Streekplan Noord-Holland Zuid
Streekplan Noord-Holland Zuid
Streekplan Noord-Holland Zuid
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Streekplan</strong><br />
<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong><br />
Samenvatting<br />
Vastgesteld door Provinciale Staten van <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
op 17 februari 2003
2<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
5<br />
7<br />
11<br />
21<br />
25<br />
27<br />
35<br />
37<br />
39<br />
Inhoud<br />
Introductie<br />
1 <strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> – De ambitie<br />
2 De zeven opgaven<br />
3 Economische clusters<br />
4 Er zijn grenzen<br />
5 Beleidslijnen voor de regio’s<br />
6 Beleidslijnen voor specifieke onderwerpen<br />
7 Samenhang met het structuurplan Amsterdam<br />
8 Bestuurlijke en juridische instrumenten<br />
3<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
4<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Introductie<br />
Het streekplan <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> is op<br />
17 februari 2003 vastgesteld door Provinciale Staten.<br />
Gelijktijdig met deze samenvatting is eind mei 2003<br />
de gedrukte versie van het streekplan (tekst met<br />
kaarten) uitgebracht.<br />
Deze versie is te raadplegen:<br />
■ op internet (www.noord-holland.nl);<br />
■ op de gemeentehuizen/voorlichtingscentra<br />
en openbare bibliotheken van alle in het<br />
streekplangebied gelegen (deel)gemeenten;<br />
■ op de bibliotheken van de provinciehuizen<br />
van <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>, Flevoland, Utrecht en<br />
<strong>Zuid</strong>-<strong>Holland</strong>.<br />
Het streekplan is tegen kostprijs (€ 59,-) te<br />
verkrijgen bij het servicepunt van de provincie<br />
<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> (tel (023) 514 43 00) en via internet<br />
(www.noord-holland.nl) bij het digitale loket.<br />
In zowel de tekst van het streekplan als in deze<br />
samenvatting worden gehanteerd de woorden “wij”<br />
en ons”. Daarmee worden bedoeld Provinciale Staten<br />
van <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>.<br />
Aan deze tekst kunnen geen rechten en/of<br />
beleidsconsequenties worden ontleend. Voor de<br />
exacte tekst dient u het vastgestelde <strong>Streekplan</strong> te<br />
raadplegen.<br />
5 <strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
6<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
1<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong><br />
De ambitie<br />
De ruimtelijke inrichting wordt sterk bepaald door allerlei<br />
maatschappelijke ontwikkelingen. Denk aan de informatie- en<br />
communicatietechnologie en aan de internationale<br />
concurrentie, maar ook aan nieuwe culturen. Verder is er een<br />
toenemende aandacht voor gezondheid, landschap en het<br />
waterbeheer. Deze en vele andere ontwikkelingen oefenen hun<br />
invloed uit op de gewenste ruimtelijke inrichting van het<br />
gebied. Tegelijkertijd wil het ruimtelijk beleid (mede) richting<br />
geven aan die veranderende samenleving.<br />
Vertrekpunt voor ons beleid is de huidige ruimtelijke<br />
situatie. Onze ambitie is de economische<br />
ontwikkeling (de ‘motor’ van het gebied) te<br />
versterken, maar gelijktijdig ook te zorgen voor<br />
leefbaarheid, waterhuishouding en bereikbaarheid.<br />
Daarom willen wij in de periode tot 2020:<br />
■ De landschappelijke kwaliteiten behouden en<br />
versterken.<br />
■ Ruimte vinden voor waterberging.<br />
■ Cultuurhistorische structuren behouden.<br />
■ Zorgen voor een betere bereikbaarheid.<br />
■ Ruimte bieden voor de bouw van 166.000<br />
woningen.<br />
■ Ruimte bieden voor de aanleg van bedrijventerreinen<br />
en kantorenlocaties.<br />
■ Bijdragen aan een economische bestaansbasis<br />
voor de landbouw.<br />
Wij zetten maximaal in op zuinig en efficiënt<br />
ruimtegebruik. Deze ambitie hebben wij vertaald in<br />
een ruimtelijke hoofdstructuur. Een hoofdstructuur<br />
die past in de door het Rijk voorgestane ontwikkeling<br />
van de Randstad tot een ‘Deltametropool’.<br />
De hoofdstructuur die wij voor ogen hebben ziet er<br />
als volgt uit:<br />
■ Wij geven een ‘stedelijke kerngebied’ aan,<br />
bestaande uit Amsterdam, Zaanstad, IJmond,<br />
<strong>Zuid</strong>-Kennemerland, Haarlemmermeer,<br />
Schiphol, Amstelveen, Aalsmeer Uithoorn e.o.<br />
en (buiten <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>), Almere. Binnen dit<br />
gebied willen wij zoveel als mogelijk het wonen<br />
en werken concentreren met behoud van de<br />
leefkwaliteit.<br />
■ Daaromheen zetten we in op het behoud en<br />
versterken van het grootschalig landschap,<br />
bestaande uit de kust en de binnenduinrand, de<br />
droogmakerijen en veengebieden en de gebieden<br />
in het Groene Hart.<br />
7 <strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Drager van deze ruimtelijke hoofdstructuur is zuinig<br />
ruimtegebruik door middel van concentratie.<br />
Concentratie via verdichting van het huidige<br />
bestaande stedelijke gebied van (vooral) Amsterdam,<br />
maar ook voor de andere middelgrote steden (zoals<br />
Haarlem, Zaanstad, IJmond, Hilversum en<br />
Purmerend) en de kleinere plaatsen. Het aantal<br />
‘uitleglocaties’ voor wonen en werken in het buitengebied<br />
kunnen we hierdoor beperkt houden.<br />
Deze concentratie via ‘binnenstedelijke verdichting’<br />
is ambitieus, maar ook kwetsbaar. Dit omdat de<br />
haalbaarheid hiervan sterk afhankelijk is van de<br />
betaalbaarheid en van de mogelijkheden tot<br />
verplaatsing van (milieuhinderlijke) bedrijven en<br />
andere maatregelen in met name Amsterdam.<br />
Mocht in de loop van de komende jaren blijken dat<br />
de ‘binnenstedelijke verdichting’ niet danwel slechts<br />
8<br />
gedeeltelijk haalbaar is, dan zullen wij de inzet op<br />
‘concentratie’ heroverwegen. Wij zullen ons dan<br />
opnieuw over de ruimtelijke ambitie moeten<br />
uitspreken.<br />
Een periodieke rapportage over de ontwikkeling<br />
van de binnenstedelijke verdichting is onontbeerlijk.<br />
Hiermee samenhangend doen Gedeputeerde staten<br />
en verkennend onderzoek naar geschikte<br />
alternatieve locaties voor woningbouw, waarbij<br />
Haarlemmermeer, Almere en de Purmer (studie<br />
Purmer-Meer) in beeld zijn.<br />
Over onder meer over de voortgang van de<br />
binnenstedelijke verdichting, maar ook over de<br />
beschikbaarheid van rijksmiddelen voor infrastructuur<br />
zullen Gedeputeerde Staten rapporteren in<br />
het jaarlijks uit te brengen “Verslag van het gevoerd<br />
ruimtelijk beleid” en in de in de bestuursperiode<br />
2003-2007 aan ons voor te leggen Evaluatienota.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Denken in lagen<br />
Wie ruimtelijk beleid maakt, dient zich steeds<br />
bewust te zijn van de consequenties van te maken<br />
keuzes. Sociale en maatschappelijke ontwikkelingen<br />
gaan veel sneller dan bijvoorbeeld de aanleg van<br />
infrastructuur. Veranderingen in de ondergrond,<br />
de bodem en het watersysteem , verlopen nog veel<br />
langzamer. Toch mag het één niet ten koste van het<br />
ander gaan. Wij benaderen de ruimtelijke<br />
werkelijkheid daarom vanuit drie denkbeeldige<br />
lagen.<br />
De eerste laag is de blauwgroene laag, gevormd door<br />
de bodem, het watersysteem, en al wat daarin leeft<br />
(het biotisch systeem) en de natuurlijk- en<br />
9<br />
cultuurhistorisch waardevolle gebieden. Deze laag<br />
bepaalt primair de duurzame kwaliteit.<br />
De tweede laag is de infrastructuurlaag, gevormd<br />
door het wegennet en het openbaar vervoer, maar<br />
ook door bijvoorbeeld vliegroutes en digitale<br />
verbindingen. Samen met de blauwgroene laag<br />
vormt deze laag de ruimtelijke basisstructuur. De<br />
derde laag is de occupatielaag. Deze staat voor een<br />
aantrekkelijk woon-, werk- en leefklimaat. Dat is<br />
alleen te realiseren als de basisstructuur goed<br />
functioneert. Ingrepen in de ruimte komen altijd<br />
voort uit menselijke activiteiten als wonen, werken,<br />
verplaatsing en recreëren. En niets is zo veranderlijk<br />
als de mens. In de occupatielaag vinden daarom ook<br />
de meeste veranderingen plaats.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Bij de ruimtelijke afweging varieert ‘het gewicht’ van<br />
de verschillende lagen per gebied. Het gaat erom er<br />
voor te zorgen dat de discussie over ingrepen in de<br />
occupatielaag zoveel ‘diepgang’ heeft dat deze ook<br />
de andere lagen bestrijkt. Bij de ruimtelijke afweging<br />
kijken we naar alle drie de lagen.<br />
10<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
2<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
De zeven opgaven<br />
Voor het halen van onze ambitie moet er veel gebeuren. Wat er<br />
moet gebeuren is uitgewerkt in zeven opgaven. Het voldoen<br />
aan elk van deze opgaven levert zowel een bijdrage aan het<br />
versterken van de economische motor als het behouden en<br />
verbeteren van de leefbaarheid van het gebied.<br />
De 7 opgaven zijn:<br />
1 Ruimte voor water.<br />
2 Ontwikkeling van waardevolle landschappen.<br />
3 Een bereikbare netwerkstad.<br />
4 Ruimte voor wonen.<br />
5 Ruimte voor werken.<br />
6 Economische bestaansbasis voor de landbouw.<br />
7 Behoud en ontwikkeling cultuurhistorische<br />
waarden.<br />
1 Ruimte voor water<br />
