27.09.2013 Views

Risicoberekening en brandveiligheid

Risicoberekening en brandveiligheid

Risicoberekening en brandveiligheid

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Risicoberek<strong>en</strong>ing</strong> <strong>en</strong> <strong>brandveiligheid</strong>.<br />

Deze tekst is ook versch<strong>en</strong><strong>en</strong> in NVBB Magazine n°150 van April 2000<br />

<strong>Risicoberek<strong>en</strong>ing</strong> is e<strong>en</strong> goed middel om te bepal<strong>en</strong> hoeveel <strong>brandveiligheid</strong> er nodig is voor e<strong>en</strong> gebouw<br />

om het risico aanvaardbaar klein te mak<strong>en</strong>.<br />

Hoe beoordel<strong>en</strong> wij de brandrisico’s die ons bedreig<strong>en</strong>?<br />

E<strong>en</strong> (brand)risico is e<strong>en</strong> ongew<strong>en</strong>ste gebeurt<strong>en</strong>is met schadelijke gevolg<strong>en</strong>. Het is gek<strong>en</strong>merkt door de<br />

kans dat het voorval gebeurt <strong>en</strong> door de ernst van de mogelijke gevolg<strong>en</strong>.<br />

De kans of frequ<strong>en</strong>tie kan nog opgesplitst word<strong>en</strong> in twee factor<strong>en</strong>:<br />

• hoe dikwijls komt de ongew<strong>en</strong>ste gebeurt<strong>en</strong>is voor (bv. het ontstaan van brand in e<strong>en</strong> gebouw)<br />

• hoe lang is m<strong>en</strong> aan de werking ervan blootgesteld. (hoelang is m<strong>en</strong> in dat gebouw aanwezig<br />

terwijl het brandt)<br />

De ernst kan ook opgesplitst word<strong>en</strong> in twee factor<strong>en</strong>:<br />

• hoe zwaar zijn de gevolg<strong>en</strong> ( ongemakk<strong>en</strong>, kleine letsels, zware schade, dodelijke afloop)<br />

• hoeveel person<strong>en</strong> zijn er mogelijke slachtoffers ( e<strong>en</strong> persoon, e<strong>en</strong> groep, iedere<strong>en</strong>)<br />

M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tolerer<strong>en</strong> risico’s zelfs als ze er het lev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bij lat<strong>en</strong>. Voorwaarde is dat het risico<br />

voldo<strong>en</strong>de klein is, dwz dat de combinatie kans <strong>en</strong> ernst aanvaardbaar laag is, vandaar dat m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> risico<br />

vaak meet met e<strong>en</strong> getal dat e<strong>en</strong> product is van e<strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>tie- <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ernstcijfer. M<strong>en</strong> kan ook e<strong>en</strong><br />

risicoprofiel opstell<strong>en</strong> waar op de <strong>en</strong>e as de frequ<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> op de andere as de ernst aangeduid word<strong>en</strong>. Er<br />

bestaat ev<strong>en</strong>wel ge<strong>en</strong> vaste gr<strong>en</strong>s tuss<strong>en</strong> aanvaardbare <strong>en</strong> onaanvaardbare risico's.<br />

Soms is m<strong>en</strong> verplicht bepaalde risico’s te aanvaard<strong>en</strong> als m<strong>en</strong> de middel<strong>en</strong> niet heeft om er iets aan te<br />

do<strong>en</strong> of indi<strong>en</strong> het risico als inher<strong>en</strong>t aan het lev<strong>en</strong> wordt aanzi<strong>en</strong>. Zo accepteert m<strong>en</strong> in bepaalde land<strong>en</strong><br />

natuurramp<strong>en</strong> zoals aardbeving<strong>en</strong> <strong>en</strong> overstroming<strong>en</strong> omdat ze deel uitmak<strong>en</strong> van de lev<strong>en</strong>svoorwaard<strong>en</strong><br />

van die streek.<br />

Algeme<strong>en</strong> aanvaardt m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> risico beter als de kans van optred<strong>en</strong> laag is <strong>en</strong> minder n naarmate de<br />

gevolg<strong>en</strong> erger zijn, naarmate er meer person<strong>en</strong> terzelfdertijd aan het risico blootgesteld zijn <strong>en</strong> naarmate<br />

de blootstelling langer duurt. E<strong>en</strong> risico wordt ook minder aanvaard als de gevolg<strong>en</strong> direct voelbaar zijn.<br />

De aanvaardbare risicogr<strong>en</strong>s ligt hoger als de gevolg<strong>en</strong> omkeerbaar zijn, bv. als er <strong>en</strong>kel tijdelijke letsels<br />

zijn of als de schade kan hersteld word<strong>en</strong>. Ze is ook hoger naarmate m<strong>en</strong> meer voordeel ziet aan het<br />

nem<strong>en</strong> van het risico, <strong>en</strong> naarmate m<strong>en</strong> meer controle d<strong>en</strong>kt te hebb<strong>en</strong> over het voorkom<strong>en</strong> van de<br />

ongew<strong>en</strong>ste gebeurt<strong>en</strong>is.<br />

Hiermee kan m<strong>en</strong> perfect verklar<strong>en</strong> waarom heel wat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> er de voorkeur aan gev<strong>en</strong> om met hun eig<strong>en</strong><br />

wag<strong>en</strong> op reis te gaan, zelfs als blijkt dat vliegtuigreiz<strong>en</strong> veiliger <strong>en</strong> zelfs goedkoper zijn: Bij e<strong>en</strong> zwaar<br />

auto-ongeval telt m<strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> 5 dod<strong>en</strong>, bij e<strong>en</strong> vliegongeval zijn dat er dikwijls meer dan honderd;<br />

tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> autoreis heeft m<strong>en</strong> slechts af <strong>en</strong> toe e<strong>en</strong> gevoel van gevaar, tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> vliegreis zit m<strong>en</strong> de<br />

hele tijd (met schrik?) in de lucht. Met de auto moet m<strong>en</strong> niet overstapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> wacht<strong>en</strong> (= direct voordeel),<br />

<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het rijd<strong>en</strong> d<strong>en</strong>kt m<strong>en</strong> zelf het risico te kunn<strong>en</strong> controler<strong>en</strong>. Op die manier moet e<strong>en</strong> vliegreis<br />

veel veiliger zijn dan e<strong>en</strong> autoreis voor m<strong>en</strong> hetzelfde veiligheidsgevoel heeft.<br />

Is het gevaar onbek<strong>en</strong>d of verborg<strong>en</strong>, dan verlaagt de aanvaardingsgr<strong>en</strong>s. Zo zijn we meer beducht voor<br />

het brandrisico’s nachts dan overdag, hoewel de kans om brand te veroorzak<strong>en</strong> wellicht groter is als we<br />

met allerlei zak<strong>en</strong> bezig zijn, dan wanneer we rustig ligg<strong>en</strong> te slap<strong>en</strong>.


