan scholen en ouders voor zover deze rechtstreeks voortvloeien uit de<br />
behandeling van de aangemelde leerlingen.<br />
• Monitoren: het monitoren van belangrijke aspecten die te maken hebben met de aangemelde leerlingen in relatie<br />
tot de opdracht van het bestuur van het Samenwerkingsverband. Denk aan het registreren van het<br />
aantal aangemelde leerlingen, het aantal afgegeven beschikkingen en verwijzingen naar de Regionale<br />
Expertisecentra. Maar ook aan aspecten die te maken hebben met kindkenmerken van de aangemelde<br />
leerlingen, de handelingsverlegenheid van de basisschool en de procedurele zorgvuldigheid.<br />
De monitor kan leiden tot conclusies en aanbevelingen. Het bestuur van het Samenwerkingsverband is vrij, om in overleg<br />
met de scholen, een aantal aanbevelingen om te zetten in acties voor het daaropvolgende jaar.<br />
De PCL heeft hiervoor in <strong>2010</strong> de volgende activiteiten ondernomen:<br />
• Tien overlegmomenten waarin beslissingen over aanmeldingen worden genomen.<br />
• Indien nodig voor een goede beoordeling van een dossier, vindt er een hoorzitting plaats. In <strong>2010</strong> is dit negen keer g<br />
gebeurd.<br />
• Deelnemen aan het regionale netwerk PCL.<br />
• ‘Kinderen met een positieve PCL-beschikking in het basisonderwijs’, ook wel SBO-rugzak genoemd.<br />
• Het uitbrengen van een jaarverslag en een PCL-monitor en die in het Directeurenberaad bespreken.<br />
Kwantitatieve analyse<br />
De volgende tabel geeft het aantal aanmeldingen en de verwijzingspercentages over de laatste vier jaar weer:<br />
Naam school 01-10-2007 01-10-2008 01-10-2009 01-10-<strong>2010</strong><br />
aantal % aantal % aantal % aantal %<br />
De Boomgaard 11 1.65 7 1.03 4 0.6 2 0.27<br />
De Burchtgaarde 2 0.98 0 0 3 1.9 2 1.27<br />
De Driezwing 1 0.36 3 0.75 2 0.8 0 0<br />
De Eerste Rith 2 0.56 2 0.55 3 0.8 7 1.76<br />
De Griffioen 4 0.48 1 0.12 0 0 3 0.34<br />
De Horizon 1 0.28 0 0 0 0 5 1.39<br />
De Keysersmolen 0 0 2 1.33 2 1.3 1 0.66<br />
De Liniedoorn 3 2.13 1 0.72 2 1.6 2 1.61<br />
De Rosmolen 1 0.44 0 0 5 2.4 1 0.51<br />
De Spoorzoeker 3 1.69 6 2.22 2 1 1 0.46<br />
De Watervlinder 1 0.79 2 1.64 2 1.6 0 0<br />
De Weerijs 3 2.40 2 1.63 4 3.4 0 0<br />
De Wegwijzer 1 0.43 0 0 0 0 3 1.27<br />
De Werft 3 1.10 1 0.40 2 0.8 1 0.45<br />
De Wisselaar 6 3.14 1 0.58 2 1.20 1 0.56<br />
De Zandberg 2 0.29 5 0.54 2 0.3 3 0.38<br />
Effen 0 0 1 1.30 0 0 0 0<br />
Hagehorst 2 0.95 3 1.58 3 1.7 2 1.08<br />
Helder Camara 1 0.26 1 0.26 5 1.3 2 0.50<br />
Jacinta 1 0.27 3 0.55 3 0.8 2 0.54<br />
John F. Kennedy 9 1.75 9 1.82 9 1.7 1 0.19<br />
Kievitsloop 4 0.82 4 0.92 3 0.8 0 0<br />
Petrus & Paulus 3 0.75 7 1.69 1 0.2 3 0.66<br />
Sinte Maerte 1 0.22 5 1.01 2 0.4 2 0.34<br />
St. Joseph 1 0.24 2 0.44 6 1.3 4 0.89<br />
Weilust 3 0.60 2 0.20 5 1 2 0.38<br />
Totaal 69 0.87 70 0.73 72 0.8 50 0.59<br />
Het totale verwijzingspercentage van alle scholen van het SWV WSNS-<strong>INOS</strong> op de peildatum 1 oktober <strong>2010</strong> bedraagt 0,59.<br />
Ten opzichte van de peildatum 1 oktober 2009 is er sprake van een serieuze daling. Als gevolg hiervan is ook het totale<br />
deelnemerspercentage structureel dalende van 3,5% in 2008 naar 2,7% in <strong>2010</strong>. De stellige verwachting is dat deze dalende<br />
trend zich in 2011 zal voortzetten.<br />
<strong>INOS</strong>-netwerk Interne Begeleiding<br />
Het IB-netwerk is het netwerk van de aan de <strong>INOS</strong>-scholen werkzame Intern Begeleiders. Zij vormen de spil van de leerlingenzorg<br />
binnen de basisschool. Er is een grote diversiteit aan taken zoals het coördineren van de leerling- en groepsbesprekingen,<br />
het onderhouden van het leerling- en onderwijsvolgsysteem (LOVS), het begeleiden van leerkrachten en ouders.<br />
Dit vraagt ontwikkeling in deskundigheid. Het delen van ervaringen in een netwerk kan een goede bijdrage leveren aan de<br />
professionele ontwikkeling van de Intern Begeleider.<br />
Ook dit jaar hebben er weer vijf netwerkbijeenkomsten plaatsgevonden én een studiedag met directeuren en Intern Begeleiders.<br />
Verder heeft er een scholing 1-zorgroute plaatsgevonden en is het project ‘Leren van data’ verbreed en verdiept. Ook is er een<br />
bijeenkomst geweest om wegwijs te raken in het leerlingvolgsysteem van ParnasSys.<br />
42 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 43
4.5<br />
speciAAl bAsisonderwiJs bredA<br />
In <strong>2010</strong> is de missie en visie van SBO Breda opnieuw geformuleerd. Met name de visie op leren, onderwijsaanbod en<br />
begeleiding heeft een stevige impact op de ontwikkeling van het onderwijs op school. Voor de leerlingen wordt het ontwikkelingsperspectief<br />
(OPP) vastgesteld en op basis daarvan de leerrendementsverwachtingen voor een bepaalde periode. De te<br />
realiseren tussendoelen kennen hoge verwachtingen. Op basis van die verwachtingen wordt er naar gestreefd dat de leerlingen<br />
uitstromen op het didactisch niveau dat hoort bij de mogelijkheden van de individuele leerling. Er zijn inmiddels diverse<br />
trajecten gestart om deze visie te implementeren: 1-zorgroute, handelingsgericht werken, het directe instructiemodel, het<br />
werken met nieuwe groepsplannen en Leren van Data.<br />
Binnen het traject Passend Onderwijs slaagt het SBO er in zich goed te positioneren. Eén van de nieuwe ontwikkelingen in<br />
<strong>2010</strong> is de samenwerking met REC-4. Zo is er een gezamenlijke pilot ‘Op de rails/Herstart’ begonnen, bedoeld voor leerlingen<br />
die met name door gedragsproblematiek het risico lopen ‘thuiszitter’ te worden. Door een (tijdelijk) intensief ondersteunings-<br />
en onderwijs- aanbod binnen het SBO, wordt geprobeerd de leerling weer zo snel mogelijk op de rails te krijgen. Mede<br />
op basis van de opbrengsten van deze pilot worden verdergaande mogelijkheden voor samen- werking onderzocht.<br />
Er zijn ook stevige slagen gemaakt in het fusietraject Westerhage/De Leye naar één SBO-organisatie. Zo is er één gezamenlijke<br />
zorgstructuur tot stand gekomen en is het nieuwe Meerjaren Strategisch Beleidsplan op het hele SBO van toepassing.<br />
Er is een bestuurlijke werkgroep ‘Toekomst SBO’ ingericht, waarin de Samenwerkingsverbanden WSNS Regio Land van Nassau<br />
en WSNS <strong>INOS</strong> gezamenlijk tot een aantal strategische beleidskeuzes voor het SBO zullen komen.<br />
Ook in <strong>2010</strong> nam het aantal leerlingen verder af. Daarom is in augustus <strong>2010</strong> de locatie Hooilaan afgestoten. Dit betekent<br />
dat alle leerlingen van Westerhage vanaf dat moment op de locatie Ruusbroecstraat zijn ondergebracht.<br />
4.6<br />
speciAAl onderwiJs<br />
“Regulier als het kan, speciaal als het moet, maar altijd passend.”<br />
<strong>INOS</strong> heeft drie regionale scholen voor Speciaal Onderwijs. Mytylschool De Schalm voor kinderen met een lichamelijk beperking,<br />
Openluchtschool Breda voor chronisch zieke kinderen en De Liduinaschool voor zeer moeilijk lerende kinderen. De<br />
scholen zijn onderdeel van het Regionaal Expertise Centrum West-Brabant, cluster 3.<br />
Voor de speciale scholen van <strong>INOS</strong> betekent Passend Onderwijs een beroep op het versterken van de eigen kwaliteit en het<br />
zoeken van verbinding met het regulier onderwijs. Dit alles om te komen tot passende arrangementen voor leerlingen met<br />
bijzondere behoeften, liefst in de eigen school. In <strong>2010</strong> lag het accent op het resultaatgericht werken, het werken aan het<br />
ontwikkelings- perspectief, het opbouwen van een nieuw leerlingvolgsysteem en het uitzetten van uitstroom- profielen. Deze<br />
thema’s zullen ook in 2011 en 2012 veel energie vergen.<br />
In <strong>2010</strong> is een start gemaakt met het project ‘De leraar als regisseur’. Het is een onderzoek naar de nieuwe rol van de gespecialiseerde<br />
leraar in de speciale scholen en Passend Onderwijs. In 2011 moet het project gaan lopen en de financiering<br />
rondkomen. Voor een deel van de kosten moet nog subsidie gevonden worden.<br />
Mytylschool De Schalm<br />
Organisatorisch heeft dit jaar vooral in het teken gestaan van de aanstaande verhuizing van de SO-afdeling begin 2011 naar<br />
een andere locatie in Breda.<br />
Communicatie was dit jaar het sleutelwoord op De Schalm. Er wordt veel gecommuniceerd op De Schalm: tussen personeel,<br />
ouders, leerlingen, therapeuten en vele anderen. In <strong>2010</strong> was er veel aandacht voor een belangrijk communicatiemiddel: het<br />
Tevredenheidsonderzoek. Dit onderzoek leidde tot de bouwstenen van een nieuw Meerjaren Beleidsplan, waarmee in het<br />
najaar gestart is. Communiceren kun je leren en dat hebben veel personeelsleden gedaan tijdens de cursus ‘Feedback geven’.<br />
Openluchtschool Breda<br />
De energie is gericht op onderwijsverandering en communicatie door:<br />
• het project Leerlijnen van de WEC-Raad en het Rekenverbetertraject van de PO-Raad.<br />
• communicatietrainingen voor de leden van het managementteam en een selectie van leerkrachten.<br />
Na het afronden van de verbouwing is het ontwerp van de schooltuin voor de leerlingen tot stand gekomen en is samen met<br />
de leerlingen een begin met de aanleg ervan gemaakt. In 2011 zullen de leerlingen voor het eerst gaan zaaien en oogsten.<br />
De Liduinaschool<br />
De Liduinashool neemt deel aan het Rekenverbetertraject van de PO-Raad.<br />
Er is daarnaast veel energie gestoken in een nieuwe organisatie van het onderwijs. Door het aflopen van de Europese subsidie<br />
(ESF) was een aanpassing van de personele inzet noodzakelijk. Er is fors ingezet op de ontwikkeling van de Zelfverantwoordelijke<br />
Teams en Teamcoördinatoren.<br />
4.7<br />
flexinos kenniscentruM voor AMbulAnte begeleiding<br />
Op 9 januari 2009 is het kenniscentrum FLEX<strong>INOS</strong> officieel geopend. Deze naam is een combinatie van FLexibel Expertisecentrum<br />
van <strong>INOS</strong>.<br />
De Ambulant Begeleiders (AB’ers) van FLEX<strong>INOS</strong> zijn gespecialiseerde leerkrachten die afkomstig zijn uit de drie scholen<br />
voor Speciaal Onderwijs van <strong>INOS</strong>. Zij voeren als slogan ‘Onderweg voor onderwijs’, voor leerlingen in het PO, VO en MBO.<br />
De missie van FLEX<strong>INOS</strong> is om leerlingen met beperkingen door ondersteuning meer kansen te bieden in het reguliere<br />
onderwijs, met als doel hun participatie in de samenleving te vergroten. FLEX<strong>INOS</strong> begeleidt leerlingen met een cluster 3-indicatie<br />
en hun leerkrachten. De Ambulant Begeleiders houden zich bezig met voorlichten, adviseren, informeren, onderzoeken,<br />
coachen en coördineren van 450 ‘rugzakleerlingen’ in de regio.<br />
Het jaar <strong>2010</strong> stond in het teken van de spanning rondom de aankomende bezuinigingen voor Passend Onderwijs. Toen<br />
de nieuwe koers Passend Onderwijs rond maart <strong>2010</strong> vorm kreeg en duidelijk werd dat Ambulante Begeleiding in zwaar<br />
weer zou gaan geraken, is er terughoudend opgetreden omtrent het aannemen van nieuw personeel. Wel is er een interne<br />
reorganisatie in gang gezet om alle leerlingen op de diverse scholen efficiënter en effectiever in te delen bij zo min mogelijk<br />
Ambulant Begeleiders.<br />
In augustus <strong>2010</strong> is er een bezuiniging doorgevoerd vanuit het ministerie van 13,6 % op de financiering voor leerlingen in<br />
het PO en in het VO. Een flinke aderlating. Geprobeerd is de basis- scholen hier zo min mogelijk van te laten merken door<br />
meer tijd op de scholen aanwezig te zijn en effectiever om te gaan met de verslaglegging.<br />
De toekomst van FLEX<strong>INOS</strong> voor 2011 is sterk afhankelijk van de mate van bezuiniging met betrekking tot Ambulante<br />
Begeleiding. Begin 2011 werd aangekondigd dat de financiering van dit belangrijke werk voor het grootste deel zal gaan<br />
verdwijnen.<br />
44 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 45
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 28<br />
kunstzinnige vorMing in het zMl<br />
NICOLE HEIJSTERS, 43 JAAR<br />
GROEPSLEERKRACHT EN VAKLEERKRACHT BEELDENDE VORMING<br />
LIDUINASCHOOL VOOR SPECIAAL ONDERWIJS, EEN <strong>INOS</strong>-SCHOOL VOOR<br />
ZEER MOEILIJK LERENDE KINDEREN<br />
Kunstzinnige vorming blijkt voor veel leerlingen in een belangrijke behoefte te<br />
voorzien. Leerlingen met een verstandelijke beperking hebben een achterstand in<br />
hun ontwikkeling. Ondanks die beperking hebben ook zij kwaliteiten op het vlak van<br />
kunstzinnige vorming. Middels het medium kunst geven zij uiting aan hun gevoelens<br />
en gedachten.<br />
De binnenkomst op de locatie Landheining is wel bijzonder. “Onder deze vloer<br />
in mijn vaklokaal lag vroeger het zwembad, en dat stuk brakke grond was het<br />
buitenzwembad. Dit wordt nou een moestuin.” Aan het woord is Nicole Heijsters,<br />
aanvankelijk klassenassistent, culturele antropologie gestudeerd en de opleiding<br />
aan Kunstacademie St.Joost gevolgd. De Pabo-opleiding doorliep Nicole omdat<br />
ze geen pedagogische achtergrond had. Om het plaatje compleet te maken: bij<br />
Vluchtelingenwerk actief geweest en moeder geworden.<br />
Nicole werd door collega Hans van Dijk benaderd om een workshop over kunstzinnige<br />
vorming te verzorgen. “Ik vond het wel spannend om te doen, maar het is me achteraf<br />
reuze meegevallen. Ter voorbereiding had ik met onze Intern Begeleider overlegd<br />
en ter ondersteuning van mijn verhaal had ik een power point presentatie tot mijn<br />
beschikking. Beide workshops waren volledig bezet met collega’s uit zowel het<br />
basisonderwijs als speciaal onderwijs.”<br />
De workshop beperkte zich niet alleen tot praten. “Ik heb de collega’s echt aan het<br />
werk gezet. Ze zijn met allerlei technieken aan de slag gegaan: papier scheppen, droog<br />
etsen, met wasco en ecoline, rubbing en crèpepapier schilderen. In feite heb ik een les<br />
met leerlingen nagebootst. Dat alles via een roulatiesysteem. Vanwege de ruimte vond<br />
de workshop aan de Rijnauwenstraat plaats.”<br />
De leerlingen kunnen zich via de lessen beeldende vorming specialiseren. De<br />
mogelijkheid bestaat dat de 17-18 jarige leerlingen op deze manier aan werk in<br />
een dagatelier geraken, bijvoorbeeld bij KOA in Oosterhout of bij Artilabo in Breda,<br />
onderdeel van Amarant.<br />
De rol die Nicole in de begeleiding van haar leerlingen speelt, is haar op het lijf<br />
geschreven. “De coaching van deze leerlingen trekt me erg aan, naast uiteraard het<br />
stimuleren van hun creatieve talenten. Ik ben twee dagen in de week met beeldende<br />
vorming bezig; per les heb ik dan een halve klas onder mijn hoede. Op donderdag<br />
ben ik vooral bezig met de leerlingen die zich verder in beeldende vorming willen<br />
ontplooien.”<br />
Elk jaar wordt er gedurende vijf weken een expositie van zo’n 100 kunstwerken van<br />
leerlingen bij de Nieuwe Veste ingericht. Vanuit deze kunstinstelling wordt de nodige<br />
feedback gegeven op de werken van de leerlingen. Daarnaast wordt in kleiner verband<br />
ook wel eens wat tentoongesteld, in een sportschool of in het stadskantoor.<br />
Nicole is een warm pleitbezorger van haar werk: “Het werkt rustgevend en<br />
therapeutisch voor de leerlingen en ze hebben er duidelijk veel plezier in. Aan het<br />
einde van de week kun je trouwens wel merken dat de energie ver op is. Daar hou ik<br />
natuurlijk rekening mee.”<br />
Op haar verlanglijstje voor de nabije toekomst staat o.m. dat drama en dans meer<br />
aandacht in het dagelijkse programma verdienen dan nu het geval is. Creatieve<br />
uitingen die geweldig veel met deze kinderen ‘doen’.” Kunstzinnige vorming blijkt in<br />
een belangrijke behoefte te voorzien”, aldus Nicole.<br />
“Ik zou ook graag meer groepsdoorbrekend willen werken”, vult zij aan. Op het<br />
persoonlijke vlak hoopt Nicole binnen enkele maanden de vlag te kunnen uitsteken.<br />
“Ik ben druk bezig om de tweejarige masteropleiding Special Educational Needs (SEN)<br />
af te ronden.”<br />
nicole<br />
heiJsters<br />
46 worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 47
4.8<br />
eurekA! inos kenniscentruM Meer- en hoogbegAAfdheid<br />
Het onderwijs binnen <strong>INOS</strong>, gericht op meer- en hoogbegaafde leerlingen, heeft de afgelopen jaren een grote ontwikkeling<br />
doorgemaakt. Daar waar in 2008 gestart werd met veertien leerlingen, groeide dit aantal uit naar 160 leerlingen eind 2009<br />
en naar 208 leerlingen eind <strong>2010</strong>. De begeleiding in de verrijkingsklas vindt plaats in zestien groepen van ongeveer vijftien<br />
leerlingen.<br />
Eureka! is gesitueerd op <strong>INOS</strong>-basisschool De Werft in de Haagse Beemden. In september <strong>2010</strong> is een pilot gestart op <strong>INOS</strong>basisschool<br />
De Griffioen, waar leerlingen van Eureka! van Kbs De Horizon, Kbs De Rosmolen en Kbs De Griffioen samen<br />
komen en worden begeleid door leerkrachten van Eureka!<br />
De uitgroei van Eureka! is met name zichtbaar bij de kleuterbegeleiding en Eureka! Mobiel. Leerlingen uit de groepen een en<br />
twee, waarbij een ontwikkelingsvoorsprong wordt waargenomen, krijgen begeleiding op hun eigen school. Advies en ondersteuning<br />
van de leerkrachten, observatie en materiaalontwikkeling maken onderdeel uit van de kleuterbegeleiding. Eureka!<br />
Mobiel geeft ondersteuning bij het ontwikkelen van beleid m.b.t. Meer- en hoogbegaafd- heid, toegespitst op de wensen en<br />
mogelijkheden van elke school afzonderlijk. Binnen <strong>INOS</strong> hebben acht scholen een beleidsplan Meer- en hoogbegaafdheid,<br />
terwijl vijf scholen hieraan werken. Daarnaast vervaardigt de handelingsgerichte begeleider, in samenspraak met leerkrachten<br />
en Intern Begeleiders, handelingsplannen voor Eureka!-leerlingen. Dertien <strong>INOS</strong>-scholen maken gebruik van deze mogelijkheid<br />
tot ondersteuning en vier scholen die onder een ander schoolbestuur vallen. Er wordt voorlichting gegeven en tips en<br />
adviezen met betrekking tot klassenmanagement.<br />
In <strong>2010</strong> is binnen <strong>INOS</strong> de Leergemeenschap Hoogbegaafdheid opgericht. Leerkrachten van veertien scholen zijn hierin<br />
vertegenwoordigd. Het doel is met elkaar een structuur en een cultuur van samen werken en samen leren met het oog op de<br />
voortdurende verbetering van het onderwijs te ontwikkelen en te onderhouden.<br />
Eureka! heeft in <strong>2010</strong> presentaties gegeven op de landelijke conferentie ‘Aan de slag met talent’.<br />
Ook in 2011 staat het geven van deze presentaties op de kalender, aangevuld met ‘speedlezingen’ op de Inspiratiedag ‘Talent’<br />
en het verzorgen van voorlichting op verschillende scholen in het land.<br />
Er is een eerste aanzet tot samenwerking met het Voorgezet Onderwijs gegeven, waarbij het de intentie is die in 2011 verder<br />
vorm te geven.<br />
Eureka! wil in 2011 met behulp van subsidiegelden onderzoek laten verrichten naar de effecten van Eureka! Bovendien is<br />
het de intentie de door Eureka! ontwikkelde leerlijnen in een databank vast te leggen.<br />
In de toekomst hoopt Eureka! deel uit te kunnen maken van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs.<br />
4.9<br />
onderwiJskAnsenbeleid<br />
Het onderwijskansenbeleid (OKB), gericht op leerlingen met een taalachterstand, heeft in de afgelopen jaren grote veranderingen<br />
ondergaan. Van een sterk overheidsgestuurd beleid op basis van geoormerkte en gesubsidieerde projecten is dit beleid<br />
veranderd naar een verantwoordelijkheid van de scholen. Daartoe is een financiële bijdrage in lumpsum versleuteld op basis<br />
