21.09.2013 Views

Maatschappijleer schoolexamen 11 februari - SchoolSamenvatting.nl

Maatschappijleer schoolexamen 11 februari - SchoolSamenvatting.nl

Maatschappijleer schoolexamen 11 februari - SchoolSamenvatting.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

<strong>Maatschappijleer</strong> <strong>schoolexamen</strong><br />

Hoofdstuk 2 (§ 1t/m 4 bestuderen en § 5 + 6 doorlezen)<br />

Paragraaf 1<br />

Om het same<strong>nl</strong>even in goede banen te leiden zijn er regels nodig. Regels die bepalen hoe het<br />

moet en wat er niet mag.<br />

De rechtstaat is een staat met het hoogste gezag over de bevolking binnen een bepaald<br />

grondgebied. De staatsorganen (overheid) hebben de macht om mensen te dwingen zich aan de<br />

wetten te houden. Als mensen dat niet doen, kan de staat hen straffen.<br />

We spreken van gezag als de macht van een staat of een andere organisatie als redelijk wordt<br />

ervaren en wordt aanvaard door de mensen die zich aan de regels houden. Als mensen het<br />

overheidsgezag als rechtmatig en redelijk ervaren, heeft dat gezag een hoge mate van<br />

legitimiteit. (overheid houdt zich ook aan de wetten en tast vrijheid burgers zo min mogelijk aan).<br />

In de 19 e eeuw ontstond in Europa de liberale rechtsstaat waarin persoo<strong>nl</strong>ijke vrijheid en<br />

bescherming tegen willekeurig overheidsoptreden centraal houden. Later kregen inwoners ook<br />

kiesrecht en was de staat ook een democratische rechtstaat geworden. Sinds de overheid veel<br />

sociale taken op zich heeft genomen, kunnen we ook spreken van een sociale rechtsstaat.<br />

Kernelementen van de rechtstaat:<br />

- bescherming tegen willekeur van de overheid<br />

- rechtszekerheid<br />

- gelijke rechten<br />

Kenmerken van de rechtstaat:<br />

- alle burgers hebben gelijke rechten.<br />

- legaliteitsbeginsel mensen kunnen alleen gestraft worden voor een misdrijf dat in het in<br />

het wekboek stond op het moment dat de misdrijf plaatsvond.<br />

- ook de overheid moet zich aan de wetten houden<br />

- machtscheiding tussen: wetgevende macht (maakt de wetten, parlement met regering),<br />

uitvoerende macht (zorg dat wetten worden uitgevoerd, regering en ambtenaren) en<br />

rechtelijke macht (treedt op als wet wordt overtreden, de rechters)<br />

Dit heet de Trias politica, belangrijk is de onafhankelijkheid van de rechters.<br />

(rechters kunnen niet door regering worden ontslagen)<br />

- grondrechten (afspraken tussen landen), ook wel mensenrechten perken de macht van<br />

de overheid tegenover de burgers. Ze staan in de belangrijkste wet van het land, de<br />

grondwet (= belangrijkste regels van de staat) Dit kan niet zomaar gewijzigd worden<br />

door parlement.<br />

Tegen over rechten staan plichten. Burgers moeten zich aan de wet houden. Iedereen is<br />

verplicht mensen te helpen die in levensgevaar verkeren. En iedereen moet zich kunnen<br />

legitimeren. Ook heeft iedereen de morele plicht om grondrechten van andere te respecteren.<br />

Rechtstaat dient ter bescherming van burgers tegenover de staat. Veiligheid staat op de eerste<br />

plaats. De afgelopen jaren neemt de criminaliteit niet toe. Toch heeft men wel het gevoel dat dit<br />

gebeurt, dat heeft vooral te maken met beeldvorming (niet werkelijkheid bepaalt wat mensen<br />

denken en voelen. Mensen zijn bang vermoord te worden terwijl kans op verkeersongeluk veel<br />

groter is).<br />

Paragraaf 2<br />

Grondrechten worden ook vaan mensenrechten genoemd.<br />

2 soorten grondrechten:<br />

- klassieke(individuele) mensenrechten;<br />

- sociale mensenrechten<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

De belangrijkste klassieke grondrechten(Deze stellen grenzen aan het optreden van de<br />

overheid):<br />

- vrijheid van godsdienst;<br />

- vrijheid van drukpers/ meningsuiting;<br />

- vrijheid van vereniging, vergadering en demonstratie;<br />

- onaantastbaarheid van het lichaam;<br />

- bescherming tegen willekeurige huiszoeking;<br />

- brief-, telefoon-, telegraafgeheim.<br />

Algemeen belang: Gaat over welvaart, veiligheid, onderwijs en gezondheidszorg.<br />

Sociale mensenrechten: recht op eten, onderdak, werk, onderwijs, en gezondheidszorg. De<br />

overheid heeft hier wel een inspanningsverplichting.<br />

Rechters corrigeren af en toe besluiten van bestuurders en ambtenaren. Burgers kunnen zich<br />

met klachten over overheidsoptreden ook wenden tot de ombudsman. Deze onderzoekt of de<br />

klacht terecht is. Als dat het geval is adviseert hij de overheid de fout te herstellen. Vrijheid van<br />

meningsuiting wordt niet zozeer bedreigd door de overheid, maar door de inwoners onderling.<br />

Mensen zijn voorzichtiger nadat zij zijn bedreigd. Sinds 2001 worden individuele grondrechten<br />

ingeperkt, voor sommige mensen is dit aantasting van de rechtstaat. Andere vinden veiligheid<br />

van velen belangrijker dan individuele rechten.<br />

Je kan als burger ook terecht bij het Europese hof voor de rechten van de mens in staatsburg.<br />

Deze heeft verdrag met alle landen in Europa, bevat klassieke mensenrechten. Zij hebben<br />

schending van het verdrag vastgesteld waardoor Nederland wet moest veranderen. Landen<br />

hebben internationale verdragen ondertekend waardoor misdrijven ook in een ander land kunnen<br />

worden berecht dan plaatsgevonden zijn. Bekendste mensenrechtenorganisatie is Amnesty<br />

