17.09.2013 Views

Jezus de Vriend - Bazuin te Sion

Jezus de Vriend - Bazuin te Sion

Jezus de Vriend - Bazuin te Sion

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

TNT Post<br />

<strong>Jezus</strong><br />

Port betaald<br />

TNT POST<br />

Port betaald<br />

PAYS-BAS<br />

<strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud<br />

- Het volk van Israël in het<br />

nieuwe <strong>te</strong>stament<br />

- Openbaring 11 - De twee getuigen<br />

- Het offer van Christus in <strong>de</strong><br />

schaduwdienst<br />

ADRES<br />

ONTVANGER<br />

19


<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud<br />

Bestaat er wel een gro<strong>te</strong>re lief<strong>de</strong><br />

dan die God heeft getoond<br />

in zijn verlossingsplan voor<br />

een verloren gaan<strong>de</strong> wereld?<br />

Hij heeft Zijn Zoon gegeven.<br />

Christus was bereid zijn leven<br />

<strong>te</strong> geven, nadat Hij smaad,<br />

hoon en schan<strong>de</strong> had gedragen.<br />

Als gro<strong>te</strong> Hogepries<strong>te</strong>r pleit <strong>Jezus</strong> nu voor ons bij <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r.<br />

Hebt u <strong>Jezus</strong> als uw Hogepries<strong>te</strong>r leren kennen?<br />

Lees het artikel<br />

“Het offer van Christus in <strong>de</strong> schaduwdienst”.<br />

Hij heeft Zijn offer voor u gebracht en nu mag u vrijmoedig toegaan<br />

tot <strong>de</strong> troon <strong>de</strong>r gena<strong>de</strong> om barmhartigheid, gena<strong>de</strong> en<br />

hulp <strong>te</strong> ontvangen. Wilt u aan Zijn uitnodiging gehoor geven?<br />

Wim Wiggers en Marian Pel<br />

Inhoudsopgaven<br />

► Het volk van Israël in het<br />

nieuwe <strong>te</strong>stament 3<br />

► Gedach<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> berg <strong>de</strong>r<br />

zaligsprekingen - <strong>de</strong>el 5 7<br />

► Openbaring11 - De twee getuigen 11<br />

► Genesis2<br />

Een twee<strong>de</strong> scheppingsbericht 17<br />

► Het offer van Christus in <strong>de</strong><br />

schaduwdienst 20<br />

► De weg tot gezondheid 24<br />

► Kin<strong>de</strong>rverhaal... De eers<strong>te</strong> discipelen 26<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 2<br />

Van <strong>de</strong> Redaktie<br />

Voor u ligt een tijdschrift, dat<br />

wordt uitgegeven door leken<br />

binnen <strong>de</strong> zeven<strong>de</strong>dagsadventis<strong>te</strong>ngemeenschap,<br />

die zending bedrijven, boeken<br />

drukken en uitgeven.<br />

Dit tijdschrift komt vier keer<br />

per jaar uit. Elk nummer<br />

heeft een aantal rubrieken:<br />

* Het verlossingsplan<br />

* Leers<strong>te</strong>llingen<br />

* Profetie<br />

* Gezondheid (dit kan in een<br />

medische of een sociale<br />

con<strong>te</strong>xt zijn)<br />

* Bijbel en We<strong>te</strong>nschap<br />

* Kerkgeschie<strong>de</strong>nis<br />

* Het kin<strong>de</strong>rhoekje<br />

Het doel is dat wij ons voorberei<strong>de</strong>n<br />

op <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst<br />

van <strong>de</strong> Heer.<br />

redaktie: Marian Pel<br />

Wim Wiggers<br />

Mocht <strong>de</strong>ze uitgave u aanstaan,<br />

dan is het mogelijk<br />

een bijdrage <strong>te</strong> leveren door<br />

een bedrag <strong>te</strong> stor<strong>te</strong>n op:<br />

Giro 13 82 569<br />

t.n.v. De Ellen G.Whi<strong>te</strong> Stichting<br />

zodat er uitbreiding van dit<br />

blad mogelijk is.<br />

---<br />

De Ellen G.Whi<strong>te</strong> stichting.<br />

postbus 87<br />

4630 AB Hoogerhei<strong>de</strong><br />

Tel. 0164-616564<br />

Namens <strong>de</strong> redaktie


De strijdpun<strong>te</strong>n die het vaakst het<br />

on<strong>de</strong>rwerp van gesprek waren tussen<br />

<strong>Jezus</strong> en <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs van Israël<br />

zijn <strong>de</strong> sabbat en <strong>de</strong> positie van het<br />

volk Israël als nakomelingen van<br />

Abraham. Ook in <strong>de</strong> prediking van<br />

Johannes <strong>de</strong> Doper bij <strong>de</strong> Jordaan<br />

komt dit laats<strong>te</strong> punt direct naar voren.<br />

“In die dagen trad Johannes <strong>de</strong> Doper<br />

op en hij predik<strong>te</strong> in <strong>de</strong> woestijn<br />

van Ju<strong>de</strong>a, en zei<strong>de</strong>: Bekeert u,<br />

want het Koninkrijk <strong>de</strong>r hemelen is<br />

nabijgekomen. Hij toch is het, van<br />

wie door <strong>de</strong> profeet Jesaja gesproken<br />

werd, toen hij zei<strong>de</strong>:<br />

De s<strong>te</strong>m van een, die roept in <strong>de</strong><br />

woestijn: Bereidt <strong>de</strong> weg <strong>de</strong>s Heren,<br />

maakt recht zijn pa<strong>de</strong>n.<br />

Hij nu Johannes, droeg een kleed<br />

van kameelhaar en een le<strong>de</strong>ren<br />

gor<strong>de</strong>l om zijn len<strong>de</strong>nen; en zijn<br />

HET VOLK VAN ISRAËL<br />

IN HET NIEUWE TESTAMENT<br />

voedsel bestond uit sprinkhanen en<br />

wil<strong>de</strong> honing. Toen liep Jeruzalem<br />

en geheel Ju<strong>de</strong>a en <strong>de</strong> gehele Jordaanstreek<br />

tot hem uit, en zij lie<strong>te</strong>n<br />

zich in <strong>de</strong> rivier, <strong>de</strong> Jordaan, door<br />

hem dopen, on<strong>de</strong>r belij<strong>de</strong>nis van<br />

hun zon<strong>de</strong>n.<br />

Toen hij nu zag, dat vele van <strong>de</strong><br />

Farizeeën en <strong>de</strong> Sadduceeën tot <strong>de</strong><br />

doop kwamen, zei<strong>de</strong> hij tot hen: Ad<strong>de</strong>rengebroed,<br />

wie heeft u een wenk<br />

gegeven om <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> toorn <strong>te</strong><br />

ontgaan? Brengt dan vrucht voort,<br />

die aan <strong>de</strong> bekering beantwoordt;<br />

en beeldt u niet in, dat gij bij uzelf<br />

kunt zeggen: Wij hebben Abraham<br />

tot va<strong>de</strong>r, want ik zeg u, dat God bij<br />

mach<strong>te</strong> is uit <strong>de</strong>ze s<strong>te</strong>nen Abraham<br />

kin<strong>de</strong>ren <strong>te</strong> verwekken.”<br />

Mat<strong>te</strong>üs 3: 1-9.<br />

Johannes trok <strong>de</strong> aandacht van heel<br />

Jeruzalem, Ju<strong>de</strong>a en <strong>de</strong> Jordaanstreek.<br />

Vele Jo<strong>de</strong>n kwamen om<br />

naar hem <strong>te</strong> luis<strong>te</strong>ren en zich<br />

door hem <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n dopen.<br />

Johannes was populair. Maar<br />

on<strong>de</strong>r al die mensen die kwamen<br />

waren er ook die niet echt<br />

tot bekering waren gekomen.<br />

De ware bekering wordt gekenmerkt<br />

door goe<strong>de</strong> vruch<strong>te</strong>n.<br />

Wat bedoelt Johannes met<br />

‘ad<strong>de</strong>rengebroed’? Is hij hier<br />

aan het schel<strong>de</strong>n? Dat kan niet<br />

zo zijn, want <strong>Jezus</strong> gebruikt<br />

<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> uitdrukkingen als Johannes.<br />

Wat <strong>Jezus</strong> en Johannes<br />

zeggen is niets an<strong>de</strong>rs dan <strong>de</strong><br />

waarheid in lief<strong>de</strong> gesproken.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 3<br />

“Acht <strong>de</strong> boom goed, maar dan ook<br />

zijn vrucht, want aan zijn vrucht<br />

kent men <strong>de</strong> boom. Ad<strong>de</strong>rengebroed,<br />

hoe kunt gij, die slecht zijt,<br />

iets goeds zeggen? Want uit <strong>de</strong> overvloed<br />

<strong>de</strong>s har<strong>te</strong>n spreekt <strong>de</strong> mond.<br />

Een goed mens brengt uit zijn goe<strong>de</strong><br />

schat goe<strong>de</strong> dingen voort, en een<br />

slecht mens uit zijn boze schat boze<br />

dingen.” Mat<strong>te</strong>üs 12: 33-35.<br />

De vrucht zegt dus iets over <strong>de</strong><br />

boom. Zoals <strong>de</strong> vrucht is zo is <strong>de</strong><br />

boom. Wat uit het hart voortkomt,<br />

zegt iets over het hart. Johannes<br />

en <strong>Jezus</strong> spreken over <strong>de</strong> toestand<br />

van het hart. Het onbekeer<strong>de</strong> hart is<br />

boos en kan ook niets an<strong>de</strong>rs voortbrengen<br />

dan boosheid. Daar kan <strong>de</strong><br />

mens zelf niets aan veran<strong>de</strong>ren. Jeremia<br />

schreef: “Kan een Ethiopiër<br />

zijn huid veran<strong>de</strong>ren of een pan<strong>te</strong>r<br />

zijn vlekken? Dan zoudt gij in staat<br />

zijn goed <strong>te</strong> doen, gij die gewend<br />

zijt kwaad <strong>te</strong> doen.”<br />

Jeremia 13: 23.<br />

Maar sommige van <strong>de</strong> toehoor<strong>de</strong>rs<br />

van Johannes geloof<strong>de</strong>n niet dat ze<br />

ad<strong>de</strong>rengebroed waren, dat hun hart<br />

boos was. Ze geloof<strong>de</strong>n niet dat zij<br />

tot bekering moes<strong>te</strong>n komen. Zij<br />

waren immers het nageslacht van<br />

Abraham en dien<strong>de</strong>n <strong>de</strong> God van<br />

Abraham. Ze geloof<strong>de</strong>n dat an<strong>de</strong>re<br />

mensen afgo<strong>de</strong>ndienaars en zondaren<br />

waren. Johannes zou <strong>de</strong>ze<br />

boodschap volgens hen veel be<strong>te</strong>r<br />

kunnen rich<strong>te</strong>n tot <strong>de</strong> mensen die<br />

bui<strong>te</strong>n Israël waren. Die moes<strong>te</strong>n<br />

tot bekering komen, dat was ad<strong>de</strong>rengebroed.


Zij zagen <strong>de</strong> zondigheid van hun<br />

eigen hart niet in omdat zij <strong>de</strong> verheven<br />

heiligheid van God niet besef<strong>te</strong>n.<br />

De profeet Jesaja had een visioen<br />

van Gods heerlijkheid in het<br />

heiligdom en daardoor besef<strong>te</strong> hij<br />

<strong>de</strong> zondigheid van zijn eigen hart<br />

en dat van het hele volk.<br />

“In het s<strong>te</strong>rfjaar van koning Uzzia<br />

zag ik <strong>de</strong> Here zit<strong>te</strong>n op een hoge<br />

en verheven troon en zijn zomen<br />

vervul<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>te</strong>mpel, Serafs ston<strong>de</strong>n<br />

boven Hem; ie<strong>de</strong>r had zes vleugels:<br />

met twee be<strong>de</strong>k<strong>te</strong> hij zijn aangezicht,<br />

met twee be<strong>de</strong>k<strong>te</strong> hij zijn<br />

voe<strong>te</strong>n en met twee vloog hij. En <strong>de</strong><br />

een riep <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r toe: Heilig, heilig,<br />

heilig is <strong>de</strong> Here <strong>de</strong>r heerscharen,<br />

<strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> is van zijn heerlijkheid<br />

vol, en <strong>de</strong> dorpelpos<strong>te</strong>n beef<strong>de</strong>n<br />

van het lui<strong>de</strong> roepen en het huis<br />

werd vervuld met rook. Toen zei<strong>de</strong><br />

ik: Wee mij ik ga <strong>te</strong>n on<strong>de</strong>r, want ik<br />

ben een man, onrein van lippen, en<br />

woon <strong>te</strong> mid<strong>de</strong>n van een volk, dat<br />

onrein van lippen is, - en mijn ogen<br />

hebben <strong>de</strong> Koning, <strong>de</strong> Here <strong>de</strong>r<br />

heerscharen gezien.” Jesaja 6: 1-5.<br />

Ook David besef<strong>te</strong> <strong>de</strong> zondigheid<br />

van zijn eigen hart en hij beleed:<br />

“Zie, in ongerechtigheid ben ik geboren,<br />

in zon<strong>de</strong> heeft mijn moe<strong>de</strong>r<br />

mij ontvangen. Schep mij een rein<br />

hart, o God en vernieuw in mijn<br />

binnens<strong>te</strong> een vas<strong>te</strong> geest.”<br />

Psalm 51: 7, 12.<br />

David begreep dat uit <strong>de</strong> verdorvenheid<br />

van zijn hart <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> voortkwam.<br />

Hij begreep ook dat hij daar<br />

zelf niets aan kon veran<strong>de</strong>ren. God<br />

alleen kon hem een nieuw hart geven<br />

door zijn scheppen<strong>de</strong> macht.<br />

Dat is nu precies wat Johannes <strong>de</strong><br />

Doper <strong>te</strong>gen zijn toehoor<strong>de</strong>rs zei.<br />

“… want ik zeg u, dat God bij<br />

mach<strong>te</strong> is uit <strong>de</strong>ze s<strong>te</strong>nen Abraham<br />

kin<strong>de</strong>ren <strong>te</strong> verwekken.” Met die<br />

s<strong>te</strong>nen bedoel<strong>de</strong> hij niet <strong>de</strong> s<strong>te</strong>nen<br />

die op <strong>de</strong> grond lagen daar bij <strong>de</strong><br />

Jordaan. Nee met <strong>de</strong> s<strong>te</strong>nen bedoel-<br />

<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> onbekeer<strong>de</strong> har<strong>te</strong>n. Ie<strong>de</strong>re<br />

Jood kon dat we<strong>te</strong>n, want Ezechiël<br />

had geschreven: “Een nieuw hart<br />

zal Ik u geven en een nieuwe geest<br />

in uw binnens<strong>te</strong>: het hart van s<strong>te</strong>en<br />

zal Ik uit uw lichaam verwij<strong>de</strong>ren<br />

en Ik zal u een hart van vlees geven.<br />

Mijn Geest zal Ik in uw binnens<strong>te</strong><br />

geven en maken, dat gij naar mijn<br />

inzettingen wan<strong>de</strong>lt en naarstig<br />

mijn veror<strong>de</strong>ningen on<strong>de</strong>rhoudt.”<br />

Ezechiël 36: 26, 27.<br />

“Is niet mijn woord zó: als een<br />

vuur, luidt het woord <strong>de</strong>s Heren, of<br />

als een hamer, die <strong>de</strong> s<strong>te</strong>enrots vermorzelt?”<br />

Jeremia 23: 29.<br />

Het hart van s<strong>te</strong>en wordt gebroken<br />

en weggenomen door het Woord<br />

van God. Het Woord van God is het<br />

mid<strong>de</strong>l dat tot <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rgeboor<strong>te</strong><br />

leidt. Door het Woord hebben wij<br />

ook <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> gave van <strong>de</strong> Heilige<br />

Geest.<br />

“In Hem zijt ook gij, nadat gij het<br />

woord <strong>de</strong>r waarheid,<br />

het evangelie<br />

uwer behou<strong>de</strong>nis,<br />

hebt gehoord; in<br />

Hem zijt gij, toen<br />

gij gelovig werd,<br />

ook verzegeld met<br />

<strong>de</strong> Heilige Geest<br />

<strong>de</strong>r belof<strong>te</strong>, die<br />

een on<strong>de</strong>rpand is<br />

van onze erfenis,<br />

tot verlossing van<br />

het volk, dat Hij<br />

Zich verworven<br />

heeft, tot lof zijner<br />

heerlijkheid.”<br />

Efeziërs 1: 13, 14.<br />

“Van Hem getuigen alle profe<strong>te</strong>n,<br />

dat een ie<strong>de</strong>r, die in Hem gelooft,<br />

vergeving van zon<strong>de</strong>n ontvangt<br />

door zijn naam. Terwijl Petrus <strong>de</strong>ze<br />

woor<strong>de</strong>n nog sprak, viel <strong>de</strong> Heilige<br />

Geest op allen, die het woord hoor<strong>de</strong>n.”<br />

Han<strong>de</strong>lingen 10: 43, 44.<br />

God doet geboren wor<strong>de</strong>n, Hij<br />

neemt het initiatief. Hij gebruikt<br />

daarvoor het woord <strong>de</strong>r waarheid,<br />

‘het evangelie uwer behou<strong>de</strong>nis’.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 4<br />

Alleen <strong>de</strong> waarheid kan ons vrij<br />

maken. Dat is <strong>de</strong> waarheid over<br />

God en <strong>de</strong> waarheid over onszelf.<br />

<strong>Jezus</strong> probeer<strong>de</strong> dat s<strong>te</strong>eds dui<strong>de</strong>lijk<br />

<strong>te</strong> maken aan <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n die in<br />

Hem geloof<strong>de</strong>n.<br />

“<strong>Jezus</strong> dan zei<strong>de</strong>: Wanneer gij <strong>de</strong><br />

Zoon <strong>de</strong>s mensen verhoogd hebt,<br />

zult gij inzien, dat Ik het ben en<br />

niets uit Mijzelf doe, doch dat Ik dit<br />

spreek, gelijk <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r Mij geleerd<br />

heeft. En die Mij gezon<strong>de</strong>n heeft, is<br />

met Mij. Hij heeft Mij niet alleen<br />

gela<strong>te</strong>n, want Ik doe altijd wat Hem<br />

behaagt.<br />

Toen Hij dit sprak, geloof<strong>de</strong>n velen<br />

in Hem. <strong>Jezus</strong> dan zei<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n,<br />

die in Hem geloof<strong>de</strong>n: Als gij<br />

in mijn woord blijft, zijt gij waarlijk<br />

discipelen van Mij en gij zult <strong>de</strong><br />

waarheid verstaan en <strong>de</strong> waarheid<br />

zal u vrijmaken.”<br />

Johannes 8: 28-32.<br />

<strong>Jezus</strong> zegt: jullie geloven in Mij,<br />

dat is goed, maar blijf in mijn woor<strong>de</strong>n<br />

geloven, ook als Ik iets zeg wat<br />

jullie niet willen horen. Als jullie<br />

blijven geloven, dan zullen jullie<br />

<strong>de</strong> waarheid over <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r en over<br />

jezelf verstaan en die waarheid zal<br />

jullie vrij maken van <strong>de</strong> heerschappij<br />

van het boze hart.<br />

“Zij antwoord<strong>de</strong>n Hem: Wij zijn<br />

Abrahams nageslacht en zijn nooit<br />

iemands slaven geweest; hoe zegt


Gij dan: gij zult vrij wor<strong>de</strong>n? <strong>Jezus</strong><br />

antwoord<strong>de</strong> hun: Voorwaar, voorwaar,<br />

Ik zeg u, een ie<strong>de</strong>r, die <strong>de</strong><br />

zon<strong>de</strong> doet, is een slaaf <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>.<br />

En <strong>de</strong> slaaf blijft niet eeuwig in het<br />

huis, <strong>de</strong> zoon blijft er eeuwig. Wanneer<br />

dan <strong>de</strong> Zoon u vrijgemaakt<br />

heeft, zult gij werkelijk vrij zijn.<br />

Ik weet, dat gij Abrahams nageslacht<br />

zijt; maar gij tracht Mij <strong>te</strong> do<strong>de</strong>n,<br />

omdat mijn woord bij u geen<br />

plaats vindt. Wat Ik gezien heb bij<br />

<strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r, spreek Ik; zo doet ook gij,<br />

wat gij van uw va<strong>de</strong>r gehoord hebt.<br />

Zij antwoord<strong>de</strong>n en zei<strong>de</strong>n tot Hem:<br />

Onze Va<strong>de</strong>r is Abraham. <strong>Jezus</strong> zei<strong>de</strong><br />

tot hen: Indien gij kin<strong>de</strong>ren van<br />

Abraham zijt, doet dan <strong>de</strong> werken<br />

van Abraham; maar nu tracht<br />

gij Mij <strong>te</strong> do<strong>de</strong>n, een mens, die u<br />

<strong>de</strong> waarheid gezegd heeft, welke<br />

Ik van God gehoord heb; dit <strong>de</strong>ed<br />

Abraham niet. Gij doet <strong>de</strong> werken<br />

van uw va<strong>de</strong>r.” Vers 33-41.<br />

Met god<strong>de</strong>lijke lief<strong>de</strong> probeert <strong>Jezus</strong><br />

dui<strong>de</strong>lijk <strong>te</strong> maken dat uit <strong>de</strong><br />

werken blijkt wat er in het hart<br />

leeft. Aan <strong>de</strong> vrucht kent men <strong>de</strong><br />

boom. Datgene wat <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n niet<br />

willen geloven over zichzelf zullen<br />

ze uitwerken in hun da<strong>de</strong>n.<br />

“Waarom begrijpt gij niet wat Ik<br />

zeg? Omdat gij mijn woord niet<br />

kunt horen. Gij hebt <strong>de</strong> duivel tot<br />

va<strong>de</strong>r en wilt <strong>de</strong> begeer<strong>te</strong>n van uw<br />

va<strong>de</strong>r doen. Die was een mensenmoor<strong>de</strong>r<br />

van <strong>de</strong>n beginne…”.<br />

Vers 43, 44.<br />

Aan het ein<strong>de</strong> van dit gesprek nemen<br />

<strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n s<strong>te</strong>nen op om naar<br />