Niet voor niets staat water bovenaan het lijstje. De<br />
zeespiegel stijgt, en de bodem daalt. Dat geeft kans<br />
op verdroging, verzilting, wateroverlast, waterschade<br />
en onveiligheid. Om dat te voorkomen zijn<br />
ingrepen in de waterhuishouding nodig. Het huidige<br />
watersysteem is niet toegesneden op de<br />
onomkeerbare ontwikkelingen. Daarvoor is meer<br />
waterbergingscapaciteit nodig. Op grond van de<br />
voorlopige uitkomsten van de deelstroomgebiedsvisies<br />
worden in het streekplan twaalf zoekgebieden<br />
aangegeven voor waterberging: Schardammerkoog<br />
(Zeevang), <strong>Noord</strong>erveen (Zaanstad), de Vereenigde<br />
Binnenpolder (Haarlemmerliede en Spaarwoude),<br />
de natuurgebieden en graslanden langs de Ringvaart<br />
en de Binnenliede tussen Bennebroek en Spaarndam,<br />
Zwaansbroek (Haarlemmermeer), Haarlemmermeer-<br />
11<br />
<strong>Zuid</strong> (Haarlemmermeer), enkele polders in de<br />
Amstelscheg (delen van de Venser- en<br />
Groot Duivendrechtse polder, polder de<br />
Nieuwe Bullewijk, de Klein Duivendrechtse polder<br />
en de Middenpolder onder Amstelveen), de<br />
Bovenkerkerpolder (Amstelveen), De Ronde Hoep<br />
(Ouder Amstel), Horstermeerpolder (Wijdemeren),<br />
Nieuwe Keverdijksepolder (Weesp) en de<br />
<strong>Noord</strong>polder (bij Muiden).<br />
Het bestaande gebruik in deze gebieden kan<br />
vooralsnog worden voortgezet. De uitdaging is om<br />
de ruimte voor water te combineren met andere<br />
gebruiksfuncties. Ook bestaande recreatiegebieden<br />
en bestaande en nieuw te ontwikkelen natuurgebieden<br />
komen als zoeklocatie voor waterberging<br />
in aanmerking.<br />
Wij zullen in samenwerking met de waterschappen,<br />
na afronding van de deelstroomgebiedsvisies,<br />
bepalen welke van de zoekgebieden op welke<br />
termijn beschikbaar moeten zijn voor waterberging.<br />
Een definitief besluit over de deelstroomgebiedsvisies<br />
nemen Gedeputeerde staten pas nadat een<br />
concretisering en uitwerking van de wateropgaven<br />
heeft plaatsgevonden (onderzoek naar financiele<br />
aspecten van de eigendomssituatie, verwerving en<br />
schadeloosstelling bij optredende schade.) Dit besluit<br />
moet voor 1 januari 2005 genomen worden.<br />
Tegelijkertijd met dat besluit zal dan besloten<br />
moeten worden de streekplanherzieningsprocedure<br />
te starten, waarin de waterbergingsgebieden<br />
definitief zullen worden aangewezen. Indien het<br />
definitieve besluit over de deelstroomgebiedsvisies<br />
niet voor 1 januari 2005 wordt genomen dan<br />
vervallen op dat moment alle in het streekplan<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
aangewezen zoekgebieden voor waterberging en is<br />
de overeenkomstige aanduiding op de streekplankaart<br />
niet meer van toepassing.<br />
Waar mogelijk wordt waterberging gecombineerd<br />
met andere gebruiksfuncties als<br />
natuur(ontwikkeling), landbouw, recreatie en<br />
verstedelijking. Want hoewel water alle ruimte krijgt,<br />
blijft de ruimte in het streekplangebied schaars en<br />
juist dat vormt voor ons de uitdaging om te zoeken<br />
naar mogelijke combinaties van functies.<br />
Het veen(weide)gebied staat onder druk. Wij willen,<br />
onder meer op basis van de deelstroomgebiedsvisies,<br />
komen tot keuzes die de basis leggen voor een<br />
duurzame inrichting en beheer van de veen(weide)gebieden.<br />
Voor het gebied ten <strong>Noord</strong>en van het<br />
<strong>Noord</strong>zeekanaal wordt het eindrapport met<br />
12<br />
voorstellen aan Gedeputeerde Staten voorgelegd.<br />
Ook doen Gedeputeerde Staten op korte termijn<br />
voorstellen hoe het proces om tot keuzes te komen<br />
voor het gebied ten zuiden van het <strong>Noord</strong>zeekanaal<br />
er uit zal zien.<br />
2 Ontwikkeling waardevolle<br />
landschappen<br />
In de grote open ruimten van de droogmakerijen,<br />
veengebieden, plassen, meren, de kust, de duinen en<br />
de recreatiegebieden vindt men weer lucht, licht, rust<br />
en ruimte. Daarbij vindt men er ook unieke natuurwaarden<br />
en cultuurhistorische elementen waaraan<br />
de ontstaansgeschiedenis van het landschap nog is af<br />
te lezen. Om de grootschalige groene landschappen<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
hun kwaliteit en identiteit te laten behouden willen<br />
wij het contrast tussen stad en land behouden en<br />
versterken. De verstedelijking (wonen en werken)<br />
vindt steeds plaats in samenhang met de<br />
ontwikkeling van ruimte voor water en groen.<br />
Bestaande natuur en groengebieden worden<br />
verbeterd en versnippering van het landschap wordt<br />
verminderd. Bovenop de bestaande en in<br />
ontwikkeling zijnde groenprogramma’s willen wij<br />
voor 2030 5.600 hectare nieuw groen ontwikkelen.<br />
Het gaat daarbij om het project Kust tot kust in<br />
<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> Midden (1.370 ha), de Natte As in<br />
het Vechtplassengebied (500 ha), de Stelling van<br />
Amsterdam (500 ha), de Nieuwe <strong>Holland</strong>se<br />
Waterlinie (100 ha), de blauwgroene verbindingen<br />
langs de <strong>Noord</strong>zeekust en het duingebied (750 ha),<br />
koppeling van natuurgebieden Gooi en Utrechtse<br />
Heuvelrug (100 ha), de Scheggen rondom<br />
Amsterdam (1.300 ha) en het Nieuw <strong>Holland</strong>s<br />
Plassengebied (1.000 ha).<br />
Aantasting van waardevolle bestaande en nieuwe<br />
gebieden willen wij voorkomen. In deze gebieden<br />
geldt een restrictiever beleid dan voor het overig<br />
landelijk gebied.<br />
Als Nationaal Landschap zijn aangewezen<br />
<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>s Midden en het <strong>Holland</strong>s-Utrechts<br />
veen(weide)gebied. Het Gooi zullen wij bij het rijk<br />
voordragen als Nationaal Landschap wanneer de<br />
ruimtelijke consequenties hiervan voor alle<br />
belanghebbenden bekend zijn, inzicht bestaat in de<br />
financiele middelen die hiervoor door het Rijk<br />
beschikbaar worden gesteld en wij ons daarin<br />
kunnen vinden.<br />
Als potentieel regionaal park zijn aangegeven de<br />
13<br />
voormalige rijksbufferzones Amsterdam-Haarlem<br />
(deels), Amsterdam-Purmerend, Hilversum-Utrecht<br />
en Amstelland-Vechtstreek.<br />
3 Een bereikbare netwerkstad<br />
Hét fundament voor <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> als<br />
netwerkstad met internationale allure, is een goede<br />
bereikbaarheid. Want al zijn de inspanningen om<br />
veilig en prettig te wonen, te recreëren en te werken<br />
nog zo groot, die plekken moeten wel bereikbaar zijn.<br />
De investeringen in het infrastructuurnetwerk<br />
(openbaar vervoer en wegen) hebben in de afgelopen<br />
jaren geen gelijke tred gehouden met de toenemende<br />
mobiliteit. In <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> is dit probleem<br />
dagelijks zichtbaar: overvolle wegen en capaciteitstekorten<br />
in het openbaar vervoer. Daarbij komt nog<br />
de tussen nu en 2020 verwachte stijging met<br />
30 procent van het aantal autoreizigerskilometers en<br />
de verdubbeling van het goederenvervoer over de<br />
weg.<br />
Hoog tijd dus voor een inhaalslag. De provincie zet<br />
daarom in op een betere benutting van de bestaande<br />
wegen, het beprijzen van nieuwe infrastructuur en<br />
de aanleg van nieuwe infrastructuur (weg en<br />
openbaar vervoer) .<br />
Voor de periode tot 2010 wordt in het<br />
streekplan voorzien in:<br />
Weginfrastructuur, de aanleg van:<br />
■ De 2 e Coentunnel/Westrandweg.<br />
■ De verbreding van de A2 en de A9 (inclusief de<br />
omleiding Badhoevedorp).<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
■ Uitvoering van het Masterplan N201. Tevens<br />
hebben wij besloten te kiezen voor de aanleg van<br />
een wegverbinding tussen de A9 en de<br />
omgelegde N201. Daarbij is sprake van een<br />
tweetal alternatieven, te weten de Fokkerweg of<br />
de doortrekking van de N522 naar de omgelegde<br />
N201. Uitgangspunt voor deze laatste variant is<br />
dat het tracé langs de bestaande bebouwing van<br />
Amstelveen moet lopen. Op basis van onderzoek<br />
zal nader over deze mogelijkheid worden<br />
besloten. Deze mogelijkheid komt pas aan de<br />
orde als is gebleken dat een afwikkeling van het<br />
verkeer richting de A9 via de Fokkerweg niet<br />
afdoende is of technisch en/of financieel niet<br />
haalbaar is. Zo nodig zal het streekplan hiervoor<br />
worden uitgewerkt.<br />
14<br />
Een milieueffectrapportage maakt deel uit van<br />
die uitwerking.<br />
■ De verbreding van de N244 (tussen<br />
Edam/Volendam en Purmerend).<br />
■ Capaciteitsvergroting regionale wegen<br />
(bijv. N207).<br />
Openbaar vervoer, de aanleg van:<br />
■ De <strong>Zuid</strong>tangent met diverse aftakkingen (als<br />
onderdeel van Regionet).<br />
■ De <strong>Noord</strong>-<strong>Zuid</strong>lijn Amsterdam.<br />
■ HSL-<strong>Zuid</strong>, Utrecht-, Hem- en Gooiboog.<br />
■ Diverse kwaliteitsslagen in het openbaar<br />
busvervoer en het NS-spoor.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Voor de periode 2010-2030 zetten wij in op de<br />
volgende aanvullende maatregelen:<br />
Weginfrastructuur, de aanleg van:<br />
■ Een verbinding tussen de A6-A9 (Amsterdam-<br />
Almere).<br />
■ Vergroting van de capaciteit op de A1, A4, A7<br />
en A9.<br />
■ Een verbinding tussen de A8 en de A9<br />
(Zaanstad-Uitgeest).<br />
