Het collectief horecaverbod, een juridische kanttekening. - Sirius ...
Het collectief horecaverbod, een juridische kanttekening. - Sirius ...
Het collectief horecaverbod, een juridische kanttekening. - Sirius ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Het</strong> <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong>, <strong>een</strong> <strong>juridische</strong> <strong>kanttekening</strong>.<br />
In 2008 begon men in de Twentse steden met de mogelijkheid om <strong>een</strong> <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> op<br />
te leggen aan mensen die zich misdragen in de horeca. Dit gelauwerde en effectief gebleken<br />
systeem kreeg al snel navolging in vele gem<strong>een</strong>ten die kampten met veiligheidsproblemen in<br />
uitgaansgebieden.<br />
Dat het systeem goed werkt blijkt all<strong>een</strong> al uit de resultaten die ze in de regio’s Zwolle en Twente<br />
hebben weten te behalen. In beide gevallen zijn er rond de honderd gele kaarten<br />
(waarschuwingen) uitgedeeld en slechts <strong>een</strong> handvol rode kaarten (de collectieve ontzeggingen).<br />
De dreiging van het instrument en het opleggen van de waarschuwingen lijkt dus effect te hebben<br />
op de veiligheid in het uitgaansleven. Toch zijn er diverse bezwaren in te brengen tegen de huidige<br />
implementatie van dit instrument en het ontbreken van bepaalde waarborgen. Waar ik precies op<br />
doel hoop ik duidelijk te kunnen maken met het volgende voorbeeld:<br />
Twee tienermeisjes krijgen ruzie in <strong>een</strong> willekeurig café. Meisje A geeft meisje B <strong>een</strong> harde duw<br />
waardoor het glas van B breekt en B <strong>een</strong> snee aan haar hand oploopt. Meisje B, die in de chaos<br />
van het moment niet doorheeft dat het glas gebroken is, gooit de inhoud van het glas bier in het<br />
gezicht van meisje A, meisje A loopt hierdoor <strong>een</strong> snee op in haar gezicht. <strong>Het</strong> horecapersoneel<br />
constateerd op eerste indruk dat meisje B bewust handelde en haalt de politie erbij, meisje B wordt<br />
opgepakt wegens zware mishandeling en krijgt met onmiddelijke ingang <strong>een</strong> <strong>collectief</strong><br />
<strong>horecaverbod</strong> opgelegd voor de duur van één jaar. 1<br />
Bovenstaand is g<strong>een</strong> theoretisch bedenksel maar uit het leven gegrepen. De aangifte tegen het<br />
meisje zal waarschijnlijk niet tot <strong>een</strong> zaak leiden omdat mede door getuigen duidelijk kan worden<br />
gemaakt dat er g<strong>een</strong> sprake was van opzet. Daarmee is de kous echter nog niet af; Ongeacht de<br />
schuldvraag blijft het <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> namelijk wel van kracht. Kortom, het meisje mag zich<br />
als gevolg van dit voorval gedurende de periode van één jaar niet in de lokale horeca vertonen of<br />
zich op evenementen begeven waarbij deze horeca is aangesloten.<br />
<strong>Het</strong> opgelegde <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> komt namelijk niet voort uit <strong>een</strong> strafrechtelijk of<br />
bestuursrechtelijk proces maar uit <strong>een</strong> privaatrechtelijk convenant tussen horecaondernemers, de<br />
politie is hierin slechts <strong>een</strong> faciliterende partner. Omdat het <strong>een</strong> gescheiden traject betreft is het<br />
dus niet de rechter die beslist over het opleggen en handhaven van het verbod maar de<br />
horecaondernemer die het strafbare feit geconstateerd heeft. <strong>Het</strong> meisje kan <strong>een</strong> klacht indienen<br />
tegen handhaving van haar verbod maar rest bij afwijzing hiervan g<strong>een</strong> andere weg dan <strong>een</strong> civiele<br />
zaak.<br />
De kern van <strong>een</strong> <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> is namelijk als volgt: Een horecaondernemer mag <strong>een</strong><br />
