Sociaal‐artistiek werk, 'A state of mind'? - Demos
Sociaal‐artistiek werk, 'A state of mind'? - Demos
Sociaal‐artistiek werk, 'A state of mind'? - Demos
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<br />
<br />
<strong>Sociaal‐artistiek</strong> <strong>werk</strong>, ‘A <strong>state</strong> <strong>of</strong> mind’? <br />
Jana Keremans<br />
Dit artikel verscheen eerder in<br />
Sociaal Welzijnsmagazine nr04, april 2010 <br />
Sinds voormalig minister van Cultuur, Jeugd en Sport Bert Anciaux het<br />
participatiedebat weer op de agenda zette, en termen als ‘deelhebben’ en<br />
‘deelmaken’ in de mond nam wanneer het ging over de (cultuur)participatie<br />
van kansengroepen, kan je niet meer om het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> heen.<br />
Hoewel de evolutie van die praktijk al veel eerder werd ingezet, medio jaren<br />
’90 en los van een expliciet cultuurparticipatiegedachtegoed, is de praktijk<br />
‘hotter’ dan ooit. Te pas en te onpas wordt met de term ‘sociaal-artistiek<br />
project’ gegoocheld, en ondertussen vervagen de grenzen tussen sociaalartistiek<br />
<strong>werk</strong> en kunsteducatie, gemeenschapsvormende projecten,<br />
participatieprojecten, toeleidingsprocessen, creatieve ateliers etc.<br />
Waarom wil iedereen ‘sociaal-artistiek’ zijn? Komt dat door het expliciteren<br />
van het ‘artistieke’, verheven boven creativiteit en bezigheidstherapie? En<br />
waarom is er iets mis met die laatste twee?<br />
Misschien moeten we even op zoek naar wat het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> ‘in se’<br />
inhoudt.<br />
Is het een sector? Sinds de erkenning van het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> binnen<br />
het Kunstendecreet in 2006 heeft zich een sector gevormd. De decretale<br />
erkenning zorgde voor een stijging van de middelen en een inzet op zowel<br />
projectmatige als structurele ondersteuning. Tot dan toe waren sociaalartistieke<br />
<strong>werk</strong>ingen die het projectmatige wilden overstijgen, aangewezen<br />
op een combinatie van projectmiddelen en lokale fondsenwerving, <strong>of</strong> de<br />
experimentele regelgeving voor sociaal-artistieke projecten van de Vlaamse<br />
Overheid. Eenmaal de beleidscategorie binnen het Kunstendecreet een feit,<br />
ontstonden grotere sociaal-artistiek <strong>werk</strong>ingen die structureel erkend werden<br />
en zo meerjarig werden gesubsidieerd 1 . Deze organisaties groeiden binnen<br />
enkele jaren uit tot de referenties inzake sociaal-artistiek <strong>werk</strong>.<br />
Is het een methodiek? De sociaal-artistieke manier van <strong>werk</strong>en vindt met<br />
zwier ingang in andere sectoren dan Cultuur; binnen Welzijn, Justitie 2 ,<br />
Onderwijs, Jeug<strong>werk</strong>, … Immers, wanneer je mensen benadert met een<br />
kunstproject, <strong>of</strong> vanuit je kunstenaarschap, <strong>of</strong> als ‘sociaal-artistiek <strong>werk</strong>er’,<br />
dan benader je hen niet vanuit een mandaat van hulpverlener.<br />
<br />
1 Aanvankelijk, bij een eerste meerjarige erkenning, waren dit: Victoria Deluxe, Sering, Unie<br />
der Zorgelozen, de Figuranten, ‘bij De Vieze Gasten. Allen worden – naast anderen-<br />
momenteel nog structureel gesubsidieerd tot en met 2012. <br />
2 Met als recent mediatiek voorbeeld het theaterproject in de hulpgevangenis van Leuven, in<br />
het programma Leuven Hulp op Eén.