van leerling- en ouderkenmerken. Bovendien is deze financieringsbasis sterk veranderd: niet meer op basis van etniciteit,<br />
maar op basis van het opleidingsniveau van de ouders.<br />
Het resultaat hiervan is dat voor de oorspronkelijke scholen met veel doelgroepleerlingen de financieringsstromen minder<br />
zichtbaar zijn geworden. Bovendien zijn de gelden verspreid over meer scholen, doordat er niet meer projectgericht maar<br />
leerlinggericht wordt gefinancierd. Ten slotte is door wijzigend overheidsbeleid en door opeenvolgende correctiemaatregelen<br />
de continuïteit van deze financieringsstroom zeer onzeker.<br />
<strong>INOS</strong> voelt zich verantwoordelijk voor onderwijs voor alle kinderen, ook voor hen die van huis uit geen ideale uitgangspositie<br />
hebben meegekregen. In eerste instantie worden middelen ingezet voor de verkleining van het leerlingenaantal per klas.<br />
Hierdoor heeft de leerkracht meer tijd beschikbaar voor de begeleiding van deze specifieke doelgroep leerlingen.<br />
Daarnaast worden op enkele scholen in samenwerking<br />
met kinderdagverblijven en peuterspeelzalen<br />
VVE-programma’s (Voor- en Vroegschoolse Educatie)<br />
verzorgd. Hierdoor krijgen kinderen die de<br />
Nederlandse taal onvoldoende beheersen, al vanaf<br />
tweeëneenhalf jaar een traject aangeboden dat<br />
naadloos aansluit op de start in de basisschool.<br />
inos koestert hAAr onderwiJskAnsenscholen.<br />
Vervolgens verzorgen enkele scholen een zogenaamde schakelklas. Leerlingen die in hun ontwikkeling geremd worden door<br />
hun taalachterstand, ontvangen een jaar lang een intensief taalaanbod. Leerlingen zijn daarna in staat om in een reguliere<br />
schoolklas beter op hun eigen capaciteitenniveau te presteren.<br />
De scholen die specifieke deskundigheden ontwikkeld hebben op het gebied van leerlingen met een taalachterstand, zijn in<br />
Breda bestuursoverstijgend verenigd in Onyx. Dit netwerk geeft de scholen de gelegenheid ervaringen met elkaar te delen,<br />
aan gezamenlijke scholing te doen en samen deel te nemen aan projecten op dit terrein.<br />
48 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 49
5<br />
identiteit<br />
5.1<br />
visie op identiteit<br />
In de Visie en Missie van <strong>INOS</strong> staat onze identiteit expliciet omschreven:<br />
“Het vertrekpunt ligt in de katholieke inspiraties en vieringen. De school geeft daarmee actief vorm aan haar identiteit. Op<br />
een eigentijdse wijze geeft zij invulling aan veelvormige wijzen van levensbeschouwing. Vervolgens verbindt zij de verschillende<br />
levensbeschouwingen met elkaar. Leraren ondersteunen daarbij de kinderen bij het zoeken naar hun persoonlijke<br />
identiteit.”<br />
De opdracht die <strong>INOS</strong> zich eind 2008 stelde,<br />
was om de katholieke identiteit van de stichting<br />
te (her)ontdekken, deze op harmonieuze wijze<br />
te laten aansluiten bij de missie en visie en op<br />
eigentijdse wijze te vertalen naar het aangeboden<br />
onderwijs.<br />
Hiertoe is een qua leeftijd en ervaring evenwichtig opgebouwde projectgroep in het leven geroepen, bestaande uit medewerkers<br />
vanuit <strong>INOS</strong>-scholen, het bestuursbureau, DKSR (ondersteunt scholen bij de vormgeving van hun katholieke identiteit)<br />
en Edux. De doelen die deze projectgroep zich stelde bij de uitvoering van de opdracht waren:<br />
• de fundamentele katholieke waarden (her)ontdekken,<br />
• deze vertalen naar <strong>INOS</strong> en onderwijs van deze tijd,<br />
• een heldere structuur bieden, waardoor <strong>INOS</strong>-scholen herkenbaar zijn en op authentieke wijze invulling kunnen<br />
geven aan de katholieke waarden.<br />
De gedragscode van <strong>INOS</strong> vormt een onderdeel van het identiteitsbeleid. De inspiratiebronnen voor het leven zijn daarbij<br />
vertaald in een aantal belangrijke waarden die de basis zijn voor het stellen van normen en concreet gedrag in onze organisatie.<br />
Het gaat om naastenliefde, weerbaarheid, gemeenschapszin, tolerantie, respect, verwondering, authenticiteit en<br />
eigentijdse spiritualiteit.<br />
De beleidsnotitie, getiteld ‘Tijdloze waarden in eigentijds onderwijs’, is in april <strong>2010</strong> gepresenteerd. Van de notitie is een<br />
handzaam boekje gemaakt en binnen en buiten <strong>INOS</strong> verspreid. Zowel door directbetrokkenen als door externe relaties,<br />
regionaal en landelijk, is zeer positief gereageerd op de publicatie. Bisschop Van den Hende heeft na een werkbezoek op één<br />
van de scholen het beleidsplan waarderend met een brede groep betrokkenen besproken. Het document functioneert als<br />
inspiratiebron voor de scholen bij het gezamenlijk vormgeven van de katholieke identiteit. De opbrengst wordt hoofdzakelijk<br />
bepaald door de gesprekken die de teams zullen voeren over de identiteit van de school en de wijze waarop men deze toont<br />
in concreet gedrag en afspraken.<br />
Relaties met de parochie, de katholieke kerk en het bisdom worden actief onderhouden met het doel:<br />
• de identiteitsvraag vanuit de confessionele achtergrond te verdiepen en mede vorm te geven,<br />
• de relatie met de katholieke traditie waaruit <strong>INOS</strong> is voortgekomen te blijven onderhouden,<br />
• open in de samenleving te staan door actief samenwerking te zoeken met belangrijke organisaties en instituten,<br />
• een bijdrage te leveren aan de vernieuwing en het eigentijds vertalen van de katholieke onderwijs- en leefwereld.<br />
50 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
inos-identiteit: ‘tiJdloze wAArden in<br />
eigentiJds onderwiJs’.<br />
JAArverslAg
6 deel b: sAMenwerken Met Anderen<br />
MAAtschAppeliJke<br />
verAnkering: brede school<br />
6.1<br />
gezAMenliJke visie op de brede scholen vAn inos<br />
In 2009 is het visiedocument ‘Leren in verbinding’ vastgesteld als denkkader voor de diversiteit binnen het begrip ‘Brede<br />
School’.<br />
In <strong>2010</strong> is de daarin beschreven werkwijze verder uitgewerkt door de ontwikkeling van de <strong>INOS</strong>-catalogus ‘Scholen in<br />
verbinding’, die partners verzamelt die een mogelijke rol kunnen spelen bij de school-in-verbinding. Door de publicatie van<br />
deze catalogus zijn de netwerkcontacten van alle <strong>INOS</strong>-scholen nu beschikbaar voor elke <strong>INOS</strong>-school. Daarmee is de drempel<br />
voor verdere ontwikkeling op de ‘schaal van verbinding’ een stuk kleiner geworden.<br />
Omdat het binnen <strong>INOS</strong> ontwikkelde model breder bruikbaar is voor andere scholen in de regio en in het land, heeft <strong>INOS</strong><br />
twee externe initiatieven genomen:<br />
• Het schrijven van een bijdrage aan het boek ‘Van brede school tot integraal kindcentrum?, voorbeelden en inspiratie<br />
uit de praktijk’ van het Nederlands Jeugd Instituut.<br />
• Het introduceren van dit model en het Bestuurlijk Overleg Breda, waar het geaccepteerd is als gezamenlijk denkkader<br />
voor de ontwikkeling van alle Brede Scholen in de gemeente Breda.<br />
6.2<br />
dAgArrAngeMenten en buitenschoolse opvAng<br />
Door aanvaarding van de motie Aartsen/Bos in de Tweede Kamer is de basisschool verplicht onder bepaalde randvoorwaarden<br />
opvang aan te bieden tussen half acht ’s morgens en half zeven ‘s avonds. <strong>INOS</strong> heeft hier vorm aan gegeven door een<br />
samenwerkingsovereenkomst met Kober groep af te sluiten.<br />
Daar waar onderwijs en opvang voorheen sterke beelden over elkaar hadden, was echte samenwerking nog maar beperkt<br />
aanwezig. Intussen zijn op veel scholen voorzieningen voor buitenschoolse opvang (BSO) aanwezig of is er een nauwe samenwerking<br />
met een BSO-voorziening in de buurt. Tussenschoolse opvang (TSO) wordt inmiddels door de Kober groep op<br />
alle <strong>INOS</strong>-basisscholen verzorgd.<br />
Inmiddels is duidelijk dat de samenwerking tussen schoolbesturen en kinderopvangorganisaties de komende jaren flink zal<br />
gaan veranderen. In Breda markeerde de ondertekening van het veelbesproken Stockholm-akkoord door vier grote schoolbesturen<br />
en Kober groep deze ontwikkeling. De snelheid waarmee deze ontwikkeling plaats vindt, is per school verschillend.<br />
Dit wordt voor een deel veroorzaakt door verschillen die nu al bestaan in de mate van samenwerking, maar ook door<br />
verschillen in deelnamepercentage van kinderen aan diverse vormen van opvang.<br />
De directeur bepaalt zelf met zijn/haar schoolteam de wijze van de implementatie van het <strong>INOS</strong>-beleid, zoals dat in het eigen<br />
Strategisch Meerjaren Beleidsplan geformuleerd is. Een aantal scholen heeft in <strong>2010</strong> als pilot gedraaid, elk met een geheel<br />
eigen dynamiek. Doel daarvan was te komen tot een verdere uitwerking van verdergaande samenwerking tussen onderwijs<br />
en opvang. Voor één van de projecten hebben zowel <strong>INOS</strong> als Kober groep extra middelen ingezet om een projectleider te<br />
faciliteren.<br />
De ervaringen die worden opgedaan in de pilotprojecten zullen worden meegenomen in de verdere visieontwikkeling rond<br />
dagarrangementen en in het realiseren van de doelstellingen van het Stockholm-akkoord. Medio 2011 zullen de visie rond<br />
dagarrangementen en het Stockholm-akkoord onderdeel zijn van het strategisch Meerjaren Beleidsplan (= schoolplan) van<br />
elke school.<br />
6.3<br />
brede school ontwikkelingen op locAties<br />
In <strong>2010</strong> zijn de Brede Scholen in Breda (Kindcentrum Olympia, Huis van de Heuvel en Brede School Geeren-Noord) en de<br />
twee MFA’s (MultiFunctionele Accommodaties) in Teteringen (De Mandt en De Stee) weer verder gegaan in hun ontwikkeling.<br />
De vertaling van deze ontwikkeling in een gebouw dat past bij de nieuwe ambities, is op enkele plaatsen een stuk<br />
dichter bij de realisatie gekomen. De eerste steen voor Brede School Geeren-Noord werd op 22 februari <strong>2010</strong> gelegd. Kbs De<br />
Watervlinder wordt hierin gehuisvest, samen met andere partners. Op 18 oktober van datzelfde jaar werd de nieuwe naam<br />
van deze Brede School onthuld: Het Noorderlicht. De verwachte oplevering zal eind schooljaar <strong>2010</strong>-2011 zijn. De start van<br />
de bouw van MFA De Stee vond plaats op 6 september <strong>2010</strong>, de eerste schooldag van het jaar <strong>2010</strong>-2011.<br />
Daarnaast is in <strong>2010</strong> Kbs Sinte Maerte de eerste<br />
<strong>INOS</strong>-school geweest die op basis van eigen<br />
(school)initiatief verbouwd is om een plek voor<br />
BSO en kinderopvang te realiseren. In 2011 zijn<br />
Kbs De Eerste Rith en Kbs Weilust de volgende<br />
twee scholen waar dit gebouwelijk gerealiseerd<br />
gaat worden.<br />
kindcentruM in plAAts vAn Alleen een<br />
gezAMenliJk gebouw.<br />
De kern van een Brede School is echter niet dat veel organisaties samen onder hetzelfde dak werken. Het voorkomen dat het<br />
alleen een bedrijfsverzamelgebouw wordt, is moeizaam en landelijk is dat beeld herkenbaar. In de gemeente Breda wordt<br />
nagedacht over hoe men de Brede School inhoudelijk vorm kan geven. Dat heeft betrekking op de ontwikkeling die men kinderen<br />
wil bieden, de ondersteuning waar ouders op mogen rekenen en de rol die de school in de wijk wil spelen. Daarvoor<br />
kan het nodig zijn dat ieder een stuk van de eigen ambitie of het eigen resultaat inlevert ten bate van het grotere geheel.<br />
Een aantal van de partners, waaronder ook <strong>INOS</strong>, zou deze ontwikkeling ook graag terug zien door éénhoofdige aansturing<br />
van de Brede School/MFA, maar op dit moment is dat nog geen haalbare kaart. Als één na beste oplossing is gekozen voor<br />
de vorming van managementteams per school/MFA. Hierin participeren alle inhoudelijke en structurele partners per locatie<br />
en maakt men afspraken over de implementatie van de inhoudelijke doelen en over beheer en exploitatie. Het managementteam<br />
fungeert ook als centraal aanspreekpunt. De praktijk heeft geleerd dat men voorheen vanuit allerlei organisaties een<br />
beroep deed op mensen door alle lagen van de organisatie heen. Het bijeffect hiervan was dat overleg een zeer groot tijdsbeslag<br />
op de organisatie legde en dat vele goedbedoelde initiatieven niet van de grond kwamen door te weinig draagvlak en<br />
coördinatie. In <strong>2010</strong> zijn de eerste positieve ervaringen opgedaan met de uitrol van de vorming van deze managementteams<br />
per locatie. Dit geeft de motivatie om deze richting voort te zetten en uit te bouwen, zonder het eigenlijke ideaalplaatje zoals<br />
hierboven geschetst uit het oog te verliezen.<br />
52 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 53
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 5<br />
bAsisonderwiJs binnen een kindcentruM<br />
WIM GOIJAARTS, 61 JAAR<br />
DIRECTEUR KBS HAGEHORST EN KBS DE WERFT<br />
In Kindcentrum Oympia werken verschillende partners samen om de ontwikkelingskansen van<br />
kinderen te vergroten door ze een breed aanbod aan activiteiten en diensten aan te bieden om<br />
die ontwikkelingskansen te vergroten. Ook voor ouders, vrijwilligers en buurtbewoners worden<br />
kansen gecreëerd.<br />
“De kernwaarden van <strong>INOS</strong> sluiten naadloos aan bij Olympia”, steekt Wim Goijaarts van wal.<br />
“Zonder ambities en doorzettingsvermogen was dit kindcentrum nooit tot stand gekomen. Ouders,<br />
kinderen, buurt, hobbyclubs en sportverenigingen weten zich erbij betrokken. Het is een komen en<br />
gaan van bewoners uit de wijk zelf.”<br />
Een mooi voorbeeld van het bestaan van Olympia in Kesteren is dat de kinderen op loopafstand<br />
kunnen deelnemen aan activiteiten van De Nieuwe Veste. Voor kinderen en ouders is het rijden<br />
naar de binnenstad te ver, te tijdrovend. Nu kunnen de kinderen in blokken van tien weken op<br />
meerdere dagen in de week na schooltijd daar terecht.<br />
Maar liefst tien jaar is er aan het concept van de Brede School gewerkt. Wim is de nuchterheid<br />
zelve wanneer hij vaststelt dat niet alles vlot geregeld is en wordt. Door de vele partners (De Vlier<br />
en Hagehorst, CJG, Kober, Careyn, Mees en Surplus Welzijn) is er regelmatig sprake van trage<br />
besluitvorming. “Een onafhankelijk ‘voorzitter’ zou erg welkom zijn”, geeft Wim te kennen.<br />
Wim prijst zich gelukkig met de financiële middelen die er beschikbaar waren voor onder meer de<br />
inrichting van het Olympiaplein. Moesten de twee scholen en de peuterspeelzaal zich voorheen<br />
behelpen met verouderde kasten, dankzij een flinke bijdrage van het Centrum Jeugd en Gezin is<br />
Olympia nu de trotse eigenaar van een modern ingerichte speel-o-theek.<br />
Een punt van aandacht is het wisselende verantwoordelijkheidsgevoel waar het de gezamenlijke<br />
ruimten betreft. “Die zijn van niemand en van iedereen, soms geeft dat ergernis wanneer een<br />
lokaal onverzorgd is achtergelaten door een van de gebruikers.”<br />
Niet alleen overdag is het aan de Vlierenbroek een drukte van belang. Ook in de avonduren wordt<br />
er veelvuldig gebruik gemaakt van de faciliteiten in Olympia.<br />
Wim kijkt tevreden terug op de workshop die hij samen met collega Nan van Kaam tijdens de <strong>INOS</strong><br />
Onderwijsdag gaf. “Een duidelijk, realistisch verhaal van onze kant, aangevuld met praktische<br />
vragen van de collega’s . De rondleiding door het gebouw zorgde er zelfs voor dat we in tijdnood<br />
dreigden te geraken”, vat Wim met een tevreden glimlach samen.<br />
“Wanneer het mij in de laatste jaren van mijn loopbaan nog zou lukken om de twee basisscholen<br />
in samenwerking met de schoolbesturen tot één school voor de hele wijk Kesteren te ‘smeden’, dan<br />
blijken dromen toch uit te (kunnen) komen….”, wenst Wim zichzelf ten slotte toe. Over ambities<br />
gesproken!<br />
wiM<br />
goiJAArts<br />
54 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 55
7<br />
MAAtschAppeliJke<br />
verAntwoording<br />
7.1<br />
lokAAl educAtieve AgendA (leA)<br />
Een wettelijke verplichting schrijft minimaal eens per jaar overleg voor tussen schoolbesturen en de gemeente over schakelklassen, VVE<br />
(Voor- en Vroegschoolse Educatie) en het voorkomen van segregatie.<br />
In Breda is door de gezamenlijke schoolbesturen samen met de gemeente een bredere vorm van overleg tot stand gekomen. Een en ander<br />
heeft geresulteerd in een concrete Lokaal Educatieve Agenda (LEA), getiteld ‘Opvoeden met z’n allen’.<br />
In deze Bredase LEA wordt een veelheid aan thema’s besproken, waarbij besturen en gemeente elkaar tegenkomen. Er zijn afspraken gemaakt<br />
over wederzijdse uitwisseling van informatie, over de afstemming van ontwikkelingen en over het gezamenlijk uitwerken van enkele<br />
concrete hoofdlijnen.<br />
Deze hoofdlijnen zijn:<br />
• Brede ontwikkeling:<br />
a. Wijkgerichte kindvoorzieningen<br />
b. Actieve en gezonde leefstijl<br />
c. Cultuureducatie<br />
d. Natuur- en milieueducatie<br />
e. Verkeersveiligheid<br />
f. Maatschappelijke stages<br />
• Kansen versterken:<br />
a. Voor- en vroegschoolse educatie<br />
b. Schakelklassen<br />
c. Integratie en segregatie<br />
• Passende Zorg:<br />
a. Ontwikkeling Passend Onderwijs<br />
b. Zorgstructuur<br />
c. Bestrijding voortijdig schoolverlaten<br />
d. Schoolvervangende trajecten<br />
Dit LEA-document vormt de inhoudelijke basis voor het Bestuurlijk Overleg Breda (BOB), waarin alle schoolbesturen voor Primair en Voortgezet<br />
Onderwijs in Breda met elkaar samenwerken en waarin de afstemming met de gemeente plaatsvindt. Zie ook paragraaf 7.2 Bestuurlijk<br />
Overleg Breda.<br />
7.2<br />
bestuurliJk overleg bredA (bob)<br />
Na een periode van voorbereiding is op 1 mei <strong>2010</strong> formeel het Bestuurlijk Overleg Breda (BOB) van start gegaan. Dit bestuurlijk overleg is<br />
in de plaats gekomen van de Schoolraad Breda. Het vormt de bezegeling van de groeiende samenwerking en het ontstane vertrouwen tussen<br />
de schoolbesturen voor PO en VO in Breda gedurende de afgelopen jaren. Het BOB is een vereniging, waarvan alle schoolbesturen voor<br />
PO en VO in Breda lid zijn. Het staat onder leiding van een onafhankelijk voorzitter en een dagelijks bestuur, bestaande uit de heer C. Clarijs<br />
namens het Voortgezet Onderwijs en de heer W. Kaizer namens het Primair Onderwijs.<br />
Geregeld wordt op hoofdlijnen overlegd met de verantwoordelijk wethouder en de directie van de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling<br />
van de gemeente Breda.<br />
Op basis van de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) wordt regie gevoerd op de vele initiatieven die op het gezamenlijke onderwijs afkomen.<br />
Dit vertaalt zich bijvoorbeeld in het stroomlijnen van de vele overlegvormen in Breda, waarin vertegenwoordigers uit het onderwijsveld<br />
deelnemen en in de verschillende werkgroepen die het BOB inmiddels kent.<br />
Medio december <strong>2010</strong> heeft <strong>INOS</strong> een miniconferentie georganiseerd met als thema ‘Aansluiting tussen Primair en Voortgezet Onderwijs’.<br />
Colleges van Besturen, rectoren en directieleden uit PO en VO, vertegenwoordigers uit de samenwerkingsverbanden PO en VO en deelnemers<br />
aan het BOVO-overleg waren hiervoor uitgenodigd. Gesproken werd over de stand van zaken en de mogelijke kwaliteitsverbetering van<br />
de aansluiting van het Primair Onderwijs op het Voortgezet Onderwijs in Breda.<br />
7.3<br />
regionAle sAMenwerking tussen schoolbesturen<br />
<strong>INOS</strong> neemt actief deel aan verschillende gemeente-overstijgende samenwerkingsverbanden, zoals:<br />
• OOK: Het bestuurlijk netwerk Passend Onderwijs. Zie elders in dit jaarverslag voor een uitgebreidere beschrijving.<br />
