17.09.2013 Views

Jezus de Vriend - Bazuin te Sion

Jezus de Vriend - Bazuin te Sion

Jezus de Vriend - Bazuin te Sion

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

TNT Post<br />

<strong>Jezus</strong><br />

Port betaald<br />

TNT POST<br />

Port betaald<br />

PAYS-BAS<br />

<strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud<br />

- Het volk van Israël in het<br />

nieuwe <strong>te</strong>stament<br />

- Openbaring 11 - De twee getuigen<br />

- Het offer van Christus in <strong>de</strong><br />

schaduwdienst<br />

ADRES<br />

ONTVANGER<br />

19


<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud<br />

Bestaat er wel een gro<strong>te</strong>re lief<strong>de</strong><br />

dan die God heeft getoond<br />

in zijn verlossingsplan voor<br />

een verloren gaan<strong>de</strong> wereld?<br />

Hij heeft Zijn Zoon gegeven.<br />

Christus was bereid zijn leven<br />

<strong>te</strong> geven, nadat Hij smaad,<br />

hoon en schan<strong>de</strong> had gedragen.<br />

Als gro<strong>te</strong> Hogepries<strong>te</strong>r pleit <strong>Jezus</strong> nu voor ons bij <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r.<br />

Hebt u <strong>Jezus</strong> als uw Hogepries<strong>te</strong>r leren kennen?<br />

Lees het artikel<br />

“Het offer van Christus in <strong>de</strong> schaduwdienst”.<br />

Hij heeft Zijn offer voor u gebracht en nu mag u vrijmoedig toegaan<br />

tot <strong>de</strong> troon <strong>de</strong>r gena<strong>de</strong> om barmhartigheid, gena<strong>de</strong> en<br />

hulp <strong>te</strong> ontvangen. Wilt u aan Zijn uitnodiging gehoor geven?<br />

Wim Wiggers en Marian Pel<br />

Inhoudsopgaven<br />

► Het volk van Israël in het<br />

nieuwe <strong>te</strong>stament 3<br />

► Gedach<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> berg <strong>de</strong>r<br />

zaligsprekingen - <strong>de</strong>el 5 7<br />

► Openbaring11 - De twee getuigen 11<br />

► Genesis2<br />

Een twee<strong>de</strong> scheppingsbericht 17<br />

► Het offer van Christus in <strong>de</strong><br />

schaduwdienst 20<br />

► De weg tot gezondheid 24<br />

► Kin<strong>de</strong>rverhaal... De eers<strong>te</strong> discipelen 26<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 2<br />

Van <strong>de</strong> Redaktie<br />

Voor u ligt een tijdschrift, dat<br />

wordt uitgegeven door leken<br />

binnen <strong>de</strong> zeven<strong>de</strong>dagsadventis<strong>te</strong>ngemeenschap,<br />

die zending bedrijven, boeken<br />

drukken en uitgeven.<br />

Dit tijdschrift komt vier keer<br />

per jaar uit. Elk nummer<br />

heeft een aantal rubrieken:<br />

* Het verlossingsplan<br />

* Leers<strong>te</strong>llingen<br />

* Profetie<br />

* Gezondheid (dit kan in een<br />

medische of een sociale<br />

con<strong>te</strong>xt zijn)<br />

* Bijbel en We<strong>te</strong>nschap<br />

* Kerkgeschie<strong>de</strong>nis<br />

* Het kin<strong>de</strong>rhoekje<br />

Het doel is dat wij ons voorberei<strong>de</strong>n<br />

op <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst<br />

van <strong>de</strong> Heer.<br />

redaktie: Marian Pel<br />

Wim Wiggers<br />

Mocht <strong>de</strong>ze uitgave u aanstaan,<br />

dan is het mogelijk<br />

een bijdrage <strong>te</strong> leveren door<br />

een bedrag <strong>te</strong> stor<strong>te</strong>n op:<br />

Giro 13 82 569<br />

t.n.v. De Ellen G.Whi<strong>te</strong> Stichting<br />

zodat er uitbreiding van dit<br />

blad mogelijk is.<br />

---<br />

De Ellen G.Whi<strong>te</strong> stichting.<br />

postbus 87<br />

4630 AB Hoogerhei<strong>de</strong><br />

Tel. 0164-616564<br />

Namens <strong>de</strong> redaktie


De strijdpun<strong>te</strong>n die het vaakst het<br />

on<strong>de</strong>rwerp van gesprek waren tussen<br />

<strong>Jezus</strong> en <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs van Israël<br />

zijn <strong>de</strong> sabbat en <strong>de</strong> positie van het<br />

volk Israël als nakomelingen van<br />

Abraham. Ook in <strong>de</strong> prediking van<br />

Johannes <strong>de</strong> Doper bij <strong>de</strong> Jordaan<br />

komt dit laats<strong>te</strong> punt direct naar voren.<br />

“In die dagen trad Johannes <strong>de</strong> Doper<br />

op en hij predik<strong>te</strong> in <strong>de</strong> woestijn<br />

van Ju<strong>de</strong>a, en zei<strong>de</strong>: Bekeert u,<br />

want het Koninkrijk <strong>de</strong>r hemelen is<br />

nabijgekomen. Hij toch is het, van<br />

wie door <strong>de</strong> profeet Jesaja gesproken<br />

werd, toen hij zei<strong>de</strong>:<br />

De s<strong>te</strong>m van een, die roept in <strong>de</strong><br />

woestijn: Bereidt <strong>de</strong> weg <strong>de</strong>s Heren,<br />

maakt recht zijn pa<strong>de</strong>n.<br />

Hij nu Johannes, droeg een kleed<br />

van kameelhaar en een le<strong>de</strong>ren<br />

gor<strong>de</strong>l om zijn len<strong>de</strong>nen; en zijn<br />

HET VOLK VAN ISRAËL<br />

IN HET NIEUWE TESTAMENT<br />

voedsel bestond uit sprinkhanen en<br />

wil<strong>de</strong> honing. Toen liep Jeruzalem<br />

en geheel Ju<strong>de</strong>a en <strong>de</strong> gehele Jordaanstreek<br />

tot hem uit, en zij lie<strong>te</strong>n<br />

zich in <strong>de</strong> rivier, <strong>de</strong> Jordaan, door<br />

hem dopen, on<strong>de</strong>r belij<strong>de</strong>nis van<br />

hun zon<strong>de</strong>n.<br />

Toen hij nu zag, dat vele van <strong>de</strong><br />

Farizeeën en <strong>de</strong> Sadduceeën tot <strong>de</strong><br />

doop kwamen, zei<strong>de</strong> hij tot hen: Ad<strong>de</strong>rengebroed,<br />

wie heeft u een wenk<br />

gegeven om <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> toorn <strong>te</strong><br />

ontgaan? Brengt dan vrucht voort,<br />

die aan <strong>de</strong> bekering beantwoordt;<br />

en beeldt u niet in, dat gij bij uzelf<br />

kunt zeggen: Wij hebben Abraham<br />

tot va<strong>de</strong>r, want ik zeg u, dat God bij<br />

mach<strong>te</strong> is uit <strong>de</strong>ze s<strong>te</strong>nen Abraham<br />

kin<strong>de</strong>ren <strong>te</strong> verwekken.”<br />

Mat<strong>te</strong>üs 3: 1-9.<br />

Johannes trok <strong>de</strong> aandacht van heel<br />

Jeruzalem, Ju<strong>de</strong>a en <strong>de</strong> Jordaanstreek.<br />

Vele Jo<strong>de</strong>n kwamen om<br />

naar hem <strong>te</strong> luis<strong>te</strong>ren en zich<br />

door hem <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n dopen.<br />

Johannes was populair. Maar<br />

on<strong>de</strong>r al die mensen die kwamen<br />

waren er ook die niet echt<br />

tot bekering waren gekomen.<br />

De ware bekering wordt gekenmerkt<br />

door goe<strong>de</strong> vruch<strong>te</strong>n.<br />

Wat bedoelt Johannes met<br />

‘ad<strong>de</strong>rengebroed’? Is hij hier<br />

aan het schel<strong>de</strong>n? Dat kan niet<br />

zo zijn, want <strong>Jezus</strong> gebruikt<br />

<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> uitdrukkingen als Johannes.<br />

Wat <strong>Jezus</strong> en Johannes<br />

zeggen is niets an<strong>de</strong>rs dan <strong>de</strong><br />

waarheid in lief<strong>de</strong> gesproken.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 3<br />

“Acht <strong>de</strong> boom goed, maar dan ook<br />

zijn vrucht, want aan zijn vrucht<br />

kent men <strong>de</strong> boom. Ad<strong>de</strong>rengebroed,<br />

hoe kunt gij, die slecht zijt,<br />

iets goeds zeggen? Want uit <strong>de</strong> overvloed<br />

<strong>de</strong>s har<strong>te</strong>n spreekt <strong>de</strong> mond.<br />

Een goed mens brengt uit zijn goe<strong>de</strong><br />

schat goe<strong>de</strong> dingen voort, en een<br />

slecht mens uit zijn boze schat boze<br />

dingen.” Mat<strong>te</strong>üs 12: 33-35.<br />

De vrucht zegt dus iets over <strong>de</strong><br />

boom. Zoals <strong>de</strong> vrucht is zo is <strong>de</strong><br />

boom. Wat uit het hart voortkomt,<br />

zegt iets over het hart. Johannes<br />

en <strong>Jezus</strong> spreken over <strong>de</strong> toestand<br />

van het hart. Het onbekeer<strong>de</strong> hart is<br />

boos en kan ook niets an<strong>de</strong>rs voortbrengen<br />

dan boosheid. Daar kan <strong>de</strong><br />

mens zelf niets aan veran<strong>de</strong>ren. Jeremia<br />

schreef: “Kan een Ethiopiër<br />

zijn huid veran<strong>de</strong>ren of een pan<strong>te</strong>r<br />

zijn vlekken? Dan zoudt gij in staat<br />

zijn goed <strong>te</strong> doen, gij die gewend<br />

zijt kwaad <strong>te</strong> doen.”<br />

Jeremia 13: 23.<br />

Maar sommige van <strong>de</strong> toehoor<strong>de</strong>rs<br />

van Johannes geloof<strong>de</strong>n niet dat ze<br />

ad<strong>de</strong>rengebroed waren, dat hun hart<br />

boos was. Ze geloof<strong>de</strong>n niet dat zij<br />

tot bekering moes<strong>te</strong>n komen. Zij<br />

waren immers het nageslacht van<br />

Abraham en dien<strong>de</strong>n <strong>de</strong> God van<br />

Abraham. Ze geloof<strong>de</strong>n dat an<strong>de</strong>re<br />

mensen afgo<strong>de</strong>ndienaars en zondaren<br />

waren. Johannes zou <strong>de</strong>ze<br />

boodschap volgens hen veel be<strong>te</strong>r<br />

kunnen rich<strong>te</strong>n tot <strong>de</strong> mensen die<br />

bui<strong>te</strong>n Israël waren. Die moes<strong>te</strong>n<br />

tot bekering komen, dat was ad<strong>de</strong>rengebroed.


Zij zagen <strong>de</strong> zondigheid van hun<br />

eigen hart niet in omdat zij <strong>de</strong> verheven<br />

heiligheid van God niet besef<strong>te</strong>n.<br />

De profeet Jesaja had een visioen<br />

van Gods heerlijkheid in het<br />

heiligdom en daardoor besef<strong>te</strong> hij<br />

<strong>de</strong> zondigheid van zijn eigen hart<br />

en dat van het hele volk.<br />

“In het s<strong>te</strong>rfjaar van koning Uzzia<br />

zag ik <strong>de</strong> Here zit<strong>te</strong>n op een hoge<br />

en verheven troon en zijn zomen<br />

vervul<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>te</strong>mpel, Serafs ston<strong>de</strong>n<br />

boven Hem; ie<strong>de</strong>r had zes vleugels:<br />

met twee be<strong>de</strong>k<strong>te</strong> hij zijn aangezicht,<br />

met twee be<strong>de</strong>k<strong>te</strong> hij zijn<br />

voe<strong>te</strong>n en met twee vloog hij. En <strong>de</strong><br />

een riep <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r toe: Heilig, heilig,<br />

heilig is <strong>de</strong> Here <strong>de</strong>r heerscharen,<br />

<strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> is van zijn heerlijkheid<br />

vol, en <strong>de</strong> dorpelpos<strong>te</strong>n beef<strong>de</strong>n<br />

van het lui<strong>de</strong> roepen en het huis<br />

werd vervuld met rook. Toen zei<strong>de</strong><br />

ik: Wee mij ik ga <strong>te</strong>n on<strong>de</strong>r, want ik<br />

ben een man, onrein van lippen, en<br />

woon <strong>te</strong> mid<strong>de</strong>n van een volk, dat<br />

onrein van lippen is, - en mijn ogen<br />

hebben <strong>de</strong> Koning, <strong>de</strong> Here <strong>de</strong>r<br />

heerscharen gezien.” Jesaja 6: 1-5.<br />

Ook David besef<strong>te</strong> <strong>de</strong> zondigheid<br />

van zijn eigen hart en hij beleed:<br />

“Zie, in ongerechtigheid ben ik geboren,<br />

in zon<strong>de</strong> heeft mijn moe<strong>de</strong>r<br />

mij ontvangen. Schep mij een rein<br />

hart, o God en vernieuw in mijn<br />

binnens<strong>te</strong> een vas<strong>te</strong> geest.”<br />

Psalm 51: 7, 12.<br />

David begreep dat uit <strong>de</strong> verdorvenheid<br />

van zijn hart <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> voortkwam.<br />

Hij begreep ook dat hij daar<br />

zelf niets aan kon veran<strong>de</strong>ren. God<br />

alleen kon hem een nieuw hart geven<br />

door zijn scheppen<strong>de</strong> macht.<br />

Dat is nu precies wat Johannes <strong>de</strong><br />

Doper <strong>te</strong>gen zijn toehoor<strong>de</strong>rs zei.<br />

“… want ik zeg u, dat God bij<br />

mach<strong>te</strong> is uit <strong>de</strong>ze s<strong>te</strong>nen Abraham<br />

kin<strong>de</strong>ren <strong>te</strong> verwekken.” Met die<br />

s<strong>te</strong>nen bedoel<strong>de</strong> hij niet <strong>de</strong> s<strong>te</strong>nen<br />

die op <strong>de</strong> grond lagen daar bij <strong>de</strong><br />

Jordaan. Nee met <strong>de</strong> s<strong>te</strong>nen bedoel-<br />

<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> onbekeer<strong>de</strong> har<strong>te</strong>n. Ie<strong>de</strong>re<br />

Jood kon dat we<strong>te</strong>n, want Ezechiël<br />

had geschreven: “Een nieuw hart<br />

zal Ik u geven en een nieuwe geest<br />

in uw binnens<strong>te</strong>: het hart van s<strong>te</strong>en<br />

zal Ik uit uw lichaam verwij<strong>de</strong>ren<br />

en Ik zal u een hart van vlees geven.<br />

Mijn Geest zal Ik in uw binnens<strong>te</strong><br />

geven en maken, dat gij naar mijn<br />

inzettingen wan<strong>de</strong>lt en naarstig<br />

mijn veror<strong>de</strong>ningen on<strong>de</strong>rhoudt.”<br />

Ezechiël 36: 26, 27.<br />

“Is niet mijn woord zó: als een<br />

vuur, luidt het woord <strong>de</strong>s Heren, of<br />

als een hamer, die <strong>de</strong> s<strong>te</strong>enrots vermorzelt?”<br />

Jeremia 23: 29.<br />

Het hart van s<strong>te</strong>en wordt gebroken<br />

en weggenomen door het Woord<br />

van God. Het Woord van God is het<br />

mid<strong>de</strong>l dat tot <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rgeboor<strong>te</strong><br />

leidt. Door het Woord hebben wij<br />

ook <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> gave van <strong>de</strong> Heilige<br />

Geest.<br />

“In Hem zijt ook gij, nadat gij het<br />

woord <strong>de</strong>r waarheid,<br />

het evangelie<br />

uwer behou<strong>de</strong>nis,<br />

hebt gehoord; in<br />

Hem zijt gij, toen<br />

gij gelovig werd,<br />

ook verzegeld met<br />

<strong>de</strong> Heilige Geest<br />

<strong>de</strong>r belof<strong>te</strong>, die<br />

een on<strong>de</strong>rpand is<br />

van onze erfenis,<br />

tot verlossing van<br />

het volk, dat Hij<br />

Zich verworven<br />

heeft, tot lof zijner<br />

heerlijkheid.”<br />

Efeziërs 1: 13, 14.<br />

“Van Hem getuigen alle profe<strong>te</strong>n,<br />

dat een ie<strong>de</strong>r, die in Hem gelooft,<br />

vergeving van zon<strong>de</strong>n ontvangt<br />

door zijn naam. Terwijl Petrus <strong>de</strong>ze<br />

woor<strong>de</strong>n nog sprak, viel <strong>de</strong> Heilige<br />

Geest op allen, die het woord hoor<strong>de</strong>n.”<br />

Han<strong>de</strong>lingen 10: 43, 44.<br />

God doet geboren wor<strong>de</strong>n, Hij<br />

neemt het initiatief. Hij gebruikt<br />

daarvoor het woord <strong>de</strong>r waarheid,<br />

‘het evangelie uwer behou<strong>de</strong>nis’.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 4<br />

Alleen <strong>de</strong> waarheid kan ons vrij<br />

maken. Dat is <strong>de</strong> waarheid over<br />

God en <strong>de</strong> waarheid over onszelf.<br />

<strong>Jezus</strong> probeer<strong>de</strong> dat s<strong>te</strong>eds dui<strong>de</strong>lijk<br />

<strong>te</strong> maken aan <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n die in<br />

Hem geloof<strong>de</strong>n.<br />

“<strong>Jezus</strong> dan zei<strong>de</strong>: Wanneer gij <strong>de</strong><br />

Zoon <strong>de</strong>s mensen verhoogd hebt,<br />

zult gij inzien, dat Ik het ben en<br />

niets uit Mijzelf doe, doch dat Ik dit<br />

spreek, gelijk <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r Mij geleerd<br />

heeft. En die Mij gezon<strong>de</strong>n heeft, is<br />

met Mij. Hij heeft Mij niet alleen<br />

gela<strong>te</strong>n, want Ik doe altijd wat Hem<br />

behaagt.<br />

Toen Hij dit sprak, geloof<strong>de</strong>n velen<br />

in Hem. <strong>Jezus</strong> dan zei<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n,<br />

die in Hem geloof<strong>de</strong>n: Als gij<br />

in mijn woord blijft, zijt gij waarlijk<br />

discipelen van Mij en gij zult <strong>de</strong><br />

waarheid verstaan en <strong>de</strong> waarheid<br />

zal u vrijmaken.”<br />

Johannes 8: 28-32.<br />

<strong>Jezus</strong> zegt: jullie geloven in Mij,<br />

dat is goed, maar blijf in mijn woor<strong>de</strong>n<br />

geloven, ook als Ik iets zeg wat<br />

jullie niet willen horen. Als jullie<br />

blijven geloven, dan zullen jullie<br />

<strong>de</strong> waarheid over <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r en over<br />

jezelf verstaan en die waarheid zal<br />

jullie vrij maken van <strong>de</strong> heerschappij<br />

van het boze hart.<br />

“Zij antwoord<strong>de</strong>n Hem: Wij zijn<br />

Abrahams nageslacht en zijn nooit<br />

iemands slaven geweest; hoe zegt


Gij dan: gij zult vrij wor<strong>de</strong>n? <strong>Jezus</strong><br />

antwoord<strong>de</strong> hun: Voorwaar, voorwaar,<br />

Ik zeg u, een ie<strong>de</strong>r, die <strong>de</strong><br />

zon<strong>de</strong> doet, is een slaaf <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>.<br />

En <strong>de</strong> slaaf blijft niet eeuwig in het<br />

huis, <strong>de</strong> zoon blijft er eeuwig. Wanneer<br />

dan <strong>de</strong> Zoon u vrijgemaakt<br />

heeft, zult gij werkelijk vrij zijn.<br />

Ik weet, dat gij Abrahams nageslacht<br />

zijt; maar gij tracht Mij <strong>te</strong> do<strong>de</strong>n,<br />

omdat mijn woord bij u geen<br />

plaats vindt. Wat Ik gezien heb bij<br />

<strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r, spreek Ik; zo doet ook gij,<br />

wat gij van uw va<strong>de</strong>r gehoord hebt.<br />

Zij antwoord<strong>de</strong>n en zei<strong>de</strong>n tot Hem:<br />

Onze Va<strong>de</strong>r is Abraham. <strong>Jezus</strong> zei<strong>de</strong><br />

tot hen: Indien gij kin<strong>de</strong>ren van<br />

Abraham zijt, doet dan <strong>de</strong> werken<br />

van Abraham; maar nu tracht<br />

gij Mij <strong>te</strong> do<strong>de</strong>n, een mens, die u<br />

<strong>de</strong> waarheid gezegd heeft, welke<br />

Ik van God gehoord heb; dit <strong>de</strong>ed<br />

Abraham niet. Gij doet <strong>de</strong> werken<br />

van uw va<strong>de</strong>r.” Vers 33-41.<br />

Met god<strong>de</strong>lijke lief<strong>de</strong> probeert <strong>Jezus</strong><br />

dui<strong>de</strong>lijk <strong>te</strong> maken dat uit <strong>de</strong><br />

werken blijkt wat er in het hart<br />

leeft. Aan <strong>de</strong> vrucht kent men <strong>de</strong><br />

boom. Datgene wat <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n niet<br />

willen geloven over zichzelf zullen<br />

ze uitwerken in hun da<strong>de</strong>n.<br />

“Waarom begrijpt gij niet wat Ik<br />

zeg? Omdat gij mijn woord niet<br />

kunt horen. Gij hebt <strong>de</strong> duivel tot<br />

va<strong>de</strong>r en wilt <strong>de</strong> begeer<strong>te</strong>n van uw<br />

va<strong>de</strong>r doen. Die was een mensenmoor<strong>de</strong>r<br />

van <strong>de</strong>n beginne…”.<br />

Vers 43, 44.<br />

Aan het ein<strong>de</strong> van dit gesprek nemen<br />

<strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n s<strong>te</strong>nen op om naar<br />

Hem <strong>te</strong> werpen.<br />

<strong>Jezus</strong> verlaat <strong>de</strong> <strong>te</strong>mpel en on<strong>de</strong>rweg<br />

naar bui<strong>te</strong>n ziet Hij een blindgeborene.<br />

Hij geneest <strong>de</strong>ze blin<strong>de</strong><br />

man en dat veroorzaakt veel ophef.<br />

De genezen man wordt bij <strong>de</strong> Farizeeën<br />

gebracht en die on<strong>de</strong>rvragen<br />

hem over zijn won<strong>de</strong>rbaarlijke genezing.<br />

Omdat <strong>de</strong> genezing op <strong>de</strong><br />

sabbat heeft plaatsgevon<strong>de</strong>n geloven<br />

<strong>de</strong> Farizeeën niet dat het een<br />

werk van God is. Zij on<strong>de</strong>rvragen<br />

<strong>de</strong> man een twee<strong>de</strong> keer over Diegene<br />

die hem genezen heeft. Hij<br />

zegt: “Als <strong>de</strong>ze niet van God was<br />

gekomen, Hij had niets kunnen<br />

doen. Zij antwoord<strong>de</strong>n en zei<strong>de</strong>n<br />

tot hem: Gij zijt geheel in zon<strong>de</strong>n<br />

geboren en wilt gij ons leren? En zij<br />

wierpen hem uit.<br />

<strong>Jezus</strong> hoor<strong>de</strong> dat zij hem uitgeworpen<br />

had<strong>de</strong>n, en Hij zei<strong>de</strong>, toen Hij<br />

hem aantrof. Gelooft gij in <strong>de</strong> Zoon<br />

van God? … Hij zei<strong>de</strong>: Ik geloof,<br />

Here…” Johannes 9: 33, 34, 38.<br />

<strong>Jezus</strong> wil aan <strong>de</strong> blindgeborene en<br />

aan ie<strong>de</strong>reen dui<strong>de</strong>lijk maken wie<br />

wel en wie niet tot het volk van God<br />

behoren.<br />

Hij ver<strong>te</strong>lt dan <strong>de</strong> gelijkenis van <strong>de</strong><br />

goe<strong>de</strong> Her<strong>de</strong>r en Hij zegt dat ie<strong>de</strong>reen<br />

die <strong>de</strong> s<strong>te</strong>m van <strong>de</strong> Her<strong>de</strong>r kent<br />

en <strong>de</strong> Her<strong>de</strong>r volgt, bij <strong>de</strong> kud<strong>de</strong><br />

hoort. Johannes 10: 3-5, 26-28.<br />

Ie<strong>de</strong>reen die we<strong>de</strong>rgeboren is en<br />

gelooft in <strong>Jezus</strong> Christus mag zich<br />

een kind van God noemen.<br />

Dit was een belangrijke les die <strong>de</strong><br />

Jo<strong>de</strong>n moes<strong>te</strong>n leren. We lezen in<br />

het boek han<strong>de</strong>lingen dat Petrus<br />

wordt geroepen om naar het huis<br />

van Cornelius <strong>de</strong> Romeinse hoofdman<br />

<strong>te</strong> komen. Hij predikt daar het<br />

Woord <strong>de</strong>r waarheid en <strong>de</strong> Heilige<br />

Geest valt op <strong>de</strong>ze hei<strong>de</strong>nen op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

manier als op <strong>de</strong> apos<strong>te</strong>len<br />

met Pinks<strong>te</strong>ren.<br />

Dan zegt Petrus: “In<strong>de</strong>rdaad bemerk<br />

ik, dat er bij God geen aanneming<br />

<strong>de</strong>s persoons is, maar on<strong>de</strong>r<br />

elk volk is wie Hem vereert en gerechtigheid<br />

werkt, Hem welgevallig,<br />

naar het woord, dat Hij heeft<br />

doen brengen aan <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren Israëls<br />

om vre<strong>de</strong> <strong>te</strong> verkondigen door<br />

<strong>Jezus</strong> Christus. Deze is aller Heer.”<br />

Han<strong>de</strong>lingen 10: 34-36.<br />

Er is dus geen on<strong>de</strong>rscheid tussen<br />

Jo<strong>de</strong>n en hei<strong>de</strong>nen. Maar wat is dan<br />

het voor<strong>de</strong>el om Jood <strong>te</strong> zijn?<br />

“Wat is dan het voorrecht van <strong>de</strong><br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 5<br />