De sociaal-artistieke methodiek leent zich bovendien uitermate goed om te<br />
<strong>werk</strong>en aan sociale cohesie in een wijk <strong>of</strong> buurt. In Nederland zet men vooral<br />
in op die benadering van sociaal-artistiek <strong>werk</strong>. Daar spreekt men dan ook<br />
van ‘community arts’. In dergelijke benadering schuilt wel eens de valkuil dat<br />
methodieken en kunstenaars gerecupereerd worden om snel aan de<br />
gemeenschapsvormende eis van het lokaal cultuurbeleid te voldoen, <strong>of</strong> om<br />
hen in te schakelen binnen een citymarketing-gedachtegoed.<br />
Op die manier wordt voorbijgegaan aan de relevantie van het sociaalartistiek<br />
<strong>werk</strong>, namelijk de waarde van het proces voor de mensen die eraan<br />
deelnemen.<br />
Is het een beleidscategorie? Een beleid recupereert hetgeen bewezen<br />
heeft te <strong>werk</strong>en. In die zin is het antwoord op de vraag ‘ja’. In het jaar 2000<br />
besloot toenmalig minister van Cultuur Bert Anciaux om het ‘sociaal-artistiek<br />
<strong>werk</strong>’ – de eerste keer dat de praktijk zo werd genoemd - te gaan<br />
ondersteunen vanuit cultuur. Hij werd hiertoe aangezet door het enorme<br />
succes van de Art.23 projecten 3 sinds medio jaren ’90. Dit waren projecten<br />
die expliciet maatschappelijke doelstellingen koppelden aan actieve artistieke<br />
creatie van mensen uit kansengroepen (zie infra). Tegelijkertijd zien we in de<br />
jaren ’90 een parallel in de kunstpraktijk: meer hang naar maatschappelijke<br />
kunst, weg van kunst om de kunst. Deze ontwikkelingen – de verknoping van<br />
een maatschappelijke problematiek van uitsluiting met het veld van kunst en<br />
cultuur én de uitdaging van een nieuw artistiek paradigma – hebben een<br />
praktijk doen ontstaan “die beide ontwikkelingen ter harte nam en in elkaar<br />
verweeft en zich daardoor onderscheidt van de artistieke praktijk as we know<br />
it en het sociaal-cultureel <strong>werk</strong> as we know it ” 4 . Als <strong>werk</strong>vorm past het<br />
sociaal-artistieke natuurlijk ook helemaal binnen het plaatje van de aandacht<br />
voor cultuurparticipatie van de voormalige minister van Cultuur.<br />
Na een experimentele regelgeving en een overgangsfase werd in 2006 het<br />
sociaal-artistiek <strong>werk</strong> als categorie opgenomen binnen het Kunstendecreet,<br />
onder de ho<strong>of</strong>de ‘toeleiding en omkadering’. Ook de kunsteducatieve<br />
organisaties vielen die eer te beurt.<br />
Is het een ‘<strong>state</strong> <strong>of</strong> mind’? Daar valt veel voor te zeggen. Het sociaalartistiek<br />
<strong>werk</strong>veld herbergt een enorme diversiteit. Je kan zelfs met moeite<br />
spreken over ‘het’ <strong>werk</strong>veld. Maar, met welke doelgroep men ook <strong>werk</strong>t,<br />
<br />
3 Projectoproep van de Koning Boudewijnstichting en Kunst en Democratie richting projecten<br />
die sociale doelstellingen als armoedebestrijding verbonden met kunstzinnige creatie, n.a.v.<br />
het Algemeen Verslag van de Armoede (1994). In dat verslag– opgesteld in dialoog met<br />
mensen in armoede en gebaseerd op hun ervaringen - wordt artikel 23 uit de grondwet zwaar<br />
uitgelicht: het recht op culturele en maatschappelijke ontplooiing is minstens even belangrijk<br />
als andere grondrechten. Culturele uitsluiting wordt ervaren als een even groot, zoniet groter<br />
probleem, dan uitsluiting uit andere levenssferen (arbeid, zorg, onderwijs, etc.)<br />
4 cit. Joon Bilcke. Daar en dan. Gedachten over sociaal-artistiek <strong>werk</strong> en het kunstencentrum.<br />
S(O)AP. Spanningsvelden in de sociaal-artistieke praktijk. Kerremans, J (red.). Dēmos vzw.<br />
Brussel, 2009.