■ Ontvlechting op het hoofdwegennet door middel<br />
van parallelbanen met als eindbeeld een<br />
doorstroomroute A4/A9/A6 en A4/A5/A10.<br />
■ Doortrekking van de Bennebroekerweg naar<br />
N208/N206.<br />
■ Capaciteitsvergroting van regionale wegen<br />
(bijvoorbeeld van de N207, de weg van Hillegom<br />
richting Alphen aan den Rijn).<br />
Openbaar vervoer:<br />
■ 4-Sporigheid tussen de grote steden in de<br />
Randstad en Almere.<br />
■ Complementering van Regionet en overig<br />
openbaar vervoer.<br />
■ In relatie tot de ontwikkeling van Schiphol.<br />
■ De Westrandrail.<br />
■ Snellere verbindingen richting het<br />
Ruhr-gebied (ICE).<br />
Het voorgaande is een ambities programma. Wij<br />
realiseren ons dat het proces en de organisatie (waar<br />
onder financiering, procedures en aanleg nieuwe de<br />
nieuwe infrastructuur) voor de verbetering van de<br />
bereikbaarheid langdurig en complex zijn.<br />
15<br />
Stedelijke knooppunten<br />
De provincie stimuleert de vorming en ontwikkeling<br />
van zogeheten stedelijke knooppunten. Knooppunten<br />
vormen de meest geschikte plekken voor<br />
verstedelijking en zijn van belang voor de<br />
economische ontwikkeling. Intensief grondgebruik<br />
en een mix van functies staan daarbij centraal. De<br />
omgeving van de knooppunten moet zo worden<br />
ingericht dat ze zowel voor bewoners, als werkenden<br />
en bezoekers aantrekkelijk zijn. Niet alleen<br />
doordeweeks overdag, maar ook ‘s avonds en in<br />
het weekend.<br />
In het streekplangebied bevinden zich drie<br />
internationale knooppunten te weten Amsterdamcentrum,<br />
Schiphol en Amsterdam <strong>Zuid</strong>/WTC<br />
(<strong>Zuid</strong>as), en één nationaal knooppunt, het stationsgebied<br />
Amsterdam Bijlmer (Arenagebied en de<br />
Amsterdamse Poort). Verder onderkennen wij, soms<br />
nog te ontwikkelen, regionale knooppunten, te weten:<br />
de stationsomgevingen van Hoofddorp, Haarlem,<br />
Beverwijk, Zaandam, Amsterdam-Sloterdijk,<br />
Amsterdam-Lelylaan, Amsterdam-Amstel,<br />
Duivendrecht, Hilversum, alsmede Amstelveen.<br />
Een knooppunt is niet zomaar een stedelijk knooppunt.<br />
Er is alleen sprake van een stedelijk knooppunt<br />
als meerdere vormen van vervoer bij elkaar komen<br />
(zo mogelijk nabij een aansluiting op rijkswegen).<br />
De frequentie van de vervoersvormen is hoog.<br />
Bovendien moeten er minimaal twee van de drie<br />
functies wonen, werken en voorzieningen in hoge<br />
dichtheid aanwezig zijn of hiervoor mogelijkheden<br />
bieden. Nabij de knooppunten worden de<br />
belangrijkste publiekstrekkers en voorzieningen met<br />
grote bezoekersaantallen geconcentreerd.<br />
Knooppunten bieden een uitgelezen kans om een<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
hoge mate van verdichting te bereiken. Wij zien<br />
een belangrijke rol weggelegd voor de stedelijke<br />
knooppunten in de opvang van de “binnenstedelijke<br />
opgaven”.<br />
4 Ruimte voor wonen<br />
Er moeten in de periode tot 2020 in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
<strong>Zuid</strong> 166.000 woningen worden gebouwd. Voor<br />
112.000 woningen zijn reeds in een eerder stadium<br />
plekken aangewezen waar woningbouw kan<br />
plaatsvinden en behoort daarmee tot de bestaande<br />
capaciteit. De zoekopgave naar ruimtelijke capaciteit<br />
komt daarmee op 54.000 woningen. Dit is vergelijkbaar<br />
met een stad als Haarlem.<br />
We willen zoveel mogelijk ruimte voor water, natuur<br />
en landschap behouden. Daarom zetten wij<br />
maximaal in op het bouwen voor wonen, werken en<br />
voorzieningen binnen het bestaand stedelijk gebied,<br />
de “binnenstedelijke” opgave. Onze inzet is<br />
ongeveer de helft, te weten 28.000 woningen, van<br />
onze woningbouwopgave tot 2020 (54.000 woningen)<br />
binnenstedelijk op te vangen. Functies als wonen en<br />
werken worden daar waar mogelijk gecombineerd<br />
en er worden terreinen getransformeerd (verouderde<br />
industriegebieden krijgen bijvoorbeeld een<br />
gemengde bestemming). Maar de mens en zijn<br />
leefomgeving blijven centraal staan: ruimtelijke en<br />
sociale kwaliteit gaan vóór kwantiteit.<br />
Voor de andere circa 50% zijn nieuwe uitleglocaties<br />
nodig in een totale omvang van 28.000 woningen.<br />
Dit is inclusief een opgave van 2.000 woningen in<br />
de Haarlemmermeer in verband met de werkgelegenheidsgroei.<br />
Daarvoor worden tot 2020 de<br />
16<br />
volgende locaties voorzien:<br />
■ Hoofddorp-west (5.000 woningen).<br />
■ Legmeerpolders (2.000 woningen).<br />
■ Bloemendalerpolder/KNSF (5.000 woningen).<br />
Voor Waterland bedraagt de taakstelling in uitleggebieden<br />
3.000 woningen.<br />
Gedeputeerde Staten werken het streekplan nader<br />
uit voor de verdeling van de woningen over de regio<br />
op basis van een, in samenwerking met het Intergemeentelijk<br />
Samenwerkingsorgaan Waterland en<br />
de gemeente Oostzaan op te stellen woningbouwprogramma.<br />
Bij de uitwerking worden in ieder geval betrokken<br />
de drie aangegeven zoeklocaties:<br />
■ Lange Weeren (Edam-Volendam).<br />
■ <strong>Zuid</strong>-Oost Beemster (Beemster).<br />
■ Purmer-<strong>Zuid</strong> (Purmerend).<br />
Verder wordt bij de uitwerking ook betrokken<br />
actuele planvorming over woningbouw zoals<br />
onder andere het plan Purmer-Meer.<br />
Overige locaties voor woningbouw in Waterland<br />
zijn toegestaan waarbij de gemeenten Zeevang en<br />
Waterland voorrang genieten.<br />
De woningbouwlocatie <strong>Zuid</strong>polder (Edam-<br />
Volendam) maakt geen onderdeel uit van de op te<br />
stellen streekplanuitwerking. Wel maakt de locatie<br />
deel uit van het op te stellen woningbouwprogramma<br />
voor de regio om te voorzien in de<br />
regionale woningbehoefte.<br />
Buiten de provincie zetten wij in op 11.000 woningen<br />
in Almere en 2.000 woningen in de Duin- en<br />
Bollenstreek.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Wat wil de woonconsument? Die vraag staat<br />
uiteraard centraal bij de kwalitatieve invulling van<br />
de woningbouwopgave. Om een kwaliteitsslag te<br />
stimuleren hebben wij, het Regionaal Orgaan<br />
Amsterdam (ROA), een aantal grote gemeenten en<br />
Aedes <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> (Vereniging van Woningbouwcorporaties),<br />
een Kwaliteitshandvest Wonen<br />
<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> opgesteld. Dit provinciale handvest<br />
richt zich op de totale bouwopgave, zowel in de<br />
uitleg als binnenstedelijk, en zowel op de kwaliteit<br />
van de woningen als de woonomgeving. Per regio<br />
wordt dit handvest nader uitgewerkt tot regionale<br />
kwaliteitshandvesten. Daarin worden afspraken<br />
gemaakt over de na te streven kwantiteit en kwaliteit<br />
van de woningen.<br />
17<br />
5 Ruimte voor werken<br />
We hebben een internationale luchthaven Mainport<br />
Schiphol met daarom heen een keur aan<br />
(inter)nationale kantoren en bedrijven, financiële<br />
instellingen en congres- en vergaderruimten, we<br />
hebben Amsterdam, we hebben het logistiek- en<br />
industriecomplex met handel en diensten in de<br />
<strong>Noord</strong>zeekanaalregio. We hebben een sierteeltcomplex<br />
in Aalsmeer, een belangrijke staalindustrie<br />
in de IJmond, het industrieel complex in de<br />
Zaanstreek, een aanzienlijke dienstensector in het<br />
Gooi. En we hebben het toerisme als belangrijke<br />
pijler voor de economie. De handelsgeest is goed en<br />
het organiserend vermogen groot. <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
<strong>Zuid</strong> is daarmee een aantrekkelijke vestigingsplaats.<br />
Om dat te blijven en om de concurrentiepositie ten<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
opzichte van andere regio’s in Nederland en Europa<br />
te behouden, is 1.000 hectare netto nieuw<br />
bedrijventerrein nodig. Dat vraagt in deze drukbezette<br />
regio om nieuwe vormen van ruimtegebruik.<br />
Daarvoor heeft de provincie een viersporenbeleid<br />
uitgezet:<br />
■ Het eerste spoor richt zich op de verbetering van<br />
het ruimtegebruik van bestaande<br />
bedrijventerreinen. Goede voorbeelden zijn<br />
herstructurering van de Australiëhaven en<br />
herstructurering van Weesp <strong>Noord</strong>. De provincie<br />
draagt financieel bij aan de herstructurering van<br />
bedrijventerreinen via het beleidsprogramma<br />
Innovatief Ruimtegebruik.<br />
■ Spoor twee is het planologisch mogelijk maken<br />
van nieuwe bedrijventerreinen. Nieuwe<br />
Schipholgebonden bedrijvigheid krijgt ruimte<br />
aan de Kruisweg <strong>Zuid</strong> (35 ha) en in de A4-zone<br />
Hoofddorp (150 ha). De A4-zone Nieuw-Vennep<br />
(100 ha) en Zwanenburg <strong>Zuid</strong> (300 ha) zijn als<br />
strategische reservegebieden opgenomen.<br />
Uitbreiding van de kade- en havengebonden<br />
bedrijvigheid kan in de Averijhaven in Velsen<br />
(15 ha). De Wijkermeer is in beeld om in de<br />
toekomst te ontwikkelen als haven en natte<br />
bedrijventerreinen. Echter moet worden<br />
aangetoond dat de behoefte aan deze locatie er is.<br />
Verder zijn er mogelijkheden geboden voor<br />
regionale bedrijventerreinen: Westpoort (110 ha),<br />
De President ll (Haarlemmermeer 35 ha),<br />
Baanstee <strong>Noord</strong> 1e fase (60 ha) en Baanstee<br />
<strong>Noord</strong> 2e fase in Purmerend (50 ha), diverse<br />