M<strong>en</strong> kan de frequ<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> de ernst van ongevall<strong>en</strong> in cijfers uitdrukk<strong>en</strong>, er bestaan heel wat studies met<br />

statistische gegev<strong>en</strong>s over alle soort<strong>en</strong> ongevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> over de risiconiveaus die maatschappelijk<br />

aanvaardbaar zijn. Deze b<strong>en</strong>adering aan de hand cijfers voor frequ<strong>en</strong>tie, blootstelling <strong>en</strong> ernstgraad is<br />

sinds lang gebruikelijk voor het beoordel<strong>en</strong> van chemische <strong>en</strong> nucleaire risico’s <strong>en</strong> ook vrij goed<br />

ingeburgerd bij het beoordel<strong>en</strong> van arbeidsongevall<strong>en</strong>, maar lijkt nog weinig toegepast wanneer m<strong>en</strong> wil<br />

gaan bepal<strong>en</strong> hoe brandveilig e<strong>en</strong> gebouw zou moet<strong>en</strong> zijn.<br />

Het bestaande veiligheidsniveau.<br />

Aangezi<strong>en</strong> er zich slechts weinig m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> over het risico van brand <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong><br />

maatschappelijke discussie aan de gang is over onaanvaardbare toestand<strong>en</strong> op dit vlak, mog<strong>en</strong> we<br />

aannem<strong>en</strong> dat de bestaande toestand beantwoordt aan de maatschappelijke verwachting<strong>en</strong>. We vind<strong>en</strong><br />

onze maatschappij globaal g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> brandveilig.<br />

Waar ligt dat veiligheidsniveau erg<strong>en</strong>s?<br />

Het algeme<strong>en</strong> aanvaarde basisniveau voor veiligheid situeert m<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van e<strong>en</strong> risico met<br />

perman<strong>en</strong>te blootstelling, m.a.w. als het gevaar <strong>en</strong> het slachtoffer altijd sam<strong>en</strong> aanwezig zijn. E<strong>en</strong><br />

dergelijk risico aanvaardt m<strong>en</strong> als de kans op e<strong>en</strong> ongeval met één dodelijk slachtoffer kleiner is dan 1 per<br />

miljo<strong>en</strong> person<strong>en</strong> per jaar of 1.10 -6 / persoon* jaar. M<strong>en</strong> kan dezelfde veilige toestand b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

hoog veiligheidsniveau of als e<strong>en</strong> laag risiconiveau.<br />

In e<strong>en</strong> aantal studies <strong>en</strong> methodes legt m<strong>en</strong> uit dat de risicoaanvaarding verlaagt met het kwadraat van het<br />

aantal mogelijke slachtoffers: voor 3 slachtoffers ligt de gr<strong>en</strong>s 10 keer lager, voor 10 dod<strong>en</strong> honderd keer<br />

lager <strong>en</strong> voor 100 zowat 10.000 keer minder. Dit is e<strong>en</strong> duidelijke uitleg voor de hoge eis<strong>en</strong> die m<strong>en</strong> aan<br />

luchtvaart <strong>en</strong> nucleaire industrie stelt, <strong>en</strong> het verklaart ook waarom we hogere eis<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> qua brand aan<br />

e<strong>en</strong> tor<strong>en</strong>gebouw dan aan e<strong>en</strong> laagbouw die m<strong>en</strong> gemakkelijker kan verlat<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> ongeval met<br />

ernstige maar niet-blijv<strong>en</strong>de schade ligt de aanvaardingsgr<strong>en</strong>s op 1 kans per 10.000 person<strong>en</strong> per jaar of<br />

100.10 -6 /persoon*jaar<br />

Als er e<strong>en</strong> direct zichtbaar voordeel verbond<strong>en</strong> is aan het nem<strong>en</strong> van het risico, verhoogt de<br />

aanvaardingsgr<strong>en</strong>s zeker met e<strong>en</strong> factor 10. Dit verklaart de bestaande tolerantie voor de risico’s van het<br />

autoverkeer, waar we toch 2000 dod<strong>en</strong> per jaar tell<strong>en</strong> ( = 200.10 -6 /persoon*jaar )<br />

Als m<strong>en</strong> niet perman<strong>en</strong>t aan het risico onderworp<strong>en</strong> is verhoogt de risicoaanvaarding ook. Dat is het geval<br />

voor het brandrisico in onze woning<strong>en</strong>. In de meeste Europese land<strong>en</strong> ligt het aantal dod<strong>en</strong> door brand op<br />

5 per miljo<strong>en</strong> inwoners per jaar. Dit wordt uitgedrukt als e<strong>en</strong> risicograad van 5 * 10 -6 dod<strong>en</strong> per inwoner<br />

per jaar. Dit ligt dus ongeveer 5 maal hoger dan het basisniveau, maar is toch 40x kleiner dan het<br />

verkeersrisico.<br />

Voor de materiële schade aan onze woning<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> brand kunn<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>ing mak<strong>en</strong>.<br />

Er zijn ongeveer 13.000 brand<strong>en</strong> per jaar in België, waarvan zowat 10.000 in woning<strong>en</strong>. Neem aan dat<br />

e<strong>en</strong> gemiddelde woning 160 m² groot is <strong>en</strong> 4 inwoners heeft, dan hebb<strong>en</strong> we in België zowat 400 miljo<strong>en</strong><br />

m² woonoppervlakte, waaruit m<strong>en</strong> kan afleid<strong>en</strong> dat de kans op e<strong>en</strong> woningbrand ongeveer 25. 10 -6 /<br />

jaar.m² is. Dit komt goed overe<strong>en</strong> met de cijfers van andere Europese land<strong>en</strong>. Uit deze cijfers kan m<strong>en</strong><br />

afleid<strong>en</strong> dat de kans dat iemand door e<strong>en</strong> brand in e<strong>en</strong> woning bedreigd wordt ongeveer 40 m² /persoon *<br />

25. 10 -6 per jaar.m² = 1 /1000 per persoon per jaar is. Met 5 dod<strong>en</strong> per miljo<strong>en</strong> inwoners betek<strong>en</strong>t dat ook<br />

dat m<strong>en</strong> in slechts 0.5 % der gevall<strong>en</strong> niet kan ontsnapp<strong>en</strong> of gered word<strong>en</strong>.