Jood, of wat is het nut van <strong>de</strong> besnij<strong>de</strong>nis?<br />

Velerlei in elk opzicht. In <strong>de</strong><br />

eers<strong>te</strong> plaats (toch) dit, dat hun <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>n Gods zijn toevertrouwd.”<br />

Romeinen 3: 1, 2.<br />

“Immers, zij zijn Israëlie<strong>te</strong>n, hunner<br />

is <strong>de</strong> aanneming tot zonen en<br />

<strong>de</strong> heerlijkheid en <strong>de</strong> verbon<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> wetgeving en <strong>de</strong> eredienst en <strong>de</strong><br />

belof<strong>te</strong>n: hunner zijn <strong>de</strong> va<strong>de</strong>ren en<br />

uit hen is, wat het vlees betreft, <strong>de</strong><br />

Christus, die is boven alles, God, <strong>te</strong><br />

prijzen tot in Eeuwigheid! Amen.”<br />

Romeinen 9: 4, 5.<br />

Paulus zegt in zijn brief aan <strong>de</strong> Efeziërs<br />

dat <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n dichtbij zijn. Dat<br />

wil zeggen dat zij gro<strong>te</strong> voorrech<strong>te</strong>n<br />

had<strong>de</strong>n omdat zij <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n<br />

van Mozes en <strong>de</strong> profe<strong>te</strong>n had<strong>de</strong>n<br />

en bovendien had<strong>de</strong>n zij <strong>de</strong> <strong>te</strong>mpeldienst,<br />

waarin het hele verlossingsplan<br />

werd voorges<strong>te</strong>ld. Het groots<strong>te</strong><br />

voorrecht was dat <strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> Zoon<br />

van God on<strong>de</strong>r hen had geleefd en<br />

geleerd.<br />

“Nabij u is het woord, in uw mond<br />

en in uw hart, namelijk het woord<br />

<strong>de</strong>s geloofs, dat wij prediken. Want<br />

indien gij met uw mond belijdt, dat<br />

<strong>Jezus</strong> Heer is, en met uw hart gelooft,<br />

dat God Hem uit <strong>de</strong> do<strong>de</strong>n<br />

heeft opgewekt, zult gij behou<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n; want met het hart gelooft<br />

men tot gerechtigheid en met <strong>de</strong><br />

mond belijdt men tot behou<strong>de</strong>nis.<br />

Immers het schriftwoord zegt: Al<br />

wie op Hem zijn geloof bouwt zal<br />

niet beschaamd uitkomen. Want er<br />

is geen on<strong>de</strong>rscheid tussen Jood<br />

en Griek. Immers één en <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

is Heer over allen, rijk voor allen,<br />

die Hem aanroepen: want; al wie <strong>de</strong><br />

naam <strong>de</strong>s Heren aanroept, zal behou<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n.”<br />

Romeinen 10: 8-13.<br />

Paulus spreekt tot <strong>de</strong> hei<strong>de</strong>nen over<br />

zijn groot hartzeer en zijn groot<br />

verlangen dat zijn verwan<strong>te</strong>n naar<br />

het vlees <strong>de</strong>el zou<strong>de</strong>n hebben aan<br />

<strong>de</strong> belof<strong>te</strong>n door het geloof. Hij beijvert<br />

zich om enigen uit hen <strong>te</strong> behou<strong>de</strong>n.<br />

“Ik spreek tot u, hei<strong>de</strong>nen.


Juist omdat ik apos<strong>te</strong>l <strong>de</strong>r hei<strong>de</strong>nen<br />

ben, acht ik dit <strong>de</strong> heerlijkheid van<br />

mijn bediening, dat ik zo mogelijk<br />

<strong>de</strong> naijver van mijn vlees (en bloed)<br />

mocht opwekken, en enigen uit hen<br />

behou<strong>de</strong>n.” Romeinen 11: 13, 14.<br />

Door het geloof zijn <strong>de</strong> Israëlie<strong>te</strong>n<br />

verbon<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> olijfboom. Er is<br />

maar één olijfboom en <strong>de</strong> verbinding<br />

met die boom is door geloof.<br />

<strong>Jezus</strong> Christus is <strong>de</strong> saprijke wor<strong>te</strong>l<br />

van <strong>de</strong> olijfboom.<br />

“Zijn <strong>de</strong> eers<strong>te</strong>lingen heilig, dan<br />

ook het <strong>de</strong>eg, en is <strong>de</strong> wor<strong>te</strong>l heilig,<br />

dan ook <strong>de</strong> takken. Indien nu<br />

enkele van <strong>de</strong> takken weggebroken<br />

zijn en gij als wil<strong>de</strong> loot daartussen<br />

geënt zijt en aan <strong>de</strong> saprijke wor<strong>te</strong>l<br />

van <strong>de</strong> olijf <strong>de</strong>el hebt gekregen, be-<br />

roemt u dan niet <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> takken!<br />

Indien gij u er<strong>te</strong>gen beroemt – niet<br />

gij draagt <strong>de</strong> wor<strong>te</strong>l, maar <strong>de</strong> wor<strong>te</strong>l<br />

ú. Gij zult dan zeggen: er zijn takken<br />

weggebroken, opdat ik als loot<br />

geënt zou wor<strong>de</strong>n. Goed! Zij zijn<br />

om hun ongeloof weggebroken en<br />

gij staat door het geloof. Weest niet<br />

hoogmoedig, maar vrees! Want indien<br />

God <strong>de</strong> natuurlijke takken niet<br />

gespaard heeft, Hij zal ook u niet<br />

sparen. Let dan op <strong>de</strong> goe<strong>de</strong>rtierenheid<br />

Gods en zijn gestrengheid:<br />

over <strong>de</strong> gevallenen gestrengheid,<br />

maar over u goe<strong>de</strong>rtierenheid Gods,<br />

indien gij bij <strong>de</strong> goe<strong>de</strong>rtierenheid<br />

blijft: an<strong>de</strong>rs zult ook gij weggekapt<br />

wor<strong>de</strong>n. Maar ook zij zullen,<br />

wanneer zij niet bij hun ongeloof<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 6<br />

blijven, we<strong>de</strong>r geënt wor<strong>de</strong>n; God<br />

is immers bij mach<strong>te</strong> hen opnieuw<br />

<strong>te</strong> en<strong>te</strong>n.” Romeinen 11: 16-23.<br />

Om tot <strong>de</strong> olijfboom, het ware Israel,<br />

<strong>te</strong> behoren is er een voorwaar<strong>de</strong>.<br />

Die voorwaar<strong>de</strong> is geloof in <strong>de</strong> belof<strong>te</strong>.<br />

Zon<strong>de</strong>r dat geloof is men geen<br />

Israël. Door dat geloof behoort men<br />

tot het ware (gees<strong>te</strong>lijke) Israël.<br />

“Maar het is niet mogelijk, dat het<br />

woord Gods zou vervallen zijn.<br />

Want niet allen, die van Israël afstammen,<br />

zijn Israël, en zij zijn ook<br />

niet allen kin<strong>de</strong>ren, omdat zij nageslacht<br />

van Abraham zijn, maar:<br />

Door Isaak zal men van nageslacht<br />

van u spreken. Dat wil zeggen: niet<br />

<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren van het vlees zijn kin<strong>de</strong>ren<br />

Gods, maar <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r<br />

belof<strong>te</strong> gel<strong>de</strong>n voor nageslacht.”<br />

Romeinen 9: 6-8. “En gij, broe<strong>de</strong>rs,<br />

zijt, evenals Isaak, kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r belof<strong>te</strong>.”<br />

Gala<strong>te</strong>n 4: 28.<br />

“Want gij zijt allen zonen van God,<br />

door het geloof, in Christus <strong>Jezus</strong>.<br />

Want gij allen, die in Christus gedoopt<br />

zijt, hebt u met Christus bekleed.<br />

Hierbij is geen sprake van<br />

Jood of Griek, van slaaf of vrije,<br />

van mannelijk of vrouwelijk: gij allen<br />

zijt immers één in Christus <strong>Jezus</strong>.<br />

Indien gij nu van Christus zijt,<br />

dan zijt gij zaad van Abraham, en<br />

naar <strong>de</strong> belof<strong>te</strong> erfgenamen.”<br />

Gala<strong>te</strong>n 3: 26-29.<br />

Marian Pel<br />

...en <strong>de</strong>zen on<strong>de</strong>rscheid<strong>de</strong>n zich gunstig... daar zij het woord met alle bereidwilligheid aannamen en dagelijks<br />

<strong>de</strong> Schrif<strong>te</strong>n nagingen, of <strong>de</strong>ze dingen zo waren. Han<strong>de</strong>lingen 17:11<br />

“Gods eeuwig voornemen” is een gratis bijbelcursus over <strong>de</strong> profetieén van Daniël en <strong>de</strong> Openbaring en het<br />

verlossingsplan zoals het geopenbaard wordt in het heiligdom. Deze cursus is op aanvraag verkrijgbaar bij:<br />

Stichting “De <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong>”.<br />

t.a.v. R. Noordzij<br />

Alblasstraat 19<br />

3313 GA Dordrecht


GEDACHTEN VAN DE BERG<br />

DER ZALIGSPREKINGEN<br />

Zalig <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>stich<strong>te</strong>rs, want zij<br />

zullen Gods kin<strong>de</strong>ren genoemd<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Christus is <strong>de</strong> “Vre<strong>de</strong>vorst”,<br />

Jesaja 9: 6, en het is Zijn zending<br />

op aar<strong>de</strong> en in <strong>de</strong> hemel <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>te</strong><br />

hers<strong>te</strong>llen die door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> verbroken<br />

is. “Wij dan, gerechtvaardigd<br />

uit het geloof, hebben vre<strong>de</strong> met<br />

God, door onze Here <strong>Jezus</strong> Christus.”<br />

Romeinen 5:1 .Ie<strong>de</strong>reen die<br />

erin toes<strong>te</strong>mt <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> af <strong>te</strong> keuren<br />

en zijn hart open <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen voor <strong>de</strong><br />

lief<strong>de</strong> van Christus, krijgt <strong>de</strong>el aan<br />

<strong>de</strong>ze hemelse vre<strong>de</strong>.<br />

Er bestaat geen an<strong>de</strong>re basis voor<br />

vre<strong>de</strong> dan <strong>de</strong>ze. De gena<strong>de</strong> van<br />

Christus doet, wanneer zij in het<br />

hart is opgenomen, <strong>de</strong> vijandigheid<br />

verdwijnen; door <strong>de</strong>ze gena<strong>de</strong><br />

wordt strijd on<strong>de</strong>rdrukt, en <strong>de</strong> ziel<br />

vervuld met lief<strong>de</strong>. Hij die vre<strong>de</strong><br />

heeft met God en zijn me<strong>de</strong>mensen<br />

kan niet ongelukkig gemaakt wor<strong>de</strong>n.<br />

In zijn hart zal geen afgunst<br />

zijn; boze vermoe<strong>de</strong>ns zullen daar<br />

geen plaats vin<strong>de</strong>n; haat kan er niet<br />

bestaan. Het hart dat in harmonie<br />

is met God heeft <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> vre<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>s hemels, en zal <strong>de</strong> gezegen<strong>de</strong> invloed<br />

daarvan overal om zich heen<br />

versprei<strong>de</strong>n. De geest van vre<strong>de</strong> zal<br />

DEEL 5 - De zaligsprekingen<br />

als dauw rus<strong>te</strong>n op har<strong>te</strong>n die vermoeid<br />

en belast zijn door <strong>de</strong> strijd<br />

in <strong>de</strong> wereld.<br />

De volgelingen van Christus wor<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> wereld ingezon<strong>de</strong>n met <strong>de</strong><br />

boodschap van vre<strong>de</strong>. Een ie<strong>de</strong>r die,<br />

door <strong>de</strong> rustige, onbewus<strong>te</strong> invloed<br />

van een heilig leven, <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van<br />

Christus zal openbaren, een ie<strong>de</strong>r<br />

die, door woord of daad, een an<strong>de</strong>r<br />

ertoe zal brengen <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n<br />

varen en zijn hart aan God over <strong>te</strong><br />

geven, is een vre<strong>de</strong>stich<strong>te</strong>r.<br />

En “zalig <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>stich<strong>te</strong>rs, want<br />

zij zullen Gods kin<strong>de</strong>ren genoemd<br />

wor<strong>de</strong>n.” De geest van vre<strong>de</strong> is het<br />

bewijs voor hun verbon<strong>de</strong>nheid<br />

met <strong>de</strong> hemel. De zoe<strong>te</strong> reuk van<br />

Christus omgeeft hen. De geur <strong>de</strong>s<br />

levens, <strong>de</strong> lieflijkheid van karak<strong>te</strong>r<br />

openbaren aan <strong>de</strong> wereld het feit dat<br />

zij kin<strong>de</strong>ren Gods zijn. De mensen<br />

zien aan hen dat zij met <strong>Jezus</strong> geweest<br />

zijn. “Een ie<strong>de</strong>r die liefheeft,<br />

is uit God geboren.”<br />

1 Johannes 4: 7.<br />

“Indien iemand ech<strong>te</strong>r <strong>de</strong> Geest<br />

van Christus niet heeft, die behoort<br />

Hem niet toe,” maar “allen, die door<br />

<strong>de</strong> Geest Gods geleid wor<strong>de</strong>n, zijn<br />

zonen Gods.” Romeinen 8: 9, 14.<br />

“En het overblijfsel van Jakob zal<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 7<br />

<strong>te</strong> mid<strong>de</strong>n van vele volkeren zijn als<br />

<strong>de</strong> dauw van <strong>de</strong> Here, als regenstromen<br />

op het groene kruid, dat niet<br />

wacht op <strong>de</strong> mens, noch mensen<br />

kin<strong>de</strong>ren verbeidt.” Micha 5: 6<br />

Zalig <strong>de</strong> vervolg<strong>de</strong>n om <strong>de</strong>r<br />

gerechtigheid wil, want hunner is<br />

het koninkrijk <strong>de</strong>r hemelen<br />

<strong>Jezus</strong> s<strong>te</strong>lt Zijn volgelingen geen<br />

hoop op aardse eer en rijkdommen<br />

voor ogen, geen leven vrij van beproevingen,<br />

maar Hij schil<strong>de</strong>rt hun<br />

het voorrecht, <strong>te</strong> wan<strong>de</strong>len met hun<br />

Mees<strong>te</strong>r op <strong>de</strong> pa<strong>de</strong>n van zelfverloochening<br />

en smaad, die <strong>de</strong> wereld<br />

niet kent.<br />

Hij die kwam om <strong>de</strong> verloren wereld<br />

<strong>te</strong> verlossen, werd <strong>te</strong>gengewerkt<br />

door <strong>de</strong> verenig<strong>de</strong> strijdkrach<strong>te</strong>n<br />

van <strong>de</strong> <strong>te</strong>genstan<strong>de</strong>rs van<br />

God en <strong>de</strong> mensen. In een meedogenloos<br />

verbond schaar<strong>de</strong>n boze<br />

mensen en boze engelen zich <strong>te</strong>gen<br />

<strong>de</strong> Vre<strong>de</strong>vorst. Hoewel elk van Zijn<br />

woor<strong>de</strong>n en da<strong>de</strong>n god<strong>de</strong>lijke ontferming<br />

a<strong>de</strong>m<strong>de</strong>, wek<strong>te</strong> het feit, dat<br />

Hij niet gelijkvormig was aan <strong>de</strong><br />

wereld <strong>de</strong> bit<strong>te</strong>rs<strong>te</strong> vijandigheid op.<br />

Omdat Hij Zijn goedkeuring niet<br />

wil<strong>de</strong> geven aan het uitleven van <strong>de</strong><br />

boze hartstoch<strong>te</strong>n in onze natuur,<br />

wek<strong>te</strong> Hij <strong>de</strong> heftigs<strong>te</strong> <strong>te</strong>genstand<br />

en vijandschap op. Zo is het met<br />

allen die godvruchtig in Christus<br />

<strong>Jezus</strong> leven. Tussen gerechtigheid<br />

en zon<strong>de</strong>, lief<strong>de</strong> en haat, waarheid<br />

en leugen bestaat een strijd, die niet<br />

on<strong>de</strong>rdrukt kan wor<strong>de</strong>n. Wanneer<br />

iemand <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van Christus en <strong>de</strong><br />

schoonheid <strong>de</strong>r heiligheid naar voren<br />

brengt, trekt hij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdanen<br />

van Satans koninkrijk van hem af,<br />

en <strong>de</strong> vorst van het kwaad wordt geprikkeld<br />

om dit <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan. Vervolging<br />

en smaad wach<strong>te</strong>n allen,<br />

die zijn aangedaan met <strong>de</strong> Geest<br />

van Christus. De aard van <strong>de</strong> vervolging<br />

wisselt met <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n; maar<br />

het beginsel – <strong>de</strong> geest die hieraan<br />

<strong>te</strong>n grondslag ligt – is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> die


<strong>de</strong> uitverkorenen <strong>de</strong>s Heren heeft<br />

gedood sinds <strong>de</strong> dagen van Abel.<br />

Wanneer mensen trach<strong>te</strong>n in harmonie<br />

met God <strong>te</strong> komen, zullen<br />

zij bemerken, dat <strong>de</strong> smaad van het<br />

kruis niet verdwenen is. Overhe<strong>de</strong>n<br />

en mach<strong>te</strong>n en boze gees<strong>te</strong>n in <strong>de</strong><br />

hoge scharen zich <strong>te</strong>gen allen die<br />

streven naar gehoorzaamheid aan<br />

<strong>de</strong> wet <strong>de</strong>s hemels. Daarom moet<br />

vervolging, verre van verdriet <strong>te</strong><br />

veroorzaken, vreug<strong>de</strong> brengen aan<br />

<strong>de</strong> discipelen van Christus; immers,<br />

het is een bewijs, dat zij <strong>de</strong> voetsporen<br />

van hun mees<strong>te</strong>r volgen.<br />

Hoewel <strong>de</strong> Here Zijn volk niet beloofd<br />

heeft dat zij zullen wor<strong>de</strong>n<br />

vrijges<strong>te</strong>ld van beproevingen, heeft<br />

Hij hun iets beloofd dat veel be<strong>te</strong>r<br />

is. Hij zegt: “Uw s<strong>te</strong>rk<strong>te</strong> moge zijn<br />

als uw levensduur.”<br />

Deu<strong>te</strong>ronomium 33: 25.<br />

“Mijn gena<strong>de</strong> is u genoeg, want <strong>de</strong><br />

kracht openbaart zich eerst <strong>te</strong>n volle<br />

in zwakheid.” 2 Korintiërs 12: 9.<br />

Als u geroepen wordt om door <strong>de</strong><br />

vurige oven <strong>te</strong> gaan om Zijnentwille,<br />

zal <strong>Jezus</strong> aan uw zij<strong>de</strong> gaan,<br />

zoals Hij met <strong>de</strong> drie getrouwen in<br />

Babylon was. Zij die hun Heiland<br />

liefhebben, zullen zich verheugen<br />

over ie<strong>de</strong>re gelegenheid die zij krijgen<br />

om met Hem verne<strong>de</strong>ring en<br />

smaad <strong>te</strong> mogen <strong>de</strong>len. De lief<strong>de</strong> die<br />

zij voor hun Here koes<strong>te</strong>ren maakt<br />

het lij<strong>de</strong>n om Zijnentwille zoet.<br />

Door alle eeuwen heen heeft Satan<br />

het volk van God vervolgd. Hij<br />

heeft hen gemar<strong>te</strong>ld en <strong>te</strong>r dood gebracht;<br />

maar in hun s<strong>te</strong>rven wer<strong>de</strong>n<br />

zij overwinnaars. Zij openbaar<strong>de</strong>n<br />

door hun standvastig geloof Eén,<br />

die machtiger is dan Satan. Satan<br />

kon het lichaam mar<strong>te</strong>len en do<strong>de</strong>n,<br />

maar hij kon niet het leven raken<br />

dat verborgen was met Christus in<br />

God. Hij kon hen gevangen hou<strong>de</strong>n<br />

binnen <strong>de</strong> muren van <strong>de</strong> gevangenis,<br />

maar hij kon <strong>de</strong> geest niet bin<strong>de</strong>n.<br />

Zij kon<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> somberheid<br />

heen zien op <strong>de</strong> heerlijkheid met <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>n: “Want ik ben er zeker van,<br />

dat het lij<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> <strong>te</strong>genwoordige<br />

tijd niet opweegt <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> heerlijkheid,<br />

die over ons geopenbaard zal<br />

wor<strong>de</strong>n.” Romeinen 8: 18. “Want<br />

<strong>de</strong> lich<strong>te</strong> last <strong>de</strong>r verdrukking van<br />

een ogenblik bewerkt voor ons een<br />

alles verre <strong>te</strong> boven gaand eeuwig<br />

gewicht van heerlijkheid.”<br />

2 Korintiërs 4: 17.<br />

Door beproeving en vervolging<br />

komt <strong>de</strong> heerlijkheid – het karak<strong>te</strong>r<br />

– van God in Zijn uitverkorenen.<br />

De gemeen<strong>te</strong> van God, gehaat en<br />

vervolgd door <strong>de</strong> wereld, wordt op-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 8<br />

gevoed en on<strong>de</strong>rricht in <strong>de</strong> school<br />

van Christus. Zij wan<strong>de</strong>len op <strong>de</strong><br />

smalle weg op aar<strong>de</strong>; zij wor<strong>de</strong>n gezuiverd<br />

in <strong>de</strong> oven <strong>de</strong>r beproeving.<br />

Zij volgen Christus door <strong>de</strong> hevige<br />

strijd heen; zij verdragen zelfverloochening,<br />

en ervaren bit<strong>te</strong>re <strong>te</strong>leurs<strong>te</strong>llingen;<br />

maar hun pijnlijke<br />

ervaring leert hen <strong>de</strong> schuld en <strong>de</strong><br />

smart van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> kennen, en zij<br />

beschouwen die met afschuw. Daar<br />

zij <strong>de</strong>el hebben aan het lij<strong>de</strong>n van<br />

Christus, zijn zij voorbes<strong>te</strong>md om<br />

ook <strong>de</strong>el <strong>te</strong> krijgen aan Zijn heerlijkheid.<br />

