Hulpstukken voor drinkwaterleidingen - Saint Gobain Pipe Systems

56
Aanhalen van de bouten
Het aanhalen van de bouten moet in de volgorde gebeuren zoals aangegeven op de tekening,
nl., de diagonaal tegenover elkaar liggende bouten. Na een eerste aanspanning van de bouten
met het minimum koppel, dient er een tweede controle van alle bouten uitgevoerd te worden.
Vereenvoudigde controle van de waterdichtheid van de afdichtingsring:
Er moet een speling zijn van - ongeveer - 6 mm voor de DN 60 tot 300, 9 mm voor de DN 350 tot
1600 tussen de flensvlakken, over de volledige omtrek. Dit is een praktisch middel om de waterdichtheid
te controleren na het aanspannen van de bouten.
Minimum koppel voor flenzen in functie van de DN en de PN (in m.daN)
DN PN 10 PN 16 PN 25 PN 40 PN 64
40 4 4 4 4 6
50 4 4 4 4 6
60 4 4 4 4 6
65 4 4 4 4 6
80 4 4 4 4 6
100 4 4 6 6 8
125 4 4 8 8 12
150 6 6 8 8 15
200 6 6 8 12 18
250 6 8 12 15 -
300 6 8 12 15 -
350 6 8 15 18 -
400 8 12 18 30 -
450 8 12 18 - -
500 8 15 30 - -
600 12 18 30 - -
700 12 18 40 - -
800 15 30 40 - -
900 15 30 50 - -
1000 18 40 50 - -
1100 18 40 60 - -
1200 30 50 60 - -
1400 40 50 70 - -
1500 40 60 70 - -
1600 50 60 70 - -
Minimum koppel in functie van de
diameters en de bouten
D bouten Koppel (m.daN)
16 4
20 6
24 8
27 12
30 15
33 18
Minimum koppel in functie van de
diameters en de bouten
D bouten Koppel (m.daN)
36 30
39 40
45 50
52 60
56 70
8 1
10 11
Opmerking: De aangegeven minimumwaarden in beide tabellen zijn waarden die de waterdichtheid verzekeren indien de
volledige kracht gebruikt wordt om de afdichtingsring samen te drukken. Indien een gedeelte van die kracht
gebruikt wordt om de leiding uit te lijnen, is het noodzakelijk een hoger koppel aan het wenden.
Wij behouden ons het recht voor om, zonder voorafgaand bericht, de specificaties van onze producten en de voorschriften weergegeven in deze catalogus te wijzigen. Uitgave 03/2008
3
5
12
2
7
9
6
4