welke kunstdiscipline men ook hanteert, praktijk<strong>werk</strong>ers uit het sociaalartistieke<br />
<strong>werk</strong> onderschrijven allen dezelfde participatiegedachte. Elk mens<br />
is drager van cultuur en moet de kans krijgen om die cultuur te uiten. Het<br />
sociaal-artistieke leent zich daarom als methodiek perfect tot projecten die<br />
de actieve cultuurparticipatie van mensen uit kansengroepen beogen, vanuit<br />
de idee van ‘deelhebben’ en ‘deelmaken’. Een participant wordt mede-auteur<br />
en mede-eigenaar van een project, van een product en van het afgelegde<br />
artistieke parcours.<br />
Sociaal én artistiek: twee evenwaardige polen<br />
In een sociaal-artistiek project <strong>werk</strong>en mensen uit kansengroepen aan een<br />
artistiek product en doorlopen daarbij een sociaal en artistiek proces,<br />
begeleid door een kunstenaar en vaak ook een sociaal begeleider. In het<br />
project zijn zowel product als proces van belang. Het gaat hier niet om het<br />
louter toeleiden naar en initiëren in kunst en cultuur, de bedoeling is dat een<br />
deelnemers het hele proces mee vorm geven, hun leefwereld verbeelden en<br />
er verantwoordelijkheid voor dragen. Hier komt onmiddellijk de<br />
emancipatorische kracht van de praktijk bovendrijven, die deelnemers medeauteurs<br />
maakt van hun project. Het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> gaat procesmatig<br />
aan het <strong>werk</strong> met verschillende leefwerelden en verhalen, en artistieke<br />
interpretaties, van alle soorten burgers, nieuwkomers, mensen in armoede,<br />
mensen met een beperking enzovoort. Zo stijg je uit boven het soms<br />
eenmalige, soms oppervlakkige <strong>of</strong> sterk educatieve contact met<br />
kunstvormen. Sociaal-artistiek <strong>werk</strong> wordt dan een duurzame<br />
ontmoetingsruimte, waaraan mensen kracht en zelfrespect ontlenen.<br />
De sociale component van het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> bekleedt ook een<br />
tweede, bredere rol: sociaal-artistieke projecten grijpen een<br />
verantwoordelijkheid aan om bepaalde maatschappelijke thema’s en<br />
problematieken aan te kaarten onder de vorm van kunst. En geeft die<br />
thema’s bovendien vorm vanuit alle soorten burgers uit de maatschappij.<br />
Soms wordt ook expliciet politiek stelling genomen en wordt sociale actie<br />
expliciet gekoppeld aan kunst. Bovendien zoekt het sociaal-artistiek <strong>werk</strong><br />
nieuwe kunstkaders op en bevraagt de bestaande ‘reguliere’ kunstpraktijk en<br />
kunstcanon. Het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> gaat in op een blinde vlek; door het<br />
proces en het product die de stem van ongehoorde groepen vorm geven en<br />
door het aantrekken van een nieuw publiek dat doorgaans niet te verleiden<br />
valt door een klassiek aanbod.<br />
Het sociaal-artistieke gaat bijvoorbeeld ook niet prat op traditionele<br />
kunstvormen, maar tracht aan te voelen wat leeft en beweegt vanuit de<br />
mensen waarmee wordt ge<strong>werk</strong>t. Als je naar de recent erkende organisaties<br />
binnen het Kunstendecreet kijkt, dan zie je dat die organisaties meer en<br />
meer inzetten op een multitude aan artistieke vormen. Vandaag zien we<br />
sociaal-artistieke dansproducties, schrijfprojecten, fotoclubs en filmprojecten<br />
als paddenstoelen uit de grond schieten.<br />
Een sociaal-artistieke aanpak houdt ook in dat de focus op de traditionele<br />