In een heilig visioen zag<br />

<strong>de</strong> profeet <strong>de</strong> overwinning van het<br />

volk van God. Hij zegt: “En ik zag<br />

iets als een zee van glas met vuur<br />

vermengd, en <strong>de</strong> overwinnaars…<br />

staan<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> glazen zee, met <strong>de</strong><br />

ci<strong>te</strong>rs Gods. En zij zingen het lied<br />

van Mozes, <strong>de</strong> knecht Gods, en het<br />

lied van het Lam, zeggen<strong>de</strong>: Groot<br />

en won<strong>de</strong>rbaar zijn Uw werken,<br />

Here God Almachtige; rechtvaardig<br />

en waarachtig zijn Uw wegen, Gij,<br />

Koning <strong>de</strong>r volkeren.”<br />

Openbaring 15: 2, 3.<br />

“Dezen zijn het, die komen uit <strong>de</strong><br />

gro<strong>te</strong> verdrukking; en zij hebben<br />

hun gewa<strong>de</strong>n gewassen en die wit<br />

gemaakt in het bloed <strong>de</strong>s Lams.<br />

Daarom zijn zij voor <strong>de</strong> troon van<br />

God en zij vereren Hem dag en<br />

nacht in Zijn <strong>te</strong>mpel; en<br />

Hij, die op <strong>de</strong> troon geze<strong>te</strong>n<br />

is, zal Zijn <strong>te</strong>nt over<br />

hen uitsprei<strong>de</strong>n.”<br />

Openbaring 7: 14, 15.<br />

Zalig zijt gij, wanneer men<br />

u smaadt<br />

Sinds hij gevallen is heeft<br />

Satan door mid<strong>de</strong>l van bedrog<br />

gewerkt. Zoals hij<br />

een onjuis<strong>te</strong> voors<strong>te</strong>lling<br />

van God heeft gegeven,<br />

zo geeft hij, door zijn ver<strong>te</strong>genwoordigers,<br />

een onjuis<strong>te</strong><br />

voors<strong>te</strong>lling van <strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren Gods. De Heiland


zegt: “De smaadwoor<strong>de</strong>n van wie u<br />

sma<strong>de</strong>n, kwamen op Mij neer.”<br />

Psalm 69: 10.<br />

Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier zullen ze neerkomen<br />

op Zijn discipelen.<br />

Nooit werd iemand on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mensen<br />

wre<strong>de</strong>r belas<strong>te</strong>rd dan <strong>de</strong> Zoon<br />

<strong>de</strong>s mensen. Hij werd uitgelachen<br />

en bespot om Zijn onwankelbare<br />

gehoorzaamheid aan <strong>de</strong> beginselen<br />

van Gods heilige wet. Zij haat<strong>te</strong>n<br />

Hem zon<strong>de</strong>r oorzaak. Nochtans<br />

stond Hij rustig voor Zijn vijan<strong>de</strong>n<br />

en verklaar<strong>de</strong> dat smaad een <strong>de</strong>el is<br />

van het Chris<strong>te</strong>lijke erf<strong>de</strong>el, en Hij<br />

gaf Zijn volgelingen raad, hoe zij<br />

<strong>de</strong> pijlen <strong>de</strong>r haat moes<strong>te</strong>n opvangen.<br />

Hij vermaan<strong>de</strong> hen niet zwak<br />

<strong>te</strong> wor<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>ns vervolging.<br />

Hoewel las<strong>te</strong>r iemands goe<strong>de</strong> naam<br />

kan bezoe<strong>de</strong>len, kan het karak<strong>te</strong>r<br />

er niet door wor<strong>de</strong>n besmet. Dat<br />

wordt door God bewaard. Zolang<br />

wij niet toes<strong>te</strong>mmen in <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>,<br />

is er geen macht, duivels of menselijk,<br />

die een smet op <strong>de</strong> ziel kan<br />

werpen. Een man wiens hart verankerd<br />

is in God is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> in het uur<br />

waarin hij het meest beproefd en<br />

het meest ontmoedigd wordt als in<br />

<strong>de</strong> tijd waarin hij voorspoedig<br />

was, toen het<br />

licht en <strong>de</strong> gunst van<br />

God op hem schenen <strong>te</strong><br />

rus<strong>te</strong>n. Zijn woor<strong>de</strong>n,<br />

zijn motieven, zijn da<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n misschien<br />

verkeerd verklaard en<br />

vervalst, maar het raakt<br />

hem niet, omdat er voor<br />

hem gro<strong>te</strong>re belangen<br />

in het spel zijn. Evenals<br />

Mozes verdraagt hij<br />

het “als zien<strong>de</strong> <strong>de</strong> Onzienlijke;”<br />

Hebreeën 11: 27;<br />

niet zien<strong>de</strong> “op het<br />

zichtbare, maar op het<br />

onzichtbare.”<br />

2 Korintiërs 4: 18.<br />

Christus weet alles wat verkeerd<br />

begrepen en verkeerd verklaard<br />

wordt door mensen. Zijn kin<strong>de</strong>ren<br />

kunnen het zich veroorloven<br />

met rustig geduld en vertrouwen <strong>te</strong><br />

wach<strong>te</strong>n, hoezeer ze ook gehaat en<br />

veracht wor<strong>de</strong>n; want niets is verborgen,<br />

dat niet openbaar gemaakt<br />

zal wor<strong>de</strong>n, en zij die God eren zullen<br />

door Hem geëerd wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />

<strong>te</strong>genwoordigheid van mensen en<br />

engelen.<br />

“Wanneer men u smaadt en vervolgt,”<br />

zei <strong>Jezus</strong>, “verblijdt u en<br />

verheugt u.” en Hij wees Zijn toehoor<strong>de</strong>rs<br />

op <strong>de</strong> profe<strong>te</strong>n, die gesproken<br />

had<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Heren<br />

als “een voorbeeld van gela<strong>te</strong>nheid<br />

en geduld.” Jakobus 5: 10. Abel, <strong>de</strong><br />

allereers<strong>te</strong> Chris<strong>te</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

van Adam, stierf als mar<strong>te</strong>laar.<br />

Henoch wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> met God, en<br />

<strong>de</strong> wereld ken<strong>de</strong> hem niet. Noach<br />

werd bespot als een fanaticus en<br />

een onruststoker. “An<strong>de</strong>ren weer<br />

hebben hoon en geselslagen verduurd,<br />

daarenboven nog boeien en<br />

gevangenschap.” “An<strong>de</strong>ren hebben<br />

zich la<strong>te</strong>n fol<strong>te</strong>ren en van geen bevrijding<br />

willen we<strong>te</strong>n, opdat zij aan<br />

een be<strong>te</strong>re opstanding <strong>de</strong>el moch<strong>te</strong>n<br />

hebben.” Hebreeën 11: 36, 35.<br />

Door alle eeuwen heen zijn Gods<br />

uitverkoren boodschappers gesmaad<br />

en vervolgd; nochtans is<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 9<br />

door hun moei<strong>te</strong> <strong>de</strong> kennis van God<br />

wijd verbreid. Ie<strong>de</strong>re discipel van<br />

Christus moet zich bij <strong>de</strong> gele<strong>de</strong>ren<br />

aanslui<strong>te</strong>n, en hetzelf<strong>de</strong> werk voorwaarts<br />

dragen, we<strong>te</strong>n<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> vijan<strong>de</strong>n<br />

daarvan niets kunnen doen<br />

<strong>te</strong>gen <strong>de</strong> waarheid, slechts vóór <strong>de</strong><br />

waarheid. Het is <strong>de</strong> bedoeling van<br />

God, dat <strong>de</strong> waarheid naar voren<br />

gebracht zal wor<strong>de</strong>n, en het on<strong>de</strong>rwerp<br />

zal wor<strong>de</strong>n van on<strong>de</strong>rzoek en<br />

bespreking, juist ook door <strong>de</strong> verachting<br />

die <strong>de</strong> mensen ervoor koes<strong>te</strong>ren.<br />

De gedach<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> mensen<br />

moe<strong>te</strong>n wakker geschud wor<strong>de</strong>n;<br />

ie<strong>de</strong>re strijd, ie<strong>de</strong>r smaadwoord,<br />

ie<strong>de</strong>re poging om gewe<strong>te</strong>nsvrijheid<br />

<strong>te</strong> beknot<strong>te</strong>n is een mid<strong>de</strong>l van God<br />

om mensen wakker <strong>te</strong> maken die<br />

an<strong>de</strong>rs zou<strong>de</strong>n kunnen insluimeren.<br />

Hoe dikwijls is dit resultaat gezien<br />

in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> boodschappers<br />

van God? Toen <strong>de</strong> e<strong>de</strong>le,<br />

welspreken<strong>de</strong> S<strong>te</strong>phanus door s<strong>te</strong>niging<br />

werd gedood op aanstoken<br />

van het Sanhedrin, leed <strong>de</strong> zaak van<br />

het evangelie geen verlies. Het licht<br />

<strong>de</strong>s hemels, dat zijn gelaat verheerlijk<strong>te</strong>,<br />

<strong>de</strong> god<strong>de</strong>lijke ontferming<br />

die sprak uit het gebed dat hij s<strong>te</strong>rven<strong>de</strong><br />

uit<strong>te</strong>, waren als een scherpe<br />

pijl <strong>de</strong>r overtuiging<br />

voor het fanatieke lid<br />

van het Sanhedrin dat<br />

daarbij aanwezig was,<br />

en Saulus, <strong>de</strong> vervolgen<strong>de</strong><br />

Farizeeër,<br />

werd een uitverkoren<br />

vat, om <strong>de</strong> naam van<br />

Christus uit <strong>te</strong> dragen<br />

on<strong>de</strong>r hei<strong>de</strong>nen en koningen<br />

en <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren<br />

Israëls. En lang daarna<br />

schreef <strong>de</strong> bejaar<strong>de</strong><br />

Paulus vanuit het huis<br />

waarin hij <strong>te</strong> Rome<br />

gevangen gehou<strong>de</strong>n<br />

werd: “Sommigen<br />

prediken <strong>de</strong> Christus<br />

wel uit nijd en twist… genen… met<br />

<strong>de</strong> onzuivere bedoeling, mij <strong>de</strong> gevangenschap<br />

zwaar <strong>te</strong> maken … In


elk geval, hetzij met bijoogmerk,<br />

hetzij in oprechtheid, wordt Christus<br />

verkondigd.” Filippenzen 1:<br />

15-18. Door <strong>de</strong> gevangenschap van<br />

Paulus werd het evangelie verbreid,<br />

en zelfs in het paleis van <strong>de</strong> keizer<br />

wer<strong>de</strong>n zielen voor Christus gewonnen.<br />

Door <strong>de</strong> pogingen van Satan<br />

om het <strong>te</strong> vernietigen, wordt “het<br />

onvergankelijk zaad,” “het leven<strong>de</strong><br />

en blijven<strong>de</strong> woord van God”, in <strong>de</strong><br />

har<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> mensen gezaaid; door<br />

<strong>de</strong> smaad en vervolging van Zijn<br />

kin<strong>de</strong>ren wordt <strong>de</strong> naam van Christus<br />

groot gemaakt en wor<strong>de</strong>n zielen<br />

gered.<br />

“Groot is het loon in <strong>de</strong> hemel” van<br />

hen die getuigen zijn voor Christus<br />

ondanks vervolging en smaad.<br />

Terwijl <strong>de</strong> mensen zien op aardse<br />

schat<strong>te</strong>n, wijst <strong>Jezus</strong> hen op een<br />

hemelse beloning. Maar Hij plaatst<br />

het niet geheel en al in het toekomstige<br />

leven; het begint hier. De Here<br />

verscheen in <strong>de</strong> oudheid aan Abra-<br />

ham en zei<strong>de</strong>: “Ik ben uw schild; uw<br />

loon zal zeer groot zijn.” Genesis<br />

15: 1. Dit is <strong>de</strong> beloning van allen<br />

die Christus volgen. Jehova Emmanuel<br />

– “Hij, in wie alle schat<strong>te</strong>n <strong>de</strong>r<br />

wijsheid en kennis verborgen zijn”,<br />

in “wie al <strong>de</strong> volheid <strong>de</strong>r Godheid<br />

lichamelijk” woont – gena<strong>de</strong> <strong>te</strong> mogen<br />

vin<strong>de</strong>n in Zijn ogen, Hem <strong>te</strong><br />

kennen, Hem <strong>te</strong> bezit<strong>te</strong>n, doordat<br />

het hart zich meer en meer opens<strong>te</strong>lt<br />

om Zijn karak<strong>te</strong>reigenschappen<br />

<strong>te</strong> ontvangen; Zijn lief<strong>de</strong> en<br />

kracht <strong>te</strong> kennen, <strong>de</strong> ondoorgron<strong>de</strong>lijke<br />

rijkdommen van Christus <strong>te</strong><br />

bezit<strong>te</strong>n, meer en meer <strong>te</strong> begrijpen<br />

“hoe groot <strong>de</strong> breed<strong>te</strong> en leng<strong>te</strong> en<br />

hoog<strong>te</strong> en diep<strong>te</strong> is, en <strong>te</strong> kennen <strong>de</strong><br />

lief<strong>de</strong> van Christus, die <strong>de</strong> kennis <strong>te</strong><br />

boven gaat, opdat gij vervuld wordt<br />

tot alle volheid Gods,” – “dit is het<br />

<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> knech<strong>te</strong>n <strong>de</strong>s Heren en<br />

hun recht van Mijnentwege, luidt<br />

het woord <strong>de</strong>s Heren.”<br />

Efeziërs 3: 18, 19; Jesaja 54: 17.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 10<br />

Dit was <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> die <strong>de</strong> har<strong>te</strong>n<br />

van Paulus en Silas vervul<strong>de</strong> toen<br />

zij <strong>te</strong> mid<strong>de</strong>rnacht in <strong>de</strong> kerker <strong>te</strong><br />

Filippi ba<strong>de</strong>n en loflie<strong>de</strong>ren tot God<br />

opzongen. Christus was daar naast<br />

hen, en het licht van Zijn <strong>te</strong>genwoordigheid<br />

bestraal<strong>de</strong> <strong>de</strong> somberheid<br />

om hen heen met <strong>de</strong> heerlijkheid<br />

van <strong>de</strong> hemelse hoven. Vanuit<br />

Rome schreef Paulus, zon<strong>de</strong>r zich<br />

<strong>te</strong> bekommeren om zijn boeien nu<br />

hij <strong>de</strong> verbreiding van het evangelie<br />

zag: “Daarin verblijd ik mij, en zal<br />

ik mij ook verblij<strong>de</strong>n.” Filippenzen<br />

1: 18. En <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n van Christus<br />

zelf op <strong>de</strong> berg weerklinken in <strong>de</strong><br />

boodschap van Paulus aan <strong>de</strong> gemeen<strong>te</strong><br />

<strong>te</strong> Filippi, <strong>te</strong> mid<strong>de</strong>n van<br />

hun vervolgingen: “Verblijd u in <strong>de</strong><br />

Here <strong>te</strong> allen tij<strong>de</strong>! We<strong>de</strong>rom zal ik<br />

zeggen: Verblijd u!”<br />

Filippenzen 4: 4.<br />

E.G.Whi<strong>te</strong><br />

De gehele bijbelse geschie<strong>de</strong>nis naver<strong>te</strong>ld<br />

in tien magnifieke en prachtig geïllustreer<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>len.<br />

Geschreven door<br />

Arthur. S.Maxwell.<br />

<strong>te</strong> bes<strong>te</strong>llen, of voor informatie kunt u<br />

contact<br />

opnemen met-<br />

Hendré van <strong>de</strong>r Molen -<br />

Kervelseweg 36 - 7255 KV<br />

Hengelo (gld)<br />

<strong>te</strong>l: 0575461092 -<br />

of mobiel - 0628467318


OPENBARING 11<br />

DE TWEE<br />

GETUIGEN<br />

De profe<strong>te</strong>n had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukking<br />

van <strong>de</strong> Schrif<strong>te</strong>n tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

perio<strong>de</strong> van pauselijke opperheerschappij<br />

voorzegd. De apos<strong>te</strong>l Johannes<br />

voorzeg<strong>de</strong> ook welke vreselijke<br />

gevolgen <strong>de</strong> heerschappij van<br />

„<strong>de</strong> mens <strong>de</strong>r wet<strong>te</strong>loosheid” vooral<br />

voor Frankrijk zou hebben.<br />

De engel <strong>de</strong>s Heren had gezegd:<br />

„Zij zullen <strong>de</strong> heilige stad vertre<strong>de</strong>n<br />

tweeënveertig maan<strong>de</strong>n lang.<br />

En Ik zal mijn twee getuigen lastgeven<br />

om, met een zak bekleed, <strong>te</strong><br />

profe<strong>te</strong>ren, twaalfhon<strong>de</strong>rd zestig<br />

dagen lang... En wanneer zij hun<br />

getuigenis zullen voleindigd hebben,<br />

zal het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond<br />

opkomt, hun <strong>de</strong> oorlog aandoen<br />

en het zal hen overwinnen en hen<br />

do<strong>de</strong>n. En hun lijk (zal liggen) op<br />

<strong>de</strong> straat <strong>de</strong>r gro<strong>te</strong> stad, die gees<strong>te</strong>lijk<br />

genaamd wordt Sodom en<br />

Egyp<strong>te</strong>, alwaar ook hun Here gekruisigd<br />

werd... En zij, die op <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> wonen, zijn blij<strong>de</strong> en verheugd<br />

over hen en zullen elkan<strong>de</strong>r<br />

geschenken zen<strong>de</strong>n, omdat<br />

<strong>de</strong>ze twee profe<strong>te</strong>n hen, die op <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> wonen, gepijnigd had<strong>de</strong>n.<br />

En na [die] drie en een halve dag<br />

voer een levensgeest uit God in<br />

hen, en zij gingen op hun voe<strong>te</strong>n<br />

staan en gro<strong>te</strong> vrees viel op (allen),<br />

die hen aanschouw<strong>de</strong>n”<br />

(Openbaring 11:2-11).<br />

De hier vermel<strong>de</strong> tijdperken -<br />

„twee en veertig maan<strong>de</strong>n lang”<br />

en „twaalfhon<strong>de</strong>rdzestig dagen<br />

lang” - zijn <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> perio<strong>de</strong>, na-<br />

melijk <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukking<br />

van Christus’ gemeen<strong>te</strong> door Rome.<br />

De 1260 jaar van pauselijke suprematie<br />

begonnen in 538 na Chr. en<br />

eindig<strong>de</strong>n dus in 1798. In dat jaar<br />

trok het Franse leger Rome binnen,<br />

nam <strong>de</strong> paus gevangen en voer<strong>de</strong>n<br />

hem in ballingschap. Toen <strong>de</strong> paus<br />

stierf, was hij nog altijd uit Rome<br />

verbannen. Hoewel er onmid<strong>de</strong>llijk<br />

na zijn dood een nieuwe paus<br />

werd verkozen, zijn zijn opvolgers<br />

er nooit in geslaagd <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> macht<br />

uit <strong>te</strong> oefenen als vroeger.<br />

De profeet zegt in verband met <strong>de</strong><br />

twee getuigen ook: „Dit zijn <strong>de</strong> twee<br />

olijfbomen en <strong>de</strong> twee kan<strong>de</strong>laren,<br />

die voor het aangezicht van <strong>de</strong> Here<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 11<br />

<strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> staan”. De dich<strong>te</strong>r van <strong>de</strong><br />

Psalmen zegt: „Uw woord is een<br />

lamp voor mijn voet en een licht op<br />

mijn pad” (Openbaring 11:4;<br />

Psalm 119:105).<br />

De twee getuigen s<strong>te</strong>llen het Ou<strong>de</strong><br />

en het Nieuwe Testament voor. Ze<br />

getuigen van <strong>de</strong> oorsprong en eeuwigheid<br />

van Gods wet en van het<br />

verlossingsplan. De symbolen, offers<br />

en profetieën van het Ou<strong>de</strong><br />

Testament wezen op <strong>de</strong> komen<strong>de</strong><br />

Verlosser. De evangeliën en brieven<br />

van het Nieuwe Testament getuigen<br />

van een Verlosser wiens komst volledig<br />

beantwoordt aan <strong>de</strong> symbolen<br />

en profetieën.<br />

„En Ik zal mijn<br />

twee getuigen lastgeven<br />

om, met een<br />

zak bekleed, <strong>te</strong><br />

profe<strong>te</strong>ren, twaalfhon<strong>de</strong>rdzestigdagen<br />

lang.” Tij<strong>de</strong>ns<br />

het groots<strong>te</strong> <strong>de</strong>el<br />

van <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong><br />

bleven Gods getuigen<br />

in <strong>de</strong> duis<strong>te</strong>rnis<br />

verborgen. De pauselijke<br />

macht s<strong>te</strong>l<strong>de</strong><br />

alles in het werk<br />

om het volk van het<br />

Woord <strong>de</strong>r waarheid<br />

af <strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n en zorg<strong>de</strong> voor<br />

valse getuigen die het getuigenis


van <strong>de</strong> Schrift <strong>te</strong>genspraken. Toen<br />

<strong>de</strong> Bijbel zowel door <strong>de</strong> wereldlijke<br />

als door <strong>de</strong> kerkelijke overheid was<br />

verbo<strong>de</strong>n, toen zijn getuigenis werd<br />

vervalst en allerlei menselijke en<br />

duivelse mid<strong>de</strong>len wer<strong>de</strong>n gebruikt<br />

om <strong>de</strong> mensen dom <strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n, toen<br />

zij die <strong>de</strong> heilige bijbelse waarhe<strong>de</strong>n<br />

durf<strong>de</strong>n <strong>te</strong> verkondigen wer<strong>de</strong>n<br />

opgejaagd, verra<strong>de</strong>n of gefol<strong>te</strong>rd,<br />

in gevangenissen wer<strong>de</strong>n opgeslo<strong>te</strong>n,<br />

voor hun geloof <strong>de</strong> mar<strong>te</strong>ldood<br />

stierven of een toevlucht moes<strong>te</strong>n<br />

zoeken in <strong>de</strong> bergen en in <strong>de</strong><br />

spelonken en holen van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>,<br />

profe<strong>te</strong>er<strong>de</strong>n <strong>de</strong> trouwe getuigen<br />

„met een zak bekleed”, maar ze<br />

getuig<strong>de</strong>n ondanks alles tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

hele perio<strong>de</strong> van 1260 jaar. In <strong>de</strong><br />

donkers<strong>te</strong> tij<strong>de</strong>n waren er trouwe<br />

gelovigen die Gods Woord liefhad<strong>de</strong>n<br />

en Gods eer ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong>n.<br />

Deze trouwe boodschappers kregen<br />

wijsheid, kracht en gezag om Gods<br />

waarheid tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze lange perio<strong>de</strong><br />

<strong>te</strong> verkondigen.<br />

„En indien iemand hun scha<strong>de</strong> wil<br />

toebrengen, komt er vuur uit hun<br />

mond en het verslindt hun vijan<strong>de</strong>n;<br />

en indien iemand hun scha<strong>de</strong><br />

wil toebrengen, moet hij zó <strong>de</strong> dood<br />

vin<strong>de</strong>n” (Openbaring 11:5). Men<br />

kan het Woord van God niet ongestraft<br />

met voe<strong>te</strong>n tre<strong>de</strong>n. De be<strong>te</strong>kenis<br />

van <strong>de</strong>ze vreselijke uitspraak<br />

wordt gegeven in het laats<strong>te</strong> hoofdstuk<br />

van <strong>de</strong> Openbaring: „Ik betuig<br />

aan een ie<strong>de</strong>r, die <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<br />

profetie van dit boek hoort: Indien<br />

iemand hieraan toevoegt, God zal<br />

hem toevoegen <strong>de</strong> plagen, die in het<br />

boek beschreven zijn; en indien iemand<br />

afneemt van <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n van<br />

dit boek <strong>de</strong>zer profetie, God zal zijn<br />

<strong>de</strong>el afnemen van het geboom<strong>te</strong> <strong>de</strong>s<br />

levens en van <strong>de</strong> heilige stad, welke<br />

in dit boek beschreven zijn”<br />

(Openbaring 22:18,19).<br />

God heeft <strong>de</strong>ze woor<strong>de</strong>n uitgesproken<br />

om <strong>de</strong> mensen <strong>te</strong> waarschuwen<br />

dat zij niet <strong>de</strong> mins<strong>te</strong> veran<strong>de</strong>ring<br />

mogen aanbrengen in hetgeen God<br />

geopenbaard of bevolen heeft.<br />

Deze plechtige waarschuwingen<br />

gel<strong>de</strong>n voor allen die <strong>de</strong> mensen<br />

door hun invloed ertoe aanzet<strong>te</strong>n<br />

Gods wet gering <strong>te</strong> schat<strong>te</strong>n. Zij die<br />

verklaren dat het niets uitmaakt of<br />

wij Gods wet al dan niet gehoorzamen,<br />

zou<strong>de</strong>n bij het horen van <strong>de</strong>ze<br />

woor<strong>de</strong>n moe<strong>te</strong>n vrezen en beven.<br />

Ie<strong>de</strong>reen die zijn eigen opvattingen<br />

boven Gods openbaring s<strong>te</strong>lt, ie<strong>de</strong>reen<br />

die <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lijke be<strong>te</strong>kenis<br />

van <strong>de</strong> Schrift veran<strong>de</strong>rt en aan zijn<br />

eigen smaak aanpast of versoepelt<br />

<strong>te</strong>n ein<strong>de</strong> in harmonie <strong>te</strong> zijn met<br />