International.<br />

Paragraaf 3<br />

Criminaliteit is door de overheid in een bepaald land in een bepaalde tijd strafbaar gesteld<br />

gedrag. Het gaat om delicten, stafbare handelingen. Deze staan omschreven in het Wetboek<br />

van Strafrecht. Ernstige delicten worden misdrijven (diefstal) genoemd, minder ernstige<br />

delicten worden overtredingen (te hard rijden) genoemd. Voor een misdrijf krijg je een strafblad<br />

die 4 of 8 jaar van kracht blijft. Hierdoor kan je moeilijk een baan krijgen.<br />

Bij het opsporen, vervolgen en berechten van delicten geldt het legaliteitsbeginsel. Ook bij<br />

opsporing en berechting van misdaad moeten bepaalde regels in acht worden genomen, deze<br />

staan in het Wetboek van Strafvordering. Vervolging is de taak van het Openbaar Ministerie,<br />

een onderdeel van het Ministerie van Justitie, dus van de staat. Veel praktisch opsporingswerk<br />

wordt gedaan door de politie, o.l.v. officieren van justitie, ambtenaren van het OM. Ook politie<br />

moet zich bij opsporing en aanhouding aan regels houden. Politie mag alleen iemand arresteren<br />

bij een redelijk vermoeden dat de persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit. De<br />

wettelijke bevoegdheden van de politie om de waarheid te achterhalen worden dwangmiddelen<br />

genoemd. (politie neemt arrestant mee naar bureau -> vasthouden voor verhoor -> mag 15 uur<br />

duren -> waarvan 6 uur verhoor -> geen recht op advocaat maar hij is niet verplicht te<br />

antwoorden -> als ze denken dat die schuldig is houden<br />

ze hem langer vast -> verdachte kan advocaat vragen of krijgt er een toegewezen. Bij deze<br />

dwangmiddelen moeten de regels strikt worden gevolgd.<br />

Uiteindelijk moet de officier van justitie beslissen of hij wil vervolgen (voor rechter brengen),<br />

seponeren of de zaak afdoen met een transactie. Bij seponeren wordt de zaak afgesloten zonder<br />

veroordeling (niet genoeg bewijs). Bij een transactie (schikking) biedt de officier van justitie bij<br />

niet ernstig delict aan een vergoeding te betalen zodat de verdachte niet voor de rechter hoeft te<br />

komen en dus niet veroordeeld wordt. Gedogen, sommige overtredingen worden niet vervolgd<br />

omdat met verwacht meer nadelige gevolgen te hebben (drugsbeleid).<br />

Zodra het vooronderzoek is afgerond en de officier van justitie voldoende bewijsmateriaal heeft,<br />

volgt een openbare terechtzitting. De rechter ondervraagt de verdachte en eventuele getuigen en<br />

deskundigen. Ook de officier van justitie en de advocaat van de verdachte kunnen vragen stellen.<br />

Daarna houdt de officier van justitie als openbare aanklager een toespraak, waarin hij alle<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

bewijzen naar voren brengt en een straf eist. Vervolgens houdt de advocaat een<br />

verdedigingsreden en pleit voor vrijspraak. De verdachte krijgt het laatste woord.<br />

De kosten van de strafprocedure is voor rekening van de staat, met uitzondering van de<br />

advocaat. Wie geen advocaat kan betalen, krijgt er een toegewezen, waarvoor een kleine<br />

bijdragen betaald moet worden, afhankelijk van het inkomen.<br />

Officieren van justitie, advocaten en rechters zijn allemaal juristen. De officier van justitie<br />

(openbaar aanklager) treedt op als ambtenaar van het OM. De advocaat behartigt de belangen<br />

van de verdachte. De rechter is lid van de onafhankelijke rechterlijke macht. Er zijn in Nederland<br />

19 rechtbanken. Verdachten van een misdrijf moeten voor de strafrechter van de rechtbank<br />

verschijnen. Een andere rechter, de kantonrechter, behandelt overtredingen. Het gerechtshof<br />

bekijkt de hele zaak opnieuw en komt dan tot een vonnis. De veroordeelde en het OM kunnen<br />

tegen vonnis van het gerechtshof in cassatie gaan bij het hoogste rechtscollege van Nederland,<br />

de Hoge Raad. Deze kijkt of de rechters de wetten correct en volgens juiste procedures hebben<br />

toegepast. Zo niet moet rechter opnieuw zaak bekijken en uitspraak doen.<br />

De rechter heeft met het opleggen van straffen een aantal doelen:<br />

- Vergelding: de dader moet boeten voor wat die heeft misdaan.<br />

- Preventie: de straf moet mensen afschrikken om het weer te doen.<br />

- Resocialisatie: de straf moet terugkeer in de same<strong>nl</strong>eving mogelijk maken, reclassering.<br />

- Voorkomen van eigenrichting: de overheid wil met het opleggen van straffen<br />

voorkomen dat slachtoffers zelf wraak nemen.<br />

Nederland kent een daderstrafrecht. De rechter moet bij zijn vonnis rekening houden met de<br />

ernst van het delict, bewijsvoering en bijzondere omstandigheden. Per delict geldt een<br />

maximumstraf. 4 hoofdstraffen voor volwassene:<br />

- gevangenisstraf (misdrijf)<br />

- hechtenis (overtreding)<br />

- taakstraf (onbetaald maatschappelijk nuttig werk doen)<br />

- geldboete<br />

de rechter kan iemand veroordelen tot een voorwaardelijke straf. Dan wordt de straf niet<br />

uitgevoerd als de dader zich aan opgelegde voorwaarde houdt. Minderjarigen hebben een aparte<br />

plaats in het strafrecht. Ze moeten bijvoorbeeld herstelwerkzaamheden verrichten of voor<br />

kinderrechter verschijnen waarna ze niet meer dan 2 jaar kunnen worden opgesloten in een<br />

jeugdinrichting.<br />

Laatste jaren komen er steeds meer transacties maar ook zwaardere straffen voor dezelfde<br />

misdrijf (moord: 1992, 8 jaar en in 2002, <strong>11</strong> jaar). In Nederland is levenslang echt levenslang.<br />