Hem <strong>te</strong> werpen.<br />

<strong>Jezus</strong> verlaat <strong>de</strong> <strong>te</strong>mpel en on<strong>de</strong>rweg<br />

naar bui<strong>te</strong>n ziet Hij een blindgeborene.<br />

Hij geneest <strong>de</strong>ze blin<strong>de</strong><br />

man en dat veroorzaakt veel ophef.<br />

De genezen man wordt bij <strong>de</strong> Farizeeën<br />

gebracht en die on<strong>de</strong>rvragen<br />

hem over zijn won<strong>de</strong>rbaarlijke genezing.<br />

Omdat <strong>de</strong> genezing op <strong>de</strong><br />

sabbat heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n geloven<br />

<strong>de</strong> Farizeeën niet dat het een<br />

werk van God is. Zij on<strong>de</strong>rvragen<br />

<strong>de</strong> man een twee<strong>de</strong> keer over Diegene<br />

die hem genezen heeft. Hij<br />

zegt: “Als <strong>de</strong>ze niet van God was<br />

gekomen, Hij had niets kunnen<br />

doen. Zij antwoord<strong>de</strong>n en zei<strong>de</strong>n<br />

tot hem: Gij zijt geheel in zon<strong>de</strong>n<br />

geboren en wilt gij ons leren? En zij<br />

wierpen hem uit.<br />

<strong>Jezus</strong> hoor<strong>de</strong> dat zij hem uitgeworpen<br />

had<strong>de</strong>n, en Hij zei<strong>de</strong>, toen Hij<br />

hem aantrof. Gelooft gij in <strong>de</strong> Zoon<br />

van God? … Hij zei<strong>de</strong>: Ik geloof,<br />

Here…” Johannes 9: 33, 34, 38.<br />

<strong>Jezus</strong> wil aan <strong>de</strong> blindgeborene en<br />

aan ie<strong>de</strong>reen dui<strong>de</strong>lijk maken wie<br />

wel en wie niet tot het volk van God<br />

behoren.<br />

Hij ver<strong>te</strong>lt dan <strong>de</strong> gelijkenis van <strong>de</strong><br />

goe<strong>de</strong> Her<strong>de</strong>r en Hij zegt dat ie<strong>de</strong>reen<br />

die <strong>de</strong> s<strong>te</strong>m van <strong>de</strong> Her<strong>de</strong>r kent<br />

en <strong>de</strong> Her<strong>de</strong>r volgt, bij <strong>de</strong> kud<strong>de</strong><br />

hoort. Johannes 10: 3-5, 26-28.<br />

Ie<strong>de</strong>reen die we<strong>de</strong>rgeboren is en<br />

gelooft in <strong>Jezus</strong> Christus mag zich<br />

een kind van God noemen.<br />

Dit was een belangrijke les die <strong>de</strong><br />

Jo<strong>de</strong>n moes<strong>te</strong>n leren. We lezen in<br />

het boek han<strong>de</strong>lingen dat Petrus<br />

wordt geroepen om naar het huis<br />

van Cornelius <strong>de</strong> Romeinse hoofdman<br />

<strong>te</strong> komen. Hij predikt daar het<br />

Woord <strong>de</strong>r waarheid en <strong>de</strong> Heilige<br />

Geest valt op <strong>de</strong>ze hei<strong>de</strong>nen op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

manier als op <strong>de</strong> apos<strong>te</strong>len<br />

met Pinks<strong>te</strong>ren.<br />

Dan zegt Petrus: “In<strong>de</strong>rdaad bemerk<br />

ik, dat er bij God geen aanneming<br />

<strong>de</strong>s persoons is, maar on<strong>de</strong>r<br />

elk volk is wie Hem vereert en gerechtigheid<br />

werkt, Hem welgevallig,<br />

naar het woord, dat Hij heeft<br />

doen brengen aan <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren Israëls<br />

om vre<strong>de</strong> <strong>te</strong> verkondigen door<br />

<strong>Jezus</strong> Christus. Deze is aller Heer.”<br />

Han<strong>de</strong>lingen 10: 34-36.<br />

Er is dus geen on<strong>de</strong>rscheid tussen<br />

Jo<strong>de</strong>n en hei<strong>de</strong>nen. Maar wat is dan<br />

het voor<strong>de</strong>el om Jood <strong>te</strong> zijn?<br />

“Wat is dan het voorrecht van <strong>de</strong><br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 5<br />

Jood, of wat is het nut van <strong>de</strong> besnij<strong>de</strong>nis?<br />

Velerlei in elk opzicht. In <strong>de</strong><br />

eers<strong>te</strong> plaats (toch) dit, dat hun <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>n Gods zijn toevertrouwd.”<br />

Romeinen 3: 1, 2.<br />

“Immers, zij zijn Israëlie<strong>te</strong>n, hunner<br />

is <strong>de</strong> aanneming tot zonen en<br />

<strong>de</strong> heerlijkheid en <strong>de</strong> verbon<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> wetgeving en <strong>de</strong> eredienst en <strong>de</strong><br />

belof<strong>te</strong>n: hunner zijn <strong>de</strong> va<strong>de</strong>ren en<br />

uit hen is, wat het vlees betreft, <strong>de</strong><br />

Christus, die is boven alles, God, <strong>te</strong><br />

prijzen tot in Eeuwigheid! Amen.”<br />

Romeinen 9: 4, 5.<br />

Paulus zegt in zijn brief aan <strong>de</strong> Efeziërs<br />

dat <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n dichtbij zijn. Dat<br />

wil zeggen dat zij gro<strong>te</strong> voorrech<strong>te</strong>n<br />

had<strong>de</strong>n omdat zij <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n<br />

van Mozes en <strong>de</strong> profe<strong>te</strong>n had<strong>de</strong>n<br />

en bovendien had<strong>de</strong>n zij <strong>de</strong> <strong>te</strong>mpeldienst,<br />

waarin het hele verlossingsplan<br />

werd voorges<strong>te</strong>ld. Het groots<strong>te</strong><br />

voorrecht was dat <strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> Zoon<br />

van God on<strong>de</strong>r hen had geleefd en<br />

geleerd.<br />

“Nabij u is het woord, in uw mond<br />

en in uw hart, namelijk het woord<br />

<strong>de</strong>s geloofs, dat wij prediken. Want<br />

indien gij met uw mond belijdt, dat<br />

<strong>Jezus</strong> Heer is, en met uw hart gelooft,<br />

dat God Hem uit <strong>de</strong> do<strong>de</strong>n<br />

heeft opgewekt, zult gij behou<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n; want met het hart gelooft<br />

men tot gerechtigheid en met <strong>de</strong><br />

mond belijdt men tot behou<strong>de</strong>nis.<br />

Immers het schriftwoord zegt: Al<br />

wie op Hem zijn geloof bouwt zal<br />

niet beschaamd uitkomen. Want er<br />

is geen on<strong>de</strong>rscheid tussen Jood<br />

en Griek. Immers één en <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

is Heer over allen, rijk voor allen,<br />

die Hem aanroepen: want; al wie <strong>de</strong><br />

naam <strong>de</strong>s Heren aanroept, zal behou<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n.”<br />

Romeinen 10: 8-13.<br />

Paulus spreekt tot <strong>de</strong> hei<strong>de</strong>nen over<br />

zijn groot hartzeer en zijn groot<br />

verlangen dat zijn verwan<strong>te</strong>n naar<br />

het vlees <strong>de</strong>el zou<strong>de</strong>n hebben aan<br />

<strong>de</strong> belof<strong>te</strong>n door het geloof. Hij beijvert<br />

zich om enigen uit hen <strong>te</strong> behou<strong>de</strong>n.<br />

“Ik spreek tot u, hei<strong>de</strong>nen.


Juist omdat ik apos<strong>te</strong>l <strong>de</strong>r hei<strong>de</strong>nen<br />

ben, acht ik dit <strong>de</strong> heerlijkheid van<br />

mijn bediening, dat ik zo mogelijk<br />

<strong>de</strong> naijver van mijn vlees (en bloed)<br />

mocht opwekken, en enigen uit hen<br />

behou<strong>de</strong>n.” Romeinen 11: 13, 14.<br />

Door het geloof zijn <strong>de</strong> Israëlie<strong>te</strong>n<br />

verbon<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> olijfboom. Er is<br />

maar één olijfboom en <strong>de</strong> verbinding<br />

met die boom is door geloof.<br />

<strong>Jezus</strong> Christus is <strong>de</strong> saprijke wor<strong>te</strong>l<br />

van <strong>de</strong> olijfboom.<br />

“Zijn <strong>de</strong> eers<strong>te</strong>lingen heilig, dan<br />

ook het <strong>de</strong>eg, en is <strong>de</strong> wor<strong>te</strong>l heilig,<br />

dan ook <strong>de</strong> takken. Indien nu<br />

enkele van <strong>de</strong> takken weggebroken<br />

zijn en gij als wil<strong>de</strong> loot daartussen<br />

geënt zijt en aan <strong>de</strong> saprijke wor<strong>te</strong>l<br />

van <strong>de</strong> olijf <strong>de</strong>el hebt gekregen, be-<br />

roemt u dan niet <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> takken!<br />

Indien gij u er<strong>te</strong>gen beroemt – niet<br />

gij draagt <strong>de</strong> wor<strong>te</strong>l, maar <strong>de</strong> wor<strong>te</strong>l<br />

ú. Gij zult dan zeggen: er zijn takken<br />

weggebroken, opdat ik als loot<br />

geënt zou wor<strong>de</strong>n. Goed! Zij zijn<br />

om hun ongeloof weggebroken en<br />

gij staat door het geloof. Weest niet<br />

hoogmoedig, maar vrees! Want indien<br />

God <strong>de</strong> natuurlijke takken niet<br />

gespaard heeft, Hij zal ook u niet<br />

sparen. Let dan op <strong>de</strong> goe<strong>de</strong>rtierenheid<br />

Gods en zijn gestrengheid:<br />

over <strong>de</strong> gevallenen gestrengheid,<br />

maar over u goe<strong>de</strong>rtierenheid Gods,<br />

indien gij bij <strong>de</strong> goe<strong>de</strong>rtierenheid<br />

blijft: an<strong>de</strong>rs zult ook gij weggekapt<br />

wor<strong>de</strong>n. Maar ook zij zullen,<br />

wanneer zij niet bij hun ongeloof<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 6<br />

blijven, we<strong>de</strong>r geënt wor<strong>de</strong>n; God<br />

is immers bij mach<strong>te</strong> hen opnieuw<br />

<strong>te</strong> en<strong>te</strong>n.” Romeinen 11: 16-23.<br />

Om tot <strong>de</strong> olijfboom, het ware Israel,<br />

<strong>te</strong> behoren is er een voorwaar<strong>de</strong>.<br />

Die voorwaar<strong>de</strong> is geloof in <strong>de</strong> belof<strong>te</strong>.<br />

Zon<strong>de</strong>r dat geloof is men geen<br />

Israël. Door dat geloof behoort men<br />

tot het ware (gees<strong>te</strong>lijke) Israël.<br />

“Maar het is niet mogelijk, dat het<br />

woord Gods zou vervallen zijn.<br />

Want niet allen, die van Israël afstammen,<br />

zijn Israël, en zij zijn ook<br />

niet allen kin<strong>de</strong>ren, omdat zij nageslacht<br />

van Abraham zijn, maar:<br />

Door Isaak zal men van nageslacht<br />

van u spreken. Dat wil zeggen: niet<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren van het vlees zijn kin<strong>de</strong>ren<br />

Gods, maar <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r<br />

belof<strong>te</strong> gel<strong>de</strong>n voor nageslacht.”<br />

Romeinen 9: 6-8. “En gij, broe<strong>de</strong>rs,<br />

zijt, evenals Isaak, kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r belof<strong>te</strong>.”<br />

Gala<strong>te</strong>n 4: 28.<br />

“Want gij zijt allen zonen van God,<br />

door het geloof, in Christus <strong>Jezus</strong>.<br />

Want gij allen, die in Christus gedoopt<br />

zijt, hebt u met Christus bekleed.<br />

Hierbij is geen sprake van<br />

Jood of Griek, van slaaf of vrije,<br />

van mannelijk of vrouwelijk: gij allen<br />

zijt immers één in Christus <strong>Jezus</strong>.<br />

Indien gij nu van Christus zijt,<br />

dan zijt gij zaad van Abraham, en<br />

naar <strong>de</strong> belof<strong>te</strong> erfgenamen.”<br />

Gala<strong>te</strong>n 3: 26-29.<br />

Marian Pel<br />

...en <strong>de</strong>zen on<strong>de</strong>rscheid<strong>de</strong>n zich gunstig... daar zij het woord met alle bereidwilligheid aannamen en dagelijks<br />

<strong>de</strong> Schrif<strong>te</strong>n nagingen, of <strong>de</strong>ze dingen zo waren. Han<strong>de</strong>lingen 17:11<br />

“Gods eeuwig voornemen” is een gratis bijbelcursus over <strong>de</strong> profetieén van Daniël en <strong>de</strong> Openbaring en het<br />

verlossingsplan zoals het geopenbaard wordt in het heiligdom. Deze cursus is op aanvraag verkrijgbaar bij:<br />

Stichting “De <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong>”.<br />

t.a.v. R. Noordzij<br />

Alblasstraat 19<br />

3313 GA Dordrecht


GEDACHTEN VAN DE BERG<br />

DER ZALIGSPREKINGEN<br />

Zalig <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>stich<strong>te</strong>rs, want zij<br />

zullen Gods kin<strong>de</strong>ren genoemd<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Christus is <strong>de</strong> “Vre<strong>de</strong>vorst”,<br />

Jesaja 9: 6, en het is Zijn zending<br />

op aar<strong>de</strong> en in <strong>de</strong> hemel <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>te</strong><br />

hers<strong>te</strong>llen die door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> verbroken<br />

is. “Wij dan, gerechtvaardigd<br />

uit het geloof, hebben vre<strong>de</strong> met<br />

God, door onze Here <strong>Jezus</strong> Christus.”<br />

Romeinen 5:1 .Ie<strong>de</strong>reen die<br />

erin toes<strong>te</strong>mt <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> af <strong>te</strong> keuren<br />

en zijn hart open <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen voor <strong>de</strong><br />

lief<strong>de</strong> van Christus, krijgt <strong>de</strong>el aan<br />

<strong>de</strong>ze hemelse vre<strong>de</strong>.<br />

Er bestaat geen an<strong>de</strong>re basis voor<br />

vre<strong>de</strong> dan <strong>de</strong>ze. De gena<strong>de</strong> van<br />

Christus doet, wanneer zij in het<br />

hart is opgenomen, <strong>de</strong> vijandigheid<br />

verdwijnen; door <strong>de</strong>ze gena<strong>de</strong><br />

wordt strijd on<strong>de</strong>rdrukt, en <strong>de</strong> ziel<br />

vervuld met lief<strong>de</strong>. Hij die vre<strong>de</strong><br />

heeft met God en zijn me<strong>de</strong>mensen<br />

kan niet ongelukkig gemaakt wor<strong>de</strong>n.<br />

In zijn hart zal geen afgunst<br />

zijn; boze vermoe<strong>de</strong>ns zullen daar<br />

geen plaats vin<strong>de</strong>n; haat kan er niet<br />

bestaan. Het hart dat in harmonie<br />

is met God heeft <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> vre<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>s hemels, en zal <strong>de</strong> gezegen<strong>de</strong> invloed<br />

daarvan overal om zich heen<br />

versprei<strong>de</strong>n. De geest van vre<strong>de</strong> zal<br />

DEEL 5 - De zaligsprekingen<br />

als dauw rus<strong>te</strong>n op har<strong>te</strong>n die vermoeid<br />

en belast zijn door <strong>de</strong> strijd<br />

in <strong>de</strong> wereld.<br />

De volgelingen van Christus wor<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> wereld ingezon<strong>de</strong>n met <strong>de</strong><br />

boodschap van vre<strong>de</strong>. Een ie<strong>de</strong>r die,<br />

door <strong>de</strong> rustige, onbewus<strong>te</strong> invloed<br />

van een heilig leven, <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van<br />

Christus zal openbaren, een ie<strong>de</strong>r<br />

die, door woord of daad, een an<strong>de</strong>r<br />

ertoe zal brengen <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n<br />

varen en zijn hart aan God over <strong>te</strong><br />

geven, is een vre<strong>de</strong>stich<strong>te</strong>r.<br />

En “zalig <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>stich<strong>te</strong>rs, want<br />

zij zullen Gods kin<strong>de</strong>ren genoemd<br />

wor<strong>de</strong>n.” De geest van vre<strong>de</strong> is het<br />

bewijs voor hun verbon<strong>de</strong>nheid<br />

met <strong>de</strong> hemel. De zoe<strong>te</strong> reuk van<br />

Christus omgeeft hen. De geur <strong>de</strong>s<br />

levens, <strong>de</strong> lieflijkheid van karak<strong>te</strong>r<br />

openbaren aan <strong>de</strong> wereld het feit dat<br />

zij kin<strong>de</strong>ren Gods zijn. De mensen<br />

zien aan hen dat zij met <strong>Jezus</strong> geweest<br />

zijn. “Een ie<strong>de</strong>r die liefheeft,<br />

is uit God geboren.”<br />

1 Johannes 4: 7.<br />

“Indien iemand ech<strong>te</strong>r <strong>de</strong> Geest<br />

van Christus niet heeft, die behoort<br />

Hem niet toe,” maar “allen, die door<br />

<strong>de</strong> Geest Gods geleid wor<strong>de</strong>n, zijn<br />

zonen Gods.” Romeinen 8: 9, 14.<br />

“En het overblijfsel van Jakob zal<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 7<br />

<strong>te</strong> mid<strong>de</strong>n van vele volkeren zijn als<br />

<strong>de</strong> dauw van <strong>de</strong> Here, als regenstromen<br />

op het groene kruid, dat niet<br />

wacht op <strong>de</strong> mens, noch mensen<br />

kin<strong>de</strong>ren verbeidt.” Micha 5: 6<br />

Zalig <strong>de</strong> vervolg<strong>de</strong>n om <strong>de</strong>r<br />

gerechtigheid wil, want hunner is<br />

het koninkrijk <strong>de</strong>r hemelen<br />

<strong>Jezus</strong> s<strong>te</strong>lt Zijn volgelingen geen<br />

hoop op aardse eer en rijkdommen<br />

voor ogen, geen leven vrij van beproevingen,<br />

maar Hij schil<strong>de</strong>rt hun<br />

het voorrecht, <strong>te</strong> wan<strong>de</strong>len met hun<br />

Mees<strong>te</strong>r op <strong>de</strong> pa<strong>de</strong>n van zelfverloochening<br />

en smaad, die <strong>de</strong> wereld<br />

niet kent.<br />

Hij die kwam om <strong>de</strong> verloren wereld<br />

<strong>te</strong> verlossen, werd <strong>te</strong>gengewerkt<br />

door <strong>de</strong> verenig<strong>de</strong> strijdkrach<strong>te</strong>n<br />

van <strong>de</strong> <strong>te</strong>genstan<strong>de</strong>rs van<br />

God en <strong>de</strong> mensen. In een meedogenloos<br />

verbond schaar<strong>de</strong>n boze<br />

mensen en boze engelen zich <strong>te</strong>gen<br />

<strong>de</strong> Vre<strong>de</strong>vorst. Hoewel elk van Zijn<br />

woor<strong>de</strong>n en da<strong>de</strong>n god<strong>de</strong>lijke ontferming<br />

a<strong>de</strong>m<strong>de</strong>, wek<strong>te</strong> het feit, dat<br />

Hij niet gelijkvormig was aan <strong>de</strong><br />

wereld <strong>de</strong> bit<strong>te</strong>rs<strong>te</strong> vijandigheid op.<br />

Omdat Hij Zijn goedkeuring niet<br />

wil<strong>de</strong> geven aan het uitleven van <strong>de</strong><br />

boze hartstoch<strong>te</strong>n in onze natuur,<br />

wek<strong>te</strong> Hij <strong>de</strong> heftigs<strong>te</strong> <strong>te</strong>genstand<br />

en vijandschap op. Zo is het met<br />

allen die godvruchtig in Christus<br />

<strong>Jezus</strong> leven. Tussen gerechtigheid<br />

en zon<strong>de</strong>, lief<strong>de</strong> en haat, waarheid<br />

en leugen bestaat een strijd, die niet<br />

on<strong>de</strong>rdrukt kan wor<strong>de</strong>n. Wanneer<br />

iemand <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van Christus en <strong>de</strong><br />

schoonheid <strong>de</strong>r heiligheid naar voren<br />

brengt, trekt hij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdanen<br />

van Satans koninkrijk van hem af,<br />

en <strong>de</strong> vorst van het kwaad wordt geprikkeld<br />

om dit <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan. Vervolging<br />

en smaad wach<strong>te</strong>n allen,<br />

die zijn aangedaan met <strong>de</strong> Geest<br />

van Christus. De aard van <strong>de</strong> vervolging<br />

wisselt met <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n; maar<br />

het beginsel – <strong>de</strong> geest die hieraan<br />

<strong>te</strong>n grondslag ligt – is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> die


<strong>de</strong> uitverkorenen <strong>de</strong>s Heren heeft<br />

gedood sinds <strong>de</strong> dagen van Abel.<br />

Wanneer mensen trach<strong>te</strong>n in harmonie<br />

met God <strong>te</strong> komen, zullen<br />

zij bemerken, dat <strong>de</strong> smaad van het<br />

kruis niet verdwenen is. Overhe<strong>de</strong>n<br />

en mach<strong>te</strong>n en boze gees<strong>te</strong>n in <strong>de</strong><br />

hoge scharen zich <strong>te</strong>gen allen die<br />

streven naar gehoorzaamheid aan<br />

<strong>de</strong> wet <strong>de</strong>s hemels. Daarom moet<br />

vervolging, verre van verdriet <strong>te</strong><br />

veroorzaken, vreug<strong>de</strong> brengen aan<br />

<strong>de</strong> discipelen van Christus; immers,<br />

het is een bewijs, dat zij <strong>de</strong> voetsporen<br />

van hun mees<strong>te</strong>r volgen.<br />

Hoewel <strong>de</strong> Here Zijn volk niet beloofd<br />

heeft dat zij zullen wor<strong>de</strong>n<br />

vrijges<strong>te</strong>ld van beproevingen, heeft<br />

Hij hun iets beloofd dat veel be<strong>te</strong>r<br />

is. Hij zegt: “Uw s<strong>te</strong>rk<strong>te</strong> moge zijn<br />

als uw levensduur.”<br />

Deu<strong>te</strong>ronomium 33: 25.<br />

“Mijn gena<strong>de</strong> is u genoeg, want <strong>de</strong><br />

kracht openbaart zich eerst <strong>te</strong>n volle<br />

in zwakheid.” 2 Korintiërs 12: 9.<br />

Als u geroepen wordt om door <strong>de</strong><br />

vurige oven <strong>te</strong> gaan om Zijnentwille,<br />

zal <strong>Jezus</strong> aan uw zij<strong>de</strong> gaan,<br />

zoals Hij met <strong>de</strong> drie getrouwen in<br />

Babylon was. Zij die hun Heiland<br />

liefhebben, zullen zich verheugen<br />

over ie<strong>de</strong>re gelegenheid die zij krijgen<br />

om met Hem verne<strong>de</strong>ring en<br />

smaad <strong>te</strong> mogen <strong>de</strong>len. De lief<strong>de</strong> die<br />

zij voor hun Here koes<strong>te</strong>ren maakt<br />

het lij<strong>de</strong>n om Zijnentwille zoet.<br />

Door alle eeuwen heen heeft Satan<br />

het volk van God vervolgd. Hij<br />

heeft hen gemar<strong>te</strong>ld en <strong>te</strong>r dood gebracht;<br />

maar in hun s<strong>te</strong>rven wer<strong>de</strong>n<br />

zij overwinnaars. Zij openbaar<strong>de</strong>n<br />

door hun standvastig geloof Eén,<br />

die machtiger is dan Satan. Satan<br />

kon het lichaam mar<strong>te</strong>len en do<strong>de</strong>n,<br />

maar hij kon niet het leven raken<br />

dat verborgen was met Christus in<br />

God. Hij kon hen gevangen hou<strong>de</strong>n<br />

binnen <strong>de</strong> muren van <strong>de</strong> gevangenis,<br />

maar hij kon <strong>de</strong> geest niet bin<strong>de</strong>n.<br />

Zij kon<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> somberheid<br />

heen zien op <strong>de</strong> heerlijkheid met <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>n: “Want ik ben er zeker van,<br />

dat het lij<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> <strong>te</strong>genwoordige<br />

tijd niet opweegt <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> heerlijkheid,<br />

die over ons geopenbaard zal<br />

wor<strong>de</strong>n.” Romeinen 8: 18. “Want<br />

<strong>de</strong> lich<strong>te</strong> last <strong>de</strong>r verdrukking van<br />

een ogenblik bewerkt voor ons een<br />

alles verre <strong>te</strong> boven gaand eeuwig<br />

gewicht van heerlijkheid.”<br />

2 Korintiërs 4: 17.<br />

Door beproeving en vervolging<br />

komt <strong>de</strong> heerlijkheid – het karak<strong>te</strong>r<br />

– van God in Zijn uitverkorenen.<br />

De gemeen<strong>te</strong> van God, gehaat en<br />

vervolgd door <strong>de</strong> wereld, wordt op-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 8<br />

gevoed en on<strong>de</strong>rricht in <strong>de</strong> school<br />

van Christus. Zij wan<strong>de</strong>len op <strong>de</strong><br />

smalle weg op aar<strong>de</strong>; zij wor<strong>de</strong>n gezuiverd<br />

in <strong>de</strong> oven <strong>de</strong>r beproeving.<br />

Zij volgen Christus door <strong>de</strong> hevige<br />

strijd heen; zij verdragen zelfverloochening,<br />

en ervaren bit<strong>te</strong>re <strong>te</strong>leurs<strong>te</strong>llingen;<br />

maar hun pijnlijke<br />

ervaring leert hen <strong>de</strong> schuld en <strong>de</strong><br />

smart van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> kennen, en zij<br />

beschouwen die met afschuw. Daar<br />

zij <strong>de</strong>el hebben aan het lij<strong>de</strong>n van<br />

Christus, zijn zij voorbes<strong>te</strong>md om<br />

ook <strong>de</strong>el <strong>te</strong> krijgen aan Zijn heerlijkheid.<br />