• RPO (Regionaal Platform Onderwijs): Een uitwisselingsplatform voor schoolbesturen in de regio West-Brabant.<br />
• REC West-Brabant: Hierin werken de drie scholen voor Speciaal Onderwijs van <strong>INOS</strong> samen met andere REC-3 scholen in<br />
West-Brabant.<br />
7.4<br />
horizontAle en verticAle verAntwoording<br />
Verbindend, ambitieus, resultaatgericht en omgevingsbewust. Dat zijn de vier strategische kernwaarden die <strong>INOS</strong> gekozen heeft en die onze<br />
kernboodschap vormen. Om dit waar te kunnen maken, werkt <strong>INOS</strong> samen met vele partners en betrokkenen. Aan al die betrokkenen wil<br />
<strong>INOS</strong> laten zien hoe het gaat met <strong>INOS</strong>. Daarnaast is <strong>INOS</strong> een instelling die wordt gefinancierd met publiek geld. Ook daarom is het openlijk<br />
verantwoording afleggen van groot belang.<br />
<strong>INOS</strong> doet dit op een aantal manieren:<br />
1. In de Medezeggenschapsraden van scholen en in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) zijn ouders en mede-<br />
werkers vertegenwoordigd. Zij zijn betrokken bij de beleidsvorming en oefenen invloed uit door hun instemmings- en adviesrechten<br />
die zijn vastgelegd in het Medezeggenschapsreglement.<br />
2. Aan de Raad van Toezicht en het Directeurenberaad wordt door middel van de Jaarplanmonitor zes keer per jaar verantwoording<br />
afgelegd over de voortgang van ontwikkeling. Op basis van deze monitor wordt eens per jaar een meer diepgaande Jaarevaluatie<br />
opgesteld en besproken.<br />
3. Belangrijke (tussen)stappen in de ontwikkeling worden vaak in boekvorm breed gepubliceerd en verspreid. Daarmee geeft <strong>INOS</strong><br />
invulling aan een zo transparant mogelijke beleidsvoering.<br />
4. De Inspectie van het Onderwijs bezoekt onze scholen met enige regelmaat en brengt hierover publiek verslag uit via haar website.<br />
5. De Centrale Financiële Instelling (CFI, voortaan DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs) ontvangt de Jaarrekening met het Bestuurs<br />
verslag ter verantwoording van de besteding van de ontvangen financiering.<br />
6. Jaarlijks geeft <strong>INOS</strong> een uitgebreid <strong>Jaarverslag</strong> uit dat wordt verspreid onder alle partners en geïnteresseerden binnen het eigen<br />
netwerk. Door publicatie van dit <strong>Jaarverslag</strong> op de website (www.inos.nl) is het voor een breed publiek beschikbaar. Bovendien<br />
wordt het <strong>Jaarverslag</strong> ter beschikking gesteld aan ouders.<br />
7. Feedback vanuit het <strong>INOS</strong>-netwerk: publicaties gaan vergezeld van het verzoek tot feedback. Hiervan wordt in de praktijk ook<br />
gebruik gemaakt. Feedback wordt ontvangen vanuit het netwerk in Breda, de regio West-Brabant en landelijke contacten.<br />
Ontwikkelingen in <strong>2010</strong><br />
• Begin <strong>2010</strong> heeft <strong>INOS</strong> voor haar <strong>Jaarverslag</strong> over 2008 twee eervolle nominaties ontvangen als Best Practice in het project<br />
Verantwoorden van Klasse(n).<br />
• In de reeks van publicaties is in <strong>2010</strong> het boekje ‘Tijdloze Waarden in Eigentijds Onderwijs’ verschenen als weergave van het<br />
identiteitsbeleid van <strong>INOS</strong> (zie hoofdstuk 5 ‘Identiteit’).<br />
• In juli <strong>2010</strong> is een <strong>Jaarverslag</strong> over het jaar 2009 verschenen en breed verspreid onder personeel, MR’en, ouders en relaties. Dit<br />
<strong>Jaarverslag</strong> heeft eind <strong>2010</strong> de derde prijs gekregen bij de jaarlijkse uitreiking van de bestuursbokaal van Dyade, een grote landelijke<br />
organisatie voor onderwijsdienstverlening.<br />
• In <strong>2010</strong> is een start gemaakt met een periodieke <strong>INOS</strong>-brede nieuwsbrief voor ouders. Hierin worden relevante actuele <strong>INOS</strong>-brede<br />
ontwikkelingen beschreven. De verspreiding van deze nieuwsbrief verloopt via de <strong>INOS</strong>-scholen die de nieuwsbrief opnemen in<br />
hun eigen communicatie met ouders.<br />
56 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 57
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 18<br />
tweede cultuurproeveriJ<br />
JOLANDA VAN DER KORPUT, 47 JAAR<br />
TEAMCOöRDINATOR, TUTOR EN CULTUURCOöRDINATOR KBS DE LINIEDOORN<br />
In Breda is de website ‘cultuurwinkelbreda’ voor primair en voortgezet onderwijs ingericht.<br />
Vragers en aanbieders van culturele producten kunnen elkaar daar vinden. Het is een alles-in-één<br />
loket voor elke kunstenaar, instelling en school.<br />
“Deze winkel vormt de basis waar iedereen terecht kan. Bekend onderdeel is de Ontdekking,<br />
maar daarnaast kent de Cultuurwinkel veel onbekende projecten die het verdienen meer voor het<br />
voetlicht te treden.” Aan het woord is Jolanda van der Korput, Rotterdamse die al twaalf jaar aan<br />
de school verbonden is.<br />
De in <strong>2010</strong> tijdens de <strong>INOS</strong> Onderwijsdag gepresenteerde workshop ‘Cultuurproeverij’ bestond<br />
uit korte inleidingen, waarna de deelnemers een keuze maakten om vervolgens zelf aan te slag te<br />
gaan. Gezien het overvolle programma had Jolanda geen gelegenheid om na te gaan hoe succesvol<br />
de workshop werd ervaren. “Ben benieuwd naar de evaluatie van de werkgroep”, voegt zij toe.<br />
In 2009 volgde zij de cursus ‘interne cultuurcoördinator’. Wat volgt is een vloed van activiteiten en<br />
ideeën die al of niet al tot bloei gekomen zijn op De Liniedoorn. Niet zo verwonderlijk overigens,<br />
“cultuur is altijd al mijn passie geweest”, erkent Jolanda. Drie jaar geleden schreef zij een eerste<br />
beleidsplan in samenwerking met het team. Er werd geïnventariseerd wat er al wel werd gedaan en<br />
wat er aangevuld moest worden. “Drama, dans en muziek ontbraken in het aanbod. Daarom werd<br />
er een creatieve ochtend met een docent Drama georganiseerd.”<br />
Prachtig voorbeeld van de cultuureducatie op De Liniedoorn is het Taalatelier. Dat is voortgekomen<br />
uit de zgn. Sterrenschool waarin veel aandacht is voor taal en talenten. Taalatelier bestaat sinds<br />
2009 en in Breda alleen op De Liniedoorn. “In blokken van vier weken komen kinderen van de<br />
groepen 4 en 5 op woensdagmiddag bij elkaar. Op speelse wijze wordt de woordenschat vergroot<br />
door woorden in kunstlessen te verwerken. Elk blok wordt afgesloten met een presentatie aan de<br />
ouders. Samen met een gastdocent van De Nieuwe Veste verzorg ik deze lessen”, aldus Jolanda.<br />
“Naast het concreet boeken van resultaat zie je kinderen plezier hebben, vertrouwen kweken,<br />
talent opbloeien en niet in de laatste plaats ouders die trots op hun kinderen zijn!” Geen wonder<br />
dus, dat er altijd een wachtlijst is voor het volgende jaar.<br />
Gevraagd naar haar ambities, somt Jolanda vlot een verlanglijstje op. “Ik wil graag de kwaliteit<br />
van kunst en cultuureducatie verhogen. Het zou mooi zijn als kinderen naast het kennismaken met<br />
cultuur en het ontdekken van hun talenten, die op school ook kunnen ontwikkelen.”<br />
Om haar passie voor cultuur nog eens te benadrukken rondt Jolanda af met de mededeling dat zij<br />
binnen afzienbare tijd een vervolgcursus voor icc’ers gaat volgen. “Doel daarvan is het verhogen<br />
van de creativiteit bij de leerlingen. Collega’s krijgen inzicht in het creatieve proces bij kinderen en<br />
leren dit te stimuleren.”<br />
JolAndA<br />
vAn de<br />
korput<br />
58 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 59
7.5<br />
lAndeliJke pArtners<br />
De Bond KBO<br />
<strong>INOS</strong> is als katholiek schoolbestuur in het Primair Onderwijs aangesloten bij de Bond KBO. In voorkomende gevallen maakt <strong>INOS</strong> gebruik<br />
van de expertise van deze schoolbestuursorganisatie. Juridische ondersteuning, vraagstukken op het gebied van personeelsbeleid en medezeggenschap<br />
zijn hier voorbeelden van. Het College van Bestuur participeert in de beleidscommissie die landelijke ontwikkelingen volgt<br />
en daarover adviseert. De voorzitter is lid van een landelijke commissie die in opdracht van de bonden KBO en VBKO een advies voorbereid<br />
over de toekomst van artikel 23 van de grondwet.<br />
De PO-Raad<br />
De PO-Raad behartigt de belangen van alle besturen in het Basisonderwijs, Speciaal Basisonderwijs en (Voortgezet) Speciaal Onderwijs.<br />
De PO-Raad kan met gezag de stem van het Primair Onderwijs laten klinken. <strong>INOS</strong> heeft zich direct na de oprichting bij deze organisatie<br />
aangesloten.<br />
De PO-Raad heeft in januari <strong>2010</strong> de branchecode voor goed bestuur vastgesteld. Hierin wordt een vertaling gegeven van de wet ‘Goed<br />
Onderwijs, Goed Bestuur’ naar de concrete inrichting en het handelen van schoolbesturen. Het College van Bestuur van <strong>INOS</strong> hanteert de<br />
code als leidraad voor goed bestuur en is als lid van de kerngroep één van de voortrekkers. <strong>INOS</strong> participeert eveneens in de denktank rond<br />
het bestuur, het netwerk Onderwijshuisvesting en Financiën en in het netwerk Passend Onderwijs.<br />
LVC-3 en WEC-Raad<br />
De <strong>INOS</strong>-scholen voor Speciaal Onderwijs zijn aangesloten bij de Landelijke Vereniging Cluster 3 (LVC-3) die op haar beurt onderdeel is van<br />
de WEC-raad, de clusteroverstijgende belangenbehartiger voor alle scholen voor Speciaal Onderwijs in Nederland. In oktober <strong>2010</strong> zijn de<br />
taken rondom inhoudelijke belangenbehartiging geïntegreerd in de PO-Raad. De WEC-Raad hield hiermee feitelijk op te bestaan en LVC-3<br />
richt zich samen met LVC-4 op expertiseontwikkeling. De <strong>INOS</strong>-directeur van De Liduinaschool (voor Zeer Moeilijk Lerende Kinderen) is lid<br />
van het bestuur van LVC-3 als vice-voorzitter/secretaris. De drie <strong>INOS</strong>-directeuren van SO-scholen maken deel uit van landelijke taakgroepen.<br />
60 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
JAArverslAg
8 deel c: de orgAnisAtie<br />
orgAnisAtiestructuur<br />
8.1<br />
rAAd vAn toezicht<br />
De Raad van Toezicht heeft als belangrijkste taak toe te zien op de wijze van werken van het College van Bestuur. Daarnaast<br />
is hij werkgever en strategisch adviseur van het College van Bestuur. De Raad van Toezicht bestaat uit de volgende leden:<br />
• Ans Wijtvliet, voorzitter<br />
functies:<br />
- Lid CvB Zadkine, ROC in werkgebied Rijnmond<br />
- Lid RvT Kempenhaeghe, Gezondheidszorg, epilepsie<br />
- Lid RvT de Waarden, Primair Onderwijs in streekgewest Breda<br />
• Karel Hoet, Vice-voorzitter<br />
functies:<br />
- Algemene leiding van bedrijven in verschillende sectoren, met name Industrieel<br />
Verandermanagement, beleid herdefiniëren en organisatiestructuren aanpassen<br />
• Mark Leermakers, lid<br />
functies:<br />
- Registeraccountant<br />
• Hans ter Linde, lid<br />
functies:<br />
- Voormalig rector Onze Lieve Vrouwe Lyceum Breda<br />
- Lid bestuur KVSC (Vereniging van schoolleiders/bestuurders bij het Christelijk geïnspireerd Onderwijs)<br />
- Coach beginnende schoolleiders namens VO-raad<br />
• Anita Rasenberg, lid<br />
- Oprichter/Directeur/Mede-eigenaar van Spijtenburg Werving en Advies BV.<br />
Een wervings- en adviesbureau in Onderwijs, Overheid en Zorg<br />
• Gerrit van der Burg, Lid<br />
- Openbaar Ministerie, Hoofdofficier<br />
De Raad van Toezicht vervult zijn functie door vanuit de eigen deskundigheid de voortgang van het College van Bestuur<br />
te volgen. Hij laat zich daartoe breed informeren door het College van Bestuur, door de auditcommissie van de Raad van<br />
Toezicht, door de accountant (jaarrekening en kwartaalafsluitingen), door werkbezoeken op scholen en door contacten met<br />
de GMR.<br />
Gedurende het jaar <strong>2010</strong> heeft de Raad van Toezicht gefunctioneerd met zes leden, waar vijf gebruikelijk is. Deze keuze is<br />
gemaakt, vooruitlopend op het vertrek van Hans ter Linde per 31 december <strong>2010</strong> vanwege het einde van zijn zittingstermijn.<br />
In december <strong>2010</strong> heeft de Raad van Toezicht haar jaarlijkse evaluatie gehouden met het College van Bestuur als geheel en<br />
met de leden hiervan afzonderlijk.<br />
De Raad van Toezicht heeft het vertrouwen in het functioneren van het College van Bestuur bevestigd. Tenslotte is eind<br />
<strong>2010</strong> de werving van een nieuw lid van het College van Bestuur gestart vanwege het aanstaande prepensioen van de huidige<br />
voorzitter van het College.<br />
8.2<br />
college vAn bestuur<br />
Het College van Bestuur is het bevoegd gezag van <strong>INOS</strong> en geeft leiding aan de organisatie.<br />
De samenstelling van het College van Bestuur is in <strong>2010</strong> niet gewijzigd:<br />
• Wim Kaizer, voorzitter<br />
• Frank van Esch, lid<br />
Collegiaal besturen<br />
Binnen het tweehoofdige College van Bestuur van <strong>INOS</strong> is er, naast specifieke portefeuille- verantwoordelijkheid, sprake van<br />
een algehele en brede gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het functioneren van heel <strong>INOS</strong>. De voorzitter is vooral belast<br />
met strategische taken, terwijl het lid vooral in de breedte van de beheersportefeuilles opereert.<br />
Vanzelfsprekend is de samenwerking tussen de twee leden van het College van Bestuur zeer intensief, waardoor sprake is<br />
van vrijwel continue afstemming. Daarbinnen wordt bewust een evenwicht gezocht tussen enerzijds operationele zaken die<br />
de actuele aandacht vragen en anderzijds strategische beleidsontwikkelingen die de samenhang in beleid op lange termijn<br />
garanderen.<br />
De binnen <strong>INOS</strong> ontwikkelde Jaarplanmonitor heeft ook in <strong>2010</strong> een belangrijke rol vervuld in de werkzaamheden van het<br />
College van Bestuur. Dit instrument volgt maandelijks de voortgang van de vele activiteiten in relatie tot het Jaarplan dat<br />
een directe relatie heeft met het Strategisch Beleidsplan van <strong>INOS</strong>. Het vervult tevens een rol in de verantwoording naar de<br />
Raad van Toezicht en de <strong>INOS</strong>-directeuren.<br />
Evaluatie<br />
Tijdens de jaarlijkse evaluatie met de Raad van Toezicht in december <strong>2010</strong>, is aangegeven dat het tweehoofdige College van<br />
Bestuur naar wens functioneert en dat er sprake is van wederzijds vertrouwen tussen de Raad van Toezicht en het College<br />
van Bestuur.<br />
8.3<br />
directeuren en directeuren in opleiding<br />
In het strategische document ‘Besturen en Organiseren’ hebben de directeuren binnen <strong>INOS</strong> een nieuwe positie gekregen.<br />
Een nieuwe, leidinggevende rol die veel minder operationeel en beheersmatig is. maar veel meer strategisch, onderwijskundig<br />
leidend qua stimulans op hoofdlijnen, planmatig innovatief, actief de verbindingen zoekend met de wijk en met andere<br />
instellingen buiten de school en integraal sturend op hoofdlijnen. In het licht van deze keuze is het aantal directeuren teruggebracht<br />
en zijn vrijwel alle directeuren van plaats veranderd.<br />
62 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 63
De roulatie onder directeuren heeft ook in <strong>2010</strong> voortgang gekregen. Enkele directeuren zijn weer van positie veranderd,<br />
samen met de verandering van samenstelling van enkele Organisatorische Eenheden. Één directeur is teruggetreden en één<br />
directeur is via externe werving benoemd.<br />
De in 2009 gestarte rol van Directeur in Opleiding heeft in <strong>2010</strong> zijn vruchten afgeworpen. Twee directeuren in opleiding<br />
hebben een definitieve positie gekregen als eindverantwoordelijk directeur. Eén directeur in opleiding doet extra ervaring op<br />
door onder de eindverantwoordelijkheid van een collega-directeur dagelijks leiding te geven aan een school. Eén directeur in<br />
opleiding heeft zich teruggetrokken.<br />
Voor de professionele ontwikkeling van het team van directeuren heeft <strong>INOS</strong> in <strong>2010</strong> gekozen voor een aantal meerdaagse<br />
bijeenkomsten onder externe leiding. Dit in het kader van de verdere ontwikkeling van het persoonlijk leiderschap en de<br />
versterking van de professionele, collegiale samenwerking.<br />
In 2011 zal <strong>INOS</strong> verder investeren in de professionele ontwikkeling van het team van <strong>INOS</strong>-directeuren. Ook zal de<br />
aandacht uitgaan naar aanvulling en verdere professionele ontwikkeling en opleiding van de ‘pool’ van Directeuren<br />
in Opleiding.<br />
8.4<br />
strAtegische proJectgroepen<br />
Gekoppeld aan het Directeurenberaad hebben ook in <strong>2010</strong> Strategische Projectgroepen gefunctioneerd op basis van de ambities<br />
in de notitie ‘Besturen en Organiseren’. Concreet is de inzet van de Projectgroepen gericht op de versterking van de rol<br />
van de directeuren in het <strong>INOS</strong>-brede domein. Het beoogde effect bij deze versterking is tweeledig, namelijk:<br />
• de schoolwerkelijkheid dichter bij het bestuurlijk proces brengen,<br />
• versterking van de beleidscapaciteit van <strong>INOS</strong>, waarbij aan de directeuren een centrale rol in de beleidsvoorbereiding<br />
wordt toebedacht.<br />
Bij de start van het schooljaar <strong>2010</strong>-2011 is ervoor gekozen om de Projectgroep Kwaliteitszorg/Communicatie/Innovatie te<br />
splitsen in drie zelfstandige projectgroepen in de verwachting dat daarmee elk van deze thema’s de aandacht zal krijgen die<br />
het verdient.<br />
De belangrijkste thema’s die in <strong>2010</strong> om inzet van de Projectgroepen hebben gevraagd zijn:<br />
Projectgroep Thema’s in <strong>2010</strong><br />
Financiën De financiële cyclus Trajecten voor Europese aanbesteding<br />
Huisvesting/ICT Realisatie van het ICT-beleidsplan, waaronder de inrichting van het I-team<br />
Implementatie van ParnasSys<br />
Personeel Inrichting van de gesprekkencyclus Ontwikkeling van een format voor berekening<br />
van normjaartaken<br />
Passend Onderwijs/WSNS Inrichting van OOK, het regionale netwerk Passend Onderwijs<br />
Beleidsvoorbereiding voor Passend Onderwijs binnen <strong>INOS</strong><br />
Brede School/Dagarrangementen Uitwerking van het Brede Schoolbeleid ‘Leren in Verbinding’<br />
Kwaliteitszorg Ontwikkeling van het format voor Meerjaren Strategisch Beleid op schoolniveau<br />
Voortgang ontwikkeling bestuurlijk dashboard<br />
Uitvoering en begeleiding tevredenheidonderzoeken<br />
Communicatie In <strong>2010</strong> in ontwikkeling<br />
Innovatie In <strong>2010</strong> in ontwikkeling<br />
De voortgang die in <strong>2010</strong> is gerealiseerd op de thema’s van de Strategische Projectgroepen wordt elders in dit jaarverslag<br />
besproken.<br />
8.5<br />
MedezeggenschAp<br />
De constructieve sfeer binnen de GMR leidt in het besluitvormingsproces steeds tot een verantwoorde, weldoordachte afweging<br />
van het belang van leerlingen, personeel en ouders van de <strong>INOS</strong>-scholen. Op verzoek van het College van Bestuur gaf de<br />
GMR in <strong>2010</strong> advies en/of instemming met betrekking tot:<br />
Advisering<br />
• Regeling Time-out, Schorsing en Verwijdering<br />
• ICT-beleidsplan<br />
• Vakantierooster <strong>2010</strong>-2011<br />
• Procedure formatieronde<br />
• Identiteitsbeleid<br />
Instemming<br />
• Functiehuis<br />
• Toelage directeuren<br />
• Klachtenregeling<br />
• Wijziging twee Organisatorische Eenheden<br />
• Veiligheidsbeleid<br />
• Gesprekkencyclus<br />
• Gedragscode<br />
• Aanvullingen kadernotitie Functiemix<br />
• Procedure verplaatsen directeuren binnen <strong>INOS</strong><br />
• Uitruil LC-functies<br />