Maximum straffen werden opgehoogd omdat ze niet meer zouden aansluiten bij de tijdgeest. Ook<br />

kwamen zwaardere straffen voor recidivisten (mensen die eerder al een misdrijf gepleegd<br />

hebben). Naast straffen kan de rechter ook maatregelen opleggen, die vooral de same<strong>nl</strong>eving<br />

moeten beschermen. Bekendste maatregel: tbs: ter beschikking stellen van de dader. De rechter<br />

legt dit op aan mensen die ernstige psychiatrische ziektebeelden of persoo<strong>nl</strong>ijkheidsstoornissen<br />

hebben. De tbs’ers worden geholpen bij terugkeer naar same<strong>nl</strong>eving. Als de behandeling geen<br />

effect heeft krijgen zij levenslang tbs. tbs’er kan proefverlof krijgen en dan weer misdaad begaan<br />

hier zijn veel discussies over of deze dan levenslang moet krijgen.<br />

Paragraaf 4<br />

Iedereen moet gelijk behandeld worden. Daarom is de Algemene Wet Gelijke Behandeling<br />

ingevoerd. Deze wet omschrijft waneer afgeweken kan worden van het gelijkheidsbeginsel. In<br />

dezelfde wet is een Commissie Gelijke Behandeling ingesteld. Mensen die ongelijk behandeld<br />

zijn kunnen hier een klacht indienen. De commissie onderzoekt de zaak en doet uitspraak.<br />

Het gelijkheidsbeginsel komt ook voor bij het opsporen en berechten van misdrijven. Met name<br />

mensen uit lagere sociale klassen maken een grotere kans om te worden opgepakt en<br />

veroordeeld: klassenjustitie. Als de politie weinig deskundigen heeft op het gebied van bv.<br />

fraude laat men zulke delicten snel schieten, ook wel witteboordencriminaliteit genoemd.<br />

Lage mensen worden vaak strenger gestraft. Misschien omdat praten en uitleggen meer oplevert<br />

dan agressief worden. Deze verschillen in behandeling kunnen zich voortzetten als de officier van<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

justitie moet bestluiten wel of niet seponeren. Ook zullen studenten minder hard worden<br />

aangepakt dan werklozen jongere. Ook krijgt een werklozen vaker onvoorwaardelijke<br />

gevangenisstraf dan mensen met een baan. Er wordt gekeken naar toekomstperspectief: een<br />

werkende kan door celstraf zijn baan kwijt raken. (mannen, mensen uit lagere klassen en<br />

allochtonen meer in gevangenis dan hun aandeel in de criminaliteit rechtvaardigt).<br />

Terrorisme heeft vele en complexe oorzaken. Een daarvan is het proces van globalisering,<br />

waarbij verschillende delen van de wereld op economisch, sociaal en politiek en cultureel terrein<br />

steeds meer betrokken raken. We spreken van terrorisme als door het treffen van grote<br />

aantallen willekeurige slachtoffers geprobeerd wordt de bevolking angst aan te jagen of de<br />

same<strong>nl</strong>eving te ontwrichten. De rechtstaat komt in een spagaat -> moet burgers beschermen<br />

tegen willekeurige beperking van hun vrijheden, maar tevens de veiligheid van alle burgers<br />

garanderen. Terrorisme wordt bestreden met het strafrecht, maar 2 problemen: repressief:<br />

daders worden gestraft als misdrijf gepleegd is, terwijl ze die misdrijven proberen te voorkomen.<br />

En het straffen moet mensen afschrikken en ze weerhouden van het plegen van het misdrijf,<br />

maar dit is niet het geval omdat terroristen zelf ook omkomen en in het hiernamaals hiervoor<br />

beloond zullen worden. De wet is na aanslag op Twin Towers aangepast, er wordt naar motief<br />

gekeken naar terroristisch oogmerk het doel is misdrijven voorkomen. In Nederland is dit<br />

afgewezen omdat daarmee de vrijheid van meningsuiting aangetast zou worden. Maar nu mogen<br />

anonieme getuigen en interpretaties van afgeluisterde gesprekken als bewijs gaan dienen.<br />

Meningen verschillen hierover omdat individuele grondrechten gevaar lopen en de kans groter is<br />

dat mensen ten onrechte worden verdacht, opgepakt en veroordeeld.<br />

Paragraaf 1.6<br />

Vraagstukken worden vanuit verschillende perspectieven bekeken: het politiek-juridische<br />

perspectief, het sociaal economisch perspectief, het sociaal-culturele perspectief en het<br />

vergelijkende perspectief. Paragraaf 5 + 6 Lezen<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

Hoofdstuk 3 (§ 1 t/m 5 bestuderen, § 6 globaal, § 8 + 9 onderlinge relatie)<br />

Paragraaf 1<br />

Historie<br />

Steden groeien rijke burgerij wil de macht van de vorst beperken (anders geen belasting<br />

betalen)(no taxation without representation) overlegorganen met rijke mannen (=parlement)<br />

grondrechten nodig (voor mening uitten) ideeën vrijheid & gelijkheid vraag om<br />

volkssoevereiniteit = politieke macht is afgeleid van het volk en wordt uitgeoefend namens het<br />

volk (regering verantwoording afleggen aan volk en niet meer aan de koning of aan God.<br />

NL 1848 grondwet Thorbecke, macht vorst minderen Maar nog GEEN echte democratie:<br />

UK 1783 koning geen macht parlement Geen algemeen kiesrecht (alleen<br />

rijke mannen)<br />

VS 1776 onafhankelijkheidsverklaring tegen van<br />

Noord-Amerika<br />

Fr 1789 Franse Revolutie einde macht koning<br />

1917 algemeen kiesrecht voor mannen<br />

1919 algemeen kiesrecht voor vrouwen<br />

1918 veel Europese landen voor het eerst democratisch<br />

1945 onafhankelijke koloniën groeien democratieën<br />

1960 – 1980 tegengegaan democratieën in koloniën<br />

1980 – nu val communisme & verzet dictaturen toename democratieën<br />

Veel van die nieuwe democratieën hebben het echter niet gered of functioneerde slecht.<br />