In een heilig visioen zag<br />

<strong>de</strong> profeet <strong>de</strong> overwinning van het<br />

volk van God. Hij zegt: “En ik zag<br />

iets als een zee van glas met vuur<br />

vermengd, en <strong>de</strong> overwinnaars…<br />

staan<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> glazen zee, met <strong>de</strong><br />

ci<strong>te</strong>rs Gods. En zij zingen het lied<br />

van Mozes, <strong>de</strong> knecht Gods, en het<br />

lied van het Lam, zeggen<strong>de</strong>: Groot<br />

en won<strong>de</strong>rbaar zijn Uw werken,<br />

Here God Almachtige; rechtvaardig<br />

en waarachtig zijn Uw wegen, Gij,<br />

Koning <strong>de</strong>r volkeren.”<br />

Openbaring 15: 2, 3.<br />

“Dezen zijn het, die komen uit <strong>de</strong><br />

gro<strong>te</strong> verdrukking; en zij hebben<br />

hun gewa<strong>de</strong>n gewassen en die wit<br />

gemaakt in het bloed <strong>de</strong>s Lams.<br />

Daarom zijn zij voor <strong>de</strong> troon van<br />

God en zij vereren Hem dag en<br />

nacht in Zijn <strong>te</strong>mpel; en<br />

Hij, die op <strong>de</strong> troon geze<strong>te</strong>n<br />

is, zal Zijn <strong>te</strong>nt over<br />

hen uitsprei<strong>de</strong>n.”<br />

Openbaring 7: 14, 15.<br />

Zalig zijt gij, wanneer men<br />

u smaadt<br />

Sinds hij gevallen is heeft<br />

Satan door mid<strong>de</strong>l van bedrog<br />

gewerkt. Zoals hij<br />

een onjuis<strong>te</strong> voors<strong>te</strong>lling<br />

van God heeft gegeven,<br />

zo geeft hij, door zijn ver<strong>te</strong>genwoordigers,<br />

een onjuis<strong>te</strong><br />

voors<strong>te</strong>lling van <strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren Gods. De Heiland


zegt: “De smaadwoor<strong>de</strong>n van wie u<br />

sma<strong>de</strong>n, kwamen op Mij neer.”<br />

Psalm 69: 10.<br />

Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier zullen ze neerkomen<br />

op Zijn discipelen.<br />

Nooit werd iemand on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mensen<br />

wre<strong>de</strong>r belas<strong>te</strong>rd dan <strong>de</strong> Zoon<br />

<strong>de</strong>s mensen. Hij werd uitgelachen<br />

en bespot om Zijn onwankelbare<br />

gehoorzaamheid aan <strong>de</strong> beginselen<br />

van Gods heilige wet. Zij haat<strong>te</strong>n<br />

Hem zon<strong>de</strong>r oorzaak. Nochtans<br />

stond Hij rustig voor Zijn vijan<strong>de</strong>n<br />

en verklaar<strong>de</strong> dat smaad een <strong>de</strong>el is<br />

van het Chris<strong>te</strong>lijke erf<strong>de</strong>el, en Hij<br />

gaf Zijn volgelingen raad, hoe zij<br />

<strong>de</strong> pijlen <strong>de</strong>r haat moes<strong>te</strong>n opvangen.<br />

Hij vermaan<strong>de</strong> hen niet zwak<br />

<strong>te</strong> wor<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>ns vervolging.<br />

Hoewel las<strong>te</strong>r iemands goe<strong>de</strong> naam<br />

kan bezoe<strong>de</strong>len, kan het karak<strong>te</strong>r<br />

er niet door wor<strong>de</strong>n besmet. Dat<br />

wordt door God bewaard. Zolang<br />

wij niet toes<strong>te</strong>mmen in <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>,<br />

is er geen macht, duivels of menselijk,<br />

die een smet op <strong>de</strong> ziel kan<br />

werpen. Een man wiens hart verankerd<br />

is in God is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> in het uur<br />

waarin hij het meest beproefd en<br />

het meest ontmoedigd wordt als in<br />

<strong>de</strong> tijd waarin hij voorspoedig<br />

was, toen het<br />

licht en <strong>de</strong> gunst van<br />

God op hem schenen <strong>te</strong><br />

rus<strong>te</strong>n. Zijn woor<strong>de</strong>n,<br />

zijn motieven, zijn da<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n misschien<br />

verkeerd verklaard en<br />

vervalst, maar het raakt<br />

hem niet, omdat er voor<br />

hem gro<strong>te</strong>re belangen<br />

in het spel zijn. Evenals<br />

Mozes verdraagt hij<br />

het “als zien<strong>de</strong> <strong>de</strong> Onzienlijke;”<br />

Hebreeën 11: 27;<br />

niet zien<strong>de</strong> “op het<br />

zichtbare, maar op het<br />

onzichtbare.”<br />

2 Korintiërs 4: 18.<br />

Christus weet alles wat verkeerd<br />

begrepen en verkeerd verklaard<br />

wordt door mensen. Zijn kin<strong>de</strong>ren<br />

kunnen het zich veroorloven<br />

met rustig geduld en vertrouwen <strong>te</strong><br />

wach<strong>te</strong>n, hoezeer ze ook gehaat en<br />

veracht wor<strong>de</strong>n; want niets is verborgen,<br />

dat niet openbaar gemaakt<br />

zal wor<strong>de</strong>n, en zij die God eren zullen<br />

door Hem geëerd wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />

<strong>te</strong>genwoordigheid van mensen en<br />

engelen.<br />

“Wanneer men u smaadt en vervolgt,”<br />

zei <strong>Jezus</strong>, “verblijdt u en<br />

verheugt u.” en Hij wees Zijn toehoor<strong>de</strong>rs<br />

op <strong>de</strong> profe<strong>te</strong>n, die gesproken<br />

had<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Heren<br />

als “een voorbeeld van gela<strong>te</strong>nheid<br />

en geduld.” Jakobus 5: 10. Abel, <strong>de</strong><br />

allereers<strong>te</strong> Chris<strong>te</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

van Adam, stierf als mar<strong>te</strong>laar.<br />

Henoch wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> met God, en<br />

<strong>de</strong> wereld ken<strong>de</strong> hem niet. Noach<br />

werd bespot als een fanaticus en<br />

een onruststoker. “An<strong>de</strong>ren weer<br />

hebben hoon en geselslagen verduurd,<br />

daarenboven nog boeien en<br />

gevangenschap.” “An<strong>de</strong>ren hebben<br />

zich la<strong>te</strong>n fol<strong>te</strong>ren en van geen bevrijding<br />

willen we<strong>te</strong>n, opdat zij aan<br />

een be<strong>te</strong>re opstanding <strong>de</strong>el moch<strong>te</strong>n<br />

hebben.” Hebreeën 11: 36, 35.<br />

Door alle eeuwen heen zijn Gods<br />

uitverkoren boodschappers gesmaad<br />

en vervolgd; nochtans is<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 9<br />

door hun moei<strong>te</strong> <strong>de</strong> kennis van God<br />

wijd verbreid. Ie<strong>de</strong>re discipel van<br />

Christus moet zich bij <strong>de</strong> gele<strong>de</strong>ren<br />

aanslui<strong>te</strong>n, en hetzelf<strong>de</strong> werk voorwaarts<br />

dragen, we<strong>te</strong>n<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> vijan<strong>de</strong>n<br />

daarvan niets kunnen doen<br />

<strong>te</strong>gen <strong>de</strong> waarheid, slechts vóór <strong>de</strong><br />

waarheid. Het is <strong>de</strong> bedoeling van<br />

God, dat <strong>de</strong> waarheid naar voren<br />

gebracht zal wor<strong>de</strong>n, en het on<strong>de</strong>rwerp<br />

zal wor<strong>de</strong>n van on<strong>de</strong>rzoek en<br />

bespreking, juist ook door <strong>de</strong> verachting<br />

die <strong>de</strong> mensen ervoor koes<strong>te</strong>ren.<br />

De gedach<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> mensen<br />

moe<strong>te</strong>n wakker geschud wor<strong>de</strong>n;<br />

ie<strong>de</strong>re strijd, ie<strong>de</strong>r smaadwoord,<br />

ie<strong>de</strong>re poging om gewe<strong>te</strong>nsvrijheid<br />

<strong>te</strong> beknot<strong>te</strong>n is een mid<strong>de</strong>l van God<br />

om mensen wakker <strong>te</strong> maken die<br />

an<strong>de</strong>rs zou<strong>de</strong>n kunnen insluimeren.<br />

Hoe dikwijls is dit resultaat gezien<br />

in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> boodschappers<br />

van God? Toen <strong>de</strong> e<strong>de</strong>le,<br />

welspreken<strong>de</strong> S<strong>te</strong>phanus door s<strong>te</strong>niging<br />

werd gedood op aanstoken<br />

van het Sanhedrin, leed <strong>de</strong> zaak van<br />

het evangelie geen verlies. Het licht<br />

<strong>de</strong>s hemels, dat zijn gelaat verheerlijk<strong>te</strong>,<br />

<strong>de</strong> god<strong>de</strong>lijke ontferming<br />

die sprak uit het gebed dat hij s<strong>te</strong>rven<strong>de</strong><br />

uit<strong>te</strong>, waren als een scherpe<br />

pijl <strong>de</strong>r overtuiging<br />

voor het fanatieke lid<br />

van het Sanhedrin dat<br />

daarbij aanwezig was,<br />

en Saulus, <strong>de</strong> vervolgen<strong>de</strong><br />

Farizeeër,<br />

werd een uitverkoren<br />

vat, om <strong>de</strong> naam van<br />

Christus uit <strong>te</strong> dragen<br />

on<strong>de</strong>r hei<strong>de</strong>nen en koningen<br />

en <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

Israëls. En lang daarna<br />

schreef <strong>de</strong> bejaar<strong>de</strong><br />

Paulus vanuit het huis<br />

waarin hij <strong>te</strong> Rome<br />

gevangen gehou<strong>de</strong>n<br />

werd: “Sommigen<br />

prediken <strong>de</strong> Christus<br />

wel uit nijd en twist… genen… met<br />

<strong>de</strong> onzuivere bedoeling, mij <strong>de</strong> gevangenschap<br />

zwaar <strong>te</strong> maken … In


elk geval, hetzij met bijoogmerk,<br />

hetzij in oprechtheid, wordt Christus<br />

verkondigd.” Filippenzen 1:<br />

15-18. Door <strong>de</strong> gevangenschap van<br />

Paulus werd het evangelie verbreid,<br />

en zelfs in het paleis van <strong>de</strong> keizer<br />

wer<strong>de</strong>n zielen voor Christus gewonnen.<br />

Door <strong>de</strong> pogingen van Satan<br />

om het <strong>te</strong> vernietigen, wordt “het<br />

onvergankelijk zaad,” “het leven<strong>de</strong><br />

en blijven<strong>de</strong> woord van God”, in <strong>de</strong><br />

har<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> mensen gezaaid; door<br />

<strong>de</strong> smaad en vervolging van Zijn<br />

kin<strong>de</strong>ren wordt <strong>de</strong> naam van Christus<br />

groot gemaakt en wor<strong>de</strong>n zielen<br />

gered.<br />

“Groot is het loon in <strong>de</strong> hemel” van<br />

hen die getuigen zijn voor Christus<br />

ondanks vervolging en smaad.<br />

Terwijl <strong>de</strong> mensen zien op aardse<br />

schat<strong>te</strong>n, wijst <strong>Jezus</strong> hen op een<br />

hemelse beloning. Maar Hij plaatst<br />

het niet geheel en al in het toekomstige<br />

leven; het begint hier. De Here<br />

verscheen in <strong>de</strong> oudheid aan Abra-<br />

ham en zei<strong>de</strong>: “Ik ben uw schild; uw<br />

loon zal zeer groot zijn.” Genesis<br />

15: 1. Dit is <strong>de</strong> beloning van allen<br />

die Christus volgen. Jehova Emmanuel<br />

– “Hij, in wie alle schat<strong>te</strong>n <strong>de</strong>r<br />

wijsheid en kennis verborgen zijn”,<br />

in “wie al <strong>de</strong> volheid <strong>de</strong>r Godheid<br />

lichamelijk” woont – gena<strong>de</strong> <strong>te</strong> mogen<br />

vin<strong>de</strong>n in Zijn ogen, Hem <strong>te</strong><br />

kennen, Hem <strong>te</strong> bezit<strong>te</strong>n, doordat<br />

het hart zich meer en meer opens<strong>te</strong>lt<br />

om Zijn karak<strong>te</strong>reigenschappen<br />

<strong>te</strong> ontvangen; Zijn lief<strong>de</strong> en<br />

kracht <strong>te</strong> kennen, <strong>de</strong> ondoorgron<strong>de</strong>lijke<br />

rijkdommen van Christus <strong>te</strong><br />

bezit<strong>te</strong>n, meer en meer <strong>te</strong> begrijpen<br />

“hoe groot <strong>de</strong> breed<strong>te</strong> en leng<strong>te</strong> en<br />

hoog<strong>te</strong> en diep<strong>te</strong> is, en <strong>te</strong> kennen <strong>de</strong><br />

lief<strong>de</strong> van Christus, die <strong>de</strong> kennis <strong>te</strong><br />

boven gaat, opdat gij vervuld wordt<br />

tot alle volheid Gods,” – “dit is het<br />

<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> knech<strong>te</strong>n <strong>de</strong>s Heren en<br />

hun recht van Mijnentwege, luidt<br />

het woord <strong>de</strong>s Heren.”<br />

Efeziërs 3: 18, 19; Jesaja 54: 17.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 10<br />

Dit was <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> die <strong>de</strong> har<strong>te</strong>n<br />

van Paulus en Silas vervul<strong>de</strong> toen<br />

zij <strong>te</strong> mid<strong>de</strong>rnacht in <strong>de</strong> kerker <strong>te</strong><br />

Filippi ba<strong>de</strong>n en loflie<strong>de</strong>ren tot God<br />

opzongen. Christus was daar naast<br />

hen, en het licht van Zijn <strong>te</strong>genwoordigheid<br />

bestraal<strong>de</strong> <strong>de</strong> somberheid<br />

om hen heen met <strong>de</strong> heerlijkheid<br />

van <strong>de</strong> hemelse hoven. Vanuit<br />

Rome schreef Paulus, zon<strong>de</strong>r zich<br />

<strong>te</strong> bekommeren om zijn boeien nu<br />

hij <strong>de</strong> verbreiding van het evangelie<br />

zag: “Daarin verblijd ik mij, en zal<br />

ik mij ook verblij<strong>de</strong>n.” Filippenzen<br />

1: 18. En <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n van Christus<br />

zelf op <strong>de</strong> berg weerklinken in <strong>de</strong><br />

boodschap van Paulus aan <strong>de</strong> gemeen<strong>te</strong><br />

<strong>te</strong> Filippi, <strong>te</strong> mid<strong>de</strong>n van<br />

hun vervolgingen: “Verblijd u in <strong>de</strong><br />

Here <strong>te</strong> allen tij<strong>de</strong>! We<strong>de</strong>rom zal ik<br />

zeggen: Verblijd u!”<br />

Filippenzen 4: 4.<br />

E.G.Whi<strong>te</strong><br />

De gehele bijbelse geschie<strong>de</strong>nis naver<strong>te</strong>ld<br />

in tien magnifieke en prachtig geïllustreer<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>len.<br />

Geschreven door<br />

Arthur. S.Maxwell.<br />

<strong>te</strong> bes<strong>te</strong>llen, of voor informatie kunt u<br />

contact<br />

opnemen met-<br />

Hendré van <strong>de</strong>r Molen -<br />

Kervelseweg 36 - 7255 KV<br />

Hengelo (gld)<br />

<strong>te</strong>l: 0575461092 -<br />

of mobiel - 0628467318


OPENBARING 11<br />

DE TWEE<br />

GETUIGEN<br />

De profe<strong>te</strong>n had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukking<br />

van <strong>de</strong> Schrif<strong>te</strong>n tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

perio<strong>de</strong> van pauselijke opperheerschappij<br />

voorzegd. De apos<strong>te</strong>l Johannes<br />

voorzeg<strong>de</strong> ook welke vreselijke<br />

gevolgen <strong>de</strong> heerschappij van<br />

„<strong>de</strong> mens <strong>de</strong>r wet<strong>te</strong>loosheid” vooral<br />

voor Frankrijk zou hebben.<br />

De engel <strong>de</strong>s Heren had gezegd:<br />

„Zij zullen <strong>de</strong> heilige stad vertre<strong>de</strong>n<br />

tweeënveertig maan<strong>de</strong>n lang.<br />

En Ik zal mijn twee getuigen lastgeven<br />

om, met een zak bekleed, <strong>te</strong><br />

profe<strong>te</strong>ren, twaalfhon<strong>de</strong>rd zestig<br />

dagen lang... En wanneer zij hun<br />

getuigenis zullen voleindigd hebben,<br />

zal het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond<br />

opkomt, hun <strong>de</strong> oorlog aandoen<br />

en het zal hen overwinnen en hen<br />

do<strong>de</strong>n. En hun lijk (zal liggen) op<br />

<strong>de</strong> straat <strong>de</strong>r gro<strong>te</strong> stad, die gees<strong>te</strong>lijk<br />

genaamd wordt Sodom en<br />

Egyp<strong>te</strong>, alwaar ook hun Here gekruisigd<br />

werd... En zij, die op <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> wonen, zijn blij<strong>de</strong> en verheugd<br />

over hen en zullen elkan<strong>de</strong>r<br />

geschenken zen<strong>de</strong>n, omdat<br />

<strong>de</strong>ze twee profe<strong>te</strong>n hen, die op <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> wonen, gepijnigd had<strong>de</strong>n.<br />

En na [die] drie en een halve dag<br />

voer een levensgeest uit God in<br />

hen, en zij gingen op hun voe<strong>te</strong>n<br />

staan en gro<strong>te</strong> vrees viel op (allen),<br />

die hen aanschouw<strong>de</strong>n”<br />

(Openbaring 11:2-11).<br />

De hier vermel<strong>de</strong> tijdperken -<br />

„twee en veertig maan<strong>de</strong>n lang”<br />

en „twaalfhon<strong>de</strong>rdzestig dagen<br />

lang” - zijn <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> perio<strong>de</strong>, na-<br />

melijk <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukking<br />

van Christus’ gemeen<strong>te</strong> door Rome.<br />

De 1260 jaar van pauselijke suprematie<br />

begonnen in 538 na Chr. en<br />

eindig<strong>de</strong>n dus in 1798. In dat jaar<br />

trok het Franse leger Rome binnen,<br />

nam <strong>de</strong> paus gevangen en voer<strong>de</strong>n<br />

hem in ballingschap. Toen <strong>de</strong> paus<br />

stierf, was hij nog altijd uit Rome<br />

verbannen. Hoewel er onmid<strong>de</strong>llijk<br />

na zijn dood een nieuwe paus<br />

werd verkozen, zijn zijn opvolgers<br />

er nooit in geslaagd <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> macht<br />

uit <strong>te</strong> oefenen als vroeger.<br />

De profeet zegt in verband met <strong>de</strong><br />

twee getuigen ook: „Dit zijn <strong>de</strong> twee<br />

olijfbomen en <strong>de</strong> twee kan<strong>de</strong>laren,<br />

die voor het aangezicht van <strong>de</strong> Here<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 11<br />

<strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> staan”. De dich<strong>te</strong>r van <strong>de</strong><br />

Psalmen zegt: „Uw woord is een<br />

lamp voor mijn voet en een licht op<br />

mijn pad” (Openbaring 11:4;<br />

Psalm 119:105).<br />

De twee getuigen s<strong>te</strong>llen het Ou<strong>de</strong><br />

en het Nieuwe Testament voor. Ze<br />

getuigen van <strong>de</strong> oorsprong en eeuwigheid<br />

van Gods wet en van het<br />

verlossingsplan. De symbolen, offers<br />

en profetieën van het Ou<strong>de</strong><br />

Testament wezen op <strong>de</strong> komen<strong>de</strong><br />

Verlosser. De evangeliën en brieven<br />

van het Nieuwe Testament getuigen<br />

van een Verlosser wiens komst volledig<br />

beantwoordt aan <strong>de</strong> symbolen<br />

en profetieën.<br />

„En Ik zal mijn<br />

twee getuigen lastgeven<br />

om, met een<br />

zak bekleed, <strong>te</strong><br />

profe<strong>te</strong>ren, twaalfhon<strong>de</strong>rdzestigdagen<br />

lang.” Tij<strong>de</strong>ns<br />

het groots<strong>te</strong> <strong>de</strong>el<br />

van <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong><br />

bleven Gods getuigen<br />

in <strong>de</strong> duis<strong>te</strong>rnis<br />

verborgen. De pauselijke<br />

macht s<strong>te</strong>l<strong>de</strong><br />

alles in het werk<br />

om het volk van het<br />

Woord <strong>de</strong>r waarheid<br />

af <strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n en zorg<strong>de</strong> voor<br />

valse getuigen die het getuigenis


van <strong>de</strong> Schrift <strong>te</strong>genspraken. Toen<br />

<strong>de</strong> Bijbel zowel door <strong>de</strong> wereldlijke<br />

als door <strong>de</strong> kerkelijke overheid was<br />

verbo<strong>de</strong>n, toen zijn getuigenis werd<br />

vervalst en allerlei menselijke en<br />

duivelse mid<strong>de</strong>len wer<strong>de</strong>n gebruikt<br />

om <strong>de</strong> mensen dom <strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n, toen<br />

zij die <strong>de</strong> heilige bijbelse waarhe<strong>de</strong>n<br />

durf<strong>de</strong>n <strong>te</strong> verkondigen wer<strong>de</strong>n<br />

opgejaagd, verra<strong>de</strong>n of gefol<strong>te</strong>rd,<br />

in gevangenissen wer<strong>de</strong>n opgeslo<strong>te</strong>n,<br />

voor hun geloof <strong>de</strong> mar<strong>te</strong>ldood<br />

stierven of een toevlucht moes<strong>te</strong>n<br />

zoeken in <strong>de</strong> bergen en in <strong>de</strong><br />

spelonken en holen van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>,<br />

profe<strong>te</strong>er<strong>de</strong>n <strong>de</strong> trouwe getuigen<br />

„met een zak bekleed”, maar ze<br />

getuig<strong>de</strong>n ondanks alles tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

hele perio<strong>de</strong> van 1260 jaar. In <strong>de</strong><br />

donkers<strong>te</strong> tij<strong>de</strong>n waren er trouwe<br />

gelovigen die Gods Woord liefhad<strong>de</strong>n<br />

en Gods eer ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong>n.<br />

Deze trouwe boodschappers kregen<br />

wijsheid, kracht en gezag om Gods<br />

waarheid tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze lange perio<strong>de</strong><br />

<strong>te</strong> verkondigen.<br />

„En indien iemand hun scha<strong>de</strong> wil<br />

toebrengen, komt er vuur uit hun<br />

mond en het verslindt hun vijan<strong>de</strong>n;<br />

en indien iemand hun scha<strong>de</strong><br />

wil toebrengen, moet hij zó <strong>de</strong> dood<br />

vin<strong>de</strong>n” (Openbaring 11:5). Men<br />

kan het Woord van God niet ongestraft<br />

met voe<strong>te</strong>n tre<strong>de</strong>n. De be<strong>te</strong>kenis<br />

van <strong>de</strong>ze vreselijke uitspraak<br />

wordt gegeven in het laats<strong>te</strong> hoofdstuk<br />

van <strong>de</strong> Openbaring: „Ik betuig<br />

aan een ie<strong>de</strong>r, die <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<br />

profetie van dit boek hoort: Indien<br />

iemand hieraan toevoegt, God zal<br />

hem toevoegen <strong>de</strong> plagen, die in het<br />

boek beschreven zijn; en indien iemand<br />

afneemt van <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n van<br />

dit boek <strong>de</strong>zer profetie, God zal zijn<br />

<strong>de</strong>el afnemen van het geboom<strong>te</strong> <strong>de</strong>s<br />

levens en van <strong>de</strong> heilige stad, welke<br />

in dit boek beschreven zijn”<br />

(Openbaring 22:18,19).<br />

God heeft <strong>de</strong>ze woor<strong>de</strong>n uitgesproken<br />

om <strong>de</strong> mensen <strong>te</strong> waarschuwen<br />

dat zij niet <strong>de</strong> mins<strong>te</strong> veran<strong>de</strong>ring<br />

mogen aanbrengen in hetgeen God<br />

geopenbaard of bevolen heeft.<br />

Deze plechtige waarschuwingen<br />

gel<strong>de</strong>n voor allen die <strong>de</strong> mensen<br />

door hun invloed ertoe aanzet<strong>te</strong>n<br />

Gods wet gering <strong>te</strong> schat<strong>te</strong>n. Zij die<br />

verklaren dat het niets uitmaakt of<br />

wij Gods wet al dan niet gehoorzamen,<br />

zou<strong>de</strong>n bij het horen van <strong>de</strong>ze<br />

woor<strong>de</strong>n moe<strong>te</strong>n vrezen en beven.<br />

Ie<strong>de</strong>reen die zijn eigen opvattingen<br />

boven Gods openbaring s<strong>te</strong>lt, ie<strong>de</strong>reen<br />

die <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lijke be<strong>te</strong>kenis<br />

van <strong>de</strong> Schrift veran<strong>de</strong>rt en aan zijn<br />

eigen smaak aanpast of versoepelt<br />

<strong>te</strong>n ein<strong>de</strong> in harmonie <strong>te</strong> zijn met<br />