In Bern, Zwitserland, di<strong>en</strong>t de brandverzekering van woning<strong>en</strong> verplicht afgeslot<strong>en</strong> bij de kantonale<br />

verzekering, die nauw sam<strong>en</strong>werkt met de plaatselijke brandweer. Hierdoor beschikt m<strong>en</strong> daar over zeer<br />

preciese statistiek<strong>en</strong>. Slechts 40 % van de woningbrand<strong>en</strong> verg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>komst van de brandweer. In<br />

92 % van die gevall<strong>en</strong> kan de brand beperkt blijv<strong>en</strong> tot 1 plaats, in 8 % staat m<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> uitslaande<br />

brand, die dan nog in twee gevall<strong>en</strong> op drie gecontroleerd kan word<strong>en</strong>. We mog<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong> dat we In<br />

België vergelijkbare resultat<strong>en</strong> hal<strong>en</strong>. Door verm<strong>en</strong>igvuldiging van deze getall<strong>en</strong> verkrijgt m<strong>en</strong> dat de<br />

kans dat e<strong>en</strong> gemiddelde woning van 160 m² door brand volledig vernield wordt ongeveer 40 10 -6 /jaar is.<br />

Dit ligt op 40 % van wat aanvaard wordt voor e<strong>en</strong> risico met ernstige maar niet-blijv<strong>en</strong>de schade ( = 100.<br />

10 -6 ). Het ligt iets lager, omdat we directe schade van e<strong>en</strong> woningbrand ondervind<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus iets str<strong>en</strong>gere<br />

eis<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>.<br />

Sam<strong>en</strong>gevat kunn<strong>en</strong> we zegg<strong>en</strong> dat we vandaag de volg<strong>en</strong>de veiligheidsniveaus hanter<strong>en</strong> voor onze<br />

woning<strong>en</strong>:<br />

• de kans op één dode moet kleiner zijn dan 5.10 -6 / persoon.jaar<br />

• de kans op volledige vernieling moet kleiner zijn dan 40. 10 -6 /jaar<br />

We stell<strong>en</strong> vast dat we niet dezelfde veiligheidsverwachting<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voor de person<strong>en</strong> als voor de<br />

goeder<strong>en</strong>, wat logisch is omdat de impact van de schade niet dezelfde is.<br />

Afgeleide veiligheidsniveaus.<br />

Uit de voorgaande vaststelling<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal bijkom<strong>en</strong>de veiligheidsniveaus afleid<strong>en</strong> voor andere<br />

brandrisico’s dan de gewone woningbrand. Hierbij zal m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de red<strong>en</strong>ering volg<strong>en</strong> voor de<br />

veiligheid van de person<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de goeder<strong>en</strong>.<br />

M<strong>en</strong> kan zich voorstell<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> voor appartem<strong>en</strong>tsgebouw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoger veiligheidsniveau wil<br />

aanhoud<strong>en</strong> omdat daar meer person<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> brand betrokk<strong>en</strong> zijn, of voor schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> ziek<strong>en</strong>huiz<strong>en</strong> met<br />

minder mobiele gebruikers. M<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> veronderstell<strong>en</strong> dat er dan meerdere dod<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> bij<br />

e<strong>en</strong> brand, waardoor e<strong>en</strong> grotere veiligheidsgraad vereist wordt. Neemt m<strong>en</strong> bv. aan dat bij e<strong>en</strong> brand 10<br />

slachtoffers kunn<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>, dan is e<strong>en</strong> risiconiveau dat 100 x lager ligt aangewez<strong>en</strong>.<br />

Het risiconiveau zal ook lager moet<strong>en</strong> zijn voor gebouw<strong>en</strong> waar de gebruikers ge<strong>en</strong> vat hebb<strong>en</strong> op het<br />

risico, zoals in gebouw<strong>en</strong> die voor het publiek toegankelijk zijn. Anderzijds kan het risico hoger zijn in<br />

gebouw<strong>en</strong> waar het brandgevaar in grote mate gecontroleerd kan word<strong>en</strong> door de gebruikers zelf, zoals in<br />

bedrijv<strong>en</strong> of kantor<strong>en</strong>. Het risiconiveau voor de gebouw<strong>en</strong> die niet voor bewoning bestemd zijn, is<br />

rechtstreeks bepaald door de belang<strong>en</strong> van de gebruiker <strong>en</strong> zijn gebur<strong>en</strong>.<br />

De overheid moet er voor zorg<strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> derd<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adeeld word<strong>en</strong> door de brand in e<strong>en</strong> gebouw. Zij<br />

zal dus haar eis<strong>en</strong> zo moet<strong>en</strong> formuler<strong>en</strong> dat de brand niet overslaat naar de ev<strong>en</strong>tuele bur<strong>en</strong>, dat er ge<strong>en</strong><br />

slachtoffers vall<strong>en</strong> bij de gebruikers of bij brandweer, <strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> onomkeerbare milieuschade ontstaat<br />

door de brand.<br />

De overheid zal er in de eerste plaats over wak<strong>en</strong> dat de gebruikers het gebouw veilig kunn<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong>.<br />

Als er dan ge<strong>en</strong> bedreiging is voor de bur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>komst van de brandweer is vereist in het<br />

gebouw om de brand dwing<strong>en</strong>d onder controle te krijg<strong>en</strong>, kan zij in de praktijk aanvaard<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong><br />

gebouw volledig uitbrandt, <strong>en</strong> alle<strong>en</strong> eis<strong>en</strong> dat de frequ<strong>en</strong>tie van brand klein blijft.<br />