geletterdheid wordt opgegeven, en er net wordt ingezet op andere
mediavormen om mensen hun verhaal te laten vertellen. Heel wat<br />
kunsteducatieve organisaties en projecten gaan op dezelfde manier aan de<br />
slag 5 .<br />
Inhoudelijke evoluties binnen de sociaal-artistieke praktijk.<br />
Binnen het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> zien we talrijke inhoudelijke verschuivingen<br />
die een eenduidige invulling van het begrip ‘sociaal-artistiek’ onmogelijk<br />
maken – en zo vooral de beoordeling van nieuw projecten en dus het <strong>werk</strong><br />
van de beoordelingscommissie binnen een beleidskader niet eenvoudig<br />
maken.<br />
Collectief <strong>of</strong> individueel<br />
Een sociaal-artistiek project begint bij de kracht die in elk individu schuilt.<br />
Ook al bevindt die persoon zich in een situatie van uitsluiting en<br />
achterstelling. Binnen een sociaal-artistiek project krijgt dit individu de kans<br />
om zijn talenten te uiten, zijn leefwereld in beeld te brengen, zijn cultuur te<br />
beleven, in welke vorm dan ook. Gedurende een langdurig proces dat zowel<br />
sociaal als artistiek is (beide componenten zijn geen tegengestelden).<br />
Artistiek ontwikkelt de persoon zich, wat onmiddellijk ook een sociaal proces<br />
genereert. Bovendien is er oog voor de sterkte van elke deelnemer. In de<br />
praktijk kan dat hierop neerkomen: wie zijn gading niet vindt op het podium,<br />
kan misschien wel zijn gading vinden achter de schermen, in de decorbouw,<br />
het kostuumontwerp, de bar,.. Hier raken we een uitgangspunt van het aller<br />
begin van de praktijk, zoals die aanvankelijk was opgevat: mensen<br />
emanciperen door hen te betrekken in een artistiek proces, in een<br />
groepsgebeuren, door sociaal contact en het vertellen van een ‘gedeeld’<br />
verhaal.<br />
Aanvankelijk zag je die methodiek voornamelijk bij projecten die aan de slag<br />
gingen met mensen in armoede. In de beginjaren van het sociaal-artistiek<br />
<strong>werk</strong> (zie de Art.23-projecten, infra) werd daarom veelvuldig ingezet op<br />
theaterprocessen, waarin het collectieve en het volkse weer invulling kregen.<br />
Theater dat echte verhalen vertelde, mits artistiek getransformeerd, theater<br />
dat een stem gaf aan de ‘stemlozen’. Deze strikt collectieve invulling van het<br />
sociaal-artistieke is al sinds geruime tijd niet meer houdbaar. Het collectieve<br />
proces<strong>werk</strong> wordt vaker achtergelaten, zeker binnen <strong>werk</strong>ingen die inzetten<br />
op beeldende kunst. De emancipatie en groei van de individuele deelnemer<br />
en zijn kunstenaarschap worden in de kijker gezet. Meer en meer projecten<br />
<strong>of</strong> organisaties zetten in op het begeleiden van individuele trajecten, en<br />
diepen zo geheel ‘op maat’ het kunstenaarschap van de participant uit. Hier<br />
schuilt de emancipatiegedachte niet in een collectief gebalde vuist, maar net<br />
in het persoonlijk opzoeken van grenzen, die grenzen overschrijden, je<br />
bestaande structuren (durven) lossen.<br />
<br />
5 Zie o.a. de projecten rond ‘multimediale geletterdheid’ van vzw Ambrosia’s tafel uit Gent.<br />
Projecten die zo <strong>werk</strong>en onderscheiden zich enkel van de ‘reguliere’ kunst<br />
door de manier waarop men met de participanten, de kunstenaars, omgaat.<br />