Tegenwoordig is bijna 2/3 van de landen min of meer democratisch en woont 60% van de<br />

wereldbevolking in een democratie.<br />

Democratie<br />

= politiek stelsel dat het mogelijk maakt om op basis van meerderheidsbesluiten op vreedzame<br />

en ordelijke wijze conflicten op te lossen en afspraken te maken over de inrichting van de<br />

same<strong>nl</strong>eving.<br />

Basiselementen:<br />

Alle volwassen inwoners kunnen d.m.v. algemeen kiesrecht invloed uitoefenen op de<br />

besluitvorming<br />

Een aantal grondrechten is gewaarborgd om in vrijheid die invloed te kunnen uitoefenen.<br />

Een democratie kan alleen functioneren als er ook sprake is van een rechtsstaat.<br />

Mensen zijn geen ondergeschikte onderdanen, maar burgers, die plichten & rechten hebben.<br />

Gelijkheid: alle burgers hebben gelijke rechten en mogen niet gediscrimineerd worden<br />

Vrijheid: burgers moeten hun eigen leven inrichten zoals ze willen, behalve als het de<br />

vrijheid van anderen schaadt.<br />

In een democratie worden verschillen en conflicten niet onderdrukt, maar erkend en<br />

gereguleerd. Iedereen heeft verschillende belangen. Iedereen kan zijn ideeën, die vaak samen<br />

hangen met hun belangen naar voren brengen.<br />

Het is een stelsel met een ingebouwde, maar beperkte onzekerheid. (leiders kunnen<br />

weggestemd worden, maar mogen wel opnieuw proberen + niet gevangen genomen).<br />

Achter democratie zit een gematigd positief mensbeeld, een idee over hoe mensen zijn en wat zij<br />

kunnen. Mensen kunnen het met elkaar eens worden over het bestuur maar omdat zij<br />

verschillende belangen en ideeën hebben, kent een democratie regels om conflicten te<br />

beslechten en garanties tegen machtsmisbruik.<br />

Kenmerken Parlementaire Democratie<br />

1. Algemeen Kiesrecht: alle volwassen mannen en vrouwen mogen stemmen (geheim)<br />

2. Verkiezingen: Elke vier jaar kiezen we leden van parlement (neemt besluiten over wetten<br />

en controleert de regering) of volksvertegenwoordiging<br />

3. Vrijheid van meningsuiting: mensen kunnen vrij hun mening geven (maar geen<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

belediging)<br />

4. Vrijheid van vereniging & vergadering: iedereen mag een vereniging oprichten, ook<br />

partijen die het niet eens zijn met het bestuur mogen meedoen aan verkiezingen. Je mag<br />

bijeenkomsten en demonstraties organiseren (over organisaties zijn meningen verdeeld).<br />

5. machtscheiding: tussen wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht (trias politica).<br />

Directe Democratie: alle burgers rechtstreeks meepraten en beslissen bv. bij weinig inwoners,<br />

volksstemming (referendum) Dus beslissing rechtstreeks door alle kiezers genomen.<br />

Indirecte Democratie: politiek stelsel waarbij beslissingen worden genomen door<br />

vertegenwoordigers (gekozen door algemeen kiesrecht). Soms mag bevolking via volksstemming<br />

rechtstreeks beslissen. Dat is dus een element van directe democratie binnen een indirect stelsel.<br />

Parlementair stelsel: de bevolking kiest alleen het parlement rechtsreeks. Staatshoofd<br />

symbolische en representatieve taken (staatshoofd is koning of door parlement gekozen<br />

president) (bv. In Nederland, Duitsland, Italië)<br />

Presidentieel stelsel: de bevolking kiest rechtstreek een parlement en een president. president<br />

grote macht. (bv. VS, Frankrijk en alle Latijns-Amerikaanse landen)<br />

Dictatuur<br />

= politiek stelsel waarbij de macht in handen is van één persoon of kleine groep, waarbij de<br />

inwoners geen invloed kunnen uitoefenen op het beleid en de grondrechten niet zijn<br />

gegarandeerd. Het tegenovergestelde van een democratie.<br />

- Verschillen in belangen en opvattingen worden onderdrukt.<br />

- Een dictatuur is nooit een rechtstaat, maar de staat treedt moet grote willekeur op.<br />

- Mensen met kritiek worden opgepakt.<br />

- Rechters zijn niet onafhankelijk maar handelen in opdracht van de regering.<br />

- Meeste dictaturen hebben wel verkiezen, maar inwoners kunnen maar op één<br />

presidentskandidaat of alleen op de regeringspartij stemmen.<br />

- Parlement heeft weinig bevoegdheden.<br />

- Onafhankelijke media moeten alles voorleggen aan de censuur (tegenhouden van<br />

informatie) geneigd om zelfcensuur toe te passen.<br />

- Oprichten van onafhankelijke belangenorganisaties wordt onmogelijk gemaakt.<br />

- Er ontstaat angst mensen houden zich weg van politiek machthebbers kunnen<br />

greep op bevolking handhaven.<br />

- Als dictatuur ieders privéleven scherp in de gaten houdt en kinderen aanzet om hun<br />

ouders te verklikken spreken we van totalitaire dictatuur.<br />

- Mensen hebben meer geld ze leveren geen kritiek en verzetten zich niet tegen<br />

dictatuur.<br />

Sociale Voorwaarden voor Democratie, maatschappelijke omstandigheden waarin de<br />

democratische regels wel of niet goed functioneren.<br />

1. Gunstige sociaaleconomische ontwikkeling (iedereen heeft het wat beter, geen strijd om<br />

het bestaan, geen behoefte aan een ‘sterke man’)<br />

2. Sociaaleconomische gelijkheid (geen ongelijkheid arm-rijk etc.)<br />

3. Democratische politieke cultuur (manier waarop mensen met elkaar omgaan in de<br />

politiek, conflicten beslecht door discussies en niet door geweld. Ook is tolerantie<br />

belangrijk, mensen ruimte geven aan meningen waar ze het niet mee eens zijn.<br />

4. Burgers verenigd in organisaties op grond van idee/belang invloed uitoefenen politiek<br />

5. Militairen geen invloed op de politiek<br />

6. De staat functioneert goed (zorgt voor iedereen, geen corruptie, ruimte voor kritiek, goede<br />

wegen etc.)<br />

7. Geen conflicten tussen etnische groepen geen tolerantie meer, groepen gaan geweld<br />

gebruiken.<br />

In dictaturen is het met deze sociale voorwaarde slecht gesteld. Na de val van de<br />

communistische dictaturen zijn (1990) bijna overal democratische regels en vrijheden ingevoerd.<br />