Bij e<strong>en</strong> beperkte bedreiging voor de bur<strong>en</strong>, bv. omdat er voldo<strong>en</strong>de afstand of brandmur<strong>en</strong> zijn tuss<strong>en</strong> de<br />

gebouw<strong>en</strong>, maar als de brandweer moet tuss<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> in het gebouw, bv. om e<strong>en</strong> evacuatie te controler<strong>en</strong>,<br />

kan de overheid eis<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> die de veiligheid van de brandweer waarborg<strong>en</strong>.<br />

Bij e<strong>en</strong> sterke bedreiging voor de bur<strong>en</strong>, bv. bij dichte bebouwing in e<strong>en</strong> stadskern, of als de brandweer<br />

langdurig in het gebouw moet kunn<strong>en</strong> verblijv<strong>en</strong>, bv. voor reddingsoperaties of om e<strong>en</strong> milieugevaarlijke<br />

brand te gaan bluss<strong>en</strong>, zal de overheid e<strong>en</strong> vergelijkbaar risiconiveau di<strong>en</strong><strong>en</strong> na te strev<strong>en</strong> als voor


woning<strong>en</strong>.<br />

De eig<strong>en</strong>aar / gebruiker kan zich aansluit<strong>en</strong> bij de vereist<strong>en</strong> die de overheid hanteert, of e<strong>en</strong> hoger niveau<br />

van veiligheid vooropstell<strong>en</strong> als het brandrisico voor hem minder aanvaardbaar is omdat hij zijn<br />

patrimonium <strong>en</strong>/of zijn activiteit<strong>en</strong> wil behoud<strong>en</strong>.<br />

M<strong>en</strong> kan zich voorstell<strong>en</strong> dat het formuler<strong>en</strong> van risiconiveaus als getall<strong>en</strong>, bepaald in functie van de kans<br />

op ongeval, de blootstellingsduur <strong>en</strong> de pot<strong>en</strong>tiële gevolg<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> belangrijke bijdrage kan betek<strong>en</strong><strong>en</strong> in de<br />

ontwikkeling van performantiële veiligheidsvoorschrift<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> probleem is ev<strong>en</strong>wel het feit dat de statistische informatie waarover we beschikk<strong>en</strong> niet alle gew<strong>en</strong>ste<br />

situaties dekt, <strong>en</strong> soms voor interpretatie vatbaar is. In sommige land<strong>en</strong> maakt m<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijke<br />

statistiek<strong>en</strong> voor woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> kantor<strong>en</strong>, in andere word<strong>en</strong> die gescheid<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> tell<strong>en</strong> de<br />

opslagplaats<strong>en</strong> bij de industrie, ander<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hierover aparte gegev<strong>en</strong>s. De gegev<strong>en</strong>s zijn ook<br />

afhankelijk van de verstrekker van de informatie: de brandweer telt eerder het aantal interv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> houdt<br />

het aantal slachtoffers bij. Verzekering<strong>en</strong> tell<strong>en</strong> dan weer de melding<strong>en</strong> van schade, waarbij de kleinere<br />

schades waarvoor niet betaald wordt buit<strong>en</strong> de statistiek<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>.<br />

Zo zou m<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bered<strong>en</strong>er<strong>en</strong> dat de kans op brand groter is in de industrie dan thuis, omdat er in de<br />

industrie meer brandlast aanwezig <strong>en</strong> meer <strong>en</strong>ergiebronn<strong>en</strong>. Toch stelt m<strong>en</strong> in alle land<strong>en</strong> vast dat het<br />

aantal oproep<strong>en</strong> per m² gebouw in de industrie lager ligt dan voor woning<strong>en</strong>. Aan de andere kant, zou<br />

m<strong>en</strong> zich aan weinig brand<strong>en</strong> verwacht<strong>en</strong> in opslagplaats<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s de beperkte aanwezigheid van<br />

ontstekingsbronn<strong>en</strong>, maar ligt het aantal melding<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> hoog als bij woning<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> zou dit kunn<strong>en</strong><br />

verklar<strong>en</strong> door aan te nem<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> in de industrie veel vlugger e<strong>en</strong> begin van brand zal bluss<strong>en</strong> zonder<br />

op de brandweer beroep te do<strong>en</strong>, terwijl m<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> opslagplaats veel vlugger de brandweer erbij haalt<br />

gezi<strong>en</strong> de mogelijke omvang van e<strong>en</strong> brand.<br />

Het is dus niet e<strong>en</strong>voudig om e<strong>en</strong> absoluut <strong>en</strong> objectief veiligheidsniveau vast te legg<strong>en</strong> op basis van<br />

statistiek<strong>en</strong>. Daarom is het aangerad<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> relatief veiligheidsniveau te bepal<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> opzichte van het<br />

veiligheidsniveau dat nu bestaat voor woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat maatschappelijk aanvaardbaar is.<br />

Het aanvaarde risiconiveau voor woning<strong>en</strong> gaat uit van e<strong>en</strong> bepaald brandsc<strong>en</strong>ario, dat overe<strong>en</strong>komt met<br />

e<strong>en</strong> brand in e<strong>en</strong> woning met e<strong>en</strong> niet-brandbare constructie in e<strong>en</strong> stedelijke zone:<br />

De kans dat e<strong>en</strong> brand ontstaat is klein. E<strong>en</strong> ontstane brand zal eerder traag uitbreid<strong>en</strong> in de beginfase, <strong>en</strong><br />

kan in e<strong>en</strong> vroeg stadium ontdekt <strong>en</strong> gemeld word<strong>en</strong> aan de brandweer. Die kan meestal tuss<strong>en</strong>kom<strong>en</strong><br />

voordat er flash-over is opgetred<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 90% der gevall<strong>en</strong> de schade beperk<strong>en</strong> tot de ruimte waar de<br />

brand is ontstaan. De gebruikers hebb<strong>en</strong> in 99.5 % van de gevall<strong>en</strong> het gebouw op eig<strong>en</strong> kracht kunn<strong>en</strong><br />

verlat<strong>en</strong> of zijn door de brandweer gered geword<strong>en</strong>.<br />