klant die zich schuldig maakt aan <strong>een</strong> strafbaar feit de toegang tot de horecagelegenheid (inclusief<br />
het terras) weigeren met <strong>een</strong> <strong>horecaverbod</strong>, als hier aanleiding toe is. De klant betreedt hier<br />
immers <strong>een</strong> privé-eigendom, ook al heeft men de gelegenheid opengesteld voor het publiek. Een<br />
<strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> is in feite de overtreffende trap van <strong>een</strong> individueel verbod. Indien bij één<br />
van de bij het convenant aangesloten horecaondernemers <strong>een</strong> klant <strong>een</strong> rode kaart krijgt dan geldt<br />
dit verbod bij alle aangesloten horecaondernemers. Iemand die zich misdraagt kan op deze wijze<br />
met één verbod uit meerdere horecazaken en van meerdere terrassen tegelijk worden geweerd. 2<br />
1 Om privacyredenen zijn de betreffende locatie en namen van betrokkenen weggelaten.<br />
2 http://www.kvonline.nl/html/contrib/<strong>collectief</strong>hv/<strong>collectief</strong><strong>horecaverbod</strong>.php bezocht op 11 februari 2011
De procedure hiervoor werkt in Twente, Zwolle en diverse andere gem<strong>een</strong>ten als volgt: Bij<br />
constatering van <strong>een</strong> strafbaar feit door de betreffende horecaondernemer neemt deze contact op<br />
met de politie. De verdachte wordt hierop aangehouden en overgebracht naar <strong>een</strong> politiebureau.<br />
Eventueel kan er van het strafbare feit ook met<strong>een</strong> aangifte worden gedaan maar dit is niet persé<br />
noodzakelijk. Op het bureau wordt nagegaan of de betrokkene eerder <strong>een</strong> gele of rode kaart<br />
opgelegd heeft gekregen. Indien er sprake blijkt te zijn van <strong>een</strong> tweede gele kaart wordt deze<br />
omgezet naar <strong>een</strong> rode kaart. In zware gevallen, zoals hierboven beschreven, kan direct worden<br />
overgegaan tot <strong>een</strong> rode kaart.<br />
In geval van <strong>een</strong> rode kaart levert de politie <strong>een</strong> foto van de betrokkene aan bij de<br />
horecaondernemer die deze vervolgens publiceert op <strong>een</strong> digitale zwarte lijst die zichtbaar is voor<br />
personeel van aangesloten horecabedijven. Op basis hiervan kan gekeken worden of iemand met<br />
<strong>een</strong> rode kaart zich in één van de voor hem verboden café’s bevindt. Is dat het geval dan kan de<br />
persoon in kwestie worden gearresteerd voor huisvredebreuk en worden vervolgd. 3<br />
Dat het <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> in deze opzet effectief is en <strong>een</strong> preventieve werking heeft kan niet<br />
ontkend worden. Deze sanctie heeft echter ook <strong>een</strong> sterk punitief (lees: straffend) karakter, dat<br />
roept de vraag op of de horecaondernemers met deze insteek niet verder reiken dan hen eigenlijk<br />
is toegestaan. Hoeveel beoordelings –en beslissingsvrijheid zou je private partijen moeten geven<br />
bij bestraffing van ongewenste gedragingen? Voldoet dit instrument wel aan <strong>juridische</strong> normen?<br />
Naar mijn idee niet. Hoewel het <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> in feite <strong>een</strong> opschaling is van de wettelijk<br />
toegestane en ruim beproefde mogelijkheid om <strong>een</strong> individueel <strong>horecaverbod</strong> op te leggen, is de<br />
zwaarte van de sanctie nu stukken groter. In het kader van effectieve bestrijding en gemaakte<br />
afspraken zullen horecaondernemers door deze nieuwe mogelijkheid minder vaak voor <strong>een</strong><br />
individueel verbod kiezen en met<strong>een</strong> het collectieve traject inzetten. <strong>Het</strong> gevolg is dat in<br />