<strong>de</strong> wereld, neemt een vreselijke<br />

verantwoor<strong>de</strong>lijkheid op zich. Het<br />

geschreven woord, <strong>de</strong> wet van God,<br />

zal <strong>de</strong> maatstaf zijn voor het karak<strong>te</strong>r<br />

van alle mensen en zal allen<br />

veroor<strong>de</strong>len die bij <strong>de</strong>ze onfeilbare<br />

toets gewogen, maar <strong>te</strong> licht bevon<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

„En wanneer zij hun getuigenis zullen<br />

voleindigd hebben.” De tijdspanne<br />

waarin <strong>de</strong> twee getuigen<br />

„met een zak bekleed” moes<strong>te</strong>n<br />

profe<strong>te</strong>ren, eindig<strong>de</strong> in 1798. Tegen<br />

het ein<strong>de</strong> van hun werk, dat ze in<br />

duis<strong>te</strong>rnis moes<strong>te</strong>n verrich<strong>te</strong>n, zou<br />

<strong>de</strong> macht die wordt voorges<strong>te</strong>ld<br />

door „het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond<br />

opkomt” „hun <strong>de</strong> oorlog aandoen”.<br />

In verschillen<strong>de</strong> Europese lan<strong>de</strong>n<br />

was het gezag in Kerk en Staat door<br />

bemid<strong>de</strong>ling van het pausdom eeuwenlang<br />

in han<strong>de</strong>n van Satan geweest.<br />

Maar hier gaat het om een<br />

nieuwe openbaring van satanische<br />

macht.<br />

Rome had altijd <strong>de</strong> indruk gewekt<br />

dat ze <strong>de</strong> Heilige Schrift vereer<strong>de</strong>,<br />

maar intussen zorg<strong>de</strong> ze er wel<br />

voor dat ze bui<strong>te</strong>n het bereik van<br />

het volk bleef. On<strong>de</strong>r haar heerschappij<br />

had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> getuigen „met<br />

een zak bekleed” geprofe<strong>te</strong>erd. Er<br />

zou ech<strong>te</strong>r een an<strong>de</strong>re macht - het<br />

beest uit <strong>de</strong> afgrond - opkomen om<br />

het Woord van God openlijk <strong>te</strong> be-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 12<br />

strij<strong>de</strong>n. „De gro<strong>te</strong> stad” waar <strong>de</strong><br />

getuigen wor<strong>de</strong>n gedood en waar<br />

hun lijken liggen, is „het gees<strong>te</strong>lijke<br />

Egyp<strong>te</strong>”. Van alle lan<strong>de</strong>n die in <strong>de</strong><br />

Bijbel wor<strong>de</strong>n genoemd, is Egyp<strong>te</strong><br />

het verst gegaan in godsontkenning<br />

en wetsverachting. Geen enkele<br />

koning heeft zich openlijker en<br />

brutaler verzet <strong>te</strong>gen het gezag van<br />

<strong>de</strong> hemel dan Farao. Toen Mozes<br />

hem in opdracht van God het bericht<br />

overbracht, antwoord<strong>de</strong> Farao<br />

aanmatigend: „Wie is <strong>de</strong> Here, naar<br />

wie ik zou moe<strong>te</strong>n luis<strong>te</strong>ren om Israël<br />

<strong>te</strong> la<strong>te</strong>n gaan? Ik ken <strong>de</strong> Here<br />

niet, en ik zal Israël ook niet la<strong>te</strong>n<br />

gaan” (Exodus 5:2). Dit is atheïsme<br />

en het land dat door Egyp<strong>te</strong> wordt<br />

voorges<strong>te</strong>ld, zou <strong>de</strong> eisen van <strong>de</strong> leven<strong>de</strong><br />

God ook verwerpen. Het zou<br />

blijk geven van hetzelf<strong>de</strong> ongeloof<br />

en <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> uitdagen<strong>de</strong> houding<br />

aannemen. „De gro<strong>te</strong> stad” wordt in<br />

gees<strong>te</strong>lijk opzicht ook vergeleken<br />

met Sodom. De verdorvenheid en<br />

wetsverachting van Sodom bleken<br />

vooral uit <strong>de</strong> ban<strong>de</strong>loosheid van <strong>de</strong><br />

Sodomie<strong>te</strong>n. Deze zon<strong>de</strong> zou ook<br />

het voornaams<strong>te</strong> kenmerk zijn van<br />

het land dat zou beantwoor<strong>de</strong>n aan<br />

<strong>de</strong> <strong>te</strong>rmen van <strong>de</strong>ze profetie.<br />

Volgens <strong>de</strong> voorzegging van <strong>de</strong><br />

profeet zou er kort vóór 1798 een<br />

macht van satanische oorsprong en<br />

karak<strong>te</strong>r opkomen om <strong>de</strong> Bijbel <strong>te</strong><br />

bestrij<strong>de</strong>n. Het land waar het getuigenis<br />

van <strong>de</strong> twee getuigen van God<br />

zou wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rdrukt, zou wor<strong>de</strong>n<br />

gekenmerkt door het atheïsme<br />

van Farao en <strong>de</strong> ban<strong>de</strong>loosheid van<br />

Sodom.<br />

Deze profetie is op een bui<strong>te</strong>ngewoon<br />

nauwkeurige en treffen<strong>de</strong><br />

manier in vervulling gegaan in <strong>de</strong><br />

geschie<strong>de</strong>nis van Frankrijk. Tij<strong>de</strong>ns<br />

<strong>de</strong> Revolutie, in 1793, „hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

wereld voor het eerst een groep<br />

mannen die in een beschaafd land<br />

geboren en opgevoed waren, en één<br />

van <strong>de</strong> bes<strong>te</strong> Europese sta<strong>te</strong>n leid<strong>de</strong>n,<br />

gezamenlijk hun s<strong>te</strong>m verhef-


fen om <strong>de</strong> plechtigs<strong>te</strong> waarheid die<br />

een mens kan kennen <strong>te</strong> loochenen<br />

en unaniem het geloof en <strong>de</strong> aanbidding<br />

van God <strong>te</strong> verwerpen”<br />

(Sir Wal<strong>te</strong>r Scott, Life of Napoleon,<br />

vol. 1, ch. 17). „Frankrijk is het<br />

enige land <strong>te</strong>r wereld dat zich als<br />

staat openlijk heeft verzet <strong>te</strong>gen <strong>de</strong><br />

Schepper van het heelal en dit feit<br />

in een bewaard gebleven oorkon<strong>de</strong><br />

heeft la<strong>te</strong>n op<strong>te</strong>kenen. Er zijn altijd<br />

veel godslas<strong>te</strong>raars en ongelovigen<br />

in Engeland, Duitsland, Spanje en<br />

el<strong>de</strong>rs geweest, maar Frankrijk<br />

neemt een unieke plaats in. Het<br />

is <strong>de</strong> enige staat in <strong>de</strong> wereldgeschie<strong>de</strong>nis<br />

die bij <strong>de</strong>creet van zijn<br />

Wetgeven<strong>de</strong> Verga<strong>de</strong>ring heeft verklaard<br />

dat er geen God is, waarna<br />

<strong>de</strong> hele bevolking van <strong>de</strong> hoofdstad<br />

en <strong>de</strong> overgro<strong>te</strong> meer<strong>de</strong>rheid van<br />

<strong>de</strong> rest van het land, zowel mannen<br />

als vrouwen, met gro<strong>te</strong> vreug<strong>de</strong><br />

begonnen <strong>te</strong> dansen en <strong>te</strong> zingen”<br />

(Black¬wood’s Magazine, november<br />

1870).<br />

Frankrijk vertoon<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> kenmerken<br />

van Sodom. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Franse<br />

Revolutie waren <strong>de</strong> mensen even<br />

ontaard en verdorven als <strong>de</strong> inwoners<br />

van „<strong>de</strong> s<strong>te</strong><strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vlak<strong>te</strong>”,<br />

die door God wer<strong>de</strong>n verwoest. De<br />

geschiedschrijvers wijzen op het<br />

verband tussen het atheïsme en <strong>de</strong><br />

wet<strong>te</strong>loosheid van Frankrijk, die<br />

door <strong>de</strong> profeet waren voorzegd.<br />

„Er was een nauwe band tussen <strong>de</strong><br />

wet<strong>te</strong>n die <strong>de</strong> godsdienst afschaf<strong>te</strong>n<br />

en <strong>de</strong> nieuwe huwelijkswet, die<br />

bepaal<strong>de</strong> dat het huwelijk - <strong>de</strong> heiligs<strong>te</strong><br />

verbin<strong>te</strong>nis die twee mensen<br />

kunnen aangaan en <strong>te</strong>gelijk ook <strong>de</strong><br />

ins<strong>te</strong>lling die door haar duurzaamheid<br />

één van <strong>de</strong> pijlers van <strong>de</strong> samenleving<br />

is - slechts een burgerlijk<br />

contract met een beperk<strong>te</strong><br />

looptijd was dat twee mensen naar<br />

eigen goeddunken kon<strong>de</strong>n aangaan<br />

en verbreken... De vijan<strong>de</strong>n van<br />

<strong>de</strong> samenleving had<strong>de</strong>n geen be<strong>te</strong>r<br />

plan kunnen be<strong>de</strong>nken om alles wat<br />

eerbaar, mooi en duurzaam is in het<br />

gezinsleven grondig <strong>te</strong> verwoes<strong>te</strong>n.<br />

Ze had<strong>de</strong>n bovendien <strong>de</strong> zekerheid<br />

dat het kwaad dat zij wil<strong>de</strong>n stich<strong>te</strong>n<br />

van geslacht tot geslacht zou doorgaan...<br />

Sophie Arnoult, een actrice,<br />

die bekend stond om haar geestige<br />

opmerkingen, noem<strong>de</strong> het huwelijk<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Republiek ‘het sacrament<br />

van het overspel’”<br />

(Scott, vol. 1, ch. 17).<br />

„Alwaar ook hun Here gekruisigd<br />

werd”. Ook dit on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />

profetie werd door Frankrijk vervuld.<br />

Geen enkel land stond zó vijandig<br />

<strong>te</strong>genover Christus en nergens<br />

was het verzet <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> waarheid zó<br />

fel en zó wreed. Frankrijk kruisig<strong>de</strong><br />

Christus in <strong>de</strong> persoon van zijn discipelen,<br />

die het slachtoffer wer<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> vervolgingen.<br />

Frankrijk heeft het bloed van <strong>de</strong> heiligen<br />

eeuwenlang vergo<strong>te</strong>n. Terwijl<br />

<strong>de</strong> Wal<strong>de</strong>nzen op <strong>de</strong> bergen van Piémont<br />

<strong>de</strong> mar<strong>te</strong>ldood stierven „om<br />

het getuigenis van <strong>Jezus</strong> en om het<br />

Woord van God”, on<strong>de</strong>rgingen hun<br />

broe<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong> Albigenzen van Frankrijk,<br />

hetzelf<strong>de</strong> lot. In <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong><br />

Hervorming waren haar aanhangers<br />

op een barbaarse manier dood ge-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 13<br />

mar<strong>te</strong>ld. Koningen en e<strong>de</strong>llie<strong>de</strong>n,<br />

a<strong>de</strong>llijke dames en beschaaf<strong>de</strong><br />

meisjes had<strong>de</strong>n met genoegen gekeken<br />

naar <strong>de</strong> doodsstrijd van <strong>de</strong><br />

mar<strong>te</strong>laren van <strong>Jezus</strong>. De moedige<br />

hugeno<strong>te</strong>n stre<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> heiligs<strong>te</strong><br />

rech<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> mens en hun bloed<br />

werd vergo<strong>te</strong>n na een har<strong>de</strong> strijd.<br />

De pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n beschouwd<br />

als vogelvrij verklaar<strong>de</strong>n, er werd<br />

een prijs op hun hoofd ges<strong>te</strong>ld en<br />

ze wer<strong>de</strong>n als wil<strong>de</strong> bees<strong>te</strong>n opgejaagd.<br />

Maar het ergs<strong>te</strong> misdrijf en <strong>de</strong> afschuwelijks<strong>te</strong><br />

satanische daad van al<br />

die duis<strong>te</strong>re eeuwen was <strong>de</strong> Bartholomeüsnacht<br />

of Parijse Bloedbruiloft.<br />

De wereld huivert nog bij <strong>de</strong><br />

gedach<strong>te</strong> aan die laffe, wre<strong>de</strong> aanslag.<br />

De koning van Frankrijk gaf<br />

op aansporing van <strong>de</strong> rooms-katholieke<br />

pries<strong>te</strong>rs en prela<strong>te</strong>n zijn<br />

zegen aan <strong>de</strong>ze gruwelda<strong>de</strong>n. Het<br />

geluid van een klok in het holst van<br />

<strong>de</strong> nacht was het <strong>te</strong>ken dat men tot<br />

<strong>de</strong> aanval moest overgaan. Duizen<strong>de</strong>n<br />

pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n die rustig sliepen<br />

omdat ze reken<strong>de</strong>n op het erewoord<br />

van hun koning, wer<strong>de</strong>n uit hun<br />

huizen gesleurd en in koelen bloe<strong>de</strong><br />

vermoord.


Zoals Christus <strong>de</strong> onzichtbare Lei<strong>de</strong>r<br />

was geweest die zijn volk uit <strong>de</strong><br />

slavernij van Egyp<strong>te</strong> bevrijd<strong>de</strong>, was<br />

Satan <strong>de</strong> onzichtbare lei<strong>de</strong>r van zijn<br />

on<strong>de</strong>rdanen bij <strong>de</strong>ze afgrijselijke<br />

moord op <strong>de</strong> mar<strong>te</strong>laren. Zeven dagen<br />

lang werd het bloedbad in Parijs<br />

voortgezet. Op <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> drie daarvan<br />

ging men onbeschrijfelijk barbaars<br />

<strong>te</strong> werk. De uitroeiing werd<br />

niet tot Parijs beperkt, maar werd<br />

op last van <strong>de</strong> koning uitgebreid<br />

tot alle provincies en s<strong>te</strong><strong>de</strong>n waar<br />

men pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n kon vin<strong>de</strong>n. Men<br />

let<strong>te</strong> niet op ou<strong>de</strong>rdom of geslacht.<br />

Zuigeling noch grijsaard werd gespaard.<br />

E<strong>de</strong>llie<strong>de</strong>n en boeren, oud<br />

en jong, moe<strong>de</strong>r en kind wer<strong>de</strong>n<br />

zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid neergemaaid.<br />

Twee maan<strong>de</strong>n duur<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze slachting<br />

in heel Frankrijk. Zeventigduizend<br />

mensen van het bes<strong>te</strong> <strong>de</strong>r bevolking<br />

von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> dood.<br />

Dezelf<strong>de</strong> satanische geest die <strong>de</strong><br />

Parijse Bloedbruiloft had geleid,<br />

organiseer<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> gebeur<strong>te</strong>nissen<br />

van <strong>de</strong> Revolutie. Men verklaar<strong>de</strong><br />

dat <strong>Jezus</strong> Christus een bedrieger<br />

was en het motto van <strong>de</strong> Franse ongelovigen<br />

was: „Verplet<strong>te</strong>r die ellen<strong>de</strong>ling!”<br />

Daarmee bedoel<strong>de</strong>n ze<br />

Christus. Hemel<strong>te</strong>rgen<strong>de</strong> godslas<strong>te</strong>ring<br />

en gruwelijke god<strong>de</strong>loosheid<br />

gingen hand in hand. De gemeens<strong>te</strong><br />

mensen en <strong>de</strong> meest verdorven<br />

mons<strong>te</strong>rs van wreedheid en ontucht<br />

wer<strong>de</strong>n verheerlijkt. Men bewees<br />

<strong>de</strong> groots<strong>te</strong> eer aan Satan, <strong>te</strong>rwijl<br />

men Christus, <strong>de</strong> verpersoonlijking<br />

van waarheid, zuiverheid en onbaatzuchtige<br />

lief<strong>de</strong>, kruisig<strong>de</strong>.<br />

„Het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond opkomt,<br />

[zal] hun <strong>de</strong> oorlog aandoen<br />

en het zal hen overwinnen en hen<br />

do<strong>de</strong>n”. De atheïstische macht die<br />

in Frankrijk heers<strong>te</strong> tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Revolutie<br />

en het Schrikbewind voer<strong>de</strong><br />

een oorlog <strong>te</strong>gen God en zijn heilig<br />

Woord die geen prece<strong>de</strong>nt heeft in<br />

<strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis. De aanbidding van<br />

<strong>de</strong> Godheid werd door <strong>de</strong> Nationale<br />

Verga<strong>de</strong>ring afgeschaft. Men verzamel<strong>de</strong><br />

bijbels en verbrand<strong>de</strong> die<br />

in het openbaar met alle blijken van<br />

minachting. Gods wet werd met<br />

voe<strong>te</strong>n getre<strong>de</strong>n. De inzettingen<br />

van <strong>de</strong> Bijbel wer<strong>de</strong>n opgeheven.<br />

De wekelijkse rustdag werd afgeschaft<br />

en in plaats daarvan werd<br />

elke tien<strong>de</strong> dag aan uitspattingen<br />

en godslas<strong>te</strong>ring gewijd. Doop en<br />

communie wer<strong>de</strong>n verbo<strong>de</strong>n. Op<br />

<strong>de</strong> begraafplaatsen wer<strong>de</strong>n er dui<strong>de</strong>lijk<br />

leesbare bor<strong>de</strong>n aangebracht<br />

waarop men verklaar<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> dood<br />

een eeuwige slaap is.<br />

Men vond dat <strong>de</strong> vreze <strong>de</strong>s Heren<br />

zó ver van het begin <strong>de</strong>r wijsheid<br />

verwij<strong>de</strong>rd was dat ze in fei<strong>te</strong> het<br />

begin <strong>de</strong>r dwaasheid was. Alle<br />

kerkdiens<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n verbo<strong>de</strong>n,<br />

met uitzon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> diens<strong>te</strong>n<br />

<strong>te</strong>r verheerlijking van <strong>de</strong> vrijheid<br />

en het va<strong>de</strong>rland. „De constitutionele<br />

bisschop van Parijs speel<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

hoofdrol in <strong>de</strong> schan<strong>de</strong>lijks<strong>te</strong> klucht<br />

die ooit <strong>te</strong>n aanschouwen van een<br />

volksver<strong>te</strong>genwoordiging is opgevoerd...<br />

Hij verscheen in vol ornaat<br />

en verklaar<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Conventie<br />

dat <strong>de</strong> godsdienst die hij zoveel jaren<br />

had on<strong>de</strong>rwezen volledig door<br />

pries<strong>te</strong>rs was verzonnen en geen<br />

enkel fundament in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis<br />

of in <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> waarheid had. Hij<br />

loochen<strong>de</strong> in plechtige en uitdrukkelijke<br />

bewoordingen het bestaan<br />

van God wiens pries<strong>te</strong>r hij was en<br />

kondig<strong>de</strong> aan dat hij zich voortaan<br />

zou wij<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> verheerlijking<br />

van vrijheid, gelijkheid, <strong>de</strong>ugd en<br />

ze<strong>de</strong>lijkheid. Daarna leg<strong>de</strong> hij <strong>de</strong><br />

<strong>te</strong>kenen van zijn bisschoppelijke<br />

waardigheid op tafel en werd broe<strong>de</strong>rlijk<br />

omhelsd door <strong>de</strong> voorzit<strong>te</strong>r<br />

van <strong>de</strong> Conventie. Verschillen<strong>de</strong><br />

an<strong>de</strong>re afvallige pries<strong>te</strong>rs volg<strong>de</strong>n<br />

het voorbeeld van <strong>de</strong>ze prelaat”<br />

(Scott, vol. 1, ch. 17).<br />

„En zij, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wonen, zijn<br />

blij<strong>de</strong> en verheugd over hen en zul-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 14<br />

len elkan<strong>de</strong>r geschenken zen<strong>de</strong>n,<br />

omdat <strong>de</strong>ze twee profe<strong>te</strong>n hen, die<br />

op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wonen, gepijnigd had<strong>de</strong>n”.<br />

Het god<strong>de</strong>loze Frankrijk had<br />

<strong>de</strong> bestraffen<strong>de</strong> s<strong>te</strong>m van <strong>de</strong> twee<br />

getuigen Gods het zwijgen opgelegd.<br />

Het woord <strong>de</strong>r waarheid lag<br />

dood in zijn stra<strong>te</strong>n en zij die <strong>de</strong><br />

beperkingen en eisen van Gods wet<br />

haat<strong>te</strong>n, waren verheugd. De mensen<br />

daag<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Koning <strong>de</strong>s hemels<br />

in het openbaar uit. Zoals sommige<br />

zondaren uit het verle<strong>de</strong>n vroegen<br />

ze: „Hoe zou God het we<strong>te</strong>n; zou<br />

er ook we<strong>te</strong>nschap zijn bij <strong>de</strong> Allerhoogs<strong>te</strong>?”<br />

(Psalm 73:11).<br />

Met een godslas<strong>te</strong>rlijke stoutmoedigheid<br />

die aan het ongelooflijke<br />

grenst zei één van <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>rs van<br />

<strong>de</strong> nieuwe or<strong>de</strong>: „God, wreek je beledig<strong>de</strong><br />

naam als je bestaat. Ik daag<br />

je uit! Je zegt niets. Je durft niet <strong>te</strong><br />

bul<strong>de</strong>ren. Wie zal nu nog geloven<br />

dat je bestaat?” (Lacre<strong>te</strong>lle, History,<br />

vol. 11, p. 309; in Sir Archibald Alison,<br />

History of Europe, vol. 1, ch.<br />

10). Is dit geen dui<strong>de</strong>lijke echo van<br />

Farao’s woor<strong>de</strong>n: „Wie is <strong>de</strong> Here,<br />

naar wie ik zou moe<strong>te</strong>n luis<strong>te</strong>ren?”<br />

„Ik ken <strong>de</strong> Here niet!”<br />

„De dwaas zegt in zijn hart: Er is<br />

geen God” (Psalm 14:1). God zegt<br />

met betrekking tot <strong>de</strong> vervalsers van<br />

<strong>de</strong> waarheid: „Hun onzinnigheid zal<br />

aan allen overdui<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n”<br />

(2 Timo<strong>te</strong>üs 3:9).<br />

Kort nadat Frankrijk <strong>de</strong> eredienst<br />

van <strong>de</strong> leven<strong>de</strong> God, „<strong>de</strong> Hoge<br />

en Verhevene, die in eeuwigheid<br />

troont”, had verworpen, verviel<br />

het in een ver<strong>de</strong>rfelijke afgo<strong>de</strong>ndienst<br />

en aanbad het <strong>de</strong> godin van<br />

<strong>de</strong> Re<strong>de</strong>, verpersoonlijkt door een<br />

losbandige vrouw.<br />

Het pausdom was begonnen met<br />

het werk dat het atheïsme nu aan<br />

het voltooien was. De sociale, politieke<br />

en godsdienstige toestan<strong>de</strong>n<br />

die Frankrijk razendsnel naar <strong>de</strong> afgrond<br />

meesleur<strong>de</strong>n, waren <strong>te</strong> wij<strong>te</strong>n<br />

aan het beleid van Rome. Au<strong>te</strong>urs


schrijven <strong>de</strong> gruwelen en uitspattingen<br />

van <strong>de</strong> Revolutie toe aan <strong>de</strong><br />

Kroon en aan <strong>de</strong> Kerk. In fei<strong>te</strong> zijn<br />

ze ech<strong>te</strong>r volledig <strong>te</strong> wij<strong>te</strong>n aan <strong>de</strong><br />

rooms-katholieke kerk. Het pausdom<br />

heeft <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> koningen<br />

vergiftigd en <strong>de</strong> Hervorming<br />

afgeschil<strong>de</strong>rd als <strong>de</strong> vijand van<br />

<strong>de</strong> kroon en als <strong>de</strong> twistappel die<br />

rampzalig zou zijn voor <strong>de</strong> vre<strong>de</strong><br />

en <strong>de</strong> eendracht in het rijk. Rome<br />

heeft <strong>de</strong> barbaarse wreedhe<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> verschrikkelijke on<strong>de</strong>rdrukking<br />

die van <strong>de</strong> kroon uitgingen geïnspireerd.<br />

De Bijbel bracht ech<strong>te</strong>r vrijheid.<br />

Overal waar men het evangelie<br />

aannam, wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gees<strong>te</strong>n van <strong>de</strong><br />

mensen bevrijd. Ze verbraken <strong>de</strong><br />

ke<strong>te</strong>nen van onwe<strong>te</strong>ndheid, zon<strong>de</strong><br />

en bijgeloof. Ze begonnen <strong>te</strong> <strong>de</strong>nken<br />

en <strong>te</strong> han<strong>de</strong>len als mensen.<br />

De vors<strong>te</strong>n merk<strong>te</strong>n dit en<br />

vrees<strong>de</strong>n dat dit het eind<br />

van hun <strong>de</strong>spotisch bewind<br />

zou kunnen zijn.<br />

Rome was er vlug bij om<br />

hun angst en afgunst aan<br />

<strong>te</strong> wakkeren. In 1525 zei<br />

<strong>de</strong> paus aan <strong>de</strong> regent van<br />

Frankrijk: „Deze waanzin<br />

[het pro<strong>te</strong>stantisme] zal<br />

<strong>de</strong> godsdienst niet alleen<br />

in verwarring brengen en<br />

vernietigen, maar het zal<br />

ook alle vors<strong>te</strong>n, e<strong>de</strong>llie<strong>de</strong>n,<br />

wet<strong>te</strong>n, rangen en<br />

stan<strong>de</strong>n <strong>te</strong> niet doen”<br />

(G. <strong>de</strong> Félice, History of the Pro<strong>te</strong>stants<br />

of France, b. 1, ch. 2, par. 8).<br />

Enkele jaren nadien waarschuw<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> pauselijke nuntius <strong>de</strong> koning:<br />