kleine locaties in Waterland (10 ha), bedrijventerrein<br />
N201 Amstelveen (50 ha netto, via een<br />
streekplanuitwerking) en Aalsmeer (50 ha),<br />
18<br />
<strong>Zuid</strong>erscheg IJmond (15 ha). Voor het Hembrugterrein<br />
is gekozen voor de combinatie van<br />
werken en cultuur. Verder wordt op dit terrein<br />
de mogelijkheid geboden tot de bouw van een<br />
gevangenis.<br />
■ Het derde spoor staat voor accommodatie voor<br />
bedrijven in het stedelijk gebied. Er wordt een<br />
dringend beroep gedaan op gemeenten om de<br />
kleinschalige bedrijven met verhuisplannen<br />
binnen de gemeentegrenzen te houden en hen<br />
niet naar regionale bedrijventerreinen te<br />
dirigeren.<br />
■ Is er binnen de eigen regio echt geen ruimte meer<br />
te vinden, dan wordt het vierde spoor gevolgd:<br />
overloop naar andere regio’s. De driehoek<br />
Alkmaar, Hoorn-Den Helder kan de vraag<br />
opvangen van bedrijven uit de IJmond,<br />
Zaanstreek en Waterland. Kantoorruimte is er<br />
voldoende in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong>.<br />
Wij hebben verder besloten een verkennend<br />
onderzoek te doen naar locaties voor regionale<br />
bedrijventerreinen (30 ha bruto of meer per terrein).<br />
De uitkomsten van dit onderzoek worden, voor<br />
zover deze locaties gelegen zijn buiten de rode<br />
contouren, opgenomen in een uitwerking van het<br />
streekplan. Daarnaast wordt er een studie uitgevoerd<br />
naar de opvang van 100 ha bovenregionale<br />
bedrijvigheid in Waterland/Zaanstad. In deze studie<br />
wordt een eventuele locatie in de Wijde Wormer niet<br />
betrokken.<br />
De hoofdlijnen voor het nieuwe provinciale<br />
locatiebeleid zijn opgenomen in het streekplan.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
6 Economische bestaansbasis voor<br />
de landbouw<br />
Wij bieden ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden<br />
aan de landbouwsector. Duurzame landbouw, dat is<br />
het streven in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong>. Landbouw die<br />
economisch perspectief biedt en in ecologisch<br />
opzicht in evenwicht is met de omgeving.<br />
De provincie maakt voor de grondgebonden<br />
landbouwbedrijven een onderscheid in productielandbouw,<br />
zoals bijvoorbeeld de grote<br />
aaneengesloten akkerbouwgebieden in de<br />
Haarlemmermeer en de veehouderij en de<br />
zogenoemde verbrede landbouw. Beide zijn<br />
bepalend voor het openhouden van het landschap,<br />
een belangrijke kwaliteit in deze gebieden. De<br />
zuivere productielandbouw staat echter onder druk.<br />
De milieuwetgeving stelt strikte voorwaarden en de<br />
subsidies worden geleidelijk afgebouwd. De<br />
grootschalige voedselproducenten krijgen het<br />
daardoor steeds moeilijker. Om het hoofd boven<br />
water te kunnen houden bieden wij ruimte voor<br />
structuurversterking voor grondgebonden bedrijven.<br />
Wat betreft de verbrede landbouw scheppen wij in<br />
het streekplan ruimtelijke voorwaarden voor<br />
agrarische bedrijven die landschapsbeheers-,<br />
recreatieve en/of waterbeheersactiviteiten<br />
ontwikkelen. Nieuwe activiteiten die aan het<br />
agrarisch bedrijf worden toegevoegd, mogen met het<br />
oog op behoud van de landschappelijke kwaliteiten<br />
de agrarische functie niet verdringen.<br />
De glastuinbouw en de daarmee samenhangende<br />
bedrijvigheid is één van de economische dragers in<br />
<strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong>. Het gebied Heemskerk-<br />
19<br />
Beverwijk is een tuinbouwgebied met opengrondsen<br />
gespecialiseerde glastuinbouw. Het specifieke<br />
karakter van dit tuinbouwgebied blijft behouden,<br />
maar enige groei en vestiging van nieuwe bedrijven<br />
blijft mogelijk. Grootschalige vestiging van nieuwe<br />
bedrijven wordt beperkt tot de concentratie van<br />
gebieden voor de glastuinbouw in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
<strong>Noord</strong>.<br />
De glastuinbouwlocatie Aalsmeer en omgeving blijft<br />
de belangrijkste locatie (90% van het glas). Alleen in<br />
dit gebied wordt ruimte geboden voor verdere groei<br />
voor de glastuinbouw.<br />
7 Behoud en ontwikkeling<br />
cultuurhistorische waarden<br />
We zijn zuinig op elementen die (mede)bepalend zijn<br />
voor de ruimtelijke identiteit en de (leef)kwaliteit.<br />
De Stelling van Amsterdam en het industrieel<br />
erfgoed langs het <strong>Noord</strong>zeekanaal, het IJ, de<br />
Haarlemmertrekvaart, het Spaarne en de Zaan tonen<br />
ons de wordingsgeschiedenis van het gebied en dat<br />
dient te worden gerespecteerd. Behouden dus en ze<br />
zo mogelijk beter tot hun recht laten komen. De<br />
strategie die de provincie daarbij volgt is behoud<br />
door ontwikkeling. Dat houdt in dat aan deze<br />
gebieden nieuwe functies en landschapselementen<br />
worden toegevoegd. Nadruk wordt gelegd op wateren<br />
groenfuncties en toeristisch-recreatieve<br />
activiteiten, maar ook kleinschalige stedelijke<br />
functies, zoals maatschappelijke en culturele<br />
voorzieningen en de woon-werkmilieu’s, kunnen<br />
hier een plek krijgen.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Onze Cultuurhistorische Waardenkaarten geven een<br />
overzicht van de (inter)nationale, regionale en lokale<br />
waarden. Deze geïnventariseerde cultuurhistorische<br />
waarden dienen in een vroeg stadium van de planvorming<br />
te worden gebruikt en bij de vaststelling<br />
worden meegewogen. De kaarten zijn een hulpmiddel<br />
voor gemeenten bij het opstellen van<br />
bestemmingsplannen.<br />
De Stelling van Amsterdam is van groot<br />
cultuurhistorisch belang. Daarnaast is de stelling van<br />
betekenis als verbindings- en overgangszone tussen<br />
de stad en grootschalige landschappen. Wij geven<br />
een stellingzone aan die wij als herkenbare<br />
ruimtelijke eenheid willen behouden en ontwikkelen<br />
voor een aantrekkelijke pleisterplaats voor de stad.<br />
De provincie maakt voor deze zone, in nauwe<br />
20<br />
samenwerking met betrokken partijen, een integraal<br />
ontwikkelingsprogramma. Dat dient dan weer als<br />
basis voor gebiedsgerichte uitwerkingen van het<br />
streekplan en voor uitvoeringsprojecten.<br />
In onbruik geraakte cultuurhistorisch waardevolle<br />
industriecomplexen kunnen worden herontwikkeld<br />
tot nieuwe kwalitatief hoogwaardige grootstedelijke<br />
woon-werkmilieu’s. Ofwel: bedrijvigheid in<br />
combinatie met maatschappelijke en recreatieve<br />
functies en indien mogelijk met wonen. De uitgangspunten<br />
hiervoor zijn: behoud en hergebruik van<br />
historische structuur en gebouwen, openbare<br />
toegankelijkheid, multifunctioneel en innovatief<br />
ruimtegebruik en bereikbaar met het openbaar<br />
vervoer.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
3<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Economische clusters<br />
In het zuiden van onze provincie ligt een aantal economische<br />
clusters die een uitstralend effect hebben op de wijde<br />
omgeving. Naast Amsterdam zijn dat de Mainport Schiphol, het<br />
industrieel en havencomplex aan het <strong>Noord</strong>zeekanaal en het<br />
sierteeltcomplex Aalsmeer en omgeving.<br />
Wij geven deze clusters de ruimte die nodig is om goed te<br />
kunnen blijven functioneren:<br />
Mainport Schiphol<br />
De mainportfunctie van Schiphol speelt een<br />
belangrijke rol in het succes van de economische<br />
ontwikkeling in het streekplangebied. De provincie<br />
zet daarom in op het handhaven en versterken van<br />
de mainport Schiphol als economische motor voor<br />
het gebied. Daarbij houden we natuurlijk rekening<br />
met de geldende milieu- veiligheids- en technische<br />
eisen. De verdere groei moet allereerst gezocht<br />
worden door het huidige vijfbanenstelsel te<br />
optimaliseren. Dit houdt in het maximaal benutten<br />
van de capaciteit van het banenstelsel binnen de<br />
geldende milieu-, veiligheids- en luchtvaarttechnische<br />
normen en binnen ruimtelijke rand-<br />
21<br />
voorwaarden. Verdere optimalisatie moet plaatsvinden<br />
binnen het in het luchthavenindelingbesluit<br />
vastgelegde beperkingengebied. Het beperkingengebied<br />
hanteren wij grotendeels ook voor de lange<br />
termijn.<br />
Optimalisatie van het gebruik van het vijfbanenstelsel<br />
is echter eindig. Ook voor de lange termijn<br />
willen wij ruimte bieden voor een beheerste groei<br />
van de luchtvaart binnen de huidige normen van<br />
milieu en veiligheid. Daarom maken wij een<br />
eventuele aanpassing van het banenstelsel<br />
planologisch niet onmogelijk. Het gaat dan om een<br />
baan tussen (en parallel aan) de vijfde baan en de<br />
Zwanenburgbaan en een parallelle Kaagbaan. Deze<br />
reservering hanteren wij uiterlijk t/m 2006. Uiterlijk<br />
in dat jaar zal het Rijk op basis van een initiatief van<br />
de luchtvaartsector en een door de sector uitgevoerd<br />
Milieu Effect Rapport duidelijkheid moeten geven<br />
over de haalbaarheid van een eventuele baanaanpassing.<br />
Voor de verre toekomst blijft onze<br />
voorkeur uitgaan naar een duurzame eindoplossing<br />
namelijk een luchthaven in de <strong>Noord</strong>zee.<br />
Het gebied rond de mainport Schiphol (Amsterdam,<br />
Hoofddorp en Schiphol) ontwikkelt zich als een<br />
plaats voor de vestiging van een internationaal<br />
topmilieu. Naast kantoren die zijn gebonden aan<br />
Schiphol bestaat er ook een vraag naar ruimte voor<br />