vergelijking met de situatie vóór de collectieve mogelijkheid de bewegingsvrijheid van mensen met<br />
<strong>een</strong> <strong>horecaverbod</strong> veel meer wordt ingeperkt. Waar horecaondernemers personen eerst enkel de<br />
toegang tot hun eigen etablissement mochten ontzeggen kunnen ze dat nu doen voor het gros van<br />
de horeca in de stad.<br />
Dit is op zichzelf nog g<strong>een</strong> probleem (en feitelijk de hele bedoeling van het <strong>collectief</strong> verbod), ware<br />
het niet dat het opleggen van dit verbod in theorie enkel op basis van de discretionaire vrijheid van<br />
horecaondernemers al doorgang kan vinden. Met name bij uitgaansgeweld lijkt het mij moeilijk om<br />
in iedere situatie met<strong>een</strong> helder te krijgen wie verantwoordelijk is en welke sanctie toepasselijk.<br />
<strong>Het</strong> eerder genoemde voorbeeld is daar tekenend voor. In de huidige opzet ontbreekt echter de<br />
noodzaak voor bewijslast en onderbouwing. Feitelijk hoeft er door de horecaondernemer slechts<br />
<strong>een</strong> melding gemaakt te worden van <strong>een</strong> misdraging om als individu door de politie opgepakt te<br />
worden en het verbod opgelegd te krijgen. Er hoeft in principe g<strong>een</strong> aangifte te worden gedaan, er<br />
hoeft g<strong>een</strong> schuld bewezen te worden en toch kan <strong>een</strong> straf als deze worden opgelegd.<br />
Deze beoordelingsvrijheid kan willekeur en uitgaansdiscriminatie in de hand werken. Een gele kaart<br />
kan namelijk o.a. worden opgelegd in gevallen van ‘baldadigheid’ en ‘bedreiging’ 4,5 . Let wel; <strong>Het</strong> is<br />
dus niet de politie die bepaald of hier sprake van is maar horeca-uitbaters, portiers en ander<br />
horecapersoneel. Welke garanties zijn er dan dat dit middel, of dreiging ermee, niet te pas en te<br />
onpas wordt ingezet om jongeren van <strong>een</strong> bepaalde etnische afkomst stelselmatig te weren?<br />
Recente jurisprudentie van de Almelose Rechtbank is met het oog op bovengenoemde bezwaren<br />
dan ook erg kritisch over het <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong>, met name over de rol van de politie;<br />
3 Convenant Collectief HorecaVerbod Twente, p.p. 1-6<br />
4 Document: Aanzegging Collectief Horecaverbod (VOS-project Zwolle)<br />
5 Convenant Collectief HorecaVerbod Twente, Bijlage 1: Richtlijn bij opleggen waarschuwing en ontzegging.
“Samenvattend bevat het collectieve <strong>horecaverbod</strong> de reële mogelijkheid van <strong>een</strong> bestraffing<br />
buiten het strafrecht om en zijn er zelfs aanwijzingen dat het verbod hiervoor wordt gebruikt. Of<br />
sprake is van het oogmerk van <strong>een</strong> bestraffing is niet of nauwelijks in het concrete geval na te<br />
gaan. … Strafbare feiten dienen te worden afgehandeld naar de normen en waarborgen van het<br />
strafrecht, waaronder de betrokkenheid van de strafrechter. <strong>Het</strong> collectieve <strong>horecaverbod</strong> doet<br />
hieraan afbreuk. Doordat de met de opsporing of vervolging belaste ambtenaren hieraan hun<br />
medewerking verlenen, is sprake van <strong>een</strong> vormverzuim daarin bestaande, dat zij ernstig inbreuk<br />
hebben gemaakt op beginselen van <strong>een</strong> behoorlijke procesorde waardoor doelbewust of met grove<br />
veronachtzaming van de belangen van de verdachte aan diens recht op <strong>een</strong> eerlijke behandeling<br />
van zijn zaak is tekortgedaan.” 6<br />
Deze kritiek heeft tot gevolg gehad dat Koninklijke Horeca Nederland (KHN) recentelijk <strong>een</strong> nieuw<br />
model-convenant heeft ontwikkeld waarin de rol van de politie aanzienlijk is teruggebracht. Deze<br />
opzet doet meer recht aan het privaatrechtelijke karakter van het convenant en biedt tevens meer<br />
waarborgen om oneigenlijk gebruik te voorkomen. In tegenstelling tot de in Twente en Zwolle<br />