In Tsjechië werkt dat goed, maar in Rusland niet (arm – rijk groter, veel geweld, bewoners<br />

moeten leren zelfstandig te zijn).<br />

Op kleine schaal zijn sociale voorwaarden ook belangrijk (bv. Wanneer je samen op vakantie<br />

gaat).<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

Paragraaf 2<br />

Politieke partijen<br />

Politici spreken vaak over het algemeen belang als ze het hebben over welvaart, veiligheid,<br />

onderwijs en gezondheidszorg. Zij hebben verschillende meningen over wat algemeen belang<br />

betekent:<br />

Ideologieën: opvattingen over hoe de maatschappij (moet) functioneer(en) en wat de rol van de<br />

overheid moet zijn.<br />

Mensen met dezelfde ideologie vormen een politieke stroming.<br />

Politieke Partij (aanhangers van een ideologie die zich verengingen)<br />

1. heeft ideeën over alle belangrijke beleidsterreinen (veiligheid, onderwijs etc.). Ideeën<br />

worden samen programma genoemd<br />

2. heeft kandidaten bij verkiezingen --> veel kandidaten kiezen = grotere kans op<br />

programma-uitvoering<br />

Stromingen<br />

Links (socialisten) (gelijkheid) Rechts (liberalen) (vrijheid)<br />

- ingrijpen tegen sociale ongelijkheid<br />

- gelijke kansen<br />

- mens zelf aan de markt overlaten (als overheid<br />

ingrijpt komt de vrijheid in gevaar)<br />

In het centrum (tussen links en rechts in) ligt de christendemocratie (broederschap)<br />

Deze stromingen kennen veel overeenkomsten waardoor samenwerking mogelijk is.<br />

Communisme, hierbij staat de waarde gelijkheid centraal. In een kapitalistische maatschappij<br />

draait het om het maken van winst arbeiders worden uitgebuid grote ongelijkheid <br />

productiemiddelen moeten in handen komen van de gemeenschap (staat). 20 e eeuw veel<br />

communistische partijen aan de macht gekomen vaak via gewelddadige revoluties economie<br />

kwam in staatshanden communisme verbood andere partijen eenpartijdictatuur. Vaak<br />

vormden communistische partijen zich om tot sociaaldemocratische partijen doen mee aan<br />

verkiezingen en maken soms uit van regering.<br />

Fascisme heeft geen samenhangende ideeën. Vooral een door gefrustreerde antistroming die<br />

zich keert tegen vrijheid, gelijkheid en tolerantie. Ze voelen zich bedreigd door vreemde groepen.<br />

Veel geweld, sterke leider moet voor ordezorgen vereniging van eigen natie + volk. In<br />

Duitsland, nationaalsocialisme (rasse<strong>nl</strong>eer) (Hitler) en Italië (Mussolini).<br />

na 1945 extreemrechtse partijen (tegen immigratie en allochtonen). Fr: Front National, België:<br />

Vlaams Belang. NL: Centrumdemocraten (CD)<br />

Liberalisme hecht aan vrijheid. Je bent zelf verantwoordelijk voor de inrichting van je leven. De<br />

overheid mag die vrijheid niet inperken. Als iedereen zijn eigen belangen nastreeft zonder de wet<br />

te overtreden is dat het beste voor iedereen. Ook economische vrijheid is belangrijk, particulier<br />

initiatief centraal, geen hoge belastingen & overheidsregels. De overheid moet zorgen voor<br />

infrastructuur, onderwijs, gezondheidszorg. Wel uitkeringen maar niet te royaal mensen<br />

moeten op eigen benen staan. Niet te veel belasting ontmoedigt eigen initiatief.<br />

VVD (volkspartij voor vrijheid en democratie en D66 (democraten 66) (D66 meer<br />

overheidsbemoeienis op sociaaleconomisch gebied links liberaal. Ook wil D66 kiezers meer<br />

rechtstreekse invloed geven (volksstemming).<br />

Socialisme, (ook sociaaldemocratie genoemd) is ontstaan als reactie op het liberalisme.<br />

Volgens socialisten leidde de economische vrijheid tot uitbuiting van arbeiders (lage lonen, lange<br />

werktijden) overheid moet arbeiders via wetten beschermen anders geen gelijke kansen en<br />

geen gelijke inkomensverdeling. Overheid moet zorgen voor regels en voor sociale<br />

voorzieningen. Mensen met hoge inkomens moeten meer belasting betalen arm: rijk kleiner.<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

PvdA (partij van de Arbeid) (belangrijke rol bij opbouw van verzorgingsstaat, meer liberale kant<br />

opgegaan: minder overheidsbemoeienis. SP (socialistische partij) en GL (groen links) zijn voor<br />

actiever overheidsingrijpen dan PvdA. GL milieuproblemen en SP arbeiders en<br />

uitkeringsgerechtigden.<br />

Christendemocraten is een confessionele partij die zich laat inspireren door de bijbel en dus is<br />

gebaseerd op een godsdienst. Op sociaaleconomisch gebied zitten ze tussen liberalen en<br />

socialisten in. Het functioneren van de maatschappij is een gezame<strong>nl</strong>ijke verantwoordelijkheid<br />

van iedereen solidariteit harmonie sociale cohesie. Maatschappelijk middelveld = kerken,<br />

vakbonden, boeren en vrouwen enz. ze zien het gezin als hoeksteen van de same<strong>nl</strong>eving. Tegen<br />

abortus, euthanasie. Eerbied voor schepping natuur beheren en niet vernietigen.<br />