• Aanpassingen van de normfuncties in het Functiehuis<br />
• Aanpassingen CvB-reglement<br />
De drie werkgroepen van de GMR, Onderwijs, Financiën, Personeel en Organisatie, functioneren goed. De deelname van<br />
MR-leden van <strong>INOS</strong>-scholen aan deze werkgroepen bleef achter bij de verwachting en is voor volgend jaar een gericht actiepunt.<br />
Het communiceren tussen GMR en haar achterban blijkt, ondanks de ruime stroom van informatie vanuit de GMR, nog niet<br />
voldoende om alle 31 MR’en goed te bereiken. Meer succesvol bleken de door de GMR georganiseerde contactavonden met<br />
de MR’en over actuele thema’s. Presentaties van de leden van het CvB op deze avonden waren erg informatief.<br />
Het actief benutten van de <strong>INOS</strong>-portal in de communicatie bleek meer tijd te vergen. De voorbereidingen worden in het<br />
schooljaar <strong>2010</strong>-2011 afgerond, zodat komend jaar de GMR-portal echt zal kunnen gaan functioneren.<br />
Veel onderdelen van Integraal Personeelsbeleid blijven ook de komende periode de aandacht van de GMR vragen. Zowel bezuinigingen<br />
en de formatieve consequenties als de invoering van Passend Onderwijs zullen regelmatig op de agenda staan.<br />
Het overleg van de GMR met het College van Bestuur is, mede door de open houding van het bestuur, constructief op basis<br />
van wederzijds respect. Al in een vroegtijdig stadium betrekt het CvB de GMR bij ontwikkelingen. Ook de door de GMR<br />
gevraagde tussenevaluaties van vernieuwingsprocessen zijn aan de GMR beschikbaar gesteld, waardoor kritisch meedenken<br />
en volwaardige medezeggenschap mogelijk zijn.<br />
64 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 65
9<br />
de orgAnisAtorische<br />
eenheden<br />
9.1<br />
ontwikkelingen en verAnderingen<br />
De samenstelling van Organisatorische Eenheden, waarbinnen één grote school of meerdere kleinere scholen door één<br />
directeur worden aangestuurd, is in 2007 gerealiseerd. Hiermee komt er meer ruimte voor de realisatie van Zelfverantwoordelijke<br />
Teams en ontstaat het gewenste niveau van strategisch opererende directeuren.<br />
Jaarlijks wordt bezien of de samenstelling van de Organisatorische Eenheden en de positie van de directeuren nog aansluit<br />
bij de ontwikkelingen op de scholen en de wijken waarin de scholen staan. Daarnaast wordt ook de persoonlijke en professionele<br />
ontwikkeling van directeuren meegewogen. Dit heeft in <strong>2010</strong> geleid tot één tijdelijke wijziging. Met ingang van 1<br />
augustus <strong>2010</strong> heeft Kbs Effen de Eenheid met Kbs Petrus & Paulus verlaten en is toegevoegd aan de Eenheid met Kbs De<br />
Driezwing en Kbs Kievitsloop.<br />
Daarmee is de situatie eind <strong>2010</strong> als volgt:<br />
Samenstelling Organisatorische Eenheden<br />
Kbs De Boomgaard<br />
Kbs De Burchtgaarde<br />
Kbs Jacinta<br />
Kbs De Driezwing<br />
Kbs Effen<br />
Kbs Kievitsloop<br />
Kbs De Eerste Rith<br />
Kbs Sinte Maerte<br />
Kbs De Griffioen<br />
Kbs Hagehorst<br />
Kbs De Werft<br />
Kbs Helder Camara<br />
Kbs De Wegwijzer<br />
Kbs De Horizon<br />
Kbs De Rosmolen<br />
Kbs St. Joseph<br />
Kbs De Liniedoorn<br />
Kbs De Spoorzoeker<br />
Kbs John F. Kennedy<br />
Kbs De Keysersmolen<br />
Kbs De Weerijs<br />
Kbs Petrus & Paulus<br />
Kbs De Watervlinder<br />
Kbs De Wisselaar<br />
Kbs Weilust<br />
Kbs De Zandberg<br />
SBO De Leye<br />
SBO Westerhage<br />
SO Openluchtschool voor LZK<br />
SO/VSO Liduinaschool voor ZML<br />
SO/VSO Mytylschool De Schalm<br />
9.2<br />
senior coAch<br />
In <strong>2010</strong> zijn veel zaken aan de orde geweest, waarbij de tijdelijke senior coach voor directeuren betrokken was. Inspectiebezoeken<br />
en de voorbereiding ervan, het opstellen van plannen van aanpak, coachingsgesprekken met directeuren en de<br />
veranderende opzet van managementteams op diverse scholen behoorden tot de primaire taken.<br />
Er vond regelmatig overleg met collega’s van het bestuursbureau plaats, onder meer met de afdeling P&O. Frequent zijn er<br />
gesprekken van diverse aard met het College van Bestuur gevoerd.<br />
Meer school- en toekomstgericht bestonden de werkzaamheden uit:<br />
• het zoeken naar andere vormen van leren,<br />
• het opstellen van projectplannen Slim-Fit,<br />
• het ondersteunen bij moeizaam verlopend overleg op sommige scholen,<br />
• de ontwikkeling van zelfverantwoordelijkheid,<br />
• de interpretatie van de diverse onderzoeksresultaten,<br />
• vanaf september met name het bespreken van de te lopen route voor het Meerjaren Strategisch Beleidsplan en de<br />
uitwerking daarvan.<br />
Uiteraard is volop aandacht besteed aan de vastgestelde beleidslijnen van <strong>INOS</strong>. Meer in het bijzonder aan de consequenties<br />
daarvan voor de diverse beleidsterreinen op schoolniveau.<br />
9.3<br />
veiligheidsbeleid<br />
In 2009 is voor de eerste maal een breed gezamenlijk veiligheidsbeleid op bestuursniveau ontwikkeld aan de hand van de<br />
veiligheidschecklist van het Landelijke Kwaliteitsteam Veiligheid.<br />
Voor het jaar <strong>2010</strong> waren de belangrijkste verbeterdoelstellingen:<br />
• Elke school maakt een eigen veiligheidsplan dat aansluit bij het <strong>INOS</strong>-veiligheidsbeleid. Daarbij wordt de school<br />
actief ondersteund door het Landelijke Kwaliteitsteam Veiligheid.<br />
• Er wordt een <strong>INOS</strong>-breed draaiboek ontwikkeld voor het handelen in ernstige (crisis)situaties rondom veiligheid.<br />
Hierbij is ook ondersteuning van het Landelijke Kwaliteitsteam Veiligheid gevraagd.<br />
Zoals afgesproken zijn alle <strong>INOS</strong>-scholen door<br />
het Landelijke Kwaliteitsteam Veiligheid voor<br />
een quickscan bezocht. Daarvan is een verslag<br />
gemaakt, op basis waarvan alle scholen verbeterstappen<br />
op het terrein van schoolveiligheid<br />
kunnen zetten.<br />
inos-scholen ziJn veilige scholen.<br />
De ontwikkeling van het draaiboek rondom crisissituaties heeft in <strong>2010</strong> nog niet die ontwikkeling bereikt die <strong>INOS</strong> voor<br />
ogen had. Deze vertraging is mede terug te voeren op een gezamenlijke ontwikkeling in het Bestuurlijk Overleg Breda.<br />
Hierdoor wordt in 2011 Breda-breed een dergelijk ‘crisis-interventieplan’, of ‘sociaal veiligheidsbeleid’ ontwikkeld. Deze ontwikkeling<br />
gaat een sterke verbetering van het gezamenlijke Bredase schoolveiligheidsbeleid inhouden. <strong>INOS</strong> heeft daarom<br />
besloten te investeren in deze gezamenlijke ontwikkeling in plaats van het uitwerken van een volledig eigen lijn.<br />
66 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 67
10<br />
de zelfverAntwoordeliJke<br />
teAMs<br />
10.1<br />
zelfverAntwoordeliJke teAMs<br />
De ontwikkeling naar Zelfverantwoordelijke Teams is een belangrijke keuze in de strategische beleidsdocumenten ‘Missie<br />
en visie’ en ‘Besturen en organiseren’. Een verdere uitwerking vindt plaats in het Strategisch Beleidsplan 2008-2012 ‘<strong>INOS</strong><br />
brengt leren tot leven’.<br />
In 2009 is een belangrijke tussenstap gezet door het uitvoeren van een Tussenevaluatie. Hierover is in het <strong>Jaarverslag</strong> over<br />
2009 uitgebreid gerapporteerd.<br />
Eind <strong>2010</strong> is een start gemaakt met een externe evaluatie over de ontwikkeling van zelfverantwoordelijkheid binnen <strong>INOS</strong>.<br />
Hierover zal begin 2011 een rapportage volgen die wederom tot een publicatie in de ‘<strong>INOS</strong>-reeks’ zal leiden. Daarnaast is in<br />
het jaar <strong>2010</strong> voornamelijk geïnvesteerd in de ontwikkeling van het professionele netwerk van Teamcoördinatoren.<br />
10.2<br />
de teAMcoördinAtor<br />
In de ontwikkeling van de Zelfverantwoordelijke Teams vervult de Teamcoördinator een cruciale rol. Daar is in de tussenevaluatie<br />
uit 2009 veel aandacht aan besteed. De belangrijkste conclusie was dat de rol van Teamcoördinator binnen <strong>INOS</strong><br />
groeiende is. Daarbij bewandelt ieder team zijn eigen weg. Soms soepel en soms met vallen en opstaan. Om de Teamcoordinatoren<br />
verder te ondersteunen in hun rol en ontwikkeling, was de doelstelling voor <strong>2010</strong> voornamelijk gericht op de<br />
versterking van hun <strong>INOS</strong>-brede professionele netwerk.<br />
In april <strong>2010</strong> heeft daartoe een succesvolle bijeenkomst plaatsgevonden van het voltallige netwerk (ongeveer 75 personen!)<br />
van Teamcoördinatoren. Tijdens deze bijeenkomst was de motivatie en ambitie voelbaar en is veel ruimte gegeven aan de<br />
onderlinge uitwisseling van ervaringen. Tevens is op dat moment een kerngroep samengesteld om intensiever bij de ontwikkeling<br />
van het netwerk betrokken te zijn.<br />
Na deze bijeenkomst zijn samen met de kerngroep de volgende activiteiten opgepakt:<br />
• Er bleek een sterke behoefte te bestaan aan houvast door de ontwikkeling van een voorbeeld taakomschrijving van<br />
de rol van Teamcoördinator. Deze taakomschrijving is in <strong>2010</strong> ontwikkeld en begin 2011 breed in de organisatie<br />
verspreid en besproken.<br />
• Er is een wervingsprocedure gestart voor het aantrekken van professionele aansturing van het netwerk. Deze<br />
wervingsprocedure was succesvol, maar enkele maanden na de start heeft de betreffende persoon door privéomstandigheden<br />
de functie noodgedwongen neergelegd. Dit heeft voor vertraging gezorgd. Hierna heeft het<br />
netwerk zich professioneel getoond en is een opvolger uit eigen gelederen gevonden.<br />
• De kerngroep is betrokken geweest bij de voortgang van het externe onderzoek naar de ontwikkeling van<br />
zelfverantwoordelijkheid binnen <strong>INOS</strong>.<br />
In 2011 zullen de conclusies van de externe evaluatie naar zelfverantwoordelijkheid een grote invloed hebben op de doorontwikkeling<br />
van de rol van Teamcoördinator. De verwachting is dat het netwerk zich verder zal ontwikkelen.<br />
68 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
JAArverslAg
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 17<br />
conciËrge plus: extrA of noodzAAk?<br />
JOS NUIJTEN, 55 JAAR<br />
CONCIëRGE (PLUS) OP KBS DE LINIEDOORN,<br />
EN CONCIëRGE PLUS OP DE KBS ST. JOSEPH EN KBS DE SPOORZOEKER<br />
Na de LTS, de avondschool, eerst werkzaam als lasser en daarna onder dak bij de Marine heeft Jos<br />
Nuijten 30 jaar in een Bredaas brandbeveiligingsbedrijf gewerkt. Sinds 2009 is hij conciërge plus op<br />
drie scholen van <strong>INOS</strong>. Als conciërge plus op Kbs St. Joseph en Kbs De Spoorzoeker houdt hij zich ‘s<br />
middags vooral bezig met onderhoudstaken. De Liniedoorn is in de ochtenden zijn werkterrein als<br />
conciërge.<br />
Zijn takenpakket is indrukwekkend. Onderhoud, contact met de wijkagent, offertes opvragen,<br />
sleutelbeheer, ICT-werkzaamheden, ongevallenregistratie, teveel om op te noemen. Jos<br />
investeert ook tijd in zijn werk als hoofd Bedrijfshulpverlening (BHV). Zo organiseert hij elk jaar<br />
voorlichtingsbijeenkomsten voor alle collega’s van de drie scholen. Ontruimingsoefeningen en het<br />
regelen van herhalingscursussen voor alle BHV’ers staan ook in zijn agenda.<br />
Vol trots laat hij een PowerPoint presentatie zien met als thema: ‘Hoe kan ik het werk van de<br />
directeuren en leerkrachten verlichten?’ Jos vult aan: ”Van mijn werk maak ik zelf een topbaan.<br />
Ik zorg er zelf voor dat ik met plezier naar mijn werk ga.” Deze presentatie maakte Jos voor de<br />
workshop op de <strong>INOS</strong> Onderwijsdag van <strong>2010</strong>. Een vijfentwintigtal collega’s en medewerkers van<br />
de tussenschoolse opvang woonden zijn presentatie bij. “Ik vond het super om te doen, een echte<br />
uitdaging”, zegt Jos.<br />
“Ik werd door de directeur van mijn drie scholengevraagd om een workshop voor mijn collega’s<br />
te verzorgen. Het programma van de Onderwijsdag 2009 was wel interessant, maar voor onze<br />
doelgroep was er niet echt iets geschikt bij”, verwoordt Jos diplomatiek. Die workshop heeft zijn<br />
vruchten wel afgeworpen. “Je leert elkaar kennen en je wisselt de nodige ervaringen uit. Ik vond<br />
het bijvoorbeeld belangrijk om uit leggen hoe je met weinig middelen toch heel veel kunt bereiken.<br />
Ik kon ook duidelijk maken wat ik met name op De Liniedoorn allemaal doe.”<br />
Bijzonder is wel dat Jos zijn collega’s attendeerde op het boekje ‘Tijdloze waarden’, het<br />
identiteitsdocument dat <strong>INOS</strong> in <strong>2010</strong> onder alle medewerkers heeft verspreid. Hij stond<br />
uitgebreid stil bij de gedragscode waaraan iedereen binnen <strong>INOS</strong> zich moet conformeren.<br />
Tot besluit vertelt Jos dat hij tijdens zijn werk als conciërge erg kan genieten van het contact met de<br />
kinderen.<br />
Jos nuiJten<br />
70 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 71
11<br />
integrAAl personeelsbeleid<br />
11.1<br />
ontwikkelingen personeelsbeleid<br />
<strong>INOS</strong> onderkent het belang van Integraal Personeelsbeleid (IPB). Goed personeelsbeleid biedt scholen een handvat om de<br />
organisatorische doelstellingen af te stemmen op de personele mogelijkheden en deze te beïnvloeden. Het verbindt en biedt<br />
medewerkers meer loopbaanperspectief. Bovendien heeft het een positief effect op de kwaliteit van ons onderwijs. In 2009<br />
is voor het eerst gewerkt met een jaarplan IPB, met een uitwerking van de geplande doelstellingen voor 2009die in <strong>2010</strong><br />
doorliepen. Hieronder volgt een terugblik op hetgeen in <strong>2010</strong> is bereikt als onderdeel van dit IPB.<br />
Functiehuis en taakbeleid binnen <strong>INOS</strong><br />
De ingangsdatum van het nieuwe Functiehuis was 1 januari <strong>2010</strong>. Niet iedereen was het echter eens met de plaatsing. Dit<br />
heeft geleid tot een aantal bijeenkomsten van de Interne Bezwarencommissie FUWA en enkele bijstellingen van het Functiehuis.<br />
In oktober heeft de GMR definitief ingestemd met het Functiehuis inclusief de aanpassingen op basis van de Functiemix.<br />
De overige medewerkers zijn toen ook definitief in de nieuwe functie geplaatst. Over één functie is er nog steeds discussie<br />
tussen de organisatie en medewerkers. Een externe bezwarencommissie doet hier in 2011 een definitieve uitspraak over.<br />
<strong>INOS</strong> heeft ook in <strong>2010</strong> het taakbeleid meer vorm gegeven, mede door de invloed van de Functiemix. Een van de voorwaarden<br />
voor een medewerker om in een andere functie (op basis van de Functiemix) geplaatst te worden, is dat men ingezet<br />
dient te worden op een of meerdere taakclusters. Men zal in dit cluster een extra inzet voor de organisatie moeten leveren.<br />
Een ander resultaat wat in <strong>2010</strong> is bereikt, is het vaststellen van een gemeenschappelijk model ‘Normjaartaak <strong>INOS</strong>’, waarmee<br />
de afspraken m.b.t.de Normjaartaak uniform kunnen worden toegepast.<br />
Gesprekkencyclus binnen <strong>INOS</strong><br />
In <strong>2010</strong> hebben de scholen een start gemaakt met de gesprekkencyclus. Inmiddels is deze cyclus een vast onderdeel van<br />
de jaarplanning op de diverse scholen en geeft het een goedinzicht op de kwaliteit van medewerkers. Daarnaast is het een<br />
vereiste om te voldoen aan de procedure- voorschriften van de beloningsdifferentiatie.<br />
Beloningsdifferentiatie<br />
In <strong>2010</strong> heeft de GMR ingestemd met het beleid ‘Beloningsdifferentiatie’. Dit heeft in <strong>2010</strong> al geleid tot voordrachten die<br />
door het CvB zijn beoordeeld. Voor een aantal excellente medewerkers heeft dit tot een gratificatie en/of toeslag geleid. Voor<br />
2011 is er in elke schoolbegroting een structurele component voor beloningsdifferentiatie opgenomen.<br />
BHV, ziekteverzuim, preventie en arbeidsomstandigheden<br />
Vanaf januari <strong>2010</strong> houdt de bedrijfsarts van de Arbo Unie elke maandag zijn spreekuur op het bestuursbureau van <strong>INOS</strong>.<br />
Hierdoor zijn er steeds meer overlegmogelijkheden ontstaan om het verzuim terug te dringen en is er een betere binding met<br />
het onderwijs ontstaan. Vooral inhoudelijk is er een verbeterslag in <strong>2010</strong> te zien geweest.<br />
<strong>INOS</strong> heeft in <strong>2010</strong> een traject doorlopen om de risico’s en mogelijkheden in kaart te brengen met als doel een afgewogen<br />
keuze te kunnen maken om wel of niet eigen risicodrager WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) te worden.<br />
Dit was in <strong>2010</strong> nog ondergebracht bij het UWV. Uiteindelijk is besloten om hier uit te stappen en eigen risicodrager te worden,<br />
waarvan de herverzekering bij Interpolis is ondergebracht. De jaarlijkse besparing heeft bij gelijkblijvende rechten van<br />
werknemers ruim € 200.000,- opgeleverd.<br />
Functiemix<br />
In <strong>2010</strong> is er een forse start gemaakt met de invoering van de Functiemix. Er zijn nieuwe functies LB (BAO) en LC (S(B)O)<br />
aan het Functiehuis toegevoegd met een eigen functiebeschrijving en aanvullende voorwaarden. Ook zijn er vanaf augustus<br />
medewerkers in deze nieuwe functies benoemd, nadat ze een uitgebreide sollicitatieprocedure hebben doorlopen en<br />
door twee directeuren geschikt bevonden zijn. Ook voor het schooljaar 2011-2012 worden er weer LB/LC functies in de<br />
diverse formaties opgenomen. In <strong>2010</strong> is er door diverse scholen geïnvesteerd in leerkrachten om ze bekwamer te maken<br />
en daardoor de kans te vergroten dat ze in aanmerking komen voor de LB/LC functie. Met instemming van de GMR is wel<br />
vast komen te staan dat <strong>INOS</strong> geen gebruik maakt van de mogelijkheid om ook LC functies in het basisonderwijs in te zetten.<br />
Deze zijn uitgeruild tegen meer LB functies. Voor directeuren is er in het najaar van <strong>2010</strong> een workshop georganiseerd, waar<br />
vooral is ingegaan op de problemen waar directeuren tegenaan liepen. Dit heeft geleid tot een herbezinning van de voorwaarden<br />
en heeft directeuren weer bewuster gemaakt van de te volgen processtappen in het kader van de Functiemix.<br />
Arbeidsvoorwaarden<br />
Ook in <strong>2010</strong> is medewerkers de gelegenheid geboden om gebruik te maken van diverse extra arbeidsvoorwaarden. Zo zijn er<br />
kortingen afgesproken met Loyalis, Centraal Beheer en Zilveren Kruis en biedt Rabobank een gunstige rente voor levensloopsparen.Ook<br />
konden medewerkers weer gebruik maken van de ‘cafetariaregeling’, waarbij men binnen het fiscale kalenderjaar<br />
kan profiteren van een onbelaste vergoeding van € 0,19 per kilometer door een bedrag van gelijke hoogte in mindering<br />
te laten brengen op de structurele Eindejaarsuitkering. Per saldo leverde deze uitruil voor het merendeel van de werknemers<br />
een fiscaal voordeel op van 42% (verschil tussen brutto en netto).<br />
Mobiliteitsbeleid gekoppeld aan formatiebeleid<br />
In 2009 is een procedure opgesteld om vorm te geven aan de vrijwillige en verplichte mobiliteit binnen <strong>INOS</strong>. Deze is in<br />
<strong>2010</strong> gevolgd. Concreet betekende dit dat eerst ruimte is gegeven aan medewerkers die zelf aangaven open te staan voor een<br />
functie op een andere school. Zij hebben eerst kunnen reageren op mogelijke functies op andere scholen. Daardoor is op een<br />
positieve manier beweging ontstaan binnen <strong>INOS</strong>. Immers, een medewerker die vertrekt naar een andere school, laat ook<br />
weer een vacature achter. Na deze eerste ronde van vrijwillige mobiliteit is invulling gegeven aan de verplichte mobiliteit.<br />