<strong>de</strong> wereld, neemt een vreselijke<br />

verantwoor<strong>de</strong>lijkheid op zich. Het<br />

geschreven woord, <strong>de</strong> wet van God,<br />

zal <strong>de</strong> maatstaf zijn voor het karak<strong>te</strong>r<br />

van alle mensen en zal allen<br />

veroor<strong>de</strong>len die bij <strong>de</strong>ze onfeilbare<br />

toets gewogen, maar <strong>te</strong> licht bevon<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

„En wanneer zij hun getuigenis zullen<br />

voleindigd hebben.” De tijdspanne<br />

waarin <strong>de</strong> twee getuigen<br />

„met een zak bekleed” moes<strong>te</strong>n<br />

profe<strong>te</strong>ren, eindig<strong>de</strong> in 1798. Tegen<br />

het ein<strong>de</strong> van hun werk, dat ze in<br />

duis<strong>te</strong>rnis moes<strong>te</strong>n verrich<strong>te</strong>n, zou<br />

<strong>de</strong> macht die wordt voorges<strong>te</strong>ld<br />

door „het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond<br />

opkomt” „hun <strong>de</strong> oorlog aandoen”.<br />

In verschillen<strong>de</strong> Europese lan<strong>de</strong>n<br />

was het gezag in Kerk en Staat door<br />

bemid<strong>de</strong>ling van het pausdom eeuwenlang<br />

in han<strong>de</strong>n van Satan geweest.<br />

Maar hier gaat het om een<br />

nieuwe openbaring van satanische<br />

macht.<br />

Rome had altijd <strong>de</strong> indruk gewekt<br />

dat ze <strong>de</strong> Heilige Schrift vereer<strong>de</strong>,<br />

maar intussen zorg<strong>de</strong> ze er wel<br />

voor dat ze bui<strong>te</strong>n het bereik van<br />

het volk bleef. On<strong>de</strong>r haar heerschappij<br />

had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> getuigen „met<br />

een zak bekleed” geprofe<strong>te</strong>erd. Er<br />

zou ech<strong>te</strong>r een an<strong>de</strong>re macht - het<br />

beest uit <strong>de</strong> afgrond - opkomen om<br />

het Woord van God openlijk <strong>te</strong> be-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 12<br />

strij<strong>de</strong>n. „De gro<strong>te</strong> stad” waar <strong>de</strong><br />

getuigen wor<strong>de</strong>n gedood en waar<br />

hun lijken liggen, is „het gees<strong>te</strong>lijke<br />

Egyp<strong>te</strong>”. Van alle lan<strong>de</strong>n die in <strong>de</strong><br />

Bijbel wor<strong>de</strong>n genoemd, is Egyp<strong>te</strong><br />

het verst gegaan in godsontkenning<br />

en wetsverachting. Geen enkele<br />

koning heeft zich openlijker en<br />

brutaler verzet <strong>te</strong>gen het gezag van<br />

<strong>de</strong> hemel dan Farao. Toen Mozes<br />

hem in opdracht van God het bericht<br />

overbracht, antwoord<strong>de</strong> Farao<br />

aanmatigend: „Wie is <strong>de</strong> Here, naar<br />

wie ik zou moe<strong>te</strong>n luis<strong>te</strong>ren om Israël<br />

<strong>te</strong> la<strong>te</strong>n gaan? Ik ken <strong>de</strong> Here<br />

niet, en ik zal Israël ook niet la<strong>te</strong>n<br />

gaan” (Exodus 5:2). Dit is atheïsme<br />

en het land dat door Egyp<strong>te</strong> wordt<br />

voorges<strong>te</strong>ld, zou <strong>de</strong> eisen van <strong>de</strong> leven<strong>de</strong><br />

God ook verwerpen. Het zou<br />

blijk geven van hetzelf<strong>de</strong> ongeloof<br />

en <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> uitdagen<strong>de</strong> houding<br />

aannemen. „De gro<strong>te</strong> stad” wordt in<br />

gees<strong>te</strong>lijk opzicht ook vergeleken<br />

met Sodom. De verdorvenheid en<br />

wetsverachting van Sodom bleken<br />

vooral uit <strong>de</strong> ban<strong>de</strong>loosheid van <strong>de</strong><br />

Sodomie<strong>te</strong>n. Deze zon<strong>de</strong> zou ook<br />

het voornaams<strong>te</strong> kenmerk zijn van<br />

het land dat zou beantwoor<strong>de</strong>n aan<br />

<strong>de</strong> <strong>te</strong>rmen van <strong>de</strong>ze profetie.<br />

Volgens <strong>de</strong> voorzegging van <strong>de</strong><br />

profeet zou er kort vóór 1798 een<br />

macht van satanische oorsprong en<br />

karak<strong>te</strong>r opkomen om <strong>de</strong> Bijbel <strong>te</strong><br />

bestrij<strong>de</strong>n. Het land waar het getuigenis<br />

van <strong>de</strong> twee getuigen van God<br />

zou wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rdrukt, zou wor<strong>de</strong>n<br />

gekenmerkt door het atheïsme<br />

van Farao en <strong>de</strong> ban<strong>de</strong>loosheid van<br />

Sodom.<br />

Deze profetie is op een bui<strong>te</strong>ngewoon<br />

nauwkeurige en treffen<strong>de</strong><br />

manier in vervulling gegaan in <strong>de</strong><br />

geschie<strong>de</strong>nis van Frankrijk. Tij<strong>de</strong>ns<br />

<strong>de</strong> Revolutie, in 1793, „hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

wereld voor het eerst een groep<br />

mannen die in een beschaafd land<br />

geboren en opgevoed waren, en één<br />

van <strong>de</strong> bes<strong>te</strong> Europese sta<strong>te</strong>n leid<strong>de</strong>n,<br />

gezamenlijk hun s<strong>te</strong>m verhef-


fen om <strong>de</strong> plechtigs<strong>te</strong> waarheid die<br />

een mens kan kennen <strong>te</strong> loochenen<br />

en unaniem het geloof en <strong>de</strong> aanbidding<br />

van God <strong>te</strong> verwerpen”<br />

(Sir Wal<strong>te</strong>r Scott, Life of Napoleon,<br />

vol. 1, ch. 17). „Frankrijk is het<br />

enige land <strong>te</strong>r wereld dat zich als<br />

staat openlijk heeft verzet <strong>te</strong>gen <strong>de</strong><br />

Schepper van het heelal en dit feit<br />

in een bewaard gebleven oorkon<strong>de</strong><br />

heeft la<strong>te</strong>n op<strong>te</strong>kenen. Er zijn altijd<br />

veel godslas<strong>te</strong>raars en ongelovigen<br />

in Engeland, Duitsland, Spanje en<br />

el<strong>de</strong>rs geweest, maar Frankrijk<br />

neemt een unieke plaats in. Het<br />

is <strong>de</strong> enige staat in <strong>de</strong> wereldgeschie<strong>de</strong>nis<br />

die bij <strong>de</strong>creet van zijn<br />

Wetgeven<strong>de</strong> Verga<strong>de</strong>ring heeft verklaard<br />

dat er geen God is, waarna<br />

<strong>de</strong> hele bevolking van <strong>de</strong> hoofdstad<br />

en <strong>de</strong> overgro<strong>te</strong> meer<strong>de</strong>rheid van<br />

<strong>de</strong> rest van het land, zowel mannen<br />

als vrouwen, met gro<strong>te</strong> vreug<strong>de</strong><br />

begonnen <strong>te</strong> dansen en <strong>te</strong> zingen”<br />

(Black¬wood’s Magazine, november<br />

1870).<br />

Frankrijk vertoon<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> kenmerken<br />

van Sodom. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Franse<br />

Revolutie waren <strong>de</strong> mensen even<br />

ontaard en verdorven als <strong>de</strong> inwoners<br />

van „<strong>de</strong> s<strong>te</strong><strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vlak<strong>te</strong>”,<br />

die door God wer<strong>de</strong>n verwoest. De<br />

geschiedschrijvers wijzen op het<br />

verband tussen het atheïsme en <strong>de</strong><br />

wet<strong>te</strong>loosheid van Frankrijk, die<br />

door <strong>de</strong> profeet waren voorzegd.<br />

„Er was een nauwe band tussen <strong>de</strong><br />

wet<strong>te</strong>n die <strong>de</strong> godsdienst afschaf<strong>te</strong>n<br />

en <strong>de</strong> nieuwe huwelijkswet, die<br />

bepaal<strong>de</strong> dat het huwelijk - <strong>de</strong> heiligs<strong>te</strong><br />

verbin<strong>te</strong>nis die twee mensen<br />

kunnen aangaan en <strong>te</strong>gelijk ook <strong>de</strong><br />

ins<strong>te</strong>lling die door haar duurzaamheid<br />

één van <strong>de</strong> pijlers van <strong>de</strong> samenleving<br />

is - slechts een burgerlijk<br />

contract met een beperk<strong>te</strong><br />

looptijd was dat twee mensen naar<br />

eigen goeddunken kon<strong>de</strong>n aangaan<br />

en verbreken... De vijan<strong>de</strong>n van<br />

<strong>de</strong> samenleving had<strong>de</strong>n geen be<strong>te</strong>r<br />

plan kunnen be<strong>de</strong>nken om alles wat<br />

eerbaar, mooi en duurzaam is in het<br />

gezinsleven grondig <strong>te</strong> verwoes<strong>te</strong>n.<br />

Ze had<strong>de</strong>n bovendien <strong>de</strong> zekerheid<br />

dat het kwaad dat zij wil<strong>de</strong>n stich<strong>te</strong>n<br />

van geslacht tot geslacht zou doorgaan...<br />

Sophie Arnoult, een actrice,<br />

die bekend stond om haar geestige<br />

opmerkingen, noem<strong>de</strong> het huwelijk<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Republiek ‘het sacrament<br />

van het overspel’”<br />

(Scott, vol. 1, ch. 17).<br />

„Alwaar ook hun Here gekruisigd<br />

werd”. Ook dit on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />

profetie werd door Frankrijk vervuld.<br />

Geen enkel land stond zó vijandig<br />

<strong>te</strong>genover Christus en nergens<br />

was het verzet <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> waarheid zó<br />

fel en zó wreed. Frankrijk kruisig<strong>de</strong><br />

Christus in <strong>de</strong> persoon van zijn discipelen,<br />

die het slachtoffer wer<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> vervolgingen.<br />

Frankrijk heeft het bloed van <strong>de</strong> heiligen<br />

eeuwenlang vergo<strong>te</strong>n. Terwijl<br />

<strong>de</strong> Wal<strong>de</strong>nzen op <strong>de</strong> bergen van Piémont<br />

<strong>de</strong> mar<strong>te</strong>ldood stierven „om<br />

het getuigenis van <strong>Jezus</strong> en om het<br />

Woord van God”, on<strong>de</strong>rgingen hun<br />

broe<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong> Albigenzen van Frankrijk,<br />

hetzelf<strong>de</strong> lot. In <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong><br />

Hervorming waren haar aanhangers<br />

op een barbaarse manier dood ge-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 13<br />

mar<strong>te</strong>ld. Koningen en e<strong>de</strong>llie<strong>de</strong>n,<br />

a<strong>de</strong>llijke dames en beschaaf<strong>de</strong><br />

meisjes had<strong>de</strong>n met genoegen gekeken<br />

naar <strong>de</strong> doodsstrijd van <strong>de</strong><br />

mar<strong>te</strong>laren van <strong>Jezus</strong>. De moedige<br />

hugeno<strong>te</strong>n stre<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> heiligs<strong>te</strong><br />

rech<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> mens en hun bloed<br />

werd vergo<strong>te</strong>n na een har<strong>de</strong> strijd.<br />

De pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n beschouwd<br />

als vogelvrij verklaar<strong>de</strong>n, er werd<br />

een prijs op hun hoofd ges<strong>te</strong>ld en<br />

ze wer<strong>de</strong>n als wil<strong>de</strong> bees<strong>te</strong>n opgejaagd.<br />

Maar het ergs<strong>te</strong> misdrijf en <strong>de</strong> afschuwelijks<strong>te</strong><br />

satanische daad van al<br />

die duis<strong>te</strong>re eeuwen was <strong>de</strong> Bartholomeüsnacht<br />

of Parijse Bloedbruiloft.<br />

De wereld huivert nog bij <strong>de</strong><br />

gedach<strong>te</strong> aan die laffe, wre<strong>de</strong> aanslag.<br />

De koning van Frankrijk gaf<br />

op aansporing van <strong>de</strong> rooms-katholieke<br />

pries<strong>te</strong>rs en prela<strong>te</strong>n zijn<br />

zegen aan <strong>de</strong>ze gruwelda<strong>de</strong>n. Het<br />

geluid van een klok in het holst van<br />

<strong>de</strong> nacht was het <strong>te</strong>ken dat men tot<br />

<strong>de</strong> aanval moest overgaan. Duizen<strong>de</strong>n<br />

pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n die rustig sliepen<br />

omdat ze reken<strong>de</strong>n op het erewoord<br />

van hun koning, wer<strong>de</strong>n uit hun<br />

huizen gesleurd en in koelen bloe<strong>de</strong><br />

vermoord.


Zoals Christus <strong>de</strong> onzichtbare Lei<strong>de</strong>r<br />

was geweest die zijn volk uit <strong>de</strong><br />

slavernij van Egyp<strong>te</strong> bevrijd<strong>de</strong>, was<br />

Satan <strong>de</strong> onzichtbare lei<strong>de</strong>r van zijn<br />

on<strong>de</strong>rdanen bij <strong>de</strong>ze afgrijselijke<br />

moord op <strong>de</strong> mar<strong>te</strong>laren. Zeven dagen<br />

lang werd het bloedbad in Parijs<br />

voortgezet. Op <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> drie daarvan<br />

ging men onbeschrijfelijk barbaars<br />

<strong>te</strong> werk. De uitroeiing werd<br />

niet tot Parijs beperkt, maar werd<br />

op last van <strong>de</strong> koning uitgebreid<br />

tot alle provincies en s<strong>te</strong><strong>de</strong>n waar<br />

men pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n kon vin<strong>de</strong>n. Men<br />

let<strong>te</strong> niet op ou<strong>de</strong>rdom of geslacht.<br />

Zuigeling noch grijsaard werd gespaard.<br />

E<strong>de</strong>llie<strong>de</strong>n en boeren, oud<br />

en jong, moe<strong>de</strong>r en kind wer<strong>de</strong>n<br />

zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid neergemaaid.<br />

Twee maan<strong>de</strong>n duur<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze slachting<br />

in heel Frankrijk. Zeventigduizend<br />

mensen van het bes<strong>te</strong> <strong>de</strong>r bevolking<br />

von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> dood.<br />

Dezelf<strong>de</strong> satanische geest die <strong>de</strong><br />

Parijse Bloedbruiloft had geleid,<br />

organiseer<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> gebeur<strong>te</strong>nissen<br />

van <strong>de</strong> Revolutie. Men verklaar<strong>de</strong><br />

dat <strong>Jezus</strong> Christus een bedrieger<br />

was en het motto van <strong>de</strong> Franse ongelovigen<br />

was: „Verplet<strong>te</strong>r die ellen<strong>de</strong>ling!”<br />

Daarmee bedoel<strong>de</strong>n ze<br />

Christus. Hemel<strong>te</strong>rgen<strong>de</strong> godslas<strong>te</strong>ring<br />

en gruwelijke god<strong>de</strong>loosheid<br />

gingen hand in hand. De gemeens<strong>te</strong><br />

mensen en <strong>de</strong> meest verdorven<br />

mons<strong>te</strong>rs van wreedheid en ontucht<br />

wer<strong>de</strong>n verheerlijkt. Men bewees<br />

<strong>de</strong> groots<strong>te</strong> eer aan Satan, <strong>te</strong>rwijl<br />

men Christus, <strong>de</strong> verpersoonlijking<br />

van waarheid, zuiverheid en onbaatzuchtige<br />

lief<strong>de</strong>, kruisig<strong>de</strong>.<br />

„Het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond opkomt,<br />

[zal] hun <strong>de</strong> oorlog aandoen<br />

en het zal hen overwinnen en hen<br />

do<strong>de</strong>n”. De atheïstische macht die<br />

in Frankrijk heers<strong>te</strong> tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Revolutie<br />

en het Schrikbewind voer<strong>de</strong><br />

een oorlog <strong>te</strong>gen God en zijn heilig<br />

Woord die geen prece<strong>de</strong>nt heeft in<br />

<strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis. De aanbidding van<br />

<strong>de</strong> Godheid werd door <strong>de</strong> Nationale<br />

Verga<strong>de</strong>ring afgeschaft. Men verzamel<strong>de</strong><br />

bijbels en verbrand<strong>de</strong> die<br />

in het openbaar met alle blijken van<br />

minachting. Gods wet werd met<br />

voe<strong>te</strong>n getre<strong>de</strong>n. De inzettingen<br />

van <strong>de</strong> Bijbel wer<strong>de</strong>n opgeheven.<br />

De wekelijkse rustdag werd afgeschaft<br />

en in plaats daarvan werd<br />

elke tien<strong>de</strong> dag aan uitspattingen<br />

en godslas<strong>te</strong>ring gewijd. Doop en<br />

communie wer<strong>de</strong>n verbo<strong>de</strong>n. Op<br />

<strong>de</strong> begraafplaatsen wer<strong>de</strong>n er dui<strong>de</strong>lijk<br />

leesbare bor<strong>de</strong>n aangebracht<br />

waarop men verklaar<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> dood<br />

een eeuwige slaap is.<br />

Men vond dat <strong>de</strong> vreze <strong>de</strong>s Heren<br />

zó ver van het begin <strong>de</strong>r wijsheid<br />

verwij<strong>de</strong>rd was dat ze in fei<strong>te</strong> het<br />

begin <strong>de</strong>r dwaasheid was. Alle<br />

kerkdiens<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n verbo<strong>de</strong>n,<br />

met uitzon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> diens<strong>te</strong>n<br />

<strong>te</strong>r verheerlijking van <strong>de</strong> vrijheid<br />

en het va<strong>de</strong>rland. „De constitutionele<br />

bisschop van Parijs speel<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

hoofdrol in <strong>de</strong> schan<strong>de</strong>lijks<strong>te</strong> klucht<br />

die ooit <strong>te</strong>n aanschouwen van een<br />

volksver<strong>te</strong>genwoordiging is opgevoerd...<br />

Hij verscheen in vol ornaat<br />

en verklaar<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Conventie<br />

dat <strong>de</strong> godsdienst die hij zoveel jaren<br />

had on<strong>de</strong>rwezen volledig door<br />

pries<strong>te</strong>rs was verzonnen en geen<br />

enkel fundament in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis<br />

of in <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> waarheid had. Hij<br />

loochen<strong>de</strong> in plechtige en uitdrukkelijke<br />

bewoordingen het bestaan<br />

van God wiens pries<strong>te</strong>r hij was en<br />

kondig<strong>de</strong> aan dat hij zich voortaan<br />

zou wij<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> verheerlijking<br />

van vrijheid, gelijkheid, <strong>de</strong>ugd en<br />

ze<strong>de</strong>lijkheid. Daarna leg<strong>de</strong> hij <strong>de</strong><br />

<strong>te</strong>kenen van zijn bisschoppelijke<br />

waardigheid op tafel en werd broe<strong>de</strong>rlijk<br />

omhelsd door <strong>de</strong> voorzit<strong>te</strong>r<br />

van <strong>de</strong> Conventie. Verschillen<strong>de</strong><br />

an<strong>de</strong>re afvallige pries<strong>te</strong>rs volg<strong>de</strong>n<br />

het voorbeeld van <strong>de</strong>ze prelaat”<br />

(Scott, vol. 1, ch. 17).<br />

„En zij, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wonen, zijn<br />

blij<strong>de</strong> en verheugd over hen en zul-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 14<br />

len elkan<strong>de</strong>r geschenken zen<strong>de</strong>n,<br />

omdat <strong>de</strong>ze twee profe<strong>te</strong>n hen, die<br />

op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wonen, gepijnigd had<strong>de</strong>n”.<br />

Het god<strong>de</strong>loze Frankrijk had<br />

<strong>de</strong> bestraffen<strong>de</strong> s<strong>te</strong>m van <strong>de</strong> twee<br />

getuigen Gods het zwijgen opgelegd.<br />

Het woord <strong>de</strong>r waarheid lag<br />

dood in zijn stra<strong>te</strong>n en zij die <strong>de</strong><br />

beperkingen en eisen van Gods wet<br />

haat<strong>te</strong>n, waren verheugd. De mensen<br />

daag<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Koning <strong>de</strong>s hemels<br />

in het openbaar uit. Zoals sommige<br />

zondaren uit het verle<strong>de</strong>n vroegen<br />

ze: „Hoe zou God het we<strong>te</strong>n; zou<br />

er ook we<strong>te</strong>nschap zijn bij <strong>de</strong> Allerhoogs<strong>te</strong>?”<br />

(Psalm 73:11).<br />

Met een godslas<strong>te</strong>rlijke stoutmoedigheid<br />

die aan het ongelooflijke<br />

grenst zei één van <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>rs van<br />