Dit sc<strong>en</strong>ario houdt ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing mogelijke bijkom<strong>en</strong>de bescherming die de controle over de brand<br />

vergemakkelijkt of met ongunstige omstandighed<strong>en</strong> die het brandrisico vergrot<strong>en</strong> of die de tuss<strong>en</strong>komst<br />

van de brandweer bemoeilijk<strong>en</strong>.<br />

We kunn<strong>en</strong> de gew<strong>en</strong>ste graad van veiligheid in andere omstandighed<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van dit<br />

aanvaarde niveau, door correctiefactor<strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong> die rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong> met:<br />

• de onderlinge verhouding van frequ<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> ernst<br />

• de subjectieve appreciatie van de risico’s zoals eerder werd aangeduid<br />

• de graad van bescherming die beschikbaar is


De "Machinerichtlijn" als inspiratiebron<br />

Om te kunn<strong>en</strong> garander<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> risico aanvaardbaar laag is, moet m<strong>en</strong> nagaan hoe betrouwbaar de<br />

bescherming is. Deze red<strong>en</strong>ering werd sterk uitgewerkt onder impuls van de Europese Richtlijn 89-392,<br />

de "Machinerichtlijn", <strong>en</strong> van de Euronorm<strong>en</strong> EN1050 <strong>en</strong> EN 954-1 die bepal<strong>en</strong> hoe de beveiliging van<br />

e<strong>en</strong> machine moet ontworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Omdat m<strong>en</strong> deze b<strong>en</strong>adering ook kan toepass<strong>en</strong> op<br />

brandbeveiliging, loont het de moeite om ze nader te bekijk<strong>en</strong>.<br />

In de norm EN 954-1 legt m<strong>en</strong> vijf niveaus van bescherming vast ( B, 1, 2, 3, 4), t<strong>en</strong> opzichte van 5<br />

risicoklass<strong>en</strong>, die bepaald volg<strong>en</strong>s 3 k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het niet afgeschermde risico:<br />

S: De ernst van het mogelijke letsel:<br />

• S1: e<strong>en</strong> omkeerbaar letsel ( te g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>)<br />

• S2 : e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>d letsel of de dood<br />

F: frequ<strong>en</strong>tie van gevaar <strong>en</strong> blootstelling<br />

• F1 : weinig frequ<strong>en</strong>t <strong>en</strong>/of van korte duur<br />

• F2 : veelvuldig of continu <strong>en</strong>/of lange duur<br />

P: mogelijkheid tot ontwijk<strong>en</strong><br />

• P1 : het mogelijke slachtoffer kan het risico tijdig id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> <strong>en</strong> het ontwijk<strong>en</strong><br />

• P2 : ge<strong>en</strong> mogelijk om het risico tijdig te ontwijk<strong>en</strong>.<br />

Deze criteria gev<strong>en</strong> 5 risico-klass<strong>en</strong>:<br />

Klasse I : S1<br />

Klasse II : S2 + F1 + P1<br />

Klasse III : S2 + F1 + P2<br />

Klasse IV : S2 + F2 + P1<br />

Klasse V: S2 + F2 + P2<br />

Teg<strong>en</strong>over deze risico-indeling staat e<strong>en</strong> indeling van de bescherming:<br />

De beschermingscategorie B(asis) betek<strong>en</strong>t dat de installatie is gebouwd volg<strong>en</strong>s de regels van de<br />

techniek met degelijke material<strong>en</strong>. Bij fal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> of meerdere elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> risico<br />

optred<strong>en</strong>. Dit is het absolute minimum dat <strong>en</strong>kel getolereerd word<strong>en</strong> voor risicoklasse I<br />

De beschermingscategorie 1 betek<strong>en</strong>t dat de installatie is gebouwd volg<strong>en</strong>s de regels van de<br />

techniek met degelijke material<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die moet<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> tot de veiligheid<br />

betrouwbaar zijn, door test<strong>en</strong>, overdim<strong>en</strong>sionering of ontdubbeling. Deze beschermingsgraad is<br />

aanvaardbaar voor klass<strong>en</strong> I <strong>en</strong> II.<br />

De beschermingscategorie 2 betek<strong>en</strong>t dat de installatie voldoet aan categorie 1 <strong>en</strong> dat bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

de goede werking van de veiligheidsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> regelmatig wordt gecontroleerd. Deze<br />

beschermingsgraad is aanvaardbaar voor klass<strong>en</strong> II <strong>en</strong> III<br />

De beschermingscategorie 3 betek<strong>en</strong>t dat de installatie voldoet aan categorie 2, dat e<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>kelvoudig gebrek van de veiligheidsfunctie niet leidt tot het buit<strong>en</strong>werking stell<strong>en</strong> van de<br />

veiligheidsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> snel kan wordt gedetecteerd. Deze beschermingsgraad is<br />

aanvaardbaar voor klass<strong>en</strong> III <strong>en</strong> IV.<br />

De beschermingscategorie 4 betek<strong>en</strong>t dat de installatie voldoet aan categorie 3, dat e<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>kelvoudig gebrek wordt dadelijk gemeld <strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> meervoudig gebrek leidt niet tot het


uit<strong>en</strong>werking stell<strong>en</strong> van de veiligheidsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>: dit impliceert in feite dat m<strong>en</strong> over<br />

alternatieve beveiliging<strong>en</strong> beschikt. Deze beschermingsgraad is vereist voor klasse V.<br />

Op de achtergrond vindt m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal axioma’s <strong>en</strong> principes:<br />

• het optred<strong>en</strong> van het gevaar gebeurt met e<strong>en</strong> min of meer constante frequ<strong>en</strong>tie. De meeste<br />

machines word<strong>en</strong> ontworp<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> bepaalde lev<strong>en</strong>sduur <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dus e<strong>en</strong> ingebouwde<br />

faalkans.<br />

• de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> systeem maakt m<strong>en</strong> betrouwbaarder door test<strong>en</strong>, overdim<strong>en</strong>sionering of e<strong>en</strong><br />

fail-safe ontwerp.<br />

• m<strong>en</strong> maakt e<strong>en</strong> onderscheid tuss<strong>en</strong> de situatie waarbij het slachtoffer aan het risico kan ontsnapp<strong>en</strong><br />

of niet. E<strong>en</strong> tijdige waarschuwing is hierbij ess<strong>en</strong>tieel.<br />