„Sire, laat u niet mislei<strong>de</strong>n. De<br />

pro<strong>te</strong>stan<strong>te</strong>n zullen zowel het burgerlijke<br />

als het kerkelijke gezag<br />

omverwerpen... De troon loopt<br />

evenzeer gevaar als het altaar... De<br />

invoering van een nieuwe godsdienst<br />

gaat altijd gepaard met <strong>de</strong><br />

invoering van een nieuwe staatsvorm”<br />

(D’Aubigné, History of the<br />

Reformation in Europe in the Time<br />

of Calvin, b. 2, ch. 36). Theologen<br />

<strong>de</strong><strong>de</strong>n een beroep op <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>len<br />

van <strong>de</strong> massa. Ze beweer<strong>de</strong>n dat<br />

het pro<strong>te</strong>stantisme „<strong>de</strong> mensen verleidt<br />

tot nieuwlich<strong>te</strong>rij en dwaasheid;<br />

het berooft <strong>de</strong> koning van <strong>de</strong><br />

toegewij<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van zijn on<strong>de</strong>rdanen<br />

en vernietigt Kerk en Staat”.<br />

Op <strong>de</strong>ze manier slaag<strong>de</strong> Rome erin<br />

Frankrijk <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> Hervorming op<br />

<strong>te</strong> hitsen. „Het zwaard van <strong>de</strong> vervolgingen<br />

werd voor <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> keer<br />

in Frankrijk getrokken om <strong>de</strong> troon<br />

veilig <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen, <strong>de</strong> a<strong>de</strong>l <strong>te</strong> beschermen<br />

en <strong>de</strong> wet<strong>te</strong>n <strong>te</strong> handhaven”<br />

(Wylie, b. 13, ch. 4).<br />

De lei<strong>de</strong>rs van het land kon<strong>de</strong>n niet<br />

vermoe<strong>de</strong>n welke noodlottige gevolgen<br />

zo’n beleid zou hebben. De<br />

leer van <strong>de</strong> Bijbel zou <strong>de</strong> mensen<br />

<strong>de</strong> beginselen van gerechtigheid,<br />

matigheid, waarheid, rechtvaardigheid<br />

en weldadigheid, die <strong>de</strong> basis<br />

van <strong>de</strong> nationale welvaart zijn, hebben<br />

bijgebracht. „Gerechtigheid<br />

verhoogt een volk”. „Door gerechtigheid<br />

wordt <strong>de</strong> troon bevestigd”<br />

(Spreuken 14:34; 16:12). „En <strong>de</strong><br />

vrucht <strong>de</strong>r gerechtigheid zal vre<strong>de</strong><br />

zijn, <strong>de</strong> uitwerking <strong>de</strong>r gerechtigheid<br />

rust en veiligheid tot in eeuwigheid”<br />

(Jesaja 32:17). Wie Gods<br />

wet gehoorzaamt, zal zeker ook <strong>de</strong><br />

wet<strong>te</strong>n van zijn land eerbiedigen en<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 15<br />

gehoorzamen. Wie God vreest, zal<br />

<strong>de</strong> koning eren bij <strong>de</strong> uitoefening<br />

van alle vormen van rechtvaardig<br />

en rechtmatig gezag. Maar het ongelukkige<br />

Frankrijk verbood <strong>de</strong><br />

Bijbel en verban<strong>de</strong> zijn discipelen.<br />

De fatale fout die zoveel ellen<strong>de</strong><br />

over <strong>de</strong> inwoners van Frankrijk<br />

bracht, was <strong>de</strong> miskenning van<br />

<strong>de</strong>ze ene gro<strong>te</strong> waarheid dat vrijheid<br />

slechts mogelijk is binnen <strong>de</strong><br />

grenzen van Gods wet. „Och, dat<br />

gij naar mijn gebo<strong>de</strong>n luis<strong>te</strong>r<strong>de</strong>t;<br />

dan zou uw vre<strong>de</strong> zijn als een rivier<br />

en uw gerechtigheid als <strong>de</strong> golven<br />

<strong>de</strong>r zee”. „De god<strong>de</strong>lozen, zegt <strong>de</strong><br />

HERE, hebben geen vre<strong>de</strong>”. „Maar<br />

wie naar mij luis<strong>te</strong>rt, zal gerust wonen,<br />

beveiligd <strong>te</strong>gen <strong>de</strong> verschrikking<br />

van het onheil”<br />

(Jesaja 48:18, 22; Spreuken 1:33).<br />

Atheïs<strong>te</strong>n, ongelovigen<br />

en afvalligen<br />

kunnen zich <strong>te</strong>gen<br />

Gods wet verzet<strong>te</strong>n<br />

en haar hekelen,<br />

maar <strong>de</strong> gevolgen<br />

van hun opvattingen<br />

bewijzen dat het<br />

welzijn van <strong>de</strong> mens<br />

afhangt van zijn gehoorzaamheid<br />

aan<br />

<strong>de</strong> god<strong>de</strong>lijke voorschrif<strong>te</strong>n.<br />

Zij die <strong>de</strong>ze<br />

les niet uit het Woord<br />

van God willen leren,<br />

moe<strong>te</strong>n maar naar <strong>de</strong><br />

geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong><br />

volken kijken.<br />

Gods getrouwe getuigen, die wer<strong>de</strong>n<br />

gedood door <strong>de</strong> godslas<strong>te</strong>rlijke<br />

macht die „uit <strong>de</strong> afgrond opkomt”,<br />

zou<strong>de</strong>n niet lang zwijgen, want „na<br />

[die] drie en een halve dag voer een<br />

levensgeest uit God in hen en zij<br />

gingen op hun voe<strong>te</strong>n staan en gro<strong>te</strong><br />

vrees viel op (allen), die hen aanschouw<strong>de</strong>n”<br />

(Openbaring11:11). In<br />

1793 had <strong>de</strong> Nationale Verga<strong>de</strong>ring<br />

<strong>de</strong> chris<strong>te</strong>lijke godsdienst afgeschaft<br />

en <strong>de</strong> Bijbel verbo<strong>de</strong>n. Drieëneen-


half jaar la<strong>te</strong>r nam <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> ins<strong>te</strong>lling<br />

een resolutie aan waarbij <strong>de</strong>ze<br />

<strong>de</strong>cre<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n ingetrokken en<br />

<strong>de</strong> Bijbel weer werd aanvaard. De<br />

wereld was verbijs<strong>te</strong>rd over <strong>de</strong> omvang<br />

van het kwaad dat op <strong>de</strong> verwerping<br />

van <strong>de</strong> Bijbel was gevolgd<br />

en erken<strong>de</strong> <strong>de</strong> noodzaak van het geloof<br />

in God en in zijn Woord als <strong>de</strong><br />

grondslag van <strong>de</strong>ugd en ze<strong>de</strong>n. God<br />

zegt: „Wie hebt gij gehoond en gelas<strong>te</strong>rd,<br />

en <strong>te</strong>gen wie <strong>de</strong> s<strong>te</strong>m verheven<br />

en uw ogen trots opgeslagen?<br />

Tegen <strong>de</strong> Heilige Israëls!”<br />

(Jesaja 37:23).<br />

„Daarom zie, Ik laat hen ditmaal<br />

gewaarwor<strong>de</strong>n, Ik laat hen gewaarwor<strong>de</strong>n<br />

mijn hand en mijn kracht,<br />

en zij zullen we<strong>te</strong>n, dat mijn naam<br />

is: HERE” (Jeremia 16:21).<br />

De profeet zegt over <strong>de</strong> twee getuigen<br />

ook: „En zij hoor<strong>de</strong>n een lui<strong>de</strong><br />

s<strong>te</strong>m uit <strong>de</strong> hemel tot hen zeggen:<br />

Klimt hierheen op! En zij klommen<br />

naar <strong>de</strong> hemel op in een wolk,<br />

en hun vijan<strong>de</strong>n aanschouw<strong>de</strong>n<br />

hen” (Openbaring 11:12). Nadat<br />

Frankrijk <strong>de</strong> twee getuigen Gods<br />

bestre<strong>de</strong>n had, wer<strong>de</strong>n ze als nooit<br />

<strong>te</strong>voren geëerd. In 1804 werd het<br />

Brits en Bui<strong>te</strong>nlands Bijbelgenootschap<br />

georganiseerd. Het werd op<br />

het vas<strong>te</strong>land van Europa gevolgd<br />

door gelijkwaardige ins<strong>te</strong>llingen<br />

met vele af<strong>de</strong>lingen. In 1816 werd<br />

het Amerikaans Bijbelgenootschap<br />

opgericht. Toen het Brits Bijbelgenootschap<br />

werd opgericht, werd<br />

<strong>de</strong> Bijbel in vijftig talen gedrukt en<br />

verspreid. Sindsdien is <strong>de</strong> Schrift in<br />

vele hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n talen en dialec<strong>te</strong>n<br />

vertaald.<br />

Vijftig jaar vóór 1792 had men maar<br />

weinig belangs<strong>te</strong>lling voor bui<strong>te</strong>nlandse<br />

zending. Er wer<strong>de</strong>n geen<br />

nieuwe zendingsgenootschappen<br />

opgericht en er waren maar weinig<br />

kerken die het chris<strong>te</strong>ndom in hei<strong>de</strong>nse<br />

lan<strong>de</strong>n wil<strong>de</strong>n versprei<strong>de</strong>n.<br />

Tegen het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong><br />

eeuw kwam daar ech<strong>te</strong>r een ingrijpen<strong>de</strong><br />

veran<strong>de</strong>ring in. De mensen<br />

waren het rationalisme beu en wer<strong>de</strong>n<br />

zich bewust van <strong>de</strong> noodzaak<br />

van Gods openbaring en een persoonlijke<br />

geloofservaring. Vanaf<br />

dat ogenblik nam <strong>de</strong> bui<strong>te</strong>nlandse<br />

zending een ongeken<strong>de</strong> vlucht.<br />

Verbe<strong>te</strong>ringen in <strong>de</strong> drukprocédés<br />

hebben <strong>de</strong> verspreiding van <strong>de</strong> Bijbel<br />

enorm bevor<strong>de</strong>rd. De snellere<br />

verbindingen tussen verschillen<strong>de</strong><br />

lan<strong>de</strong>n, het wegvallen van ou<strong>de</strong><br />

barrières van vooroor<strong>de</strong>el en nationalisme<br />

en het verlies van <strong>de</strong> wereldlijke<br />

macht van <strong>de</strong> paus hebben<br />

<strong>de</strong> weg geëffend voor het Woord<br />

van God. Daardoor kon <strong>de</strong> Bij-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 16<br />

bel ongehin<strong>de</strong>rd in <strong>de</strong> stra<strong>te</strong>n van<br />

Rome wor<strong>de</strong>n verkocht. De Heilige<br />

Schrift heeft nu alle bewoon<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n<br />

van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> bereikt.<br />

De ongelovige Voltaire zei eens vol<br />

trots: „Ik heb meer dan genoeg van<br />

<strong>de</strong> bewering dat twaalf mannen het<br />

chris<strong>te</strong>ndom hebben gesticht. Ik zal<br />

bewijzen dat er maar één man nodig<br />

is om het <strong>te</strong> niet <strong>te</strong> doen. Voltaire is<br />

nu al eeuwen dood. Miljoenen hebben<br />

<strong>de</strong>elgenomen aan <strong>de</strong> strijd <strong>te</strong>gen<br />

<strong>de</strong> Bijbel. Maar waar er in Voltaires<br />

tijd hon<strong>de</strong>rd exemplaren van<br />

het Woord van God waren, zijn er<br />

nu tienduizend, ja hon<strong>de</strong>rdduizend.<br />

Eén van <strong>de</strong> hervormers zei: „De<br />

Bijbel is het aambeeld dat al veel<br />

hamers heeft versle<strong>te</strong>n”. God zegt:<br />

„Elk wapen dat <strong>te</strong>gen u gesmeed<br />

wordt, zal niets uitrich<strong>te</strong>n en elke<br />

tong die zich voor het gericht <strong>te</strong>gen<br />

u keert zult gij in het ongelijk s<strong>te</strong>llen”<br />

(Jesaja 54:17).<br />

„Het woord van onze God houdt<br />

eeuwig stand”. „Betrouwbaar zijn<br />

al zijn bevelen, vastges<strong>te</strong>ld voor<br />

immer en altoos, volbracht in waarheid<br />

en oprechtheid”<br />

(Jesaja 40:8; Psalm 111:7,8).<br />

Alles wat op het gezag van <strong>de</strong> mens<br />

is gebouwd, zal wor<strong>de</strong>n vernietigd,<br />

maar wat op <strong>de</strong> rots van Gods onveran<strong>de</strong>rlijk<br />

Woord is gebouwd,<br />

houdt eeuwig stand.<br />

ZIN EN ONZIN OVER<br />

DOOD EN OPSTANDING, HEMEL EN HEL<br />

Een golf van occultisme overspoelt <strong>de</strong> wereld, die geenszins daarop is<br />

voorbereid, zich in<strong>te</strong>nsief daarmee bezig <strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n.<br />

Dit feit heeft <strong>de</strong> schrijver ertoe gebracht zijn standpunt <strong>te</strong> bepalen <strong>te</strong>n<br />

aanzien van <strong>de</strong> vragen over een leven na <strong>de</strong> dood.<br />

Daarbij is het zijn wens, een bijbels antwoord <strong>te</strong> geven en veelvuldig<br />

verkeerd begrepen passages in <strong>de</strong> Heilige Schrift begrijpelijk <strong>te</strong> maken.<br />

Maar voor alles toont Martino Tomasi overdui<strong>de</strong>lijk aan, dat er hoop is -<br />

ook in het aanschijn van <strong>de</strong> dood.<br />

Dit boekje is <strong>te</strong> bes<strong>te</strong>llen bij<br />

“De <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong>”voor € 3,00


GENESIS 2<br />

EEN TWEEDE<br />

SCHEPPINGSBERICHT<br />

Ver<strong>te</strong>lt Genesis 2 een an<strong>de</strong>r<br />

verhaal dan Genesis 1?<br />

Voor <strong>de</strong> doorsnee lezer is <strong>de</strong> slotsom<br />

dat het eers<strong>te</strong> hoofdstuk van<br />

Genesis een volledig scheppingsbericht<br />

is:<br />

“En God zag al wat Hij gemaakt<br />

had en zie het was zeer goed. En<br />

het was avond geweest en het was<br />

morgen geweest – <strong>de</strong> zes<strong>de</strong> dag. En<br />

zo wer<strong>de</strong>n voltooid <strong>de</strong> hemel en <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> en al hun heer. Toen God op<br />

<strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag het werk voltooid<br />

had, dat Hij gemaakt had, rus<strong>te</strong> Hij<br />

op <strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag van al het werk,<br />

dat Hij gemaakt had. En God zegen<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag en heilig<strong>de</strong><br />

die, omdat Hij daarop gerust heeft<br />

van al het werk dat Hij scheppen<strong>de</strong><br />

tot stand had gebracht.”<br />

Sommige lezers zijn verbaasd omdat<br />

er dan een paar verzen komen<br />

over dingen die God nog niet gemaakt<br />

had. In vers 4 wordt nog<br />

eens herhaald “Dit is <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis<br />

van <strong>de</strong> hemel en <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, toen<br />

zij geschapen wer<strong>de</strong>n. Ten tij<strong>de</strong> dat<br />

God hemel en aar<strong>de</strong> maak<strong>te</strong>.” Vers<br />

4. Vers 5 gaat dan voort met <strong>de</strong> dingen<br />

die God nog niet gemaakt had.<br />

1. Er was geen enkel veldgewas<br />

op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />

2. En er was nog geen enkel<br />

kruid <strong>de</strong>s veld uitgespro<strong>te</strong>n.<br />

3. Want <strong>de</strong> Here had het niet<br />

op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> doen regenen.<br />

4. En er was geen mens om <strong>de</strong><br />

aardbo<strong>de</strong>m <strong>te</strong> bewerken.<br />

Beschrijft het eers<strong>te</strong> hoofdstuk van<br />

Genesis werkelijk dat <strong>de</strong> mens en<br />

<strong>de</strong> plan<strong>te</strong>n gemaakt wer<strong>de</strong>n voor<br />

het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> scheppingsweek?<br />

Spreken Genesis 1 en 2 elkaar<br />

<strong>te</strong>gen?<br />

Sommige Bijbel critici trach<strong>te</strong>n<br />

<strong>de</strong>ze verschillen <strong>te</strong> verklaren door<br />

aan <strong>te</strong> nemen dat <strong>de</strong> twee hoofdstukken<br />

een an<strong>de</strong>re au<strong>te</strong>ur hebben.<br />

Wij kunnen hier niet ingaan op <strong>de</strong><br />

bewijsvoering van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

critici met betrekking tot Genesis 1<br />

en 2. Een aantal geleer<strong>de</strong>n zijn <strong>de</strong><br />

argumen<strong>te</strong>n nagegaan en ver<strong>te</strong>llen<br />

ons dat het niet overtuigend is dat<br />

<strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> hoofdstukken twee of<br />

meer au<strong>te</strong>urs hebben.<br />

Veel Schrijvers<br />

Het i<strong>de</strong>e dat Genesis geschreven<br />

werd door verschillen<strong>de</strong> schrijvers<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 17<br />

in plaats van Mozes werpt heel veel<br />

vragen op. Zij betwijfelen in het algemeen<br />

<strong>de</strong> Bijbel als een geïnspireerd<br />

boek en in het bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

inspiratie van Genesis. Dat is ech<strong>te</strong>r<br />

niet het standpunt van <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n<br />

of van <strong>de</strong> chris<strong>te</strong>nen. Bijbel gelovige<br />

chris<strong>te</strong>nen wijzen erop dat <strong>de</strong><br />

apos<strong>te</strong>len wijzen op Genesis als een<br />

door God geïnspireerd boek.<br />

(Zie Romeinen 4: 17; Gala<strong>te</strong>n 3: 8;<br />

Hebreeën 4: 4 en Jacobus 2: 23.)<br />

Bijzon<strong>de</strong>r in<strong>te</strong>ressant is het commentaar<br />

van <strong>Jezus</strong> in een gesprek<br />

met <strong>de</strong> Farizeeërs over huwelijk<br />

en scheiding. “Wat heeft Mozes u<br />

gebo<strong>de</strong>n?” Marcus 10: 3. Als zij<br />

dan Deu<strong>te</strong>ronomium ci<strong>te</strong>ren ci<strong>te</strong>ert<br />

<strong>Jezus</strong> uit Genesis door Genesis 1:<br />

27 en 2: 24 aan <strong>te</strong> halen. (Matt. 19:<br />

4-5; Marcus 10: 6-9) Het argument<br />

van <strong>Jezus</strong> was gebaseerd op <strong>de</strong> aanname<br />

dat Mozes <strong>de</strong> schrijver van<br />

Genesis was. Op een an<strong>de</strong>re manier<br />

zou<strong>de</strong>n zijn argumen<strong>te</strong>n geen gezag<br />

hebben gehad. Vanaf het begin<br />

zijn wij als kerk er van uitgegaan<br />

dat Genesis door Mozes werd geschreven.<br />

Wij kunnen dus zeggen<br />

dat Mozes on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> inspiratie van<br />

<strong>de</strong> Heilige Geest het boek Genesis


schreef. Gegrond op wat <strong>de</strong> Bijbel<br />

zelf zegt, alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> mening van<br />

<strong>de</strong> kerk vanaf <strong>de</strong> vroegs<strong>te</strong> tij<strong>de</strong>n is<br />

er overvloedig bewijs om aan <strong>te</strong> nemen<br />

dat Mozes <strong>de</strong> schrijver is van<br />

<strong>de</strong> eers<strong>te</strong> twee hoofdstukken van<br />

Genesis.<br />

Maar wat <strong>te</strong> doen met al die critici?<br />

Ik <strong>de</strong>nk dat wij dieper moe<strong>te</strong>n ingaan<br />

op <strong>de</strong> <strong>te</strong>kst om <strong>te</strong> zien of er<br />

antwoor<strong>de</strong>n zijn.<br />

Een Nauwkeurige Beschouwing<br />

Ie<strong>de</strong>reen die nauwkeurig leest kan<br />

dui<strong>de</strong>lijk zien dat het scheppingsverhaal<br />

niet eindigt in het eers<strong>te</strong><br />

hoofdstuk. Het verhaal van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong><br />

zeven scheppingsdagen loopt<br />

door in hoofdstuk twee in <strong>de</strong> eers<strong>te</strong><br />

paar verzen. De in<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong><br />

Bijbel in hoofdstukken en verzen<br />

komt niet van <strong>de</strong> schrijvers van <strong>de</strong><br />

Bijbel. In mo<strong>de</strong>rne bijbelvertalingen<br />

wordt soms aangegeven hoe<br />

er een be<strong>te</strong>re in<strong>de</strong>ling zou kunnen<br />

zijn. Het zou meer voor <strong>de</strong> hand<br />

liggen om Genesis hoofdstuk één<br />

<strong>te</strong> beëindigen tussen hoofdstuk 2:<br />

4a en 2: 4b. Dus mid<strong>de</strong>n in vers 4<br />

van Genesis 2.<br />

Het on<strong>de</strong>rwerp van hoofdstuk 2<br />

begint in vers 4b. Hoofdstuk één<br />

eindigt dan als volgt: “Dit is <strong>de</strong><br />

geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> hemel en <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong>, toen zij geschapen wer<strong>de</strong>n.”<br />