Daarbij ging het om medewerkers met een vaste aanstelling die boventallig werden op hun school. Voor deze medewerkers is<br />
een geschikte functie gezocht binnen de formatieruimte.<br />
Tijdens het hele proces is een zogenoemde mobiliteitscommissie actief geweest, bestaande uit het hoofd P&O en een aantal<br />
<strong>INOS</strong>-(sector)directeuren. Zij hebben steeds een kandidaat gekoppeld aan de beschikbare formatieruimte op basis van factoren<br />
als werktijdfactor, voorkeur van de kandidaat en specifieke behoeften van de school.<br />
Het was een ingewikkeld proces met als bevredigend resultaat dat alle medewerkers met een vaste aanstelling voor het<br />
schooljaar <strong>2010</strong>-2011geplaatst konden worden. Ook hoefde er slechts een beperkt aantal tijdelijke benoemingen beëindigd<br />
te worden.<br />
Communicatie<br />
Ook in <strong>2010</strong> is er veel gecommuniceerd met medewerkers. Email vormde hierbij het belangrijkste communicatiemiddel. Ook<br />
is steeds een bijdrage aan DIG<strong>INOS</strong> geleverd, het personeelsblad van <strong>INOS</strong>. Tijdens de <strong>INOS</strong> Onderwijsdag heeft de afdeling<br />
P&O een workshop voor medewerkers over ‘Leeftijdsbewust Personeelsbeleid’ gegeven.<br />
11.2<br />
MAtchpoint, vervAngingsorgAnisAtie inos<br />
In opdracht van <strong>INOS</strong> heeft een projectgroep in 2009 onderzoek gedaan naar mogelijkheden om de vervangingsorganisatie<br />
binnen haar scholen efficiënter te organiseren.<br />
72 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 73
Het daadwerkelijk regelen van een geschikte vervanger, vooral bij een acute behoefte, bleek het grootste knelpunt te zijn.<br />
<strong>INOS</strong> heeft op aandringen van haar directeuren gekozen voor het opzetten van een vervangingsorganisatie in eigen beheer,<br />
Matchpoint genaamd.<br />
Er is een interne kandidaat benoemd, die belast is met de coördinatie en aansturing van de vervangingsorganisatie. Van<br />
buiten <strong>INOS</strong> zijn twee parttime planners aangetrokken, die vanuit huis werken.<br />
Om vraag en aanbod op een goede manier bij elkaar te brengen is er een keuze gemaakt voor een adequaat softwarepakket.<br />
In <strong>2010</strong> moesten deze inspanningen naar verwachting leiden tot een goed lopende vervangingsorganisatie. Terugkijkend<br />
op het afgelopen jaar heeft Matchpoint die verwachtingen kunnen waarmaken. Matchpoint kreeg 3.680 aanvragen van de<br />
<strong>INOS</strong>-scholen.<br />
Gemiddeld zijn er 119 aanvragen per school per jaar, wat drie aanvragen per school per schoolweek betekent.<br />
De minst vragende scholen kennen gemiddeld minder dan één aanvraag per twee weken en de meest vragende school heeft<br />
ruim acht aanvragen per week.<br />
Van deze 3.680 aanvragen heeft Matchpoint, over het gehele jaar bezien, in 533 gevallen (14,5%) geen match met een invaller<br />
kunnen maken. Dat betekent dat in ruim 85% van de aanvragen Matchpoint voor vervanging heeft kunnen zorgen.<br />
Voor een eerste jaar mag dat een goed resultaat worden genoemd in de wetenschap dat de beginperiode met een krapper invallersaantal,<br />
de weken van de Mexicaanse griepgolf en de vervangingen binnen het Speciaal Onderwijs (waarvoor minder<br />
invallers beschikbaar zijn) hierin zijn verdisconteerd.<br />
Scholen zijn overwegend positief. Het blijft echter heel vervelend dat in voorkomende gevallen incidenteel geen vervanging<br />
beschikbaar is. Vanzelfsprekend zijn leerlingen er niet bij gebaat, wanneer groepen dientengevolge tijdelijk samengevoegd<br />
moeten worden.<br />
Het verhogen van het percentage geslaagde matches is voor Matchpoint in 2011 een uitdaging.<br />
Stonden er op 1 januari <strong>2010</strong> ruim 200 invallers ingeschreven, eind december <strong>2010</strong> waren dat er ruim 350.<br />
Bij studie- en intervisiebijeenkomsten werd aan de invalkrachten naar hun mening gevraagd over de gang van zaken. Hieruit<br />
mag worden geconcludeerd dat de betrokkenen over het algemeen tevreden zijn over de organisatie van de vervangingen<br />
binnen <strong>INOS</strong> en wat daarmee samenhangt. Dat geldt eveneens voor de opvang en begeleiding op de scholen.<br />
11.3<br />
personeel in ciJfers<br />
Aantal medewerkers:<br />
De onderstaande tabel en grafiek laten zien hoe de verdeling van het totaal aantal medewerkers was op 31 december <strong>2010</strong><br />
per leeftijdscategorie en per geslacht.<br />
Leeftijd opbouw per: 31-12-<strong>2010</strong><br />
Man Vrouw Totaal:<br />
> 24 2 57 59<br />
24-34 30 316 346<br />
34-44 44 241 285<br />
44-54 76 301 377<br />
54-59 60 137 197<br />
59 > 44 58 102<br />
Totaal 256 1110 1366<br />
Op 31 december <strong>2010</strong> waren er in totaal 1.366 medewerkers in dienst. Aan formatie was er op 31 december <strong>2010</strong> 1.017 Fte<br />
beschikbaar. Ter vergelijking: op 31 december 2008 was dat 1.004 Fte en op 31 december 2009 1.025 Fte. (Fte: Fulltimeequivalent<br />
om de omvang van functies of personeelsterkte uit te drukken)<br />
Verdeling over de verschillende functiecategorieën:<br />
Binnen het personeelsbestand van <strong>INOS</strong> onderscheiden we drie categorieën functies:<br />
• Directiefuncties (directeuren, directeuren in opleiding, sectordirecteuren in opleiding en de overgebleven<br />
adjunct-directeuren) (Dir),<br />
• Onderwijsondersteunend personeel (OOP),<br />
• Onderwijzend personeel (OP).<br />
Onderstaande tabel en grafiek geven de verdeling over deze functiecategorieën weer in de verschillende leeftijdscategorieën.<br />
Dir OOP OP Totaal:<br />
> 24 0 16 43 59<br />
24-34 0 80 266 346<br />
34-44 6 66 213 285<br />
44-54 15 104 258 377<br />
54-59 17 45 135 197<br />
59 > 8 18 76 102<br />
Totaal: 46 329 991 1.366<br />
74 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 75<br />
350<br />
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
> 24 24-34 34-44 44-54 54-59 59 ><br />
Man<br />
Vrouw
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
> 24 24-34 34-44 44-54 54-59 59 ><br />
Gegevens omtrent het verzuim in <strong>2010</strong><br />
2008 2009 <strong>2010</strong><br />
Verzuimpercentage incl. vangnet *) 5,78 6,46 7,78<br />
Verzuimpercentage excl. vangnet 4,88 5,97 7,45<br />
Meldingsfrequentie 1,24 1,20 1,16<br />
Gemiddelde verzuimduur 9,15 dagen 8,50 dagen 17,01 dagen<br />
*) zwangerschap en ziekte als gevolg van zwangerschap<br />
18<br />
16<br />
14<br />
12<br />
10<br />
8<br />
6<br />
4<br />
2<br />
0<br />
Verzuimpercentage incl vangnet *)<br />
*) zwangerschap en ziekte als gevolg van zwangerschap<br />
Verzuimpercentage excl. vangnet<br />
Meldingsfrequentie<br />
Gemiddelde verzuimduur<br />
Dir<br />
OOP<br />
OP<br />
2008<br />
2009<br />
<strong>2010</strong><br />
De gegevens uit <strong>2010</strong> vertonen een behoorlijke groei van het verzuimpercentage. Tegelijkertijd is er een lichte terugloop in<br />
de meldingsfrequentie te zien.<br />
In het meest recente overzichtsrapport ‘Verzuim en vervanging in het Primair Onderwijs 2009’ van het ministerie van Onderwijs,<br />
Cultuur en Wetenschap over de jaren 2007, 2008 en 2009, is er ook landelijk een groei van het verzuimpercentage te<br />
constateren. De meldingsfrequentie ligt landelijk iets hoger dan binnen <strong>INOS</strong> het geval is.<br />
Ziekteverzuim wordt bekostigd vanuit een verplichte aansluiting bij het Vervangingsfonds. Het aanscherpen van procedures<br />
en van de administratieve organisatie hebben er mogelijk toe geleid dat betere registratie hogere cijfers hebben opgeleverd.<br />
In 2011 wordt dit onderwerp speerpunt van beleid binnen <strong>INOS</strong>. In paragraaf 11.1 is al gememoreerd dat <strong>INOS</strong> zelf risicodrager<br />
voor de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) is geworden.<br />
Sinds januari <strong>2010</strong> houdt de bedrijfsarts zijn spreekuur voor <strong>INOS</strong> gedurende één dag per week op het bestuursbureau van<br />
<strong>INOS</strong>. Dit is een positieve ontwikkeling geweest voor wat betreft de communicatie en de snelheid van onderling afstemmen<br />
en overleggen. Toch heeft er ten opzichte van 2009 wel een stijging plaatsgevonden van de verzuimduur. Deze stijging is te<br />
verklaren door de toename van de langdurige verzuimgevallen.<br />
76 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 77
12<br />
coMMunicAtie en pr<br />
12.1<br />
ontwikkeling coMMunicAtiestructuur<br />
De onderlinge communicatie tussen College van Bestuur, directies, GMR en MR’en blijft een punt van aandacht. Op verzoek<br />
van het CvB gaat de projectgroep Communicatie in 2011 onderzoeken op welke wijze de (interne) informatiestromen verbeterd<br />
kunnen worden. Voortbouwend op de aanbevelingen uit het communicatieonderzoek van 2008-2009 belegt de GMR<br />
per jaar enkele bijeenkomsten speciaal voor de MR’en van alle scholen. Die bijeenkomsten blijken in een duidelijke behoefte<br />
te voorzien.<br />
Positief is de frequentie waarop <strong>INOS</strong> en haar scholen in de (regionale) pers verschijnen. Aanleiding daartoe zijn onder<br />
meer onderscheidingen die <strong>INOS</strong> en verschillende scholen ten deel zijn gevallen, naast onderwijskundige gebeurtenissen<br />
en diverse feestelijkheden. Daar waar sprake is van crisissituaties of calamiteiten, is de voorzitter van het CvB de primaire<br />
woordvoerder. In <strong>2010</strong> is daar een aantal keren sprake van geweest.<br />
De raamovereenkomst die begin <strong>2010</strong> werd afgesloten met een communicatiebedrijf is naar volle tevredenheid van beide<br />
partijen bevestigd. Vormgeving en druk zijn nu in één hand, wat de efficiency ten goede is gekomen. Niet alleen <strong>INOS</strong> verstrekt<br />
opdrachten, dat geldt ook voor scholen en kenniscentra binnen de organisatie.<br />
Het netwerk van schoolcorrespondenten van het personeelsblad DIG<strong>INOS</strong> is op één uitzondering na compleet. De maximale<br />
omvang van de edities wordt bijna altijd gerealiseerd, terwijl de oplage stabiel blijft. Naast de regelmatig ontvangen positieve<br />
reacties is het opmerkelijk dat onder het onderwijzend personeel DIG<strong>INOS</strong> minder gewaardeerd wordt, afgaande op<br />
het resultaat uit het Tevredenheidsonderzoek van voorjaar <strong>2010</strong>.<br />
De projectgroep Communicatie gaat onderzoeken wat er volgens de eigen medewerkers verbeterd moet worden.<br />
In 2011 wordt bovendien nagegaan of de vormgeving aan verandering toe is en wellicht in professionele handen gegeven<br />
moet worden. Het CvB wordt gevraagd de positie van het personeelsblad te herformuleren.<br />
12.2<br />
de inos-portAl Als coMMunicAtieplAtforM<br />
De nieuwspagina, onderdeel van de <strong>INOS</strong>-website bewijst zijn nut steeds meer. Naast actuele nieuwsfeiten vanuit de organisatie<br />
dragen ook individuele scholen met de regelmatig interessant nieuws aan.<br />
Naast het openbare deel is het besloten deel, het intranet, toegankelijk voor individuele medewerkers en groepen binnen<br />
<strong>INOS</strong>. Dit platform wordt steeds intensiever gebruikt voor het publiceren van verslagen, documenten en het bijhouden van<br />
agenda’s van de diverse samenwerkingsgroepen en gremia binnen <strong>INOS</strong>.<br />
De GMR zal in 2011 ook haar website en intranet gaan gebruiken en daarmee belangstellende ouders, MR’en en personeel<br />
van <strong>INOS</strong> informeren over haar activiteiten.<br />
In <strong>2010</strong> heeft het CvB in overleg met het Directeurenberaad besloten om gebruik te gaan maken van de <strong>2010</strong> versie van<br />
SharePoint en Exchange. Zo kunnen ook de meest recente toepassingen benut worden.<br />
Het is de bedoeling om in de komende jaren ook alle websites van de <strong>INOS</strong>-scholen op de <strong>INOS</strong>-portal onder te brengen. In<br />
<strong>2010</strong> is daarvoor een pilot met Kbs De Burchtgaarde gestart.<br />
12.3<br />
onderwiJsdAg<br />
Maandag 1 november <strong>2010</strong> is de vierde <strong>INOS</strong>-Onderwijsdag gehouden met als thema ‘(Work)shoppen bij elkaar’. Vanwege<br />
de hoge waardering voor het bij elkaar op bezoek gaan tijdens de Onderwijsdag van 2009, werd daarom aan deze opzet een<br />
vervolg gegeven.<br />
Uit de evaluatie is inmiddels gebleken dat van een succesformule gesproken kan worden.<br />
Naast het ochtendprogramma met 55 workshops, bijna allemaal verzorgd door eigen medewerkers, werden ’s middags een<br />
aantal educatieve films en documentaires vertoond. Ook was dit jaar de organisatie voor het eerst volledig in handen van<br />
eigen medewerkers. Het digitaal inschrijven was een primeur die voor herhaling vatbaar is.<br />
Het thema voor de Onderwijsdag van 31 oktober 2011 is ‘Omgaan met gedragsproblemen’.<br />
12.4<br />
uitwisseling professionele kennis en ervAring<br />
Er is veel kennis en ervaring binnen <strong>INOS</strong> aanwezig. Om het leren van elkaar te stimuleren stond de Onderwijsdag <strong>2010</strong> wederom<br />
in het teken van leren van elkaar. <strong>INOS</strong>-medewerkers kregen de gelegenheid bij collega’s op bezoek te gaan om daar<br />
bijgepraat te worden over specifieke ontwikkelingen op die scholen.<br />
Voor de Onderwijsdag 2011 gaan de gedachten uit naar presentaties van de Leergemeenschappen en voorbeelden van good<br />
practice op het gebied van gedrag en klassenmanagement en hoogbegaafdheid.<br />
Passend Onderwijs zal nog meer nadruk leggen op de professionalisering van alle collega’s. Er worden plannen ontwikkeld<br />
om specifieke kennis te behouden en over te dragen vanuit het speciaal onderwijs naar het basisonderwijs.<br />
<strong>INOS</strong> kent de volgende netwerken en leergemeenschappen:<br />
• Netwerk stagecoaches<br />
• Netwerk IB’ers<br />
• Netwerk Teamcoördinatoren<br />
• Netwerk ICT-medewerkers<br />
• Netwerk interne vertrouwenspersonen<br />
• Netwerk administratieve medewerkers<br />
• Netwerk schoolcorrespondenten DIG<strong>INOS</strong><br />
• Leergemeenschap Gedrag en Klassenmanagement<br />
• Leergemeenschap Meer- en Hoogbegaafdheid<br />
78 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 79
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 37<br />
neuro-linguÏstisch progrAMMeren,<br />
een coMMunicAtietechnologie<br />
NICOLE VAN BAAL, 46 JAAR, GROEPSLEERKRACHT SCHOOLVERLATERS EN<br />
INTERIM AMBULANT BEGELEIDER<br />
LOLA VANDENBERGH, 49 JAAR, GROEPSLEERKRACHT MIDDENBOUW,<br />
SOCIAAL VAARDIGHEIDSTRAINER<br />
SBO WESTERHAGE, <strong>INOS</strong>-SCHOOL VOOR SPECIAAL BASISONDERWIJS<br />
NLP, Neuro-Linguïstisch Programmeren, geeft inzicht in hoe je nog beter met je<br />
leerlingen kunt communiceren. Onze innerlijke ervaring is het resultaat van de<br />
weergaven in het centrale zenuwstelsel. We gebruiken taal om die weergaven te<br />
ordenen. Tenslotte kunnen we die innerlijke weergaven organiseren om onze doelen<br />
te bereiken.<br />
Lola en Nicole hebben in maart een tweejarige master NLP afgerond. Er is veel tijd<br />
geïnvesteerd, maar afgaand op hun enthousiasme is dat erg zinvol geweest. Dankzij<br />
de Lerarenbeurs en bekostiging door school bestond er geen financiële drempel om de<br />
studie op te pakken. Trouwens, de volgende studie ‘Rots en Water’, een psychofysieke<br />
training, heeft zich al weer aangediend!<br />
Lola en Nicole hebben in hun dagelijks werk te maken met leerlingen die minder<br />
taalvaardig zijn, minder begripsvorming kennen. Zij reageren eerder op non-verbale<br />
wijze. “In onze workshop op de <strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong> hebben we benadrukt hoe<br />
belangrijk het is jezelf bewust te zijn van hoe je communiceert. De workshop was er op<br />
gericht om in korte tijd aan den lijve te ervaren wat non-verbale communicatie met je<br />
kan doen. Daarnaast geldt dat iedereen eenzelfde situatie op zijn eigen manier beleeft.<br />
Iedereen heeft zijn eigen model van de wereld en handelt vanuit waarden en normen.”<br />
Overigens, de aanmeldingen waren zo talrijk dat op het laatste nippertje nog een<br />
NLP-coach werd ‘ingevlogen’. Niemand van de pakweg 60 collega’s hoefde daarom<br />
teleurgesteld te worden. De reacties na afloop waren zonder uitzondering positief.<br />
Lola, Nicole en hun collega’s Mascha en Irma kregen diverse verzoeken om nadere<br />
informatie.<br />
Voor Nicole en Lola heeft het meest opgeleverd het besef van je eigen model van de<br />
wereld, de drijfveer van waaruit je handelt. Door te proberen een situatie niet in te<br />
vullen maar alleen waar te nemen wat je ziet, heb je meer mogelijkheden om er op te<br />
reageren.<br />
NLP wordt door beiden zo waardevol geacht dat zij de wens uiten dat NLP als ‘bewust-<br />
wordingsproces’ in de Pabo-opleiding wordt opgenomen.<br />
Op de vraag wat hun ambitie is, geven Lola en Nicole haast in koor aan dat zij hun<br />
kennis en ervaring het liefst willen delen op Westerhage zelf, maar ook op scholen in<br />
het reguliere basisonderwijs. “We zouden het een uitdaging vinden een verkorte NLPtraining<br />
van zes avonden aan geïnteresseerde collega’s te geven.”<br />
Foto: v.l.n.r. Nicole van Baal, Lola Vandenbergh, Mascha Roestenberg en Irma<br />
Nikkessen. Mascha en Irma waren ook betrokken bij de workshop.<br />
nicole<br />
vAn bAAl &<br />
lolA<br />
vAndenbergh<br />
80 worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 81
13<br />
klAchtenbeleid<br />
13.1<br />
klAchtenbeleid<br />
“Binnen <strong>INOS</strong> zijn 1350 medewerkers actief voor ruim 10.000 leerlingen. En elke leerling heeft weer minimaal één ouder/<br />
verzorger naast zich staan die <strong>INOS</strong> graag als partner in onderwijs en opvoeding ziet. In dit mensenwerk gaat wel eens wat<br />
mis. <strong>INOS</strong> wil deze missers natuurlijk graag oplossen voor de direct betrokkenen. Daarnaast is het als onderwijsorganisatie<br />
van belang te leren van deze missers, zodat die een volgende maal voorkomen kunnen worden.”<br />
Bovenstaande tekst vormt de inleiding op de klachtenregeling voor de scholen van <strong>INOS</strong>. Doordat <strong>INOS</strong> is aangesloten bij de<br />
landelijke Klachtencommissie voor het Katholieke Onderwijs in Den Haag, wordt aan de wettelijke verplichtingen voldaan.<br />
Maar de drempel naar deze landelijke Klachten- commissie is groot en <strong>INOS</strong> wil meer dan alleen het afdichten van de wettelijke<br />
verplichting. Vandaar een aanvullende, eigen klachtenregeling die andere (betere) momenten van verbinding tussen<br />
de betrokkenen zoekt. Een onderdeel hiervan is de inrichting van een interne klachten- commissie met een onafhankelijk<br />
voorzitter, die het College van Bestuur van advies kan dienen.<br />
Het goed functioneren van de Klachtenregeling bewijst zich ook in <strong>2010</strong> weer, doordat een licht stijgend aantal klachten het<br />
bestuursbureau bereikt en volgens de procedure wordt behandeld. <strong>INOS</strong> gaat ervan uit dat de stijging van het aantal klachten<br />
voornamelijk een bewijs is van de verbeterde communicatie over de klachtenregeling. Het bewandelen van de procedure<br />
biedt een goede kans op een voor alle partijen acceptabel resultaat en biedt <strong>INOS</strong> tevens een goede mogelijkheid om te leren<br />
van gemaakte fouten.<br />
Aantal ontvangen signalen op bestuursniveau: 19 (in 2009: 16)<br />
Hoe zijn deze signalen opgelost?<br />
• in onderling overleg: 11<br />
• interne klachtenprocedure: 8<br />
• landelijke klachtenprocedure: 0<br />
Situaties die hebben geleid tot het voeren van een formele klachtenprocedure zijn de volgende:<br />
• Drie klachtenprocedures hadden betrekking op de indeling van groepen en de plaatsing van leerlingen in een klas.<br />
