Groenbeleidsplan Haaglanden Vastgesteld op 25 november 2009
Groenbeleidsplan Haaglanden Vastgesteld op 25 november 2009
Groenbeleidsplan Haaglanden Vastgesteld op 25 november 2009
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
pagina 13<br />
<strong>Haaglanden</strong> constateert in het RSP verschillende veranderingen in de bevolkingssamenstelling<br />
en in de behoeftepatronen. De vergrijzing speelt een rol en het gebruik van<br />
recreatievoorzieningen dicht bij huis neemt toe. Dat brengt nieuwe inrichtingseisen met<br />
zich mee, onder andere voor meer vormen van intensieve recreatie aan de randen van<br />
de steden en voor meer mogelijkheden van een rustig verblijf in het hart van de grote<br />
landschapsparken.<br />
Het RSP is duidelijk over de inhoud en begrenzing van de waardevolle groengebieden<br />
in de regio. Het heeft in kaartbeelden de groengebieden als ‘structurerende elementen’<br />
vastgelegd. Kaart 1 geeft de gebiedsbegrenzingen en de groenblauwe schakels weer.<br />
Het RSP onderscheidt in de regionale groenstructuur drie groencategorieën:<br />
c de grootschalige regi<strong>op</strong>arken (in het vervolg landschapsparken genoemd (1) ) Duin, Horst &<br />
Weide en Midden-Delfland/Oude Leede. <strong>Haaglanden</strong> telt daarnaast Natura 2000-gebieden,<br />
zoals het Oostduin- en Westduinpark en enkele Belvedère-gebieden;<br />
c de stadsrandparken voor de stedelijke recreatie en natuurbeheer;<br />
c de groenblauwe schakels, die stad en land verbinden en voor de onderlinge verbinding<br />
tussen de groengebieden zorgen. De schakels dringen diep door in het stedelijk gebied.<br />
De drie groencategorieën en hun beleids<strong>op</strong>gaven worden verder beschreven in hoofdstuk 5.<br />
2.3 Integraal beleid<br />
Dit Groenbeleid staat niet <strong>op</strong> zichzelf. Andere beleidssectoren, zoals wonen, verkeer,<br />
milieu en waterhuishouding hebben invloed <strong>op</strong> de kwaliteit van het groen. Zij kunnen<br />
bij een integrale aanpak bijdragen aan de totstandkoming van de groene doelen. In de<br />
volgende stadsgewestelijke nota’s zijn relaties met de groenontwikkeling <strong>op</strong>genomen.<br />
Visie Duurzame Ontwikkeling Stadsgewest <strong>Haaglanden</strong> (2008)<br />
De visie bepleit een evenwichtige benadering van de economische, ecologische en sociale<br />
componenten in het ruimtelijk beleid. Het beveelt voor de gebiedsontwikkeling de<br />
werkmethode MIRUP (Milieu in Ruimtelijke Plannen) aan, waarmee <strong>op</strong> alle planniveaus<br />
het aspect duurzaamheid een belangrijk criterium is. Vanzelfsprekend krijgen daarin de<br />
groene en natuurlijke waarden alle aandacht.<br />
Regionale Nota Mobiliteit (2005/2008)<br />
Het Supplement <strong>op</strong> de Regionale Nota Mobiliteit ‘Naar een toekomstbestendige<br />
bereikbaarheid’ (april 2008) streeft naar het <strong>op</strong>heffen van de versnippering van gebieden,<br />
die door de aanleg van zware infrastructuur is ontstaan. Met de aanleg van fiets- en<br />
wandelroutes met bruggen en tunnels moeten de verschillende groengebieden weer met<br />
elkaar worden verbonden. Het regionale fietsroutenetwerk, dat in 2008 is geactualiseerd,<br />
bevat voorstellen hiertoe.<br />
Akkoorden Waterkader <strong>Haaglanden</strong> (2006/2008)<br />
Het Stadsgewest heeft in 2006 met het Hoogheemraadschap van Delfland afgesproken<br />
om in 2015 het regionale watersysteem kwantitatief <strong>op</strong> orde te hebben. Om wateroverlast<br />
te voorkomen, ook met het zicht <strong>op</strong> klimaatveranderingen, moet het waterbergend<br />
vermogen in een groot aantal polders aanmerkelijk worden vergroot.<br />
(1) Met het begrip ‘landschapspark’ wordt beter aangesloten <strong>op</strong> de terminologie van provincie en Rijk.<br />
<strong>Groenbeleidsplan</strong> <strong>Haaglanden</strong>