so statistiek verdelingen 3
so statistiek verdelingen 3
so statistiek verdelingen 3
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
A1(deel 3) Hoofdstuk S3 Verdelingen proefwerk 2<br />
Opgave 1<br />
Bij een spel wordt gegooid met vier dobbelstenen. Na elke worp wordt het aantal zessen geteld. Het<br />
aantal zessen is de stochast Z.<br />
a Laat met een berekening zien dat P(Z = 1) = 0,3858.<br />
b Stel de kansverdeling op voor de stochast Z.<br />
c Bereken de verwachtingswaarde E(Z) en de standaardafwijking SD(Z).<br />
d Hoe groot is de kans dat er minstens één zes wordt gegooid?<br />
Opgave 2<br />
Koffiebranders doen meestal iets meer koffie in een pak dan staat aangegeven. De machines zijn zo<br />
afgesteld dat 90% van de pakken 250 gram of meer koffie bevatten. De stochast K heeft de waarden<br />
0 en 1.<br />
K = 0 als een pak te weinig koffie bevat, K = 1 als het pak voldoende koffie bevat.<br />
a Bereken E(K) en SD(K).<br />
b In een grootverpakking zitten 20 pakken koffie. Bereken de kans dat meer dan 15 pakken<br />
voldoende koffie bevatten.<br />
Opgave 3<br />
Een klas heeft een toets gemaakt. Het gemiddelde toetscijfer is 5,8 met een standaardafwijking van<br />
2,1. De leerkracht is niet tevreden met dit resultaat. Hij verhoogt alle cijfers door ze met 0,8 te<br />
vermenigvuldigen en er 2 bij op te tellen.<br />
Bereken van de nieuwe toetscijfers het gemiddelde en de standaardafwijking.<br />
Opgave 4<br />
Gloeilampen hebben een gemiddelde brandduur van 1000 uur. Daarbij geldt een standaardafwijking<br />
van 50 uur.<br />
In een keukenla liggen 8 nieuwe gloeilampen.<br />
a Bereken het verwachte totaal aantal branduren van die acht gloeilampen en de<br />
standaardafwijking van het totaal aantal branduren.<br />
In het huis worden 40 gloeilampen gebruikt.<br />
b Bereken de standaardafwijking van de het gemiddelde aantal branduren per gloeilamp.
Opgave 5<br />
Hierboven zijn twee regelmatige viervlakken en een regelmatig achtvlak getekend. De stenen<br />
worden gebruikt als dobbelstenen.<br />
Op een regelmatig viervlak staan de getallen 1, 2, 3 en 4.<br />
Je gooit één keer met één regelmatig viervlak. Het aantal ogen van de worp is de stochast V.<br />
a Stel de kansverdeling voor V op.<br />
b Bereken E(V) en SD(V).<br />
Je gooit één keer met de beide regelmatige viervlakken en telt het aantal ogen op de beide stenen op.<br />
De <strong>so</strong>m van het aantal ogen op de beide stenen is de stochast W.<br />
c Leg uit hoe je E(W) en s(W) uit E(V) en s(V) kunt berekenen.<br />
Op een regelmatig achtvlak staan de getallen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8.<br />
Je gooit één keer met een regelmatig achtvlak. Het aantal ogen van de worp is de stochast A.<br />
d Bereken E(A) en SD(A).