Verzorgingsstaat, maar ook eigen verantwoordelijkheid. CDA (christen Democratische Appèl) is<br />

ontstaan uit 2 kleine partijen : CU (christen unie, actief overheidsingrijpen voor zwakkeren en<br />

tegen milieuverontreinigingen) en SGP (Staatkundig Gereformeerde Partij, geen scheiding<br />

tussen kerk en staat, tegen vrouwenkiesrecht en voor doodstraf).<br />

Overige Partijen: Populisme: namens volk spreken, ze schuiven problemen voor zich uit in<br />

plaats van ze op te lossen. LPF lijst Pim Fortuyn haalde groot succes bij verkiezingen (tegen<br />

criminaliteit, allochtonen dwingen aan te passen. Een week voor de verkiezing werd Pim<br />

vermoord na 2002 is de aanhang flink teruggelopen. Sindsdien enkele nieuwe populistische<br />

partijen maar vooral Single-issue partijen: 1 aspect op programma (bijv. tegen allochtonen).<br />

Paragraaf 3<br />

Verkiezingen en Kiesstelsels<br />

Rechtstreeks stemmen voor:<br />

Tweede kamer (belangrijkste onderdeel van parlement of volksvertegenwoordiging)<br />

Provinciale Staten (volkvertegenwoordiging in elk van de twaalf provincies)<br />

Gemeenteraad (volkvertegenwoordiging in elk van de 450 gemeenten)<br />

Deelgemeenteraden (voor wijken van grote gemeenten bv. Amsterdam)<br />

Europees Parlement (eens in de 5 jaar, volksvertegenwoordiging in de EU<br />

Eerste kamer wordt indirect gekozen door Provinciale Staten. Vormt samen met Tweede kamer<br />

het parlement.<br />

Nederlands van 18 jaar en ouder mogen hun stem uitbrengen actief kiesrecht. Daarnaast<br />

hebben zij passiefkiesrecht: zij kunnen gekozen worden als lid van de Tweede kamer en<br />

volksvertegenwoordigende lichamen.<br />

Meedoen aan deelgemeenteraden--> Nederlandse nationaliteit hoeft niet, maar wel pas nadat ze<br />

5 jaar in Nederland wonen. Elke partij heeft een lijst van kandidaten je stemt er op 1. meestal op<br />

de lijsttrekker (nummer 1 van de lijst).<br />

Wel stemrecht, geen opkomstplicht.<br />

Aan verkiezingscampagnes wordt veel geld uitgegeven (maar meer in Duitsland, UK, VS).<br />

Meer propaganda omdat veel kiezers voelen zich niet meer verbonden met partij --> zwevende<br />

kiezers (kiezen per verkiezing op wie ze stemmen).<br />

Propaganda via<br />

televisie (televisiedemocratie -->personen worden belangrijker dan het politiek standpunt)<br />

Internet via stemwijzer<br />

Kiesstelsels<br />

Evenredige Vertegenwoordiging: Aantal zetels is evenredig aan het aantal stemmen. Één zetel<br />

krijg je bij 0.67% stemmen (1:150) (150 zetels te verdelen)<br />

Iedere stem telt (representatief)<br />

Meerderheid vormen is lastig tegengaan door kiesdrempel.<br />

Districtenstelsel (meerderheidsstelsel)<br />

Soort 1: Kandidaat met hoogste aantal stemmen gekozen<br />

Soort 2: alleen gekozen als je absolute meerderheid van stemmen haalt niemand? 2 e ronde<br />

tussen 2 kandidaten.<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

Partij wint in district --> alle zetels (bij 51% van stemmen)<br />

Niet altijd representatief (niet iedere stem telt mee)<br />

Niet echt nationaal (per district --> landelijke kwesties minder snel doorvoeren)<br />

Regionaal --> regionale kwesties meer aandacht<br />

Paragraaf 4<br />

Regering & Parlement<br />

Elk jaar wordt er op de derde dinsdag in september het politieke jaar geopend met een<br />

bijeenkomst van parlement, ministerie en koningin. Nederland is een parlementaire democratie<br />

maar ook een monarchie met koning -> Nl is een constitutionele monarchie --> de bevoegdheden<br />

van de koning staan in grondwet. De koning heeft een symbolische functie.<br />

Koningin:<br />

Kan geen politieke beslissingen nemen, ministers zijn verantwoordelijk voor wat ze zegt.<br />

Terwijl de koningin onschendbaar is volgens de grondwet<br />

Geheim van Noordeinde: koningin praat wekelijks met minister president geheim<br />

Tijdens Prinsjesdag leest zij de troonrede (plannen voor komend jaar) voor, maar<br />

ministers verantwoordelijk voor de tekst.<br />

<br />

Regering (dagelijks bestuur)<br />

Dagelijkse leiding door gezelschap: regering (ministers en koningin) , kabinet (ministers en<br />

staatsecretarissen) en ministerraad (ministers en kabinet).<br />

Kabinet wordt geleid door minister-president of premier.<br />

Premier Algemene taak (net zoals minister van Financiën)<br />

Ministers Gespecialiseerde beleidsterreinen, leiding over ministerie/departement<br />

Staatssecretarissen verantwoordelijk voor een deel van beleid van ministerie<br />

Ambtenaren voeren het beleid uit<br />

Regering zorgt ervoor dat wetten worden uitgevoerd, dat in noodsituaties wordt<br />

ingegrepen en dat problemen worden opgelost. --> plannen en begroting<br />

in miljoenennota.<br />

na verkiezingen komt er een nieuwe regering, omdat er nooit één partij is die de meerderheid<br />

behaald moeten partijen onderhandelen kabinetsformatie. Staat niet in de grondwet maar is<br />

gegroeid als gewoonterecht. Koningin speelt hierin grote rol. Zij benoemt een informateur <br />

zegt welke coalities mogelijk zijn. Als deze een positief rapport uitbrengt benoemt ze<br />

een formateur (premier) die een nieuw kabinet vormt en er leider van wordt en miniposten<br />

verdeeld en bemand.<br />

Een regering die uit meerdere partijen bestaat wordt de coalitie genoemd. De belangrijkste<br />

pannen voor komende 4 jaar staan in het regeerakkoord. (de kabinetsformatie is makkelijk als<br />

oude regering zetels winnen en verder willen blijven regeren) (koningin heeft invloed op vorming<br />

van het kabinet maar nieuwe regering moet steunen op een meerderheid in de Tweede Kamer)<br />

Parlement (volksvertegenwoordiging of Staten-Generaal) eerste en tweede kamer samen.<br />