Schipholgebonden bedrijven op het gebied van<br />
transport en distributie. In dit streekplan bieden wij<br />
ruimte aan deze kantoren en bedrijven. Nieuwe<br />
locaties voor schipholgebonden bedrijventerreinen<br />
zijn: uitbreiding van Kruisweg <strong>Zuid</strong> (Schiphol<br />
Logistics Park) met 35 ha en de A4-zone West bij<br />
Hoofddorp met 150 ha. De locaties A4-zone bij<br />
Nieuw Vennep (100 ha) en Zwanenburg-<strong>Zuid</strong><br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
(300 ha) zijn opgenomen als strategische reserve<br />
locaties voor schipholgebonden bedrijvigheid.<br />
De oostflank, die loopt vanaf Hoofddorp naar<br />
Duivendrecht, zal verder worden ontwikkeld tot<br />
(inter-)nationaal topmilieu voor de vestiging van<br />
kantoren, gecombineerd met andere stedelijke<br />
functies, met als toplocaties de <strong>Zuid</strong>as en Schiphol-<br />
Centrum. In het streekplan is een gedetailleerd<br />
overzicht opgenomen van kantorenlocaties.<br />
Wij voeren een selectief vestigingsbeleid in dit<br />
gebied inzake vraag, aanbod, volume en milieutype<br />
van bedrijven, uitgifte van de terreinen in relatie tot<br />
de bereikbaarheid en de mate van luchthavengebondenheid.<br />
Voldoet een bedrijf danwel kantoor<br />
niet aan een van deze voorwaarden dan wordt het<br />
verwezen naar locaties buiten de mainport. Alleen<br />
op deze manier kunnen wij de mainportfunctie<br />
verder uitbouwen. Wij vinden het vestigingsbeleid<br />
rond Schiphol een essentiele beleidslijn waarvan<br />
uitsluitend kan worden afgeweken met een streekplanherziening.<br />
Wij stellen een uitwerking van het streekplan vast<br />
voor het gebied in de driehoek A4-A5-Oude<br />
Schipholweg. Uitbreiding van de terminalcapaciteit<br />
in samenhang met de omlegging van de A9 en met<br />
een aantal andere gewenste ontwikkelingen worden<br />
in deze uitwerking meegenomen.<br />
Het industrieel en havencomplex<br />
aan het <strong>Noord</strong>zeekanaal<br />
Het <strong>Noord</strong>zeekanaalgebied is van oudsher een<br />
goede vestigingsplaats voor havengebonden<br />
bedrijven. Dit gebied heeft zich geprofileerd als een<br />
typische verwerkingshaven. Langs het <strong>Noord</strong>zee-<br />
22<br />
kanaal hebben zich dan ook belangrijke industrieën<br />
gevestigd die in grote mate afhankelijk zijn van<br />
grondstoffen die per schip aangevoerd worden.<br />
Haven en industrie zijn hier aan elkaar verbonden.<br />
Ons streven is gericht op een consolidatie van de<br />
positie van de verwerkingshaven, waarbij de<br />
verhouding tussen verwerking en doorvoer<br />
ongeveer op het huidige niveau (70-30) blijft.<br />
Voor het <strong>Noord</strong>zeekanaalgebied is een Masterplan<br />
<strong>Noord</strong>zeekanaalgebied opgesteld met als doel: “een<br />
duurzame economische ontwikkeling van het gebied<br />
met een open oog voor de leefbaarheid”.<br />
Eén van de belangrijkste beleidspunten waar wij<br />
voor staan is of, en zo ja waar, nog de benodigde<br />
ruimte kan worden geboden voor de uitplaatsing<br />
van milieuhinderlijke bedrijven vanuit het stedelijk<br />
gebied.<br />
De zeehaventerreinen zijn onder te verdelen in natte<br />
en droge bedrijventerreinen. Natte zeehaventerreinen<br />
hebben een laad-loskade langs diep<br />
vaarwater, zijn toegankelijk voor grote zeeschepen<br />
en bieden ruimte voor bedrijven uit de hindercategorieen<br />
2 t/m 5. Deze terreinen zijn bedoeld<br />
voor bedrijven die een directe relatie hebben met<br />
de haven. Wij hanteren de volgende benuttingsvolgorde:<br />
1 maximaal intensiveren en herstructureren binnen<br />
(het bestaande) Westpoort;<br />
2 maximaal benutten van de bestaande<br />
milieucontouren in het gebied door bedrijven<br />
of bedrijventerreinen zo te situeren dat<br />
bijbehorende milieuzones zoveel mogelijk<br />
worden gestapeld;<br />
3 ontwikkeling van de Wijkermeerpolder.<br />
Pas als binnen het bestaande havengebied geen<br />
ruimte meer is voor natte bedrijventerreinen<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
wordt daarbuiten gezocht. De Wijkermeerpolder<br />
blijft vooralsnog in gebruik voor agrarische<br />
doeleinden en natuur, zodanig dat geen<br />
onomkeerbare besluiten kunnen worden<br />
genomen die een toekomstige ontwikkeling als<br />
haven- en nat bedrijfsterrein onmogelijk maken<br />
of in ernstige mate belemmeren. Provinciale<br />
Staten besluit uiteindelijk of de Wijkermeerpolder<br />
hiervoor kan worden benut.<br />
De droge zeehaventerreinen zijn niet geschikt voor<br />
havengebonden terreinen omdat ze te ver weg van<br />
diepvaarwater liggen. Deze terreinen zijn de laatste<br />
terreinen in het zuidelijk deel van de provincie waar<br />
nog milieuhinderlijke en grootschalige bedrijven<br />
kunnen worden gehuisvest. Voor de transformatieopgave<br />
van het stedelijk gebied ligt hier nog een<br />
mogelijkheid om milieuhinderlijke bedrijven uit te<br />
plaatsen naar deze gebieden.<br />
Voor de bereikbaarheid van het <strong>Noord</strong>zeekanaalgebied<br />
is in het bijzonder van belang: de aanleg van<br />
de nieuwe zeesluis bij IJmuiden, uitbreiding van de<br />
binnenvaartfaciliteiten door de aanleg van binnenterminals<br />
(bijv. in Haven de Pijp en Achtersluitpolder<br />
te Zaanstad), aanleg Tweede Coentunnel en<br />
de daaraangekoppelde Westrandweg, aansluiting<br />
A8-A9 en de Westelijke Randweg Beverwijk.<br />
Sierteeltcomplex, Flower Mainport<br />
Aalsmeer<br />
Het sierteeltcomplex Aalsmeer omvat een groot<br />
aantal activiteiten gelieerd aan de teelt van bloemen<br />
en planten in Aalsmeer en omgeving. Het centrale<br />
punt in dit complex is de veiling Aalsmeer, waar de<br />
handel, prijsvorming en de distributie van bloemen<br />
23<br />
en planten plaatsvindt. Rondom de veiling zijn de<br />
andere functies zoals dienstverlening, de<br />
veredelings- en vermeerderingsbedrijven en de<br />
kwekers gevestigd. Het sierteeltcomplex biedt aan<br />
16.000 mensen werkgelegenheid in zeer veel<br />
verschillende functies. Ongeveer 70% van het<br />
provinciale glasareaal bevindt zich in het streekplangebied<br />
(685 ha). Hiervan bevindt zich 90%<br />
(572 ha netto) in het gebied rondom Aalsmeer<br />
(Aalsmeer, Amstelveen, Haarlemmermeer en<br />
Uithoorn).<br />
In Aalsmeer en omgeving is een herstructureringsproces<br />
gaande om het ontwikkelingsperspectief voor<br />
de glastuinbouwbedrijven te verbeteren. Daarvoor<br />
dienen nieuwe vestigingsgebieden te worden<br />
ontwikkeld.<br />
Wij bieden het sierteeltcomplex Aalsmeer en<br />
omgeving de ruimte om zich te ontwikkelen tot dé<br />
Mainport voor de internationale sierteelt. Voor de<br />
verdere ontwikkeling van veilingactiviteiten,<br />
handels- en exportbedrijven en dienstverlenende<br />
bedrijven stellen wij circa 90 ha netto ruimte<br />
beschikbaar. Deze bedrijventerreinen komen<br />
beschikbaar rondom de te verleggen N201.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
De terreinen mogen alleen ontwikkeld worden als<br />
de verlegging van de N201 daadwerkelijk wordt<br />
gerealiseerd. De N201 is de belangrijkste aan- en<br />
afvoerroute voor het sierteeltcomplex Aalsmeer.<br />
Realisatie van het Masterplan N201+ heeft daarom<br />
hoge prioriteit.<br />
Daarnaast voorzien wij in een nieuw glastuinbouwareaal<br />
van 300 ha netto in Rijsenhout voor bedrijven<br />
die zich richten op de productie van bloemen en<br />
planten en van uitgangsmateriaal. In dit gebied dient<br />
ook extra ruimte voor glas te komen door de<br />
beschikbare ruimte meervoudig en multifunctioneel<br />
te gebruiken..<br />
Wij zetten tevens in op het behoud van ruimte voor<br />
glas in: <strong>Noord</strong>er Legmeerpolder (tot 2020), de<br />
Schinkelpolder, de Thamerpolder en de <strong>Zuid</strong><br />
Legmeerpoler.<br />
24<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
4<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Er zijn grenzen<br />
Een essentieel onderdeel van het streekplan is het<br />
contourenbeleid. Het streekplangebied is onder te verdelen in<br />
verstedelijkingsgebied en landelijk gebied. Rond iedere stad,<br />
rond ieder dorp en rond iedere verstedelijking groter dan 5 ha,<br />
is een rode lijn getrokken, de contour. Deze rode contouren<br />
geven de uiterste grens aan van verstedelijking. Onder<br />
verstedelijking verstaan wij niet alleen woningen, bedrijven en<br />
kantoren. Ook voorzieningen, infrastructuur, vaarwater en<br />
waterberging in stedelijke gebieden, defensiecomplexen,<br />
glastuinbouwcomplexen, parken, sportvoorzieningen en<br />
begraafplaatsen, maneges, recreatiewoningcomplexen en<br />
jachthavens behoren (enkele uitzonderingen daar gelaten)<br />
tot de stedelijke functies.<br />
Vragen deze functies om uitbreiding, dan dient dat<br />
binnen de rode contour te geschieden. De gemeenten<br />
hebben binnen de rode contour meer beleidsvrijheid,<br />
maar dienen vanzelfsprekend bestaande uitgangspunten<br />
in acht te nemen. Zo moeten open ruimten en<br />
cultuurhistorisch waardevolle patronen, zoals<br />
opgenomen in de Cultuurhistorische Waardenkaart<br />
(CHW-kaart), worden gerespecteerd. Ook<br />
ecologische zones die door het stedelijk gebied lopen<br />
blijven onaangetast. Daarnaast dienen gemeenten het<br />
geldende locatiebeleid te volgen. De regelgeving<br />
voor veiligheid, geluid, stank en luchtverontreiniging<br />