gebruikte convenanten dient hier altijd <strong>een</strong> aangifte ten grondslag te liggen aan het opgelegde<br />
verbod. <strong>Het</strong> aanleveren van fotomateriaal van betrokkenen door de politie is zorgvuldiger<br />
gestructureerd in lijn met het College Bescherming Persoonsgegevens. Ook is de opzet en werking<br />
van de klachtencommissie –en procedure in dit convenant <strong>een</strong> stuk inzichtelijker. 7 In Enschede<br />
beslist men binnenkort over vervanging van het bestaande convenant door dit nieuwe model. Tot<br />
die tijd is het beleid met betrekking tot het <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> echter nog ongewijzigd van<br />
kracht.<br />
Ook Zwolle zou baat hebben bij herziening van het huidige convenant. Daar gaat men in de huidige<br />
opzet namelijk nog <strong>een</strong> stap verder dan Twente. In Zwolle kan <strong>een</strong> <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> niet<br />
all<strong>een</strong> worden opgelegd bij misdragingen in café’s en op terrassen maar bij alle misdragingen<br />
binnen de straten van de Zwolse grachtengordel tijdens uitgaansuren. 8 Gezien de puur<br />
privaatrechtelijke bevoegdheid die horecaondernemers binnen het convenant is gegeven kunnen<br />
we ons afvragen waarom deze hier ook is doorgetrokken tot misdragingen in het publieke domein.<br />
Er zijn nog g<strong>een</strong> rechtszaken gevoerd tegen het Zwolse <strong>horecaverbod</strong> in het bijzonder maar het<br />
lijkt mij dat dit zeker <strong>een</strong> punt van aandacht zou zijn.<br />
Hierbij is het tevens goed om op te merken dat <strong>een</strong> voorwaarde voor oplegging van het <strong>collectief</strong><br />
<strong>horecaverbod</strong> is dat horecaondernemers middels <strong>een</strong> sticker bij de ingang duidelijk moeten maken<br />
dat zij aangesloten zijn bij het initiatief. Wie in het achterhoofd houdt dat feitelijk voor incidenten<br />
in de hele Zwolse binnenstad <strong>een</strong> <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> kan worden opgelegd ziet dat de stickers<br />
dus enigszins misleidend zijn en weinig meerwaarde bieden.<br />
Hoe nu verder? In principe kunnen de gem<strong>een</strong>ten en de horeca de jurisprudentie naast zich<br />
neerleggen al lijkt me dit niet verstandig. In de zaken die tot nog toe voor de rechter zijn<br />
verschenen heeft deze het verbod immers gekraakt. Als men wil voorkomen dat het instrument op<br />
termijn niet meer blijkt dan <strong>een</strong> wassen neus kunnen aanpassingen, zoals die in het<br />
modelconvenant van KHN, niet achterwege blijven.<br />
Meer in detail zouden mijns inziens drie zaken sowieso aangepast moeten worden:<br />
- Allereerst de betrokkenheid van de politie in dit privaatrechtelijk convenant, de rechter heeft hier<br />
terecht al kritische geluiden over laten horen. De politie zou zich moeten beperken tot haar<br />
handhavende publieke taak, zij mag niet als uitvoerend orgaan dienen voor de huisregels van de<br />
horeca.<br />
6 LJN: BN3518, Rechtbank Almelo , 08/800004-10 , april 2010<br />
7 Koninklijke Horeca Nederland, Model Protocol Collectieve Horecaontzegging Binnenstad …… (2010)<br />
8 Document: Aanzegging Collectief Horecaverbod (VOS-project Zwolle)
- In de tweede plaats zou het opleggen van de sanctie beter beargumenteerd moeten worden,<br />
bijvoorbeeld door de sanctie te bevestigen in <strong>een</strong> aangetekende brief met <strong>een</strong> duidelijk uitgewerkt<br />
beslissingscriterium. <strong>Het</strong> <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> is <strong>een</strong> aanmerkelijke verzwaring ten opzichte van<br />
<strong>een</strong> individueel verbod, daarom moet zelfs maar de schijn van willekeur en oneigenlijk gebruik<br />