<strong>de</strong> nieuwe or<strong>de</strong>: „God, wreek je beledig<strong>de</strong><br />

naam als je bestaat. Ik daag<br />

je uit! Je zegt niets. Je durft niet <strong>te</strong><br />

bul<strong>de</strong>ren. Wie zal nu nog geloven<br />

dat je bestaat?” (Lacre<strong>te</strong>lle, History,<br />

vol. 11, p. 309; in Sir Archibald Alison,<br />

History of Europe, vol. 1, ch.<br />

10). Is dit geen dui<strong>de</strong>lijke echo van<br />

Farao’s woor<strong>de</strong>n: „Wie is <strong>de</strong> Here,<br />

naar wie ik zou moe<strong>te</strong>n luis<strong>te</strong>ren?”<br />

„Ik ken <strong>de</strong> Here niet!”<br />

„De dwaas zegt in zijn hart: Er is<br />

geen God” (Psalm 14:1). God zegt<br />

met betrekking tot <strong>de</strong> vervalsers van<br />

<strong>de</strong> waarheid: „Hun onzinnigheid zal<br />

aan allen overdui<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n”<br />

(2 Timo<strong>te</strong>üs 3:9).<br />

Kort nadat Frankrijk <strong>de</strong> eredienst<br />

van <strong>de</strong> leven<strong>de</strong> God, „<strong>de</strong> Hoge<br />

en Verhevene, die in eeuwigheid<br />

troont”, had verworpen, verviel<br />

het in een ver<strong>de</strong>rfelijke afgo<strong>de</strong>ndienst<br />

en aanbad het <strong>de</strong> godin van<br />

<strong>de</strong> Re<strong>de</strong>, verpersoonlijkt door een<br />

losbandige vrouw.<br />

Het pausdom was begonnen met<br />

het werk dat het atheïsme nu aan<br />

het voltooien was. De sociale, politieke<br />

en godsdienstige toestan<strong>de</strong>n<br />

die Frankrijk razendsnel naar <strong>de</strong> afgrond<br />

meesleur<strong>de</strong>n, waren <strong>te</strong> wij<strong>te</strong>n<br />

aan het beleid van Rome. Au<strong>te</strong>urs


schrijven <strong>de</strong> gruwelen en uitspattingen<br />

van <strong>de</strong> Revolutie toe aan <strong>de</strong><br />

Kroon en aan <strong>de</strong> Kerk. In fei<strong>te</strong> zijn<br />

ze ech<strong>te</strong>r volledig <strong>te</strong> wij<strong>te</strong>n aan <strong>de</strong><br />

rooms-katholieke kerk. Het pausdom<br />

heeft <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> koningen<br />

vergiftigd en <strong>de</strong> Hervorming<br />

afgeschil<strong>de</strong>rd als <strong>de</strong> vijand van<br />

<strong>de</strong> kroon en als <strong>de</strong> twistappel die<br />

rampzalig zou zijn voor <strong>de</strong> vre<strong>de</strong><br />

en <strong>de</strong> eendracht in het rijk. Rome<br />

heeft <strong>de</strong> barbaarse wreedhe<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> verschrikkelijke on<strong>de</strong>rdrukking<br />

die van <strong>de</strong> kroon uitgingen geïnspireerd.<br />

De Bijbel bracht ech<strong>te</strong>r vrijheid.<br />

Overal waar men het evangelie<br />

aannam, wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gees<strong>te</strong>n van <strong>de</strong><br />

mensen bevrijd. Ze verbraken <strong>de</strong><br />

ke<strong>te</strong>nen van onwe<strong>te</strong>ndheid, zon<strong>de</strong><br />

en bijgeloof. Ze begonnen <strong>te</strong> <strong>de</strong>nken<br />

en <strong>te</strong> han<strong>de</strong>len als mensen.<br />

De vors<strong>te</strong>n merk<strong>te</strong>n dit en<br />

vrees<strong>de</strong>n dat dit het eind<br />

van hun <strong>de</strong>spotisch bewind<br />

zou kunnen zijn.<br />

Rome was er vlug bij om<br />

hun angst en afgunst aan<br />

<strong>te</strong> wakkeren. In 1525 zei<br />

<strong>de</strong> paus aan <strong>de</strong> regent van<br />

Frankrijk: „Deze waanzin<br />

[het pro<strong>te</strong>stantisme] zal<br />

<strong>de</strong> godsdienst niet alleen<br />

in verwarring brengen en<br />

vernietigen, maar het zal<br />

ook alle vors<strong>te</strong>n, e<strong>de</strong>llie<strong>de</strong>n,<br />

wet<strong>te</strong>n, rangen en<br />

stan<strong>de</strong>n <strong>te</strong> niet doen”<br />

(G. <strong>de</strong> Félice, History of the Pro<strong>te</strong>stants<br />

of France, b. 1, ch. 2, par. 8).<br />

Enkele jaren nadien waarschuw<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> pauselijke nuntius <strong>de</strong> koning:<br />

„Sire, laat u niet mislei<strong>de</strong>n. De<br />

pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n zullen zowel het burgerlijke<br />

als het kerkelijke gezag<br />

omverwerpen... De troon loopt<br />

evenzeer gevaar als het altaar... De<br />

invoering van een nieuwe godsdienst<br />

gaat altijd gepaard met <strong>de</strong><br />

invoering van een nieuwe staatsvorm”<br />

(D’Aubigné, History of the<br />

Reformation in Europe in the Time<br />

of Calvin, b. 2, ch. 36). Theologen<br />

<strong>de</strong><strong>de</strong>n een beroep op <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>len<br />

van <strong>de</strong> massa. Ze beweer<strong>de</strong>n dat<br />

het pro<strong>te</strong>stantisme „<strong>de</strong> mensen verleidt<br />

tot nieuwlich<strong>te</strong>rij en dwaasheid;<br />

het berooft <strong>de</strong> koning van <strong>de</strong><br />

toegewij<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van zijn on<strong>de</strong>rdanen<br />

en vernietigt Kerk en Staat”.<br />

Op <strong>de</strong>ze manier slaag<strong>de</strong> Rome erin<br />

Frankrijk <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> Hervorming op<br />

<strong>te</strong> hitsen. „Het zwaard van <strong>de</strong> vervolgingen<br />

werd voor <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> keer<br />

in Frankrijk getrokken om <strong>de</strong> troon<br />

veilig <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen, <strong>de</strong> a<strong>de</strong>l <strong>te</strong> beschermen<br />

en <strong>de</strong> wet<strong>te</strong>n <strong>te</strong> handhaven”<br />

(Wylie, b. 13, ch. 4).<br />

De lei<strong>de</strong>rs van het land kon<strong>de</strong>n niet<br />

vermoe<strong>de</strong>n welke noodlottige gevolgen<br />

zo’n beleid zou hebben. De<br />

leer van <strong>de</strong> Bijbel zou <strong>de</strong> mensen<br />

<strong>de</strong> beginselen van gerechtigheid,<br />

matigheid, waarheid, rechtvaardigheid<br />

en weldadigheid, die <strong>de</strong> basis<br />

van <strong>de</strong> nationale welvaart zijn, hebben<br />

bijgebracht. „Gerechtigheid<br />

verhoogt een volk”. „Door gerechtigheid<br />

wordt <strong>de</strong> troon bevestigd”<br />

(Spreuken 14:34; 16:12). „En <strong>de</strong><br />

vrucht <strong>de</strong>r gerechtigheid zal vre<strong>de</strong><br />

zijn, <strong>de</strong> uitwerking <strong>de</strong>r gerechtigheid<br />

rust en veiligheid tot in eeuwigheid”<br />

(Jesaja 32:17). Wie Gods<br />

wet gehoorzaamt, zal zeker ook <strong>de</strong><br />

wet<strong>te</strong>n van zijn land eerbiedigen en<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 15<br />

gehoorzamen. Wie God vreest, zal<br />

<strong>de</strong> koning eren bij <strong>de</strong> uitoefening<br />

van alle vormen van rechtvaardig<br />

en rechtmatig gezag. Maar het ongelukkige<br />

Frankrijk verbood <strong>de</strong><br />

Bijbel en verban<strong>de</strong> zijn discipelen.<br />

De fatale fout die zoveel ellen<strong>de</strong><br />

over <strong>de</strong> inwoners van Frankrijk<br />

bracht, was <strong>de</strong> miskenning van<br />

<strong>de</strong>ze ene gro<strong>te</strong> waarheid dat vrijheid<br />

slechts mogelijk is binnen <strong>de</strong><br />

grenzen van Gods wet. „Och, dat<br />

gij naar mijn gebo<strong>de</strong>n luis<strong>te</strong>r<strong>de</strong>t;<br />

dan zou uw vre<strong>de</strong> zijn als een rivier<br />

en uw gerechtigheid als <strong>de</strong> golven<br />

<strong>de</strong>r zee”. „De god<strong>de</strong>lozen, zegt <strong>de</strong><br />

HERE, hebben geen vre<strong>de</strong>”. „Maar<br />

wie naar mij luis<strong>te</strong>rt, zal gerust wonen,<br />

beveiligd <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> verschrikking<br />

van het onheil”<br />

(Jesaja 48:18, 22; Spreuken 1:33).<br />

Atheïs<strong>te</strong>n, ongelovigen<br />

en afvalligen<br />

kunnen zich <strong>te</strong>gen<br />

Gods wet verzet<strong>te</strong>n<br />

en haar hekelen,<br />

maar <strong>de</strong> gevolgen<br />

van hun opvattingen<br />

bewijzen dat het<br />

welzijn van <strong>de</strong> mens<br />

afhangt van zijn gehoorzaamheid<br />

aan<br />

<strong>de</strong> god<strong>de</strong>lijke voorschrif<strong>te</strong>n.<br />

Zij die <strong>de</strong>ze<br />

les niet uit het Woord<br />

van God willen leren,<br />

moe<strong>te</strong>n maar naar <strong>de</strong><br />

geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong><br />

volken kijken.<br />

Gods getrouwe getuigen, die wer<strong>de</strong>n<br />

gedood door <strong>de</strong> godslas<strong>te</strong>rlijke<br />

macht die „uit <strong>de</strong> afgrond opkomt”,<br />

zou<strong>de</strong>n niet lang zwijgen, want „na<br />

[die] drie en een halve dag voer een<br />

levensgeest uit God in hen en zij<br />

gingen op hun voe<strong>te</strong>n staan en gro<strong>te</strong><br />

vrees viel op (allen), die hen aanschouw<strong>de</strong>n”<br />

(Openbaring11:11). In<br />

1793 had <strong>de</strong> Nationale Verga<strong>de</strong>ring<br />

<strong>de</strong> chris<strong>te</strong>lijke godsdienst afgeschaft<br />

en <strong>de</strong> Bijbel verbo<strong>de</strong>n. Drieëneen-


half jaar la<strong>te</strong>r nam <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> ins<strong>te</strong>lling<br />

een resolutie aan waarbij <strong>de</strong>ze<br />

<strong>de</strong>cre<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n ingetrokken en<br />

<strong>de</strong> Bijbel weer werd aanvaard. De<br />

wereld was verbijs<strong>te</strong>rd over <strong>de</strong> omvang<br />

van het kwaad dat op <strong>de</strong> verwerping<br />

van <strong>de</strong> Bijbel was gevolgd<br />

en erken<strong>de</strong> <strong>de</strong> noodzaak van het geloof<br />

in God en in zijn Woord als <strong>de</strong><br />

grondslag van <strong>de</strong>ugd en ze<strong>de</strong>n. God<br />

zegt: „Wie hebt gij gehoond en gelas<strong>te</strong>rd,<br />

en <strong>te</strong>gen wie <strong>de</strong> s<strong>te</strong>m verheven<br />

en uw ogen trots opgeslagen?<br />

Tegen <strong>de</strong> Heilige Israëls!”<br />

(Jesaja 37:23).<br />

„Daarom zie, Ik laat hen ditmaal<br />

gewaarwor<strong>de</strong>n, Ik laat hen gewaarwor<strong>de</strong>n<br />

mijn hand en mijn kracht,<br />

en zij zullen we<strong>te</strong>n, dat mijn naam<br />

is: HERE” (Jeremia 16:21).<br />

De profeet zegt over <strong>de</strong> twee getuigen<br />

ook: „En zij hoor<strong>de</strong>n een lui<strong>de</strong><br />

s<strong>te</strong>m uit <strong>de</strong> hemel tot hen zeggen:<br />

Klimt hierheen op! En zij klommen<br />

naar <strong>de</strong> hemel op in een wolk,<br />

en hun vijan<strong>de</strong>n aanschouw<strong>de</strong>n<br />

hen” (Openbaring 11:12). Nadat<br />

Frankrijk <strong>de</strong> twee getuigen Gods<br />

bestre<strong>de</strong>n had, wer<strong>de</strong>n ze als nooit<br />

<strong>te</strong>voren geëerd. In 1804 werd het<br />

Brits en Bui<strong>te</strong>nlands Bijbelgenootschap<br />

georganiseerd. Het werd op<br />

het vas<strong>te</strong>land van Europa gevolgd<br />

door gelijkwaardige ins<strong>te</strong>llingen<br />

met vele af<strong>de</strong>lingen. In 1816 werd<br />

het Amerikaans Bijbelgenootschap<br />

opgericht. Toen het Brits Bijbelgenootschap<br />

werd opgericht, werd<br />

<strong>de</strong> Bijbel in vijftig talen gedrukt en<br />

verspreid. Sindsdien is <strong>de</strong> Schrift in<br />

vele hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n talen en dialec<strong>te</strong>n<br />

vertaald.<br />

Vijftig jaar vóór 1792 had men maar<br />

weinig belangs<strong>te</strong>lling voor bui<strong>te</strong>nlandse<br />

zending. Er wer<strong>de</strong>n geen<br />

nieuwe zendingsgenootschappen<br />

opgericht en er waren maar weinig<br />

kerken die het chris<strong>te</strong>ndom in hei<strong>de</strong>nse<br />

lan<strong>de</strong>n wil<strong>de</strong>n versprei<strong>de</strong>n.<br />

Tegen het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong><br />

eeuw kwam daar ech<strong>te</strong>r een ingrijpen<strong>de</strong><br />

veran<strong>de</strong>ring in. De mensen<br />

waren het rationalisme beu en wer<strong>de</strong>n<br />

zich bewust van <strong>de</strong> noodzaak<br />

van Gods openbaring en een persoonlijke<br />

geloofservaring. Vanaf<br />

dat ogenblik nam <strong>de</strong> bui<strong>te</strong>nlandse<br />

zending een ongeken<strong>de</strong> vlucht.<br />

Verbe<strong>te</strong>ringen in <strong>de</strong> drukprocédés<br />

hebben <strong>de</strong> verspreiding van <strong>de</strong> Bijbel<br />

enorm bevor<strong>de</strong>rd. De snellere<br />

verbindingen tussen verschillen<strong>de</strong><br />

lan<strong>de</strong>n, het wegvallen van ou<strong>de</strong><br />

barrières van vooroor<strong>de</strong>el en nationalisme<br />

en het verlies van <strong>de</strong> wereldlijke<br />

macht van <strong>de</strong> paus hebben<br />

<strong>de</strong> weg geëffend voor het Woord<br />

van God. Daardoor kon <strong>de</strong> Bij-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 16<br />

bel ongehin<strong>de</strong>rd in <strong>de</strong> stra<strong>te</strong>n van<br />

Rome wor<strong>de</strong>n verkocht. De Heilige<br />

Schrift heeft nu alle bewoon<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> bereikt.<br />

De ongelovige Voltaire zei eens vol<br />

trots: „Ik heb meer dan genoeg van<br />

<strong>de</strong> bewering dat twaalf mannen het<br />

chris<strong>te</strong>ndom hebben gesticht. Ik zal<br />

bewijzen dat er maar één man nodig<br />

is om het <strong>te</strong> niet <strong>te</strong> doen. Voltaire is<br />

nu al eeuwen dood. Miljoenen hebben<br />

<strong>de</strong>elgenomen aan <strong>de</strong> strijd <strong>te</strong>gen<br />

<strong>de</strong> Bijbel. Maar waar er in Voltaires<br />

tijd hon<strong>de</strong>rd exemplaren van<br />

het Woord van God waren, zijn er<br />

nu tienduizend, ja hon<strong>de</strong>rdduizend.<br />

Eén van <strong>de</strong> hervormers zei: „De<br />

Bijbel is het aambeeld dat al veel<br />

hamers heeft versle<strong>te</strong>n”. God zegt:<br />

„Elk wapen dat <strong>te</strong>gen u gesmeed<br />

wordt, zal niets uitrich<strong>te</strong>n en elke<br />

tong die zich voor het gericht <strong>te</strong>gen<br />

u keert zult gij in het ongelijk s<strong>te</strong>llen”<br />

(Jesaja 54:17).<br />

„Het woord van onze God houdt<br />

eeuwig stand”. „Betrouwbaar zijn<br />

al zijn bevelen, vastges<strong>te</strong>ld voor<br />

immer en altoos, volbracht in waarheid<br />

en oprechtheid”<br />

(Jesaja 40:8; Psalm 111:7,8).<br />

Alles wat op het gezag van <strong>de</strong> mens<br />

is gebouwd, zal wor<strong>de</strong>n vernietigd,<br />

maar wat op <strong>de</strong> rots van Gods onveran<strong>de</strong>rlijk<br />

Woord is gebouwd,<br />

houdt eeuwig stand.<br />

ZIN EN ONZIN OVER<br />

DOOD EN OPSTANDING, HEMEL EN HEL<br />

Een golf van occultisme overspoelt <strong>de</strong> wereld, die geenszins daarop is<br />

voorbereid, zich in<strong>te</strong>nsief daarmee bezig <strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n.<br />

Dit feit heeft <strong>de</strong> schrijver ertoe gebracht zijn standpunt <strong>te</strong> bepalen <strong>te</strong>n<br />

aanzien van <strong>de</strong> vragen over een leven na <strong>de</strong> dood.<br />

Daarbij is het zijn wens, een bijbels antwoord <strong>te</strong> geven en veelvuldig<br />

verkeerd begrepen passages in <strong>de</strong> Heilige Schrift begrijpelijk <strong>te</strong> maken.<br />

Maar voor alles toont Martino Tomasi overdui<strong>de</strong>lijk aan, dat er hoop is -<br />

ook in het aanschijn van <strong>de</strong> dood.<br />

Dit boekje is <strong>te</strong> bes<strong>te</strong>llen bij<br />

“De <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong>”voor € 3,00


GENESIS 2<br />

EEN TWEEDE<br />

SCHEPPINGSBERICHT<br />

Ver<strong>te</strong>lt Genesis 2 een an<strong>de</strong>r<br />

verhaal dan Genesis 1?<br />

Voor <strong>de</strong> doorsnee lezer is <strong>de</strong> slotsom<br />

dat het eers<strong>te</strong> hoofdstuk van<br />

Genesis een volledig scheppingsbericht<br />

is:<br />

“En God zag al wat Hij gemaakt<br />

had en zie het was zeer goed. En<br />

het was avond geweest en het was<br />

morgen geweest – <strong>de</strong> zes<strong>de</strong> dag. En<br />

zo wer<strong>de</strong>n voltooid <strong>de</strong> hemel en <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> en al hun heer. Toen God op<br />

<strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag het werk voltooid<br />

had, dat Hij gemaakt had, rus<strong>te</strong> Hij<br />

op <strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag van al het werk,<br />

dat Hij gemaakt had. En God zegen<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag en heilig<strong>de</strong><br />

die, omdat Hij daarop gerust heeft<br />

van al het werk dat Hij scheppen<strong>de</strong><br />

tot stand had gebracht.”<br />

Sommige lezers zijn verbaasd omdat<br />

er dan een paar verzen komen<br />

over dingen die God nog niet gemaakt<br />

had. In vers 4 wordt nog<br />

eens herhaald “Dit is <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis<br />

van <strong>de</strong> hemel en <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, toen<br />

zij geschapen wer<strong>de</strong>n. Ten tij<strong>de</strong> dat<br />

God hemel en aar<strong>de</strong> maak<strong>te</strong>.” Vers<br />

4. Vers 5 gaat dan voort met <strong>de</strong> dingen<br />

die God nog niet gemaakt had.<br />

1. Er was geen enkel veldgewas<br />

op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />

2. En er was nog geen enkel<br />

kruid <strong>de</strong>s veld uitgespro<strong>te</strong>n.<br />

3. Want <strong>de</strong> Here had het niet<br />

op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> doen regenen.<br />

4. En er was geen mens om <strong>de</strong><br />

aardbo<strong>de</strong>m <strong>te</strong> bewerken.<br />

Beschrijft het eers<strong>te</strong> hoofdstuk van<br />

Genesis werkelijk dat <strong>de</strong> mens en<br />

<strong>de</strong> plan<strong>te</strong>n gemaakt wer<strong>de</strong>n voor<br />

het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> scheppingsweek?<br />

Spreken Genesis 1 en 2 elkaar<br />

<strong>te</strong>gen?<br />

Sommige Bijbel critici trach<strong>te</strong>n<br />

<strong>de</strong>ze verschillen <strong>te</strong> verklaren door<br />

aan <strong>te</strong> nemen dat <strong>de</strong> twee hoofdstukken<br />

een an<strong>de</strong>re au<strong>te</strong>ur hebben.<br />

Wij kunnen hier niet ingaan op <strong>de</strong><br />

bewijsvoering van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

critici met betrekking tot Genesis 1<br />

en 2. Een aantal geleer<strong>de</strong>n zijn <strong>de</strong><br />

argumen<strong>te</strong>n nagegaan en ver<strong>te</strong>llen<br />

ons dat het niet overtuigend is dat<br />

<strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> hoofdstukken twee of<br />

meer au<strong>te</strong>urs hebben.<br />

Veel Schrijvers<br />

Het i<strong>de</strong>e dat Genesis geschreven<br />

werd door verschillen<strong>de</strong> schrijvers<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 17<br />

in plaats van Mozes werpt heel veel<br />

vragen op. Zij betwijfelen in het algemeen<br />

<strong>de</strong> Bijbel als een geïnspireerd<br />

boek en in het bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

inspiratie van Genesis. Dat is ech<strong>te</strong>r<br />

niet het standpunt van <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n<br />

of van <strong>de</strong> chris<strong>te</strong>nen. Bijbel gelovige<br />

chris<strong>te</strong>nen wijzen erop dat <strong>de</strong><br />

apos<strong>te</strong>len wijzen op Genesis als een<br />

door God geïnspireerd boek.<br />

(Zie Romeinen 4: 17; Gala<strong>te</strong>n 3: 8;<br />

Hebreeën 4: 4 en Jacobus 2: 23.)<br />

Bijzon<strong>de</strong>r in<strong>te</strong>ressant is het commentaar<br />

van <strong>Jezus</strong> in een gesprek<br />

met <strong>de</strong> Farizeeërs over huwelijk<br />

en scheiding. “Wat heeft Mozes u<br />

gebo<strong>de</strong>n?” Marcus 10: 3. Als zij<br />

dan Deu<strong>te</strong>ronomium ci<strong>te</strong>ren ci<strong>te</strong>ert<br />

<strong>Jezus</strong> uit Genesis door Genesis 1:<br />

27 en 2: 24 aan <strong>te</strong> halen. (Matt. 19:<br />

4-5; Marcus 10: 6-9) Het argument<br />

van <strong>Jezus</strong> was gebaseerd op <strong>de</strong> aanname<br />

dat Mozes <strong>de</strong> schrijver van<br />

Genesis was. Op een an<strong>de</strong>re manier<br />

zou<strong>de</strong>n zijn argumen<strong>te</strong>n geen gezag<br />

hebben gehad. Vanaf het begin<br />

zijn wij als kerk er van uitgegaan<br />

dat Genesis door Mozes werd geschreven.<br />

Wij kunnen dus zeggen<br />

dat Mozes on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> inspiratie van<br />

<strong>de</strong> Heilige Geest het boek Genesis


schreef. Gegrond op wat <strong>de</strong> Bijbel<br />

zelf zegt, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> mening van<br />

<strong>de</strong> kerk vanaf <strong>de</strong> vroegs<strong>te</strong> tij<strong>de</strong>n is<br />

er overvloedig bewijs om aan <strong>te</strong> nemen<br />

dat Mozes <strong>de</strong> schrijver is van<br />

<strong>de</strong> eers<strong>te</strong> twee hoofdstukken van<br />

Genesis.<br />

Maar wat <strong>te</strong> doen met al die critici?<br />

Ik <strong>de</strong>nk dat wij dieper moe<strong>te</strong>n ingaan<br />

op <strong>de</strong> <strong>te</strong>kst om <strong>te</strong> zien of er<br />

antwoor<strong>de</strong>n zijn.<br />

Een Nauwkeurige Beschouwing<br />

Ie<strong>de</strong>reen die nauwkeurig leest kan<br />

dui<strong>de</strong>lijk zien dat het scheppingsverhaal<br />

niet eindigt in het eers<strong>te</strong><br />

hoofdstuk. Het verhaal van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong><br />

zeven scheppingsdagen loopt<br />

door in hoofdstuk twee in <strong>de</strong> eers<strong>te</strong><br />

paar verzen. De in<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong><br />

Bijbel in hoofdstukken en verzen<br />

komt niet van <strong>de</strong> schrijvers van <strong>de</strong><br />

Bijbel. In mo<strong>de</strong>rne bijbelvertalingen<br />

wordt soms aangegeven hoe<br />

er een be<strong>te</strong>re in<strong>de</strong>ling zou kunnen<br />

zijn. Het zou meer voor <strong>de</strong> hand<br />

liggen om Genesis hoofdstuk één<br />

<strong>te</strong> beëindigen tussen hoofdstuk 2:<br />

4a en 2: 4b. Dus mid<strong>de</strong>n in vers 4<br />

van Genesis 2.<br />

Het on<strong>de</strong>rwerp van hoofdstuk 2<br />

begint in vers 4b. Hoofdstuk één<br />

eindigt dan als volgt: “Dit is <strong>de</strong><br />

geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> hemel en <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong>, toen zij geschapen wer<strong>de</strong>n.”<br />

