downloaden - Borgman Beheer
downloaden - Borgman Beheer
downloaden - Borgman Beheer
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Tabel 10. Bijgroei bepaling voor de Edese bossen, bron: M. Verhelst, 2007.<br />
Deelgebied ___________________________________________________________ Gemiddelde<br />
___________________________________________________________________________bijgroei<br />
____________________________________________________________________ (in m 3 / ha / jr.<br />
Edese bos west _______________________________________________________________ 9,72<br />
Edese bos oost ________________________________________________________________ 6,45<br />
Roekel ________________________________________________________________________ 5,05<br />
Peppelenburg & Westerrode ___________________________________________________ 8,62<br />
Noord-Ginkel _________________________________________________________________ 5,92<br />
Zuid-Ginkel __________________________________________________________________ 5,31<br />
Om actief te werken aan bosontwikkeling, moet een flink percentage van de bijgroei worden<br />
geoogst. 70% van de bijgroei wordt vaak aangehouden. Tijdens een dunning wordt hierdoor een<br />
groot aantal bomen weggehaald, waardoor de (potentiële) groei wordt geconcentreerd op de<br />
overgebleven exemplaren. Bij een lager oogstpercentage (natuurlijk in detail afhankelijk van de<br />
boomsoort) stokt de diktegroei van de opstand, waardoor in de toekomst een verminderde stabiliteit<br />
(o.a. grotere stormgevoeligheid) kan gaan ontstaan, en waardoor niet de optimale ontwikkeling<br />
uit het bos wordt gehaald. Het is belangrijk niet uit te gaan van gemiddelde bijgroeigegevens,<br />
maar de getallen te gebruiken die ter plaatse (in de opstand) gelden.<br />
De gevolgde werkwijze is als volgt: jaarlijks wordt in één van de 6 dunningsblokken een dunning<br />
uitgevoerd. Een medewerker van de gemeente markeert het bos in het dunningsblok dat<br />
aan de beurt is, dit is het zogenoemde blessen. Een belangrijke werkzaamheid van het eigen<br />
beheer. Het blessen wordt volgens de beheerrichtlijnen en prioriteitenlijstjes, model 2002 uitgevoerd.<br />
Het hout wordt hoofdzakelijk op stam verkocht aan een houthandel/aannemer. De houtkopende<br />
aannemer voert de dunning uit conform de Gedragscode Zorgvuldig Bosbeheer en de<br />
voorgeschreven werkwijze van duurzaam bosbeheer conform de FSC-richtlijnen. De aannemer<br />
verricht alle noodzakelijke handelingen voor het vellen en afvoeren van het gebleste hout. Ook<br />
het transport van het hout wordt door de aannemer verzorgt. De medewerker van de gemeente<br />
voert directie over het werk en zorgt ervoor dat de bosgebruiker wordt geïnformeerd omtrent<br />
de werkzaamheden.<br />
De prijs is sterk afhankelijk van ontwikkelingen in de mondiale houtmarkt. De ontwikkelingen<br />
van de houtmarkt worden extern bewaakt door de Bosgroep. Jaarlijks wordt de houtprijs op<br />
basis van indexering en actuele markt bepaald. Het hout wordt op stam onder een raamcontract<br />
verkocht, met dien verstande dat jaarlijks wordt beoordeeld of de prijsbieding voldoet<br />
aan de reële marktprijs.<br />
Een berekening op hoofdlijnen, uitgaande van ca. 1600 hectare “dunbaar” bos en een dunningscyclus<br />
van 6 jaar, laat het volgende zien:<br />
45