Vanuit een grotere sociale omkadering en betrokkenheid en meer inzet op<br />
begeleiding. Maar het is evengoed kunst, evengoed <strong>werk</strong> van kunstenaars die<br />
een persoonlijke groei in hun oeuvre doormaken.<br />
Een stedelijk fenomeen?<br />
Het sociaal-artistieke was aanvankelijk een (groot)stedelijk fenomeen. Daar<br />
heb je immers een concentratie van maatschappelijke problematieken als<br />
kansarmoede, diversiteit en samenlevingsproblemen. De meeste sociaalartistieke<br />
<strong>werk</strong>ingen zijn ontstaan vanuit projecten in stadswijken die te<br />
kampen hadden <strong>of</strong> hebben met dergelijke sociale problematieken. Kijk naar<br />
de ontwikkeling begin de jaren 2000 van sociaal-artistieke buurtprojecten<br />
vanuit Victoria (al gauw verzelfstandigd tot Victoria Deluxe) en de<br />
wijkprojecten van Theater Antigone in Kortrijk.<br />
Tegenwoordig zie je echter meer projecten ontstaan die met dezelfde<br />
methodieken aan de slag gaan in meer landelijke gemeenten, o.a. om sociale<br />
cohesie en gemeenschapsvorming te bevorderen, en minder vanuit de focus<br />
op kansengroepen. Een organisatie als kleinVerhaal uit Brugge trekt<br />
‘nomadisch’ rond met zijn projecten om ter plekke sporen achter te laten en<br />
deelnemers tot ambassadeurs te maken om projecten te continueren. In de<br />
Zwalmstreek <strong>werk</strong>t men momenteel aan een gemeenschapsvormend sociaalartistiek<br />
project, over gemeentelijke grenzen heen, zonder expliciete focus<br />
op kansengroepen. vzw rocsa uit Gent zoekt op haar beurt de grenzen op<br />
tussen sociaal-artistiek <strong>werk</strong> en sociale economie, en gaat hiervoor ook<br />
regionaal te <strong>werk</strong>.<br />
Bestaat de ‘sociaal-artistieke <strong>werk</strong>er’?<br />
Een sociaal-artistiek project <strong>werk</strong>t een sociaal en een artistiek spoor uit. Het<br />
sociale luik omvat het activeren en enthousiasmeren van mensen, het<br />
begeleiden van de deelnemers tijdens het project, deelnemers leiden door de<br />
overgang van proces naar product, en de begeleiding na afloop van het<br />
project, de ‘nazorg’. Maar evengoed de contacten tussen de betrokken<br />
partners waarborgen en de inbedding van het project (lokaal <strong>of</strong> binnen<br />
organisaties) in het oog houden. Zo kan een opbouw<strong>werk</strong>er <strong>of</strong> buurt<strong>werk</strong>er<br />
betrokken worden als sociale begeleider, die dan in tandem <strong>werk</strong>t met een <strong>of</strong><br />
meerdere kunstenaars.<br />
Artistieke begeleiders dienen op hun beurt uiteraard niet verstoken te zijn<br />
van enige sociale betrokkenheid en ‘social skills’. Heel wat kunstenaars<br />
vinden die betrokkenheid een verdieping van hun kunst, <strong>of</strong> in sommige<br />
gevallen zelfs de kern ervan. Het blijft natuurlijk geen evidentie voor een<br />
kunstenaar om de eigen plannen maar ook categoriën, denkbeelden en de<br />
eigen invulling van het kunstbegrip los te laten en te gaan denken in groep.<br />
De artistieke begeleiders staan voor de uitdaging om een artistieke<br />
meerwaarde te geven aan het materiaal dat deelnemers aanbrengen, dat<br />
materiaal samen met hen te ‘transformeren’, <strong>of</strong> de artistieke invulling van
een deelnemer te doen aansluiten bij een geheel, zodat het eindproduct het<br />
louter anekdotische overschrijdt. Dit alles met respect en oog voor het ritme<br />