• hoe betrouwbaarder de bescherming, hoe kleiner de kans dat e<strong>en</strong> ongeval echt zal optred<strong>en</strong>.<br />

• Bescherming<strong>en</strong> (veiligheidssystem<strong>en</strong>) word<strong>en</strong> betrouwbaar gemaakt door controles, zelfbewaking,<br />

<strong>en</strong> redundancy, (ontdubbeling)<br />

Het is nuttig om hierbij op te merk<strong>en</strong> dat bescherming slechts in de tweede plaats komt, na prev<strong>en</strong>tie. Er<br />

bestaat e<strong>en</strong> prioritaire plicht om risico’s te voorkom<strong>en</strong>, te bestrijd<strong>en</strong> bij de bron, <strong>en</strong> om waar mogelijk<br />

gevaarlijke situaties te vervang<strong>en</strong> door niet- of minder gevaarlijke. De toepassing van het algem<strong>en</strong>e<br />

prev<strong>en</strong>tieprincipe zal in de praktijk betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> de overblijv<strong>en</strong>de risico’s in lagere klass<strong>en</strong> kan<br />

indel<strong>en</strong>, waarvoor dan ook minder bescherming vereist is.<br />

M<strong>en</strong> kan deze risico-indeling vergelijk<strong>en</strong> met de hierbov<strong>en</strong> vermelde aanvaardingsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> <strong>en</strong> vaststell<strong>en</strong><br />

dat m<strong>en</strong> de tolerantiegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> kan koppel<strong>en</strong> aan de risicoklass<strong>en</strong>: Klasse I komt vrij goed overe<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

risico met kans op ernstige niet-blijv<strong>en</strong>de schade, klasse III met e<strong>en</strong> dodelijk ongeval. Deze<br />

tolerantiegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in feite overe<strong>en</strong> met de toegelat<strong>en</strong> faalkans van de aanbevol<strong>en</strong> bescherming. Met<br />

andere woord<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> beveiliging van categorie 2 zou e<strong>en</strong> faalkans van hoogst<strong>en</strong>s 1.10-6 mog<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.


tolerantie<br />

gr<strong>en</strong>s<br />

klasse/<br />

categorie<br />

BASISBESCHERMING categorie 1 categorie 2 categorie 3 categorie<br />

4<br />


Wanneer twee of meerdere elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> één veiligheidsketting vorm<strong>en</strong>, is de faalkans van de ketting<br />

die van het minst betrouwbare elem<strong>en</strong>t. Is de werking van de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> echter onafhankelijk van elkaar<br />

gegarandeerd, dan is de faalkans van het geheel het product van de individuele faalkanscijfers.<br />

Wanneer m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t overdim<strong>en</strong>sioneert, gebruikt m<strong>en</strong> bij de berek<strong>en</strong>ing niet de verwachte<br />

belasting, maar past m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> veiligheidsfactor toe. Die factor houdt rek<strong>en</strong>ing met het feit dat de<br />

werkelijke belasting in zekere mate kan afwijk<strong>en</strong> van de verwachte belasting. M<strong>en</strong> kan dan op basis van<br />

de statische verdeling van de afwijk<strong>en</strong>de last<strong>en</strong> gaan berek<strong>en</strong><strong>en</strong> welke faalkans er bestaat. Als de<br />

belastingverdeling beantwoordt aan e<strong>en</strong> normale distributie ( statistische Wet van Gauss) kan m<strong>en</strong><br />

berek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> faalkans van 1.10-6 /jaar overe<strong>en</strong>stemt met e<strong>en</strong> veiligheidsfactor = 1.35.<br />

Naast de normale distributie bestaan er nog andere types ( lognormaal, Gumbel). Statistisch kan m<strong>en</strong> voor<br />

elk distributiemodel gaan berek<strong>en</strong><strong>en</strong> welke veiligheidsfactor nodig is om e<strong>en</strong> bepaalde maximale faalkans<br />

te verkrijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op die manier wet<strong>en</strong>schappelijk gaan bepal<strong>en</strong> welke graad van overdim<strong>en</strong>sionering m<strong>en</strong><br />

nodig heeft.<br />

Of het nu gaat over het aantal ker<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> fout in e<strong>en</strong> systeem optreedt, of over het fal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

veiligheidssysteem, de bekom<strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> zijn meestal kleine getall<strong>en</strong>, in de grootteorde van 10-3 tot<br />

10-9. Het is daarom vaak handiger <strong>en</strong> begrijpelijker om de negatieve logaritme van de faalkans als maat<br />

te gebruik<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t dat in één geval op ti<strong>en</strong> kan fal<strong>en</strong>, heeft dan e<strong>en</strong> veiligheidswaarde=1, e<strong>en</strong><br />

elem<strong>en</strong>t dat slechts in één geval op 100000 faalt is dan e<strong>en</strong> factor 5 veiliger.<br />

Toepassing op het brandrisico.<br />

De principes <strong>en</strong> de b<strong>en</strong>adering die in de norm<strong>en</strong> voor machineveiligheid vastgelegd zijn, word<strong>en</strong> in de<br />

praktijk van de <strong>brandveiligheid</strong> ook toegepast, zij het dat de b<strong>en</strong>adering niet zo systematisch is als<br />

hierbov<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> kan bijvoorbeeld de brandrisico’s in vergelijkbare klass<strong>en</strong> indel<strong>en</strong>.