Twee keer is de klager in het gelijk gesteld, omdat de school onzorgvuldig is geweest in de communicatie naar<br />
ouders over de wijze waarop de groepsindeling tot stand komt. Deze conclusie is breed gecommuniceerd met de<br />
directeuren van <strong>INOS</strong>-scholen om lering te trekken uit hetgeen er is misgegaan.<br />
• Twee ouders hebben bezwaar aangetekend tegen het afwijzen van een verzoek tot verlof door een directeur. Daarbij<br />
zijn verschillende argumenten aangevoerd, waardoor een uitzondering gerechtvaardigd zou zijn. Het College van<br />
Bestuur heeft in overeenstemming met de leerplicht- wet het besluit van de directeur bekrachtigd en geen toestemming<br />
gegeven voor het verlof.<br />
• Een ouder maakte bezwaar tegen de uitschrijving van een leerling. De school heeft hiertoe in overleg met de leerplichtambtenaar<br />
besloten, nadat het gezin langdurig, zonder berichtgeving naar het buitenland was vertrokken.<br />
Omdat de school binnen de wettelijke kaders en in overleg met de leerplichtambtenaar heeft gehandeld, zijn de<br />
ouders in het ongelijk gesteld.<br />
• Een ouder gaf aan, de school diverse zorgsignalen te hebben gegeven over het vermeende gebrek aan pedagogisch<br />
optreden van leerkrachten, maar daarop geen reactie van de school te hebben gekregen. Bemiddeling van de voor-<br />
zitter van de interne klachtencommissie heeft bijgedragen aan het herstel van de communicatie tussen school en<br />
ouder.<br />
• Ouders maakten bezwaar tegen de schorsing van een leerling op basis van vermeend ernstig ongewenst gedrag. Na<br />
het versneld doorlopen van de interne klachtenprocedure zijn de ouders in het gelijk gesteld en werd de schorsing<br />
ongedaan gemaakt. De school heeft onvoldoende onderzoek gedaan naar de ware toedracht van het incident en de<br />
rol van deze betrokken leerling hierin.<br />
elke klAcht is een kAns op verbetering.<br />
82 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 83
14<br />
ict<br />
14.1<br />
voortgAng ict-beleidsplAn<br />
Eind 2008 is het ICT-beleidsplan opgesteld met concrete doelen op diverse vlakken. Het gaat daarbij om het kennisniveau<br />
van kinderen als ze de school verlaten, hoe ICT op school aansluit bij hun leefwereld, welke competenties van leerkrachten<br />
en ondersteuners gevraagd worden en hoe ICT de processen in de organisatie ondersteunt. Ook geeft het beleidsplan<br />
richting over hoe we ICT-werkzaamheden binnen <strong>INOS</strong> centraal gaan organiseren. De kern wordt daarbij gevormd door een<br />
centraal team, dat als een Zelfverantwoordelijk Team de scholen ondersteunt bij de inrichting en het gebruik van ICT in het<br />
onderwijs.<br />
In <strong>2010</strong> is een flinke stap gezet in de verdere implementatie van het beleidsplan. De hieraan gerelateerde organisatorische<br />
veranderingen zijn groot. Het centrale team gaat I-team heten en zal vooralsnog worden bemand door een zestal personeelsleden<br />
die onder leiding van een coördinator diverse taken uitvoeren. Op 1 augustus 2011 zal het I-team volledig van start<br />
gaan.<br />
De Projectgroep ICT & Huisvesting geeft samen met het I-team vorm aan de implementatie van het ICT-beleidsplan. Daarin<br />
komt aan bod hoe de ondersteuning van scholen op infrastructureel gebied (aansluiting, vervanging van apparatuur,<br />
gebruik en programmatuur) vormt krijgt. Vooral hoe de ambities van een school vanuit het eigen Strategisch Meerjaren<br />
Beleidsplan ondersteund kunnen worden en welke ICT-activiteiten zelf door de school vorm gegeven kunnen worden.<br />
In <strong>2010</strong> is de Sharepoint intranetomgeving weer intensiever gebruikt dan het voorgaande jaar. Via diverse teamsites is het<br />
een uitwisselingsplan aan het worden voor alle geledingen en multi-disciplinaire werkgroepen binnen <strong>INOS</strong>.<br />
De invoering van digitale schoolborden is in <strong>2010</strong> verder gegaan. De aanwezigheid van digitale borden is gestegen van circa<br />
27% naar 44%.<br />
84 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
JAArverslAg
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 43<br />
AAn de slAg Met robottechniek!<br />
MONIqUE BELJAARS, 57 JAAR, VAKLEERKRACHT HANDVAARDIGHEID EN TECHNIEK<br />
SILVIA CORNELISSEN, 51 JAAR, LEERKRACHT GROEP 6<br />
KBS JACINTA<br />
Leerlingen van groep 5 werken zelfstandig met robots. Met behulp van een lespakket leren zij de<br />
robot via de computer te programmeren. Daarbij wordt een beroep gedaan op vaardigheden als<br />
samenwerken, communiceren, logisch denken, goed lezen, schatten en meten.<br />
“Hoe robottechniek de school is binnengekomen?” , herhaalt Monique de vraag, inmiddels 35 jaar<br />
aan de school verbonden. “Door een briefje van een oud-leerling”, is het raadselachtige antwoord.<br />
Als directeur van de Stichting Techniekpromotie Eindhoven benaderde deze oud-leerling<br />
basisscholen om aan een techniekwedstrijd deel te nemen. Jacinta slaagde erin een gratis robot te<br />
bemachtigen door zich als een van de eerste vijf scholen aan te melden.<br />
Silvia Cornelissen, naast haar werk in de klas ook nog ICT’er, had tien jaar geleden Techniek al<br />
omarmd. “Ik heb een lesprogramma ‘Robottechniek’ geschreven dat voor groep 5 geschikt is. De<br />
leerlingen gingen er in tweetallen mee aan de slag. Ook leerkrachten hebben het programma<br />
uitgeprobeerd. En de werkgroep Techniek van school, bestaande uit leerkrachten van groep 1 t/m<br />
8, die zich vooral met techniekpromotie bezighoudt.”<br />
In groep 5 ligt de nadruk op het leren programmeren. Dat moet een vervolg krijgen in groep<br />
6, waar het leren bouwen en oplossen van problemen centraal komt te staan. “Jammer genoeg<br />
hebben we onze plannen wat moeten bijstellen”, stellen Monique en Silvia samen vast. “Motivatie<br />
en enthousiasme zijn volop aanwezig bij ons, maar het primaire werk neemt zoveel tijd in beslag,<br />
dat we even een pas op de plaats hebben gemaakt.” “Bovendien werk ik hier alleen op maandag en<br />
de andere dagen op een school buiten Breda waardoor overleggen lastig is”, voegt Monique toe.<br />
Ook in de bovenbouw zal techniek als doorgaande lijn worden doorgetrokken. In groep 7 gaan de<br />
kinderen zich met onderzoek bezighouden, terwijl in groep 8 toegewerkt wordt naar de jaarlijkse<br />
grote Lego League finale. “Daarvoor heb ik al weer een team ingeschreven”, zegt Monique.<br />
Het werken aan en met de robots heeft een duidelijke meerwaarde, legt Monique uit. “Samen<br />
overleggen, analyseren, leren van fouten, oplossingen bedenken.” “Maar ook taal –en<br />
rekenvaardigheden komen er aan de pas”, vult Silvia aan.<br />
De samenstelling van het team is echt een groepsaangelegenheid. Kinderen worden ingezet op<br />
basis van hun talenten. Bij de Lego League worden de teams beoordeeld op vier onderdelen:<br />
teamwork, presentatie, onderzoek en de wedstrijd zelf. “Het is fantastisch op zo’n dag te zien hoe<br />
leerlingen zich plotsklaps weten te manifesteren. Een stille, teruggetrokken leerling die zich in het<br />
openbaar zelfbewust presenteert, is hiervan een prachtig voorbeeld”, verduidelijkt Silvia.<br />
De leerlingen zijn erg enthousiast om met techniek bezig te zijn. In groep 5 is het geïntegreerd<br />
in het zelfstandig werken. Qua ambitie hopen Silvia en Monique de draad op termijn weer te<br />
kunnen oppakken en ook de andere collega’s in hun enthousiasme mee te krijgen. Dat het ‘beleven’<br />
van techniek aanstekelijk werkt, blijkt wel uit de positieve reacties van de ouders die de jaarlijkse<br />
wedstrijddag bezoeken. “Zelfs privé schaffen kinderen robots aan en komen dan bij mij het<br />
lesprogramma opvragen”, sluit Silvia vol trots af.<br />
Monique<br />
belJAArs &<br />
silviA<br />
cornelissen<br />
86 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 87
15<br />
onderwiJshuisvesting<br />
15.1<br />
strAtegische plAnvorMing onderwiJshuisvesting<br />
De lijn die in 2009 is ingezet om te komen tot een gezamenlijke visie op onderwijshuisvesting en gerelateerde voorzieningen<br />
in de gemeente Breda heeft in <strong>2010</strong> geleid tot een document ‘Strategische Visie Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen<br />
Breda’ (Einddocument fase I). Deze strategische visie kwam tot stand in samenwerking met alle schoolbesturen<br />
voor Primair Onderwijs Breda en een doorsnede van de relevante (kind- en maatschappelijke) partners van het primair<br />
onderwijs. Centraal in de visie staat het realiseren van ‘Talentencentra voor kinderen tot 15 jaar’. Naast de onderwijsfunctie<br />
krijgen ook andere kindgerelateerde en buurtgerichte functies een plek.<br />
Deze visie is aangeboden aan de politiek vóór de gemeenteraadsverkiezingen van <strong>2010</strong>. De coalitiepartijen onderschrijven<br />
de visie en hebben in het coalitieakkoord <strong>2010</strong> – 2014 het College van B&W de opdracht gegeven om:<br />
“Een strategisch onderwijshuisvestingsplan op te stellen, waarbij het budget voor huisvesting van het basisonderwijs met<br />
randvoorwaarden naar de schoolbesturen wordt doorgedecentraliseerd.”<br />
De schoolbesturen zullen, in samenspraak met de gemeente en de overige partners, deze visie tot op wijkniveau verder uitwerken.<br />
Fase II zal naar verwachting in 2011 en 2012 worden afgerond.<br />
15.2<br />
onderwiJshuisvesting op locAtie<br />
Naast het hierboven omschreven proces met betrekking tot strategische planvorming hebben in <strong>2010</strong> op diverse schoollocaties<br />
de volgende concrete ontwikkelingen in de huisvesting plaatsgevonden:<br />
• Kbs Sinte Maerte is uitgebreid met onderwijslokalen en ruimte voor de BSO. De uitbreiding is begin juli opgeleverd.<br />
In afwachting van het beschikbaar komen van de ruimte van OBS De Vlier (Brede School Huis van de Heuvel),<br />
maakt de school nog gebruik van noodlokalen aan de Kerkwei en de tijdelijke huisvesting aan de Rithsestraat.<br />
• Kbs De Eerste Rith wordt in het schooljaar <strong>2010</strong> – 2011 uitgebreid met onderwijsruimte en ruimte voor een kinderdagverblijf<br />
en BSO. De werkzaamheden zijn medio oktober begonnen. De oplevering wordt voor aanvang van het<br />
schooljaar 2011 – 2012 verwacht.<br />
• De tijdelijke huisvesting aan de Rithsestraat wordt tot de oplevering van Kbs De Eerste Rith door beide genoemde<br />
scholen gebruikt.<br />
• De uitbreiding van Kbs John F. Kennedy is ook begin juli opgeleverd en aan het begin van het schooljaar <strong>2010</strong> –<br />
2011 in gebruik genomen. De twee noodlokalen zijn verwijderd.<br />
• Begin december heeft de oplevering van de uitbreiding van Kbs Weilust plaatsgevonden. (zowel onderwijsruimte<br />
en ruimte voor de BSO). Mede door de slechte weersomstandigheden is eerst het interieur opgeleverd. Het<br />
exterieur zal in 2011 worden opgeleverd. Aansluitend aan de uitbreiding zal het bestaande deel van het hoofd-<br />
gebouw worden gerenoveerd (kozijnen, plafonds, armaturen vloeren en wanden).<br />
• Voor de locaties waarbij is vermeld dat er specifieke ruimte voor kinderopvang is/wordt gerealiseerd (Kbs Sinte<br />
Maerte, Kbs De Eerste Rith en Kbs Weilust) geldt dat de gemeente Breda deze ontwikkeling mede mogelijk heeft<br />
gemaakt door het beschikbaar stellen van rendabel krediet. Op deze manier komt <strong>INOS</strong> verder in het realiseren van<br />
haar visie rondom integrale Kindcentra zonder eigen investeringen en met beperkt risico. Op dit moment is dit de<br />
enige methode waardoor dit mogelijk is. In samenwerking tussen de gemeente Breda en de gezamenlijke schoolbesturen<br />
wordt voortvarend gewerkt aan het realiseren van doordecentralisatie van onderwijshuisvesting. Hierdoor<br />
zullen dit soort complexe constructies tot het verleden gaan behoren.<br />
• De ontwikkelingen met betrekking tot de realisatie van de Brede Scholen en de multi- functionele accommodaties<br />
(MFA) kan in het kort als volgt worden samengevat. De oplevering van de Brede School Geeren-Noord zal zoals was<br />
verwacht in 2011 plaatsvinden. De naam van deze brede school is gewijzigd in ‘Noorderlicht’. De bouw van de Brede<br />
School Huis van de Heuvel is, na alle perikelen met de Monumentenvergunning, in <strong>2010</strong> van start gegaan. De<br />
oplevering vindt naar verwachting in 2012 plaats. De MFA’s in Teteringen, De Stee (voorheen Om de Haenen) en<br />
De Mandt, zijn beiden met de nodige vertraging, in <strong>2010</strong> in uitvoering gegaan. Vooralsnog gaat de gemeente, die<br />
bouwheer is, er van uit dat oplevering in 2012 haalbaar is.<br />
• SBO Westerhage heeft het gebouw aan de Hooilaan 3 verlaten. Dat gebouw wordt geschikt gemaakt voor de huisvesting<br />
van de afdeling SO van Mytylschool De Schalm.<br />
Na twee intensieve jaren, waarin in 2008 en 2009 elk ruim twee miljoen euro aan intern onderhoud aan de scholen is verricht,<br />
is het niveau in <strong>2010</strong> verlaagd naar € 650.000. Dat niveau kan beschouwd worden als het niveau dat de komende jaren<br />
vastgehouden gaat worden. De organisatie van de<br />
onderhoudsuitvoering heeft een forse efficiency<br />
en effectiviteitsslag gekregen door hiervoor een<br />
eigen medewerker aan te stellen.<br />
AchterstAnden op het terrein vAn<br />
onderwiJshuisvesting worden lAngzAAM<br />
ingehAAld.<br />
88 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 89
16<br />
finAnciËn<br />
16.1<br />
finAncieel beleid<br />
Financieel beleid kan omschreven worden als het geheel aan activiteiten en de inrichting van de organisatie die ervoor zorgt<br />
dat financiële middelen zo worden ingezet dat zij in dienst staan van het onderwijsinhoudelijke beleid. Om te bewaken dat<br />
de juiste keuzes worden gemaakt bij de inzet van financiële middelen, dat de resultaten daarvan bewaakt worden en dat<br />
waar nodig de keuzes bijgesteld worden, heeft <strong>INOS</strong> een financiële Planning en Control cyclus ingericht. Figuur 1 laat zien<br />
dat gedurende het kalenderjaar er een volledige Plan, Do, Check en Act cyclus doorlopen wordt (PDCA cirkel). Dit proces<br />
herhaalt zich jaarlijks.<br />
Figuur 1<br />
Figuur 1<br />
Een belangrijk onderdeel van de Planning & Control cyclus is de financiële Meerjarenraming. Hierin wordt op basis van een<br />
inventarisatie van interne en externe ontwikkelingen gekeken hoe de begrotingen zich de komende vijf jaar zullen ontwikkelen.<br />
De Meerjarenraming vormt belangrijke informatie voor de Raad van Toezicht, het College van Bestuur en de directeuren<br />
bij het bepalen of en hoe er moet worden bijgestuurd. Jaarlijks vindt een analyse van het eigen vermogen plaats, waarbij<br />
gekeken wordt of nieuwe ontwikkelingen effect hebben op het eigen vermogen dat <strong>INOS</strong> nodig heeft om de toekomst van de<br />
organisatie te garanderen. Op verzoek van het ministerie van OC&W heeft de Commissie Don daar in 2009 onderzoek naar<br />
verricht. In een uitgebreide rapportage zijn er nieuwe richtlijnen bepaald. <strong>INOS</strong> heeft die richtlijnen in <strong>2010</strong> verder uitgewerkt,<br />
zodat ze ook voor onze organisatie goed toepasbaar zijn.<br />
Om die analyse te kunnen maken wordt het eigen vermogen gesplitst in een viertal bestanddelen. Een eerste deel van het<br />
eigen vermogen is de zogenaamde transactieliquiditeit. Dit is de hoeveelheid eigen vermogen die garandeert dat betalingen<br />
en ontvangsten makkelijk kunnen plaatsvinden. Het gaat bijvoorbeeld om het ontvangen van geld vanuit het ministerie, het<br />
betalen van salarissen en leveranciers. Een tweede deel van het benodigde eigen vermogen wordt gevormd door de financieringsliquiditeit.<br />
Het is het deel van het eigen vermogen dat nodig is voor de financiering van investeringen. Dit betreft<br />
bijvoorbeeld de aanschaf van meubilair, onderwijsmethodes of digitale schoolborden. Aangezien <strong>INOS</strong> bezig is met het<br />
wegwerken van achterstanden, lag het investeringsniveau hoger dan het niveau dat <strong>INOS</strong> op langere termijn nodig heeft.<br />
Belangrijk is dat daar voldoende voor wordt gereserveerd. Een derde onderdeel van het eigen vermogen wordt gevormd<br />
door de risicobuffer. Deze buffer zorgt ervoor dat tegenvallers tijdelijk opgevangen kunnen worden en dat er mogelijkheden<br />
zijn om organisatorische maatregelen te kunnen nemen als dat noodzakelijk blijkt.<br />
Deze denkwijze over het eigen vermogen is nieuw binnen het onderwijs. Pas sinds 2009 zijn er richtlijnen opgesteld, maar<br />
goed onderbouwde kengetallen en rekenmodellen zijn nog niet beschikbaar. <strong>INOS</strong> heeft daarom in <strong>2010</strong> geïnvesteerd in<br />
het zelf ontwikkelen van een model voor het bepalen van de benodigde risicobuffer. In dit model is eerst een inventarisatie<br />
gemaakt van alle risico’s die mogelijk binnen <strong>INOS</strong> kunnen optreden. Vervolgens is gekeken wat het mogelijke financiële<br />
gevolg van deze risico’s is en wat daarbij de kans is dat deze daadwerkelijk optreden. In het kader van de Meerjarenraming<br />
heeft <strong>INOS</strong> zich beperkt tot de risico’s die op stichtingsniveau relevant zijn. Vervolgens is bepaald welke risicobuffers voor<br />
<strong>INOS</strong> nodig zijn.<br />
In het eigen vermogen zitten als vierde bestanddeel nog de bestemmingsreserves. Dit zijn toezeggingen, die in het verleden<br />
gedaan zijn, maar die pas in de toekomst financieel effect hebben. Het grootste deel van de bestemmingsreserves wordt<br />
op dit moment gevormd door gespaarde BAPO-rechten. Mocht daar tot 2009 nog een aparte voorziening voor gecreëerd<br />
worden, sinds <strong>2010</strong> is dit niet meer toegestaan. <strong>INOS</strong> heeft ervoor gekozen deze rechten transparant als bestemmingsreserve<br />
op te nemen in het eigen vermogen. Zo wordt gegarandeerd dat de gespaarde rechten van medewerkers eenduidig terug te<br />
vinden zijn.<br />
<strong>INOS</strong> heeft op dit moment nog een beperkte vrije reserve. Deze vrije reserve is in de afgelopen jaren als gevolg van de implementatie<br />
van het Strategisch Meerjaren Beleidsplan afgebouwd (zie figuur 2). Dit is gedaan door extra investeringen in<br />
onderwijskwaliteit, innovatie, zorgstructuren, opzetten van een administratie organisatie en het wegwerken van achterstanden<br />
in onderhoud en onderwijshuisvesting.<br />
90 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 91<br />
Financieel resulaat<br />
in euro x 1.000<br />
Figuur 2<br />
Ontwikkeling financieel resultaat <strong>INOS</strong> totaal<br />
2000<br />
1500<br />
1000<br />
500<br />
0<br />
-500<br />
-1000<br />
-1500<br />
-2000<br />
-2500<br />
2005 2006 2007 2008 2009 <strong>2010</strong> 2011 2012 2013<br />
begroot financieel resultaat totaal incl. financiële baten/lasten<br />
gerealiseerd financieel resultaat incl. financiële baten/lasten<br />
Heeft de Planning & Control cyclus zijn nut al in 2009 bewezen, in <strong>2010</strong> is de noodzaak om het model te hanteren nog<br />
groter. Een reeks aanzienlijke bezuinigingen is - met beperkte bekendmaking vooraf- door het ministerie doorgevoerd. De<br />
bezuinigingen in <strong>2010</strong> die gerelateerd worden aan Passend Onderwijs hebben laten zien dat de risicobuffers zoals die berekend<br />
zijn, zeer realistisch zijn. De grote stroom van aangekondigde, vertraagde dan wel versnelde, gewijzigde en vervolgens<br />
weer herziene veranderingen vanuit het ministerie, vraagt om een continue bijstellen van prognoses en acties. Er is wat dat<br />
betreft minder verschil tussen de financiële wereld in de onderwijssector en het bedrijfsleven dan menigeen zou denken.
