download PDF 2003-3 - Stemerdink Registeraccountants BV
download PDF 2003-3 - Stemerdink Registeraccountants BV
download PDF 2003-3 - Stemerdink Registeraccountants BV
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De werkgever was gehouden om vanaf 1997 rente te<br />
betalen. De door de kantonrechter benoemde termijn<br />
van 4 weken deed daar niets aan af.<br />
32. Opzegtermijn<br />
De wet staat toe dat van de wettelijke opzegtermijn<br />
wordt afgeweken bij CAO of individuele arbeidsovereenkomst.<br />
Wordt de opzegtermijn voor de<br />
werknemer verlengd dan moet de opzegtermijn voor<br />
de werkgever minimaal twee keer zo lang zijn als de<br />
opzegtermijn voor de werknemer. Een werkgever en<br />
een werknemer waren een opzegtermijn van twee<br />
maanden voor de werknemer en drie maanden voor de<br />
werkgever overeengekomen. De kantonrechter<br />
oordeelde dat de overeengekomen opzegtermijnen<br />
onjuist waren en de bepalingen daarom nietig waren.<br />
De wettelijke opzegtermijnen zijn dan van toepassing.<br />
In dit geval was dit l maand voor beide partijen.<br />
33. Salaris en dienstjaren<br />
Voor het berekenen van de ontslagvergoeding bij het<br />
ontbinden van een arbeidsovereenkomst door de<br />
kantonrechter wordt de zogenaamde kantonrechtersformule<br />
toegepast. De formule vermenigvuldigt<br />
de diensttijd in jaren met het laatste maandsalaris en<br />
een leeftijdsafhankelijke factor.Voor de factor telt de<br />
diensttijd na de 50 verjaardag dubbel, de diensttijd na<br />
de 40° verjaardag telt voor anderhalf. Een werkgever<br />
vroeg ontbinding aan voor een werknemer die kort<br />
daarvoor haar fulltime dienstverband had omgezet in<br />
een parttime dienstverband. De kantonrechter in<br />
Rotterdam stelde vast dat er geen peildatum voor het<br />
salaris wordt genoemd in de aanbeveling van de Kring<br />
van Kantonrechters. Omdat de werkneemster kort<br />
voor het ontbindingsverzoek minder was gaan werken<br />
en zij niet wist van het ontbindingsverzoek hanteerde<br />
de kantonrechter het fulltime salaris. De kantonrechter<br />
in Utrecht kende aan een werknemer een<br />
ontbindingsvergoeding toe berekend met een factor 2.<br />
De werknemer was 57 jaar oud en de werkgever had<br />
niets gedaan om ander passend werk voor de<br />
werknemer te vinden.<br />
34. Loondoorbetaling bij schorsing<br />
Een werknemer die zich ernstig had misdragen was<br />
door zijn werkgever op non-actief gesteld. Het salaris<br />
werd niet uitbetaald en de werkgever vroeg ontbinding<br />
aan voor de arbeidsovereenkomst. Een jaar later werd<br />
de arbeidsovereenkomst ontbonden. De werknemer<br />
eiste loondoorbetaling over de periode dat hij<br />
geschorst was. De Rechtbank in Breda had geoordeeld<br />
dat de werkgever geen loon door hoeft te betalen als<br />
de werknemer niet werkt. Dit is alleen anders indien<br />
de oorzaak in redelijkheid voor rekening van de<br />
werkgever dient te komen. Dit was in deze casus niet<br />
het geval want de werknemer had zich misdragen. De<br />
Hoge Raad haalde deze redenering onderuit. Het<br />
schorsen van een werknemer is een besluit van de<br />
werkgever en ligt dus in zijn risicosfeer. Een werkgever<br />
kan zich niet éénzijdig onttrekken aan zijn verplichting<br />
om loon door te betalen, ook niet als er gegronde<br />
reden is om een werknemer te schorsen. Dit is alleen<br />
mogelijk indien in de arbeidsovereenkomst van de<br />
bepalingen in de wet is afgeweken. De Hoge Raad heeft<br />
de uitspraak van de rechtbank vernietigd en de zaak<br />
doorverwezen naar het Gerechtshof in Breda.<br />
35. Premiesplitsing voorkomt successierechten<br />
Tot het vermogen van een overleden persoon behoort<br />
een vijftal door haar gesloten koopsompolissen. De<br />
uitkering bij overlijden komt volgens de polissen toe<br />
aan de erfgenamen; de uitkering bij in leven zijn op de<br />
einddatum aan de inmiddels overledene. Op twee van<br />
de polissen staat aangegeven dat de premie voor de<br />
uitkering bij overlijden voor rekening van de<br />
erfgenamen is. Op de andere polissen staat geen<br />
premiesplitsing vermeld. In geschil is of over de<br />
uitkeringen uit de polissen successierecht moet<br />
worden betaald door de erfgenamen. Naar het oordeel<br />
van Hof Den Bosch voldoen de twee polissen met<br />
premiesplitsing aan de voorwaarden die door de<br />
Staatssecretaris van Financiën in een besluit uit 1997<br />
zijn gesteld aan dergelijke polissen.Wie de premie heeft<br />
betaald is niet van belang; alleen van belang is wie de<br />
premie volgens de polis verschuldigd is. Die<br />
uitkeringen horen daarom niet tot de nalatenschap. De<br />
andere polissen kennen geen premiesplitsing en<br />
vormen dus een erfrechtelijke verkrijging volgens de<br />
Successiewet.<br />
Hoewel uiterste zorg is besteed aan de inhoud kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor verstrekte juistheid en volledigheid van de gegevens.