Hoofdstuk twee begint met:<br />

“Ten tij<strong>de</strong> dat God <strong>de</strong> hemel en<br />

<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> maak<strong>te</strong>, was er nog geen<br />

enkel veldgewas op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, en<br />

er was nog geen enkel kruid <strong>de</strong>s<br />

velds uitgespro<strong>te</strong>n. Want <strong>de</strong> Here<br />

God had het niet doen regenen, en<br />

er was geen mens om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>te</strong><br />

bewerken. Maar een damp s<strong>te</strong>eg op<br />

uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en bevochtigen<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

gehele aardbo<strong>de</strong>m.”<br />

Genesis 2: 4-6.<br />

Het thema van het twee<strong>de</strong> hoofdstuk<br />

begint met het opsommen van<br />

vier dingen die er nog niet waren,<br />

toen <strong>de</strong> Here eindig<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Sabbat<br />

door <strong>te</strong> rus<strong>te</strong>n van al het werk dat<br />

Hij scheppen<strong>de</strong> tot stand gebracht<br />

had. Die vier dingen waren:<br />

• Veldgewas.<br />

• Kruid <strong>de</strong>s velds.<br />

• Regen.<br />

• En een mens om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>te</strong><br />

bewerken.<br />

Hoe komt het dat <strong>de</strong>ze vier dingen<br />

er nog niet waren toen <strong>de</strong> Here het<br />

werk voltooi<strong>de</strong>, dat Hij gemaakt<br />

had?<br />

Zijn <strong>de</strong>ze dingen, in ’t bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

plan<strong>te</strong>n en <strong>de</strong> mens, verschillend<br />

van wat wij lezen in hoofdstuk een.<br />

En hoe kwamen die dan tot stand?<br />

Het antwoord op <strong>de</strong>ze vragen is het<br />

thema in hoofdstuk twee.<br />

De benaming van <strong>de</strong> Plan<strong>te</strong>n<br />

De mees<strong>te</strong> geleer<strong>de</strong>n die een studie<br />

gemaakt hebben van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> twee<br />

hoofdstukken van Genesis beweren<br />

dat <strong>de</strong> benamingen in Genesis 1: 11,<br />

12 <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> be<strong>te</strong>kenis hebben als in<br />

Genesis 2: 5. Maar <strong>de</strong> fei<strong>te</strong>n zijn dat<br />

<strong>de</strong> Hebreeuwse woor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>ze<br />

bei<strong>de</strong> hoofdstukken niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

zijn. In hoofdstuk 1: 11, 12 wordt<br />

het volgen<strong>de</strong> gezegd: “Laat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

groen voortbrengen, zaaddragen<strong>de</strong><br />

plan<strong>te</strong>n, en vruchtdragend geboom<strong>te</strong><br />

dat naar zijn aard zaad draagt.”<br />

In Genesis 2: 5 lezen wij ech<strong>te</strong>r dat<br />

er vóór het scheppen van <strong>de</strong> mens<br />

geen veldgewas was en geen kruid<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 18<br />

<strong>de</strong>s velds. Zelfs <strong>de</strong>genen die geen<br />

Hebreeuws kennen, kunnen zien<br />

dat <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zijn in<br />

<strong>de</strong>ze twee hoofdstukken. Een van <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>n wordt gebruikt in Genesis<br />

2: 5; Genesis 21: 15 en Job 30: 4, 7.<br />

“Veldgewas”. Volgens Michael Zohary<br />

een Israëlische botanist gaat<br />

het hier om doornige plan<strong>te</strong>n die in<br />

<strong>de</strong> droge gebie<strong>de</strong>n en in <strong>de</strong> woestijn<br />

groeien. Dat is ook <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e in<br />

Job 30: 4, 7 en in Genesis 21: 15.<br />

Het is doornig struikgewas in droge<br />

streken. Volgens Zohary groeien er<br />

in Israël meer dan zeventig soor<strong>te</strong>n<br />

van <strong>de</strong>ze plant. Het zijn dus plan<strong>te</strong>n<br />

die in een bepaald milieu groeien.<br />

Ver<strong>de</strong>r zijn het plan<strong>te</strong>n die <strong>de</strong> boeren<br />

veel overlast veroorzaken, en<br />

veel werk geven. Toen God <strong>de</strong> aar-<br />

<strong>de</strong> maak<strong>te</strong> schiep Hij <strong>de</strong>ze plan<strong>te</strong>n<br />

niet. Zij waren er nog niet.<br />

Het Kruid <strong>de</strong>s Velds<br />

Het Hebreeuws woord hier dat vertaald<br />

is met “kruid <strong>de</strong>s velds” komt<br />

voor in Genesis 2: 5 en Genesis 3:<br />

18. In Genesis 3: 18 wordt het verbon<strong>de</strong>n<br />

met het e<strong>te</strong>n van brood, en<br />

het moeizaam verkrijgen van <strong>de</strong><br />

oogst. Het moeizame wordt uitgedrukt<br />

door <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n “in het<br />

zweet uws aanschijns zult gij brood<br />

e<strong>te</strong>n.”<br />

Als het kruid <strong>de</strong>s velds en het brood


e<strong>te</strong>n bij elkaar horen dan is hier<br />

sprake van granen, zoals tarwe,<br />

gerst en meer van dat. Overal <strong>te</strong>r<br />

wereld vin<strong>de</strong>n wij granen. En daar<br />

zit veel werk in. Allereerst door het<br />

onkruid maar ook in het cultiveren<br />

van granen.<br />

Dat brengt ons punt drie dat er niet<br />

was en dat is <strong>de</strong> mens om <strong>de</strong> grond<br />

<strong>te</strong> bewerken. Opnieuw, <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong>n<br />

zijn er van uitgegaan dat Genesis<br />

2: 5 in strijd is met het scheppen<br />

van <strong>de</strong> mens op <strong>de</strong> zes<strong>de</strong> dag. Het<br />

schijnt of <strong>de</strong> <strong>te</strong>kst in Genesis 2: 5 in<br />

<strong>te</strong>genspraak is met Genesis 1. Maar<br />

dat is niet volgens <strong>de</strong> <strong>te</strong>kst. De <strong>te</strong>kst<br />

zegt “een mens om <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m<br />

<strong>te</strong> bewerken.”<br />

Het is belangrijk <strong>te</strong> zien dat <strong>de</strong> mens<br />

van Genesis 1: 26-30 <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m<br />

niet bewerk<strong>te</strong>. Genesis twee zegt<br />

niet dat er geen mensen waren maar<br />

zegt dat <strong>de</strong> mens voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>val<br />

<strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m niet bewerk<strong>te</strong>. Het is<br />

<strong>de</strong> zondige mens volgens Genesis 3<br />

die <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m moest bewerken.<br />

“Al zwoegen<strong>de</strong>” zou <strong>de</strong> mens na <strong>de</strong><br />

zon<strong>de</strong>val van <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m “e<strong>te</strong>n”<br />

zolang hij leven zou.<br />

De mens zou <strong>de</strong> hof bewaren, d.w.z.<br />

hij zou <strong>de</strong> hof van E<strong>de</strong>n bewaren.<br />

(2: 16) Maar <strong>de</strong> hof van E<strong>de</strong>n was<br />

een hof waarin allerlei geboom<strong>te</strong><br />

was. Er werd hen ver<strong>te</strong>ld dat zij<br />

vrijelijk moch<strong>te</strong>n e<strong>te</strong>n van alle bomen<br />

in <strong>de</strong> hof 2: 16. Het was dus<br />

geen groen<strong>te</strong>tuin waarin men <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m,<br />

d.w.z. <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m bewerken<br />

moest. De mens bewerk<strong>te</strong> een<br />

boomgaard. Volgens vers 9 waren<br />

<strong>de</strong> bomen in <strong>de</strong> hof begeerlijk om <strong>te</strong><br />

zien en goed om van <strong>te</strong> e<strong>te</strong>n. Hoofdstuk<br />

2 leert ons dus wat <strong>de</strong> gevolgen<br />

van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zou<strong>de</strong>n zijn.<br />

1. Er zou onkruid opschie<strong>te</strong>n.<br />

2. In plaats van in een boomgaard<br />

zou <strong>de</strong> mens in een an<strong>de</strong>re<br />

omgeving leven en <strong>de</strong> grond moe<strong>te</strong>n<br />

bewerken.<br />

3. Er moe<strong>te</strong>n granen verbouwd<br />

wor<strong>de</strong>n en die wer<strong>de</strong>n na <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>val<br />

geschapen. En zo leer<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

mens <strong>te</strong> leven van brood.<br />

4. Het vier<strong>de</strong> wat genoemd<br />

wordt dat er nog niet was, was regen.<br />

De aar<strong>de</strong> had een volmaakt irrigatie<br />

sys<strong>te</strong>em. Er kwam een damp op<br />

uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en die bevochtig<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

gehele aardbo<strong>de</strong>m. Met <strong>de</strong> regen<br />

komt het wa<strong>te</strong>r uit <strong>de</strong> hemel, dus<br />

van boven af maar voor <strong>de</strong> zondvloed<br />

kwam het wa<strong>te</strong>r als een damp<br />

uit <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m en bevochtig<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> gehele aardbo<strong>de</strong>m.<br />

Het eers<strong>te</strong> hoofdstuk ver<strong>te</strong>lt ons dat<br />

<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> volmaakt uit <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n<br />

van God kwam in zes dagen. Dat is<br />

<strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis toen God schiep.<br />

Het twee<strong>de</strong> hoofdstuk leert ons<br />

wat God nog niet geschapen had.<br />

Die vier dingen waren er nog niet.<br />

Maar als inleiding op hoofdstuk<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 19<br />

drie, moe<strong>te</strong>n <strong>de</strong>ze dingen vermeld<br />

wor<strong>de</strong>n. Zij tonen ons dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

in<strong>de</strong>rdaad vervloekt werd door <strong>de</strong><br />

Here God. Het werd ui<strong>te</strong>rst moeilijk<br />

voor Adam en Eva. Van nu af<br />

aan moest <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> bewerkt wor<strong>de</strong>n.<br />

E<strong>te</strong>n werd een dagtaak. Voor<br />

<strong>de</strong> zon<strong>de</strong>val kon alles zo geplukt<br />

wor<strong>de</strong>n. Het was begeerlijk om <strong>te</strong><br />

zien en goed om van <strong>te</strong> e<strong>te</strong>n.<br />

Kijk eens naar <strong>de</strong> tropen en hun<br />

graan; rijst. Elk plantje moet geplaatst<br />

wor<strong>de</strong>n, dan moet irrigatie<br />

plaatsvin<strong>de</strong>n. Het was <strong>de</strong>finitief an<strong>de</strong>rs.<br />

Het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> hoofdstuk toont ons <strong>de</strong><br />

diep<strong>te</strong> van <strong>de</strong> val. De dingen die<br />

er volgens hoofdstuk twee nog niet<br />

waren, kwamen toen. Zestien hon<strong>de</strong>rd<br />

jaar la<strong>te</strong>r kwam <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> vloek<br />

met <strong>de</strong> zondvloed. Dat was ook het<br />

ein<strong>de</strong> van het irrigatie sys<strong>te</strong>em zoals<br />

God het geschapen had. Voortaan<br />

zou het regenen en <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zou<br />

door hemelwa<strong>te</strong>r bevloeid wor<strong>de</strong>n.<br />

Vrij vertaald uit “Aventist Affirm”.<br />

Een artikel van prof. Randall W.<br />

Younker. Prof. in het O. T.


HET OFFER VAN<br />

CHRISTUS IN DE<br />

SCHADUWDIENST<br />

De heiligdommen<br />

De offerdiens<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r het<br />

levitische sys<strong>te</strong>em verricht in het<br />

heiligdom. Allereerst was daar <strong>de</strong><br />

tabernakel, een gebouw van planken<br />

en kle<strong>de</strong>n be<strong>de</strong>kt en geborduurd<br />

met goud. Na verloop van tijd raak<strong>te</strong><br />

dit in verval en <strong>de</strong> <strong>te</strong>nt verging.<br />

De gebruiksvoorwerpen bleven in<br />

tact. Daarna kwam er on<strong>de</strong>r Salomo<br />

een <strong>te</strong>mpel, een gebouw, een meer<br />

permanen<strong>te</strong> woning. Door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />

van het volk werd zij verwoest door<br />

<strong>de</strong> Babyloniërs en la<strong>te</strong>r opnieuw<br />

opgebouwd on<strong>de</strong>r Jozua en Zerubabel<br />

na <strong>de</strong> <strong>te</strong>rugkeer uit Babylon.<br />

Dit alles had een diepe gees<strong>te</strong>lijke<br />

be<strong>te</strong>kenis. De apos<strong>te</strong>len spraken la<strong>te</strong>r<br />

over het “afleggen van <strong>de</strong> <strong>te</strong>nt”<br />

waarmee zij het s<strong>te</strong>rven bedoel<strong>de</strong>n<br />

en het hebben van “een gebouw in<br />

<strong>de</strong> hemel”, waarmee zij het permanen<strong>te</strong>,<br />

<strong>de</strong> ons<strong>te</strong>rfelijkheid, bedoel<strong>de</strong>n.<br />

Ook Christus “tabernakel<strong>de</strong>”<br />

on<strong>de</strong>r ons en Hij bood <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n aan<br />

“breek <strong>de</strong>ze <strong>te</strong>mpel af” en Ik zal<br />

haar “binnen drie dagen weer opbouwen.”<br />

Waarbij <strong>de</strong> heerlijkheid<br />

van <strong>de</strong> laats<strong>te</strong> gro<strong>te</strong>r zou zijn dan<br />

<strong>de</strong> heerlijkheid van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong>. Hij<br />

leg<strong>de</strong> Zijn s<strong>te</strong>rfelijke, zondige vlees<br />

af en stond op met een verheerlijkt<br />

lichaam. In “<strong>de</strong>ze gro<strong>te</strong>re en meer<br />

volmaak<strong>te</strong>re tabernakel niet met<br />

han<strong>de</strong>n gemaakt dat is, niet van<br />

<strong>de</strong>ze schepping”is Christus “eens<br />

en voor altijd binnengegaan in het<br />

heiligdom” waardoor Hij een eeuwige<br />

verlossing verwierf.<br />

2 Korintiërs 5: 1-5;<br />

Johannes 1”14;<br />

Hebreeën 9: 11. 12.<br />

Het gerei van het heiligdom<br />

Allereerst was daar <strong>de</strong> ark, met on<strong>de</strong>r<br />

het verzoen<strong>de</strong>ksel, <strong>de</strong> heilige<br />

wet. Zij wezen bei<strong>de</strong> op <strong>Jezus</strong>. Alleen<br />

Hij kon zeggen “Uw wet is<br />

in mijn binnens<strong>te</strong>” en alleen Hij is<br />

door “God voorges<strong>te</strong>ld als het verzoen<strong>de</strong>ksel<br />

door het geloof in zijn<br />

bloed.”<br />

Ook <strong>de</strong> heerlijkheid “<strong>de</strong> Schechina”<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 20<br />

was een beeld van Hem. Wij hebben<br />

“Zijn heerlijkheid aanschouwd,<br />

een heerlijkheid als van <strong>de</strong> Enig geborene<br />

<strong>de</strong>s Va<strong>de</strong>rs vol van gena<strong>de</strong><br />

en waarheid.”<br />

Ook was Hij het “voorhangsel”.<br />

Paulus zegt “dat is Zijn vlees”.<br />

Op dit voorhangsel waren engelen<br />

geborduurd, zo zegt <strong>Jezus</strong> <strong>te</strong>gen<br />

Nathanaël: “Gij zult <strong>de</strong> hemel open<br />

zien en <strong>de</strong> engelen Gods opstijgen<br />

en neerdalen op <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s mensen”.<br />

Hij was <strong>de</strong> lad<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> droom<br />

van Jakob. In Zijn menselijke natuur<br />

daal<strong>de</strong> Hij af tot <strong>de</strong> dieps<strong>te</strong><br />

diep<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> menselijke ellen<strong>de</strong>.<br />

In het heilige dat een beeld is van<br />

het “heilige”dat uit Maria geboren<br />

werd, Zijn menselijke natuur dus,<br />

ston<strong>de</strong>n het reukofferaltaar, <strong>de</strong> tafel<br />

en <strong>de</strong> lampen. Dat was alles een<br />

beeld van onze lieve Heiland. Hij<br />

was het reukofferaltaar. “Hij heeft<br />

Zichzelf niet behaagd,” maar heeft<br />

Zich Go<strong>de</strong> geofferd “tot een welrieken<strong>de</strong><br />

reuk”. Hij was het “licht <strong>de</strong>r<br />

wereld”.<br />

Hij leed in Getsemane, dat is let<strong>te</strong>rlijk<br />

vertaald olijfmolen, en in <strong>de</strong><br />

olijfmolen produceer<strong>de</strong> Hij zelf <strong>de</strong>


olie die Hem maak<strong>te</strong> tot het Licht<br />

<strong>de</strong>r wereld. Hoe werd <strong>de</strong>ze olijf<br />

geperst; “bloed kwam uit Zijn poriën”,<br />

maar Go<strong>de</strong> zij dank, het Licht<br />

<strong>de</strong>r wereld schijnt.<br />

Hij was <strong>de</strong> tafel en het brood. “Mijn<br />

vlees” zei <strong>Jezus</strong>, geef Ik voor het leven<br />

<strong>de</strong>r wereld. Ik ben het brood <strong>de</strong>s<br />

Levens. Zoals <strong>de</strong> korrel verbrijzeld<br />

werd tot meel, zo werd Hij “verbrijzeld<br />

om onze overtredingen”, en <strong>de</strong><br />

straf die ons <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> aanbrengt<br />

was op Hem. En nu staat Hij daar<br />

als het “toonbrood” voor het aangezicht<br />

<strong>de</strong>s Heren. En wij? Wij zijn<br />

aangenomen “in <strong>de</strong> Gelief<strong>de</strong>”.<br />

Bui<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> voorhof was het wasvat.<br />

Daar wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n en <strong>de</strong><br />

voe<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>rs gewassen.<br />

Zo is ook Hij “<strong>de</strong> bron die ontslo<strong>te</strong>n<br />

is tot reiniging en ontzondiging”.<br />

Tenslot<strong>te</strong> is Hij het brandofferaltaar.<br />

“Het altaar is meer dan <strong>de</strong> gave”,<br />

zegt <strong>Jezus</strong>. Zo offer<strong>de</strong> Hij “Zijn<br />

vlees” op “<strong>de</strong>n Eeuwige Geest”, als<br />

een smet<strong>te</strong>loos offer aan God.<br />

Tenslot<strong>te</strong> is Hij zelf <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong><br />

tabernakel. De <strong>de</strong>ur was in het wit<strong>te</strong><br />

linnen, een beeld van het feit dat<br />

Zijn karak<strong>te</strong>r als mens voor ons <strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>ur naar <strong>de</strong> hemel ontsluit.<br />

Hebreeën 10: 5-7;<br />

Romeinen 3: 25;<br />

Johannes 1: 14;<br />

Hebreeën 10: 20;<br />

Johannes 1: 52;<br />

Psalm 38: 1-15;<br />

Jesaja 52: 13, 13;<br />

Lukas 1: 35;<br />

Romeinen 15: 3;<br />

Efeziërs 5: 2;<br />

Lukas 22: 44;<br />

Johannes 6: 51;<br />

Jesaja 53;<br />

Efeziërs 1: 6;<br />

Zacharia 13: 1;<br />

Mat<strong>te</strong>üs 23: 19;<br />

1 Petrus 3: 18;<br />

Hebreeën 9: 14;<br />

Johannes 10: 7, 8.<br />

De offers – Het brandoffer<br />

De levitische dienst ken<strong>de</strong> vele<br />

verschillen<strong>de</strong> offers. Allereerst<br />

was daar het brandoffer, dat ie<strong>de</strong>re<br />

morgen en avond gebracht werd en<br />

een beeld was van het offer waarin<br />

God voorzag voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> “niet<br />

alleen van <strong>de</strong> onze maar voor die<br />

<strong>de</strong>r gehele wereld”. Het brandoffer<br />

was “een vuuroffer tot een lieflijke<br />

reuk voor <strong>de</strong> Here”, een beeld van<br />

het feit dat Christus “Zich voor ons<br />

heeft overgegeven als offergave en<br />

slachtoffer, Go<strong>de</strong> tot een welrieken<strong>de</strong><br />

reuk”. Als het morgen en avondoffer<br />

gebracht werd, dan kwam<br />

God bij hen en wer<strong>de</strong>n zij door Zijn<br />

“heerlijkheid geheiligd”. Zo zijn<br />

ook wij “geheiligd door het offer<br />

van het lichaam van Christus”.<br />

Bij het morgen en avondoffer dat in<br />

bei<strong>de</strong> gevallen een lam was, werd<br />

3,5 li<strong>te</strong>r fijn meel (inhoudsmaat),<br />

1,5 li<strong>te</strong>r gesto<strong>te</strong>n olijfolie en 1, 5<br />

li<strong>te</strong>r wijn geplengd op het altaar.<br />

Opnieuw een prachtig beeld van<br />

het gro<strong>te</strong> offer. “Als een lam werd<br />

Hij <strong>te</strong>r slachting geleid en als een<br />

schaap dat stom is voor het aangezicht<br />

van zijn scheer<strong>de</strong>rs alzo <strong>de</strong>ed<br />

Hij Zijn mond niet open.”<br />

En zoals meel verbrijzelt koren is,<br />

zo is Hij “om onze ongerechtighe<strong>de</strong>n<br />

verbrijzeld”. “Maar het behaag<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> Here hem <strong>te</strong> verbrijzelen” in<br />

plaats van ons, omdat God Zelf ons<br />

lief heeft. En zoals wijn werd uitgego<strong>te</strong>n<br />

op het altaar, zo heeft Hij<br />

“zijn leven uitgego<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> dood”.<br />

En zoals <strong>de</strong> gesto<strong>te</strong>n olijfolie werd<br />

verbrand met het offer, zo kwam<br />

Hij in Getsemane, in “<strong>de</strong> olijfmolen”,<br />

en door <strong>de</strong>ze geweldige daad<br />

kunnen wij met “olie <strong>de</strong>r vreug<strong>de</strong>”<br />

overgo<strong>te</strong>n wor<strong>de</strong>n.<br />

De wijn en <strong>de</strong> olie wer<strong>de</strong>n altijd in<br />

gelijke porties geofferd. Een beeld<br />

van het feit dat men lijdt, “geplengd<br />

wordt bij <strong>de</strong> offeran<strong>de</strong>” naar die<br />

ma<strong>te</strong> waarin men <strong>de</strong> Heilige Geest<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 21<br />

woning laat maken in het hart. <strong>Jezus</strong><br />

bezat “<strong>de</strong> Geest niet met ma<strong>te</strong>”,<br />

daarom was Zijn lij<strong>de</strong>n ma<strong>te</strong>loos.<br />

Leviticus 1; 1<br />

Johannes 2: 2;<br />

Leviticus 1: 9;<br />

Efeziërs 5: 2;<br />

Exodus 29: 38-43;<br />

Hebreeë 8: 8-10;<br />

Numeri 15: 1-21;<br />

Jesaja 53;<br />

Hebreeën 1: 9;<br />

Filippenzen 2: 17;<br />

Romeinen 5: 3.<br />

1 Petrus 2: 19;<br />

Jakobus 1: 2;<br />

Johannes 3: 34.<br />

Het vre<strong>de</strong>offer<br />

De twee<strong>de</strong> serie offers die gebracht<br />

wer<strong>de</strong>n, waren <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>offers. Zij<br />

waren ook een type van het feit, dat<br />

<strong>Jezus</strong> ondanks alles wat Hem overkwam,<br />

vre<strong>de</strong> had in Zijn ziel. Hij<br />

is <strong>de</strong> “Vre<strong>de</strong>vorst”. Zijn offer is <strong>de</strong><br />

grondslag van <strong>de</strong> “raad <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s”<br />

tussen <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> Zoon. Hij is<br />

door Zijn offer “onze vre<strong>de</strong>”. Wij<br />

wor<strong>de</strong>n niet opgeroepen om vre<strong>de</strong><br />

met God <strong>te</strong> maken, maar om Christus,<br />

het Vre<strong>de</strong>offer, <strong>te</strong> aanvaar<strong>de</strong>n.<br />

Van het vre<strong>de</strong>offer viel <strong>de</strong> rech<strong>te</strong>rschenkel,<br />

dat is <strong>de</strong> rech<strong>te</strong>rschou<strong>de</strong>r<br />