vermeden worden.<br />
- Ten slotte zou de klachtenprocedure in veel gevallen inzichtelijker moeten zijn. <strong>Het</strong> is nu voor de<br />
betrokkene vaak nog onduidelijk wie precies in de (al dan niet onafhankelijke) klachtencommissies<br />
zitten, op welke gronden zij beoordelen en welke termijnen voor indiening gelden. Deze<br />
herzieningen zijn noodzakelijk en in het belang van alle partijen.<br />
<strong>Het</strong> door Koninklijke Horeca Nederland geboden model convenant is in mijn ogen <strong>een</strong> goed<br />
alternatief dat in grote lijnen tegemoet komt aan eerdergenoemde bezwaren. Grote steden als<br />
Rotterdam en Utrecht zijn inmiddels al overgegaan op dit model en ik raad Twente en Zwolle aan<br />
dit ook te doen. Dit is echter nog g<strong>een</strong> garantie dat <strong>een</strong> rechter hier wel akkoord mee kan gaan,<br />
het modelconvenant is namelijk nog niet in <strong>een</strong> civiele zaak getoetst. Alternatieven zouden daarom<br />
misschien ook gezocht kunnen worden in bestuursrecht en het strafrecht.<br />
De bestuursrechtelijke weg biedt immers ook al de mogelijkheid om individuen <strong>een</strong> gebiedsverbod<br />
op te leggen, binnen bepaalde randvoorwaarden zou dit middel op <strong>een</strong> gelijksoortige manier als het<br />
<strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> kunnen worden ingezet om lastige klanten uit de horeca te weren.<br />
Een onzekere factor hier is echter de definitie van publieke ruimte. Voorwaarde voor oplegging van<br />
<strong>een</strong> bestuursrechtelijk gebiedsverbod is namelijk dat er sprake is van verstoring van de openbare<br />
orde; Kan het privé-domein van <strong>een</strong> horecagelegeneid ook als openbare ruimte gedefinieerd<br />
worden? Dit is nog maar de vraag.<br />
Binnen het strafrecht is dit instrument al beter toegespitst; Daar is <strong>een</strong> <strong>horecaverbod</strong> <strong>een</strong> sanctie<br />
die in beginsel ook al door de strafrechter zou kunnen worden opgelegd als bijzondere voorwaarde<br />
bij <strong>een</strong> voorwaardelijke straf.<br />
In het algem<strong>een</strong> is het <strong>collectief</strong> <strong>horecaverbod</strong> effectief gebleken en door velen positief ontvangen.<br />
De doelstellingen van het instrument worden ook door mij van harte onderschreven. Ik spreek<br />
daarom de hoop uit dat met de benodigde aanpassingen dit middel tot de gewenste resultaten kan<br />
leiden zonder dat het de individuele vrijheden en <strong>een</strong> zorgvuldige rechtsgang in de weg hoeft te<br />
staan.<br />
Jos Boerties<br />
Student Public Administration, Public Policy & Governance – Universiteit Twente<br />
Bronnen<br />
Tanja Rijtman, Projectleider RPC, Stichting Criminaliteitsbeheersing Twente<br />
Jeroen Kroon, Beleidsadviseur Openbare Orde en Veiligheid Gem<strong>een</strong>te Zwolle<br />
Peter Hamer, Juridische beleidsadviseur Gem<strong>een</strong>te Enschede<br />
Mr. Michel Vols, Docent Recht Rijksuniversiteit Groningen<br />
Mr. Marc Harmsen, Docent Recht Universiteit Twente<br />
Dhr. Bart Berkhout, Jurist Koninklijke Horeca Nederland<br />
1. Convenant Collectief HorecaVerbod Twente. (g<strong>een</strong> datum, auteur)<br />
2. Document: Aanzegging Collectief Horecaverbod (VOS-project Zwolle)<br />
3. LJN BK8911, Rechtbank Almelo, 08/800004-10, januari 2010<br />
4. LJN: BN3518, Rechtbank Almelo , 08/800004-10, april 2010<br />
5. http://www.kvonline.nl/html/contrib/<strong>collectief</strong>hv/<strong>collectief</strong><strong>horecaverbod</strong>.php<br />
bezocht op 11 februari 2011<br />
6. Artikel: ‘Verboden Toegang; Onderzoek gebiedsverboden’, NRC Handelsblad,<br />
19 september 2009
7. Koninklijke Horeca Nederland, Model Protocol Collectieve Horecaontzegging<br />
Binnenstad …… (2010)