Ontwikkeling met niveau schooljaar 06/07 is 100<br />
118<br />
116<br />
114<br />
112<br />
110<br />
108<br />
106<br />
104<br />
102<br />
100<br />
98<br />
Schooljaar 06/07<br />
Figuur 3: verschil tussen stijging personele lasten en ontwikkeling personele bekostiging met schooljaar 06/07 als referentie<br />
Figuur 3 laat zien dat het verschil tussen de personele lasten en de personele bekostiging in de afgelopen twee schooljaren<br />
is opgelopen naar 5%. In de periode vanaf schooljaar 2006/2007 tot <strong>2010</strong>/2011 zijn de werkgeverslasten gestegen met ca.<br />
13%. Bij een licht stijgend leerlingaantal en een vrijwel gelijkblijvende gemiddelde leeftijd van het personeel is echter de personele<br />
bekostiging per leerling met slechts 8% gestegen. Daarbij is met name in <strong>2010</strong> sprake van een zeer drastisch oplopen<br />
van dit verschil. Deze trend is niet specifiek voor <strong>INOS</strong> maar landelijk bij alle schoolbesturen herkenbaar. Door deze bezuinigingsmaatregel<br />
vanuit de overheid bleek het voor de meeste schooldirecteuren zeer moeizaam om hun begrotingen rond<br />
te krijgen. Dit heeft erin geresulteerd dat bij een licht stijgend leerlingaantal de totale personele formatie bij <strong>INOS</strong> is gedaald<br />
van circa 1.025 fte eind 2009 naar circa 1.017 fte eind <strong>2010</strong>.<br />
16.2<br />
centrAAl AAnbesteden<br />
07/08 08/09 09/10 10/11<br />
Ontwikkeling<br />
personele bekostiging<br />
per leerling (excl.<br />
groeibaten)<br />
Ontwikkeling<br />
werkgeverslasten<br />
leerkrachten<br />
(gemiddeld<br />
over LA1/7/17)<br />
Overheidsinstellingen zijn verplicht zich te houden aan (Europese) regels voor het aangaan van verplichtingen. Voor <strong>INOS</strong><br />
houdt dit in dat, als we voor alle scholen gezamenlijk een opdracht willen verstrekken, veel zaken onder deze regeling vallen.<br />
Eind 2009 is een start gemaakt met de aanbesteding van schoonmaakwerkzaamheden. De gunning heeft voor de zomervakantie<br />
van <strong>2010</strong> plaatsgevonden. Per 1 september hebben alle <strong>INOS</strong>-scholen hetzelfde schoonmaakbedrijf. De overgang is<br />
niet overal vlekkeloos gegaan. Ook de kwaliteit is nog niet overal op orde, maar met veel inzet van alle betrokkenen wordt<br />
daar hard aan gewerkt.<br />
De drijfveer hiervoor was tweeledig. Van de ene kant was het de wens een uniform schoonmaakniveau voor alle <strong>INOS</strong>scholen<br />
te realiseren dat aansluit bij het kwaliteitsniveau dat <strong>INOS</strong> en haar scholen voor alle activiteiten voor ogen hebben.<br />
Een kwaliteitsniveau dat ook door een extern bureau periodiek bewaakt wordt.<br />
Daarnaast heeft de aanbesteding laten zien dat dit niveau haalbaar is, terwijl door de schoolgrootte besparingen van enkele<br />
honderdduizenden euro’s op jaarbasis gerealiseerd worden. De implementatie hiervan voor ruim veertig gebouwen is een<br />
forse opgave, die van alle betrokkenen veel inspanningen vergt.<br />
16.3<br />
pilot digitAAl fActureren<br />
In het voorjaar van <strong>2010</strong> heeft <strong>INOS</strong> besloten om met het administratiekantoor deel te gaan nemen aan een pilot ‘Digitale<br />
Factuurverwerking’. Twee scholen hebben daar een aantal maanden aan deelgenomen. Dit thema is tijdens de <strong>INOS</strong> Onderwijsdag<br />
van <strong>2010</strong> ook uitgediept en toegelicht. Uiteindelijk is in december <strong>2010</strong> besloten om volledig met alle scholen over te<br />
gaan. Op deze manier wordt de administratieve lastendruk verlaagt, een snellere betaling van facturen gerealiseerd en is een<br />
actueler exploitatieoverzicht beschikbaar. Ook worden hiermee de autorisatieniveaus binnen de organisatie geborgd.<br />
16.4<br />
AAnsluiting op bron<br />
Het Ministerie van Onderwijs heeft besloten om het proces van leerlingenadministratie en alles wat daar mee samenhangt<br />
te gaan digitaliseren. Doel was om de administratieve lastendruk te verlagen. Via één systeem kunnen gemeente, ministerie<br />
en onderwijsinstelling nu bij dezelfde gegevens. Voor de scholen betekende dit in <strong>2010</strong> dat de zogenaamde 1 oktobertelling<br />
(de basis voor de bepaling van de inkomsten vanuit het Ministerie van Onderwijs) voor het eerst volledig digitaal moest gaan<br />
plaatsvinden. Om dit te realiseren is BRON als systeem geïntroduceerd. Voor de zomervakantie bleek dat er landelijk gezien,<br />
en dus bij <strong>INOS</strong> ook, diverse technische en uitvoeringsproblemen waren. <strong>INOS</strong> heeft er daarom voor gekozen om meteen na<br />
de zomervakantie een specialist van BRON naar het bestuursbureau te laten komen om de problemen samen met de verantwoordelijken<br />
binnen de scholen aan te pakken. In de daarop volgende zes weken is er wekelijks een dagdeel op het bestuursbureau<br />
gewerkt om te zorgen dat er tijdig een juiste 1 oktobertelling gerealiseerd zou worden, inclusief alle rugzakgegevens.<br />
Dat is voor alle scholen uiteindelijk gerealiseerd.<br />
Nu wisselen scholen minimaal tweewekelijks gegevens uit met BRON zodat het ministerie actuele gegevens beschikbaar<br />
heeft. Dit is onder andere nodig om te bepalen of <strong>INOS</strong> op bestuursniveau nog recht op groeibaten heeft.<br />
16.5<br />
begroting en reAlisAtie <strong>2010</strong><br />
In <strong>2010</strong> heeft <strong>INOS</strong>, net als in de twee voorgaande jaren, meer geld aan onderwijs en onderwijshuisvesting uitgegeven dan<br />
dat daar inkomsten tegenover staan. Dat is een bewuste keuze: de implementatie van het Strategisch Meerjaren Beleidsplan<br />
zorgt immers voor meer lasten dan het reguliere onderwijsproces. In de financiële meerjarenraming is uitgegaan van tekorten<br />
in 2008, 2009 en <strong>2010</strong>, waarna in de daarop volgende jaren de baten en lasten weer met elkaar in evenwicht zijn. Het in<br />
de jaren vóór 2008 gespaarde eigen vermogen wordt op deze manier weer geïnvesteerd in de scholen, totdat het terug is op<br />
een niveau dat nodig is voor de continuïteit van de stichting. Het resultaat <strong>2010</strong> sluit afmet een tekort van € 1.425.105 ten<br />
opzichte van het begrote tekort van € 1.102.482.<br />
92 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 93
<strong>INOS</strong> Onderwijsdag <strong>2010</strong>, workshop 52<br />
shoppen biJ het AdMinistrAtiekAntoor osg<br />
AD WINTERS, 35 JAAR<br />
HOOFD FINANCIëN EN ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE, <strong>INOS</strong> BESTUURSBUREAU<br />
Een belangrijke administratieve taak op scholen is het verwerken van facturen. In het verleden een<br />
omslachtige methode die voor verbetering vatbaar was. In <strong>2010</strong> werd daarom een pilot gestart<br />
waaraan <strong>INOS</strong> met drie scholen deelnam.<br />
“De workshop van de Onderwijsdag <strong>2010</strong>, in samenwerking met het administratiekantoor<br />
gegeven, was een absoluut succes”, steekt Ad van wal. Zo’n 25 administratieve krachten kregen een<br />
kijkje in de OSG-keuken en werden bijgepraat over het complete traject van de digitale verwerking<br />
van facturen. Deze collega’s waardeerden bovendien dat zij de contactpersonen persoonlijk<br />
ontmoetten. Dat er volop belangstelling voor dit thema was, blijkt wel uit het feit dat het de eerste<br />
workshop was die het predikaat ‘volgeboekt’ kreeg!<br />
De pilot is landelijk uitgezet; binnen <strong>INOS</strong> namen Kbs De Driezwing, Kbs De Griffioen en het<br />
bestuursbureau er aan deel. Ad: “Bij mijn weten is <strong>INOS</strong>, zeker in de regio, de enige stichting in het<br />
primair onderwijs die op deze wijze de administratieve verwerking ter hand heeft genomen.”<br />
Sinds 2008 worden er twee, drie keer per jaar bijeenkomsten voor de administratieve medewerkers<br />
door <strong>INOS</strong> georganiseerd. “Een vorm van collegiale consultatie, waar uiteraard ook de laatste,<br />
actuele informatie wordt uitgewisseld.” De door <strong>INOS</strong> gepropageerde zelfverantwoordelijkheid<br />
wordt hier in de praktijk gerealiseerd. Immers, het is aan de administratieve kracht zelf om te<br />
bepalen welke winst hij uit die bijeenkomsten wil halen. Met genoegen stelt Ad Winters vast<br />
dat dergelijke bijeenkomsten een duidelijke meerwaarde krijgen. “De kennis van zaken bij deze<br />
collega’s neemt toe en behoeften en wensen worden beter op elkaar afgestemd. Mooi voorbeeld<br />
hiervan het is aanbieden van een Excel cursus. In feite pure deskundigheidsbevordering.”<br />
De geschetste ontwikkeling sluit naadloos aan bij de filosofie van <strong>INOS</strong> om zoveel mogelijk nietonderwijskundige<br />
taken bij de scholen weg te halen. Nota’s worden nu rechtstreeks doorgestuurd<br />
naar het administratiekantoor, waardoor de administrateur zich bezig kan houden met andere<br />
werkzaamheden.<br />
Een belangrijke taak is bijvoorbeeld de leerlingenadministratie. Ad legt uit: “In het verleden was<br />
het rond de teldatum van 1 oktober nogal eens hectisch, maar daarna was de administratie er<br />
voor een jaar weer van ‘verlost’. Nu moet de school elke twee weken aan BRON (Basisregister<br />
Onderwijs) de actuele leerlinggegevens verstrekken. Denk dan o.a. aan de in- en uitschrijvingen,<br />
de absenties en de registratie van de ambulante begeleiding in het Speciaal Onderwijs. Deze<br />
mutaties hebben direct gevolg voor de bekostiging van het onderwijs op elke school.”<br />
Ten slotte concludeert Ad tevreden: “De kosten voor de dienstverlening door het<br />
administratiekantoor zijn iets gestegen, maar daar staat tegenover dat er sprake is van<br />
tijdsbesparing in absolute zin.”<br />
Vooruitblikkend naar de toekomst heeft Ad positieve verwachtingen van de kersverse werkgroep<br />
‘Administratie’. De werkgroep bestaat uit alle administratieve krachten, directieleden van scholen<br />
en een aantal stafmedewerkers van het bestuursbureau.<br />
Ad winters<br />
94 jaarverslag worKshop gegeven <strong>2010</strong> op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> worKshop gegeven op de inos onderwijsdag <strong>2010</strong> 95
Staat van Baten en Lasten <strong>2010</strong><br />
Realisatie Begroting Realisatie<br />
Baten (x € 1.000) <strong>2010</strong> <strong>2010</strong> 2009<br />
Rijksbijdragen Ministerie van OC&W 62.681 62.466 61.527<br />
Overige overheidsbijdragen en -subsidies 1.007 520 1.180<br />
Overige baten 3.293 2.190 2.963<br />
Totaal baten 66.981 65.156 65.670<br />
Lasten<br />
Personeelslasten 58.360 56.891 57.254<br />
Afschrijvingen 1.359 1.806 1.392<br />
Huisvestingslasten 3.613 3.293 3.937<br />
Overige lasten 5.890 4.868 6.639<br />
Totaal lasten 69.222 66.858 69.222<br />
Saldo baten en lasten -2.241 -1.702 -3.552<br />
Financiële baten en lasten 816 600 1.723<br />
Resultaat -1.425 -1.102 -1.829<br />
Wat opvalt in de Staat van Baten en Lasten in <strong>2010</strong>:<br />
Bijzonderheden in <strong>2010</strong> vergeleken met de begroting zijn:<br />
• In <strong>2010</strong> zijn de obligaties op papier meer waard geworden. Het gaat om een bedrag van € 183.000.<br />
• Er zijn extra inkomsten binnengekomen van externe partijen zoals de Lerarenbeurs, detachering van personeel en<br />
ESF-inkomsten. In totaal betreft het een bedrag van € 560.000.<br />
• De uitgaven aan personeel zijn fors hoger uitgevallen dan begroot. Dat is grotendeels het gevolg van meer personeels-<br />
leden dan begroot, meer inhuur van externe personeelsleden en meer cursuskosten. In totaal betreft het een bedrag<br />
van € 1.469.000.<br />
Bijzonderheden waarbij de realisatie <strong>2010</strong> vergeleken wordt met realisatie 2009 zijn:<br />
• Ondanks de eerste bezuinigingen bij het Ministerie van Onderwijs en de gemeente Breda zijn de inkomsten gestegen<br />
door de hogere Rugzak (LGF) inkomsten, veel toegekende subsidies vanuit het Vervangingsfonds, extra inzet vanuit<br />
het SBO in het kader van Collegiale Consultatie en belangrijker nog: het leerlingenaantal is tussen 1 oktober 2008 en<br />
1 oktober 2009 met 13 gestegen.<br />
• De salarislasten zijn met 1,93% gestegen. Oorzaak daarvan onder meer is dat op 1 augustus weer periodieken zijn<br />
toegekend, steeds meer leraren in LB benoemd worden en dat per 1 januari <strong>2010</strong> het nieuwe Functiehuis is ingegaan<br />
waarbij een aantal functies in een hogere schaal beloond worden.<br />
• Er is een groot verschil (- € 907.000) in het saldo ‘Financiële Baten en Lasten’. De reden daarvan is tweeledig. De rente<br />
is gedaald waardoor de gelden die uitstaan op spaarrekeningen minder rente-inkomsten opleveren en de obligaties die<br />
aangeschaft zijn, hebben een lagere rentevergoeding dan obligaties die in de portefeuille aanwezig zijn of waren. In dit<br />
saldo worden de af- en toename van de actuele koerswaarde van de portefeuille verwerkt. De koerswaarde beweegt<br />
dus met de ontwikkelingen op de markten mee. In 2009 zijn de koersen fors gestegen, in <strong>2010</strong> wat minder.<br />
• Ten slotte nemen de overige lasten fors af (€ 749.000). Dat wordt vooral veroorzaakt door een forse afname van het<br />
inhuren van externe deskundigen, waarbij steeds meer gebruik gemaakt wordt van de in de organisatie aanwezig<br />
expertise.<br />
96 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
Met het oog op de leesbaarheid van dit jaarverslag is ervoor gekozen de financiële gegevens te beperken tot de essentie en de<br />
actualiteiten. Alle achtergronden en details staan in het Financiële <strong>Jaarverslag</strong> (de jaarrekening) dat in opdracht van CFI/<br />
DUO is samengesteld. Deze gegevens zijn openbaar beschikbaar via de website ‘Onderwijs in cijfers’: http://oic.cfi.nl<br />
JAArverslAg
iJlAge<br />
begrippen uit het inossprAAkgebruik<br />
1. bAsisArrAngeMent<br />
Beoordeling van de Onderwijsinspectie die inhoudt dat een school het vertrouwen verdient en er geen verscherpt<br />
toezicht nodig is. Deze scholen worden slechts een keer in de vier jaar middels een Periodiek Kwaliteits Onderzoek<br />
door de inspectie bezocht. Voorheen was dit het oordeel ‘voldoende’ of ‘goed’.<br />
2. beloningsdifferentiAtie<br />
Het door <strong>INOS</strong> geformuleerde en vastgestelde beleid dat, buiten functiebeloning, bijzondere prestaties kan belonen.<br />
3. besturingsfilosofie<br />
De uitgangspunten voor het bestuurlijk functioneren van het College van Bestuur van <strong>INOS</strong>. Het CvB geeft richting,<br />
motiveert, bewaakt en monitort door middel van effectief toezicht. Het bestuursbureau wordt niet te groot en voor-<br />
komt bureaucratie. Het accent ligt in deze filosofie bij de Organisatorische Eenheden met de scholen, waarbij<br />
directeuren van <strong>INOS</strong> de onderwijskundige en professionele spil zijn.<br />
4. bestuurliJk overleg bredA (bob)<br />
Vereniging van alle schoolbesturen voor Basisonderwijs, Speciaal Basisonderwijs, Speciaal Onderwijs en Voortgezet<br />
Onderwijs in de gemeente Breda. Overlegplatform voor alle besturen onderling en met de gemeente Breda. Is in de<br />
plaats gekomen van de Schoolraad.<br />
5. bond kbo<br />
Landelijke besturenorganisatie waar de meeste katholieke schoolbesturen bij zijn aangesloten.<br />
6. brede MAAtschAppeliJke verAnkering<br />
Zorgen dat de school of scholen een actieve relatie onderhouden met hun maatschappelijke omgeving in de buurt c.q.<br />
wijk. Actief samenwerking zoeken waarbij de kerntaak van het onderwijs niet verloren gaat.<br />
7. brede ontwikkeling<br />
Het streven van <strong>INOS</strong> om haar kinderen naast kennis, kunde en vaardigheden ook een brede maatschappelijke<br />
vorming en waardeoriëntatie mee te geven.<br />
8. brede school / leren in verbinding<br />
De organisatorische vormgeving van het actief verbinding zoeken met de omgeving van de school.<br />
9. centrAAl versus decentrAAl / AutonoMie<br />
<strong>INOS</strong> en haar scholen werken vanuit het principe dat het accent van het onderwijs bij de Organisatorische Eenheden<br />
met hun scholen ligt. Scholen kennen, binnen het kader van basisafspraken rond kwaliteit, grote mate van autonomie.<br />
Alleen waar meerwaarde aantoonbaar is, worden binnen <strong>INOS</strong> centraal voorzieningen georganiseerd en centraal<br />
procedures afgesproken.<br />
10. centruM voor Jeugd en gezin (cJg)<br />
Gemeentelijke organisatie die de Jeugdzorg coördineert. De zorgstructuur op scholen en het Centrum voor Jeugd en<br />
Gezin vullen elkaar aan.<br />
11. college vAn bestuur (cvb)<br />
Professioneel bestuur van twee bestuurders binnen <strong>INOS</strong> dat het bevoegd gezag vormt. De Raad van Toezicht ziet toe<br />
op de wijze van werken van het College, controleert deze en is haar werkgever.<br />
12. collegiAle visitAtie<br />
Het binnen de eigen school of op een andere school van <strong>INOS</strong> op bezoek gaan, met het doel het reilen en zeilen van het<br />
onderwijs te observeren, kritisch te bezien en te beoordelen en daar open feedback over te geven met als doel gezamenlijk<br />
te leren.<br />
13. coMMunicAtie<br />
Het op een efficiënte en actieve manier alle bij <strong>INOS</strong> betrokken personen en organisaties informeren over voor ieder<br />
belangrijke feiten en ontwikkelingen.<br />
14. coMpetenties<br />
Onderscheiden gedragskenmerken behorend bij functies en taken. <strong>INOS</strong> onderscheidt algemene <strong>INOS</strong>-competenties<br />
voor alle medewerkers en specifieke competenties voor functies.<br />
15. crisisAdviesteAM (cAt)<br />
Een team van specialisten binnen <strong>INOS</strong> dat bij een door een school niet meer te hanteren urgente crisis rond een kind<br />
een oplossing probeert te vinden.<br />
16. dAgArrAngeMent<br />
De concrete organisatie van het beleid dat kinderen van <strong>INOS</strong>-scholen gedurende de hele dag worden begeleid middels<br />
onderwijs en middels voor-, tussen- of naschoolse opvang.<br />
17. dAshboArd<br />
Het overzicht van cruciale indicatoren die bepalend zijn voor goed of minder goed onderwijs. Via constante monitoring<br />
wordt maandelijks overzicht gehouden op deze cruciale indicatoren. Er wordt een dashboard op bestuursniveau onder-<br />
scheiden en op het niveau van Organisatorische Eenheden en scholen.<br />
18. directeur in opleiding (dio)<br />
<strong>INOS</strong>-medewerkers die, na een uitgebreide screening en selectie, de mogelijkheid krijgen als trainee ervaring op te<br />
doen als leidinggevende van een school. Dit onder verantwoordelijkheid van een senior <strong>INOS</strong>-directeur. Directeuren<br />
in Opleiding worden in hun functioneren nauwlettend gevolgd en kunnen, indien daarvoor geschikt, doorstromen naar<br />
de functie van <strong>INOS</strong>-directeur.<br />
19. eigentiJdse identiteit<br />
De katholieke identiteit van <strong>INOS</strong>-scholen op een eigentijdse en actuele manier vertalen en beleven.<br />
20. eurekA!<br />
Voorziening binnen <strong>INOS</strong> ten behoeve van de begeleiding van meer- en hoogbegaafde kinderen. Eureka kent een<br />
bovenschoolse verrijkingsklas en een Kenniscentrum. Richt zich daarnaast op het realiseren van plusklassen of<br />
Eureka!-klassen binnen de reguliere scholen en het verhogen van de expertise van <strong>INOS</strong>-scholen op dit terrein. Eureka!<br />
werkt op verzoek ook voor andere schoolbesturen.<br />
98 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 99
21. finAnciËle plAnning en control-cYclus<br />
Het systematisch plannen en bewaken van de financiën.<br />
22. flexinos<br />
Voorziening binnen <strong>INOS</strong> die de Ambulante Begeleiding vanuit de drie <strong>INOS</strong>-scholen voor Speciaal Onderwijs voor de<br />
basisscholen in West-Brabant verzorgt.<br />
23. functiehuis<br />
Het in de CAO Primair Onderwijs voorgeschreven overzicht van binnen <strong>INOS</strong> bestaande functies.<br />
24. functieMix<br />
Het volgens de CAO Primair Onderwijs voorgeschreven beleid rond toekenning van leraarfuncties A, B en C.<br />
25. gedrAgscode<br />
Concrete afspraken qua gedrag voor alle bij <strong>INOS</strong> betrokkenen, voortkomend uit de geformuleerde waarden en<br />
normen.<br />
26. geef de lerAAr ziJn vAk terug<br />
Een slogan die aangeeft dat de kern van het inhoudelijk <strong>INOS</strong>-beleid is: de leraar als professional samen met de directe<br />
collega’s in een Zelfverantwoordelijk Team verantwoordelijkheid te geven voor zijn onderwijskundig en pedagogisch<br />
handelen. Maar niet zoals vroeger met de deur van de klas dicht, maar met de deuren open, in een team en in een open<br />
contact met de omgeving.<br />
27. geMeenschAppeliJke MedezeggenschApsrAAd (gMr)<br />
Wettelijk voorgeschreven inspraakorgaan op basis van de Wet Medezeggenschap Onderwijs. Naast de MedezeggenschapsRaad<br />
(MR) die elke school kent, behartigt de GMR alle beleidskwesties die meerdere scholen binnen <strong>INOS</strong><br />
betreffen.<br />
28. gesprekkencYclus<br />
Regelmatige professionele gesprekken over het functioneren van <strong>INOS</strong>-medewerkers als professional. De belangrijkste<br />
onderdelen zijn: de jaarlijkse voortgangsgesprekken en minimaal één keer per drie jaar een beoordelingsgesprek.<br />
29. goed werkgeverschAp<br />