Hoofdstuk twee begint met:<br />

“Ten tij<strong>de</strong> dat God <strong>de</strong> hemel en<br />

<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> maak<strong>te</strong>, was er nog geen<br />

enkel veldgewas op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, en<br />

er was nog geen enkel kruid <strong>de</strong>s<br />

velds uitgespro<strong>te</strong>n. Want <strong>de</strong> Here<br />

God had het niet doen regenen, en<br />

er was geen mens om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>te</strong><br />

bewerken. Maar een damp s<strong>te</strong>eg op<br />

uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en bevochtigen<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

gehele aardbo<strong>de</strong>m.”<br />

Genesis 2: 4-6.<br />

Het thema van het twee<strong>de</strong> hoofdstuk<br />

begint met het opsommen van<br />

vier dingen die er nog niet waren,<br />

toen <strong>de</strong> Here eindig<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Sabbat<br />

door <strong>te</strong> rus<strong>te</strong>n van al het werk dat<br />

Hij scheppen<strong>de</strong> tot stand gebracht<br />

had. Die vier dingen waren:<br />

• Veldgewas.<br />

• Kruid <strong>de</strong>s velds.<br />

• Regen.<br />

• En een mens om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>te</strong><br />

bewerken.<br />

Hoe komt het dat <strong>de</strong>ze vier dingen<br />

er nog niet waren toen <strong>de</strong> Here het<br />

werk voltooi<strong>de</strong>, dat Hij gemaakt<br />

had?<br />

Zijn <strong>de</strong>ze dingen, in ’t bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

plan<strong>te</strong>n en <strong>de</strong> mens, verschillend<br />

van wat wij lezen in hoofdstuk een.<br />

En hoe kwamen die dan tot stand?<br />

Het antwoord op <strong>de</strong>ze vragen is het<br />

thema in hoofdstuk twee.<br />

De benaming van <strong>de</strong> Plan<strong>te</strong>n<br />

De mees<strong>te</strong> geleer<strong>de</strong>n die een studie<br />

gemaakt hebben van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> twee<br />

hoofdstukken van Genesis beweren<br />

dat <strong>de</strong> benamingen in Genesis 1: 11,<br />

12 <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> be<strong>te</strong>kenis hebben als in<br />

Genesis 2: 5. Maar <strong>de</strong> fei<strong>te</strong>n zijn dat<br />

<strong>de</strong> Hebreeuwse woor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>ze<br />

bei<strong>de</strong> hoofdstukken niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

zijn. In hoofdstuk 1: 11, 12 wordt<br />

het volgen<strong>de</strong> gezegd: “Laat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

groen voortbrengen, zaaddragen<strong>de</strong><br />

plan<strong>te</strong>n, en vruchtdragend geboom<strong>te</strong><br />

dat naar zijn aard zaad draagt.”<br />

In Genesis 2: 5 lezen wij ech<strong>te</strong>r dat<br />

er vóór het scheppen van <strong>de</strong> mens<br />

geen veldgewas was en geen kruid<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 18<br />

<strong>de</strong>s velds. Zelfs <strong>de</strong>genen die geen<br />

Hebreeuws kennen, kunnen zien<br />

dat <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zijn in<br />

<strong>de</strong>ze twee hoofdstukken. Een van <strong>de</strong><br />

woor<strong>de</strong>n wordt gebruikt in Genesis<br />

2: 5; Genesis 21: 15 en Job 30: 4, 7.<br />

“Veldgewas”. Volgens Michael Zohary<br />

een Israëlische botanist gaat<br />

het hier om doornige plan<strong>te</strong>n die in<br />

<strong>de</strong> droge gebie<strong>de</strong>n en in <strong>de</strong> woestijn<br />

groeien. Dat is ook <strong>de</strong> i<strong>de</strong>e in<br />

Job 30: 4, 7 en in Genesis 21: 15.<br />

Het is doornig struikgewas in droge<br />

streken. Volgens Zohary groeien er<br />

in Israël meer dan zeventig soor<strong>te</strong>n<br />

van <strong>de</strong>ze plant. Het zijn dus plan<strong>te</strong>n<br />

die in een bepaald milieu groeien.<br />

Ver<strong>de</strong>r zijn het plan<strong>te</strong>n die <strong>de</strong> boeren<br />

veel overlast veroorzaken, en<br />

veel werk geven. Toen God <strong>de</strong> aar-<br />

<strong>de</strong> maak<strong>te</strong> schiep Hij <strong>de</strong>ze plan<strong>te</strong>n<br />

niet. Zij waren er nog niet.<br />

Het Kruid <strong>de</strong>s Velds<br />

Het Hebreeuws woord hier dat vertaald<br />

is met “kruid <strong>de</strong>s velds” komt<br />

voor in Genesis 2: 5 en Genesis 3:<br />

18. In Genesis 3: 18 wordt het verbon<strong>de</strong>n<br />

met het e<strong>te</strong>n van brood, en<br />

het moeizaam verkrijgen van <strong>de</strong><br />

oogst. Het moeizame wordt uitgedrukt<br />

door <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n “in het<br />

zweet uws aanschijns zult gij brood<br />

e<strong>te</strong>n.”<br />

Als het kruid <strong>de</strong>s velds en het brood


e<strong>te</strong>n bij elkaar horen dan is hier<br />

sprake van granen, zoals tarwe,<br />

gerst en meer van dat. Overal <strong>te</strong>r<br />

wereld vin<strong>de</strong>n wij granen. En daar<br />

zit veel werk in. Allereerst door het<br />

onkruid maar ook in het cultiveren<br />

van granen.<br />

Dat brengt ons punt drie dat er niet<br />

was en dat is <strong>de</strong> mens om <strong>de</strong> grond<br />

<strong>te</strong> bewerken. Opnieuw, <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong>n<br />

zijn er van uitgegaan dat Genesis<br />

2: 5 in strijd is met het scheppen<br />

van <strong>de</strong> mens op <strong>de</strong> zes<strong>de</strong> dag. Het<br />

schijnt of <strong>de</strong> <strong>te</strong>kst in Genesis 2: 5 in<br />

<strong>te</strong>genspraak is met Genesis 1. Maar<br />

dat is niet volgens <strong>de</strong> <strong>te</strong>kst. De <strong>te</strong>kst<br />

zegt “een mens om <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m<br />

<strong>te</strong> bewerken.”<br />

Het is belangrijk <strong>te</strong> zien dat <strong>de</strong> mens<br />

van Genesis 1: 26-30 <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m<br />

niet bewerk<strong>te</strong>. Genesis twee zegt<br />

niet dat er geen mensen waren maar<br />

zegt dat <strong>de</strong> mens voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>val<br />

<strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m niet bewerk<strong>te</strong>. Het is<br />

<strong>de</strong> zondige mens volgens Genesis 3<br />

die <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m moest bewerken.<br />

“Al zwoegen<strong>de</strong>” zou <strong>de</strong> mens na <strong>de</strong><br />

zon<strong>de</strong>val van <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m “e<strong>te</strong>n”<br />

zolang hij leven zou.<br />

De mens zou <strong>de</strong> hof bewaren, d.w.z.<br />

hij zou <strong>de</strong> hof van E<strong>de</strong>n bewaren.<br />

(2: 16) Maar <strong>de</strong> hof van E<strong>de</strong>n was<br />

een hof waarin allerlei geboom<strong>te</strong><br />

was. Er werd hen ver<strong>te</strong>ld dat zij<br />

vrijelijk moch<strong>te</strong>n e<strong>te</strong>n van alle bomen<br />

in <strong>de</strong> hof 2: 16. Het was dus<br />

geen groen<strong>te</strong>tuin waarin men <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m,<br />

d.w.z. <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m bewerken<br />

moest. De mens bewerk<strong>te</strong> een<br />

boomgaard. Volgens vers 9 waren<br />

<strong>de</strong> bomen in <strong>de</strong> hof begeerlijk om <strong>te</strong><br />

zien en goed om van <strong>te</strong> e<strong>te</strong>n. Hoofdstuk<br />

2 leert ons dus wat <strong>de</strong> gevolgen<br />

van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zou<strong>de</strong>n zijn.<br />

1. Er zou onkruid opschie<strong>te</strong>n.<br />

2. In plaats van in een boomgaard<br />

zou <strong>de</strong> mens in een an<strong>de</strong>re<br />

omgeving leven en <strong>de</strong> grond moe<strong>te</strong>n<br />

bewerken.<br />

3. Er moe<strong>te</strong>n granen verbouwd<br />

wor<strong>de</strong>n en die wer<strong>de</strong>n na <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>val<br />

geschapen. En zo leer<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

mens <strong>te</strong> leven van brood.<br />

4. Het vier<strong>de</strong> wat genoemd<br />

wordt dat er nog niet was, was regen.<br />

De aar<strong>de</strong> had een volmaakt irrigatie<br />

sys<strong>te</strong>em. Er kwam een damp op<br />

uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en die bevochtig<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

gehele aardbo<strong>de</strong>m. Met <strong>de</strong> regen<br />

komt het wa<strong>te</strong>r uit <strong>de</strong> hemel, dus<br />

van boven af maar voor <strong>de</strong> zondvloed<br />

kwam het wa<strong>te</strong>r als een damp<br />

uit <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m en bevochtig<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> gehele aardbo<strong>de</strong>m.<br />

Het eers<strong>te</strong> hoofdstuk ver<strong>te</strong>lt ons dat<br />

<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> volmaakt uit <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n<br />

van God kwam in zes dagen. Dat is<br />

<strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis toen God schiep.<br />

Het twee<strong>de</strong> hoofdstuk leert ons<br />

wat God nog niet geschapen had.<br />

Die vier dingen waren er nog niet.<br />

Maar als inleiding op hoofdstuk<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 19<br />

drie, moe<strong>te</strong>n <strong>de</strong>ze dingen vermeld<br />

wor<strong>de</strong>n. Zij tonen ons dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

in<strong>de</strong>rdaad vervloekt werd door <strong>de</strong><br />

Here God. Het werd ui<strong>te</strong>rst moeilijk<br />

voor Adam en Eva. Van nu af<br />

aan moest <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> bewerkt wor<strong>de</strong>n.<br />

E<strong>te</strong>n werd een dagtaak. Voor<br />

<strong>de</strong> zon<strong>de</strong>val kon alles zo geplukt<br />

wor<strong>de</strong>n. Het was begeerlijk om <strong>te</strong><br />

zien en goed om van <strong>te</strong> e<strong>te</strong>n.<br />

Kijk eens naar <strong>de</strong> tropen en hun<br />

graan; rijst. Elk plantje moet geplaatst<br />

wor<strong>de</strong>n, dan moet irrigatie<br />

plaatsvin<strong>de</strong>n. Het was <strong>de</strong>finitief an<strong>de</strong>rs.<br />

Het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> hoofdstuk toont ons <strong>de</strong><br />

diep<strong>te</strong> van <strong>de</strong> val. De dingen die<br />

er volgens hoofdstuk twee nog niet<br />

waren, kwamen toen. Zestien hon<strong>de</strong>rd<br />

jaar la<strong>te</strong>r kwam <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> vloek<br />

met <strong>de</strong> zondvloed. Dat was ook het<br />

ein<strong>de</strong> van het irrigatie sys<strong>te</strong>em zoals<br />

God het geschapen had. Voortaan<br />

zou het regenen en <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zou<br />

door hemelwa<strong>te</strong>r bevloeid wor<strong>de</strong>n.<br />

Vrij vertaald uit “Aventist Affirm”.<br />

Een artikel van prof. Randall W.<br />

Younker. Prof. in het O. T.


HET OFFER VAN<br />

CHRISTUS IN DE<br />

SCHADUWDIENST<br />

De heiligdommen<br />

De offerdiens<strong>te</strong>n wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r het<br />

levitische sys<strong>te</strong>em verricht in het<br />

heiligdom. Allereerst was daar <strong>de</strong><br />

tabernakel, een gebouw van planken<br />

en kle<strong>de</strong>n be<strong>de</strong>kt en geborduurd<br />

met goud. Na verloop van tijd raak<strong>te</strong><br />

dit in verval en <strong>de</strong> <strong>te</strong>nt verging.<br />

De gebruiksvoorwerpen bleven in<br />

tact. Daarna kwam er on<strong>de</strong>r Salomo<br />

een <strong>te</strong>mpel, een gebouw, een meer<br />

permanen<strong>te</strong> woning. Door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />

van het volk werd zij verwoest door<br />

<strong>de</strong> Babyloniërs en la<strong>te</strong>r opnieuw<br />

opgebouwd on<strong>de</strong>r Jozua en Zerubabel<br />

na <strong>de</strong> <strong>te</strong>rugkeer uit Babylon.<br />

Dit alles had een diepe gees<strong>te</strong>lijke<br />

be<strong>te</strong>kenis. De apos<strong>te</strong>len spraken la<strong>te</strong>r<br />

over het “afleggen van <strong>de</strong> <strong>te</strong>nt”<br />

waarmee zij het s<strong>te</strong>rven bedoel<strong>de</strong>n<br />

en het hebben van “een gebouw in<br />

<strong>de</strong> hemel”, waarmee zij het permanen<strong>te</strong>,<br />

<strong>de</strong> ons<strong>te</strong>rfelijkheid, bedoel<strong>de</strong>n.<br />

Ook Christus “tabernakel<strong>de</strong>”<br />

on<strong>de</strong>r ons en Hij bood <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>n aan<br />

“breek <strong>de</strong>ze <strong>te</strong>mpel af” en Ik zal<br />

haar “binnen drie dagen weer opbouwen.”<br />

Waarbij <strong>de</strong> heerlijkheid<br />

van <strong>de</strong> laats<strong>te</strong> gro<strong>te</strong>r zou zijn dan<br />

<strong>de</strong> heerlijkheid van <strong>de</strong> eers<strong>te</strong>. Hij<br />

leg<strong>de</strong> Zijn s<strong>te</strong>rfelijke, zondige vlees<br />

af en stond op met een verheerlijkt<br />

lichaam. In “<strong>de</strong>ze gro<strong>te</strong>re en meer<br />

volmaak<strong>te</strong>re tabernakel niet met<br />

han<strong>de</strong>n gemaakt dat is, niet van<br />

<strong>de</strong>ze schepping”is Christus “eens<br />

en voor altijd binnengegaan in het<br />

heiligdom” waardoor Hij een eeuwige<br />

verlossing verwierf.<br />

2 Korintiërs 5: 1-5;<br />

Johannes 1”14;<br />

Hebreeën 9: 11. 12.<br />

Het gerei van het heiligdom<br />

Allereerst was daar <strong>de</strong> ark, met on<strong>de</strong>r<br />

het verzoen<strong>de</strong>ksel, <strong>de</strong> heilige<br />

wet. Zij wezen bei<strong>de</strong> op <strong>Jezus</strong>. Alleen<br />

Hij kon zeggen “Uw wet is<br />

in mijn binnens<strong>te</strong>” en alleen Hij is<br />

door “God voorges<strong>te</strong>ld als het verzoen<strong>de</strong>ksel<br />

door het geloof in zijn<br />

bloed.”<br />

Ook <strong>de</strong> heerlijkheid “<strong>de</strong> Schechina”<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 20<br />

was een beeld van Hem. Wij hebben<br />

“Zijn heerlijkheid aanschouwd,<br />

een heerlijkheid als van <strong>de</strong> Enig geborene<br />

<strong>de</strong>s Va<strong>de</strong>rs vol van gena<strong>de</strong><br />

en waarheid.”<br />

Ook was Hij het “voorhangsel”.<br />

Paulus zegt “dat is Zijn vlees”.<br />

Op dit voorhangsel waren engelen<br />

geborduurd, zo zegt <strong>Jezus</strong> <strong>te</strong>gen<br />

Nathanaël: “Gij zult <strong>de</strong> hemel open<br />

zien en <strong>de</strong> engelen Gods opstijgen<br />

en neerdalen op <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s mensen”.<br />

Hij was <strong>de</strong> lad<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> droom<br />

van Jakob. In Zijn menselijke natuur<br />

daal<strong>de</strong> Hij af tot <strong>de</strong> dieps<strong>te</strong><br />

diep<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> menselijke ellen<strong>de</strong>.<br />

In het heilige dat een beeld is van<br />

het “heilige”dat uit Maria geboren<br />

werd, Zijn menselijke natuur dus,<br />

ston<strong>de</strong>n het reukofferaltaar, <strong>de</strong> tafel<br />

en <strong>de</strong> lampen. Dat was alles een<br />

beeld van onze lieve Heiland. Hij<br />

was het reukofferaltaar. “Hij heeft<br />

Zichzelf niet behaagd,” maar heeft<br />

Zich Go<strong>de</strong> geofferd “tot een welrieken<strong>de</strong><br />

reuk”. Hij was het “licht <strong>de</strong>r<br />

wereld”.<br />

Hij leed in Getsemane, dat is let<strong>te</strong>rlijk<br />

vertaald olijfmolen, en in <strong>de</strong><br />

olijfmolen produceer<strong>de</strong> Hij zelf <strong>de</strong>


olie die Hem maak<strong>te</strong> tot het Licht<br />

<strong>de</strong>r wereld. Hoe werd <strong>de</strong>ze olijf<br />

geperst; “bloed kwam uit Zijn poriën”,<br />

maar Go<strong>de</strong> zij dank, het Licht<br />

<strong>de</strong>r wereld schijnt.<br />

Hij was <strong>de</strong> tafel en het brood. “Mijn<br />

vlees” zei <strong>Jezus</strong>, geef Ik voor het leven<br />

<strong>de</strong>r wereld. Ik ben het brood <strong>de</strong>s<br />

Levens. Zoals <strong>de</strong> korrel verbrijzeld<br />

werd tot meel, zo werd Hij “verbrijzeld<br />

om onze overtredingen”, en <strong>de</strong><br />

straf die ons <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> aanbrengt<br />

was op Hem. En nu staat Hij daar<br />

als het “toonbrood” voor het aangezicht<br />

<strong>de</strong>s Heren. En wij? Wij zijn<br />

aangenomen “in <strong>de</strong> Gelief<strong>de</strong>”.<br />

Bui<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> voorhof was het wasvat.<br />

Daar wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n en <strong>de</strong><br />

voe<strong>te</strong>n van <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>rs gewassen.<br />

Zo is ook Hij “<strong>de</strong> bron die ontslo<strong>te</strong>n<br />

is tot reiniging en ontzondiging”.<br />

Tenslot<strong>te</strong> is Hij het brandofferaltaar.<br />

“Het altaar is meer dan <strong>de</strong> gave”,<br />

zegt <strong>Jezus</strong>. Zo offer<strong>de</strong> Hij “Zijn<br />

vlees” op “<strong>de</strong>n Eeuwige Geest”, als<br />

een smet<strong>te</strong>loos offer aan God.<br />

Tenslot<strong>te</strong> is Hij zelf <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong><br />

tabernakel. De <strong>de</strong>ur was in het wit<strong>te</strong><br />

linnen, een beeld van het feit dat<br />

Zijn karak<strong>te</strong>r als mens voor ons <strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>ur naar <strong>de</strong> hemel ontsluit.<br />

Hebreeën 10: 5-7;<br />

Romeinen 3: 25;<br />

Johannes 1: 14;<br />

Hebreeën 10: 20;<br />

Johannes 1: 52;<br />

Psalm 38: 1-15;<br />

Jesaja 52: 13, 13;<br />

Lukas 1: 35;<br />

Romeinen 15: 3;<br />

Efeziërs 5: 2;<br />

Lukas 22: 44;<br />

Johannes 6: 51;<br />

Jesaja 53;<br />

Efeziërs 1: 6;<br />

Zacharia 13: 1;<br />

Mat<strong>te</strong>üs 23: 19;<br />

1 Petrus 3: 18;<br />

Hebreeën 9: 14;<br />

Johannes 10: 7, 8.<br />

De offers – Het brandoffer<br />

De levitische dienst ken<strong>de</strong> vele<br />

verschillen<strong>de</strong> offers. Allereerst<br />

was daar het brandoffer, dat ie<strong>de</strong>re<br />

morgen en avond gebracht werd en<br />

een beeld was van het offer waarin<br />

God voorzag voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> “niet<br />

alleen van <strong>de</strong> onze maar voor die<br />

<strong>de</strong>r gehele wereld”. Het brandoffer<br />

was “een vuuroffer tot een lieflijke<br />

reuk voor <strong>de</strong> Here”, een beeld van<br />

het feit dat Christus “Zich voor ons<br />

heeft overgegeven als offergave en<br />

slachtoffer, Go<strong>de</strong> tot een welrieken<strong>de</strong><br />

reuk”. Als het morgen en avondoffer<br />

gebracht werd, dan kwam<br />

God bij hen en wer<strong>de</strong>n zij door Zijn<br />

“heerlijkheid geheiligd”. Zo zijn<br />

ook wij “geheiligd door het offer<br />

van het lichaam van Christus”.<br />

Bij het morgen en avondoffer dat in<br />

bei<strong>de</strong> gevallen een lam was, werd<br />

3,5 li<strong>te</strong>r fijn meel (inhoudsmaat),<br />

1,5 li<strong>te</strong>r gesto<strong>te</strong>n olijfolie en 1, 5<br />

li<strong>te</strong>r wijn geplengd op het altaar.<br />

Opnieuw een prachtig beeld van<br />

het gro<strong>te</strong> offer. “Als een lam werd<br />

Hij <strong>te</strong>r slachting geleid en als een<br />

schaap dat stom is voor het aangezicht<br />

van zijn scheer<strong>de</strong>rs alzo <strong>de</strong>ed<br />

Hij Zijn mond niet open.”<br />

En zoals meel verbrijzelt koren is,<br />

zo is Hij “om onze ongerechtighe<strong>de</strong>n<br />

verbrijzeld”. “Maar het behaag<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> Here hem <strong>te</strong> verbrijzelen” in<br />

plaats van ons, omdat God Zelf ons<br />

lief heeft. En zoals wijn werd uitgego<strong>te</strong>n<br />

op het altaar, zo heeft Hij<br />

“zijn leven uitgego<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> dood”.<br />

En zoals <strong>de</strong> gesto<strong>te</strong>n olijfolie werd<br />

verbrand met het offer, zo kwam<br />

Hij in Getsemane, in “<strong>de</strong> olijfmolen”,<br />

en door <strong>de</strong>ze geweldige daad<br />

kunnen wij met “olie <strong>de</strong>r vreug<strong>de</strong>”<br />

overgo<strong>te</strong>n wor<strong>de</strong>n.<br />

De wijn en <strong>de</strong> olie wer<strong>de</strong>n altijd in<br />

gelijke porties geofferd. Een beeld<br />

van het feit dat men lijdt, “geplengd<br />

wordt bij <strong>de</strong> offeran<strong>de</strong>” naar die<br />

ma<strong>te</strong> waarin men <strong>de</strong> Heilige Geest<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 21<br />

woning laat maken in het hart. <strong>Jezus</strong><br />

bezat “<strong>de</strong> Geest niet met ma<strong>te</strong>”,<br />

daarom was Zijn lij<strong>de</strong>n ma<strong>te</strong>loos.<br />

Leviticus 1; 1<br />

Johannes 2: 2;<br />

Leviticus 1: 9;<br />

Efeziërs 5: 2;<br />

Exodus 29: 38-43;<br />

Hebreeë 8: 8-10;<br />

Numeri 15: 1-21;<br />

Jesaja 53;<br />

Hebreeën 1: 9;<br />

Filippenzen 2: 17;<br />

Romeinen 5: 3.<br />

1 Petrus 2: 19;<br />

Jakobus 1: 2;<br />

Johannes 3: 34.<br />

Het vre<strong>de</strong>offer<br />

De twee<strong>de</strong> serie offers die gebracht<br />

wer<strong>de</strong>n, waren <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>offers. Zij<br />

waren ook een type van het feit, dat<br />

<strong>Jezus</strong> ondanks alles wat Hem overkwam,<br />

vre<strong>de</strong> had in Zijn ziel. Hij<br />

is <strong>de</strong> “Vre<strong>de</strong>vorst”. Zijn offer is <strong>de</strong><br />

grondslag van <strong>de</strong> “raad <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s”<br />

tussen <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> Zoon. Hij is<br />

door Zijn offer “onze vre<strong>de</strong>”. Wij<br />

wor<strong>de</strong>n niet opgeroepen om vre<strong>de</strong><br />

met God <strong>te</strong> maken, maar om Christus,<br />

het Vre<strong>de</strong>offer, <strong>te</strong> aanvaar<strong>de</strong>n.<br />

Van het vre<strong>de</strong>offer viel <strong>de</strong> rech<strong>te</strong>rschenkel,<br />

dat is <strong>de</strong> rech<strong>te</strong>rschou<strong>de</strong>r<br />

