HET EINDE VAN HET JODENDOM - Politieke Boeken
HET EINDE VAN HET JODENDOM - Politieke Boeken
HET EINDE VAN HET JODENDOM - Politieke Boeken
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
had voor ons gezin het sjoel bezoek primair een sociale functie. Mijn vader, als<br />
advocaat in een vrij kleine joodse gemeenschap van 2 à 3 honderd gezinnen, kon<br />
het zich niet veroorloven om niet af en toe met zijn gezin in sjoel te verschijnen.<br />
Neen, halacha, de joodse wetten en voorschriften, betekenden voor ons niets.<br />
Ethiek, moraal, prestatie, inzet betekende alles. Daarbij ook de trots dat we als<br />
joods volk sinds de Oudheid hadden overleefd en dat we als Duitse joden, met<br />
name na Moses Mendelssohn, zo veel bereikt en gepresteerd hadden. (Zie ook<br />
hoofdstuk VI)<br />
Tevreden, geslaagde joodse burgers<br />
Mijn ouders hadden de Eerste Wereldoorlog met grote intensiteit beleefd. Een<br />
gesneuvelde broer, hongersnood, verwonding en ziekte, een uit verdriet gestorven<br />
moeder, verarming door inflatie en, last but not least de schande en schaamte<br />
onderdeel te zijn van een natie van verliezers, -en ik bedoel hier de Duitse, niet de<br />
joodse natie -. Desondanks ben ik in mijn herinnering tot aan 1933 in een<br />
harmonisch en gelukkig gezin opgegroeid. Mijn moeder was een warme,<br />
intelligente en efficiënte vrouw. Zij was de zorgzame, alles bestierende ziel in<br />
huis. Mijn vader was veel minder dichtbij, hij werkte hard in zijn<br />
advocatenpraktijk, was gauw door het lawaai dat mijn twee oudere broers en<br />
vooral ik maakte geïrriteerd, maar, hij was ook succesvol. Een van zijn cliënten<br />
was het gemeentebestuur van de stad Bielefeld zelf. Een lucratieve en<br />
prestigieuze cliënt. Dit gaf mijn vader uiteraard veel voldoening en het liet toe, dat<br />
mijn ouders met hun drie zoons in materieel opzicht weinig te klagen hadden. Tot<br />
aan de komst van Hitler waren er twee hulpen, toen “dienstmeisjes” geheten, die<br />
bij ons inwoonden en mijn moeder in keuken, huishouding en met de kinderen<br />
hielpen. Van ons kinderen werd verwacht dat wij, als tegenprestatie voor de<br />
goede ouderlijke zorg, op school ons best zouden doen, dat we met goede cijfers<br />
thuis zouden komen en ook qua overig gedrag geen aanleiding tot klachten<br />
zouden geven. De sfeer in huis was die van veilige geborgenheid.<br />
25