moet in acht worden genomen,<br />
evenals het beperkingengebied rond Schiphol.<br />
Om maar enkele voorwaarden te noemen.<br />
Het gebied buiten de rode contouren behoort tot<br />
het landelijk gebied. Voor het gebied buiten de rode<br />
contouren geldt het beleid voor het landelijk gebied.<br />
Dit is te onderscheiden in:<br />
25<br />
■ algemeen beleid;<br />
■ beleid voor gebieden met groene en cultuurhistorische<br />
waarden en de milieubeschermingsgebieden.<br />
Buiten de rode contouren mag geen verstedelijking<br />
plaatsvinden.<br />
Wel is in een aantal gevallen (en onder voorwaarden)<br />
functieverandering toegestaan van zowel<br />
agrarische als niet-agrarische functies naar verbrede<br />
landbouw en/of naar kleinschalige vormen van<br />
wonen, werken en recreatie.<br />
Voor de beoordeling van gemeentelijke initiatieven<br />
en planvorming zijn nadere regels gegeven in de<br />
Leidraad Provinciaal Ruimtelijk Beleid. Zie<br />
www.noord-holland.nl onder de knop<br />
‘Beleidsinformatie’.<br />
Aanvullend op het algemeen beleid voor het<br />
landelijk gebied geldt voor de gebieden met groene<br />
en cultuurhistorische waarden en de milieubeschermingsgebieden<br />
gebiedseigen beleid:<br />
■ Vogelrichtlijngebieden en Habitatrichtlijngebieden<br />
(voor de toepassing dienen te worden<br />
geraadpleegd de Flora- en Faunawet en de<br />
Habitat en Vogelrichtlijn).<br />
Ook kan worden geraadpleegd de door de<br />
provincie uitgegeven “Beknopte handleiding<br />
voor gebiedsbescherming in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>,<br />
Habitat en Vogelrichtlijn”.<br />
■ Alle gebieden die behoren tot:<br />
■ Gebieden die zijn bepaald in de beleidsvisie<br />
Ontwikkeling Provinciale Ecologische<br />
Hoofdstructuur (PEHS).<br />
■ Haarlemmermeer Groen.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
■ De ecologische verbindingszones.<br />
■ Groene Carré (Mainport en Groen).<br />
■ Purmerland.<br />
■ Belvédèregebieden en gebieden die staan op de<br />
werelderfgoedlijst van de Unesco.<br />
■ Milieubeschermingsgebieden.<br />
Voor al deze gebieden geldt dat grootschalige<br />
ruimtelijke ontwikkelingen met aanzienlijke<br />
ruimtelijke effecten niet zijn toegestaan.<br />
Uitzonderingen op deze regel zijn uitsluitend<br />
toegestaan als:<br />
■ er sprake is van een groot openbaar belang en,<br />
■ er geen reëel alternatief is.<br />
Indien de toelaatbaarheid van een ontwikkeling<br />
positief wordt beoordeeld, geldt ons<br />
compensatiebeleid van 14 maart 2000.<br />
26<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
5<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Beleidslijnen voor de regio’s<br />
In deze samenvatting wordt volstaan met een opsomming<br />
van een aantal ruimtelijke keuzen die wij per gebied hebben<br />
gemaakt.<br />
Amsterdam<br />
Amsterdam neemt een bijzondere positie in. Op<br />
grond van de gemeenschappelijke regeling tussen<br />
de gemeente Amsterdam en de provincie voor wat<br />
betreft de ruimtelijke ordening krijgt het door de<br />
gemeenteraad vastgestelde structuurplan eenzelfde<br />
status als het streekplan.<br />
Wij kiezen met de gemeente Amsterdam voor het<br />
stedelijk wonen in de stad. Voor suburbane woon- en<br />
werkmilieus zal vooral elders in <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
<strong>Zuid</strong> ruimte moeten worden geboden. Het accent ligt<br />
op binnenstedelijke verdichting en op transformatie<br />
(ICT-opgave). Bij stedelijk bouwen gaat het om<br />
woningen, kantoren, voorzieningen en bedrijven.<br />
Een aantal belangrijke transformatiegebieden zijn<br />
Overamstel, Zeeburgereiland en de IJ-oever. Geen<br />
transformatie zal plaatsvinden van de bedrijven<br />
gevestigd aan de Mercurius-, Vlot- en Coenhaven.<br />
De belangrijkste centra zijn de binnenstad, de <strong>Zuid</strong>as<br />
en Centrumgebied <strong>Zuid</strong>oost.<br />
De Amsterdamse scheggen zijn een belangrijk<br />
structuurbepalend kenmerk van het Amsterdamse<br />
stedelijke gebied en een groene uitloopzone naar<br />
waardevolle gebieden.<br />
Het is onvermijdelijk, met name aan de <strong>Noord</strong>elijke<br />
IJ-oever, dat de plannen voor woningbouw op<br />
termijn druk zetten op milieuhinderlijke bedrijven.<br />
27<br />
Dit zijn echter wel bedrijven die een belangrijke rol<br />
vervullen in de stedelijke en regionale economie.<br />
Voor verplaatsing van deze bedrijven zal financieel<br />
en fysiek ruimte moeten worden vrijgemaakt. Het<br />
Geuzenbos in Amsterdam is voorzien als nieuwe<br />
bedrijvenlocatie voor het uitplaatsen van deze<br />
(milieuhinderlijke) bedrijven.<br />
Openbaar vervoer: aanleg van de <strong>Noord</strong><strong>Zuid</strong>lijn,<br />
de verlenging daarvan naar het noorden of een<br />
eventueel alternatief daarvoor, de verlenging<br />
richting Schiphol of een alternatief daarvoor in de<br />
vorm van een doorgetrokken <strong>Zuid</strong>tangent naar<br />
<strong>Zuid</strong>/WTC, het afmaken van de metroring en betere<br />
openbaarvervoerverbindingen met IJburg en<br />
Almere.<br />
Voor het autoverkeer is met name de positie van de<br />
A10 van belang. Met Amsterdam ondersteunen wij<br />
de aanleg van de Westrandweg, de capaciteitsuitbreiding<br />
van de Coentunnel en de eventuele<br />
aanleg van de verbinding tussen de A6 en de A9 om<br />
de bereikbaarheid van Schiphol, de gebieden aan de<br />
<strong>Zuid</strong>kant van Amsterdam en van Almere beter te<br />
ontsluiten.<br />
Wij zullen voor het gebied Westrandscheg/<br />
Westrandweg het streekplan herzien. Tracé en<br />
aanleg van de Westrandweg staan daarbij niet ter<br />
discussie. Wel in discussie zijn de aansluitpunten<br />
van de Westrandweg op de ontsluitende infrastructuur<br />
naar Amsterdam-West/Haarlemmermeer.<br />
In het gebied tussen het AMC en Abcoude spelen<br />
mogelijkheden van infrastructurele claims. Voor dit<br />
gebied kunnen Gedeputeerde Staten zonodig een<br />
uitwerking van het streekplan vaststellen.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Waterland<br />
Ruimte voor water<br />
Zoekgebied voor waterberging: Schardammerkoog<br />
(Zeevang). Voor de hele Markermeerkust wordt in<br />
principe een vrijwaringszone van 100 meter<br />
binnendijks en 175 meter buitendijks aangehouden.<br />
De exacte breedte van de zone wordt in overleg met<br />
het Rijk en de Waterschappen bepaald.<br />
Ontwikkeling van waardevolle landschappen<br />
■ Behoud van <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>s Midden als groene<br />
long voor omliggende steden: versterken van het<br />
waterrijke en open karakter van de veengebieden<br />
en vergroten van mogelijkheden voor extensieve<br />
recreatie voor omliggende steden.<br />
■ Wij stellen een ontwikkelingsprogramma<br />
nationaal landschap <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong>s Midden op.<br />
Een bereikbare netwerkstad<br />
■ Aanleg vrije busbanen N235 en N247 (onderdeel<br />
van Regionet).<br />
■ Verbreding van de A7, A8 en de N244.<br />
■ Nieuwe ontsluiting van Edam-Volendam op de<br />
N244 maken wij planologisch niet onmogelijk.<br />
Ruimte voor wonen<br />
Maximaal 3.000 woningen te verdelen op basis van<br />
een op te stellen woningbouwprogramma voor de<br />
regio. Van dit woningbouwprogramma maken deel<br />
uit:<br />
■ de uitleglocatie <strong>Zuid</strong>polder (Edam-Volendam);<br />
■ in ieder geval de drie volgende zoeklocaties:<br />
■ Lange Weeren (Edem-Volendam);<br />
■ <strong>Zuid</strong>oostbeemster;<br />
■ Purmer-<strong>Zuid</strong>.<br />
28<br />
Overige locaties in Waterland zijn toegestaan waarbij<br />
de gemeenten Zeevang en Waterland voorrang<br />
genieten. Bij de uitwerking van de drie zoeklocaties<br />
wordt ook betrokken actuele visie-/planvorming<br />
over woningbouw zoals onder andere het plan<br />
Purmer-Meer. Daarnaast kent deze regio een<br />
binnenstedelijke opgave van 3.000 woningen.<br />
Ruimtelijke en landschappelijke karakteristiek van Waterland<br />
■ Een open, waterrijk gebied, dat een contrast vormt met het stedelijk<br />
gebied van Amsterdam en Zaanstad.<br />
■ Een uitgebreid stelsel van waterwegen, zoals veenstroompjes, sloten,<br />
kanalen en vaarten, komt uit op Markermeer/IJsselmeer.<br />
■ Ecologisch, landschappelijk, cultuurhistorisch en recreatief<br />
waardevolle, unieke veenweidegebieden van internationale<br />
betekenis.<br />
■ Cultuurhistorisch en landschappelijk waardevolle droogmakerijen,<br />
met als meest beeldbepalende de Beemster en de Wijde Wormer.<br />
■ Een centrale kern, Purmerend, met een aantal (historische) plaatsen<br />
in de omgeving.<br />
Ruimte voor werken<br />
Nieuwe bedrijventerreinen zijn: Baanstee <strong>Noord</strong><br />
1e fase (60 ha), Baanstee <strong>Noord</strong> 2e fase (50 ha),<br />
Oosthuizerweg (Edam/Volendam, 8 ha bruto),<br />
Dollard (Waterland, 3 ha bruto) en Kolksloot-<strong>Zuid</strong><br />
(Oostzaan, 4 ha bruto) en een studie naar bovenregionale<br />
opvang (100 ha Zaanstad/Waterland).<br />
In deze studie wordt een eventuele locatie in de<br />
Wijde Wormer niet betrokken.<br />
Een economische bestaansbasis voor de<br />
landbouw<br />
De grondgebonden landbouw in dit gebied heeft een<br />
economische functie (productie) en een functie voor<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
het instandhouden van het gebied (verbrede<br />