<strong>te</strong>n <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r, want “<strong>de</strong><br />

heerschappij rust op zijn schou<strong>de</strong>rs”.<br />

Ver<strong>de</strong>r viel <strong>de</strong> borst <strong>te</strong>n <strong>de</strong>el<br />

aan <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r. Zo draagt <strong>Jezus</strong> <strong>de</strong><br />

lammeren in Zijn armen en drukt<br />

ze aan Zijn borst. Het vlees werd<br />

gege<strong>te</strong>n door zowel <strong>de</strong> offeraar als<br />

<strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r in een maaltijd. Zo ook<br />

met <strong>Jezus</strong>. Hij zegt: “Voorwaar,<br />

voorwaar <strong>te</strong>nzij gij het vlees van <strong>de</strong><br />

Zoon <strong>de</strong>s mensen eet en Zijn bloed<br />

drinkt hebt gij geen leven in uzelf.<br />

Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed<br />

drinkt, heeft eeuwig leven en Ik zal<br />

hem opwekken <strong>te</strong>n jongs<strong>te</strong> dage.”<br />

Daarmee bedoel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Heiland:<br />

“De Geest is het die levend maakt,


het vlees doet geen nut; <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n<br />

die Ik tot u gesproken heb,<br />

zijn geest en zijn leven.” In Hem<br />

is “het Woord vleesgewor<strong>de</strong>n”. Zo<br />

moet het Woord ook in zijn volgeling<br />

vlees wor<strong>de</strong>n, het Woord moet<br />

al ons han<strong>de</strong>len regeren, dan hebben<br />

wij vre<strong>de</strong>. Aan het e<strong>te</strong>n van het<br />

vlees van het vre<strong>de</strong>offer was een<br />

voorwaar<strong>de</strong> verbon<strong>de</strong>n, het mocht<br />

gege<strong>te</strong>n wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> en<br />

<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> dag, maar <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> dag<br />

was het verbo<strong>de</strong>n. Zo stond <strong>Jezus</strong><br />

op “<strong>te</strong>n <strong>de</strong>r<strong>de</strong> dage”, en moe<strong>te</strong>n wij<br />

niets an<strong>de</strong>rs begeren <strong>te</strong> we<strong>te</strong>n dan<br />

<strong>Jezus</strong> Christus en die gekruisigd.<br />

Leviticus 3: 7;<br />

Jesaja 9: 5;<br />

Zacharia 6: 13;<br />

Efeziërs 2: 14;<br />

Johannes 6: 53-63;<br />

Johannes 1: 14.<br />

Jesaja 48: 18, 19;<br />

1 Korintiërs 2: 2.<br />

Het zondoffer<br />

De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> en laats<strong>te</strong> serie offers waren<br />

<strong>de</strong> zondoffers met daarbij <strong>de</strong><br />

schuldoffers. De gro<strong>te</strong> les van het<br />

zondoffer was, dat <strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> Zon<strong>de</strong>drager<br />

is. Hij<br />

s<strong>te</strong>l<strong>de</strong> “Zichzelf<br />

<strong>te</strong>n schuldoffer”,<br />

door<br />

onze “ongerechtighe<strong>de</strong>n<br />

<strong>te</strong> dragen”. Er<br />

waren verschillen<strong>de</strong>zondoffers.<br />

Een voor<br />

<strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r,<br />

een voor het<br />

hele volk, een<br />

voor <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs<br />

van het volk<br />

en <strong>te</strong>nslot<strong>te</strong><br />

voor <strong>de</strong> gewone<br />

man. Als <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r gezondigd<br />

had, moest hij een even groot offer<br />

brengen als het hele volk. Met<br />

dit verschil ech<strong>te</strong>r dat het zondof-<br />

fer voor het gehele volk “verzoening”<br />

<strong>de</strong>ed in <strong>de</strong> diens<strong>te</strong>n van elke<br />

dag, maar voor <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r werd in<br />

<strong>de</strong> dagelijkse dienst geen “verzoening”<br />

gedaan. Hij kon zijn zon<strong>de</strong>n<br />

overdragen door een zondoffer op<br />

het heiligdom, maar als dienaar van<br />

het heiligdom bleef hij zon<strong>de</strong>ndrager.<br />

Daar zit een belangrijke les in.<br />

<strong>Jezus</strong> is als Hogepries<strong>te</strong>r van het<br />

hemelse heiligdom nog s<strong>te</strong>eds <strong>de</strong><br />

zon<strong>de</strong>ndrager van Gods volk. <strong>Jezus</strong><br />

brengt <strong>de</strong> “reiniging <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>n”<br />

tot stand, want Hij is eenmaal<br />

geofferd om <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>n “van<br />

velen mee omhoog <strong>te</strong> dragen”. De<br />

pries<strong>te</strong>rs kon<strong>de</strong>n alleen verzoening<br />

doen voor zichzelf en hun huis op<br />

gro<strong>te</strong> verzoendag. Eerst dan werd<br />

<strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van henzelf overgedragen<br />

op iets an<strong>de</strong>rs. Zo ook met <strong>Jezus</strong>.<br />

Onze ongerechtighe<strong>de</strong>n doen Hem<br />

moei<strong>te</strong> aan en daarom wor<strong>de</strong>n zij<br />

uitge<strong>de</strong>lgd.<br />

Leviticus 4, 5, 6;<br />

Jesaja 53;<br />

Leviticus 4: 20, 26, 31, 35;<br />

Leviticus 4: 1-12;<br />

Hebreeën 1: 3; 9: 28;<br />

Leviticus 16;<br />

Jesaja 43: 24-26.<br />

Als iemand van het gewone volk of<br />

een lei<strong>de</strong>r van het volk gezondigd<br />

had, dan werd er een offer gebracht<br />

en “moest” <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r van het vlees<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 22<br />

van het zondoffer e<strong>te</strong>n, het werd<br />

een <strong>de</strong>el van hemzelf. De re<strong>de</strong>n die<br />

aangegeven wordt is dat hierdoor<br />

<strong>de</strong> overdracht van zon<strong>de</strong>n plaats<br />

vond. Dit was “<strong>de</strong> ongerechtigheid<br />

dragen”. Christus werd “voor ons<br />

tot zon<strong>de</strong> gemaakt”en droeg ze “in<br />

Zijn eigen lichaam op het hout”.<br />

Vermeld moet wor<strong>de</strong>n dat wanneer<br />

het vlees van het zondoffer niet gege<strong>te</strong>n<br />

werd, dat was in het geval<br />

dat het offer gebracht werd voor<br />

het gehele volk of <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r, dan<br />

“moest” het bloed gesprenkeld wor<strong>de</strong>n<br />

in het heiligdom, op <strong>de</strong> hoornen<br />

van het reukofferaltaar en voor het<br />

voorhangsel, en dan moest het gehele<br />

lichaam, uitgezon<strong>de</strong>rd het vet<br />

en <strong>de</strong> nieren, verbrand wor<strong>de</strong>n bui<strong>te</strong>n<br />

<strong>de</strong> legerplaats. “Daarom heeft<br />

ook <strong>Jezus</strong>, <strong>te</strong>nein<strong>de</strong> zijn volk door<br />

Zijn bloed <strong>te</strong> heiligen, bui<strong>te</strong>n <strong>de</strong> legerplaats<br />

gele<strong>de</strong>n”. Dit was een dui<strong>de</strong>lijke<br />

heen wijzing naar <strong>de</strong> sma<strong>de</strong>lijke<br />

dood die Hij stierf. “La<strong>te</strong>n wij<br />

<strong>de</strong>rhalve bui<strong>te</strong>n <strong>de</strong> legerplaats gaan<br />

en zijn smaad dragen.” Alle zondoffers<br />

waren bloedige offers, behalve<br />

die voor <strong>de</strong> allerarms<strong>te</strong>n die zelfs<br />

geen tor<strong>te</strong>lduiven kon<strong>de</strong>n kopen.<br />

Voor hen werd verzoening gedaan<br />

door een handvol meel, gebroken<br />

en verbrijzeld koren. Een gepas<strong>te</strong><br />

voors<strong>te</strong>lling van <strong>de</strong> velen van<br />

oost en west die zullen aanliggen<br />

met Abraham, Isaak en Jakob,<br />

maar die het offer op Golgotha<br />

niet gekend hebben, maar door <strong>de</strong><br />

Geest van God “een gebroken en<br />

verbrijzeld hart ontvangen hebben”<br />

en daardoor in het oor<strong>de</strong>el<br />

staan<strong>de</strong> zullen blijven. Ook voor<br />

hen is <strong>Jezus</strong> pries<strong>te</strong>r.<br />

Leviticus 10: 17;<br />

2 Korintiërs 5: 21;<br />

1 Petrus 2: 24;<br />

Leviticus 6: 30;<br />

Hebreeën 13: 11, 12:<br />

Leviticus 5: 11;<br />

Psalm 51;<br />

Romeinen 2: 15, 16.


De Hogepries<strong>te</strong>r<br />

De hogepries<strong>te</strong>r stond voor het gehele<br />

volk, het offer voor <strong>de</strong> pries<strong>te</strong>r<br />

was van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> or<strong>de</strong> van groot<strong>te</strong><br />

als die van het gehele volk. De hogepries<strong>te</strong>r<br />

droeg <strong>de</strong> schuld van het<br />

volk “zodat zij (het volk) welgevallig<br />

zijn voor het aangezicht <strong>de</strong>s<br />

Heren. De hogepries<strong>te</strong>r droeg <strong>de</strong><br />

namen van Israël op zijn schou<strong>de</strong>r<br />

en op zijn borst. Zo belijdt <strong>Jezus</strong><br />

<strong>de</strong> namen van Zijn kin<strong>de</strong>ren voor<br />

Zijn Va<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> engelen, maar alleen<br />

van hen die <strong>de</strong> heerschappij<br />

van hun leven van alledag op Zijn<br />

schou<strong>de</strong>r hebben gelegd. Van <strong>de</strong><br />

an<strong>de</strong>ren die wel Zijn naam willen<br />

dragen maar die niet willen hebben<br />

dat Hij koning over hen is in het leven<br />

van alledag, in e<strong>te</strong>n en drinken,<br />

in het omgaan met an<strong>de</strong>ren, in huwelijk<br />

en opvoeding, in zaken doen<br />

en alles wat erbij hoort, die wer<strong>de</strong>n<br />

ook niet op zijn borst gedragen. De<br />

namen op Zijn schou<strong>de</strong>r, waar Hij<br />

heerschappij over heeft, s<strong>te</strong>mmen<br />

overeen met <strong>de</strong> namen op Zijn borst<br />

die Hij belijdt voor Zijn Va<strong>de</strong>r en<br />

voor Zijn engelen. Maar voor hen<br />

over wie Hij koning is staat Hij ook<br />

in. Eén voor allemaal. Hij alleen<br />

draagt hun zon<strong>de</strong>, en daardoor alleen<br />

zijn zij welgevallig voor Gods<br />

aangezicht.<br />

<strong>Jezus</strong> staat in het heilige <strong>de</strong>r heilige,<br />

om nu <strong>te</strong> verschijnen voor het aangezicht<br />

Gods voor ons. Daar houdt<br />

Hij niet op om Zijn volk van ogenblik<br />

tot ogenblik volmaakt in Hem<br />

voor <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen. Maar omdat wij zo<br />

voor <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r ges<strong>te</strong>ld wer<strong>de</strong>n moe<strong>te</strong>n<br />

wij ons niet inbeel<strong>de</strong>n dat wij<br />

aanmatigend kunnen zijn <strong>te</strong>n aanzien<br />

van <strong>de</strong> gena<strong>de</strong> en zorgeloos,<br />

onverschillig en zelfs toegeeflijk<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n. Christus is geen<br />

dienaar <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>.<br />

Behalve <strong>de</strong> namen op Zijn borst<br />

en op Zijn schou<strong>de</strong>r, werd op het<br />

borstschild van <strong>de</strong> hogepries<strong>te</strong>r <strong>de</strong><br />

Urim en <strong>de</strong> Tummin gedragen. De<br />

be<strong>te</strong>kenis daarvan was, dat op <strong>de</strong><br />

borst van Aäron <strong>de</strong> beslissing voor<br />

elke aangelegenheid <strong>de</strong>s levens lag.<br />

Als men iets wil<strong>de</strong> we<strong>te</strong>n ging men<br />

naar <strong>de</strong> hogepries<strong>te</strong>r en men s<strong>te</strong>l<strong>de</strong><br />

zich op <strong>te</strong>genover <strong>de</strong> efod. Dat was<br />

het opperkleed waarop <strong>de</strong> Urim en<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 23<br />

<strong>de</strong> Tummin in het borstschild bevestigd<br />

waren. Daarop s<strong>te</strong>l<strong>de</strong> men<br />

<strong>de</strong> vraag, en door <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> s<strong>te</strong>nen<br />

gaf God antwoord. Was het antwoord<br />

bevestigend dan omscheen<br />

een kring van licht <strong>de</strong> s<strong>te</strong>en aan <strong>de</strong><br />

rech<strong>te</strong>r zij<strong>de</strong>. Bij afkeuring of weigering<br />

werd <strong>de</strong> linker s<strong>te</strong>en verdonkerd.<br />

Zo “vroegen <strong>de</strong> Israëlie<strong>te</strong>n <strong>de</strong><br />

Here”.<br />

David ken<strong>de</strong> het gebruik van <strong>de</strong><br />

efod goed, zoals blijkt uit 1 Samuël<br />

28: 6. Ook Ezra en Nehemia ken<strong>de</strong>n<br />

het. Dat had ook voor ons een<br />

diepe be<strong>te</strong>kenis. <strong>Jezus</strong> is voor ons<br />

gewor<strong>de</strong>n tot “wijsheid”, en wij<br />

kunnen vrij tot Hem gaan met <strong>de</strong><br />

be<strong>de</strong> om wijsheid en Hij schenkt<br />

ze vrijelijk aan een ie<strong>de</strong>r die het in<br />

geloof vraagt. Er zijn twee dingen<br />

waardoor het volk van God verdorven<br />

wordt, en dat is het vragen van<br />

“<strong>te</strong>kens” en het leunen “op wijsheid<br />

van mensen”. Bei<strong>de</strong> zijn <strong>de</strong>sastreus<br />

in hun gevolgen. Wij kunnen, nee,<br />

wij moe<strong>te</strong>n zelf tot God gaan en dan<br />

zal Hij Zelf, en dat moe<strong>te</strong>n wij geloven,<br />

ons zo verlich<strong>te</strong>n door Zijn<br />

Geest in <strong>de</strong> kennis van Zijn Woord,<br />

dat wij, als wij ons geval aan Hem<br />

voorgelegd hebben, zo zulle han<strong>de</strong>len<br />

als Hij wil dat wij zullen doen.<br />

Maar hier wordt wel <strong>de</strong> volledige<br />

overgave van <strong>de</strong> wil vereist.<br />

Het is een waagstuk, het kost ons<br />

alles, maar hierdoor wor<strong>de</strong>n wij<br />

hers<strong>te</strong>ld in ons godgeschapen mens<br />

zijn. Alleen zo leert u <strong>de</strong> Nieuw<br />

Testamentische Urim en Tummin<br />

van <strong>de</strong> ech<strong>te</strong> Hogepries<strong>te</strong>r kennen.<br />

Kent u uw Hogepries<strong>te</strong>r ook zo?


DE WEG TOT GEZONDHEID<br />

IN CONTACT<br />

MET DE NATUUR<br />

De Schepper koos voor onze eers<strong>te</strong><br />

voorou<strong>de</strong>rs een omgeving die<br />

het bes<strong>te</strong> geschikt was voor hun<br />

gezondheid en geluk. Hij plaats<strong>te</strong><br />

ze niet in een paleis, of omring<strong>de</strong><br />

ze met kunstmatige versieringen<br />

en weel<strong>de</strong>, waar zo velen vandaag<br />

voor wors<strong>te</strong>len om die <strong>te</strong> bemachtigen.<br />

Hij plaats<strong>te</strong> hen in nauwe aanraking<br />

met <strong>de</strong> natuur en in nauwe<br />

gemeenschap met <strong>de</strong> heilige hemelbewoners.<br />

In <strong>de</strong> hof die God als <strong>te</strong>huis bereid<br />

had voor Zijn kin<strong>de</strong>ren, begroet<strong>te</strong>n<br />

sierlijke struiken en <strong>te</strong>re bloemen<br />

het oog aan alle kan<strong>te</strong>n. Er waren<br />

allerlei soor<strong>te</strong>n bomen, waarvan<br />

vele bela<strong>de</strong>n met geurig, heerlijk<br />

fruit. Op <strong>de</strong> takken zongen vogels<br />

hun loflie<strong>de</strong>ren. In hun schaduw<br />

speel<strong>de</strong>n en stoei<strong>de</strong>n schepseltjes<br />

zon<strong>de</strong>r vrees voor elkan<strong>de</strong>r.<br />

Adam en Eva geno<strong>te</strong>n in hun onbevlek<strong>te</strong><br />

reinheid van alle vergezich<strong>te</strong>n<br />

en gelui<strong>de</strong>n van E<strong>de</strong>n. God gaf<br />

hun werk in een tuin, “om die <strong>te</strong> bewerken<br />

en <strong>te</strong> bewaren.”<br />

Genesis 2: 15.<br />

Het dagelijkse werk bracht hen gezondheid<br />

en blijdschap en het gelukkige<br />

paar begroet<strong>te</strong> hun Schepper<br />

met vreug<strong>de</strong> als Hij hen in <strong>de</strong><br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 24<br />

koel<strong>te</strong> van <strong>de</strong> dag kwam opzoeken<br />

en met hen wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> en sprak. Elke<br />

dag leer<strong>de</strong> God hun Zijn lessen.<br />

Het levensplan dat God onze eers<strong>te</strong><br />

ou<strong>de</strong>rs toewees, bevat lessen voor<br />

ons. Ofschoon <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zijn schaduw<br />

over <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> heeft geworpen,<br />

wenst God dat Zijn kin<strong>de</strong>ren<br />

vreug<strong>de</strong> vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> werken van<br />

Zijn hand. Hoe nauwkeuriger Zijn<br />

levensplan wordt opgevolgd, hoe<br />

won<strong>de</strong>rlijker Hij werken zal in het<br />

hers<strong>te</strong>l van <strong>de</strong> lij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> mensheid.<br />

De zieken hebben er behoef<strong>te</strong> aan<br />

in nauw contact gebracht <strong>te</strong> wor<strong>de</strong>n<br />

met <strong>de</strong> natuur. Een leven bui<strong>te</strong>n, <strong>te</strong><br />

mid<strong>de</strong>n van een natuurlijke omgeving,<br />

zal won<strong>de</strong>ren<br />

verrich<strong>te</strong>n<br />

voor menige hulpeloze<br />

en bijna<br />

hopeloze zieke.<br />

Het lawaai en<br />

<strong>de</strong> opwinding<br />

en verwarring<br />

van <strong>de</strong> s<strong>te</strong><strong>de</strong>n,<br />

het leven binnenshuis<br />

is erg<br />

vermoeiend en<br />

uitput<strong>te</strong>nd voor<br />

zieken. De lucht<br />

is bela<strong>de</strong>n met rook en stof, met<br />

scha<strong>de</strong>lijke gassen en ziek<strong>te</strong>kiemen,<br />

en is een gevaar voor het leven.<br />

De zieken, meestal tussen vier<br />

muren ingeslo<strong>te</strong>n, gaan zich als gevangenen<br />

voelen in hun kamers. Zij<br />

kijken uit op huizen en stra<strong>te</strong>n en<br />

mensen die zich voorthaas<strong>te</strong>n, misschien<br />

zon<strong>de</strong>r zelfs iets <strong>te</strong> zien van<br />

<strong>de</strong> blauwe lucht of zonneschijn, van<br />

gras of bloemen of een boom. Op<br />

<strong>de</strong>ze manier opgeslo<strong>te</strong>n, piekeren<br />

zij over hun lij<strong>de</strong>n en zorgen, en<br />

vallen <strong>te</strong>n prooi aan hun eigen droevige<br />

gedach<strong>te</strong>n.<br />

Voor diegenen die moreel zwak<br />

zijn, zijn <strong>de</strong> s<strong>te</strong><strong>de</strong>n vol gevaren.<br />

Daar wor<strong>de</strong>n patiën<strong>te</strong>n, die een onnatuurlijke<br />

eetlust <strong>te</strong> overwinnen<br />

hebben, voortdurend blootges<strong>te</strong>ld<br />

aan verzoekingen. Zij hebben het<br />

nodig om in een nieuwe omgeving<br />

gebracht <strong>te</strong> wor<strong>de</strong>n, waar hun<br />

gedach<strong>te</strong>gang zal veran<strong>de</strong>ren; zij<br />

moe<strong>te</strong>n geplaatst wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r invloe<strong>de</strong>n<br />

die helemaal an<strong>de</strong>rs zijn<br />

van die, welke hun leven hebben<br />

verwoest. Plaats hen voor een tijd<br />

bui<strong>te</strong>n het bereik van die invloe<strong>de</strong>n,<br />

die van God aflei<strong>de</strong>n, in een zuivere<br />

atmosfeer.<br />

Institu<strong>te</strong>n voor <strong>de</strong> verzorging van<br />

zieken zou<strong>de</strong>n veel meer succes<br />

hebben als zij bui<strong>te</strong>n stad gelegen<br />

kon<strong>de</strong>n zijn. En zover als mogelijk<br />

is, zou<strong>de</strong>n allen, die hers<strong>te</strong>l van hun


gezondheid zoeken, in een lan<strong>de</strong>lijke<br />

omgeving moe<strong>te</strong>n verblijven,<br />

waar zij voor<strong>de</strong>el kunnen hebben<br />

van het bui<strong>te</strong>nleven. De natuur is<br />

Gods geneesheer. De zuivere lucht,<br />

<strong>de</strong> blij<strong>de</strong> zonneschijn, <strong>de</strong> bloemen<br />

en <strong>de</strong> bomen, <strong>de</strong> boomgaar<strong>de</strong>n, en<br />

<strong>de</strong> beweging in <strong>de</strong> bui<strong>te</strong>nlucht <strong>te</strong><br />

mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>ze omgeving, bevor<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> gezondheid en wekken<br />

nieuw leven.<br />

Artsen en verpleegkundigen zou<strong>de</strong>n<br />

hun patiën<strong>te</strong>n moe<strong>te</strong>n aanmoedigen<br />

veel tijd in <strong>de</strong> openlucht door<br />

<strong>te</strong> brengen. Het bui<strong>te</strong>nleven is het<br />

enige medicijn dat veel zieken nodig<br />

hebben. Het heeft een won<strong>de</strong>rbaarlijk<br />

vermogen om ziek<strong>te</strong>n <strong>te</strong><br />

genezen, die veroorzaakt zijn door<br />

opwindingen en bui<strong>te</strong>nsporighe<strong>de</strong>n<br />

door <strong>de</strong> manier van leven, een leven<br />

dat verzwakt en <strong>de</strong> krach<strong>te</strong>n van lichaam,<br />

ziel en geest vernietigt. De<br />

rust en <strong>de</strong> vrijheid van het land zijn<br />

weldadig voor zieken, die vermoeid<br />

zijn door het stadsleven, het voortduren<strong>de</strong><br />

schijnsel van <strong>de</strong> vele lich<strong>te</strong>n<br />

en het lawaai op <strong>de</strong> straat! Hoe<br />

verlangend zien zij niet uit naar <strong>de</strong><br />

uitzich<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> natuur! Hoe blij<br />

zou<strong>de</strong>n zij zijn om in <strong>de</strong> openlucht<br />

<strong>te</strong> zit<strong>te</strong>n, <strong>te</strong> genie<strong>te</strong>n in <strong>de</strong> zonneschijn,<br />

en om <strong>de</strong> geur van <strong>de</strong> bloemen<br />

en <strong>de</strong> bomen in <strong>te</strong> a<strong>de</strong>men! Er<br />

zijn levengeven<strong>de</strong> eigenschappen<br />

in <strong>de</strong> balsem van <strong>de</strong> pijnboom, in<br />

<strong>de</strong> geur van <strong>de</strong> ce<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> spar, en<br />

an<strong>de</strong>re bomen hebben ook gezond<br />

maken<strong>de</strong> eigenschappen.<br />

Er zou<strong>de</strong>n plannen moe<strong>te</strong>n wor<strong>de</strong>n<br />

gemaakt om <strong>de</strong> patiën<strong>te</strong>n bui<strong>te</strong>n<br />

<strong>te</strong> hou<strong>de</strong>n. Voor hen, die in staat<br />

zijn tot werk, zou wat prettig licht<br />

werk gereed moe<strong>te</strong>n liggen. Laat<br />

hen zien, hoe plezierig en nuttig dit<br />

bui<strong>te</strong>nwerk is. Moedig ze aan om<br />

<strong>de</strong> frisse bui<strong>te</strong>nlucht diep in <strong>te</strong> a<strong>de</strong>men.<br />