van verschillende deelnemers, niet zelden met veel langdurige en intensief<br />
proces<strong>werk</strong> als gevolg. Essentieel is uiteraard dat de deelnemer betrokken<br />
blijft bij de be<strong>werk</strong>ing van het eigen verhaal, en dat de kunstenaar hier zo<br />
duidelijk mogelijk over communiceert, ook met de sociale begeleider.<br />
Sociaal-artistieke organisaties met een grotere structuur herbergen vaak<br />
kunstenaars, agogen en sociaal-cultureel <strong>werk</strong>ers onder één dak. Binnen<br />
dergelijke structuren worden verschillende rollen opgenomen door een<br />
begeleider, <strong>of</strong> zie je de deelnemers groeien in een vrijwillige begeleidersrol.<br />
In het onderwijs komt de praktijk meer en meer in zicht. Vooral binnen de<br />
opleidingen sociaal-cultureel <strong>werk</strong> en in agogische opleidingen zie je een<br />
toenemende interesse voor de <strong>werk</strong>vorm. Het is belangrijk dat in de sociaalartistieke<br />
sector voldoende wordt ingezet op sociale begeleiding, en de<br />
sociaal-culturele sector kan op zijn beurt heel wat leren van het sociaalartistieke.<br />
Maar sociaal-cultureel <strong>werk</strong>ers zijn natuurlijk niet altijd<br />
kunstenaars. Al kunnen ze wel het cultureel landschap in de toekomst mee<br />
vorm geven als toekomstige cultuurbemiddelaars. Het is een interessante<br />
uitdaging om te zoeken naar opleidingen <strong>of</strong> opleidingsonderdelen die sociaalcultureel<br />
<strong>werk</strong>ers en kunstenaars samen kunnen doorlopen, <strong>of</strong> hen toch<br />
zeker samenbrengt. Meer en meer kunstenaars vinden hun gading in het<br />
artistiek engagement, al blijft de vraag naar dergelijke kunstenaars voorlopig<br />
nog groter dan het aanbod.<br />
De praktijk binnen evoluerende beleidskaders<br />
Wanneer we kijken naar de historiek van het sociaal-artistiek <strong>werk</strong> zien een<br />
opmerkelijke evolutie vanuit het beleidsdomein Welzijn en de notie van<br />
armoedebestrijding naar een verankering in de kunsten. Tijdens deze cyclus<br />
evolueerden zowel criteria als definities van de sociaal-artistieke praktijk. In<br />
het Kunstendecreet overwegen uiteraard veelal artistieke maatstaven, wat<br />
voor een tweeledige sociaal-artistieke praktijk geen sinecure is. Er waren<br />
voor - en tegenstanders van de opname van de <strong>werk</strong>vorm in het<br />
Kunstendecreet. Men vreesde onder andere dat de sociale doelstellingen en<br />
de grondbeginselen van de praktijk –armoedebestrijding, emancipatie van<br />
kansengroepen – zouden ondergesneeuwd geraken. Maar het belangrijkste<br />
gegeven bestaat erin dat de praktijk als zodanig wordt opgenomen in het<br />
beleidskader met een uitgesproken visie en een pr<strong>of</strong>essioneel<br />
beoordelingskader met een beoordelingscommissie. De praktijk kreeg op die<br />
manier de kans om sterk te groeien en zich te pr<strong>of</strong>essionaliseren, en boven<br />
eenmalig <strong>of</strong> tijdelijk project<strong>werk</strong> uit te stijgen.<br />
In deze optiek werd het sociaal-artistieke opgevat als sector binnen de<br />
kunsten. Echter, heel wat sociaal-culturele en welzijnsorganisaties hanteren<br />
het sociaal-artistieke als methodiek en als instrument richting sociale<br />
doelstellingen. De praktijk zit dus op twee sporen: enerzijds is er de laatste<br />
10 jaar een sector ontstaan van organisaties met het sociaal-artistiek <strong>werk</strong><br />