landbouw).<br />
Behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische<br />
waarden<br />
Behoud en versterking van de cultuurlandschappen,<br />
stads- en dorpsgezichten en de Stelling van<br />
Amsterdam. Het ontwikkelingsprogramma <strong>Noord</strong>-<br />
<strong>Holland</strong>s Midden biedt hiertoe het kader.<br />
Zaanstad<br />
Ruimte voor water<br />
Zoekgebied voor waterberging:<br />
<strong>Noord</strong>erveen (gelegen tussen de Binnen Delft,<br />
Communicatieweg en de Nauernasche Vaart).<br />
Onderzoek naar mogelijkheden voor een duurzaam<br />
watersysteem in de randzone Saendelft.<br />
Ontwikkeling van waardevolle landschappen<br />
■ Behoud en versterken van de veengebieden.<br />
■ Uitvoering van SGP Zaanstreek (bij Westzaan,<br />
750 ha natuur) en SGP IJmond-Zaanstreek (bij<br />
Broekpolder en Saendelft 250 ha vlakgroen, 60 ha<br />
verbindingen).<br />
Een bereikbare netwerkstad<br />
■ Station Zaandam regionaal knooppunt.<br />
■ Ontwikkelen van Regionet (doortrekking<br />
metrolijn 50 en/of doortrekking <strong>Noord</strong><strong>Zuid</strong>lijn).<br />
■ Verbinding tussen A8 en A9.<br />
■ Vergroting capaciteit op de A8 en de A7<br />
(benutting).<br />
■ Uitvoeren project Vaart in de Zaan.<br />
29<br />
Ruimte voor wonen<br />
Ontwikkeling van de locatie Saendelft<br />
(6.500 woningen) en 1.000 woningen in bestaand<br />
stedelijk gebied.<br />
Ruimtelijke en landschappelijke karakteristiek van Zaanstad<br />
■ De Zaan, de eeuwenoude veenstroom waarlangs zich de Zaanstreek<br />
heeft ontwikkeld.<br />
■ Een stedelijk gebied langs de Zaan en de dorpskernen Assendelft en<br />
Westzaan. Zaandam vormt de kern van het stedelijk gebied.<br />
■ Ecologisch, landschappelijk, cultuurhistorisch en recreatief waardevolle<br />
veenweidegebieden.<br />
Ruimte voor werken<br />
Geen nieuwe bedrijventerreinen. Wij kiezen voor<br />
opvang van bedrijvigheid elders, waartoe wij een<br />
studie zullen uitvoeren (100 ha Zaanstad/<br />
Waterland). In deze studie wordt een eventuele<br />
locatie in de Wijde Wormer niet betrokken.<br />
Het Hembrugterrein blijft bestemd als bedrijventerrein.<br />
Een goede samenhang wordt gezocht met<br />
cultuurbehoud. Verder wordt op dit terrein de<br />
mogelijkheid geboden tot de bouw van een<br />
gevangenis.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Een economische bestaansbasis voor de<br />
landbouw<br />
De grondgebonden landbouw heeft een economische<br />
functie (productie) en een functie voor instandhouding<br />
van het gebied (verbrede landbouw).<br />
Behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische<br />
waarden<br />
Behoud, versterken en vernieuwen van het historisch<br />
industrieel landschap aan weerszijden van de Zaan.<br />
<strong>Zuid</strong>-Kennemerland en IJmond<br />
Ruimte voor water<br />
■ Zoekgebieden voor waterberging: De Vereenigde<br />
Binnenpolder (Haarlemmerliede en<br />
Spaarnwoude) en de natuurgebieden en<br />
graslanden langs de Ringvaart en de Binnenliede<br />
tussen Bennebroek en Spaarndam.<br />
Ruimtelijke en landschappelijke karakteristiek van <strong>Zuid</strong> Kennemerland<br />
en IJmond<br />
■ Twee grote groene zones, aan de westzijde het kust-, duin- en<br />
binnenduingebied en aan de oostzijde de grote open ruimten van het<br />
veenweidegebied.<br />
■ Groene en blauwe verbindingen die tussen beide zones dwars door het<br />
stedelijk gebied lopen.<br />
■ De agglomeratie van Haarlem en de IJmond, waarbij de huidige<br />
spoorlijnen en de (toekomstige) <strong>Zuid</strong>tangent de ruggengraat vormen<br />
van het vervoersysteem.<br />
■ Een economische zone aan weerszijden van het <strong>Noord</strong>zeekanaal met<br />
zware industrie- en havenactiviteiten.<br />
■ Tuinbouwgebied Heemskerkerduin.<br />
■ De losse kernen Zandvoort, Wijk aan Zee, Uitgeest en Spaarndam.<br />
30<br />
Ontwikkeling waardevolle landschappen<br />
■ Samenhangende stadsrandzone aan de oostkant<br />
(Groene Decor).<br />
■ Uiterlijk in 2010 afronding van Groene IJmond en<br />
SGP IJmond-Zaanstreek.<br />
Een bereikbare netwerkstad<br />
■ Doortrekking <strong>Zuid</strong>tangent Schalkwijk-Haarlem<br />
Station-IJmuiden/Kennemerstrand.<br />
■ Stations Haarlem-<strong>Zuid</strong> en eventueel station<br />
Halfweg.<br />
■ Omlegging of verdiepte aanleg van N5.<br />
■ A8-A9 planologisch niet onmogelijk maken.<br />
■ Stations Haarlem e.o. en Beverwijk e.o. regionaal<br />
knooppunt.<br />
Ruimte voor wonen<br />
■ <strong>Zuid</strong>-Kennemerland: 2.000 woningen in bestaand<br />
stedelijk gebied en 3.000 woningen buiten de<br />
regio (Haarlemmermeer en Duin- en Bollenstreek).<br />
■ IJmond: 4.000 woningen binnen het bestaand<br />
stedelijk gebied.<br />
Ruimte voor werken<br />
■ <strong>Zuid</strong>-Kennemerland: geen nieuwe bedrijfsterreinen<br />
maar opvang buiten de regio.<br />
Kantoorruimte: bij stations Haarlem en<br />
Heemstede-Aerdenhout en haltes <strong>Zuid</strong>tangent.<br />
■ IJmond: nieuw terrein De <strong>Zuid</strong>erscheg (15 ha),<br />
resterende opgave buiten de regio. Kantoorruimte:<br />
bij stations Beverwijk, Uitgeest (in<br />
beperkte mate) en terrein Broekerwerf (3e fase,<br />
afh. realisatie halte <strong>Zuid</strong>tangent).<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Haarlem: <strong>Zuid</strong>erpolder<br />
In de <strong>Zuid</strong>erpolder wordt uitsluitend de<br />
mogelijkheid geboden tot het ontwikkelen van het<br />
door de gemeente Haarlem beoogde stadion met<br />
bijbehorende voorzieningen (multifunctioneel<br />
stadion met kantoren, hotel en ca. 100 woningen).<br />
Deze ontwikkeling sluit aan bij het gebied van het<br />
Masterplan Spoorzone. Het beoogde stadion c.a. ligt<br />
binnen de rode contour. Het gebied ten oosten van<br />
het beoogde stadion c.a. tot aan de Ringvaart ligt<br />
buiten de rode contour en behoort dus tot het<br />
landelijk gebied. Hierbij zal rekening moeten worden<br />
gehouden met de gevolgen voor de waterberging.<br />
Een economische bestaansbasis voor de<br />
landbouw<br />
Geen nieuwe ontwikkelingen met ruimtelijke<br />
gevolgen.<br />
Behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische<br />
waarden<br />
Ontwikkeling van cultuurhistorische verbindingszones:<br />
<strong>Noord</strong>zeekanaalzone, de Kennemerzoom en<br />
de Stelling van Amsterdam.<br />
Amstel- en Meerlanden<br />
Ruimte voor water<br />
■ Zoekgebieden voor waterberging: Zwaansbroek,<br />
Bovenkerkerpolder, de Ronde Hoep,<br />
Haarlemmermeer-<strong>Zuid</strong>, enkele polders in de<br />
Amstelscheg en de Klein Duivendrechtse polder<br />
en de Middelpolder onder Amstelveen.<br />
31<br />
Ontwikkeling waardevolle landschappen<br />
■ Uitvoeren SGP AmstelGroen, SGP Haarlemmermeer<br />
Groen, Mainport en Groen.<br />
■ Realisatie van de Groene As, herinrichting<br />
groengebied Amstelland, Stelling van<br />
Amsterdam en blauwgroene raamwerk.<br />
■ Ontwikkelen hoogwaardig groen in<br />
Amstelscheg, Sloterscheg (Westrandweg) en<br />
Diemerscheg.<br />
Ruimtelijke en landschappelijke karakteristiek van Amstel- en<br />
Meerlanden<br />
■ Westzijde Haarlemmermeer met groeiende woon- en werkgebieden.<br />
■ Een dynamisch centrumgebied met Schiphol en omliggende<br />
bedrijventerreinen en kantorenparken.<br />
■ Het centrum voor de glastuinbouw.<br />
■ Enkele verouderde kassengebieden.<br />
■ Amstelveen, Aalsmeer, Uithoorn en OuderAmstel met kwalitatief<br />
hoogwaardige woonomgeving.<br />
■ Recreatiegroen zoals Amsterdamse bos en Haarlemmermeerse bos.<br />
■ In het Oosten de vrijwel ongeschonden Polders de Ronde Hoep en<br />
Bovenkerkerpolder.<br />
■ In het zuiden de open Haarlemmermeerpolder en Westeinderplas als<br />
overgang naar het Groene Hart.<br />
Een bereikbare netwerkstad<br />
■ Benuttingsmaatregelen op de A4.<br />
■ Aanleg van de 2e Coentunnel/Westrandweg.<br />
■ Uitvoering Masterplan N201+.<br />
■ Verbreding van de A9 en omlegging van de A9<br />
om Badhoevedorp plus de benodigde<br />
benuttingsmaatregelen op de A9.<br />
■ En aanleg van nieuwe infrastructuur voor het<br />
openbaar vervoer:<br />
■ De <strong>Noord</strong>-<strong>Zuid</strong>lijn Amsterdam.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
■ HSL-<strong>Zuid</strong>.<br />
■ Diverse kwaliteitsslagen in het openbaar<br />
vervoer en spoor.<br />
Op regionaal niveau worden de stadsgewestelijke<br />
openbaarvervoersystemen aan elkaar gekoppeld in<br />
een regionaal systeem (Regionet). Voor de<br />
streekplanperiode hebben wij de volgende ambitie:<br />
■ Aanleg gehele <strong>Zuid</strong>tangent van IJmuiden-<br />
Hoofddorp-Schiphol-Diemen-IJburg.<br />
■ Aanleg van de zijtakken van de <strong>Zuid</strong>tangent naar<br />
Nieuw-Vennep en naar Aalsmeer/Uithoorn.<br />
■ Doortrekking van de Amstelveenlijn naar<br />
Uithoorn.<br />
Ruimte voor wonen<br />
■ Nieuwe locaties: Hoofddorp-West (5.000),<br />
Legmeerpolders (2.000) en 1.000 woningen in<br />
bestaand stedelijk gebied.<br />
Ruimte voor werken<br />
■ Nieuwe regionale bedrijventerreinen:<br />
De President II, Aalsmeer bedrijventerrein<br />
N201+, Amstelveen N201+.<br />
■ Voor Schipholgebonden bedrijvigheid en het sierteeltcomplex<br />
Aalsmeer: zie economische clusters.<br />
32<br />
Een economische bestaansbasis voor de<br />
landbouw<br />
Herstructurering sierteeltcomplex Aalsmeer en<br />