Het scheppen van een klimaat waar <strong>INOS</strong> als werkgever, en waar de directeuren als leidinggevenden, zorg hebben voor<br />
hun personeel en met respect met hen omgaan. Het zorgvuldig afwegen van organisatiebelangen versus individuele<br />
belangen. Proactief beleid dat problemen voorkomt en preventief werkt.<br />
30. horizontAle diAloog<br />
In de Code Goed Bestuur voorgeschreven beleid dat voorziet in een dialoog met belanghebbenden en partners van<br />
<strong>INOS</strong> binnen en buiten de organisatie. Deze horizontale communicatie is een aanvulling op de verticale verantwoording<br />
vanuit <strong>INOS</strong> naar de Raad van Toezicht, het Ministerie van Onderwijs en de Onderwijsinspectie. Stond eerder<br />
bekend onder de naam ‘Meervoudige Publieke Verantwoording’.<br />
31. ict-beleid<br />
ICT-kaders die <strong>INOS</strong>-breed gelden. Centraal voor wat betreft het beheer, decentraal voor wat betreft het onderwijskundig<br />
ICT-beleid.<br />
32. iMAgo vAn inos / inos Als begrip<br />
Het beeld dat binnen Breda, maar ook regionaal en landelijk, over <strong>INOS</strong> bestaat. <strong>INOS</strong> streeft hierbij naar een betrouw-<br />
baar, positief en vernieuwend imago.<br />
33. innovAtiebeleid<br />
<strong>INOS</strong> zorgt dat al haar scholen openstaan voor innovaties, die het onderwijs ten goede komen. Elke school verplicht<br />
zich tot innovatie en sluit zich ook aan bij landelijke innovatieprojecten.<br />
34. inos-AcAdeMie<br />
De <strong>INOS</strong>-organisatie die alle activiteiten en initiatieven rond scholing, professionalisering, opleiding en ontwikkeling<br />
van de professionals binnen <strong>INOS</strong> coördineert, hier regie op houdt en actief ontwikkelingen stimuleert.<br />
35. inos-bAsiskwAliteit<br />
Het basisniveau van onderwijskwaliteit dat <strong>INOS</strong> voor al haar scholen garandeert.<br />
36. inos-directeur nieuwe stiJl<br />
De <strong>INOS</strong>-directeur die vooral leider is van een grote school of van een paar scholen in plaats van manager.<br />
Leiderschap houdt in: integrale verantwoordelijkheid, persoonlijk leiderschap, onderwijskundig leiderschap,<br />
strategisch leiderschap en ondernemerschap. Een <strong>INOS</strong>-directeur vereenzelvigt zich met het <strong>INOS</strong>-beleid en<br />
heeft daar ook <strong>INOS</strong>-breed een taak in. Volgt dit beleid kritisch en draagt dit actief uit naar medewerkers en<br />
de omgeving.<br />
37. inos-gevoel<br />
De attitude dat de <strong>INOS</strong>-professionals zich naast medewerker van een school, ook volledig medewerker van heel <strong>INOS</strong><br />
voelen en daar ook trots op zijn.<br />
38. inos-portAl<br />
Digitaal communicatieplatform van <strong>INOS</strong>, bestaande uit een openbaar gedeelte, de <strong>INOS</strong> website, en een besloten<br />
gedeelte, een intranet voor specifieke groepen binnen en rondom <strong>INOS</strong>.<br />
39. integrAAl personeelsbeleid<br />
Personeelsbeleid dat met álle facetten van het functioneren van het personeel rekening houdt, zowel technisch,<br />
administratief, motivationeel en persoonlijk. Personeelsbeleid dat nauw aansluit bij de ontwikkeling van <strong>INOS</strong>.<br />
40. integrAle verAntwoordeliJkheid<br />
Integrale verantwoordelijkheid betekent dat een directeur van <strong>INOS</strong> op alle terreinen samenhangende verantwoordelijkheid<br />
draagt. Van financiën, personeel en organisatie tot onderwijs.<br />
41. internAtionAlisering<br />
Het streven van <strong>INOS</strong> om in haar onderwijs ook aandacht te besteden aan internationale aspecten en ontwikkelingen,<br />
zoals samenwerking met een internationale school, studiereizen naar het buitenland, het geven van mogelijkheden tot<br />
meertalig onderwijs en het werken met een internationaal curriculum.<br />
42. JAArplAn<br />
De vertaling van het Strategisch Meerjaren Beleidsplan in concrete activiteiten en te behalen doelen en resultaten per<br />
schooljaar.<br />
43. kernwAArde: AMbitieus<br />
<strong>INOS</strong> en haar scholen realiseren goed eigentijds en toekomstgericht onderwijs. Ze willen daarbij voorop lopen in<br />
ontwikkelingen. Ze stellen zichzelf hoge doelen en nemen geen genoegen met middelmaat.<br />
100 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 101
44. kernwAArde: oMgevingsbewust<br />
<strong>INOS</strong> en haar scholen werken vanuit het uitgangspunt dat onderwijs niet geïsoleerd kan en mag plaatsvinden. <strong>INOS</strong>-<br />
scholen zoeken, in het belang van het kind, actief samenwerking met alle relevante organisaties, instellingen en<br />
personen die ook met de leerlingen van <strong>INOS</strong> te maken hebben.<br />
45. kernwAArde: resultAAtgericht<br />
<strong>INOS</strong> en haar scholen staan voor kwalitatief hoog onderwijs. Onderwijs van hoge kwaliteit, dat erop is gericht om al<br />
het mogelijke uit elk kind te halen. Passend Onderwijs is daarbij één van de belangrijkste doelen om dit te realiseren.<br />
46. kernwAArde: verbindend<br />
<strong>INOS</strong> en haar scholen werken vanuit het uitgangspunt dat alle bij het onderwijs betrokkenen van elkaar afhankelijk<br />
zijn en elkaar nodig hebben. Dat ieder verantwoordelijk is om samen met de anderen verantwoordelijkheid op te<br />
pakken. Elk kind verbindt zich met zijn omgeving, de school verbindt zich met alles wat het kind meebrengt. De school<br />
verbindt zich met ouders en ziet deze als partners. De school is een open ontmoetingsplaats in de wijk. Leren gebeurt<br />
ook buiten school. Binnen de scholen zoeken alle professionals verbinding met elkaar.<br />
47. kindcentruM<br />
Organisatievorm waarbij een school zich, naast onderwijs, ook bezig houdt met adequate voor-, tussen- en naschoolse<br />
opvang in het belang van de integrale ontwikkeling van elk kind.<br />
48. krAchtige, uitdAgende leeroMgeving<br />
Het streven van <strong>INOS</strong> om de leeromgeving van kinderen uitdagend, eigentijds en motiverend te maken middels<br />
materialen, middelen, methoden en activiteiten in een uitdagend schoolgebouw.<br />
49. kwAliteitszorg<br />
Het beleid van <strong>INOS</strong> en van de Organisatorische Eenheden en scholen om de onderwijskundige kwaliteit te borgen.<br />
50. lokAAl educAtieve AgendA (leA)<br />
Betreft de afspraken die gemaakt zijn door de Bredase schoolbesturen voor Primair Onderwijs en de gemeente Breda<br />
over te bereiken gezamenlijke doelstellingen en elkaar informeren over activiteiten.<br />
51. lerende orgAnisAtie<br />
<strong>INOS</strong> en haar scholen zijn lerend. Uit alles wat er binnen <strong>INOS</strong> gebeurt aan positieve zaken en ook aan optredende<br />
problemen wordt systematisch lering getrokken in de zin wat dit betekent voor toekomstig handelen. Actief wordt ook<br />
met en samen van elkaar geleerd. Er wordt actief binnen heel <strong>INOS</strong> kennis gedeeld.<br />
52. leren tot leven brengen<br />
Het leren van onderwijs binnen <strong>INOS</strong> vérder brengen dan het traditionele leren. Zelfverantwoordelijkheid bij<br />
kinderen, leraren, ouders en alle andere betrokkenen binnen het primaire onderwijsproces brengen. Leren levendig en<br />
plezierig maken, waarbij de omgeving betrokken wordt. Actief het onderwijs steeds weer vernieuwen.<br />
53. leren vAn dAtA<br />
De werkwijze waarbij alle scholen van <strong>INOS</strong> actief gedifferentieerd onderwijs verzorgen op basis van adequate<br />
interpretatie van verzamelde data over de voortgang van het onderwijs.<br />
54. luMpsuM<br />
Het beleid van het Rijk vanaf 2006 om schoolbesturen één bedrag voor het onderwijs te verschaffen, in plaats van vele<br />
specifieke deelbudgetten. Het lumpsumbeleid geeft meer beleidsvrijheid om de eigen en landelijk vereiste onderwijs<br />
doelen te bereiken. Van schoolbesturen wordt hier tegenover verwacht dat zij zich ontwikkelen tot professionele<br />
efficiënte organisaties. Zij dragen financieel ondernemersrisico en worden rechtstreeks aangesproken op de kwaliteit<br />
en het functioneren van haar scholen.<br />
55. MAnAgeMentcontrAct<br />
De prestatieafspraken die per kalenderjaar worden gemaakt tussen het College van Bestuur en de individuele <strong>INOS</strong>directeur.<br />
56. MAnAgeMentrApportAge<br />
De systematische verantwoording gedurende het jaar ten aanzien van de afgesproken resultaten en doelstellingen.<br />
57. MAtchpoint<br />
De vervangingsorganisatie van <strong>INOS</strong> die zorgt voor voldoende en adequate vervanging, vervangers inhoudelijk<br />
kwalitatief begeleidt en vervangers -waar mogelijk- toeleidt naar een functie binnen <strong>INOS</strong>.<br />
58. Mobiliteitsbeleid<br />
Het beleid binnen <strong>INOS</strong> om te zorgen dat professionals binnen <strong>INOS</strong>-scholen rouleren. Enerzijds om zo vorm te geven<br />
aan de bestuursbenoemingen. Anderzijds om te zorgen voor flexibiliteit en binnen <strong>INOS</strong> uitwisselen van opgedane<br />
kennis en ervaring.<br />
59. niet-onderwiJskundige beheerstAken<br />
Alle taken die binnen een school moeten worden gedaan en die geen rechtstreekse relatie hebben met het onderwijs<br />
c.q. het primaire proces.<br />
60. onderneMerschAp<br />
Leiderschap dat mogelijkheden en innovaties ziet, graag nieuwe wegen inslaat en gebruik maakt van kansen. Grenzen<br />
durven opzoeken en lef tonen. Medewerkers hiertoe stimuleren.<br />
61. onderwiJskAnsenbeleid<br />
Stimuleringsbeleid vanuit Rijk en Gemeente om kinderen in achterstandssituaties extra kansen binnen het onderwijs te<br />
geven. Financiering vindt plaats op basis van het opleidingsniveau van de ouders. Stond eerder bekend als ‘Onderwijs<br />
achterstandenbeleid’.<br />
62. onderwiJskundig leiderschAp<br />
Leiding geven aan de onderwijskundige ontwikkeling binnen een school of scholen. Daarover een duidelijke toekomst-<br />
visie formuleren. Mensen hiervoor motiveren en ontwikkelingen ook monitoren en zo nodig ingrijpen.<br />
63. onderwiJskundige beheerstAken<br />
Alle taken die een rechtstreekse relatie hebben met het primaire proces, maar daar niet rechtstreeks onder vallen.<br />
Voorbeelden zijn het opzetten van een leerlingvolgsysteem, inspectierapportages, het maken van onderwijskundige<br />
beleidsplannen.<br />
64. ook<br />
Regionaal netwerk ten behoeve van de invoering van Passend Onderwijs. Bestaat uit 44 schoolbesturen voor Primair en<br />
Voortgezet Onderwijs met 192 scholen en 38.000 kinderen in het Primair en 22.000 kinderen in het Voortgezet Onder-<br />
wijs in 12 gemeenten. Belangrijkste doel is om, vanuit de komende zorgplicht voor scholen, te komen tot een dekkend<br />
geheel van (speciale) onderwijsvoorzieningen.<br />
65. opbrengstgericht werken<br />
Het streven van <strong>INOS</strong> om alle professionals zich bewust te laten zijn van het behalen van hoge kwaliteit rond concrete<br />
leerresultaten.<br />
66. orgAnisAtorische eenheden<br />
Organisatorische Eenheden binnen <strong>INOS</strong> die uit één grote school of meerdere scholen bestaan.<br />
102 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 103
67. pArnAssYs<br />
Digitaal onderwijsadministratie- en leerlingvolgsysteem dat op alle <strong>INOS</strong> scholen gebruikt zal gaan worden.<br />
68. pAssend onderwiJs binnen de visie vAn inos<br />
Het beleid van <strong>INOS</strong> om Passend Onderwijs voor al haar leerlingen te realiseren als een vertaling van haar principe om<br />
zich te verbinden aan alle mogelijkheden van elk kind.<br />
69. pdcA<br />
Plan, Do, Check, Act. De systematische wijze van aanpak bij het concretiseren van de lerende organisatie. Het oriënteren<br />
naar aanleiding van een plan. Het opzetten en invoeren. Het beoordelen en evalueren. Het aan de hand daarvan<br />
verbeteren/bijstellen.<br />
70. periodiek kwAliteits onderzoek (pko)<br />
Het minimaal vierjaarlijkse onderzoek door de onderwijsinspectie op alle scholen.<br />
71. persoonliJk leiderschAp<br />
Persoonlijk leiderschap betekent op een persoonlijke wijze leiding geven, vooral aan personeel. Jezelf goed kennen wat<br />
betreft je kwaliteiten en minder sterke kanten. Durf hebben om je persoonlijk te laten zien en jezelf als voorbeeld te<br />
nemen. Op een persoonlijke wijze met medewerkers contact maken en op hen afstemmen. Persoonlijk leiderschap<br />
betekent authentiek leiding geven aan de organisatie, de medewerkers en aan jezelf.<br />
72. po-rAAd<br />
Brancheorganisatie van alle schoolbesturen voor Primair Onderwijs in Nederland.<br />
73. priMAir onderwiJs<br />
Aanduiding voor alle scholen voor Basisonderwijs, Speciaal Basisonderwijs en Speciaal Onderwijs.<br />
74. publieke verAntwoording / horizontAle diAloog<br />
Het actief communiceren van het beleid, de doelstellingen, de activiteiten en evaluatiegegevens van <strong>INOS</strong> en haar<br />
scholen met relevante stakeholders. Relevante stakeholders advies en kritische feedback vragen over het beleid.<br />
75. rAAd vAn toezicht (rvt)<br />
Orgaan dat toezicht houdt op het functioneren van het College van Bestuur. Is ook de werkgever en strategisch<br />
adviseur van het College. In bedrijfsleven bekend als Raad van Commissarissen.<br />
76. regionAAl plAtforM onderwiJs (rpo)<br />
Een uitwisselingsplatform voor alle schoolbesturen in de regio West-Brabant. Oorspronkelijk opgezet om arbeidsmarkt<br />
problematiek binnen het Primair onderwijs in de regio gezamenlijk te kunnen aanpakken.<br />
77. schoolcultuur<br />
De wijze waarop binnen een school met elkaar wordt omgegaan. Het geheel van geschreven en ongeschreven regels,<br />
gewoonten en cultuurkenmerken. Gedoeld wordt op de omgang tussen leraren en kinderen, tussen kinderen onderling,<br />
tussen leraren onderling, tussen de leiding en leraren, tussen de school en ouders en tussen de school en de omgeving.<br />
78. schoolontwikkeling<br />
De voortdurende ontwikkeling op basis van een plan en visie in de school op het terrein van onderwijs, leren, identiteit<br />
en personeelsbeleid.<br />
79. schoolplAn<br />
Het wettelijk voorgeschreven plan met voorgenomen onderwijskundige veranderingen per periode van vier schooljaren.<br />
Dit is onderdeel van het Strategisch Meerjarenplan.<br />
80. schoolprofiel<br />
Elke <strong>INOS</strong>-school heeft zijn eigen onderscheidend en uitdagend schoolprofiel, waarmee ze zich van andere <strong>INOS</strong>-<br />
scholen onderscheidt. Bij voorbeeld op het terrein van sport, Passend Onderwijs, omgaan met gedragsproblemen,<br />
kunst en cultuur, meer- en hoogbegaafdheid.<br />
81. stockholM Akkoord<br />
De intenties van de gezamenlijke schoolbesturen binnen <strong>INOS</strong> en buitenschoolse opvangorganisaties om gezamenlijk<br />
te streven naar Kindcentra. Tijdens een gezamenlijke studiereis naar Stockholm ontstaan.<br />
82. strAtegisch leiderschAp<br />
Leiderschap dat een strategische visie en ontwikkeldoelen voor de toekomst uitzet en ook in de praktijk strategisch<br />
uitvoert c.q. implementeert.<br />
83. strAtegisch MeerJArenplAn<br />
Strategische plannen voor scholen en Organisatorische Eenheden die de ontwikkelingsrichting, binnen de kaders van<br />
<strong>INOS</strong>, voor enkele jaren aangeven.<br />
84. tAlentenpool<br />
Het actief opsporen, begeleiden en inzetten van bijzonder talent binnen <strong>INOS</strong>, ten behoeve van alle <strong>INOS</strong>-scholen. Is<br />
een onderdeel van de <strong>INOS</strong>-academie.<br />
85. teAMcoördinAtor<br />
Een medewerker uit het Zelfverantwoordelijke Team van professionals, die als taak heeft namens het team coördine-<br />
rende en stimulerende activiteiten te verrichten en namens het team de relatie te onderhouden met de schoolleiding.<br />
86. tevredenheidsonderzoek<br />
Het regelmatig <strong>INOS</strong>-breed onderzoeken van tevredenheid bij medewerkers (onderwijzend en onderwijsondersteunend),<br />
ouders, leerlingen en directeuren.<br />
87. toezichtsArrAngeMent<br />
Afspraken over de mate van toezicht door de Onderwijsinspectie op de scholen van <strong>INOS</strong>. Deze afspraken worden<br />
jaarlijks, na overleg met het College van Bestuur, door de Inspectie vastgesteld.<br />
88. veiligheidsbeleid<br />
Basisafspraken rond de veiligheid, zowel materieel als persoonlijk voor alle bij <strong>INOS</strong> betrokkenen op het niveau van<br />
scholen en geheel <strong>INOS</strong>.<br />
89. wAArden en norMen<br />
Uitgangspunten van het identiteitsbeleid en een goed pedagogisch klimaat op <strong>INOS</strong>-scholen.<br />
90. zelfverAntwoordeliJke leerkrAcht<br />
De <strong>INOS</strong>-leerkracht is zelfverantwoordelijk in de zin dat deze samen met collega’s in een Zelfverantwoordelijk Team<br />
verantwoordelijk is voor de vormgeving en uitvoering van goed onderwijs en van de eigen professionele ontwikkeling.<br />
104 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 105
91. zelfverAntwoordeliJke leerling<br />
Is een leerling die binnen <strong>INOS</strong> wordt opgevoed om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen leren en ontwikkelen.<br />
92. zelfverAntwoordeliJke teAMs<br />
Groepen van medewerkers in het primair proces van ‘onder-, midden- of bovenbouw’ die gezamenlijk verantwoordelijk<br />
zijn voor de onderwijskundige en pedagogische vormgeving van het onderwijs. Ze hebben, binnen de kaders van het<br />
<strong>INOS</strong>- en schoolbeleid, veel ruimte om het onderwijskundig beleid gezamenlijk zelfstandig vorm te geven. Zelfverantwoordelijke<br />
Teams zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor zowel het onderwijs aan alle groepen binnen een zelfverantwoordelijk<br />
team als het elkaar professioneel aanspreken en verder helpen.<br />
93. zorgcontinuÜM<br />
De samenhang van de verschillende stappen van hulp, begeleiding en ondersteuning aan kinderen binnen of buiten de<br />
school.<br />
94. zorgstructuur<br />
Het systeem van elke school dat zorgt voor een adequate opvang en begeleiding van kinderen.<br />
106 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
JAArverslAg
colofon<br />
Juni 2011<br />
Dit is een uitgave van:<br />
<strong>INOS</strong>, Stichting Katholiek Onderwijs Breda<br />
Teksten<br />
<strong>INOS</strong>-medewerkers: Willy Adank, Martijn Arts, Frans van Baal, Desiree van den Bogaard, Johan Craane,<br />
Wim van Dun, Frank van Esch, Petra Haverman, Jules van der Horst, Nienke Hoogenstraaten, Wim Kaizer,<br />
Jeroen Koers, Gijs van Lammeren, Hans Maas, Astrid Mol, Esther van Moll,Theo Nelissen, René Rijpert,<br />
Kees van Sprundel, Jack Stander, Johan Traa, Ad Winters<br />
Kinderinterviews en bijbehorende fotografie<br />
Lidia van Hooijdonk<br />
Fotografie<br />
Rob Mol<br />
Interviews workshopgevers<br />
Hans Maas<br />
Redactie<br />
Martijn Arts, Desiree van den Bogaard, Hans Maas<br />
Ontwerp en drukwerk<br />
Godding & co<br />
108 jaarverslag <strong>2010</strong><br />
JAArverslAg
inos stichting katholiek onderwijs breda<br />
postadres<br />
postbus 3513<br />
4800 dM breda<br />
bezoekadres<br />
AnnAstede<br />
haagweg 1<br />
4814 gA breda<br />
t 076 561 16 88<br />
f 076 564 04 42<br />
w www.inos.nl<br />
M info@inos.nl<br />
de vestigingen vAn inos<br />
NR NAAM TELEFOON INTERNET<br />
1 Kbs Kievitsloop 076-5419404 www.kievitsloop.nl<br />
2 Kbs De Driezwing 076-5411769 www.driezwing.nl<br />
3 Kbs De Werft 076-5410515 www.kbsdewerft.nl<br />
Eureka! Kenniscentrum voor 06-38820282 www.eureka.inos.nl<br />
Meer- en Hoogbegaafdheid<br />
4 Kbs Hagehorst 076-5418661 www.hagehorst.nl<br />
5 Kbs De Horizon 076-5413200 www.horizonprinsenbeek.nl<br />
6 Kbs De Griffioen 076-5412948 www.bsdegriffioen.nl<br />
7 Kbs De Wisselaar 076-5871177 www.bsdewisselaar.nl<br />
8 Kbs De Watervlinder 076-5871416 www.bsdewatervlinder.nl<br />
9 Kbs De Wegwijzer 076-5713495 www.bs-wegwijzer.nl<br />
10 Kbs Helder Camara 076-5713766 www.heldercamara.nl<br />
11 Kbs John F. Kennedy 076-5874742 www.johnfkennedy.nl<br />
12 Kbs De Spoorzoeker 076-5710964 www.spoorzoekerbreda.nl<br />
13 Kbs De Liniedoorn 076-5872838 www.liniedoorn.nl<br />
14 Kbs St. Joseph 076-5210360 www.stjosephbreda.nl<br />
15 SO/VSO Mytylschool De Schalm 076-5223222 www.mytylschooldeschalm.nl<br />
16 SO/VSO Liduinaschool voor ZML 076-5608850 www.liduinaschoolbreda.nl<br />
17 SBO De Leye 076-5810877 www.deleye.nl<br />
18 Kbs Weilust 076-5876528 www.weilust.nl<br />
19 Kbs De Boomgaard 076-5216105 www.kbsdeboomgaard.nl<br />
20 Kbs De Weerijs 076-5217534 www.deweerijs.nl<br />
21 Kbs Sinte Maerte 076-5218558 www.sintemaerte.nl<br />
22 Kbs De Eerste Rith 076-5149307 www.eersterith.nl<br />
23 Kbs De Keysersmolen 076-5146369 www.dekeysersmolen.nl<br />
24 SBO Westerhage 076-5220776 www.westerhage.nl<br />
25 Kbs Petrus en Paulus 076-5300006 www.petrusenpaulusschool.nl<br />
26 Kbs De Zandberg 076-5214109 www.kbszandberg.nl<br />
27 Kbs Jacinta 076-5650261 www.jacintaschool.nl<br />
28 Kbs De Burchtgaarde 076-5650828 www.burchtgaarde.nl<br />
29 SO Openluchtschool voor LZK 076-5600111 www.olsbreda.nl<br />
30 Kbs Effen 076-5145944 www.bseffen.nl<br />
31 Kbs De Rosmolen 076-5649666 www.rosmolen.net<br />
32 <strong>INOS</strong> bezoekadres 076-5611688 www.inos.nl<br />
33 FLEX<strong>INOS</strong> Kenniscentrum voor 076-5717144 www.flexinos.nl<br />
Ambulante Begeleiding<br />
110 jaarverslag <strong>2010</strong> jaarverslag <strong>2010</strong> 111
112 jaarverslag <strong>2010</strong>