Hierbij is de klasse S1 <strong>en</strong>kel van toepassing in ruimtes waar weinig m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verblijv<strong>en</strong> zoals<br />

opslagplaats<strong>en</strong> of technische ruimtes, omdat brand in feite altijd lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>d is. M<strong>en</strong> zou ook e<strong>en</strong><br />

categorie S3 moet<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> voor "meerdere slachtoffers", maar kan m<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat de categorie F2<br />

( frequ<strong>en</strong>t voorkom<strong>en</strong> van het gevaar of lange duur van blootstelling) eerder onwaarschijnlijk is. M<strong>en</strong> zou<br />

de volg<strong>en</strong>de indeling kunn<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> voor het risico voor de person<strong>en</strong>:<br />

Klasse I : S1 : zeer kleine kans op slachtoffers<br />

Klasse II : S2 (+ F1) + P1 : kans op één dode, maar afw<strong>en</strong>dbaar<br />

Klasse III : S2 (+ F1) + P2 : kans op één dode, maar niet afw<strong>en</strong>dbaar<br />

Klasse IV : S3 (+ F1) + P1 : kans op meerdere dod<strong>en</strong>, maar afw<strong>en</strong>dbaar<br />

Klasse V : S3 (+ F1) + P2 : kans op meerdere dod<strong>en</strong>, maar niet afw<strong>en</strong>dbaar<br />

Past m<strong>en</strong> dezelfde classificatieprincipes toe op het gebouw zelf, dan kan m<strong>en</strong> S1 definiër<strong>en</strong> als<br />

"herstelbare schade" <strong>en</strong> S2 als "totale schade " <strong>en</strong> S3 als "brandoverslag naar naburige gebouw<strong>en</strong>". De<br />

indeling P1 / P2 is weinig relevant voor het gebouw zelf, omdat het niet kan "ontsnapp<strong>en</strong>" aan e<strong>en</strong> brand.<br />

Gemakshalve gaan we ervan uit dat brandoverslag naar andere gebouw<strong>en</strong> pas mogelijk wordt als er al<br />

grote schade is aan het gebouw zelf, zoals het bezwijk<strong>en</strong> van dak<strong>en</strong> of mur<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> klasse II (S1+) is hier<br />

bijgevoegd omdat de overgang tuss<strong>en</strong> beperkte <strong>en</strong> totale schade geleidelijker te mak<strong>en</strong>. Dit zou dan de<br />

volg<strong>en</strong>de indeling gev<strong>en</strong> voor het risico voor het gebouw zelf:<br />

Klasse I : S1 : beperkte herstelbare schade in het gebouw<br />

Klasse II: S1+ : vrij zware schade binn<strong>en</strong> het gebouw<br />

Klasse III : S2 (+ F1 + P2) : totale schade aan het gebouw, ge<strong>en</strong> buurtschade mogelijk<br />

Klasse IV : S3 (+ F1 + P1): totale schade aan het gebouw, buurtschade mogelijk<br />

Klasse V : S3 (+ F1 + P2): totale schade aan het gebouw, buurtschade waarschijnlijk<br />

Dezelfde red<strong>en</strong>ering kan m<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> om te bepal<strong>en</strong> wat het risico is voor de brandweer bij zijn<br />

tuss<strong>en</strong>komst. Afhankelijk van de noodzaak om al dan niet voor langere tijd binn<strong>en</strong> het gebouw de brand<br />

te gaan bestrijd<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> gaan bepal<strong>en</strong> welke graad van veiligheid di<strong>en</strong>t gehaald te word<strong>en</strong>.


Klasse I: S1: ge<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tie in het gebouw vereist.<br />

Klasse II: S2 + F1 + P1 : korte interv<strong>en</strong>tie in gunstige omstandighed<strong>en</strong><br />

Klasse III: S2 + F1 + P2 : langdurige interv<strong>en</strong>tie in gunstige omstandighed<strong>en</strong><br />

Klasse IV: S2 + F2 + P1 : korte interv<strong>en</strong>tie in ongunstige omstandighed<strong>en</strong><br />

Klasse V: S2 + F2 + P2 : langdurige interv<strong>en</strong>tie in ongunstige omstandighed<strong>en</strong><br />

Wat brandbescherming betreft, moet<strong>en</strong> we vaststell<strong>en</strong> dat er nog weinig is nagedacht over e<strong>en</strong> dergelijke<br />

systematische b<strong>en</strong>adering, <strong>en</strong> dat de verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> om de betrouwbaarheid van de bescherming<br />

te verhog<strong>en</strong> eerder disparaat word<strong>en</strong> gebruikt.<br />

Het brandwer<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van bouwelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is onder te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> bij de overdim<strong>en</strong>sionering, de eis<strong>en</strong><br />

gesteld aan evacuatieweg<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> vaak neer op ontdubbeling. Brandverspreiding wordt beperkt door<br />

material<strong>en</strong> voor te schrijv<strong>en</strong> die aan bepaalde test<strong>en</strong> beantwoord<strong>en</strong>. Detectiesystem<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

betrouwbaar gemaakt door zelfbewaking. Sprinklerinstallaties gaat m<strong>en</strong> regelmatig inspecter<strong>en</strong>,<br />

watervoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontdubbeld om ze betrouwbaar te mak<strong>en</strong>. De organisatie van de brandweer<br />

komt neer op e<strong>en</strong> combinatie van test<strong>en</strong> (door oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>), ontdubbeling ( door spreiding van de post<strong>en</strong>)<br />

of redundancy ( civiele bescherming).<br />

Als m<strong>en</strong> het bestaande veiligheidsniveau voor woning<strong>en</strong> gaat vergelijk<strong>en</strong> met de b<strong>en</strong>adering voor<br />

machineveiligheid kan m<strong>en</strong> de "standaard" woningbrand cataloger<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> klasse II risico voor de<br />

bewoners <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klasse I risico voor het gebouw. De bescherming door de brandweer is e<strong>en</strong> categorie 1<br />

bescherming. E<strong>en</strong> brand in e<strong>en</strong> hotel in e<strong>en</strong> tor<strong>en</strong>gebouw zou m<strong>en</strong> dan als e<strong>en</strong> klasse V risico kunn<strong>en</strong><br />

beschouw<strong>en</strong>, waarvoor e<strong>en</strong> bescherming van categorie 4 nodig is.<br />

Deze b<strong>en</strong>adering van het brandrisico kan zeker verhelder<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> help<strong>en</strong> om verantwoorde <strong>en</strong><br />

verstaanbare prev<strong>en</strong>tievoorschrift<strong>en</strong> uit te werk<strong>en</strong>. In de brandbeveiliging vertrouwt m<strong>en</strong> vrij sterk op<br />

test<strong>en</strong> <strong>en</strong> overdim<strong>en</strong>sionering, terwijl uit de machineveiligheid blijkt dat m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hogere graad van<br />

betrouwbaarheid slechts kan bereik<strong>en</strong> door controle, zelfbewaking of ontdubbeling.


