Rioolwaterzuivering Deventer

11
5
6
7
8
9
5
6
7
8
9
10
10
10
15
1
13
11
10
10
2
10
12
28
21
20
14 15
3
2
22
4
4
18
10
19
21
26 24
16
17
18
16
23
29
30
25
27
14
1
2
Ontvangstput
Hoofdgemaal
3 Grofvuilbehandeling
4 Voorbezinktank
5 P-stripper en
Anaërobe reactor
6 Contacttank
7 Anoxische reactor
8 Wisseltank
9 Oxische tank
10 Nabezinktanks
11 Effluentput
12 Tussengemaal
13 Compressorruimte
14 Compostfilters
15 Lavatorens
16 Voorindikkers
17 Slibverwarming
18 Gistingstanks
19 Sliblagune
20 Centrale put
21 Externe slibput
22 KSO
23 Gascompressoren
24 Gashouder
25 Spuigasbrander
26 Gasmotoren
27 IJzerhydroxide opslag
28 IJzerchloride opslag
29 Bedrijfsgebouw
30
Afdelingskantoor
Roosterhark
Beluchtingstank
De reis van het afvalwater
Voorbezinktank
Nabezinktank
Rioolwaterzuiveringsinstallatie
Deventer

Het zuiveringsproces
1 Ontvangstput
Hier komt het afvalwater van Deventer, Diepenveen en Schalkhaar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi) binnen.
2 Hoofdgemaal
Vanuit de ontvangstput stroomt het water naar het hoofdgemaal. Hier wordt het afvalwater omhoog gepompt door middel
van vijzels (wokkelvormige spiralen), zodat het moeiteloos het zuiveringsproces kan doorlopen.
3 Grofvuilbehandeling
Het afvalwater gaat eerst door een soort zeef, de roosterhark. De hark haalt allerlei troep uit het water, zoals maandverband,
sigarettenpeuken, papier, vetresten en condooms. Dit vuil wordt samengeperst en in een container afgevoerd naar
de vuilstortplaats. Om stankontwikkeling tegen te gaan, is dit deel van de installatie afgedekt. De afgezogen stankstoffen
worden gereinigd in een compostbak.
4 Voorbezinktank
Vanuit de grofvuilbehandeling stroomt het water via een verdeelwerk naar de twee voorbezinktanks. Het water komt in het midden
van de tank omhoog. De zwaardere deeltjes die nog in het water zweven, zoals groenteresten, zand, poep en straatvuil zakken
naar de bodem. Op de bodem ontstaat zo een laag slib. Met een ruimer wordt het slib van hieruit naar de voorindikker gepompt.
Daarnaast drijven de lichte deeltjes, zoals olie en vetten, naar de oppervlakte van de tank. Deze drijflaag wordt door middel van
een oppervlakteruimer afgevoerd naar de gistingstank. Het afvalwater is nu voor 30% gezuiverd.
Biologische reactoren
5 P-Stripper en Anaërobe reactor
Ook afvalstoffen die je met het blote oog niet ziet, worden uit het water gehaald. Bijvoorbeeld fosfaat en stikstof. Het afval wordt
uit het water gehaald door bacteriën. Deze bacteriën zijn een soort pacmans: ze eten het afval uit het water op en zetten het om
in onschadelijke stoffen. In de anaërobe reactor zit geen zuurstof. Deze reactor is nodig om bacteriën te kweken die het fosfaat
uit het water kunnen halen.
6 Contacttank
In de contacttank wordt het afvalwater gemengd met actief slib. Actief slib is een mengsel van het vuil uit het riool, de bacteriën
uit het afvalwater en de gekweekte bacteriën die op de zuivering voorkomen. Het met actief slib vermengde afvalwater stroomt
verder naar de anoxische reactor.
7 Anoxische reactor
In de anoxische reactor zit geen zuurstof, maar wel nitraat. In deze reactor wordt stikstof verwijderd
doordat de bacteriën nitraat omzetten in stikstofgas en zuurstof.
8 Wisseltank
In de wisseltank kan het zowel zuurstofarm als zuurstofrijk zijn. Of er zuurstof in de reactor aanwezig is of juist niet,
hangt af van wat er op dat moment nodig is om de resterende afvalstoffen uit het water te kunnen verwijderen.
9 Oxische tank
In de oxische tank zit zuurstofrijk water. Het ammonium dat in het water voorkomt, wordt door de aanwezige
bacteriën omgezet in nitraat. De zuurstofbindende stoffen (bijvoorbeeld methanol) worden verwijderd.
De slibverwerking
10 Nabezinktanks
In de nabezinktanks komt het mengsel van actief slib en afvalwater in het midden van de tank omhoog. De bacteriënmassa zinkt
naar de bodem en vormt een laag slib. Dit wordt met een slibruimer naar het midden van de bak geschoven. Een deel van het actief
slib gaat terug naar de beluchtingstank, er zitten namelijk veel waardevolle bacteriën (pacmans) in. Zij kunnen opnieuw aan de slag.
Het teveel aan slib gaat direct naar de voorindikker. Het gezuiverde afvalwater stroomt over de overstortranden van de nabezinktank
naar de effluentput.
11 Effluentput
Via de effluentput stroomt het gezuiverde afvalwater, ook wel effluent genoemd, naar de IJssel.
Dit water is geen drinkwater, maar heeft de kwaliteit die planten en dieren nodig hebben om
erin te kunnen leven.
12 Tussengemaal;
16 Slibverwarming
13 Compressorruimte; 14 Compostfilters; 15 Lavatorens
17 Gistingstank
In de gistingstank zorgen bacteriën ervoor dat het slib gaat gisten. Hierbij komt methaangas
(biogas) vrij. Dit gas wordt opgevangen in een gashouder en gebruikt om gasmotoren aan te
drijven. Gasmotoren drijven de generatoren aan (te vergelijken met hele grote fietsdynamo’s).
De generatoren leveren stroom aan de elektrische installaties van de zuiveringsinstallatie.
Vanuit de gistingstanks gaat het slib naar een sliblagune.
18 Sliblagune
Het ’ingedikte’ slib wordt opgeslagen in een sliblagune. Vervolgens wordt het slib afgevoerd
naar Kunstmatige slibontwateringsinstallatie (KSO).
19 Centraal put ;
20 Externe slibput
21 Kunstmatige slibontwateringsinstallatie (KSO)
In de slibsilo van de KSO wordt allereerst het slib gemengd door middel van een grote mixer.
Vanuit de silo gaat het slib door een centrifuge die ervoor zorgt dat ongeveer 75% water uit het
slib wordt verwijderd. Dit water wordt teruggepompt naar de ontvangstput en weer gezuiverd.
Het dikke slib wordt aangeboden aan een slibverwerker die het composteert.
22 Gascompressoren;
26 IJzerhydroxide opslag;
29 Afdelingskantoor
23 Gashouder; 24 Spuigasbrander; 25 Gasmotoren
27 IJzerchloride opslag; 28 Bedrijfsgebouw
Bekijk voor een virtuele rondleiding over een rioolwaterzuivering onze website: www.wgs.nl
RWZI - Deventer, Roland Holstlaan 2, 7414 KA Deventer, tel. (0570) 66 51 34