Leer hen <strong>de</strong> diepe a<strong>de</strong>mhaling<br />

en <strong>de</strong> buikspieren bij het a<strong>de</strong>men en<br />

spreken <strong>te</strong> oefenen. Deze training<br />

zal van onschatbare waar<strong>de</strong> voor<br />

hen zijn.<br />

Beweging in <strong>de</strong> openlucht zou indien<br />

mogelijk verplicht moe<strong>te</strong>n<br />

zijn. Geef <strong>de</strong> patiën<strong>te</strong>n bloembed<strong>de</strong>n<br />

om voor <strong>te</strong> zorgen, of werk <strong>te</strong><br />

doen in <strong>de</strong> boomgaard of groen<strong>te</strong>tuin.<br />

Als zij aangemoedigd wor<strong>de</strong>n<br />

om hun kamer <strong>te</strong> verla<strong>te</strong>n of tijd <strong>te</strong><br />

bes<strong>te</strong><strong>de</strong>n in <strong>de</strong> openlucht, voor bloemen<br />

<strong>te</strong> zorgen of an<strong>de</strong>r licht, prettig<br />

werk <strong>te</strong> doen, zal hun aandacht van<br />

zichzelf en hun narighe<strong>de</strong>n afgeleid<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Hoe meer <strong>de</strong> patiënt bui<strong>te</strong>n gehou<strong>de</strong>n<br />

kan wor<strong>de</strong>n, hoe min<strong>de</strong>r zorg<br />

hij eisen zal. Hoe opgewek<strong>te</strong>r zijn<br />

omgeving, hoe hoopvoller hij zal<br />

zijn. In huis opgeslo<strong>te</strong>n, al is dat<br />

ook nog zo elegant gemeubileerd,<br />

zal hij kribbig en somber wor<strong>de</strong>n.<br />

Omring hem met mooie dingen<br />

uit <strong>de</strong> natuur; plaats hem waar hij<br />

bloemen kan zien groeien en vogels<br />

hoort zingen, en zijn hart zal ook<br />

zingen in harmonie met <strong>de</strong> vogelzang.<br />

Verlichting zal komen in lichaam<br />

en geest.<br />

In <strong>de</strong> natuur kan altijd wat gevon<strong>de</strong>n<br />

wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong><br />

zieken van zichzelf af <strong>te</strong> wen<strong>de</strong>n en<br />

hun gedach<strong>te</strong>n op God <strong>te</strong> rich<strong>te</strong>n.<br />

Omringd door Zijn won<strong>de</strong>rbaarlijke<br />

werken, wordt <strong>de</strong> geest om-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 25<br />

hoog gericht van <strong>de</strong> zichtbare naar<br />

onzichtbare dingen. De schoonheid<br />

van <strong>de</strong> natuur leidt <strong>de</strong> gedach<strong>te</strong>n<br />

naar het hemels <strong>te</strong>huis, waar niets<br />

<strong>de</strong> lieflijkheid zal ontsieren, niets<br />

vuil zal wor<strong>de</strong>n, niets vernield wor<strong>de</strong>n,<br />

niets dat ziek<strong>te</strong> of dood veroorzaakt.<br />

Bui<strong>te</strong>n, tussen <strong>de</strong> dingen die God<br />

geschapen heeft en in <strong>de</strong> frisse,<br />

levengeven<strong>de</strong> lucht kan <strong>de</strong> zieken<br />

het bes<strong>te</strong> ver<strong>te</strong>ld wor<strong>de</strong>n van het<br />

nieuwe leven in Christus. Hier kan<br />

Gods woord gelezen wor<strong>de</strong>n. Hier<br />

kan het licht van Christus’ gerechtigheid<br />

schijnen in <strong>de</strong> har<strong>te</strong>n, verduis<strong>te</strong>rd<br />

door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>.<br />

Zij moe<strong>te</strong>n het verhaal horen van <strong>de</strong><br />

lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Verlosser, van <strong>de</strong> vrije<br />

vergiffenis waarin voorzien wordt<br />

voor allen, die tot Hem komen en<br />

hun zon<strong>de</strong>n belij<strong>de</strong>n. On<strong>de</strong>r zulke<br />

omstandighe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> zieken<br />

dubbel gezegend en velen zullen<br />

hun gezondheid <strong>te</strong>rug vin<strong>de</strong>n. De<br />

hopelozen zullen hoopvol wor<strong>de</strong>n.<br />

Het eens mistroostige gezicht krijgt<br />

een uitdrukking van blijdschap. De<br />

klagen<strong>de</strong> s<strong>te</strong>m maakt plaats voor<br />

opgewektheid en <strong>te</strong>vre<strong>de</strong>nheid.<br />

Als <strong>de</strong> lichamelijke gezondheid herwonnen<br />

is, zijn mannen en vrouwen<br />

be<strong>te</strong>r in staat dat geloof in Christus<br />

<strong>te</strong> beoefenen, dat <strong>de</strong> gezondheid<br />

van <strong>de</strong> ziel verzekert. In het bewustzijn<br />

van vergeven zon<strong>de</strong>n ligt<br />

onuitsprekelijke vre<strong>de</strong>, blijdschap<br />

en rust. Het Woord drukt het geloof<br />

als volgt uit:<br />

“God is ons een toevlucht en een<br />

s<strong>te</strong>rk<strong>te</strong>, <strong>te</strong>n zeers<strong>te</strong> bevon<strong>de</strong>n een<br />

hulp in benauwdhe<strong>de</strong>n.”<br />

Psalm 46: 1<br />

“Al ging ik ook in een dal van <strong>de</strong><br />

schaduw <strong>de</strong>s doods, ik zou geen<br />

kwaad vrezen; want Gij zijt met<br />

mij; Uw stok en Uw staf, die vertroos<strong>te</strong>n<br />

mij.” Psalm 23: 4<br />

“Hij geeft <strong>de</strong> moe<strong>de</strong> kracht en <strong>de</strong><br />

mach<strong>te</strong>loze vermeer<strong>de</strong>rt Hij s<strong>te</strong>rk<strong>te</strong>.”<br />

Jesaja 40 : 29


KINDERVERHAAL....<br />

DE EERSTE DISCIPELEN<br />

Het is natuurlijk niet zeker, maar ik<br />

<strong>de</strong>nk, dat <strong>Jezus</strong> zingend <strong>de</strong> woestijn<br />

uitkwam. Hij was vast nog wat<br />

bleek van al die weken dat Hij niet<br />

gege<strong>te</strong>n had, maar <strong>de</strong> Bijbel zegt,<br />

dat Hij “in <strong>de</strong> kracht <strong>de</strong>s Gees<strong>te</strong>s”<br />

<strong>te</strong>rugkwam.<br />

Hij had net een gro<strong>te</strong> overwinning<br />

behaald op Satan. Engelen had<strong>de</strong>n<br />

met Hem gesproken en Hem<br />

e<strong>te</strong>n gebracht. Die veertig dagen en<br />

nach<strong>te</strong>n waarin Hij alleen was geweest<br />

met God, had <strong>de</strong> hemel heel<br />

dichtbij gebracht en heel echt gemaakt<br />

zodat Hij weer nieuwe moed<br />

had gekregen voor <strong>de</strong> toekomst.<br />

Toen Hij voortstap<strong>te</strong> over het bergpad,<br />

heeft Hij misschien wel die<br />

ou<strong>de</strong> beken<strong>de</strong> psalm gezongen die<br />

Hij nog van Zijn moe<strong>de</strong>r had geleerd:<br />

“Looft <strong>de</strong> Here, want Hij is<br />

goed, want Zijn goe<strong>de</strong>rtierenheid is<br />

tot in eeuwigheid.”<br />

Er lag werk op Hem <strong>te</strong> wach<strong>te</strong>n, en<br />

Hij wil<strong>de</strong> er zo gauw mogelijk mee<br />

beginnen. Nu moest Hij Zijn boodschap<br />

aan <strong>de</strong> wereld ver<strong>te</strong>llen, en er<br />

was geen tijd <strong>te</strong> verliezen. Nu moest<br />

Hij meer dan ooit bezig zijn met <strong>de</strong><br />

dingen van Zijn Va<strong>de</strong>r.<br />

Wie was <strong>de</strong> eers<strong>te</strong> die Hem zag en<br />

Zijn s<strong>te</strong>m hoor<strong>de</strong>, toen Hij ein<strong>de</strong>lijk<br />

weer in <strong>de</strong> vlak<strong>te</strong> van <strong>de</strong> Jordaan<br />

was aangekomen? Niemand weet<br />

het. Misschien wel een her<strong>de</strong>r die<br />

zijn schapen hoed<strong>de</strong> of een boerin<br />

die een koe aan het melken was.<br />

Het kan natuurlijk ook een groepje<br />

jongens en meisjes geweest zijn die<br />

aan het spelen waren. Toen ze Hem<br />

zagen, hebben ze zich misschien<br />

afgevraagd, wie <strong>de</strong> vrien<strong>de</strong>lijke<br />

vreem<strong>de</strong>ling was, die <strong>te</strong>gen hen<br />

lach<strong>te</strong> en zwaai<strong>de</strong> en zei: “Het koninkrijk<br />

Gods is nabijgekomen.”<br />

Bij <strong>de</strong> rivier kwam Hij misschien<br />

een vermoei<strong>de</strong> reiziger <strong>te</strong>gen, die<br />

zijn ezel wa<strong>te</strong>r gaf. Ook aan hem<br />

ver<strong>te</strong>l<strong>de</strong> Hij, net als aan ie<strong>de</strong>reen,<br />

het goe<strong>de</strong> nieuws over Zijn koninkrijk,<br />

dat komen zou.<br />

“De tijd is vervuld,” zei <strong>Jezus</strong>, “en<br />

het koninkrijk Gods is nabijgekomen.<br />

Bekeert u en gelooft het evan-<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 26<br />

gelie.”<br />

“Dat zegt Johannes <strong>de</strong> Doper<br />

ook,” zei <strong>de</strong> man.<br />

“Heb je hem dan wel eens<br />

horen preken?”<br />

“O, ja, hij weet het goed <strong>te</strong><br />

ver<strong>te</strong>llen. De mensen verdringen<br />

zich om hem <strong>te</strong><br />

kunnen horen.”<br />

<strong>Jezus</strong> wil<strong>de</strong> Johannes<br />

graag nog eens even zien<br />

om <strong>te</strong> kijken hoe hij het<br />

maak<strong>te</strong>.<br />

Hij ging tussen al die mensen<br />

staan en kwam voetje<br />

voor voetje dich<strong>te</strong>r bij Zijn<br />

neef. Toen Johannes Hem<br />

in het oog kreeg, hield hij<br />

ineens op met spreken. Hij<br />

wees naar <strong>Jezus</strong> en zei net<br />

als vorige keer: “Zie, het<br />

Lam Gods, dat <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>r wereld wegneemt.”<br />

En hij ging ver<strong>de</strong>r: “Deze is het, van<br />

wie ik zei<strong>de</strong>: Na mij komt een man,<br />

die vóór mij geweest is, want hij was<br />

eer dan ik… Ik heb aanschouwd, dat<br />

<strong>de</strong> Geest ne<strong>de</strong>rdaal<strong>de</strong> als een duif<br />

uit <strong>de</strong> hemel, en Hij bleef op Hem.<br />

En ik ken<strong>de</strong> Hem niet, maar Hij,<br />

die mij gezon<strong>de</strong>n had om <strong>te</strong> dopen<br />

met wa<strong>te</strong>r, die had tot mij gezegd:<br />

Op wie gij <strong>de</strong> Geest ziet ne<strong>de</strong>rdalen<br />

en op Hem blijven, Deze is het, die<br />

met <strong>de</strong> Heilige Geest doopt. En ik<br />

heb gezien en getuigd, dat <strong>de</strong>ze <strong>de</strong><br />

Zoon van God is.”<br />

Dat bracht gro<strong>te</strong> opschudding on<strong>de</strong>r<br />

<strong>de</strong> mensen. Wekenlang had Johannes<br />

nu al gezegd, dat <strong>de</strong> Messias<br />

on<strong>de</strong>rweg was, en dat Hij gauw zou<br />

komen. En nu wees hij iemand hier<br />

in <strong>de</strong> menig<strong>te</strong> aan en zei hij: “Deze<br />

is het; Hij is <strong>de</strong> Zoon van God!”<br />

De mensen gingen op hun <strong>te</strong>nen<br />

staan om een glimpje <strong>te</strong> zien van <strong>de</strong><br />

man die Johannes had aangewezen.<br />

Ze duw<strong>de</strong>n en drongen en trap<strong>te</strong>n<br />

elkaar op <strong>de</strong> <strong>te</strong>nen. Bijna was er<br />

een oproer uitgebroken, en omdat<br />

<strong>Jezus</strong> niet wil<strong>de</strong> dat Hij het mid<strong>de</strong>lpunt<br />

van een gro<strong>te</strong> opschudding


zou wor<strong>de</strong>n, ging Hij stilletjes weg<br />

van al die mensen. Toen <strong>de</strong> mensen<br />

Hem niet kon<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n, wer<strong>de</strong>n<br />

ze weer rustig en luis<strong>te</strong>r<strong>de</strong>n ze naar<br />

wat Johannes <strong>te</strong> ver<strong>te</strong>llen had.<br />

Twee dagen la<strong>te</strong>r kwam <strong>Jezus</strong> weer<br />

naar Johannes luis<strong>te</strong>ren. En weer<br />

ont<strong>de</strong>k<strong>te</strong> Johannes Hem, toen Hij<br />

daar tussen <strong>de</strong> mensen stond, en hij<br />

riep: “Zie, het Lam Gods!”<br />

Deze keer kwamen twee mannen,<br />

die die woor<strong>de</strong>n gehoord had<strong>de</strong>n,<br />

ach<strong>te</strong>r <strong>Jezus</strong> aan, toen Hij weer<br />

wegging. De ene was Andreas en<br />

<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re was Johannes – <strong>de</strong> Johannes<br />

die jaren la<strong>te</strong>r het evangelie<br />

schreef, dat naar hem is genoemd.<br />

Het waren vissers uit Bethsaïda,<br />

aan het meer van Galilea.<br />

Toen <strong>Jezus</strong> merk<strong>te</strong>, dat Hij gevolgd<br />

werd, draai<strong>de</strong> Hij Zich om.<br />

“Wat zoekt gij?” vroeg Hij.<br />

“Rabbi,” zei<strong>de</strong>n ze <strong>te</strong>gen Hem,<br />

“waar houdt Gij verblijf?”<br />

“Komt en gij zult het zien,” zei Hij<br />

<strong>te</strong>gen hen en Hij ging hen voor op<br />

<strong>de</strong> weg naar het kleine huisje waar<br />

Hij woon<strong>de</strong>.<br />

Omdat <strong>de</strong> zon al bijna on<strong>de</strong>r was,<br />

nodig<strong>de</strong> <strong>Jezus</strong> hen allebei uit om bij<br />

Hem <strong>te</strong> blijven slapen, en dat <strong>de</strong><strong>de</strong>n<br />

ze. En dat kor<strong>te</strong> bezoek veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

niet alleen hun leven, maar ook dat<br />

van miljoenen an<strong>de</strong>ren.<br />

We we<strong>te</strong>n niet wat <strong>Jezus</strong> <strong>te</strong>gen Andreas<br />

en Johannes gezegd heeft in<br />

die paar fijne uurtjes toen ze bij elkaar<br />

waren. Ze hebben Hem vast<br />

gevraagd, waarom Johannes <strong>de</strong> Doper<br />

Hem “Het Lam Gods” noem<strong>de</strong>,<br />

en toen heeft <strong>Jezus</strong> natuurlijk alles<br />

ver<strong>te</strong>ld over Zichzelf en over het<br />

koninkrijk van lief<strong>de</strong>, dat Hij zou<br />

gaan oprich<strong>te</strong>n. Ze begrepen misschien<br />

niet alles wat Hij zei, maar er<br />

was iets in Zijn s<strong>te</strong>m en hele manier<br />

van doen, waardoor ze er zeker van<br />

waren, dat het allemaal waar moest<br />

zijn. Het leek wel of <strong>Jezus</strong> door hen<br />

heen kon kijken en alles, wat ze<br />

ooit had<strong>de</strong>n gedaan en wat ze nog<br />

van plan waren <strong>te</strong> doen, wist.<br />

Op die ene avond beslo<strong>te</strong>n ze allebei<br />

om bij Hem <strong>te</strong> blijven. Zij wer<strong>de</strong>n<br />

Zijn eers<strong>te</strong> discipelen.<br />

De volgen<strong>de</strong> morgen ren<strong>de</strong> Andreas<br />

opgewon<strong>de</strong>n weg, op zoek naar zijn<br />

broer Simon.<br />

“Wij hebben <strong>de</strong> Messias gevon<strong>de</strong>n,<br />

<strong>de</strong> Christus,” riep hij. “Ga mee, dan<br />

kun je Hem ook zien.” Simon die<br />

ook een visser was, vroeg zich af,<br />

wat dat toch allemaal be<strong>te</strong>ken<strong>de</strong>.<br />

Zou hij meegaan of niet? Maar<br />

Andreas wist hem over <strong>te</strong> halen en<br />

“leid<strong>de</strong> hem tot <strong>Jezus</strong>.”<br />

<strong>Jezus</strong> ontving Simon vrien<strong>de</strong>lijk en<br />

tot gro<strong>te</strong> verbazing van <strong>de</strong> vissers<br />

zei Hij: “Je naam is Simon, maar<br />

van nu af aan zul je Petrus he<strong>te</strong>n.”<br />

En dat gebeur<strong>de</strong> ook. Tot nu toe<br />

heeft ie<strong>de</strong>reen hem altijd Petrus genoemd.<br />

Ze waren nu vlak bij Galilea en <strong>de</strong><br />

kleine vissersbootjes dobber<strong>de</strong>n op<br />

het blauwe wa<strong>te</strong>r.<br />

“Komt ach<strong>te</strong>r Mij,” zei <strong>Jezus</strong>, “en<br />

Ik zal u vissers van mensen maken.<br />

Zij lie<strong>te</strong>n <strong>te</strong>rstond hun net<strong>te</strong>n liggen<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 27<br />

en volg<strong>de</strong>n Hem.”<br />

Al gauw werd dit kleine groepje<br />

gro<strong>te</strong>r. <strong>Jezus</strong> vond Filippus, en Filippus<br />

bracht Nathanaël mee. Hij<br />

had <strong>te</strong>gen hem gezegd: “Wij hebben<br />

Hem gevon<strong>de</strong>n van wie Mozes<br />

in <strong>de</strong> wet geschreven heeft en <strong>de</strong><br />

profe<strong>te</strong>n, <strong>Jezus</strong>, <strong>de</strong> zoon van Jozef,<br />

uit Nazareth.”<br />

“Ach, wel nee,” zei Nathanaël,<br />

“daar geloof ik niets van. Kan uit<br />

Nazareth iets goeds komen?”<br />

“Kom en zie,” zei Filippus en<br />

Nathanaël ging met hem mee. Toen<br />

gebeur<strong>de</strong> er iets vreemds. Toen <strong>Jezus</strong><br />

Nathanaël zag aankomen, zei<br />

Hij: “Zie, waarlijk een Israëliet in<br />

wie geen bedrog is!”<br />

“Waar kent gij mij van?” vroeg<br />

Nathanaël verbaasd. En <strong>Jezus</strong> zei:<br />

“Voordat Filippus u riep, zag Ik u<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vijgeboom.”<br />

Nathanaël was stomverbaasd. Hoe<br />

had <strong>Jezus</strong> hem nu toch on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vijgeboom<br />

kunnen zien? Dat bestond<br />

niet. Maar toch…<br />

“Rabbi riep hij uit. Opeens had hij<br />

het begrepen. “Gij zijt <strong>de</strong> Zoon van<br />

God, Gij zijt <strong>de</strong> koning van Israël.”


Boeken van <strong>de</strong> Ellen G.Whi<strong>te</strong> Stichting<br />

Patriarchen en Profe<strong>te</strong>n, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

Profe<strong>te</strong>n en Koningen, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Wens <strong>de</strong>r Eeuwen, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Wens <strong>de</strong>r Eeuwen, pocket € 2,25<br />

Van Jeruzalem tot Rome, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Gro<strong>te</strong> Strijd, leergebon<strong>de</strong>n € 14,75<br />

De Gro<strong>te</strong> Strijd ( Het Gro<strong>te</strong> Conflict), pocket € 1,35<br />

Lessen uit het leven van alledag € 7,95<br />

De Nieuwe Wereldor<strong>de</strong>..?(10 of meer, €0,35 p/st) € 0,45<br />

De Weg tot Gezondheid (pocket) € 5,65<br />

De Weg tot Gezondheid (leergebon<strong>de</strong>n) € 7,95<br />

Schre<strong>de</strong>n naar Christus- pocket- nieuw € 0,60<br />

Schre<strong>de</strong>n naar Christus- har<strong>de</strong> kaft- nieuw € 1,90<br />

Het lij<strong>de</strong>n van Christus (10 of meer, €0,35 p/st) € 0,45<br />

Brieven aan jonge mensen € 3,40<br />

Boeken van <strong>de</strong> Stichting <strong>de</strong> <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong><br />

De Zondagswet, J.Marcussen € 0,45<br />

De zondag komt, G. Edward Reid € 6,60<br />

De geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> sabbat, J.N.Andrews € 7,95<br />

Daniël en <strong>de</strong> Openbaring, A.<strong>de</strong> Ligne € 9,10<br />

De twee Babylons, A.Hislop € 7,95<br />

Het pad naar <strong>de</strong> troon van God, S.Peck € 6,25<br />

Christus onze Hogepries<strong>te</strong>r, A.T.Jones € 3,40<br />

Christus en <strong>de</strong> Wet, E.J.Waggoner € 3,40<br />

Christus en Zijn Gerechtigheid, E.J.Waggoner € 2,25<br />

Ongelooflijke antwoor<strong>de</strong>n op gebed, R.J.Morneau € 3,25<br />

Een reis in het bovennatuurlijke, R.J.Morneau € 3,20<br />

De man die niet gedood kon wor<strong>de</strong>n, S.Maxwell € 5,50<br />

Een nieuwe start, V.W.Fos<strong>te</strong>r € 5,90<br />

Een sabbatreis van genesis / openbaring, Wijngaar<strong>de</strong> € 3,00<br />

Trouwen of samenwonen € 2,00<br />

De strijd ach<strong>te</strong>r <strong>de</strong> schermen € 0,10<br />

Het laats<strong>te</strong> geschenk van een moe<strong>de</strong>r € 3,00<br />

Het kleine mys<strong>te</strong>rie en <strong>de</strong> schepping, Dennis Crews € 4,50<br />

Van Rock en Roll tot Rots <strong>de</strong>r eeuwen, Brian S.Neuman € 3,00<br />

<strong>Jezus</strong> Christus binnen <strong>de</strong> Godheid € 2,50<br />

Dood en opstanding, hemel en hel, Martino Tomasi € 3,00<br />

De Ellen G.Whi<strong>te</strong><br />

Stichting.<br />

Postbus 30<br />

2957 ZG<br />

Nieuw - Lekkerland<br />

<strong>te</strong>l: 0184 - 681616<br />

Giro 1022 566<br />

ABN 53 34 16 000<br />

Ensche<strong>de</strong><br />

E-mail<br />

e.g.whi<strong>te</strong>.stichting@planet.nl<br />

Stichting<br />

De <strong>Bazuin</strong> <strong>te</strong> <strong>Sion</strong><br />

Postbus 30<br />

2957 ZG Nieuw-Lekkerland<br />

Tel. 0184-681616<br />

Giro 140 62 00<br />

ABN/AMRO 59.18.60.724<br />

E-mail<br />

wwiggers@xs4all.nl<br />

AFZENDER<br />

F. VAN HERREVELD<br />

MEEKRAP 18<br />

4413 GS<br />

KRABBENDIJKE.<br />

Zodra uw betaling bij <strong>de</strong> stichting binnen is, wordt het bes<strong>te</strong>l<strong>de</strong> u toegezon<strong>de</strong>n.<br />

Bovenstaan<strong>de</strong> prijzen zijn exclusief eventueel bijkomen<strong>de</strong> portokos<strong>te</strong>n.<br />

<strong>Jezus</strong> <strong>de</strong> <strong>Vriend</strong> van Jong en Oud 28

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!