Eerste Kamer (senaat): 75 indirect gekozen taken wetgeving en controleren<br />

Tweede kamer 150 direct gekozen van regering<br />

Nederland kent onderscheid tussen Parlement en Regering (dualisme). Ministers en<br />

staatsecretarissen praten over beleid met Kamerleden maar mogen geen lid zijn van het<br />

parlement. Er is ook een scheidslijn binnen het parlement tussen<br />

- leden van regeringspartijen (steunen regering)<br />

- en niet van regeringspartijen oppositiepartijen (volgt de regering hinderlijk, wil het<br />

beleid verbeteren)<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

De leden van de Tweede Kamer worden samen fractie genoemd, geleid door een<br />

fractievoorzitter (voert het woord bij belangrijke onderwerpen) minder belangrijke onderwerpen<br />

worden Kamerleden verteld.<br />

Voor de wetgeving heeft het parlement een aantal rechten:<br />

- begrotingsrecht<br />

- amendement tweede kamer kan bij meerderheid van de stemmen verandering<br />

aanbrengen in wetsvoorstellen.<br />

- Recht van initiatief als Kamerleden nieuwe wet willen, maar regering heeft geen voorstel<br />

kunnen ze zelf een wetsontwerp indienen.<br />

Van Wetsontwerp tot Wet<br />

1. Regering maakt wetsontwerp (ambtenaren i.o.v. Minister). Regering vraag verplicht<br />

advies aan Raad van State (onafhankelijk adviescollege)<br />

2. Ontwerp naar Tweede Kamer. Fractiespecialisten bekijken, vragen, wijzigen, discussiëren<br />

oordeel geven. Organisaties proberen minister en Kamerleden te beïnvloeden.<br />

Tweede Kamer geeft haar oordeel. Leden stemmen over de ingediende amendementen<br />

(wijzigingen) en daarna over wetsontwerp als geheel.<br />

3. Meerderheid vóór gestemd: wetsontwerp naar Eerste kamer. Geen wijzigingen alleen ja<br />

of nee. (bijna altijd ja)<br />

4. Handtekening betreffende minister & koningin -> publicatie in Staatsblad.<br />

Tweede en Eerste Kamer beschikken over middelen of rechten om de regering te controleren:<br />

- stellen van mondelinge en schriftelijke vragen<br />

- houden van interpellatie over een belangrijk onderwerp (minster vraagt uitleg aan kamer)<br />

- parlement kan enquête (uitgebreid onderzoek) instellen -> betrokkenen voor commissie<br />

verschijnen en onder ede getuigen -> op tv. Laatste jaren ook minder zwaar middel:<br />

parlementair onderzoek (bv. Tbs-beleid)<br />

Ministers zijn politiek verantwoordelijk voor wat op hun beleidsterrein gebeurt -> fout? -> kan<br />

kiezen om af te treden. Of tweede kamer dient een motie van wantrouwen in. Als deze tegen het<br />

totale kabinetsbeleid is gericht, moet het hele kabinet aftreden en ontstaat een kabinetscrisis -><br />

verkiezingen -> kabinet blijft demissionair (vertrouwen van meerderheid van de Tweede Kamer)<br />

om lopende zaken te behandelen maar kan geen politieke besluiten meer nemen. Omdat<br />

Kamerleden van regeringspartijen niet van crisis houden stemmen ze soms met tegenzin op het<br />

wetsontwerp. Dualisme regering en parlement gescheiden (eigen verantwoordelijkheid)<br />

monisme regeringsfracties zijn verlengstuk van de regering)<br />

Paragraaf 5<br />

Provincie & Gemeente<br />

NL is een gedecentraliseerde eenheidsstaat. Belangrijke regels centraal voor hele land, maar<br />

andere bestuurslagen kunnen eigen beleid voeren (gemeente, waterschap, provincie). Provincies<br />

en gemeenten kunnen een aantal taken naar eigen inzicht uitvoeren:autonomie. Meestal is er<br />

sprake van medebewind, lagere overheden voeren taken uit in opdracht van hogere overheden.<br />

Provincies en gemeenten kunnen eigen regels maken, verordeningen genoemd en belasting<br />

heffen. Overheid houdt toezicht en kan verordeningen vernietigen<br />

Provincie<br />

Taken:<br />

Ruimtelijke ordening, verkeer, milieu<br />

Toezicht op gemeenten<br />

Toezicht op waterbeheer (uitgevoerd door waterschappen)<br />

Elke vier jaar kiezen burgers Provinciale Staten (wetgevende orgaan provincie,<br />

volksvertegenwoordiging). PS kiezen leden van Gedeputeerde Staten + commissaris van de<br />

koningin =dagelijks bestuur. Provinciale Staten Gedeputeerde Staten onafhankelijk.<br />

Commissaris van de Koningin wordt gekozen door regering. En is Provinciaal en rijksorgaan.<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

Gemeente<br />

Taken:<br />

dicht bij huis: verkeer, woonerven, sport, onderwijs<br />

Burgers kiezen gemeenteraad, die kiest wethouders. Wethouders & Burgemeester = dagelijks<br />

bestuur (B&W). Burgemeester benoemd door regering met advies van gemeenteraad<br />

Gemeenteraad is volksvertegenwoordiging.<br />

Afspiegelingscollege = Alle grote partijen nemen deel aan dit<br />

Meerderheidscollege = grootste partij neemt deel aan dit (politieke kleur)<br />

Dus.<br />

Schaal Dagelijks bestuur Volksvertegenwoordiging<br />

Nationaal Regering (minister & koningin) Parlement (1 e en 2 e kamer)<br />

Regionaal Gedeputeerde Staten Provinciale Staten<br />

Lokaal B & W Gemeenteraad<br />

Paragraaf 8<br />

Sociale ongelijkheid: zorgt voor ongelijke invloed op politieke besluiten.<br />

Politieke agenda: lijst van onderwerpen waar de politiek waarschij<strong>nl</strong>ijk binnenkort een besluit<br />

over gaat nemen.<br />

Burgers kunnen zich richten tot partijen of organisaties en hopen dat de media er aandacht aan<br />

besteed. Of burgers kunnen zich organiseren en proberen ambtenaren, Kamerleden en ministers<br />

duidelijk te maken dat het probleem dringend is. Hier bij kunnen ze gebruik maken van<br />

argumenten, kennis van zaken, een grote achterban en machtsmiddelen.<br />

Voorbereiding van besluiten: ambtenaren (bureaucratie/vierde macht) spelen een hoofdrol.<br />