<strong>te</strong>n <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r, want “<strong>de</strong><br />

heerschappij rust op zijn schou<strong>de</strong>rs”.<br />

Ver<strong>de</strong>r viel <strong>de</strong> borst <strong>te</strong>n <strong>de</strong>el<br />

aan <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r. Zo draagt <strong>Jezus</strong> <strong>de</strong><br />

lammeren in Zijn armen en drukt<br />

ze aan Zijn borst. Het vlees werd<br />

gege<strong>te</strong>n door zowel <strong>de</strong> offeraar als<br />

<strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r in een maaltijd. Zo ook<br />

met <strong>Jezus</strong>. Hij zegt: “Voorwaar,<br />

voorwaar <strong>te</strong>nzij gij het vlees van <strong>de</strong><br />

Zoon <strong>de</strong>s mensen eet en Zijn bloed<br />

drinkt hebt gij geen leven in uzelf.<br />

Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed<br />

drinkt, heeft eeuwig leven en Ik zal<br />

hem opwekken <strong>te</strong>n jongs<strong>te</strong> dage.”<br />

Daarmee bedoel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Heiland:<br />

“De Geest is het die levend maakt,


het vlees doet geen nut; <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n<br />

die Ik tot u gesproken heb,<br />

zijn geest en zijn leven.” In Hem<br />

is “het Woord vleesgewor<strong>de</strong>n”. Zo<br />

moet het Woord ook in zijn volgeling<br />

vlees wor<strong>de</strong>n, het Woord moet<br />

al ons han<strong>de</strong>len regeren, dan hebben<br />

wij vre<strong>de</strong>. Aan het e<strong>te</strong>n van het<br />

vlees van het vre<strong>de</strong>offer was een<br />

voorwaar<strong>de</strong> verbon<strong>de</strong>n, het mocht<br />

gege<strong>te</strong>n wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> en<br />

<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> dag, maar <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> dag<br />

was het verbo<strong>de</strong>n. Zo stond <strong>Jezus</strong><br />

op “<strong>te</strong>n <strong>de</strong>r<strong>de</strong> dage”, en moe<strong>te</strong>n wij<br />

niets an<strong>de</strong>rs begeren <strong>te</strong> we<strong>te</strong>n dan<br />

<strong>Jezus</strong> Christus en die gekruisigd.<br />

Leviticus 3: 7;<br />

Jesaja 9: 5;<br />

Zacharia 6: 13;<br />

Efeziërs 2: 14;<br />

Johannes 6: 53-63;<br />

Johannes 1: 14.<br />

Jesaja 48: 18, 19;<br />

1 Korintiërs 2: 2.<br />

Het zondoffer<br />

De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> en laats<strong>te</strong> serie offers waren<br />

<strong>de</strong> zondoffers met daarbij <strong>de</strong><br />

schuldoffers. De gro<strong>te</strong> les van het<br />

zondoffer was, dat <strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> Zon<strong>de</strong>drager<br />

is. Hij<br />

s<strong>te</strong>l<strong>de</strong> “Zichzelf<br />

<strong>te</strong>n schuldoffer”,<br />

door<br />

onze “ongerechtighe<strong>de</strong>n<br />

<strong>te</strong> dragen”. Er<br />

waren verschillen<strong>de</strong>zondoffers.<br />

Een voor<br />

<strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r,<br />

een voor het<br />

hele volk, een<br />

voor <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs<br />

van het volk<br />

en <strong>te</strong>nslot<strong>te</strong><br />

voor <strong>de</strong> gewone<br />

man. Als <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r gezondigd<br />

had, moest hij een even groot offer<br />

brengen als het hele volk. Met<br />

dit verschil ech<strong>te</strong>r dat het zondof-<br />

fer voor het gehele volk “verzoening”<br />

<strong>de</strong>ed in <strong>de</strong> diens<strong>te</strong>n van elke<br />

dag, maar voor <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r werd in<br />

<strong>de</strong> dagelijkse dienst geen “verzoening”<br />

gedaan. Hij kon zijn zon<strong>de</strong>n<br />

overdragen door een zondoffer op<br />

het heiligdom, maar als dienaar van<br />

het heiligdom bleef hij zon<strong>de</strong>ndrager.<br />

Daar zit een belangrijke les in.<br />

<strong>Jezus</strong> is als Hogepries<strong>te</strong>r van het<br />

hemelse heiligdom nog s<strong>te</strong>eds <strong>de</strong><br />

zon<strong>de</strong>ndrager van Gods volk. <strong>Jezus</strong><br />

brengt <strong>de</strong> “reiniging <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>n”<br />

tot stand, want Hij is eenmaal<br />

geofferd om <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>n “van<br />

velen mee omhoog <strong>te</strong> dragen”. De<br />

pries<strong>te</strong>rs kon<strong>de</strong>n alleen verzoening<br />

doen voor zichzelf en hun huis op<br />

gro<strong>te</strong> verzoendag. Eerst dan werd<br />

<strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van henzelf overgedragen<br />

op iets an<strong>de</strong>rs. Zo ook met <strong>Jezus</strong>.<br />

Onze ongerechtighe<strong>de</strong>n doen Hem<br />

moei<strong>te</strong> aan en daarom wor<strong>de</strong>n zij<br />

uitge<strong>de</strong>lgd.<br />

Leviticus 4, 5, 6;<br />

Jesaja 53;<br />

Leviticus 4: 20, 26, 31, 35;<br />

Leviticus 4: 1-12;<br />

Hebreeën 1: 3; 9: 28;<br />

Leviticus 16;<br />

Jesaja 43: 24-26.<br />

Als iemand van het gewone volk of<br />

een lei<strong>de</strong>r van het volk gezondigd<br />

had, dan werd er een offer gebracht<br />

en “moest” <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r van het vlees<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 22<br />

van het zondoffer e<strong>te</strong>n, het werd<br />

een <strong>de</strong>el van hemzelf. De re<strong>de</strong>n die<br />

aangegeven wordt is dat hierdoor<br />

<strong>de</strong> overdracht van zon<strong>de</strong>n plaats<br />

vond. Dit was “<strong>de</strong> ongerechtigheid<br />

dragen”. Christus werd “voor ons<br />

tot zon<strong>de</strong> gemaakt”en droeg ze “in<br />

Zijn eigen lichaam op het hout”.<br />

Vermeld moet wor<strong>de</strong>n dat wanneer<br />

het vlees van het zondoffer niet gege<strong>te</strong>n<br />

werd, dat was in het geval<br />

dat het offer gebracht werd voor<br />

het gehele volk of <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r, dan<br />

“moest” het bloed gesprenkeld wor<strong>de</strong>n<br />

in het heiligdom, op <strong>de</strong> hoornen<br />

van het reukofferaltaar en voor het<br />

voorhangsel, en dan moest het gehele<br />

lichaam, uitgezon<strong>de</strong>rd het vet<br />

en <strong>de</strong> nieren, verbrand wor<strong>de</strong>n bui<strong>te</strong>n<br />

<strong>de</strong> legerplaats. “Daarom heeft<br />

ook <strong>Jezus</strong>, <strong>te</strong>nein<strong>de</strong> zijn volk door<br />

Zijn bloed <strong>te</strong> heiligen, bui<strong>te</strong>n <strong>de</strong> legerplaats<br />

gele<strong>de</strong>n”. Dit was een dui<strong>de</strong>lijke<br />

heen wijzing naar <strong>de</strong> sma<strong>de</strong>lijke<br />

dood die Hij stierf. “La<strong>te</strong>n wij<br />

<strong>de</strong>rhalve bui<strong>te</strong>n <strong>de</strong> legerplaats gaan<br />

en zijn smaad dragen.” Alle zondoffers<br />

waren bloedige offers, behalve<br />

die voor <strong>de</strong> allerarms<strong>te</strong>n die zelfs<br />

geen tor<strong>te</strong>lduiven kon<strong>de</strong>n kopen.<br />

Voor hen werd verzoening gedaan<br />

door een handvol meel, gebroken<br />

en verbrijzeld koren. Een gepas<strong>te</strong><br />

voors<strong>te</strong>lling van <strong>de</strong> velen van<br />

oost en west die zullen aanliggen<br />

met Abraham, Isaak en Jakob,<br />

maar die het offer op Golgotha<br />

niet gekend hebben, maar door <strong>de</strong><br />

Geest van God “een gebroken en<br />

verbrijzeld hart ontvangen hebben”<br />

en daardoor in het oor<strong>de</strong>el<br />

staan<strong>de</strong> zullen blijven. Ook voor<br />

hen is <strong>Jezus</strong> pries<strong>te</strong>r.<br />

Leviticus 10: 17;<br />

2 Korintiërs 5: 21;<br />

1 Petrus 2: 24;<br />

Leviticus 6: 30;<br />

Hebreeën 13: 11, 12:<br />

Leviticus 5: 11;<br />

Psalm 51;<br />

Romeinen 2: 15, 16.


De Hogepries<strong>te</strong>r<br />

De hogepries<strong>te</strong>r stond voor het gehele<br />

volk, het offer voor <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r<br />

was van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> or<strong>de</strong> van groot<strong>te</strong><br />

als die van het gehele volk. De hogepries<strong>te</strong>r<br />

droeg <strong>de</strong> schuld van het<br />

volk “zodat zij (het volk) welgevallig<br />

zijn voor het aangezicht <strong>de</strong>s<br />

Heren. De hogepries<strong>te</strong>r droeg <strong>de</strong><br />

namen van Israël op zijn schou<strong>de</strong>r<br />

en op zijn borst. Zo belijdt <strong>Jezus</strong><br />

<strong>de</strong> namen van Zijn kin<strong>de</strong>ren voor<br />

Zijn Va<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> engelen, maar alleen<br />

van hen die <strong>de</strong> heerschappij<br />

van hun leven van alledag op Zijn<br />

schou<strong>de</strong>r hebben gelegd. Van <strong>de</strong><br />

an<strong>de</strong>ren die wel Zijn naam willen<br />

dragen maar die niet willen hebben<br />

dat Hij koning over hen is in het leven<br />

van alledag, in e<strong>te</strong>n en drinken,<br />

in het omgaan met an<strong>de</strong>ren, in huwelijk<br />

en opvoeding, in zaken doen<br />

en alles wat erbij hoort, die wer<strong>de</strong>n<br />

ook niet op zijn borst gedragen. De<br />

namen op Zijn schou<strong>de</strong>r, waar Hij<br />

heerschappij over heeft, s<strong>te</strong>mmen<br />

overeen met <strong>de</strong> namen op Zijn borst<br />

die Hij belijdt voor Zijn Va<strong>de</strong>r en<br />

voor Zijn engelen. Maar voor hen<br />

over wie Hij koning is staat Hij ook<br />

in. Eén voor allemaal. Hij alleen<br />

draagt hun zon<strong>de</strong>, en daardoor alleen<br />

zijn zij welgevallig voor Gods<br />

aangezicht.<br />

<strong>Jezus</strong> staat in het heilige <strong>de</strong>r heilige,<br />

om nu <strong>te</strong> verschijnen voor het aangezicht<br />

Gods voor ons. Daar houdt<br />

Hij niet op om Zijn volk van ogenblik<br />

tot ogenblik volmaakt in Hem<br />

voor <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen. Maar omdat wij zo<br />

voor <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r ges<strong>te</strong>ld wer<strong>de</strong>n moe<strong>te</strong>n<br />

wij ons niet inbeel<strong>de</strong>n dat wij<br />

aanmatigend kunnen zijn <strong>te</strong>n aanzien<br />

van <strong>de</strong> gena<strong>de</strong> en zorgeloos,<br />

onverschillig en zelfs toegeeflijk<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n. Christus is geen<br />

dienaar <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>.<br />

Behalve <strong>de</strong> namen op Zijn borst<br />

en op Zijn schou<strong>de</strong>r, werd op het<br />

borstschild van <strong>de</strong> hogepries<strong>te</strong>r <strong>de</strong><br />

Urim en <strong>de</strong> Tummin gedragen. De<br />

be<strong>te</strong>kenis daarvan was, dat op <strong>de</strong><br />

borst van Aäron <strong>de</strong> beslissing voor<br />

elke aangelegenheid <strong>de</strong>s levens lag.<br />

Als men iets wil<strong>de</strong> we<strong>te</strong>n ging men<br />

naar <strong>de</strong> hogepries<strong>te</strong>r en men s<strong>te</strong>l<strong>de</strong><br />

zich op <strong>te</strong>genover <strong>de</strong> efod. Dat was<br />

het opperkleed waarop <strong>de</strong> Urim en<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 23<br />

<strong>de</strong> Tummin in het borstschild bevestigd<br />

waren. Daarop s<strong>te</strong>l<strong>de</strong> men<br />

<strong>de</strong> vraag, en door <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> s<strong>te</strong>nen<br />

gaf God antwoord. Was het antwoord<br />

bevestigend dan omscheen<br />

een kring van licht <strong>de</strong> s<strong>te</strong>en aan <strong>de</strong><br />

rech<strong>te</strong>r zij<strong>de</strong>. Bij afkeuring of weigering<br />

werd <strong>de</strong> linker s<strong>te</strong>en verdonkerd.<br />

Zo “vroegen <strong>de</strong> Israëlie<strong>te</strong>n <strong>de</strong><br />

Here”.<br />

David ken<strong>de</strong> het gebruik van <strong>de</strong><br />

efod goed, zoals blijkt uit 1 Samuël<br />

28: 6. Ook Ezra en Nehemia ken<strong>de</strong>n<br />

het. Dat had ook voor ons een<br />

diepe be<strong>te</strong>kenis. <strong>Jezus</strong> is voor ons<br />

gewor<strong>de</strong>n tot “wijsheid”, en wij<br />

kunnen vrij tot Hem gaan met <strong>de</strong><br />

be<strong>de</strong> om wijsheid en Hij schenkt<br />

ze vrijelijk aan een ie<strong>de</strong>r die het in<br />

geloof vraagt. Er zijn twee dingen<br />

waardoor het volk van God verdorven<br />

wordt, en dat is het vragen van<br />

“<strong>te</strong>kens” en het leunen “op wijsheid<br />

van mensen”. Bei<strong>de</strong> zijn <strong>de</strong>sastreus<br />

in hun gevolgen. Wij kunnen, nee,<br />

wij moe<strong>te</strong>n zelf tot God gaan en dan<br />

zal Hij Zelf, en dat moe<strong>te</strong>n wij geloven,<br />

ons zo verlich<strong>te</strong>n door Zijn<br />

Geest in <strong>de</strong> kennis van Zijn Woord,<br />

dat wij, als wij ons geval aan Hem<br />

voorgelegd hebben, zo zulle han<strong>de</strong>len<br />

als Hij wil dat wij zullen doen.<br />

Maar hier wordt wel <strong>de</strong> volledige<br />

overgave van <strong>de</strong> wil vereist.<br />

Het is een waagstuk, het kost ons<br />

alles, maar hierdoor wor<strong>de</strong>n wij<br />

hers<strong>te</strong>ld in ons godgeschapen mens<br />

zijn. Alleen zo leert u <strong>de</strong> Nieuw<br />

Testamentische Urim en Tummin<br />

van <strong>de</strong> ech<strong>te</strong> Hogepries<strong>te</strong>r kennen.<br />

Kent u uw Hogepries<strong>te</strong>r ook zo?


DE WEG TOT GEZONDHEID<br />

IN CONTACT<br />

MET DE NATUUR<br />

De Schepper koos voor onze eers<strong>te</strong><br />

voorou<strong>de</strong>rs een omgeving die<br />

het bes<strong>te</strong> geschikt was voor hun<br />

gezondheid en geluk. Hij plaats<strong>te</strong><br />

ze niet in een paleis, of omring<strong>de</strong><br />

ze met kunstmatige versieringen<br />

en weel<strong>de</strong>, waar zo velen vandaag<br />

voor wors<strong>te</strong>len om die <strong>te</strong> bemachtigen.<br />

Hij plaats<strong>te</strong> hen in nauwe aanraking<br />

met <strong>de</strong> natuur en in nauwe<br />

gemeenschap met <strong>de</strong> heilige hemelbewoners.<br />

In <strong>de</strong> hof die God als <strong>te</strong>huis bereid<br />

had voor Zijn kin<strong>de</strong>ren, begroet<strong>te</strong>n<br />

sierlijke struiken en <strong>te</strong>re bloemen<br />

het oog aan alle kan<strong>te</strong>n. Er waren<br />

allerlei soor<strong>te</strong>n bomen, waarvan<br />

vele bela<strong>de</strong>n met geurig, heerlijk<br />

fruit. Op <strong>de</strong> takken zongen vogels<br />

hun loflie<strong>de</strong>ren. In hun schaduw<br />

speel<strong>de</strong>n en stoei<strong>de</strong>n schepseltjes<br />

zon<strong>de</strong>r vrees voor elkan<strong>de</strong>r.<br />

Adam en Eva geno<strong>te</strong>n in hun onbevlek<strong>te</strong><br />

reinheid van alle vergezich<strong>te</strong>n<br />

en gelui<strong>de</strong>n van E<strong>de</strong>n. God gaf<br />

hun werk in een tuin, “om die <strong>te</strong> bewerken<br />

en <strong>te</strong> bewaren.”<br />

Genesis 2: 15.<br />

Het dagelijkse werk bracht hen gezondheid<br />

en blijdschap en het gelukkige<br />

paar begroet<strong>te</strong> hun Schepper<br />

met vreug<strong>de</strong> als Hij hen in <strong>de</strong><br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 24<br />

koel<strong>te</strong> van <strong>de</strong> dag kwam opzoeken<br />

en met hen wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> en sprak. Elke<br />

dag leer<strong>de</strong> God hun Zijn lessen.<br />

Het levensplan dat God onze eers<strong>te</strong><br />

ou<strong>de</strong>rs toewees, bevat lessen voor<br />

ons. Ofschoon <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zijn schaduw<br />

over <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> heeft geworpen,<br />

wenst God dat Zijn kin<strong>de</strong>ren<br />

vreug<strong>de</strong> vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> werken van<br />

Zijn hand. Hoe nauwkeuriger Zijn<br />

levensplan wordt opgevolgd, hoe<br />

won<strong>de</strong>rlijker Hij werken zal in het<br />

hers<strong>te</strong>l van <strong>de</strong> lij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> mensheid.<br />

De zieken hebben er behoef<strong>te</strong> aan<br />

in nauw contact gebracht <strong>te</strong> wor<strong>de</strong>n<br />

met <strong>de</strong> natuur. Een leven bui<strong>te</strong>n, <strong>te</strong><br />

mid<strong>de</strong>n van een natuurlijke omgeving,<br />

zal won<strong>de</strong>ren<br />

verrich<strong>te</strong>n<br />

voor menige hulpeloze<br />

en bijna<br />

hopeloze zieke.<br />

Het lawaai en<br />

<strong>de</strong> opwinding<br />

en verwarring<br />

van <strong>de</strong> s<strong>te</strong><strong>de</strong>n,<br />

het leven binnenshuis<br />

is erg<br />

vermoeiend en<br />

uitput<strong>te</strong>nd voor<br />

zieken. De lucht<br />

is bela<strong>de</strong>n met rook en stof, met<br />

scha<strong>de</strong>lijke gassen en ziek<strong>te</strong>kiemen,<br />

en is een gevaar voor het leven.<br />

De zieken, meestal tussen vier<br />

muren ingeslo<strong>te</strong>n, gaan zich als gevangenen<br />

voelen in hun kamers. Zij<br />

kijken uit op huizen en stra<strong>te</strong>n en<br />

mensen die zich voorthaas<strong>te</strong>n, misschien<br />

zon<strong>de</strong>r zelfs iets <strong>te</strong> zien van<br />

<strong>de</strong> blauwe lucht of zonneschijn, van<br />

gras of bloemen of een boom. Op<br />

<strong>de</strong>ze manier opgeslo<strong>te</strong>n, piekeren<br />

zij over hun lij<strong>de</strong>n en zorgen, en<br />

vallen <strong>te</strong>n prooi aan hun eigen droevige<br />

gedach<strong>te</strong>n.<br />

Voor diegenen die moreel zwak<br />

zijn, zijn <strong>de</strong> s<strong>te</strong><strong>de</strong>n vol gevaren.<br />

Daar wor<strong>de</strong>n patiën<strong>te</strong>n, die een onnatuurlijke<br />

eetlust <strong>te</strong> overwinnen<br />

hebben, voortdurend blootges<strong>te</strong>ld<br />

aan verzoekingen. Zij hebben het<br />

nodig om in een nieuwe omgeving<br />

gebracht <strong>te</strong> wor<strong>de</strong>n, waar hun<br />

gedach<strong>te</strong>gang zal veran<strong>de</strong>ren; zij<br />

moe<strong>te</strong>n geplaatst wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r invloe<strong>de</strong>n<br />

die helemaal an<strong>de</strong>rs zijn<br />

van die, welke hun leven hebben<br />

verwoest. Plaats hen voor een tijd<br />

bui<strong>te</strong>n het bereik van die invloe<strong>de</strong>n,<br />

die van God aflei<strong>de</strong>n, in een zuivere<br />

atmosfeer.<br />

Institu<strong>te</strong>n voor <strong>de</strong> verzorging van<br />

zieken zou<strong>de</strong>n veel meer succes<br />

hebben als zij bui<strong>te</strong>n stad gelegen<br />

kon<strong>de</strong>n zijn. En zover als mogelijk<br />

is, zou<strong>de</strong>n allen, die hers<strong>te</strong>l van hun


gezondheid zoeken, in een lan<strong>de</strong>lijke<br />

omgeving moe<strong>te</strong>n verblijven,<br />

waar zij voor<strong>de</strong>el kunnen hebben<br />

van het bui<strong>te</strong>nleven. De natuur is<br />

Gods geneesheer. De zuivere lucht,<br />

<strong>de</strong> blij<strong>de</strong> zonneschijn, <strong>de</strong> bloemen<br />

en <strong>de</strong> bomen, <strong>de</strong> boomgaar<strong>de</strong>n, en<br />

<strong>de</strong> beweging in <strong>de</strong> bui<strong>te</strong>nlucht <strong>te</strong><br />

mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>ze omgeving, bevor<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> gezondheid en wekken<br />

nieuw leven.<br />

Artsen en verpleegkundigen zou<strong>de</strong>n<br />

hun patiën<strong>te</strong>n moe<strong>te</strong>n aanmoedigen<br />

veel tijd in <strong>de</strong> openlucht door<br />

<strong>te</strong> brengen. Het bui<strong>te</strong>nleven is het<br />

enige medicijn dat veel zieken nodig<br />

hebben. Het heeft een won<strong>de</strong>rbaarlijk<br />

vermogen om ziek<strong>te</strong>n <strong>te</strong><br />

genezen, die veroorzaakt zijn door<br />

opwindingen en bui<strong>te</strong>nsporighe<strong>de</strong>n<br />

door <strong>de</strong> manier van leven, een leven<br />

dat verzwakt en <strong>de</strong> krach<strong>te</strong>n van lichaam,<br />

ziel en geest vernietigt. De<br />

rust en <strong>de</strong> vrijheid van het land zijn<br />

weldadig voor zieken, die vermoeid<br />

zijn door het stadsleven, het voortduren<strong>de</strong><br />

schijnsel van <strong>de</strong> vele lich<strong>te</strong>n<br />

en het lawaai op <strong>de</strong> straat! Hoe<br />

verlangend zien zij niet uit naar <strong>de</strong><br />

uitzich<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> natuur! Hoe blij<br />

zou<strong>de</strong>n zij zijn om in <strong>de</strong> openlucht<br />

<strong>te</strong> zit<strong>te</strong>n, <strong>te</strong> genie<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> zonneschijn,<br />

en om <strong>de</strong> geur van <strong>de</strong> bloemen<br />

en <strong>de</strong> bomen in <strong>te</strong> a<strong>de</strong>men! Er<br />

zijn levengeven<strong>de</strong> eigenschappen<br />

in <strong>de</strong> balsem van <strong>de</strong> pijnboom, in<br />

<strong>de</strong> geur van <strong>de</strong> ce<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> spar, en<br />

an<strong>de</strong>re bomen hebben ook gezond<br />

maken<strong>de</strong> eigenschappen.<br />

Er zou<strong>de</strong>n plannen moe<strong>te</strong>n wor<strong>de</strong>n<br />

gemaakt om <strong>de</strong> patiën<strong>te</strong>n bui<strong>te</strong>n<br />

<strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n. Voor hen, die in staat<br />

zijn tot werk, zou wat prettig licht<br />

werk gereed moe<strong>te</strong>n liggen. Laat<br />

hen zien, hoe plezierig en nuttig dit<br />

bui<strong>te</strong>nwerk is. Moedig ze aan om<br />

<strong>de</strong> frisse bui<strong>te</strong>nlucht diep in <strong>te</strong> a<strong>de</strong>men.<br />

Leer hen <strong>de</strong> diepe a<strong>de</strong>mhaling<br />

en <strong>de</strong> buikspieren bij het a<strong>de</strong>men en<br />

spreken <strong>te</strong> oefenen. Deze training<br />

zal van onschatbare waar<strong>de</strong> voor<br />

hen zijn.<br />

Beweging in <strong>de</strong> openlucht zou indien<br />

mogelijk verplicht moe<strong>te</strong>n<br />

zijn. Geef <strong>de</strong> patiën<strong>te</strong>n bloembed<strong>de</strong>n<br />

om voor <strong>te</strong> zorgen, of werk <strong>te</strong><br />

doen in <strong>de</strong> boomgaard of groen<strong>te</strong>tuin.<br />

Als zij aangemoedigd wor<strong>de</strong>n<br />

om hun kamer <strong>te</strong> verla<strong>te</strong>n of tijd <strong>te</strong><br />

bes<strong>te</strong><strong>de</strong>n in <strong>de</strong> openlucht, voor bloemen<br />

<strong>te</strong> zorgen of an<strong>de</strong>r licht, prettig<br />

werk <strong>te</strong> doen, zal hun aandacht van<br />

zichzelf en hun narighe<strong>de</strong>n afgeleid<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Hoe meer <strong>de</strong> patiënt bui<strong>te</strong>n gehou<strong>de</strong>n<br />

kan wor<strong>de</strong>n, hoe min<strong>de</strong>r zorg<br />

hij eisen zal. Hoe opgewek<strong>te</strong>r zijn<br />

omgeving, hoe hoopvoller hij zal<br />

zijn. In huis opgeslo<strong>te</strong>n, al is dat<br />

ook nog zo elegant gemeubileerd,<br />

zal hij kribbig en somber wor<strong>de</strong>n.<br />

Omring hem met mooie dingen<br />

uit <strong>de</strong> natuur; plaats hem waar hij<br />

bloemen kan zien groeien en vogels<br />

hoort zingen, en zijn hart zal ook<br />

zingen in harmonie met <strong>de</strong> vogelzang.<br />

Verlichting zal komen in lichaam<br />

en geest.<br />

In <strong>de</strong> natuur kan altijd wat gevon<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong><br />

zieken van zichzelf af <strong>te</strong> wen<strong>de</strong>n en<br />

hun gedach<strong>te</strong>n op God <strong>te</strong> rich<strong>te</strong>n.<br />

Omringd door Zijn won<strong>de</strong>rbaarlijke<br />

werken, wordt <strong>de</strong> geest om-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 25<br />

hoog gericht van <strong>de</strong> zichtbare naar<br />

onzichtbare dingen. De schoonheid<br />

van <strong>de</strong> natuur leidt <strong>de</strong> gedach<strong>te</strong>n<br />

naar het hemels <strong>te</strong>huis, waar niets<br />

<strong>de</strong> lieflijkheid zal ontsieren, niets<br />

vuil zal wor<strong>de</strong>n, niets vernield wor<strong>de</strong>n,<br />

niets dat ziek<strong>te</strong> of dood veroorzaakt.<br />

Bui<strong>te</strong>n, tussen <strong>de</strong> dingen die God<br />

geschapen heeft en in <strong>de</strong> frisse,<br />

levengeven<strong>de</strong> lucht kan <strong>de</strong> zieken<br />

het bes<strong>te</strong> ver<strong>te</strong>ld wor<strong>de</strong>n van het<br />

nieuwe leven in Christus. Hier kan<br />

Gods woord gelezen wor<strong>de</strong>n. Hier<br />

kan het licht van Christus’ gerechtigheid<br />

schijnen in <strong>de</strong> har<strong>te</strong>n, verduis<strong>te</strong>rd<br />

door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>.<br />

Zij moe<strong>te</strong>n het verhaal horen van <strong>de</strong><br />

lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Verlosser, van <strong>de</strong> vrije<br />

vergiffenis waarin voorzien wordt<br />

voor allen, die tot Hem komen en<br />

hun zon<strong>de</strong>n belij<strong>de</strong>n. On<strong>de</strong>r zulke<br />

omstandighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> zieken<br />

dubbel gezegend en velen zullen<br />

hun gezondheid <strong>te</strong>rug vin<strong>de</strong>n. De<br />

hopelozen zullen hoopvol wor<strong>de</strong>n.<br />

Het eens mistroostige gezicht krijgt<br />

een uitdrukking van blijdschap. De<br />

klagen<strong>de</strong> s<strong>te</strong>m maakt plaats voor<br />

opgewektheid en <strong>te</strong>vre<strong>de</strong>nheid.<br />

Als <strong>de</strong> lichamelijke gezondheid herwonnen<br />

is, zijn mannen en vrouwen<br />

be<strong>te</strong>r in staat dat geloof in Christus<br />

<strong>te</strong> beoefenen, dat <strong>de</strong> gezondheid<br />

van <strong>de</strong> ziel verzekert. In het bewustzijn<br />

van vergeven zon<strong>de</strong>n ligt<br />

onuitsprekelijke vre<strong>de</strong>, blijdschap<br />

en rust. Het Woord drukt het geloof<br />

als volgt uit:<br />

“God is ons een toevlucht en een<br />

s<strong>te</strong>rk<strong>te</strong>, <strong>te</strong>n zeers<strong>te</strong> bevon<strong>de</strong>n een<br />

hulp in benauwdhe<strong>de</strong>n.”<br />

Psalm 46: 1<br />

“Al ging ik ook in een dal van <strong>de</strong><br />

schaduw <strong>de</strong>s doods, ik zou geen<br />

kwaad vrezen; want Gij zijt met<br />

mij; Uw stok en Uw staf, die vertroos<strong>te</strong>n<br />

mij.” Psalm 23: 4<br />

“Hij geeft <strong>de</strong> moe<strong>de</strong> kracht en <strong>de</strong><br />

mach<strong>te</strong>loze vermeer<strong>de</strong>rt Hij s<strong>te</strong>rk<strong>te</strong>.”<br />

Jesaja 40 : 29


KINDERVERHAAL....<br />

DE EERSTE DISCIPELEN<br />

Het is natuurlijk niet zeker, maar ik<br />

<strong>de</strong>nk, dat <strong>Jezus</strong> zingend <strong>de</strong> woestijn<br />

uitkwam. Hij was vast nog wat<br />

bleek van al die weken dat Hij niet<br />

gege<strong>te</strong>n had, maar <strong>de</strong> Bijbel zegt,<br />

dat Hij “in <strong>de</strong> kracht <strong>de</strong>s Gees<strong>te</strong>s”<br />

<strong>te</strong>rugkwam.<br />

Hij had net een gro<strong>te</strong> overwinning<br />

behaald op Satan. Engelen had<strong>de</strong>n<br />

met Hem gesproken en Hem<br />

e<strong>te</strong>n gebracht. Die veertig dagen en<br />

nach<strong>te</strong>n waarin Hij alleen was geweest<br />

met God, had <strong>de</strong> hemel heel<br />

dichtbij gebracht en heel echt gemaakt<br />

zodat Hij weer nieuwe moed<br />

had gekregen voor <strong>de</strong> toekomst.<br />

Toen Hij voortstap<strong>te</strong> over het bergpad,<br />

heeft Hij misschien wel die<br />

ou<strong>de</strong> beken<strong>de</strong> psalm gezongen die<br />

Hij nog van Zijn moe<strong>de</strong>r had geleerd:<br />

“Looft <strong>de</strong> Here, want Hij is<br />

goed, want Zijn goe<strong>de</strong>rtierenheid is<br />

tot in eeuwigheid.”<br />

Er lag werk op Hem <strong>te</strong> wach<strong>te</strong>n, en<br />

Hij wil<strong>de</strong> er zo gauw mogelijk mee<br />

beginnen. Nu moest Hij Zijn boodschap<br />

aan <strong>de</strong> wereld ver<strong>te</strong>llen, en er<br />

was geen tijd <strong>te</strong> verliezen. Nu moest<br />

Hij meer dan ooit bezig zijn met <strong>de</strong><br />

dingen van Zijn Va<strong>de</strong>r.<br />

Wie was <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> die Hem zag en<br />

Zijn s<strong>te</strong>m hoor<strong>de</strong>, toen Hij ein<strong>de</strong>lijk<br />

weer in <strong>de</strong> vlak<strong>te</strong> van <strong>de</strong> Jordaan<br />

was aangekomen? Niemand weet<br />

het. Misschien wel een her<strong>de</strong>r die<br />

zijn schapen hoed<strong>de</strong> of een boerin<br />

die een koe aan het melken was.<br />

Het kan natuurlijk ook een groepje<br />

jongens en meisjes geweest zijn die<br />

aan het spelen waren. Toen ze Hem<br />

zagen, hebben ze zich misschien<br />

afgevraagd, wie <strong>de</strong> vrien<strong>de</strong>lijke<br />

vreem<strong>de</strong>ling was, die <strong>te</strong>gen hen<br />

lach<strong>te</strong> en zwaai<strong>de</strong> en zei: “Het koninkrijk<br />

Gods is nabijgekomen.”<br />

Bij <strong>de</strong> rivier kwam Hij misschien<br />

een vermoei<strong>de</strong> reiziger <strong>te</strong>gen, die<br />

zijn ezel wa<strong>te</strong>r gaf. Ook aan hem<br />

ver<strong>te</strong>l<strong>de</strong> Hij, net als aan ie<strong>de</strong>reen,<br />

het goe<strong>de</strong> nieuws over Zijn koninkrijk,<br />

dat komen zou.<br />

“De tijd is vervuld,” zei <strong>Jezus</strong>, “en<br />

het koninkrijk Gods is nabijgekomen.<br />

Bekeert u en gelooft het evan-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 26<br />

gelie.”<br />

“Dat zegt Johannes <strong>de</strong> Doper<br />

ook,” zei <strong>de</strong> man.<br />

“Heb je hem dan wel eens<br />

horen preken?”<br />

“O, ja, hij weet het goed <strong>te</strong><br />

ver<strong>te</strong>llen. De mensen verdringen<br />

zich om hem <strong>te</strong><br />

kunnen horen.”<br />

<strong>Jezus</strong> wil<strong>de</strong> Johannes<br />

graag nog eens even zien<br />

om <strong>te</strong> kijken hoe hij het<br />

maak<strong>te</strong>.<br />

Hij ging tussen al die mensen<br />

staan en kwam voetje<br />

voor voetje dich<strong>te</strong>r bij Zijn<br />

neef. Toen Johannes Hem<br />

in het oog kreeg, hield hij<br />

ineens op met spreken. Hij<br />

wees naar <strong>Jezus</strong> en zei net<br />

als vorige keer: “Zie, het<br />

Lam Gods, dat <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>r wereld wegneemt.”<br />

En hij ging ver<strong>de</strong>r: “Deze is het, van<br />

wie ik zei<strong>de</strong>: Na mij komt een man,<br />

die vóór mij geweest is, want hij was<br />

eer dan ik… Ik heb aanschouwd, dat<br />

<strong>de</strong> Geest ne<strong>de</strong>rdaal<strong>de</strong> als een duif<br />

uit <strong>de</strong> hemel, en Hij bleef op Hem.<br />

En ik ken<strong>de</strong> Hem niet, maar Hij,<br />

die mij gezon<strong>de</strong>n had om <strong>te</strong> dopen<br />

met wa<strong>te</strong>r, die had tot mij gezegd:<br />

Op wie gij <strong>de</strong> Geest ziet ne<strong>de</strong>rdalen<br />

en op Hem blijven, Deze is het, die<br />

met <strong>de</strong> Heilige Geest doopt. En ik<br />

heb gezien en getuigd, dat <strong>de</strong>ze <strong>de</strong><br />

Zoon van God is.”<br />

Dat bracht gro<strong>te</strong> opschudding on<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> mensen. Wekenlang had Johannes<br />

nu al gezegd, dat <strong>de</strong> Messias<br />

on<strong>de</strong>rweg was, en dat Hij gauw zou<br />

komen. En nu wees hij iemand hier<br />

in <strong>de</strong> menig<strong>te</strong> aan en zei hij: “Deze<br />

is het; Hij is <strong>de</strong> Zoon van God!”<br />

De mensen gingen op hun <strong>te</strong>nen<br />

staan om een glimpje <strong>te</strong> zien van <strong>de</strong><br />

man die Johannes had aangewezen.<br />

Ze duw<strong>de</strong>n en drongen en trap<strong>te</strong>n<br />

elkaar op <strong>de</strong> <strong>te</strong>nen. Bijna was er<br />

een oproer uitgebroken, en omdat<br />

<strong>Jezus</strong> niet wil<strong>de</strong> dat Hij het mid<strong>de</strong>lpunt<br />

van een gro<strong>te</strong> opschudding


zou wor<strong>de</strong>n, ging Hij stilletjes weg<br />

van al die mensen. Toen <strong>de</strong> mensen<br />

Hem niet kon<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n, wer<strong>de</strong>n<br />

ze weer rustig en luis<strong>te</strong>r<strong>de</strong>n ze naar<br />

wat Johannes <strong>te</strong> ver<strong>te</strong>llen had.<br />

Twee dagen la<strong>te</strong>r kwam <strong>Jezus</strong> weer<br />

naar Johannes luis<strong>te</strong>ren. En weer<br />

ont<strong>de</strong>k<strong>te</strong> Johannes Hem, toen Hij<br />

daar tussen <strong>de</strong> mensen stond, en hij<br />

riep: “Zie, het Lam Gods!”<br />

Deze keer kwamen twee mannen,<br />

die die woor<strong>de</strong>n gehoord had<strong>de</strong>n,<br />

ach<strong>te</strong>r <strong>Jezus</strong> aan, toen Hij weer<br />

wegging. De ene was Andreas en<br />

<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re was Johannes – <strong>de</strong> Johannes<br />

die jaren la<strong>te</strong>r het evangelie<br />

schreef, dat naar hem is genoemd.<br />

Het waren vissers uit Bethsaïda,<br />

aan het meer van Galilea.<br />

Toen <strong>Jezus</strong> merk<strong>te</strong>, dat Hij gevolgd<br />

werd, draai<strong>de</strong> Hij Zich om.<br />

“Wat zoekt gij?” vroeg Hij.<br />

“Rabbi,” zei<strong>de</strong>n ze <strong>te</strong>gen Hem,<br />

“waar houdt Gij verblijf?”<br />

“Komt en gij zult het zien,” zei Hij<br />

<strong>te</strong>gen hen en Hij ging hen voor op<br />

<strong>de</strong> weg naar het kleine huisje waar<br />

Hij woon<strong>de</strong>.<br />

Omdat <strong>de</strong> zon al bijna on<strong>de</strong>r was,<br />

nodig<strong>de</strong> <strong>Jezus</strong> hen allebei uit om bij<br />

Hem <strong>te</strong> blijven slapen, en dat <strong>de</strong><strong>de</strong>n<br />

ze. En dat kor<strong>te</strong> bezoek veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

niet alleen hun leven, maar ook dat<br />

van miljoenen an<strong>de</strong>ren.<br />

We we<strong>te</strong>n niet wat <strong>Jezus</strong> <strong>te</strong>gen Andreas<br />

en Johannes gezegd heeft in<br />

die paar fijne uurtjes toen ze bij elkaar<br />

waren. Ze hebben Hem vast<br />

gevraagd, waarom Johannes <strong>de</strong> Doper<br />

Hem “Het Lam Gods” noem<strong>de</strong>,<br />

en toen heeft <strong>Jezus</strong> natuurlijk alles<br />

ver<strong>te</strong>ld over Zichzelf en over het<br />

koninkrijk van lief<strong>de</strong>, dat Hij zou<br />

gaan oprich<strong>te</strong>n. Ze begrepen misschien<br />

niet alles wat Hij zei, maar er<br />

was iets in Zijn s<strong>te</strong>m en hele manier<br />

van doen, waardoor ze er zeker van<br />

waren, dat het allemaal waar moest<br />

zijn. Het leek wel of <strong>Jezus</strong> door hen<br />

heen kon kijken en alles, wat ze<br />

ooit had<strong>de</strong>n gedaan en wat ze nog<br />

van plan waren <strong>te</strong> doen, wist.<br />

Op die ene avond beslo<strong>te</strong>n ze allebei<br />

om bij Hem <strong>te</strong> blijven. Zij wer<strong>de</strong>n<br />

Zijn eers<strong>te</strong> discipelen.<br />

De volgen<strong>de</strong> morgen ren<strong>de</strong> Andreas<br />

opgewon<strong>de</strong>n weg, op zoek naar zijn<br />

broer Simon.<br />

“Wij hebben <strong>de</strong> Messias gevon<strong>de</strong>n,<br />

<strong>de</strong> Christus,” riep hij. “Ga mee, dan<br />

kun je Hem ook zien.” Simon die<br />

ook een visser was, vroeg zich af,<br />

wat dat toch allemaal be<strong>te</strong>ken<strong>de</strong>.<br />

Zou hij meegaan of niet? Maar<br />

Andreas wist hem over <strong>te</strong> halen en<br />

“leid<strong>de</strong> hem tot <strong>Jezus</strong>.”<br />

<strong>Jezus</strong> ontving Simon vrien<strong>de</strong>lijk en<br />

tot gro<strong>te</strong> verbazing van <strong>de</strong> vissers<br />

zei Hij: “Je naam is Simon, maar<br />

van nu af aan zul je Petrus he<strong>te</strong>n.”<br />

En dat gebeur<strong>de</strong> ook. Tot nu toe<br />

heeft ie<strong>de</strong>reen hem altijd Petrus genoemd.<br />

Ze waren nu vlak bij Galilea en <strong>de</strong><br />

kleine vissersbootjes dobber<strong>de</strong>n op<br />

het blauwe wa<strong>te</strong>r.<br />

“Komt ach<strong>te</strong>r Mij,” zei <strong>Jezus</strong>, “en<br />

Ik zal u vissers van mensen maken.<br />

Zij lie<strong>te</strong>n <strong>te</strong>rstond hun net<strong>te</strong>n liggen<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 27<br />

en volg<strong>de</strong>n Hem.”<br />

Al gauw werd dit kleine groepje<br />

gro<strong>te</strong>r. <strong>Jezus</strong> vond Filippus, en Filippus<br />

bracht Nathanaël mee. Hij<br />

had <strong>te</strong>gen hem gezegd: “Wij hebben<br />

Hem gevon<strong>de</strong>n van wie Mozes<br />

in <strong>de</strong> wet geschreven heeft en <strong>de</strong><br />

profe<strong>te</strong>n, <strong>Jezus</strong>, <strong>de</strong> zoon van Jozef,<br />

uit Nazareth.”<br />

“Ach, wel nee,” zei Nathanaël,<br />

“daar geloof ik niets van. Kan uit<br />

Nazareth iets goeds komen?”<br />

“Kom en zie,” zei Filippus en<br />

Nathanaël ging met hem mee. Toen<br />

gebeur<strong>de</strong> er iets vreemds. Toen <strong>Jezus</strong><br />

Nathanaël zag aankomen, zei<br />

Hij: “Zie, waarlijk een Israëliet in<br />

wie geen bedrog is!”<br />

“Waar kent gij mij van?” vroeg<br />

Nathanaël verbaasd. En <strong>Jezus</strong> zei:<br />

“Voordat Filippus u riep, zag Ik u<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vijgeboom.”<br />

Nathanaël was stomverbaasd. Hoe<br />

had <strong>Jezus</strong> hem nu toch on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vijgeboom<br />

kunnen zien? Dat bestond<br />

niet. Maar toch…<br />

“Rabbi riep hij uit. Opeens had hij<br />

het begrepen. “Gij zijt <strong>de</strong> Zoon van<br />

God, Gij zijt <strong>de</strong> koning van Israël.”


Boeken van <strong>de</strong> Ellen G.Whi<strong>te</strong> Stichting<br />

Patriarchen en Profe<strong>te</strong>n, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

Profe<strong>te</strong>n en Koningen, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Wens <strong>de</strong>r Eeuwen, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Wens <strong>de</strong>r Eeuwen, pocket € 2,25<br />

Van Jeruzalem tot Rome, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Gro<strong>te</strong> Strijd, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Gro<strong>te</strong> Strijd ( Het Gro<strong>te</strong> Conflict), pocket € 1,35<br />

Lessen uit het leven van alledag € 7,95<br />

De Nieuwe Wereldor<strong>de</strong>..?(10 of meer, €0,35 p/st) € 0,45<br />

De Weg tot Gezondheid (pocket) € 5,65<br />

De Weg tot Gezondheid (leergebon<strong>de</strong>n) € 7,95<br />

Schre<strong>de</strong>n naar Christus- pocket- nieuw € 0,60<br />

Schre<strong>de</strong>n naar Christus- har<strong>de</strong> kaft- nieuw € 1,90<br />

Het lij<strong>de</strong>n van Christus (10 of meer, €0,35 p/st) € 0,45<br />

Brieven aan jonge mensen € 3,40<br />

Boeken van <strong>de</strong> Stichting <strong>de</strong> <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong><br />

De Zondagswet, J.Marcussen € 0,45<br />

De zondag komt, G. Edward Reid € 6,60<br />

De geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> sabbat, J.N.Andrews € 7,95<br />

Daniël en <strong>de</strong> Openbaring, A.<strong>de</strong> Ligne € 9,10<br />

De twee Babylons, A.Hislop € 7,95<br />

Het pad naar <strong>de</strong> troon van God, S.Peck € 6,25<br />

Christus onze Hogepries<strong>te</strong>r, A.T.Jones € 3,40<br />

Christus en <strong>de</strong> Wet, E.J.Waggoner € 3,40<br />

Christus en Zijn Gerechtigheid, E.J.Waggoner € 2,25<br />

Ongelooflijke antwoor<strong>de</strong>n op gebed, R.J.Morneau € 3,25<br />

Een reis in het bovennatuurlijke, R.J.Morneau € 3,20<br />

De man die niet gedood kon wor<strong>de</strong>n, S.Maxwell € 5,50<br />

Een nieuwe start, V.W.Fos<strong>te</strong>r € 5,90<br />

Een sabbatreis van genesis / openbaring, Wijngaar<strong>de</strong> € 3,00<br />

Trouwen of samenwonen € 2,00<br />

De strijd ach<strong>te</strong>r <strong>de</strong> schermen € 0,10<br />

Het laats<strong>te</strong> geschenk van een moe<strong>de</strong>r € 3,00<br />

Het kleine mys<strong>te</strong>rie en <strong>de</strong> schepping, Dennis Crews € 4,50<br />

Van Rock en Roll tot Rots <strong>de</strong>r eeuwen, Brian S.Neuman € 3,00<br />

<strong>Jezus</strong> Christus binnen <strong>de</strong> Godheid € 2,50<br />

Dood en opstanding, hemel en hel, Martino Tomasi € 3,00<br />

De Ellen G.Whi<strong>te</strong><br />

Stichting.<br />

Postbus 30<br />

2957 ZG<br />

Nieuw - Lekkerland<br />

<strong>te</strong>l: 0184 - 681616<br />

Giro 1022 566<br />

ABN 53 34 16 000<br />

Ensche<strong>de</strong><br />

E-mail<br />

e.g.whi<strong>te</strong>.stichting@planet.nl<br />

Stichting<br />

De <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong><br />

Postbus 30<br />

2957 ZG Nieuw-Lekkerland<br />

Tel. 0184-681616<br />

Giro 140 62 00<br />

ABN/AMRO 59.18.60.724<br />

E-mail<br />

wwiggers@xs4all.nl<br />

AFZENDER<br />

F. VAN HERREVELD<br />

MEEKRAP 18<br />

4413 GS<br />

KRABBENDIJKE.<br />

Zodra uw betaling bij <strong>de</strong> stichting binnen is, wordt het bes<strong>te</strong>l<strong>de</strong> u toegezon<strong>de</strong>n.<br />

Bovenstaan<strong>de</strong> prijzen zijn exclusief eventueel bijkomen<strong>de</strong> portokos<strong>te</strong>n.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 28

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!