Voor de overheid kan deze b<strong>en</strong>adering zeer nuttig zijn om de gelijkwaardig van veiligheidsniveaus te<br />

gaan beoordel<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> kan zegg<strong>en</strong> dat de diagonaal in de tabel, die in feite overe<strong>en</strong>stemt met de vereist<strong>en</strong><br />

van prEN 954-1, gelijkwaardige veiligheidsniveaus geeft met wat nu bestaat voor woning<strong>en</strong>, die zich in<br />

het de risicoklasse II met bescherming categorie 1 bevind<strong>en</strong>.<br />

Als het risico voor de person<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> hogere klasse ligt dan voor de goeder<strong>en</strong>, wat meestal het geval is in<br />

gebouw<strong>en</strong> waar veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aanwezig zijn, zal er ge<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>spraak zijn tuss<strong>en</strong> de eis<strong>en</strong> van de overheid<br />

<strong>en</strong> die van de bouwheer. Het wordt wel moeilijker indi<strong>en</strong> het risico verschill<strong>en</strong>d is voor gebruikers,<br />

patrimonium, brandweer <strong>en</strong> bur<strong>en</strong>. In dat geval kan e<strong>en</strong> correcte aanduiding van de risicoklass<strong>en</strong> help<strong>en</strong><br />

om de juiste beschermingsgraad te kiez<strong>en</strong>.<br />

<strong>Risicoberek<strong>en</strong>ing</strong> met de FRAME-methode<br />

De indeling in 5 klass<strong>en</strong> <strong>en</strong> 5 categorieën is slechts e<strong>en</strong> hulpmiddel, in de praktijk stelt m<strong>en</strong> heel wat<br />

gradaties in brandschade vast, waar e<strong>en</strong> skala van beschermingsmogelijkhed<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over staat. Er spel<strong>en</strong><br />

zoveel invloedsfactor<strong>en</strong> mee <strong>en</strong> de prestaties <strong>en</strong> betrouwbaarheid van de beveiligingstechniek<strong>en</strong> zijn zo<br />

verscheid<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> graduele b<strong>en</strong>adering van risico <strong>en</strong> beschermingsgraad in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong><br />

w<strong>en</strong>selijk is. Het is precies die graduele b<strong>en</strong>adering die de FRAME methode zo aantrekkelijk maakt om<br />

brandrisico’s te evaluer<strong>en</strong>.<br />

Hoewel de methode ontwikkeld werd in e<strong>en</strong> periode waar er nog ge<strong>en</strong> sprake was van faalkans<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

beveiligingscategorieën, doorstaat de methode goed de vergelijking met deze b<strong>en</strong>adering. FRAME is<br />

opgebouwd op basis van e<strong>en</strong> logaritmische schaal, <strong>en</strong> het relatieve gewicht dat aan de invloedsfactor<strong>en</strong> is<br />

gegev<strong>en</strong> sluit behoorlijk aan bij tolerantie- <strong>en</strong> faalkanscijfers.<br />

E<strong>en</strong> hoogbouw van meer dan 50 meter hoog krijgt in FRAME e<strong>en</strong> risicofactor x2 tov van e<strong>en</strong> laagbouw<br />

wat overe<strong>en</strong> komt met e<strong>en</strong> tolerantiegr<strong>en</strong>s die 100 x lager ligt. Dit betek<strong>en</strong>t dat als m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> laagbouw in<br />

risicoklasse II indeelt, dat de hoogbouw dan risicoklasse IV zou zijn.<br />

De veiligheidsgraad berek<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> basisbescherming bestaande uit e<strong>en</strong> manueel alarm systeem, e<strong>en</strong><br />

interv<strong>en</strong>tie door e<strong>en</strong> beroepskorps binn<strong>en</strong> de 10 minut<strong>en</strong> na de melding, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> adequate<br />

watervoorzi<strong>en</strong>ing, is D=2, wat zou overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> faalkans van 1/100. Dit komt vrij overe<strong>en</strong> met<br />

de statistische waarneming over het aantal woningbrand<strong>en</strong> die de brandweer niet onder controle kan<br />

krijg<strong>en</strong>.<br />

Voor de afwezigheid van e<strong>en</strong> watervoorzi<strong>en</strong>ing wordt de watervoorzi<strong>en</strong>ingfactor W = 0.32 wat<br />

overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> faalkans van 48 %. M.a.w. als er ge<strong>en</strong> waterreserve is om te bluss<strong>en</strong>, is de kans dat<br />

m<strong>en</strong> met de meegebrachte middel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> brand onder controle krijgt slechts 1 op 2.<br />

Voor e<strong>en</strong> aantal elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is de inschatting van de bekom<strong>en</strong> veiligheidsgraad niet e<strong>en</strong>voudig. Er zijn mij<br />

ge<strong>en</strong> statistische of andere gegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d die vermeld<strong>en</strong> hoeveel veiliger e<strong>en</strong> structuur met<br />

brandweerstand Rf60min is tov van e<strong>en</strong> structuur met Rf30min. Deze vorm van overdim<strong>en</strong>sionering komt<br />

nochtans vrij veel voor in reglem<strong>en</strong>taire voorschrift<strong>en</strong>. Met het inzicht dat gegroeid is uit de b<strong>en</strong>adering<br />

van de machineveiligheid kan m<strong>en</strong> zich afvrag<strong>en</strong> of dit altijd de juiste of de beste keuze is, <strong>en</strong> of we niet<br />

eerder de beste beveiliging bekom<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> gebalanceerd m<strong>en</strong>u met meerdere soort<strong>en</strong> bescherming.<br />

Met deze blik over de (brand)muur in de richting van de machineveiligheid hoop ik te kunn<strong>en</strong> aanduid<strong>en</strong><br />

hoe risicoberek<strong>en</strong>ing gebruikt kan word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> aanvaarbaar niveau van <strong>brandveiligheid</strong> te bepal<strong>en</strong>.<br />

Erik De Smet.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!