Ambtenaren hebben de deskundigheid en tijd om zich in details te kunnen verdiepen.<br />

Verschil tussen pressiegroepen (belangengroepen) en politieke partijen:<br />

- Pressiegroepen richten zich op een deel van het overheidsbeleid, partijen op het hele<br />

overheidsbeleid. Pressiegroepen kunnen dus hun eigen onderwerp bovenaan zetten,<br />

partijen moeten belangen afwegen.<br />

- Pressiegroepen doen niet mee aan verkiezingen voor vertegenwoordigende lichamen,<br />

partijen wel.<br />

Actiegroepen: burgers die zich, vaak tijdelijk, hebben verenigd.<br />

Lobbyen: groepen praten met ministers, Kamerleden en ambtenaren over hun wensen.<br />

Corruptie: illegale middelen gebruiken om de politiek te beïnvloeden.<br />

Belangengroepen en deskundigen kunnen meepraten over het beleid in de adviesorganen van<br />

de regering. (SER)<br />

Ook zijn er planbureaus: doen onderzoek en voorzichtige voorspellingen over wat er de<br />

komende jaren kan gaan gebeuren en over het beleid. (CPB, SCP, WRR)<br />

Kamerleden vinden dat ze weinig ruimte hebben om zelfstandig besluiten te nemen -> door<br />

IJzeren Ring en buite<strong>nl</strong>and (steeds meer besluiten worden door de EU genomen).<br />

Beïnvloedt de besluitvorming -> regelmatig compromissen: niemand krijgt helemaal zijn zin,<br />

iedereen moet wat toegeven.<br />

Consensus: overeenstemming<br />

Typisch in Nederlandse politieke cultuur (manier waarop mensen met elkaar omgaan in de<br />

politiek): zoeken naar compromissen en consensus.<br />

Dit is ontstaan tijdens de Republiek (17 e eeuw): er was toen zwak centraal gezag, dus moest<br />

men besluiten nemen zonder de wankele eenheid in gevaar te brengen. Zelfs de ontzuiling<br />

bracht hier geen verandering in.<br />

Vrouwen zijn in NL nog steeds ondervertegenwoordigd (slechts een kwart).<br />

Ongeorganiseerde mensen, mensen met lage inkomens en opleidingen en ouderen trekken vaak<br />

aan het langste eind qua compromissen.<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

Paragraaf 9<br />

Burgers zijn belangrijke politieke actoren. Zij vormen de basis van een goed functionerende<br />

democratie. Zonder politieke participatie van burgers zouden er geen leden van politieke partijen,<br />

organisaties, gekozen politici en bestuurders zijn.<br />

Individualisering: Mensen maken steeds meer hun eigen keuzes en laten die minder afhangen<br />

van hun omgeving en evt. sociale of godsdienstige groepen. -> wel de rechten, niet de plichten.<br />

Om succes te behalen bij protesten heb je doorzettingsvermogen, goede organisatie en kennis<br />

van zaken nodig.<br />

Representatie: manier waarop politici hun kiezers vertegenwoordigen.<br />

Grote kloof: politici nemen soms besluiten waar hun kiezers niet mee eens zijn.<br />

Kleine kloof: politici moeten kiezers soms teleurstellen -> te hoge verwachting.<br />

Directe democratie: burgers krijgen meer rechtstreekse zeggenschap over besluiten en<br />

aanstellen van bestuurders -> zou de kloof moeten verkleinen (door coalities komen er ook<br />

partijen in de regering waar kiezers van de winnende partij niet op stemden).<br />

Referendum: volksstemming (correctief referendum: verzamelen van handtekeningen)<br />

Tegenstanders: burgers hebben te weinig kennis, laten zich meeslepen door emoties.<br />

Voorstanders: motiverend voor burgers om zich in zaken te verdiepen<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen


http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen<br />

Burgers<br />

Zonder politieke participatie geen volksvertegenwoordigers. Gedrag burgers probleem: alleen<br />

richten op eigenbelang en geen belangstelling voor publieke zaak door individualisering. Keus<br />

niet af laten hangen door godsdienst en omgeving. --> wel rechten, plichten verwaarlozen.<br />

Verschil nu – 1950<br />

Toen verzuiling, eerbied voor gezag, onopgeleid, altijd zelfde partij.<br />

Nu hoger opgeleid, minder politieke participatie, geen binding met partij. Politieke belangstelling<br />

is gestegen, veel leden van vakbond.<br />

Beleid beïnvloeden door...<br />

via media<br />

brief schrijven<br />

demonstratie<br />

rechtszaak<br />

Nodig..<br />

doorzettingsvermogen<br />

goede organisaties<br />

kennis van zaken. Niet overdonderen door overheid, goede argumenten + alternatief<br />

voorstel.<br />

Kloof politiek-burgers<br />

Pim Fortuyn in 2002 aandacht vragen over problemen allochtonen. --> andere partijen volgen om<br />

kloof te verkleinen.<br />

Kloof bestaat<br />

parlementsleden moeten precies doen wat burgers willen<br />

--> parlementariërs ander idee van representatie: eigen verantwoordelijkheid. Programma<br />

als globale richtlijn hanteren. Alle belangen afwegen.<br />

Kloof is te klein<br />

Politici dicht bij burger willen staan door media, , wensen vragen burgers --> roepen<br />

verwachtingen op die men niet kan waarmaken.<br />

<br />

Hoe dichten we de kloof?<br />

Beter naar bevolking luisteren<br />

Veranderen kiesstelsel --> districtenstelsel<br />

meer directe democratie --> vaker referendum.<br />

Tegen referendum: Te weinig kennis om ingewikkelde zaak te beoordelen, meeslepen emoties,<br />

rebelleren tegen regering. Bestuurders zijn deskundig.<br />

Voor referendum: Burgers verdiepen zich in kwestie, discussies, emotie meeslepen ook bij<br />

Kamerleden, belangen worden dan beter afgewogen.<br />

http://www.schoolsamenvatting.<strong>nl</strong>/ - De site voor samenvattingen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!