omgeving en nieuw te ontwikkelen glastuinbouwlocatie<br />
Rijsenhout.<br />
Behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische<br />
waarden<br />
Ontwikkeling van de Stelling van Amsterdam en<br />
ontwerp-opgave bij Geniedijk.<br />
Gooi en Vechtstreek<br />
Ruimte voor water<br />
■ Zoekgebieden voor waterberging: Horstermeer,<br />
de <strong>Noord</strong>polder en de Nieuwe Keverdijksepolder.<br />
■ Voor de kust van het IJ- en Gooimeer wordt in<br />
principe een vrijwaringszone van 100 m<br />
binnendijks en 175 m. buitendijks aangehouden.<br />
De exacte breedte van de zone wordt in overleg<br />
met het Rijk en de waterschappen bepaald.<br />
Ontwikkeling waardevolle landschappen<br />
Behoud en versterking van de groengebieden en<br />
aanleg van ecologische verbindingszones zoals<br />
Zanderij Crailo, Crailo A1 en Anna’s Hoeve.<br />
Een bereikbare netwerkstad<br />
■ Op korter termijn betere benutting van de<br />
bestaande infrastructuur A1 en A27 en<br />
■ Op langere termijn een uitbreiding van de<br />
capaciteit.<br />
■ Waar noodzakelijk selectieve uitbreiding van de<br />
capaciteit.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
■ Verbeterde verbinding (extra capaciteit) tussen<br />
Amsterdam-Almere A6-A9.<br />
■ Aanleg Gooise Ring: een stelsel van hoogwaardig<br />
openbaar vervoer.<br />
■ Planologisch niet onmogelijk maken van<br />
spoorlijn Almere-Utrecht.<br />
■ De aanleg van nieuw autowegen over/onder de<br />
hei naar Hilversum is niet gewenst.<br />
Ruimte voor wonen<br />
■ Als nieuwe uitleglocatie kiezen wij voor de<br />
Bloemendalerpoler (inclusief het KNSF terrein).<br />
Gedeputeerde Staten zullen hiervoor een<br />
uitwerkingsplan opstellen.<br />
Ruimte voor werken<br />
Nieuwe regionale bedrijventerreinen: Crailo,<br />
Blaricummermeent en Monnikenberg.<br />
Een economische bestaansbasis voor de<br />
landbouw<br />
In de Vechtstreek is ca. 1.000 ha aangegeven als<br />
agrarisch gebied.<br />
Behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische<br />
waarden<br />
Stelling van Amsterdam: versterken van de<br />
ecologische en toeristisch-recreatieve betekenis in<br />
samenhang met lopende projecten.<br />
Vliegveld Hilversum<br />
Het vliegveld Hilversum blijft gehandhaafd. Wij<br />
zetten er op in dat door een aanpassing van het<br />
banenstelsel wordt bijgedragen aan een<br />
vermindering van de geluidsbelasting.<br />
33<br />
Ruimtelijke en landschappelijke karakteristiek van Gooi en Vechstreek<br />
■ Meerdere aantrekkelijke villadorpen.<br />
■ Rijk aan natuur- en landschapswaarden:<br />
Eemvallei, Vechtstreek (met plassen en veenweidegebeiden) en<br />
uitlopers Utrechtse heuvelrug, ieder met een eigen karakter.<br />
■ Vechtplassen: Naardermeer, Ankeveenseplassen en Loosdrechtse<br />
plassen.<br />
■ Kuststrook langs Gooi- en IJmeer.<br />
■ Stedelijk gebied van Bussum en Hilversum met het Mediapark als<br />
centrum van de multi-mediasector.<br />
■ Zwaar belaste infrastructuur van wegen en spoorwegen.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
34<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
6<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Beleidslijnen voor specifieke onderwerpen<br />
Hoe garanderen we kustveiligheid? Wat is het beleid<br />
ten aanzien van technische infrastructuur (boren<br />
naar delfstoffen, leidingen in de grond), stort en<br />
verwerking van vuil en bagger, en voor zandwinning,<br />
energie en externe veiligheid? Hoe gaan wij<br />
om met de plaatsing van windmolens? Voor deze<br />
onderwerpen heeft de provincie in het streekplan<br />
een aantal beleidslijnen opgenomen.<br />
De combinatie van bedrijvigheid, verkeer en een<br />
internationale luchthaven maakt dat <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
<strong>Zuid</strong> tot de zwaarder belaste gebieden van<br />
Nederland behoort. Dit geldt voor geluid, voor<br />
luchtverontreiniging (m.n. langs de ringwegen rond<br />
Amsterdam) en voor externe veiligheidsrisico’s.<br />
Zonder maatregelen is een groot oppervlakte niet te<br />
benutten voor woningbouw en andere gevoelige<br />
functies. Voor geluid, externe veiligheid en luchtverontreiniging<br />
gelden, vanuit het oogpunt van<br />
bescherming van burgers tegen risico’s en hinder,<br />
wettelijke grenswaarden. Ruimtelijke ontwikkelingen<br />
worden derhalve getoetst aan deze grenswaarden.<br />
Op de kaarten deel uitmakend van het streekplan<br />
zijn alle milieubeschermingsgebieden (dat zijn de<br />
stiltegebieden, grondwater- en bodembeschermingsgebieden<br />
en de natuurbeschermingswet- en habitaten<br />
vogelrichtlijngebieden) opgenomen, alsmede ook<br />
de geluids- en veiligheidszones.<br />
Geen deel uitmakend van het streekplan (want<br />
weergevend rijksbeleid), maar als informatie, is<br />
bij het streekplan ook gevoegd een copie van de<br />
kaarten “Belemmeringen voortvloeiend uit het<br />
Luchthavenindelingbesluit Schiphol”.<br />
35<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
36<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
7<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Samenhang met het structuurplan Amsterdam<br />
Bij de “beleidslijnen voor de regio’s” is reeds<br />
inhoudelijk op Amsterdam ingegaan.<br />
Op grond van de daar genoemde “Gemeenschappelijke<br />
regeling (tussen Amsterdam en de provincie)<br />
ter versterking van de bestuurlijke positie van de<br />
gemeente Amsterdam” krijgt het door de gemeenteraad<br />
vastgestelde structuurplan eenzelfde status als<br />
het streekplan.<br />
Conform deze regeling zijn in het streekplan de<br />
procedures aangegeven die moeten worden<br />
doorlopen voor het verlenen van streekplanstatus<br />
aan het Amsterdams structuurplan.<br />
Na het doorlopen van deze procedures zal<br />
het structuurplan, minus de onderdelen die<br />
Gedeputeerde Staten niet overnemen wegens<br />
strijdigheid met het streekplan, door hen worden<br />
vastgesteld als uitwerking van het streekplan. Het<br />
structuurplan krijgt hiermee dan de streekplanstatus.<br />
Omdat voor het gebied Westrandweg/Westrandscheg<br />
een streekplanherzieningsprocedure wordt gevolgd,<br />
is dit gebied uitgezonderd van het, door<br />
Gedeputeerde Staten op te stellen uitwerkingsplan.<br />
37<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
38<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
8<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
■<br />
Bestuurlijke en juridische instrumenten<br />
Aangegeven worden beleids- en uitvoeringsinstrumenten,<br />
de relatie tot de drie andere<br />
strategische plannen van de provincie (Milieubeleidsplan,<br />
Waterhuishoudingsplan en Verkeer- en<br />
Vervoerplan), de toepassing en flexibiliteit van het<br />
streekplan en de (hiervoor reeds genoemde)<br />
bestuurlijke relatie met het structuurplan<br />
Amsterdam.<br />
Aangegeven wordt dat herziening van het streekplan<br />
is voorzien voor de essentiele beleidslijnen.<br />
Dat is het geval:<br />
■ bij afwijking van het selectieve vestigingsbeleid<br />
rond Schiphol;<br />
■ bij aanpassing van het banenstelsel van Schiphol;<br />
■ bij aanpassing van het beleid of de ligging van de<br />
rode contouren, tenzij deze aanpassing onderdeel<br />
uitmaakt van, of voortvloeit uit, een nadere<br />
uitwerking van het streekplan;<br />
■ voor het gebied Westrandweg/Westrandsscheg<br />
en omgeving;<br />
■ bij het aanwijzen van gebieden voor waterberging.<br />
Verder is aangegeven dat Gedeputeerde Staten het<br />
streekplan in ieder geval uitwerken voor de<br />
volgende onderwerpen:<br />
■ het beleid voor de veen(weide)gebieden;<br />
■ het beleid voor de Stellingzone van Amsterdam;<br />
■ de uitleggebieden in Waterland;<br />
■ het gebied van de Bloemendalerpolder/KNSF;<br />
■ het grondgebied van de gemeente Amsterdam<br />
(met uitzondering van het gebied Westrandweg/Westrandscheg<br />
en omgeving);<br />
■ het gebied tussen de A4-A5 en de Oude<br />
Schipholweg;<br />
■ de aanwijzing van regionale bedrijventerreinen<br />
39<br />
■ locaties voor grootschalige distributie en<br />
transport;<br />
■ randzone Saendelft;<br />
■ bedrijventerrein Amstelveen/Omgelegde N201.<br />
Tenslotte werken Gedeputeerde Staten het streekplan<br />
zonodig uit voor onder meer de volgende<br />
onderwerpen:<br />
■ ruimte voor toerisme;<br />
■ doortrekking van de N522 naar de omgelegde<br />
N201;<br />
■ tweede ontsluiting Kennemerstrand.<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting
Colofon<br />
Deze samenvatting is een uitgave van de<br />
Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
Uitgave<br />
Provinciaal Bestuur van <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
Provinciehuis, Dreef 3<br />
2012 HR Haarlem<br />
Eindredactie<br />
Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
Afdeling Ruimte, Wonen en Bereikbaarheid<br />
Fotoverantwoording<br />
Bert Verhoeff<br />
NV Luchthaven Schiphol<br />
Havenbedrijf Amsterdam<br />
Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
Kaarten<br />
Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
Grafische verzorging<br />
Provincie <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong><br />
MediaProductie<br />
Papier<br />
115 grams houtvrij Silk MC<br />
Oplage<br />
2.000 exemplaren<br />
Haarlem, mei 2003<br />
40<br />
<strong>Streekplan</strong> <strong>Noord</strong>-<strong>Holland</strong> <strong>Zuid</strong> Samenvatting