als kerntaak, anderzijds zie je dat sociaal-artistieke methodieken vooral op
Over <strong>Demos</strong> vzw<br />
De Vlaamse regering subsidieert met het Participatiedecreet initiatieven die <strong>werk</strong>en rond<br />
enerzijds verhoging en verbreding van participatie aan cultuur, jeugd<strong>werk</strong> en sport, anderzijds<br />
vernieuwing en verdieping van de participatie van kansengroepen.<br />
Naast projecten en proeftuinen subsidieert het decreet ook participatie-instellingen. Dēmos is<br />
zo’n participatie-instelling, <strong>of</strong> eerder een kenniscentrum dat inzet op de verdieping van<br />
participatie van kansengroepen aan Cultuur, Jeugd en Sport. We bieden ondersteuning aan<br />
cultuur-, jeugd<strong>werk</strong>- en sportinitiatieven voor kansengroepen op vlak van visie en methodes.<br />
We zetten voornamelijk in op visie-ontwikkeling en onderzoek, en op de ondersteuning van<br />
samen<strong>werk</strong>ingsverbanden en net<strong>werk</strong>vormen die de participatie van kansengroepen verhogen.<br />
Tenslotte willen we het maatschappelijk debat over de participatie van kansengroepen<br />
stimuleren.<br />
Concreet wil dit zeggen dat we op het niveau van visie en methodes ondersteuning geven aan<br />
particuliere sociaal-artistieke, sociaal-sportieve en cultuurparticipatie- projecten voor<br />
kansengroepen; maar ook aan lokale trajecten in verband met cultuur-, jeugd<strong>werk</strong>- en<br />
sportparticipatie en de opmaak van een lokale ‘afsprakennota vrijetijdsparticipatie voor<br />
mensen in armoede’. Ten tweede brengen we samen<strong>werk</strong>ingsverbanden en net<strong>werk</strong>en tot<br />
stand, waarin verschillende partners een inspanning leveren om de participatie van<br />
kansengroepen mogelijk te maken. Vanaf 2010 wil Dēmos sterker inzetten op de ontsluiting<br />
van inspirerende praktijken en ervaringsuitwisseling.<br />
Vanuit het verleden als Kunst en Democratie 7 houdt Dēmos twee grote focussen over:<br />
interculturaliteit als blijvend aandachtspunt binnen cultuur, jeugd en sport, en de sociaalartistieke<br />
praktijk, als kunstvorm die de maatschappij bevraagt. Kunst en Democratie<br />
fungeerde als het <strong>of</strong>ficieuze steunpunt voor het sociaal-artistiek <strong>werk</strong>. Deze focus bleef binnen<br />
de <strong>werk</strong>ing van <strong>Demos</strong> behouden.<br />
<strong>Demos</strong> is de enige instantie in Vlaanderen en Brussel die zich structureel bezighoudt met het<br />
ondersteunen en onderzoeken van het sociaal-artistiek <strong>werk</strong>. Als kenniscentrum <strong>werk</strong>t Dēmos<br />
van onderuit en met de praktijk aan stimulansen die de participatie van kansengroepen aan<br />
cultuur verdiepen en vernieuwen. De sociaal-artistieke praktijk is voor Dēmos een reële<br />
toegangsweg naar cultuurparticipatie en diversiteit in de cultuur- en kunstensector, welzijn en<br />
andere sectoren. Dēmos zet sterk in op het vergroten van de zichtbaarheid van het sociaalartistiek<br />
<strong>werk</strong> in alle sectoren, en fungeert als aanspreekpunt voor alle betrokken<br />
praktijk<strong>werk</strong>ers.<br />
<br />
7 Beweging, opgericht na de eerste Zwarte Zondag begin jaren ‘90, die wilde onderzoeken hoe<br />
kunst en cultuur democratische waarden kan uitdragen en een rol opnemen binnen bepaalde<br />
maatschappelijke evoluties